Afdeling ontruimingsplan. Locatie Molengracht. Afdeling: MG 17 intensive Care

AFDELING ONTRUIMINGSPLAN IC MG

CRISISBEHEERSING

Afdeling ontruimingsplan Locatie Molengracht Afdeling: MG 17 intensive Care Verdieping 1 - Bouwdeel G en J

Bijlage 42 hoort bij besluit 2013/2621-V1 Afdeling ontruimingsplan unit 17 2 oktober 2011 versie 3

1

1 INHOUDSOPGAVE

2

2. Inleiding en toelichting.

3

3. Situatietekening (ligging van het bouwwerk.

5

4. Gebouw, installatie- en organisatiegegevens.

6

5. Alarmeringsprocedure intern en extern.

10

6. Stroomschema alarmering.

11

7. Wijze van ontruiming en ontruimingsorganisatie.

13

8. Wat te doen bij brand- of ontruimingsalarm (personeel, patiënten, gasten en bezoekers).

14

9. Taken receptie.

16

10 Taken hoofd Bedrijfshulpverlening.

17

11. Taken bedrijfshulpverlener.

18

12. Taken directiecomité.

19

13 Taken anesthesist/intensivist

20

14. Taken Oudste van Dienst

20

15 Taken Verpleegkundige IC

20

16. Tekeningen en te gebruiken symbolen

21

17. Logboek

22

Afdeling ontruimingsplan unit 17 2 oktober 2011 versie 3


CRISISBEHEERSING

2

CRISISBEHEERSING

In ieder gebouw, dus ook in ons ziekenhuis, kunnen zich situaties voordoen die het noodzakelijk maken dat patienten, bezoekers en medewerkers het gebouw zo snel mogelijk moeten verlaten. Deze situatie kan zich voordoen bij: • Brand. • Wateroverlast. • Stormschade. • Bommelding. • Instorting. • Gaslekkage. • In opdracht van externe hulpdiensten. • Of andere voorkomende gevallen. Het ontruimingsplan vormt, naast de getroffen bouwkundige en installatietechnische maatregelen, een belangrijk onderdeel van het (brand-)beveiligingsconcept van het gebouw. Niet alleen de bedrijfshulpverleners, maar alle medewerkers van Amphia kunnen een belangrijke rol hebben bij een eventuele ontruiming. Het is dan ook van cruciaal belang dat iedere medewerker / medewerkster via het ontruimingsplan kennisneemt van wat van hem of haar in een noodsituatie wordt verwacht. Door middel van instructie en twee jaarlijkse oefeningen zal dit ontruimingsplan worden beproefd en zo nodig worden bijgesteld. Toelichting • Algemeen o Iedere medewerker heeft een eigen verantwoordelijkheid zorgvuldig met (brand)veiligheidsvoorzieningen om te gaan en eventuele gevaarlijke situaties direct te melden aan diens leidinggevende. o Wijzigingen van bouwkundige, installatietechnische en/of organisatorische aard dienen direct gemeld te worden aan de afdeling Crisisbeheersing van Amphia. o Het Directiecomité van het Amphia Ziekenhuis is eindverantwoordelijk voor de kwantiteit en kwaliteit van de bedrijfshulpverleningsorganisatie in het gebouw aan de Molengracht, volgens artikel 15 van de Arbeidsomstandighedenwet. •

Ontruimingsplan o Van het ontruimingsplan moet al het personeel het hoofdstuk 8 “Taken personeel” kennen. o Alle leden van de directie en de bedrijfshulpverleningsorganisatie moeten het ontruimingsplan goed kennen.

•

Ontruimingsprocedure o Al het personeel moet opdrachten en commando’s van de bedrijfshulpverleningsorganisatie stipt opvolgen. o Al het personeel, waaronder ook de bedrijfshulpverleningsorganisatie, moet opdrachten en commando’s van de externe hulpverleningsdiensten (brandweer, politie of GHOR) stipt opvolgen. o In situaties waarin niet is voorzien, zal naar bevinding van zaken moeten worden gehandeld.


3


2. INLEIDING EN TOELICHTING

CRISISBEHEERSING o

Directiecomité Amphia Ziekenhuis Drs. E.A. Hoette

Bedrijfsmanager Meij, dr. J.J.

Handtekening

Handtekening

Breda, ##datum##

Breda,##datum##



Dit afdelingsontruimingsplan maakt deel uit van het bedrijfsnoodplan. Het ontruimingsplan is opgesteld conform de NTA 8112-6, Leidraad voor een ontruimingsplan Deel 6: Gezondheidszorggebouwen.

4

CRISISBEHEERSING


3. SITUATIETEKENING Ligging van het bouwwerk).

Locatie = groene peil Naam bouwwerk:

Amphia Ziekenhuis, locatie Molengracht

Adres:

Molengracht 21

Postcode / gemeente:

4818 CK Breda

Naam afdeling:

Intensive Care, MG17

Locatie:

Bouwlaag 2, eerste verdieping

Telefoon:

076 – 595 49 17


5

CRISISBEHEERSING

4. GEBOUW, INSTALLATIE- EN ORGANISATIE


4.1. Gebouw 4.1.1.Adresgegevens Naam: Amphia Ziekenhuis, locatie Molengracht Adres: Molengracht 21 Postcode: 4818 CK Plaats: Breda Telefoon: 076-595 5000 4.1.2. Afdelingsgegevens Naam afdeling: Intensive Care Unitnummer: MG17 Locatie afdeling: Bouwdeel G Verdieping: Bouwlaag 2, eerste verdieping Telefoon: 076-595 4917

4.1.3. De afdeling algemeen: De Intensive Care is gehuisvest op de 1e verdieping bouwlaag 2 van bouwdeel G en bestaat uit één bouwlaag. De IC is te bereiken via twee verschillende toegangen vanuit bouwdelen A (centrum). Onder normale omstandigheden zijn de deuren zijn vergrendeld en toegang is te verkrijgen door gebruik te maken van de Amphia pas. Bij een brandalarm worden deze deuren vrijgegeven.

De Intensive Care biedt plaats aan maximaal 32 patiënten, verdeeld over 4 één persoon isolatiekamers, 10 twee persoonskamers en 2 vier persoonskamers. De Intensive Care voldoet aan de normen voor een niveau III IC met als hoofdbehandelaar en eindverantwoordelijke, 24/7, een intensivist. Op de Intensive Care worden patiënten verpleegd, waarbij bewaking, ondersteuning en/ of overname van de vitale functies noodzakelijk is. Hierdoor zijn de meeste patiënten die op de Intensive Care verblijven niet zelfredzaam. Zij zijn bedlegerig en liggen over het algemeen gesedeerd aan onder andere een bewakingsmonitor en de beademingsmachine. Op deze afdeling wordt volop gebruik gemaakt van medische apparatuur en medische gassen. Aanwezige gevaarlijke stoffen: Zuurstof: in ruimte NW1-014 staat de voorraad zuurstofflessen Alcohol, aceton en andere desinfectie middelen staan opgeslagen in de kast in ruimtenummer NW1-030 (n.b. in kleine hoeveelheden staan deze middelen ook op elke patiëntenkamer) Schoonmaakmiddelen/chloortabletten zijn opgeslagen in ruimte NW1-031 Schoonmaakmiddelen en bijtende stoffen zijn opgeslagen in ruimte NW1-018 Schakeling / afsluiting van medische installaties gebeurt alleen door bevoegd personeel na opdracht van de Intensivist, meewerkend teamleidinggevende, Oudste van Dienst en/of de bedrijfshulpverleningsorganisatie? Er zijn schakelkasten / afsluiters aanwezig van: Gebouwinstallaties Perslucht Zuurstof Vacuüm


6

CRISISBEHEERSING NW1-014,

Schakeling / afsluiting van gebouwinstallaties gebeurt alleen door bevoegd personeel na opdracht van de bedrijfshulpverleningsorganisatie. Zuurstof, perslucht en vacuüm kan per patiëntenkamer aan de buitenkant van de kamer boven het systeemplafond afgesloten worden. (zie markering op de muur in de gang voor betreffende systeemplaat per kamer). N.B. In ruimte NW1-601 voorpoortaal van de IC, tegenover de lift, is een display aanwezig waarop de drukken van de medische gassen en vacuüm af te lezen zijn. Hierachter zitten afsluiters om in een keer de medische gassen naar de IC af te sluiten. Wijze van ontruiming voor de afdeling Intensive Care: Ontkoppelen en vervoer van patiënten •

• • • • • •

• • • •

Hang alle infuuszakken aan de infuuspaal aan het bed op, of leg de infuuszakken naast de patiënt op bed wanneer er geen infuuspaal aanwezig is. De in gebruik zijnde perfusor pompen worden naast de patiënt op het bed gelegd. Koppel zonodig warmtedeken en luchtmatras af Koppel zonodig het zuigsysteem van de thoraxdrainage af en bevestig deze aan het bed. Verwijder rectale en perifere temperatuurmeters. Koppel het zuigsysteem van de maagsonde af, indien aanwezig. Klik na toestemming de Tram-module uit het Tram-rac voor het behoud van de trends Koppel de beademingsmachine af, patiënt wordt met de Waterset die zit aangesloten op een zuurstofcilinder beademd, Zet deze zuurstofcylinder pas buiten de ruimte met brandhaard open!!! Wanneer een patiënt wordt gedialyseerd, deze vanaf de patient gezien na de Tego connector afkoppelen van het dialyseapparaat. Het besluit tot ontruimen wordt genomen door het hoofd BHV, in overleg met de BHVploegleider of Intensivist/Oudste van Dienst Vervoer de patiënt naar een volgend compartiment op de afdeling, indien nodig vervoeren naar recovery/operatiekamers. Bij vervoeren van een patiënt buiten de afdeling IC wordt dit gedaan door twee IC verpleegkundigen waarbij een verpleegkundige na overdracht en stabilisatie van de patiënt terug gaat naar de IC waar hij of zij zich weer aanwezig meldt.

Volledige ontruiming van de afdeling gebeurd in overleg met de ploegleider BHV en de dienstdoende Intensivist Afspraken zijn gemaakt met andere afdelingen c.q. andere ziekenhuizen. Bij een volledige ontruiming van de IC wordt melding gemaakt bij de meldpost ambulance vervoer deze nemen contact op met de GHOR Er zijn afspraken gemaakt met andere afdelingen over de voortgang en opvang van werkzaamheden. Er is een afspraak gemaakt met de OK / SEH over tijdelijke opvang van patiënten indien hiervoor ruimte is.

VERZAMELPLAATS VAN DE VOLLEDIGE ONTRUIMING AFDELING Fase 1 t/m fase 4 F1 Hierbij wordt ontruimd naar een kamer in het volgende compartiment op de Intensive Care F2 Hierbij wordt ontruimd naar het OK complex F3 Hierbij wordt ontruimd naar de SEH F4 Totale ontruiming naar andere locaties d.m.v. Ambulance en inzet GHOR APPÈL


7


Elektrische installaties zoals transformatorkasten in de ruimtes NW1-023, NW1-500

CRISISBEHEERSING Op de verzamelpunten wordt appèl gehouden, de BHV-er wijst hiervoor een persoon aan. De aangewezen persoon noteert bij fase 2 t/m 4 wie de IC verlaat.


Verzamelpunten F1 Bij het volgende compartiment op de Intensive Care F2 In de gang vóór de IC naar het OK complex. F3 In de gang vóór de IC naar het hoofdgebouw F4 In de gang vóór de IC naar het hoofdgebouw noteren wie de IC verlaat 4.1.4. Gemiddeld aantal aanwezig personen op de Intensive Care 24-uurs bedrijf Het gebouw faciliteert het Amphia Ziekenhuis in de uitoefening van haar taken. Aangezien het ziekenhuis 24 uur per dag actief is, geldt dit ook voor het gebouw. Gedurende 24 uur per dag, 365 dagen per jaar bevinden zich mensen in het gebouw. Toch kan er onderscheid worden gemaakt tussen verschillende tijden en aantal aanwezige: Regulier: 08:00 – 17:00 Aantal personeel Aantal patiënten Aantal bezoekers

30 25 50

Aantal personeel Aantal patiënten Aantal bezoekers

22 25 50


20 25 ##

17:00 – 23:00

23:00 – 08:00

Weekend en feestdagen: 08:00 – 17:00 Aantal personeel Aantal patiënten Aantal bezoekers

22 20/25 ##


20 20/25 ##


18 20/25 ##

17:00 – 23:00

23:00 – 08:00


8


CRISISBEHEERSING


9

CRISISBEHEERSING

Het gebouw is o.a. voorzien van de volgende (brand-)veiligheidsvoorzieningen: • Een brandmeld- en ontruimingsalarminstallatie bestaande uit automatische (rook)melders en handbrandmelders. • Automatische- en handbrandmeldingen worden automatisch doorgemeld naar de Gemeenschappelijke Meldkamer (GMK) van brandweer, politie en GGD. • 20-, 30- en 60 minuten rook- en brandwerende vloeren, wanden, ramen en deuren. • Een rook- en warmteafvoerinstallatie. • Vluchtrouteaanduiding. • Noodverlichting. • Droge blusleidingen. • Kleine blusmiddelen (brandslanghaspels en draagbare blustoestellen). Daarnaast is op het terrein een aantal bluswatervoorzieningen en opstelplaatsen ten behoeve van de brandweer aanwezig. Het is niet toegestaan de werking en de bereikbaarheid van deze voorzieningen te belemmeren! Bij activering van automatische- en/of handbrandmelders zal automatisch een aantal sturingen plaatsvinden, zoals: • De ontruimingsalarminstallatie treedt in werking. • Afhankelijk van het soort afdeling is er sprake van luid (akoestisch) of stil alarm. • De bedrijfshulpverleningsorganisatie en de brandweer worden gealarmeerd. • Rook- en brandwerende deuren en rolluiken worden dicht gestuurd. • Afhankelijk van de locatie van de melding worden liften naar de begane grond gestuurd. • Om rookverspreiding zoveel mogelijk tegen te gaan zal de luchtbehandelinginstallatie op vol vermogen gaan draaien. • De brandkranen op het terrein worden onder druk gezet. • Bij brandmeldingen in de centrale hal zal tevens de rook- en warmteafvoerinstallatie worden gestart. • Dit betekend dat vanuit de vloerroosters schone lucht wordt aangevoerd en rook en warmte via de rookluiken in het dak worden afgevoerd. In paragraaf 13 is een plattegrond van uw afdeling met de brandveiligheidsvoorzieningen opgenomen.

4.3. Communicatiemiddelen De bedrijfshulpverleningsorganisatie wordt gealarmeerd middels het sms-dect De ploegleiders BHV en het hoofd BHV communiceren met de portofoon, overige communicatie vindt mondeling plaats.

4.4. Ontruimingsploeg De organisatie van de bedrijfshulpverlening van het Amphia Ziekenhuis bestaat uit: • Hoofd BHV. • Ploegleider BHV. • Ontruimingsploeg(en). • Leider verzamelplaats Daarbij wordt benadrukt dat ieder personeelslid, afhankelijk van de situatie, een functie kan worden opgedragen in (het begeleiden van) de ontruiming.


10


4.2. Technische (brand-) veiligheidsvoorzieningen.


CRISISBEHEERSING

Organogram: Bedrijfshulpverleningsorganisatie.

HET ONTRUIMINGSPLAN LIGT GESTEMPELD BIJ DE CRISISCOÖRDINATOR.


11

CRISISBEHEERSING 5. ALARMERINGSPROCEDURE INTERN EN EXTERN


5.1. Interne alarmering Interne alarmering is bedoeld om de aanwezigen in het gebouw te waarschuwen en de bedrijfshulpverleningsorganisatie op te starten. Bij een calamiteit werkt de alarmering als volgt: • De bedrijfshulpverleningsorganisatie wordt gealarmeerd via de sms-dect. •

De patiënten, bezoekers en medewerkers van het Amphia Ziekenhuis worden gewaarschuwd door: o het akoestisch ontruimingssignaal. Er wordt gebruik gemaakt van het zogenaamde slow-whoop signaal. Dit is een oplopend signaal met verschillende toonhoogtes, of o Het attentiepaneel bij de teamposten in combinatie met een alarmering door de bedrijfshulpverleningsorganisatie.

5.2. Externe alarmering Bij een calamiteit werkt de alarmering als volgt: • Bij brand, in volgorde: 1. door het inslaan van een handbrandmelder en/of automatisch door het aanspreken van een automatische melder, en daarna; 2. door het bellen van het interne bedrijfsnoodnummer 5555. Aan de betreffende centralist moet worden verteld: a) b) c) d) e) •

Naam van de melder. Locatie van de brand (naam afdeling en/of ruimtenummer). Aard van de brand (wat brand er?). Eventuele bijzonderheden. Of er slachtoffers zijn, waar en hoeveel.

Een incident anders dan brand: door het interne bedrijfsnoodnummer 5555 te bellen. Vraag aan de receptionist om politie, brandweer of eerste hulp. Aan de betreffende centralist moet worden verteld: a) b) c) d)

Naam van de melder; Locatie/afdeling; Aard van het incident en eventuele bijzonderheden; Of er slachtoffers zijn, waar en hoeveel.

De medewerker van de telefooncentrale van het Amphia Ziekenhuis handelt de melding verder af. Voor meer informatie zie ook het bedrijfsnoodplan van het Amphia Ziekenhuis.


12

CRISISBEHEERSING

Hierbij dient onderscheid gemaakt te worden in een stroomschema t.b.v.: • brand; • Incidenten anders dan brand. Een (beginnende) brand dient altijd gemeld te worden via het indrukken van een handbrandmelder alvorens het interne bedrijfsnoodnummer te bellen.


13


6. STROOMSCHEMA ALARMERING EN ONTRUIMING


CRISISBEHEERSING


14

CRISISBEHEERSING 7. WIJZE VAN ONTRUIMING EN ONTRUIMINGSORGANISATIE


Een ieder die een handbrandmelding doet, geeft in principe opdracht voor de ontruiming. Bij een ontruimingssignaal als gevolg van een handbrandmelding wordt altijd de betreffende afdeling(en) ontruimd: Geadviseerd wordt een fasering aan te brengen in het in ontruimingsprotocol, bijvoorbeeld: • Fase 1 (F1) ontruiming van de desbetreffende afdeling. • Fase 2 (F2) ontruiming van de verdieping. • Fase 3 (F3) ontruiming van het bouwdeel. • Fase 4 (F4) algehele ontruiming. Anders dan bij een handbrandmelding kan een gedeelte van het gebouw worden ontruimd als gevolg van de eerder genoemde oorzaken. Opdrachten hiervoor worden gegeven door: a) b) c)

Het crisisteam. Het hoofd BHV. De externe hulpdiensten.

Een (gedeeltelijke) ontruiming wordt begeleid door de ontruimingsploeg van de desbetreffende afdeling/verdieping. Verzamelplaats. De verzamelplaats wordt afgestemd op de fasering van ontruiming, bijvoorbeeld: • Fase 1 (F1) andere afdeling op dezelfde verdieping (ander brandcompartiment). • Fase 2 (F2) andere afdeling op onderliggende verdieping (ander brandcompartiment). In geval van de kelder: verzamelplaats op het buitenterrein / extern. • Fase 3 (F3) verzamelplaats in een ander bouwdeel. • Fase 4 (F4) verzamelplaats extern (op een locatie buiten het terrein (binnen, bijvoorbeeld een sporthal, aula, etc.). Het verdient de aanbeveling per afdeling een ontruimingsplaats - fase 1 –, per verdieping een verzamelplaats - fase 2 en per bouwdeel een verzamelplaats – fase 3 vast te stellen.

Verzamelplaats bij een gehele ontruiming • •

Bij een gehele ontruiming worden de aanwezige naar de verzamelplaats begeleid. Deze verzamelplaats is aan de voorzijde van het gebouw op de parkeerplaats. Op de verzamelplaats wordt appèl gehouden door de leider verzamelplaats. Vermissing van personen wordt direct doorgegeven aan de brandweer.


15

CRISISBEHEERSING

8.1. Brand- en ontruimingsinstructie, algemeen. Alle medewerkers van Amphia hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid als het gaat om het voorkomen van brand en andere incidenten en het voorkomen van ongevallen ten gevolge van brand of andere incidenten. Hiertoe gelden de navolgende algemene gedragsregels: • Hou vluchtrouteaanduidingen zichtbaar. • Hou vluchtwegen en blusmiddelen bereikbaar / vrij van obstakels (opslag, kasten, bedden. Een vluchtweg is herkenbaar aan de groene vluchtrouteaanduidingsbordjes. •

Bij een defect van (brandbeveiliging)installaties: o meld het aan het afdelingshoofd en/of de afdeling Technisch Beheer.

•

Bij o o o

constatering dat vluchtwegen of blusmiddelen belemmerd zijn: Probeer het eerst zelf in overleg op te lossen. Meld het aan het afdelingshoofd. Meld het aan de coördinator crisisbeheersing

8.2. Brand- en ontruimingsinstructie voor niet-medisch geschoold personeel. Wat te doen bij het ontdekken van brand? • Meld direct de brand door het inslaan van de dichtstbijzijnde handbrandmelder. • Indien mogelijk: ontruim de ruimte waar de brand is ontstaan. Sluit direct de ramen en deuren van de brandruimte. • Gebruik nooit de lift. Het gebruik van de lift bij brand is niet toegestaan, ook niet door/namens BHV-ers. Wat te doen bij ontruiming? • U wordt gewaarschuwd door het ontruimingssignaal (slow-whoop) en/of mondeling door de BHV. • Volg de instructies van BHV op. • Sluit ramen en deuren. • Begeef u ordelijk naar de opgegeven verzamelplaats, maak daarbij geen gebruik van de liften. • Meld u daar bij de leider verzamelplaats en verlaat nooit zonder toestemming de verzamelplaats. • Gebruik nooit de lift. Het gebruik van de lift bij brand is niet toegestaan, ook niet door/namens BHV-ers. 8.3 Brand- en ontruimingsinstructie medisch personeel. Wat te doen bij het ontdekken van brand? • Meld direct de brand door het inslaan van de dichtstbijzijnde handbrandmelder. • Indien mogelijk: ontruim de ruimte waar de brand is ontstaan. Sluit direct de ramen en deuren van de brandruimte. • Start ontruiming van patiënten en overige personen naar de aangewezen verzamelplaats. • Gebruik nooit de lift. Het gebruik van de lift bij brand is niet toegestaan, ook niet door/namens BHV-ers.

Wat te doen bij ontruiming? • U wordt gewaarschuwd door het ontruimingssignaal (slow-whoop) of het attentiepaneel bij de teampost in combinatie met een toelichting door de BHV. • Volg de instructies van de BHV-ers op. • Start na opdracht van de BHV de ontruiming van patiënten en overige personen naar de aangewezen verzamelplaats. • Gebruik nooit de lift. Het gebruik van de lift bij brand is niet toegestaan, ook niet door/namens BHV-ers.


16


8. WAT TE DOEN BIJ BRAND OF ONTRUIMINGSALARM (personeel, patiënten, gasten en bezoekers).

CRISISBEHEERSING

De telefonist heeft een communicatietaak binnen de BHV-organisatie. De telefonist zal intern altijd de eerste ontvanger zijn van een calamiteitenmelding. Hij moet hiervoor op de hoogte zijn van de diverse noodprocedures binnen het ziekenhuis. De telefonist heeft de volgende taken: • Hij neemt een melding van een calamiteit, anders dan brand, in ontvangst. • Hij alarmeert de BHV-organisatie en, indien noodzakelijk, de externe hulpverleningsdiensten. Hiertoe zijn de navolgende vaardigheden en kennis vereist: • Hij is bekend met het bedrijfsnoodplan. • Hij is bekend met de BHV-organisatie. • Hij kan de aanwezige noodprocedures uitvoeren.


17


9. TAKEN RECEPTIE/NACHTPORTIER.

CRISISBEHEERSING 10. TAKEN HOOFD BEDRIJFSHULPVERLENING.



Het hoofd BHV heeft de operationele leiding betreffende activiteiten van het Amphia Ziekenhuis in het geval van een calamiteit. Hij wordt daarin bijgestaan door de ploegleiders BHV. Het hoofd BHV heeft de volgende taken en verantwoordelijkheden: • Hij rapporteert aan externe hulpverleningsdiensten met betrekking tot resultaten en de stand van zaken in het geval van een calamiteit, zolang het crisisteam nog niet operationeel is. • Hij rapporteert aan de gemeente met betrekking tot een calamiteit met nadelige gevolgen of dreigende nadelige gevolgen voor het milieu. Hij geeft opdracht aan de betreffende managers om maatregelen te treffen om de gevolgen van de calamiteit te voorkomen, te beperken of ongedaan te maken. • Hij geeft leiding aan de BHV. • Hij coördineert de inzet van de BHV. • Hij laat gebouw(delen) en/of terrein ontruimen indien dit noodzakelijk wordt geacht. • Hij draagt zorg voor de benodigde middelen van de BHV-organisatie. • Hij dient de veiligheid op en om de werkplek te stimuleren.

18

CRISISBEHEERSING

11.1. Wat te doen bij een incident. • U wordt gewaarschuwd via SMS-dect. • Trek het gele hesje aan en lokaliseer de brand in de betreffende ruimte(n). • Het hoofd BHV besluit wel / niet tot ontruiming. • In geval van ontruiming: ontruiming heeft altijd de hoogste prioriteit! In geval van brand: een poging tot het blussen van brand pas te starten wanneer de gehele afdeling is ontruimd; o De kamer waar de brand is ontstaan dient zo snel mogelijk, doch uiterlijk binnen 2 minuten na het moment van detecteren van brand te zijn ontruimd. o De desbetreffende afdeling dient zo snel mogelijk, doch uiterlijk binnen 15 minuten te zijn ontruimd. Wanneer de afdeling is ontruimd: rapporteren naar de ploegleider BHV / hoofd BHV. • Alleen het hoofd BHV communiceert naar de externe hulpdiensten. Indien blussen niet mogelijk is: • Sluit zoveel mogelijk ramen en deuren. • Waarschuwhet personeel en laat deze zoveel mogelijk patiënten en bezoekers in de buurt van de brand ontruimen. • Volg de instructies op van de ploegleider BHV. • Wanneer de hulpdiensten ter plaatsen zijn, taken overdragen. 11.2. Wat te doen bij een ontruiming. • U wordt gewaarschuwd via SMS-dect. • Trek het gele hesje aan en begeef u naar de aangewezen afdeling/ruimte. • Na de opdracht tot ontruiming door het hoofd BHV start u, samen met uw collega BHV-er en het aanwezige personeel, de ontruiming van aanwezige personen naar de aangewezen verzamelplaats (F1/F2/F3/F4). • Controleer alle ruimten, ook toiletten en vergaderkamers. • Wanneer de afdeling is ontruimd rapporteert de BHV-ploegleider naar het hoofd BHV. Het hoofd BHV verifieert bij de leider verzamelplaats of alle personen aanwezig zijn. • Alleen het hoofd BHV communiceert naar de externe hulpdiensten.


19


11. TAKEN BEDRIJFSHULPVERLENER.

CRISISBEHEERSING

Het Directiecomité draagt: • De eindverantwoordelijkheid voor adequaat Personeelsbeleid in het kader van de Arbeidsomstandighedenwet. • De zorgplicht voor veiligheid en gezondheid ingevolge artikel 1a van de Woningwet. • De zorgplicht voor veiligheid en gezondheid ingevolge artikel 1.1a van de Wet milieubeheer. 13. TAKEN ANESTHESIST/INTENSIVIST • • • • • • •

• • • •

Krijgt melding van de calamiteit en ontruiming. Komt zo spoedig mogelijk naar de IC. Besluit samen met de BHV-er, Ploegleider over (eventuele) ontruiming. Weet hoeveel patiënten verplaatst moeten worden Legt contact met de OK en of SEH voor overplaatsing van patiënten Zorgt samen met de IC- verpleegkundige voor een goede begeleiding van de patiënt binnen of buiten de IC. Zodra de kamer bij brand leeg is, geeft hij /zij opdracht tot het afsluiten van de medische gassen van betreffende kamer. De afsluiter bevindt zich boven de plafondplaat bij de markering. Bij voorkeur gebeurt dit door de (Medisch) Technische Dienst. Hoofdkranen alléén na overleg met de brandweer, door Technische Dienst af te sluiten. In voorportaal van de IC tegenover de lift, achter displaypaneel Is eindverantwoordelijk voor het medisch handelen binnen het eigen vakgebied Evalueert de gang van zaken rondom de calamiteit en ontruiming. Brengt schriftelijk verslag uit (over de gang van zaken rondom de calamiteit/ontruiming) aan de Raad van Bestuur. Evalueert in een later stadium de gang van zaken rondom de calamiteit/ontruiming met de Bedrijfsmanager IC/meewerkende teamleidinggevende IC. (Evaluatieformulier te vinden op Intranet onder Crisisbeheersing na invullen opsturen naar de Coördinatoren Crisisbeheersing)

14. TAKEN OUDSTE VAN DIENST • • • • • • • •

Wordt gealarmeerd over de calamiteit en ontruiming Is aanspreekpunt voor en werkt nauw samen met de d.d. Intensivist/ Bedrijfsmanager IC/ Meewerkend teamleidinggevende IC /Verpleegkundige IC. Vervangt zonodig de Bedrijfsmanager IC/Meewerkend teamleidinggevende IC tot deze in huis is (zijn) Houdt regelmatig contact met de Intensivist, Bedrijfsmanager IC/Meewerkend teamleidinggevende IC/ verpleegkundige IC Het coördineren van de verpleegkundige inzet Kijkt in overleg met de intensivist welke patiënten overgeplaatst kunnen worden. (beddenoverzicht) Is samen met de intensivist verantwoordelijk voor de coördinatie van patiënten logistiek Evalueert de gang van zaken rondom de calamiteit en ontruiming met de Intensivist/ Bedrijfsmanager IC/ Meewerkend teamleidinggevende IC

15 TAKEN IC-VERPLEEGKUNDIGE • • • • •

Wordt geïnformeerd over de calamiteit en of ontruiming Volgt de instructies op van de BHV-er, OvD en Intensivist Voert de zorg en dagelijkse werkzaamheden uit volgens protocollen en wet en regelgeving Zorgt bij ontruiming samen met de Intensivist voor een goede begeleiding van de patiënt Evalueert de gang van zaken rondom de calamiteit en ontruiming met de Bedrijfsmanager IC/Meewerkend teamleidinggevende IC


20


12. TAKEN DIRECTIECOMITÉ.

CRISISBEHEERSING


13. TEKENINGEN EN TE GEBRUIKEN SYMBOLEN. .(dubbelklik op tekening)


21

CRISISBEHEERSING

14. LOGBOEK ONTRUIMINGSPLAN.

Datum

Reden

Omschrijving

13-02-2013

vernieuwen

laatste ontruimingsplattegrond



Mutaties ontruimingsplan

22

CRISISBEHEERSING LOGBOEK OPGELEIDE BHV-ERS.

Naam

Certificaat geldig tot

Alle medewerkers

Januari 2014



Opgave opgeleide BHV-ers Opm.

23

CRISISBEHEERSING LOGBOEK ONTRUIMINGSOEFENING.

Datum Januari 2013


Ontruimingsoefeningen Bijzonderheden Table top


24

Afdeling ontruimingsplan. Locatie Molengracht. Afdeling: MG 17 intensive Care

Recommend Documents