LESBRIEF ‘ETEN: EEN PROBLEEM?’
JANUARI
2014
Door Henk Jongsma, hoofdauteur Op niveau tweede fase eerste editie
Eten: een probleem? Inleiding Het zou niet moeten kunnen, en toch is het zo: terwijl er nog steeds mensen sterven van de honger, terwijl er ook in Nederland nog steeds mensen zijn die nauwelijks genoeg geld hebben om voldoende eten te kopen, maken wij ons in de rijke westerse landen druk over diëten, Enummers, enzovoort. Kijk eens in een boekhandel om je heen: er staat vrijwel altijd weer een boek over voedsel in de top tien. Alleen al in 2013 verschenen er meer dan vijfhonderd kookboeken! We hebben een eetstoornis, we hebben last van een voedselobsessie, zegt Rosanna Hertzberger in haar column in NRC Handelsblad. Al die boeken en artikelen over voedsel vergelijkt ze met pornografie: een fatsoenlijk mens zou er niets mee te maken willen hebben. Ach, ’t is allemaal mode, schrijft Margriet Oostveen, ook in een column in NRC Handelsblad. En de arts Luc Bonneux schrijft in een artikel in Trouw dat voor al die hypes geen spat bewijs bestaat: ‘De basis van alle hypes is dezelfde: pseudowetenschap.’ Ja, en ondertussen zijn er nog heel veel mensen die al blij zijn met een beetje voedsel, elke dag. Zij kunnen het zich niet veroorloven kieskeurig te zijn en aan een hype kunnen ze al helemaal niet meedoen. Daar gaat het over in deze lesbrief: onze overdaad – hun tekort. Waar maken we ons druk over?
Opzet van deze lesbrief A
C D E
Je leest drie teksten en beantwoordt vragen bij die teksten (opdracht 1, 2 en 3: nauwkeurig lezen). Je noteert de meningen over voedsel en de argumenten die daarbij horen uit die drie teksten (opdracht 4, 5 en 6). Je maakt een discussieopzet met een zelfgekozen stelling (opdracht 7, 8 en 9). Je neemt deel aan een discussie (opdracht 10). Je schrijft een opiniestuk (opdracht 11).
A
Drie teksten
B
Tekst 1
Vraatzucht 1 De westerse industriële beschaving eet zichzelf dom. Met die stelling begint het boek You aren’t what you eat van Steven Poole. Een aanrader uit NRC Lux, ik las het deze week. Het is een verrukkelijke aanklacht tegen gastroporno, tegen de eetschrijvers met hun bijbels (de groentebijbel, barbecuebijbel, partyfoodbijbel) en vooral tegen de foodies, die de wereld alleen kunnen ervaren door hem in de mond te stoppen. Als reusachtige baby’s. Hij schrijft over de voedselschrijver Michael Pollan die predikt dat we bewust moeten eten omdat elke maaltijd een karmic prize heeft. En over Jamie Oliver, die vindt dat op elke school verplicht kookles moet worden gegeven. Welke lessen er precies plaats moeten maken voor het grillen, bakken en blancheren zegt hij er niet bij, omdat je door het ‘medium’ voedsel alles kunt leren wat je nodig hebt in het leven. Poole legt genadeloos de transcendentale larie van dit ‘je bent wat je eet’-tijdperk bloot. Ik kan het u van harte aanbevelen. © THIEMEMEULENHOFF, 2013
1
LESBRIEF ‘ETEN: EEN PROBLEEM?’
JANUARI
2014
2 Heeft onze maatschappij een eetstoornis? Ik ben ervan overtuigd. Het is geen anorexia nervosa, we zijn niet boulimisch of vraatzuchtig. Nee, we zijn gewoonweg geobsedeerd. En niet alleen door gastroporno. Ik ken te veel mensen die een sapkuur ondergaan, omdat ze ervan overtuigd zijn dat ze van binnen ‘schoongespoeld’ moeten worden, als ware hun lichaam een pvc-buizenstelsel. Ik ken te veel mensen die regelmatig vasten, omdat de oermens dat ook deed. Ik ken er te veel die geen koolhydraten meer eten, of geen vlees, of nu echt gaan ‘afkicken’ van suiker. Ik ken te veel mensen die wauwelen over organisch en ‘echt eten’ en die spookverhalen verspreiden over zogenaamd giftige E-nummers. Ik ken er te veel die biologisch met gezond en duurzaam verwarren. Het zijn intelligente mensen, gezond, jong, en ze breken vrijwillig hun hersens over zoiets futiels als hun voeding. Bezorgd voeren ze gesprekken aan tafel over of de spaghetti bolognese hen nu wél of niet dichter bij het graf gaat brengen. Alsof de levensverwachting 53 is en geen 83. Waanzin. 3 Mijn grootste verbazing is dat mensen bereid blijken, nee zelfs buitengewoon geïnteresseerd zijn in nogal radicale veranderingen in hun eetpatroon. Ik ging tijdens mijn studententijd om met een meisje dat noodgedwongen een glutenvrij dieet volgde, omdat ze leed aan coeliakie. Geen brood, geen pasta, geen koekje bij de koffie, een hoogst irritante aandoening, waardoor ze altijd moeilijk moest doen over eten. Wat blijkt nu? Grote groepen Nederlanders kopen het boek Broodbuik, of voedselzandloper, of doen aan Paleo en volgen, zonder enige medische indicatie of andere noodzaak, precies dit dieet. Na jarenlang vet vermijden en daarna suiker is tarwe de nieuwe vijand. Een beetje hipster koopt een glutenvrij kookboek en laat alle brood en pasta voortaan links liggen. 4 Het is moeilijk je te onttrekken aan die voedselobsessie. De tijdsgeest resoneert in alles wat ik eet. Mijn broodje kaas (kaas = zuivel = slecht, brood = snelle suikers = slecht, alles met te veel zout), mijn glaasje sinaasappelsap (met suiker = slecht, vermoedelijk bespoten, niet puur maar uit concentraat = nep), mijn kopje Pickwickthee (nep, slecht, fabrieksspul), de aardbeienyoghurt (niet het seizoen) mijn cracker met margarine (kankerverwekkend), mijn kant-en-klaar maaltijd uit de magnetron (wil je soms dood?) – niks smaakt meer hetzelfde. De gezondheidsfreaks en voedselsnobs kijken over mijn schouder mee en schudden vol medelijden het hoofd. 5 Want: je moet je groenten zelf snijden, omdat je er dan bewust mee bezig bent. Ook al bestaat eenderde van alle huishoudens uit één persoon, je mag vooral niet voor de televisie eten, want elke hap moet met aandacht gekauwd worden. Je mag niets weggooien, je mag niets in de magnetron stoppen, je moet seizoensgroente kopen, liefst één van de tien courgettes die jaarlijks uit de wijkmoestuin komen. Want ja, lokaal is beter. Er is jaren gestreden voor het toelaten van Afrikaanse landbouwproducten op de Europese markt, maar door een recent misverstand over de duurzaamheid van lokaal voedsel, blieven zelfs de grootste wereldverbeteraars geen Afrikaanse bonen meer. 6 Maar ik kan u vertellen: ik zal me tegen de gekte verzetten. Ik omarm de vooruitgang die ervoor zorgt dat banale zaken als voeding steeds minder tijd hoeven te kosten. Ik weiger te koken als dit niet nodig is. Ik weiger groente te snijden als er machines bestaan die dit voor mij doen. Ik weiger ‘bewust’ te eten. Ik weiger me te verdiepen in waar de kipfilet vandaan komt. En ik weiger om langer over mijn voedsel na te denken dan strikt noodzakelijk. 7 U mag uw gastroporno bij u houden. Ik heb betere dingen te doen. Door: Rosanne Hertzberger (microbioloog), in: NRC Handelsblad, 2 november 2013.
Opdracht 1 1 Alinea 1
Vul het schema in. Tekstfragment de westerse industriële beschaving gastroporno eetschrijvers bijbels foodies karmic prize transcendentale larie ‘je bent wat je eet’-tijdperk
© THIEMEMEULENHOFF, 2013
Omschrijving
2
LESBRIEF ‘ETEN: EEN PROBLEEM?’
2
3
4
5 6 bron 2
JANUARI
2014
anorexia nervosa boulimisch organisch E-nummers iets futiels coeliakie Paleo hipster resoneert concentraat gezondheidsfreaks voedselsnobs seizoensgroente lokaal banale zaken microbioloog Rosanne Hertzberger is wetenschapper. Hier schrijft ze geen wetenschappelijk artikel, maar een column. Ze hoeft dus ook geen wetenschappelijk verantwoorde bewijzen te leveren bij haar meningen. Ze gebruikt andere middelen. a Wat is haar standpunt als het gaat om eten? b Wat is haar belangrijkste middel om haar standpunt voor de lezer acceptabel te maken? Geef een omschrijving van dat middel en twee voorbeelden.
Tekst 2
Culinair reveil 1 Op mijn dertiende werkte ik in bakkerij Schoonderwoerd in het dorp. Op zaterdagmorgen maakten wij, vier klasgenoten, voor tien gulden en een Bossche bol, kwekkend kneedmachines schoon. Nog voel ik de taaie, kauwgomachtige deegresten vermengd met zeepsop die je de rest van de dag uit je haar peuterde. Zou dat nou gluten zijn geweest, de nieuwe stille sloper? Volgende baantje: afwassen in hotel-restaurant De Gouden Leeuw, waar ze gek waren op gebakken zeetong en gebakken aardappelen. Huppakee: kwart pakje boter in de pan. Dierlijk vet, lekker juist. Daarna: serveerster in Italiaanse restaurants te Eindhoven, waar we na afloop kilo’s pasta aten. 2 In de vroege jaren 80, net uit de jaren 70 gegroeid en kort voordat de yup werd uitgevonden, liet je het ook wel uit je hoofd over gezond eten te beginnen, want dat was smerig: gortdroge muesli, baksteenhard zuurdesembrood of onverzoenlijke onbespoten groente van De Kleine Aarde te Boxtel. Je werd nog liever dood onder een discobal gevonden. De anti-koolhydratenmode, die nog maar eergisteren lijkt begonnen, ontdekte ik acht jaar geleden in Amerika. Ook tijdens vakanties in Nederland vertelden mensen opeens dat ze geen aardappels, pasta of brood meer aten. Geen brood! In Amerika, waar nauwelijks nog bakkers bestaan, maar wel heel veel afschuwelijk gezoet fabrieksbrood, snakten we naar het heerlijke, verse Nederlandse brood. Van geen brood krijgen de mensen alleen maar honger. En dan willen ze ingewikkelde dingen van Ottolenghi koken. Of te veel bietensap drinken, terwijl je daarvan volgens de laatste berichten juist kanker krijgt. Ze verzinnen afschrikwekkende woorden, zoals ‘de tarwetiet’ (mannelijke borstvorming ‘als gevolg van’ brood). Echte coeliakiepatiënten natuurlijk uitgezonderd, zijn de mensen die dit allemaal zo ernstig nemen meestal moderne religieuzen, hongerend naar leefregels. 3 Toen ik uit Amerika vertrok, had filmster Gwyneth Paltrow intussen haar stapelgekke blog Goop (‘Ik ben gevoelig voor melkproducten, gluten, tarwe, mais en haver, wat het ontbijt een hele uitdaging maakt’). Chelsea Clinton en vele anderen ontdekten ‘glutenintolerantie’. En iedere zichzelf respecterende supermarkt bezat een glutenvrij gangpad. Dat krijgen we hier vast ook nog. Ik snak van de weeromstuit naar de foute gerechten uit de tijd dat minder mensen dik waren. Naar een culinair reveil, met stokbroodjes kruidenboter erbij. Naar probleemloze boterhammen met volvette kaas. Maar kunnen achterhaalde eetgewoontes eigenlijk wel terugkeren, zoals foute mode (de blazer met schoudervullingen, de zelfgebreide trui)? Ik vroeg het mensen die meer van eten weten. Smulpaap © THIEMEMEULENHOFF, 2013
3
LESBRIEF ‘ETEN: EEN PROBLEEM?’
JANUARI
2014
Ronald Giphart en de opvolgster van Johannes van Dam, Hiske Versprille, stelden me gerust. De boeuf stroganoff blijkt bijvoorbeeld bezig aan een comeback. Net als de gevulde eitjes met huzarensalade, bavarois, klassieke ongezonde sauzen en Wina Born-recepten. Ook de zeetong staat weer op de kaart. 4 Blijf dus vooral brood eten. De gevulde paprika en de witlof-met-puree volgen binnenkort vanzelf. Door: Margriet Oostveen, in: NRC Handelsblad, 15 november 2013.
Opdracht 2 1 Alinea titel 2
3 2
Vul het schema in. Tekstfragment culinair reveil de yup Onverzoenlijk onbespoten groente dingen van Ottolenghi moderne religieuzen glutenintolerantie
Omschrijving
Margriet Oostveen is journalist. a Wat is haar standpunt als het gaat om eten? b Noem twee middelen die zij gebruikt om haar standpunt voor de lezer acceptabel te maken.
Tekst 3
Eet gevarieerd, dat maakt pas gezond 1 Ooit heb ik een wonderdieet geschreven voor de kersteditie van het medische vaktijdschrift British Medical Journal. Als grap. Mijn wetenschappelijk onderbouwde succesformule was gebaseerd op een dieet met veel chocolade en bier. Ik had een klein fortuin kunnen verdienen, want dieetboeken zijn grote bestsellers. 2 Kris Verburghs ‘Voedselzandloper’, waarvan er in Nederland al 200.000 zijn verkocht, claimt de remedie te hebben tegen veroudering. Havermout, bessen, broccoli (en een ‘verbod’ op aardappels, rijst en pasta) zou beschermen tegen kanker, harten vaatziektes, diabetes en dementie. 3 Wat te mooi is om waar te zijn, is zelden waar. Het is het zoveelste dieetboek, een treffend voorbeeld van wat Verburgh zelf beschrijft als de ‘tsunami van gezondheidsadviezen van zelfuitgeroepen experts’. De basis van alle hypes is dezelfde: een verkoop van pseudowetenschappelijke illusies over de eeuwige jeugd, gelardeerd met in de kraam passende citaten uit een enorm aantal publicaties. 4 De studie van voeding en gezondheid is een mijnenveld. Het eerste probleem is methodologisch. Je bent wat je eet. Je weet dus nooit wat je meet: het effect van voeding of het effect van persoonlijke kenmerken als afkomst, sociale klasse, welvaart, opvoeding, gezondheidsbewustzijn, enzovoort. 5 Er bestaat bijvoorbeeld geen spat bewijs voor enig direct verband tussen dieetfactoren en alzheimer. Verburgh beweert dat mensen die meer fruitsap drinken 76 procent minder kans op deze aandoening hebben. Zodra iemand dat beweert, ben je zeker dat in die studie de sapdrinkers anders waren dan de niet-sapdrinkers, bijvoorbeeld hogeropgeleid. 6 ‘Evidence based’ geneeskunde is gebaseerd op experimenteel onderzoek (de zogeheten gerandomiseerde gecontroleerde trial), waarbij het toeval bepaalt welke groep met een andere wordt vergeleken. De zeldzame gerandomiseerde trials over voeding bevestigen zeer zelden de bevindingen uit observaties (fluor, dat de tanden beschermt tegen gaatjes, is een merkwaardige uitzondering).
© THIEMEMEULENHOFF, 2013
4
LESBRIEF ‘ETEN: EEN PROBLEEM?’
JANUARI
2014
7 Het tweede probleem bij de studie van voeding en gezondheid is economisch. Vroeger was het een heksentoer om je buik te vullen, tegenwoordig kan het niet meer op. Aan ‘gezonde voeding’ valt nog meer te verdienen dan aan pillen en de controle is minder streng. 8 Als Kris Verburgh beweert dat ‘een portie walnoten de kans op een hartaanval met de helft vermindert’, heeft hij de kleine lettertjes noch de commentaren gelezen. Cardiologen in de redacties van wetenschappelijke bladen reageerden ijzig en wezen er op dat de walnotenstudies waar Verburgh zich op baseert, zijn gefinancierd door de California Walnut Company. 9 Het onderzoek naar het verband tussen voeding en gezondheid is om nog een derde reden problematisch. Wetenschap werd een industrie, de universiteit een bedrijf. Goed onderzoek sluit doodlopende wegen af, maar kan het einde zijn van je onderzoekslijn. Publicaties bepalen niet de carrière van een wetenschapper, enkel de hoeveelheid geld die hij of zij binnensleept telt. Universiteiten doen er vaak alles aan om de stank van een lang overleden onderzoekslijn binnenskamers te houden. 10 Dat heeft in het voedingsonderzoek geleid tot een ongeziene stroom bagger. Onderzoeken, die de schier oneindige combinaties van factoren verwerken in een bijna even groot aantal proefschriften van jonge onderzoekers. Het lijkt op wetenschap, maar is het niet. Het zijn bevindingen die niet zijn gestoeld op een solide theorie, maar op toeval. Maar de mededeling dat het eten van groene erwten longkanker veroorzaakt bij Antilliaanse niet-rokende mannen en dat worteltjes de kans op borstkanker verlagen bij blanke brildragende vrouwen die groter dan 1,67 meter zijn, leiden geheid tot een hit in de media. 11 Uit deze brij van belangen, bevooroordeelde studies en toevalsbevindingen valt geen betrouwbare kennis te puren. In de jaren 1990 zette de Amerikaanse overheid een onafhankelijke commissie aan het werk om het definitieve rapport te schrijven over vetten. Meer dan tien jaar later, honderd medewerkers en 100.00 dollar verder sloot de commissie in de grootst mogelijke stilte de boeken. De kladversie van de eerste twee hoofdstukken was afgekraakt. Verder is niemand ooit gekomen in het samenvatten van kennis over vetten. 12 Het grootste probleem van dit alles ligt in de menselijke aard. We moeten eten. Als we niet ziek worden, worden we oud en we gaan dood. De menselijke geest verbindt deze twee feiten tot oorzaak en gevolg. Voedseltaboes zijn daarom een constante factor in alle menselijke culturen. 13 De vele gezondheidsdiëten die elkaar opvolgen met de regelmaat van de maanstanden zijn de moderne versie van het voedseltaboe. Je kun je echter wel ziek eten, maar niet gezond. Mensen zijn van oorsprong jagende apen die hun gevarieerde plantaardige dieet leerden aanvullen met vlees. Tegenwoordig eet je zo veel vlees, vet en suiker als je wilt. Maar wie daarvan te veel eet, krijgt wel veel energie binnen, maar minder van wat anders. 14 Gezonde voeding kun je samenvatten in vijf woorden: ‘Eet gevarieerd, word geen vetzak’. Helaas: het is wat weinig om een paar honderdduizend euro aan te verdienen met een boek. Door: Luc Bonneux, in: Trouw, 16 november 2013.
Opdracht 3 1 Alinea 2 3
4 6
9
Vul het schema in. Tekstfragment claimt de remedie tsunami zelfuitgeroepen experts hypes pseudowetenschappelijke illusies gelardeerd met is een mijnenveld methodologisch gerandomiseerde gecontroleerde trial observaties onderzoekslijn de stank van een lang overleden onderzoekslijn
© THIEMEMEULENHOFF, 2013
Omschrijving
5
LESBRIEF ‘ETEN: EEN PROBLEEM?’
10
11 12
JANUARI
2014
bagger solide theorie hit toevalsbevindingen voedseltaboes Een constante factor
2
Luc Bonneux is arts, epidemioloog, sinds 2012 specialist ouderengeneeskunde. a Wat is zijn standpunt als het gaat om eten? b Noem twee middelen die hij gebruikt om zijn standpunt voor de lezer acceptabel te maken.
B
Drie teksten – overzicht
Opdracht 4 De drie schrijvers staan ongeveer op hetzelfde standpunt. 1 Waar zijn ze alle drie tegen? Geef een zo precies mogelijke beschrijving. 2 Geef ook een zo nauwkeurig mogelijke beschrijving van het tegenovergestelde standpunt, waar zij dus alle drie tegen zijn. Opdracht 5 Je kunt dus globaal twee standpunten onderscheiden: dat van deze drie schrijvers (dat noemen we standpunt A) en dat van al die mensen waar deze schrijvers zo tegen zijn. Dat laatste noemen we standpunt B. Noteer voor beide standpunten de argumenten die je uit de teksten kunt afleiden. We onderscheiden de volgende soorten argumenten: 1 feitelijk argument 2 ervaringsargument (empirisch argument) 3 gezagsargument (beroep op autoriteit) 4 vergelijking 5 nut (gewenst gevolg) 6 ongewenst gevolg 7 moreel argument 8 emotioneel argument 9 veronderstelling of verwachting Standpunt A Vul het schema in. Het aantal vakjes is willekeurig: misschien heb je er te weinig, misschien kun je ze niet allemaal invullen. Standpunt A (het standpunt van de drie schrijvers) Argument Soort argument
© THIEMEMEULENHOFF, 2013
Objectief of subjectief
6
LESBRIEF ‘ETEN: EEN PROBLEEM?’
JANUARI
2014
Standpunt B Vul het schema in. Het aantal vakjes is willekeurig: misschien heb je er te weinig, misschien kun je ze niet allemaal invullen. Standpunt B (het standpunt waar de drie schrijvers tegen zijn) Argument Soort argument
Objectief of subjectief
Opdracht 6 De drie schrijvers maken gebruik van zowel objectieve als subjectieve argumenten. 1 Zie je wat dat betreft een verschil tussen de twee columnisten en de wetenschapper? 2 We denken vaak dat objectieve argumenten ‘sterker’ zijn. Werkt dat in deze drie teksten ook zo? Geef een korte uitleg. 3 Wie van de drie schrijvers vind jij het meest overtuigend? Geef weer een korte uitleg.
C
Discussie voorbereiden
Al die drukte over wat je wel en niet kunt eten – alsof er niets belangrijkers in de wereld is. ‘Ja,’ zal een ander zeggen, ‘maar het gaat wel om je gezondheid.’ En een ander zegt misschien: ‘Wat een luxeprobleem zeg, er lijden nog steeds mensen honger op deze wereld, dat is pas erg.’ Kortom: we gaan discussiëren. Opdracht 7 Groepsopdracht 1 2 3
Vorm een groep van minimaal vijf personen. Kies samen het onderwerp. Er zijn twee mogelijkheden: 1) luxeprobleem en echt probleem 2) voedsel en gezondheid Spreek af wie van jullie de rol van voorzitter gaat spelen.
Opdracht 8 Formuleer je eigen mening over het onderwerp dat jullie gekozen hebben. Schrijf die mening op in de vorm van een stelling. Opdracht 9 1 2
Bedenk goede argumenten bij je stelling. Zorg ervoor dat niet alle argumenten van dezelfde soort zijn (zie opdracht 5). Kijk ook nog eens goed naar de teksten. Wat voor soort opmerkingen en argumenten spreken het meest aan? Probeer ook een aantal van dat soort opmerkingen te bedenken om straks in de discussie te kunnen gebruiken.
© THIEMEMEULENHOFF, 2013
7
LESBRIEF ‘ETEN: EEN PROBLEEM?’
3
4
D
JANUARI
2014
Probeer een paar opmerkingen te bedenken waarmee je straks de andere discussiedeelnemers even flink kunt verbazen. Bijvoorbeeld: Ik moet wel brood eten, want waar moet ik anders mijn hamburger tussen doen? Zo’n opmerking lijkt flauw, maar je kunt er wel even de discussie mee op een ander spoor brengen. Bedenk ook een paar ‘grappige’ formuleringen, zoals Rosanne Hertzberger die gebruikt in tekst 1.
Discussie voeren
Opdracht 10 Voer de discussie. 1 De voorzitter opent de discussie met een korte toelichting op het onderwerp. 2 Iedere deelnemer laat zijn standpunt horen, eventueel met een heel korte toelichting. 3 De deelnemers reageren op elkaars standpunten. Nu wordt er dus gevraagd naar verduidelijking en naar argumenten. Je kunt elkaar aanvallen, maar je kunt ook iemand steunen met wie je het eens bent. 4 De voorzitter probeert een gezamenlijk standpunt te formuleren. Als dat niet lukt, geeft de voorzitter in een korte samenvatting de verschillende standpunten.
E
Schrijven
Na de discussie, en nadat je misschien nog andere discussies hebt bijgewoond, kun je je standpunt (opdracht 8) waarschijnlijk nog beter verdedigen. Opdracht 11 Schrijf een opiniestuk (minimaal 400, maximaal 800 woorden) waarin je jouw standpunt duidelijk maakt. Stap 1 Stap 2 Stap 3 Stap 4 Stap 5 Stap 6 Stap 7 Stap 8
Kies een publiek. Voor welke lezers schrijf je, en waar moet je dus rekening mee houden? Maak een schema voor het middenstuk van je artikel: welke argumenten en welke voorbeelden gebruik je, in welke volgorde? Bedenk een goede inleiding waarmee je de lezer prikkelt en nieuwsgierig maakt. Bedenk een pakkend slot, dat in het geheugen van de lezer blijft hangen. Een echte uitsmijter dus. Schrijf een eerste versie. Zet er een uitdagende titel boven. Vraag een of meer medeleerlingen om commentaar op je eerste versie. Vraag om verbeteringen en om eventuele aanvullingen. Verwerk het commentaar dat je kreeg in de eindversie.
© THIEMEMEULENHOFF, 2013
8