Stukken naar aanleiding van zitting Raad van Discipline 1 juni 2015 13:00 Den Bosch
1. Brief aan voorzitter van de Raad van Discipline 2. Wrakingsdocument (zonder bijlage) 3. Brief aan deken van Orde van Advocaten Breda Middelburg 4. bijlage bij wrakingsdocument (alleen bewijs, verder niet relevant)
Belangrijke links (ter lezing en de vermeack) staan op: www.gemmeke.nl/TR Leeswijzer op die webpagina: Begin met de brief van 18 mei 2015 aan de procureur-generaal van de Hoge Raad
Mijn deur staat altijd open voor personen die op zoek zijn naar “recht zoals recht bedoeld is en beschreven staat in onze wetten” Emile Gemmeke de Geerkamp 1014 6545 HB Nijmegen +31 24 3739514 +31 6 29556576 (mob)
Emile Gemmeke De Geerkamp 1014 6545 HB Nijmegen 024-3739514 /
[email protected]
Aan
Mw. mr. W.E.A. (Ine) Gimbrère - Straetmans voorzitter Raad van Discipline ’s-Hertogenbosch Postbus 3115 4800 DC Breda Nijmegen, 1 juni 2015
Onderwerp: Uw ref:
Fouten en herstelwerkzaamheden … ZWB/OB 256 - 2014
Geachte mevrouw Gimbrère, beste Ine, Deze brief gaat naar velen anderen, ze mogen meelezen, ook mee genieten. Niet de minste personen, ik meen de interesse van dr. Ybo Buruma te hebben vanwege mijn “discussie” met de procureur-generaal Hoge Raad, mr. Jan Watse Fokkens. Ook meen ik de interesse van prof. dr. Alex Brenninkmeijer gewekt te hebben, hij voorzag een “stresstest Rechtsstaat Nederland”, ik creëer deze. De relevantie met betrekking tot de zaak ZWB/OB 256 – 2014 komt aan het einde. Ik ben geen jurist, ik denk anders, ik formuleer anders en ik weet dat juristen soms een beetje kriebelig van mij worden. Tot mijn spijt kan ik er niets aan doen dat juristen een soort van allergie hebben tegen hoogopgeleide mensen, met een gezonde kijk op wetten en regels, dus uw vak en bezigheden. Stel u koopt een huis van tekening, het moet nog gebouwd worden. De brochure ziet er fantastisch uit. U bent geen bouwkundige, maar u begrijpt de indeling goed. De slaapkamer is mooi groot, met haar met ligging op het noordwesten is ze zomers lekker koel. U wordt dus niet door de felle ochtendzon gewekt. De badkamer heeft een open inloopdouche. U kiest fantastisch sanitair en een te gekke betegeling. Koken is echt uw ding, de open keuken, vlakbij de plek waar u de eettafel wilt plaatsen, geeft alle mogelijkheden die u wenst. En die gebruikt u ook! De keukenleverancier helpt u fantastisch, dit wordt uw droomkeuken. En dan … na maanden wachten is uw droomhuis klaar, de overdracht vindt plaats. U staat perplex, geheel stomverbaasd: “hoe is dit mogelijk?” De aannemer heeft alles netjes uitgevoerd, maar … de keuken is boven geplaatst. Op de eerste verdieping, recht boven waar ze had moeten zijn! Dus op de plek van de badkamer. En die is, een verdieping te laag, op de begaande grond, waar de keuken moest zijn. Volledig onacceptabel, boven koken en dan met de hete gerechten de trap af en wat te denken van het douchen in die open ruimte die keuken moest zijn. Daar te douchen in een inloop douche terwijl uw partner vrienden op bezoek heeft, een gruwelgedachte. U meldt uw bevinding netjes aan de aannemer, u pakt de tekening erbij en wijst aan: “kijk dit is de eerste verdieping, daar staat toch echt badkamer!” ook daarna toont u de tekening van de begane grond, ondertussen bent u uw (rechters)geduld aan het verliezen en bijt af: “stomme idioot, wat haal je nu je schouders op, kijk hier, daar staat keuken en hier staat begane grond !@!”
Emile Gemmeke
Hoe gaat dit verder? U beschouwt dit alles als een ernstige fout en eist (kosteloze) herstelwerkzaamheden. Ondanks dat u geen bouwkundige bent, weet u zeker dat u in uw recht staat. Zot hé, zoiets mag niet voorkomen. Maar het gebeurt de Nederlandse samenleving wel met trekking tot het tuchtrecht in de advocatuur, waarin u een belangrijke (niet te passeren) rol speelt. De keuken en badkamer staan voor de rollen van dekens en de Raad van Discipline in de procedure. Ik stel dat rollen en taken niet volgens de bouwtekening (sorry wet) geplaatst zijn (ingevuld worden). En dat is al vanaf 1984, dus vanaf de voorlaatste herziening. Uw collega uitvoerder, Tijn van Osch, heeft mij op 18 mei j.l. hierover aangehoord. Ik blijf in mijn analogie doorgaan. De aannemer (de uitvoerende jurist) wilt er niet over praten en hij houdt vol dat hij de tekening goed gelezen heeft. Dagelijks blijkt het ongemak: die badkamer beneden en die keuken boven. Was in onze samenleving niet anders, Arthur Doctors van Leeuwen formuleerde het mooi: “het bestaande is geen alternatief” Om uit de impasse te komen maakt de architect (regering) een nieuwe bouwtekening (wet, 1-1-2015) en daarin zijn: • de woorden keuken en badkamer zijn groter, herplaats, dus beter leesbaar (wet heeft meer tekst gekregen); • bij de kranen is naast het symbooltje van kraan de aanduiding “keukenkraan” in de keuken en “douchekraan” in de badkamer gekomen (wet artikel 46k); • bij het symbool van de wastafel is ook het woord “wastafel” geplaatst en in de keuken staat “spoelbak” (wet artikel 46l). Ondertussen heeft ondergetekende, burger in onze democratische rechtsstaat, dus “bewoner” in de analogie, enige ervaring in het gesprek met “de aannemer, de uitvoerder”. Dus personen zoals u. Alles verloopt analoog aan wat ik hiervoor melde: • Toon ik wetsartikelen dan krijg ik te horen dat ik de “bouwtekening” verkeerd kan lezen. Het is voorbehouden aan de aannemer deze te interpreteren. (Tijn van Osch in ons gesprek op 18 mei 2015 mbt tot het begrip “waakt” in artikel 55. Tijn weet van mijn brieven aan Joost van Dijk, waar ik op dat “waken” uitgebreid inga). Hier speelt de verwisseling waken (wet) versus slapen (feitelijk gedrag Hof). • Op de derde volzin in artikel 46d lid 3, heb ik u vorige week gewezen (brief 28 mei 2015, mbt uw griffier): De deken brengt de klacht steeds ter kennis van de raad van discipline indien geen toepassing wordt gegeven aan artikel 45g, eerste lid, en aannemelijk is dat een minnelijke schikking niet kan worden bereikt of indien naar zijn oordeel de inhoud van de klacht een minnelijke schikking ongewenst of onmogelijk maakt. Nu ben ik geen jurist, maar dacht voldoende gezond verstand te hebben om te begrijpen dat: wanneer beklaagde de advocaat van de tegenpartij is, deze zin per definitie van toepassing is. Immers de advocaat van de tegenpartij mag nooit fouten toegeven en daarmee de tegenpartij zelf afvallen, dus in de minne schikken is niet toegestaan. Waarmee elke deken die gestopt is bij artikel 46c lid 3 met lezen en nadenken de fout ingaat, dat zijn er vandaag de dag elf in Nederland. Suggestie: lees die dekens 2
Emile Gemmeke
even de wet voor. Let op: oppassen dat ze niet in dezelfde slaap vallen als waar het Hof last van heeft. Blijven ze daarna nog in de fout gaan, zult u ze toch echt moeten tuchten (net zoals die automobilist die iets te hard rijdt). Gaan ze zelfs daarna door, dan ligt strafrechtelijke aanpak voor de hand: systematisch goede rechtsgang frustreren. Dat is discipline aan brengen! Dat is de taak van de raad van discipline! Ik ga in deze brief niet mijn informatie c.q. betoogd herhalen die de RvD A-L (Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden) in talloze brieven en vormen heeft gekregen. Ook niet mijn brieven aan de Hoge Raad en ons Hofje van Discipline. Ik noem het tegenwoordig Hofje vanwege het kleinzielige gedrag. Wel mag u een mooie selectie inzien op een geheim plekje op internet: www.gemmeke.nl/TR U moet daar vooral niet mijn boekje over Joost van Dijk lezen en de link daarboven aanklikken. Waarom niet? Deze informatie brengt u volgens artikel 162 Sr in een vervelende positie. Ik schat zo in dat hetgeen de wetgever u aldaar gebied, u niet leuk vindt. Relevantie voor de zaak ZWB/OB 256 - 2014, die vandaag om 13:00 gediend heeft, waar ik overigens alle advocaat-leden naar huis heb gestuurd, is dat het onderzoek niet adequaat is uitgevoerd, immers het is geheel niet uitgevoerd. Logisch, u hebt net als het Hofje liggen slapen en gedroomd dat dit u taak niet was. Gelukkig schreef de wetgever dat waken wel voor aan het Hofje en niet aan u. Ik vermoed dat in 1984, de wetgever bij het Hofje een soort ouderlijk toezicht had bedacht: wakkere ouders maken hun kinderen op tijd wakker. De wraking heb ik als bijlage toegevoegd. Ieder normale burger begrijpt dat geen of geen goed onderzoek vrijspraak oplevert. Uw motivatie om goed onderzoek te doen, ja opnieuw, u en niet de deken, zou gelijk moeten zijn aan die het O.M.. Nogmaals, ik herhaal totdat het doordringt, u en niet de deken! Net zoals de badkamer boven moet en de keuken beneden. Het O.M. maakt vaak behoorlijke kosten, daarom worden inbrekers gepakt en de criminaliteit beperkt. Van klager, de heer Ronald Sol, weet ik, dat hij in resort ’s-Hertogenbosch geen vertrouwen meer heeft. Hier speelt, dat u in het verleden bij de zaak persoonlijk betrokken bent geweest, een rol. Mijn eerste contact met Ronald was een email van hem aan mij (do 21-5-2015 10:46), dat was een summiere hulpvraag: “Wellicht kunt u mij van tips voorzien. Ik kan u desgewenst een kopie van mijn laatste schrijven aan de RvD sturen om een beeld van de zaak te vormen.” Ronald heeft een behoorlijk drukke agenda en we hebben nauwelijks kunnen overleggen, vandaar dat ik mij op de hoofdzaak consenteer: • alleen brave advocaten mogen rechter spelen; • iedereen moet acteren zoals de wetgever dat bedacht heeft (procedureel, dus waar moet de keuken?). Het is een strategische keuze van mij, om de wraking van vandaag te beperken tot één punt. Na een afgewezen wraking staat er immers geen nationaal middel meer open en mogen we het Hof in Luxemburg laten lachen. Meer punten vertroebelden zoiets. Ik ga liever wat vaker naar Luxemburg met andere punten, lijkt me immers een mooi land. 3
Emile Gemmeke
De casus (1) Joost van Dijk en Jan Watse Fokkens heb ik met herhaling proberen duidelijk te maken dat wanneer een procedure verprutst is, het verstandiger is om het juridische pad te verlaten. Dit kan nu ook nu spelen, momenteel ken in de inhoud van de zaak onvoldoende, zodra ik daarover een mening heb gevormd, zal ik samen met Ronald Sol conclusies trekken. Wel heb ik gegeven hetgeen ik nu weet een goed idee. Voor juristen een onmogelijke gedachte, maar ik verzeker u, voor iedereen het beste. Dat is altijd mijn streven. Algemeen belang Het is mijn inzicht dat het hoogste tijd wordt dat al die juristen de wet gaan volgen. De badkamer naar boven gaat en de keuken onder komt. Dat is een heel project! Zeker niet eenvoudig, we hebben het immers over een ingesleten proces van dertig jaar (dus al dertig jaar is die keuken boven en de badkamer onder, ondanks een goede bouwtekening). Met de huidige praktijk zet juridisch Nederland zich behoorlijk te kijk. Het vertrouwen daalt en daalt. De bewoners, de Nederlandse samenleving, die met het koken en douchen in aanraking komen merken de ongemakken en worden “het” dan snel behoorlijk “zat”. Ybo Buruma en Alex Brenninkmeijer constateren deze gevoelen, en ook Theo Simons (President Centrale Raad van Beroep) begrijpt dit, zie mijn brief aan de HR (18 mei 2015). Ik herhaal: het vertrouwen daalt en daalt. Zoals u ook terecht geen vertrouwen zou hebben in die aannemer, die uw woning verprutst heeft. Ik heb met herhaling mijn hulp aangeboden aan de Hoge Raad en het Hof(je). Het is hun keuze om mij als medestander of als tegenstander te positioneren. De casus (2) Wordt er niet geschakeld, blijft men zowel in mijn zaak die 19 juni 2015 bij het Hof dient als in deze zaak, vastzitten in de huidige foutieve procesgang, dan zal ik met volle overtuiging mijn energie richten op wat Tijn van Osch als mijn burgerplicht benoemde. In dat geval zult u moeten afwegen wat u doet met het gedaalde vertrouwen van de heer Sol. Waarvan ik de basis nog moet onderzoeken. U kunt wel raden wat er gebeurd wanneer ik goede grond vind (ik ben geen jurist, wel analytisch en vind wat te zoeken valt). Met de huidige informatie stel ik voor: verdere behandeling in een ander ressort. Geografisch ligt Arnhem voor de hand. Misschien is Tijn van Osch zijn wonden nog aan het likken. Ik zal zeer alert zijn, maar Tijn krijgt van mij wel een eerlijke kans. Wanneer Tijn voor de uitdaging gaat om dit als (landelijk) voorbeeld netjes te doen (onder mijn begeleiding), dan is dat prima. Anders Den Haag, dat is ook een leuke stad ;) Met vriendelijke groet,
Emile Gemmeke (digitale versie aan cc-er niet ondertekend) CC: - RvD Arnhem – Leeuwarden; HvD; vaste afnemers, waaronder: - Hoge Raad (dr. Ybo Buruma, mr. Jan Watse Fokkens) Bijlage: wraking 4
Wraking advocaatleden van de zittingscombinatie zitting 1 juni 2015, 13:00 Raad van Discipline ’s Hertogenbosch Klager : Ronald Sol Beklaagde: mw. mr. M. (Mirte) Poort-van der Meeren
Rechtsgrond: • artikel 47 lid 2 van de advocatenwet, stelt dat de artikelen 512 tot en met 519 van het Wetboek van Strafvordering van toepassing zijn op de leden van de zittingscombinatie.
Feiten: • Rechters in Nederland zijn gehouden aan de internationale gedragsregels die in 2002 in het Vredespaleis te Den Haag zijn vastgesteld en bekend zijn als: The Bangalore Principles of Judicial Conduct • Hiervan stellen artikel 4.1 en 4.2 dat rechters moeten accepteren dat hun leven meer beperkingen geeft dan de gewone burger voelt. Populair gesteld: “rechters moeten hele brave burgers zijn”. • Elke ZZP-er die bij de KvK zich inschrijft en voorlichting vraag wordt gewezen op enkele eenvoudige regels in de Nederlandse samenleving: (i) Prijsstelling moet helder zijn voor particulieren. Dit betekent dat aan de klant een prijs c.q. honorarium voor de dienstverlening inclusief alle niet ontkombare (niet optionele) wordt vermeld (artikel 193e lid c BW); (ii) Wanneer de dienst ook via internet wordt aangeboden is is het verplicht op de website het KvK nummer en het BTW nummer van de onderneming te vermelden (artikel 15d BW); • Onderzoek heeft opgeleverd dat geen van de advocaatleden een “brave burgers” is. De gemiddelde ZZP lijkt de wet beter te kennen c.q. te respecteren. Het oordeel over welk werkwoord hier gepast is laat wraker aan de wrakingkamer over. Reden wraking: • De advocaatleden voldoen niet aan het motto dat internationaal is overeenkomen: ”alleen zij die de wet kennen en respecteren, mogen anderen op dit gebied beoordelen”. Ter info: • Hoewel de wet niet voorschrift waar het BTW-nummer of het KvK-nummer te vinden moet zijn, zijn volgens wraker logische plaatsen: (i) Bij de contactgegevens; (ii) In de algemene voorwaarden (iii) onderaan de hoofdpagina of elke pagina • Onderzoek heeft zorgvuldig plaatsgevonden en voor zover van toepassing (dus vindbaar), zijn minimaal deze plaatsen onderzocht.
Wraking alle advocaatleden van de zittingscombinatie 1 juni 2015, 13:00
Pagina 1 van 2
Bewijzen: • Mr. J.J.M. (Joseph) Goumans, advocaat te Maastricht (i) zie algemene voorwaarden artikel 5: De werkzaamheden worden periodiek en overeenkomstig het uurtarief of gemaakte tariefafspraak door de maatschap aan de cliënt in rekening gebracht. Kosten die niet in de tarieven zijn verwerkt, zoals (maar niet beperkt tot) reiskosten, griffierechten, deurwaarderskosten, koerierskosten, kantoorkosten, vertaalkosten en de kosten van in overleg met de cliënt ingeschakelde derden, worden aan de cliënt doorbelast. Voor zover van toepassing wordt de verschuldigde BTW in rekening gebracht. De maatschap is gerechtigd om aan de cliënt een voorschot voor honorarium en kosten in rekening te brengen. De kantoorkosten (vast percentage) moeten in de prijs zijn opgenomen, de BTW mag wel apart vermeld worden, maar moet in het tarief zitten. (ii) Zowel het BTW-nummer als het KvK-nummer zijn niet op de website te vinden. •
Mw mr. J.C. (Joke) van den Dries, advocaat te Goes (i) zie algemene voorwaarde artikel 4.2: Het door Olie & De Jonge Advocaten gedeclareerde honorarium wordt vermeerderd met de kantoorkosten ter grootte van 8% van het honorarium. Over het honorarium en de kantoorkosten wordt btw geheven. De voor of ten behoeve van de cliënt betaalde verschotten zoals griffierecht, reiskosten e.d. worden eveneens aan de cliënt in rekening gebracht. De kantoorkosten (vast percentage) moeten in de prijs zijn opgenomen, de BTW ook. (ii) Zowel het BTW-nummer als het KvK-nummer zijn niet op de website te vinden.
•
Mr. J.F.E. (Hans) Kikken, advocaat te Hoensbroek (i) zie op de website http://www.kikkencs.nl/kosten/ (en algemene voorwaarden artikel 7): Mocht u daarna toch gebruik willen maken van de diensten van KIKKEN C.S. ADVOCATEN dan hanteren we een basistarief dat € 185,-- per uur bedraagt, exclusief BTW en 5% kantoorkosten. (ii) Gelukkig worden in de algemene voorwaarden KvK-nummers vermeldt, echter het BTW nummer is niet te vinden.
•
Mr. L.R.G.M. (Leon) Spronken, advocaat te ’s-Hertogenbosch (i) Algemene voorwaarde artikel 6 lid 1: De vennootschap verricht werkzaamheden voor de opdrachtgever waarvoor de vennootschap een honorarium in rekening brengt. Dit honorarium wordt vermeerderd met 19% BTW en een kantooropslag van 5%. Daarnaast worden eventuele verschotten, zijnde onder meer griffierecht, deurwaarderskosten, procureurssalaris en reis- en verblijfskosten, eveneens bij de opdrachtgever in rekening gebracht. (ii) Gelukkig wordt op de contactpagina het KvK nummer vermeldt, echter het BTW nummer is niet te vinden.
Ter zitting overhandigt en besproken, kopie door de griffier in ontvangst genomen. Ondergetekende,
Voor ontvangst, de griffier:
Emile Gemmeke
_____________________________
BIJLAGEN:
(1) wetteksten (2) De overheid begrijpt het ook: verwijderingsbijdrage is recyclebijdrage (3) Advocaten begrijpen het nog niet:: algemene voorwaarden gewraakten (op internet beschikbaar)
Wraking alle advocaatleden van de zittingscombinatie 1 juni 2015, 13:00
Pagina 2 van 2
Emile Gemmeke De Geerkamp 1014 6545 HB Nijmegen 024-3739514 /
[email protected]
Aan
mw. mr. E. (Emilie) van Empel Bureau der Orde van Advocaten Breda Gerechtsgebouw Sluissingel Postbus 2530 4800 CM Breda Nijmegen, 1 juni 2015
Onderwerp: Uw ref:
Ter informatie … K 12/13 - 031
Geachte mevrouw van Empel, beste Emilie, In toenemende mate merk ik interesse voor mijn inzichten, die ik met u ga delen. Zo had de voorzitter van de Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden mij uitgenodigd en heeft mr. Tijn van Osch op 18 mei 2015 mijn betoog geïnteresseerd aangehoord. Tijn van Osch formuleerde na ons gesprek dat ik het als burgerplicht voel misstanden te melden, dat klopt, ik ben maatschappelijk zeer betrokken. Tijn heeft zich niet uitgelaten over mijn inzichten, dus zich aan discussie onttrokken. Uit dit feit leid ik zowel af dat hij mijn visie ondersteunt, alswel dat hij bij de afweging tussen burgerplicht en loyaliteit beroepsgroep niet de keuze maakt die zijn ambt hem verplicht. Wat betekent dit voor u? Tot mijn spijt moet ik u toevoegen aan mijn lijst van dekens, die de advocatenwet niet begrijpen en daarmee een goede rechtsgang frustreren. Maar ik kan u op twee manieren geruststellen: • dit lijkt een feit te zijn al sinds de voorlaatste grote aanpassing van de advocatenwet in 1984, u bevindt zich in een groot gezelschap (30 jaar). • de Nederlandse crème-de-la-crème, onze eigen Raad van State heeft in 1950 niet begrepen wat het EVRM voor hen inhield. Het EHRM moest met het Procola-arrest in 1995 een hint geven, gelukkig viel toen het kwartje, dat was 45 jaar. Bij de volgende opmerking wil ik alleen refereren hoe men in recht omgaat met persoonlijk verantwoordelijkheid en persoonlijke kennis, dus niet aan de ernst, die deze prosessen nodig maakte. Van de Processen van Neurenberg weet u dat “wir haben es nicht gewußt” niet zomaar een acceptabel excuses is, evenals het verschuilen achter de groep of hogerhand met “befehl ist doch befehl” . Reden om u persoonlijk aan te spreken op fouten die u gemaakt hebt en die u “gelukkig” ook op schrift heeft gesteld, dat maakt de discussie eenvoudig. Hoewel ik enig systematisch falen vermoed, ga ik nu op één geval in. De heer Ronald Sol heeft u in 2012 benaderd met een klacht over de advocate van zijn expartner, dus tegenpartij in een echtscheiding. Ronald heeft recent met mij contact gezocht, omdat hij via internet de indruk had gekregen dat ik hem wel kon helpen, hetgeen ik graag doe. Volgens mij hebt u fout geacteerd en daarop ga ik u aanspreken, nu informatief, informeel.
Emile Gemmeke
Afhankelijk van uw reactie zal de heer Sol onder mijn begeleiding een formele klacht indienen. Volgens mij had u bij het eerste contact met Ronald duidelijk moeten zijn dat “in de minne schikking” per definitie ongewenst was. Immers, zo is mijn gedachte, anders valt beklaagde advocate (Mirte) haar cliënte af en dat mag een advocate nooit doen. Vraag: Kunt u zich vinden in mijn gedachte dat een “in de minne schikking” per definitie ongewenst is? Zo nee, dan verneem ik graag waarom en welke inspanning u gedaan heeft om een “in de minne schikking te bereiken”, zie artikel 46d lid 1: De deken tracht steeds de klachten in der minne te schikken, tenzij deze overeenkomstig artikel 46e onmiddellijk aan de raad van discipline ter kennis wordt gebracht. Ik ga ervan uit dat uw rechtsbegrip wel voor een “ja” op de vraag zorgt. Dan ga ik naar de wet zoals deze in 2012 van toepassing was, artikel 46e lid 2 en daar staat: Indien naar zijn oordeel de inhoud van de klacht een minnelijke schikking ongewenst of onmogelijk maakt, brengt de deken de klacht ambtshalve onmiddellijk ter kennis van de raad van discipline. Ik lees hier een opdracht van de wetgever aan u, die u volledig genegeerd heb. Onmiddellijk is een begrip, en geloof me, ik heb dat bij Neerlandici nagevraagd, dat weinig (tijd)ruimte laat. Ik wil in deze situatie niet van minuten of uren spreken, maar enkele weken is al zeker niet “onmiddellijk”. Dat u dit artikel negeerde is logisch, immers u hebt waarschijnlijk nooit integraal de wet gelezen. U volgende de voorlichting van uw voorganger en het bureau van de Orde. Dus logisch, want de vorige deken deed het ook fout en die heeft het u dus fout geleerd. Ik denk dan: “wat is dat toch met juristen, ze kunnen wel napraten, maar ze moeten onafhankelijk zijn (dat is een kernwaarde) en dus nadenken”. Misschien denkt u, maar ik moet toch onderzoek doen, dat staat toch in 46c lid 2? Zeker dat staat daar. De wetgever had in 1984 verwacht dat dit door juristen begrijpend gelezen zou worden. Dat onderzoek in 46c lid 2 behelst: • Is hier sprake van een tuchtzaak of een civiele zaak? • Indien een civiele zaak, kan ik deze oplossen? Dus uw rol is/was gelijk die agent die bij een burenruzie komt, waar de muziek hard staat. De agent kan bemiddelen, de ene partij gaat het geluid accepteren of de andere gaat dempen. Veelal wordt er gezocht naar een compromis “in de minne schikken”. Zodra bij dit conflict, de burenruzie over geluid, een persoon een mes tussen de ribben krijgt is het verhaal anders. Dan is een “in de minne schikking” echt ongewenst, zelfs al is de familie van de overledene verheugd dat ze van deze persoon af zijn. Dat besef de agent waarschijnlijk binnen 70 milliseconden. Het echte onderzoek naar de tuchtklacht, het denken over “wat willen we weten en beoordelen”, moet door de Raad van Discipline aangestuurd worden. In de nieuwe wet is dat helder geformuleerd, lees artikel 46l maar.
2
Emile Gemmeke
In de wet van 1984 is achteraf veel te veel uitgegaan van bekwame dekens en voorzitters van Raden van Discipline. De wet had enkele hints en natuurlijk was het juridisch logisch dat de structuur van strafrecht en tuchtrecht veel overeenkomsten hebben. Deze hints, die door een bekwaam jurist zeker wel begrepen worden, ga ik u verklappen. 1. Er is in de wet nooit sprake van overdracht van een klacht. Dus van deken naar Raad van Discipline. Overigens ook niet in de nieuwe wet, lees artikel 46e lid 1, waar het griffiegeld wordt genoemd. Steeds staat daar het werkwoord “ter kennis stellen”, ook in de nieuwe wet. Analoog aan het strafrecht, de agent die bij die burenruzie dat lijk met dat mes aantreft, die meldt dit het O.M. (stelt dit ter kennis). Vanaf dat moment is er samenwerking tussen de officier van justitie (beleid, aansturing) en de agent (politie, die veel delen van het onderzoek moet uitvoeren). 2. Artikel 46h lid 3 maakt duidelijk dat er bij de Raad van Discipline een onderzoekstaak ligt, echter op een bijzondere manier: het onderzoek zo logisch is, dat het verder niet vermeld wordt. Dit niet vermelde onderzoek mag in deze situatie nagelaten worden. Jammer, minister Job de Ruiter: “Jij en ik vinden dat super logisch. Echter de tuchtrechtkudde heeft dit dertig jaar niet begrepen.” 3. Artikel 49 lid 4 & 5 spreekt over het oproepen c.q. verhoren van getuigen. Dit is een onmiskenbare onderzoekstaak, die geheel en uitsluitend bij de raad ligt. 4. Artikel 55 lid 1 beschrijft onderzoek door de Raden van Discipline (en nodeloze vertraging). Op 3 september 2014 heeft u een brief aan Ronald geschreven waarin u uw bevindingen formuleert. Daarin staat helder dat op 5 december 2012, dus 21 maanden eerder, Ronald met u contact heeft opgenomen. Wat had er moeten gebeuren, wat had u moeten doen, welk onderzoek? 1. onderzoek soort klacht, in dit geval snel duidelijk: 1. niet met betrekking tot rekeningen of prestaties, dus geen geschillencommissie zaak; 2. advocaat wederpartij, dus geen “in de minne schikking”. Ik zou in u plaats ongeveer 35 milleseconden voor dit verplichte onderzoek nodig hebben gehad en mijn conclusie hebben getrokken. Maar ja, ik ben geen jurist en ook geen agent. 2. dan acteren als gevolg van de conclusie: 1. indien in de minne gewenst en mogelijk: hierop insteken. (dat was niet van toepassing, maar ik werk dit wel kort uit) Ik kan u verzekeren dat elke psycholoog zal vinden dat een klacht-verweerrepliek-dupliek procedure alleen conflict vergrotend werkt, dus te zot voor woorden om dit zo aan te vliegen. Trachten “in de minne te schikken” betekent eerst een beeld op bouwen van de emoties, de feiten van klager en dergelijke en dan bij beklaagde op bezoek gaan. 2. indien “in de minne te schikken”niet mogelijk: als de weerga naar de Raad van Discipline. Sorry, dit is fout, niet “als de weerga”, maar “onmiddellijk”. (dit was dus geheel van toepassing)
3
Emile Gemmeke
Wat is er gebeurd, wat heeft u gedaan? (a) U frustreert Ronald zodanig, dat hij gaat twijfelen of de klacht wel zin heeft. (welk algemeen belang dient u hiermee?); (b) U dreigt Ronald met termijnen die verlopen, termijnen die nergens in de wet staan (waarom?); (c) U maakt een “dekenvisie” die aan het einde een behoorlijk foute opmerking bevat. U suggereert de uitspraak van onafhankelijke rechters te kunnen voorspellen, daarmee legt u op een ongepaste manier de Raad van Discipline woorden in de mond! De gepaste manier staat in artikel 46d lid 4 en past bij hetgeen u daarvoor formuleert. (hoogheidswaanzin?) Dat waren de luchtige fouten, nu de ernstige en verwijtbare: (d) De 35 milliseconden die ik nodig zo hebben om te beseffen dat de klacht onmiddellijk naar de Raad moet, blijken bij u 21 maanden te zijn. Daarbij is dan is de reden van het “ter kennisstellen” een verkeerde. (e) U hebt de functie van de voorzitter van de Raad invulling gegeven, u hebt “onderzoek gedaan”. Nee, geen onderzoek zoals het O.M. doet! U hebt er een woord-en-wederwoord spelletje van gemaakt. Daarmee hebt u onbevoegd het tuchtrecht verkracht tot een variatie op civielrecht. (f) U neemt conclusies terwijl u bewust zou moeten zijn (indien er sprake is van minimale bekwaamheid en behoorlijkheid) dat essentiële informatie ontbrak (geen objectief onderzoek, geen vragen geformuleerd waarop een antwoord moest komen). Resumerend kan ik vaststellen dat Ronald Sol door u jaren aan het lijntje is gehouden, u onbevoegd zaken hebt gedaan die u niet mocht (“onderzoek”), dat ook nog eens onbehoorlijk heeft uitgevoerd en aangetoond heeft dat u (overigens net als al die andere dekens) geen flauw benul had van de wet en de bedoeling van de wetgever. Dat de voorzitter van de Raad van Discipline, mevrouw mr. Ine Gimbrère – Straetmans, dit allemaal onder haar ogen liet gebeuren, beschouw ik als minstens zo ernstig. Het was in 1984 een bewuste keuze van de wetgever objectieve rechters vroeg in het tuchtrecht proces verantwoordelijke te maken. Dat die massaal hebben zitten slapen was echt niet de bedoeling. Maar ja … had ik al niet zoiets over de Raad van State geschreven, die slaapje van 45 jaar? Echter, dit ontslaat u niet van uw eigen verantwoordelijkheid. Daar was ik in deze brief al mee begonnen. Overigens, Ine krijgt vandaag ook een keurige brief (zie digitale bijlage). Burgerplicht & motivatie Slecht recht kost een samenleving heel veel: • Mensen verliezen terecht vertrouwen en kiezen voor eigenrichting, zeker de personen die wel het slecht recht, dus onrecht voelen, maar dat niet kunnen pinpoint-en zoals ik. • Procedures lopen slecht en lokken nieuwe zaken uit of een hoger beroep, daarmee hoge kosten en vele frustraties (maatschappelijke onrust / wantrouwen). Goed recht is beschaving, conflicten worden naar redelijkheid en billijkheid opgelost. De wet is daarbij leidend, vele mensen kunnen dan uitspraken begrijpen en accepteren. 4
Emile Gemmeke
Op 15 mei 2014 was ik uitgenodigd in Den Haag voor een gesprek met Walter Hendriksen en Raffi van den Berg, daar heb ik mijn visie neergezet. Ondertussen is mijn visie duidelijk meer ontwikkeld in termen wat er mis is, waarom het mis gaat en wat er moet gebeuren. Ik heb de dame en heer weten te boeien, de bijeenkomst duurde bijna tweemaal de gereserveerde tijd. Dat er iets moet gebeuren is voor mij heel duidelijk, alleen al in dat kleine deel van het recht, dat familierecht heet, met daarin dat hele kleine hoekje (v)echtscheidingen. Zomaar een analogie Zegt keten-verantwoordelijkheid u iets? Na 24 april 2013 toen in Bangladesh het kledingatelier Rana Plaza instortte kamen er tot in de Tweede Kamer discussies over onze verantwoordelijkheid, diverse kledingfirma’s hadden iets uit te leggen. Wat is u mening over hetgeen ik de hoofdofficier mr. dr. J.R. (Johan) Bac op 26 mei 2015 schreef: Uit mijn boekje “Tuchtrecht in de Advocatuur”, pagina 22: Is 2013 niet het jaar waarin vechtscheidingen in de aandacht zijn gekomen? Het jaar waarin drie vaders hun kinderen meenamen in de dood: • 7 mei, Jeroen Denis pleegt zelfmoord nadat hij zijn zoontjes Ruben en Julian om het leven heeft gebracht. • 8 september, Bernd pleegt zelfmoord nadat hij zijn zoontjes Jasper, Marijn (10) & Seth (2) om het leven heeft gebracht. • 7 november, in Reuver pleegt een man zelfmoord nadat hij zijn dochtertje van 3 om het leven heeft gebracht. Allemaal mannen die de goede kant van het leven niet meer konden zien, na een scheiding waarbij hun ex-partner de kinderen claimde of opstookte tegen de vader. Alleen de top van de ijsberg is boven het water, dus 90% er onder. Het gebeurt veel, te veel. Wie zoomt in op het juridische traject waarin deze vaders terecht waren gekomen?
Dus drie vaders plus zeven kinderen dood na een frustrerende vechtscheiding. (alleen wat in de media komt en zich in één jaar heeft afgespeeld). De Kinderombudsman geeft wel aan dat de scheidingsadvocaten hun focus juist moeten hebben, maar ik merk dat velen dit in de praktijk niet doen. Dit is slechts het gevolg van de belevenis van onrecht in een deel van het familierecht. Zijn er redenen dat in andere rechtsgebieden dit soort gevolgen niet bestaan? Ik geloof dat niet! Ligt het altijd aan de verliezer, dat deze slecht met zijn verlies om kan gaan? Dat geloof ik ook niet. Dus is goed werkend tuchtrecht belangrijk. Net als die borden 120 km/u langs de snelweg en de controle. Denkt u dat beklaagde (Mirte) in de zaak van Ronald Sol heeft nagedacht over de dochter van Ronald en haar cliënte? Riona Sol was ongeveer 9 jaar toen haar ouders uit elkaar gingen, maakte zaken van dichtbij mee. Geeft bovenstaande niet aan, waar de focus moet liggen? Toch bij uw taak in het tuchtrecht: in de minne schikken. Gek veel meer nadruk had de wetgever deze opdracht (opdracht en niets minder!) niet kunnen geven, in artikel 46d en 46e komt de term maar liefs zes keer voor. En dan gedragsregel drie voor de advocatuur, opnieuw: in de minne schikken. 5
Emile Gemmeke
Wanneer in Nederland wordt gesteld dat onze goedkope kleding ten koste gaat van de veiligheid in Bangladesh en firma’s daarop worden aangesproken, mag ik dan juristen aanspreken op de doden eerder genoemd, die vallen door slecht recht? De vele mensen waar het leven geen zin meer voor heeft, nadat ze met uw onrecht in aanraking zijn gekomen. Onrecht uit onkunde, dat had ik al aangetoond. Dus sorry, dit was geen gewone vraag, dit was een retorische vraag. Ik spreek u aan! Volgens mij leven wij momenteel al zeventig jaar in vrijheid en vrede omdat gelukkig mensen als Frans Timmermans “in de minne schikken” begrijpen. Feitelijk: de dialoog blijven proberen totdat dit echt niet mogelijk blijkt. Ik ben zeer gemotiveerd, ik ben ervaringsdeskundige. In mijn scheiding heb ik vanaf dag één ik gepleit voor redelijk overleg, maar een advocate adviseerde mijn ex-partner anders. En het (eenvoudig bewijsbare) resultaat is: • Financieel of goederen: niets mee gewonnen, eerder verloren; • Doorlooptijd scheiding (lees frustraties beide partijen) enorm verhoogd (niet belang van eigen client!); • Kosten scheiding enorm verhoogt, vooral voor mijn ex (weer niet het belang van eigen client!); • Mijn mooie meiden, Maud en Marle, tot aan getraumatiseerd. Maud heeft hulp van een psycholoog nodig gehad; • Kinderen zijn hun ouders “kwijt”, ik heb mijn meiden al 4 jaar niet meer gezien en heb alle redenen om aan te nemen dat het contact met hun moeder ver beneden peil is (welk belang is gediend?); • Kinderen zijn ruim 18.000 euro aan studie bijdrage misgelopen. Kinderen zijn in de strijd ingezet: geronseld (u weet wel dat begrip dat actueel is “IS”) Dus schade, en schade, en nog meer schade aan eigen cliënt. Kom ik op maandag 20 augustus 2012 op gesprek bij Paul Wilmink, u kent Paul van de vele “dekenberaden”, en ik heb het over “in de minne schikken”, dan wordt ik aangekeken alsof ik uit een ander universum komt. Daarna heb ik veel geleerd. Ik ben blij dat ik zeer kritisch ben geweest op de advocaten die ik ooit raadpleegde: • mr. Lianne Keus, toen in dienst bij Hekkelman Nijmegen, geen advocaat geworden, ik gok: te hoge ethiek en te integer. • mr. Jan van Halder, Jan is een zeer integere persoon en weet zich gelukkig staande te houden tussen de velen met minder niveau en (veel) lagere integriteit. (voordat ik Jan trof had ik minstens zes anderen advocaten geprobeerd en “verworpen” vanwege: volledig onbekwaam (dom) of straatvechter) • mr. Joan van Vliet (Jan had aangegeven dat het moeilijk vond mij verder te helpen, hij was het wel met mij eens, maar zag rekeningen te hoog oplopen, dat heb ik gewaardeerd, die openheid: integriteit) Ook Joan is uiterst integer. Ze bestaan dus wel … advocaten die uit de nieuwe wet artikel 10a lid 1 punt d begrijpen. En u? 6
Emile Gemmeke
Denkt u dat beklaagde (Mirte) in de zaak van Ronald ooit het belang van dochter Riona op haar netvlies had? Zou wanneer het misging, zoiets voor Mirte gewoon calculated losses zijn? Ik verwacht dat Mirte gewoon een onbezonnen ambitieus jong ding was toen ze de ex van Ronald bijstond: met waas voor ogen de strijd in. Ze was immers zo’n 27 jaar. Te jong voor keten-verantwoordelijkheid? (de risico’s zijn bekend, ik noemde drie vaders en zeven kinderen). En u? Net als Paul Wilmink? Misschien bent u oma, ik gun u de nachtmerrie van de werkelijke ervaring niet. Maar eens ‘s nachts badend in zweet en gillend wakker worden, omdat u hiervan droomt, kan volgens mij geen kwaad, dat werkt motiverend. Gedeelde smart is halve smart. U mag dit op het komende dekenberaad inbrengen. Paul Wilmink tuchte ik. Omdat Paul Manning, in de uitvoering, net als u de weg kwijt was, las niet alleen de wet niet maar deed ook oliedom. Wijs ik hem daarom laat hij zich onbehouwen uit. Prima, weer een deken die zijn rol niet kent, dus die ga ik tuchten. Natuurlijk de lopen de klacht over Paul W. ingetrokken, maar … die komt er weer terug. Ik heb nog zo’n twee aar de tijd voordat zijn stoute acties volgens de nieuwe wet zijn verjaard. In die twee jaar werkt ik aan een beter setting. Ook kunnen Tonco en Vincent hierover meepraten, die zijn met mijn klachten over vier stoute advocaat-leden op dezelfde wijze aan het dwalen als u (en Paul-kwadraat). Leuk toch, nog eens twee dekens op de nominatie. Voor nu is dat geneuzel met dekens kruimelwerk, ik richt me vooral op de top, zo heeft Joost van Dijk, voorzitter Hof van Discipline, me veel leukere opties gegeven. En de Hoge Raad, och … dat komt goed, daarvoor is uitsluitend wat geduld nodig. Daar beginnen de eerste tekenen van keten-aansprakelijkheid helder te worden. Keten-aansprakelijkheid? Ja want: • een voorzitter van de Raad van Discipline moet een stoute deken tuchten; • doet deze dat niet, dan is deze onbekwaam en daarvoor bestaat artikel 13a ev RO; • dat Jan Watse Fokkens “aansturen”, Procureur-Generaal Hoge Raad (parket). Dus het komt goed, alleen op een juridisch manier. Ik 35 milliseconden, agent 70 milliseconden, u 21 maanden, hoe lang dan de PG-HR? Met vriendelijke groet,
Emile Gemmeke (digitale versie aan cc-er niet ondertekend) CC: - diversen, als bijlage bij brief aan vz RvD Den Bosch Bijlage - alleen digitaal, die brief 7
Emile Gemmeke To: Cc: Subject:
[email protected];
[email protected] [email protected];
[email protected]; Jan de Wit (
[email protected]);
[email protected] Opnieuw herrie in de keuken (of de badkamer / that is the question)
Beste Ybo en Alex, Vertrouwen. Een mooi thema. Moet ik vertrouwen hebben in de rechtspraak? Lees bijlagen eens door, nu niet speeltje “touwtrekking” in Nijmegen, maar in Den Bosch. Dit moet voor u beide erg helder zijn, kan elke hoogopgeleide begrijpen. Mag ik er van uit gaan dat u dit leest? Dan komt de vraag … hoeveel vertrouwen moet ik in u hebben? In de mens Ybo Buruma en in de mens Alex Brenninkmeijer, die zich profileren als voorstanders van goed recht? Wanneer ik dwaal: hoe moeilijk is het dan mij dat uit te leggen? (Jan Watse Fokkens doet dit niet, die laat kosten oplopen, zie mijn brief aan hem van 18 mei 2015. Hij wacht eerst totdat de lawine duidelijk is, om daarna te merken dat hij te laat is en haar over zich heen krijgt). Ik ben een grote jongen, wil graag mijn excuses geven voor mij toonzetting wanneer ik zaken verkeerd zie. Ik wacht op een eerlijk, integer antwoord. Zoals een goed rechter weet, onafhankelijk is van vermeende gevolgen en zuiver op de feiten. Samen kunnen we het roer, op een rustige manier, omgooien en die lawine voorkomen. Wens u geen wijsheid, dat heeft u voldoende, daar vertrouw ik op. Wens u wel sterke & kracht. Met vriendelijke groet, Emile @ Centrale Raad van Beroep: email is voor uw president, die is ook eerder geinformeerd. ---------------------------------------------------Emile Gemmeke de Geerkamp 1014 6545 HB Nijmegen +31 24 3739514 +31 6 29556576 (mob)
1
Bijlage 1 (bij wraking 1 juni 2015)
Relevante wetteksten The Bangalore Principles of Judicial Conduct (The Bangalore Draft Code of Judicial Conduct 2001 adopted by the Judicial Group on Strengthening Judicial Integrity, as revised at the Round Table Meeting of Chief Justices held at the Peace Palace, The Hague, November 25-26, 2002) (bekrachtigt door de Verenigde Naties)
Value 4: PROPRIETY Principle: Propriety, and the appearance of propriety, are essential to the performance of all of the activities of a judge. 4.1 4.2.
A judge shall avoid impropriety and the appearance of impropriety in all of the judge's activities. As a subject of constant public scrutiny, a judge must accept personal restrictions that might be viewed as burdensome by the ordinary citizen and should do so freely and willingly. In particular, a judge shall conduct himself or herself in a way that is consistent with the dignity of the judicial office. Vertaald met Google translate en iets tekstueel aangepast Kernwaarde 4 : FATSOEN Principe: Fatsoen, en de verschijning van fatsoen, zijn essentieel voor de prestaties of het geheel van de activiteiten van een rechter .
4.1 4.2
Een rechter moet ongepastheid vermijden en de schijn van ongepastheid in al zijn activiteiten. Als een onderwerp van voortdurende publieke controle, moet een rechter persoonlijke beperkingen die zouden kunnen worden gezien als belastend voor de gewone burger zo vrij en gewillig accepteren. In het bijzonder, zal een rechter zichzelf gedragen op een manier die in overeenstemming is met de waardigheid van de gerechtelijke kantoor.
Dus: binnen de dagelijkse beroepsuitoefening moet wet worden gerespecteerd. Advocaten blijken (massaal, permanent) op drie punten de wet te overtreden: • heldere prijsstelling BW artikel 193e lid 3 • vermelden KvK nummer BW artikel 15a • vermelden BTW nummer BW artikel 230b lid 4
Bijlage 1 (bij wraking 1 juni 2015)
1
Burgerlijk Wetboek boek 6 artikel 193e In het geval van een uitnodiging tot aankoop is de volgende informatie, voor zover deze niet reeds uit de context blijkt, essentieel als bedoeld in artikel 193d lid 2: a. de voornaamste kenmerken van het product, in de mate waarin dit gezien het medium en het product passend is; b. de identiteit en het geografisch adres van de handelaar, zijn handelsnaam en, in voorkomend geval, de identiteit en het geografisch adres van de handelaar namens wie hij optreedt; c. de prijs, inclusief belastingen, of, als het om een product gaat waarvan de prijs redelijkerwijs niet vooraf kan worden berekend, de manier waarop de prijs wordt berekend en, in voorkomend geval, de extra vracht-, leverings- of portokosten of, indien deze kosten redelijkerwijs niet vooraf kunnen worden berekend, het feit dat deze extra kosten moeten worden betaald; d. de wijze van betaling, levering, uitvoering en het beleid inzake klachtenbehandeling, indien deze afwijken van de vereisten van professionele toewijding; en e. indien er een recht op herroeping of annulering is, het bestaan van dit recht
Burgerlijk Wetboek boek 6 artikel 230b De dienstverrichter die diensten verricht als bedoeld in richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 12 december 2006 betreffende diensten op de interne markt (PbEU L 376), stelt de afnemer van die diensten de volgende gegevens ter beschikking: 1. zijn naam, rechtspositie en rechtsvorm, het geografisch adres waar hij is gevestigd, zijn adresgegevens, zodat de afnemers hem snel kunnen bereiken en rechtstreeks met hem kunnen communiceren, eventueel langs elektronische weg; 2. wanneer de dienstverrichter in een handelsregister of in een vergelijkbaar openbaar register is ingeschreven, de naam van dat register en het nummer waaronder hij is ingeschreven, of gelijkwaardige gegevens uit dat register die ter identificatie dienen; 3. wanneer voor de activiteit een vergunningstelsel geldt, de adresgegevens van de bevoegde instantie of van het centraal loket; 4. wanneer de dienstverrichter een btw-plichtige activiteit uitoefent, het nummer bedoeld in artikel 214, eerste lid, onder a, van Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van de Europese Unie van 28 november 2006 betreffende het Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PbEU L 347); nummer = BTW nummer
Bijlage 1 (bij wraking 1 juni 2015)
2
Burgerlijk Wetboek boek 3 artikel 15a 1. Degene die een dienst van de informatiemaatschappij verleent, maakt de volgende gegevens gemakkelijk, rechtstreeks en permanent toegankelijk voor degenen die gebruik maken van deze dienst, in het bijzonder om informatie te verkrijgen of toegankelijk te maken: a. zijn identiteit en adres van vestiging; b. gegevens die een snel contact en een rechtstreekse en effectieve communicatie met hem mogelijk maken, met inbegrip van zijn elektronische postadres; c. voor zover hij in een handelsregister of een vergelijkbaar openbaar register is ingeschreven: het register waar hij is ingeschreven en zijn inschrijvingsnummer, of een vergelijkbaar middel ter identificatie in dat register; een dienst van de informatiemaatschappij = onder meer een website, email zijn inschrijvingsnummer = het KvK nummer
In overeenstemming met EU richtlijnen: eerlijke en heldere voorlichting. Dus niet de, mogelijk laaggeschoolde, klant laten rekenen. Fout is een advocaat die schrijft: Als u denkt dat u een juridisch probleem hebt, wilt u zo snel mogelijk weten of dat ook zo is en waar u aan toe bent, ook financieel. Een eerste oriënterend gesprek van maximaal 20 minuten wordt niet in rekening gebracht indien de zaak geen doorgang vindt. Mocht u daarna toch gebruik willen maken van de diensten van KIKKEN C.S. ADVOCATEN dan hanteren we een basistarief dat € 185,-- per uur bedraagt, exclusief BTW en 5% kantoorkosten. Ten eerste is in deze formulering onduidelijk of over de 5% kantoorkosten ook BTW geheven wordt, immers dan wordt 5% bijna 6%. De twee opties zijn: (a) uurbedrag = 185 + 185 * 0,05 + 185 * 0,19 = 229,40 (b) uurbedrag = 185 + 185 * 0,05 * 0,19 = 231,16 Waarschijnlijk is het hoogste bedrag hetgeen gedeclareerd gaat worden. Binnen de EU wordt een degelijke aanbieding van dienst gezien als oneerlijke handelspartijken. Daar mogen rechters zich niet aan schuldig maken.
Bijlage 1 (bij wraking 1 juni 2015)
3
Moet ik een verwijderingsbijdrage betalen voor lampen en elektrische apparaten? | Vraag en ant...
Home
Alle onderwerpen
Afval
Vraag en antwoord
Afval [/onderwe rpen/afva l]
Page 1 of 2
Bijlage 2 De overheid begrijpt eerlijke prijsstelling
Moet ik een verwijderingsbijdrage betalen voor lampen en elektrische apparaten? Nee, als consument betaalt u sinds 2013 geen verwijderingsbijdrage meer. Wel betaalt u een recyclingbijdrage. Deze bijdrage zit bij de prijs inbegrepen.
Wanneer betaal ik een recyclingbijdrage? U betaalt een recyclingbijdrage als u energiezuinige lampen en elektrische apparaten koopt. Denk aan een tv, koelkast, wasmachine, spaarlamp of een magnetron. De recyclingbijdrage is bedoeld om de kosten voor inzameling en recycling (hergebruik)[/onderwerpen/afval/afvalbeleid-van-afval-naar-grondstof] van deze lampen en apparaten te betalen.
Verschil recyclingbijdrage en verwijderingsbijdrage De recyclingbijdrage is al in de prijs verrekend. De bijdrage komt dus niet bovenop de aankoopprijs. Ook staat het bedrag niet apart vermeld op de bon of factuur. Bij de verwijderingsbijdrage was dat wel zo. De bijdrage stond apart op de bon of factuur. Dit mag nu niet meer.
Afvalbeleid: Van Afval Naar Grondstof [/onderwerpen/afval/afvalbeleid-van-afv al-naar-grondstof]
Huishoudelijk afval scheiden en recyclen [/onderwerpen/afval/huishoudelijk-afval]
Afval buitenshuis scheiden en recyclen [/onderwerpen/afval/afval-buitenshuis-s cheiden-en-recyclen]
http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/afval/vraag-en-antwoord/moet-ik-een-verwijderingsbij... Page 1 of 2
Algemene voorwaarden Mr. J.J.M. (Joseph) Goumans
Olie & De Jonge – Algemene voorwaarden
Page 1 of 3
Algemene voorwaarden Mw mr. J.C. (Joke) van den Dries
• Home • Advocaten ◦ Mr. D.J. (Dick) Olie ◦ Mr. J.M. (Jaap) de Jonge ◦ Mr. J.C. (Joke) van den Dries ◦ Mr. C.T.E. (Tjalling) Nuis ◦ Mr. D.A.H. (Dirk) Veldhof ◦ Mr. C.C. (Caroline) Janssen ◦ Mr. C.M. (Cindy) Koole ◦ Mr. F.S. (Fleur) Alting-Landa ◦ Mr. dr. J.P. (Jeroen) Quist • Specialisaties ◦ Aansprakelijkheidsrecht ◦ Agrarisch recht ◦ Arbeidsrecht ◦ Bouwrecht ◦ Burenrecht ◦ Contractenrecht ◦ Faillissementsrecht ◦ Familierecht ◦ Huurrecht ◦ Jeugdrecht ◦ Letselschade ◦ Onroerende zaken ◦ Psychiatrie (Bopz zaken) ◦ Strafrecht ◦ Verzekeringsrecht • Secretariaat • Kosten & voorwaarden • Actueel • Contact ◦ Routebeschrijving
Algemene voorwaarden
Home / Algemene voorwaarden/
Algemene voorwaarden Olie & De Jonge Advocaten 1.Toepasselijkheid 1.1 Olie & De Jonge Advocaten is een maatschap van natuurlijke personen en een rechtspersoon. 1.2 Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op alle opdrachten die aan Olie & De Jonge Advocaten worden verstrekt, daaronder begrepen iedere vervolgopdracht of gewijzigde of aanvullende opdracht. 1.3 Deze voorwaarden gelden mede ten behoeve van ieder die bij Olie & De Jonge Advocaten werkzaam is (als partner in de maatschap of in dienstverband), ieder die door Olie & De Jonge Advocaten wordt ingeschakeld en ieder voor wiens handelen
http://www.oliedejonge.nl/index.php/kosten-voorwaarden/
Page 1 of 3
Olie & De Jonge – Algemene voorwaarden
Page 2 of 3
of nalaten Olie & De Jonge Advocaten aansprakelijk is of kan zijn. 1.4 De toepasselijkheid van enige andere algemene voorwaarden wordt hierbij uitdrukkelijk uitgesloten. 1.5 Deze voorwaarden laten onverlet dat Olie & De Jonge Advocaten met de opdrachtgever (hierna: cliënt) in voorkomend geval afwijkende afspraken kan maken. Dergelijke afspraken zijn slechts geldig indien en voor zover zij door Olie & De Jonge Advocaten schriftelijk zijn bevestigd. 2. De opdracht 2.1 Alle opdrachten aan Olie & De Jonge Advocaten worden, met terzijdestelling van de artikelen 7:404 en 7:407 lid 2 BW, uitsluitend opgedragen aan, aanvaard en uitgevoerd door of namens de maatschap. De maatschap kan besluiten de opdracht uit te laten voeren door één van haar medewerkers. Medewerkers kunnen de opdracht aan andere medewerkers doorgeven. 2.2 Indien nodig, zal Olie & De Jonge Advocaten bij de uitvoering van een opdracht derden inschakelen die niet of indirect aan het kantoor zijn verbonden en zonder voorafgaand overleg met de cliënt (mede) namens deze eventuele beperkingen van aansprakelijkheid van derden aanvaarden. Olie & De Jonge Advocaten zal daarbij de nodige zorgvuldigheid betrachten, maar is niet aansprakelijk voor tekortkomingen van derden, behoudens opzet of grove schuld door Olie & De Jonge Advocaten. 2.3 Tezamen met de opdrachtbevestiging, daaronder begrepen iedere vervolgopdracht of gewijzigde of aanvullende opdracht, vormen deze voorwaarden de volledige overeenkomst tussen Olie & De Jonge Advocaten en de cliënt. Eventuele voorafgaande overeenkomsten, regelingen, afspraken of verklaringen komen hiermee te vervallen. 3. Totstandkoming en beëindiging van de opdracht 3.1 De opdracht van de cliënt aan Olie & De Jonge Advocaten kan mondeling en schriftelijk worden gegeven. Alle werkzaamheden van Olie & De Jonge Advocaten worden geacht te zijn verricht vanuit het kantoor aan de Frans den Hollanderlaan 25 te Goes. 3.2 Het staat Olie & De Jonge Advocaten vrij de opdracht te aanvaarden of te weigeren. Het staat Olie & De Jonge Advocaten steeds vrij nadere voorwaarden te stellen. Daartoe kan onder meer behoren de voorwaarde dat de cliënt aanvullende informatie dient te verschaffen, stukken dient over te leggen of een voorschot aan Olie & De Jonge Advocaten dient te voldoen. 3.3 Indien Olie & De Jonge Advocaten zulks noodzakelijk oordeelt, staat het haar vrij de opdracht tussentijds neer te leggen. 4. Honorering en betaling 4.1 Tenzij schriftelijk anders is overeengekomen, wordt het door Olie & De Jonge Advocaten aan de cliënt in rekening te brengen honorarium vastgesteld aan de hand van het basisuurtarief vermenigvuldigd met het aantal aan de zaak bestede uren. De hoogte van dit tarief wordt voor of bij het aanvaarden van de opdracht aan de cliënt medegedeeld. Het basisuurtarief kan eenmaal per jaar worden aangepast. Indien de wijziging een verhoging inhoudt van meer dan 10%, of indien een verhoging plaatsvindt binnen drie maanden na het tot stand komen van de opdracht tussen Olie & De Jonge Advocaten enerzijds en de cliënt anderzijds, heeft de cliënt het recht de overeenkomst te ontbinden. Het recht tot ontbinding vervalt op de vijftiende dag na de declaratiedatum van de eerste declaratie, die aan de cliënt is toegezonden na de verhoging van het basisuurtarief. 4.2 Het door Olie & De Jonge Advocaten gedeclareerde honorarium wordt vermeerderd met de kantoorkosten ter grootte van 8% van het honorarium. Over het honorarium en de kantoorkosten wordt btw geheven. De voor of ten behoeve van de cliënt betaalde verschotten zoals griffierecht, reiskosten e.d. worden eveneens aan de cliënt in rekening gebracht. 4.3 Het honorarium en de verschotten worden in beginsel per maand in rekening gebracht. Declaraties dienen binnen vijftien dagen te worden voldaan, bij gebreke waarvan de cliënt zonder ingebrekestelling in verzuim verkeert en wettelijke (handels) rente en buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd is. 4.4 Olie & De Jonge Advocaten heeft het recht de werkzaamheden op te schorten indien tijdige betaling van een declaratie achterwege blijft. Olie & De Jonge Advocaten is niet aansprakelijk voor schade die ontstaat als gevolg van opschorting van de werkzaamheden. De cliënt kan geen beroep doen op opschorting of verrekening. 4.5 De in artikel 4.1 tot en met 4.4 genoemde bepalingen gelden niet indien Olie & De Jonge Advocaten voor de cliënt optreedt krachtens (definitieve) toevoeging (dat wil zeggen de door de overheid gefinancierde rechtshulp). Indien een
http://www.oliedejonge.nl/index.php/kosten-voorwaarden/
Page 2 of 3
Olie & De Jonge – Algemene voorwaarden
Page 3 of 3
toevoeging is verleend, is de Wet op de rechtsbijstand van toepassing. Deze wet voorziet in de regelgeving met betrekking tot honorering en betaling. 5. Derdengelden 5.1 Gelden die Olie & De Jonge Advocaten ten behoeve van de cliënt ontvangt, worden gestort op de bankrekening van de Stichting Derdengelden Olie & De Jonge Advocaten bij de Rabobank op rekeningnummer NL44 RABO 0380 5041 70. 5.2 Olie & De Jonge Advocaten vergoedt over derdengelden geen rente. De eventueel gekweekte rente dient ter compensatie van de kosten van administratie en beheer van de derdengelden. 6. Archivering Olie & De Jonge Advocaten archiveert het dossier van de cliënt gedurende vijf jaar na beëindiging van de opdracht. Na afloop van deze termijn wordt het dossier vernietigd onder toepassing van de noodzakelijke geheimhouding. 7. Aansprakelijkheid 7.1 Olie & De Jonge Advocaten heeft een beroepsaansprakelijkheidsverzekering afgesloten die voldoet aan de eisen gesteld in de Verordening op de administratie en de financiële integriteit van de Nederlandse Orde van Advocaten. 7.2 De aansprakelijkheid van Olie & De Jonge Advocaten alsook van de in dienst van Olie & De Jonge Advocaten zijnde medewerk(st)ers is beperkt tot het bedrag dat ingevolge de beroepsaansprakelijkheidsverzekering in een voorkomend geval wordt uitbetaald, vermeerderd met het bedrag van het eigen risico dat volgens de polisvoorwaarden voor rekening van Olie & De Jonge Advocaten komt. 7.3 Indien en voor zover om welke reden dan ook geen uitkering plaatsvindt krachtens de in artikelen 7.1 en 7.2 bedoelde verzekering, is de aansprakelijkheid in alle gevallen beperkt tot het beloop van het totaal van de betaalde declaraties in de desbetreffende zaak en met een maximum van € 15.000,00. 7.4 De in de artikelen 7.2 en 7.3 opgenomen aansprakelijkheidsbeperkingen gelden evenzeer voor het geval waarin Olie & De Jonge Advocaten aansprakelijk is voor het niet deugdelijk functioneren van door Olie & De Jonge Advocaten bij de uitvoering van de overeenkomst gebruikte personen, apparatuur, software, gegevensbestanden of andere zaken. 7.5 Het in artikel 7.1 tot en met 7.4 bepaalde is tevens van toepassing indien een medewerker van Olie & De Jonge Advocaten optreedt in een andere hoedanigheid zoals die van curator, bewindvoerder, interim jurist, arbiter e.d. 8. Toepasselijk recht Op de rechtsverhouding tussen Olie & De Jonge Advocaten en de cliënt is Nederlands recht van toepassing. Eventuele geschillen zullen worden beslecht door de bevoegde Nederlandse rechter. Goes, 18 maart 2015. Frans den Hollanderlaan 25 4461 HL Goes Postbus 342 4460 AS Goes T 0113 - 22 11 00 F 0113 - 22 11 20 E
[email protected]
2014 | Wigman van Dijk
http://www.oliedejonge.nl/index.php/kosten-voorwaarden/
Page 3 of 3
Algemene voorwaarden Mr. J.F.E. (Hans) Kikken
Algemene voorwaarden KIKKEN C.S. ADVOCATEN is een samenwerkingsverband van de maatschap Kikken Advocaten (Mrs. J.F.E. Kikken en Mr. J.H. Smeets KvK 14113673)en de eenmanspraktijk van Mr. G.J. Bordes (KvK 59249994), die ieder voor eigen rekening en risico de rechtspraktijk uitoefenen. De algemene voorwaarden zien mede op alle medewerkers van het kantoor.
1. De algemene voorwaarden zijn van toepassing op alle rechtsverhoudingen tussen de maatschap, resp. Mr. Bordes en de opdrachtgever. Uitgezonderd zijn wijzigingen die door beide partijen schriftelijk worden vastgelegd. 2. Alle opdrachten worden aanvaard en uitgevoerd door de maatschap resp. Mr. Bordes met terzijdestelling van art. 7:404 BW en art. 7:407, lid 2 BW. Een opdracht bestaat pas dan, wanneer die door de maatschap resp. Mr. Bordes is aanvaard. 3. De maatschap resp. Mr. Bordes zullen een overeenkomst naar beste kunnen uitvoeren, volgens de regels die gelden voor de beroepsuitoefening van advocaten. 4. Een opdracht kan uitsluitend worden aanvaard door een advocaat die werkzaam is voor de maatschap resp. door Mr. Bordes. De uitvoering van werkzaamheden in het kader van een opdracht geschiedt uitsluitend ten behoeve van een opdrachtgever. Derden kunnen hieraan geen rechten ontlenen. 5. De maatschap resp. Mr. Bordes aanvaarden geen aansprakelijkheid, behoudens het geval dat de verplicht afgesloten beroepsaansprakelijkheidsverzekering aanspraak geeft op een uitkering, vermeerderd met het eigen risico. Indien en in zoverre geen uitkering mocht plaatsvinden krachtens genoemde verzekering is de aansprakelijkheid in ieder geval beperkt tot het in het kader van de opdracht in rekening gebrachte honorarium, voor zover betaald. 6. De maatschap resp. Mr. Bordes zijn niet aansprakelijk voor eventuele tekortkomingen van derden, die voor het uitvoeren van de opdracht worden ingeschakeld. 7. Voor de uitvoering van een opdracht is de opdrachtgever het honorarium verschuldigd, vermeerderd met BTW, verschotten en kantoorkosten. De maatschap resp. Mr. Bordes zijn gerechtigd betaling van een voorschot te vragen. 8. Indien de werkzaamheden op basis van gesubsidieerde rechtsbijstand worden verricht dan dient de opdrachtgever de eigen bijdrage te voldoen voor dat met de uitvoering van de opdracht kan worden begonnen. 9. Tenzij anders overeengekomen is het honorarium gebaseerd op een vast tarief dat jaarlijks per 1 januari wordt vastgesteld en aangepast, ook voor lopende opdrachten. Het honorarium is niet afhankelijk van de uitkomst van de opdracht. 10. Betalingen dienen te geschieden binnen 14 dagen na factuurdatum zonder aftrek, korting of schuldverrekening.
Spronken & Co Advocaten
Het kantoor
Algemene voorwaarden Mr. L.R.G.M. (Leon) Spronken
Page 1 of 3
Algemene Voorwaarden
Over Spronken & Co Mission statement Tarieven
ALGEMENE VOORWAARDEN VAN SPRONKEN & CO ADVOCATEN
Algemene voorwaarden Geschillen
TE ’S-HERTOGENBOSCH Artikel 1 De vennootschap 1. De besloten vennootschap Spronken & Co Advocaten B.V. is een vennootschap naar Nederlands Recht, die zich ten doel stelt het uitoefenen van de rechtspraktijk. De vennootschap is statutair gevestigd te ‘s-Hertogenbosch.
Artikel 2 De toepasselijkheid van de algemene voorwaarden 1. Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op alle tussen de opdrachtgever en de vennootschap gesloten overeenkomsten en gelden tevens voor eventuele uit de opdracht voortvloeiende aanvullende- en/of vervolgopdrachten. Algemene voorwaarden van onze opdrachtgever worden uitdrukkelijk niet aanvaard. 2. Deze algemene voorwaarden zijn niet slechts bedongen ten behoeve van de vennootschap, doch tevens voor alle natuurlijke- en rechtspersonen die direct of indirect en op welke wijze dan ook zijn betrokken bij de door de vennootschap te verrichten dienstverlening. Daaronder worden nadrukkelijk tevens verstaan vennoten, werknemers en medewerkers die niet meer voor de vennootschap werkzaam zijn alsmede hun erfgenamen.
Artikel 3 De opdracht 1. Opdrachten worden geacht te zijn gegeven aan de vennootschap en worden uitsluitend geacht aanvaard te zijn door de vennootschap, ook indien het de uitdrukkelijke danwel stilzwijgende bedoeling van de opdrachtgever is de opdracht door één of meerdere bepaalde personen te laten uitvoeren. De vennootschap bepaalt welke persoon cq personen de opdracht uitvoert. De werking van de artikelen 7:404 en 7:407 lid 2 en 7:409 BW wordt nadrukkelijk uitgesloten. 2. De vennootschap zal, alvorens één of meerdere personen bij de opdracht te betrekken, welke niet, direct of indirect, aan de vennootschap is danwel zijn verbonden, daarover in overleg treden met de opdrachtgever. Indien dit overleg ertoe leidt dat niet aan de vennootschap verbonden personen bij de opdracht worden betrokken, zal iedere aansprakelijkheid voor fouten, gemaakt door deze niet aan de vennootschap verbonden personen, integraal zijn uitgesloten. 3. Bij een verschil van inzicht over de wijze van uitvoering van de opdracht heeft de vennootschap het recht de opdracht per direct op te zeggen waarbij de opdrachtgever gehouden is de tot dan gemaakte uren en kosten waaronder verschotten per omgaande en zonder opschorting of verrekening te voldoen. De vennootschap zal alsdan haar medewerking verlenen aan de overdracht van de opdracht aan een andere advocaat. 4. Het bovenstaande geldt ook bij de opzegging van de opdracht door de opdrachtgever.
Artikel 4 De uitvoering 1. De overeenkomst gesloten tussen de opdrachtgever en de vennootschap wordt uitsluitend uitgevoerd ten behoeve van de opdrachtgever. Derden kunnen aan de werkzaamheden van de vennootschap geen rechten ontlenen. De opdrachtgever dient de vennootschap te vrijwaren tegen eventuele vorderingen van derden die stellen schade te hebben geleden, direct of indirect, door de werkzaamheden die de vennootschap ten behoeve van de opdrachtgever heeft verricht. 2. Bij de uitvoering van de opdracht neemt de vennootschap de terzake geldende regelgeving in acht. Daaronder worden in ieder geval begrepen Advocatenwet en de Gedragsregels voor advocaten en de verordeningen en richtlijnen van de Nederlandse Orde van Advocaten.
http://www.spronkenadvocaten.nl/kantoor/avw.php
Page 1 of 3
Spronken & Co Advocaten
Page 2 of 3 3. De vennootschap zal zich naar de norm van een redelijk en bekwaam handelend vakgenoot inspannen om het door de opdrachtgever beoogde resultaat te behalen. Evenwel wordt nadrukkelijk niet gegarandeerd dat dit beoogde resultaat ook wordt bereikt.
Artikel 5 1. Overeengekomen tarieven gelden, behoudens uitdrukkelijk schriftelijk anders overeengekomen, tot het einde van het kalenderjaar waarin de opdracht door de vennootschap werd aanvaard en kunnen jaarlijks door de vennootschap worden aangepast.
Artikel 6 Honorarium en verschotten 1. De vennootschap verricht werkzaamheden voor de opdrachtgever waarvoor de vennootschap een honorarium in rekening brengt. Dit honorarium wordt vermeerderd met 19% BTW en een kantooropslag van 5%. Daarnaast worden eventuele verschotten, zijnde onder meer griffierecht, deurwaarderskosten, procureurssalaris en reis- en verblijfskosten, eveneens bij de opdrachtgever in rekening gebracht. 2. Tenzij schriftelijk anders is overeengekomen, wordt een honorarium berekend conform het in de opdrachtbevestiging vermelde uurtarief, dan wel het uurtarief vermeld op de website www.spronkenadvocaten.nl . Bij verschil van mening over de hoogte van het uurtarief beslist de vennootschap bindend. 3. De vennootschap is bevoegd het overeengekomen uurtarief ieder jaar op 1 januari aan te passen, welke aanpassing ten minste 5 % mag bedragen. 4. Honorarium en verschotten mogen en zullen tussentijds en bij voorkeur maandelijks in rekening gebracht worden. Door de opdrachtgever betaalde voorschotten worden verrekend bij tussentijdse- en einddeclaraties.
Artikel 7 De betaling 1. Declaraties van de vennootschap dienen te worden voldaan binnen veertien dagen na factuurdatum. De opdrachtgever heeft nadrukkelijk geen bevoegdheid tot verrekening of opschorting van de betaling. 2. De vennootschap is bevoegd haar declaraties te verrekenen met de voor de opdrachtgever ontvangen gelden, ook als deze ontvangen worden door de Stichting Derdengelden SCA. De opdrachtgever machtigt de vennootschap daartoe uitdrukkelijk. 3. Bij niet tijdige betaling heeft de vennootschap het recht de uitvoering van de opdracht op te schorten, zonder aansprakelijk te zijn voor de gevolgen van de opschorting. 4. Bij niet tijdige betaling is de opdrachtgever van rechtswege in verzuim en zal tevens, aldus vanaf veertien dagen na factuurdatum, de wettelijke (handels)rente, verschuldigd zijn. 5. Indien ook na aanmaning betaling uitblijft, zal de vennootschap gerechtigd zijn tevens kosten van invordering, zowel in- als buiten rechte, in rekening te brengen, welke tenminste zullen bedragen 10 % van de verschuldigde hoofdsom. Voorts is opdrachtgever verplicht de werkelijk gemaakte advocaatkosten bij een procedure te vergoeden als deze de toe te wijzen proceskostenveroordelingen overschrijden.
Artikel 8 Beperking aansprakelijkheid 1. Indien zich bij de uitvoering van de opdracht een gebeurtenis voordoet, welke aansprakelijkheid van de vennootschap met zich meebrengt, zal deze aansprakelijkheid beperkt zijn tot het bedrag dat in het betreffende geval door de door de vennootschap afgesloten beroepsaansprakelijkheidsverzekering wordt uitbetaald, vermeerderd met het terzake geldende eigen risico van de vennootschap. 2. Voor zover sprake is van aansprakelijkheid voor enige gebeurtenis, welke om welke reden dan ook niet gedekt wordt door de door de vennootschap afgesloten beroepsaansprakelijkheidsverzekering, wordt de aansprakelijkheid van de vennootschap beperkt tot een bedrag gelijk aan het tot aan het moment van de gebeurtenis aan de opdrachtgever gefactureerde en door de opdrachtgever betaalde bedrag, met een maximum van € 30.000,- (dertigduizend euro). 3. Indien een door de vennootschap ingeschakelde derde haar aansprakelijkheid beperkt, op welke wijze dan ook, zal de vennootschap bevoegd zijn deze aansprakelijkheidsbeperking namens de opdrachtgever te aanvaarden zonder vooroverleg met de opdrachtgever.
http://www.spronkenadvocaten.nl/kantoor/avw.php
Page 2 of 3
Spronken & Co Advocaten
Page 3 of 3 Artikel 9 Beëindiging van de overeenkomst 1. Nadat de vennootschap de werkzaamheden voor de opdrachtnemer heeft beëindigd, wordt het dossier gesloten. Indien schriftelijk niet anders wordt overeengekomen, zal het dossier worden gearchiveerd. Het dossier kan door de opdrachtgever worden opgevraagd gedurende vijf jaar na beëindiging van de werkzaamheden, waarbij de opdrachtgever verplicht is de daaraan verbonden kosten te vergoeden. Na verloop van deze vijf jaar is de vennootschap bevoegd het dossier te vernietigen.
Artikel 10 Conversie 1. Indien een van de bepalingen van deze algemene voorwaarden niet of niet meer voldoet aan de (alsdan) vigerende wet- en regelgeving wordt deze bepaling (geacht te zijn) aangepast zodanig dat deze bepaling wel voldoet aan de (alsdan) vigerende weten regelgeving.
Ook interessant: Advocaten Advocatenorde Routebeschrijving
Artikel 11 Toepasselijk recht en relatieve competentie 1. Op alle tussen de vennootschap en de opdrachtgever gesloten overeenkomsten is Nederlands recht van toepassing. Bij geschillen tussen de vennootschap en de opdrachtgever, is uitsluitend de rechtbank te ’s-Hertogenbosch bevoegd daarvan kennis te nemen, dan wel ter uitsluitende keuze van de vennootschap de rechtbank die volgende de vigerende competentieregels bevoegd is.
Spronken & Co Advocaten
St. Josephstraat 17, 5211 NH ‘s-Hertogenbosch
tel: 073 613 7917
http://www.spronkenadvocaten.nl/kantoor/avw.php
fax: 073 614 0017
[email protected]
www.spronkenadvocaten.nl
Page 3 of 3