De brief van Paulus aan de
ROMEINEN
Met medewerking van Prof. Willem J. Ouweneel
Introductie A few months ago, Professor Willem Ouweneel, a theologian, biologist and philosopher came to speak at the Navigators in Groningen. His Bible study was heard with great enthusiasm. A few weeks after his talk on ‘The God of love in the Old Testament’, I mentioned to the students that I was thinking of using a series of Bible teaching by Prof. Ouweneel as the basis of a group study for the students in the coming year. The feedback that I got was very positive. When I emailed Prof. Ouweneel to ask permission to use his teachings, he did not only give permission for us to use it, but he was enthusiastic about the whole idea. There are a few ways to approach this study. Here are a few: Each group leader will receive a CD with all the Bible teachings, as well as Questions and answers by Prof Ouweneel. They will use this teaching to prepare and make questions for the group study. People who do this study (you) will be asked to prepare well before the evening, by taking time to read through the Chapter, and to come up with questions they would like to ask the group. It is not a requirement, but the you are welcome to listen to the Bible teachings which can be downloaden from http://www.groeieningeloof.com/Romeinen.htm Important: It is not to be assumed that the group leader has all the answers! The group leader is there to lead the conversation and steer it into a personal direction. The purpose of any study is for people to dive into God’s Word, and let him speak to them. This study is not intended for people who want to have a lazy year It can go deep, but like any other study, the input of the group members will determine the outcome of the study!! I hope that you will enjoy this year, and make the most of every opportunity to learn from God’s Word. André van Zyl (The Navigators – Groningen)
Vijf stappen methode voor Bijbelstudie Een bijbelstudiemethode, wanneer je alleen of met een kring bijbelstudie doet, bevat de vijf belangrijkste bijbelstudieprincipes: i) ledereen doet mee met elke stap! ii) Eerst delen wat je begrijpt en wat je aanspreekt. iii) Met vragen worstelen. iv) Gods Woord met het gewone leven in verband brengen. v) God een persoonlijk antwoord geven. Stap 1. LEES. Neem beurten de kring rond en lees het bijbelgedeelte. Stap 2. ONTDEK. Vraag: "Welke waarheid in dit gedeelte is belangrijk voor ie?" "Waarom?" Alternatieve vragen: "Welke waarheid interesseert je?" "Waarom?" "Welke waarheid spreekt je aan, raakt je denken of je gevoel?" "Waarom?" Schrijf je gedachten op. Neem beurten de kring rond en wissel je ontdekkingen uit. Stap 3. VRAAG. Vraag: "Welke vraag zou jij aan de kring willen stellen?" Formuleer je vraag zo duidelijk mogelijk op papier. (Stel open en specifieke vragen, geen ja/nee-vragen). Neem beurten de kring rond en maak een lijstje van de vragen. Bespreek de vragen een voor een en probeer zoveel mogelijk antwoorden op de vragen te vinden. Stap 4. DOE (praktijk) Vraag: "Welke waarheden in dit gedeelte ziin relevant en zouden vandaag de dag toegepast kunnen worden?" Maak , door te brainstormen in de kring, een lijstje van relevante waarheden en hoe zij eventueel toegepast zouden kunnen worden in het leven. Dit zijn allemaal 'mogelijke toepassingen'. Schrijf daama op wat God wil dat jij met een van die waarheden gaat doet. Dit is een 'persoonlijke toepassing', een zaak tussen jou en God, die je mag meedelen aan anderen als je dat wilt. Stap 5. BIDDEN (praktijk) Vraag: Hoe zou je op God willen reageren? (Je zou een kort gebed tot God in een of twee zinnen op kunnen schrijven) Neem beurten de kring rond om in een of twee zinnen kort te bidden. Geef God een antwoord (een response) op wat je gelezen, gehoord of geleerd hebt.
De Vers Methode voor Bijbelstudie De vers (analytische) methode voor bijbelstudie is de studie van een bijbelvers in zijn verband. Het "vers" mag ook wel uit 2 of 3 opeenvolgende verzen bestaan, die samen een gedachte vormen, zoals bijvoorbeeld Mattheus 28:18-20. Niet alle vragen kunnen in ieder bijbelgedeelte beantwoord worden. De vragen zijn leidraden voor de studie en de bespreking. 1. LEES 2. OBSERVATIE 'Observeren' betekent hier nauwkeurig aandacht geven aan de feiten. a. Context. Wat is de kleinst mogelijke context van het vers? De 'context' van een vers bestaat uit het gedeelte voor en/of na het vers, dat helpt om het vers zijn juiste betekenis te geven. Noteer het begin en eindpunt van de context. Wat zijn jouw redenen voor deze verdeling? Bestudeer de context. Schrijf het zo kort mogelijk op. b. Personen. Wie zijn de personen (God, mensen, enz) en hoe worden zij beschreven? c. Gebeurtenissen. Wat wordt gezegd en gedaan? Op welke manier? d. Waarom. Waarom worden deze dingen gezegd en gedaan? e. Waartoe. Wat zijn de gevolgen of het effect van wat er gezegd of gedaan wordt? f. Woorden en zinsdelen.
Welke woorden/zinsdelen vragen om uitleg? Schenk vooral aandacht aan werkwoorden, zelfstandige naamwoorden, voegwoorden en herhalingen. 3. UITLEG 'Uitleggen' betekent hier dat we een poging doen de bijbel uit te leggen zoals God het oorspronkelijk bedoeld heeft. Hierbij is het belangrijk niet direct je eigen vooroordelen of mening te gebruiken voor je uitleg, maar zo dicht mogelijk bij de tekst te blijven. Probeer de onderstaande vragen daarom zo objectief mogelijk te beantwoorden. Het uitwisselen van je uitleg met anderen helpt om scherp te krijgen waar het om gaat in het bijbelgedeelte. a. Betekenis. Hoe moeten bovengenoemde woorden en zinsdelen (2.f) uitgelegd worden? (Gebruik een woordenboek en andere vertalingen). b. Cultuur. i) De historische context, zoals we die hier gebruiken, beschrijft wat er gebeurde. Met de culturele context bedoelen we hier de reacties van God en de mensen op de gebeurtenissen en de beschrijving van wat er volgens God moet gebeuren. ii) Na de zondeval bevat de culturen van alle volken ook slechte elementen. Bij zijn eerste komst is Christus gekomen om zijn koninkrijk en de cultuur van zijn koninkrijk op aarde te vestigen (Bergrede en gelijkenissen). Christus is gekomen om alle zondige aspecten van alle culturen op aarde te veranderen en om de cultuur van Gods koninkrijk te vestigen! Dat wordt alles pas volmaakt bij zijn wederkomst!
iii) Wat is in dit bijbelgedeelte historisch en wat is hier cultureel? Welke dingen zijn hier bevolen, die in onze eigen cultuur moeten veranderen? Welke dingen passen juist in de cultuur van het bijbelgedeelte? De bedoeling van het onderscheid historie/ cultuur is dat je, door de tekst goed te plaatsen in zijn context, meer inzicht krijgt in wat God ons vandaag wil zeggen, in of met dit bijbelgedeelte. c. Geadresseerden. i) Wie bedoelt God hier aan te spreken: *alle mensen op aarde, *alle gelovigen op aarde, *een specifieke groep mensen, *of alleen een specifiek individu? ii) In het licht van de Nieuwe Testament openbaring, hoe gaat wat er gezegd en gedaan is in vervulling aan de geadresseerden? d. Nadruk. De centrale gedachte of nadruk is dat woord of zinsdeel waar de rest om draait. Waar ligt de nadruk in dit vers? i) Ligt de nadruk op het geven van onderricht? Let daarbij op de zelfstandige naamwoorden. Formuleer het onderricht. ii) Ligt de nadruk op het stimuleren tot actie? Let daarbij op de werkwoorden. Formuleer het gebod of de aanmaning. iii) Ligt de nadruk op het beschrijven van geschiedenis? Is het een goed of slecht voorbeeld? Als het een goed voorbeeld is, dan MAG je het navolgen, zonder het aan andere mensen op te leggen. Als het een slecht voorbeeld is, dan MAG je het NIET navolgen. iv) Ligt de nadruk op een belofte of een profetie? (zie later). e. Tekst verwiizingen. Een 'tekstverwijzing' is een ander bijbelgedeelte, dat helpt om dit bijbelgedeelte uit te leggen. i) Het werpt meer licht op het onderwerp. ii) Het geeft een goed of slecht voorbeeld van het onderwerp. iii) Het geeft een tegengesteld standpunt. f. Vragen. Welke vragen zou jij willen stellen? g. Conclusies. Een 'conclusie' is een samenvattende stelling, die volgt uit de studie van de tekst. Je conclusies zijn de bouwstenen voor je persoonlijke overtuigingen. 4. TOEPASSINGEN Een 'toepassing' is een bijbelse waarheid dat jij relevant maakt voor een specifiek aspect van je leven. Het beschrijft een of ander manier waarop jij God kan verheerlijken, door toe te laten dat zijn Woord invloed heeft op hoe je leeft. Wat verlangt God dat jij i) weet, ii) gelooft, iii) bent, iv) of doet? Wat verlangt God dat de mensen in het algemeen weten, geloven, zijn of doen? a. Mogelijke toepassingen. Brainstorm met elkaar als groep over de mogelijke toepassingen in dit Bijbelgedeelte. Maak een korte lijst. b. Persoonliike toepassing. Kies daarna als persoon een van de mogelijke toepassingen en schrijf op wat God wilt dat jij weet, gelooft, bent of doet. Doet dat alleen als God je leidt om iets toe te passen (Lucas 11:28). Zorg dat jouw persoonlijke toepassing realistisch en praktisch blijft. Probeer de meeste persoonlijke toepassingen binnen een week uit te voeren. c. Gebed als antwoord. Welk antwoord op Gods Woord wil jij geven? Neem beurten de kring rond om een enkele zin of een paar zinnen tot God te bidden.
5. PRESENTATIE Een 'presentatie' is een praktische en creatieve manier om de waarheid of waarheden in dit Bijbelgedeelte, die jij hebt gevonden, aan andere mensen door te geven. a. Onderricht /preek. Geef aan de groep een kort (30 seconden) onderricht of een korte preek, dat de waarheid duidelijk weergeeft. b. Getuigenis/verhaal. Vertel aan de groep een getuigenis of een verzonnen verhaal, dat de waarheid illustreert. c. Tekening/illustratie. Maak een tekening of illustratie, dat de waarheid illustreert. Toon het en leg het uit aan de groep. d. Gedicht/lied. Maak een gedicht of componeer een lied, dat de waarheid doorgeeft. Draag het voor of zing het aan de groep. e. Mime/drama. Bedenk een mime of drama, dat de waarheid doorgeeft. Voer het uit voor de groep. f. Titel/parafrase. Een 'tite!' is een frase dat helpt om de hoofdgedachte van dit Bijbelgedeelte te identificeren en te onthouden. Een 'parafrase' is een weergave van dit gedeelte in je eigen woorden. Gebruik creatieve woorden om een pakkende titel voor dit gedeelte te verzinnen. Geef je redenen waarom jij deze titel gekozen hebt. Herschrijf dit bijbelgedeelte in je eigen woorden. Probeer de hoofdgedachte van de schrijver weer te geven.
Week 1: Introduction study What do I want?? Memorization:
Dear John Johannes 1:1-18 Memorization:
Het Evangelie: Gods kracht Romeinen 1 Memorization:
Wat voor vragen zou ik willen stellen?
Wat viel mij op?
Hoorders en daders van de wet Romeinen 2 Memorization:
Wat voor vragen zou ik willen stellen?
Wat viel mij op?
Rechtvaardiging door geloof Romeinen 3 Memorization:
Wat voor vragen zou ik willen stellen?
Wat viel mij op?
De levend makend God Romeinen 6 Memorization:
Wat voor vragen zou ik willen stellen?
Wat viel mij op?
Adam en Christus Romeinen 5 Memorization:
Wat voor vragen zou ik willen stellen?
Wat viel mij op?
Leven voor God Romeinen 6 Memorization:
Wat voor vragen zou ik willen stellen?
Wat viel mij op?
Ik, ellendig mens Romeinen 7 Memorization:
Wat voor vragen zou ik willen stellen?
Wat viel mij op?
De Geest en het waren leven Romeinen 8 Memorization:
Wat voor vragen zou ik willen stellen?
Wat viel mij op?
Israel en Gods beloften Romeinen 9 Memorization:
Wat voor vragen zou ik willen stellen?
Wat viel mij op?
Het eigenwijze volk Romeinen 10 Memorization:
Wat voor vragen zou ik willen stellen?
Wat viel mij op?
Gods volk gered Romeinen 11 Memorization:
Wat voor vragen zou ik willen stellen?
Wat viel mij op?
Leven in liefde Romeinen 12 Memorization:
Wat voor vragen zou ik willen stellen?
Wat viel mij op?
De overhead en wij Romeinen 13 Memorization:
Wat voor vragen zou ik willen stellen?
Wat viel mij op?
Zwakke en sterke Christenen Romeinen 14 Memorization:
Wat voor vragen zou ik willen stellen?
Wat viel mij op?
Aanvaard elkander Romeinen 15 Memorization:
Wat voor vragen zou ik willen stellen?
Wat viel mij op?
Met de groeten van Paulus Romeinen 16 Memorization:
Wat voor vragen zou ik willen stellen?
Wat viel mij op?
Evaluatie