2
Inleiding Aan de leerlingen van de 3e klas HTL,
Dit jaar moet je een keuze gaan maken voor de vakken, waarin je volgend jaar examen in gaat doen. Om tot een weloverwogen keuze te komen, is het goed om met de onderstaande punten rekening te houden: Wie ben ik? Wat interesseert mij? Waar ben ik goed in? Waar ben ik niet goed in? Naar welke vervolgopleiding wil ik gaan na het behalen van het diploma? Wil ik na het behalen van het diploma opstromen naar 4HAVO? Dit boekje geeft je informatie over de examenvakken, vervolgopleidingen, de mogelijkheid om op te stromen naar de HAVO en het vinden van informatie op internet.
Wanneer je vragen hebt, kun je terecht bij je mentor, maar natuurlijk ook bij mij.
M.A. Andriessen Decaan
3
Je huidige vakken Welke vakken je dit jaar volgt, hangt af van de stroom waarin je zit en van je keuzevakken.
Gemeenschappelijk deel Nederlands Engels L.O. VMBO top wiskunde economie biologie CKV1 (wordt projectmatig gegeven) Wanneer je in stroom 1 zit, volg je nog de volgende vakken: nask1 (natuurkunde) nask2 (scheikunde) Duits of Frans Wanneer je in stroom 2 zit, volg je nog de volgende vakken: geschiedenis aardrijkskunde 2 vakken uit Frans, Duits, kunstvakken2 of nask 2 (scheikunde) In welke vakken je volgend jaar examen kunt gaan doen, hangt af van je huidige vakkenpakket.
4
Examenvakken Verplichte vakken. Je doet in ieder geval examen in een aantal verplichte vakken: Nederlands (landelijk examen) Engels (landelijk examen) VMBO TOP (landelijk examen) L.O. (schoolexamen) maatschappijleer (schoolexamen) Keuzevakken Verder doe je landelijk examen in een viertal vakken: Sector economie (diploma economie) economie (verplicht) - keuze uit: wiskunde of Frans of Duits plus 2 algemene vakken Sector Zorg & welzijn (diploma zorg & welzijn) biologie (verplicht) - keuze uit: wiskunde of aardrijkskunde of geschiedenis plus 2 algemene vakken Sector Techniek (diploma techniek) nask1 (verplicht) - wiskunde (verplicht). plus 2 algemene vakken Wil je opstromen naar de HAVO en kiezen voor een van de profielen: o EM (Economie en Maatschappij) o NT (Natuur en Techniek) o NG (Natuur en Gezondheid) Dan moet je wiskunde als examenvak kiezen Wil je opstromen naar de HAVO en kiezen voor: o CM (Cultuur en Maatschappij) dan moet je een tweede vreemde taal als examenvak kiezen. Welke vakken kunnen belangrijk zijn. Biologie voor medische opleidingen, zoals voor verpleegkundige of sportopleidingen. Wiskunde en NASK1voor technische opleidingen. Wiskunde voor opleidingen aan het Grafisch lyceum. Kunstvakken voor opleidingen aan het Grafisch lyceum. NASK2 voor opleidingen in de chemisch sector.
5
MOGELIJKHEDEN NA HET VMBO Het MBO MBO opleidingen worden onder andere gegeven op ROC’s (Regionale Opleidings Centra). Voorbeelden van ROC’s zijn: Het Albeda College, het Zadkine College, het da Vinci college, het Grafisch Lyceum, het Hout en Meubileringscollege, het Scheepvaart en Transport College. Op deze ROC’s kun je heel veel verschillende opleidingen gaan volgen. Naast de ROC’s kennen we nog specialistische opleidingen Voorbeelden zijn: Politieopleidingen, mode vakschool, opleidingen in het leger enz. Competenties. Tegenwoordig wordt er in het bedrijfsleven en op het MBO niet meer alleen gekeken naar kennis, maar ook naar competenties. Wat zijn nu competenties??? Competenties zijn de combinatie van kennis, vaardigheden, houding en motivatie. Dit betekent, dat er niet alleen wordt gekeken naar het eindproduct (bv. Een werkstuk) maar ook op welke manier je het werkstuk hebt gemaakt. (bv door samen te werken of dat je bij een tegenslag niet bij de pakken neer gaat zitten.). Op het VMBO en op het MBO wordt er gekeken naar de ontwikkeling van jouw competenties. Jouw competenties bepalen eigenlijk voor welke opleiding je geschikt bent. In het MBO komen dezelfde sectoren voor als in het VMBO. . Techniek . Zorg & Welzijn . Economie . Landbouw De opleidingen in het MBO zijn beroepsopleidingen. Deze opleidingen bereiden je voor op het uitoefenen van een beroep. Het MBO heeft een zeer groot aantal beroepsopleidingen. Je kunt je in heel veel soorten werk specialiseren. Er zijn op het MBO 4 niveaus. Die lijken veel op de vier leerwegen in het VMBO. De namen van de vier niveaus zijn: niveau 1 assistentenopleiding niveau 2 basisberoepsopleiding niveau 3 vakopleiding niveau 4 middenkader/specialistenopleiding
6
In het MBO kun je twee soorten opleidingen volgen nl. BOL en BBL: 1. BOL is de Beroeps Opleidende leerweg (voltijds) Je opleiding bestaat voor het grootste gedeelte uit theorie en je gaat meestal gewoon vijf dagen in de week naar school. De praktijk (Beroepspraktijkvorming) leer je door stage(s), die tussen de 20% en 60% van de opleidingstijd in beslag nemen. De opleidingen proberen op de school een aantal situaties uit de praktijk na te bootsen. 2. De BBL – leerweg is de Beroeps Begeleidende Leerweg (Deeltijd) met andere woorden: “werkend leren”. Je opleiding bestaat voor het grootste gedeelte uit praktijk (60% of meer). Je werkt en leert tegelijk. Je wordt in een bedrijf of instelling opgeleid en leert de theorie op school. Meestal ben je vier dagen per week aan het werk op een zogenoemde “leerarbeidsplaats” bij een erkend leerbedrijf en ga je één dag per week naar school. In het bedrijf word je opgeleid door een ervaren vakman of vakvrouw, de “praktijkopleider”. Je zult zelf voor zo’n leerbedrijf moeten zorgen. Aan het begin van de opleiding wordt een leerovereenkomst (LOK) afgesloten. Hier in staan afspraken rond de opleiding en de rechten en plichten van het leerbedrijf en de cursist. Heb je een arbeidsovereenkomst dan verdien je in ieder geval het minimum jeugdloon.
7
De HAVO (HTL route). Kies je er voor, om op te stromen naar de HAVO, dan dien je met de volgende punten rekening te houden.
Er wordt op een andere manier gewerkt. Je zal bijvoorbeeld meer zelfstandig moeten doen. Je krijgt bijvoorbeeld te maken met KCT (Keuze Contact Tijd).
De vakkenpakketten van het VMBO en HAVO zullen niet altijd goed aansluiten. Dit betekent dat je lesstof zult moeten inhalen. In overleg met de betrokken docenten en de decaan wordt er bepaald wat je moet gaan inhalen.
Er wordt gewerkt met profielen. Deze zijn te vergelijken met de sectoren in het VMBO. De HAVO kent de volgende profielen: o CM (Cultuur en Maatschappij) o EM (Economie en Maatschappij) o NT (Natuur en Techniek) o NG (Natuur en Gezondheid)
Overstap van 4 TL naar 4 havo: toelatingsbeleid havo 4 Landelijk is een toelatingscode overeengekomen om meer duidelijkheid te geven over de toelating tot havo 4 en een ‘gelijke behandeling’ bij de overgang naar havo 5. Tegelijk is het van groot belang dat leerlingen worden behoed voor teleurstellingen. Het gaat om het bieden van reële kansen. In de code zijn daarom landelijke kaderstellende afspraken vastgelegd. Het Gemini College heeft deze toelatingscriteria overgenomen: - Het Gemini College voert in een vroegtijdig stadium een toelatingsgesprek met de potentiële leerling van Havo 4 waarin de toelatingseisen, het advies van de vmbo-school en de motivatie van de leerling worden besproken. - Het Gemini College betrekt het advies van de vmbo-school over de betreffende leerling altijd in haar oordeel en treedt bij een afwijkende mening met de toeleverende vmbo-school in overleg. - Het Gemini College hanteert een 6,8 als eis aan het gemiddeld eindexamencijfer. - Het Gemini College hanteert dezelfde regels over doubleren voor leerlingen afkomstig uit het vmbo als voor leerlingen afkomstig uit 3 havo. De vakken die je in ieder geval op het VMBO gevolgd moet hebben om op te kunnen stromen naar de HAVO zijn: wiskunde voor de profielen EM, NG & NT. 2e vreemde taal voor het profiel CM.
8
Informatie verkrijgen.
De decaan Het kan zijn dat jij, of je ouders nog vragen hebt. Je kan dan met de decaan een afspraak maken. De kamer van de decaan is te vinden in P23.
Het internet Een overzicht van sites over beroepen en opleidingen kun je vinden op onze Gemini-site. Je vindt dit overzicht bij: Leerlingen Leerlingbegeleiding Decaan
(H)TL http://www.geminicollegeridderkerk.nl/index.php?page=LeerlingenLeerlingbegeleiding-Decaan-(H)TL&pid=174
Online methode Qompas sectorkeuze Je gaat een interessetest doen. Uit deze test kan dan naar voren komen waar je interesse naar uit gaat zodat een keuze gemakkelijker wordt. Je gaat een beroepentest doen. Uit deze test kan dan naar voren komen welke beroepen het beste bij jou passen zodat een keuze gemakkelijker wordt. Tot aan het examen bouw je met deze methode aan een portfolio dat je mee kan nemen naar je vervolgopleiding.
9
