2015

Ouderavond 3de leerjaar – 08/09/2015 1.

Organisatie 3de leerjaar Het 3de leerjaar bestaat uit twee klassen. 3A met 16 lln. o.l.v. juf Ann en 3B met 15 lln. o.l.v. juf Kristel. Kinderen met leermoeilijkheden worden mee opgevangen door meester Bart. Hij zal ook het leerlingvolgsysteem verder opvolgen voor lezen, spelling en wiskunde.

2.

Verwachtingen bij het begin van het nieuwe schooljaar * leerstof wordt moeilijker * tempo wordt hoger * meer discipline, houden aan leefregels (blauwe blaadje in schoolagenda + 10 gezamenlijke leefregels) * werkattitude: - mooier schrijven, ordelijk werken - tijdig in orde zijn

3.

Schoolagenda (werkwijze staat vooraan) Zeker aan het begin van het schooljaar vraagt het van de ouders een beetje begeleiding om de schoolagenda samen te bekijken en aan te vullen. Nadat uw kind klaar is met een taak of een les wordt er gevraagd een bolletje in te kleuren als controle of alles wel is gedaan. Kan u ook elke dag even paraferen? We kiezen ook iedere week één aandachtspuntje dat geldt voor alle lln. van de klas. Dit puntje vindt u terug in de strook ‘heen en weer’. Deze keuze sluit meestal aan bij de sociale vaardigheden die op het rapport vermeld staan. (Frieke en Froefroe) Deze strook kan ook door de ouders worden gebruikt om iets mee te delen.

4.

Enkele klasafspraken/leefregels * zie blaadjes schoolagenda

5.

Hoe begeleiden? niet altijd bijzitten  zelfstandigheid bijbrengen, wel controleren bij problemen wel begeleiden en vermelden op de huistaak of in de schoolagenda (strook ‘heen en weer’) Je mag ook de tijd noteren die je kind nodig had om een bepaalde taak uit te voeren.

6.

Leerstof 3de leerjaar a. Wiskunde We werken reeds enkele jaren met de methode ‘Rekensprong, plus’. Deze methode werkt met 13 ‘sprongen’ waaraan we telkens ongeveer 2 weken werken. Na elke sprong volgt er een ‘sprongtoets’. Deze toets wordt een aantal dagen vooraf aangekondigd. Elke les bestaat uit een aantal ‘moetjes’ en ‘magjes’ oefeningen. Het is dus best mogelijk dat jouw kind niet elke oefening heeft gemaakt. Deze oefeningen mag u gebruiken ter voorbereiding van de toets. ( liefst met potlood) In het ‘Neuze-neuzeboekje’ vind je per onderdeel de belangrijkste leerinhouden terug van dit schooljaar. Dit boekje is gemaakt ter ondersteuning bij het verwerken van de geziene leerstof. Uw kind brengt het mee naar huis wanneer er een sprongtoets is aangekondigd. De sprongtoets evalueert meestal de 4 onderdelen van wiskunde. De volgende afkortingen komen bovenaan op de toetsen voor: G: getallenkennis MMR: meten en metend rekenen B: bewerkingen MK: meetkunde Het is niet nodig om de punten van je kind van die verschillende onderdelen op te tellen. Het is beter om per onderdeel te kijken of de leerstof gekend is of er nog tekorten zijn. U kan hiervoor de behaalde resultaten vergelijken met het opgegeven gewenst minimum (GW) dat u terug kan vinden bij elk onderdeel dat getoetst wordt. Als voorbereiding voor de sprongtoetsen krijgen de lln. een oefenbundel. Hierin mogen ze zowel thuis als in de klas werken. Het is de bedoeling dat de lln. de ‘moetjes’ in deze bundel hebben

afgewerkt tegen de dag van de toets. Zo hebben ze een voldoende voorbereiding voor de toets. Naast de methode ‘Rekensprong’ is het zeer belangrijk om dagelijks de maal- en deeltafels te blijven oefenen. Dit kan op verschillende manieren: doosje, tafelspelletje, computer, … We werken met ‘tafelboekjes’. Bovenaan het boekje staat de ‘te behalen doelstelling’. Bijvoorbeeld: ‘ Als ik minstens 10 oefn. op 1 minuut tijd kan oplossen, behaal ik een stempel’. Eén toets in zo’n tafelboekje bestaat uit 2 kolommen met telkens 20 oefn. (x en :) Per kolom krijgen de lln. 1 minuut de tijd. Wanneer ze de vooropgestelde doelstelling behalen, krijgen ze een stempel. Gewenst minimum: 8 stempels behalen op 10 beurten. Wanneer een tafelboekje uit is en de lln. hebben het GM bereikt, dan krijgen ze een nieuw boekje met een nieuwe doelstelling, waarbij het te behalen aantal oefn. per minuut telkens wordt verhoogd. Werd het GM niet behaald, dan blijven ze oefenen op hetzelfde niveau. We doen deze tempotoetsen op regelmatige tijdstippen gedurende de week en dit niet alleen voor x en : maar ook voor + en -, dit om de automatisatie van de lln. op te drijven.

b. Taal We werken met de methode: ‘Tijd voor taal accent, taal’ Deze methode is aangepast aan de nieuwe leerplannen. Er wordt vooral aandacht besteed aan: lezen, schrijven, spreken en luisteren en taalbeschouwing. Taalschat wordt geïntegreerd in deze lessen. Bij deze methode horen 2 leesboeken en 2 werkschriften. Net zoals in het 2de leerjaar wordt er voor spelling gewerkt met de methode: ‘Tijd voor taal accent, spelling’. Deze methode maakt gebruik van woordpakketten waarin de verschillende spellingproblemen verwerkt zitten. Elke week krijgen de lln. 1 woordpakket aangeboden waaraan in 3 lesblokken wordt gewerkt.  maandag: aanbreng van de 20 pakketwoorden ’s Avonds schrijven de lln. deze 20 woorden nog eens over in hun oefenschrift.  dinsdag: automatisatie van het spellingprobleem d.m.v. leuke oefeningen in hun werkschrift ’s Avonds oefenen de lln. voor het dictee  woensdag: evaluatie Via een dictee wordt de beheersing van het woordpakket gecontroleerd. In het dictee komen ook transferwoorden voor. Dit zijn woorden die niet in het woordpakket staan, maar wel hetzelfde spellingprobleem hebben. Lln. krijgen regelmatig hun dicteeschrift mee naar huis. Ze verbeteren hun foutjes door het woord 3 maal te schrijven in het groen. (Behalve wanneer dit anders met de lkr. wordt afgesproken). Gelieve elk dictee te handtekenen. Naast de wekelijkse evaluatie zijn er ook 5 grote controledictees voorzien, die meerdere pakketten behandelen. Bij de meeste woordpakketten wordt er een regeltje aangebracht dat de lln. helpt om de woorden uit het woordpakket en ook andere woorden met dezelfde moeilijkheid, correct te schrijven. U kan deze regels terugvinden achteraan in het werkschrift van spelling. Wanneer er onduidelijkheden zijn i.v.m. deze regels, kan u steeds een woordje uitleg komen vragen. Leerlingen die het wat moeilijker hebben met spelling kunnen nog extra begeleid worden door meester Bart. Deze extra begeleiding vindt plaats op donderdag. Dit houdt in dat de lln. al enkele dagen vooraf het WP gaan verkennen en zo extra inoefentijd hebben. Mogen we vragen om ook deze taak zo goed mogelijk op te volgen en in orde te hebben. Meester Bart gaf al een begeleidende brief mee in het oranje schriftje.

c. Technisch lezen Ook in het 3de leerjaar wordt er nog heel wat aandacht besteed aan lezen. We vragen om elke dag een kwartiertje te lezen (stil of luidop) om het leestempo wat op te krikken. Het leesniveau wordt regelmatig getest. Indien uw kind het gewenste leesniveau niet behaalt, krijgt het 1 x per week extra leeskansen bij juf Lief. Soms wordt er ook met een leeskaart gewerkt. Dan wordt er gevraagd om thuis extra te oefenen. Elke week werken we 1 moment, klasoverschrijdend aan een leesproject. In de loop van het jaar wisselen verschillende projecten elkaar af. Tot aan de herfstvakantie gaan de lln. van het 3de leerjaar lezen in niveauboekjes o.l.v. leesmoekes. Daarna werken de lln. van het 3de leerjaar o.a. met strips. We lezen ook in kleine groepjes in een keuzeboek dat nadien op een creatieve manier wordt voorgesteld aan de andere lln. van de klas. Daarna wordt er een nieuw boek uitgekozen om in

nieuwe groepjes te lezen. Dit project wordt afgesloten met een quiz. Ieder schooljaar gaan de lln. van het 3de leerjaar ook prentenboeken voorlezen bij de kleuters. Elke week kiezen ze een nieuw prentenboek dat gedurende de week thuis wordt ingeoefend. U krijgt nog een lijst mee waarop de data van de bibbezoeken worden meegedeeld. De lln. lenen maximum 5 boeken, hiervan zijn er minstens 2 verhalenboeken (aangepast aan hun leesniveau). Er is dit schooljaar een wijziging i.v.m. het inleveren van de boeken. De kinderen zullen voortaan op de dag van het bibbezoek zelf hun boeken moeten inleveren aan de balie. De boeken worden dus niet meer vooraf via de school ingeleverd. Dit om te voorkomen dat er boeken onderweg verdwijnen. Gelieve de boeken van jouw kind dus in een apart zakje mee te geven op de dag van het bibbezoek. Indien uw kind zijn boeken niet bijheeft op de afgesproken dag kunnen deze boeken 1x verlengd worden. Nadien volgt een boete. Ook dit jaar nemen we, in samenwerking met de bib, deel aan het leesproject van KJV. Het is de bedoeling dat de lln. gedurende het schooljaar 10 geselecteerde boeken lezen en hierover een schriftelijke beoordeling maken. Heel dit project wordt door de klasjuf gestuurd en begeleid. Verdere informatie hieromtrent volgt binnenkort.

d. W.O. We werken met de methode: ‘Mundo’ van de uitgeverij die Keure. Deze methode werkt met focusthema’s waarvan er in totaal 9 zijn. Het is mogelijk dat niet alle thema’s worden behandeld omdat sommige elkaar overlappen. De juffen maken een keuze uit het aanbod. Aanvullend hebben de lln. ook een bronnenboek gekregen waarin ze informatie kunnen opzoeken. Wanneer de lln. een toets moeten voorbereiden voor w.o., wordt er steeds een blaadje meegegeven waarop vermeld staat wat uw kind hiervoor moet kennen of kunnen.

e. MUVO Tijdens de lessen van muzische vorming behandelen we 5 domeinen: - Beeld: knutselen maar ook kunst bekijken en waarderen (beeldhouwen, schilderkunst, kunstenaars, kunststromingen, …) - Muziek: niet alleen zang, ook met instrumenten werken, stemgebruik, muziek beluisteren, klankspel maken, zelf muziek maken, muzikale stromingen en componisten, …) - Drama: toneel, rollenspel, schimmenspel, … - Bewegingsexpressie: expressief en creatief bewegen op muziek, geluiden, … - Muzisch taalgebruik: creatief omgaan met taal (rijm, gedicht, elfje, droedel, …) We proberen een gezond evenwicht te bewaren tussen deze verschillende domeinen. We gaan niet alleen dingen maken (creëren), maar ook luisteren, voelen, emoties beleven, creatief uit de hoek komen, dingen ervaren, je emoties en gevoelens uiten door het muzische, een oordeel geven, … (beschouwen). Kinderen worden geprikkeld om zelf creatief te zijn en te experimenteren met materialen, hun eigen lichaam, … We willen hun creativiteit ontwikkelen en laten ontplooien en ze laten ‘openstaan’ voor de kunstwereld. Daarom is het eindproduct minder belangrijk. De klemtoon ligt niet op een mooi en perfect eindresultaat, wel op het proces dat het kind maakt. Niet de hoeveelheid werkjes is belangrijk, maar wel de wetenschap dat uw kind in alle vrijheid een eigen creatie mag scheppen in woord, beeld, muziek, dans, schrijftaal, … De leerkracht begeleidt, stimuleert, biedt kansen. Technieken worden aangeleerd als middel, niet als doel. Kinderen leren het werk van anderen beoordelen, maar zijn ook in staat om zichzelf te evalueren en bij te sturen. De kinderen beleven het muzische ook buiten de klas (uitstap toneel, tentoonstelling, workshop, …) We doen dan ook graag beroep op de expertise van ouders, grootouders, … tijdens talentendag, knutselnamiddag, … Geïnteresseerden kunnen de hulpcheque invullen.

e. Zelfstandig werk De lln. krijgen extra oefenblaadjes waarin leerstof i.v.m. taal, wiskunde en w.o. wordt herhaald. Op vaste momenten wordt er tijd voorzien om aan dit zelfstandig werk te werken. Ook wanneer lln. sneller klaar zijn met een taak kunnen ze hieraan werken. Er worden ‘moetjes’ en ‘magjes’ voorzien. Bij dit zelfstandig werk kan er gedifferentieerd worden naar tempo en niveau. Deze werkjes worden zelfstandig door de lln. verbeterd m.b.v. correctiesleutels.

De leerlingen worden op het rapport beoordeeld op hun inzet voor het zelfstandig werk.

f. Extra mapjes Sommige lln. hebben nood aan extra oefeningen of begeleiding. Deze lln. krijgen een extra mapje van meester Bart. Op vaste momenten worden deze mapjes verzameld en naar meester Bart gebracht ter controle. Lln. die extra uitdaging nodig hebben, krijgen een mapje met extra oefeningen (taal of rekenen). In dit mapje mogen de lln.werken wanneer ze met hun gewone klaswerk klaar zijn. Ze verbeteren a.d.h.v. correctiesleutels de gemaakte oefeningen. Eén keer per week tonen de lln. aan meester Bart hun gemaakte oefeningen. Tijdens dit moment kunnen ze ook uitleg vragen.

7.

Rapport Dit schooljaar krijgen de lln. een rapport op de volgende data:  30 oktober  16 december (+ oudercontact op 16 en 17 december)  4 februari  23 maart (+ oudercontact op aanvraag)  27 mei  27 juni (rapport af te halen op het oudercontact, exacte data nog te bepalen) Samen met het rapport krijgt u ook steeds de proevenmap mee ter inzage. Naast de behaalde punten van uw kind, vindt u het GM. Behaalde uw kind minder dan het GM, dan is dit een teken dat dit leerstofonderdeel nog extra inoefening nodig heeft.

8.

Toetsen Meestal worden de lln. getest op hun parate kennis. Grotere toetsen zoals: controledictee, sprongtoetsen, toetsen w.o., … worden enkele dagen vooraf aangekondigd via de schoolagenda. Lln. krijgen regelmatig hun mapje met gemaakte toetsen mee naar huis. Bepaalde toetsen zullen de lln. moeten verbeteren met groen. Van de ouders wordt verwacht dat ze alle toetsen handtekenen.

9.

Bewegingsopvoeding De lessen bewegingsopvoeding en zwemmen worden gegeven door meester Mimo. De wekelijkse turnles gaat door op woensdagvoormiddag. Het is handig dat uw kind op die dag makkelijke kleren draagt om aan en uit te trekken. Zwemmen doen we zoals gebruikelijk op vrijdagnamiddag in het zwembad ‘Nekkerpool’ en dit tijdens het 1ste trimester en het begin van het 2de trimester. De meisjes met lange haren vragen we om een staart te maken.

10. Openluchtklassen Dit jaar gaan het 3de en het 4de leerjaar op zeeklassen naar ‘Midwester’ te Koksijde. Deze driedaagse zal plaatsvinden van woensdag 1 tot en met vrijdag 3 juni 2016. Verdere informatie krijgt u tijdens een aparte ouderavond kort voor het vertrek.

11. Enkele praktische afspraken a. reglement: zie nieuw boekje Het is de bedoeling dit boekje bij te houden tot jullie kind de school verlaat. Enkel de blaadjes die aan het begin van het schooljaar wijzigen, zullen telkens vervangen worden. b. afwezigheden: Elke afwezigheid dient gewettigd te worden door:  een briefje van de ouders (zie meegegeven blad met max. 4 afwezigheden) :gedateerd en ondertekend voor een korte ziekteperiode van 1,2 of 3 opeenvolgende kalenderdagen.  een doktersattest voor een langere ziekteperiode, d.w.z. van zodra je 4 opeenvolgende kalenderdagen ziek bent, zelfs als in die 4 dagen eventueel 1of meer vrije dagen zitten  Tijdens een schooljaar mogen we maximaal 4 briefjes van de ouders aanvaarden. Op doktersbriefjes staat geen beperking.  Mogen we vragen om de afwezigheid van uw kind telefonisch te melden aan het secretariaat voor 9 uur.

c. drank: Uw kind krijgt de kans om telkens bij het binnenkomen van de klas te drinken. Op warme dagen ook tijdens de lessen. We raden aan om gezonde drankjes mee te geven (liefst water) in een goed afsluitbare drinkbus of flesje. d. woensdag = fruitdag: Mogen we vragen om op woensdag een stukje fruit of groente mee te geven i.p.v. een koekje. e. alles een naam: Mogen we nog eens een oproep doen om alle doosjes, flesjes en koekjes duidelijk te voorzien van een naam of nummer. Dit om misverstanden onderling te voorkomen en alles met de juiste eigenaar mee te geven. f. rijen: Om het verlaten van de school vlot te laten verlopen is het handig dat u duidelijk afspreekt met uw kind waar u het zal opwachten, zodat uw kind weet in welke rij het moet gaan staan. Gelieve afstand te bewaren aan de schoolpoort zodat onze lln. gemakkelijk de school kunnen verlaten. g. verjaardagen: Neem even contact op met de juf om een datum af te spreken. Op onze school geldt de afspraak: geen snoep, chips of cadeautjes h. iets vergeten? De lln. krijgen steeds voldoende tijd om hun schooltas te maken. In principe moeten ze om 15.30 alles bij hebben en is het niet de bedoeling om nog iets te komen halen. Dit kan echter wel wanneer de juf nog aanwezig is in haar klas. Hiervoor moet wel toestemming gevraagd worden. Gesloten deuren worden helaas niet meer geopend. i. nabewaking: Wanneer uw kind in de nabewaking blijft, is het misschien nuttig om nog een vieruurtje te voorzien. Mogen wij u ook vragen om de begeleiders aan te spreken bij het ophalen van uw kind zodat zij een goed overzicht bewaren over wie wel of niet meer aanwezig is. Indien uw kind door iemand anders wordt opgehaald of meegaat met een vriendje gelieve dit dan schriftelijk mee te delen zodat er geen misverstanden kunnen ontstaan.

Heeft u tijdens het schooljaar vragen, bedenkingen, opmerkingen … neem dan gerust contact op! Indien mogelijk net voor of na de schooluren. Bij dringende gevallen kan u ons ook telefonisch contacteren op volgende nummers: Juf Ann Juf Kristel

015/ 34 01 10 015/ 75 50 73

Mailen kan naar: Juf Ann Juf Kristel

[email protected] [email protected]