1. Inleiding Voor u ligt de schoolgids van de Prinses Beatrixschool Hulshorst. De gids heeft als doel u wegwijs te maken binnen onze school. Onze school heeft een lange traditie als het gaat om lesgeven. Door de jaren heen is de Prinses Beatrixschool een school geweest die samen met ouders het onderwijs heeft vormgegeven. Ook de komende jaren staat het woord ‘Samen’ centraal. ‘Samen’ geven we vorm aan de ontwikkeling van kinderen, zowel cognitief en sociaal-emotioneel. ‘Samen’ geeft aan dat we niet zonder u als ouders willen optrekken, omdat het maken van een schoolkeuze voor uw kind een belangrijke zaak is. ‘Samen’ met God, omdat we als school geloven dat Hij voor ons zorgt.
We doen het samen - we gaan samen aan het werk we doen het samen - want samen zijn we sterk we doen het samen - dan gaat het lekker snel want wat je niet alleen kunt - kun je samen wel1 Deze gids vertelt u: wat onze doelen en uitgangspunten zijn, de manier waarop de school het onderwijs aanbiedt, hoe wij met uw kind omgaan, wat uw kind leert en hoe wij dat aanbieden, hoe we de resultaten evalueren en de kwaliteit waarborgen of dit aansluit bij uw manier van opvoeden, hoe wij omgaan met passend onderwijs, veel praktische zaken Wij hopen dat u onze gids met plezier zult lezen en dat deze u voldoende informatie biedt. Aanvullende informatie kunt u lezen in onze maandelijkse nieuwsbrief op onze website of digitaal via uw eigen e-mailadres. Wilt u over bepaalde zaken meer weten? Neem gerust contact op als er vragen zijn of kom even langs. Augustus 2015,
Namens Bestuur, Oudercommissie, Medezeggenschapsraad en de leerkrachten, Jacco Petersen Directeur
1
We doen het samen, Muziek: Marcel & Lydia Zimmer, © 2004 Busser & Schröder / Celmar Music
2
Inhoudsopgave 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
De school algemeen De vereniging Uitgangspunten en doelen Het onderwijs Personeelszaken De leerling De ouders Algemeen Bijlagen
4 5 6 8 22 23 29 34 38
3
1.
DE SCHOOL ALGEMEEN
Algemene gegevens De Prinses Beatrixschool valt onder de Ver. v. Protestants Christelijk Onderwijs in Hulshorst. De school telt 107 kinderen verdeeld over 5 groepen. Contactgegevens school Prinses Beatrixschool Hoefslag 18 8077 SZ Hulshorst 0341-451867
[email protected] Geschiedenis van de school Op initiatief van een 20-tal ouders werd in 1929 de vereniging 'School met den Bijbel te Hulshorst' opgericht. Met de komst van de Wet op het Basisonderwijs is de school samengevoegd met de kleuterschool ‘Prinses Marijke’ aan de Doornenkamp. Door de onderlinge betrokkenheid van beide scholen werd in 1979 de afzonderlijke vereniging van de Kleuterschool opgeheven en de instandhouding overgedragen aan de vereniging van de Lagere School. Hierdoor werd de te naamstelling van de vereniging gewijzigd in ‘Vereniging voor Protestants Christelijk Basisonderwijs te Hulshorst. De naam van de school werd ‘Prinses Beatrix’. Vanaf 1989 werd het huidige gebouw aan de Hoefslag in gebruik genomen. We hebben nu 5 leslokalen, een overblijfruimte, een open- leercentrum met bibliotheek en naast de grote hal ook een leerwerkplek voor de kleuters. Sinds januari 2015 huurt Peuterspeelzaal Doomijn een lokaal binnen onze school. Samenstelling van het team Dhr. Jacco Petersen (dir.) Dhr. Henk de Zeeuw (adjunct – dir. en Intern begeleider 4 t/m 8) Mevr. Nelleke de Ruiter (Intern begeleider 1 t/m 3) Mevr. Irene Bruijnes (lkr.) Mevr. Alice Klein (lkr.) Mevr. Lamberte Pierik (lkr.) Mevr. Jolanda Salverda (lkr.) Mevr. Gerdiene Schouten (lkr.) Mevr. Miranda Schuiteman (lkr.) Mevr. Cora van Veelen (lkr.) Dhr. Ariën van Zalk (lkr.) Dhr. G. Drost ( t/m 1 nov. 2015)
4
2.
DE VERENIGING
De vereniging en het bestuur Onder het bevoegd gezag van Vereniging voor Protestants Christelijk Basisonderwijs, met bevoegd gezag nummer 86802, valt de onderstaande school: Pr. Beatrixschool, brinnummer: 07ZH De leden van de vereniging kiezen het bestuur. Het bestuur van de vereniging vormt het bevoegd gezag over de onder de vereniging vallende school. Het bestuur brengt jaarlijks op de algemene ledenvergadering verslag uit over het beleid. In het bestuur hebben vrijwilligers zitting die bestuurlijke deskundigheid hebben en die de omgeving van de school vertegenwoordigen. Bestuurssamenstelling De bestuurssamenstelling is als volgt: Dagelijks Bestuur: Voorzitter: Secretaris: Penningmeester:
Dhr. J.P. van Dongen Mevr. B.H. Molenschot – van Meer Dhr. E. van ’t Slot
Algemeen bestuur (toezichthoudend): Mevr. E. van den Berg – Klaassen Mevr. R.C. de Bruin – Fidder Dhr. E. Kok Dhr. A. van der Nagel
Ouders
Medezeggenschapsr aad
Algemene ledenvergadering
Algemeen bestuur
Dagelijks bestuur
Oudercommissie
Directeur/ adjunct Tussenschoolse opvang directeur Managementteam Directeur/ adjunct directeur en interne begeleiding
Directeur/ adjunct Kinderopvang directeur Directeur/ adjunct directeur
Onderwijzend personeel
Onderwijs Ondersteunend Personeel
5
3.
UITGANGSPUNTEN EN DOELEN
Onze missie: Wij zijn een kleine, gezellige dorpsschool in Hulshorst (gemeente Nunspeet) met aandacht voor elk kind. Wij bieden kinderen een plek waar zij zich optimaal kunnen ontwikkelen. De Prinses Beatrixschool is een Christelijke basisschool met een grote betrokkenheid van kinderen, ouders en leerkrachten. ‘Samen’ werken wij aan een veilig leer- en leefklimaat. Op deze manier heeft ieder kind optimale kansen om zich op alle gebieden te ontwikkelen. De belangrijkste voorwaarde voor goed onderwijs is dat de kinderen met plezier naar school gaan. Warmte, veiligheid, rust en onderlinge verdraagzaamheid zijn daarbij belangrijke peilers waarop we ons dagelijks onderwijs baseren. We zoeken naar een balans tussen traditioneel en vernieuwend onderwijs. Ieder kind is uniek en daarom is er veel aandacht voor verschillen tussen kinderen. Levensbeschouwelijk. Zoals Jezus in al Zijn handelen ‘samen’ bezig was om het Woord van God te vertellen, zo willen wij ook ‘samen’ een Christelijke school zijn. Waarbij het Woord van God bepalend en richtinggevend is voor alle denken en handelen binnen ons onderwijs. Op grond van deze identiteit willen we: besef van recht en onrecht en waarheid en leugen, het belang van vergeving en verzoening, oog hebben voor de medemens en omgeving Het overdragen en het voorleven van christelijke waarden en normen vinden we belangrijk. Zo vertellen we aan het begin van de dag Bijbelverhalen, we zingen christelijke kinderliedjes, we praten over christelijke normen en waarden of werken aan Bijbelse verwerkingsopdrachten. Tevens besteden we aandacht aan de christelijke feestdagen. Dit houdt in dat de kinderen gedurende een bepaalde periode in de klas bezig zullen zijn met het toeleven naar feesten als Kerst, Pasen en Pinksteren. De voorbereiding op de viering vindt op diverse manieren in de klas plaats. We willen de kinderen zo actief mogelijk betrekken bij deze vieringen. Ondanks dat we niet aan een kerkelijke organisatie verbonden zijn, maken we bij de jaaropening en het vieren van de Christelijke feesten gebruik van De Kapel, de plaatselijke Protestante Kerk Nederland. Daarnaast nemen we twee keer per jaar deel aan themadiensten, die georganiseerd worden door de plaatselijke kerken en scholen binnen de gemeente Nunspeet.
6
Onderwijskundige en pedagogische identiteit. De leeftijd van de kinderen op de Prinses Beatrixschool variëren van 4 t/m 13 jaar. Onze school staat open voor leerlingen uit de directe omgeving van de school die aangemeld worden door hun ouders/verzorgers. De leerlingen volgen over het algemeen binnen acht aaneensluitende jaren onderwijs op onze school. Wij werken groepsgewijs binnen het systeem van jaarklassen. In de klas wordt zoveel mogelijk gedifferentieerd naar instructie, tempo en in verwerking. Als het nodig is krijgen leerlingen planmatige hulp geboden. Onze school houdt zich bezig met de ontwikkeling van de capaciteiten van het kind op sociaal, cognitief, expressief en motorisch gebied. Wij willen de leerlingen ‘samen’ met u opvoeden tot zelfstandige en kritische personen binnen een sfeer van wederzijds respect voor elkaar. Het team op onze schoolstreeft het volgende na: 1. Systematisch aandacht voor de sociaal-emotionele ontwikkeling, 2. Een doorgaande lijn voor 4- tot 12-jarigen in leerstof en werkwijze, 3. Zoeken we naar wegen om aan de onderwijsbehoefte van de kinderen tegemoet te komen binnen de mogelijkheden van ons onderwijs, 4. De leerkrachten variëren hun instructie al naar gelang de behoeften van de leerlingen, 5. De leerkrachten streven een effectieve leertijd na en variëren die al naar gelang de behoeften van de leerlingen, 6. De leerkrachten bevorderen bij de leerlingen een betrokken, actieve en zelfstandige leerhouding, 7. De leerkrachten bevorderen samenwerken tussen leerlingen, 8. De leerkrachten bevorderen zelfvertrouwen en competentie-ervaringen van leerlingen, 9. De leerkrachten organiseren het onderwijsleerproces in de groep op een doelmatige en efficiënte wijze, 10. Zijn coaching en intervisie naast kennisuitbreiding belangrijke onderdelen van de professionalisering van de medewerkers.
7
4.
ONS ONDERWIJS
Leren Een kind komt tot leren wanneer het zich veilig voelt. De rol van de leerkracht is daarbij heel belangrijk. Alleen wanneer de relatie goed is kunnen zich gevoelens van autonomie en competentie zich ontwikkelen. Deze basisbehoeften zorgen ervoor dat een kind gemotiveerd blijft om te leren. Willen kinderen tot ontwikkeling komen, dan zijn de volgende voorwaarden van belang: ze moeten vrij zijn van emotionele belemmeringen, ze hebben een gezond zelfvertrouwen en een positief zelfbeeld nodig, ze moeten nieuwsgierig, onderzoekend en ondernemend zijn. Onze school vindt het belangrijk om kinderen functionele kennis aan te bieden en vaardigheden te leren om deze kennis goed toe te kunnen passen. Lesgeven Het lesgeven is de kern van ons werk. We onderscheiden pedagogisch en didactisch handelen, hoewel beide facetten in de praktijk een eenheid vormen. Belangrijk is de rol van de leerkracht: het op het juiste moment ingaan op de signalen van de leerling en daarbij uitgaan van positieve verwachtingen van die leerling. Dit draagt bij aan een goede hechtingsrelatie en geeft een gevoel van veiligheid. Het versterkt de drang tot exploratie, stimuleert tot zelfstandigheid en schept zelfvertrouwen om nieuwe taken aan te pakken. Dit heeft een positief effect op de motivatie en leidt tot flexibiliteit en vasthoudendheid bij het uitvoeren van nieuwe opdrachten. Gelet op deze didactiek vinden we de volgende zaken van groot belang: de leerlingen betrekken bij het onderwijs, onderwijs op maat geven, gevarieerde werkvormen hanteren, een kwaliteitsvolle instructie verzorgen, kinderen zelfstandig (‘samen’) laten werken. Werken aan zelfstandigheid Om betere resultaten te krijgen, is werken aan zelfstandigheid een belangrijk onderdeel van het lesgeven. Zelfstandig werken houdt in dat de kinderen gedurende enige tijd zonder hulp van de leerkracht werken. Het zelfstandig werken heeft 4 doelen: de leerkracht heeft tijd voor individuele leerlingbegeleiding, de leerlingen worden zelfstandiger, kinderen leren zelf problemen oplossen, de kinderen krijgen een positief zelfbeeld In groep 1 en 2 maken we gebruik van de het circuitmodel en het planbord. De kinderen kiezen een opdracht binnen de klaargezette opdrachten. Zij voeren deze opdracht 8
zelfstandig uit. In deze tijd kan de leerkracht werken in een kleine kring of met een instructiegroepje. In de groepen 3 tot en met 8 wordt een verkeerslicht gebruikt en/of een Time Timer om aan te geven wanneer de leerkracht wel of niet beschikbaar is. Rood betekent ‘stil werken’ en je mag ‘geen hulp vragen’, oranje ‘fluisteren, je mag een ander kind om hulp vragen’ en groen ‘je mag hulp vragen aan de meester/juf of aan een ander kind’. Iedere leerling krijgt een blokje met drie tekens. Deze tekens geven aan of een leerling een vraag heeft, hulp wil bieden of niet gestoord wil worden. Door te werken met het stoplicht en het blokje creëert de leerkracht tijd om aan het werk te gaan met individuele leerlingen of een klein groepje, bijvoorbeeld voor een verlengde instructie. Uiteraard let de leerkracht ook op leerlingen die uit zichzelf geen vragen stellen. Jaar- en niveaugroepen Het onderwijs op onze school wordt gegeven in jaargroepen. Dit betekent dat alle kinderen van dezelfde leeftijd in een groep zitten. Zij krijgen in principe dezelfde leerstof aangeboden. Uiteraard besteden we aandacht aan kinderen met leerbelemmeringen en aan kinderen die iets meer aankunnen. Gezien de schoolgrootte is het noodzakelijk dat we met combinatiegroepen werken. Twee (delen van) jaargroepen zitten dan bij elkaar in een klas. Om het onderwijs op niveau aan te kunnen bieden, wordt in elke groep tijdens rekenen, technisch en begrijpend lezen en spelling de leerlingen in 3 niveaugroepen ingedeeld. Instructie afhankelijke kinderen Instructie gevoelige kinderen Instructie onafhankelijke kinderen We beschrijven deze niveaus in een groepsplan. In een groepsplan schat de leerkracht ( na elke toets) in welk niveau de leerling de lesstof aangeboden moet krijgen. Daarnaast kunnen kinderen ook een aparte leerlijn volgen. Op deze manier hopen we de kinderen zo goed mogelijk tot hun recht te laten komen. In jaargroep drie wordt bij de methode Veilig Leren Lezen de niveaus van de methode gehanteerd, namelijk: zon, maan en ster. Onze methoden Met de kerndoelen die de overheid ons voorschrijft , zoals die verwoord zijn in de ‘Wet Primair Onderwijs’ (WPO) kunnen wij goed uit de voeten. De praktische invulling van onze lessen wordt voor een belangrijk deel bepaald door de methoden die wij gekozen hebben. Wij hebben ons bij de aanschaf van methoden laten leiden door onze identiteit en de uitgangspunten van het onderwijs waar wij voor staan. Groep 1 en 2 In de kleutergroepen werken we met aanbod van kennis en vaardigheden in een rijke, thematische context. Het kind speelt een actieve rol en de betrokkenheid is groot. Emotionele betrokkenheid en persoonlijke motivatie zijn belangrijke factoren die bepalen of onze hersenen iets nieuws al dan niet opslaan. Door te doen (met materiaal) leert een kind verbaal te handelen. Dit gaat over in het hardop stap voor stap denken en tenslotte 9
tot het mentale denken. Deze stappen in het leren met daarbij de betrokkenheid zijn voor kinderen van alle leeftijden belangrijk. Leren is het verwerken van informatie die wij tegenkomen tot veranderingen of tot een verhoging van onze kennis en capaciteiten leidt. Kinderen leren door ervaringen op te doen, maar ook door kennisoverdracht van een leerkracht. Kinderen leren ook veel van elkaar door samen aan opdrachten te werken. Kinderen verschillen in intelligentie, tempo, talenten en belangstelling. Daarom is het belangrijk om de instructie, leerstof en verwerking op verschillende niveaus aan te bieden, zodat ieder kind zich kan ontwikkelen op onze school. We passen, waar mogelijk, onze leerstof ook aan voor kinderen met specifieke leerbehoeften. We gebruiken hierbij aantrekkelijke methode ‘Onderbouwd’ en activerende werkvormen, zoals in het pakket ‘Wijzneus’; wereldoriëntatie voor kleuters. Dit zijn belangrijke middelen om kinderen spelenderwijs voorbereiden op het lezen. Technisch lezen Het leren lezen begint in groep 3. We gebruiken bij het aanvankelijke leesonderwijs de methode ‘Veilig leren lezen’ (de nieuwste versie 2014). De ouders van de leerlingen uit groep 3 krijgen aan het begin van het schooljaar uitleg, tijdens een informatieavond, over de manier waarop hun kinderen leren lezen. In de groepen 4 t/m 8 krijgt het technisch lezen een vervolg. Sinds het schooljaar 2008 - 2009 werken we met een nieuwe methode ‘Lekker lezen’. Vier keer per week oefenen de kinderen het technische lezen op een systematische manier. Vanaf het schooljaar 2015 - 2016 geven we groepsdoorbrekend les. Dit houdt in dat de groepen 4 t/ 6 en 7/ 8 in drie niveaugroepen worden verdeeld. Kinderen uit groep 7/8 worden als tutor aangesteld om de kinderen uit een ander niveau tijdens het zelfstandig werken te begeleiden. De kinderen die uitvallen op technisch lezen bieden we extra hulp, zowel in de klas als bij Remedial teaching. Ons streefdoel is om alle kinderen met niveau E7 van school te laten gaan. Indien nodig doen we een beroep op de ouders thuis met hun kind te oefenen. Binnen ons onderwijs hebben we ook ruimte voor de zgn. leesbeleving. De kinderen kunnen dan in hun eigen boek lezen. Ze kunnen die boeken kiezen uit de klassenbibliotheek. Zoveel mogelijk stimuleren en motiveren we de kinderen om ook thuis boeken te lezen. Daarnaast kennen we het stillezen met een eigenboek, boekbesprekingen, 10
boekpresentaties en doen we mee aan het Nationale Voorleeskampioenschap, voorleesontbijt en we doen mee aan de Nationale Boekenweek. Met behulp van toetsen houden we bij in hoeverre de leerlingen vooruitgang boeken bij het leesonderwijs. We noemen die toetsen de zgn. D.M.T.-toetsen (drie minuten toetsen). De uitslag van die toetsen treft u aan in het toetsoverzicht op het rapport. Wanneer we d.m.v. deze toetsen bij leerlingen een achterstand constateren, dan bieden we ze speciale leesbegeleiding. Begrijpend lezen We besteden ook veel aandacht aan begrijpend en studerend lezen. Speciaal hiervoor werken we op school met de methode ‘Nieuwsbegrip’ en ‘Nieuwsbegrip XL’ (via de website nieuwsbegrip). De kinderen leren via deze methode gericht hoe ze teksten kunnen begrijpen. Na 5 lessen volgt een toets waarbij we de vorderingen van de kinderen op dit gebied goed kunnen volgen. De lessen worden elke week gedownload van internet en hebben een hoog actueel gehalte. Taal en spelling In de groepen 4 t/m 8 hebben we voor het onderwijs in de Nederlandse taal de methode ‘Taal Actief ’. Deze methode bestaat uit de onderdelen Taalspel en Woordspel. In Taalspel komen de volgende aspecten van Taal aan de orde: luisteren, spreken, stellen (maken van opstellen, etc.), lezen en taalbeschouwing (grammatica, werkwoordspelling, betekenis van woorden en zinnen, uitdrukkingen, gezegdes en denkrelaties). Woordspel is een spellingmethode die gekoppeld is aan Taalspel. Veel woorden uit de woordpakketten van Woordspel hebben een plaats in Taalspel. De methode kent zowel voor Taalspel als voor Woordspel toetsen die elke veertien dagen worden afgenomen. Afhankelijk van het resultaat kunnen we zien welke kinderen (onderdelen van) de stof nog niet goed hebben begrepen. Zij krijgen dan extra instructie. Het onderdeel Spelling (onveranderlijke woorden vanaf groep 3 t/m 8, werkwoorden alleen groep 7 en 8) wordt daarnaast nog eens twee keer per jaar getoetst aan de hand van een landelijk genormeerde toets van CITO. Rekenen Met rekenen gebruiken we de nieuwe methode ‘Rekenzeker’. Deze methode sluit prima aan bij de nieuwe inzichten op het gebied van de rekendidactiek. Uitgangspunt is dat de kinderen een oplossingstrategie per rekendoel aan te bieden. Deze methode kent een Aan de methode zijn toetsen verbonden die om de vier weken worden afgenomen. Met behulp van deze toetsen kan de leerkracht zien welke leerling extra hulp nodig heeft. 11
Daarnaast biedt de methode ook veel uitdaging aan kinderen die rekenen ‘gemakkelijk’ vinden, het zogenaamde speurwerk. Ook nemen we op school twee keer per jaar een landelijk genormeerde rekentoets van CITO af, waaruit eventuele uitval blijkt. Tijdens de rekenlessen kunnen we daar dan weer op inspelen. Schrijven. Na het voorbereidend schrijfonderwijs in de groepen 1 en 2 (en de eerste maanden van groep 3) starten we in groep 3 na de herfstvakantie met het methodisch schrijven. We maken daarbij gebruik van de methode ‘Schrijven in de basisschool’. We werken langzamerhand toe naar een vlot geschreven, duidelijk leesbaar, eigen handschrift. Wereldoriënterende vakken In de groepen 1 t/m 4 worden de vakken aardrijkskunde, geschiedenis en natuuronderwijs gecombineerd gegeven. Daar worden onderwerpen behandeld die aansluiten bij de belevingswereld van de kinderen. In groep 5 worden de vakken wel afzonderlijk gegeven, waarbij de vakken geschiedenis en aardrijkskunde vooral een voorbereiding zijn naar groep 5 t/m 8. Aardrijkskunde Bij het vak aardrijkskunde in de groepen 6 t/m 8 leren de kinderen Nederland, Europa en verschillende landen buiten Europa kennen. Ook krijgen zij enig inzicht in thema’s als klimaat, natuurverschijnselen, derde wereldproblematiek enz. We maken daarbij gebruik van de nieuwe methode ‘Grenzeloos’. Een geheel digitale methode waarbij een tablet kan worden ingezet. Dit jaar maken de leerlingen de opdrachten met een werkschrift. De tablet zal stapsgewijs worden ingevoerd. Bij het vak aardrijkskunde geven we ook huiswerk mee. De kinderen leren de topografie en aardrijkskunde via de website www.blinks-start.nl. De kinderen krijgen hiervoor, aan het begin van ieder schooljaar, een persoonlijk inlogcode. Geschiedenis Voor geschiedenis werken we met de methode: ‘Een zee van tijd’. Deze methode gebruiken we voor de groepen 5 t/m 8. In groep 5 krijgen de leerlingen aan de hand van een fictief museum van de tijd een chronologisch overzicht van de geschiedenis aan de hand van een aantal kenmerkende onderwerpen. In de groepen 6 t/m 8 wordt opnieuw een chronologisch overzicht van de geschiedenis gegeven. Nu wordt echter gedetailleerder op onderwerpen ingegaan en wordt de geschiedenis met kleinere stappen doorlopen. Natuuronderwijs Bij de lessen over de natuur gebruiken we diverse bronnen, zoals kopieerbanden en schoolTV-series. De methode die we hanteren is ‘Natuur buitengewoon’.
12
Gezond- en redzaamgedrag. We geven op school ook het vak gezond- en redzaamgedrag Hier gaat het o.a. over: - Het opbouwen van een positief zelfbeeld en het verwerven van zelfvertrouwen - Behoud en bevordering eigen gezondheid - Opkomen voor jezelf en rekening houden met anderen - Openstaan voor eigen en andermans gevoelens, enz. - groepsgedrag Voor sociaal emotionele ontwikkeling werken we met de methode ‘Kinderen en hun sociale talenten’ zie ook het hoofdstukje ‘pesten op school’. Verkeer Bij het vak verkeer gebruiken we op school de verkeersbladen van Veilig Verkeer Nederland: groep 1 t/m 3 groep 4 groep 5 en 6 groep 7 en 8 Het Verkeersonderwijs practischverkeersexamen.
: Rondje verkeer : Stap Vooruit : Op voeten en fietsen : Jeugdverkeerskrant mondt in groep 8
uit
in
een
theoretisch
en
Engels Voor Engels gebruiken we de methode ‘Take it easy’, een volledige digibordapplicatie (geen lesboeken). De leerlingen van groep 7 en 8 hebben wel een werkboek. Naast het werkboek hebben de leerlingen een taalportfolio (werkschrift) voor beide schooljaren. Alle toetsen zitten hierin en de leerlingen kunnen dit meenemen naar het vervolgonderwijs. Handvaardigheid en tekenen Met handvaardigheid en tekenen laten we verschillende beeldelementen aan de orde komen zoals vorm, ritme, kleur, compositie etc. Het gaat er daarbij om dat de leerling zijn eigen creativiteit ontdekt, spelenderwijs diverse technieken, materialen leert hanteren en er plezier aan beleeft. Muziek Bij muziek krijgen de kinderen gelegenheid om muziek te maken: samen zingen, spelen op staaf- en ritme-instrumenten, etc. De kleutergroepen krijgen liedjes en verwerkingen aangeboden die passen bij het thema waar ze mee werken en vanuit de methode ‘Onderbouwd’. Vanaf groep 3 maken we gebruik van de methode ‘Muziek en Meer’. Deze methode biedt alle vormen van muziek aan. Dus niet alleen liedjes, maar ook allerhande opdrachten rond de domeinen luisteren naar, bewegen op, spreken over, noteren van, etc.
13
Lestijden zoemer 8.20 uur 12.50 uur
Bel 8.25 uur 12.55 uur
Aanvang lessen Einde les tijden 8.30 uur 11.45 uur 13.00 uur 15.15 uur Woensdag van 8.30 t/m 12.15 uur
Na het zoemen mogen kinderen naar binnen Bij het luiden van de bel moeten de kinderen naar binnen We kennen als school een zgn. ‘open inloop’. De ouders van de leerlingen van groep 1 en 2 mogen tot uiterlijk 8.40 uur in de klas blijven en met hun kind een spelletje doen of voorlezen. We hebben ‘s morgens les van 8.30 u. – 11.45 u. en ’s middags van 13.00 u. – 15.15 u. Op woensdagmorgen hebben alle kinderen les van 8.30 u. – 12.15 u. We voldoen hiermee aan de wettelijke eis dat de kinderen per dag ten hoogste 5,5 uur les mogen ontvangen. Woensdagmiddag is er geen school. De kinderen van groep 1 en 2 hebben op maandag- en vrijdagmiddag vrij en de kinderen van groep 3 en 4 op vrijdagmiddag. Iedere dag hebben de kinderen pauze van 10.00 uur – 10.20 uur. Binnen onze schoolorganisatie dragen we er zorg voor dat de kinderen elk jaar het verplichte aantal uren onderwijs ontvangen: - Voor de groepen 1 t/m 4: minimaal 880 uur per jaar. - Voor de groepen 5 t/m 8: minimaal 1003 uur per jaar.
De aanmelding van nieuwe leerlingen De aanmelding van nieuwe leerlingen vindt plaats op een woensdagmorgen tijdens de themaweek in week 11 van 2016. Bij aanmelding van nieuwe leerlingen wordt de identiteit van de school met de ouders doorgesproken. Hoewel de toelating van leerlingen op onze school niet afhankelijk is van de geloofsovertuiging vragen we wel van ouders om minimaal de grondslag en doelstellingen van onze school te respecteren. 14
Wanneer kinderen bijv. door verhuizing in de loop van een schooljaar op school komen, maken we een afspraak met de ouders om samen met hun kinderen de school te komen bekijken en diverse zaken door te spreken. - Een inschrijfformulier invullen, - Rondgeleid worden in de school. Wanneer komen de nieuwe leerlingen naar school ? Voor de kinderen die voor het eerst naar school komen, maar ook voor de leerkrachten is het prettiger dat nieuwe leerlingen een aantal keren komen wennen. De nieuwe leerlingen ontvangen van school een uitnodiging voor de wenochtenden en voor de eerste schooldag. Ook zal er een kennismakingsgesprek komen. Wij verwachten wel dat kinderen zindelijk zijn wanneer ze op school komen. Ziekmelding Ten overvloede geven we nog eens aan u door dat we u willen verzoeken om ziekte of ander verzuim aan ons door te geven. Zo mogelijk per telefoon voor 08.30 uur, 0341451867. Zodra wij geen ziektemelding hebben ontvangen, melden we uw kind als ongeoorloofd absent. De gemeente Nunspeet kan deze absent melding opvragen en binnen bepaalde termijnen zijn wij verplicht dit door te geven. Daarnaast, alleen noodzakelijk, geven we wat werk mee naar huis, zodat uw kind niet al te ver achter raakt. Voor langdurig ziekteverzuim geldt dat de school verplicht is dit 'zorgwekkend' ziekteverzuim te melden bij de leerplichtambtenaar. De leerplichtambtenaren vragen zoveel mogelijk aandacht voor dit probleem via Centrum Jeugd en Gezin op scholen. Dit om leerlingen die meer dan gemiddeld wegens ziekte van school verzuimen, vroegtijdig in contact te brengen met de schoolarts of leerplichtambtenaar en zo te voorkomen dat het schoolverzuim uitmondt in schooluitval. Onder zorgwekkend ziekteverzuim wordt het volgende verstaan: - Langdurig ziekteverzuim: meer dan twee weken aaneengesloten. - Frequent ziekteverzuim: regelmatig afwezig i.v.m. ziekte (in de afgelopen drie maanden 2 keer per maand verzuimd. - Kinderen met een chronisch ziektebeeld, die hiervoor regelmatig verzuimen. Leerplicht / vrij vragen Het komt regelmatig voor dat ouders vragen om hun kinderen thuis te mogen houden buiten de vakanties/vrije dagen om. Soms wordt zelfs om een extra vrije week gevraagd. Voor wat betreft de leerlingen van de groepen 1 zijn er wel mogelijkheden. Voor de leerlingen uit de hogere groepen wordt het veel moeilijker. Het is mogelijk dat kinderen extra verlof krijgen buiten de schoolvakanties. Zo kan vrij gegeven worden bij bijv. jubilea in het gezin, huwelijk van gezinsleden, artsenbezoek, etc. Er kan evenwel geen vrij worden gegeven voor gezinsvakanties, lange weekends, wintersportvakanties, etc. Wanneer dan dit, dan dat kind om deze redenen niet op school verschijnt, wordt het lesprogramma onnodig verstoord. We vragen de ouders dringend hier rekening mee te houden. Als school zijn we verplicht om ongeoorloofd verzuim te melden bij de leerplichtambtenaar van de gemeente.
15
De regels t.a.v. extra vakantieverlof buiten de schoolvakanties zijn aangescherpt. De wet geeft alleen aan ouders die werkzaam zijn in bedrijfstakken die een piekdrukte kennen de mogelijkheid tot extra vakantieverlof. Wie meent goede gronden aan te kunnen voeren om buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan, dient dit via de directeur van de school aan te vragen (eventueel met werkgevers- of doktersverklaring). Formulieren zijn op school aanwezig. In twijfelgevallen zullen we contact opnemen met de leerplichtambtenaar om de aanvraag te toetsen. http://www.regionoordveluwe.nl/images/downloads/leerlingzaken/folder_verlof_buiten_ de_schoolvakanties.pdf Computer ondersteund onderwijs Binnen alle groepen wordt de computer in de klas gebruikt ter ondersteuning van vakken als taal, rekenen en wereldoriëntatie. De kinderen ontwikkelen verder ook vaardigheden om de computer als tekstverwerker te gebruiken. Programma’s waar we op dit moment mee werken zijn: - Mijnklas Rekenen en taal school - Take at Easy Engels school - Nieuwsbegrip Begrijpend lezen school - Klassewerk Groep 1 en 2 school - Veilig Leren lezen Lezen en spelling groep 3 school-thuis - Taalactief spelling Spelling gr. 4 t/m 8 school - Ambrasoft taal/ spelling/ rekenen/ lezen thuis - Bloon spelling groep 4 t/m 8 thuis Lezen en de schoolbibliotheek Door allerlei activiteiten proberen we het lezen van boeken te stimuleren. We vinden het (voor)lezen van boeken heel belangrijk. Het prikkelt de fantasie, vergroot de woordenschat en stimuleert de algemene taalvaardigheid. Daarom zijn we een samenwerkingsverband aangegaan met de Bibliotheek Noordwest Veluwe. In onze school hebben een open- leercentrum waar 500 boeken kunnen worden geleend. Er gelden de volgende regels en openingstijden: Maandagmiddag 14.30 tot 15.30 uur Dinsdagmiddag 14.30 tot 15.30 uur Woensdagmorgen 11.15 uur tot 12.30 uur Donderdagmiddag 14.30 tot 15.30 uur Vrijdagmorgen 11.00 tot 12.00 uur Gratis pas aan te vragen bij school (bij Cora van Veelen of Jacco Petersen) Maximaal 2 boeken per keer/ per dag 5 thema’s per jaar rondom lezen Ouders en leerlingen (groep 8) helpen mee aan uitlenen Leerlingen kunnen via enquête aangeven wat ze van de boeken vinden Huiswerk Bij sommige vakken in de groepen 3 t/m 8 is het noodzakelijk dat de kinderen thuis iets leren of de oefenstof Vaak volgt daar op school een repetitie over. Het ligt niet in onze bedoeling om de kinderen met huiswerk te overladen, maar het is nuttig omdat zij 16
daardoor leren studeren en dat is een goede voorbereiding op het voortgezet onderwijs. We proberen hier een juiste balans in te vinden. Mappen mee naar huis Het huiswerk dat de kinderen moeten leren, bevindt zich in een map die de kinderen vanaf groep 4 meekrijgen. Die map gaat steeds mee naar de volgende groep. De kinderen mogen, om hun huiswerk te leren, deze map ook meenemen naar huis. Kring- en klassengesprekken. Doel van de kring- en klassengesprekken is dat kinderen op een goede manier leren spreken en luisteren. Onze taalmethode biedt genoeg mogelijkheden om regelmatig kring- en klassengesprekken te voeren. In alle groepen starten we daarnaast aan het begin van elke dag met ‘bevordering taalgebruik’, waarin kinderen leren om eigen belevenissen of nieuws onder woorden te brengen, en naar anderen te luisteren.
Spreekbeurten/ boekbesprekingen Om de spreekvaardigheid te bevorderen laten we de kinderen vanaf groep 5 spreekbeurten en/of boekbesprekingen houden n.a.v. een onderwerp dat ze meestal zelf mogen kiezen. Schooltelevisie We volgen met de kinderen schooltelevisieprogramma’s die passend zijn voor de groepen. De programma’s zijn door de school van te voren geselecteerd. Vaak zijn ze verbonden aan onze methoden. Gymnastiek voor de groepen 3 t/m 8 De gymlessen in de groepen 3 t/m 8 worden gegeven in de gymzaal van ‘De Wieken’. De kinderen dienen voor de gymlessen een sportbroekje en shirt of een gympakje te hebben. Bovendien is het verplicht (stevige) gymschoenen te dragen (geen balletschoentjes). De gymlessen voor de kleuters wordt in het eigen gymlokaal verzorgt. Zwemmen Om het jaar gaan de kinderen uit de groepen 5 en 6 zwemmen. Het rooster wordt via de nieuwsbrief bekend gemaakt en staat op onze website en de kalender. Sportdag Elk jaar houden we een schoolsportdag op het terrein rondom de school. De kinderen ontvangen na afloop een atletiekdiploma.
17
Kerst /Paasfeest/Pinksteren In de laatste week voor de kerstvakantie houden we de kerstfeestvieringen. In de oneven jaren vieren we het in De Kapel en de even jaren vieren we Kerst in de klas. Na afloop drinken we warme chocomelk en/of glühwijn. Het schoolplein is dan vrolijk versiert met verlichtingen en vuurkorven. Rondom Pasen en Pinksteren vieren we de feesten ook in de klas of in De Kapel. Op de jaarlijkse kalender en website staan de data van deze feesten. Projectweek Een keer per drie jaar houden we op school een projectweek. Gedurende ongeveer een week werken we rond een bepaald thema. Op de kalander en via de website wordt u geïnformeerd over deze week. Dierendag Dit vieren we uitgebreid op onze school. De kinderen mogen alle mogelijke huisdieren meebrengen. Een jury geeft per categorie punten. De winnaars ontvangen een prijsje. Sinterklaasfeest Op 5 december organiseert de oudercommissie een gezellige dag rond het sinterklaasfeest. ‘s Morgens geniet de Sint met de Pieten in de klassen en tussen de middag hebben we een traditionele boerenkoolmaaltijd voor alle kinderen. Vanaf groep 5 trekken we lootjes, waarna de kinderen een gedicht en surprise maken.
Koningsspelen Het komende schooljaar zullen we weer meedoen met de landelijke Koningsspelen. Rondom de school organiseert de school spelletjes en sporten. Excursies Voor zover dit aansluit bij het lesprogramma bezoeken we met de kinderen ook wel eens tentoonstellingen en bezienswaardigheden in de omgeving. Verjaardag leerkracht De verjaardag van de juf of de meester wordt in de eigen groep gevierd. Schoolreis Elk jaar organiseren we met de groep 1 t/m 7 een schoolreisje. Alle kinderen gaan met de bus. De kosten voor een schoolreisje zijn ongeveer: Groep 1 t /m 3 : €17,50 Groep 4 t/m 7 : €25,00 Buitenschoolse sportactiviteiten Ook in de buitenschoolse sfeer doen we aan verschillende sportactiviteiten mee, o.a. de 18
volgende toernooien: voetballen, schaatsen, korfballen, bowlen, etc. Hiervoor worden ouders als begeleiding benaderd en ingezet. Adoptie en zendingsgeld De school kiest ervoor om twee adoptiekinderen te hebben. We vraag aan de kinderen om maandelijks 1 euro mee te nemen. Wij vinden het belangrijk dat de kinderen inzien wat ze zelf hebben en willen hen leren aan hun medemens te denken. Daarnaast houden we twee keer per jaar een goede doelen actie. Dit is Raven Camacho. Ze woont op de Filipijnen en is op 19 augustus 2002 geboren. Vanaf 2007 sponsoren we haar al. Graag willen we haar blijven steunen, totdat ze voor zichzelf kan gaan zorgen.
AMG Philippines t.a.v. Raven Camacho. UP Campus PO Box 228 University of the Philippines Diliman, QUEZON CITY 1101 the Philippines
Dit is Hugo Rolando Lopez Cano. Een jongen van 8 jaar (geboren op 5 april 2007) en woont in Guatemala. Vanaf 2012 is hij ook ons sponsorkind. Ook hem zouden we graag blijven steunen, totdat ook hij voor zichzelf kan gaan zorgen. Zijn adres voor een kaartje is: AMG-int Guatemala Hugo Rolando Lopez Cano Sponsorship Department Apartado 2.936 01901 GUATEMALA-CITY Guatemala C.A.
Overblijfregeling 1. Kinderen kunnen tussen de middag van 11.45 uur - 12.45 uur op school onder toezicht van en overblijfmoeder overblijven. De kinderen nemen zelf een lunchpakketje en drinken mee van huis. 2. Er is één ouder per 10 kinderen 3. Op school is bij de klassenleerkracht een opgavenstrookje verkrijgbaar waarop u per week kunt aangeven of en wanneer uw kind(eren) zal/zullen overblijven. Wanneer het niet eerder bekend is, kunt op de dag van overblijven een briefje 19
meegeven aan uw kind. De klassenleerkracht geeft dit briefje door aan de overblijfmoeder. 4. Aan het overblijven zijn kosten verbonden. Een keer overblijven kost € 1,75. Dit bedrag kan worden voldaan bij de overblijfmoeder. U kunt ook een 10strippenkaart kopen à € 16,- en een 20-strippenkaart à € 30,-. Kinderopvang Doomijn Een ander samenwerkingsverband is de school met peuterspeelzaal Doomijn aangegaan. Er wordt intensief samengewerkt om de basisontwikkeling eerder en beter opgang te brengen. Dit sluit aan bij het gemeentelijk beleid. Jaarlijks wordt er 5 keer geobserveerd bij de kinderen van de peuterspeelzaal door de leerkrachten en interne begeleiding van de school. Hieruit volgt altijd een gesprek met de leidsters van de peuterspeelzaal. Kinderen die van de peuterspeelzaal van de school overkomen wordt de geobserveerd a.d.h.v. het observatieformulier van het programma ‘Onderbouwd’. Zo wordt het welbevinden en de motorische en cognitieve ontwikkeling eerder in kaart gebracht. Er zijn wel ontwikkelingen bij de kinderopvang. Vanaf januari 2016 zal er een andere organisatie de kinderopvang verzorgen. Samen met Doomijn en de gemeente Nunspeet wordt er een covenant opgesteld om het programma Vroeg- en Voorschoolse Educatie (VVE) te implementeren. In deze overeenkomst werken we samen om kinderen van 2 t/m 6 jaar en hun ouders te ondersteunen in basisontwikkelingsachterstanden. Buitenschoolse opvang We hebben t.a.v. de buitenschoolse opvang een overeenkomst gesloten met stichting Kinderopvang Nunspeet (SKON), die voor ons deze opvang verzorgt. Contactpersonen / klachtencommissie ongewenste intimiteiten. Onze school kent een klachtenprocedure ongewenste intimiteiten. De procedure die we daarin hebben vastgelegd is als volgt: -
-
Het bevoegd gezag heeft in overleg met het team en de oudercommissie de Jacco Petersen (dir.) en de Jolanda Salverda ( 1/2) aangewezen als contactpersonen. Zij functioneren als eerste aanspreekpunt bij vermoedens van of klachten met betrekking tot ongewenste intimiteiten of discriminerend gedrag. De contactpersonen verwijzen de klager door naar de klachtencommissie die bij ons op school bestaat uit het dagelijks bestuur. De klachtencommissie ziet er dus als volgt uit: Voorzitter: John van Dongen Hoefslag 10 tel.:251483 Penningmeester: Evert van ’t Slot Kapelweg 28 tel.:425105 Secretaris: Barteline Molenschot Klarenweg 15 tel.:266560
Vindt u bij deze commissie geen gehoor of vinden zij de situatie zorgelijk genoeg, dan wordt Dhr. W. Marchand, onafhankelijke tussenpersoon, ingeschakeld. Hij zal met u als ouders en met de school proberen de situatie op te lossen. Uiteraard staat bij de hele procedure voorop dat geheimhouding verzekerd is.
20
Meldpunt vertrouwensinspecteurs Binnen de inspectie van het onderwijs is een aantal inspecteurs aangewezen als vertrouwensinspecteurs. Deze vertrouwensinspecteurs hebben een adviserende en ondersteunende taak bij klachten rond seksueel misbruik en seksuele intimidatie, alsmede ernstig psychisch of fysiek geweld. Vanaf dit jaar wordt daar nog aan toegevoegd: signalen inzake discriminatie, onverdraagzaamheid, fundamentalisme, radicalisering, extremisme, etc. leder bevoegd gezag van een school of onderwijsinstelling is wettelijk verplicht bij een vermoeden van seksueel misbruik contact op te nemen met de vertrouwensinspecteur. Het telefoonnummer is: 0900-1113111 (op werkdagen van 8.00 tot 17.00 uur) Andere klachten Klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school worden in eerste instantie in onderling overleg tussen ouders, personeel en schoolleiding afgehandeld. Indien dat echter, gelet op de aard van de klacht niet mogelijk is, of indien de afhandeling niet naar tevredenheid heeft plaatsgevonden kan men ook een beroep doen op bovenstaande klachtenregeling. Inspectie van het onderwijs
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs: 0800-8051 (gratis).
21
5.
PERSONEELSZAKEN
Formatie 2015/2016 1 /2
Juf Gerdine Schouten ( ma/di/wo)
Juf Jolanda Salverda ( wo/do/vr)
3
Juf Nelleke de Ruiter ( di/wo/do)
Juf Lamberte Pierik ( ma/ vr)
Opm. een groot deel van de maandag- en vrijdagmorgen heeft juf Nelleke Bapo verlof of IB - uren. In de middag worden de groepen 3 en 4 samengevoegd. 4
Juf Alice Klein (ma/di/wo)
Juf Cora ( wo/do/vr)
Groep 4 wordt in de middag samengevoegd met groep 3 5/6
Juf Miranda Schuiteman (ma/di)
Juf Irene Bruijnes (wo/do/vr)
7/ 8
Meester Ariën van Zalk (ma/di/wo)
Meester Jacco Petersen ( do/vr)
Opm. meester Henk de Zeeuw zal woensdag om de 14 dagen in groep 5/6 en 7/8 werken. -
Meester Henk de Zeeuw neemt alle verloven voor zijn rekening. Hij krijgt geen groepsverantwoordelijkheid, maar zal door zijn IB- taken zeer bij de kinderen betrokken zijn.
-
Meester Drost zal door gehoorproblematiek niet langer groepsverantwoordelijkheid hebben. Daarnaast neemt hij in oktober 2015 afscheid van de school.
Schoolleiding. De schoolleiding wordt gevormd door de directeur Jacco Petersen en de adjunctdirecteur Henk de Zeeuw. Wanneer u de directie wilt spreken, dan kunt u dus op maandag tot woensdag* terecht bij de directeur en maandag t/m donderdag bij de adjunct-directeur. Gesprekken dienen van te voren worden aangegeven en worden in wederzijds overleg ingepland. Op donderdag en vrijdag heeft de directeur lesgevende taken. Alleen bij spoed is hij bereikbaar voor gesprekken. Verlof voor- / ziekte van de leerkrachten Soms heeft een leerkracht een dag vrij i.v.m. compensatieverlof, Bapo en (langdurige) ziekte. Dan hebben de leerlingen dus een andere juf of meester. Doorgaans zijn we in staat voor vervanging te zorgen. Wanneer we geen vervanging kunnen krijgen, dan proberen we intern een oplossing te vinden. Overigens houden alle leerkrachten een klassenmap bij waarin zij aantekeningen maken over de verwerkte leerstof etc. Dat vergemakkelijkt het invallen.
22
6.
DE LEERLING
Sociale- emotionele ontwikkeling Ook de sociaal emotionele ontwikkeling van uw kind vinden wij belangrijk en wordt gevolgd door het invullen van observatie- en vragenlijsten door de leerkracht (eerste helft van het jaar) en de kinderen (tweede helft van het jaar). Met de resultaten uit deze afname kunnen we de groep en/of de leerlingen beter begeleiden in de ontwikkeling. Sociale veiligheid Vanaf 1 januari 2006 worden scholen door de inspectie beoordeeld op het aspect sociale veiligheid. Hierbij gaat het erom dat leerlingen en collega’s zich veilig en prettig voelen op school. Het uitgangspunt van de school, dat een leerling zich op onze school zich veilig en geborgen moet voelen, proberen we zo goed mogelijk waar te maken. In de klas met de leerlingen en in vergaderingen met teamleden maken we het onderwerp zoveel mogelijk bespreekbaar. Met onze methode werken we wekelijks gericht aan een goed pedagogisch klimaat in de groep. Bij gesignaleerd pestgedrag gebruiken we systematisch het pestprotocol. Één keer per jaar kunnen de kinderen aangeven hoe ze school ervaren in het programma Zien. Met ingang van 1 augustus 2015 geldt een zorgplicht van scholen voor de veiligheid (de sociale, psychische en fysieke veiligheid) van leerlingen op school. Van scholen wordt verwacht: a) dat een beleid wordt gevoerd dat gericht is op de veiligheid van leerlingen; b) dat de veiligheidsbeleving van leerlingen jaarlijks wordt gemonitord; c) dat er een coördinator is die het beleid voor tegengaan van pesten coördineert en optreedt als aanspreekpunt. * in bijlage 2 leest u ons pestprotocol Opbrengstgericht werken. Basisscholen kunnen de prestaties van hun leerlingen vergroten door opbrengstgericht te gaan werken. Dit blijkt uit het rapport ‘Opbrengstgericht werken in het basisonderwijs’, dat de Inspectie van het Onderwijs heeft gepubliceerd. Uit dit onderzoek blijkt dat er een positief verband bestaat tussen opbrengstgerichtheid van scholen en de leerresultaten van hun leerlingen. Scholen waar leerlingen beter presteren, evalueren de leerresultaten van hun leerlingen vaker en trekken conclusies uit die gegevens. Leraren op deze scholen hebben hoge verwachtingen van de leerlingen en stemmen hun les af op de verschillen tussen hen. Die gegevens zijn onderwerp van gesprek in de teamvergaderingen, maar vormen ook een belangrijke bron voor de managementrapportage aan ons bestuur, de zgn. bestuursmatrix opbrengstgerichtwerken. Het bestuur van de school bewaakt de kwaliteit van het onderwijs door klassenbezoeken af te leggen, waarbij ze een kwaliteitswijzer hanteren. Binnen het algemeenbestuur legt de directie verantwoording af aan het 23
bestuur over de kwaliteit van het onderwijs (doelstelling en resultaten) en onderwijskundig personeel. De ontwikkelingen en vorderingen van het kind. De lesstof wordt na de instructie door de leerlingen schriftelijk verwerkt door middel van het maken van opdrachten en toetsen. Dit werk wordt door de leerkracht beoordeeld met cijfers en/of letters. De verzameling van beoordelingen wordt verwerkt in observatielijsten en rapporten. Het biedt ons de gelegenheid om de kinderen goed te kunnen volgen in hun schoolontwikkeling en aanknopingspunten om kinderen met problemen adequaat te kunnen helpen. De toetsen worden verwerkt binnen ons administratieprogramma Parnassys. Met behulp van dit programma kunnen we uitstekende analyses maken van de vorderingen van de leerlingen. Vorderingen bij kleuters Op de toetskalender plannen we gedurende het cursusjaar voor de groepen 1 en 2 observatiemomenten m.b.t. de verschillende ontwikkelingsgebieden. We gebruiken daarvoor vanuit het programma Onderbouwd het leervorderingenoverzicht. In dit overzicht oberveren we de volgende vorderingen: - Leeropbrengst taal en rekenen - Zelfredzaamheid - Profielscan van de leerlingen - Onderwijsbehoeften o.a. op de gebieden: o Interpersoonlijk onderlinge relaties o Intrapersoonlijk leren door na te denken o Lichamelijk-kinesthetisch vermogen om het lichaam te gebruiken o Verbaal-linguïstisch vermogen om je in taal uit te drukken o Visueel-ruimtelijk het vermogen om situaties voor je te zien Aan het begin van het schooljaar geven de leerkrachten verzorgen de leerkrachten een informatieavond. Volgen van kinderen door analyse en doelstellingen De resultaten worden bijgehouden in een leerlingvolgsysteem en doorgegeven aan de intern begeleider, waarna een groeps- en/of individuele hulpplanbespreking volgt. In een groepsplan stellen de leerkrachten doelen voor de leerlingen vanuit de zone van de naaste ontwikkeling en de kerndoelen van het onderwijs (tule.slo.nl). Mochten deze doelen door het kind niet gehaald worden, stelt de leerkracht een individueel hulpplan op. Op deze manier krijgen we een goed overzicht over de leervorderingen en worden in overleg met de ouders op- en bijgesteld. 24
Zorg voor kinderen met specifieke problemen. Op onze school wordt de ontwikkeling van uw kind nauwgezet gevolgd. Dit doen we door te letten op het totale functioneren van uw kind. Er wordt dagelijks gekeken hoe de aangeboden lesstof verwerkt wordt, hoe uw kind omgaat met anderen en hoe de leerlingen zich uit. Na een periode van oefenen wordt de leerstof getoetst m.b.v. de zogenaamde methode gebonden toetsen. Kinderen die de leerstof nog niet voldoende beheersen krijgen opnieuw uitleg en oefenen onder begeleiding van de leerkracht. Informatie omtrent leerlingen die van belang is voor leerkrachten wordt opgeschreven in het logboek van het kind. Passend Onderwijs Vanaf 1 augustus 2014 zijn alle basisscholen de wettelijke taak om passend onderwijs te geven. Omdat scholen dit niet alleen kunnen, zijn alle scholen in Nederland aangesloten bij een regionaal samenwerkingsverband. De school werkt binnen het samenwerkingsverband OnderwijsZorgKoepel Noord-Veluwe (OZKNV) samen met alle basisscholen en scholen voor speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs in de gemeenten Nijkerk, Putten, Ermelo, Harderwijk, Zeewolde, Nunspeet, Elburg en Epe. Belangrijke doelen van de invoering van Passend Onderwijs zijn: terugdringen bureaucratie, met name ingewikkelde indicatieprocedures; terugdringen aantal kinderen die geen plek in het onderwijs kunnen vinden (thuiszitters); alle kinderen een passende onderwijsplek bieden. Het samenwerkingsverband OZKNV heeft in het ondersteuningsplan (www.onderwijszorgkoepel.nl/ondersteuningsplan) vastgelegd op welke wijze passend onderwijs wordt geboden binnen de deelnemende scholen. Vormen van speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs blijven bestaan; geen kind wordt gedwongen teruggeplaatst in het basisonderwijs. Het kernbegrip bij passend onderwijs is ‘zorgplicht’. Zorgplicht betekent dat de basisschool de verantwoordelijkheid heeft (om in goed overleg) met de ouders een passende ondersteuning te bieden. Liefst zoveel mogelijk dichtbij de eigen school. Als blijkt dat dit niet mogelijk is, heeft de school de opdracht om met de ouders naar de best passende plaats te zoeken. Dat kan zijn op een andere basisschool binnen het samenwerkingsverband OZKNV of op een school voor speciaal (basis) onderwijs. Als u het niet eens bent met het aanbod van de school, kunt u dit aankaarten bij de directie of bestuur van de school van uw kind, het samenwerkingsverband OZKNV of om ondersteuning vragen bij een onderwijsconsulent. In het uiterste geval kunnen problemen worden voorgelegd bij een landelijke geschillencommissie. Meer informatie vindt u op de website Passend Onderwijs: http://www.onderwijsgeschillen.nl/informatievoor-ouders/ Schoolondersteuningsprofiel Iedere school heeft in het schoolondersteuningsprofiel (SOP) omschreven welke ondersteuning de school kan bieden. U kunt dit profiel op de website van de school nalezen of op de school inzien (www.beatrixschoolhulshorst.nl / ouders/ SOP) 25
In dit profiel is te lezen hoe de school de begeleiding aan leerlingen vorm geeft en welke mogelijkheden voor extra-ondersteuning de school heeft. Bij het realiseren van de gewenste ondersteuning werken alle scholen binnen de zorgkoepel vanuit de uitgangspunten van handelingsgericht werken (HGW). Dit betekent kort gezegd: Als een kind extra-ondersteuning nodig heeft, wordt niet in de eerste plaats gekeken naar wat het kind heeft, maar naar wat het kind nodig heeft. Bij HGW is de samenwerking en afstemming met ouders en andere deskundigen een belangrijk aandachtspunt Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften stellen extra eisen aan de school, het gebouw, de leerkrachten, de IB-er en ook aan medeleerlingen. Het uitgangspunt is dat elke leerkracht in principe ruimte heeft voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Denk hierbij aan verschillen in intelligentie, tempo, sociale vaardigheden en leermogelijkheden. Bij ieder verzoek tot plaatsing van een leerling zal een afweging gemaakt worden. Kern van deze afweging is de vraag of de combinatie van specifieke onderwijsbehoeften en de benodigde extra-ondersteuning past binnen de basisondersteuning, die de school kan bieden. Uitgangspunten voor plaatsing zijn o.a.: kan het kind op deze school de gevraagde ondersteuning geboden worden, blijft de aandacht en kwaliteit voor de andere leerlingen voldoende gewaarborgd, is de gevraagde ondersteuning uitvoerbaar voor de leerkracht. Een voorbeeld van een schoolondersteuningsprofiel vindt u op de website www.onderwijszorgkoepel.nl/format_ondersteuningsprofiel Ondersteuningsteam Onze collega’s mevr. Nelleke de Ruiter en dhr. Henk de Zeeuw zijn verantwoordelijke voor de leerlingenzorg. Zij hebben diverse zorgtaken in de school, bijvoorbeeld het houden van groepsbesprekingen met de leerkracht, begeleiding en ondersteuning bij handelingsplannen, betrokken zijn bij gesprekken met ouders van zorgleerlingen. Daarnaast hebben zij contacten met het LOB (LeerlingenOverlegBreed), OZKNV (zorgteam passend onderwijs) en andere externe contacten op het gebied van leerlingenzorg. Dyslexie Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door hardnekkige problemen in de automatisering van het lezen en/of het spellen. Uit onderzoek is gebleken dat hoe eerder leesproblemen worden opgespoord, hoe groter de kans is dat een begeleidingsprogramma succes heeft. In de voorschoolse periode wordt de bakermat van geletterdheid reeds gelegd. Vandaar dat leerkrachten uit de onderbouw regelmatig overleg hebben met de leidster van de peuterspeelzaal over de taalervaring en taalontwikkeling van de peuters. Hierdoor kan direct vanaf het instroommoment voortgebouwd worden op het niveau dat de kinderen hebben. Wij gebruiken ‘Het Protocol Leesproblemen en Dyslexie’ om vroegtijdig leesproblemen te onderkennen en aan te pakken.
26
Wanneer de leesontwikkeling stagneert starten we een intensieve leesbegeleiding naast het reguliere leesonderwijs in de groep. Dit houdt in dat we 3x per week ongeveer 20 minuten met de leerling gaan connectlezen. Dit wordt beschreven in een handelingsplan. Wanneer na 6 maanden intensief oefenen het resultaat niet naar verwachting is, wordt met de ouders het traject van dyslexie aanvraag overlegd. Een uitgebreid dyslexie onderzoek is zinvol. Op basis van deze uitslag krijgt de leerling wel/geen dyslexieverklaring. Wanneer er een dyslexieverklaring wordt afgegeven, komt de leerling in aanmerking voor vergoede dyslexiebehandeling. In overleg met de ouders wordt er behandelaar gekozen. Dan volgt een traject van behandeling, waarbij er een nauwe samenwerking tussen ouders, behandelaar en school ontstaat. Voor deze kinderen is extra belangrijk dat leerlingen een goede leesmotivatie ontwikkelen. Want hoe meer ze lezen des te beter is het voor de leesontwikkeling. Hiervoor zetten wij o.a. Yoleo in. Dit is een online leesgame, die kinderen helpt met plezier te lezen op de computer of iPad. Het is de bedoeling dat we samen aan de slag gaan. Op school gaat veel aandacht uit naar lezen. Maar ook thuis kunt u uw kind stimuleren leeskilometers te maken. Hierbij is Yoleo een geweldig hulpmiddel. Protocol ‘pluskinderen’ Sommige kinderen hebben voor een aantal vakken/onderdelen een extra uitdaging nodig. Voor deze kinderen volgen we het protocol ‘hoogbegaafdheid’. De school realiseert elk jaar een ‘plus’ groep. Deze groep werkt aan speciaal uitdagende taken. Doublure Zittenblijven moet zinvol zijn. Soms is het beter dat een leerling wel naar een volgende groep gaat, maar een aangepast programma krijgt voor een aantal vakken. Ons streven is om voor deze kinderen een speciale leerweg uit te stippelen, een zogenaamde OPP(ontwikkelingsperspectief). Daarmee stellen we doelen op voor het uitstroomniveau van de leerlingen. Versneld doorstromen Soms kan het voorkomen dat kinderen een grote didactische voorsprong hebben op de andere kinderen van de groep. Dan komt de mogelijkheid van vervroegd doorstromen in beeld. De praktijk leert dat vervroegde doorstroming niet altijd de begeerde oplossing brengt. Bovendien is er na vervroegde doorstroming geen weg terug. Daarom hebben we op school een protocol met een aantal criteria waaraan een leerling volgens ons moet voldoen, wil het versneld doorstromen een kans van slagen hebben. Met de ouders van betreffende leerlingen spreken we dit protocol uitvoerig door, waarna we een verantwoorde beslissing nemen. CITO Twee keer per jaar nemen we Cito-toetsen rekenen en taal voor kleuters af. Voor de groepen 3 t/m 8 plannen we drie toetsmomenten voor technisch en begrijpend lezen, 27
spelling, woordenschat en rekenen. Hierbij wordt de behandelde leerstof over een langere periode teruggevraagd en de resultaten vergeleken met een landelijke norm. Op onze kalender worden de toetsmomenten aangegeven. CITO eindtoetsen en centrale eindtoets Vanaf 2015 is er de Centrale Eindtoets. Deze telt niet meer mee voor het schooladvies. De toetst bestaat uit de volgende onderdelen: taal en rekenen (inclusief studievaardigheden) 3 ochtenden, 9 onderdelen en 200 vragen Als kinderen de school verlaten. Wanneer kinderen vertrekken naar het voortgezet onderwijs wordt door de leerkracht van groep 8 een onderwijskundig rapport gemaakt, waarin o.a. de schoolvorderingen, een ontwikkelingsperspectief en voor het voortgezet onderwijs relevante opmerkingen worden opgenomen. We streven ernaar de kinderen ook individueel door te spreken met de nieuwe school. Wanneer kinderen door verhuizing van school gaan, vult de klassenleerkracht een onderwijskundig rapport in wat wordt verstuurd naar de nieuwe school. Wij verzorgen deze digitaal binnen ons LeerlingVolgSysteem met een zgn. DOD (digitaal overdrachtsdossier). De leerling krijgt zijn/haar rapport mee, waarin ook de alle toetsgegevens zijn opgenomen. Bij het verlaten van de school organiseren de school en de ouders een gezellige avond. Hierbij wordt er door de kinderen van groep 8 een musical opgevoerd. Schoolkeuze Bij de schoolkeuze spelen een drietal zaken een rol: -
De wens van de leerling en zijn/haar ouders. De leer- en werkhouding van uw kind Het advies van de basisschool o.b.v. CITO LeerlingVolgSysteem en uitslag dagelijkswerk. - De uitslag van de Eind-CITO is alleen doorslaggevend als er aanleiding toe is. Deze zaken worden tijdens de schoolkeuzegesprekken doorgenomen, waarna de school de aanmelding verder verzorgt. De school voor Voortgezet Onderwijs waar het kind is aangemeld bekijkt vervolgens of de leerling op grond van voornoemde drie punten kan worden geplaatst.
28
7.
DE OUDERS
Onze school hecht veel waarde aan een goed contact met de ouders/verzorgers. Het blijkt steeds weer dat dit van groot belang is voor het kind en voor allen die bij het kind betrokken zijn. Om dit doel te bereiken worden er allerlei activiteiten ontwikkeld waarbij ouders betrokken kunnen zijn (zie onze informatiekalender). Rapporten en gespreksavonden Wij hanteren een werkwijze die als doel heeft een nog beter onderbouwd beeld van de ontwikkeling van uw kind te kunnen geven. De school is zo in de gelegenheid over een wat langere periode de voortgang van uw kind te volgen en de uitkomsten daarvan op te nemen in het rapport. Startavond september
Ouders in gesprek met leerkrachten ( voor groep 8 preadvies VO)
Informatie avond september
Groep 1 t/m3 * om de tweejaar groep 4 t/m 8 (2017 en 2019)
Informatieavond oktober
Ouders leerlingen groep 8 Voortgezet Onderwijs
Kijkavond november
Inloopmoment om het leerlingenwerk in te kijken en vragen te stellen
Schooladvies februari
Definitief advies en opgave leerlingen VO
Rapportgesprek februari
Resultaatbesprekingen en evaleuren startgesprek
Rapportgesprek juni
Afsluitend gesprek en evaluatie
Inloopmiddagen
Zie kalender website
Leerlingen van groep 1 krijgen een extra gesprek met bezoek aan huis Voor alle andere belangrijke zaken geldt: eerst leerkracht informeren, daarna directie Nieuwsbrief, brieven en website Graag houden wij u zo goed mogelijk op de hoogte van alle schoolzaken. Een belangrijk middel om contact te onderhouden is onze nieuwsbrief, die elke vier weken uitkomt. Wij versturen de nieuwsbrief digitaal en hij staat ook op onze website. De nieuwsbrief bevat het meest actuele schoolnieuws. Wij vragen u om deze nieuwsbrief goed te lezen, zodat u ervan verzekerd bent dat u geen belangrijke informatie zult missen. Daarnaast is er de website (www.beatrixschoolhulshorst.nl) waar veel informatie te vinden is. We plaatsen er afschriften van brieven, zoals gezegd de nieuwsbrieven, maar ook foto’s en leerlingenwerk. Tenslotte worden ook regelmatig diverse artikelen met meer algemene onderwerpen geplaatst. Wij proberen zo min mogelijk aparte brieven mee te geven, ook met het oog op het milieu. 29
Ook de nieuwsbrief in uw e-mail? http://www.beatrixschoolhulshorst.nl/in dex.php?section=2&page=207 / aanmelden
Hulp van ouders Het blijkt dat ouders/verzorgers het dikwijls heel leuk vinden om betrokken te zijn bij de school. Wij vinden het vanzelfsprekend dat u al ouders zich voor de school inzet. De activiteiten waarbij we hulp nodig hebben zijn: De oud-papiercontainer
Elke tweede zaterdag van de maand (u bent waarschijnlijk 2x per jaar aan de beurt)
Het schoonhouden van de school en het onderhouden van het plein
Elke tweede zaterdag van de maand
Onderhoud gebouw
Kleine klussen in en rond de school
Hulp bij de kleuters
(u bent waarschijnlijk 2x per jaar aan de beurt)
Voorlezen Vervoer Schoonmaken materialen
Bibliotheek
Het begeleiden van kinderen met het uitzoeken van boeken
Bakken van pannenkoeken
Na de sportdag
Hulp bij activiteiten
Koningsspelen Sportdag Schaatsen Korfbaltoernooi Voetbaltoernooi
Organisatie
Lid van het bestuur Lid van de oudercommissie Lid van de Medezeggenschapsraad
Gebedskring
1 x per maand
U kunt zich altijd voor meerdere activiteiten en/ of een gedeelte van een activiteit aanmelden Ouders en echtscheiding We krijgen in toenemende mate te maken met kinderen die in een complexe gezinssituatie opgroeien. Als ouders uit elkaar gaan, breekt voor de kinderen een 30
instabiele, onzekere periode aan wat hen veel energie kost. Dit werkt door in hun ontwikkeling op alle gebieden, met name in hun sociaal-emotionele ontwikkeling. De school, de leerkracht en de groep blijken in deze situatie een houvast. Regel is dat wij als school de verzorgende ouder (met gezag) alle informatie toesturen – zoals uitnodigingen voor informatieavonden, rapportavonden en dergelijke , erop vertrouwend dat deze ouder dit doorgeeft aan de andere biologische ouder. Daarnaast vinden wij het van belang dat beide ouders tegelijkertijd bij alle gesprekken rondom uw kind(eren) aanwezig zijn. Dit om verwarring te voorkomen. Gebedskring Op initiatief van een aantal ouders/verzorgers draait alweer een aantal jaren onze gebedskring. Iedere eerste vrijdag van de maand komen zij bij elkaar in de teamkamer. De data vindt u in de informatiekalender. Ouderbijdragen (vrijwillige en vaste bijdrage) De vrijwillige ouderbijdrage wordt door het schoolbestuur per gezin en/of per leerling(e) vastgesteld. Deze gelden worden besteed aan ongesubsidieerde kosten en komen voor het overgrote gedeelte ten goede aan onze leerlingen. Zaken die uit de ouderbijdragen worden gefinancierd zijn onder andere:
christelijke feestdagen en vieringen, sinterklaasfeest, excursies, bezoekjes en uitjes, inschrijfgelden voor sporttoernooien, klein onderhoud en aanschaf materialen plein, uitleenpasjes bibliotheek voor onze leerlingen, attenties zieke leerlingen, etc.
De jaarrekening en begroting worden opgesteld onder eindverantwoordelijkheid van het bestuur en de directie. Deze vrijwillige bijdrage is vastgesteld:op € 35,00 per leerling per schooljaar. Voor het voldoen van uw ouderbijdrage ontvangt u een machtigingsbrief. De MR De Beatrixschool heeft een eigen medezeggenschapsraad (MR). Deze bestaat uit vier gekozen leden (twee leerkrachten en twee ouders). De MR overlegt met de schooldirectie over beleidszaken die bestuur, school, personeel, leerlingen en/of ouders aangaan. Het is voor alle partijen van belang dat de school goed functioneert. De MR werkt volgens een medezeggenschapsreglement. Het reglement vindt u op de website. De OC Ook hebben we op school een actieve oudercommissie (OC). De OC is zeer actief in het ondersteunen en/of organiseren verschillende activiteiten. Het doel is de school financieel en facilitair te ondersteunen. Alle verdere informatie over de OC zijn terug te 31
vinden op onze website of mail hen via
[email protected] De leden zijn:
Margreet Zoet Herman Klaassen Annelinde Ros Jacco Petersen Geke Overweg Maaike van Olst Bernadette Krikke Carina van Velde Korine Koers Alice Olthuis Wilfred Zwep
voorzitter penningmeester secretaresse directeur
Centrum voor Jeugd en Gezin Nunspeet Onder deze naam werken diverse organisaties met de scholen samen ontrent opvoeden en opgroeien, gezondheid en ontwikkeling. De verpleegkundigen en de jeugdarts van de GGD, maar ook de schoolmaatschappelijkwerkster zijn een aanspreekpunt voor ouders, leerkrachten en pedagogische werkers in scholen en de voorschoolse voorzieningen. GGD Noord- en Oost-Gelderland Jeugdgezondheidszorg van de GGD Noord- en Oost-Gelderland heeft als doelstelling de gezondheid, groei en ontwikkeling van 4 tot 19 jarige kinderen te bevorderen en te beschermen. Samen met ouders en school willen de medewerkers JGZ ervoor zorgen dat kinderen zich zo gezond mogelijk ontwikkelen. Dit gebeurt door preventieve gezondheidsonderzoeken en vaccinaties van kinderen, ondersteuning van ouders, ondersteuning van leerkrachten en samenwerking met andere instanties. De gezondheidsonderzoeken vinden plaats in groep 2 en groep 7. Soms zijn er tussentijds vragen over een kind bij de leerkracht of ouders. Over het gedrag, de opvoeding, gezondheid of ontwikkeling, cognitief, sociaal-emotioneel, motorisch of op het gebied van spraak/taal. Dan kunt u contact opnemen met de GGD. Naam en contactgegevens van de GGD medewerkers: Jeugdarts: Mevr. W. van Dongen Verpleegkundige: Mevr. D. Kraleman Logopedist: Mevr. A. Smit GGD Noord- en Oost Gelderland Postbus 46, 3840 AA Harderwijk Tel.: 088 4433000 Oosteinde 17, Harderwijk 32
[email protected] / www.ggdnog.nl Schoolmaatschappelijk werk (SMW) De schoolmaatschappelijk werkster heeft regelmatig contact met de intern begeleiders van school. Zij adviseert school met name bij vragen over de opvoeding en sociale emotionele ontwikkeling van leerlingen. Ook geeft het schoolmaatschappelijk werk begeleiding aan ouders en kinderen. Deze ondersteuning kan zowel op school thuis als op kantoor uitgevoerd worden. Voorbeelden waar het SMW voor wordt ingeschakeld zijn; gevolgen van echtscheiding voor kinderen, sociale vaardigheden, pesten en opvoedingsondersteuning. Zowel ouders als kinderen kunnen gebruik maken van de schoolmaatschappelijk werker. Het schoolmaatschappelijk werk geeft advies, kortdurende begeleiding en verwijst naar meer gespecialiseerde hulp waar nodig. De begeleiding vanuit het schoolmaatschappelijk werk maakt deel uit van het Centrum voor Jeugd en Gezin en is gratis Naam en contactgegevens van de schoolmaatschappelijkwerkster: Ilse Hartman;
[email protected] / 0613968407 Centrum voor Jeugd en Gezin De intern begeleider kan via het schoolmaatschappelijk werk of de GGD een beroep doen op diverse professionals die actief zijn in Centrum voor Jeugd en Gezin in Nunspeet. Op die manier is de juiste kennis en ondersteuning beschikbaar voor ouders en kinderen. Ouders kunnen informatie over het Centrum voor Jeugd en Gezin vinden op www.cjgnunspeet.nl De logopedist Preventieve logopedie is onmisbaar bij het tijdig signaleren van problemen op het gebied van de spraak- taalontwikkeling bij jonge kinderen. M.i.v. dit schooljaar is de werkwijze van de preventieve logopedie gewijzigd. Voorafgaand aan het preventief gezondheidsonderzoek door de jeugdarts vullen de ouders een vragenlijst in. Hierin is een aantal vragen opgenomen over de spraak- en taalontwikkeling van het kind. Wanneer blijkt dat er vragen of zorgen zijn over het spreken meldt de jeugdarts (in overleg met de ouders) het kind aan voor een onderzoek door de logopedist van de GGD. Daarnaast blijft het ook voor ons mogelijk een kind aan te melden voor logopedische screening.
33
8.
ALGEMEEN
In alfabetische volgorde nog een aantal zaken: Cadeautjes maken De kinderen van groep 1, 2 en 3 mogen voor de verjaardag van mama, papa, oma en opa een kaartje kleuren op school. Wanneer u dit van tevoren aan de juf doorgeeft maken we hier werk van met de kinderen. In de groepen 1, 2 en 3 wordt aandacht besteed aan vader- en moederdag. Fietsen Ons fietsenrek is er niet op berekend dat alle kinderen op de fiets naar school komen. Dat betekent dat het voor kinderen die dichtbij wonen (Akkerweg, Hoefslag, Bakkerspad, Zandhuisweg tot kruising Molenpad, Doornenkamp, Weversweg + degenen die aan de Harderwijkerweg dichtbij de school wonen), niet is toegestaan op de fiets te komen, tenzij daarvoor toestemming is gegeven. DE REGELS IS dat de kinderen op SCHOOLPLEIN NIET FIETSEN i.v.m. de veiligheid van andere (kleinere) kinderen. (OOK NIET BIJ AANKOMST OF VERTREK). Gevonden voorwerpen Het komt nogal eens voor dat er diverse voorwerpen van de kinderen op school achterblijven. Soms wordt er nooit meer naar gevraagd, waardoor zich op school de voorraad gevonden voor-werpen opstapelt. Komt u gerust eens kijken wanneer u iets mist. Na de ouderavonden geven we de achtergebleven spullen aan een goed doel. Hoofdluis Aangezien hoofdluis vooral direct na de zomervakantie (en soms ook in de winter) voorkomt, vragen we alle ouders om direct na de zomervakantie alert te zijn op hoofdluis bij hun kind(eren).
Een goede controle hoort daarbij! We volgen het volgende protocol. Na een melding geven we een hoofdluisbrief mee naar huis met het verzoek of alle ouders hun kinderen op hoofdluis willen controleren en eventueel behandelen. Na een week volgt een herinneringsbrief. Mocht er direct daarna nog een hoofdluismelding binnenkomen, dan worden alle kinderen op school gecontroleerd. We hebben inmiddels goede ervaringen met deze manier van hoofdluisbestrijding. Mochten er ouders zijn die bezwaar hebben tegen onze aanpak dan horen we dat graag. Er zijn verschillende middelen in de handel om de luizen te bestrijden. De apotheek kan u daarbij adviseren. Een van de nieuwere middelen is LOXAZOL. Dit middel bestrijdt niet alleen de luizen, ook de neten (luizeneitjes) gaan hiervan dood. Vaak is 1 behandeling voldoende. Tip: Door het haar uit te spoelen met lauwwarm water verliezen de neten hun kleefkracht, waardoor ze gemakkelijk met een kam of borstel uit het haar kunnen worden
34
verwijderd. Daarna behandelen met Loxazol en na laten werken, dus niet direct uitspoelen. Bij een doeltreffende behandeling van hoofdluis behoort ook het wassen van kleding en beddengoed waarop hoofdluizen kunnen zitten. We werken we met zgn. luizencapes. Die blijken effectief te zijn. Het aantal hoofdluismeldingen is drastisch verminderd. Jassen We hebben op school prachtige kapstokken. De kinderen kunnen hun jas daaraan ophangen. Wilt u erop toezien dat de jas van een degelijke lus is voorzien? Wanneer de lus ontbreekt kunnen de jassen niet in de luizencapes worden gehangen. Kinderverjaardag Kinderverjaardagen worden gevierd. Er wordt gezongen en de jarige mag trakteren. We hebben op school niet direct de regel dat we liever geen zoetigheid zien. Tenslotte is de tandverzorging een verantwoordelijkheid van de ouders. We brengen e.e.a. wel graag op deze manier onder uw aandacht. Oud papier Op elke 2e zaterdag van de maand staat bij de school een oud papiercontainer. U kunt hierin uw oud papier kwijt. De opbrengst komt de kinderen ten goede. Een en ander wordt georganiseerd door de oudercommissie. N.B.: In augustus zal de oud papiercontainer er niet staan! Pauze In de pauze is er gelegenheid voor de kinderen om wat te eten en te drinken. Voor de groepen 1 en 2 gebeurt dat in de klas, voor de overige groepen in de hal. Gezien de grote hoeveelheid afval die we wekelijks laten afvoeren, vragen wij u als ouders ook aan het milieu te denken door de kinderen drinken mee te geven in een beker i.p.v. een pakje. Roken Op school kennen we een algeheel rookverbod voor alle ruimten en voor alle activiteiten op het schoolplein. Schoolfotograaf Een keer per twee jaar laten we door een schoolfotograaf portretfoto’s nemen van de kinderen. Een klassenfoto laten we elk jaar maken. Schrijfmateriaal De school verschaft de kinderen het schrijfmateriaal. Pennenbakken staan we echter niet toe. De kinderen ontvangen van school een etui. In groep 8 kennen we een regel van uitzondering. Zij mogen met eigen schrijfmateriaal schrijven (m.u.v. stiften).
35
Speelgoedmiddag Elke eerste donderdagmiddag van de maand mogen de kinderen van groep 1 en 2 speelgoed mee nemen. Geweertjes etc. zien we liever niet op school, aangezien de praktijk leert dat daar niet echt mee wordt gespeeld. Verjaardag leerkrachten Wanneer een van de leerkrachten jarig is, wordt dit op school met de leerlingen gevierd. Er wordt getrakteerd en er worden spelletjes gedaan en/of activiteiten georganiseerd. Van de ouders vragen we een kleine bijdrage voor een cadeautje. Verzekering Ten behoeve van alle betrokkenen bij de school heeft het bestuur de volgende verzekering afgesloten: Aansprakelijkheidsverzekering voor Onderwijsinstellingen. De in het basispakket opgenomen aansprakelijkheidsverzekering dek een bepaald bedrag per gebeurtenis de aansprakelijkheid van het schoolbestuur, de leerkrachten, stagiaires, vrijwilligers, inleenkrachten en al degenen, welke aan schoolse dan wel buitenschoolse met de school min of meer verband houdende activiteiten deelnemen. De dekking geldt gedurende de schoolactiviteiten, als mede gedurende een uur hiervoor of hierna, of zoveel langer als het rechtstreeks komen naar en het gaan van genoemde schoolactiviteit vergt. Indien u een beroep wilt doen op een van bovenstaande verzekeringen dan kunt u uw verzoek schriftelijk richten aan de secretaris van de schoolvereniging. Vlekkerwijzer. Binnen de school wordt met veel verschillende materialen gewerkt. Een ongeluk zit dan ook in een klein hoekje. Voor je het weet zit er een vlek in een kledingstuk. In de onderbouwgroepen proberen we dit door middel van een verfschort zoveel mogelijk te voorkomen. maar ook daar gaat wel eens iets mis. Als service drukken we in deze schoolgids een vlekkenwijzer af, wie weet komt deze u van pas. Ballpoint-inkt
Katoen en nylon: behandelen met spiritus lukt dit niet dan met een wolbleekmiddel Bloed Direct uitspoelen in lauw water Ecoline Zo snel mogelijk reinigen met melk nabehandelen met water en zeep Klei Goed laten drogen, daarna uitborstelen Kleurkrijt en pastel Zoveel mogelijk droog borstelen en daarna de resten uitwassen. Niet meteen in het water stoppen want dan kan de kleur zich in de stof vastzetten. Lijm Schoonmaken met aceton. Niet eerst wassen. Op school is een oplosmiddel verkrijgbaar. Plakkaatverf Vlek laten opdrogen en daarna uitborstelen pas daarna wassen met water en zeep. Stijfselvlekken Nooit met heet water, wel met koud water nog beter is het de vlek te laten drogen en deze daarna zoveel mogelijk uit te borstelen 36
Viltstift: Waterbasis Spoelen in koud of lauw water Idem: acetonbasis Verwijderen met aceton Vulpeninkt Zo snel mogelijk reinigen met melk nabehandelen met water en zeep.
Voorleestips Er kan niet zoveel verkeerd gaan bij het voorlezen, maar niet iedereen is een natuurtalent. Daarom geven we een aantal tips door over voorlezen. Het belangrijkste blijft altijd dat uw kind het leuk vindt dat u voorleest. Lees veel voor Zoek een rustige plek om voor te lezen, liefst in een luie stoel of op de bank. Als u uw kind op schoot neemt, kan het makkelijk meekijken naar alle plaatjes in het boek. U hoeft geen acteur te zijn om leuk voor te lezen. Spreek rustig en duidelijk, maar vermijd een voorleesdreun. Geef uw kind tijd om boeken in te bladeren en naar platen te kijken ook al doet het dat van achter naar voor en slaat het de bladzijden minder netjes om. Soms wil een kind hetzelfde boek telkens weer horen en zien. Ga daar op in, maar lees daarnaast ook af en toe een nieuw verhaal voor. Alle vragen zijn welkom, ook tijdens het voorlezen. En natuurlijk moeten ze beantwoord worden. Het gaat er immers om dat een kind er iets van leert. Praat zo nu en dan na het lezen over het verhaal. Zo geniet u samen nog even na, onthoudt uw kind het verhaal beter en kunt u uitleggen wat het misschien nog niet helemaal heeft begrepen. Als een boek niet boeit, te moeilijk is of als uw kind niet meer wil luisteren, stop dan gerust en pak het boek later nog eens op. Roep nooit opgelucht aan het eind van een verhaal: “UIT!”. Voorlezen is geen race die gewonnen moet worden. Het gaat om het plezier en de gezelligheid. Kies vooral boeken uit die u zelf ook mooi vindt, anders kunt u het niet geloofwaardig voorlezen. Maar maak er geen probleem van als uw kind wel eens boeken voorstelt die u zelf nooit zou kiezen. Lees een boek eerst zelf, voordat u gaat voorlezen. U komt dan niet voor verrassingen te staan en u kunt het mooier voorlezen. Te lange of te griezelige verhalen kunt u aanpassen. Bedenk wel dat de meeste kinderen het verhaal de tweede keer precies hetzelfde willen horen.
37
Bijlage 1 Pestprotocol * dit protocol wordt in het schooljaar 2015-2016 geheel herzien naar de huidige theoretische en praktische inzichten. Daarnaast zal dit document overgaan in het protocol; sociale veiligheid in de school A. Preventief gedeelte 1. De school heeft voor wat betreft de onderlinge sociale omgang in het algemeen en het pesten in het bijzonder een pestprotocol samengesteld. In dit protocol zijn een aantal afspraken verwoord ten aanzien van de omgang van leerlingen onderling (zie: regels). Bovendien is aangegeven welke maatregelen we nemen bij geconstateerd pestgedrag. Dit protocol wordt in alle groepen gehanteerd. 2. Tijdens de eerste schoolweek wordt dit protocol nadrukkelijk aan de orde gesteld door de groepsleerkracht. De naleving hiervan komt ook na de eerste schoolweek regelmatig ter sprake. 3. In week 41 (2014) zal de leerkracht een sociogram afnemen en invullen. De leerkracht geeft de leerlingen een vragenlijst vanuit ons leerlingvolgsysteem Parnassys. Na het invullen krijgt de leerkracht inzicht in de sociale verhoudingen binnen de groep. De afname wordt door de leerkrachten en de Intern Begeleider besproken. 4. Aan het begin van ieder schooljaar doet de school mee aan de week tegen pesten. Gedurende een week zal pesten en de gevolgen ervan centaal staan. 5. Per week vragen we aandacht voor een van de 15 regels die we hebben opgesteld. Dit gebeurt in de klas. 6. Tijdens de ouderbezoeken en oudergesprekken wordt altijd gevraagd of de ouders signalen hebben gekregen dat hun kind anderen pest, gepest wordt of aangeeft dat anderen in de klas of op school gepest worden. 7. In week 10 (2015) wordt door de leerlingen van groep 5 t/m 8 ZIEN afgenomen. De intern begeleider ontvangt van alle groepen de resultaten. De uitkomsten worden met de leerkrachten besproken. Bij (ernstige) problematiek stellen de leerkrachten een individueel handelingsplan op en voeren deze uit. Dit gebeurt altijd in overleg met de ouders. 8. De school werkt door middel van een leergang aan de ontwikkeling van de sociale vaardigheden van de leerlingen. In deze leergang wordt ruimschoots aandacht gegeven aan sociaal-emotionele begrippen, sociale vaardigheden en sociale attitudes. Elke groepsleerkracht houdt zelf een administratie bij welke lessen van deze leergang aan de orde zijn geweest. 9. Het protocol komt in de laatste teamvergadering van het cursusjaar ter sprake. Bezien wordt of het goed functioneert, en of er aanvullingen moeten komen. 38
B. Curatief gedeelte Bij geconstateerd pestgedrag nemen we de volgende stappen: 1 2
Er vindt onderleiding van de leerkracht een gesprek plaats met de pester en de gepeste. Voldoet dit gesprek niet (in die zin dat het pesten toch doorgaat) of zijn er meerdere leerlingen bij betrokken, dan kan er een gesprek plaats vinden met de hele klas. Dit gebeurt in vijf stappen: 2.1. De ik-boodschap. De leerkracht geeft door middel van een heel duidelijke ik-boodschap te kennen, dat er in de klas een probleem is dat hij niet alleen kan oplossen, maar dat wel opgelost moet worden. Daarbij noemt hij heel duidelijk de probleemsituatie en vraagt de leerlingen oplossingen te geven. Hij benadrukt daarbij dat het probleem opgelost moet worden. 2.2. Het inventariseren van mogelijke oplossingen (niet waarderen). De leerlingen moeten allerlei mogelijke oplossingen geven voor de aanpak. Soms komen er geen ideeën omdat de leerlingen niet durven of zo’n aanpak niet gewend zijn. Dan kan de leerkracht uitspreken dat het hem ernst is, en hen meer tijd geven om oplossingen aan te dragen. Hij kan er dan een dag later op terugkomen. In deze fase komen er dus oplossingen (meestal uit de zwijgende middengroep). 2.3. Het evalueren van oplossingen. Hier staat het oplossen van het probleem centraal. We bekijken samen met de kinderen de oplossingen die zijn aangedragen en bepalen welke het beste zullen helpen. 2.4. Het concretiseren van oplossingen. Voor iedereen moet duidelijk zijn hoe de geselecteerde oplossingen uitgevoerd gaan worden. Deze oplossingen worden op papier gezet en daarna weer met de klas besproken.
3.
2.5. Het evalueren van oplossingen. De oplossingen moeten met regelmaat geëvalueerd worden. De leerkracht geeft aan dat de evaluatie een vast onderdeel gaat worden van de klassengesprekken. Wanneer er weer signalen komen van pesten, dan moet de leerkracht weer teruggaan naar stap 1, maar ook als hij niets hoort, moet hij uit preventief oogpunt regelmatig evalueren. Het is van belang om het evalueren niet te laten verwateren. We geven ook uitdrukkelijk complimenten als het goed gaat. De leerkracht moet in deze fase de leerlingen duidelijk maken dat het aangeven dat er weer gepest wordt, niet hetzelfde is als klikken, maar dat het in principe hetzelfde is als het helpen van de pester. Eventueel kunnen de ouders erbij worden betrokken door ze in kennis te stellen van de geconstateerde pestsituatie. Om ouders te ondersteunen is een aantal exemplaren van het informatieboekje “Pesten hoort er niet bij” op school 39
aanwezig. Ouders kunnen dit van school lenen. Ook voor de leerlingen hebben we een boekje “kinderen pesten kinderen, wat alle kinderen van 8-12 jaar tegen pesten kunnen doen”. 4.
De leerkracht meldt de geconstateerde pestsituatie aan het team.
5.
Met name als er een pestsituatie is geconstateerd, bevraagt de leerkracht zichzelf over zijn of haar eigen functioneren. Hoe is de eigen houding naar de klas en eventueel specifiek naar bepaalde leerlingen toe? Hoeveel ruimte en verantwoordelijkheid krijgen de leerlingen zelf? Hoe veilig zijn de leerlingen in de klas? Waar nodig brengt de leerkracht wijzigingen aan in zijn of haar functioneren Bij een leerling bij wie het zondebok of pester zijn vooral lijkt voort te komen uit een gebrek aan weerbaarheid, invoelingsvermogen in anderen en sociale vaardigheden, kan met de ouders gesproken worden over een eventuele sociale vaardigheidstraining.
6.
7.
Als zich voortdurend escalaties voordoen op het plein wordt dit in het team en/of de personeelsvergadering besproken. Extra pleinwacht is dan een mogelijke oplossing.
8.
Er wordt regelmatig contact gehouden met de betreffende leerlingen, de groep en de ouders, om te horen of de genomen maatregelen succes hebben en houden of dat er andere stappen nodig zijn.
40
REGELS 1.
Wij beoordelen iemand niet op zijn uiterlijk. 2.
3.
Wij sluiten niemand buiten.
Wij zitten niet zomaar aan de spullen van een ander. 4.
Wij lachen elkaar niet uit.
5. 6.
Wij schelden iemand niet uit. Wij gebruiken geen nare bijnamen. 7.
8.
Wij laten een ander met rust als hij daar om vraagt. 9.
10.
Wij doen niemand pijn.
Wij beschermen iemand die wordt gepest.
Wij zeggen het aan de leerkracht als iemand wordt gepest.
11.
Wij zeggen het aan de leerkracht als we worden gepest. 12.
Wij praten ruzie uit, waarna we elkaar vergeven. 13. 14.
15.
Wij luisteren goed naar elkaar. Wij ontvangen nieuwe kinderen goed.
Deze regels horen op school, maar ook daarbuiten
41