De brief van Paulus aan de
Romeinen
De brief van Paulus aan de Romeinen
INHOUDSOPGAVE
INHOUDSOPGAVE
2
INLEIDING
3
1. ROMEINEN IN OVERZICHT
4
OVERZICHTSTABEL VAN PAULUS’ BRIEF AAN DE ROMEINEN SCHEMA PAULUS’ BRIEF AAN DE ROMEINEN
5 6
2. ROMEINEN IN DETAIL
7
TABEL KRINGGEDEELTES 2.1 SUGGESTIES VOOR EEN KRINGAVOND Romeinen 1 Romeinen 4 Romeinen 6
7 8 8 9 11
BIJLAGE 1 – TIEN EENVOUDIGE BIJBELSTUDIEMETHODES
12
1. DE VIJF-STAPPEN-METHODE VOOR BIJBELSTUDIE 2. PARAFRASEREN EN KOPIËREN 3. ACTIEF-LEZEN-METHODE 4. DE INDUCTIEVE METHODE 5. DE ÉÉN-VRAAG METHODE 6. STUDIEVRAGEN 7. VRAGEN STELLEN AAN DE TEKST 8. DOELANALYSE 9. VERS-VOOR-VERS ANALYSE 10. ZWEEDSE METHODE
12 12 12 13 13 13 14 14 14 15
BIJLAGE 2 – WERKPLAN VOOR EEN KRINGAVOND
16
BRONNEN
18
AANBEVOLEN LITERATUUR
18
2
De brief van Paulus aan de Romeinen
INLEIDING Voor je ligt een handleiding voor de bestudering in kringverband van de brief van Paulus aan de Romeinen. De laatste jaren is het op de (ouderejaars)kringen binnen NSA steeds normaler geworden om hele Bijbelboeken te behandelen i.p.v thematische studies. Deze lijn willen we graag doortrekken. Het bestuderen van hele Bijbelboeken ontmoedigt fragmentarisch Bijbellezen en geeft de kans om een tijdlang diepte te zoeken in een gedeelte wat geschreven is aan een gemeente in specifieke situatie en cultuur. Nu zijn er veel dingen waar de nadruk op kan liggen als jullie als kringleiders hulp krijgen bij jullie mooie taak. We hebben in het afgelopen NSV-kringleidersweekend ons primair op twee zaken gericht die we graag terug zouden zien op de kringen binnen NSA. 1) We willen de Bijbel graag centraal stellen op de kringen. De kring is niet alleen een plek om ieders mening uit te wisselen, maar vooral ook een plaats waar ruimte wordt gecreëerd om naar Gods woorden te luisteren. Om jullie als kringleiders te helpen dit te doen willen we - net als voorgaande jaren – aandacht besteden aan de inductieve bijbelstudie-methode. Deze methode wordt gekenmerkt door drie fasen: observatie, interpretatie en toepassing. Er zijn natuurlijk meerdere methoden die kringleiders kunnen helpen de Bijbel centraal te stellen op de kring, enkelen daarvan worden ook genoemd in een bijlage bij deze handleiding. Alle methodes die helpen om zorgvuldig met elkaar te luisteren naar de Bijbel en niet ‘door te rennen naar een toepassing’ of ‘te blijven hangen in een enkele moeilijke vraag’ zijn welkom! We gaan alleen vaak uit van de inductieve methode om daar ook echt aandacht aan te kunnen geven in de toerusting.1 2) We willen met elkaar oefenen in het intentioneel leiden van een kring. Andere woorden voor intentie zijn oogmerk of bedoeling. Een kring leiden is niet zomaar in het wilde weg wat dingen droppen of mensen aan het woord laten: als kringleider dien je de kringleden als je bidt en zoekt in de voorbereiding. ‘Wat wil ik vanavond in ieder geval voor het voetlicht laten komen? Wat is de kern van het bijbelgedeelte wat we gaan bespreken? Hoe komt dat terug in de vragen?’ Natuurlijk zijn er grenzen aan het intentioneel zijn. Het is niet ons doel om mensen te laten leiden met een rigide plan waar geen ruimte is voor afwijking. Toch is onze overtuiging dat het goed is elkaar als kringleiders aan te moedigen in het bewust voorbereiden en leiden van een kring.2 Hoe zit deze handleiding in elkaar? In het eerste hoofdstuk zijn algemene hulpmiddelen opgenomen die kringleider en kringleden kunnen helpen om je een beeld te vormen van de brief in zijn geheel en van afzonderlijke hoofdstukken. Deze hulpmiddelen zijn handig om te gebruiken in de periode van de start van het kringseizoen. Het tweede hoofdstuk geeft een indeling van de brief in gedeeltes per kringavond. Daarnaast staan er in dit hoofdstuk drie ‘suggesties voor kringvoorbereiding’. Dit is om een idee mee te geven hoe je de voorbereiding van zo’n Bijbelgedeelte voor de kringavond kunt aanpakken. We hopen dat je zo wat meer kunt voorstellen bij dingen die je gehoord of gelezen hebt over ‘intentioneel leiden’ of de inductieve methode en dat het je eigen creativiteit prikkelt. Tot slot zijn er nog twee bijlagen toegevoegd. In de eerste staan tien eenvoudige methodes die je kunt gebruiken voor Bijbelstudie, zodat je mogelijk wat kunt afwisselen op de kring. De tweede bijlage is een ‘werkplan voor de kringavond’ wat je kan helpen je kring stapsgewijs voor te bereiden. Nog een belangrijk punt tot slot: dit document is slechts een door ondergetekenden samengestelde handleiding. Het is geen voorgekauwd materiaal maar veronderstelt inzet en motivatie van kringleider en leden van de kring. Speciale dank aan collega Erik Riet uit Groningen die voor aanlevering van de studievragen heeft gezorgd. We hopen dat door de voorbereiding en gezamenlijke bespreking ontdekt mag worden dat ‘de rechtvaardige zal leven door geloof’ (Rom 1:17). We zijn open voor jullie aanvullingen, tips, suggesties en vragen in het komende seizoen. Rianne Langeveld –
[email protected] Guido van Voornveld -
[email protected]
Zie de NSV-Handleiding Kringleiden deel A (ontmoeting in kringverband: een visie) en deel C (de kunst van het vragenstellen) hoofdstuk I en II. Handleiding is te vinden op de Insite. 2 Zie de NSVHandleiding Kringleiden deel B ( de taak van de kringleider) hoofdstuk V: Doelgericht het kringgesprek leiden 1
3
De brief van Paulus aan de Romeinen
1. ROMEINEN IN OVERZICHT In dit hoofdstuk willen we wat tips en tools geven die jou als kringleider – en misschien ook de kringleden – kunnen helpen om een goed overzicht te krijgen van de brief. Hieronder staan de tips aangegeven. Op de volgende pagina (blz. 5) staat een tabel waarin je jouw korte samenvatting van de brief aan de Romeinen kunt geven. Het schema op bladzijde 6 kan je helpen om een visueel plaatje te maken van de inhoud en indeling van de brief. Tips om overzicht over de brief te krijgen 1. Lees de brief in zijn geheel 3 keer door a. Lees het in verschillende vertalingen b. Je kunt de brief ook in je stille tijd doornemen 2. Maak een lijst van de belangrijkste thema’s van de brief a. Zoek naar kernwoorden en kernzinnen 3. Maak een grove schets van de brief a. We volgen in deze brief de hoofdstukindeling voor de studies: kies een passende titel voor elk hoofdstuk b. Kies een titel die jij bij de hele brief vindt passen 4. Maak een samenvatting van de historische achtergrond van het boek: a. Bronnen die je kan gebruiken: studiebijbel, Bijbels woordenboek, concordantie, commentaren3 b. Verzamel de volgende informatie: i. Aan wie is het geschreven? ii. Door wie is het geschreven, wat is de achtergrond van deze persoon? iii. Wanneer is het geschreven? iv. Waarom is het geschreven? 5. Maak een tabel waarin je kort samenvat wat je hebt ontdekt in je onderzoek. Op de volgende bladzijde staat een tabel die je kunt gebruiken, je mag natuurlijk ook je eigen tabel maken. 6. Lees de brief opnieuw 7. Vul het schema in op bladzijde 6 Optioneel 1. Schrijf op wat de waarde van deze brief is voor je kennis over Christus, je leven en de kring. 2. Zoek de kernpersonages uit de brief op in een concordantie en/of Bijbels woordenboek. 3. Zoek de kernsteden op in een Bijbelse atlas of Bijbels woordenboek.
3
Tip: Bernard Reitsma heeft met Romeinen: de kracht van Genade een goed hulpmiddel geschreven. Zie aanbevolen literatuur.
4
De brief van Paulus aan de Romeinen
Overzichtstabel van Paulus’ brief aan de Romeinen
Romeinen 1
Romeinen 2
Romeinen 3
Romeinen 4
Romeinen 5
Romeinen 6
Romeinen 7
Romeinen 8
Romeinen 9
5
De brief van Paulus aan de Romeinen
Schema Paulus’ brief aan de Romeinen Onderzoek
Titel:
Auteur:
Tijd:
Mensen in de brief:
Plaatsen in de brief:
Thema:
Waarde:
Begin van de brief:
Eind van de brief:
Titels
Hoofdstukken
Kernverzen
Associaties
Thema’s
6
De brief van Paulus aan de Romeinen
2. ROMEINEN IN DETAIL Hoofdstuk 1 van deze syllabus helpt je om een algemeen overzicht te krijgen van deze brief. Het is raadzaam om dit overzicht voor jezelf te maken. Dit zal je helpen in het dieper bestuderen van de brief op kring. Om de brief van Paulus aan de gemeente te Rome goed te bestuderen wordt onderstaand schema aangehouden NB Zoals je kunt zien staat er per kringavond één heel hoofdstuk uit Romeinen op het programma. Dit is veel, zeker in een bondige en volle brief als deze. We hebben er voor gekozen om toch één hoofdstuk per keer te behandelen om een goed overzicht te krijgen van de lijn in deze brief: Paulus schrijft het als een betoog. Dit vraagt echter van de kringleider (en kring) dat er per avond gekozen wordt welk gedeelte er behandeld wordt uit het hoofdstuk: het hoofdstuk als geheel zal vaak teveel blijken. In de tabel hieronder staan slechts de eerste acht hoofdstukken van Romeinen aangegeven. We willen jullie de mogelijkheid geven om halverwege het kringjaar eventueel over te stappen op ander materiaal. Mocht de bespreking van Romeinen erg in de smaak vallen, dan kan het natuurlijk gewoon afgemaakt worden tot en met hoofdstuk 14 In het vervolg van dit hoofdstuk worden drie suggesties voor kringvoorbereiding aangeboden. In de eerste kring kun je als kring uitwisselen wat is opgevallen bij het doorlezen van de hele brief en eventueel een start maken met hoofdstuk 1. Vervolgens behandel je in de volgende acht avonden steeds een hoofdstuk.
Tabel Kringgedeeltes Kring
Inhoud
Kring 1
-Uitwisselen van bestudering hele brief in voorbereiding -Eventueel start hoofdstuk 1
Kring 2
Romeinen 1
Kring 3
Romeinen 2
Kring 4
Romeinen 3
Kring 5
Romeinen 4
Kring 6
Romeinen 5
Kring 7
Romeinen 6
Kring 8
Romeinen 7
Kring 9
Romeinen 8
Datum
7
De brief van Paulus aan de Romeinen
2.1 Suggesties voor een kringavond In dit hoofdstuk vind je drie keer een gedeelte uit Romeinen uitgewerkt voor een kringavond. Deze suggesties zijn allen aan de hand van de inductieve methode. In de titel hierboven staat ‘suggestie’: zie het ook zo. Het is slechts om een voorbeeld te geven van hoe je voorbereiding voor een kringavond er uit kan zien. Het is niet gezegd dat bij onderstaande gedeeltes geen andere vragen of nadrukken te bedenken zijn. Ook kan het zijn dat je in de suggesties die gegeven worden nog wat keuzes moet maken. NB In het onderstaande staan dus drie suggesties bij hoofdstukken uit Romeinen. Er zijn meer van deze suggesties voor kringvoorbereiding voorradig. We hebben ervoor gekozen er slechts drie in deze handleiding te zetten om te stimuleren dat er zelf aan de slag gegaan wordt en meer kringleiders zelf handigheid ontwikkelen in de voorbereiding. Deze handleiding probeert een middenweg te vinden tussen enerzijds ‘alles al inkleuren en voorkauwen’ en anderzijds kringleiders geen hulp of ideeën bieden. Mocht je meer suggesties voor kringvoorbereiding willen, stuur dan een mail naar
[email protected] of
[email protected].
Romeinen 1 Voordat je begint met het voorbereiden van deze studie, Lees eerst het hoofdstuk een aantal keer door (evt. ook in verschillende vertalingen) Vers 1-7: • • •
Vat in eigen woorden samen wat Paulus in dit stukje zegt. Wat wordt er gezegd over Jezus? Hoe omschrijft Paulus zijn taak (vs 5)?
In vers 6 en 7 zegt Paulus tweemaal tegen de lezers van zijn brief dat zij ‘geroepen’ zijn. • Waarom denk je dat Paulus hier zo’n nadruk op legt? • Wat betekent het dat we geroepen zijn om heiligen te zijn? • Wat is het verband met Paulus’ verkondiging van gehoorzaamheid en geloof? Vers 8-15: • •
Kun je vers 11 en 12 in eigen woorden zeggen? Hoe kunnen wij elkaar sterken en bemoedigen?
In de NBG-vertaling wordt vers 14 als volgt vertaald: “Van Grieken en niet-Grieken, van wijzen en onwetenden ben ik een schuldenaar.” • Waarom gebruikt Paulus het woord ‘schuldenaar’? • Wat betekent dit voor ons? Vers 16-20: • •
Bij vers 16-18: Wat wordt duidelijk door het evangelie? Formuleer vers 19 en 20 in je eigen woorden. Geloof je dit?
Vers 21-32:
8
De brief van Paulus aan de Romeinen
In deze verzen worden mensen beschreven die God kennen (doordat zijn onzichtbare eigenschappen voor het verstand waarneembaar zijn vanaf de schepping, vers 20), maar Hem niet de eer en dank brengen die Hem toekomt. • Wat is het grootste verwijt wat hen gemaakt wordt? De waarheid die ingewisseld wordt voor een leugen. Deze oude truc van de duivel zien we al in het begin van de bijbel. Lees Gen. 3:1-7. •
Wat leer je uit dit stukje over hoe er scheiding is ontstaan tussen God en mensen?
De grootste ‘oer-zonde’ is volgens mij dat de mens als God wil zijn, of nog sterker: zelf God wil zijn. Er zit in ons de neiging om God niet te erkennen als God en zelf de controle te willen houden over ons leven. Zie bijv. vers 28 en ook Joh.1:11. Hoewel deze mensen God kennen, willen ze Hem niet erkennen. • Wat is het verschil tussen kennen en erkennen? • Wat zijn de gevolgen van het niet erkennen van God volgens dit gedeelte? • Waarin herken je in je eigen leven de neiging om zelf ‘in control’ te willen zijn? •
Zoals we in de eerste zeven verzen van dit hoofdstuk zagen, is God een God die roept. Welk antwoord geef je Hem? Erken jij God als Heer of ken je Hem alleen?
In zijn tweede brief aan de Korintiërs doet Paulus een oproep om te reageren op de roep van God: “Wij zijn gezanten van Christus, God doet door ons zijn oproep. Namens Christus vragen wij: laat u met God verzoenen. God heeft hem die de zonde niet kende voor ons één gemaakt met de zonde, zodat wij door hem rechtvaardig voor God konden worden. Als Gods medewerkers sporen wij u dan ook aan: laat de goedheid die hij u bewijst niet tevergeefs zijn. God zegt: ‘Wanneer de tijd daarvoor gekomen is, luister ik naar je, op de dag van de redding help ik je.’ Nu is de tijd daarvoor gekomen, nu is de dag van de redding.” 2 Kor. 5:20 – 6:2 •
Hoe wil jij reageren naar God toe?
Romeinen 4 We zullen eerst gaan kijken wat er in grote lijnen in hoofdstuk vier van de Romeinen brief staat geschreven. Lees daarom eerst het hoofdstuk een paar keer door. Hieronder is een voorstel gedaan in welke stukjes je dit hoofdstuk zou kunnen indelen. Uiteraard zijn andere indelingen ook mogelijk. Als jij een andere indeling prettiger vindt, is dat ook prima. Noteer van elk stukje in je eigen woorden wat er gezegd wordt. Vers 1-8: Vers 9-11: Vers 12-16: Vers 17-22:
9
De brief van Paulus aan de Romeinen
Vers 23-24: Nu we gezien hebben wat er in dit hoofdstuk allemaal staat, zullen we op een aantal zaken wat dieper ingaan. Allereerst “geloof”. • • •
Wat is geloof? Wat leer je uit dit hoofdstuk over geloof? Welke gevolgen worden er in dit hoofdstuk verbonden aan geloof?
Een bekend gedeelte uit de bijbel waar over geloof wordt gesproken, staat in Hebreeën 11. • •
Geef in je eigen woorden weer wat er gezegd wordt in Hebr. 11:1 Is dit ook zo in jouw leven?
Er wordt wel gezegd dat geloof zowel een gave is als een opdracht. (Zie bijv. 1Kor. 12:9 en 2Kor. 5:20 6:2) • Wat betekent dit voor jou? Eerder hebben we al gezien dat het een oude truc van de duivel is om leugens te verspreiden. Vaak zijn die leugens van de duivel helemaal niet zo makkelijk te herkennen. Zijn leugens bestaan namelijk vaak uit een bepaalde goddelijke waarheid met daar iets aan toegevoegd. De waarheid met een twist dus. Of een soort waarheid-plus. Met het feit dat er iets aan Gods waarheid wordt toegevoegd, ontstaat er een leugen. Zie bijv. Gen. 3:1-5. Een andere “waarheid-plus”-leugen is het idee dat we van God veel genade ontvangen maar dat we zelf ook wel een beetje moeten doen. Veel van God, en een beetje van mezelf. • Als je Romeinen 4 leest, waarom is deze gedachte dan onmogelijk? • Waarin herken je deze gedachte in je eigen leven? • Wat is Gods waarheid hierover? Uit vers 11 kun je een bepaalde volgorde opmaken. Abraham geloofde hij werd gerechtvaardigd hij ontving een zegel (besnijdenis) De besnijdenis als zegel kennen wij niet, maar we hebben wel een ander zegel op ons geloof ontvangen! Lees Ef. 1:13-14. De Heilige Geest is het zegel waarmee wij gemerkt zijn door God. Lees ook 1Joh. 3:23-24 en 1Joh. 4:13. • Wat leer je uit deze teksten? In vers 17-22 wordt het geloof van Abraham beschreven. Ook vind je het een en ander in Hebr. 11:8-19. Menselijker wijs was het misschien niet echt logisch dat Abraham volharde in zijn geloof. • Welke omstandigheden en gebeurtenissen maakte het voor Abraham moeilijk om te blijven geloven? • Wat was het resultaat van zijn volhardende geloof? Om iemand te kunnen geloven moet je hem of haar vertrouwen. • Vertrouw jij God helemaal? Wanneer wel en wanneer niet? En waarin wel en waarin niet? •
Is er op dit moment iets in je leven waar je veel geloof voor nodig hebt?
10
De brief van Paulus aan de Romeinen
Romeinen 6 Vraag eerst God of Hij je wil helpen en wil leiden door zijn Heilige Geest bij het bestuderen van dit hoofdstuk. Lees daarna Romeinen 6 een paar keer door. Vers 1–14: Lees nog een keer de laatste paar verzen van hoofdstuk 5. • Waar komt Paulus’ vraag vandaag in 6:1? Waarom stelt hij deze vraag? Nadat Paulus in vers 1 een vraag heeft gesteld, gebruikt hij de volgende 13 verzen om aan te tonen dat het antwoord op die vraag ontkennend moet zijn. Vervolgens stelt hij in vers 15 dezelfde vraag opnieuw en geeft dan nog een argument waarom we volstrekt niet moeten blijven zondigen. We zullen nu eerst zijn betoog in vers 2-14 nader onderzoeken. • •
Wat bedoelt Paulus in vers 2 met dat wij dood voor de zonde zijn? Is dat precies hetzelfde als dat al je zonden vergeven zijn?
•
Wat is het verschil tussen zonde en zonden? (behalve enkelvoud en meervoud ;-)
•
Waar is de doop volgens vers 3-6 symbool van?
In dit hoofdstuk gaat het er niet zozeer om dat Jezus voor ons gestorven is, maar dat wij met Hem gestorven zijn. • Wat is het verschil? Lees nog een keer vers 7-11. • Welke logische redenering geeft Paulus in dit stukje? • Hoe moeten wij onszelf zien? • Wat betekent dat voor jou in je relatie met God? • Hoe kan het dan toch zo zijn dat je nog zonden doet? Paulus heeft beschreven dat onze positie tegenover God is dat we dood voor de zonde zijn. • Wat voor gevolgen zou dit moeten hebben voor onze levensstijl? Hoe kun je dat doen? •
Wat betekent vers 14?
•
Kun je in eigen woorden nu een antwoord geven op de vraag die Paulus stelt in vers 1?
Vers 15-23: In vers 15 stelt Paulus een vergelijkbare vraag als in vers 1. Maar hij brengt wel een nieuw argument in. • Wat is dat argument? In vers 17-22 beschrijft Paulus dat slaaf van de zonde waren en nu in dienst van de gerechtigheid staan. • Met welke termen beschrijft hij dat oude en het nieuwe bestaan? •
Hoe stel je je in dienst van de gerechtigheid?
•
Wat heeft je uit de hoofdstuk het meest aangesproken?
•
Wat vind je moeilijk? Waar heb je nog vragen over?
•
Welk doel kun je jezelf stellen voor de komende twee weken?
11
De brief van Paulus aan de Romeinen
BIJLAGE 1 – TIEN EENVOUDIGE BIJBELSTUDIEMETHODES 1. De vijf-stappen-methode voor Bijbelstudie -
-
Lees: Geef beurten de kring rond en lees het bijbelgedeelte Ontdek: Vraag je af: Welke waarheid is in dit gedeelte belangrijk voor me? (…interesseert me, spreekt me aan, raakt m’n denken of gevoel..) en wat spreekt me daarin dan aan? Schrijf je gedachten op en maak een rondje met de kring om dit met elkaar te delen en te bespreken. Vraag: Bedenk welke vraag jij aan de groep wilt stellen. Formuleer je vraag duidelijk op papier (open en specifiek). Ga de kring rond om deze vragen te stellen en de kringleider maakt een lijstje van de vragen. Bespreek dan zo veel als mogelijk. (Begeleidende vragen: wat denken anderen hierover? Hoe wordt hierover door mensen gedacht? Wie wil de vraag opnieuw formuleren? Wie wil het antwoord samenvatten?) Praktijk: Vraag je af welke waarheden in dit gedeelte relevant zijn en vandaag de dag toegepast zouden kunnen worden? Maak een lijstje met relevante waarheden en hoe ze eventueel toegepast zouden kunnen worden in het leven. Bid: Hoe zou je op God willen reageren? Schrijf een kort gebed tot God op in een of twee zinnen. Bidt om de beurt een enkele zin of een paar zinnen tot God. (Cursief: handreikingen voor gebruik in een kring.)
Deze methode maakt gebruik van de volgende principes: - Deelname of betrokkenheid van iedereen in de kring aan elk onderdeel van de bijbelstudie. - Eerst ontdekken en delen met anderen wat je reeds begrijpt, belangrijk vindt, etc. - Vragen bespreken die bij de mensen in de kring leven. - Bespreken van de relevantie en mogelijke praktische toepassingen van waarheden in het bijbelgedeelte. - Aan het eind d.m.v. gebed antwoord geven aan God op Zijn spreken tot ons door het bijbelgedeelte. 2. Parafraseren en Kopiëren Beide methoden helpen goed om Gods woord je ‘toe te eigenen’ (Joh.15:7). Parafraseren: Een tekst in eigen woorden weergeven. Zoek moeilijke woorden op in een (bijbels) woordenboek en vervang ze door de omschrijvingen. Kopiëren: Een tekst volledig overschrijven, al biddend en overdenkend.
3. Actief-lezen-methode -
-
Bid of God tot je wil spreken door dit gedeelte Lees het gedeelte Stel jezelf de volgende vragen: (1) Wat leer ik over God? (2) Wat leer ik over de mens? (3) Wat kan ik er vandaag mee? Antwoord God in gebed
12
De brief van Paulus aan de Romeinen
4. De inductieve methode Observatie: stel ontdekkingsvragen - Literaire vorm: brief, gelijkenis, geschiedenis etc. - Structuur: Hoe kun je het gedeelte indelen (kop/ staart) Wanneer verandert de situatie, de spreker, het onderwerp, de omgeving? - wat staat er in de tekst? - Wat: wat gebeurt er precies? waar gaat het over? welke thema’s/vragen worden er behandeld? - Wie: over welke personen gaat het, wie krijgt het meeste aandacht? - Waar: waar gebeurt iets? is dat belangrijk? - Wanneer: wanneer gebeurt iets? in welke omstandigheden? - Waartoe: wat zijn de gevolgen, waar loopt het op uit? Interpretatie: stel begripsvragen - Wat betekent het? Wat wordt ermee bedoeld? Hoe moeten we het opvatten? Waarom staat iets er op die manier? - Waarom gebeuren dingen zoals ze gebeuren - Lees het gedeelte in de context - verplaats je in de geadresseerden - Wat wilde de auteur zeggen, en wat hebben de oorspronkelijke lezers er vermoedelijk van begrepen? Toepassing: stel toepassingsvragen - Hoe wordt de brug geslagen naar het hier en nu? - Wat doe ik met de ontdekkingen die ik gedaan heb? - Wat spreekt mij aan? Wat heeft de tekst mij te zeggen? - Hoe leer ik God hier kennen? - Hoe kan ik dit concreet toepassen? 5. De één-vraag methode Lees de tekst en geef antwoord op de vraag: Hoe leer ik de Heer hier kennen? Let op een aantal dingen: - Wat doet de Heer hier? - Hoe is zijn verhouding tot de mensen? - Welke eigenschappen laat Hij hier van zichzelf zien? 6. Studievragen -
Wat zegt dit gedeelte over de Jezus? Welke waarschuwing komt erin naar voren, ook voor mij? Welke belofte wordt hier weergegeven, ook voor mij? Welk gedeelte spreekt mij het meest aan? Welk onderdeel kan ik gebruiken voor mijn persoonlijk gebed?
13
De brief van Paulus aan de Romeinen
7. Vragen stellen aan de tekst -
-
Lees: lees de tekst en schrijf op wat je opvalt. Stel vragen: Lees de tekst steeds weer en schrijf alles op wat je kunt bedenken aan vragen: Bijvoorbeeld: Wat gebeurt er? Wat gebeurde hiervoor en wat erna? Waarom gebeurt dit of waarom zegt iemand dit? Waarom staat dit in de bijbel? Wat is de volgorde van de gebeurtenissen? Over een tekst zijn meestal wel meer dan 25 vragen te bedenken. Neem er de tijd voor zoveel mogelijk verschillende soorten vragen te bedenken. Zoek antwoorden: Probeer de vragen te beantwoorden. Soms zijn er meer antwoorden mogelijk, schrijf ze allemaal op. Vragen waar je echt niet uitkomt, kun je overslaan. Tijdens het beantwoorden, komen misschien nieuwe vragen bij je op. Schrijf die ondertussen op. Opnieuw: Zoek antwoorden: Wanneer je klaar bent, loop opnieuw de vragen langs. Misschien kun je inmiddels vragen beantwoorden waar je in eerste instantie niet uitkwam. Vragen waarop meerdere antwoorden mogelijk waren, kunnen nu misschien definitief beantwoord worden.
8. Doelanalyse Iedere boodschap heeft vaak naast het inhoudelijke, nog 4 andere te onderscheiden aspecten: een zakelijk aspect, een expressief aspect, een relationeel aspect en een appellerend aspect. Ga in de tekst op zoek naar die aspecten. - Zakelijk aspect: Wat gebeurt er precies? - Expressief aspect: Welke gevoelens zijn er? Hoe worden die zichtbaar? Welke bedoelingen hebben sprekers, schrijvers, hoofdpersonen? Hoe presenteren deze personen zich? - Relationeel aspect: In wat voor verhouding staan de mensen tot elkaar? Welke rol spelen ze? Is er sprake van gelijkheid of ongelijkheid? Hoe voelen ze zich door elkaar behandeld? - Appellerend aspect: Welke boodschap is er? Wat wil de één bij de ander bereiken?
9. Vers-voor-vers analyse -
-
-
Kies een bijbelboek uit. Om te beginnen bijvoorbeeld een van de kleinere brieven van Paulus. Doe een korte achtergrondstudie over het boek. Wie is de auteur, waarom is het geschreven, in welke tijd, belangrijke personen en dergelijke. Sommige bijbels hebben een korte samenvatting bij ieder boek. Ook kan een bijbels woordenboek een hulp zijn. Neem vervolgens het eerste hoofdstuk en bestudeer dat vers voor vers. Beschrijf per vers de volgende acties: o Kopieer: Schrijf het vers over. o Parafraseer: Beschrijf het vers in eigen woorden o Vraag en antwoord: Wat vraag je je af? o Verwijzingen: Zoek en bekijk relevante verwijzingen in de bijbel. o Zoek: Zoek in een (bijbels) woordenboek of encyclopedie naar de betekenis van bepaalde woorden of namen o Maak een persoonlijke toepassing: Hoe kan dit vers betekenis hebben voor je leven vandaag? Na het hoofdstuk uitputtend doorgespit te hebben, kun je er eens een commentaar bij pakken. Wanneer je klaar bent met deze vers-voor-vers-analyse, kun je het hoofdstuk een titel geven en een kernvers of verzen. Schrijf een korte samenvatting van de doctrine van dit hoofdstuk. Herhaal het hele proces voor ieder hoofdstuk van het bijbelboek. Bedenk vervolgens een titel voor het bijbelboek. Een voorbeeld uitwerking van de vers-voor-vers-methode voor 1Tim.1:1.
14
De brief van Paulus aan de Romeinen
o
o
o
o
o o
Kopiëren: “Paulus, een apostel van Christus Jezus naar de opdracht van God, onze Heiland, en van Christus Jezus, onze hoop…” 1Tim1:1 (NBG51). Parafrase: Paulus, iemand die gezonden is als vertegenwoordiger van Christus, met een volmacht van God, die ons redt en Jezus Christus, die onze hoop is... Vraag en antwoord: Vraag: Wat betekent het woord ‘apostel’? Antwoord: Het Griekse woord apostolos komt van het woord apostello wat ‘vooruit gezonden’ betekent. Verwijzingen: Apostel: 2Kor.1:1 God onze heiland: Luk.1:47, Tit.1:3 Christus onze hoop: Kol.1:27 Zoek: De naam Paulus betekent in het Latijn ‘klein’. Timoteüs betekent: ‘die God eert’. Persoonlijke toepassing: Ik wil mezelf zien als ambassadeur van Christus, gezonden door God met een geweldige boodschap. Mijn getuigenis kan alleen effectief zijn als ik me bewust ben van mijn missie en het feit dat ik gezonden ben.
10. Zweedse methode Bewerk een kopie van een bijbelgedeelte met de volgende symbolen: iets over God iets over de mens !
een nieuw inzicht
?
iets wat niet begrepen wordt
I
iets om te gehoorzamen
15
De brief van Paulus aan de Romeinen
BIJLAGE 2 – WERKPLAN VOOR EEN KRINGAVOND Datum: Bijbelgedeelte / Titel: Het is goed om voor iedere kringavond een vooropgezet plan te hebben. Je hoeft daar niet star in te zijn, maar het kan je helpen de besprekingen een duidelijke lijn mee te geven. En om goed te kunnen evalueren hoe een bespreking ging, en wat je eventueel anders zou kunnen doen. 1) Algemene doelstelling De basis voor de bespreking wordt gevormd door enerzijds de missie en doelen van NSA, en de algemene doelstelling die je misschien hebt verwoord voor je kring, anderzijds het onderwerp van de betreffende bijbelstudie. Probeer die aspecten hieronder nog eens te benoemen:
2) Voorbereiding als kringlid Maak de studie zelf. Geef God de gelegenheid om tot jou te spreken. Maak de studie biddend Bid en denk er over na hoe de uitkomsten van de studie je eigen leven raken. Bid ook of God je de behoeften van de kringleden wil laten zien. 3)
Voorbereiding als kringleider a) Welke persoonlijke doelen kun je formuleren voor de komende kringavond? (bijv. m.b.t. je rol en vaardigheden als kringleider) Wat wil je leren? (je kunt hier refereren aan de persoonlijke doelen uit je werkplan)
b)
Deel het te behandelen bijbelgedeelte in een paar subdelen en maak per subdeel een korte samenvatting
c)
Wat zijn de hoofdlijnen van de studie, wat zou volgens jou de kern moeten zijn van de bespreking? Probeer dat in een paar zinnen weer te geven.
d)
Wat denk je dat goed is om te bespreken (neem hierbij je kringleden in gedachten) Stel de vraag ook biddend aan God. Misschien ervaar je dat Hij je specifieke ideeën te binnen brengt.
16
De brief van Paulus aan de Romeinen e)
Wat wil je dat je kringleden leren uit de bespreking? (Probeer dat concreet te benoemen: ‘de kringleden leren… de kringleden begrijpen… overwegen..etc’) (Doe dit biddend, opdat je actief God de ruimte laat je hierin te leiden.)
f)
Denk na over de werkvorm die wil hanteren op de kringavond (Bijvoorbeeld: ‘d.m.v. vragen tot een gesprek komen’, ‘bestuderen van het gedeelte in tweetallen’, ‘de zweedse methode’ etc.)
g)
Selecteer (uit de studie) of formuleer je eigen vragen over het onderwerp. De vragen dienen het onderwerp tot zijn recht te laten komen, en dienen te helpen om je doelen te realiseren. Denk ook na op de antwoorden die je kunt verwachten.
h)
Schrijf evt. een korte inleiding van ca. 3 minuten, waarmee je de kringavond kunt beginnen. Het is bedoeld als opwarmer en om misschien in het kort de vraag- / probleemstelling van het gedeelte te noemen)
i)
Maak een ruwe tijdschatting voor de verschillende onderdelen van de studie (zodat je ook aan bijv. toepassingsvragen toekomt)
j)
Bid voor de komende bespreking (sfeer / doel / jouw leiding) en doe voorbede voor de mensen in je kring (wat signaleer je bij de verschillende kringleden?)
k)
Evalueer na afloop van de avond (samen met je nestor?) hoe de avond gelopen is, en of je de gestelde doelen bereikt hebt
17
De brief van Paulus aan de Romeinen
BRONNEN Bij het samenstellen van deze handleiding is gebruik gemaakt van -
De map ‘Toerusting Kringleiders’ samengesteld door A.P. Venema in 2003. Deze map is te verkrijgen via het plaatselijk staflid. De site www.navresources.com. Op deze site zijn studies te vinden die werken met de schema’s die in hoofdstuk 1 zijn opgenomen De tien bijbelstudiemethodes uit bijlage 1 zijn afkomstig van Douwe Semmelink (methode 1), Cees de Jonge (methode 3), Gereformeerd Vormingsinstituut (methode 5,6,7,8) en van de site www.Discipleshipjournal.com (methode 9) De ‘suggesties voor kringvoorbereiding’ zijn gemaakt door Erik Riet, stafmedewerker van NSG, n.a.v. een kring die hij leidde in seizoen 2006-2007.
AANBEVOLEN LITERATUUR Deena Davis (red), ‘Het ideeënboek voor kleine groepen’ 101 ideeen voor het opzetten, nieuw leven inblazen van uw (bijbelstudie) gespreksgroep, Navigatorboeken Cees de Jonge ‘Het leiden van een bijbelkring’ Praktische tips voor het bestuderen van de Bijbel in groepsverband’ Amersfoort 2007 Bernhard Reitsma ‘Romeinen’ De kracht van Gods genade, Zoetermeer 2001 Niek Tramper, ‘Het Woord in ons Midden’ Handreiking voor het luisterend leven, Zoetermeer 2005 David Pawson, ‘Sleutels tot de Bijbel’, Stichting Opwekking, Putten 2007
18