Doen wat werkt Eén jaar UWV WERKbedrijf
Inhoud Resultaat door samenwerking (voorwoord)
3
Vraag en aanbod gekoppeld
5
Zelfredzaamheid en ondersteuning Onze schakelfunctie Ontsluiten arbeidsmarktinformatie
5 5 7
Maatwerk op het Werkplein
8
Werkcoaches Van 8-tot-8 actief E-dienstverlening Ontwikkelingen rond Werkpleinen
8 8 9 9
Samenwerking met werkgevers
11
Crisismaategelen Een brede en veelzijdige samenwerking
11 13
Uitdagingen voor 2010
17
Het voorkomen van werkloosheid bij specifieke doelgroepen Betere samenwerking en inzet van beschikbare middelen
17 19
Resultaat door samenwerking Het is januari 2010. Eén jaar geleden begon UWV WERKbedrijf, vanuit de fusie van UWV en CWI. Het was een vliegende start, noodzakelijk gemaakt door de economische crisis die het land op dat moment al volop in de greep had. De werkloosheid liep op, steeds meer bedrijven en organisaties kwamen in de problemen. Het WERKbedrijf pakte de handschoen op. In hoog tempo verschenen de mobiliteitscentra. Daar, maar ook op de Werkpleinen, zetten we alle zeilen bij om werkzoekenden en werkgevers te ondersteunen. Ons vermogen om snel te kunnen schakelen tussen landelijk, regionaal en lokaal niveau, bood daarbij grote voordelen. Dankzij deze inspanningen vonden in 2009, ondanks de crisis, ruim 250.000 mensen een baan; nauwelijks minder dan in 2008. Daar zijn we als WERKbedrijf trots op. Maar het was nooit gelukt zonder nauwe samenwerking met onze partners: de gemeenten, de uitzendbranche, de werkgeversorganisaties, de vakbonden, het onderwijs, kenniscentra et cetera. Het afgelopen jaar zijn er tal van nieuwe, regionale samenwerkingverbanden ontstaan, alle gericht op het realiseren van de ambitie van het WERKbedrijf: steeds meer mensen aan het werk, door vraag en aanbod bijeen te brengen. De resultaten van vorig jaar waren goed, maar ik realiseer me dat er nog veel meer moet gebeuren. De werkloosheid zal in 2010 verder stijgen, het aantal vacatures zal dalen. We zullen onze dienstverlening verder moeten verbeteren. Dat betekent: nog beter op resultaten sturen, werkgevers nog slagvaardiger bedienen en onze e-dienstverlening verder ontwikkelen en professionaliseren. Daarnaast zullen we ons nadrukkelijker moeten inzetten voor moeilijk bemiddelbare mensen, zoals Wajongers en langdurig werklozen. Er is meer dan genoeg te doen. We moeten de gevolgen van de crisis bestrijden en klaarstaan voor de arbeidsmarkt van morgen. Het WERKbedrijf gaat deze uitdaging met overtuiging aan, samen met u! André Timmermans Directeur UWV WERKbedrijf
2
3
Vraag en aanbod gekoppeld In 2009 bundelden CWI en UWV hun krachten in UWV WERKbedrijf. Het in één uitvoeringsinstantie onderbrengen van de activiteiten op het gebied van arbeidsmarktondersteuning, re-integratie en begeleiding van werkzoekenden was de laatste stap in een proces van steeds intensiever samen optrekken. UWV WERKbedrijf brengt vraag en aanbod met elkaar in contact. Het zorgt ervoor dat iedere werkzoekende zo snel mogelijk aan de slag kan, of door re-integratie of scholing actief bezig is met het vinden van een baan. Tegelijkertijd ondersteunt het werkgevers bij het vinden van geschikt personeel. Door het verstrekken van informatie realiseert het WERKbedrijf een maximale transparantie op de arbeidsmarkt: er is zicht op de vacatures en op het beschikbare personeel. Het WERKbedrijf fungeert tevens als schakel tussen bedrijven en branches en het aanbod op de lokale en regionale arbeidsmarkt. Werkgevers en potentiële werknemers ontmoeten elkaar op de Werkpleinen en in de mobiliteitscentra. Het WERKbedrijf ontwikkelt daarnaast initiatieven met partijen in de private en publiek-private sector, zoals werkgeversorganisaties, branches en grote werkgevers. Waar zich knelpunten voordoen, kan het WERKbedrijf gericht ingrijpen met de inzet van op maat ontwikkelde middelen en instrumenten.
4
Zelfredzaamheid en ondersteuning Het WERKbedrijf is er voor alle werkzoekenden, met of zonder uitkering of baan. De dienstverlening is erop gericht zoveel mogelijk werkzoekenden in staat te stellen zelf voor een nieuwe baan te zorgen. Op werk.nl kunnen ze vacatures raadplegen, hun cv plaatsen en passende vacatures vinden. Mensen die werkloos dreigen te worden kunnen zich via de e-intake vroegtijdig als werkzoekende aanmelden. Het uitgangspunt ‘zelfredzaamheid waar mogelijk, ondersteuning waar nodig’ garandeert een effectieve en efficiënte inzet van gemeenschapsgelden. Wie extra hulp nodig heeft kan terecht bij een werkcoach. Waar gewenst zetten gemeenten en WERKbedrijf gezamenlijk re-integratiemiddelen in. Een re-integratietraject begint in principe drie maanden na de werkloosheidsdatum. Het streven is dat een werkzoekende niet langer dan zes maanden werkloos is.
Onze schakelfunctie Vraag en aanbod op de arbeidsmarkt bewegen zich op verschillende geografische niveaus. Het WERKbedrijf legt de verbanden hiertussen en zorgt ervoor dat kennis gedeeld wordt. Gemeenten zijn op de hoogte van de lokale situatie, vaak dankzij een fijnmazig netwerk van contacten met werk-gevers tot op lokaal niveau. Ze staan dicht bij de burgers, ook bij hen die nog niet actief zijn op de arbeidsmarkt. Gemeenten hebben bovendien veel kennis van en ervaring met het activeren van moeilijke doelgroepen en beschikken over het daarvoor benodigde instrumentarium. Een effectief arbeidsmarktbeleid vraagt echter ook om afspraken en acties op landelijk niveau, met bedrijven, branches en bedrijfstakken. Niet alle werkgevers willen of kunnen met de 431 Nederlandse gemeenten zaken doen.
5
Als autoriteit op het gebied van arbeidsmarktkennis is het WERKbedrijf daarom de schakel tussen bedrijven en lokale en regionale projecten. Op de Werkpleinen worden projecten vervolgens op lokaal en regionaal niveau uitgewerkt en ingevuld. Deze combinatie van een landelijke organisatie en regionaal/lokaal opererende gemeenten levert de best denkbare dienstverlening aan werkzoekenden en werkgevers op.
Eures voorziet in informatie en advies over de Europese arbeidsmarkt voor werkzoekenden of werkgevers die belangstelling hebben voor werken of werven in het buitenland. Eures ondersteunt tevens de Europese en internationale bemiddeling en fungeert als partner in Crossborder-projecten. Internationale bemiddeling wordt steeds belangrijker, gezien de verwachte tekorten op de Nederlandse arbeidsmarkt.
Ontsluiten arbeidsmarktinformatie Verschillende regio’s en sectoren in Nederland worden maandelijks door het WERKbedrijf voorzien van actuele en onderling vergelijkbare arbeidsmarktinformatie. Deze informatie over bijvoorbeeld vraag en aanbod is essentieel om adequaat in te kunnen spelen op vragen van werkgevers en werkzoekenden en wordt maandelijks in de vorm van een basisset beschikbaar gesteld via werk.nl. Deze basisset wordt verrijkt met informatie vanuit andere bronnen (Colo, Nicis, CBS). Op verzoek leveren wij arbeidsmarktgegevens op postcodeniveau voor onderzoek en planning op gemeentelijk niveau. Voor de Werkpleinen en onze vestigingen is deze arbeidsmarktinformatie input voor het opstellen van jaarplannen en marktbewerkingsplannen. Op basis van onze gegevens kan een nadere analyse op regionaal en sectoraal niveau plaatsvinden en kunnen fricties op de regionale arbeidsmarkt in kaart worden gebracht. Ook kunnen werkzoekenden worden geïnformeerd over de sectoren en beroepen waarin zij de grootste kans hebben op werk. Ter ondersteuning zijn er masterclasses ontwikkeld voor stakeholders die een rol spelen in het regionale arbeidsmarktbeleid. Beleidsbepalers kunnen via werk.nl zelf arbeidsmarktrapporten samenstellen.
6
Werkzoekenden laten zich zien op de Landelijke Banenmarkt Op 1 oktober 2009 organiseerde UWV WERKbedrijf in samenwerking met gemeenten een Landelijke Banenmarkt, onder het motto ‘Ik laat me zien’. De belangstelling was groot: in totaal waren er ruim 110.000 bezoekers en meer dan 2.000 standhouders (werkgevers). Bij de officiële start van het evenement in het ADO-stadion in Den Haag waren André Timmermans, directeur UWV WERKbedrijf, en wethouder Henk Kool van de gemeente Den Haag aanwezig. Minister Donner (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) kwam ook langs voor een kort werkbezoek en woonde een ‘speedmeet’ tussen een werkgever en een werkzoekende bij. Bij alle vestigingen in het land viel het op dat werkzoekenden veel vragen hadden over sollicitatiebrieven en het cv. Werkcoaches gaven concrete tips over aanpassingen in beide, zodat werkzoekenden zich nog beter aan werkgevers kunnen presenteren. Ook de workshops over sollicitatiegesprekken werden massaal bijgewoond. In 2010 wordt er opnieuw een Landelijke Banenmarkt georganiseerd.
7
Maatwerk op het Werkplein In februari 2009 kozen de ketenpartners de naam Werkplein voor de plaats waar de ketensamenwerking fysiek wordt omgezet in klantcontacten. UWV WERKbedrijf, gemeenten en outplacementbureaus, re-integratiebedrijven en uitzendbureaus waarmee wordt samengewerkt, geven op de Werkpleinen vorm aan de geïntegreerde dienstverlening aan werkgevers en werkzoekenden. De Werkpleinen hebben één belangrijke doelstelling: een gezamenlijke, effectieve en daadkrachtige arbeidsmarktbenadering ten dienste van werkzoekenden en werkgevers.
Werkcoaches Honderdduizenden mensen vinden elk jaar zelf een nieuwe baan en tienduizenden werkgevers vinden het personeel dat zij nodig hebben. Voor de meeste werknemers die in de WW belanden, geldt dat zij binnen enkele maanden zelfstandig weer aan de slag komen. Helaas vindt niet iedereen op eigen kracht een passende baan. Op dat moment komen de Werkpleinen en hun werkcoaches in beeld. Een werkcoach biedt de werkzoekende persoonlijke ondersteuning. Na een intake en een diagnose wordt gezamenlijk een re-integratieplan opgesteld en uitgevoerd. Daarbij worden re-integratiemodules op maat ingezet, waar mogelijk in de vorm van een Individuele Re-integratie Overeenkomst (IRO). De werkcoaches van het WERKbedrijf vervullen een sleutelrol in de dienstverlening. Zij begeleiden niet alleen werkzoekende klanten, maar hebben tegelijkertijd contact met werkgevers en kennen de kansen op de (regionale) arbeidsmarkt goed. Parallel aan de fusie van CWI en UWV tot WERKbedrijf heeft er een kwaliteitsslag in de opleiding van
8
werkcoaches plaatsgevonden, waardoor zij nog beter voor hun taak zijn toegerust.
Van 8-tot-8 actief Voor 2010 zal het aantal klanten van het WERKbedrijf naar verwachting met een derde toenemen. Het aantal niet-werkende werkzoekenden zou daarmee eind 2010 uitkomen op 695.000 personen. Als gevolg van de economische crisis is de vraag naar de dienstverlening gegroeid. In mei 2009 is de openstelling van diverse Werkpleinen daarom verruimd naar van 8.00 tot 20.00 uur. Sinds september 2009 geldt ‘van 8-tot-8 actief’ op alle Werkpleinen. Dit is een goed voorbeeld van de maatwerkactiviteiten waarmee het WERKbedrijf (pro)actief inspeelt op signalen uit de markt. We denken mee met werknemers en werkgevers en bieden perspectief en creatieve oplossingen. We zetten samen activiteiten op die klanten beter en sneller helpen.
E-dienstverlening
Ontwikkelingen rond Werkpleinen
Het WERKbedrijf beschikt over meerdere elektronische diensten. Dat is gemakkelijk voor onze klanten: zo kunnen ze waar dan ook van steeds meer van onze diensten gebruikmaken. Maar ook de werkcoaches en andere medewerkers van het WERKbedrijf profiteren van deze online toepassingen.
Nog niet op alle plekken die daarvoor zijn aangewezen, zijn de Werkpleinen operationeel. Op dit moment zijn er op honderd plekken in Nederland Werkpleinen gerealiseerd en als zodanig zichtbaar voor de klant. Het streven is om eind 2010 een landelijk dekkend netwerk van 127 Werkpleinen te hebben. Ook aan de kwaliteit van de dienstverlening op de Werkpleinen moet verder gewerkt worden; er zijn onderling nog te grote verschillen.
De bekendste e-dienst is zonder twijfel werk.nl, een van de best bezochte vacaturesites van Nederland. Werkzoekenden kunnen er onder meer hun cv plaatsen en per e-mail passende vacatures ontvangen. Werkgevers kunnen er cv’s bekijken en gratis hun vacatures plaatsen. Werk.nl is tevens een handig instrument voor de werkcoach: die kan op een vestiging of op locatie samen met een klant de site raadplegen. En Werk.nl biedt nog meer online informatie en hulpmiddelen: • De Werkm@p: één plek voor alle werkzaken, waar de werkzoekende en de werkcoach elkaar in een beveiligde omgeving ‘ontmoeten’. Deze applicatie maakt een snelle en interactieve communicatie tussen de werkcoach en de klant mogelijk. • De e-intake: werkzoekende klanten kunnen zich online inschrijven voor een uitkering. De klant hoeft niet naar het WERKbedrijf te komen en de werkcoach hoeft geen tijd vrij te maken voor de inschrijving. • De Arrangementenbank: een toegankelijk overzicht van alle landelijke, regionale en lokale diensten, regelingen en scholingsmogelijkheden die gemeenten, WERKbedrijf en andere partijen verzorgen. • De Competentieatlas: dit instrument helpt klanten om de resultaten van competentietests te vertalen naar hun mogelijkheden op de arbeidsmarkt.
Middelen van de werkcoach • Opleiding • CTC-competentietest • Stageplek • Participatiebaan • Loonkostensubsidie • Begeleid werken en jobcoaching • Re-integratietraject • Individuele Re-integratie Overeenkomst (IRO) • Uitkering om de periode van werkloosheid te overbruggen De samenwerking met gemeenten op de Werkpleinen leidt ertoe dat de ketenpartners in toenemende mate elkaars instrumenten en interventies inzetten. Een voorbeeld daarvan is de schuldhulpverlening. Bij de intake van nieuwe klanten letten de werkcoaches op mogelijk problematische schulden als gevolg van werkloosheid en inkomensvermindering. Zo nodig verwijzen zij de klant direct door naar de gemeentelijke schuldhulpverlening.
Op het gebied van advies en ondersteuning via internet is nog veel meer mogelijk. Het WERKbedrijf is daarom druk bezig haar e-dienstverlening verder te ontwikkelen en uit te breiden.
9
Samenwerking met werkgevers De recessie raakt veel bedrijven en instellingen in Nederland. Steeds meer werkgevers zien zich genoodzaakt ontslag aan te vragen voor werknemers omdat zij niet voldoende omzet realiseren om de loonkosten te kunnen dragen. Dergelijke ontslagprocedures zijn ingrijpend, zowel voor werkgevers als voor werknemers. De grootste uitdaging voor de komende periode is te zorgen dat werknemers ander werk kunnen vinden wanneer zij ontslagen dreigen te worden. Werkgevers hebben daar belang bij en stellen dan ook middelen beschikbaar. Ook het WERKbedrijf en gemeenten beschikken over regelingen en middelen om mensen aan het werk te helpen en te houden. Het WERKbedrijf biedt bijvoorbeeld ondersteuning, informatie en advies op het gebied van scholing, werving en selectie, leren en werken, sollicitatietrainingen, arbeidsrecht, ontslag en ‘van-werknaar-werk’-bemiddeling. Een goede samenwerking tussen alle partijen maakt het mogelijk om activiteiten te ontplooien die voorkomen dat werknemers werkloos worden.
Crisismaatregelen Brancheweken tonen werkaanbod In het voorjaar van 2009 vonden op tal van Werkpleinen de jaarlijkse brancheweken plaats. Er werden uiteenlopende activiteiten georganiseerd, in samenwerking met de verschillende branches en onder regie van de landelijke bedrijfsadviseurs van het WERKbedrijf. Uitgangspunten van de brancheweken zijn de werkgever en zijn werkaanbod. De branches zijn voornemens om ook in 2010, samen met het WERKbedrijf, hun arbeidsmogelijkheden extra te promoten.
10
Vanwege de economische situatie in 2009 heeft de overheid een aantal crisismaatregelen ingesteld met als doel ontslag of een uitkeringssituatie te voorkomen. UWV voerde de volgende maatregelen uit. Werktijdverkorting Sinds 30 november 2008 konden werkgevers werktijdverkorting (WTV) aanvragen om hun medewerkers minder te laten werken in plaats van ze te ontslaan. Tot en met 3 april 2009 zijn er 853 aanvragen toegewezen voor in totaal 810.339 uur. Ook zijn er 325 eerste verlengingsaanvragen voor circa 503.350 uur en 94 tweede verlengingsaanvragen voor circa 216.600 uur toegewezen.
Voor ondersteuning en informatie over de regeling konden werkgevers terecht bij de mobiliteitscentra. Deze bijzondere WTV-regeling is per 21 maart 2009 vervallen. Met de sociale partners is besloten om ter compensatie de regeling voor deeltijd-WW in te stellen. Deeltijd-WW Op 1 april 2009 is de regeling voor deeltijd-WW geïntroduceerd. De regeling is erop gericht om vakkrachten te behouden voor bedrijven die voldoende gezond zijn om, ondanks een tekort aan orders en omzet, door de crisis heen te komen. De regeling is in juli 2009 iets aangescherpt en blijft nog van kracht tot april 2010 of tot het beschikbare budget op is. Tot nog toe hebben zo’n 3.800 bedrijven een beroep op de regeling gedaan en zitten er 40.000 werknemers in de deeltijd-WW. Het aantal aanvragen daalt licht. (Bron: Ministerie van SZW, december 2009.) Scholingsbonus Als een organisatie iemand die bij een andere werkgever zijn baan dreigt te verliezen werk aanbiedt, dan komt de nieuwe werkgever in aanmerking voor een bonus, bedoeld om de medewerker bij te scholen. De bonus bestaat uit maximaal 2500 euro. Voorwaarde om van deze regeling gebruik te kunnen maken, is dat de nieuwe werkgever een minstens even hoog bedrag aan de bijscholing bijdraagt. Erkenning van Verworven Competenties bij ontslag De overstap naar ander werk wordt vergemakkelijkt als de werknemer inzicht in zijn eigen capaciteiten heeft en dit inzicht ook aan een nieuwe werkgever kenbaar kan maken. Voor werknemers zonder startkwalificatie kan een
11
Ervaringsprofiel (EVP) of Ervaringscertificaat (EVC) de competenties zichtbaar maken. Bovendien kan de inzet van het Ervaringscertificaat een eventueel scholingstraject aanzienlijk bekorten. Een EVC-procedure is mogelijk wanneer werkgever en werknemer gezamenlijk tot het oordeel komen dat, voorafgaand aan ontslag, de procedure een essentiële investering is voor het vervolg van de loopbaan. Voor 2009 verhoogde het kabinet het re-integratiebudget WW van het UWV met 20 miljoen. Het WERKbedrijf kon hierdoor trajecten inkopen voor het behalen van een Ervaringsprofiel of Ervaringscertificaat door werknemers die met ontslag worden bedreigd en zij die daarmee kunnen worden gelijkgesteld. Het WERKbedrijf koopt deze trajecten alleen in op verzoek van de werkgever of werknemer en houdt bij hoeveel trajecten er zijn ingekocht en welk budget daarmee gemoeid is. (Bron: Ministerie van SZW, juni 2009.)
Ondernemersavond over crisismaatregelen De economische crisis heeft bij veel ondernemers geleid tot vragen over wat het WERKbedrijf voor hen kan betekenen. Om die reden organiseert het WERKbedrijf naast haar reguliere activiteiten viermaal per jaar De Ondernemersdag. De bijeenkomst van 17 november 2009 stond in het teken van de crisismaatregelen van de overheid. Ondernemers werden op de Werkpleinen verwelkomd om presentaties bij te wonen over onder andere de deeltijd-WW, EVC en de Scholingsbonus. Op meer dan 50 vestigingen verzorgde de afdeling Arbeidsjuridische Dienst van het WERKbedrijf een presentatie over ontslag. De Ondernemersavonden worden georganiseerd in samenwerking met MKB-Nederland en vele andere publieke en private partners.
12
Gebleken is dat er in 2009 te weinig beroep is gedaan op de gelden die voor EVC en EVP beschikbaar zijn gesteld. Eind 2009 is het WERKbedrijf daarom gestart met een campagne om de regeling intern en extern meer bekendheid te geven. In 2010 moet blijken of dat resulteert in een toename van het aantal aanvragen.
Een brede en veelzijdige samenwerking Het WERKbedrijf streeft naar een zo breed mogelijke samenwerking, met alle betrokken partijen. Een aantal van de huidige samenwerkingsverbanden wordt hieronder omschreven. Ondertussen werken we voortdurend aan het ontwikkelen van nieuwe initiatieven en betere oplossingen. Brancheservicepunten Doel van de brancheservicepunten is het behouden en laten instromen van werknemers en werkzoekenden in een bepaalde branche en daarmee het versterken van de regionale arbeidsmarktpositie van die branche. In een
brancheservicepunt kan alle kennis op één plaats worden gebundeld. Branches, sectorfondsen en kenniscentra zetten daarvoor personeel met kennis van scholing en regelingen in, afgestemd op de regionale situatie. De belangrijkste samenwerkende partners in een servicepunt zijn werkgevers(organisaties), UWV en gemeenten. Afhankelijk van de regionale situatie kunnen ook instanties als de Kamer van Koophandel en ROC’s partner zijn. Op landelijk niveau hebben de overkoepelende brancheorganisaties, de kenniscentra en de landelijke bedrijfsadviseurs van het WERKbedrijf een stimulerende en ondersteunende functie bij de oprichting van brancheservicepunten. In 2009 is het aantal brancheservicepunten sterk uitgebreid. Er zijn inmiddels ruim 15 brancheservicepunten Techniek en ook het aantal brancheservicepunten Bouw is sterk uitgebreid. Op dit moment zijn er meer dan 15 brancheservicepunten Detailhandel. In 2010 komen er nog meer brancheservicepunten bij en zullen ook andere sectoren, zoals de zorg, een eigen brancheservicepunt krijgen. Werkgeversservicepunten Om beter in te kunnen spelen op concrete vragen van werkgevers in een regio richt het WERKbedrijf op steeds meer Werkpleinen werkgeversservicepunten en werkgeversloketten in. Werkgevers kunnen er bijvoorbeeld advies krijgen over het vervullen van vacatures op de korte termijn. Maar ook over langeretermijnplannen om door opleiding en scholing van werkzoekenden, en met de inzet van ondersteunende instrumenten als loonkostensubsidies, tot een goede personeelsvoorziening te komen. De werkgeversbalie op het Werkplein biedt voor werkgevers vaak méér dan alleen ondersteuning bij het vinden van geschikte werknemers. Met name voor kleine bedrijven kan een werkgeversservicepunt een soort van externe P&O-afdeling vormen.
13
De basis voor succes is een goed contact en een onderling vertrouwen tussen landelijke, regionale en lokale partners en werkgevers. De werkgeversservicepunten leveren daar een belangrijke bijdrage aan. Mobiliteitscentra In het voorjaar van 2009 richtte het WERKbedrijf in het hele land 33 mobiliteitscentra op waarin werkgevers, gemeenten, sociale partners, kenniscentra, onderwijsinstellingen, uitzendbureaus en andere private partijen samenwerken met het WERKbedrijf. In de centra beperken we de gevolgen van de crisis voor werknemers en bedrijven, door het inzetten van ons netwerk, onze medewerkers en onze instrumenten en middelen om de arbeidsparticipatie te bevorderen en door de vraag van werkgevers adequaat te koppelen aan het aanbod van werkzoekenden. De dienstverlening in een mobiliteitscentrum is op maat gemaakt en vraag gestuurd: de werkgever benadert zelf het centrum in zijn regio voor ondersteuning.
Twee voorbeelden van publiek-private samenwerking in mobiliteitscentra Actieplan voor bouwbedrijf Een landelijk opererend bouwbedrijf moet 600 mensen ontslaan. Het bedrijf stelt samen met het WERKbedrijf, een kenniscentrum en een ROC een actieplan op. Er wordt een informatiebijeenkomst georganiseerd, de medewerkers volgen gerichte opleidingen en krijgen wekelijks informatie over actuele vacatures. Na drie maanden zijn 315 medewerkers bij de activiteiten betrokken en hebben 209 medewerkers een andere baan gevonden. Speeddates en intakes Een bedrijf in de automotive sector heeft collectief ontslag aangevraagd voor 80 werknemers. Het WERKbedrijf organiseert workshops, banenmarkten en speeddates met werkgevers, laat competentietesten afnemen, adviseert over scholingsmogelijkheden en biedt individuele begeleiding door adviseurs die de regionale bedrijven kennen. Een private partij zorgt voor een individuele intake en diagnose per werknemer en de bemiddeling en jobhunting bij bedrijven. De bedoeling is dat alle 80 werknemers na begeleiding en scholing hun loopbaan bij bedrijven in de regio kunnen voortzetten.
14
De mobiliteitscentra van het WERKbedrijf bieden één publiek aanspreekpunt voor werkgevers en branches. Dat levert hen verschillende voordelen op bij de instroom, doorstroom en uitstroom van personeel, onder andere door: • de concentratie van kennis en expertise op het terrein van ‘van-werk-naar-werk’-arrangementen; • onze samenwerking met private en publieke partners; • de inzet van scholing, re-integratiemiddelen, subsidies en voorzieningen; • ondersteuning bij de inzet van crisismaatregelen, zoals de regeling werktijdverkorting en de deeltijd-WW. In 2009 hebben de mobiliteitscentra in totaal zo’n 900 projecten geïnitieerd om te voorkomen dat met ontslag bedreigde werknemers in een uitkeringspositie komen. De mobiliteitscentra in ons land hebben van maart 2009 tot november 2009 in totaal 100.000 mensen snel aan
ander werk geholpen. Bijna 12.000 mensen die met ontslag werden bedreigd zijn vanuit hun nog bestaande baan aan een andere baan geholpen. 88.435 mensen kregen na hun ontslag binnen drie maanden ander werk via deze centra. (Bron: Ministerie van SZW, januari 2010.) Leerwerkloketten De regionale leerwerkloketten zijn er voor werkgevers, werknemers en werkzoekenden. Ze bieden een betere aansluiting tussen arbeidsmarkt en onderwijs in de regio. Werkgevers kunnen er hun stageplaats, leerbaan of vacature aanmelden. In een leerwerkloket werkt een groot aantal publieke partners samen, waaronder het WERKbedrijf. In 2009 zijn er veertig leerwerkloketten geopend.
Diensten voor het midden- en kleinbedrijf Veel kleine en middelgrote bedrijven verwachtten als gevolg van de verslechterde economische situatie in moeilijkheden te komen. Om die reden hebben MKBNederland en het WERKbedrijf in mei 2009 een convenant getekend om de dienstverlening aan het midden- en kleinbedrijf te intensiveren. Sindsdien hebben de 33 mobiliteitscentra hun dienstverlening op het gebied van arbeidsmarktbeleid en personeelsvoorziening ook afgestemd op de specifieke behoeften en wensen van het mkb. Het WERKbedrijf zet hiervoor op elk centrum een bedrijfsadviseur mkb in, bij wie ondernemers terecht kunnen voor ondersteuning bij en advies over bijvoorbeeld de regeling deeltijd-WW, om- en bijscholing van werknemers, ‘van-werk-naar-werk’bemiddeling en arbeidsmarktmaatregelen. Ook zijn er extra werkcoaches voor het mkb beschikbaar. Deze aanpak moet gaan resulteren in onder meer het ontwikkelen en uitvoeren van ‘van-werk-naar-werk’arrangementen, het begeleiden en coachen van groepen of individuele met ontslag bedreigde werknemers naar werk, het verbeteren van hun kansen op werk en het zoveel mogelijk voorkomen van uitkeringsafhankelijkheid.
15
Uitdagingen voor 2010 Het voorkomen van werkloosheid bij specifieke doelgroepen WERKbedrijf zal het partnership met werkgevers zoeken om moeilijk bemiddelbare mensen aan werk te helpen. Wij willen werkgevers daarbij een persoonlijke en resultaatgerichte service leveren. Dat houdt in dat wij ons richten op het aanbieden van direct bemiddelbare kandidaten – dus geen potentiële werknemers die eerst nog een lang traject moeten doorlopen. Langdurig werklozen In 2010 zal de nadruk meer komen te liggen op het naar passend werk begeleiden van mensen die langdurig werkloos zijn. Door de grote afstand tot de arbeidsmarkt is deze groep moeilijker te bemiddelen. Private partijen zijn daardoor ook minder geïnteresseerd om hen te bemiddelen. Juist deze groep mensen is daarom gebaat bij de dienstverlening van het WERKbedrijf.
Traineeship WERKbedrijf tegen jeugdwerkloosheid Tweehonderd jongeren zonder werkervaring krijgen een traineeship van het WERKbedrijf. De jongeren worden onder andere gecoacht bij het zoeken naar werk en het maken van toekomstplannen. Daarnaast volgen ze zelf een opleiding tot junior werkcoach en werken ze mee aan projecten die uit het Actieplan Jeugdwerkloosheid voortkomen. Met het traineeprogramma werkt het WERKbedrijf actief aan oplossingen voor het beperken van de jeugdwerkloosheid. Jongeren hebben zo bovendien de mogelijkheid om werkervaring op te doen, waardoor ze meer kansen op de arbeidsmarkt krijgen. De eerste honderd trainees begonnen op 1 oktober 2009. Het WERKbedrijf werft ondertussen een tweede groep van honderd jongeren, voor de zomer van 2010. Voorwaarde voor deelname aan dit programma is dat de jongeren pas afgestudeerd zijn en beschikken over een hbo- of wo-diploma.
16
Wajongers Sinds 1 januari 2010 is de wet Wajong veranderd. Voorheen richtte de Wajong zich vooral op het regelen van een uitkering, nu gaat het allereerst om het vinden en behouden van werk. In de aanloop naar de nieuwe Wajong-dienstverlening zijn er vanuit het WERKbedrijf diverse voorbereidingen getroffen en acties ondernomen, ook bij de vestigingen in de regio’s. • De website wajongwerkt.nl is gereed. Deze site is speciaal ontwikkeld voor de doelgroep Wajong en bevat informatie voor werkgevers en Wajongers. De site zal zich in 2010 steeds meer ontwikkelen tot de plek waar vraag naar en aanbod van werk voor Wajongers samenkomen.
• In het najaar van 2009 zijn als pilot werkgeversservicepunten Wajong op de dertig plusvestigingen ingesteld. Werkgevers en externe partijen kunnen daar informatie en advies op het gebied van Wajong krijgen. • De pilot van de Wajongwerkt-markt (Werkplein Amsterdam ZO, november 2009) was een succes. In december organiseerde het WERKbedrijf ook Wajongwerkt-markten op de overige 29 plusvestigingen, in samenwerking met gemeenten, scholen en re-integratiebedrijven. In 2010 zal er vier keer een Wajongwerkt-markt worden georganiseerd. • In dagbladen en op de radio zal een campagne van start gaan om werkgevers te informeren over de Wajongdienstverlening en om bewustzijn te creëren. Talent 45-plus ‘In deze tijden van crisis is het van groot belang dat mensen aan de slag blijven. Vooral voor 45-plussers is het zaak om in de running te blijven en zo werkervaring en vaardigheden actueel te houden. Eenmaal werkloos is het voor ouderen soms moeilijk een nieuwe baan te vinden. Het is belangrijk dat werkgevers nu hun oudere werknemers zoveel mogelijk binnenboord houden en niet aarzelen om 45-plussers in dienst te nemen’, aldus staatssecretaris Jette Klijnsma (Ministerie van SZW). Eind 2009 telde het bestand van het WERKbedrijf 234.900 niet-werkende werkzoekenden (NWW’ers) van 45 jaar en ouder. Dat is 8,1 procent van de beroepsbevolking in die leeftijdscategorie. Ter vergelijking: over de gehele beroepsbevolking gezien is het aandeel NWW‘ers 6,5 procent. Van januari tot en met november 2009 stroomden 149.700 45-plus NWW‘ers in: bijna een derde meer dan in 2008. Het project Talent 45-plus van het WERKbedrijf werkt eraan om dit cijfer te verlagen.
17
Vrijwel alle vestigingen van het WERKbedrijf bieden het volledige pakket 45-plus dienstverlening aan. Workshops en trainingen voor 45-plussers, competentietests en Netwerk 45+ dragen bij aan een goede profilering en een actief sollicitatiegedrag. Veel vestigingen organiseren speedmeets, banenmarkten, videopresentaties en andere vormen van ontmoetingen tussen werkgevers en 45-plus kandidaten. Ook vacatureteams, accountmanagers en bedrijfsadviseurs zetten zich in voor het maken van goede matches. Veel van deze activiteiten worden georganiseerd en verzorgd door partners van het WERKbedrijf op landelijk, regionaal en lokaal niveau. Jongeren Om de snel stijgende jeugdwerkloosheid aan te pakken is het WERKbedrijf in mei 2009 gaan samenwerken met Colo, de vereniging van kenniscentra voor beroepsonderwijs en bedrijfsleven. Deze samenwerking is in lijn met het Actieplan Jeugdwerkloosheid van het kabinet. Colo en het WERKbedrijf stimuleren werkgevers om meer stage- en leerbanen voor jongeren aan te bieden. Op regionaal niveau werken ze aan een betere aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt om voortijdig schooluitval te voorkomen. Via de mobiliteitscentra worden werkzoekende jongeren naar meer kansrijke sectoren bemiddeld.
De dienstverlening aan met name mkb-werkgevers, heeft in 2009 een extra dimensie gekregen door het afsluiten van het convenant. De ambitie is groot om de dienstverlening verder te verbeteren. 200 adviseurs zijn op de Werkpleinen actief om ondernemers te ondersteunen en te adviseren over onder meer om- en bijscholing van werknemers, ‘van-werk-naar-werk’-bemiddeling en arbeidsmarktmaatregelen. Tenslotte behoort ook de e-dienstverlening, als gezegd, tot de speerpunten van 2010. Zowel werkzoekenden als werkgevers moeten ons voor steeds meer diensten en producten kunnen vinden via internet. 2010 wordt een jaar vol uitdagingen om de situatie voor werkgevers en werknemers op de arbeidsmarkt te verbeteren. Het WERKbedrijf gaat die uitdagingen graag en goed voorbereid aan.
Betere samenwerking en inzet van beschikbare middelen De belangrijkste feiten over 2009 • 250.000 mensen naar werk begeleid, waarvan jongeren: 58.000, waarvan 45-plus: 65.000. • 33 mobiliteitscentra opgezet: 100.000 mensen snel aan het werk. • 900 regionale en sectorale arbeidsmarktprojecten. • 60.000 ontslagaanvragen behandeld. • Klanttevredenheid werkgevers: 7,1.
18
Zowel op landelijk als op regionaal en lokaal niveau kan de samenwerking tussen het WERKbedrijf en haar publieke en private partners nog verbeterd worden. Het WERKbedrijf beschikt over een groot aantal middelen om mensen naar een passende baan te begeleiden, maar deze worden niet altijd even effectief en efficiënt ingezet. Een betere samenwerking en afstemming tussen publieke en private partijen kan daar verandering in brengen. Concrete afspraken over inzet, taakverdeling en te behalen resultaten zijn onmisbaar, juist als er veel verschillende organisaties en bedrijven bij betrokken zijn.
19
20
UWV Januari 2010 Aan deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend. WB110 00279 01-10