http://www.lcvm.nl/nieuwsbrief37.htm
Printversie Voorwoord
Printversie met plaatjes Selectief kijken
In deze nieuwsbrief beginnen we met het vervolg op het artikel 'Angst voor bochten'. In de vorige nieuwsbrief hebben we al kunnen lezen dat angst voor bochten in principe onterecht is, omdat een motor eigenlijk net zo stabiel is in een bocht als op een recht stuk weg. Toch zitten er nog wel wat addertjes onder het gras. Om stabiel te kunnen zijn heeft een motor namelijk een bepaalde mate van grip nodig. Deze grip kan door diverse omstandigheden nog wel eens wisselen. Niet in de laatste plaats door de inbreng van de motorrijder zelf. Lees het in het eerste artikel van deze nieuwsbrief. Het tweede en tevens laatste artikel is 'Selectief kijken'. In het artikel lees je waarom selectief kijken noodzakelijk is om het totale plaatje te krijgen van wat er zich op de weg afspeelt. Waarom selectief? Omdat een teveel aan informatie ervoor zorgt dat onze hersenen overbelast raken. Bovendien zullen we niet in staat zijn al deze informatie naar behoren te verwerken. Je kunt jezelf hierin trainen door de nodige feedback te vergaderen die ervoor zorgt dat bepaalde patronen herkend worden. Wees daarom ook nooit bang jezelf voor nieuwe uitdagingen te stellen. Juist die uitdagingen houden je scherp! Er zijn diverse stadia in het leven van een motorrijder.
Angst voor bochten II In onze vorige nieuwsbrief hebben we al gezien dat angst voor bochten eigenlijk onterecht is. Onder normale omstandigheden kun je in principe doordat je motor erg stabiel is niet omvallen. Dat wil zeggen, zolang je banden grip hebben. Deze grip hangt onder andere af van de toestand van je banden, de toestand van het wegdek en de inbreng van de rijder. Grip Voor een optimale grip moet je de krachten beheersen die op beide banden inwerken. De hoeveelheid grip die je tot je beschikking hebt is je veiligheidsmarge. Hoe groter de hoeveelheid grip, hoe groter je veiligheid. Wat is grip? Definitie: de frictie tussen de weg en je band.
Voortstuwingskracht wordt geproduceerd wanneer (drijf)kracht van het motorvermogen overgebracht wordt op het achterwiel. Zijdelingse kracht betekent de kracht, nodig voor het volgen van je lijn, balanceren en beheersen van je hellingshoek, zoals krachten die nodig zijn om de zwaartekracht te overwinnen op een hellende weg, krachten om zijwinden te forceren, krachten om te kunnen draaien. Remkracht is de kracht die wordt geproduceerd wanneer je remt, wanneer het gas dichtgedraaid wordt (deceleratie) en de kracht die geproduceerd wordt door de rollende grip van de band. Grip wisselt voortdurend. De hoeveelheid wordt bepaald door onder andere: De conditie van het wegdek - zand en steentjes, water op de weg, putdeksels, gaten, scheuren, compositie van het wegmateriaal (asfalt, beton, steen, etc.), vervuiling (olie, antivries, remvloeistof, etc.), markeringen, bladeren en riooldeksels. Samenstelling van je band: zachte, plakkerige banden hebben over het algemeen meer grip. Bandendruk: een zachte (niet goed opgepompte) band kan in de bocht grip verliezen door de vervorming ten gevolge van de
1 van 6
1. In het eerste stadium ben je je niet bewust van een gevaar - je realiseert je een situatie pas achteraf als gevaarlijk. De oorzaak is niet genoeg ervaring en je bent niet kritisch genoeg om iets op te merken. Gaat er iets fout, dan komt dat als een donderslag bij heldere hemel. 2. Na een poosje leer je gevaren herkennen, maar weet er vervolgens niet mee om te gaan. In het tweede stadium zie je het gevaar, je weet alleen niet hoe het zich ontwikkelt en al helemaal niet hoe erop te reageren. Motorrijders die verzeild raken in gevaarlijke verkeerssituaties of die constant te wijd de bocht doorgaan vallen meestal in deze categorie. Je bent niet in staat de aanwijzingen te herkennen die een gevaar aankondigen. Door de snelheid aan te passen vertrouw je erop de situatie de baas te kunnen. 3. In het derde stadium heb je gevaren leren herkennen en hoe je er op tijd op moet reageren. Maar alleen door actief te zoeken, oftewel je al je tijd te concentreren op wat andere verkeersdeelnemers doen om er zeker van te zijn dat je met de juiste oplossing komt. Dit houdt je uit de problemen, maar je bent constant zo hard aan het werk, dat het al je energie kost. Door iets meer oefening en vertrouwen in je capaciteiten, krijgen daarom sommige rijders het gevoel dat er iets niet klopt. Ze weten niet waarom ze ongerust zijn, maar kunnen er niet de vinger op leggen. Ze minderen gas en kijken actief uit voor gevaren, zodat ze er vooraan kunnen blijven. 4. Het volgende stadium, dat iedere motorrijder zou moeten bereiken, is dat waarin je de weg leest en analyseert door te kijken naar je eigen rijgedrag en dat van andere mensen, zodat je precies begrijpt hoe problemen zich ontwikkelen, waarom ze ontstaan en zodat je je actieplan al van tevoren hebt uitgestippeld. Dit doe je zo vroeg, dat je kunt reageren op het potentiële probleem nog voordat andere weggebruikers zelfs maar beginnen te doen wat jij denkt dat ze zullen doen. Je traint jezelf door te reageren op clues van een potentieel probleem, alsof je op een gevaar zelf reageert. In je onderbewustzijn voorspel je de gang van zaken, analyseert je zicht op een kruispunt, werkt de lijn van de bocht uit. De clues lokken een gecontroleerde en bewuste reactie uit en een noodscenario voor in het ergste geval. Je hebt in je spiegels gekeken, je vluchtroute bepaald en het wegoppervlak gescand nog voor je rem-/stuuractie, zodat je kunt reageren voor je je plan uitvoert. En als zaken zich niet zo ontwikkelen als je hebt gevreesd, dan is dat je bonus. Het probleem met actief zoeken in het vorige stadium is, dat het veel van je concentratie vergt en je dit niet lang volhoudt. Je houdt echt wel een poosje vol, maar dan raak je dubbel zo snel vermoeid om vervolgens terug te vallen naar het tweede niveau. In het kort: je moet je ogen en hersenen trainen te reageren op visuele stimulatie en als het ware je hersenen triggeren een bewuste keuze te maken. In vorige nieuwsbrieven hebben we al gemeld dat de feedback in je hersenen ervoor zorgt dat je wat over hebt. Dit geldt niet alleen voor de motorrijtechnieken die je beheerst, maar zeker ook voor je kijkgedrag. Onze hersenen zijn heel goed in staat patronen te herkennen. Daarom is het zaak je hierop te trainen. Zodra je patronen aangeleerd en geoefend hebt, komt het als een tweede natuur in je onderbewustzijn te zitten en naar boven borrelen als het nodig is. Vermijd het alleen kijken naar een auto die je pad kruist en daarop te reageren. Tegen die tijd reageer je te laat en gewoonlijk in een impuls. Hoe eerder je in staat bent te reageren, hoe meer tijd je
29-1-2008 20:00
http://www.lcvm.nl/nieuwsbrief37.htm zijdelingse kracht. Temperatuur van de band: warme banden hebben over het algemeen meer grip dan koude banden. Slijtagepatroon van de band: het slijtagepatroon kan de hoeveelheid band die contact maakt met de weg beïnvloeden (contactvlak). Belading van de band: de totale kracht die banden op de weg overbrengen, oftewel de totale bandenbelasting waardoor het contactvlak in het oppervlak gedrukt wordt; oftewel het gewicht van motor en rijder. Het totale gewicht (motor en rijder) verandert niet als je een bocht neemt, daarom is de hoeveelheid grip onder identieke omstandigheden gelijk, of je nou een bocht neemt of een rechte lijn rijdt. Maar gewichtsverplaatsing in een bocht (door accelereren en remmen) verandert wel de druk op elke afzonderlijke band; acceleratie schuift het gewicht naar het achterwiel en ontlast het voorwiel. Afremmen verplaatst gewicht naar het voorwiel en ontlast het achterwiel. Inbreng van de rijder: er zijn diverse situaties denkbaar waardoor de stabiliteit (grip) van je motor in gevaar kan komen. De hoofdoorzaak is toch wel een verkeerde inbreng door de rijder. Inbreng van de rijder Voor het nemen van een bocht gebruiken we tegensturen. Voor een bocht naar links druk je op je linkerhandvat, voor een bocht naar rechts op je rechter. Als je motor in de bocht leunt, kun je de druk op je handvat iets laten vieren. Door de stuurgeometrie van je motor, het profiel van je banden en andere factoren stabiliseert je motor in een bocht. Hierdoor gaat je motor meestal zelfs zonder enige stuurinbreng vanzelf door de bocht. Dit geldt vooral voor hogere snelheden. Bij lage snelheden kan het soms nodig zijn toch nog bij te sturen.
hebt om te beoordelen of datgene wat je doet het juiste is. In dit laatste stadium van bewustzijn leer je constant bij. Gedurende de trainingen van de LCVM wordt juist ook aan dit gedeelte veel aandacht besteed. Als je je wilt ontwikkelen, is de truc je te realiseren dat het leerproces nooit eindigt. Rijd je constant met dezelfde mensen in hetzelfde systeem, en zijn er geen nieuwe uitdagingen, dan raak je snel verveeld en gedemotiveerd om nieuwe dingen bij te leren. Op dat punt kan een ander perspectief de oplossing zijn. Een goede rijder kan een perfecte lijn rijden in een bocht, maar dit kan automatisch gebeuren of het overkomt hem, in plaats van dat hij het laat gebeuren. Een goede rijder reageert niet alleen op de situatie die voor hem ligt, maar gebruikt hem in zijn voordeel. Is dat niet mogelijk, dan past hij zich aan die situatie aan. In de praktijk betekent dit op het juiste moment in een situatie terechtkomen. Op een ander moment de situatie naar je hand zetten, in je eigen voordeel. Dit alles is niet mogelijk zonder selectief kijken. Selectief kijken Om veilig te kunnen rijden is je kijkgedrag bij het motorrijden wel bijna het belangrijkste aspect. Alleen door goed kijkgedrag kun je dingen voorspellen en vervolgens adequaat handelen. Zorg daarom dat je een goed kijkpatroon hebt. Regeren is vooruitzien. Scan dichtbij: direct voor je, zo'n vier seconden vooruit. Scan ver: kijk zo'n 12-14 seconden vooruit. Dit is erg lastig in het drukke wegverkeer, maar als je niet voorbij het voertuig voor je kunt kijken, dan rijd je er of te dicht op, of je volgt het verkeerde voertuig. Probeer een voertuig te volgen waar je over of doorheen kunt kijken.
Scan de zijkanten: houd rekening met andere voertuigen en Ontspannen wegcondities aan de zijkanten. Verzeker je ervan dat andere Door te krampachtig vast te houden aan je stuurhelften, worden bestuurders je zien door oogcontact te maken. trillingen doorgegeven naar je handen en armen, waardoor je vermoeid/gevoelloos wordt en nog krampachtiger je stuur vast Scan de achterkant (spiegels): zorg dat je spiegels goed staan. gaat houden. Alles lijkt erger als je je te krampachtig vasthoudt: Check je spiegels ten minste elke vijf tot zeven seconden. de bobbels en gaten in het wegdek en het trillen van je motor. Dode hoeken: wen je een zoekpatroon aan waarbij geen gebied Het lijkt zelfs of je harder rijdt dan je in werkelijkheid doet. wordt vergeten en met een mogelijke ontsnappingsroute. Bij het uitaccelereren van een bocht zal door het verkrampen aan je stuurhelften je motor hevig gaan schudden. Een vloeiende gasbeheersing is noodzaak voor het veilig uitaccelereren van een Een voorbeeld van een zoekpatroon op een normale weg: voor, linker spiegel, voor, rechter spiegel, voor, linkerkant, voor, rechterkant. Denk bocht. eraan dat je ogen altijd weer naar voren gericht dienen te zijn nadat je een andere riching op gekeken hebt. Omdat dit de rijrichting is, is dat ook altijd Ook je zicht wordt vertroebeld door een geforceerd lichaam, de richting waarin zich de meeste risico's zullen voordoen. doordat hoofd en helm beginnen te schudden. Rijtechniek en machinebeheersing staan of vallen met het ontspannen van je Voorkant. De meeste ongelukken gebeuren tussen het 11- en 1-uur-gebied lichaam. (77%). Zie de motorongevallenklok. Juiste gasdosering Een motorfiets in beweging vormt een redelijk stabiel geheel, als de rijder hem met rust laat. Zelfs al zou je gaan glijden, dan voel je dat hij ondanks alles solide aanvoelt terwijl je aan het glijden bent. Tenminste, als je het goed doet. Dat betekent niet je instinct volgen en het gas dicht draaien, maar de motor zijn werk laten doen. Wat vaak niet wordt begrepen is dat de motor zichzelf automatisch herstelt bij een slide. In een slide draait de voorkant zich naar de rijrichting van de machine – de richting van de slide. De hoofdmassa van de machine beweegt zich dan naar buiten en het voorwiel draait in dit geval met exact de juiste hoeveelheid om de stabiliteit te herstellen. Dit zit in het unieke design van je motor ingebouwd. Door echter je gas dicht te draaien bij een slide hervat de motor onmiddellijk grip, waardoor de motor veel te abrupt weer rechtop gaat staan. Dit is de eerste fase van een crash. Als je hem kunt opvangen voordat de achterkant te ver is weggestapt is het meestal geen probleem: dan schudt hij gewoon iets terwijl de wielen zich weer uitlijnen. Als je dan bovendien het gas niet helemaal dichtdraait is de motor veel stabieler dan wanneer je dit wel zou doen. Door een constante gasstand tijdens een slide of geleidelijk gas vermeerderen kun je de motor meestal gewoon weer grip terug laten pakken. Het gas dichtgooien zorgt alleen maar voor nog meer gewicht op de voorkant en dan heb je eigenlijk een wonder nodig om de boel nog te redden. Gebruik je gas met fluwelen handjes. Gassen en gas terugnemen zorgt voor gewichtsverplaatsing tussen de voor- en achterkant van je motor, waardoor het gewicht op je wiel verandert en daarmee de beschikbare grip voor elke afzonderlijke band. Hoe meer gewicht er op een wiel rust, hoe meer grip. Dat betekent echter niet dat een zwaardere motor meer grip zou hebben, want deze heeft ook meer massa die geremd moet worden. Dat valt dan tegen elkaar weg. Wel is een sportmotor wat remmen betreft het gunstigst: het voorwiel zit dicht bij de rest van de motor en de motor heeft een korte wielbasis. Het voorwiel krijgt gemakkelijk honderd procent van het gewicht te dragen en heeft dan optimaal grip (stoppie). Lichaamsverplaatsing Je motor kan instabiel worden wanneer je naast je motor gaat
2 van 6
Oogbewegingen en elke twee tot drie minuten verandering van aandacht verkleinen de kans op het missen van kritieke informatie. Controleer je je dode hoek, draai je hoofd dan alleen zover als dat echt nodig is. Draai je hoofd niet om achter je te kijken, omdat dit te veel tijd kost en je je daardoor niet kunt concentreren op wat zich voor je afspeelt. Een effectief zoekpatroon houdt in dat je selectief kijkt. Zoek voor noodzakelijke informatie en zaken die er echt toe doen. Vermijd een teveel aan informatie. Gun jezelf bovendien de tijd om de informatie die op je afkomt te verwerken. Bepaal zoekcategorieën:
Weggebruikers
29-1-2008 20:00
http://www.lcvm.nl/nieuwsbrief37.htm
hangen bij het nemen van een bocht. Dit is vaak het geval bij motorrijders die het tegensturen niet goed beheersen. Door het snel heen en weer verplaatsen van het lichaam en het hierdoor onbewust rukken aan de stuurhelften wordt je motor onrustig en gaat slingeren, vooral tijdens acceleren. Zet je daarentegen je been/knie tegen de tank bij het verplaatsen van je lichaam, dan wordt dit effect op de stuurhelften verminderd en het probleem voorkomen. Gebruik sowieso je voetsteunen voor het lichter maken van je lichaam tijdens lichaamsverplaatsing. Hierdoor wordt overmatig gebruik van de stuurhelften als steunpunt tot een minimum beperkt en verminderen de kansen op een te snel vermoeid lichaam.
Voertuigen
Kijktechniek Een vooruitziende blik is erg belangrijk. Scan voortdurend het wegdek af en houd rekening met de beperkingen van je motor. Zorg ervoor dat je alle handelingen voor de bocht achter de rug hebt. Dat betekent voldoende snelheid minderen zodat als er zich iets onverwachts voordoet in de bocht, je ruimte over hebt om je motor eventueel recht op te zetten of ergens omheen te rijden. Een motor is niet stabiel wanneer je hard remt. Daarom kost het ook zoveel concentratie als je een bocht neemt. Je motor stabiliseert weer door gas te geven.
Voetgangers
Reserve Zorg altijd dat je wat grip over hebt om deze te kunnen gebruiken als de situatie wijzigt. Een hogere snelheid in de bocht en een grotere hellingshoek verminderen de hoeveelheid beschikbare grip. Hellingshoek In tegenovergestelde richting van je motor leunen vereist een grotere hellingshoek om een bocht te nemen. Daardoor zal je motor eerder met bepaalde onderdelen over de grond slepen waardoor je de controle over je motor kunt verliezen. Hoe groter de hellingshoek, hoe minder grip ook. Dit omdat minder rubber contact maakt met het wegdek. Gebruik een maximale draairadius als dat mogelijk of wenselijk is.
Fietsers
Onderhoud Goed motor- en bandenonderhoud is belangrijk om het risico te minimaliseren. Goed onderhouden banden, een goede bandendruk en voldoende profiel zijn uitermate belangrijk. Duopassagier Kijk uit bij het rijden met een duopassagier. Dit beïnvloedt je vering en vergroot je stopafstand. Mentale checklist Zes symptomen wijzen je erop welk risico je eventueel loopt op een ongeval. Hoe meer van de volgende symptomen zich voordoen, hoe groter het risico dat je loopt: 1. Verkrampt aan je stuur hangen, of je leven ervan afhangt. 2. Grote mate van angst
Dieren
3. Correcties midden in je koers, door een bocht wiebelen in plaats van in één soepele beweging. 4. Remmen in een bocht omdat je het gevoel hebt dat je te hard gaat. 5. Tunnelvisie. 6. Abrupt gassen. Doen zich een of meerdere van deze symptomen voor, pas dan je snelheid aan en ontspan. Een manier om maximale grip in een bocht te verkrijgen is door je snelheid aan te passen en zo vloeiend mogelijk je motor te bedienen. Een goede techniek en een goede motordynamiek worden tenietgedaan door een te hoge snelheid.
Wegcondities Motorfun
Kleurveranderingen wegdek
AutoD is een programma voor de PC waarmee je de administratie van je voertuig(en) kunt bijhouden. Per voertuig kun je diverse gegevens van je voertuig(en) bijhouden. Klik hier
Veranderingen in structuur
3 van 6
29-1-2008 20:00
http://www.lcvm.nl/nieuwsbrief37.htm
Randen van de weg
Voorwerpen op het wegdek
Bermcondities
Glooiing van de weg
Kruispunten en invoegstroken
4 van 6
29-1-2008 20:00
http://www.lcvm.nl/nieuwsbrief37.htm
Vaste objecten
Wees op de hoogte van de verkeersregels. En als geheugensteuntje:
Nederlandse verkeersbordseries A: Snelheid B: Voorrang C: Geslotenverklaring D: Rijrichting E: Parkeren en stilstaan F: Overige geboden en verboden G: Verkeersregels H: Bebouwde kom J: Waarschuwing K: Bewegwijzering L: Informatie
Opstappend sp-lit(d)?
Stuur deze nieuwsbrief naar een vriend(in)
Klik hier voor de vorige nieuwsbrieven:
5 van 6
augustus 2007
o.a. Angst voor bochten, PFS, Verkeersregels buitenland, Nieuwe geluidsmeting
juli 2007
o.a. Rijden in de Bergen, Vakantietips buitenland, Bescherm je ledematen
juni 2007
o.a. Motorcrisis, Rijden in de Bergen, Motorrijden en onweer
mei 2007
o.a. Rijden met een duopassagier, Voorkom motordiefstal
april 2007
o.a. Gasbeheersing, Tunnelvrees, Twaalf tips voor relaxed rijden
maart 2007
o.a. Onderstuur en overstuur, Testverslag GPS Garmin 2720, Voorjaarstips
februari 2007
o.a. Spierkrampen, Risico's op kruispunten, Onderhoud en opslag motor en Obstakels in een bocht
januari 2007
o.a. Doorrijtips, Mist, 'ABS, airbag en motorveiligheid'
november 2006
o.a. Remmen of uitwijken in noodsituaties, Herfst- en wintertips, Motorrijders en letselschade, De beginnersmotor
29-1-2008 20:00
http://www.lcvm.nl/nieuwsbrief37.htm
september/oktober 2006
o.a. Zien in het verkeer, Verkeerslicht 'triggeren', Motorrijden bij nacht
augustus 2006
o.a. Basisregels voor motorveiligheid, Risicocompensatie, Vallen met de motor, Motorkleding
juli 2006
o.a. Motorrijden bij hoge temperaturen, Rotondes (II), Eerste hulp
juni 2006
o.a. Parkeren, Rotondes, Zonnebrillen, Zijspanrijden
mei 2006
o.a. Overlevingsreflexen, VORKBAD, Rijd je eigen rit
april 2006
o.a. Olie verversen, het MAIDS-onderzoek, Geluidshinder op een motor
maart 2006
o.a. Inhalen, Lifesaver, Gladde bochten
februari 2006
o.a. Een nieuwe motor, Tweesecondenregel, Spiegels kijken
januari 2006
o.a. Motorrijdersclub hekelt eiersnijder, Positie motorrijder in het verkeer, GPS voor motorrijders
december 2005
o.a. Verhoging verkeersboetes 2006, Bandengedrag in de winter, Beperkingen van het oog
november 2005
o.a. De file voorbij, Motorrijden bij sterke wind, Asfalt
oktober 2005
o.a. Motorrijden in de herfst, Slijtage motorbanden, Manoeuvreren met een zware motor, Motorrijden met kinderen
september 2005
o.a. Risicoperceptie, Kruispunten, Aansprakelijkheid en werkgever, Lagerugpijn en motorrijden
augustus 2005
o.a. Tegensturen versus gewichtsverplaatsing, Het recht van de sterkste, Dode hoek
juli 2005
o.a. Gewichtsverplaatsing in een bocht, Helmen en pasvorm, Toerritten en vermoeidheid
juni 2005
o.a. De juiste lijn in een bocht, Instructeur aan het woord, Slecht wegdek, Motorrijden en medicijnen
mei 2005
o.a. Over een obstakel rijden, Zithouding, Risico's van een niet goed passende helm, Zonlicht en motorrijden
april 2005
o.a. Motorrijden en remmen, ABS, Tegensturen en gyroscopische krachten, Bandenspanning
maart 2005
o.a. Motorrijden en remmen, Motorrijders en letselschade, Foutmarges en risico's
februari 2005
o.a. Urban Guerrilla, Tegensturen 2, Rijden in de regen
augustus 2004
o.a. Tegensturen, Tips voor het schoonmaken van je motor en Torque
juli 2004
o.a. Vakantietips, Zware motoren en stopafstand en een Harley testrit
juni 2004
o.a. Ze zien me niet..., Optische illusies, Motorrijden en zwaartekracht en Ontdek je motorrijderprofiel
mei 2004
o.a. Doelfixatie, Nieuwe plaats op de rijbaan België en een remtest
april 2004
o.a. Kijktechniek, Bandenspanning, Redacteur op herhaling
maart 2004
o.a. Voorjaarscheck, Bochtentechnieken, Nieuwe verkeerswetgeving België
februari 2004
o.a. Samenspel in de file, Papercraft, Wintertips en Snelheid
Klik hier als je geen LCVM-Nieuwsbrieven meer wilt ontvangen
Copyright © LCVM 2006 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt worden in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch of door fotokopieën, of op enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van de LCVM. Hoewel de informatie op deze site permanent zo nauwkeurig en actueel mogelijk wordt weergegeven zijn wijzigingen en/of onjuistheden te allen tijde voorbehouden. Aan de inhoud van deze nieuwsbrief kunnen derhalve op geen enkele wijze rechten worden ontleend.
6 van 6
29-1-2008 20:00