voor de aankoop van een van de beste buitenboordmotoren op de markt. U hebt verstandig in vaarplezier geïnvesteerd. Uw buitenboordmotor is vervaardigd door Mercury Marine, een wereldleider op het gebied van scheepstechnologie en fabricage van buitenboordmotoren sinds 1939. We hebben deze jarenlange ervaring altijd ingezet bij ons streven om de beste kwaliteitsproducten te produceren. Dit heeft uitgemond in de reputatie van Mercury Marine voor strenge kwaliteitsbeheersing, uitmuntendheid, lange levensduur, duurzame prestaties en het leveren van de beste ondersteuning na verkoop. Lees deze handleiding aandachtig door voordat u de buitenboordmotor gebruikt. Deze handleiding is samengesteld om u bij te staan bij het bedienen, veilig gebruiken en onderhouden van de buitenboordmotor.
90-8M0057810 211
Dank u
Wij bij Mercury Marine hebben uw buitenboordmotor met groot genoegen gebouwd en wensen u vele gelukkige en veilige jaren vaarplezier. Nogmaals, hartelijk dank voor uw vertrouwen in Mercury Marine.
De motoren hebben een Emission Control Information-sticker als permanent bewijs van certificatie door de EPA.
!
WAARSCHUWING
De uitlaatgassen van dit product bevatten chemische stoffen waarvan door de staat Californië is vastgesteld dat deze kanker, geboorteafwijkingen of andere schade aan de voortplantingsfuncties veroorzaken.
Informatie over garantie
40/50/60 FourStroke
Emissievoorschriften volgens EPA Over buitenboordmotoren die in de Verenigde Staten door Mercury Marine worden verkocht, is officieel aan de Environmental Protection Agency (EPA) in de Verenigde Staten verklaard dat deze voldoen aan de vereisten voor de beperking van luchtvervuiling door nieuwe buitenboordmotoren. Een voorwaarde voor deze verklaring is dat bepaalde afstellingen op de fabrieksnormen zijn afgestemd. Daarom moet de fabrieksprocedure voor onderhoud aan het product nauwkeurig worden opgevolgd en moet het product, waar mogelijk, tot de oorspronkelijke bedoeling van het ontwerp worden teruggebracht. Onderhoud, vervanging of reparatie van voorzieningen en systemen voor emissieregeling horen te worden uitgevoerd door een werkplaats/persoon werkzaam in scheepsmotorreparaties.
Voor het door u aangeschafte product geldt een beperkte garantie van Mercury Marine. De voorwaarden van de garantie staan vermeld in de paragraaf Informatie over garantie in deze handleiding. De informatie over de garantie beschrijft wat de garantie wel en niet dekt, hoe lang de garantie geldt, hoe u garantiedekking verkrijgt, belangrijke afwijzingen en beperkingen en andere relevante informatie. U wordt verzocht deze belangrijke informatie door te lezen.
Mercury Marine, Fond du Lac, Wisconsin, VS Litho in de VS. © 2011, Mercury Marine Mercury, Mercury Marine, MerCruiser, Mercury MerCruiser, Mercury Racing, Mercury Precision Parts, Mercury Propellers, Mariner, Quicksilver, #1 On The Water, Alpha, Bravo, Pro Max, OptiMax, Sport-Jet, K-Planes, MerCathode, RideGuide, SmartCraft, Zero Effort, de Mercury-logo's en het SmartCraft-logo zijn gedeponeerde handelsmerken van de Brunswick Corporation. Het Mercury Product Protection-logo is een gedeponeerd servicemerk van de Brunswick Corporation.
nld
i
© 2011 Mercury Marine
De beschrijving en specificaties in deze handleiding waren van kracht tijdens het ter perse gaan van deze handleiding. Mercury Marine streeft naar constante verbetering en behoudt zich daarom het recht voor om de productie van bepaalde modellen te staken en om specificaties, ontwerpen, methodes of procedures zonder voorafgaande kennisgeving en zonder verdere verplichtingen te wijzigen.
Mercury Premier Service Mercury beoordeelt de dienstverlening door haar dealers en verleent het predicaat "Mercury Premier" aan dealers die blijk hebben gegeven van hun inzet voor service van topklasse. Als een dealer het predicaat Mercury Premier Service verkrijgt, betekent dit dat de dealer: •
volgens de CSI (Customer Satisfaction Index) gedurende 12 maanden hoog gescoord heeft voor garantieservice;
•
beschikt over alle vereiste servicegereedschap, testuitrusting, handleidingen en onderdelencatalogi;
•
ten minste één Certified- of Master-monteur in dienst heeft;
•
alle klanten van Mercury Marine tijdig service verleent;
•
langer dan gebruikelijk open is en, waar gepast, op locatie service verleent;
•
een voldoende inventaris van originele Mercury Precision Parts gebruikt, uitstalt en in voorraad houdt;
•
een schone en nette werkplaats heeft, met goed geordend gereedschap en servicedocumentatie.
Verklaring van overeenstemming voor 30/40/50/60 viertakt - voor voortstuwingsmotoren op pleziervaartuigen, naar de eisen van Richtlijn 94/25/EC, aangevuld met 2003/44/EC Naam motorfabrikant: Mercury Marine Technology Suzhou Co., Ltd. Adres: No 200 Suhong Middle Road, Suzhou Industrial Park Plaats: Suzhou
Postcode: 215021
Land: CHINA
Naam van erkend vertegenwoordiger: Brunswick Marine in EMEA Inc. Adres: Parc Industriel de Petit-Rechain Plaats: Verviers
Postcode: 4800
Land: België
Naam van aangemelde instantie voor beoordeling van uitlaatgasemissie: Det Norske Veritas AS Adres: Veritasveien 1 Plaats: Hovik
Postcode: 1322
Land: Noorwegen
ID-nummer: 0575
Naam van aangemelde instantie voor beoordeling van geluidsemissie: Det Norske Veritas AS Adres: Veritasveien 1 Plaats: Hovik
Postcode: 1322
Ter beoordeling van overeenstemming uitlaatgas‐ emissie gebruikte module:
Land: Noorwegen ☐ B+C
Gebruikte module ter beoordeling van overeenstem‐ ☐A ming geluidsemissie:
ID-nummer: 0575
☐ B+D
☐ B+E
☐ B+F
☐ Aa
☐G
☒H
☐G
☒H
Andere toegepaste EC-richtlijnen: Richtlijn veiligheid van machines 98/37/EC; Richtlijn elektromagnetische compatibiliteit 2004/108/EC Beschrijving van motoren en essentiële eisen Motortype
Brandstoftype
Verbrandingsmotor
☐ Z of hekaandrijving met ingebouwde uitlaat
☐ Diesel
☐ Tweetakt
☒ Buitenboordmotor
☒ Benzine
☒ Viertakt
ii
nld
Identificatie van motoren waarvoor deze Verklaring van Overeenstemming geldt Uniek motoridentificatienummer: Beginnend serienummer
Nummer EC Module H certificaat
30, 40 hp 3 cilinders
OP401000, of 1C010000
RCD-H-2
40, 50, 60 hp 4 cilinders
OP401000, of 1C010000
RCD-H-2
Naam motorklasse
Normen
Ander(e) methode/ document voor har‐ monisatie
Technisch be‐ stand
B.1 Motoridentificatie
☐
☐
☒
B.2 Vereisten uitlaatgasemissie
☒*
☐
☐
* EN ISO 8178-1:1996
B.3 Duurzaamheid
☐
☐
☒
* EN ISO 8178-1:1996
B.4 Gebruikershandleiding
☒
☐
☐
EN ISO 8665: 1995
C.1 Geluidsemissieniveaus
☒*
☐
☐
*EN ISO 14509
C.2 Gebruikershandleiding
☐
☒
☐
Gebruikershandleiding
Essentiële eisen
Nadere specificatie (* = verplichte norm)
Bijlage 1.B – Uitlaatgasemissie
Bijlage 1.C—Geluidsemissie
Deze verklaring van overeenstemming wordt afgegeven onder de exclusieve verantwoordelijkheid van de fabrikant. Ik verklaar uit naam van de motorfabrikant dat de hierboven vermelde motoren op de gespecificeerde wijze voldoen aan alle geldende essentiële vereisten. Naam/functie: Mark D. Schwabero, President, Mercury Outboard Datum en plaats van uitgifte: 24 juli 2008 Fond du Lac, Wisconsin, VS
nld
iii
iv
nld
INFORMATIE OVER DE GARANTIE Garantieregistratie.............................................................................................................................................. 1 Overdracht van garantie..................................................................................................................................... 1 Overdracht van Mercury Product Protection‑garantie (uitbreiding servicedekking) – Verenigde Staten en Canada ............................................................................................................................................................................ 2 Beperkte garantie voor FourStroke buitenboordmotoren.................................................................................... 2 Beperkte garantie voor FourStroke buitenboordmotoren.................................................................................... 3 Beperkte garantie voor FourStroke buitenboordmotoren.................................................................................... 5 Beperkte garantie van 3 jaar tegen corrosie....................................................................................................... 7 Garantiedekking en uitsluitingen......................................................................................................................... 8 Beperkte emissiegarantie volgens Amerikaanse EPA........................................................................................ 9 Onderdelen van emissieregelsysteem................................................................................................................ 9 Beperkte garantie emissies Californië.............................................................................................................. 10 Uitleg over uw California Emission Control‑garantieverklaring van de California Air Resources Board........... 12 Ster‑emissiecertificatielabel.............................................................................................................................. 12
ALGEMENE INFORMATIE Verantwoordelijkheid van de bestuurder........................................................................................................... 14 Vóór het bedienen van de buitenboordmotor.................................................................................................... 14 Vermogen van de boot...................................................................................................................................... 14 Gebruik van race‑ en speedboten..................................................................................................................... 15 Buitenboordmodellen met afstandsbediening .................................................................................................. 15 Kennisgeving over afstandsbesturing............................................................................................................... 15 Dodemansschakelaar....................................................................................................................................... 16 Mensen in het water beschermen..................................................................................................................... 17 Mededeling over veiligheid van passagiers – ponton‑ en dekboten................................................................. 18 Over golven en kielwater springen.................................................................................................................... 19 Botsingen met obstakels onder water............................................................................................................... 20 Veiligheidsinstructies voor buitenboordmotoren met stuurknuppel................................................................... 21 Uitlaatgasemissie.............................................................................................................................................. 21 Accessoires voor uw buitenboordmotor selecteren.......................................................................................... 22 Suggesties voor veilig varen............................................................................................................................. 23 Noteren van het serienummer.......................................................................................................................... 24 Specificaties 40/50/60 FourStroke.................................................................................................................... 24 Identificatie van componenten.......................................................................................................................... 26
VERVOER De boot/buitenboordmotor op een trailer vervoeren......................................................................................... 27 Losse brandstoftanks vervoeren....................................................................................................................... 27
nld
v
BRANDSTOF & OLIE Aanbevelingen voor brandstof.......................................................................................................................... 29 Vereiste beperkt doorlatende brandstofslang .................................................................................................. 30 EPA‑eisen voor onder druk staande losse brandstoftanks............................................................................... 30 Eis voor brandstofvraagklep (fuel demand valve; FDV).................................................................................... 30 De onder druk staande draagbare brandstoftank van Mercury Marine............................................................ 30 Brandstoftank vullen......................................................................................................................................... 31 Aanbevolen motorolie....................................................................................................................................... 32 Motorolie controleren en toevoegen................................................................................................................. 32
FUNCTIES & BEDIENING Functies van de afstandsbediening.................................................................................................................. 34 Waarschuwingssysteem................................................................................................................................... 34 Trim‑ en opklapbekrachtiging............................................................................................................................ 36 Gashendelfrictie instellen ‑ Modellen met stuurknuppel................................................................................... 39 Stuurfrictie afstellen – modellen met stuurknuppel........................................................................................... 39 Trimvin instellen................................................................................................................................................ 40
BEDIENING Controlelijst vóór het starten............................................................................................................................. 41 Varen bij temperaturen onder het vriespunt...................................................................................................... 41 Varen in zout of vervuild water.......................................................................................................................... 41 Instructies alvorens te starten........................................................................................................................... 41 Procedure voor inlopen van de motor............................................................................................................... 42 Motor starten ‑ Modellen met afstandsbediening.............................................................................................. 42 Motor starten ‑ Modellen met stuurknuppel...................................................................................................... 44 Schakelen......................................................................................................................................................... 46 Motor stoppen................................................................................................................................................... 47 Starten in geval van nood................................................................................................................................. 48
vi
nld
ONDERHOUD Onderhoud van de buitenboordmotor............................................................................................................... 50 Emissievoorschriften volgens EPA................................................................................................................... 50 Inspectie‑ en onderhoudsschema..................................................................................................................... 51 Doorspoelen van het koelsysteem.................................................................................................................... 52 Motorkap verwijderen en installeren................................................................................................................. 53 Onderhoud van de buitenkant........................................................................................................................... 53 Accu inspecteren ............................................................................................................................................. 53 Brandstofsysteem............................................................................................................................................. 54 Stuurstangbevestigers...................................................................................................................................... 55 Anticorrosieanode............................................................................................................................................. 56 Vervanging schroef ‑87,3 mm (3‑7/16 in.) Diameter onderwaterhuis............................................................... 56 Vervanging schroef ‑108 mm (4 ‑ 1/4 in.) Diameter onderwaterhuis................................................................ 59 Bougies inspecteren en vervangen................................................................................................................... 62 Zekering vervangen.......................................................................................................................................... 63 Distributieriem inspecteren............................................................................................................................... 63 Smeerpunten.................................................................................................................................................... 64 Trimbekrachtigingsvloeistof controleren........................................................................................................... 66 Motorolie verversen.......................................................................................................................................... 67 Smering onderwaterhuis ‑ voor 87,3 mm(3‑7/16 in.) Diameter onderwaterhuis............................................... 68 SMEREN VAN HET onderwaterhuis ‑ onderwaterhuis MET DOORSNEE VAN 108 MM(4 ‑ 1/14 inch).......... 70 Onder water geraakte buitenboordmotor.......................................................................................................... 71
OPSLAG Voorbereiding voor opslag................................................................................................................................ 72 Bescherming van externe buitenboordmotoronderdelen.................................................................................. 72 Bescherming inwendige motoronderdelen........................................................................................................ 72 Onderwaterhuis................................................................................................................................................. 73 Buitenboordmotor plaatsen voor opslag........................................................................................................... 73 Accu‑opslag...................................................................................................................................................... 73
OPSPOREN VAN STORINGEN Startmotor tornt de motor niet (elektrisch gestarte modellen)........................................................................... 74 Motor start niet.................................................................................................................................................. 74 Motor loopt onregelmatig.................................................................................................................................. 74 Prestatieverlies................................................................................................................................................. 75 Accu kan lading niet houden............................................................................................................................. 75
SERVICEBIJSTAND VOOR DE EIGENAAR Plaatselijke reparatieservice ............................................................................................................................ 76 Service onderweg............................................................................................................................................. 76 Inlichtingen over onderdelen en accessoires.................................................................................................... 76 Servicebijstand.................................................................................................................................................. 76 .......................................................................................................................................................................... 76
nld
vii
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN Informatie over installeren................................................................................................................................. 78 Aansluiting brandstofslang ‑ Modellen met afstandsbediening......................................................................... 86 Elektrische aansluitingen en installatie van de bedieningskabel...................................................................... 86 Schroef installeren............................................................................................................................................ 93 INSTELLEN VAN de trimvin............................................................................................................................. 97 In‑trimaanslag afstellen ‑ modellen met trimbekrachtiging................................................................................ 98
ONDERHOUDSLOGBOEK Onderhoudslogboek.......................................................................................................................................... 99
viii
nld
INFORMATIE OVER DE GARANTIE Garantieregistratie VERENIGDE STATEN EN CANADA Om voor garantiedekking in aanmerking te komen moet het product bij Mercury Marine geregistreerd zijn. Bij de verkoop hoort de verkopende dealer het garantieregistratieformulier in te vullen en onmiddellijk aan Mercury Marine te zenden via MercNET, e-mail of per post. Na ontvangst van dit garantieregistratieformulier legt Mercury Marine de registratie vast. De verkopend dealer dient u een kopie van de garantieregistratie te verstrekken.
NB: Mercury Marine en alle leveranciers van scheepvaartproducten die in de Verenigde Staten verkocht worden, moeten registratielijsten bijhouden ingeval een terugroeping vanwege veiligheidsoverwegingen conform de Federal Safety Act dient te worden gemeld. U kunt uw adres te allen tijde veranderen, ook wanneer u een garantieclaim indient, door Mercury Marine op te bellen of een brief of fax met uw naam, oude adres, nieuwe adres en het serienummer van de motor aan de afdeling Garantieregistratie van Mercury Marine te sturen. Ook uw dealer kan deze gegevenswijziging verwerken. Mercury Marine Attn: Warranty Registration Department W6250 W. Pioneer Road P.O. Box 1939 Fond du Lac, WI 54936-1939 920-929-5054 fax +1 920 929 5893
BUITEN DE VERENIGDE STATEN EN CANADA Voor producten die buiten de VS of Canada aangeschaft zijn, kunt u contact opnemen met de leverancier in uw land of met het dichtstbijzijnde Marine Power Service Center.
Overdracht van garantie VERENIGDE STATEN EN CANADA De beperkte garantie kan aan een volgende koper worden overgedragen maar alleen voor de resterende, ongebruikte termijn van de beperkte garantie. Dit is niet van toepassing op producten die voor commerciële toepassingen worden gebruikt. Als u de garantie aan de volgende eigenaar wilt overdragen, stuurt u een kopie van de eigendomsoverdracht of verkoopovereenkomst met de naam en het adres van de nieuwe eigenaar en het serienummer van de motor per post of fax naar de afdeling Garantieregistratie van Mercury Marine. Stuur deze in de Verenigde Staten en Canada naar: Mercury Marine Attn: Warranty Registration Department W6250 W. Pioneer Road P.O. Box 1939 Fond du Lac, WI 54936-1939 920-929-5054 fax +1 920 929 5893 Na verwerking van de garantieoverdracht registreert Mercury Marine de informatie van de nieuwe eigenaar. Er zijn aan deze service geen kosten verbonden.
BUITEN DE VERENIGDE STATEN EN CANADA Voor producten die buiten de VS of Canada aangeschaft zijn, kunt u contact opnemen met de leverancier in uw land of met het dichtstbijzijnde Marine Power Service Center.
nld
1
INFORMATIE OVER DE GARANTIE Overdracht van Mercury Product Protection-garantie (uitbreiding servicedekking) – Verenigde Staten en Canada De resterende dekkingstermijn van de Product Protection-garantie kan aan een volgende koper van de motor worden overgedragen binnen dertig (30) dagen na de verkoopdatum. Contracten die niet binnen dertig (30) dagen na de volgende aankoop worden overgedragen komen te vervallen, waarna het product niet langer in aanmerking komt voor dekking volgens de contractvoorwaarden. Neem om de garantie aan de volgende eigenaar over te dragen contact op met Mercury Product Protection of een erkend leverancier om een overdrachtformulier aan te vragen. U dient hiervoor Mercury Product Protection een aankoopbewijs, het ingevulde overdrachtformulier en een cheque ten gunste van Mercury Marine voor US $ 50,00 (per motor) voor de overdrachtskosten te doen toekomen. De garantiedekking is niet overdraagbaar op producten of toepassingen die hiervoor niet in aanmerking komen. De garantie voor "Certified Pre-Owned" motoren is niet overdraagbaar. Neem voor hulp of assistentie contact op met de afdeling Mercury Product Protection op het nummer +1 (888) 427 5373 van 07:30 tot 16:30 CST, maandag t/m vrijdag, of stuur een e-mail aan
[email protected].
Beperkte garantie voor FourStroke buitenboordmotoren VERENIGDE STATEN EN CANADA Buiten de Verenigde Staten en Canada – neem contact op met uw plaatselijke distributeur. WAT DEKT DEZE GARANTIE: Mercury Marine garandeert dat haar nieuwe producten vrij zijn van materiaalen fabricagefouten tijdens de hieronder beschreven termijn. DEKKINGSTERMIJN: Deze beperkte garantie biedt dekking gedurende drie (3) jaar vanaf ofwel de datum waarop het product voor het eerst aan een koper die de boot als pleziervaartuig gebruikt, is verkocht ofwel de datum waarop het product voor het eerst in bedrijf is gesteld, wat zich het eerste voordoet. Commerciële gebruikers van deze producten ontvangen garantiedekking voor één (1) jaar vanaf de datum van de eerste verkoop of voor één (1) jaar vanaf de datum waarop het product voor het eerst in bedrijf is genomen, wat zich het eerste voordoet. Commercieel gebruik wordt omschreven als gebruik van het product voor werk of tewerkstelling of enig gebruik van het product dat inkomsten oplevert, gedurende welk deel van de garantietermijn dan ook, zelfs als het product alleen af en toe voor dergelijke doeleinden wordt gebruikt. Reparatie of vervanging van onderdelen en onderhoudswerkzaamheden onder deze garantie leiden niet tot verlenging van de geldigheidstermijn van deze garantie tot na de oorspronkelijke datum. Eventueel resterende dekkingstijd kan van de ene klant die de boot als pleziervaartuig gebruikt worden overgedragen op de volgende klant die er hetzelfde gebruik van maakt, nadat het product naar behoren opnieuw is geregistreerd. Eventueel resterende dekkingstijd kan niet aan of door een commerciële gebruiker worden overgedragen. De garantiedekking kan beëindigd worden voor gebruikte teruggenomen producten, of voor producten die zijn aangeschaft op een veiling, van een sloperij of van een verzekeringsmaatschappij. VOORWAARDEN WAARAAN MOET WORDEN VOLDAAN OM GARANTIEDEKKING TE VERKRIJGEN: Garantiedekking kan alleen worden verkregen door klanten die kopen van een dealer die door Mercury Marine gemachtigd is om het product te distribueren in het land waar de verkoop plaatsvindt en dan uitsluitend nadat de door Mercury Marine voorgeschreven inspectie vóór aflevering is uitgevoerd en gedocumenteerd. De garantiedekking wordt geldig nadat het product door de erkende dealer op de juiste wijze is geregistreerd. Verkeerde garantieregistratie-informatie met betrekking tot gebruik als pleziervaartuig of een latere wijziging van recreatief naar commercieel gebruik (tenzij naar behoren opnieuw geregistreerd) kan, uitsluitend naar goeddunken van Mercury Marine, de garantie ongeldig maken. Regelmatig onderhoud zoals beschreven in de "Handleiding voor gebruik en onderhoud" moet op tijd worden uitgevoerd om garantiedekking te behouden. Mercury Marine behoudt zich het recht voor om garantiedekking afhankelijk te maken van bewijs van correct onderhoud. WAT MERCURY ZAL DOEN: Mercury’s enige verplichting onder deze garantie is beperkt tot het, naar eigen goeddunken, repareren van een defect onderdeel, het vervangen van een dergelijk onderdeel of dergelijke onderdelen door nieuwe of door Mercury Marine gecertificeerde, gereviseerde onderdelen, of het terugbetalen van de aankoopprijs van het Mercury-product. Mercury behoudt zich het recht voor om producten van tijd tot tijd te verbeteren of te wijzigen, zonder verplicht te zijn om eerder vervaardigde producten te wijzigen.
2
nld
INFORMATIE OVER DE GARANTIE HOE VERKRIJGT U GARANTIEDEKKING: De klant moet Mercury redelijkerwijs in de gelegenheid stellen om de reparatie uit te voeren en toegang tot het product geven voor service uit hoofde van de garantie. Garantieclaims dienen te worden ingediend door het product ter inspectie naar een Mercury-dealer te brengen die gemachtigd is om onderhoud of reparaties aan het product uit te voeren. Als de koper het product niet naar een dergelijke dealer kan brengen, dient Mercury schriftelijk op de hoogte te worden gesteld. Wij zullen dan de inspectie en eventuele reparaties onder garantie regelen. De koper betaalt in dat geval voor alle met vervoer verband houdende kosten en/of reistijd. Als het geleverde onderhoud niet onder deze garantie valt, betaalt de koper alle arbeids- en materiaalkosten en alle andere kosten die bij het onderhoud horen. Tenzij daartoe verzocht door Mercury mag de koper het product of onderdelen van het product niet rechtstreeks naar Mercury zenden. Teneinde dekking te verkrijgen moet een bewijs van geregistreerd eigendom aan de dealer worden overlegd zodra om service uit hoofde van garantie wordt verzocht. WAT NIET WORDT GEDEKT: Deze beperkte garantie dekt geen regelmatig onderhoud, afstellingen, bijstellingen, normale slijtage, schade die veroorzaakt is door misbruik, verkeerd gebruik, gebruik van een schroef of tandwieloverbrenging waardoor de motor bij volgas niet binnen het aanbevolen toerentalgebied kan lopen (zie de Handleiding voor gebruik en onderhoud), het gebruik van het product op een manier die niet overeenstemt met het hoofdstuk over aanbevolen bedrijf/de werkcyclus in de "Handleiding voor gebruik en onderhoud", verzuim, ongelukken, onder water raken, verkeerde installatie (de specificaties en technieken voor de juiste installatie worden uiteengezet in de installatie-instructies voor het product), verkeerd onderhoud, gebruik van een accessoire of onderdeel dat niet door ons is vervaardigd of verkocht, jetpompimpellers en voeringen, varen met brandstof, olie of smeermiddelen die niet geschikt zijn voor gebruik met het product (zie de "Handleiding voor gebruik en onderhoud"), wijzigen of verwijderen van onderdelen, of water dat de motor binnenkomt via de brandstofinlaat, luchtinlaat of het uitlaatsysteem, of schade aan het product als gevolg van onvoldoende koelwater met als oorzaak verstopping van het koelsysteem door vreemd materiaal, laten lopen van de motor terwijl hij uit het water is, te hoog monteren van de motor op de spiegel of varen met de boot terwijl de motor te ver naar buiten is getrimd. Gebruik van het product voor wedstrijden of andere wedstrijdactiviteiten of varen met een onderwaterhuis dat bedoeld is voor racen, wanneer ook en ook door een eerdere eigenaar van het product, maakt de garantie ongeldig. Onkosten in verband met uit het water halen, te water laten, slepen, opslag, telefoon, huur, ongemak, ligplaatskosten, verzekeringsdekking, betalingen voor leningen, tijdsverlies, verlies van inkomsten en alle andere soorten incidentele of gevolgschade worden niet door deze garantie gedekt. Bovendien dekt deze garantie niet de extra kosten als het ontwerp van de boot het verwijderen en/of vervangen van bootschotten of materiaal noodzakelijk maakt om toegang te krijgen tot het product. Geen enkele persoon of rechtspersoon (met inbegrip van de erkende Mercury Marine-dealers) werd door Mercury Marine gemachtigd om enige bevestiging, verklaring of garantie met betrekking tot het product te verstrekken buiten de bepalingen in deze beperkte garantie om; indien deze toch werden verstrekt, zijn ze niet jegens Mercury Marine afdwingbaar. Voor meer informatie over gebeurtenissen en omstandigheden die wel of niet door deze garantie worden gedekt, kunt u het hoofdstuk Garantiedekking in de Handleiding voor gebruik en onderhoud raadplegen, dat middels verwijzingen deel uitmaakt van deze garantie. AFWIJZINGEN EN BEPERKINGEN: IMPLICIETE GARANTIES VAN VERKOOPBAARHEID EN GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL WORDEN UITDRUKKELIJK AFGEWEZEN. IN ZOVERRE DEZE NIET KUNNEN WORDEN AFGEWEZEN, ZIJN IMPLICIETE GARANTIES BEPERKT TOT DE TERMIJN VAN DE EXPLICIETE GARANTIE. BIJKOMENDE SCHADE EN GEVOLGSCHADE ZIJN NIET DOOR DEZE GARANTIE GEDEKT. SOMMIGE STATEN/LANDEN STAAN DE HIERBOVEN VERMELDE AFWIJZINGEN, BEPERKINGEN EN UITSLUITINGEN NIET TOE; DAAROM GELDEN ZE MISSCHIEN NIET VOOR U. DEZE GARANTIE GEEFT SPECIFIEKE WETTELIJKE RECHTEN; U KUNT OOK ANDERE RECHTEN HEBBEN, DIE PER STAAT EN PER LAND KUNNEN VERSCHILLEN.
Beperkte garantie voor FourStroke buitenboordmotoren EUROPA EN DE FEDERATIE VAN ONAFHANKELIJKE STATEN Buiten Europa en de Federatie van Onafhankelijke Staten – raadpleeg uw plaatselijke distributeur.
nld
3
INFORMATIE OVER DE GARANTIE WAT DEKT DEZE GARANTIE: Mercury Marine garandeert dat haar nieuwe producten vrij zijn van materiaalen fabricagefouten tijdens de hieronder beschreven termijn. DEKKINGSTERMIJN: Deze beperkte garantie biedt dekking gedurende twee (2) jaar vanaf de datum waarop het product voor het eerst is verkocht aan een koper die de boot als pleziervaartuig gebruikt, of de datum waarop het product voor het eerst in gebruik is genomen, wat zich het eerste voordoet. Commerciële gebruikers van deze producten ontvangen garantiedekking voor één (1) jaar vanaf de datum van de eerste verkoop of voor één (1) jaar vanaf de datum waarop het product voor het eerst in gebruik wordt genomen, wat zich het eerste voordoet. Commercieel gebruik wordt omschreven als gebruik van het product voor werk of tewerkstelling of enig gebruik van het product dat inkomsten oplevert, gedurende welk deel van de garantietermijn dan ook, zelfs als het product alleen af en toe voor dergelijke doeleinden wordt gebruikt. Reparatie of vervanging van onderdelen en onderhoudswerkzaamheden onder deze garantie leiden niet tot verlenging van de geldigheidstermijn van deze garantie tot na de oorspronkelijke datum. Eventueel resterende dekkingstijd kan van de ene klant die de boot als pleziervaartuig gebruikt worden overgedragen op de volgende klant die er hetzelfde gebruik van maakt, nadat het product naar behoren opnieuw is geregistreerd. Eventueel resterende dekkingstijd kan niet aan of door een commerciële gebruiker worden overgedragen. De garantiedekking kan beëindigd worden voor gebruikte of teruggenomen producten, of voor producten die zijn aangeschaft op een veiling, van een sloperij of van een verzekeringsmaatschappij. VOORWAARDEN WAARAAN MOET WORDEN VOLDAAN OM GARANTIEDEKKING TE VERKRIJGEN: Garantiedekking kan alleen worden verkregen door klanten die kopen van een dealer die door Mercury Marine gemachtigd is om het product te distribueren in het land waar de verkoop plaatsvindt en dan uitsluitend nadat de door Mercury Marine voorgeschreven inspectie vóór aflevering is uitgevoerd en gedocumenteerd. De garantiedekking wordt geldig nadat het product door de erkende dealer op de juiste wijze is geregistreerd. Regelmatig onderhoud zoals beschreven in de "Handleiding voor gebruik en onderhoud" moet op tijd worden uitgevoerd om garantiedekking te behouden. Mercury Marine behoudt zich het recht voor om toekomstige garantiedekking afhankelijk te maken van bewijs van correct onderhoud. WAT MERCURY ZAL DOEN: Mercury’s enige verplichting onder deze garantie is beperkt tot het, naar eigen beoordeling, repareren van een defect onderdeel, het vervangen van een dergelijk onderdeel of dergelijke onderdelen door nieuwe of door Mercury Marine gecertificeerde, gereviseerde onderdelen, of het terugbetalen van de aankoopprijs van het Mercury-product. Mercury behoudt zich het recht voor om producten van tijd tot tijd te verbeteren of te wijzigen, zonder verplicht te zijn om eerder vervaardigde producten te wijzigen. HOE VERKRIJGT U GARANTIEDEKKING: De klant moet Mercury redelijkerwijs in de gelegenheid stellen om de reparatie uit te voeren en toegang tot het product geven voor service uit hoofde van de garantie. Garantieclaims dienen te worden ingediend door het product ter inspectie naar een Mercury-dealer te brengen die gemachtigd is om onderhoud of reparaties aan het product uit te voeren. Als de koper het product niet naar een dergelijke dealer kan brengen, dient Mercury schriftelijk op de hoogte te worden gesteld. Wij zullen dan de inspectie en eventuele reparaties onder garantie regelen. De koper betaalt in dat geval voor alle met vervoer verband houdende kosten en/of reistijd. Als het geleverde onderhoud niet onder deze garantie valt, betaalt de koper alle arbeids- en materiaalkosten en alle andere kosten die bij het onderhoud horen. Tenzij daartoe verzocht door Mercury mag de koper het product of onderdelen van het product niet rechtstreeks naar Mercury zenden. Teneinde dekking te verkrijgen moet een bewijs van geregistreerd eigendom aan de dealer worden overlegd zodra om service uit hoofde van garantie wordt verzocht. WAT NIET WORDT GEDEKT: Deze beperkte garantie dekt geen regelmatig onderhoud, afstellingen, bijstellingen, normale slijtage, schade die veroorzaakt is door misbruik, verkeerd gebruik, gebruik van een schroef of tandwieloverbrenging waardoor de motor niet binnen het aanbevolen toerentalgebied bij volgas kan lopen (zie de Handleiding voor gebruik en onderhoud), het gebruik van het product op een manier die niet overeenstemt met het hoofdstuk over aanbevolen bedrijf/werkcyclus in de Handleiding voor gebruik en onderhoud, verzuim, ongelukken, onder water raken, verkeerde installatie (de specificaties en technieken voor de juiste installatie worden uiteengezet in de installatie-instructies voor het product), verkeerde service, gebruik van een accessoire of onderdeel dat niet door ons is vervaardigd of verkocht, jetpompimpellers en voeringen, varen met brandstof, olie of smeermiddelen die niet geschikt zijn voor gebruik met het product (zie de Handleiding voor gebruik en onderhoud), wijzigen of verwijderen van onderdelen, water dat de motor binnenkomt via de brandstofinlaat, luchtinlaat of het uitlaatsysteem, of schade aan het product als gevolg van onvoldoende koelwater als gevolg van verstopping van het koelsysteem door vreemd materiaal, laten lopen van de motor terwijl hij uit het water is, te hoog monteren van de motor op de spiegel of varen met de boot terwijl de motor te ver naar buiten is getrimd. Gebruik van het product voor wedstrijden of andere wedstrijdactiviteiten of varen met een onderwaterhuis dat bedoeld is voor racen, wanneer ook en ook door een eerdere eigenaar van het product, maakt de garantie ongeldig.
4
nld
INFORMATIE OVER DE GARANTIE Onkosten in verband met uit het water halen, te water laten, slepen, opslag, telefoon, huur, ongemak, ligplaatskosten, verzekeringsdekking, betalingen voor leningen, tijdsverlies, verlies van inkomsten en alle andere soorten incidentele of gevolgschade worden niet door deze garantie gedekt. Bovendien dekt deze garantie niet de extra kosten als het ontwerp van de boot het verwijderen en/of vervangen van bootschotten of materiaal noodzakelijk maakt om toegang te krijgen tot het product. Geen enkele persoon of rechtspersoon, erkende Mercury Marine-dealers evenmin, is door Mercury Marine gemachtigd om enige bevestiging, verklaring of garantie met betrekking tot het product te verstrekken behalve die welke in deze beperkte garantie staan; indien dit toch is gebeurd zijn deze niet jegens Mercury Marine afdwingbaar. Voor meer informatie over gebeurtenissen en omstandigheden die wel of niet door deze garantie worden gedekt, kunt u het hoofdstuk Garantiedekking in de Handleiding voor gebruik en onderhoud raadplegen, dat middels verwijzingen deel uitmaakt van deze garantie. AFWIJZINGEN EN BEPERKINGEN: IMPLICIETE GARANTIES VAN VERKOOPBAARHEID EN GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL WORDEN UITDRUKKELIJK AFGEWEZEN. IN ZOVERRE DEZE NIET KUNNEN WORDEN AFGEWEZEN, ZIJN IMPLICIETE GARANTIES BEPERKT TOT DE TERMIJN VAN DE EXPLICIETE GARANTIE. BIJKOMENDE SCHADE EN GEVOLGSCHADE ZIJN NIET DOOR DEZE GARANTIE GEDEKT. SOMMIGE STATEN/LANDEN STAAN DE HIERBOVEN VERMELDE AFWIJZINGEN, BEPERKINGEN EN UITSLUITINGEN NIET TOE; DAAROM GELDEN ZE MISSCHIEN NIET VOOR U. DEZE GARANTIE GEEFT SPECIFIEKE WETTELIJKE RECHTEN; U KUNT OOK ANDERE RECHTEN HEBBEN, DIE PER STAAT EN PER LAND KUNNEN VERSCHILLEN.
Beperkte garantie voor FourStroke buitenboordmotoren MIDDEN-OOSTEN EN AFRIKA WAT DEKT DEZE GARANTIE: Mercury Marine garandeert dat haar nieuwe buitenboordmotor- en jetaandrijvingproducten vrij zijn van materiaal- en fabricagefouten gedurende de hieronder beschreven termijn. DEKKINGSTERMIJN: Deze beperkte garantie biedt dekking gedurende één (1) jaar vanaf de datum waarop het product voor het eerst is verkocht aan een koper die de boot als pleziervaartuig gebruikt, of de datum waarop het product voor het eerst in gebruik is genomen, wat zich het eerste voordoet. Commerciële gebruikers van deze producten ontvangen garantiedekking voor één (1) jaar vanaf de datum van de eerste verkoop of voor één (1) jaar vanaf de datum waarop het product voor het eerst in gebruik is genomen, wat zich het eerste voordoet. Commercieel gebruik wordt omschreven als gebruik van het product voor werk of tewerkstelling of enig gebruik van het product dat inkomsten oplevert, gedurende welk deel van de garantietermijn dan ook, zelfs als het product alleen af en toe voor dergelijke doeleinden wordt gebruikt. Reparatie of vervanging van onderdelen en onderhoudswerkzaamheden onder deze garantie leiden niet tot verlenging van de geldigheidstermijn van deze garantie tot na de oorspronkelijke datum. Eventueel resterende dekkingstijd kan van de ene klant die de boot als pleziervaartuig gebruikt worden overgedragen op de volgende klant die er hetzelfde gebruik van maakt, nadat het product naar behoren opnieuw is geregistreerd. Eventueel resterende dekkingstijd kan niet aan of door een commerciële gebruiker worden overgedragen. VOORWAARDEN WAARAAN MOET WORDEN VOLDAAN OM GARANTIEDEKKING TE VERKRIJGEN: Garantiedekking kan alleen worden verkregen door klanten die kopen van een dealer die door Mercury Marine gemachtigd is om het product te distribueren in het land waar de verkoop plaatsvindt en dan uitsluitend nadat de door Mercury Marine voorgeschreven inspectie vóór aflevering is uitgevoerd en gedocumenteerd. De garantiedekking wordt geldig nadat het product door de erkende dealer op de juiste wijze is geregistreerd. Regelmatig onderhoud zoals beschreven in de "Handleiding voor gebruik en onderhoud" moet op tijd worden uitgevoerd om garantiedekking te behouden. Mercury Marine behoudt zich het recht voor om garantiedekking afhankelijk te maken van bewijs van correct onderhoud. WAT MERCURY ZAL DOEN: Mercury’s enige verplichting onder deze garantie is beperkt tot het, naar eigen beoordeling, repareren van een defect onderdeel, het vervangen van een dergelijk onderdeel of dergelijke onderdelen door nieuwe of door Mercury Marine gecertificeerde, gereviseerde onderdelen, of het terugbetalen van de aankoopprijs van het Mercury-product. Mercury behoudt zich het recht voor om producten van tijd tot tijd te verbeteren of te wijzigen, zonder verplicht te zijn om eerder vervaardigde producten te wijzigen.
nld
5
INFORMATIE OVER DE GARANTIE HOE VERKRIJGT U GARANTIEDEKKING: De klant moet Mercury redelijkerwijs in de gelegenheid stellen om de reparatie uit te voeren en toegang tot het product geven voor service uit hoofde van de garantie. Garantieclaims dienen te worden ingediend door het product ter inspectie naar een Mercury-dealer te brengen die gemachtigd is om onderhoud of reparaties aan het product uit te voeren. Als de koper het product niet naar een dergelijke dealer kan brengen, dient Mercury schriftelijk op de hoogte te worden gesteld. Wij zullen dan de inspectie en eventuele reparaties onder garantie regelen. De koper betaalt in dat geval voor alle met vervoer verband houdende kosten en/of reistijd. Als het geleverde onderhoud niet onder deze garantie valt, betaalt de koper alle arbeids- en materiaalkosten en alle andere kosten die bij het onderhoud horen. Tenzij daartoe verzocht door Mercury mag de koper het product of onderdelen van het product niet rechtstreeks naar Mercury zenden. Teneinde dekking te verkrijgen moet een bewijs van geregistreerd eigendom aan de dealer worden overlegd zodra om service uit hoofde van garantie wordt verzocht. WAT NIET WORDT GEDEKT: Deze beperkte garantie dekt geen regelmatig onderhoud, afstellingen, bijstellingen, normale slijtage, schade die veroorzaakt wordt door misbruik, verkeerd gebruik, gebruik van een schroef of tandwieloverbrenging waardoor de motor niet binnen het aanbevolen toerentalgebied bij volgas kan lopen (zie de Handleiding voor gebruik en onderhoud), het gebruik van het product op een manier die niet overeenstemt met het hoofdstuk over aanbevolen bedrijf/werkcyclus in de Handleiding voor gebruik en onderhoud, verzuim, ongelukken, onder water raken, verkeerde installatie (de specificaties en technieken voor de juiste installatie worden uiteengezet in de installatie-instructies voor het product), verkeerde service, gebruik van een accessoire of onderdeel dat niet door ons is verkocht, jetpompimpellers en voeringen, varen met brandstoffen, oliën of smeermiddelen die niet geschikt zijn voor gebruik met het product (zie de Handleiding voor gebruik en onderhoud), wijzigen of verwijderen van onderdelen, water dat de motor door de brandstofinlaat, luchtinlaat of het uitlaatsysteem binnenkomt, of schade aan het product als gevolg van onvoldoende koelwater veroorzaakt door verstopping van het koelsysteem door vreemd materiaal, laten lopen van de motor terwijl hij uit het water is, te hoog monteren van de motor op de spiegel of varen met de boot terwijl de motor te ver naar buiten is getrimd. Gebruik van het product voor wedstrijden of andere wedstrijdactiviteiten of varen met een onderwaterhuis dat bedoeld is voor racen, wanneer ook en ook door een eerdere eigenaar van het product, maakt de garantie ongeldig. Onkosten in verband met uit het water halen, te water laten, slepen, opslag, telefoon, huur, ongemak, ligplaatskosten, verzekeringsdekking, betalingen voor leningen, tijdsverlies, verlies van inkomsten en alle andere soorten incidentele of gevolgschade worden niet door deze garantie gedekt. Bovendien dekt deze garantie niet de extra kosten als het ontwerp van de boot het verwijderen en/of vervangen van bootschotten of materiaal noodzakelijk maakt om toegang te krijgen tot het product. Geen enkele persoon of rechtspersoon, erkende Mercury Marine-dealers evenmin, is door Mercury Marine gemachtigd om enige bevestiging, verklaring of garantie met betrekking tot het product te verstrekken behalve die welke in deze beperkte garantie staan; indien dit toch is gebeurd zijn deze niet jegens Mercury Marine afdwingbaar. Voor meer informatie over gebeurtenissen en omstandigheden die wel of niet door deze garantie worden gedekt, kunt u het hoofdstuk Garantiedekking in de Handleiding voor gebruik en onderhoud raadplegen, dat middels verwijzingen deel uitmaakt van deze garantie. AFWIJZINGEN EN BEPERKINGEN: IMPLICIETE GARANTIES VAN VERKOOPBAARHEID EN GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL WORDEN UITDRUKKELIJK AFGEWEZEN. IN ZOVERRE DEZE NIET KUNNEN WORDEN AFGEWEZEN, ZIJN IMPLICIETE GARANTIES BEPERKT TOT DE TERMIJN VAN DE EXPLICIETE GARANTIE. BIJKOMENDE SCHADE EN GEVOLGSCHADE ZIJN NIET DOOR DEZE GARANTIE GEDEKT. SOMMIGE STATEN/LANDEN STAAN DE HIERBOVEN VERMELDE AFWIJZINGEN, BEPERKINGEN EN UITSLUITINGEN NIET TOE; DAAROM GELDEN ZE MISSCHIEN NIET VOOR U. DEZE GARANTIE GEEFT SPECIFIEKE WETTELIJKE RECHTEN; U KUNT OOK ANDERE RECHTEN HEBBEN, DIE PER STAAT EN PER LAND KUNNEN VERSCHILLEN.
6
nld
INFORMATIE OVER DE GARANTIE Beperkte garantie van 3 jaar tegen corrosie WAT DEKT DEZE GARANTIE: Mercury Marine garandeert dat een nieuwe Mercury, Mariner, Mercury Racing, Sport Jet, M2 Jet Drive, Tracker van Mercury Marine Outboard, Mercury MerCruiser binnenboord- of hekaandrijvingsmotor (het "product") niet binnen de hieronder beschreven termijn buiten werking zal raken direct ten gevolge van corrosie.
DEKKINGSTERMIJN: Deze beperkte corrosiegarantie biedt dekking gedurende drie (3) jaar vanaf de datum waarop het product voor het eerst is verkocht of de datum waarop het product voor het eerst in bedrijf is gesteld, wat zich het eerste voordoet. De reparatie of vervanging van onderdelen of het leveren van service onder deze garantie verlengt de levensduur van deze garantie niet tot na de oorspronkelijke vervaldatum. Nog niet verlopen garantiedekking kan aan een volgende (niet commerciële) koper worden overgedragen mits het product naar behoren opnieuw wordt geregistreerd. VOORWAARDEN WAARAAN MOET WORDEN VOLDAAN OM GARANTIEDEKKING TE VERKRIJGEN: Garantiedekking kan alleen worden verkregen door klanten die kopen bij een dealer die door Mercury Marine gemachtigd is om het product te distribueren in het land waar de verkoop plaatsvindt en dan alleen nadat de door Mercury Marine voorgeschreven inspectie vóór aflevering is uitgevoerd en gedocumenteerd. Garantiedekking is verkrijgbaar nadat het product door de erkende dealer op de juiste wijze is geregistreerd. Inrichtingen die corrosie tegengaan en die in de Handleiding voor gebruik en onderhoud worden opgegeven, moeten op de boot worden gebruikt, en regelmatig onderhoud dat in de Handleiding voor gebruik en onderhoud wordt beschreven, moet op tijd worden uitgevoerd (met inbegrip van, zonder enige beperking, het vervangen van zelfopofferende anodes, het gebruik van opgegeven smeermiddelen en het bijwerken van beschadigingen en krasjes) om garantiedekking te behouden. Mercury Marine behoudt zich het recht voor om garantiedekking afhankelijk te maken van bewijs van correct onderhoud. WAT MERCURY ZAL DOEN: Mercury’s enige verplichting onder deze garantie is, naar ons goeddunken, beperkt tot het repareren van een gecorrodeerd onderdeel, het vervangen van een dergelijk onderdeel of dergelijke onderdelen door nieuwe of door Mercury Marine gecertificeerde, gereviseerde onderdelen of het terugbetalen van de aankoopprijs van het Mercury product. Mercury behoudt zich het recht voor om producten van tijd tot tijd te verbeteren of te wijzigen zonder de verplichting om eerder vervaardigde producten te wijzigen. HOE VERKRIJGT U GARANTIEDEKKING: De klant moet Mercury redelijkerwijs in de gelegenheid stellen om de reparatie uit te voeren en toegang tot het product geven voor service uit hoofde van de garantie. Garantieclaims dienen te worden ingediend door het product ter inspectie naar een Mercury-dealer te brengen die gemachtigd is om onderhoud of reparaties aan het product uit te voeren. Als de koper het product niet naar een dergelijke dealer kan brengen, dient Mercury schriftelijk op de hoogte te worden gesteld. Wij zullen dan de inspectie en eventuele reparaties onder de garantie regelen. De koper betaalt in dat geval voor alle met vervoer verband houdende kosten en/of reistijd. Als de geboden service niet door deze garantie wordt gedekt, betaalt de koper alle arbeids- en materiaalkosten en alle andere kosten die bij de service horen. Tenzij daartoe verzocht door Mercury, mag de koper het product of onderdelen van het product niet rechtstreeks naar Mercury zenden. Teneinde dekking te verkrijgen moet bewijs van geregistreerd eigendom aan de dealer worden overlegd op het moment dat om de service uit hoofde van de garantie wordt verzocht. WAT NIET WORDT GEDEKT: Deze beperkte garantie dekt geen corrosie van het elektrisch systeem; corrosie als gevolg van schade, corrosie die uitsluitend cosmetische schade veroorzaakt; misbruik of verkeerde service; corrosie van accessoires, instrumenten, stuursystemen; corrosie van door de fabriek geïnstalleerde jetaandrijving, schade als gevolg van scheepsaangroeiing; product dat verkocht is met een beperkte productgarantie van minder dan één jaar; vervangingsonderdelen (onderdelen die door de klant zijn gekocht); producten die voor commerciële doeleinden worden gebruikt. Commercieel gebruik wordt omschreven als gebruik van het product voor werk of tewerkstelling of enig gebruik van het product dat inkomsten oplevert, gedurende welk deel van de garantietermijn dan ook, zelfs als het product alleen af en toe voor dergelijke doeleinden wordt gebruikt.
nld
7
INFORMATIE OVER DE GARANTIE Corrosieschade veroorzaakt door zwerfstroom (elektrische stroomaansluiting op de vaste wal, boten in de buurt, metaal onder water) wordt niet door deze corrosiegarantie gedekt en bescherming daartegen moet worden geboden door het gebruik van een corrosiewerend systeem zoals bijvoorbeeld de Mercury Precision onderdelen of het Quicksilver MerCathode systeem en/of Galvanic Isolator (galvanische isolatiering). Corrosieschade die door verkeerde toepassing van anti-fouling verf op basis van koper wordt veroorzaakt, wordt ook niet gedekt door deze beperkte garantie. Als anti-fouling bescherming nodig is, wordt anti-fouling verf op basis van Tri-ButylTin-Adipaat (TBTA) aanbevolen voor MerCruiser toepassingen. In gebieden waar verf op basis van TBTA bij de wet verboden is, kan verf op basis van koper op de romp en de spiegel worden gebruikt. Breng geen verf aan op de buitenboordmotor of het MerCruiser product. Bovendien moet opgelet worden dat geen elektrische verbinding tussen het gegarandeerde product en de verf ontstaat. Bij MerCruiser-producten moet een ongelakte ruimte van minstens38 mm (1.5 in.) worden gelaten rondom de spiegelconstructie. Raadpleeg de Handleiding voor gebruik en onderhoud voor verdere bijzonderheden. Voor meer informatie over gebeurtenissen en omstandigheden die wel of niet door deze garantie worden gedekt, kunt u het hoofdstuk Garantiedekking in de 'Handleiding voor gebruik en onderhoud' raadplegen, dat middels verwijzingen deel uitmaakt van deze garantie. AFWIJZINGEN EN BEPERKINGEN: IMPLICIETE GARANTIES VAN VERKOOPBAARHEID EN GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL WORDEN UITDRUKKELIJK AFGEWEZEN. IN ZOVERRE DEZE NIET KUNNEN WORDEN AFGEWEZEN, ZIJN IMPLICIETE GARANTIES BEPERKT TOT DE TERMIJN VAN DE EXPLICIETE GARANTIE. BIJKOMENDE EN GEVOLGSCHADE WORDEN NIET DOOR DEZE GARANTIE GEDEKT. SOMMIGE STATEN/LANDEN STAAN DE HIERBOVEN VERMELDE AFSTANDSVERKLARINGEN, BEPERKINGEN EN UITSLUITINGEN NIET TOE; DAAROM GELDEN ZE MISSCHIEN NIET VOOR U. DEZE GARANTIE GEEFT SPECIFIEKE WETTELIJKE RECHTEN EN U KUNT OOK ANDERE RECHTEN HEBBEN, DIE VAN STAAT TOT STAAT EN VAN LAND TOT LAND VERSCHILLEN.
Garantiedekking en uitsluitingen Dit hoofdstuk is bedoeld om enkele van de algemene misvattingen m.b.t. garantiedekking uit de wereld te helpen. In de volgende informatie worden enkele soorten service uitgelegd die niet door de garantie worden gedekt. De hieronder uiteengezette voorwaarden zijn ter referentie in de Beperkte garantie van drie jaar tegen defecten als gevolg van corrosie, de Internationale beperkte garantie voor buitenboordmotoren en de Beperkte garantie voor buitenboordmotoren voor de Verenigde Staten en Canada opgenomen. Bedenk wel dat garantie reparaties dekt die binnen de garantietermijn nodig zijn vanwege gebreken in materiaal en afwerking. Verkeerde installatie, ongelukken, normale slijtage en allerlei andere oorzaken die op het product van invloed zijn, worden niet gedekt. De garantie is beperkt tot gebreken in materiaal of afwerking, maar alleen wanneer het product is verkocht in het land waarin distributie door ons is goedgekeurd. Voor eventuele vragen over garantiedekking kunt u contact met uw erkende dealer opnemen. De dealer zal graag al uw vragen beantwoorden.
ALGEMENE UITSLUITINGEN VAN DE GARANTIE 1.
Kleine bij- en afstellingen, waaronder het controleren, reinigen of afstellen van bougies, onderdelen van de ontsteking, carburateurinstellingen, filters, riemen, bedieningsorganen en het controleren van smeermiddelen, uitgevoerd tijdens normale service.
2.
In de fabriek geïnstalleerde jetaandrijvingen - Specifieke onderdelen die van de garantie zijn uitgesloten, zijn: door schok of slijtage beschadigde impeller van de jetaandrijving en de jetpompvoering en door water beschadigde aandrijfaslagers als gevolg van verkeerd onderhoud.
3.
Schade veroorzaakt door verzuim, gebrek aan onderhoud, ongelukken, abnormaal gebruik of verkeerde installatie of service.
4.
Kosten voor het uit het water halen, te water laten en slepen, vanwege het bootontwerp te verwijderen en/of te vervangen bootschotten of materiaal voor noodzakelijke toegang tot het product, alle bijbehorende transportkosten en/of reistijd enz. Er moet redelijke toegang tot het product worden verschaft voor service onder de garantie. De klant moet het product bij een erkende dealer afleveren.
5.
Andere, door de klant verzochte service dan hetgeen noodzakelijk is om aan de garantieverplichting te voldoen. 8
nld
INFORMATIE OVER DE GARANTIE 6.
Arbeidskosten voor werk dat niet door een erkende dealer is uitgevoerd wordt wellicht alleen onder de volgende omstandigheden gedekt: Wanneer het werk in noodgevallen is uitgevoerd (mits er geen erkende dealers in de buurt zijn die het vereiste werk kunnen uitvoeren of de dealers geen faciliteiten hebben voor uit het water halen enz. en voorafgaand door de fabriek toestemming is verleend om het werk bij deze faciliteit te laten uitvoeren).
7.
De eigenaar is verantwoordelijk voor alle incidentele en/of gevolgschade (opslagkosten, alle telefoon- of huurkosten, ongemak of verlies van tijd of inkomsten).
8.
Gebruik van andere dan Mercury Precision of Quicksilver onderdelen bij het uitvoeren van reparaties tijdens de garantieperiode.
9.
De klant is verantwoordelijk voor olieën, smeermiddelen of vloeistoffen die ververst zijn als onderdeel van normaal onderhoud tenzij verlies of verontreiniging hiervan door een defect van het product is veroorzaakt dat voor garantie in aanmerking komt.
10. Deelname aan of voorbereiding voor wedstrijden of andere wedstrijdactiviteiten of varen met een voor racen bedoeld onderwaterhuis. 11. Motorlawaai duidt niet noodzakelijkerwijs op een ernstig motorprobleem. Als de diagnose een ernstig probleem in de motor aangeeft, dat tot een storing kan leiden, moet de oorzaak van het lawaai onder de garantie worden verholpen. 12. Schade aan het onderwaterhuis en/of de schroef, veroorzaakt door het raken van een voorwerp onder water, wordt als een gevaar van het varen beschouwd. 13. Water dat de motor via de brandstofinlaat, luchtinlaat of het uitlaatsysteem binnenkomt of onderdompeling. 14. Storing van onderdelen veroorzaakt door gebrek aan koelwater, wat het gevolg is van het starten van een motor die niet in het water is, vreemd materiaal dat de inlaatopeningen verstopt, een te hoog gemonteerde of te ver naar buiten getrimde motor. 15. Gebruik van brandstoffen en smeermiddelen die niet geschikt zijn voor gebruik met of op het product. Raadpleeg het hoofdstuk Onderhoud. 16. Onze beperkte garantie is niet van toepassing op productschade veroorzaakt door de installatie of het gebruik van onderdelen en accessoires die niet door ons worden geproduceerd of verkocht. Storingen die geen verband houden met het gebruik van die onderdelen of accessoires worden onder de garantie gedekt als ze aan de voorwaarden van de beperkte garantie van dat product voldoen.
Beperkte emissiegarantie volgens Amerikaanse EPA Overeenkomstig de verplichtingen voortvloeiend uit 40 CFR deel 1045, subdeel M, verleent Mercury Marine de koper een emissiegarantie van vijf jaar of 175 motorbedrijfsuren (wat het eerst komt), inhoudend dat de motor zodanig is ontworpen, gebouwd en uitgerust dat deze bij verkoop aan de geldende voorschriften volgens hoofdstuk 213 van de Clean Air Act voldoet en dat de motor vrij is van materiaalgebreken en fabricagefouten waardoor de motor niet meer aan de geldende voorschriften zou voldoen. Deze emissiegarantie geldt voor alle componenten die vermeld staan in de lijst Onderdelen van emissieregelsysteem.
Onderdelen van emissieregelsysteem De emissiegarantie volgens de EPA en voor Californië geldt voor alle componenten die vermeld staan in de volgende lijst:
ONDERDELEN VAN HET EMISSIEREGELSYSTEEM: 1.
Brandstofdoseersysteem a. Carburateur en inwendige onderdelen (en/of drukregelaar of brandstofinjectiesysteem) b. Verrijkingssysteem voor koude start c. Inlaatkleppen
2.
Luchtaanzuigsysteem a. Inlaatspruitstuk b. Turbolader- of superchargersysteem (waar van toepassing)
3. nld
Ontstekingssysteem 9
INFORMATIE OVER DE GARANTIE a. Bougies b. Magnetisch of elektronisch ontstekingssysteem c. Systeem voor vonkvervroeging-/vertraging d. Bobine en/of ontstekingsmodule e. Bedrading ontstekingssysteem 4.
Smeersysteem (behalve viertaktmotoren) a. Oliepomp en inwendige onderdelen b. Olie-injectors c. Oliemeter
5.
Uitlaatsysteem a. Uitlaatspruitstuk b. Uitlaatkleppen
6.
Diverse onderdelen gebruikt in bovenstaande systemen a. Slangen, klemmen, aansluitingen, buizen, afdichtpakkingen of -voorzieningen en bevestigingsmaterialen b. Poelies, riemen en spanrollen c. Vacuüm-, temperatuur- en terugslagkleppen en -schakelaars, eventueel tijdgeschakeld d. Elektronische bedieningselementen
De garantie op het emissiesysteem geldt alleen voor onderdelen die bij een defect de motoremissie van onder de bepaling vallende verontreinigende stoffen zouden verhogen.
Beperkte garantie emissies Californië De California Air Resources Board heeft emissievoorschriften uitgevaardigd voor buitenboordmotoren. De voorschriften gelden voor alle buitenboordmotoren verkocht aan kopers in Californië en vervaardigd in modeljaar 2001 en later. In navolging van deze regelgeving biedt Mercury Marine deze beperkte garantie voor het emissieregelsysteem (zie de componenten die vermeld staan onder Onderdelen van emissieregelsysteem) en garandeert het tevens dat de buitenboordmotor is ontworpen, gebouwd en uitgerust conform alle geldende voorschriften uitgevaardigd door de California Air Resources Board overeenkomstig de bevoegdheden volgens hoofdstukken 1 en 2, deel 5, divisie 26 van de Health and Safety Code. Zie voor informatie betreffende de beperkte garantie voor andere onderdelen van de buitenboordmotor de verklaring van beperkte garantie voor uw buitenboordmotor. WAT DEKT DEZE GARANTIE: Mercury Marine garandeert dat de componenten van de emissieregelsystemen (zie de lijst met componenten onder Onderdelen van emissieregelsysteem) van de nieuwe buitenboordmotoren vervaardigd in modeljaar 2001 (en later), verkocht door dealers in Californië aan kopers woonachtig in Californië, vrij zijn van materiaalgebreken of fabricagefouten die het uitvallen van gegarandeerde onderdelen veroorzaken, in alle materiële aspecten identiek zijn aan de onderdelen zoals beschreven in de aanvraag voor certificering van Mercury Marine door de California Air Resources Board, voor de hieronder gespecificeerde tijdsduur en voorwaarden. De kosten voor vaststelling van een defect dat onder de garantie valt, worden gedekt door de garantie (als de garantieclaim wordt toegewezen). Van schade aan andere motoronderdelen veroorzaakt door defecten aan een onderdeel dat onder de garantie valt, zijn de reparatiekosten ook gedekt door deze garantie. DEKKINGSTERMIJN: Deze beperkte garantie dekt de onderdelen van het emissieregelsysteem van nieuwe buitenboordmotoren uit modeljaar 2001 (en later) die zijn verkocht aan kopers in Californië. De garantie geldt voor een periode van vier (4) jaar vanaf de datum dat het product is verkocht, voor het eerst in bedrijf is gesteld (wat zich het eerst voordoet) of tot een totaal van 250 motorbedrijfsuren (zoals vastgesteld door de urenteller van de motor, indien van toepassing). Normale onderhoudspunten die samenhangen met emissie zoals bougies en filters, vermeld op de lijst van onderdelen onder garantie, zijn uitsluitend gedekt tot het eerste onderhoudsinterval. Zie Onderdelen van emissieregelsysteem en Onderhoudsschema. Reparatie of vervanging van onderdelen en onderhoudswerkzaamheden onder deze garantie leiden niet tot verlenging van de geldigheidstermijn van deze garantie tot na de oorspronkelijke datum. Resterende garantiedekking kan worden overgedragen aan de volgende koper. (Zie de instructies betreffende het overdragen van de garantie.)
10
nld
INFORMATIE OVER DE GARANTIE VERKRIJGEN VAN GARANTIEDEKKING: De klant moet Mercury redelijkerwijs in de gelegenheid stellen om de reparatie uit te voeren en toegang tot het product geven voor service uit hoofde van de garantie. Garantieclaims dienen te worden ingediend door het product ter inspectie naar een Mercury-dealer te brengen die gemachtigd is om onderhoud of reparaties aan het product uit te voeren. Als de koper het product niet naar zo'n dealer kan brengen, dient hij contact op te nemen met Mercury Marine en Mercury zal dan de inspectie en eventuele reparaties onder de garantie organiseren. De koper betaalt in dat geval voor alle met vervoer verband houdende kosten en/of reistijd. Als het geleverde onderhoud niet onder deze garantie valt, betaalt de koper alle arbeids- en materiaalkosten en alle andere kosten die bij het onderhoud horen. Tenzij daartoe verzocht door Mercury mag de koper het product of onderdelen van het product niet rechtstreeks naar Mercury zenden. WAT MERCURY ZAL DOEN: Mercury Marine’s enige verplichting onder deze garantie is beperkt tot het, naar eigen inzicht en op eigen kosten, repareren van een defect onderdeel of vervangen van een dergelijk onderdeel(delen) door nieuwe of door Mercury Marine gecertificeerde, gereviseerde onderdelen dan wel het terugbetalen van de aankoopprijs van het Mercury-product. Mercury behoudt zich het recht voor om producten van tijd tot tijd te verbeteren of te wijzigen, zonder verplicht te zijn om eerder vervaardigde producten te wijzigen. WAT NIET WORDT GEDEKT: Deze beperkte garantie dekt geen regelmatig onderhoud, afstellingen, bijstellingen, normale slijtage en schade die veroorzaakt worden door misbruik, verkeerd gebruik, gebruik van een schroef of tandwieloverbrenging waardoor de motor bij volgas niet kan draaien binnen de aanbevolen toerentalzone (zie Algemene informatie - specificaties), het gebruik van het product op een manier die niet overeenstemt met de aanbevolen gebruiksprocedures, verzuim, ongelukken, onder water raken, verkeerde installatie (de specificaties en technieken voor de juiste installatie worden uiteengezet in de installatie-instructies voor het product), verkeerde service, jetpompimpellers en voeringen, varen met brandstof, olie of smeermiddelen die niet geschikt zijn voor gebruik met het product (zie Brandstof en olie), wijzigingen aan of verwijdering van onderdelen. Onkosten in verband met uit het water halen, te water laten, slepen, opslag, telefoon, huur, ongemak, ligplaatskosten, verzekeringsdekking, betalingen voor leningen, tijdsverlies, verlies van inkomsten en alle andere soorten incidentele of gevolgschade worden niet door deze garantie gedekt. Bovendien dekt deze garantie niet de extra kosten als het ontwerp van de boot het verwijderen en/of vervangen van bootschotten of materiaal noodzakelijk maakt om toegang te krijgen tot het product. Onderhoud, vervanging of reparatie van voorzieningen en systemen voor emissieregeling die niet onder de garantie vallen, kunnen worden uitgevoerd door een willekeurige werkplaats of monteur gespecialiseerd in scheepsmotorreparatie. Bij gebruik van onderdelen die niet afkomstig zijn van Mercury voor niet onder de garantie vallende(e) onderhoud of reparatie, behoudt u uw recht op andere werkzaamheden onder garantie. Het gebruik van toegevoegde (zoals gedefinieerd in paragraaf 1900 (b)(1) en (b)(10) van Titelblad 13 van de California Code of Regulations) of gewijzigde onderdelen die niet zijn ontheven door de California Air Resources Board, kan tot gevolg hebben dat naar het oordeel van Mercury Marine een garantieclaim wordt afgewezen. Onderdelen die onder de garantie vallen en die een defect hebben als gevolg van het gebruik van een nietontheven toegevoegd of gewijzigd onderdeel, zijn niet gedekt. AFWIJZINGEN EN BEPERKINGEN IMPLICIETE GARANTIES VAN VERKOOPBAARHEID EN GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL WORDEN UITDRUKKELIJK AFGEWEZEN. IN ZOVERRE DEZE NIET KUNNEN WORDEN AFGEWEZEN, ZIJN IMPLICIETE GARANTIES BEPERKT TOT DE TERMIJN VAN DE EXPLICIETE GARANTIE. BIJKOMENDE SCHADE EN GEVOLGSCHADE ZIJN NIET DOOR DEZE GARANTIE GEDEKT. SOMMIGE STATEN/LANDEN STAAN DE HIERBOVEN VERMELDE AFWIJZINGEN, BEPERKINGEN EN UITSLUITINGEN NIET TOE; DAAROM GELDEN ZE MISSCHIEN NIET VOOR U. DEZE GARANTIE GEEFT SPECIFIEKE WETTELIJKE RECHTEN; U KUNT OOK ANDERE RECHTEN HEBBEN, DIE PER STAAT EN PER LAND KUNNEN VERSCHILLEN. Heeft u vragen over uw rechten en verantwoordelijkheden met betrekking tot de garantie, neem dan contact op met Mercury Marine op 1-920-929-5040.
nld
11
INFORMATIE OVER DE GARANTIE Uitleg over uw California Emission Control-garantieverklaring van de California Air Resources Board UW RECHTEN EN PLICHTEN ONDER DEZE GARANTIE: De California Air Resources Board legt u graag de garantievoorwaarden uit voor het emissieregelsysteem voor uw buitenboordmotor uit modeljaar 2001 of later. In Californië moeten nieuwe buitenboordmotoren zo worden ontworpen, gebouwd en uitgerust dat ze voldoen aan de strenge anti-smogvoorschriften die in deze staat gelden. Mercury Marine moet het emissieregelsysteem op uw buitenboordmotor garantiedekking geven voor de hieronder vermelde tijdsduur, op voorwaarde dat er geen sprake is van misbruik, verzuim of verkeerd onderhoud met betrekking tot uw buitenboordmotor. Uw emissieregelsysteem kan de volgende onderdelen bevatten: carburateur of brandstofinjectiesysteem, ontstekingssysteem en katalysator. Het systeem kan eveneens slangen, riemen, connectors en andere met emissie verband houdende onderdelen bevatten. Als het defect onder de garantie valt, repareert Mercury uw buitenboordmotor zonder kosten voor u, inclusief diagnose, onderdelen en arbeidsloon. GARANTIEDEKKING FABRIKANT: Voor bepaalde onderdelen voor emissieregeling van buitenboordmotoren uit modeljaar 2001 en later geldt de garantiedekking vier (4) jaar of 250 bedrijfsuren, wat zich het eerste voordoet. Garantiedekking gebaseerd op het aantal uren is echter alleen toegestaan voor buitenboordmotoren en kleine vaartuigen die zijn uitgerust met geschikte urentellers of gelijkwaardige meters. Als een met emissie verband houdend onderdeel van uw motor defect raakt onder de garantie, zal Mercury Marine dit onderdeel repareren of vervangen. GARANTIE-VERANTWOORDELIJKHEDEN EIGENAAR: De eigenaar van de buitenboordmotor is verantwoordelijk voor de uitvoering van het vereiste onderhoud zoals beschreven in de lijst in het hoofdstuk Onderhoud. Mercury Marine raadt u aan alle kwitanties m.b.t onderhoud van uw buitenboordmotor te bewaren, maar Mercury Marine kan de garantie niet afwijzen uitsluitend vanwege het ontbreken van kwitanties of omdat u niet alle geplande onderhoudswerkzaamheden hebt uitgevoerd. Als eigenaar van de buitenboordmotor hoort u zich er altijd van bewust te zijn dat Mercury Marine de garantiedekking kan afwijzen als uw buitenboordmotor of een onderdeel een defect heeft opgelopen door misbruik, nalatigheid, verkeerd onderhoud of niet-geautoriseerde wijzigingen. Het is uw verantwoordelijkheid de buitenboordmotor voor onderhoud naar een hiervoor geautoriseerde Mercurydealer te brengen zodra zich een probleem voordoet. De reparaties die onder de garantie vallen worden uitgevoerd binnen een redelijke tijdsduur, tot maximaal 30 dagen. Heeft u vragen over uw rechten en verantwoordelijkheden met betrekking tot de garantie, neem dan contact op met Mercury Marine op 1-920-929-5040.
Ster-emissiecertificatielabel Buitenboordmotoren hebben een van de volgende ster-labels op de motorkap. Het symbool voor een schonere scheepsmotor betekent: Schonere lucht en schoner water - voor een gezondere levensstijl en natuur. Lager brandstofverbruik - verbruikt tot 30–40 procent minder gas en olie dan conventionele tweetaktmotoren met carburateur, waardoor u geld en energie bespaart. Langer geldende garantie op de emissie - beschermt de gebruiker en staat garant voor zorgeloos gebruik. Eén ster - lage emissie Het label met één ster wordt aangebracht op motoren die voldoen aan de uitlaatemissienormen van 2001 van de Air Resources Board. Bij motoren die aan deze normen voldoen, is de uitlaatemissie 75% lager dan bij conventionele tweetaktmotoren met een carburateur. Deze motoren 22531 voldoen aan de normen voor scheepsmotoren van 2006 van de Amerikaanse EPA.
12
nld
INFORMATIE OVER DE GARANTIE Twee sterren - zeer lage emissie
42537
Het label met twee sterren wordt aangebracht op motoren die voldoen aan de uitlaatemissienormen van 2004 voor kleine vaartuigen en buitenboordmotoren van de Air Resources Board. Bij motoren die aan deze normen voldoen, is de uitlaatemissie 20% lager dan bij motoren met het label "één ster - lage emissie". Drie sterren - ultralage emissie
42538
Het label met drie sterren wordt aangebracht op motoren die voldoen aan de uitlaatemissienormen van 2008 voor kleine vaartuigen en buitenboordmotoren of de uitlaatemissienormen van 2003/2008 voor scheepsmotoren (binnenboord- en hekaandrijving) van de Air Resources Board. Bij motoren die aan deze normen voldoen, is de uitlaatemissie 65% lager dan bij motoren met het label "één ster - lage emissie". Vier sterren - superlage emissie
42539
nld
Het label met vier sterren wordt aangebracht op motoren die voldoen aan de uitlaatemissienormen van 2009 voor scheepsmotoren (binnenboord en hekaandrijving) van de Air Resources Board. Kleine vaartuigen en buitenboordmotoren voldoen soms ook aan deze normen. Bij motoren die aan deze normen voldoen is de uitlaatemissie 90% lager dan die van motoren met het label "één ster - lage emissie".
13
ALGEMENE INFORMATIE Verantwoordelijkheid van de bestuurder De bestuurder is verantwoordelijk voor de juiste en veilige bediening van de boot en de veiligheid van de medeopvarenden en het grote publiek. Er wordt ten sterkste aangeraden dat elke bestuurder deze gehele handleiding doorleest, voordat hij de buitenboordmotor gebruikt. Zorg ervoor dat er minstens één andere persoon aan boord is die geleerd heeft de buitenboordmotor te starten en te bedienen en die de boot kan besturen in geval de bestuurder niet in staat is om dit te doen.
Vóór het bedienen van de buitenboordmotor Lees deze handleiding aandachtig. Leer hoe u de buitenboordmotor op de juiste wijze bedient. Voor eventuele vragen kunt u contact met uw dealer opnemen. Het in acht nemen van de veiligheids- en bedieningsinformatie en gezond verstand kunnen samen dit risico van letsel en beschadiging van het product helpen voorkomen. In deze handleiding en op de veiligheidslabels op de buitenboordmotor worden de volgende veiligheidswaarschuwingen gebruikt om uw aandacht op speciale veiligheidsaanwijzingen te vestigen die gevolgd moeten worden.
!
GEVAAR
Duidt op een gevaarlijke situatie die tot ernstig of dodelijk letsel zal leiden als hij niet wordt vermeden.
!
WAARSCHUWING
Duidt op een gevaarlijke situatie die tot ernstig of dodelijk letsel zou kunnen leiden als hij niet wordt vermeden.
!
OPGELET
Duidt op een gevaarlijke situatie die tot licht of matig letsel zou kunnen leiden als hij niet wordt vermeden.
KENNISGEVING Duidt op een situatie die tot uitval van de motor of een belangrijk onderdeel zou kunnen leiden als hij niet wordt vermeden.
Vermogen van de boot !
WAARSCHUWING
Als een buitenboordmotor gebruikt wordt die de maximale vermogensgrens van een boot overschrijdt, kan: 1. de boot onbestuurbaar worden 2. te veel gewicht bij de spiegel geplaatst worden waardoor het drijfvermogen van de boot gewijzigd wordt of 3. de boot kapot gaan, vooral in de buurt van de spiegel. Het gebruik van een buitenboordmotor met een te groot vermogen kan leiden tot letsel, dodelijke ongelukken of schade aan de boot.
14
nld
ALGEMENE INFORMATIE Gebruik geen buitenboordmotor op uw boot met een te groot vermogen en overbelast uw boot niet. De meeste boten hebben een vereist vermogensplaatje dat het maximaal toegestane vermogen en de maximaal toegestane belasting aangeeft die door de fabrikant zijn vastgesteld aan de hand van bepaalde overheidsrichtlijnen. Neem in geval van twijfel contact op met uw dealer of de fabrikant van de boot.
U.S. COAST GUARD CAP ACITY MAXIMUM HORSEPOWER XXX MAXIMUM PERSON CAPACITY (POUNDS)
XXX
MAXIMUM WEIGHT CAPACITY
XXX 26777
Gebruik van race- en speedboten Als uw buitenboordmotor gebruikt zal worden op een speed- of raceboot waarmee u niet vertrouwd bent, raden wij aan dat u er pas snel mee vaart na een eerste kennismakingsdemonstratie door uw dealer of een bestuurder die ervaring heeft met deze combinatie van vaartuig en buitenboordmotor. Vraag voor nadere informatie een exemplaar aan van de brochure Gebruik van race- en speedbotenbij uw dealer, leverancier of bij Mercury Marine.
Buitenboordmodellen met afstandsbediening De afstandsbediening die is aangesloten op de buitenboordmotor moet een beveiliging hebben die uitsluitend starten in neutraal toelaat. Hierdoor wordt voorkomen dat de motor start wanneer de overbrenging in een andere stand dan neutraal is geschakeld.
!
WAARSCHUWING
Starten van de motor terwijl de aandrijving is ingeschakeld kan ernstig of dodelijk letsel veroorzaken. Gebruik nooit boten die niet zijn voorzien van een beveiliging die uitsluitend starten in neutraal toelaat.
26779
Kennisgeving over afstandsbesturing De stuurstang die de stuurkabel met de motor verbindt, moet met zelfborgende moeren vastgezet worden. Deze zelfborgende moeren mogen nooit vervangen worden door gewone (niet borgende) moeren omdat deze los zullen komen en eraf zullen trillen waardoor de stuurstang losgekoppeld wordt.
nld
15
ALGEMENE INFORMATIE !
WAARSCHUWING
Het losraken van een stuurstang kan ertoe leiden dat de boot plotseling een scherpe bocht maakt. Dit kan ertoe leiden dat de opvarenden overboord vallen waardoor ze aan ernstig of dodelijk letsel worden blootgesteld.
a
a-
a
zelfborgende moeren
26780
Dodemansschakelaar De dodemansschakelaar dient om de motor uit te zetten wanneer de bestuurder zo ver van de bestuurdersplaats verwijderd raakt (zoals wanneer hij uit de stoel wordt geslingerd) dat de schakelaar geactiveerd wordt. Buitenboordmotoren met stuurknuppel en sommige afstandsbedieningen zijn uitgerust met een dodemansschakelaar. Een schakelaar met dodemanskoord kan als optie worden geïnstalleerd - gewoonlijk op het dashboard of aan de zijkant naast de plaats van de bestuurder. Het dodemanskoord is gewoonlijk 122–152 cm (4-5 feet) lang wanneer het uitgetrokken wordt, met een element aan het ene uiteinde dat in de schakelaar wordt gestoken en een drukker aan het andere uiteinde dat aan de bestuurder wordt bevestigd. Het dodemanskoord is spiraalvormig opgewonden, zodat het zo kort mogelijk is wanneer er niet aan wordt getrokken en de kans dat het in voorwerpen verstrikt raakt zo klein mogelijk blijft. De lengte in uitgetrokken toestand is zodanig dat de kans op per ongeluk activeren minimaal is, mocht de bestuurder zich nabij zijn stoel bewegen. Als een korter dodemanskoord wenselijk is, wikkelt u het koord rond de pols of het been van de bestuurder of legt u een knoop in het koord.
b
a
21629
ab-
dodemanskoord dodemansschakelaar
Lees de onderstaande veiligheidsinformatie voordat u verdergaat. Belangrijke veiligheidsinformatie: De dodemansschakelaar dient de motor af te zetten als de bestuurder zich zo ver van de bestuurdersplaats verwijdert dat de schakelaar geactiveerd wordt. Dit is het geval als de bestuurder per ongeluk overboord valt of zich binnen de boot te ver van de bestuurdersplaats verwijdert. Overboord vallen of uit de stoel geslingerd worden komt eerder voor bij bepaalde boottypen zoals opblaasboten met lage zijkanten, sportvisboten, speedboten en lichte vissersboten met een gevoelige helmstokbesturing. Overboord vallen of uit de stoel worden gestoten komt ook eerder voor bij onjuist gebruik, bijvoorbeeld op de rugleuning van de stoel zitten of op het gangboord bij planeesnelheden, staan bij planeesnelheden, op het verhoogde dek van een vissersboot zitten, met planeesnelheid varen in ondiep water of water met veel obstakels, een naar een kant trekkend stuurwiel of dito stuurknuppel loslaten, het gebruik van alcohol of verdovende middelen en gewaagde bootmanoeuvres bij hoge snelheid.
16
nld
ALGEMENE INFORMATIE Hoewel de motor bij activering van de dodemansschakelaar onmiddellijk wordt afgezet, blijft de boot doorvaren afhankelijk van de snelheid en de scherpte van de bocht op het moment dat de motor werd afgezet. De boot zal echter geen volledige cirkel maken. Terwijl de boot doorvaart, is de kans op ernstig letsel voor personen in het vaartraject van de boot hetzelfde als wanneer de motor draait. Wij raden ten sterkste aan om medeopvarenden de start- en bedieningsprocedures te leren ingeval ze de motor in een noodgeval moeten bedienen (bv. als de bestuurder per ongeluk uit de boot wordt geworpen).
!
WAARSCHUWING
Als de bestuurder overboord valt, zet de motor dan onmiddellijk af om de kans te verkleinen dat de boot de bestuurder raakt, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel als gevolg. Zorg er altijd voor dat de bestuurder goed via een koord met de dodemansschakelaar is verbonden.
!
WAARSCHUWING
Vermijd ernstig en dodelijk letsel door sterke remkrachten als gevolg van het per ongeluk of onbedoeld activeren van de dodemansschakelaar. De bestuurder van de boot mag nooit de bestuurdersplaats verlaten zonder eerst het dodemansschakelaarkoord van zijn lichaam los te halen. Per ongeluk of onbedoeld activeren van de dodemansschakelaar kan ook tijdens normaal bedrijf gebeuren. Dit kan één of meer van de volgende mogelijk gevaarlijke situaties veroorzaken: •
Opvarenden kunnen naar voren worden geslingerd bij onverwacht stoppen; dit is vooral een probleem voor passagiers voorin de boot; deze kunnen over de boeg slaan en door het onderwaterhuis of de schroef geraakt worden.
•
Verlies van vermogen en de macht over het stuur in ruwe zee, sterke stroming of harde wind.
•
Verlies van de macht over het stuur tijdens het aanleggen.
ZORG DAT DE DODEMANSSCHAKELAAR EN HET KOORD ALTIJD IN GOEDE WERKENDE STAAT VERKEREN. Controleer vóór elk gebruik de werking van de dodemansschakelaar. Start de motor en stop hem door aan het dodemanskoord te trekken. Als de motor niet stopt, moet de schakelaar gerepareerd worden voordat u de boot gebruikt. Inspecteer het dodemanskoord altijd voor gebruik om te zien of het in goede staat verkeert en niet is gebroken, ingesneden of versleten. Controleer of de clips op de uiteinden van het dodemanskoord in goede staat verkeren. Vervang dodemanskoorden die beschadigd of versleten zijn.
Mensen in het water beschermen TERWIJL U VAART Voor personen, die zich staand of drijvend in het water bevinden, is het zeer moeilijk snel uit de weg te gaan, wanneer een motorboot, zelfs met een lage snelheid, in hun richting vaart.
21604
Minder altijd snelheid en wees zeer voorzichtig wanneer uw boot zich in de nabijheid van badende mensen bevindt.
nld
17
ALGEMENE INFORMATIE Wanneer een boot vaart (zonder aangedreven te worden) en de schakeling van de buitenboordmotor in de neutraalstand staat, oefent het water voldoende kracht uit op de schroef om de schroef te doen draaien. Dit vrij ronddraaien van de schroef kan ernstig letsel veroorzaken.
TERWIJL DE BOOT STILLIGT !
WAARSCHUWING
Stop uw motor onmiddellijk wanneer iemand zich in de buurt van uw boot in het water bevindt. De persoon in het water kan ernstig gewond raken als hij door een draaiende schroef, varende boot, onderwaterhuis of door permanent aan de boot of het onderwaterhuis gemonteerde accessoires wordt geraakt. Schakel de motor in de neutraalstand en zet de motor uit alvorens mensen in de buurt van uw boot te laten zwemmen of waden.
Mededeling over veiligheid van passagiers – ponton- en dekboten Houd tijdens het varen altijd in het oog waar alle passagiers zich bevinden. Sta niet toe dat passagiers staan of andere stoelen gebruiken dan de stoelen die bedoeld zijn voor sneller varen dan met stationair toerental. Een plotselinge afname in de vaarsnelheid, zoals wanneer de boot in een grote golf of in kielzog duikt, plotseling minder gas geven of een scherpe richtingsverandering van de boot kan hen van de voorkant van de boot slingeren. Als ze over de voorkant van de boot tussen de twee pontons vallen, kunnen zij door de buitenboordmotor overvaren worden.
BOTEN MET EEN OPEN VOORDEK Niemand mag zich ooit vóór het hekje op het dek bevinden terwijl de boot vaart. Houd alle passagiers achter het hekje of de afzetting. Mensen op het voordek kunnen gemakkelijk overboord worden geslingerd en benen die over de voorrand bengelen, kunnen door een golf worden gegrepen zodat de mensen in het water worden getrokken.
26782
!
WAARSCHUWING
Voorkom ernstige of dodelijke ongelukken door overboord slaan over de voorkant van een ponton of dekboot en overvaren. Blijf bij de voorkant van het dek vandaan en blijf zitten terwijl de boot vaart.
BOTEN MET VOOROP GEMONTEERDE HOGE VISSTOELEN OP VOETSTUK Hoge visstoelen zijn niet bedoeld voor gebruik als de boot sneller vaart dan met stationair toerental of op sleepsnelheid. Ga alleen op stoelen zitten die bedoeld zijn voor varen met hogere snelheid.
18
nld
ALGEMENE INFORMATIE Een onverwachte, plotselinge afname in de snelheid van de boot kan tot gevolg hebben dat de passagier die hoog zit over de voorkant uit de boot valt.
26783
Over golven en kielwater springen Het varen over golven en kielwater met plezierboten maakt van nature deel uit van varen. Maar wanneer dit zo snel wordt gedaan dat het onderwaterschip geheel of gedeeltelijk uit het water wordt getild, ontstaan bepaalde gevaarlijke situaties, vooral wanneer de boot weer in het water terechtkomt.
26784
Het grootste probleem is dat de boot van richting kan veranderen terwijl hij over een golf of kielwater springt. In dat geval kan de boot plotseling van koers veranderen wanneer hij weer in het water terechtkomt. Een dergelijke scherpe verandering van richting kan ertoe leiden dat de opvarenden uit hun stoel of uit de boot worden gestoten.
!
WAARSCHUWING
Voorkom ernstig of dodelijk letsel als gevolg van in of uit de boot gestoten worden wanneer de boot neerkomt na over een golf of kielwater te zijn gesprongen. Vermijd zo veel mogelijk over golven en kielwater te springen. Instrueer alle opvarenden omlaag te duiken en zich aan een handgreep van de boot vast te houden als de boot over golven of kielwater springt. Een minder vaak voorkomende, maar gevaarlijke situatie kan ontstaan als u de boot over een golf of kielwater laat springen. Als de boeg van de boot in de lucht ver genoeg omlaag duikt, kan hij bij het neerkomen onder het wateroppervlak komen en gedurende een ogenblik geheel onder water zijn. Hierdoor komt de boot ogenblikkelijk tot stilstand en kunnen de opvarenden naar voren vliegen. De boot kan bovendien scherp naar één kant trekken.
nld
19
ALGEMENE INFORMATIE Botsingen met obstakels onder water Neem gas terug en wees voorzichtig als u in ondiep water vaart of op plaatsen waar zich onder water mogelijk obstakels bevinden die door de buitenboordmotor of de bodem van de boot geraakt kunnen worden. Het belangrijkste wat u kunt doen om letsel of stootschade door aanraking van een drijvend voorwerp of een voorwerp onder water te helpen voorkomen, is de snelheid van de boot aan te passen. Onder deze omstandigheden moet de snelheid van de boot beperkt worden tot een minimale planeersnelheid van 24 tot 40 km/u (15 tot 25 MPH).
26785
!
WAARSCHUWING
Om ernstig of dodelijk letsel te voorkomen doordat een deel van, of een complete, buitenboordmotor in de boot belandt nadat er een drijvend obstakel of obstakel onder water geraakt is, dient de snelheid te worden beperkt tot de minimale planeersnelheid. Raken van een drijvend obstakel of obstakel onder water kan leiden tot talloze verschillende situaties. Sommige van deze situaties kunnen in het volgende resulteren: •
Een deel van de buitenboordmotor of de gehele buitenboordmotor kan loskomen en in de boot belanden.
•
De boot kan plotseling in een andere richting gaan varen. Bij een scherpe richtingverandering kunnen de opvarenden uit hun stoel of uit de boot worden geslingerd.
•
De snelheid kan plotseling afnemen. Hierdoor worden opvarenden naar voren, of misschien zelfs uit de boot geslingerd.
•
Schade als de buitenboordmotor en/of de boot geraakt is.
Vergeet nooit dat het regelen van de vaarsnelheid het belangrijkste is wat u bij botsingen kunt doen om letsel of schade te voorkomen. Houd de vaarsnelheid op de minimale planeersnelheid wanneer u vaart op plaatsen met obstakels onder water. Nadat een voorwerp onder water is geraakt, moet u de motor zo spoedig mogelijk afzetten en inspecteren op gebroken of loszittende onderdelen. Als u schade ziet of vermoedt, moet de buitenboordmotor voor een grondige inspectie en noodzakelijke reparaties naar een erkende dealer worden gebracht. De boot moet ook op breuken in de romp of de spiegel en op waterlekkage worden gecontroleerd. Varen met een beschadigde buitenboordmotor kan bijkomende schade veroorzaken aan andere onderdelen van de motorinstallatie of kan van invloed zijn op de besturing van de boot. Als u verder moet varen, vaar dan veel langzamer.
!
WAARSCHUWING
Voorkom ernstig of dodelijk letsel door verlies van de controle over de boot. Verder varen met ernstige schade als gevolg van een botsing kan het plotseling uitvallen van buitenboordmotoronderdelen bij een volgende botsing of zelfs zonder botsing tot gevolg hebben. Laat de buitenboordmotor grondig inspecteren en alle noodzakelijke reparaties uitvoeren.
20
nld
ALGEMENE INFORMATIE Veiligheidsinstructies voor buitenboordmotoren met stuurknuppel In de ruimte vlak vóór de buitenboordmotor mogen zich geen personen of lading bevinden terwijl de boot vaart. Als een obstakel onder water wordt geraakt, kantelt de buitenboordmotor omhoog en kan hij iemand die zich in dit gebied bevindt, ernstig verwonden.
MODELLEN MET KNEVELBOUTEN: Sommige buitenboordmotoren worden met knevelbouten geleverd. Het gebruik van knevelbouten alleen is niet voldoende om de buitenboordmotor naar behoren en veilig op de spiegel vast te zetten. De juiste installatie van de buitenboordmotor omvat het vastbouten van de motor aan de boot door de spiegel heen. Raadpleeg Installatie - Buitenboordmotor installeren voor meer informatie over het installeren.
!
WAARSCHUWING
Voorkom ernstig of dodelijk letsel als gevolg van in aanraking komen met een losgeraakte buitenboordmotor. Accelereer niet tot boven stationair toerental in water waarvan u denkt dat er obstakels onder water kunnen zijn, als de buitenboordmotor niet op juiste wijze aan de spiegel is bevestigd. Als een obstakel bij planeersnelheid wordt geraakt en de buitenboordmotor niet stevig op de spiegel vastzit, is het mogelijk dat de buitenboordmotor van de spiegel loskomt en in de boot terechtkomt.
Uitlaatgasemissie WEES ALERT OP KOOLMONOXIDEVERGIFTIGING Koolmonoxide (CO) is een dodelijk gas dat aanwezig is in de uitlaatgassen van alle motoren met inwendige verbranding, dus ook bij motoren voor bootvoortstuwing en stroomaggregaten voor bootaccessoires. CO op zich is geur-, kleur- en smaakloos, maar als u uitlaatgassen ruikt of proeft betekent dit dat u CO inademt. Vroege symptomen van koolmonoxidevergiftiging, vergelijkbaar met die van zeeziekte en dronkenschap, zijn hoofdpijn, duizeligheid, slaperigheid en misselijkheid.
!
WAARSCHUWING
Inademen van uitlaatgassen kan resulteren in koolmonoxidevergiftiging. Dat kan leiden tot bewusteloosheid, hersenletsel of de dood. Vermijd blootstelling aan koolmonoxide. Blijf uit de buurt van uitlaten wanneer de motor draait. Zorg dat de boot altijd goed geventileerd is, of hij nu stilligt of vaart.
BLIJF UIT DE BUURT VAN UITLAATZONES
41127
De motoruitlaatgassen bevatten schadelijk koolmonoxide. Vermijd plaatsen met hoge concentraties aan motoruitlaatgassen. Houd zwemmers uit de buurt van de boot terwijl motoren draaien en ga niet op zwemplatforms of opstapladders zitten, liggen of staan. Sta tijdens het varen niet toe dat opvarenden zich direct achter de boot bevinden (slepen van een vlot, surfen). Met deze gevaarlijke gewoonte komen personen op een plek waar de motoruitlaatgassen sterk geconcentreerd zijn en stelt ze bovendien bloot aan het risico van letsel door de schroef.
nld
21
ALGEMENE INFORMATIE GOEDE VENTILATIE Ventileer de passagiersruimte, open de zijgordijnen of voorste luiken om dampen te verwijderen. Voorbeeld van goede luchtstroming door de boot:
21622
SLECHTE VENTILATIE Onder bepaalde vaar- en/of windomstandigheden kan koolmonoxide in permanent omsloten of met zeildoek omsloten cabines of kajuiten met onvoldoende ventilatie worden aangezogen. Installeer een of meer koolmonoxidemelders in uw boot. Hoewel het niet vaak voorkomt, kunnen op een zeer windstille dag zwemmers en passagiers in de open ruimte van een stilliggende boot met of vlakbij een draaiende motor aan een gevaarlijk niveau van koolmonoxide worden blootgesteld. 1.
Voorbeelden van slechte ventilatie terwijl de boot stilligt:
a
b
21626
ab2.
een motor die loopt terwijl de boot in een afgesloten ruimte is afgemeerd afmeren dichtbij een andere boot met draaiende motor
Voorbeelden van slechte ventilatie terwijl de boot vaart:
a
b
21628
ab-
gebruik van de boot met te hoge trimhoek van de boeg gebruik van de boot terwijl er geen luiken aan de voorkant open zijn (stationwagon-effect)
Accessoires voor uw buitenboordmotor selecteren De originele Mercury Precision- en Quicksilver-accessoires zijn speciaal voor uw buitenboordmotor ontworpen en getest. Deze accessoires zijn verkrijgbaar bij Mercury Marine dealers. 22
nld
ALGEMENE INFORMATIE BELANGRIJK: Raadpleeg uw dealer voordat u accessoires installeert. Door onjuist gebruik van goedgekeurde accessoires of het gebruik van niet-goedgekeurde accessoires kan het product beschadigd raken. Sommige accessoires die niet door Mercury Marine worden geproduceerd of verkocht, zijn er niet op ontworpen om veilig met uw buitenboordmotor of het bedieningssysteem ervan te worden gebruikt. Zorg dat u de installatie-, bedienings- en onderhoudshandleidingen voor alle geselecteerde accessoires bezit en leest.
Suggesties voor veilig varen Teneinde van de waterwegen te genieten, moet u zich op de hoogte stellen van plaatselijke en andere overheidsvaarvoorschriften en -beperkingen en de volgende suggesties in acht nemen. Gebruik drijfmiddelen. Zorg dat u voor elke passagier gemakkelijk bereikbaar een reddingsvest van de juiste maat aan boord hebt. Overbelast uw boot niet. De meeste boten hebben een plaatje waarop de maximale belasting (gewicht) staat (raadpleeg het typeplaatje op uw boot). Neem in geval van twijfel contact op met uw dealer of de fabrikant van de boot. Voer veiligheidscontroles en het vereiste onderhoud uit. Houd u aan een vast schema en zorg dat alle reparaties naar behoren worden uitgevoerd. Zorg dat u alle vaarregels en wetten van de waterwegen kent en die opvolgt. Bestuurders van boten dienen een vaarveiligheidscursus te volgen. Verzeker u ervan dat iedereen in de boot goed zit. Laat niemand op een deel van de boot zitten dat niet daarvoor bedoeld is, zoals rugleuningen, gangboorden, spiegel, boeg, dekken, hoge visstoelen, draaibare visstoelen; overal waar een persoon overboord of in de boot kan worden gestoten als gevolg van onverwacht, plotseling optrekken, plotseling stoppen, onverwacht besturingsverlies of plotselinge bewegingen van de boot. Zorg dat u tijdens het varen nooit onder de invloed van alcohol of medicijnen bent. Hierdoor wordt uw beoordelingsvermogen slechter en uw vermogen om snel te reageren ten zeerste verminderd. Bereid andere bestuurders van de boot voor. Breng tenminste één persoon aan boord op de hoogte van de elementaire werkwijzen voor het starten en bedienen van de buitenboordmotor en het besturen van de boot in geval de bestuurder daartoe niet in staat is of overboord valt. Aan boord gaan van passagiers. Stop de motor altijd wanneer passagiers aan boord komen, van boord gaan of zich bij de achterkant (steven) van de boot bevinden. Alleen de boot in de neutraalstand schakelen is niet voldoende. Pas goed op. De bestuurder van de boot draagt de verantwoordelijkheid om goed uit te kijken en te luisteren. De bestuurder moet een onbelemmerd uitzicht hebben, vooral naar voren. Passagiers, vracht of visstoelen mogen het uitzicht van de bestuurder niet belemmeren wanneer de boot sneller dan met stationair toerental vaart. Vaar met uw boot nooit vlak achter een waterskiër in geval de skiër valt. Bijvoorbeeld: als uw boot 40 km/u (25 mijl/u) vaart, haalt u een gevallen skiër die zich 61 m (200 ft) vóór u bevindt, in 5 seconden in. Pas op voor gevallen skiërs. Wanneer u uw boot voor waterskiën of dergelijke activiteiten gebruikt, dient u een gevallen of zich in het water bevindende skiër altijd aan de bestuurderskant van de boot te houden terwijl u naar de skiër terug vaart om hem te helpen. De bestuurder moet de zich in het water bevindende skiër altijd in het zicht hebben en mag nooit achteruit naar de skiër of iemand anders in het water toe varen. Meld ongelukken. Meld ongelukken bij de desbetreffende, plaatselijke instanties.
nld
23
ALGEMENE INFORMATIE Noteren van het serienummer Het is belangrijk dat u dit nummer voor later gebruik noteert. Het serienummer bevindt zich op de buitenboordmotor, zoals afgebeeld.
a
OTXXXXXX
b XXXX
c
d XX
24125
abcd-
serienummer modelaanduiding bouwjaar CE-merk (indien van toepassing)
Specificaties 40/50/60 FourStroke Modellen Vermogen (HP) kW
40
50
60
40
50
60
29,4
36,8
44,1
Toerentalbereik volgas
5500–6000 omw/min
Aantal cilinders
4
Stationair toerental met motor in vooruit geschakeld
Geregeld door ECM
cilinderinhoud
995 cc (60.8 in³)
Cilinderboring
65 mm (2.559 in)
Slag
75 mm (2.953 in.)
Klepspeling (koud) Inlaatklep
0,15–0,25 mm (0.006–0.010 in.)
Uitlaatklep
0,25–0,35 mm (0.010–0.014 in.)
Aanbevolen bougie
Champion RA8HC
Elektrodenafstand
1,0 mm (0.040 in.)
Tandwielverhouding 83 mm (3-1/4 in.) diameter onderwaterhuis
1,83:1
108 mm (4-1/4 in.) diameter onderwaterhuis
2,31:1
24
nld
ALGEMENE INFORMATIE Modellen
40
50
Aanbevolen benzine
Zie Brandstof en olie
Aanbevolen olie
Zie Brandstof en olie
60
Smeermiddelinhoud onderwaterhuis 83 mm (3-1/4 in.)diameter onderwaterhuis
340 ml (11.5 fl oz)
108 mm (4-1/4 in.) diameter onderwaterhuis
710 ml (24.0 fl oz)
Motorolie-inhoud
3.0 liter (3 US qt)
Accucapaciteit
nld
Gebruik boven 0 °C (32 °F)
465 scheepsstartampèrage (MCA) of 350 koudstartampèrage (CCA)
Gebruik onder 0 °C (32 °F)
1000 scheepsstartampèrage (MCA) of 750 koudstartampèrage (CCA)
Ampère-uur (Ah)
70–100
Emissieregelsysteem
Elektronische motorbesturing (EC)
Geluid bij oor bestuurder (ICOMIA 39-94) dBA
81,1
Trilling stuurknuppel (ICOMIA 38-94) m/s²
3,3
25
ALGEMENE INFORMATIE Identificatie van componenten
m
n
l o
k
a
p
j
b c
i
d
h
e
g
q
28524
f abcdefghijklmnopq-
Extra opklapschakelaar Opklapondersteuningsknop Spiegelklemmen Olieaftapplug Primaire koelwaterinlaat Onderwaterhuis Trimvin Antiventilatieplaat Aandrijfashuis Indicatieopening waterpomp Onderbak Motorkap Schakelhendel Motorstopschakelaar Gashendelfrictieknop Noodstopschakelaar Stuurfrictie-afstelhendel (model met stuurknuppel)
26
nld
VERVOER De boot/buitenboordmotor op een trailer vervoeren Zet de boot op de trailer met de buitenboordmotor naar beneden gekanteld in verticale bedrijfsstand. Als er meer afstand tot de grond vereist is, moet de buitenboordmotor opgeklapt worden waarbij een als accessoire verkrijgbare buitenboordmotorondersteuning moet worden gebruikt. Raadpleeg uw plaatselijke dealer voor advies. Het is mogelijk dat u meer speling nodig hebt bij viaducten of opritten of omdat de trailer te zeer stuitert.
28517
BELANGRIJK: Vertrouw niet op het trim/opklapbekrachtigingssysteem of de opklapgeleidehendel voor behoud van de juiste afstand tot de grond tijdens vervoer op een trailer. De opklapgeleidehendel van de buitenboordmotor is niet bedoeld om de buitenboordmotor te ondersteunen tijdens vervoer op een trailer.
Losse brandstoftanks vervoeren !
WAARSCHUWING
Voorkom ernstig of dodelijk letsel als gevolg van benzinebrand of explosie. Volg de instructies voor transport die zijn meegeleverd met de losse brandstoftank. Vervoer de brandstoftank in een goed geventileerde ruimte uit de buurt van open vlammen of vonken.
BRANDSTOFTANK MET HANDBEDIENDE ONTLUCHTING Sluit het ontluchtingsventiel van de brandstoftank wanneer u de tank vervoert. Hierdoor wordt voorkomen dat brandstof of dampen uit de tank ontsnappen.
26793
BRANDSTOFTANK MET AUTOMATISCHE ONTLUCHTING 1.
nld
Koppel de brandstofslang los van de tank. Hierdoor wordt het ontluchtingsventiel gesloten en wordt voorkomen dat brandstof of dampen uit de tank ontsnappen.
27
VERVOER 2.
Breng de dop over de pen van de brandstofslangaansluiting aan. Hierdoor wordt de pen van de aansluiting beschermd tegen per ongeluk indrukken, waardoor brandstof of dampen zouden kunnen ontsnappen.
a
ab-
pen aansluiting dop
F
b
26794
28
nld
BRANDSTOF & OLIE Aanbevelingen voor brandstof BELANGRIJK: Gebruik van verkeerde benzine kan schade aan de motor veroorzaken. Motorschade als gevolg van het gebruik van de verkeerde benzine wordt als onjuist gebruik van de motor beschouwd en daardoor veroorzaakte schade wordt niet door de beperkte garantie gedekt.
BRANDSTOFSPECIFICATIES Mercury Marine motoren werken naar behoren wanneer een betrouwbaar merk loodvrije benzine wordt gebruikt, die aan de volgende specificaties voldoet: VS en Canada - een nominaal octaangetal van ten minste 87 (R+M)/2 zoals vermeld bij de pomp. Ook super [octaangehalte 92 (R+M)/2] is aanvaardbaar. GEEN loodhoudende benzine gebruiken. Buiten de VS en Canada - een nominaal octaangetal van ten minste RON 90 zoals vermeld bij de pomp. Ook super [RON 98] is aanvaardbaar. Als er geen loodvrije benzine beschikbaar is, moet u loodhoudende benzine van een betrouwbaar merk gebruiken.
GEBRUIK VAN (GE-OXYGENEERDE) BENZINE MET NIEUWE FORMULE (ALLEEN VS) Dit type benzine is in sommige gebieden van de VS vereist. De 2 typen oxigenaten die in deze brandstoffen worden gebruikt, zijn alcohol (ethanol) en ether (MTBE of ETBE). Als ethanol het oxigenaat is dat in uw gebied in de benzine wordt gebruikt, raadpleeg dan Alcoholhoudende benzines. Deze benzine "met nieuwe formule" mag in uw Mercury Marine motor gebruikt worden.
BENZINE DIE ALCOHOL BEVAT Als de benzine in uw regio methanol (methylalcohol) of ethanol (ethylalcohol) bevat, dient u zich bewust te zijn van nadelige effecten die deze stoffen kunnen veroorzaken. Deze nadelige effecten zijn met name voor methanol aanzienlijk. Een toename van het alcoholpercentage in de benzine kan er toe leiden dat de nadelige effecten verergeren. Sommige van deze nadelige effecten ontstaan doordat de alcohol in de benzine vocht uit de lucht opneemt, waardoor water en alcohol in de brandstoftank zich van de benzine scheiden. De onderdelen van het brandstofsysteem van uw Mercury Marine motor zijn bestand tegen benzine met een alcoholgehalte van ten hoogste 10%. Wij weten niet tegen welk alcoholpercentage het brandstofsysteem van uw boot bestand is. Neem contact op met de scheepsbouwer voor specifieke aanbevelingen aangaande de onderdelen van het brandstofsysteem in de boot (brandstoftanks, brandstofleidingen en -fittingen). Bedenk dat alcoholhoudende benzine kan resulteren in een toename van: •
corrosie van metalen onderdelen;
•
beschadiging van rubber en kunststof onderdelen;
•
brandstoflekkage door rubber brandstofslangen;
•
problemen bij starten en bedrijf.
!
WAARSCHUWING
GEVAAR VOOR BRAND EN EXPLOSIE: Brandstoflekkage uit een onderdeel van het brandstofsysteem kan gevaar opleveren van brand en explosie, die ernstig of dodelijk letsel kunnen veroorzaken. Zorgvuldige inspectie van het gehele brandstofsysteem is verplicht, vooral na opslag. Alle brandstofsysteemonderdelen moeten op lekkage, zacht of hard worden, zwelling en corrosie worden geïnspecteerd. Bij tekenen van lekkage of beschadiging moeten de onderdelen worden vervangen voordat de motor weer wordt gebruikt. Vanwege de mogelijke nadelige effecten van alcohol in benzine wordt aanbevolen om zo mogelijk uitsluitend alcoholvrije benzine te gebruiken. Als er uitsluitend alcoholhoudende benzine beschikbaar is of als niet bekend is of de benzine alcohol bevat, dient u controles op lekkage en afwijkingen vaker uit te voeren.
nld
29
BRANDSTOF & OLIE BELANGRIJK: Bij gebruik van een Mercury Marine met alcoholhoudende benzine moet langdurige opslag van de benzine in de brandstoftank vermeden worden. Lange opslagperioden (gebruikelijk voor boten) veroorzaken specifieke problemen. In auto’s wordt alcoholhoudende benzine doorgaans opgebruikt voordat deze voldoende vocht absorbeert om problemen te veroorzaken; boten daarentegen worden dikwijls zo lang niet gebruikt dat er fasescheiding kan plaatsvinden. Ook kan er zich tijdens opslag inwendige corrosie voordoen als de alcohol de beschermende olielaag van de interne onderdelen heeft verwijderd.
Vereiste beperkt doorlatende brandstofslang Vereist voor buitenboordmotoren die in de Verenigde Staten te koop of verkocht zijn of ter verkoop worden aangeboden. •
De Amerikaanse Environmental Protection Agency (EPA) vereist voor alle buitenboordmotoren die na 1 januari 2009 zijn vervaardigd een beperkt doorlatende slang als primaire brandstofslang tussen de brandstoftank en de buitenboordmotor.
•
Een beperkt doorlatende brandstofslang heeft de classificatie USCG Type B1-15 of Type A1-15. Deze is gedefinieerd als niet meer dan 15/gm²/24 h van CE 10 brandstof doorlatend bij een temperatuur van 23 °C conform de specificatie in SAE J 1527 - Marine Fuel Hose (brandstofslangen scheepsvaart).
EPA-eisen voor onder druk staande losse brandstoftanks De Amerikaanse Environmental Protection Agency (EPA) vereist dat draagbare brandstofsystemen die na 1 januari 2011 worden geproduceerd voor gebruik met buitenboordmotoren, geheel afgedicht (onder druk) blijven tot 34,4 kPa (5,0 psi). Deze tanks kunnen het volgende bevatten: •
Een luchtinlaatopening waardoor lucht kan binnenstromen wanneer de brandstof uit de tank wordt opgezogen.
•
Een luchtafvoeropening die naar de atmosfeer afblaast als de druk meer bedraagt dan 34,4 kPa (5,0 psi).
Eis voor brandstofvraagklep (fuel demand valve; FDV) Bij gebruik van een onder druk staande brandstoftank moet altijd een brandstofvraagklep worden geïnstalleerd in de brandstofslang tussen de brandstoftank en de pompbal. De brandstofvraagklep voorkomt dat brandstof onder druk in de motor belandt en het brandstofsysteem verzuipt of dat er brandstof wordt gemorst. De brandstofvraagklep heeft een handbediende opheffunctie. De handbediende opheffunctie kan worden gebruikt (ingedrukt) om de klep te openen (bypass) als er een brandstofverstopping in de klep ontstaat.
b
a-
a
bc-
c
brandstofvraagklep - geïnstalleerd in de brandstofslang tussen de brandstoftank en pompbal handbediende opheffunctie wateraftapopeningen
46273
De onder druk staande draagbare brandstoftank van Mercury Marine Mercury Marine heeft een nieuwe, onder druk staande draagbare brandstoftank ontwikkeld die aan de bovenstaande EPA-eisen voldoet. Deze brandstoftanks zijn als accessoire verkrijgbaar en worden met bepaalde modellen draagbare buitenboordmotoren meegeleverd.
SPECIALE KENMERKEN VAN DE DRAAGBARE BRANDSTOFTANK •
De brandstoftank heeft een tweerichtingsklep waardoor lucht in de tank kan stromen als de brandstof naar de motor wordt gezogen, en die zich tevens naar de atmosfeer opent als de druk in de tank meer bedraagt dan 34,4 kPa (5,0 psi). Als de tank naar de atmosfeer afblaast, kunt u een sissend geluid horen. Dit is normaal.
30
nld
BRANDSTOF & OLIE •
De brandstoftank heeft een brandstofvraagklep die voorkomt dat brandstof onder druk in de motor belandt en het brandstofsysteem verzuipt of dat er brandstof wordt gemorst.
•
Draai de dop van de brandstoftank bij het aanbrengen rechtsom totdat u een klik hoort. Dat geeft aan dat de brandstofdop goed is geïnstalleerd. Er is een ingebouwde voorziening die voorkomt dat de dop te vast wordt aangedraaid.
•
De brandstoftank heeft een met de hand te bedienen ontluchtingsschroef die tijdens transport moet worden aangedraaid en bij gebruik en het verwijderen van de dop wordt losgedraaid.
Omdat afgedichte tanks niet gewoon worden ontlucht, krimpen ze en zetten ze uit met het uitzetten en krimpen van de brandstof tijdens uitwendige temperatuurveranderingen. Dit is normaal.
BRANDSTOFDOP VERWIJDEREN
b
abc-
a
brandstofdop handbediende ontluchtingsschroef borglip
c 46290 BELANGRIJK: De inhoud kan onder druk staan. Draai de brandstofdop een kwartslag om de druk van de tank af te nemen voordat u hem opent.
1.
Open de handbediende ontluchtingsschroef boven op de brandstofdop.
2.
Draai de brandstofdop totdat hij de borglip raakt.
3.
Druk de borglip omlaag. Draai de brandstofdop een kwartslag om de druk van de tank af te nemen.
4.
Druk de borglip opnieuw omlaag en verwijder de dop.
AANWIJZINGEN VOOR GEBRUIK VAN DE ONDER DRUK STAANDE DRAAGBARE BRANDSTOFTANK 1.
Draai de dop van de brandstoftank bij het aanbrengen rechtsom totdat u een klik hoort. Dat geeft aan dat de brandstofdop goed is geïnstalleerd. Er is een ingebouwde voorziening die voorkomt dat de dop te vast wordt aangedraaid.
2.
Open de handmatige ontluchtingsschroef boven op de brandstofdop tijdens gebruik en om de dop te verwijderen. Sluit de handbediende ontluchtingsschroef tijdens transport.
3.
Koppel bij brandstofslangen met snelkoppeling de brandstofslang los van de motor of brandstoftank wanneer deze niet wordt gebruikt.
4.
Volg de aanwijzingen onder Vullen van de brandstoftank voor het tanken.
Brandstoftank vullen !
WAARSCHUWING
Voorkom ernstig of dodelijk letsel als gevolg van een benzinebrand of explosie. Zet de motor altijd uit, rook NIET en pas op voor open vlammen of vonken in de buurt tijdens het vullen van de brandstoftanks. Vul de brandstoftanks in de open lucht bij warmtebronnen, vonken en open vlammen vandaan. Haal losse brandstoftanks uit de boot om ze te vullen. Stop de motor altijd alvorens de tanks bij te vullen. nld
31
BRANDSTOF & OLIE Vul de brandstoftanks niet helemaal. Laat ongeveer 10% van de tank ongevuld. Brandstof zet uit naarmate de temperatuur stijgt en kan lekken als de brandstof onder druk staat en de tank helemaal gevuld is.
LOSSE BRANDSTOFTANK IN BOOT PLAATSEN Plaats de brandstoftank zodanig in de boot dat het ventiel onder normale vaaromstandigheden hoger is dan het brandstofpeil.
Aanbevolen motorolie We bevelen het gebruik aan van Mercury of Quicksilver NMMA FC-W gecertificeerde, gemengd synthetische 25W-40 4-Stroke Outboard Oil (olie voor viertakt buitenboordmotoren) voor algemeen gebruik bij alle temperaturen. Als SAE 10W-30 olie de voorkeur heeft, gebruik dan Mercury of Quicksilver NMMA FC-W gecertificeerde 10W-30 4-Stroke Outboard Oil. Als de aanbevolen NMMA FC-W-gecertificeerde buitenboordmotoroliën van Mercury of Quicksilver niet beschikbaar zijn, kan een NMMA FC-W-gecertificeerde viertakt-buitenboordmotorolie van een gevestigd merk met een gelijkwaardige viscositeit worden gebruikt. Bij gebruik bij temperaturen boven 4 °C (40 °F), bevelen we NMMA FC-W gecertificeerde, gemengd synthetische 25W-40 4-Stroke Outboard Oil aan. BELANGRIJK: Het gebruik van oliën zonder reinigingsmiddel, multi-visceuze oliën (behalve NMMA FC-Wgecertificeerde olie van Mercury of Quicksilver of een ander gevestigd merk), synthetische oliën, oliën van lage kwaliteit of oliën met uit vaste stof bestaande additieven wordt niet aangeraden.
F°
C°
+100
+38
+80
+27
+60
+16
+40
+4
+20
-7
0
b
Aanbevolen SAE-viscositeit voor motorolie a - NMMA FC- W gecertificeerde 10W-30 buitenboordmo‐ torolie kan worden gebruikt bij temperaturen bene‐ den4 °C (40 °F). b - NMMA FC- W gecertificeerde, gemengd synthetische 25W-40 buitenboordmotorolie kan bij alle temperaturen worden gebruikt.
a
-18
11583
Motorolie controleren en toevoegen BELANGRIJK: Niet te vol gieten. Zorg dat de buitenboordmotor rechtop staat (niet gekanteld) wanneer u de olie controleert. 1.
Zet de motor af. Plaats de buitenboordmotor in een horizontale bedrijfsstand. Verwijder de motorkap.
2.
Klap de hendel omhoog en verwijder de peilstok. Veeg hem af met een schone doek of handdoek en duw hem weer volledig in.
32
nld
BRANDSTOF & OLIE 3.
Trek de peilstok weer naar buiten en controleer het oliepeil. Als het oliepeil te laag is, verwijdert u de olievuldop en voegt u de geadviseerde olie bij tot het bovenste oliepeil (maar niet erboven). BELANGRIJK: Inspecteer de olie op tekenen van verontreiniging. Olie die met water is vervuild, heeft een melkachtige kleur; olie die met brandstof is vervuild, ruikt sterk naar brandstof. Als u vervuilde olie ziet, laat u de motor door uw dealer controleren. 4.
Druk de peilstok helemaal terug en klap dan de hendel omlaag zodat de peilstok vergrendeld is. Plaats de olievuldop terug en draai hem met de hand vast.
c
d
a b 28412
abcd-
nld
'vol'-teken 'toevoegen'-teken peilstok olievuldop
33
FUNCTIES & BEDIENING Functies van de afstandsbediening De boot kan met een van de afgebeelde Mercury Precision of Quicksilver afstandsbedieningen zijn uitgerust. Als dat niet het geval is, raadpleeg dan uw dealer voor een beschrijving van de functies en werking van de afstandsbediening.
c
c
c a b
h
f
a
b
g
i i
a d e abcdefghi-
d
g f
f
26800
e
Regelhendel – vooruit, neutraal, achteruit. Neutraalontgrendelhendel. Trim/opklapschakelaar (indien aanwezig). - Raadpleeg Functies & bediening - Trim- en opklapbe‐ krachtiging. Uittrekstopschakelaar - Zie Algemene informatie - Uittrekstopschakelaar. Uittrekkoord - Zie Algemene informatie - UIttrekstopschakelaar. Afstelling gashendelfrictie – Verwijder het deksel om de bedieningsorganen op de console bij te stel‐ len. Contactschakelaar - "OFF," "ON," START." Hendel voor snel stationair - Zie Bediening - De motor starten. Knop Alleen gas - Zie Bediening - De motor starten.
Waarschuwingssysteem SIGNALEN WAARSCHUWINGSHOORN Het waarschuwingssysteem van de buitenboordmotor heeft een waarschuwingshoorn binnen in de boot. Op modellen met afstandsbediening bevindt de waarschuwingshoorn zich binnen in de afstandsbediening of is de waarschuwingshoorn met het contactslot verbonden. Op modellen met stuurknuppel bevindt de waarschuwingshoorn zich in het contactslotpaneel. abc-
a
b
c 34
hoorn in afstandsbediening hoorn aangesloten op contactslot hoorn in contactslotpaneel
26801 nld
FUNCTIES & BEDIENING De hoorn geeft twee soorten waarschuwingssignalen die de bestuurder attenderen op een actueel probleem met het besturingssysteem van de motor. 1. Aanhoudende pieptoon van zes seconden: Geeft aan dat er een ernstig probleem met de motor is. Afhankelijk van de situatie zal het motorbewakingssysteem soms ingrijpen en het motorvermogen beperken om de motor te beschermen. In dit geval moet u onmiddellijk naar de thuishaven terug varen en contact opnemen met uw onderhoudsdealer. 2. Onderbroken korte pieptonen gedurende zes seconden: Geeft aan dat er een minder ernstig probleem met de motor is. Deze storing vereist geen onmiddellijk ingrijpen. U kunt de boot blijven gebruiken, maar afhankelijk van de aard van het probleem zal het motorvermogen soms beperkt worden door het motorbewakingssysteem (zie 'Motorbewakingssysteem' hieronder) om de motor te beschermen. Neem contact op met de onderhoudsdealer zodra dat voor u goed uitkomt. Denk eraan dat de waarschuwingshoorn in beide gevallen slechts één keer klinkt. Als u de motor met de contactsleutel uitschakelt en vervolgens weer inschakelt, klinkt het waarschuwingssignaal opnieuw één keer als de storing nog steeds aanwezig is. Raadpleeg over de visuele weergave van de specifieke motorfuncties en bijkomende motorgegevens de productinformatie van SmartCraft hieronder. De gebruiker kan sommige motorstoringen die door de waarschuwingshoorn worden gemeld zelf verhelpen. Deze storingen zijn: • Storingen in het koelsysteem (waterdruk of motortemperatuur). De waarschuwingshoorn laat onderbroken korte pieptonen horen gedurende zes seconden. Zet de motor af en controleer de waterinlaatopeningen in het onderwaterhuis op verstopping. • Storing door lage oliedruk. De waarschuwingshoorn laat één pieptoon horen die zes seconden aanhoudt. Zet de motor af en controleer het motoroliepeil. Zie Brandstof en olie – Motorolie controleren en toevoegen.
MOTORBEWAKINGSSYSTEEM Het Engine Guardian motorbewakingssysteem bewaakt de uiterst belangrijke sensoren op de motor voor vroege aanwijzingen van problemen. Het motorbewakingssysteem is altijd functioneel wanneer de motor draait zodat u zich nooit hoeft af te vragen of de motor nu wel of niet beschermd wordt. Het systeem reageert op een probleem door een hoornsignaal van zes seconden te laten horen en/of het vermogen van de motor te verminderen ter bescherming van de motor. Neem gas terug als het motorbewakingssysteem is geactiveerd. De oorzaak van het probleem moet zo snel mogelijk bepaald en zo mogelijk verholpen worden. Het systeem moeten worden gereset voordat de motor op hogere snelheid zal draaien. Als de gashendel terug in de stationaire stand wordt gezet, wordt het systeem gereset.
SMARTCRAFT-PRODUCT Er is een instrumentenset van het Mercury SmartCraft-systeem verkrijgbaar voor deze buitenboordmotor. De instrumentenset geeft functies weer zoals het motortoerental, de koelvloeistoftemperatuur, oliedruk, waterdruk, accuspanning, het brandstofverbruik en de motorbedrijfsuren. De SmartCraft-instrumentenset helpt ook bij de diagnostiek van het motorbewakingssysteem (Engine Guardian). De SmartCraft-instrumentenset toont de kritische gegevens van de motor en de mogelijke problemen.
nld
35
FUNCTIES & BEDIENING Trim- en opklapbekrachtiging De buitenboordmotor heeft een trim/opklapregeling die 'trimbekrachtiging' heet. Hiermee kan de bestuurder de stand van de buitenboordmotor eenvoudig bijstellen door de trimschakelaar in te drukken. Als u de buitenboordmotor dichter naar de bootspiegel brengt, wordt dat naar binnen of omlaag trimmen genoemd. Verder van de bootspiegel verwijderen van de buitenboordmotor heet naar buiten of omhoog trimmen. De term 'trimmen' verwijst in het algemeen naar de afstelling van de buitenboordmotor binnen de eerste 20° van het bereik waarover de motor versteld kan worden. Dit is het bereik dat wordt gebruikt terwijl uw boot in planee vaart. De term "opklappen" verwijst gewoonlijk naar een verdere kanteling van de buitenboordmotor uit het water. Terwijl de motor uitgeschakeld is, kan de buitenboordmotor uit het water worden gekanteld. Bij een laag stationair toerental kan de buitenboordmotor ook verder dan het trimbereik worden opgeklapt om bijvoorbeeld in ondiep water te kunnen varen.
a
abcd-
trimschakelaar op afstandsbedie‐ ning op paneel gemonteerde trimscha‐ kelaar opklapbereik trimbereik
b c d
28520
WERKING VAN DE TRIMBEKRACHTIGING De meeste boten kunnen met bevredigend resultaat ongeveer in het midden van het trimbereik opereren. Om echter de trimcapaciteit volledig te benutten kunt u er soms voor kiezen om uw buitenboordmotor helemaal naar binnen of naar buiten te trimmen. Naast een verbetering in sommige prestatieaspecten levert dit ook een grote verantwoordelijkheid voor de bestuurder op, omdat deze zich bewust moet zijn van enkele potentiële besturingsrisico's. Het belangrijkste besturingsrisico is een trekken of torsie die aan het stuurwiel of de stuurknuppel wordt gevoeld. Deze torsie op het stuur is het gevolg van het feit dat de boot zo getrimd is dat de schroefas niet parallel aan het wateroppervlak staat.
!
WAARSCHUWING
Trimmen van de buitenboordmotor voorbij een neutrale stuurconditie kan resulteren in trekken aan het stuurwiel of de stuurknuppel en verlies van controle over de boot. Zorg dat u de controle over de boot behoudt als u voorbij een neutrale stuurconditie trimt. Bekijk de volgende lijst aandachtig. In- of omlaagtrimmen kan: •
De boeg verlagen
•
Resulteren in sneller uitplaneren, vooral bij een zware lading of bij een boot met zware achtersteven
•
In het algemeen leiden tot rustiger varen in ruw water
•
Het stuurkoppel verhogen of de boot naar rechts doen trekken (bij schroef met normale rotatie rechtsom)
36
nld
FUNCTIES & BEDIENING •
Bij overmatige toepassing kan de boeg van sommige boten zo ver omlaag komen dat ze tijdens planee in het water beginnen te 'ploegen'. Dit kan een onverwachte koersafwijking naar links of rechts (boegsturen of oversturen genoemd) tot gevolg hebben als er een bocht wordt gemaakt of als er een hoge golf is.
!
WAARSCHUWING
Gebruik van de boot met hoge vaarsnelheden terwijl de buitenboordmotor te ver omlaag is getrimd, kan overmatig boegsturen veroorzaken, waardoor de bestuurder de macht over de boot zou kunnen verliezen. Installeer de trimbegrenzingspen op een positie die overmatig omlaag trimmen verhindert en gebruik de boot op veilige wijze. •
In zeldzame omstandigheden kan de eigenaar het naar binnen trimmen willen begrenzen. Dit gebeurt dan door de opklapstop-pennen opnieuw te plaatsen in de gewenste afstelgaten in de spiegelklemmen.
Uit- of omhoogtrimmen kan: •
De boeg hoger uit het water tillen
•
De topsnelheid in het algemeen doen toenemen
•
De afstand tot voorwerpen onder water of een ondiepe bodem vergroten
•
Het stuurkoppel verhogen of de boot naar links doen trekken bij normale installatiehoogte (bij schroef met normale rotatie rechtsom)
•
Bij overmatige toepassing leiden tot stampen van de boot of luchthappen van de schroef
•
Leiden tot oververhitting van de motor als de koelwaterinlaatopeningen zich boven de waterlijn bevinden
OPKLAPPROCEDURE Als u de buitenboordmotor wilt opklappen, schakelt u de motor uit en drukt u de trim/opklapschakelaar of de extra opklapschakelaar omhoog. De buitenboordmotor wordt opgeklapt totdat u de schakelaar loslaat of als de motor de maximale stand bereikt. 1.
Druk de knop in en draai hem om de opklapgeleidehendel te activeren.
2.
Laat de buitenboordmotor zakken tot hij op de opklapgeleidehendel rust.
3.
Om de opklapgeleidehendel uit te schakelen, tilt u de buitenboordmotor van de geleidehendel af en draait u de hendel omlaag. Laat de buitenboordmotor zakken. ab-
opklapgeleidehendel knop
a
b
28931
HANDMATIG OPKLAPPEN Als de buitenboordmotor niet met de trim-/opklapbekrachtigingsschakelaar kan worden opgeklapt, kan hij met de hand worden opgeklapt.
nld
37
FUNCTIES & BEDIENING 1.
Draai de handbediende opklapontlastklep drie slagen linksom naar buiten. Nu kan de buitenboordmotor met de hand worden opgeklapt. Klap de buitenboordmotor op tot de gewenste stand en draai de handbediende opklapontlastklep vast.
26809
NB: De handbediende opklapontlastklep moet zijn vastgedraaid voordat de buitenboordmotor wordt gebruikt, om te voorkomen dat de motor tijdens achteruit varen omhoog klapt.
EXTRA OPKLAPSCHAKELAAR De extra opklapschakelaar kan worden gebruikt om de buitenboordmotor met het trimbekrachtigingssysteem omhoog of omlaag te kantelen. a-
extra opklapschakelaar
a
28534
GEBRUIK IN ONDIEP WATER Bij het varen in ondiep water kan de buitenboordmotor ook verder dan het maximale trimbereik worden opgeklapt, om te voorkomen dat hij de bodem raakt.
26803
1.
Verlaag het motortoerental tot onder 2000 omw/min.
2.
Klap de buitenboordmotor omhoog en houd daarbij de waterinlaatopeningen te allen tijde onder water.
3.
Laat de motor alleen op laag toerental draaien. Als het motortoerental hoger is dan 2000 tpm, gaat de buitenboordmotor automatisch terug naar het maximale trimbereik.
38
nld
FUNCTIES & BEDIENING Gashendelfrictie instellen - Modellen met stuurknuppel Frictieknop van gasgreep - Draai de frictieknop om het gewenste toerental in te stellen en in stand te houden. Draai de knop naar rechts voor meer frictie en naar links voor minder frictie.
a
ab-
b
minder frictie meer frictie
19807
Stuurfrictie afstellen – modellen met stuurknuppel NB: Afstellen van de stuurweerstand is alleen mogelijk op modellen met een stuurknuppel. Stel deze hendel bij om de gewenste stuurfrictie (weerstand) op de stuurknuppel te verkrijgen. Beweeg de hendel naar links voor meer frictie of naar rechts voor minder frictie.
NB: Om de juiste afstelling te behouden kan de borgmoer bovenop de scharnierpen van de stuurfrictiehendel worden aangedraaid. abc-
a
meer frictie minder frictie borgmoer
b
c
26811
!
WAARSCHUWING
Afstellen met onvoldoende frictie kan ernstige of dodelijke ongelukken veroorzaken door verlies van controle over de boot. Stel de stuurfrictie zodanig in dat wordt voorkomen dat de buitenboordmotor een hele bocht instuurt zodra de stuurknuppel wordt losgelaten.
nld
39
FUNCTIES & BEDIENING Trimvin instellen De torsie van de schroef zorgt ervoor dat uw boot naar één kant trekt. Deze stuurtorsie is normaal en treedt op als uw buitenboordmotor niet getrimd is zodat de schroefas parallel met het wateroppervlak loopt. De trimvin kan in veel gevallen deze stuurtorsie compenseren en kan binnen bepaalde grenzen ingesteld worden om ongelijke kracht op het stuur te verminderen.
26816
NB: Aanpassen van de trimvin heeft weinig invloed op het verminderen van stuurtorsie als de buitenboordmotor is uitgerust met een anti-ventilatieplaat die ongeveer 50 mm (2 inch) of meer boven de bodem van de boot zit.
MODELLEN ZONDER TRIMBEKRACHTIGING Vaar met uw boot met normale kruissnelheid en met de motor in de gewenste trimstand, door de opklap-pen in het juiste gat te plaatsen. Stuur naar links en naar rechts en kijk naar welke kant de boot gemakkelijker draait. Als aanpassing nodig blijkt, draait u de moer van de trimvin los en maakt u kleine, geleidelijke aanpassingen. Als de boot gemakkelijker naar links draait, verplaats de achterkant van de trimvin dan ook naar links. Als de boot gemakkelijker naar rechts draait, verplaats de achterkant van de trimvin dan ook naar rechts. Draai de moer weer vast en test opnieuw.
MODELLEN MET TRIMBEKRACHTIGING Vaar met uw boot met normale kruissnelheid en met de motor in de gewenste stand getrimd. Stuur naar links en naar rechts en kijk naar welke kant de boot gemakkelijker draait. Als aanpassing nodig blijkt, draait u de moer van de trimvin los en maakt u kleine, geleidelijke aanpassingen. Als de boot gemakkelijker naar links draait, verplaats de achterkant van de trimvin dan ook naar links. Als de boot gemakkelijker naar rechts draait, verplaats de achterkant van de trimvin dan ook naar rechts. Draai de moer weer vast en test opnieuw.
40
nld
BEDIENING Controlelijst vóór het starten •
De bestuurder is op de hoogte van veilig navigeren en varen en veilige bedieningswerkwijzen.
•
Een goedgekeurd en gemakkelijk bereikbaar reddingsvest van de juiste maat voor elke passagier is aan boord.
•
Een ringvormige reddingsboei of een drijfkussen, geschikt om naar een persoon in het water te werpen.
•
Zorg dat u de maximale belasting van uw boot weet. Kijk op het typeplaatje.
•
De brandstofvoorraad is in orde.
•
Plaats passagiers en lading zodanig in de boot dat het gewicht gelijk verdeeld is en iedereen op een daarvoor bestemde zitplaats zit.
•
Vertel iemand waar u heen gaat en wanneer u terug denkt te komen.
•
Het is verboden om de boot te besturen terwijl u onder de invloed van alcohol of drugs bent.
•
Zorg dat u de waterwegen en het gebied kent waar u gaat varen; het getij, stromingen, zandbanken, rotsen en andere gevaren.
•
Voer de inspecties uit die u in Bediening - Inspectie- en onderhoudsschema vindt.
Varen bij temperaturen onder het vriespunt Wanneer u de buitenboordmotor gebruikt of hem hebt afgemeerd bij temperaturen onder of nabij het vriespunt, moet de buitenboordmotor te allen tijde omlaag staan zodat het onderwaterhuis onder water is. Hierdoor kan in het onderwaterhuis achtergebleven water niet bevriezen en mogelijkerwijs schade aan de waterpomp en andere onderdelen veroorzaken. Als er een kans bestaat dat zich ijs op het water vormt, moet de buitenboordmotor verwijderd worden en moet u al het water eruit laten lopen. Als zich ijs vormt op het water in het aandrijfhuis van de buitenboordmotor, blokkeert het de stroom water naar de motor waardoor schade veroorzaakt kan worden.
Varen in zout of vervuild water Wij raden aan om de inwendige koelwaterkanalen van uw buitenboordmotor elke keer met zoet water door te spoelen als u in zout of vervuild water hebt gevaren. Hierdoor voorkomt u dat opgehoopte aanslag de koelwaterkanalen verstopt. Raadpleeg Onderhoud - Koelsysteem doorspoelen. Als u uw boot in het water afgemeerd houdt, moet u de buitenboordmotor altijd zo opklappen dat het onderwaterhuis geheel uit het water komt (behalve bij temperaturen onder het vriespunt), wanneer hij niet gebruikt wordt. Steeds na het gebruik moet de buitenkant van de buitenboordmotor afgespoeld en de uitlaat van de schroef en het onderwaterhuis met zoet water doorgespoeld worden. Spuit elke maand Mercury Precision of Quicksilver Corrosion Guard (corrosiebescherming) op uitwendige metalen oppervlakken. Spuit niet op anti-corrosie anodes omdat daardoor de anodes minder goed zullen werken.
Instructies alvorens te starten 1.
Controleer het motoroliepeil.
28525
2. nld
Zorg dat de koelwaterinlaat onder water is. 41
BEDIENING KENNISGEVING Wanneer er onvoldoende koelwater wordt toegevoerd, raakt de waterpomp beschadigd waardoor de motor oververhit raakt. Zorg tijdens gebruik voor voldoende watertoevoer naar de waterinlaten.
26837
Procedure voor inlopen van de motor BELANGRIJK: Als de inloopprocedures voor de motor niet in acht worden genomen, kan de motor slechter presteren gedurende zijn gehele levensduur en kan er motorschade ontstaan. Volg altijd de inloopprocedures. 1.
Laat tijdens het eerste bedrijfsuur de motor met gevarieerde gasklepinstellingen draaien tot 3500 omw/ min, ongeveer de helft van volgas.
2.
Laat de motor tijdens het tweede bedrijfsuur met gevarieerde gasklepinstellingen draaien tot 4500 omw/ min, driekwart van volgas, en laat de motor tijdens dit uur ook om de tien minuten gedurende één minuut met volgas draaien.
3.
Gedurende de volgende acht bedrijfsuren dient u niet langer dan vijf minuten achter elkaar met vol gas te draaien.
Motor starten - Modellen met afstandsbediening Lees voordat u de motor start de 'Controlelijst vóór het starten', de 'Speciale bedieningsinstructies' en de 'Procedure voor het inlopen van de motor' in het hoofdstuk Bediening.
KENNISGEVING Wanneer er onvoldoende koelwater wordt toegevoerd, raakt de waterpomp beschadigd waardoor de motor oververhit raakt. Zorg tijdens gebruik voor voldoende watertoevoer naar de waterinlaten. 1.
Open de ontluchtingsplug van de brandstoftank (in de vuldop) op brandstoftanks met handbediende ontluchting.
19748
42
nld
BEDIENING 2.
Plaats de benzinepompbal in de brandstofleiding met de pijl op de zijkant omhoog gericht. Knijp enkele keren in de benzinepompbal totdat deze hard aanvoelt.
27348
3.
Zet de noodstopschakelaar op RUN (LOPEN). Zie Algemene informatie - Noodstopschakelaar.
19791
4.
Zet de buitenboordmotor in de neutraalstand ('N').
N
26838
5.
Zet de 'alleen gas'-hendel helemaal naar dicht of druk op de 'alleen gas'-knop.
a
a
ab-
b
geheel gesloten stand stand voor maximaal versneld stationair
b 26840
6.
nld
Verzopen motor starten - Zet de 'alleen gas'-hendel of bedieningshendel op de hoogste stand voor 'alleen gas' en blijf de motor tornen om hem te starten. Verlaag het motortoerental onmiddellijk nadat de motor is aangeslagen.
43
BEDIENING 7.
Draai de contactsleutel naar de stand 'START'. Als de motor niet binnen tien seconden aanslaat, draait u de sleutel terug naar de stand 'ON' (AAN), wacht u 30 seconden en probeert u het nogmaals.
19804
8.
Controleer nadat de motor is gestart of er een ononderbroken straal water uit de indicatieopening van de waterpomp komt.
28521
BELANGRIJK: Als er geen water uit de indicatieopening van de waterpomp komt, stopt u de motor en controleert u of de koelwaterinlaat verstopt is. Als er geen verstopping is, kan dit betekenen dat de waterpomp defect is of dat het koelsysteem verstopt is. Dit heeft oververhitting van de motor tot gevolg. Laat de buitenboordmotor door uw dealer nakijken. Als de motor in oververhitte toestand wordt gebruikt, loopt hij schade op.
MOTOR OPWARMEN Voordat u de motor gebruikt, laat u hem drie minuten stationair draaien om op te warmen.
Motor starten - Modellen met stuurknuppel Lees voordat u de motor start de 'Controlelijst vóór het starten', de 'Speciale bedieningsinstructies' en de 'Procedure voor het inlopen van de motor' in het hoofdstukBediening .
KENNISGEVING Wanneer er onvoldoende koelwater wordt toegevoerd, raakt de waterpomp beschadigd waardoor de motor oververhit raakt. Zorg tijdens gebruik voor voldoende watertoevoer naar de waterinlaten. 1.
Open de ontluchtingsplug van de brandstoftank (in de vuldop) op brandstoftanks met handbediende ontluchting.
19748
44
nld
BEDIENING 2.
Verbind de brandstofslang met de buitenboordmotor. Controleer of de connector is vastgeklikt.
28526
3.
Plaats de benzinepompbal in de brandstofleiding met de pijl op de zijkant omhoog gericht. Knijp enkele keren in de benzinepompbal totdat deze hard aanvoelt.
27348
4.
Zet de noodstopschakelaar op RUN (LOPEN). Zie Algemene informatie - Noodstopschakelaar.
19791
5.
Zet de buitenboordmotor in de neutraalstand ('N').
N
28522
6.
nld
Zet de gasgreep in de startstand.
45
BEDIENING 7.
Verzopen motor starten - Verstel de stuurgreep tot halverwege.
b
0%100
a
START
0%100
START START
START
19799
ab8.
startstand halfopen stand
Draai de contactsleutel naar de stand "START". Als de motor niet binnen tien seconden aanslaat, draait u de sleutel terug naar de stand 'ON' (AAN), wacht u 30 seconden en probeert u het nogmaals.
19804
!
WAARSCHUWING
Snelle acceleratie kan resulteren in ernstig of dodelijk letsel door uit, of in, de boot vallen. Verlaag het motortoerental voordat u schakelt. 9.
Controleer of er een ononderbroken straal water uit de indicatie-opening van de waterpomp komt.
28521
BELANGRIJK: Als er geen water uit de indicatieopening van de waterpomp komt, stopt u de motor en controleert u of de koelwaterinlaat verstopt is. Als er geen verstopping is, kan dit betekenen dat de waterpomp defect is of dat het koelsysteem verstopt is. Dit heeft oververhitting van de motor tot gevolg. Laat de buitenboordmotor door uw dealer nakijken. Als de motor wordt gebruikt terwijl hij oververhit is, kan de motor ernstige schade oplopen.
MOTOR OPWARMEN Voordat u de motor gebruikt, laat u hem drie minuten stationair draaien om op te warmen.
Schakelen BELANGRIJK: Doe het volgende: •
Schakel de buitenboordmotor alleen als de motor stationair draait.
•
Niet naar achteruit schakelen als de motor niet draait.
46
nld
BEDIENING •
De buitenboordmotor heeft drie schakelstanden voor bedrijf: Vooruit, Neutraal (niet ingeschakeld) en Achteruit.
F
N
R
R
F
N
28523
•
Modellen met afstandsbediening - Stop bij het schakelen altijd in de neutraalstand en wacht tot het motortoerental tot stationair gedaald is.
26779
•
Modellen met stuurknuppel - Verminder het motortoerental tot stationair alvorens te schakelen.
26842
•
Schakel de buitenboordmotor altijd met een soepele beweging in.
•
Nadat de buitenboordmotor is ingeschakeld, zet u de afstandsbedieningshendel naar voren of draait u de gasgreep (modellen met stuurknuppel) om het toerental te verhogen.
Motor stoppen 1.
Modellen met afstandsbediening - Verlaag het motortoerental en schakel de buitenboordmotor naar neutraal. Draai de contactsleutel naar de stand OFF (UIT).
26843
nld
47
BEDIENING 2.
Modellen met stuurknuppel - Verlaag het motortoerental en schakel de buitenboordmotor naar neutraal. Druk op de motorstopknop of draai de contactsleutel naar de stand OFF (UIT).
26776
Starten in geval van nood Als het startsysteem niet werkt, kunt u het reservestartkoord (bijgeleverd) gebruiken en deze procedure volgen.
NB: Modellen met EFI - De accu van de motor moet geheel geladen zijn om de motor te kunnen starten. 1.
Verwijder de vliegwielkap of de componenten van de handstarter.
26844
2.
Zet de buitenboordmotor in de neutraalstand ('N').
N
N
28528
!
WAARSCHUWING
De toerentalbeveiliging in neutraal werkt niet als de motor met de trekstarter wordt gestart. Stel het motortoerental in op stationair en zet de versnelling in neutraal om te voorkomen dat de buitenboordmotor ingeschakeld start.
48
nld
BEDIENING 3.
Elektrisch gestarte modellen - Draai de contactsleutel naar de stand "ON" (AAN).
26846
!
WAARSCHUWING
Er is altijd hoogspanning aanwezig als de contactsleutel naar Aan is gedraaid, met name tijdens het starten of gebruiken van de motor. Raak de ontstekingsonderdelen of metalen testsondes niet aan en houd afstand van de bougiekabels wanneer u tests verricht terwijl het systeem onder stroom staat.
!
WAARSCHUWING
Het onbedekt draaiende vliegwiel kan ernstig letsel veroorzaken. Houd uw handen, haar, kleding, gereedschap en andere voorwerpen uit de buurt van de motor wanneer de motor wordt gestart of loopt. Probeer de vliegwielkap of de motorkap niet aan te brengen of te verwijderen terwijl de motor loopt. 4.
Breng de knoop in het startkoord in de inkeping in het vliegwiel en wikkel het koord rechtsom rond het vliegwiel.
5.
Trek aan het startkoord om de motor te starten.
26848
nld
49
ONDERHOUD Onderhoud van de buitenboordmotor Om uw buitenboordmotor in optimale bedrijfsconditie te houden, is het belangrijk dat voor de buitenboordmotor de periodieke inspecties en onderhoudsprocedures worden uitgevoerd die vermeld staan in het Inspectie- en onderhoudsschema. Wij dringen er bij u op aan om de motor naar behoren te laten onderhouden, teneinde de veiligheid van uzelf en uw passagiers zeker te stellen en tevens de betrouwbaarheid ervan in stand te houden. Houd de verrichte onderhoudswerkzaamheden bij in het Onderhoudslogboek achterin deze handleiding. Bewaar alle werkopdrachten en ontvangstbewijzen.
VERVANGINGSONDERDELEN VOOR UW BUITENBOORDMOTOR KIEZEN Wij bevelen het gebruik aan van oorspronkelijke Mercury Precision of Quicksilver vervangingsonderdelen en smeermiddelen.
Emissievoorschriften volgens EPA Van alle nieuwe buitenboordmotoren die Mercury Marine produceert, wordt officieel aan de Environmental Protection Agency (EPA) van de Verenigde Staten verklaard dat deze voldoen aan de vereisten voor de bestrijding van luchtvervuiling die gelden voor nieuwe buitenboordmotoren. Een voorwaarde voor deze verklaring is dat bepaalde afstellingen op de fabrieksnormen zijn afgestemd. Daarom moet de fabrieksprocedure voor onderhoud aan het product nauwkeurig worden opgevolgd en moet het product, waar mogelijk, tot de oorspronkelijke bedoeling van het ontwerp worden teruggebracht. Onderhoud, vervanging of reparatie van voorzieningen en systemen voor emissieregeling horen te worden uitgevoerd door een werkplaats/persoon werkzaam in de reparatie van scheepsmotoren met bougie-ontsteking.
EMISSIECERTIFICATIESTICKER Een emissiecertificatie-sticker, met vermelding van emissieniveaus en motorspecificaties die rechtstreeks in verband staan met emissies, wordt ten tijde van de fabricage op de motor aangebracht. EMISSION CONTROL INFORMATION
a
THIS ENGINE CONFORMS TO CALIFORNIA AND U.S. EPA EMISSION REGULATIONS FOR SPARK IGNITION MARINE ENGINES REFER TO OWNERS MANUAL FOR REQUIRED MAINTENANCE, SPECIFICATIONS, AND ADJUSTMENTS
b c
IDLE SPEED (in gear):
d e abcdefghij-
hp kw
FAMILY:
L
HC+NOx:FEL:
g/kWh
CO FEL:
g/kWh
SPARK PLUG: GAP:
LOW PERM/HIGH PERM:
f g h i j
43210
stationair toerental motorvermogen cilinderinhoud motorvermogen - kilowatt fabricagedatum serienummer gereguleerde emissiegrens voor de motorklasse gereguleerde emissiegrens voor de motorklasse aanbevolen bougie en elektrodenafstand doorlatingspercentage brandstofslangen
VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE EIGENAAR De eigenaar/gebruiker moet regelmatig onderhoud aan de motor laten uitvoeren om de emissieniveaus binnen de voorgeschreven certificatienormen te houden.
50
nld
ONDERHOUD De eigenaar/gebruiker mag de motor niet zodanig wijzigen dat het vermogen verandert of de emissieniveaus de vastgelegde fabrieksspecificaties zullen overschrijden.
Inspectie- en onderhoudsschema VOORAFGAAND AAN ELK GEBRUIK •
Controleer het motoroliepeil. Zie onder Brandstof en olie – Motorolie controleren en toevoegen.
•
Controleer of de dodemansschakelaar de motor uitschakelt.
•
Inspecteer het brandstofsysteem visueel op beschadigingen en lekkage.
•
Controleer of de buitenboordmotor stevig op de spiegel van de boot is gemonteerd. Als de buitenboordmotor of het bevestigingsmateriaal ervan los zit, haalt u het bevestigingsmateriaal van de buitenboordmotor aan. Let bij controle op loszittend materiaal ook op verdwenen materiaal of verf van de spiegelklemmen van de buitenboordmotor, veroorzaakt door de onderlinge beweging van het bevestigingsmateriaal van de buitenboordmotor en de spiegelklemmen van de buitenboordmotor. Let verder op tekenen van beweging tussen de spiegelklemmen van de buitenboordmotor en de bootspiegel.
•
Controleer het stuursysteem op stroef bewegende en losse onderdelen.
•
Controleer visueel of de bevestigers van de stuurstang goed vast zitten. Zie onder Stuurstangbevestigers.
•
Inspecteer de schroefbladen op schade.
NA ELK GEBRUIK •
Spoel het koelsysteem van de buitenboordmotor uit als u de motor in zout of vervuild water heeft gebruikt. Zie onder Koelsysteem doorspoelen.
•
Was alle zoutaanslag af en spoel de uitlaatdoorgang van de schroef en het onderwaterhuis door met zoet water als u de motor in zout water hebt gebruikt.
NA 100 GEBRUIKSUREN OF EENMAAL PER JAAR, WAT ZICH HET EERSTE VOORDOET •
Smeer alle smeerpunten. Smeer vaker bij gebruik in zout water. Zie onder Smeerpunten.
•
Ververs de motorolie en vervang het oliefilter. De olie moet vaker worden ververst als de motor onder moeilijke omstandigheden wordt gebruikt (zoals langdurig slepen). Zie onder Motorolie verversen.
•
Inspecteer de thermostaat visueel op corrosie en breuk in de veer. Controleer of de thermostaat bij kamertemperatuur volledig sluit.1.
•
Controleer het motorbrandstoffilter op verontreinigingen. Zie onder Brandstofsysteem.
•
Controleer de instelling van het ontstekingstijdstip van de motor.1.
•
Controleer de anti-corrosieanodes. Controleer vaker bij gebruik in zout water. Zie onder Anticorrosieanodes.
•
Tap de olie af uit het onderwaterhuis en ververs deze. Zie onder Onderwaterhuis smeren.
•
Smeer de spiebanen op de aandrijfas.1.
•
Controleer de trimbekrachtigingsvloeistof. Zie onder Trimbekrachtigingsvloeistof controleren.
•
Inspecteer de accu. Zie onder Accu inspecteren.
•
Controleer de afstellingen van de bedieningskabel.1.
•
Inspecteer de distributieriem. Zie onder Distributieriem inspecteren.
•
Controleer of alle bouten, moeren en andere bevestigers goed aangehaald zijn.
•
Controleer of de motorkapafdichtingen intact en onbeschadigd zijn.
•
Controleer de inwendige motorkapgeluidsisolatie (indien aanwezig) en kijk of het schuimrubber intact en onbeschadigd is.
• 1. nld
Controleer of de inlaatdemper (indien aanwezig) op zijn plaats zit. Deze onderdelen moeten door een erkende dealer worden onderhouden.
51
ONDERHOUD •
Controleer of de stationairuitlaatdemper (indien aanwezig) op zijn plaats zit.
•
Controleer de luchtinlaat op losse slangklemmen en losse rubber hoezen (indien aanwezig).
NA 300 GEBRUIKSUREN OF OM DE DRIE JAAR •
Vervang de bougies na de eerste 300 uur of na het derde jaar. Controleer daarna de bougies om de 300 bedrijfsuren of elke drie jaar. Vervang de bougies wanneer nodig. Zie onder Bougies inspecteren en vervangen.
•
Vervang de waterpompwaaier (doe dit vaker als er oververhitting optreedt of als u een lagere waterdruk constateert).1.
•
Controleer de klepspeling en stel de kleppen zo nodig.1.
VOORAFGAAND AAN OPSLAG •
Raadpleeg de opslagprocedure. Zie onder Opslag.
Doorspoelen van het koelsysteem Spoel de inwendige koelwaterkanalen van de buitenboordmotor door met zoet water na elk gebruik in zout, vervuild of modderig water. Hiermee voorkomt u dat neerslag de inwendige waterkanalen verstopt. BELANGRIJK: Tijdens het doorspoelen moet de motor draaien om de thermostaat te openen en water door de koelwaterkanalen te laten circuleren.
!
WAARSCHUWING
Draaiende schroeven kunnen ernstig of dodelijk letsel veroorzaken. Laat de motor nooit draaien met de boot uit het water terwijl de schroef is geïnstalleerd. Zet de aandrijving altijd eerst in neutraal voordat u een schroef installeert of verwijdert en activeer de noodstopschakelaar om te voorkomen dat de motor start. 1.
Zet de buitenboordmotor in de bedrijfsstand (verticaal) of in een gekantelde stand.
2.
Verwijder de schroef. Zie Schroef vervangen.
3.
Schroef een waterslang in de achterste fitting. Open de waterkraan gedeeltelijk (maximaal 1/2). Open de waterkraan niet helemaal, want hierdoor kan water onder hoge druk stromen. BELANGRIJK: Laat tijdens het doorspoelen de motor niet sneller draaien dan met stationair toerental. 4.
Zet de versnelling in neutraal. Start de motor en spoel het koelsysteem ten minste vijf minuten door. Houd het motortoerental op stationair.
5.
Zet de motor af. Draai de waterkraan dicht en verwijder de slang. Breng de schroef weer aan.
28518
52
nld
ONDERHOUD Motorkap verwijderen en installeren VERWIJDEREN 1.
Trek de achterste borghendel omhoog om de motorkap te verwijderen.
28439
INSTALLEREN 1.
Laat de motorkap over de motor zakken.
2.
Laat de voorkant van de motorkap als eerste zakken en zet de haak op de voorkant vast. Laat de motorkap op zijn plaats zakken en druk op de achterkant van de motorkap om hem op zijn plaats vast te zetten. Trek licht aan de achterkant van de motorkap om te controleren of hij goed is vastgezet.
28445
Onderhoud van de buitenkant Uw buitenboordmotor wordt beschermd door duurzame lak. Maak de lak regelmatig schoon en zet deze in de was, gebruikmakend van geschikte reinigingsmiddelen en was.
Accu inspecteren De accu moet periodiek worden geïnspecteerd om te waarborgen dat de motor kan starten. BELANGRIJK: Lees de met de accu meegeleverde veiligheids- en onderhoudsinstructies.
nld
1.
Zet de motor af voordat u onderhoud aan de accu verricht.
2.
Controleer of de accu tegen beweging is geborgd.
3.
De accukabelpolen moeten schoon, goed aangedraaid en juist aangebracht zijn. Plus op plus en min op min.
4.
Controleer of de accu van een niet-geleidend scherm is voorzien die voorkomt dat de accupolen per ongeluk worden kortgesloten.
53
ONDERHOUD Brandstofsysteem !
WAARSCHUWING
De brandstof is brandbaar en kan exploderen. Zorg dat de contactsleutel op Uit staat en de noodstopschakelaar zo staat dat de motor niet kan starten. Rook niet en houd alle bronnen van vonken en open vuur uit de buurt tijdens de procedure. Zorg voor goede ventilatie van de werkruimte en vermijd langdurige blootstelling aan brandstofdampen. Controleer altijd op eventuele lekkage voordat u probeert om de motor te starten en verwijder gemorste brandstof altijd onmiddellijk. Voordat u onderhoud aan een onderdeel van het brandstofsysteem uitvoert, moet u de motor stoppen en de accu loskoppelen. Tap het brandstofsysteem helemaal af. Gebruik een goedgekeurde container om brandstof in op te vangen en op te slaan. Neem eventueel gemorste brandstof onmiddellijk op. Het materiaal dat u hebt gebruikt om de gemorste brandstof op te deppen, moet in een goedgekeurde container worden afgevoerd. Al het onderhoud aan het brandstofsysteem moet in een goed geventileerde ruimte worden verricht. Controleer het systeem altijd op brandstoflekken na het voltooien van onderhoudswerkzaamheden.
BRANDSTOFLEIDING INSPECTEREN Inspecteer de brandstofleiding en pompbal op het oog op scheuren, zwellingen, lekken, hardheid of andere tekenen van slijtage of beschadiging. Als u een van deze toestanden aantreft, moet de brandstofslang of pompbal worden vervangen.
MOTORBRANDSTOFFILTER Controleer het brandstoffilter op water of bezinksel. Als zich water in de brandstof bevindt, verwijdert u het kijkglas en tapt u het water af. Als het filter verontreinigd lijkt te zijn, verwijdert en vervangt u het.
VERWIJDEREN 1.
Lees de bovenstaande informatie over onderhoud aan het brandstofsysteem en de waarschuwing.
2.
Trek het hele filter uit de steun. Houd het deksel vast om te voorkomen dat het draait en verwijder het kijkglas. Giet de inhoud in een goedgekeurde container.
3.
Inspecteer het filterelement. Vervang de hele filtereenheid als vervanging noodzakelijk is.
a b c d abcd-
28414
deksel filterelement O-ringafdichting kijkglas
INSTALLEREN BELANGRIJK: Voer een visuele inspectie uit op brandstoflekken bij het filter door in de pompbal te knijpen tot deze hard aanvoelt en er brandstof in het filter wordt gestuwd.
54
nld
ONDERHOUD 1.
Duw het filterelement in het deksel.
2.
Leg de O–ringafdichting op de juiste plaats op het kijkglas en schroef het kijkglas met de hand in het deksel vast.
3.
Duw de filtereenheid weer in de steun.
Stuurstangbevestigers BELANGRIJK: De stuurstang die de stuurkabel met de motor verbindt, moet met de speciale sluitringkopbout ("e" - onderdeelnummer 10-856680) en zelfborgende nylon borgmoeren ("b" en "d" - onderdeelnummer 11-826709113) worden bevestigd. Deze borgmoeren mogen nooit door gewone (niet borgende) moeren worden vervangen omdat deze zich loswerken en van de machine af trillen, waardoor de stang vrij- en loskomt.
!
WAARSCHUWING
Gebruik van verkeerd bevestigingsmateriaal of onjuiste installatieprocedures kan resulteren in los- of vrijkomen van de stuurstang. Dit kan een plotseling verlies van controle over de boot veroorzaken, leidend tot mogelijk ernstig (of dodelijk) letsel doordat opvarenden in de boot ten val komen of eruit worden geslingerd. Gebruik altijd de vereiste onderdelen en volg de aanwijzingen en aanhaalprocedures.
b c
a d
e abcde-
26895
vulstuk (12-71970) borgmoer met nylon inzetstuk (11-826709113) platte ring (2) borgmoer met nylon inzetstuk (11-826709113) speciale ringkopbout (10-856680)
Beschrijving borgmoer met nylon inzetstuk "b" Borgmoer met nylon inzetstuk "d" speciale ringkopbout
Nm 27
lb-in.
lb-ft 20
Draai aan tot hij volledig aanligt en draai dan een kwartslag terug 27
20
Bevestig de stuurverbindingsstang aan de stuurkabel met twee platte ringen en de nylon borgmoer met inzetstuk. Haal de borgmoer aan tot deze volledig aanligt en draai hem vervolgens een kwartslag terug. Bevestig de stuurverbindingsstang op de motor met de speciale ringkopbout, borgmoer en het vulstuk. Haal eerst de bout en vervolgens de borgmoer aan volgens de specificaties.
nld
55
ONDERHOUD Anticorrosieanode De buitenboordmotor is op verschillende plaatsen voorzien van anticorrosieanodes. Een anode helpt de buitenboordmotor beschermen tegen corrosie, doordat het metaal ervan geleidelijk corrodeert en zo het metaal van de buitenboordmotor juist gespaard blijft. Elke anode moet regelmatig geïnspecteerd worden, met name bij gebruik in zout water waar de erosie sneller verloopt. Om deze corrosiebescherming te behouden, moet u de anode altijd vervangen voordat hij volledig is weggevreten. Verf de anode nooit en breng er geen beschermlaagje op aan omdat dit de effectiviteit vermindert. Op dit model zijn zowel aan weerszijden van het onderwaterhuis als op de onderkant van de spiegelklemconstructie anodes geïnstalleerd.
b
a ab-
32211
anode op spiegelklemconstructie onderwaterhuisanodes
Vervanging schroef -87,3 mm (3-7/16 in.) Diameter onderwaterhuis !
WAARSCHUWING
Als de schroefas wordt gedraaid, kan de motor tornen en starten. Draai de contactsleutel of de noodstopschakelaar altijd naar de stand ' OFF' (UIT) en verwijder alle bougiekabels van de bougies bij onderhoud aan de schroef. Dit om per ongeluk starten van de motor en mogelijk ernstig letsel door een klap van een draaiende schroef te voorkomen. 1.
Schakel de buitenboordmotor in de stand neutraal (N).
N
N
28528
56
nld
ONDERHOUD 2.
Verwijder de bougiekabels om te voorkomen dat de motor start.
26899
3.
Buig de gebogen lippen op de schroefmoerborgring recht.
26900
4.
Plaats een stuk hout tussen het onderwaterhuis en de schroef om draaien van de schroef te voorkomen. Verwijder de schroefmoer.
5.
Trek de schroef recht van de as. Als de schroef op de as is vastgelopen en niet verwijderd kan worden, laat hem dan door een erkende dealer verwijderen.
26901
6.
Breng Quicksilver of Mercury Precision Lubricants Anti-Corrosion Grease (anticorrosievet) of 2-4-C met Teflon op de schroefas aan.
26902
nld
57
ONDERHOUD Ref.-nr. tube
Gebruikt in
Onderdeelnr.
94
Anti-Corrosion Grease (anticorrosievet)
Beschrijving
Schroefas
92-802867 Q1
95
2-4-C met Teflon
Schroefas
92-802859Q 1
BELANGRIJK: Om corrosie van de schroefnaaf en vastlopen ervan tegen de schroefas te voorkomen (vooral in zout water), moet u altijd een laagje van het aanbevolen smeermiddel aanbrengen op de gehele schroefas tijdens de aanbevolen onderhoudsbeurten en telkens als de schroef wordt verwijderd. 7. Schroeven met Flo-Torq I naaf - Installeer de voorste draagring, schroef, schroefmoerborgring en schroefmoer op de as.
b
abcd-
a
c 8.
a
d 26903
Schroeven met Flo-Torq II aandrijfnaaf - Installeer de voorste draagring, schroef, vervangbare staartstukbus, achterste draagring, schroefmoerborgring en schroefmoer op de as.
b
c
d
9.
schroefmoer schroefmoerborgring schroef voorste draagring
e
f
abcdef-
schroefmoer schroefmoerborgring achterste draagring vervangbare staartstukbus schroef voorste draagring
26904 Plaats de schroefmoerborgring op de pennen. Plaats een blok hout tussen het onderwaterhuis en de schroef en haal de schroefmoer aan volgens de specificaties.
Beschrijving
Nm
Schroefmoer
75
lb. in.
lb. ft. 55
58
nld
ONDERHOUD 10. Lijn de vlakke kanten van de schroefmoer uit met de lippen op de schroefmoerborgring. Zet de schroefmoer vast door de lippen omhoog en tegen de vlakke kanten van de schroefmoer aan te buigen.
b
a
ab-
pennen lippen
a b
26906
11. Installeer de bougiekabels weer op hun plaats.
Vervanging schroef -108 mm (4 - 1/4 in.) Diameter onderwaterhuis !
WAARSCHUWING
Als de schroefas wordt gedraaid, kan de motor tornen en aanslaan. Draai de contactsleutel of de noodstopschakelaar altijd naar de stand "OFF" (UIT) en verwijder alle bougiekabels van de bougies bij onderhoud aan de schroef. Dit om per ongeluk aanslaan van de motor en mogelijk ernstig letsel door een klap van een draaiende schroef te voorkomen. 1.
Schakel de buitenboordmotor in de stand neutraal (N).
N
N
28528
2.
Verwijder de bougiekabels om te voorkomen dat de motor aanslaat.
26899
nld
59
ONDERHOUD 3.
Buig de gebogen lippen op de schroefmoerborgring recht.
26900
4.
Plaats een stuk hout tussen het onderwaterhuis en de schroef om draaien van de schroef te voorkomen. Verwijder de schroefmoer.
5.
Trek de schroef recht van de as. Als de schroef op de as is vastgelopen en niet verwijderd kan worden, laat hem dan door een erkende dealer verwijderen.
26901
6.
Breng Quicksilver of Mercury Precision Lubricants Anti-Corrosion Grease (anticorrosievet) of 2-4-C met Teflon op de schroefas aan.
26902
Gebruikt in
Onderdeelnr.
94
Anti-Corrosion Grease (anticorrosievet)
Schroefas
92-802867 Q1
95
2-4-C met Teflon
Schroefas
92-802859Q 1
Ref.-nr. tube
Beschrijving
BELANGRIJK: Om corrosie van de schroefnaaf en vastlopen ervan tegen de schroefas te voorkomen (vooral in zout water), moet u altijd een laagje van het aanbevolen smeermiddel aanbrengen op de gehele schroefas tijdens de aanbevolen onderhoudsbeurten en telkens als de schroef wordt verwijderd. 60
nld
ONDERHOUD 7.
Schroeven met Flo-Torq I aandrijfnaaf - Installeer de drukring, schroef, massaring, draagring, schroefmoerborgring en schroefmoer op de as.
a b c
d 8.
e
abcdef-
f
schroefmoer schroefmoerborgring draagring massaring schroef drukring
26908
Schroeven met Flo-Torq II aandrijfnaaf - Installeer de voorste draagring, vervangbare staartstukbus, schroef, draagring, schroefmoerborgring en schroefmoer op de as.
a b
c
f
e
d
abcdef-
schroefmoer schroefmoerborgring draagring schroef vervangbare staartstukbus voorste draagring
26941
NB: Installatie van een schroef met Flo-Torq III naaf verdient aanbeveling voor roestvaststalen applicaties. 9.
Schroeven met Flo-Torq III aandrijfnaaf - Installeer de voorste draagring, vervangbare staartstukbus, schroef, draagring, schroefmoerborgring en schroefmoer op de as.
a
b abcdef-
c
d
e
f
3223
schroefmoer schroefmoerborgring achterste draagring schroef vervangbare staartstukbus voorste draagring
10. Plaats een blok hout tussen het onderwaterhuis en de schroef en haal de schroefmoer aan volgens de specificaties.
nld
Beschrijving
Nm
Schroefmoer
75
61
lb. in.
lb. ft. 55
ONDERHOUD 11. Zet de schroefmoer vast door drie van de lippen in de draagringgroeven te buigen.
26945
Bougies inspecteren en vervangen !
WAARSCHUWING
Beschadigde bougiedoppen kunnen vonken produceren die de brandstofdampen onder de motorkap tot ontploffing brengen, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel door brand of explosie tot gevolg. Voorkom schade aan de bougiedoppen: gebruik geen scherp voorwerp of metalen gereedschap om de bougiedoppen te verwijderen. 1.
Verwijder de bougiedoppen. Draai de rubberen doppen wat heen en weer en trek ze van de bougies af.
26899
2.
Verwijder de bougies om ze te inspecteren. Vervang de bougie als de elektrode weggesleten is of als de isolator ruw, gebarsten, gebroken of vervuild is of inbrandingen vertoont.
26946
3.
Stel de elektrodeafstand af volgens de specificatie.
26947
62
nld
ONDERHOUD Bougie Elektrodenafstand 4.
1.0 mm (0.040 in.)
Veeg de bougiezittingen schoon voordat u de bougies installeert. Installeer de bougies handvast en haal ze vervolgens nog een kwartslag aan, of haal aan volgens de specificaties.
Beschrijving
Nm
Bougie
27
lb-in.
lb-ft 20
Zekering vervangen BELANGRIJK: Zorg dat u altijd reserve 20A-zekeringen bij u hebt. De elektrische circuits op de buitenboordmotor worden door zekeringen in de bedrading tegen overbelasting beschermd. Probeer als een zekering is doorgebrand de oorzaak van de overbelasting op te sporen en te verhelpen. Als de oorzaak niet wordt verholpen, kan de zekering nogmaals doorbranden. Open de zekeringhouder en kijk naar de zilverkleurige strip binnenin de zekering. Als de strip onderbroken is, vervangt u de zekering. Vervang de zekering door een nieuwe van hetzelfde ampèrage.
2
25
5
20
c
j abcdefghij-
e
d
b
20
a
f
15 20
g
h
i
41005
opening voor reservezekering 4-polige connector diagnosecircuit - 2A-zekering SmartCraft gegevensbuscircuit - 5A-zekering hoofdstroomcircuit - 25A-zekering reserve 20 A-zekering hoofdrelais/accessoires - 15A-zekering ontstekingsspoelcircuit - 20A-zekering brandstofpomp/stationairluchtregeling/brandstofinjector circuits - 20A-zekering doorgebrande zekering bruikbare zekering
Distributieriem inspecteren 1.
Inspecteer de distributieriem en laat hem door een erkende dealer vervangen als u een van de volgende omstandigheden aantreft. a. Barsten in de achterzijde van de riem of in het onderste gedeelte van de tanden van de riem.
nld
63
ONDERHOUD b. c. d. e.
Overmatige slijtage aan de voet van de kammen. Rubber gedeelte door olie opgezwollen. Riemoppervlakken ruw. Tekenen van slijtage aan de randen of buitenvlakken van de riem.
26958
Smeerpunten 1.
Smeer de volgende onderdelen met Quicksilver of Mercury Precision Lubricants Anti-Corrosion Grease (anti-corrosievet) of 2-4-C met Teflon.
Ref.-nr. tube
2.
Gebruikt in
Onderdeelnr.
94
Anti-Corrosion Grease (anticorrosievet)
Beschrijving
schroefas
92-802867 Q1
95
2-4-C met Teflon
schroefas
92-802859Q 1
Smeer de volgende onderdelen met Quicksilver of Mercury Precision Lubricants 2-4-C with Teflon (smeermiddel met Teflon) of Special Lubricant 101 (speciaal smeermiddel).
Ref.-nr. tube
Beschrijving
95
2-4-C met Teflon
34
Special Lubricant 101 (speciaal smeermiddel)
•
Gebruikt in
Onderdeelnr.
Opklapgeleidehendel, stuurkolom, kantelbuis, stuurkabelsmeernippel
92-802859Q 1
Opklapgeleidehendel, stuurkolom, kantelbuis, as van stuurfrictie-instelling, stuurkabelsmeernippel
92-802865Q02
Opklapgeleidehendel - Smeren via de smeernippel.
64
nld
ONDERHOUD •
Stuurkolom - Smeren via de smeernippel. ab-
opklapgeleidehendel stuurkolom
a b
•
28466 Kantelbuis - Smeren via smeernippel.
28461
•
As van stuurfrictie-instelling (modellen met stuurknuppel) - Smeren via de smeernippel. Beweeg de stuurfrictiehendel tijdens het smeren naar voren en achteren.
28823
!
WAARSCHUWING
Onvoldoende smering van de kabel kan hydraulische blokkering veroorzaken, met eventueel ernstige of dodelijke ongelukken door verlies van de controle over de boot als gevolg. Trek het uiteinde van de stuurkabel helemaal in voordat u smeermiddel aanbrengt.
nld
65
ONDERHOUD •
Stuurkabelsmeernippel (indien aanwezig) - Draai het stuur om het uiteinde van de stuurkabel geheel in de kantelbuis van de buitenboordmotor te trekken. Smeer via de smeernippel.
b
a
28468
ab3.
fitting stuurkabeluiteinde
Smeer de volgende punten met lichte olie. •
Scharnierpunten stuurverbindingsstangen - smeer de punten.
28471
Trimbekrachtigingsvloeistof controleren 1.
Klap de buitenboordmotor naar de hoogste stand en zet de opklapgeleidehendel vast.
28474
66
nld
ONDERHOUD 2.
Verwijder de vuldop en controleer het vloeistofpeil. Het vloeistofpeil hoort ter hoogte van de onderkant van de vulopening te staan. Voeg Quicksilver of Mercury Precision Lubricants Power Trim & Steering Fluid (trim- en stuurbekrachtigingsvloeistof) toe. Is deze niet verkrijgbaar, gebruik dan automatischetransmissievloeistof voor auto's (ATF).
28476
Ref.-nr. tube
114
Beschrijving
Gebruikt in
Onderdeelnr.
Power Trim and Steering Fluid (trimen stuurbekrachtigingsvl oeistof)
Trimbekrachtigingsreservoir
92-802880Q1
Motorolie verversen MOTOROLIE-INHOUD Inhoud
Motorolie
Type vloeistof
3,0 liter (3 US qt)
Mercury Precision Parts of Quicksilver Synthetic Blend 25W-40 4-Stroke Outboard Oil (viertakt buitenboordmotorolie, synthetisch mengsel) Mercury Precision Parts of Quicksilver 4 Stroke 10W-30 Outboard Oil (viertakt buitenboordmotorolie)
PROCEDURE VOOR OLIE VERVERSEN 1.
Klap de buitenboordmotor omhoog naar de trailerstand.
2.
Draai de buitenboordmotor zo dat het aftapgat omlaag wijst. Verwijder de aftapplug en tap de motorolie af in een daartoe geschikte bak. Smeer de afdichting op de aftapplug met olie en breng de plug weer aan.
a b
ab-
aftapplug afvoergat
28531
OLIEFILTER VERVANGEN 1.
nld
Plaats een doek of handdoek onder het oliefilter om eventueel gemorste olie op te nemen.
67
ONDERHOUD 2.
Schroef het oude filter naar links los.
3.
Reinig de montagevoet. Breng een dun laagje schone olie aan op de filterpakking. Gebruik geen vet. Draai het nieuwe filter aan tot de pakking contact maakt met de voet en draai dan nog driekwart tot een hele slag aan.
28417
OLIE BIJVULLEN 1.
Verwijder de olievuldop en voeg olie toe tot het juiste gebruikspeil.
2.
Laat de motor vijf minuten stationair draaien en controleer op lekkage. Zet de motor af en controleer het oliepeil op de peilstok. Voeg zo nodig olie toe. a-
olievuldop
a
28418
Smering onderwaterhuis - voor 87,3 mm (3-7/16 in.) Diameter onderwaterhuis Bij het toevoegen of verversen van onderwaterhuissmeermiddel moet het smeermiddel op de aanwezigheid van water worden gecontroleerd. Als er water aanwezig is, kan dit naar beneden zijn gezakt en zal dit vóór het smeermiddel worden afgetapt, of het kan zich met het smeermiddel hebben vermengd waardoor dit een melkachtig uiterlijk krijgt. Als u water opmerkt, moet u het onderwaterhuis door uw dealer laten controleren. Water in het smeermiddel kan leiden tot vroegtijdig uitvallen van lagers, of het kan bij koud weer bevriezen en schade aan het onderwaterhuis veroorzaken. Onderzoek het afgetapte onderwaterhuissmeermiddel op metaaldeeltjes. Een kleine hoeveelheid fijne metaaldeeltjes wijst op normale slijtage van de tandwielen. Een buitensporige hoeveelheid metaalvijlsel of grotere deeltjes (stukjes) kunnen op abnormale tandwielslijtage wijzen en dit moet door een erkende dealer worden gecontroleerd.
SMEERMIDDEL UIT ONDERWATERHUIS AFTAPPEN 1.
Plaats de buitenboordmotor in een verticale bedrijfsstand.
2.
Zet een opvangbak onder de buitenboordmotor.
68
nld
ONDERHOUD 3.
Verwijder de ontluchtingsplug en de vul-/aftapplug en tap het smeermiddel af. ab-
ontluchtingsplug vul-/aftapplug
a b 26973
SMEERMIDDELINHOUD ONDERWATERHUIS De smeermiddelinhoud van het onderwaterhuis bedraagt ongeveer 340 ml (11.5 fl oz).
SMEERMIDDELPEIL ONDERWATERHUIS CONTROLEREN EN ONDERWATERHUIS OPNIEUW VULLEN 1.
Plaats de buitenboordmotor in een verticale bedrijfsstand.
2.
Verwijder de ontluchtingsplug.
3.
Steek de tube met smeermiddel in de vulopening en voeg smeermiddel toe totdat dit bij de ontluchtingsopening te zien is. BELANGRIJK: Vervang de afdichtringen indien ze beschadigd zijn. 4.
Stop met het toevoegen van smeermiddel. Installeer de ontluchtingsplug en afdichtring voordat u de smeermiddelleiding verwijdert.
5.
Verwijder de tube met smeermiddel en installeer een schoongemaakte vul-/aftapplug en afdichtring.
a
c
b 26975
abc-
nld
ontluchtingsopening ontluchtingsplug vul-/aftapplug
69
ONDERHOUD SMEREN VAN HET onderwaterhuis - onderwaterhuis MET DOORSNEE VAN 108 MM (4 - 1/14 inch) Kijk of er water in de smeerolie aanwezig is als u olie in het onderwaterhuis bijvult of deze ververst. Als er water aanwezig is, kan dit zich op de bodem verzameld hebben en zal er dan vóór de smeerolie uitlopen of het kan met de smeerolie gemengd zijn waardoor deze er melkachtig uitziet. Als u water opmerkt, laat het onderwaterhuis dan door uw dealer nakijken. Water in de smeerolie kan leiden tot vroegtijdig defect raken van de lagers of, bij temperaturen onder het vriespunt, tot bevriezing met het gevolg dat het ijs het onderwaterhuis zal beschadigen. Onderzoek het afgetapte onderwaterhuissmeermiddel op metalen deeltjes. Een kleine hoeveelheid fijne metalen deeltjes duidt op normale slijtage. Een grote hoeveelheid metaalslijpsel of grotere deeltjes kunnen op abnormale tandwielslijtage duiden en dit moet door een erkende dealer worden gecontroleerd.
ONDERWATERHUIS LEEG LATEN LOPEN 1. 2. 3.
Zet de buitenboordmotor in een verticale bedrijfsstand. Plaats de verzamelbak onder de buitenboordmotor. Verwijder de ontluchtingspluggen en de vul/aftapplug en laat de smeerolie eruit lopen. ab-
ontluchtingspluggen vul/aftapplug
a b 26977
INHOUD VAN HET ONDERWATERHUIS Het onderwaterhuis kan ongeveer 710 ml (24 fl. oz.) olie bevatten.
CONTROLEREN VAN HET SMEEROLIEPEIL IN HET ONDERWATERHUIS EN BIJVULLEN VAN HET ONDERWATERHUIS 1. 2. 3. 4. 5.
Zet de buitenboordmotor in de verticale bedrijfsstand. Verwijder de voorste ontluchtingsplug en de achterste ontluchtingsplug. Plaats de tube smeermiddel in het vulgat en voeg smeermiddel toe totdat het te zien is in het voorste ontluchtingsgat. Plaats de voorste ontluchtingsplug en de afsluitring terug. Ga door met smeermiddel bijvullen, totdat het verschijnt in het achterste ontluchtingsgat. Stop met smeerolie bijvullen. Breng de achterste ontluchtingsplug en de afsluitring aan voordat u de tube smeermiddel weghaalt.
70
nld
ONDERHOUD 6.
Neem de tube smeermiddel weg en plaats de schoongemaakte vul/aftapplug en afsluitring.
c b
a
d 27001
abcde-
e
voorste ontluchtingsplug voorste ontluchtingsopening achterste ontluchtingsopening achterste ontluchtingsplug vul/aftapplug en afdichtring
Onder water geraakte buitenboordmotor Een buitenboordmotor die onder water is geraakt, heeft binnen enkele uren nadat hij uit het water is gehaald, onderhoud nodig bij een erkende dealer. Prompt onderhoud bij een dealer is noodzakelijk als de motor eenmaal aan de atmosfeer is blootgesteld om inwendige corrosieschade aan de motor tot een minimum te beperken.
nld
71
OPSLAG Voorbereiding voor opslag De belangrijkste zaak bij de voorbereiding van de buitenboordmotor is bescherming tegen roest, corrosie en beschadiging door bevriezing van ingesloten water. De volgende opslagprocedures moeten worden gevolgd om uw buitenboordmotor op seizoenopslag of langdurige opslag (twee maanden of langer) voor te bereiden.
!
OPGELET
U mag de buitenboordmotor nooit starten of laten lopen (zelfs niet kortstondig) zonder dat er water door de koelwaterinlaat in het onderwaterhuis circuleert, om schade aan de waterpomp (droog lopen) of oververhitten van de motor te voorkomen.
BRANDSTOFSYSTEEM BELANGRIJK: Alcoholhoudende benzine (ethanol of methanol) kan tijdens de opslag tot zuurvorming leiden en schade aan het brandstofsysteem toebrengen. Indien de gebruikte benzine alcohol bevat, is het raadzaam om zoveel mogelijk van de resterende benzine uit de brandstoftank, de brandstofslang en het brandstofsysteem van de motor af te tappen. Vul de brandstoftank en het motorbrandstofsysteem met behandelde (gestabiliseerde) brandstof om vernisachtige aanslag en gom te helpen voorkomen. Ga verder met de volgende instructies. •
Losse brandstoftank - Giet de vereiste hoeveelheid benzinestabiliseringsmiddel in de brandstoftank (volg de aanwijzingen op de verpakking). Kantel de brandstoftank heen en weer om het stabiliseringsmiddel met de brandstof te mengen.
•
Vaste brandstoftank - Giet de vereiste hoeveelheid benzinestabiliseringsmiddel (volg de aanwijzingen op de verpakking) in een aparte container en meng deze met ongeveer één liter benzine. Giet dit mengsel in de brandstoftank.
•
Verwijder het kijkglas van het brandstoffilter en leeg het in een geschikte container. ZieOnderhoudBrandstofsysteem voor het verwijderen en installeren van het filter. Voeg3 cc (1/2 tsp.) benzinestabilisator toe aan het kijkglas van het brandstoffilter en installeer het weer.
•
Plaats de buitenboordmotor in het water of sluit de doorspoeladapter aan zodat koelwater kan circuleren. Laat de motor 15 minuten lopen zodat het motorbrandstofsysteem gevuld wordt.
Bescherming van externe buitenboordmotoronderdelen •
Smeer alle buitenboordmotoronderdelen die staan vermeld bij Onderhoud - Inspectie- en onderhoudsschema.
•
Werk beschadigde verf bij. Neem contact op met uw dealer voor de te gebruiken lak.
•
Spuit Quicksilver of Mercury Precision Lubricants Corrosion Guard (corrosiebescherming) op metalen buitenoppervlakken (behalve anti-corrosie anodes).
Ref.-nr. tube
120
Beschrijving
Gebruikt in
Onderdeelnr.
Corrosion Guard (corrosiebescherming )
Externe metalen oppervlakken
92-802878Q55
Bescherming inwendige motoronderdelen •
Verwijder de bougies en giet ongeveer 30 ml (1 oz) motorolie in elke bougieopening of spuit vijf seconden lang Storage Seal in elke opening.
•
Draai het vliegwiel met de hand een paar keer rond totdat de olie over de cilinders verdeeld is. Breng de bougies weer aan.
•
Ververs de motorolie.
72
nld
OPSLAG Onderwaterhuis •
Tap de tandwielolie uit het onderwaterhuis af en vul het weer (raadpleeg Onderhoud – Onderwaterhuis smeren).
Buitenboordmotor plaatsen voor opslag Sla de buitenboordmotor in een rechtopstaande (verticale) positie op om water uit de motor te laten lopen.
KENNISGEVING Als de buitenboordmotor in opgeklapte toestand wordt opgeslagen, kan hij beschadigd raken. Er kan dan water bevriezen dat is ingesloten in de koelkanalen, of regenwater dat zich ophoopt in de schroefuitlaat in het onderwaterhuis. Sla de buitenboordmotor op in de stand volledig omlaag.
Accu-opslag •
nld
Volg de instructies van de fabrikant voor opslag en het laden van de accu.
•
Verwijder de accu van de boot en controleer het waterpeil. Zo nodig opnieuw opladen.
•
Bewaar de accu op een koele, droge plaats.
•
Controleer tijdens de opslagperiode het waterpeil regelmatig en laad de accu regelmatig op.
73
OPSPOREN VAN STORINGEN Startmotor tornt de motor niet (elektrisch gestarte modellen) MOGELIJKE OORZAKEN •
Doorgebrande zekering in het startcircuit. Zie Onderhoud .
•
De buitenboordmotor is niet in neutraal geschakeld.
•
Zwakke accu, of de accuverbindingen zitten los of zijn gecorrodeerd.
•
Defecte contactschakelaar.
•
Bedrading of elektrische verbinding defect.
•
Startmotor of solenoïde van startmotor defect.
Motor start niet MOGELIJKE OORZAKEN •
Uittrekstopschakelaar niet in de stand "RUN" (LOPEN).
•
Onjuiste startprocedure. Raadpleeg Bediening.
•
Oude of verontreinigde benzine.
•
Motor verzopen. Raadpleeg Bediening.
•
Brandstof bereikt de motor niet. a. Brandstoftank is leeg. b. Ontluchtingsopening van brandstoftank dicht of verstopt. c. Brandstofslang is losgekoppeld of geknikt. d. Pompbal niet ingeknepen. e. Keerklep van pompbal is defect. f. Brandstoffilter verstopt. Raadpleeg Onderhoud. g. Brandstofpomp defect. h. Brandstoftankfilter verstopt.
•
Doorgeslagen zekering. Raadpleeg Onderhoud.
•
Component van ontstekingssysteem defect.
•
Bougies vuil of defect. Raadpleeg Onderhoud.
Motor loopt onregelmatig MOGELIJKE OORZAKEN •
Te lage oliedruk. Controleer het motoroliepeil.
•
Bougies vuil of defect. ZieOnderhoud hoofdstuk.
•
Verkeerde opstelling en afstelling.
•
Restrictie van brandstof naar motor. a. Motorbrandstoffilter is verstopt. ZieOnderhoud hoofdstuk. b. Brandstoftankfilter verstopt. c. Anti-sifonklep voorzien in vast ingebouwde brandstoftanks is vastgelopen. d. Brandstofslang is geknikt of samengeknepen.
•
Brandstofpomp defect.
•
Component van ontstekingssysteem defect.
•
Storing in brandstofinjectiecomponent (EFI-modellen).
74
nld
OPSPOREN VAN STORINGEN Prestatieverlies MOGELIJKE OORZAKEN •
Motorbewakingssysteem geactiveerd. Zie hoofdstukEigenschappen en bedieningselementen Waarschuwingssysteem.
•
Gashendel niet volledig open.
•
Schroef beschadigd of schroef van verkeerde grootte.
•
Verkeerde afgesteld ontstekingsmoment, verkeerde afstellingen of instelling.
•
Boot overbelast of lading niet goed verdeeld.
•
Overmatig veel water in motorruim.
•
Bodem van boot is vuil of beschadigd.
Accu kan lading niet houden MOGELIJKE OORZAKEN
nld
•
Accuverbindingen zitten los of zijn gecorrodeerd.
•
Te weinig elektrolyt in de accu.
•
Oude of inefficiënte accu.
•
Te veel elektrische accessoires met de accu verbonden.
•
Kapotte gelijkrichter, laadspoel of spanningsregelaar.
75
SERVICEBIJSTAND VOOR DE EIGENAAR Plaatselijke reparatieservice Breng uw buitenboordmotor altijd naar uw plaatselijke erkende dealer terug, als service nodig mocht zijn. Alleen hij heeft de door de gediplomeerde monteurs, de kennis, het speciale gereedschap, de apparatuur en de originele onderdelen en accessoires om op de juiste wijze onderhoud aan uw motor uit te kunnen voeren als dat nodig mocht zijn. Hij kent uw motor het beste.
Service onderweg Als u zich niet in de buurt van uw plaatselijke dealer bevindt en service nodig hebt, neem dan contact op met de dichtstbijzijnde erkende dealer. Raadpleeg de Gouden Gids. Als u om welke reden dan ook geen service kunt krijgen, neem dan contact op met het dichtstbijzijnde Mercury Marine servicekantoor.
Inlichtingen over onderdelen en accessoires Over originele vervangingsonderdelen en accessoires kan uw plaatselijke erkende dealer u informeren. De dealer heeft de benodigde informatie om onderdelen en accessoires voor u te bestellen. Wanneer u naar onderdelen en accessoires informeert, heeft de dealer het model- en serienummer nodig om de juiste onderdelen te kunnen bestellen.
Servicebijstand Het is voor uw dealer en voor ons uiterst belangrijk dat u tevreden bent met uw buitenboordmotor. Als u een probleem met of vraag over de buitenboordmotor hebt, neem dan contact op met uw dealer of een erkend Mercury Marine dealerschap. Als u meer hulp nodig hebt, doe dan het volgende. 1.
Spreek met de verkoop- of servicemanager van het dealerschap. Als u dit reeds gedaan hebt, neem dan contact op met de eigenaar van het dealerschap.
2.
Als u een vraag of probleem hebt dat niet door het dealerschap kan worden opgelost, vraag het Mercury Marine servicekantoor dan om hulp. Mercury Marine zal samen met u en uw dealerschap alle problemen oplossen.
Het servicekantoor heeft de volgende informatie nodig: •
Uw naam en adres
•
Telefoonnummer waar u overdag bereikbaar bent
•
Model en serienummer van de buitenboordmotor
•
De naam en het adres van uw dealerschap
•
Aard van het probleem
Als u hulp nodig hebt, kunt u bellen, faxen of schrijven. Verstrek een telefoonnummer waar u overdag te bereiken bent als u een brief of fax stuurt.
Fax Website
Mercury Marine W6250 W. Pioneer Road P.O. Box 1939 Fond du Lac, WI 54936-1939 www.mercurymarine.com (61) (3) 9791-5822
Fax
(61) (3) 9706-7228 (32) (87) 32 • 32 • 11
Fax
(32) (87) 31 • 19 • 65
76
nld
SERVICEBIJSTAND VOOR DE EIGENAAR (954) 744-3500 Fax
(954) 744-3535
Japan 072-233-8888 Fax
072-233-8833
Kisaka Co., Ltd. 4-130 Kannabe-cho Sakai-shi Sakai-ku 5900984 Osaka, Japan
Azië, Singapore (65) 65466160 Fax
nld
(65) 65467789
Brunswick Asia Pacific Group T/A Mercury Marine Singapore Pte Ltd 29 Loyang Drive Singapore, 508944
77
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN Informatie over installeren VERMOGEN VAN DE BOOT !
WAARSCHUWING
Als een buitenboordmotor gebruikt wordt die de maximale vermogensgrens van een boot overschrijdt, kan: 1. de boot onbestuurbaar worden 2. te veel gewicht bij de spiegel geplaatst worden waardoor het drijfvermogen van de boot gewijzigd wordt of 3. de boot kapot gaan, vooral in de buurt van de spiegel. Het gebruik van een buitenboordmotor met een te groot vermogen kan leiden tot letsel, dodelijke ongelukken of schade aan de boot. Gebruik geen buitenboordmotor op uw boot met een te groot vermogen en overbelast uw boot niet. De meeste boten hebben een vereist vermogensplaatje dat het maximaal toegestane vermogen en de maximaal toegestane belasting aangeeft die door de fabrikant zijn vastgesteld aan de hand van bepaalde overheidsrichtlijnen. Neem in geval van twijfel contact op met uw dealer of de fabrikant van de boot.
U.S. COAST GUARD CAP ACITY MAXIMUM HORSEPOWER XXX MAXIMUM PERSON CAPACITY (POUNDS)
XXX
MAXIMUM WEIGHT CAPACITY
XXX 26777
BESCHERMING TEGEN INGESCHAKELD STARTEN !
WAARSCHUWING
Vermijd ernstig of dodelijk letsel als gevolg van plotselinge, onverwachte acceleratie wanneer u de motor start. Vanwege het ontwerp van deze buitenboordmotor moet de erbij gebruikte afstandsbediening een ingebouwde beveiliging hebben die uitsluitend starten in neutraal toelaat. De afstandsbediening die is aangesloten op de buitenboordmotor moet een beveiliging hebben die uitsluitend starten in neutraal toelaat. Dit voorkomt dat de motor start vanuit een versnelling.
ACCESSOIRES VOOR UW BUITENBOORDMOTOR SELECTEREN De originele Mercury Precision- en Quicksilver-accessoires zijn speciaal voor uw buitenboordmotor ontworpen en getest. Deze accessoires zijn verkrijgbaar bij Mercury Marine dealers. BELANGRIJK: Raadpleeg uw dealer voordat u accessoires installeert. Door onjuist gebruik van goedgekeurde accessoires of het gebruik van niet-goedgekeurde accessoires kan het product beschadigd raken. Sommige accessoires die niet door Mercury Marine worden geproduceerd of verkocht, zijn er niet op ontworpen om veilig met uw buitenboordmotor of het bedieningssysteem ervan te worden gebruikt. Zorg dat u de installatie-, bedienings- en onderhoudshandleidingen voor alle geselecteerde accessoires bezit en leest.
VEREISTE BEPERKT DOORLATENDE BRANDSTOFSLANG Vereist voor buitenboordmotoren die in de Verenigde Staten te koop of verkocht zijn of ter verkoop worden aangeboden.
78
nld
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN •
De Amerikaanse Environmental Protection Agency (EPA) vereist voor alle buitenboordmotoren die na 1 januari 2009 zijn vervaardigd een beperkt doorlatende slang als primaire brandstofslang tussen de brandstoftank en de buitenboordmotor.
•
Een beperkt doorlatende brandstofslang heeft de classificatie USCG Type B1-15 of Type A1-15. Deze is gedefinieerd als niet meer dan 15/gm²/24 h van CE 10 brandstof doorlatend bij een temperatuur van 23 °C conform de specificatie in SAE J 1527 - Marine Fuel Hose (brandstofslangen scheepsvaart).
ELEKTRISCHE BRANDSTOFPOMP Als gebruik wordt gemaakt van een elektrische pomp mag de brandstofdruk niet hoger zijn dan 27,58 kPa (4 PSI) bij de motor. Installeer zo nodig een drukregelaar om de druk te regelen.
INSTALLATIESPECIFICATIES A B
A
2763
ab-
Minimale spiegelopening Hartlijn motor bij twee motoren
Minimale spiegelopening Enkele motor (afstandsbediening)
48,3 cm (19 in.)
Enkele motor (stuurknuppel)
76,2 cm (30 in.)
Twee motoren
101,6 cm (40 in.)
Hartlijn motor Minimaal
nld
66 cm (26 in.)
79
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN BUITENBOORDMOTOR HIJSEN Gebruik het hijsoog op de motor.
28510
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN Montagegaten voor buitenboordmotor boren 1.
Markeer vier montagegaten op de spiegel met behulp van de spiegelboormal.
b
abc-
boorgeleidegaten spiegelboormal hartlijn spiegel
a
a
c
2757
80
nld
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN spiegelboormal
91-98234A2
Hulpmiddel bij de installatie van de motor dat als sjabloon dient voor de motormontagegaten.
5489
2.
Boor vier montagegaten van13,5 mm (17/32 in.).
3973
Controleren van de spiegelconstructie BELANGRIJK: Bepaal of de spiegel sterk genoeg is. De spiegelmontageborgmoeren en -bouten horen tot 75 Nm (55 lb. ft.) aangehaald te kunnen worden zonder dat de spiegel meegeeft of barst. Als de spiegel bij deze momentwaarde meegeeft of barst, is de spiegelconstructie mogelijk niet sterk genoeg. De spiegel moet dan versterkt of het lastdragende oppervlak vergroot worden.
b
18961
a ab-
spiegel geeft mee bij aanhalen bout spiegel barst bij aanhalen bout
Gebruik een momentsleutel met schaal als u de sterkte van de spiegel voor het eerst bepaalt. Als de bout of moer blijft draaien zonder dat de momentwaarde op de schaal toeneemt, betekent dit dat de spiegel meegeeft. U kunt het lastdragende oppervlak vergroten met een grotere onderlegring of een spiegelverstevigingsplaat.
nld
81
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN NB: De binnenste gaten op de spiegelverstevigingsplaat zijn voor de onderste spiegelbouten; de buitenste gaten zijn voor de bovenste spiegelbouten.
a b
20860
ab-
grote onderlegring voor spiegel spiegelverstevigingsplaat
Beschrijving
Onderdeelnummer
Grote onderlegring voor spiegel
67-896392
Spiegelverstevigingsplaat
67-896305
Bevestigen van de buitenboordmotor op de spiegel 1.
Installeer de buitenboordmotor zo dat de antiventilatieplaat zich ter hoogte van of op maximaal25 mm (1 in.) onder de bodem van de boot bevinden.
a
ab-
antiventilatieplaat 25 mm (1 in.)
b
8045
2. 3.
Breng een maritiem afdichtmiddel aan op de boutschachten, niet op de schroefdraad. Monteer de buitenboordmotor met het meegeleverde montagemateriaal. Haal de borgmoeren aan met het voorgeschreven aanhaalmoment.
82
nld
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN NB: Voor een nauwkeuriger momentwaarde wordt aanbevolen om waar mogelijk niet de spiegelbouten maar de spiegelMOEREN aan te halen. abc-
bout met diameter van 1/2 in. (12,7 mm) (4) platte ring (4) borgmoer (4)
c
b a
28481
Beschrijving
Nm
Borgmoeren en bouten voor spiegelmontage
75
lb. in.
lb. ft. 55
STUURKABEL - LANGS STUURBOORD GELEGDE KABEL 1.
Smeer het gehele kabeluiteinde.
10261
Ref.-nr. tube
95 2.
Beschrijving
Gebruikt in
Onderdeelnr.
2-4-C Marine Lubricant with Teflon (smeermiddel met teflon)
Stuurkabeluiteinde
92-802859Q 1
Steek de stuurkabel in de kantelbuis.
28507
nld
83
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN 3.
Haal de moer aan tot het voorgeschreven aanhaalmoment.
29506
Beschrijving
Nm
Moer
47,5
lb. in.
lb. ft. 35
STUURKABELAFDICHTING 1.
Markeer de kantelbuis op een afstand van 6,4 mm (0.25 in.) van het uiteinde. Installeer de afdichtingscomponenten.
2.
Schroef de dop op tot aan het merkteken.
a
a b
c
d 8041
abcd-
6,4 mm (1/4 in.) kunststof vulring O-ringafdichting dop
STUURSTANGBEVESTIGERS BELANGRIJK: De stuurstang die de stuurkabel met de motor verbindt, moet met de speciale sluitringkopbout ("a" - onderdeelnummer 10-856680) en zelfborgende borgmoeren met nylon inzetstuk ("b" & "e" onderdeelnummer 11-826709113) worden bevestigd. Deze borgmoeren mogen nooit door gewone (niet borgende) moeren worden vervangen omdat ze zich loswerken en van de machine af trillen, waardoor de stang vrij- en loskomt.
84
nld
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN !
WAARSCHUWING
Gebruik van verkeerd bevestigingsmateriaal of onjuiste installatieprocedures kan resulteren in los- of vrijkomen van de stuurstang. Dit kan een plotseling verlies van controle over de boot veroorzaken, leidend tot mogelijk ernstig (of dodelijk) letsel doordat opvarenden in de boot ten val komen of eruit worden geslingerd. Gebruik altijd de vereiste onderdelen en volg de aanwijzingen en aanhaalprocedures.
f b d
c e
28479
a abcdef-
speciale ringkopbout (10-856680) borgmoer met nylon inzetstuk (11-826709113) vulstuk (12-71970) platte ring (2) borgmoer met nylon inzetstuk (11-826709113) middelste gat gebruiken - buitenboordmotor naar zijkant sturen om gat te kunnen bereiken
Beschrijving
Nm
speciale ringkopbout
27
20
borgmoer met nylon inzetstuk "b"
27
20
borgmoer met nylon inzetstuk "e"
lb. in.
lb. ft.
Draai aan tot hij volledig aanligt en draai dan een kwartslag terug
Bevestig de stuurverbindingsstang aan de stuurkabel met twee platte ringen en de nylon borgmoer met inzetstuk. Haal de borgmoer aan tot deze volledig aanligt en draai hem vervolgens een kwartslag terug. Bevestig de stuurverbindingsstang op de motor met de speciale ringkopbout, borgmoer en het vulstuk. Haal eerst de bout en vervolgens de borgmoer aan volgens de specificaties.
nld
85
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN Aansluiting brandstofslang - Modellen met afstandsbediening MAAT EXTERNE BRANDSTOFSLANG De binnendiameter van de brandstofslang bedraagt ten minste 8 mm (5/16 in). Gebruik een aparte brandstofleiding/brandstoftankinlaat voor elke motor.
BRANDSTOFSLANGAANSLUITING Bevestig de externe brandstofslang op de fitting met een metalen slangklem of met de kunststof slangklem die met de buitenboordmotor is meegeleverd. ab-
slangklem brandstofslang
a b 28511
Elektrische aansluitingen en installatie van de bedieningskabel DRAADBOOM AFSTANDSBEDIENING Verwijder het toegangsdeksel.
a
28505
a-
toegangspaneel
Leid de draadboom van de afstandsbediening door de rubberen doorvoertule.
86
nld
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN Sluit de veertienpolige connector aan op de motordraadboom en bevestig de draadboom met de kabelbinder.
c
b
a
41014
abc-
draadboom afstandsbediening houder 14-polige connector
ACCUKABELAANSLUITINGEN Enkele buitenboordmotor
a
abc-
(+)
b
c
(-)
nld
15496
87
Rode huls - positief (+) zwarte huls - negatief (–) startaccu
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN Twee buitenboordmotoren Sluit een gedeelde massadraad (met dezelfde draadmaat als de accukabels van motor) aan tussen de negatieve polen (–) op de startaccu’s.
a
b a
b
c
(-)
d
(-)
d 15497
abcd-
Rode huls - positief (+) Zwarte huls - negatief (–) Massadraad Startaccu
SCHAKELKABEL INSTALLEREN Installeer de kabels aan de afstandsbediening volgens de bij de afstandsbediening geleverde aanwijzingen. 1.
Zoek het middelpunt van de speling of loze beweging in de schakelkabel als volgt op: a. Zet de afstandsbedieningshendel van neutraal in vooruit en breng de hendel naar de stand voor maximumtoerental. Breng de hendel langzaam terug naar neutraal. Breng een merkteken ("a") aan op de kabel, naast de kabeleindegeleider. b. Zet de afstandsbedieningshendel van neutraal in achteruit en breng de hendel naar de stand voor maximumtoerental. Breng de hendel langzaam terug naar neutraal. Breng een merkteken ("b") aan op de kabel, naast de kabeleindegeleider.
88
nld
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN c. Breng een merkteken ("c") aan in het midden, halverwege tussen de merktekens ("a" en "b"). Lijn de kabeluiteindegeleider uit met dit middelste merkteken wanneer u de kabel op de motor installeert.
a
b c 6098
2. 3.
Schakel de buitenboordmotor met de hand in neutraal. De schroef zal vrij kunnen draaien. Zet de afstandsbedieningshendel op neutraal.
N
26838
4.
Steek de schakelkabel door de rubber doorvoertule. ab-
a
rubberen doorvoertule schakelkabel
b 28489
5.
nld
Bevestig de schakelkabel op de schakelhendel met een splitpen.
89
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN 6.
Stel de kabelton zo af dat de middelste markering op de kabel in lijn staat met de eindgeleider wanneer de kabelton in de tonhouder wordt geplaatst.
a
c
a
b
28487
e abcde-
d
kabeleindgeleider splitpen markering middelpunt kabelton tonsluiting
7.
Plaats de kabelton in de tonhouder.
8.
Zet de ton met de tonsluiting op zijn plaats vast. a-
Tonsluiting
a 28488
9.
Controleer de schakelkabelafstellingen als volgt: a. Schakel de afstandsbediening in vooruit. De schroefas hoort geschakeld te worden. Als dat niet het geval is, verplaatst u de ton naar de kabeleindgeleider toe. b. Schakel de afstandsbediening in achteruit terwijl u de schroef draait. De schroefas hoort geschakeld te worden. Als dat niet het geval is, verplaatst u de ton van de kabeleindgeleider vandaan. Herhaal de stappen a t/m c.
90
nld
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN c. Schakel de afstandsbediening terug naar neutraal. De schroefas hoort vrijelijk te kunnen draaien, zonder enige stroefheid. Als dat niet het geval is, verplaatst u de ton naar de kabeleindgeleider toe. Herhaal de stappen a t/m c.
GASKABEL INSTALLEREN Installeer de kabels in de afstandsbediening volgens de bij de afstandsbediening geleverde aanwijzingen. 1. Zet de afstandsbediening in neutraal.
N
26838
2.
Steek de gaskabel door de rubberen doorvoertule. ab-
a
rubberen doorvoertule gaskabel
b 28491
3. 4.
nld
Bevestig de schakelkabel op de schakelhendel met een splitpen. Verstel de kabelton totdat de ton op het tapeind schuift.
91
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN 5.
Bevestig de gaskabel op het tapeind met een platte ring en borgmoer. Haal de borgmoer aan met het voorgeschreven aanhaalmoment.
a
b
c
e
d abcde-
28494
gaskabel splitpen platte sluitring borgmoer kabelton
Beschrijving
Nm
lb. in.
6
53
Borgmoer gaskabel
92
lb. ft.
nld
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN 6.
Installeer het toegangsdeksel met twee bouten. Haal de bouten aan tot het voorgeschreven aanhaalmoment.
a
28500
a-
toegangspaneel
Beschrijving
Nm
lb. in.
Bout van toegangspaneel
10
89
lb. ft.
Schroef installeren SCHROEF INSTALLEREN –108 MM (4-1/4 IN.) DIAMETER ONDERWATERHUIS !
WAARSCHUWING
Als de schroefas wordt gedraaid terwijl de motor ingeschakeld staat, is het mogelijk dat de motor tornt en start. Om dit per ongeluk starten van de motor en mogelijk ernstig letsel door contact met de draaiende schroef te voorkomen, dient u de motor altijd naar neutraal te schakelen en de bougiekabels te verwijderen wanneer u onderhoud aan de schroef uitvoert.
nld
93
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN 1.
Breng Quicksilver of Mercury Precision Lubricant Anti-Corrosion Grease (anti-corrosievet) of 2-4-C Marine Lubricant (smeermiddel) met Teflon op de schroefas aan.
26902
Ref.-nr. tube
Gebruikt in
Onderdeelnr.
94
Anti-Corrosion Grease (anticorrosievet)
Beschrijving
Schroefas
92-802867 Q1
95
2-4-C Marine Lubricant with Teflon (smeermiddel met teflon)
Schroefas
92-802859Q 1
BELANGRIJK: Om corrosie van de schroefnaaf en vastlopen ervan tegen de schroefas te voorkomen (vooral in zout water), moet u altijd een laagje van het aanbevolen smeermiddel aanbrengen op de gehele schroefas tijdens de aanbevolen onderhoudsbeurten en ook telkens als de schroef wordt verwijderd. 2. Schroeven met Flo-Torq I aandrijfnaaf – Installeer de drukring, schroef, massaring, draagring, schroefmoerborgring en schroefmoer op de as.
a b c
d
3.
e
abcdef-
f
schroefmoer schroefmoerborgring draagring massaring schroef draagring
26908 Schroeven met Flo-Torq II aandrijfnaaf – Installeer de voorste draagring, vervangbare staartstukbus, schroef, draagring, schroefmoerborgring en schroefmoer op de as.
a b
c
e
d
f
abcdef-
schroefmoer schroefmoerborgring draagring schroef vervangbare staartstukbus voorste draagring
26941
NB: Roestvrijstalen toepassingen – Installatie van een schroef met Flo-Torq III naaf verdient aanbeveling.
94
nld
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN 4.
Schroeven met Flo-Torq III aandrijfnaaf – Installeer de voorste draagring, vervangbare staartstukbus, schroef, draagring, schroefmoerborgring en schroefmoer op de as.
a
b abcdef-
5.
c
e
d
f
schroefmoer schroefmoerborgring achterste draagring schroef vervangbare staartstukbus voorste draagring
Plaats een blok hout tussen het onderwaterhuis en de schroef en haal de schroefmoer aan tot de specificaties.
Beschrijving
Nm
Schroefmoer
75
6.
3223
lb. in.
lb. ft. 55
Zet de schroefmoer vast door drie van de lippen in de draagringgroeven te buigen.
26945
SCHROEF INSTALLEREN –87,3 MM (3-7/16 IN.) DIAMETER ONDERWATERHUIS !
WAARSCHUWING
Als de schroefas wordt gedraaid terwijl de motor ingeschakeld staat, is het mogelijk dat de motor tornt en start. Om dit per ongeluk starten van de motor en mogelijk ernstig letsel door contact met de draaiende schroef te voorkomen, dient u de motor altijd naar neutraal te schakelen en de bougiekabels te verwijderen wanneer u onderhoud aan de schroef uitvoert.
nld
95
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN 1.
Breng Quicksilver of Mercury Precision Lubricant Anti-Corrosion Grease (anti-corrosievet) of 2-4-C Marine Lubricant (smeermiddel) met Teflon op de schroefas aan.
26902
Ref.-nr. tube
Gebruikt in
Onderdeelnr.
94
Anti-Corrosion Grease (anticorrosievet)
Beschrijving
Schroefas
92-802867 Q1
95
2-4-C Marine Lubricant with Teflon (smeermiddel met teflon)
Schroefas
92-802859Q 1
BELANGRIJK: Om corrosie van de schroefnaaf en vastlopen ervan tegen de schroefas te voorkomen (vooral in zout water), moet u altijd een laagje van het aanbevolen smeermiddel aanbrengen op de gehele schroefas tijdens de aanbevolen onderhoudsbeurten en ook telkens als de schroef wordt verwijderd. 2.
Schroeven met Flo-Torq I aandrijfnaaf – Installeer de voorste draagring, schroef, schroefmoerborgring en schroefmoer op de as.
b
abcd-
a
c 3.
a
d 26903
Schroeven met Flo-Torq II aandrijfnaaf – Installeer de voorste draagring, schroef, vervangbare staartstukbus, achterste draagring, schroefmoerborgring en schroefmoer op de as.
b
c
d 4.
schroefmoer schroefmoerborgring schroef voorste draagring
e
f
abcdef-
schroefmoer schroefmoerborgring achterste draagring vervangbare staartstukbus schroef voorste draagring
26904
Plaats de schroefmoerborgring op de pennen. Plaats een blok hout tussen het onderwaterhuis en de schroef en haal de schroefmoer aan volgens de specificaties.
96
nld
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN Beschrijving
Nm
Schroefmoer
75
5.
lb. in.
lb. ft. 55
Lijn de vlakke kanten van de schroefmoer uit met de lippen op de schroefmoerborgring. Zet de schroefmoer vast door de lippen omhoog en tegen de vlakke kanten van de schroefmoer aan te buigen.
b
a
ab-
pennen lippen
a b 6.
26906
Breng de bougiekabels weer aan.
INSTELLEN VAN de trimvin De torsie van de schroef zorgt ervoor dat uw boot naar één kant gaat trekken. Deze stuurtorsie is normaal en treedt op als uw buitenboordmotor niet getrimd is zodat de schroefas parallel met het wateroppervlak loopt. De trimvin kan in veel gevallen deze stuurtorsie compenseren en kan (binnen bepaalde grenzen) ingesteld worden om ongelijke kracht op het stuur te verminderen.
26816
NB: Aanpassen van de trimvin zal weinig resultaat hebben in het reduceren van stuurtorsie als de buitenboordmotor is uitgerust met een anti-ventilatieplaat die ongeveer 50 mm (2 inch) of meer boven de bodem van de boot zit. Vaar met uw boot met normale kruissnelheid en met de motor in de gewenste trimstand, door de opklap-pen in het juiste gat te plaatsen. Stuur naar links en naar rechts en kijk naar welke kant de boot gemakkelijker draait. Als aanpassing nodig blijkt, draai dan de moer van de trimvin los en maak kleine, geleidelijke aanpassingen. Als de boot gemakkelijker naar links draait, beweeg dan de achterkant van de trimvin ook naar links. Als de boot gemakkelijker naar rechts draait, beweeg dan de achterkant van de trimvin ook naar rechts. Draai de moer weer vast en test opnieuw.
nld
97
BUITENBOORDMOTOR INSTALLEREN In-trimaanslag afstellen - modellen met trimbekrachtiging Als afstelling van de in-trimaanslag vereist is, verplaatst u de opklapstop-pennen naar de gewenste gaten. Haal de opklapstop-pennen aan met het voorgeschreven aanhaalmoment. a-
a
opklapstop-pennen
28538
Beschrijving
Nm
Opklapstop-pennen
24,4
98
lb. in.
lb. ft. 18
nld
ONDERHOUDSLOGBOEK Onderhoudslogboek Noteer hier het onderhoud dat aan uw buitenboordmotor is uitgevoerd. Denk eraan dat u alle werkopdrachten en ontvangstbewijzen bewaart. Datum
nld
Uitgevoerd onderhoud
Draaiuren
99