Docentenhandleiding Vooral geen principes! Charley Toorop 27 september 2008 - 18 januari 2009
Museum Boijmans van Beuningen, Rotterdam
Docentenhandleiding: Vooral geen principes! Charley Toorop Van 27 september 2008 tot en met 18 januari 2009 is in Museum Boijmans van Beuningen de tentoonstelling Vooral geen principes! Charley Toorop te zien. Een grote overzichtstentoonstelling van de schilderes Charley Toorop (1891-1955) waarin met ruim honderdtwintig werken een rijk geschakeerd beeld van het oeuvre en de persoonlijkheid van deze kunstenares wordt getoond. Op de tentoonstelling zijn al haar topstukken te zien. Bovendien zijn voor het eerst al haar zelfportretten bij elkaar gebracht. Deze docentenhandleiding geeft toelichting op de Tweede Fase Kijkwijzer die bij de tentoonstelling ontwikkeld is. U vindt er praktische informatie over een bezoek, inhoudelijke informatie over de tentoonstelling, lessuggesties en lees- en internettips. Wij hopen u en uw leerlingen in ons museum te mogen verwelkomen!
Inèz Veldman & Karen de Moor Afdeling Educatie & publieksbegeleiding
Inhoud: 1.
Praktische informatie
p. 3
2.
Programma voor het onderwijs: Tweede fase: Kijkwijzer
p. 4
3.
Over de tentoonstelling
p. 5
4.
Biografisch overzicht
p. 9
5.
Lessuggesties
p. 10
6.
Meer weten? Lees- en internettips
p. 11
1. Praktische informatie Adres: Museum Boijmans van Beuningen Museumpark 18-20 3015 CX Rotterdam Contactgegevens afdeling & Educatie Publieksbegeleiding: Tel: 010 – 4419 471 (bereikbaar elke werkdag tussen 11.00 en 15.00 uur) Fax: 010 – 4419 553 Mail:
[email protected] Website: www.boijmans.nl Openingstijden: Het museum is geopend van dinsdag tot en met zondag van 11.00 tot 17.00 uur. Speciaal voor schoolklassen opent het museum op dinsdag en donderdag om 10.00 uur al haar deuren, mits de klassen begeleid worden door één van onze museumdocenten. Op maandag is het museum gesloten. Bereikbaarheid Bereikbaarheid Museum Boijmans van Beuningen ligt in het centrum van Rotterdam, aan de rand van het Museumpark. Per metro kunt u het museum bereiken door de Callandlijn te nemen en uit te stappen bij halte Eendrachtplein. Per tram bereikt u het museum met lijn 5 richting Willemsplein, uitstappen bij de halte Witte de Withstraat. Ook kunt u bus 32 en 39 nemen, uitstappen bij de halte Rochussenstraat. Het is helaas lastig om in de directe omgeving van het museum te parkeren. Dichtstbijzijnde parkeergarages zijn parkeergarage Westblaak (Hartmansstraat 35) of parkeergarage Schouwburgplein (Schouwburgplein 22), beide op ca. 15 minuten lopen. Toegangsprijzen: Volwassen bezoeker: F 9 Er geldt voor deze tentoonstelling een toeslag van F 3,- op de toegangsprijs t/m 18 jaar: gratis begeleider schoolklas: gratis (nb max. 2 begeleiders per schoolklas hebben gratis toegang) Informatie en boekingen Voor informatie, vragen en boekingen kunt u terecht bij de afdeling Educatie & Publieksbegeleiding (zie boven bij contactgegevens). Schoolklassen zijn elke dag
welkom van 11.00 tot 17.00 uur, indien u een museumles boekt, opent het museum op dinsdag en donderdag speciaal voor u een uurtje eerder, om 10.00 uur.
2. Onderwijsprogramma: Voortgezet Onderwijs 2 Fase: Kijkwijzer de de
Bij de tentoonstelling is een kijkwijzer voor de 2 fase ontwikkeld. Met deze kijkwijzer bezoeken de leerlingen zelfstandig de tentoonstelling. De kijkwijzer behandelt het leven van Charley Toorop en gaat in op de verschillende fases die zij in haar kunstenaarsschap doorloopt. De leerlingen krijgen inzicht in de keuzes die zij in haar leven moet maken om uit te groeien tot een succesvolle kunstenares. Zij worden uitgedaagd om de schilderijen op een andere manier dan ze normaliter zouden doen te onderzoeken en beschouwen. Ze zullen op zoek gaan naar verbanden tussen de verschillende werken die niet meteen in het oog springen. de
De kijkwijzer bestaat uit korte leesteksten en verschillende soorten vragen en opdrachten, welke diverse leerstijlen aanspreken. Ook zijn er ‘Wist je dat’-jes opgenomen, deze geven extra informatie en bevatten interessante weetjes. De laatste opdracht kunnen leerlingen op school of thuis verder afmaken. Duur: 1 tot 1,5 uur. NB er kan ook een keuze worden gemaakt uit de thema’s. Kosten: F 1,- per kijkwijzer (ook met CKV-bonnen en de cultuurkaart te betalen)
Leerdoelen: Leerlingen: -
-
-
-
Maken kennis met het werk van Charley Toorop. Raken bekend met verschillende onderwerpen waar kunstenaars in de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw mee bezig waren. Leren met een intensere blik naar schilderijen te kijken. Krijgen inzicht in tradities binnen de Nederlandse schilderkunst als het zelfportret en het schutterstuk en hoe deze tradities door de eeuwen hun invloed hebben doen gelden. Leren verschillende stromingen in de kunst herkennen. Leren over belangrijke historische gebeurtenissen. Leren over de historische en maatschappelijke context van de eerste helft van de twintigste eeuw. Leren de kunstwerken van Charley
-
-
Toorop te begrijpen, te onderzoeken, te interpreteren en te analyseren. Nemen deel aan een culturele activiteit en reflecteren daarop. Leren hun eigen mening over een kunstwerk te vormen en onder woorden te brengen. Leren na te denken over esthetische vragen: Wat is mooi en waarom is iets mooi? Waarom vind ik iets anders mooi dan mijn buurman?
Vakken: Het programma sluit aan bij de vakken: Geschiedenis, CKV, Kunst (beeldende vorming).
3. Over de tentoonstelling Charley Toorop was de meest bekende Nederlandse kunstenares van voor de Tweede Wereldoorlog. Met haar krachtige stijl, haar onconventionele levenshouding en haar gedurfde keuzes groeide ze uit tot een boegbeeld van de Nederlandse schilderkunst. Geen kleine verdienste voor een vrouw die in een beschermd milieu opgroeide en die op haar zesentwintigste met drie kleine kindertjes alleen kwam te staan. Van huis uit had Charley alles mee. Haar vader Jan Toorop werd als een van de grootste kunstenaars van Nederland gezien. Charley kreeg een opvoeding waarin zij werd gestimuleerd haar talenten te ontwikkelen. In een tijd waarin de emancipatie schoorvoetend op gang kwam, manifesteerde Charley Toorop zich als een zelfbewuste en onafhankelijke vrouw. Vaak exposeerde zij als enige vrouw in tentoonstellingen van de avant-garde van haar tijd. Zij bewees zich met haar schilderijen als stoer, confronterend en glashelder. Gedurende haar hele leven zouden conventies, mannen of kinderen haar er niet van weerhouden te kiezen voor haar grote passie; de schilderkunst. Keer op keer zette ze mannen opzij, verbrak relaties of bracht haar kinderen bij anderen onder om maar door te kunnen werken. Deze levensstijl was voor een vrouw van haar generatie uniek. Charley Toorop werd buitengewoon succesvol en was bijzonder productief. Op deze tentoonstelling zijn meer dan honderd van haar belangrijkste schilderijen bij elkaar gebracht. De werken hangen op chronologische volgorde zodat de ontwikkeling van de kunstenares goed te volgen is. De volgende zes periodes komen aan bod: 1916-1921: Expressionisme, 1922-1927: Van Gogh en naïeve kunst, 1927-1932: De nieuwe zakelijkheid, 1933-1940: Crisistijd, 1938-1945: Oorlogsjaren, 1945-1955: Het late werk. In de eerste zaal (zaal F) hangen enkele topstukken uit verschillende periodes bij elkaar. Biografische informatie, foto’s en brieven zijn te zien in de tussengang in zaal F. Jeugdige jaren Charley Toorop was het enige kind van de vooruitstrevende kunstenaar Jan Toorop en de behoudende Engelse Annie Hall. Het was een huwelijk tussen tegenpolen, en Charley trok als jong meisje voornamelijk naar haar vader toe. Jan Toorop stond midden in het artistieke leven van zijn tijd. Hij omringde zich met schrijvers, dichters, schilders en musici en zo groeide
Charley op in een welvarend en buitengewoon artistiek milieu. Charley was zijn oogappel. De tekeningen die hij rond het jaar 1900 van zijn dochter maakte tonen een breekbaar, dromerig meisje dat uit het raam staart, een boekje leest of plaatjes kijkt. Het was de bedoeling dat Charley violiste of zangeres zou worden, maar toen zij daarmee ophield en zich op het schilderen toelegde, schoot haar vader haar te hulp. Hij hielp haar met haar eerste exposities, introduceerde haar bij zijn artistieke vrienden en zou haar bovendien altijd financieel blijven steunen. Op haar eerste tentoonstelling in 1909 werd haar schilderij naast werk van Mondriaan, Jan Sluijters en Leo Gestel gepresenteerd. In haar vroege jaren schilderde Charley vooral landschappen, waarin zij de expressieve werking van vormen en kleuren onderzocht. Stromingen die in haar tijd actueel waren, zoals het symbolisme en het kubisme, lieten duidelijk hun sporen in haar werk na. In 1912 trouwde Charley met de filosofiestudent Henk Fernhout, ondanks grote bezwaren van Charley’s ouders. Als gesjeesde student uit een protestants milieu was hij in hun ogen geen goede partij. Maar met zijn intellect, spirituele denkbeelden en brede belangstelling maakte hij grote indruk op Charley. Zij was tot over haar oren verliefd op hem. Binnen vijf jaar kreeg het stel drie kinderen, Edgar, John en Annetje. Het huwelijk verslechterde echter snel, mede door Henks psychische problemen en zijn excessieve alcoholgebruik. In agressieve buien maakte hij de doeken van zijn jonge vrouw kapot en steeds vaker moest hij worden opgenomen in psychiatrische klinieken. In 1916 zat er voor Charley niets anders op dan haar man te verlaten en met haar kinderen een veilig onderkomen te zoeken. Ze was toen 26. De huishoudster en het kindermeisje namen haar de praktische zaken van het moederschap uit handen en Charley stortte zich vol overgave op het schilderen.
I. 19161916-1921: 1921 Expressionisme In haar vroege jaren gebruikte Charley zware contourlijnen en donkere kleuren in haar schilderijen. Charley woonde in deze tijd in Schoorl, vlak bij het kunstenaarsdorp Bergen in Noord-Holland. De Bergense kunstenaars streefden ernaar om met herkenbare voorstellingen een mystieke natuurbeleving op te roepen. Grote voorbeelden waren Vincent van Gogh en Gustave De Smet. De stijl die zich hier ontwikkelde zou later het ‘Bergense School expressionisme’ genoemd worden. Ook
Charley’s werk draagt in deze periode bijna een religieuze stemming uit. Zij streefde ernaar om een ‘bezielde verbeelding’ vast te leggen in verf. In 1920 en 1921 woonde ze af en aan in Parijs. Het bruisende culturele leven in deze stad maakte grote indruk op haar. Ze trok er veel op met Piet Mondriaan, die haar meenam naar theater en tentoonstellingen van onder andere Picasso. In het Musée Guimet zag Charley voor het eerst Egyptische Fayoumportretten. Dat zijn dodenportretten die tijdens de eerste eeuwen na Christus in de Fayoum-vallei gemaakt werden. Het bracht een schok van herkenning teweeg. De oude, mysterieuze portretten met hun donkere, starende ogen keken haar op dezelfde manier aan als sommige van haar eigen portretten. Ze waren van grote invloed op haar werk. Voortaan schilderde ze gezichten meer frontaal en met een nog indringender oogopslag. In Parijs interesseerde ze zich niet zozeer voor de ‘beau monde’ maar wilde ze vooral de rafelranden van de maatschappij in beeld brengen. Achterbuurten, zwervers onder de brug, en prostituees in de café’s waren onderwerpen die haar boeiden. II. 19221922-27: Van Gogh en naïeve kunst Nadat Charley in Parijs het werk van Picasso had gezien, vond ze haar schilderijen maar zwaarmoedig en donker. Ze nam zich voor om ‘hard te studeeren als ik weer thuis ben en van onderaan weer te beginnen; héél eenvoudig bloemen, handen en menschengezichten bestudeeren en goed leeren schilderen en teekenen.’ Een belangrijk voorbeeld was Vincent van Gogh, zijn werk hielp haar om realistisch te schilderen zonder de expressie af te zweren. In 1921 vestigde Charley Toorop zich weer in Nederland. Ze woonde in Bergen en in Amsterdam en bezocht vaak Zeeland. Ook in Nederland bleef ze de onderkant van de samenleving in beeld brengen. Ze wilde niet alleen mooie plaatjes maken, maar haar eigen visie op de sociale realiteit tonen. Ze wilde een tijdsbeeld vastleggen en het leven tonen in al zijn volheid – dus ook de minder mooie kanten. In de voetsporen van Vincent van Gogh en haar vader Jan Toorop trok Charley naar de Borinage, een armoedige Belgische mijnstreek. Ze maakte er tekeningen van het zware leven van de mijnwerkers. Vanaf 1924 bezocht ze vaak Westkapelle om daar het Zeeuwse plattelandsleven vast te leggen. In tegenstelling tot Domburg, dat door toeristen werd overspoeld, was hier het ‘echte’ leven nog te zien. Zowel in haar stijl als in haar onderwerpen zocht Charley naar ‘zuiverheid’ en ‘echtheid’. Een zeker primitivisme, een naïeve schilderstijl,
kenmerkt haar werk in deze tijd. In avantgardistische kringen werd deze manier van schilderen gewaardeerd om zijn ongekunsteldheid en zuivere intenties. III. 1927 – 1932: De nieuwe zakelijkheid Charley koos in de late jaren twintig voor een pure concentratie op het onderwerp van de schildering. Ze zoomde hierop in, zodat het onderwerp het hele kader vulde. Ze sloot zich daarmee aan op de algemene tendens, die vanaf de late jaren twintig ook wel de ‘nieuwe zakelijkheid’ werd genoemd. Op verschillende plekken in Europa legden schilders zich toe op figuratieve voorstellingen en integreerden kubistische en constructivistische opvattingen in hun stijl. In 1926 verruilde Charley de rust van Bergen voor het bruisende culturele klimaat van Amsterdam. Ook hier bleef ze zich interesseren voor de onderklasse van de maatschappij. Zo schilderde ze ter plekke in Amsterdamse café’s op de Zeedijk. Zij ontwikkelde zich in deze periode sterk, en haar positie in de kunstwereld groeide onder meer door de nauwe contacten met invloedrijke mensen als kunsthandelaar Goudstikker en Dirk Hannema, de directeur van het toenmalige Museum Boijmans. Om de kunstwereld een nieuwe impuls te geven richtte zij de A.S.B. op, een vereniging voor Architectuur, Schilderkunst en Beeldhouwkunst. Een vastomlijnd programma had deze beweging niet, eerder was het een verzamelplaats voor wat Charley noemde ‘de beste jonge kunstenaars’. Charley zelf heeft zich nooit laten leiden door kunsttheorieen. In 1930 antwoorde Charley auteur Paul Citroen op de vraag naar haar drijfveer: ‘Vooral geen principes – werken – en onze eigen opvattingen verzuiveren’. IV. 19331933-1940: Crisistijd Ondanks lof van kunstcritici waren Charley’s figuurstukken in het boerengenre niet erg in trek bij particuliere verzamelaars. Stillevens en portretten lagen beter in de markt. Geldzorgen dwongen Charley in de vroege jaren dertig om haar contacten in de kunstwereld warm te houden. Regelmatig vroeg ze om een voorschot aan haar kunsthandelaars Van Lier en Nieuwenhuizen-Segaar. Ook vroeg ze het bevriende echtpaar Radermacher-Schrorer regelmatig om een gunst. Daarnaast deed ze veel moeite om portretopdrachten binnen te halen. Er woei een reactionaire wind door Europa. De kunstwereld stagneerde, kunstenaars waagden zich niet aan experimenten en de internationale
uitwisseling lag stil. In de kunst van haar tijd was geleidelijk weer aandacht ontstaan voor traditionele thema’s. In de jaren dertig vertoonde ook Charley, die altijd vooruitstrevend en avantgardistisch was geweest, steeds meer interesse in tradities en oude schilderkunst. V. 19381938-1945: Oorlogsjaren Tijdens de Tweede Wereldoorlog nam Charley Toorop in eerste instantie een gematigd neutrale houding aan. Ze werd weliswaar geen lid van de door de Duitsers ingestelde Kultuurkamer, maar trok zich ook niet terug uit het openbare leven. In ieder geval bleef ze doorschilderen. Ook bleef zij mensen bereid vinden haar werk te kopen. Ze werkte zowel mee aan officiële publicaties als aan een clandestiene uitgave. In juli 1940 gaf ze een interview in de Telegraaf waarin ze haar hoop uitsprak dat het allemaal wel goed zou komen met die bezetting: ‘Wat wij meemaken zijn de beukende golven van een omwenteling. Daarin kan veel wat verkeerd was verdwijnen. Begrijp mij goed, ik denk niet politiek noch aan politiek. Ik voel. Het Hollandsche leven en zijn verstarde vormen raakten uitgebloeid. Er kwamen geen mannen meer naar voren. Geen gezichten, weet u. O, er waren geen gezichten bij. Nu is het weggevaagd. Dat gaat op vele plaatsen met veel pijn gepaard. Ook dat gaat mij niet voorbij. Wie in de toekomst kijkt, hoeft niet te wanhopen. De eerste dagen was ik zeer geschokt. Ik kwam er overheen, nu werk ik weer, volop.’ Toorop verwoordde een opvatting die door velen in Nederland gedeeld werd. De bezetting door de Duitsers leek in eerste instantie mee te vallen en het leven hervatte vooralsnog zijn gewone patroon – behalve voor joden. De roep om een ‘sterke leider’ was in de jaren dertig steeds luider geworden. Werd Hitler door vele Nederlandse kunstenaars en intellectuelen verafschuwd, voor Mussolini bestond hier en daar waardering. Waarschijnlijk had Toorop in 1940 haar hoop gevestigd op een bewind naar Italiaans voorbeeld; niet alleen was haar vader al in de jaren twintig een van zijn bewonderaars geweest, ook haar ex-minnaar en collega Pyke Koch was een Mussolini-adept. Toch waren Toorops uitspraken in het licht van de gebeurtenissen tamelijk wrang. Ze had een vriend en twee kennissen verloren: De dichter Marsman was op het schip naar Engeland omgekomen toen dat ontplofte, de schrijver
Menno Ter Braak had zelfmoord gepleegd en Eddy Du Perron was na het bombardement op Rotterdam aan een hartaanval bezweken. Toorop noemde hen niet in het Telegraafinterview. Na 1942 werd Charley voor 2,5 jaar geëvacueerd omdat in de omgeving van haar huis een militair vliegveld werd gestationeerd. In deze periode verbleef zij enige tijd bij Bart van der Leck in Blaricum, maar ook in de Beemster, Westkapelle en Zundert. Haar schilderijen moest zij opslaan, maar enkele werken hield zij bij zich om er op verschillende locaties aan verder te werken. Zo werkte zij tijdens de oorlogsjaren onder meer aan de Drie Generaties en de Bremmergroep. VI. 1945 – 1955: Het late werk In 1951 reisde ter ere van Charley’s zestigste verjaardag een grote overzichtstentoonstelling van haar werk langs het Gemeentemuseum Den Haag, het Stedelijk Museum Amsterdam en het Gemeentemuseum in Arnhem. Delen van de oeuvretentoonstelling waren ook in de Verenigde Staten te zien, waar zij als ‘lady Van Gogh’ werd getypeerd. In deze jaren kreeg ze veel lof en werd de kwaliteit van haar werk volledig erkend. Maar de naoorlogse kunst ontwikkelde zich in een andere richting. Charley volgde de schilderkunst van de nieuwe generatie, bijvoorbeeld van de Cobra schilders, met belangstelling maar trok zich er niet veel van aan. Ze ging verder met de dingen die ze altijd al had gedaan. Door een reeks van beroertes ging het werk haar na 1946 steeds meer moeite kosten. Zij koos ervoor om kleine werken met makkelijke onderwerpen te maken; zelfportretten, bloesem- en fruitbomen en stillevens. De laatste jaren van haar leven was Toorop onder indruk geraakt van het boek ‘Mens en machine’ van de Russische filosoof Nicolaj Berdjajew. Hierin stelde hij dat de mens keuze heeft tussen een materialistische en een spirituele levensopvatting. Deze laatste zou, via geestkracht kunnen leiden naar vrijheid en het ware leven. Charley herkende zich sterk in zijn opvattingen. Ze geloofde altijd al dat de geest de zichtbare werkelijkheid bezielde. Vlak voor haar overlijden maakte zij plannen voor een werk met de titel ‘Mens en machine’. Dit heeft ze echter nooit kunnen uitvoeren. Die borende blik: 20 zelfportretten Gedurende haar hele carrière heeft Charley Toorop zichzelf geschilderd. Met het palet in de hand, of samen met haar kinderen, tegen een muur, of in de tuin. Als jonge exotische schone
en als grijze oude vrouw. Op deze tentoonstelling kunnen we voor het eerst alle zelfportretten die Charley Toorop heeft gemaakt, samen bekijken. Zo zien we hoe de kunstenares in de loop van haar leven is veranderd. Uiterlijk natuurlijk, maar we zien ook hoe haar stijl evolueerde en hoe ze in verschillende periodes uiteenlopende symbolen hanteerde om haar gemoedstoestand weer te geven. Met haar zelfportretten plaatste Toorop zich zeer bewust in de traditie van twee grote Nederlandse meesters: Rembrandt van Rijn en Vincent van Gogh. Ook zij schilderden geregeld hun eigen gelaat en probeerden daarbij niet alleen hun uiterlijk, maar tevens iets van hun innerlijk weer te geven.
verblijft tot het einde van de Tweede Wereldoorlog onder meer in Blaricum, Westkapelle, Alkmaar en Beemster.
4. Biografisch Overzicht 1891:
1909:
1912:
Charley wordt in Katwijk geboren als Annie Caroline Pontifex Toorop, enige dochter van Jan Toorop en Annie Hall
1946:
Door een reeks attacks gaat Charley’s gezondheid achteruit
Charley neemt deel aan de lentetentoonstelling van Vereniging St. Lucas, Stedelijk Museum Amsterdam
1951:
Grote overzichtstentoonstelling met 112 schilderijen en 34 werken te zien in Den Haag, Amsterdam en Arnhem
Charley trouwt met Henk Fernhout, zij krijgen drie kinderen: Edgar (1912), John (1913) en Annetje (1916)
1955:
Charley overlijdt in haar huis in Bergen
1917:
Charley verlaat Fernhout en gaat met haar kinderen in Amsterdam wonen Ze heeft haar eerste solotentoonstelling in kunsthandel Gerbrands te Utrecht
1919:
Charley vestigt zich in Schoorl en heeft een liefdesrelatie met dichter Adriaan Roland Holst
1920:
Charley gaat in Parijs wonen
1921:
Solotentoonstelling in kunsthandel ‘La Licorne’
1922:
Charley betrekt het huis ‘De Vlerken’ in Bergen, Noord Holland
1924:
Charley gaat voor het eerst schilderen in het Zeeuwse Westkapelle waar ze vaak terug zal komen
1926:
Charley verhuist naar Amsterdam; de bloeiperiode waarin ze haar beste werk maakt, breekt aan en zal tot in de jaren dertig voortduren
1927:
Eerste overzichtstentoonstelling in het Stedelijk Museum in Amsterdam Charley neemt het initiatief tot de oprichting van de kunstenaarsvereniging A.S.B. (Architectuur, Schilderkunst, Beeldhouwkunst). Zij is ook betrokken bij de oprichting van de Filmliga
1929:
Charley verblijft samen met haar geliefde de anarchist Arthur MüllerLehning enige tijd in Genève en Parijs
1933:
Charley exposeert enkele topstukken zoals ‘De maaltijd der vrienden’
1943:
Het dorp Bergen wordt geëvacueerd en Charley moet haar huis verlaten. Ze
Parijse
5. Lessuggesties Zoeken naar zelfportretten De vele zelfportretten die Charley Toorop heeft gemaakt, zijn erg beroemd. Nu zijn er in de geschiedenis van de schilderkunst heel veel kunstenaars geweest die veel zelfportretten maakten zoals Rembrandt van Rijn en Vincent van Gogh. Vraag de leerlingen om zoveel mogelijk verschillende zelfportretten van kunstenaars te verzamelen. Behalve aan Rembrandt en Van Gogh kan er ook gedacht kan worden aan bijvoorbeeld de Mexicaanse Frida Kahlo. Of bekende kunstenaars uit de jaren zestig zoals Andy Warhol. Ook hedendaagse kunstenaars en fotografen kunnen aan bod komen. De Nederlandse Philip Akkerman bijvoorbeeld, de Franse Sophie Calle of hippe engelse kunstenaars als Tracy Emin, Sam Taylor Wood en Jenny Saville De leerlingen kunnen zoeken op internet, bijvoorbeeld op de website van het Rijksmuseum (www.rijksmuseum.nl/zoeken), het Van Gogh Museum (www.vangoghmuseum.nl) en in het uitgebreide Web Gallery of Art (www.wga.hu) voor de oudere meesters. Voor modernere varianten kan bijvoorbeeld gezocht worden op de website van de Tate Modern (www.tate.org.uk/modern) (Houdt er rekening mee dat zelfportret in het Engels niet aan elkaar wordt geschreven, het is dus ‘self portrait’. Anders wordt het zoeken lastig.) •
•
Nadat de verschillende zelfportretten zijn verzameld, kan de vraag gesteld worden waarom de kunstenaar het zelfportret heeft gemaakt. Wilde hij of zij enkel oefenen op verschillende poses en gelaatsuitdrukkingen, iets van zichzelf laten zien (en wat dan?) of is het pure ijdeltuiterij? Leerlingen of groepjes leerlingen kiezen vervolgens een zelfportret uit waar ze een uitgebreide presentatie over maken. Wie was/is de kunstenaar, waarom maakte hij of zij dit zelfportret? Wat is er op te zien?
Maak je eigen zelfportret Als losse opdracht of als opdracht die aansluit op de voorafgaande kan leerlingen gevraagd worden om hun eigen zelfportret te maken. Ze kunnen net als Charley Toorop kiezen voor verf, of andere beeldende technieken hanteren.
Fotografie, video of digitaal. Laat de leerlingen van te voren nadenken over hoe ze zichzelf willen portretteren. Tegen wat voor achtergrond bijvoorbeeld. En hoe kijk je de toeschouwer aan, direct of juist niet? Net als Charley Toorop kunnen ze erover nadenken om te kiezen voor bepaalde attributen of om een andere houding aan te nemen. Als de leerlingen met hun zelfportretten klaar zijn kunnen deze gepresenteerd worden aan de andere leerlingen. Halen die eruit wat er is ingestopt? Begrijpen ze waarom de betreffende leerling zich zo heeft afgebeeld? Maak je eigen Maaltijd der Vrienden In haar Maaltijd der Vrienden uit 1933 heeft Charley Toorop veertien mensen geportretteerd die haar om verschillende reden dierbaar waren. Familieleden, vrienden en kunstenaars die ze bewonderde. De leerlingen mogen nu zelf hun tafel samenstellen. Als zij veertien personen aan hun eigen ‘maaltijd der vrienden’ zouden mogen zetten, wie zouden dan een plaats krijgen en hoe zouden deze mensen geportretteerd worden? Familieleden, vrienden, bekende mensen of bewonderde kunstenaars. Waar zouden ze de verschillende mensen neerzetten, wie mag er op de voorgrond, wie moet er groot en wie juist klein? De leerlingen kunnen hun maaltijd tekenen of schilderen maar ze kunnen bijvoorbeeld ook foto’s gebruiken of een collage van verschillende technieken maken. (Mocht de docent pijnlijke situaties in zijn klas voorzien dan is het wellicht beter om af te spreken dat de leerlingen niet andere leerlingen mogen uitkiezen, maar alleen vrienden, bekenden en familieleden van buiten de school). Montage In het schilderij Muzikanten en dansende boeren uit 1927 gebruikt Charley Toorop een stijlmiddel dat door film geïnspireerd was; montage. Zij heeft twee verschillende scènes als het ware aan elkaar gemonteerd. Leerlingen wordt gevraagd om ook een kunstwerk te monteren. Zij moeten twee scènes kiezen die met elkaar te maken hebben en deze twee aan elkaar monteren. Aan de scène’s kunnen verschillende eisen worden gesteld. Aan alle leerlingen kan bijvoorbeeld gevraagd worden om krantenfoto’s mee te nemen en daar een montage van te maken. Ook kan hen gevraagd worden om enkel schilderijen uit het Boijmans te kiezen en daar een montage van te maken. Belangrijk is dat de leerlingen niet zomaar twee beelden aan elkaar plakken, maar nadenken over welk verband ze
met het kiezen van juist deze twee scènes willen belichten.
Meer Weten? LeesLees- en Internettips
Op zoek naar oude recensies
Lezen:
Het weekblad De Groene Amsterdammer bestaat al sinds 1877. In het blad zijn altijd veel recensies verschenen over kunst en kunstenaars. Alle oude jaargangen van het nummer staan nu openbaar op internet en zijn te doorzoeken met trefwoorden. Charley Toorop komt tussen de jaren 1919 en 1940 tientallen keren voor. Laat de leerlingen op zoek gaan in dit digitale archief en verschillende recensies over het werk van Charley Toorop bij elkaar sprokkelen. Er kan bijvoorbeeld gevraagd worden om zowel een positieve recensie als een negatieve recensie te vinden. Ook kan hen gevraagd worden om recensies uit verschillende tijdvakken te verzamelen. Bijvoorbeeld één uit de jaren twintig en één uit de jaren dertig.
Marja Bosma, Vooral geen principes! Charley Toorop 1891-1955, Museum Boijmans van Beuningen, 2008 Marja Bosma, Charley Centraal Museum, 1982
Toorop
1891-1955,
Jaap Bremer, Charley Toorop: werken in de verzameling van het Kröller-Müller Museum, 1995 Nicolaas Jenno Brederoo, Een familie van kunstenaars: Charley Toorop en Edgar Fernhout, 1985 Nicolaas Jenno Brederoo, Charley Toorop: leven
en werken, 1982 Zie www.degroene.nl, link naar archief en dan link naar historisch archief; http://193.67.146.137/dga/
Marja Bosma, Vier generaties, een eeuw lang de kunstenaarsfamilie Toorop/Fernhout, Utrecht (Centraal Museum) 2001
Bij de kijkwijzer Als laatste opdracht in de kijkwijzer is de volgende opdracht opgenomen: Stel, jij wordt
vandaag door een krant gevraagd om een recensie te schrijven over deze tentoonstelling. Je stuk zou minimaal 200 woorden en maximaal 300 woorden lang mogen zijn. De inleiding mag maximaal vijftig woorden zijn en er mogen drie schilderijen bij afgebeeld worden. Welke schilderijen zou je uitkiezen en wat voor tekst zou je daarbij schrijven? Zou je je lezers adviseren om te gaan kijken of zou je ze aanraden om vooral niet te komen? Welke kant je ook kiest, zorg dat je je standpunt met goede argumenten omkleedt! In de kijkwijzer hebben leerlingen al de kop en de inleiding van hun eigen recensie mogen schrijven. Nu kunnen ze hun tekst afmaken. Ze mogen zowel een positieve als een negatieve recensie schrijven als ze maar duidelijk het waarom daarvan aangeven. Ook moeten ze precies binnen het aantal opgegeven woorden blijven. Dat moet een journalist van een echte krant immers ook! Leerlingen kunnen vóór 18 januari hun eigen recensie mailen naar
[email protected], onder vermelding van: Recensie opdracht kijkwijzer Charley Toorop. Onder de beste inzendingen wordt een catalogus van de tentoonstelling verloot.
Nio Hermes, Met verve, Charley Toorop, Lizzy Ansingh, Jacoba van Heemskerck, Lou Loeber, 1991 Sorella, Adya van Rees-Dutilh, (Biografieën van zes Nederlandse beeldende kunstenaressen die werkten in de eerste helft van de twintigste eeuw.) Internet nternet Bekijk de film over het leven van Charley Toorop ‘De wil is alles’ op het internet: http://geschiedenis.vpro.nl/gids/2006week41/ Werk van Charley Toorop bevindt zich in de collecties van deze musea: Museum Boijmans www.boijmans.nl
van
Van Gogh Museum www.vangogh.nl Kröller-Müller Museum www.kmm.nl Stedelijk Museum Amsterdam www.stedelijk.nl Groninger Museum www.groningermuseum.nl
Beuningen