10312567
!10312567!
NM 2015/1 ARBEID Arbeidsovereenkomst. Wedertewerkstelling. Ontbinding. p. 1 NM 2015/2 ARBEID Ontbinding arbeidsovereenkomst. p. 2 NM 2015/3 ARBEID Arbeidsovereenkomst bepaalde tijd. Wedertewerkstelling. Beëindiging met wederzijds goedvinden. p. 3 NM 2015/4 FAMILIE Echtscheiding, en/of kinderrekening. Variabele bonus. Netto kosten huishouding. Rol externe adviseurs. p. 4 NM 2015/5 FAMILIE Aanhouden gemeenschappelijke woning. Privévermogen. Coachings-matrix. p. 7 NM 2015/6 FAMILIE Echtscheiding. Wettelijke gemeenschap. p. 10
NM 2015/7 OVERHEID/ZAKELIJK Omgevingsvergunning. Bouw- en sloopschade. p. 16 NM 2015/8 OVERHEID/ZAKELIJK Algemene beginselen van het aanbestedingsrecht. W.o. gelijkheidsbeginsel. Bestuurlijk handelen. Onrechtmatige daad. p. 18 NM 2015/9 OVERHEID Openbare aanbesteding. Intrekken vergunningen. Bestuurlijke lus (verhouding formele/ materiële gebreken besluitvorming). Vertrouwelijkheid en partij autonomie. p. 21 NM 2015/10 OVERHEID/ARBEID Interne mediation. Functie-inhoud en taakverdeling. Samenwerking. p. 23 NM 2015/11 ZAKELIJK Aandeelhouders. Bestuurders. Schorsing. Samenwerking. Ontvlechting. p. 24 NM 2015/12 ZAKELIJK Aandeelhouders. Ontvlechting. Samenwerking. p. 27
Jaargang 2015 - aflevering 1 april
T1b_NM_1501_lijm_V06.indd 1
4/8/2015 1:23:44 PM
Overige informatie Nederlandse Mediation is een uitgave van Wolters Kluwer Nederland B.V. Verschijnt 4 x per jaar. Nederlandse Mediation online: € 100,- per jaar (excl. btw), per gebruiker. Nederlandse Mediation online inclusief folio-tijdschrift: € 126,- per jaar (excl. btw), per gebruiker. Losse nummers prijs: € 30,- per aflevering.
Redactie Fred Schonewille (hoofdredacteur), Dirk-Jan Bender, Annet Draaijer, Eva Schutte, Marieke Zon
Secretaris van de redactie Paula Boshouwers, tel. 020 - 8203405, e-mail: paulaboshouwers@ reulingschutte.nl Uitgever Nicolai Duin, e-mail:
[email protected] Vaste medewerkers Toos Bik, Lia Bode, Harm van Gijssel, Liesbeth Gombert, Simone Kalff, Arthur de Kok, Fer Kousen, Joost Maassen, Nicole Kreté-Marres, Kornelie Oostlander, Aletta Renken, Kim Richel, Annette van Riemsdijk, Manon Schonewille, Alexandra Vester, Martine de Voort, Jacques de Waart, Nienke Wiersma, Heleen Witkamp Aanbevolen citeertitel: NM 2015/1 Missie en formule In Nederland worden veel conflicten en geschillen inmiddels via mediation beslecht. De vertrouwelijkheid die mediation kenmerkt brengt echter mee dat de resultaten daarvan onbekend zijn. Daardoor is er sprake van een leemte in de informatievoorziening die onwenselijk is. De praktijk maar ook het wetenschappelijk onderzoek en het onderwijs zijn ermee gediend om kennis te kunnen nemen van de resultaten die in mediation tot stand komen. Nederlandse Mediation (NM) wil deze leemte invullen door op consistente en gestructureerde wijze casuïstiek te behandelen, vergelijkbaar met jurisprudentietijdschriften. De mediations worden aangeleverd door professionele mediators werkzaam in de praktijk en geselecteerd en bewerkt door de redactie en het team van vaste medewerkers.
Abonnementenadministratie en productinformatie: Wolters Kluwer, Klantenservice, Postbus 23, 7400 GA Deventer, www. wolterskluwer.nl/klantenservice. Ook adres-/ naamswijzigingen kunnen d.m.v. een verbeterd adreslabel worden doorgegeven aan voornoemd adres. Abonnementen kunnen schriftelijk of per e-mail tot uiterlijk drie maanden voor het einde van de abonnementsperiode worden opgezegd. Bij niet tijdige opzegging wordt het abonnement automatisch met een jaar verlengd. Gebruik persoonsgegevens: Wolters Kluwer legt de gegevens van abonnees vast voor de uitvoering van de (abonnements-)overeenkomst. De gegevens kunnen door Wolters Kluwer worden gebruikt om u te informeren over onze relevante producten en diensten. Indien u hier bezwaar tegen heeft, kunt u contact opnemen met klantenservice. Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden de auteur(s), redacteur(en) en Wolters Kluwer geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden, noch voor gevolgen hiervan. Alle rechten in deze uitgave zijn voorbehouden aan Wolters Kluwer Nederland B.V. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Wolters Kluwer. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van art. 16h t/m 16m Auteurswet jo. Besluit van 27 november 2002, Stb. 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (Postbus 3051, 2130 KB).
Anonimisering De bijdragen voor de publicatie Nederlandse Mediation worden geanonimiseerd aangeleverd door de redactie en door Wolters Kluwer verwerkt en gepubliceerd. Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden de auteur(s), redacteur(en) en Wolters Kluwer geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden, noch voor gevolgen hiervan. In Nederlandse Mediation wordt gebruik gemaakt van geanonimiseerde, niet voor derden herleidbare, casus. De redactie behoudt zich het recht voor om tot personen herleidbare gegevens weg te laten, te wijzigen of te veralgemeniseren, zonder dat dit ten koste gaat van de essentie van de casus. De weergave van de overeenkomst De papieren uitgave van Nederlandse Mediation bevat alleen de relevante bepalingen van de overeenkomst. In de online uitgave zijn de volledige overeenkomsten raadpleegbaar. Deze overeenkomsten zijn te herkennen aan de decimale publicatienummers (bijv. NM 2015/4.1). In een aantal gevallen zijn de relevante bepalingen van de overeenkomst (papieren uitgave) en/of de volledige overeenkomst (online uitgave) helemaal niet opgenomen.
T1b_NM_1501_lijm_V06.indd 2
4/8/2015 1:23:47 PM
ARBEID
NEDERLANDSE MEDIATION
NM 2015/1 ARBEID
Opmerkingen mediator Zeker voor de laatste fase van de mediation was bevorderlijk voor de goede afloop dat de gesprekspartners van de mediator rond de drukke kerstdagen goed bereikbaar waren en een positieve instelling hadden. Ook in financieel opzicht was de uitkomst gunstig te noemen. ledere andere oplossing – poging tot herintreden, zoeken, begeleiden alternatief, ontbindingsprocedure – zou zonder twijfel partijen naast ergernis en verharding van standpunten veel (meer) geld hebben gekost.
Arbeidsovereenkomst. Wedertewerkstelling. Ontbinding. Art. 7:685 BW Partijen: Grote zorginstelling en werkneemster op administratieve functie. Essentie Aanleiding verzoek mediation: werkneemster, 48 jaar oud en vijf jaar in dienst, werd na een langdurige ziekteperiode niet op haar werkplek toegelaten, hetgeen leidde tot een kort geding. De kantonrechter liet weten dat de instelling werkneemster weer op haar plek aan het werk moest Iaten. Het reconventionele verzoek van de instelling tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst werd niet gehonoreerd. Partijen kozen vervolgens, nadat onderhandelingen niet tot resultaat hadden geleid, voor mediation.
PROCES MEDIATION
Co-mediation Nee.
INHOUD MEDIATION Casus Tijdens de mediation werd duidelijk dat werkneemster enerzijds ernstige privéproblemen had gehad, die volgens haar mede oorzaak waren van haar regelmatige en langdurige uitval, anderzijds dat het werk, dat nu, in tegenstelling tot het verleden, in clusters moest worden uitgevoerd, haar zwaar viel. De instelling voerde aan dat van alles was geprobeerd, ook met externe hulp, om werkneemster op verantwoorde wijze weer aan de slag te helpen, maar dat zulks niet lukte. Belangen Werkneemster zou het liefst in haar oude functie weer aan de slag gaan. De instelling vreesde voor onwerkbare situatie nu in het team bezwaren waren gerezen over de inzetbaarheid van werkneemster. De vraag was of zij de werkdruk wel aankon. Resultaat Het gesprek met de collega's, dat na de plenaire sessie met partijen door de mediator werd gevoerd, leidde tot de conclusie dat ieder draagvlak ontbrak. Men had veel empathie met de (ernstige privésituatie van) werkneemster, maar het teambelang woog zwaarder. Men had geen vertrouwen dat werkneemster de druk aankon, hetgeen in het recente verleden manifest was geworden. De mediator heeft vervolgens in overleg en met instemming van partijen onderzocht of een alternatieve functie voorhanden zou zijn of dat een exittraject wellicht bespreekbaar was. Het pendelen per mail en telefoon leidde na een paar dagen tot een afscheidsregeling.
NM 2015/1
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 1
Verwijzing door rechter Verwijzing door rechter: De zaak is binnengekomen door verzoek van partijen die daarbij advies van hun respectieve advocaten hadden ontvangen.
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
Achtergrond mediator Achtergrond mediator: arbeidsmediator (VANlid), met ruime ervaring als arbeidsrechtadvocaat. Partijbegeleiders en andere betrokkenen Werkneemster werd bijgestaan door haar advocaat en de instelling werd vertegenwoordigd door de leidinggevende van werkneemster en een HR adviseur. De advocaat van de instelling was telefonisch bereikbaar. Intake/plenair/caucus Met beide partijen zijn intakegesprekken gevoerd en er is één plenaire bijeenkomst geweest, met één-op-ééngesprekken (caucus). Verslaglegging De mediator maakte na de eerste plenaire sessie een samenvattend verslag, waarin aan het slot de afspraken werden vermeld inhoudende dat hij met de collega's uit het team van de medewerkster zou praten om te onderzoeken of een herstart op voldoende draagvlak kon rekenen. Als tijdens dat gesprek zou blijken dat zulks mogelijk zou zijn zou de werkneemster, die vlakbij woonde, aanschuiven. Duur De eerste sessie werd na ruim twee uur beëindigd. De tweede bijeenkomst met de teamleden duurde anderhalf uur. Dirk-Jan Bender, BosnakBender te Arnhem
1
4/8/2015 12:30:47 PM
ARBEID
NEDERLANDSE MEDIATION
volgende dinsdag) en het onbegrip over en weer de kans op een goed resultaat van de mediation uiterst klein was. De lange mediationsessie, met een aantal één-op-ééngesprekken leidde niet tot overeenstemming. De directeur die zich ruim 15 jaar met hart en ziel voor de organisatie had ingezet in een moeilijke branche, was wel ontvankelijk voor een exittraject, maar zijn ideeën daarover spoorden niet met wat de coöperatie voor ogen stond. Die voerde onder meer aan dat de hoge bedragen, die de directeur voor ogen stonden, de doodsteek voor de organisatie konden betekenen. Nadat partijen de mediator daarvoor toestemming hadden gegeven heeft de mediator tijdens het weekend gependeld tussen de advocaten. De door allen gewenste regeling werd niet bereikt. De verschillen en de tijdsdruk waren te groot.
RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST De mediator beschikt niet over de integrale tekst van de vaststellingsovereenkomst. De belangrijkste punten uit de vaststellingsovereenkomst van 31 december 2013 waren: a. Einde arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden per 1 maart 2014. b. Geen werk, vakantiedagen worden geacht te zijn genoten. c. Vergoeding conform kantonrechtersformule met correctiefactor 1.5. d. Geen advocaatkosten, geen outplacement of opleidingskosten. Indien werkneemster in dat kader wel kosten maakt kan dat via de instelling lopen. De facturen worden dan exclusief BTW in mindering gebracht op de bruto vergoeding van punt c. e. Uitbetaling plb-uren, zijn zogenaamde vergrijzingsuren. f. Positief getuigschrift. g. Finale kwijting.
PROCES MEDIATION
Co-mediation Nee.
NM 2015/2 ARBEID Ontbinding arbeidsovereenkomst. Art. 7:685 BW Partijen: Coöperatie en directeur.
Achtergrond mediator Arbeidsmediator, met ruime ervaring als arbeidsrechtadvocaat.
Essentie Partijen zijn in een juridisch gevecht verwikkeld en proberen vlak voor de rechtszitting door mediation problemen op te lossen.
Casus Coöperatie, met daaronder een aantal bv’s, heeft directeur al ruim 15 jaar in dienst. Voor de zomer van 2014 werd het vertrouwen in het functioneren van de directeur opgezegd en werd hem ontslag aangezegd. Dat gebeurde onregelmatig met een aantal procedures als gevolg. Vlak voor de zitting in ontbindingszaak bij kantonrechter wordt mediation ingezet. Belangen Voor beide partijen is het voorkomen van een voortdurende lange juridische strijd van essentieel belang. Resultaat De mediation heeft niet tot het gewenste resultaat geleid en de mediation is mislukt. Opmerkingen mediator Tijdens de mediationbijeenkomst op vrijdag, waar partijen aan tafel zaten zonder hun respectieve advocaten, was al snel duidelijk dat door de tijdsdruk (de zitting bij de kantonrechter was de
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 2
Partijbegeleiders en andere betrokkenen Op achtergrond arbeidsrechtadvocaten. Intake/plenair/caucus Eén plenaire bijeenkomst met caucus.
INHOUD MEDIATION
2
Verwijzing door rechter In eerdere procedures was de optie van mediation ter sprake gekomen.
Verslaglegging N.v.t. Duur Totaal 5,5 uur. Overwegingen mediator De juridische problematiek was ingewikkeld. Partijen zagen op tegen lange, dure procedures met een onzekere afloop. Mediation leek daarom een goede keus. De tijd was kort maar het was zeker geïndiceerd. De juridische problematiek leek ingewikkeld. Dat bleek ook na dinsdag toen ter zitting de rechter de zitting aanhield totdat de juridisch ingewikkelde vraag bij wie de directeur in dienst was, door een hoogleraar arbeidsrecht zou zijn beantwoord. Dat betekende dat voorlopig de zaak nog niet beslecht is en partijen elkaar nog lang kunnen bestrijden. Het is de vraag of dat in hun belang is. Dirk-Jan Bender, BosnakBender te Arnhem
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
NM 2015/2
4/8/2015 12:30:47 PM
ARBEID
NEDERLANDSE MEDIATION
de mediator om in het gezamenlijke gesprek ook de advocaten uit te nodigen. Het gesprek met de advocaten erbij verloopt goed en partijen besluiten dat de advocaten staande de bijeenkomst de vaststellingsovereenkomst opmaken/aanpassen, waarna partijen beiden tot ondertekening overgaan.
NM 2015/3 ARBEID Arbeidsovereenkomst bepaalde tijd. Wedertewerkstelling. Beëindiging met wederzijds goedvinden. Art. 7:900 BW Partijen: Overheidsorganisatie en werknemer in leidinggevende functie.
Opmerkingen mediator In deze mediation hebben de advocaten zowel een negatieve als een positieve rol gespeeld. Positief in die zin dat zij partijen naar mediation hebben verwezen en dat zij tijdens de laatste mediationbijeenkomst gezamenlijk de vaststellingsovereenkomst hebben opgesteld. Negatief omdat partijen er eigenlijk uit waren en de advocaten de afspraken alleen vorm moesten geven. Echter door de correspondentie van de advocaten escaleerde de zaak weer. Uit de tweede intakeronde bleek dat de advocaten over en weer stevige brieven hadden geschreven en bijvoorbeeld een aanbod hadden gedaan en afgewezen op niet constructieve wijze. Partijen geraakten hierdoor weer terug bij af, dreigden er niet uit te komen en zelfs niet meer met elkaar te willen praten. De mediator heeft voorgesteld om de advocaten aan de tafel uit te nodigen en kon er op die manier voor zorgen dat hetgeen partijen wilden bereiken ook daadwerkelijk werd uit onderhandeld, waarbij al te stevige ‘advocatentaal’ direct kon worden geneutraliseerd.
Essentie Werknemer treedt in dienst in een leidinggevende functie met in eerste instantie een jaarcontract. Werknemer en werkgever geraken binnen twee maanden na indiensttreding in conflict. Werknemer meldt zich ziek na gesprek met werkgever. Werkgever heeft vertrouwen verloren en werknemer voelt zich onheus behandeld. Op aanraden van de advocaten wordt mediation gestart. INHOUD MEDIATION Casus Werknemer en werkgever hebben een ernstig conflict binnen twee maanden na indiensttreding. Werkgever heeft vertrouwen in werknemer verloren en wil hem het resterende deel van zijn dienstverband in een andere, niet leidinggevende, functie plaatsen. Werknemer is het hier niet mee eens en is van mening dat de vervangende functie beneden zijn niveau is. Werknemer heeft een goede baan met vast dienstverband opgezegd voor de leidinggevende functie bij werkgever. Gesprekken tussen beide partijen hebben geen oplossing gebracht en werknemer zit ziek thuis. Belangen Werknemer wil graag terug in zijn oude functie, hoewel de relatie met werkgever zeer gespannen is en hij van mening is dat werkgever ook excuses moet aanbieden voor de manier waarop hij zich behandeld voelt. Werkgever ziet werknemer niet terugkeren in de oude functie. Hij maakt zich zorgen over de leidinggevende kwaliteiten van de werknemer. Er is een alternatieve functie beschikbaar.
Omdat er sprake was van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd met een tussentijds opzegbeding, kon er sprake zijn van een eerder einde aan het dienstverband dan de einddatum van de overeenkomst. Indien dit beding niet in de overeenkomst had gestaan had het meer voor de hand gelegen om door te betalen tot einde dienstverband, wat in het onderhavige geval tot de merkwaardige situatie geleid zou kunnen hebben dat werknemer twee maanden gewerkt had en 12 maanden betaald kreeg. PROCES MEDIATION
Resultaat Na twee intakes (een-op-een) met de respectievelijke partijen, heeft een gezamenlijk gesprek plaatsgevonden, waarin over en weer excuses zijn aangeboden. De lucht is geklaard en partijen komen overeen om afscheid te nemen en de voorwaarden daarvoor door hun advocaten uit te laten werken. De correspondentie tussen de advocaten mondt echter uit in wederom een impasse waarin de partijen weer tegenover elkaar komen te staan. De mediator voert nogmaals intakegesprekken met beide partijen. Omdat hieruit blijkt dat de advocaten een belangrijke rol hebben gespeeld in het opnieuw escaleren van het conflict besluit NM 2015/3
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 3
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
Verwijzing door rechter De zaak is binnen gekomen door verzoek van partijen die daarbij advies van hun respectievelijke advocaten hadden gekregen. Co-mediation Eén mediator, geen co-mediation. Achtergrond mediator Arbeidsmediator met juridische achtergrond. Partijbegeleiders en andere betrokkenen Partijen werden in eerste instantie niet begeleid door hun advocaten. In het laatste gesprek werden beiden wel vergezeld door hun advocaat.
3
4/8/2015 12:30:47 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
Intake/plenair/caucus Met beide partijen zijn twee maal intakegesprekken gevoerd en er zijn twee plenaire bijeenkomsten geweest.
INHOUD MEDIATION
Verslaglegging De mediator heeft geen verslagen gemaakt. Duur De intakegesprekken duurden 1 à 1,5 uur en de plenaire sessies duurden 2 tot 2,5 uur. De doorlooptijd van de gehele mediation was 5 weken. Alexandra Vester, BQV Mediators
Casus Partijen hebben samen drie jonge kinderen. De vrouw heeft nog geen eigen inkomen, zij is bezig met een opleiding. De man ontvangt een variabele bonus, waarover partijen uitvoerig hebben gediscussieerd. De zorgverdeling is zodanig geregeld dat de kinderen meer tijd doorbrengen in het huishouden van de vrouw dan van de man. Aangezien partijen overeenkomen dat de man vooralsnog alle kosten van de kinderen voor zijn rekening neemt, maakt de vrouw maandelijks een bedrag van de kinderrekening over naar haar eigen rekening ten behoeve van de kosten van de kinderen in haar huishouding.
RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST De vaststellingsovereenkomst d.d. 3 juni 2014: Artikel 1. Einde arbeidsovereenkomst; Wederzijds goedvinden per 1 augustus 2014; Vergoeding van 2 bruto maandsalarissen incl. vakantietoeslag; Artikel 2. Vrijstelling van werkzaamheden; Artikel 3. Afwikkeling dienstverband; Geen vakantiedagen; Vergoeding van advocaatkosten met maximum; Einde leaseovereenkomst per 1 juli 2014; Positief getuigschrift; Artikel 4. WW; Medewerking door werkgever; Artikel 5. Geheimhouding en communicatie; Artikel 6. Finale kwijting; Artikel 7. Vaststelling en afstand ontbindingsrecht.
NM 2015/4 FAMILIE Echtscheiding, en/of kinderrekening. Variabele bonus. Netto kosten huishouding. Rol externe adviseurs. Art. 1:392, 1:395a, 1:397 BW Partijen: Man en Vrouw. Essentie Partijen voldoen de verblijf overstijgende kosten van de kinderen van een en/of kinderrekening. Voor zover de man voor datum echtscheiding bedragen aan de vrouw heeft voldaan, dan heeft hij die voldaan als netto kosten in de huishouding, die noch voor de vrouw belast zijn, noch voor de vrouw aftrekbaar.
4
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 4
Belangen Een groot gezamenlijk belang is om de communicatie zodanig te verbeteren en de scheiding zodanig goed af te ronden, dat partijen na de scheiding samen goed ouders kunnen blijven van hun kinderen. Resultaat Door overeen te komen om de kosten van de kinderen van een en/of rekening te betalen, houden beide partijen samen de financiële verantwoordelijkheid voor de kinderen. Ook de man kan daarvan betalingen voor zijn kinderen voldoen en dat voelt goed. Na uitvoerige discussie over de vraag hoe de bonus het beste kan worden meegenomen wordt op basis van de afgelopen vier jaren en de verwachting voor de toekomst een gemiddelde bepaald, dat in de draagkrachtberekening wordt meegenomen. Tot datum levering woning aan derden wordt een tijdelijke partneralimentatie overeengekomen. Partijen komen overeen dat zij direct na ondertekening van de koopovereenkomst een afspraak zullen maken met de mediator om de draagkracht opnieuw te laten berekenen aan de hand van alle omstandigheden van dat moment. Daarbij wordt wel de gemiddelde bonus zoals door partijen nu vastgesteld meegenomen. Opmerkingen mediator De advocaten op de achtergrond speelden een verschillende rol: de advocaat van de vrouw dacht mee als mediator, de advocaat van de man adviseerde hem als advocaat. Dat maakte het mediationproces een stuk grimmiger dan nodig was geweest. Verder heeft het grote tijdsverloop tussen de diverse besprekingen de inhoud van deze mediation geen goed gedaan. Er was veel herhaling nodig en het was lastig om door te pakken op de vorige bespreking. De vertraging werd veroorzaakt door partijen zelf, die vaak een afspraak verzetten omdat zij niet konden of omdat stukken nog niet gereed waren.
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
NM 2015/4
4/8/2015 12:30:47 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
“Artikel 7. Kinderalimentatie
PROCES MEDIATION Verwijzing door rechter Er heeft geen verwijzing door de rechter plaatsgevonden. Co-mediation Er was geen sprake van co-mediation. Achtergrond mediator De mediator is vFAS-advocaat scheidingsmediator. Partijbegeleiders en andere betrokkenen Partijen werden tijdens de mediation niet begeleid. Op de achtergrond hadden beiden een eigen advocaat. Intake/plenair/caucus Vanaf de eerste bespreking zijn beide partijen bij de mediation aanwezig geweest. Tussentijds is met beide partijen los van elkaar telefonisch contact geweest. Verslaglegging Van elke bespreking is een verslag gemaakt. Duur Er zijn zes besprekingen geweest over een periode van ruim elf maanden. Marieke Zon, ZonFamilierechtGroep Bussum RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST NEMEN IN AANMERKING: i. Partijen zijn op x 2003 te x met elkaar gehuwd. Het huwelijksgoederenregime wordt beheerst door een akte huwelijkse voorwaarden (bijlage 1). In deze akte is een periodiek verrekenbeding opgenomen. ii. Uit dit huwelijk zijn de volgende kinderen geboren: • K1 geboren op x 2004 te x • K2 geboren op x 2005 te x • K3 geboren op x 2008 te x, die nog minderjarig zijn en jonger dan 12 jaar. PARTIJEN VERKLAREN HET VOLGENDE MET ELKAAR TE ZIJN OVEREENGEKOMEN: Artikel 1. KINDEREN 1.1 Partijen hebben als ouders van hun kinderen afspraken vastgelegd in een ouderschapsplan, dat als bijlage 2 aan dit convenant wordt gehecht en daarvan onlosmakelijk deel uit maakt. 1.2 Met betrekking tot de kosten van de kinderen is daarin het volgende overeengekomen:
NM 2015/4
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 5
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
7.1 Kosten van de kinderen De kosten van de kinderen zijn door de ouders in onderling overleg/conform de gangbare tabellen/volgens bijlage begroot op € 1.824. De ouders zullen naar rato van hun draagkracht daarin bijdragen. Die verhouding is ten tijde van het ondertekenen van dit ouderschapsplan vader 100 en moeder 0. 7.2 Kinderalimentatie Partijen dragen ieder de eigen kosten van inwoning van de kinderen wanneer zij bij hen zijn. Die worden bij vader begroot op € 305 en bij moeder op € 445 per maand. Verblijfsoverstijgende lasten, zoals uitgewerkt in bijlage 2 bij dit ouderschapsplan worden betaald van een rekening die gezamenlijk aangehouden wordt. Van deze en/of rekening heeft iedere ouder een pinpas. De vader stort maandelijks een bedrag van € 1.520 op deze rekening. De moeder maakt maandelijks een bedrag van € 445 van deze rekening over op haar eigen rekening onder vermelding “kosten kinderen in huishouden moeder”. De ouders zullen jaarlijks in augustus de begroting van de verblijfsoverstijgende kosten evalueren en indien nodig deze en hun bijdrage daarin aanpassen. De ouders zijn elkaar rekening en verantwoording verschuldigd van hun opnames en zijn bij opheffing van deze rekening ieder voor de helft/ naar rato van hun bijdragen gerechtigd tot het saldo. 7.3 Alimentatie jongmeerderjarige Vanaf het tijdstip waarop een kind meerderjarig wordt betalen de ouders de in artikel nummer 7.2 genoemde alimentatie aan het kind zelf ex artikel 1:395a BW op een door het kind aan te wijzen bankrekening, tenzij het kind op dat moment nog bij de ouders woont. In dat geval wordt door de ouders en het kind in onderling overleg bepaald op welke wijze wordt betaald, zolang die situatie voortduurt. De wettelijke indexeringsregeling blijft van toepassing totdat het kind de 21-jarige leeftijd heeft bereikt. 7.4 Studiekosten na 21 jaar De ouders verplichten zich aan een kind van 21 jaar of ouder naar rato van hun draagkracht en indien en voor zover het kind daar behoefte aan heeft, een (studie) bijdrage te betalen zolang het kind met redelijke resultaten en in overleg met hen met een beroepsopleiding bezig is of studeert, doch uiterlijk tot het tijdstip waarop het kind de 25-jarige leeftijd bereikt. Dit beding ten behoeve van ieder van de kinderen van de ouders is onherroepelijk, zodat de kinderen het recht hebben om zo nodig nakoming van dit beding te vorderen. De ondertekening van dit 5
4/8/2015 12:30:47 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
convenant geldt tevens als aanvaarding van dit beding door partijen als wettelijk vertegenwoordigers van hun minderjarige kinderen. 7.5 Bankrekeningen ten name van de kinderen De navolgende bankrekeningen ten name van de kinderen zijn bekend: • rekening bij x onder rekeningnummer x ten name van x; • rekening bij x onder rekeningnummer x ten name van x; • rekening bij x onder rekeningnummer x ten name van x; De tenaamstellingen van de genoemde bankrekeningen blijft ongewijzigd. Voor zover aan de orde, blijven deze rekeningen buiten de financiële regeling die de ouders sluiten in verband met de ontbinding van hun huwelijk. Het is de bedoeling van de ouders om het saldo van de bankrekeningen ten name van de kinderen ten goede te laten komen aan het betreffende kind. Ieder van de ouders zal er op toezien dat de saldi van de bankrekeningen ten goede komt aan alleen het kind op wiens naam de desbetreffende rekening is gesteld. Het saldo van de bankrekeningen ten name van de kinderen zal alleen worden aangewend, zolang de kinderen minderjarig zijn, met toestemming van beide ouders. Het is uitdrukkelijk niet de bedoeling van een van de ouders enig saldo van een bankrekening ten name van (een van de) kinderen aan te wenden voor eigen gebruik. Indien dit wel geschiedt, dan is degene die deze opname verricht, verplicht op het eerste verzoek van de andere ouder het opgenomen bedrag terstond aan het desbetreffende kind te vergoeden. De moeder ontvangt de rekeningafschriften van de bankrekeningen ten name van de kinderen en zij zal jaarlijks op 31 december van ieder jaar of op eerste verzoek van de andere ouder inzage verschaffen in (het verloop van) deze rekeningafschriften. Het staat ieder van de ouders vrij om een nieuwe spaarrekening te openen op naam of ten behoeve van (een van) de kinderen.”
Hoogte partneralimentatie – TIJDELIJKE REGELINGEN 2.3 Op basis van de aldus vastgestelde behoefte en draagkracht en een gelijke jusverdeling komen partijen de volgende tijdelijke regeling overeen, voor de periode van 1 januari 2015 tot datum levering woning aan derden. Voor de duur van deze periode zal de man bijdragen in het levensonderhoud van de vrouw met een bedrag van € 1.219,14 bruto per maand, welk bedrag bij vooruitbetaling maandelijks aan haar zal worden voldaan. Daarnaast zal de man in heel 2015 de premie zorgverzekering voor de vrouw blijven voldoen. Zij zal zelf het verplichte eigen risico voldoen en eventuele niet-vergoede ziektekosten. Indien voor datum levering woning de vrouw inkomsten uit arbeid en/of vermogen krijgt, waardoor zij in staat is geheel of gedeeltelijk in haar eigen levensonderhoud te voorzien, zullen partijen zich opnieuw wenden tot mr. X of een andere vFAS-advocaat scheidingsmediator met de vraag om de hoogte van de partneralimentatie (en eventueel ook de verdeling van de kosten van de kinderen) opnieuw te berekenen aan de hand van alle omstandigheden van dat moment. Artikel 5. FISCALE REGELING 5.1 Partijen stellen vast dat zij tot en met 2014 fiscaal partners zijn. Tot en met het jaar waarin zij nog gezamenlijk eigenaar zijn van hun woning aan x te x zullen zij in overleg met elkaar de aangiftes inkomstenbelasting (laten) doen. De aanslagen inkomstenbelasting die betrekking hebben op de jaren waarin men fiscaal partner was komen voor rekening van beide partijen ieder voor de helft, zodra de aanslag onherroepelijk vaststaat. Eventuele teruggaven over deze periode zullen door partijen bij helfte worden gedeeld. Vanaf 2015 zal ieder der partijen de aanslagen die op de eigen aangifte betrekking hebben voor zijn/haar rekening nemen. Een eventuele teruggave vanaf die datum zal ieder der partijen kunnen behouden. De aanslagen en teruggaven die betrekking hebben op de woning zullen partijen in redelijkheid verdelen, in overleg met de fiscalist die de aangifte voor hen verzorgt.
Artikel 2. PARTNERALIMENTATIE Draagkracht 2.2 De draagkracht van de man is gebaseerd op de volgende uitgangspunten: bruto jaarinkomen uit arbeid en/of vermogen € 122.626, te vermeerderen met de variabele bonus van de man die door partijen is vastgesteld op een gemiddeld bedrag van € 4.507,- bruto per jaar. Draagkrachtloos inkomen € 4.602 rekening houdende met dubbele woonlasten in de tijdelijke regeling. 6
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 6
5.2 Hetgeen de man tot de datum waarop de in artikel 2.3 genoemde alimentatieregeling in werking treedt aan de vrouw heeft betaald, is voldaan ten titel van verstrekking van huishoudgeld. Deze betalingen zijn naar de bedoeling van partijen noch voor de man aftrekbaar, noch voor de vrouw belast. Indien aan de vrouw niettemin een aanslag inkomstenbelasting wordt opgelegd waarin deze betalingen (inbegrepen bijtelling eigen woningforfait) bij de vrouw als belastbaar inkomen zijn aangemerkt, neemt de man de door de vrouw
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
NM 2015/4
4/8/2015 12:30:47 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
hierover verschuldigde belasting voor zijn/haar rekening, zonder verrekening. Dit geschiedt evenwel pas wanneer de aanslag onherroepelijk vaststaat. Deze betaling zal in overleg met een fiscaal adviseur worden gebruteerd, aangezien de vrouw over deze betaling wederom fiscaal belast wordt en ook deze last voor rekening van de man komt. De man is verplicht het bedrag van de gebruteerde aanslag aan de vrouw te betalen uiterlijk één maand voordat de vrouw de aanslag dient te voldoen, zulks op voorwaarde dat zij de aanslag onverwijld na ontvangst in kopie aan de man heeft toegezonden. Vindt geen tijdige betaling plaats, dan is de man aan de vrouw over het onbetaalde gedeelte van het bedrag van de gebruteerde aanslag een rente verschuldigd die gelijk is aan de wettelijke rente, alsmede kosten, boeten e.d. die door de belastingdienst aan de vrouw in rekening worden gebracht.
zover dit in de huwelijkse periode is opgebouwd. Het in dit artikel genoemde formulier zal worden ondertekend door beide partijen. (Bijzonder) partnerpensioen 6.5 Ten aanzien van alle tot de datum van ontbinding van het huwelijk door de vrouw respectievelijk door de man opgebouwde aanspraken op partnerpensioen komen partijen overeen, dat overeenkomstig de wettelijke standaardregeling van artikel 57 lid 1, lid 2 respectievelijk lid 3 Pensioenwet wordt gehandeld, waarin wordt bepaald: 1. Indien de partnerrelatie van een deelnemer eindigt door scheiding1 verkrijgt de gewezen partner van de deelnemer een zodanige aanspraak op partnerpensioen als de deelnemer ten behoeve van die gewezen partner zou hebben behouden indien op het tijdstip van scheiding zijn deelneming zou zijn geëindigd. 2. Indien de partnerrelatie van een gewezen deelnemer eindigt door scheiding, en de gewezen deelnemer ten behoeve van die partner een aanspraak op partnerpensioen heeft behouden bij beëindigen van de deelneming, gaat de aanspraak over op de gewezen partner van de gewezen deelnemer. 3. Indien de partnerrelatie van een gepensioneerde eindigt door scheiding, en de gepensioneerde ten behoeve van die partner een aanspraak op partnerpensioen heeft behouden bij het ingaan van het ouderdomspensioen, gaat die aanspraak over op de gewezen partner van de gepensioneerde.
5.3 Indien over aanslagen inkomstenbelasting over de jaren dat partijen fiscaal partner waren en aanslagen als bedoeld in artikel 5.2 derde volzin, een geschil met de belastingdienst ontstaat, zullen partijen dit geschil in overleg, eventueel met behulp van een fiscaal adviseur, behandelen. Artikel 6. DE PENSIOENEN EN DE VEREVENING DAARVAN 6.3 Standaardverevening De door partijen tijdens het huwelijk opgebouwde ouderdomspensioenaanspraken zullen worden verevend conform de in artikel 1:155 BW jo. 2 lid 1 van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding (Wvps) opgenomen standaardregeling.
NM 2015/5 FAMILIE 6.4 Partijen geven hierbij opdracht aan mr. X om binnen twee jaar na de totstandkoming van de echtscheiding aan voormelde pensioenuitvoerder(s) mededeling te doen van de echtscheiding en van het tijdstip daarvan door middel van het daartoe voorgeschreven formulier, zulks teneinde te bewerkstelligen dat: - de vrouw een direct vorderingsrecht zal verkrijgen jegens de in artikel 6.1 vermelde pensioenuitvoerder(s) ter grootte van de helft van het ouderdomspensioen van de man en daarmee ook een rechtstreekse uitbetaling van de pensioenuitvoerders, voor zover dit in de huwelijkse periode is opgebouwd, en/of - man een direct vorderingsrecht zal verkrijgen jegens de in artikel 6.2 vermelde pensioenuitvoerder(s) ter grootte van de helft van het ouderdomspensioen van de vrouw en daarmee ook een rechtstreekse uitbetaling van de pensioenuitvoerders, voor NM 2015/5
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 7
Aanhouden gemeenschappelijke woning. Privévermogen. Coachings-matrix. Art. 1:94 lid 1 sub a BW Partijen: Man en vrouw. Essentie Partijen zijn in gemeenschap van goederen gehuwd. De vrouw en de twee kinderen (zes en drie jaar oud) wonen in de echtelijke woning. De man heeft de woning verlaten. De man zorgt deels voor de kinderen in de woning. Partijen willen deze situatie bestendigen.
1 Onder ‘scheiding’ wordt volgens artikel 1 van de Pensioenwet verstaan: scheiding: echtscheiding, ontbinding van het huwelijk na scheiding van tafel en bed, beëindiging van een geregistreerd partnerschap anders dan door dood, vermissing of omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk of beëindiging van een partnerrelatie in de zin van de pensioenovereenkomst;
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
7
4/8/2015 12:30:47 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
vrouw kan de overname van het aandeel in het recht van erfpacht van de woning van de man niet financieren. De woning is deels gefinancierd met een hypothecaire lening bij een bank en deels met leningen van de moeder van de man. De moeder van de man is overleden. De man heeft een privévermogen dat hij heeft verkregen uit haar nalatenschap, in het testament staat een uitsluitingsclausule. Het actief van de nalatenschap is tussen de erven verdeeld, waarbij de schuld van partijen aan de overleden moeder is verrekend met het aandeel van de man.
INHOUD MEDIATION Casus De man heeft anderhalf jaar voor aanvang van de mediation de echtelijke woning verlaten. De man werkt als zelfstandige en heeft een beperkt en wisselend inkomen. Hij verblijft tijdelijk in een kleine woonruimte. De vrouw werkt vier dagen in de week in vast dienstverband. De man zorgt de helft van de week overdag voor de kinderen in de echtelijke woning. De vrouw wil met de man afspraken maken over de wijze van gebruik van de woning als de man aanwezig is. De meeste roerende zaken die de man toebehoren zijn nog in de woning. De man zou het souterrain voor eigen gebruik kunnen inrichten. De man komt er niet toe de woning feitelijk definitief te verlaten. Partijen zijn in een impasse geraakt. Voor de vrouw is de scheiding en de verdeling belangrijk om verder te kunnen gaan met haar leven. Voor de man is de thans ontstane situatie een aanvaardbare modus. Partijen hebben de nadrukkelijke wens dat de vrouw en de kinderen in de echtelijke woning blijven wonen. De Feiten Man Onderhuur appartement, 3,5 dag zorg per week Financieel moeizaam Woont helft van de week in echtelijke woning
Actie Vrouw Relatief goed inkomen Veel werk, weinig vrije tijd Veel gezamenlijke activiteiten met man, kindgebonden Gezamenlijke vrienden
Problemen Man Woning Financiën Schuldgevoel naar kinderen en vrouw
Belangen De belangen van partijen zijn tijdens de mediation in kaart gebracht aan de hand van de matrix die is ontwikkeld door M. Kouwenhoven (Handboek strategisch coachen, Soest 2007). Nadat de achtergronden van de matrix zijn uitgelegd en beide partijen toestemming hebben gegeven, hebben zij ieder onder de vier onderwerpen van de matrix zelf het volgende opgeschreven (van linksboven tegen de klok in):
Man Werk zoeken Woning zoeken (netwerk aanspreken, uitzend-bureaus, UWV, makelaars, woningcorporatie, antikraak, etc.) Doelen
Vrouw Veel samen huishouden Onzekerheid over toekomst (financiën) Spanning, gezondheidsproblemen
Resultaat Partijen zijn er in geslaagd om tot een voor beiden acceptabele tijdelijke regeling te komen, die rust biedt voor de kinderen.
Man Gelukkig worden Door eigen woning en financiën op orde te krijgen
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 8
Vrouw Behoud gebruik woning Steady situatie voor de kinderen/financieel Huis delen met man onder allerlei voorwaarden
zaken als de ordening en verdeling van de roerende zaken noodzakelijk. PROCES MEDIATION
Opmerkingen mediator De matrix heeft de man geholpen om zijn schuldgevoel te uiten en de door de vrouw gevoelde urgentie te onderkennen. Hij is hierdoor in beweging gekomen. Door inzicht in de achtergronden van de financiële afwikkeling werd de vrouw meer bewust van de financiële bijdrage die de man bereid was te leveren en kon zij daarvoor erkenning geven. Dit heeft ook bijgedragen aan het proces om tot actie over te gaan. Tijdens de mediation bleef begeleiding bij praktische 8
Vrouw Scheiding geregeld hebben Voor vakantie kelder gereed maken
Verwijzing door rechter Er is geen sprake van verwijzing door de rechter. Co-mediation Er is geen sprake van co-mediation. Achtergrond mediator De mediator is vFAS advocaat scheidingsmediator.
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
NM 2015/5
4/8/2015 12:30:47 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
Partijbegeleiders en andere betrokkenen Partijen zijn begeleid door de boekhouder van de man, tevens financieel adviseur van partijen. Intake/plenair/caucus Alle besprekingen hebben met beide partijen samen plaatsgevonden. Verslaglegging Van alle besprekingen zijn verslagen gemaakt. Duur Er waren zes besprekingen van anderhalf uur. Fred Duijnstee, Advocaten in de Praktijk te Utrecht
– de hypotheekrente vanaf datum ondertekening van het convenant voor rekening komt van de vrouw; – de aanslag WOZ, opstalverzekering en onderhoudslasten vanaf datum ondertekening van het convenant voor rekening komen van de vrouw. 3.8 De vrouw zal zorgdragen voor het onderhoud van de woning. De aan het onderhoud verbonden kosten komen voor rekening van de vrouw. Artikel 4. VERDELING OVERIGE VERMOGENSBESTANDDELEN VAN DE HUWELIJKSGEMEENSCHAP
RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST NEMEN IN AANMERKING: I. Partijen zijn op (..) te (..) met elkaar gehuwd in gemeenschap van goederen. Artikel 3. DE ECHTELIJKE WONING EN DAARMEE VERBAND HOUDENDE RECHTEN EN LASTEN Eigen woning toedeling gebruik 3.1 Tot de huwelijkse gemeenschap van partijen behoort de onroerende zaak: te weten (-). Partijen hebben deze onroerende zaak in erfpacht verkregen door inschrijving in de kadastrale registers van de notariële akte die (-) verleden is voor mr. (-), notaris ter standplaats (-). 3.2 Op de in art. 3.1 genoemde onroerende zaak rust een schuld uit hoofde van hypothecaire geldlening, afgesloten bij (-). De akte van geldlening met hypotheekstelling ter grootte van € 532.000,- is op (-) verleden voor mr. (-), notaris ter standplaats (-). 3.4 De restanthoofdsom van de in art. 3.3 genoemde hypothecaire geldlening bedraagt per 31 december 2013 € 227.500,-. 3.5 De vrouw zal in de woning blijven wonen. De vrouw is geen vergoeding aan de man verschuldigd voor het gebruik van haar onverdeelde helft in de woning. De man zal de woning verlaten. 3.6 Partijen hebben de intentie dat de vrouw gedurende een periode van twee jaar tot vijf jaar na datum van ondertekening van het convenant in de woning zal blijven wonen. Zij zullen na het verstrijken van de periode van twee jaar met elkaar in overleg treden of de vrouw het gebruik van de woning kan voortzetten. 3.7 Met betrekking tot de eigenaarslasten van de echtelijke woning zijn partijen overeengekomen dat: NM 2015/5
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 9
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
Omvang gemeenschap, privévermogen man, schuld aan nalatenschap 4.2.1 Partijen verklaren dat de man privévermogen heeft dat op grond van een uitsluitingsclausule is verkregen. Het privévermogen bestaat uit een aandeel in de nalatenschap van de overleden moeder van de man. De totaal door de man te verkrijgen som na erfbelasting is begroot op € 136.443,-. Aan de man is een bedrag uitgekeerd van € 48.943,-, zodat de man nog een bedrag tegoed heeft van € 87.500,-. Daarbij is een restant aan meevallers begroot van € 4.991,-, waarvan de man eveneens nog een deel als zijn privévermogen zal verkrijgen. 4.2.2 Partijen hebben een schuld aan de nalatenschap van in totaal € 87.500,-, die voortvloeit uit leningen die de overleden moeder van de man aan partijen heeft verstrekt ten behoeve van de financiering van de aanschaf en verbouwing van de echtelijke woning aan de (-) te (-). Partijen zijn ieder in hun onderlinge verhouding voor de helft draagplichtig voor deze schuld. 4.2.3 Bij de verdeling van de nalatenschap van de moeder van de man is de vordering van de nalatenschap op partijen van € 87.500,- verrekend met het aandeel van de man van € 136.443,-, zodat aan hem een bedrag is uitgekeerd van € 48.943,-. 4.2.4 Partijen stellen vast dat de actuele vrije verkoopwaarde van de echtelijke woning € 350.000,- bedraagt. Gelet op de hoogte van de hypothecaire schuld van € 227.500,- kan de overwaarde derhalve worden begroot op € 122.500,-, te verminderen met eventuele verkoopkosten, uitgaande van een makelaarscourtage dat verschuldigd is bij een opbrengst van € 350.000,- en eventuele overige aan de verkoop van de woning verbonden kosten. Partijen begroten vorenbedoelde verkoopkosten op 1,5% van € 350.000,-, derhalve € 5.250,-. Partijen stellen vast dat de actuele overwaarde € 117.250,- bedraagt.
9
4/8/2015 12:30:47 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
4.2.5 Partijen komen overeen dat bij een verkoop van de echtelijke woning uit de opbrengst eerst de schuld aan de nalatenschap van de moeder van de man van in totaal € 87.500,- wordt voldaan door dit bedrag van € 87.500,- uit te keren aan de man. 4.2.6 Partijen komen overeen dat de overwaarde zoals bedoeld in artikel 4.2.4, te verminderen met de uitkering van het bedrag van € 87.500,aan de man als bedoeld in artikel 4.2.5, derhalve een bedrag van € 29.750,-, tussen partijen bij helfte wordt gedeeld. De helft van dit bedrag, derhalve een bedrag van € 14.875,- zal aan de man worden uitgekeerd, zodra de woning is verkocht en de opbrengst is ontvangen. De vrouw is hierover geen rente verschuldigd aan de man, behoudens indien zich de situatie als beschreven in artikel 4.2.8 zich voordoet. Na verkoop van de woning zal derhalve aan de man een bedrag worden uitgekeerd van in totaal € 102.375,-.
NM 2015/6 FAMILIE Echtscheiding. Wettelijke gemeenschap. Art. 1:100 ev. BW Partijen: Man en vrouw. Essentie Partijen zijn 25 jaar gehuwd. De vrouw heeft na relatietherapie en ampele overwegingen besloten te willen scheiden. De man wil niet scheiden en heeft ook bezwaren van godsdienstige aard tegen echtscheiding. Partijen hebben overeenstemming bereikt over de overname door de man van de echtelijke woning maar stuiten daarbij op financieringsproblemen. INHOUD MEDIATION
4.2.7 Partijen komen overeen dat indien de woning wordt verkocht voor een verkoopprijs hoger dan € 350.000,-, de meeropbrengst voor zover dat de overwaarde als bedoeld in artikel 4.2.4 overstijgt, toekomt aan de vrouw, aangezien zij met ingang van de peildatum, alle lasten verbonden aan de woning voldoet, zorg draagt voor het onderhoud en zij het risico draagt voor de waardeontwikkeling van de woning. 4.2.8 Partijen komen overeen dat als de woning wordt verkocht voor een verkoopprijs lager dan € 350.000,- en de gerealiseerde opbrengst ontoereikend is om het in artikel 4.2.6 bedoelde bedrag volledig aan de man te voldoen, de vrouw dan het verschil schuldig is aan de man. De vrouw is dan onmiddellijk in verzuim en is aan de man de wettelijke rente verschuldigd over dit verschil vanaf de datum dat de verkoopsom is ontvangen. Indien en voor zover de gerealiseerde opbrengst voorts ontoereikend is om ook het bedrag van € 87.500,- als bedoeld in artikel 4.2.5 aan de man te voldoen, dan is vrouw eveneens het verschil voor dit bedrag schuldig aan de man. De vrouw is dan onmiddellijk in verzuim en is aan de man de wettelijke rente verschuldigd over dit verschil vanaf de datum dat de verkoopsom is ontvangen. 4.2.9 Hetgeen is bepaald in de artikelen 4.2.1 tot en met 4.2.8 houdt een vaststellingsovereenkomst in.
10
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 10
Casus In deze mediation speelde enerzijds het relationele probleem dat de man niet wilde scheiden en daartegen ook zwaarwegende bezwaren had van godsdienstige aard. Anderzijds bleek het voor de man niet mogelijk om direct de gehele financiering van de overname door hem van de echtelijke woning rond te krijgen. Partijen hebben twee meerderjarige zonen die echter nog thuis wonen en zijn gehuwd in de wettelijke gemeenschap van goederen. Naast het huis waarvan partijen in goed overleg zelf de waarde hebben vastgesteld, resulterend in een overwaarde van ruim € 80.000,-, zijn er twee bescheiden auto’s, een gering spaarsaldo en inboedelgoederen. De man is kortgeleden van een baan in loondienst overgestapt naar het zzp'erschap omdat dat voor hem financieel voordeliger uitpakte en hij een opdracht kon krijgen die een kleine twee jaren zou kunnen duren. De vrouw heeft vroeger wel gewerkt als secretaresse maar heeft al een tijd geen baan meer. Gedurende de scheidingsperiode heeft de vrouw huisvesting gevonden op de particuliere huurmarkt. Belangen Het primaire belang van de vrouw is om de man ertoe te bewegen in te stemmen met de echtscheiding. Daarnaast is haar belang om ook in financiële zin een eigen huishouding te kunnen voeren. Het belang van de man is dat hij graag in de echtelijke woning wil blijven wonen en de financiering daarvan rond wil krijgen. Het gemeenschappelijke belang van partijen is gelegen in een goede voortzetting van hun gezamenlijke ouderschap en – hiermee verband houdend – dat de man in het huis kan blijven wonen omdat dat op de korte termijn beter is voor de beide zonen die nog niet gereed zijn voor een geheel zelfstandig bestaan. Als gemeenschappelijk belang is door partijen ook onderkend dat de
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
NM 2015/6
4/8/2015 12:30:48 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
man zijn huidige lange opdracht moet kunnen behouden.
municatie via email tussentijds heeft alleen met beide partijen gezamenlijk plaatsgevonden.
Resultaat Partijen zijn waar het betreft het punt van de echtscheiding zelf tot een vergelijk gekomen dat inhoudt dat de vrouw de echtscheiding initieert en de man zich daartegen niet zal verzetten: er is derhalve een relationeel vergelijk getroffen dat ook het principiële punt van de man adresseert. Op zakelijk gebied is als evenwicht tussen de genoemde belangen gevonden dat het huis op korte termijn wordt toegedeeld aan de man – waartoe deze de lopende hypotheeklening kan omzetten, in welk verband de vrouw kan worden ontslagen uit haar hoofdelijke aansprakelijkheid hiervoor – en de vrouw een vordering op de man behoudt die hij binnen afzienbare tijd aan haar zal aflossen. Hiertoe kan de man naar verwachting van partijen de door hem benodigde aanvullende financiering verwerven na verloop van een half jaar tot een jaar omdat dan zal zijn gebleken dat zijn opdracht succesvol verloopt; ingeval het anders loopt zal het huis door de man worden verkocht. Daarnaast zal de man de vrouw een maandelijkse bijdrage in haar levensonderhoud betalen voor een naar verwachting van beiden overzichtelijke periode.
Verslaglegging Er heeft geen verslaglegging plaatsgevonden, behoudens het bevestigen door de mediator aan partijen van gemaakte (werk)afspraken via email. Duur Na het oriënterende gesprek van ongeveer een half uur hebben drie gesprekken plaatsgevonden van ongeveer anderhalf uur en één gesprek van vijfenveertig minuten; de vaststellingsovereenkomst is door partijen ondertekend tijdens een korte slotsessie. RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST
Opmerkingen mediator Ondanks het principiële karakter van de bezwaren tegen de echtscheiding aan de zijde van de man en de financieringshobbels zijn partijen in staat gebleken om te koersen op het kompas van hun belangen en hebben ze gezamenlijk voor hen werkbare oplossingen kunnen vinden. PROCES MEDIATION Verwijzing door de rechter Partijen hebben op eigen initiatief voor mediation gekozen, zonder tussenkomst van advocaten of rechtbank. Co-mediation Er heeft geen co-mediator opgetreden. Achtergrond mediator De mediator is jurist met een notariële achtergrond. Partijbegeleiders en andere betrokkenen De belastingadviseur van partijen heeft een ondersteunende rol gespeeld waar het betreft de vaststelling van een redelijke bijdrage in het levensonderhoud van de vrouw door de man. Daarnaast hebben ouderlingen uit de kerk van de man aan diens zijde meegedacht. Intake/plenair/caucus Er zijn door de mediator alleen gesprekken gevoerd met beide partijen samen. Ook de comNM 2015/6
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 11
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
De ondergetekenden: (…) in aanmerking nemende: ⁃ dat partijen beiden de Nederlandse nationaliteit bezitten; ⁃ dat partijen op * in de gemeente * met elkaar in het huwelijk zijn getreden; ⁃ dat partijen zijn gehuwd in de wettelijke gemeenschap van goederen; ⁃ dat uit hun relatie twee kinderen zijn geboren – * en * – die thans meerderjarig zijn; verklaren te zijn overeengekomen als volgt. Considerans (bedoelingen, belangen, overwegingen) Partijen stellen vast dat de onderstaande afspraken door hen zijn gemaakt in het licht van de volgende overwegingen die samenhangen met door hen tijdens de mediation geformuleerde (gemeenschappelijke) belangen, waarmee zij hun bedoelingen die ten grondslag liggen aan deze overeenkomst tot uitdrukking brengen en welke derhalve het interpretatiekader voor deze overeenkomst vormen: ⁃ Partijen hebben bewust voor de toepassing van mediation gekozen teneinde in gezamenlijk overleg met elkaar tot afspraken over alle gevolgen van hun echtscheiding te komen. ⁃ De vrouw heeft na een intensieve periode – waarin partijen ook zijn begeleid door een therapeut – het besluit genomen om de huwelijkse relatie van partijen te beëindigen en de man heeft op pragmatische gronden besloten zich daar niet tegen te zullen verzetten. ⁃ Het gezamenlijke woonhuis van partijen is eigendom van hen beiden en zal aan de man worden toegedeeld op grond van het feit dat hij daartoe wel over de benodigde financiële draagkracht beschikt en de vrouw niet. Dit 11
4/8/2015 12:30:48 PM
FAMILIE
⁃
⁃
⁃
⁃
⁃
⁃
NEDERLANDSE MEDIATION
huis zal door de man en de beide nog inwonende meerderjarige zonen van partijen worden bewoond na de scheiding. De vrouw heeft een huurwoning gevonden op de particuliere markt en inmiddels haar intrek daarin genomen. De man zal de huidige hypothecaire geldlening omzetten in een nieuwe hypothecaire geldlening waarvoor de vrouw geen aansprakelijkheid zal dragen. Ter zake van het door de man aan de vrouw uit te betalen aandeel in de zogenoemde overwaarde die door partijen is opgebouwd, is door partijen besproken dat dit bedrag niet in zijn geheel door de man behoeft te worden uitbetaald ter gelegenheid van de notariële toedeling van het huis aan hem maar dat hiervoor meer tijd beschikbaar is waardoor de man in de gelegenheid wordt gesteld op het juiste moment met de bank te bespreken of het door hem afsluiten van een aanvullende hypothecaire geldlening mogelijk is. Partijen zullen hun ouderschap vormgeven op dezelfde wijze als tijdens hun huwelijk; hun beide zonen zullen ook geregeld tijd doorbrengen met hun moeder in haar huis en de vrouw zal hen ook zien in het huis van de man waar zij welkom is. Partijen hebben in goed onderling overleg en in nauwe afstemming met hun belastingadviseur tijdens en naast de mediationgesprekken, financiële afspraken gemaakt ter zake van de verdeling van hun gemeenschappelijke vermogen en de bijdrage van de man in het levensonderhoud van de vrouw. Waar het betreft de verdeling van hun gemeenschappelijke vermogen bedoeld onder VII, bestaat er voor partijen geen reden om af te willen wijken van de wettelijke norm ter zake die meebrengt dat zij ieder voor een gelijk gedeelte gerechtigd zijn tot dit vermogen. De onder VII bedoelde, door partijen getroffen financiële regelingen hangen – waar het betreft de bijdrage van de man in het levensonderhoud van de vrouw – mede samen met de aanname van partijen dat de man zijn huidige inkomen als zzp'er en het daaruit voortvloeiende inkomen zal behouden voor ten minste een periode van anderhalf tot twee jaar en de vrouw naar verwachting in staat zal zijn om binnen afzienbare tijd weer een eigen inkomen te verdienen, gezien het feit dat zij beschikt over de nodige verdiencapaciteit en er ook naar streeft snel weer actief te zijn op de arbeidsmarkt. Partijen verwachten waar het de langere termijn betreft dat de vrouw in staat zal zijn om een volwaardig eigen inkomen te verdienen dat haar in de gelegenheid zal stellen om in haar eigen levensonderhoud te voorzien. Partijen zullen de door de man tijdens hun huwelijk opgebouwde aanspraken op ou-
12
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 12
⁃
⁃
derdomspensioen verevenen conform de hoofdregel van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding, gezien het feit dat het eveneens door hen overwogen alternatief hiervoor van conversie van deze aanspraken in combinatie met het opgebouwde ouderdomspensioen, tot een voor de vrouw aanmerkelijk nadeliger uitkomst zou leiden met het oog op het bestaande leeftijdsverschil tussen partijen. De door de man tijdens het huwelijk opgebouwde aanspraken op bijzonder nabestaandenpensioen zullen toekomen aan de vrouw en de vrouw zal daarnaast bezien of zij een aanvullende overlijdensrisico-verzekering zal afsluiten teneinde over voldoende inkomsten te blijven beschikken ingeval de man onverhoopt zou overlijden tijdens de periode waarin deze haar een bijdrage in haar levensonderhoud verstrekt. De door de vrouw tijdens het huwelijk opgebouwde aanspraken op ouderdomspensioen zullen gezien de geringe omvang daarvan niet worden verevend. Met de in deze overeenkomst opgenomen geschillenclausule beogen partijen uitdrukkelijk een keuze te maken voor de toepassing van mediation ingeval tussen hen een geschil ontstaat over de uitleg van deze overeenkomst of naar aanleiding van hetgeen door hen in deze overeenkomst is bepaald. Partijen hebben voorts het oogmerk om – indien een mediation als bedoeld niet of slechts gedeeltelijk zou slagen – tevens reeds nu op voorhand te voorzien in een deskundige beslisser die zij hebben gevonden in de kantonrechter bedoeld in artikel 96 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, teneinde op adequate wijze en tegen geringe kosten, desgewenst zonder inschakeling van een advocaat, een bindende beslissing te kunnen verkrijgen. Partijen geven met hun keuze voor mediation uitdrukking aan hun opvatting dat het zeer wenselijk is om uit respect voor elkaar als gewezen huwelijkspartners, door toepassing van mediation zich ervoor in te spannen om eerst zelf tot een oplossing van een geschil dat over of naar aanleiding van dit convenant zou ontstaan te komen, mede gezien het feit dat deze overeenkomst in mediation tot stand is gebracht. Partijen wensen waar dit mogelijk is met dit convenant een finale en definitieve regeling te treffen over alle vermogensrechtelijke en financiële gevolgen van de beëindiging van hun huwelijk en hebben daartoe weloverwogen voor de vorm van een vaststellingsovereenkomst gekozen.
Artikel 1 (Vaststellingsovereenkomst) (...)
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
NM 2015/6
4/8/2015 12:30:48 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
Artikel 2 (Vaststelling normen) Tijdens de mediation hebben partijen normen gevonden dan wel hervonden met toepassing waarvan zij regelingen hebben getroffen ter zake van de verschillende zakelijke aspecten van hun echtscheiding, welke regelingen in deze overeenkomst zijn opgenomen. Het betreft de volgende normen: a op de verdeling van hun nog te ontbinden huwelijksgoederengemeenschap is de hoofdnorm van artikel 100 Boek 1 Burgerlijk Wetboek van toepassing, op welke grond ieder van partijen in beginsel gerechtigd is tot de helft van de (waarde van) de bedoelde gemeenschap; b voor de vaststelling van de waarde van de echtelijke woning hebben partijen zich gebaseerd op de norm van de recentelijk gerealiseerde koopprijzen voor andere woonhuizen in hun straat, alsmede op de norm van de WOZ-waarde van hun huis; c ter zake van de vaststelling van de hoogte van de bijdrage in het levensonderhoud die de man aan de vrouw zal verstrekken hebben partijen een eigen interpretatie gegeven aan de door de wet in dit verband genoemde normen van behoeftigheid, behoefte en draagkracht, waarvan mede blijkt uit de aan deze overeenkomst gehechte berekening; d met betrekking tot de deling van de opgebouwde aanspraken op ouderdoms- en nabestaandenpensioen hebben partijen ervoor gekozen om de hoofdnorm van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding te volgen. Partijen stellen bij dezen vast dat de desbetreffende normen voor hen bindend zijn. Artikel 3 (Kosten van de huishouding) (...) Artikel 4 (Peildatum) (...) Artikel 5 (Woonhuis) 1. Het woonhuis c.a. gelegen aan de * te *, hierna te noemen: het registergoed, vormt een bestanddeel van de wettelijke gemeenschap van goederen van partijen. Het desbetreffende registergoed zal worden toegedeeld aan de man onder de verplichting voor hem om de op het genoemde registergoed rustende hypothecaire geldlening – per de peildatum pro resto groot € 103.500,- –, geheel voor zijn rekening te nemen en deze als eigen schuld te dragen en te voldoen onder vrijwaring van de vrouw deswege, alsmede onder de verplichting voor hem om de vrouw te doen ontslaan uit haar hoofdelijke aansprakelijkheid voor de desbetreffende hypothecaire geldlening. De man zal aan deze verplichting voldoen door de omzetting van de NM 2015/6
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 13
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
desbetreffende bestaande hypotheeklening in een nieuwe hypothecaire geldlening in twee delen, afgesloten bij * te *. 2. Partijen hebben de vrije waarde in het economisch verkeer van het registergoed in goed overleg vastgesteld op € 185.000,-, zich daarbij baserend op een eigen inschatting van deze waarde, mede op grond van de koopprijs die andere huizen in de straat recentelijk hebben opgebracht, alsmede op de meest recente WOZ-waarde van € 190.000,- die naar hun oordeel te hoog is. 3. De schuld aan de vrouw ter grootte van € 40.750,- die aan de zijde van de man uit hoofde van de in lid 2 van dit artikel genoemde verdeling ontstaat, zal door hem zo spoedig mogelijk worden afgelost en uiterlijk op 1 januari 2017. De man is jegens de vrouw eveneens tot algehele aflossing van de desbetreffende schuld verplicht op het moment waarop hij het registergoed levert aan de koper daarvan, in welk geval het eventuele gedeelte van de koopprijs dat uitstijgt boven € 185.000,- aan ieder van partijen voor een gelijk gedeelte toe zal komen. Gedurende de periode waarin de hiervoor genoemde schuld bestaat, is de man jaarlijks – per 31 december – een enkelvoudige interest ter grootte van 2 procent verschuldigd aan de vrouw, berekend over het gemiddelde van respectievelijk de hoogte van het schuldbedrag dat op 1 januari van het desbetreffende kalenderjaar aan de orde was en de hoogte van het schuldbedrag op 31 december van dat kalenderjaar. Voor het jaar 2015 geldt dat de eerstgenoemde datum wordt vervangen door de datum van ondertekening van deze overeenkomst. 4. De in het eerste lid van dit artikel bedoelde toedeling aan de man zal worden geformaliseerd door levering van het registergoed aan hem bij notariële akte van verdeling, verleden door een door de man aan te wijzen notaris. De kosten hiervan zullen door de man worden gedragen, evenals de kosten van de in lid 1 van dit artikel bedoelde omzetting. 5. Alle kosten die samenhangen met het bewonen van het bedoelde woonhuis, komen voor rekening van de man met ingang van 1 november 2014 en worden vanaf die datum geheel door hem gedragen en voldaan, zonder verrekening deswege met de vrouw. 6. De vrouw heeft per 1 november 2014 een door haar gehuurd eigen woonhuis aan de * te * betrokken. Artikel 6 (Verdeling) (...)
13
4/8/2015 12:30:48 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
Artikel 7 (Partneralimentatie) 1. De man zal maandelijks – bij vooruitbetaling per de eerste van iedere maand – een bruto bedrag ter grootte van € 1.000,- bruto uitkeren aan de vrouw bij wijze van bijdrage in haar levensonderhoud (partneralimentatie), voor het eerst per 1 november 2014. Partijen zullen jaarlijks ter gelegenheid van het voorbereiden van de aangifte inkomstenbelasting met hun belastingadviseur een evaluatiegesprek voeren en in goed overleg vaststellen of het in de vorige volzin van dit lid genoemde bedrag aanpassing behoeft, onverminderd hetgeen overigens is bepaald in dit artikel. 2. De in lid 1 van dit artikel opgenomen verplichting voor de man jegens de vrouw heeft een looptijd van in beginsel 144 kalendermaanden, doch partijen gaan ervan uit dat de desbetreffende looptijd in werkelijkheid aanmerkelijk korter zal duren. 3. Partijen hebben zich bij het maken van de in dit artikel opgenomen afspraken gebaseerd op het gegeven dat de vrouw thans nog geen betaalde arbeid verricht en mitsdien geen inkomsten genereert – mede gezien de door hen tijdens hun huwelijk gemaakte keuzen – en zij een overgangstijd nodig zal hebben om toe te kunnen groeien naar het verwerven van een volwaardig eigen inkomen ter grootte van ten minste het in lid 1 van dit artikel genoemde bedrag. Partijen menen dat de vrouw thans redelijk goede vooruitzichten heeft waar het betreft het binnen afzienbare tijd verwerven van een behoorlijk eigen inkomen uit arbeid. Daarnaast hebben partijen zich bij het maken van de bedoelde afspraken gebaseerd op het gegeven dat de man thans als zzp'er een opdracht heeft die naar redelijke verwachting ten minste zal duren tot 1 juli 2016 en daarmee een netto besteedbaar inkomen verdient van ongeveer € 26.000,- per jaar. Tot slot hebben partijen gebruikgemaakt van de berekening die is opgesteld door hun gezamenlijke belastingadviseur en die als bijlage aan deze overeenkomst is gehecht, in welke bijlage het genoemde inkomen van de man eveneens is gespecificeerd. 4. Bij het maken van deze afspraken is door partijen de onzekerheid in acht genomen van het feit dat ieder van hen inspanningen zal moeten verrichten; aan de zijde van de vrouw betreft het hier inspanningen om een eigen inkomen te verwerven dat ten minste zo groot is als de bijdrage in het levensonderhoud genoemd in lid 1 van dit artikel en aan de zijde van de man gaat het om diens inspanning om ten minste het desbetreffende, in lid 3 van dit artikel genoemde inkomen te blijven genereren. De vrouw verplicht zich er derhalve toe zich in te zullen spannen om geleidelijk een eigen inkomen te zullen gaan verwer14
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 14
ven, teneinde de man in staat te stellen de door hem aan haar uit te keren partneralimentatie te verlagen en uiteindelijk te beëindigen. 5. De bruto inkomsten uit arbeid die de vrouw verwerft in de periode waarin zij partneralimentatie ontvangt van de man, worden voor een gedeelte van 50 procent daarvan verrekend met de door de man aan haar betaalde bruto-bijdrage in haar levensonderhoud als bedoeld in lid 1 van dit artikel, met dien verstande dat een gedeelte van het bedoelde door de vrouw te genereren inkomen ter grootte van € 200,- buiten de desbetreffende verrekening zal blijven. Partijen zullen jaarlijks ter gelegenheid van de aangifte inkomstenbelasting hun belastingadviseur vragen het in dit verband onderling te verrekenen bedrag vast te stellen. 6. Ingeval de vrouw ervoor kiest om een gemeenschappelijke huishouding – in welke vorm en mate en onder welke noemer ook – te gaan voeren met een derde, zal de verplichting van de man om uit hoofde van lid 1 van dit artikel een bijdrage in het levensonderhoud van de vrouw te betalen nog drie kalendermaanden voortduren, met dien verstande dat de bijdrage van de man in de desbetreffende maanden zal worden gehalveerd. Na ommekomst van de bedoelde periode van drie maanden zal de verplichting van de man een bijdrage in het levensonderhoud van de vrouw te betalen definitief vervallen. De vrouw zal de man vóór de aanvang van de bedoelde gemeenschappelijke huishouding schriftelijk in kennis stellen van haar voornemen daartoe, zulks met mededeling van de datum waarop de gemeenschappelijke huishouding aanvangt en onder vermelding van de naam van de desbetreffende derde. 7. Indien de man ervoor kiest een gemeenschappelijke huishouding te gaan voeren heeft dit feit in beginsel geen invloed op de hoogte van het door de man aan de vrouw wegens levensonderhoud verschuldigde bedrag, noch op de lengte van de periode waarin dit bedrag wordt betaald. 8. Op het moment waarop de in lid 3 van artikel 5 genoemde schuld geheel zal zijn afgelost door de man, zal de verplichting van de man om de vrouw een bijdrage te betalen in haar levensonderhoud uit hoofde van lid 1 van dit artikel definitief vervallen, tenzij alsdan zou blijken dat volledige beëindiging onbillijk zou zijn voor de vrouw. 9. De in dit artikel gemaakte afspraken zullen door partijen in goed onderling overleg worden aangepast indien het besteedbaar inkomen van de man wijzigt in die zin dat dit meer dan vijftien procent hoger of lager wordt ten opzichte
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
NM 2015/6
4/8/2015 12:30:48 PM
FAMILIE
NEDERLANDSE MEDIATION
van het desbetreffende inkomen dat in de bijlage is gehanteerd, alsmede ingeval sprake is van een zodanig onvoorziene omstandigheid dat van partijen niet verwacht kan worden dat zij deze hebben verdisconteerd in de door hen in dit artikel gemaakte afspraken, met dien verstande dat, waar het een wijziging in negatieve zin betreft, de desbetreffende wijziging niet verwijtbaar mag zijn aan de man. Een omstandigheid die door partijen is besproken doch niet is verdisconteerd in de door hen in dit artikel gemaakte afspraken betreft een eventuele langdurige arbeidsongeschiktheid aan de zijde van de man, gezien het feit dat deze thans niet is verzekerd voor arbeidsongeschiktheid. 10. De vrouw draagt zorg voor een adequate overlijdensrisicoverzekering op het leven van de man waarvan zij de begunstigde is teneinde op deze wijze te voorzien in het risico van overlijden van de man waardoor diens in lid 1 van dit artikel bedoelde bijdrage in haar levensonderhoud wegvalt. 11. Partijen sluiten bij dezen uitdrukkelijk wijziging door een rechterlijke uitspraak van hetgeen zij in dit artikel zijn overeengekomen wegens wijziging van omstandigheden uit. Partijen realiseren zich niettemin dat een wijziging door de rechter van de door hen in dit artikel gemaakte afspraken op grond van artikel 159 lid 3 Boek 1 Burgerlijk Wetboek, in beginsel mogelijk blijft in zeer uitzonderlijke omstandigheden. 12. Het in lid 1 van dit artikel vastgestelde bedrag of de bedragen die daarvoor in de plaats treden – zullen jaarlijks per 1 januari worden verhoogd met de wettelijke indexering als bedoeld in artikel 402a Boek 1 Burgerlijk Wetboek, voor het eerst per 1 januari 2016. 13 Partijen hebben zich bij het maken van de in dit artikel opgenomen afspraken georiënteerd op de zogenoemde Tremanormen doch zij hebben bij het maken van de in dit artikel opgenomen afspraken een eigen interpretatie gegeven aan de wettelijke normen van behoeftigheid, behoefte en draagkracht en zij wensen daarmee uitdrukkelijk af te wijken van de wijze waarop de rechter de wettelijke normen zou toepassen met behulp van de bedoelde Tremanormen. Artikel 8 (Pensioenaanspraken) (...) Artikel 9 (Vergoedingsrechten) (...)
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 15
Artikel 12 (Uitvoering) (...) Artikel 13 (Geschillen) 1. Ingeval van elk geschil, betrekking hebbende op de door partijen ondertekende overeenkomst of uit daarop voortbouwende overeenkomsten, zullen partijen trachten deze in eerste instantie op te lossen met behulp van mediation, conform het reglement van de VMSN of de vFAS, zoals dat luidt op de aanvangsdatum van de mediation. 2. De mediator zal worden gekozen uit het door een in lid 1 genoemde vereniging aangehouden ledenregister van mediators. Partijen wijzen in gezamenlijk overleg een mediator aan. 3. Zolang de mediation niet is beëindigd, zal geen van partijen het geschil aan de rechter voorleggen, tenzij uitsluitend ter bewaring van rechten. 4. De rechter of arbiter bij wie een geschil aanhangig wordt gemaakt waarop deze mediationclausule van toepassing is, schort op verzoek van een partij de behandeling van de desbetreffende zaak op, tenzij hem blijkt dat er ten aanzien van dat geschil geen geldige mediationclausule is of deze is geëindigd. De behandeling van de zaak door de bedoelde rechter of arbiter wordt voortgezet indien een partij bij aangetekend schrijven aan de bedoelde rechter of arbiter, alsmede aan de mediator en de andere partij meedeelt dat de mediation is beëindigd. 5. Partijen zijn er toe gehouden de eerste mediationbijeenkomst bij te wonen. Daarna staat het partijen vrij om de mediation op ieder gewenst moment te beëindigen. 6. De mediation vangt aan op het moment waarop partijen gezamenlijk de eerste mediationbijeenkomst bijwonen. 7. Indien een partij zich beroept op de toepassing van deze clausule, doet hij daarvan per aangetekend schrijven mededeling aan de andere partij. Laatstgenoemde partij dient vervolgens binnen een termijn van tweeëndertig dagen nadat de bedoelde mededeling hem heeft bereikt bij aangetekend schrijven aan eerstgenoemde partij te doen weten of hij bezwaar maakt tegen de toepassing van deze clausule, bij gebreke waarvan de clausule toepassing vindt. 8. De mediation zal niet later aanvangen dan veertien dagen na ommekomst van de in lid 7 bedoelde termijn.
Artikel 10 (Fiscale clausule) (...)
NM 2015/6
Artikel 11 (Levering, finale kwijting) (...)
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
15
4/8/2015 12:30:48 PM
OVERHEID/ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
9. Indien een partij een gerechtelijke procedure of een arbitrage begint ter zake van een geschil waarop deze clausule betrekking heeft zonder zich eerst op deze clausule te hebben beroepen, verbeurt de desbetreffende partij ten bate van de andere partij een boete van € 1.000,-, welk bedrag onmiddellijk opeisbaar is, onverminderd het recht van de andere partij schadevergoeding te vragen.
NM 2015/7 OVERHEID/ZAKELIJK Omgevingsvergunning. Bouw- en sloopschade. Art. 2.1 Wabo, art. 6:98, 6:162 BW Partijen: Gemeente, omwonenden/verenigingen van eigenaars, vergunninghouder. Essentie De gemeente heeft een omgevingsvergunning verleend voor een bouwplan. Omwonenden maken bezwaar tegen de uitvoering van dit bouwplan omdat zij vrezen voor schade aan de omliggende gebouwen en de onderliggende funderingen. Partijen willen in mediation tot overeenstemming komen over de gestelde sloop- en saneringsschade, de omgevingsvergunning en de communicatie in de toekomst tussen partijen.
10. Indien toepassing van deze clausule niet leidt tot een oplossing van het geschil zullen partijen het desbetreffende geschil voor arbitrage voorleggen aan een door hen aan te wijzen arbiter uit de familiekamer van het Nederlands Arbitrage Instituut (NAI) te Rotterdam. 11. Deze clausule is in rechte afdwingbaar.
INHOUD MEDIATION 12. De aan de mediation verbonden kosten komen ten laste van beide partijen, ieder voor een gelijk gedeelte. Artikel 14 (Kosten) (...) Artikel 15 (Second opinion) (...) Artikel 16 (Nakoming) (...) Artikel 17 (Mediationovereenkomst en geheimhouding) In afwijking van het bepaalde in artikel 13 van de door partijen en de mediator gesloten mediationovereenkomst, zal de mediator zijn medewerking verlenen indien hem door (één van) partijen wordt verzocht een nadere toelichting te geven op, dan wel in rechte te getuigen omtrent hetgeen partijen in dit convenant met elkaar zijn overeengekomen. Ingeval het bedoelde verzoek door één van partijen wordt gedaan, zal de mediator ook de andere partij een afschrift sturen van de door hem gegeven toelichting. De desbetreffende mediationovereenkomst blijft onverminderd van kracht ingeval een partij of partijen gezamenlijk na de ondertekening van deze overeenkomst contact zoekt of zoeken met de mediator. Artikel 18 (Bijlage) (...) Ondertekening door de partijen
16
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 16
Casus Het onderwerp van de mediation blijkt breder te zijn dan de omgevingsvergunning waartegen omwonenden beroep hebben ingesteld bij de rechtbank. Het betreft de gehele schadeproblematiek uit het verleden en de toekomst vanwege sloop, sanering en de geplande bouw op een naast/nabij de woningen gelegen perceel. De omwonenden voelen zich al heel lang “van het kastje naar de muur gestuurd” en niet serieus genomen door de gemeente en de vergunninghouder. Bij de sloop en sanering van een naast en nabij de woningen van omwonenden gelegen gebouw en perceel is er deels zichtbare schade opgetreden in de omliggende woningen. Er heerst al een aantal jaren grote onrust en onzekerheid over de omvang van de schade. De omwonenden voelen zich niet meer veilig in hun woningen en vrezen voor nog meer schade aan hun woningen indien de geplande bouw op het perceel die door de omgevingsvergunning mogelijk wordt gemaakt, doorgang vindt. Partijen willen in mediation tot overeenstemming komen over de gestelde sloop- en saneringsschade en de omgevingsvergunning. Ook willen zij afspraken maken over de communicatie om misverstanden in de toekomst tussen partijen zo veel als mogelijk te voorkomen. Belangen De volgende belangen komen op tafel: ⁃ Integrale oplossing (risicobeheersing); ⁃ Centraal aanspreekpunt omwonenden; ⁃ Afspraken vergunning/intrekking beroep; ⁃ Aandacht voor emotie/communicatie/herstel vertrouwen; ⁃ Snelle oplossing/duidelijkheid; ⁃ Inzicht/overzicht (lopende) juridische aansprakelijkheidskwesties; ⁃ Objectief onderzoek/inventarisatie naar schade.
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
NM 2015/7
4/8/2015 12:30:48 PM
OVERHEID/ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
Resultaat Tijdens de verschillende mediationgesprekken nam het vertrouwen van partijen in elkaar toe. Daarbij spanden partijen zich maximaal in om tot een duurzame oplossing te komen. De doorbraak vormde het resultaat van een in gezamenlijke opdracht van alle partijen verricht onderzoek door een onafhankelijk inspectieen expertisebureau naar de staat/toestand van de panden van omwonenden. In dit onderzoek werd antwoord gegeven op de vraag hoe de opgetreden veranderingen in de woningen in bouwkundig opzicht (vanuit de constructie) verklaard kunnen worden en in hoeverre er een oorzakelijk verband tussen de uitgevoerde werkzaamheden en de opgetreden veranderingen aannemelijk is. De conclusie uit dit onderzoek luidde dat het geheel van veranderingen en oorzaken complex is. Eveneens werd in dit onderzoek geconcludeerd dat duidelijk is dat meerdere factoren een rol hebben gespeeld bij de ontstane veranderingen waardoor niet alles kan worden toegeschreven aan de sloop en sanering van het perceel.
intrekken van het beroepschrift gericht tegen de omgevingsvergunning. Niet deze vergunning, maar onduidelijkheid over (vergoeding van) de schade bleek het grootste probleem te zijn voor omwonenden. Het verder procederen bij de bestuursrechter inzake de omgevingsvergunning zou voor partijen in dit geval niet tot een oplossing van het ontstane probleem leiden. Mediation daarentegen leidde in dit geval wel tot een voor alle partijen aanvaardbare oplossing. PROCES MEDIATION
Uiteindelijk maken de omwonenden en de vergunninghouder de volgende afspraken met elkaar: ⁃ Vergunninghouder betaalt een x bedrag aan omwonenden; ⁃ Basis voor de afspraken vormt het een in gezamenlijke opdracht van alle partijen verricht onderzoek door een onafhankelijk inspectie- en expertisebureau naar de staat/ toestand van de panden van omwonenden. ⁃ Intrekken beroepschriften gericht tegen de omgevingsvergunning; ⁃ Finale kwijting over en weer voor alle schade tot en met heden; ⁃ Heldere communicatie om misverstanden zoals in het verleden te voorkomen. Opmerkingen mediator In deze mediation bleek het in gezamenlijke opdracht van alle partijen verricht onderzoek door een onafhankelijk inspectie- en expertisebureau naar de staat/toestand van de panden van omwonenden een voor alle partijen aanvaardbare manier om een eind te maken aan de discussie en onzekerheid omtrent de al dan niet opgetreden schade aan de omliggende woningen en in hoeverre die mogelijk zou kunnen zijn veroorzaakt door de sloop- en saneringswerkzaamheden in de omgeving. Alle partijen waren betrokken bij dit onderzoek (vormden gezamenlijk de opdrachtgevers) en conformeerden zich aan het resultaat van dit gezamenlijke onderzoek. Hierdoor werd het bepalen van de omvang van de schade, het berekenen van een uit te keren bedrag aan schade aan omwonenden en finale kwijting over en weer mogelijk. Na deze afspraken over de schade, lag de weg open voor het NM 2015/7
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 17
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
Verwijzing door rechter Het betreft hier een doorverwijzing door de rechtbank. Co-mediation Geen co-mediation. De mediation is begeleid door één mediator. Achtergrond mediator De mediation is begeleid door één externe mediator met ervaring als advocaat in het bestuursrecht. Partijbegeleiders en andere betrokkenen Alle partijen en betrokkenen zijn bijgestaan door raadslieden. Tijdens de eerste bijeenkomst namen alle raadslieden plaats aan de mediationtafel. Tijdens de daarop volgende bijeenkomsten waren slechts enkele raadslieden fysiek aanwezig. Alle raadslieden zijn gedurende het gehele mediationtraject inhoudelijk betrokken geweest. Intake/plenair/caucus De gesprekken zijn gevoerd met alle partijen aan tafel. Tijdens de derde bijeenkomst heeft er caucus plaatsgevonden. Buiten de mediationbijeenkomsten om heeft er ook telefonisch overleg tussen de mediator en de verschillende (raadslieden van) partijen plaatsgevonden. Verslaglegging Van alle bijeenkomsten zijn verslagen door de mediator opgesteld. Hierin werd een persoonlijke samenvatting en weergave gegeven door de mediator van de naar haar mening voor partijen meest relevante zaken zoals geïnventariseerde verwachtingen, wensen, belangen en (tussentijdse) afspraken. Duur In totaal waren er drie mediationbijeenkomsten nodig om te komen tot een oplossing. Zowel de eerste als de tweede bijeenkomst nam circa twee uren in beslag. De derde bijeenkomst duurde circa drie uren. Annet Draaijer, Draaijer Mediation & Conflicthantering
17
4/8/2015 12:30:48 PM
OVERHEID/ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
wordt verleend met inachtneming van de conclusies en informatie volgens bijlage 1 bij deze Overeenkomst. Daaruit blijkt dat er geen funderingsonderzoek heeft plaatsgevonden. Indien de bouw van * doorgaat en er tijdens de bouw zich nieuwe schadeveroorzakende bouwwerkzaamheden voordoen, dan behouden omwonenden zich het recht voor om C daarop aan te spreken. C kan zich met alle middelen rechtens tegen een dergelijke aanspraak verweren.
RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST 1. BETALING 1.1. C betaalt aan omwonenden een bedrag groot * exclusief BTW, zijnde * inclusief BTW ter afdoening van al hetgeen partijen tot op heden over en weer van elkaar te vorderen hebben. 1.2. Betaling zal geschieden door overmaking van het bedrag ad * naar * ten name van *. Betaling dient te zijn ontvangen binnen 14 dagen na ondertekening van deze Overeenkomst door partijen. 2. INTREKKEN BEROEP 2.1. Partijen X en VVE Y zullen ervoor zorg dragen dat binnen 3 dagen na betaling van het volledige in artikel 1.2 genoemde bedrag de Procedure zoals vermeld in de considerans onder B wordt beëindigd door het intrekken van de beroepschriften.
NM 2015/8 OVERHEID/ZAKELIJK Algemene beginselen van het aanbestedingsrecht. W.o. gelijkheidsbeginsel. Bestuurlijk handelen. Onrechtmatige daad. Art. 3:3 Awb; art 6:162 BW Partijen: College van B&W van een gemeente en een vastgoedprojectontwikkelaar. Essentie Diverse en jarenlange gerechtelijke procedures over het niet gunnen van bepaalde vastgoedprojecten binnen de gemeente X aan een vastgoedprojectontwikkelaar en de rol van het College van B&W daarin. Na (een) dreigende nieuwe procedure(s) willen partijen in mediation proberen tot een allesomvattende en duurzame oplossing te komen.
3. Communicatie 3.1. C heeft nog geen beslissing genomen of de bouw van het beoogde * doorgaat. Als de bouw van het * doorgaat, zal het bestuurssecretariaat van C fungeren als aanspreekpunt in de communicatie, meer in het bijzonder in de persoon van *, telefonisch bereikbaar op telefoonnummer * en per e-mail op het adres *.
INHOUD MEDIATION 3.2. Ook de gemeente * zal een vast aanspreekpunt doorgeven, voordat er met de bouwwerkzaamheden wordt gestart. De beide aanspreekpunten hebben voldoende bevoegdheden om zonder last of ruggenspraak maatregelen te nemen indien dat redelijkerwijs verlangd mag worden. Werkzaamheden die kunnen leiden tot overlast worden door C tijdig naar omwonenden gecommuniceerd. 3.3. Vóór aanvang van de bouwwerkzaamheden zal door C worden aangegeven hoe de planning is, zodat omwonenden kunnen anticiperen op de momenten waarop overlast (zoals bijvoorbeeld door vrachtverkeer of het blokkeren van parkeerplaatsten als dat echt niet anders kan) verwacht kan worden. 3.4. Indien C de verleende omgevingsvergunning aan een derde overdraagt, zal zij er bij die overdracht voor zorgdragen (door middel van een kwalitatieve verbintenis) dat de rechten en verplichtingen uit deze vaststellingsovereenkomst aan die derde/rechtsopvolger worden overgedragen. 4. Kwijting 4.1. Partijen verlenen elkaar na ondertekening van deze Overeenkomst over en weer finale kwijting ten aanzien van al hetgeen zij van elkaar te vorderen hadden. Deze finale kwijting 18
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 18
Casus a) Tussen het College van Burgemeester en Wethouders van gemeente X (“het College”) enerzijds en een vastgoedprojectontwikkelaar (“de Vastgoedprojectontwikkelaar”) anderzijds zijn diepgaande verschillen van inzicht gerezen omtrent de gang van zaken rond een aantal vastgoedprojecten in de gemeente X en de rol die het College heeft gespeeld bij het gunnen van die projecten aan bedrijven die belangstelling hadden voor het ontwikkelen van die projecten, waaronder de Vastgoedprojectontwikkelaar. b) Ten aanzien van een aantal vastgoedprojecten heeft de Vastgoedprojectontwikkelaar zich op het standpunt gesteld dat het College zich ten opzichte van hem in strijd met de wet en/of onrechtmatig heeft gedragen en/of in strijd heeft gehandeld met de algemene beginselen van het aanbestedingsrecht (waaronder het beginsel van gelijkheid). c) De Vastgoedprojectontwikkelaar heeft hierover in de loop der jaren een aantal procedures gevoerd en overweegt een nieuwe procedures tegen het College aanhangig te maken. Beide partijen hebben met betrekking tot deze procedures aanzienlijke juridische kosten gemaakt. Nadat de Vastgoedprojectontwikkelaar in een van die procedures ook door het Hof in het gelijk werd gesteld heeft
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
NM 2015/8
4/8/2015 12:30:49 PM
OVERHEID/ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
Resultaat De mediation is geslaagd, er is een allesomvattende en zo veel mogelijk toekomstbestendige regeling getroffen.
het College de Vastgoedprojectontwikkelaar voorgesteld om in mediation te overleggen over de ontstane situatie en te onderzoeken of, en op welke wijze, zij met elkaar tot afspraken kunnen komen met inachtneming van de wederzijdse belangen. Belangen Eerlijk zaken doen, gelijke behandeling, bestuurlijk correct, transparante en gelijkwaardige omgang met de burgers en bedrijven van de gemeente X, waaronder (ook) het gunnen van bouwprojecten binnen de gemeente X op basis van een zogenaamd “gelijk speelveld”. Maar ook dat het belangrijk is om – over en weer – op correcte wijze zaken met elkaar te doen op basis van onderling vertrouwen en dat daarvoor een wederzijds open, eerlijke – en rechtstreekse – communicatie essentieel is, een en ander om te komen tot een nieuwe start met als basis een constructieve en bestendige vertrouwensrelatie en ook ter voorkoming van langdurige en kostbare procedures, en omdat dit behoort bij de bestuurs- respectievelijk bedrijfscultuur van openheid en eerlijkheid waarvoor het College en de Vastgoedprojectontwikkelaar zich sterk maken en welke zij ieder voor zich nastreven.
Opmerkingen mediator Er werd in de mediation veel aandacht besteed aan aspecten van mandaat en geheimhouding in verband met de noodzakelijk en beoogde bestuurlijke transparantie. In de vaststellingsovereenkomst werd een mediationclausule opgenomen. Het was de uitdrukkelijke wens van Partijen dat de mediator in geval van nieuwe geschillen opnieuw als mediator zal optreden. Het verdient echter de voorkeur in een mediationclausule in een vaststellingsovereenkomst op te nemen dat partijen alsdan tezamen een mediator aanwijzen die beschikt over bepaalde kwalificaties (bijvoorbeeld een MfN-registermediator of – ingeval er een wettelijk register zou komen – een wettelijk registermediator of enige andere objectieve kwalificatie die partijen overeenkomen). PROCES MEDIATION
Partijen maken concrete afspraken over hoe zich in de toekomst op te stellen in hun onderlinge zakelijke verhoudingen waaronder hoe zij zich bij een eventueel zakelijk verschil van mening ten opzichte van elkaar zullen gedragen en wensen alvast een mediationclausule op te nemen voor het geval in de toekomst onderling overleg niet tot een oplossing leidt. Verder worden afspraken gemaakt over het intrekken van procedures en afzien van verdere procedures, ieder eigen kosten. Partijen komen ook overeen dat een bepaald kavel dat in eigendom toebehoort aan de Vastgoedprojectontwikkelaar door de gemeente zal worden aangekocht tegen een bepaalde grondprijs indien de vereiste goedkeuring van de gemeenteraad daarvoor zal worden verkregen. Partijen nemen ieder een inspanningsverplichting op zich om de vereiste goedkeuring te verkrijgen en spreken af dat, indien dat niet mogelijk blijkt, dit geen afbreuk doet aan de overige afspraken die zij met elkaar hebben gemaakt en die zijn neergelegd in de vaststellingsovereenkomst. In het kader van het publiekelijk maken van een nieuwe start maken Partijen afspraken over de tekst van een persbericht en een persbijeenkomst waarbij zij gezamenlijk een toelichting zullen geven op de afspraken. Partijen maken verder specifieke afspraken over wat wel en niet onder de geheimhouding valt, dit in verband met de door het College te betrachten en door de Vastgoedprojectontwikkelaar gewenste transparantie.
NM 2015/8
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 19
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
Verwijzing door rechter Het betreft geen verwijzing door de rechter. De burgemeester en de wethouders die het College in de mediation vertegenwoordigden namen het initiatief na overleg met de advocaat van de gemeente. Co-mediation Éen mediator, geen co-mediation. Achtergrond mediator De mediation is begeleid door een fulltime MfNregistermediator met ruime ervaring in de advocatuur. Partijbegeleiders en andere betrokkenen Partijen zijn niet door advocaten bijgestaan tijdens de mediation. De mediator heeft de vaststellingsovereenkomst opgesteld en Partijen kregen de gelegenheid zich daarover juridisch te laten adviseren. Intake/plenair/caucus Eerst werden aparte en vertrouwelijke intakegesprekken gevoerd met beide partijen. Daarna een aantal gezamenlijke bijeenkomsten. Tijdens die bijeenkomsten waren er diverse caucus. Verslaglegging Van alle bijeenkomsten werden door de mediator voortgangsverslagen gemaakt, te weten géén notulen, wel een samenvatting op hoofdlijnen van standpunten, belangen, gevoelens over en weer en voortgangsafspraken.
19
4/8/2015 12:30:49 PM
OVERHEID/ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
Duur Twee aparte intakegesprekken en drie of vier gezamenlijke bijeenkomsten van 2 à 3 uur, doorlooptijd mediation: vier maanden. Saskia Reuling, ReulingSchutte te Amsterdam RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST DE ONDERGETEKENDEN: […]
4. Partijen zijn overeengekomen dat ieder van hen de eigen juridische kosten met betrekking tot [namen projecten A, B, en C] draagt.
OVERWEGINGEN: […] AFSPRAKEN: 1 Partijen zullen zich inspannen en het nodige doen c.q. nalaten om te (blijven) werken aan, althans te komen tot duurzame, eerlijke, transparante en constructieve onderlinge zakelijke verhoudingen. Dit betekent onder meer, maar is niet beperkt tot, dat Partijen zich, indien zich een – mogelijk – meningsverschil voordoet, eerst (en zo tijdig als de situatie vereist) informeel tot elkaar zullen wenden om te overleggen over de ontstane situatie, vragen die leven e.d. Indien dit niet tot een oplossing leidt zullen Partijen een afspraak maken om met elkaar van gedachten te wisselen en zullen zij een serieuze poging doen om, ook rekening houdende met elkaars belangen, tot elkaar te komen. 2 Indien het ernaar uitziet dat het onder 1. bedoelde overleg niet tot een bevredigende oplossing leidt zullen Partijen onder leiding van de Mediator nog een ultieme poging in mediation doen om tot een vergelijk te komen (waarbij zij de kosten zullen delen op basis van 50%/50%), alvorens acties of maatregelen te nemen, van welke aard ook en hoe ook genaamd, die de onderlinge verhoudingen kunnen beschadigen. Dit laat onverlet dat Partijen het recht hebben eventuele (juridische) acties te nemen teneinde hun (vermeende) rechten veilig te stellen. Partijen nemen zodanige maatregelen dat deze afgesproken handelwijze ook bekend zal zijn bij personen die deel (gaan) uitmaken van het College en de gemeentelijke organisatie dan wel van de onderneming van Vastgoedprojectontwikkelaar. 3 De Vastgoedprojectontwikkelaar verklaart en zegt a. ten aanzien van [naam project A] geen hoger beroep in te stellen van het Vonnis [naam project A] en evenmin andere procedures aanhangig te maken, van welke aard ook en hoe ook genaamd; b. ten aanzien van [naam project B] af te zien van het instellen van nadere procedures, al dan niet ter verkrijging van schade, van welke aard ook en hoe ook genaamd;
20
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 20
c. ten aanzien van [naam project C] af te zien van het aanhangig maken van enigerlei procedure op basis van de stelling dat de gunning van [naam project C] in strijd zou zijn met de Europese aanbestedingsregels, ofwel anderszins onrechtmatig zou zijn jegens de Vastgoedprojectontwikkelaar, en evenmin procedures aanhangig zal maken, van welke aard ook en hoe ook genaamd.
5. Partijen zijn voorts overeengekomen, onder uitdrukkelijk voorbehoud van goedkeuring van de transactie door de gemeenteraad, dat de gemeente X het kavel op het [volgt specificatie van het kavel] dat in eigendom is van de Vastgoedprojectontwikkelaar, kadastraal bekend onder de nummers […] zal aankopen voor EUR […] m² exclusief de index en exclusief 19% BTW, derhalve voor EUR […] m², exclusief 19% BTW onder aftrek van […] m2 voor water. Voor het water, zijnde […] m² over het totaal aantal m² van de kavels [specificatie kavels] is dit het vaste (niet geïndexeerde) bedrag van EUR […] m² exclusief 19% BTW. Derhalve betreft de koop […] m2 ten bedrage van EUR […] per m2, zijnde EUR […] en voor het water geldt EUR […] m2 ten bedrage van EUR […] per m2, zijnde EUR […] een en ander als volgt: Prijs Kavel Water Totaal 6. Partijen verklaren over en weer, voor zover dat op hun weg ligt, zich in verband met de in artikel 5 bedoelde grondtransactie maximaal in te zullen spannen om de bedoelde goedkeuring te verkrijgen en deze transactie zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen drie (3) maanden na ondertekening van de Overeenkomst, te laten plaatsvinden. Op de grondtransactie zijn de “Algemene Verkoopvoorwaarden 2009” van de gemeente X van toepassing. Partijen zijn het erover eens dat de betreffende grond geschikt voor de bestemming dient te worden opgeleverd en dat het hier om een gebruikelijke grondtransactie gaat. Partijen zijn het eveneens erover eens dat indien de goedkeuring van de gemeenteraad onverhoopt niet zal worden verkregen dit geen afbreuk zal doen aan de overige bepalingen zoals neergelegd in de Overeenkomst en deze blijven in dat geval onverkort tussen hen gelden.
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
NM 2015/8
4/8/2015 12:30:49 PM
OVERHEID
NEDERLANDSE MEDIATION
7. Partijen vinden het van belang dat het oogmerk van de Overeenkomst, te weten herstel van het vertrouwen en duurzame en constructieve onderlinge verhoudingen tussen het College en de Vastgoedprojectontwikkelaar, bekend wordt gemaakt binnen de gemeente X om op die wijze ook publiekelijk een nieuwe start te kunnen maken. Hiertoe hebben zij een gezamenlijk persbericht opgesteld dat als Bijlage I is aangehecht aan de Overeenkomst en daarvan deel uitmaakt. Dit persbericht zullen Partijen in onderling overleg doen uitgaan via de afdeling Communicatie en Voorlichting van de gemeente X en zij zullen de verklaring gezamenlijk toelichten op een persbijeenkomst, waarvan zij datum en tijdstip in onderling overleg zullen vaststellen, zo spoedig mogelijk na de ondertekening van de Overeenkomst.
INHOUD MEDIATION
8. t/m 13... Aldus overeengekomen en ondertekend in tweevoud op […] te [plaats] College van Burgemeester en Wethouders: De Vastgoedprojectontwikkelaar ___________________________________________ ___________________________________________ Burgemeester gemeente X Directeur ___________________________________________ De heer A., wethouder ___________________________________________ De heer B., wethouder Bijlage: I
NM 2015/9 OVERHEID Openbare aanbesteding. Intrekken vergunningen. Bestuurlijke lus (verhouding formele/ materiële gebreken besluitvorming). Vertrouwelijkheid en partij autonomie. Art. 124 Gw; art. 108 Gemw; art. 4:126, 8:72 Awb Partijen: Gemeente (vergunningverlener), partij A (concurrent vergunninghouder), partij B (concurrent vergunninghouder). Essentie In deze zaak was er sprake van een herhaald bezwaar en beroep van een exploitant tegen diverse beschikkingen en tegen een besluit van algemene strekking (het uitschrijven van een openbare aanbesteding) en tegen de op basis van dat besluit verleende vergunning aan een concurrent. NM 2015/9
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 21
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
Casus Ongeveer 10 jaar geleden heeft de gemeente in een besluit van algemene strekking, krachtens haar bevoegdheid ingevolge een Verordening, beleidsregels vastgesteld voor de uitgifte van vergunningen aan ondernemers tot het exploiteren van een publieke ruimte. Partij A heeft daarna (in 2005) een vergunning aangevraagd. Nog voordat op die aanvraag was beslist heeft de gemeente dat besluit ingetrokken en besloten de uitgifte van nieuwe vergunningen te staken (hierna: stakingsbesluit). Drie jaar later heeft de gemeente met een nieuw besluit een nieuw beleid vastgesteld wat inhield dat een openbare aanbesteding wordt uitgeschreven en slechts 1 vergunning zal worden verleend. Alle bestaande vergunninghouders, waaronder partij A en partij B, konden zich daarop inschrijven. Uiteindelijk is de vergunning exclusief verleend aan partij B voor de duur van 5 jaar. Tegen al deze besluiten heeft partij A bezwaar gemaakt. De eerdere aanvraag van partij A uit 2005 werd getoetst aan het inmiddels gewijzigde beleid en op grond daarvan (alsnog) afgewezen. De gemeente heeft het bezwaar van partij A tegen dat besluit gegrond verklaard. Dat besluit had immers moeten worden getoetst aan de regels uit 2005. Op grond van het beleid van 2005 werd dat besluit echter gelijk weer afgewezen. De bezwaren van partij A tegen de verlening van de vergunning aan partij B en tegen zijn afwijzing werden gegrond verklaard, maar met instandlating van die bestreden besluiten. Partij A en andere ondernemers hebben beroep ingesteld. De bestuursrechter heeft het beroep van partij A gegrond verklaard en de beslissingen op bezwaar vernietigd. De rechtbank heeft de gemeente opgedragen nieuwe besluiten te nemen. Vervolgens zijn alle drie de partijen in hoger beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS). De uitspraak van de ABRvS kwam er op neer dat de gemeente grotendeels in het gelijk werd gesteld, maar het besluit tot vaststelling van het nieuwe beleid was volgens de Afdeling op onzorgvuldige wijze tot stand gekomen. Op de bezwaren van partij A diende volgens de Afdeling alsnog te worden beslist. Intussen stond de vergunning aan partij B op losse schroeven. Wederom werd door de gemeente in voor partij A negatieve zin beslist. Partij A heeft wederom bezwaar aangetekend, welk bezwaar wederom door de gemeente ongegrond werd verklaard. Vervolgens is partij A opnieuw bij de bestuursrechter in beroep gegaan. De geschiedenis van over elkaar buitelende beslissingen en procedures dreigde zich te herhalen. De rechtbank heeft toen partijen de mogelijkheid van mediation voorgehouden en partijen hebben daarmee ingestemd.
21
4/8/2015 12:30:49 PM
OVERHEID
NEDERLANDSE MEDIATION
Belangen Partijen gaven in de mediation aan als hun gemeenschappelijk belang te zien het maken van afspraken ter voorkoming van opnieuw energievretende, langdurige en kostbare procedures. Partij B gaf aan (uiteraard) belang te hebben bij een verlenging van zijn vergunning, met als alternatief staking van de onderneming. Staking van diens onderneming zou een probleem opleveren voor de gemeente en mede daarom had ook de gemeente belang bij een oplossing. Partij A gaf aanvankelijk aan dat zijn belang voornamelijk lag bij een voortzetting van zijn inmiddels kwijnende onderneming en een fatsoenlijke vergoeding van de geleden en nog te lijden schade (nadeelcompensatie). Partij A stelde nog altijd over voldoende middelen te beschikken, eventueel tezamen met de andere exploitanten, om te voldoen aan de voorwaarden die waren gesteld bij de openbare aanbesteding. De gemeente noemde de publieke belangen van een rechtens juiste beslissing, een voor het publiek nuttige exploitatie van de openbare ruimte en het voorkomen van kostbare procedures. Uit een caucus met één van de partijen bleek de mediator dat eigenlijk nog een vierde partij belanghebbend was bij de uitkomst van de mediation, te weten de advocaat bij wie één der private partijen een fikse schuld had.
nemen op het bezwaar. Dat kan leiden tot een herhaling van de procedure met opnieuw de gerede kans dat er geen oplossing komt van het werkelijke probleem. Het prettige van mediations in zaken die al een voorgeschiedenis hebben in gerechtelijke procedures, is mijns inziens dat het niet nodig is om tussen partijen duidelijk te krijgen wat hun standpunten en juridische argumenten zijn. Mijn ervaring is dat je, in een mediation als deze, je als mediator tijdens de plenaire sessies daarin maar beter niet geïnteresseerd kunt tonen. Doe je dat wel dan hebben partijen vaak de neiging jou als mediator tijdens de mediationsessie te overtuigen van hun gelijk. Dat maakt de mediation lastig. Naar mijn mening is het beter om voortdurend te hameren op de noodzaak dat partijen zelf tot afspraken komen voor de toekomst. Daarmee wil ik natuurlijk niet zeggen dat kennis van de feiten, de standpunten en de juridische aspecten overbodig is. Integendeel, maar daarvoor is mijns inziens een caucus een zeer nuttig instrument voor de mediator. PROCES MEDIATION
Resultaat Eénmaal overtuigd van de kernwaarden van mediation, met name die van vertrouwelijkheid, namen partijen de ruimte voor het kenbaar maken van de werkelijke belangen, feiten en omstandigheden. Duidelijk werd dat tevens een oplossing moest worden gevonden voor de aanzienlijke schuld die open stond bij de advocaat. Toen de andere partijen bereid bleken om (de belangen van) de betreffende advocaat in het overleg te betrekken, zijn vervolgens deze vier partijen buiten de muren van de mediationkamer in onderhandeling getreden en tot een oplossing gekomen. Alle procedures zijn vervolgens ingetrokken. Welke afspraken zijn gemaakt en of deze schriftelijk zijn vastgelegd, wensten partijen geheim te houden voor de mediator. Opmerkingen mediator Bestuursrechtelijke procedures leiden vaak niet tot een oplossing van de werkelijke problemen. Dat heeft te maken met – kort gezegd – het systeem van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) dat met zich meebrengt dat de bestuursrechter eerst toetst aan formele beginselen van behoorlijk bestuur en pas daarna, als er geen sprake blijkt van vormfouten, kijkt naar de inhoud. De bestuursrechter gaat in beginsel niet op de stoel van het bestuur zitten. Hooguit vernietigt hij de beslissing op het bezwaar of in hoger beroep de uitspraak van de eerste bestuursrechter. Het bestuursorgaan moet dan opnieuw een beslissing 22
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 22
Verwijzing door rechter Het betreft hier een verwijzing door de rechtbank. Co-mediation Geen co-mediation. Eén mediator. Achtergrond mediator Advocaat met ervaring op het grensgebied van bestuursrecht en civiel recht. Partijbegeleiders en andere betrokkenen De advocaten van partijen namen geen deel aan de mediation maar keken intussen wel over de schouders van hun cliënten mee. Intake/plenair/caucus Omdat het een rechtbankmediation betrof, had de intake eigenlijk al plaatsgevonden en leek in beginsel een nader onderzoek naar eventuele medebelanghebbenden overbodig. Met instemming van partijen hebben na de eerste mediationsessie (veel) afzonderlijke telefoongesprekken tussen mij en de deelnemers plaatsgevonden. Verslaglegging Er zijn geen verslagen gemaakt. Verslaglegging leek partijen niet nodig en ook niet wenselijk.
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
NM 2015/9
4/8/2015 12:30:49 PM
OVERHEID/ARBEID
NEDERLANDSE MEDIATION
Het was de gemeenschappelijk wens van partijen om tot een vriendelijke en zakelijke werkrelatie komen, met respect voor ieders positie en rol en door meer samen te werken. Tot nu toe communiceerden zij weinig met elkaar en stemden ze werkzaamheden niet of nauwelijks met elkaar af. In een zeer hectische kantooromgeving als de hunne waar eigenlijk het tegendeel aan de hand zou moeten zijn, werkten ze vaak volledig langs elkaar heen. Dat had geleid tot veelal onderhuidse spanningen en verkeerde beeldvorming over en weer.
Duur Drie mediationsessies, van anderhalf tot twee uren, waren genoeg voor partijen om tot een oplossing te komen. Harm van Gijssel, Van Gijssel advocatuur en mediation, Froon-Helmonds Advocaten
NM 2015/10 OVERHEID/ARBEID Interne mediation. Functie-inhoud en taakverdeling. Samenwerking. Partijen: Twee collega’s.
Tijdens de individuele gesprekken gaven beide partijen aan dat een deel van de oplossing ongetwijfeld zou liggen in een duidelijke verdeling (op papier) van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden en voorts op de kunst om elkaar respectvol aan te spreken op zaken die niet lopen. Ten slotte gaven beiden aan dat zij geen enkele moeite hadden met elkaar hadden.
Essentie Samenwerkingsprobleem tussen twee collega’s op een afdeling bedrijfsvoering van een overheidsorganisatie. INHOUD MEDIATION
In het daaropvolgende gezamenlijke gesprek is gewerkt aan het verbeteren van de omgang met elkaar en de manier van communiceren. Partijen hebben vooral uitgesproken wat hen dwars zat en hoe dat beter zou moeten kunnen. De waardering voor elkaars werk en de verschillen in positie zijn nadrukkelijk punten van gesprek geweest. De wens om samen te werken en daar meerwaarde aan te ontlenen is expliciet uitgesproken. Partijen hebben afspraken gemaakt over taakinhoud (onder meer de dagelijkse gang van zaken en de specifieke werkrelatie met de algemeen directeur). Aan het slot van het gesprek werd overeengekomen om de leidinggevende in te lichten en meteen met de goede voornemens te beginnen. Er werd een slotgesprek (in aanwezigheid van de mediator) gepland ter evaluatie en in het bijzijn van de leidinggevende.
Casus Tussen de directiesecretaris (een meer beleidsmatige functie) en de directiesecretaresse (een meer administratieve functie) is een onwerkbare verhouding ontstaan. Samenwerking, hoewel noodzakelijk voor onder meer het functioneren van de algemeen directeur en het managementteam, ontbreekt. Communicatie verloopt zeer moeizaam. De leidinggevende heeft het interne mediationbureau (Loket Conflictbemiddeling Rijk) ingeschakeld en verzocht om ondersteuning bij het oplossen van het samenwerkingsprobleem en, met name, om verdere escalatie te voorkomen. Belangen Het gezamenlijk belang van partijen is dat zij met plezier hun functie kunnen uitoefenen. Beiden zijn zeer loyaal aan de organisatie en willen er graag nog vele jaren werken. Voor een van de twee was het een nieuwe functie. Het belang om naar volle tevredenheid te functioneren voelde daardoor nog wat sterker. Resultaat Op verzoek van partijen is er met ieder een eerste gesprek onder vier ogen gevoerd. Partijen bleken al snel bereid om met ondersteuning van de mediator tot een genormaliseerde arbeidsrelatie te komen. Weliswaar bevestigden beiden dat de vereiste samenwerking zeer slecht was, echter zij waren van meet af aan hoopvol gestemd over de afloop. Dat lijkt wellicht paradoxaal maar is eerder tekenend voor de goede wil van partijen en het feit dat zij nog in staat waren zich in elkaars positie te verplaatsen. Van een hoge escalatiegraad van het conflict was geen sprake. Overigens was de een wat positiever over de beoogde afloop dan de ander.
NM 2015/10
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 23
In het slotgesprek hebben partijen en leidinggevende vastgesteld dat de samenwerking aanmerkelijk was verbeterd en dat de ‘nieuwe’ werkwijze zijn vruchten al afwierp. Partijen zaten naar eigen zeggen een stuk beter in hun vel. Opmerkingen mediator Dit arbeidsgeschil had ernstig kunnen escaleren met grote gevolgen voor (een van de) partijen. Doordat de leidinggevende tijdig op zoek is gegaan naar opties voor interventie is verder onheil voorkomen. De tijd zal leren wat de houdbaarheidsdatum van de afspraken is. PROCES MEDIATION
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
Verwijzing door rechter Geen verwijzing door de rechter. Inschakeling mediator via het intern mediationbureau.
23
4/8/2015 12:30:49 PM
ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
Co-mediation Geen co-mediation. De mediation is begeleid door één mediator.
-
Achtergrond mediator Registermediator intern/jurist. Partijbegeleiders en andere betrokkenen De leidinggevende van partijen is betrokken bij de mediation. Intake/plenair/caucus Twee afzonderlijke begingesprekken. Twee gezamenlijke gesprekken waarvan het laatste in aanwezigheid van de leidinggevende. Verslaglegging Geen verslaglegging. Aan het begin van de mediation is dat met partijen besproken.
-
Duur Twee individuele gesprekken van een uur. Eén gezamenlijk gesprek van twee uren en een afrondend gesprek van een half uur. Fer Kousen, Expertisecentrum Organisatie & Personeel, Loket Conflictbemiddeling Rijk
NM 2015/11 ZAKELIJK Aandeelhouders. Bestuurders. Schorsing. Samenwerking. Ontvlechting. Art. 2:239, 2:244, 2:336, 2:344 e.v. BW, art. 254 e.v. RV Partijen: Twee besloten vennootschappen (Holding X en Holding Y) die ieder 50% van de aandelen houden van een besloten vennootschap. Essentie De mediation gaat over een hoog opgelopen conflict tussen twee ondernemers die ieder voor 50% aandeelhouder zijn van een holding die alle aandelen houdt van twee door hen ingebrachte werkmaatschappijen. De ondernemers voeren samen de directie. Het tussen hen gerezen conflict verlamt het bestuur en bedreigt de continuïteit van de ondernemingen. INHOUD MEDIATION Casus - X en Y zijn via hun persoonlijke vennootschappen, Holding X en Holding Y, ieder 100% aandeelhouder van hun werkmaatschappijen X BV en Y BV. Beide ondernemingen zijn, ook internationaal, actief in de productie en verkoop van hoogwaardige bouwmaterialen. Y is recent DGA geworden van Y BV. Hij is nog een fors deel van de koopsom verschuldigd aan de oud-aandeelhouders.
24
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 24
-
X en Y besluiten tot een vergaande samenwerking. Ze richten Holding XY op, worden ieder voor 50% aandeelhouder en voeren samen de directie, dit alles via hun persoonlijke vennootschappen Holding X en Holding Y. Holding XY wordt de houdstermaatschappij van alle aandelen in X BV en Y BV en is daar de enige bestuurder. Op basis van de inbrengjaarrekeningen van die vennootschappen is de waarde van beide ondernemingen nagenoeg identiek. X houdt zich vooral bezig met de financiële gang van zaken en de productie, geconcentreerd in X BV, Y met de in- en verkoop, geconcentreerd in Y BV. Y behoudt naast Y BV nog een onderneming, Z BV, die dezelfde activiteiten uitoefent als Y BV, maar andere klanten als doelgroep heeft. Binnen een jaar gaat het fout met de samenwerking. X beticht Y ervan dat de inbrengjaarrekening van Y BV niet deugt. Daarin is geen melding gemaakt van al geruime tijd bekende claims van buitenlandse afnemers die zo aanzienlijk kunnen zijn dat de continuïteit van Y BV, en daarmee van Holding XY, in het geding is. Daarnaast stelt X dat Y lucratieve klanten van Y BV doorsluist naar Z BV. Y op zijn beurt verwijt X dat hij onverantwoorde financiële beslissingen neemt, waaronder het onttrekken van gelden voor privédoelstellingen, alsmede dat hij zich op zijn werkgebied begeeft en daarbij de relatie met klanten schaadt. Het conflict loopt zo hoog op dat X een kort geding begint tegen Y. De voorzieningenrechter acht de samenwerking tussen partijen zodanig verstoord dat de continuïteit van de onderneming(en) in gevaar komt indien de gezamenlijke directievoering wordt voortgezet. Hij schorst Y (lees Holding Y) tijdelijk als directeur. Die schorsingsperiode zouden partijen moeten benutten om de in de ogen van de rechter onvermijdelijke ontvlechting van de samenwerking tussen X en Y te realiseren. Ook wordt een externe commissaris benoemd die tijdens de schorsing van Y toezicht moet houden op de directievoering door X. Hangende de schorsing staakt X de betaling van de door Holding XY verschuldigde managementvergoeding aan Holding Y. Dat is het startpunt voor de (eerste) mediation.
Belangen De belangen die vooral aandacht krijgen zijn: - Y wil de directie kunnen voeren over ‘zijn’ onderneming in Y BV. - Het voorkomen van vele en complexe procedures die zich jaren zullen voortslepen en veel aandacht en geld zullen vragen. - Y wil over financiële middelen beschikken om aan zijn verplichtingen jegens de oudaandeelhouders van Y BV te kunnen voldoen.
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
NM 2015/11
4/8/2015 12:30:49 PM
ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
-
-
-
Opmerkingen mediator De mediation kent een aantal lastige aspecten. Er is sprake van een groot verschil in karakter (en achtergrond/opleiding) tussen X en Y, resulterend in machtsongelijkheid. X laat herhaaldelijk blijken dat hij eigenlijk niets voor mediation voelt. Daarmee ontbreekt commitment om in mediation tot een oplossing te komen. X heeft zijn advocaat opdracht gegeven alle beschikbare juridische middelen in te zetten om te voorkomen dat Y zich nog met de bedrijfsvoering kan bemoeien en om de schade die Y heeft aangericht op hem te verhalen. Ook de mate waarin het conflict al is geëscaleerd voordat de mediation begint werkt belemmerend. Het veelvuldig gebruikmaken van de caucus, zowel tijdens plenaire bijeenkomsten als telefonisch, draagt bij aan de de-escalatie die nodig is.
De wens van X en Y om verder te kunnen gaan met ‘ondernemen’. Het geruststellen van klanten die hebben vernomen dat Y als directeur geschorst is, en die hun leveranties staken of scherpere betalingscondities bedingen, en die orders ophouden tot duidelijk wordt wat de ernst van de situatie is. Het tegemoetkomen aan de huisbankier die van X en Y eist dat zij hun conflict oplossen, bij gebreke waarvan de financiering van Holding XY zal worden opgezegd. De continuïteit van de ondernemingen, en daarmee het risico van waardeverlies van Holding XY en haar werkmaatschappijen.
Resultaat In mediation komt na twee bijeenkomsten vast te staan dat het wantrouwen tussen partijen zo groot is dat voortzetting van de bestaande samenwerking onmogelijk lijkt. Op de achtergrond speelt een dispuut met de oud-aandeelhouders van Y BV onder balansgaranties. Zij eisen van Y BV vrijstelling van een depot dat is gevormd bij de verkoop van hun aandelen. X behandelt dat dossier als financieel directeur van Holding XY. Hij beticht Y ervan dat die heult met de oudaandeelhouders. Hij beëindigt de mediation met de vaststelling dat Y consequent liegt. Daarna volgen over en weer diverse procedures, worden beslagen gelegd en wordt een procedure voor de Ondernemingskamer voorbereid. Y wisselt van advocaat.
PROCES MEDIATION
Tijdens een derde kort geding weigert de voorzieningenrechter vonnis te wijzen zo lang niet opnieuw is geprobeerd in mediation tot een oplossing te komen. Een nieuwe mediation begint. Partijen inventariseren de diverse opties om tot een werkbare oplossing te komen, waaronder: - het aantrekken van een derde directeur en het instellen van een RvC, - participatie in Holding XY door een derde partij, - verkoop van Holding XY, - het terugdraaien van de inbreng van X BV en Y BV in Holding XY, - uitkoop van de ene door de andere partij. Een poging ook de oud-aandeelhouders van Y BV in de mediation te betrekken mislukt. Als duidelijk wordt uitgesproken dat partijen niet verder kunnen samenwerken, kiest Y er uiteindelijk voor zijn aandelen in Holding XY aan X te verkopen. Tijdens een marathonzitting van anderhalve dag met alleen de mediator en de advocaten van X en Y, die wel telefonisch bereikbaar zijn, wordt een vaststellingsovereenkomst opgesteld waarin alle geschillen tussen partijen worden beslecht.
Verwijzing door rechter Dringende aanbeveling door de voorzieningenrechter. Co-mediation Nee. Achtergrond mediator De mediator is 25 jaar advocaat geweest (ondernemingsrecht) en heeft in die periode en daarna veel bestuurlijke ervaring opgedaan (ook in het bedrijfsleven). Ook heeft hij een opleiding gedaan gericht op persoonlijk leiderschap en managementteams en managers/bestuurders begeleid in veranderingsprocessen. Partijbegeleiders en andere betrokkenen Partijen werden bijgestaan door, constructief meewerkende, advocaten. Ook de door de voorzieningenrechter benoemde commissaris heeft zich ingezet om partijen tot elkaar te brengen. Intake/plenair/caucus Na twee afzonderlijke intakegesprekken hebben vier plenaire bijeenkomsten plaats gevonden. In een vijfde bijeenkomst, die buiten de mediation viel, is tevergeefs met de advocaten van de oudaandeelhouders van Y BV geprobeerd hen bij de mediation te betrekken. Zoals hiervoor aangegeven is veelvuldig van caucus gebruikgemaakt. Verslaglegging Verslaglegging vond plaats via email. Duur Het (twee keer onderbroken) mediationproces heeft ruim 4 maanden geduurd. In totaal werden 44 uren aan het hele proces besteed. Adriaan Bos, ReulingSchutte te Amsterdam
NM 2015/11
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 25
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
25
4/8/2015 12:30:49 PM
ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
Holding Y aan Holding XY een bedrag van EUR (( )) betaalt (“de Afkoopsom”).
RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST De ondergetekenden: 1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid HOLDING X, statutair gevestigd en kantoorhoudende te (( )), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar bestuurder de heer X, hierna te noemen: “Holding X”, 2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid HOLDING Y, statutair gevestigd en kantoorhoudende te (( )), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar bestuurder de heer Y, hierna te noemen: “Holding Y”, 3. de heer Y, wonende te (( )), hierna te noemen: “Y”, 4. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Holding XY, statutair gevestigd en kantoorhoudende te (( )), ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar bestuurder Holding X, hierna te noemen: “Holding XY”, In aanmerking nemende: ⁃ dat partijen diverse rechtsbetrekkingen hebben en dat daarbinnen verschillen van mening zijn ontstaan; ⁃ dat partijen bij elkaar te rade zijn gegaan en met elkaar definitieve afspraken hebben gemaakt, teneinde al hun geschillen te beëindigen; ⁃ dat zij het wenselijk vinden om de door hen gemaakte afspraken in een vaststellingsovereenkomst vast te leggen. Stellen vast en verklaren te zijn overeengekomen als volgt: Artikel 1 1.1. Holding Y verkoopt en levert aan Holding X alle aandelen die Holding Y houdt in het kapitaal van Holding XY (hierna te noemen “de Aandelen”) voor de koopprijs van EUR (( )). 1.2 Holding Y neemt bij ondertekening van deze overeenkomst onvoorwaardelijk ontslag als bestuurder van Holding XY. De AVA van Holding XY zal Holding Y vóór de aandelenoverdracht décharge verlenen voor het door haar gevoerde beleid. 1.3 Partijen spreken af dat Holding Y en Y, nadat Holding Y ontslag heeft genomen als bestuurder van Holding XY, vrij zullen zijn om zich zonder enige beperking te richten op de door hen gewenste zakelijke activiteiten (partijen komen geen concurrentie- of relatiebeding overeen). Artikel 2 2.1 Ter zake de vorderingen die partijen over en weer op elkaar hebben, spreken partijen af dat 26
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 26
Artikel 3 3.1 Zodra de huisbank (( )) van Holding XY en haar werkmaatschappijen haar fiat geeft aan de in deze overeenkomst vastgelegde transactie, zal met de notaris een datum afgesproken worden waarop de aandelentransactie plaats zal vinden. De huisbank heeft aangegeven dat zij verwacht haar fiat op de transactie vóór (( )) te kunnen geven. Zodra de huisbank haar fiat heeft gegeven, zal dit direct aan Holding Y worden meegedeeld. 3.2. Overdracht van de Aandelen zal plaatsvinden binnen één week nadat de huisbank haar fiat aan de transactie heeft gegeven. De notaris zal afkomstig zijn van het notariskantoor (( )) te (( )) Artikel 4 4.1 Betaling van de koopsom en de Afkoopsom geschiedt als volgt: a. Uiterlijk (( )) maakt Holding X ten titel van voorschot op de betaling van de koopsom een bedrag van EUR (( )) over aan Holding Y op bankrekeningnummer (( )). b. Holding X draagt er zorg voor dat vóór de levering van de Aandelen een bedrag ad EUR (( )) zal zijn gestort op de kwaliteitsrekening van (( … Notarissen)). c. De notaris maakt na het passeren van de leveringsakte van de Aandelen een bedrag van EUR (( )) over aan Holding Y. d. Daarnaast maakt de notaris na het passeren van de leveringsakte van de Aandelen een bedrag van EUR (( )) over aan Holding XY. Deze betaling strekt in mindering op de Afkoopsom. e. Ter voldoening van het resterende bedrag van de Afkoopsom: ⁃ cedeert Holding Y haar volledige vordering (hoofdsom en rente) uit hoofde van de geldleningsovereenkomst tussen haar en (( )) aan Holding XY: of ⁃ draagt Holding Y haar geldleningsovereenkomst met (( )) over aan Holding XY; dit ter keuze van Holding XY. Artikel 5 Partijen zullen zich er voor inspannen dat Holding Y vóór de levering van de aandelen is ontslagen uit hoofdelijke aansprakelijkheden/borgtocht jegens de bank en dat een bevestiging van de bank vóór levering van de Aandelen in het bezit is van Holding Y. Artikel 6 Holding Y en Y zullen zich onthouden van het zich op enigerlei wijze onrechtmatig inmengen in, dan wel afbreuk doen aan zakelijke relaties van Holding XY en haar werkmaatschappijen
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
NM 2015/11
4/8/2015 12:30:49 PM
ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
worden de mogelijkheden voor een voor beide partijen aanvaardbare ontvlechting onderzocht.
met derden, een en ander in de ruimste zin des woords. Artikel 7 7.1 Partijen komen hierbij overeen dat zij zich zullen onthouden van het doen van negatieve of schadelijke uitlatingen over elkaar en/of aan hen kenbaar gelieerde rechtspersonen.
INHOUD MEDIATION
7.2 Partijen komen hierbij overeen dat Holding Y en Y geen enkele steun zullen verlenen aan de oud-eigenaren van Y BV in hun procedures tegen Y BV, Holding XY en/of Holding X, behoudens een wettelijke plicht tot informatieverstrekking, zoals een getuigenverhoor (onder ede). 7.3 Partijen komen hierbij overeen dat Holding Y en Y garanderen geen bedrijfsinformatie met betrekking tot Holding XY en haar werkmaatschappijen aan de oud-eigenaren van Y BV te verstrekken, behoudens een wettelijke plicht tot informatieverstrekking, zoals een getuigenverhoor (onder ede). 7.4 Indien een partij de verplichtingen uit hoofde van dit artikel schendt, verbeurt die ten opzichte van de benadeelde partij een boete van € 7.500,-- per schending, onverminderd het recht van de benadeelde partij om de vergoeding van volledige schade te verlangen en nakoming te vorderen. Artikel 8 Partijen komen hierbij overeen dat zij de voldoening van de uit deze overeenkomst voortvloeiende betalingsverplichtingen niet zullen frustreren door het leggen van conservatoire beslagen of door zich te beroepen op verrekening. Deze bepaling vervalt ten aanzien van de partij die enige betalingsverplichting, die uit de overeenkomst voortvloeit, niet (tijdig) nakomt. Indien een partij deze verplichting schendt, verbeurt zij een boete van € 7.500,-- per schending, onverminderd het recht van de benadeelde partij om de vergoeding van volledige schade te verlangen en nakoming te vorderen. Artikel 9 t/m 13 (…)
NM 2015/12 ZAKELIJK Aandeelhouders. Ontvlechting. Samenwerking. Art. 2:344 e.v. BW Partijen: Twee aandeelhouders/directeuren via hun besloten vennootschappen. Essentie Als de samenwerking tussen twee directeur-aandeelhouders vastloopt, ontstaat onenigheid over de gemaakte samenwerkingsafspraken. In mediation NM 2015/12
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 27
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
Casus X, die een technische achtergrond heeft, is midden jaren 90 door Y, met een commerciële achtergrond, ingeschakeld voor zijn bedrijf dat administratieve software levert. De samenwerking verliep zodanig dat zij enige jaren later gezamenlijk, in de vorm van een v.o.f., de bedrijfsvoering hebben voortgezet. De activiteiten van de v.o.f. zijn tien jaar later gesplitst en ondergebracht in twee verschillende B.V. ‘s. X en Y zijn gezamenlijk (aanvankelijk met nog een derde persoon) aandeelhouder van beide vennootschappen geworden. Later is X enig aandeelhouder van één van de B.V. ‘s geworden (over de aanleiding voor de aandelenoverdracht door Y verschillen partijen van mening). Gezamenlijk zijn zij aandeelhouder in de andere B.V. gebleven. Over de wijze van bedrijfsvoering van deze gezamenlijke B.V. is onenigheid ontstaan. Dit heeft geleid tot verschillende procedures. Zo heeft X een enquête-procedure bij de Ondernemingskamer aanhangig gemaakt en Y in kort geding de broncode gevorderd die de vennootschap waarvan X enig aandeelhouder was geworden, in beheer had. Die vordering is in eerste instantie afgewezen. Tijdens de zitting bij de Ondernemingskamer hebben partijen besloten tot mediation. In de mediation wordt duidelijk dat de beide directeuren/aandeelhouders een geheel andere visie hebben op de bedrijfsvoering en hun eigen rol daarin en zij bovendien van mening verschillen over de in het verleden gemaakte onderlinge afspraken en de bijdrage die door hen is geleverd aan de bedrijfsvoering. Er blijken geen duidelijke schriftelijke afspraken te zijn gemaakt over de wijze van samenwerking, de waardering van de aandelen, de verantwoordelijkheden en eigendomsverhoudingen. Voor beiden is duidelijk dat voortzetting van de juridische procedures het einde van hun bedrijven zal betekenen. Dat maakt dat zij ondanks de ernstig bekoelde onderlinge verhouding toch bereid zijn in mediation gezamenlijk te trachten tot een oplossing te komen. Partijen hebben aanvankelijk gezocht naar een oplossing waarbij zij apart verder zouden gaan, maar wel sprake zou zijn van een exclusieve samenwerking met betrekking tot de ontwikkeling van het product. Uiteindelijk bleek een van de partijen toch onvoldoende vertrouwen te hebben in de in dit kader te maken samenwerkingsafspraken. Hierop is ervoor gekozen om een andere optie uit te werken, waarbij X zijn aandelen en bestuurderschap in de gezamenlijke B.V. overdraagt, beide vennootschappen als 27
4/8/2015 12:30:49 PM
ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
concurrenten de broncode kunnen gebruiken, de klantenportefeuille wordt verdeeld en de schulden uit het verleden worden afgerekend. De zienswijze over de waardering van de aandelen liep sterk uiteen. Mede vanwege de daarmee gepaard gaande kosten wilden partijen geen waardebepaling laten uitvoeren. Betaling in natura door overdracht van extra klanten bleek een mogelijkheid om het verschil in zienswijze te overbruggen.
PROCES MEDIATION
Belangen De volgende belangen komen op tafel: - continuïteit van beide vennootschappen/bedrijven; - meer vrijheid in ondernemerschap van de B.V. van X ten opzichte van de gezamenlijke B.V.; - zelfstandig kunnen opereren door Y binnen de gezamenlijke B.V.; - beheer broncode bij de gezamenlijke B.V.; - afwikkeling schulden van de v.o.f.; - vooruit kunnen kijken en een streep zetten onder het verleden; en - erkenning van het door de gezamenlijke B.V. en door beide partijen verrichte werk. Resultaat Partijen hebben in de mediation uiteindelijk de volgende afspraken met elkaar gemaakt: - verkoop door X van zijn aandelen in de gezamenlijke B.V. aan Y tegen overdracht van enkele klanten; - verdeling van de overige klantenportefeuille; - een goede overdracht over en weer; - beëindiging bestuurderschap in de gezamenlijke B.V.; - verdeling van de aan de software verbonden Intellectuele Eigendomsrechten; - toewijzing merk- en handelsnaam; - afrekening verleden; en - beëindiging lopende procedures. Deze afspraken zijn vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst, waarvan het concept door partijen en hun advocaten is aangepast en uitgewerkt totdat een definitieve tekst was bereikt. Opmerkingen mediator Partijen hadden een duidelijk gezamenlijk belang om tot een oplossing te komen, te weten de continuïteit van hun bedrijven. Desondanks is de oplossing moeizaam bereikt. Dit had vooral te maken met de ernstig verstoorde onderlinge verhouding. Partijen hadden er beter aan gedaan, zoals zij ook erkenden, om in een eerder stadium al voor mediation te kiezen.
Verwijzing door rechter Het betreft hier een verwijzing tijdens de zitting van de Ondernemingskamer. Co-mediation Eén mediator, geen co-mediation. Achtergrond mediator De mediation is begeleid door een fulltime Mfn registermediator met ongeveer dertig jaar ervaring als advocaat in de zakelijke markt. Partijbegeleiders en andere betrokkenen Beide partijen hebben regelmatig overleg gevoerd met hun advocaten over de mediation. Tijdens de een na laatste bijeenkomst zijn de advocaten ook aanwezig geweest om de op hoofdlijnen gemaakte afspraken gezamenlijk uit te werken. Dit bleek niet alleen nuttig vanwege het juridische karakter van de afspraken, maar vooral ook om partijen te begeleiden naar een oplossing die zo goed mogelijk aan hun belangen tegemoet zou komen. Intake/plenair/caucus De eerste plenaire bijeenkomst is vooraf gegaan door twee individuele intakegesprekken met X en Y en telefoongesprekken met beide advocaten. Tijdens deze gesprekken is aan de mediator informatie verstrekt over de visies op het verleden, de gemaakte afspraken en de eigendomsverhoudingen. Verder is verslag gedaan van het verloop en resultaat van de aanhangig gemaakte procedures. Tijdens de eerste plenaire bijeenkomst is, nadat is teruggekeken naar het verleden, geïnventariseerd welke belangen er speelden voor beide partijen. Vervolgens is geïnventariseerd welke opties mogelijk waren, zo veel mogelijk rekening houdend met deze belangen. Dit leidde tot 10 mogelijke opties, uitgeschreven op flip-over vellen. Partijen hebben hiervan ieder een top 3 aangegeven. De volgende bijeenkomsten zijn besteed aan het uitwerken van twee van de voorkeursopties. Verder is nog een aparte bijeenkomst gewijd aan de afwikkeling van de schulden uit het verleden. Tijdens meerdere bijeenkomsten hebben éénop-ééngesprekken plaatsgevonden met partijen om in vertrouwen blokkades te doorbreken voor het inventariseren en uitwerken van mogelijke oplossingen. Verslaglegging Van iedere plenaire bijeenkomst is een kort voortgangsverslag gemaakt met als bijlagen foto’s van de gemaakte flip overs (met belangen,
28
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 28
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
NM 2015/12
4/8/2015 12:30:49 PM
ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
opties, uitgewerkte scenario’s, overzichten van schulden uit het verleden en opties om deze af te wikkelen). Duur Vijf bijeenkomsten en twee individuele intakegesprekken. Gemiddeld duurden de plenaire bijeenkomsten drie uur. Eva Schutte, ReulingSchutte te Amsterdam. RELEVANTE BEPALINGEN OVEREENKOMST Artikel 1 Aandelen 1. X verkoopt hierbij haar aandelen, te weten […..] gewone aandelen, genummerd [….] tot en met [….] (hierna: “de Aandelen”) in D aan Y en Y koopt hierbij de Aandelen van X, onbezwaard en met alle vanaf het moment van leveren behorende of daaruit voortvloeiende rechten en plichten, één en ander met inachtneming van het bepaalde in deze Overeenkomst. 2. Levering van de Aandelen vindt uiterlijk binnen één week na ondertekening van deze overeenkomst plaats (de “Leveringsdatum”). De levering van de Aandelen zal plaatsvinden ten kantore van notaris … te […..]. De kosten van de notaris worden door Partijen gelijkelijk gedragen. 3. Op de Leveringsdatum zullen Partijen alle handelingen verrichten en alle documenten ondertekenen die naar de mening van de notaris redelijkerwijs nodig mochten zijn voor volledige effectuering van de levering van de aandelen. Artikel 2 Koopprijs 1. De koopprijs voor de Aandelen wordt voldaan in natura en wel door middel van overdracht per de Leveringsdatum door D aan C/X van de licentieovereenkomsten tussen D en de volgende drie klanten: 1, 2 en 3. 2. Artikel 2.1 brengt met zich dat C de inkomsten die vanaf 1 januari 2014 door bovengenoemde klanten uit hoofde van de licentieovereenkomsten verschuldigd zijn, zal ontvangen. Eventueel vooruitbetaalde licentie-inkomsten worden niet verrekend. 3. C behoudt de door haar met de in lid 1 genoemde klanten afgesloten onderhoudscontracten op de software. 4. De onderhoudscontracten op de software van C met alle andere klanten van D worden per de Leveringsdatum, overgedragen aan D. Dit betreft volgens opgave van C de onderhoudscontracten met de klanten: […]. Eventueel vooruitbetaalde onderhoudscontracten worden niet verrekend.
NM 2015/12
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 29
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
In bijlage 1 is de volledige lijst met over te dragen onderhoudscontracten opgenomen. 5. A draagt zorg voor een zorgvuldige overdracht van de onderhoudscontracten als bedoeld in het voorgaande artikellid en is binnen redelijke grenzen beschikbaar voor het geven van inlichtingen en het beantwoorden van vragen over het onderhoud. De overdracht wordt geacht in [….] plaats te vinden en maximaal 2 werkdagen of 4 dagdelen in beslag te nemen. Extra werkzaamheden vanaf een maand na de Leveringsdatum worden in rekening gebracht tegen een uurtarief van € […]. 6. Partijen zullen de klanten ter zake van wie de licentieovereenkomsten (zie hiervoor onder 2.1) of de onderhoudscontracten (zie hiervoor onder 2.4) worden overgedragen, na onderling overleg hierover benaderen. 7. D behoudt de overige klanten met wie zij licentieovereenkomsten heeft afgesloten. In bijlage 2 “D klanten” is de volledige lijst met D klanten opgenomen. 8. Gedurende twee jaar vanaf 1 januari [….] (derhalve tot en met 31 december [….]) zal het Partijen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de andere partij niet zijn toegestaan om op enigerlei wijze (direct dan wel indirect) werkzaamheden te verrichten of anderszins betrokken te zijn bij die klanten die aan de andere partij zijn toebedeeld in het kader van deze Overeenkomst. 9. D mag in afwijking van het onder 2.8 gestelde gedurende het jaar [….] cursussen en trainingen blijven verzorgen voor de aan X overgedragen klanten als genoemd in artikel 2.1. In voorkomende gevallen is D geen (financiële) afdracht of andersoortige vergoeding verschuldigd aan C. 10. Het bestaande contract van C met het [….] wordt per de Leveringsdatum overgedragen aan D. Over het bestaande contract van C met [….] wordt nader overleg gepleegd tussen Partijen. Partijen hebben de intentie dat [….] volledig door D wordt bediend. Artikel 3 Aandeelhoudersovereenkomst Door ondertekening van deze Overeenkomst komt de inhoud van de aandeelhoudersovereenkomst inzake D tussen Partijen te vervallen en doet A afstand van zijn rechten de aandeelhoudersovereenkomst inzake D. De overeenkomst tussen D en C van [….] wordt per de Leveringsdatum beëindigd.
29
4/8/2015 12:30:49 PM
ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
Artikel 4 Directie Met ingang van de Leveringsdatum treedt X terug als bestuurder van D en wordt haar decharge verleend voor het gevoerde beleid. Artikel 5 Software 1. C en D verkrijgen, met inachtneming van artikel 5.2, vanaf de Leveringsdatum gezamenlijk de aan de software verbonden rechten van intellectueel eigendom, welke software bekend is onder de namen .., alsmede een kopie van alle bestaande koppelingen tussen D en externe systemen zoals financiële pakketten en personeelsinformatiesystemen (hierna “de Software”) Ontwikkelingen (updates en nieuwe versies) aan de Software na de Leveringsdatum vallen nadrukkelijk buiten de werkingsfeer van dit artikel en op de partij die deze ontwikkelingen tot stand heeft gebracht, rust geen enkele verplichting om die te delen met de andere partij. 2. D behoudt de merken, domeinen (voor zover van toepassing) en namen [….] zal voor deze producten extern uitsluitend nieuwe namen hanteren. C zal de hiervoor benodigde aanpassingen in de software, op haar website, en in haar documentatie op een zo kort mogelijke termijn aanbrengen. 3. Voor het overige hebben Partijen alle rechten, daaronder begrepen intellectuele eigendomsrechten, en andere rechten op de Software. 4. Onder de Software wordt in deze Overeenkomst naast het gebruiksklare product, tevens begrepen de broncode van de Software, al het maatwerk op de Software en de broncode hiervan. 5. Partijen respecteren over en weer de (gezamenlijke) eigendomsrechten die zij met ingang van de Leveringsdatum ter zake van de Software zullen hebben overeenkomstig de regeling als vastgelegd in deze overeenkomst. 6. Uitsluitend C behoudt de intellectuele eigendomsrechten met betrekking tot de [….] maatwerk software en alles dat daarbij hoort (hierna “E”). D krijgt van C de beschikking over E doch uitsluitend met betrekking tot de klanten [….] en [….], en enkel en alleen om desgevraagd aanpassingen te kunnen doen ten behoeve van deze twee klanten. Het is D en/of Y uitdrukkelijk niet toegestaan om E anderszins te (doen laten) gebruiken, op straffe van een onmiddellijk te verbeuren boete van € [….] per overtreding. 7. Uitsluitend C behoudt de intellectuele eigendomsrechten met betrekking tot de koppeling met F en alles dat daarbij hoort (hierna “F”). D krijgt van C de beschikking over F doch uitsluitend met betrekking tot de klant [….], en enkel 30
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 30
en alleen om desgevraagd aanpassingen te doen ten behoeve van deze klant. Het is D en/of Y uitdrukkelijk niet toegestaan om F anderszins te (doen laten) gebruiken, op straffe van een onmiddellijk te verbeuren boete van € [….]. per overtreding. Artikel 6 Merk- en handelsnaam Y/D behoudt de merk- en handelsnamen [….] en [….]. Het staat X/C niet vrij om deze merk- en handelsnamen te voeren. Ook het domein [….]. blijft eigendom van Y/D. Uit praktisch oogpunt is X/C niet verplicht om intern de broncode te wijzigen, voor zover extern niet zichtbaar. Artikel 7 Afrekening D 1. Alle nog over [….] te ontvangen inkomsten in D alsmede alle schulden en overige lasten worden toebedeeld aan Y. Dit betreft onder meer een eventuele winstuitkering over [….], de bij [….] bank openstaande kredietfaciliteit, en de rekening courantschulden van X en Y. Dit laatste is onderworpen aan medewerking en expliciete schriftelijke toezegging van [….] bank. Indien en voor zover deze door [….] bank (vooralsnog) niet gegeven wordt, zal D A en X vrijwaren voor eventuele aanspraken van [….] bank jegens A uit hoofde van de thans (nog) bestaande borgstelling/hoofdelijkheidsverklaring. 2. Met het oog op artikel 1:88 BW zal de echtgenote van B deze overeenkomst mede ondertekenen. Y draagt er zorg voor dat uiterlijk [….] door [….] bank schriftelijk en onvoorwaardelijk aan A en X wordt verklaard dat de bank per direct en volledig afstand doet van haar recht om jegens A en X een beroep te doen op de borgstelling/ hoofdelijkheidsverklaring als genoemd in de huidige kredietfaciliteit als bedoeld in artikel 7.1. 3. Indien [….] bank op [….] niet heeft verklaard op de wijze en met de strekking als omschreven in artikel 7.2, verbeurt B aan A een direct opeisbare – en niet voor matiging vatbare - boete van [….] [zegge: [….] euro. A zal dit volledige bedrag aanwenden om de kredietfaciliteit van D bij [….] bank af te lossen om zo alsnog uit hoofdelijkheid te worden ontslagen. Mocht op dat moment de kredietfaciliteit minder bedragen dan EUR [….] zal A het verschil terugstorten op de rekening van D. 4. De met het verkrijgen van het ontslag uit de borgstelling/hoofdelijkheidsverklaring door de bank te berekenen kosten worden door Partijen gelijkelijk gedragen. 5. Op het moment van ondertekening van deze Overeenkomst nog openstaande facturen van C aan D worden op de datum van ondertekening volledig voldaan.
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
NM 2015/12
4/8/2015 12:30:49 PM
ZAKELIJK
NEDERLANDSE MEDIATION
Artikel 8 Afrekening V.O.F. 1. Accountant [….] zal worden gevraagd een bindende eindafrekening op te stellen met betrekking tot C v.o.f. per 31 december [….] waarbij de schuld ter zake van de overdracht van de software in [….] aan D, rekening houdend met de verrichte afschrijvingen, welke in de jaarrekening van [….] gewaardeerd is op € [….] en waarover jaarlijks een bedrag van € [….] wordt afgeschreven, gelijkelijk voor rekening van A en B komt. De kosten van de accountant ter zake worden door Partijen gelijkelijk gedragen. 2. Voor zover de in 8.1 bedoelde eindafrekening resulteert in een verplichting tot betaling aan A die hoger is dan € [….], zal deze worden gemaximeerd tot een bedrag van € [….]. Betaling van het verschuldigde bedrag zal uiterlijk [….] plaatsvinden tegen behoorlijk bewijs van kwijting. De eindafrekening kan nooit leiden tot een betaling door A aan B. 3. B vrijwaart A tegen eventuele aanspraken van [….] of eventuele rechtsopvolgers uit hoofde van het doorlopende krediet van de v.o.f. Artikel 9 Lopende procedures [….] Artikel 10 Geheimhouding [….] Artikel 11 Betamelijkheid [….] Artikel 12 Nietige bepalingen [….] Artikel 13 Afstand [….] Artikel 14 Kwijting [….] Artikel 15 Juridische bijstand [….] Artikel 16 Geschillen [….]
NM 2015/12
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 31
Afl. 1- 2015
Stylesheet: T1b V2 0
31
4/8/2015 12:30:50 PM
Updates in Navigator? U weet het als eerste met Notify.
iPad
Notify by Powered
T1b_NM_1501_bw_V06.indd 32
9:45 AM
100%
Met Notify ontvangt u altijd en overal inhoudelijke updates binnen uw vakgebied en interesses. Zo bent u altijd op de hoogte!
Download de gratis app voor smartphone of tablet via de App Store of Google Play.
4/8/2015 12:30:50 PM
EINDELIJK WEER EENS TIJD VOOR UW CLIËNTEN (EN VOOR UZELF)
u een Neem n roefp GRATIS ent m e n abon
NIEUW! SmartNewz Ondernemingsrecht
SmartNewz
{
kluwer.nl/smartnewz
T1b_NM_1501_lijm_V06.indd 34177_Advertentie SmartNewz3Ondernemingsrecht_165x242.indd 1
4/8/2015 1:23:4709:25 PM 07-01-15
En…
bevalt de eerste editie van het nieuwe tijdschrift Nederlandse Mediation u?
25% KENNISMAKINGSKORTING
Abonneer u dan nu en ontvang in het eerste jaar 25% korting op uw abonnement! Nederlandse Mediation verschijnt 4 x per jaar. Online én op papier.
Nederlandse Mediation online: € 100,- (excl. btw) per jaar. U betaalt het eerste jaar slechts € 75,-
Nederlandse Mediation online + tijdschrift: € 126,- (excl. btw) per jaar. U betaalt het eerste jaar slechts € 94,50
Nederlandse Mediation (NM) behandelt mediations op diverse aandachtsgebieden, zoals: familiemediation (scheiding en nalatenschap) zakelijke mediation overheidsmediation arbeidsmediation
Abonneer u nu op www.wolterskluwer.nl/mediation
T1b_NM_1501_lijm_V06.indd 4 34820-1_Adv Nederlandse Mediation 168 x 242.indd 1
4/8/2015 1:23:47 PM 07-04-15 15:57