21-02-2016 Lucas 9: 28-36 Gemeente van onze Heer Jezus Christus, Wie ben jij? Wie bent u? Als we iemand voor het eerst ontmoeten op een feestje, of misschien ook wel na de kerkdienst onder de koffie, wordt dat wel eens gevraagd: Wie ben jij? Zo kan dat gaan als mensen aan de praat raken. Als het klikt, wil je graag meer van de ander weten. De vraag wie u bent, de vraag naar onze identiteit is een belangrijke vraag. Wat zegt u dan? Misschien iets wat u hebt meegemaakt in uw leven. Of misschien gaat u praten over wat u belangrijk vindt, uw werk, je hobby, mensen die belangrijk zijn in je leven. Wie ben je? Daarover is heel veel te zeggen. En het lukt nooit helemaal om duidelijk te maken wie je bent. Zoveel kanten aan een mensenleven. En als je het aan een goede vriend of familielid vraagt, hoe zie je mij? Dan komen er soms kanten van jezelf naar voren die je je niet bewust was. Deze veertig dagen staan we nadrukkelijk stil bij de vraag wie Jezus is. Welke beelden wij van Jezus hebben. De goddelijke kant van Jezus: Het evangelie van vandaag vertelt ons iets over de goddelijke kant van Jezus. Een moeilijk te raken deel van Jezus. Het is niet voor niets dat het vooral een evangeliedeel is wat in beelden spreekt. Ik hoop dat u het voor zich ziet. Die berg, enorm helder licht, de wolk. Krachtige beelden die ons willen schetsen wie Jezus is. Misschien bent u vanmorgen al afgehaakt toen tot u doordrong dat het over de verheerlijking op de berg ging. Dacht u, mooi verhaal, maar niet voor mij. Zulke godservaringen die heb ik nooit gehad. Nou, daarin bent u in elk geval niet de enige. Het is maar weinig mensen gegeven om zulke indringende geloofsbeelden te zien. En de weinigen die zoiets indrukwekkends hebben meegemaakt zwijgen er meestal over, net als de leerlingen. Zoals een jonge vrouw tegen me zei, als ik daarover praat, nemen ze me opnieuw op in de psychiatrie. Toch hebben de meesten van ons wel iets met Jezus, anders zouden we niet steeds weer bij elkaar komen en erbij stilstaan wie Jezus voor ons is. De veertigdagentijd is een tijd om erbij stil te staan wie Jezus voor ons wil zijn, en hoe Hij ons kan steunen en inspireren om met Hem de weg van God te volgen. Wie zeggen dat mensen dat Ik ben, vroeg Jezus al:
Het evangelie vanmorgen maakt in beelden duidelijk dat Jezus God uit God is. Het gebeurde op een berg. De plaats waar God zich soms aan mensen laat zien. En terwijl Jezus op de berg aan het bidden was, veranderde de aanblik van zijn gezicht en werd zijn kleding wit. Tekenen van zijn goddelijkheid. En ook verschenen twee belangrijke mensen uit de traditie: Mozes en Elia. En vervolgens klonk de stem van God uit de hemel. God de Vader stelde Jezus voor aan Petrus, Johannes en Jacobus. God bevestigde Jezus’ diepste identiteit: Dit is mijn Zoon, mijn uitverkorene, luister naar Hem. Heel indringend komt hier de goddelijkheid van Jezus even naar voren. Even mogen we heel nadrukkelijk zien en horen dat achter Jezus’ menselijkheid God schuilgaat. Ervaring is een moment Petrus wilde dat prachtige goddelijke moment vasthouden. Hij bood aan om drie tenten op te slaan. Wat daar gebeurde herhaalt zich soms in het klein in onze levens. Een prachtige ontmoeting, een pareltje. Samen de warmte van de Geest voelen, even ervaren dat God dichtbij is, dat het leven glanst. En dan biedt iemand aan om een kop koffie te zetten, om het moment vast te houden, te vieren met koffie en misschien iets erbij. Maar voor u het in de gaten hebt, is dat speciale gevoel ook weer verdwenen. We kunnen Gods lichtende aanwezigheid niet vastpakken. Hoogtepunt in ons geloof, een punt, het verdwijnt weer. Die vluchtigheid van Gods aanwezigheid raakt aan de kern van ons geloof, van de weg die we in ons geloof gaan, achter Jezus aan. De weg die soms een lijdensweg is. Voordat Jezus de berg opging had Hij zijn lijden aangekondigd, dat staat in Lucas 9:23: “Wie achter Mij aan wil komen, moet zichzelf verloochenen en dagelijks zijn kruis op zich nemen en Mij volgen. Want ieder die zijn leven wil behouden zal het verliezen, maar wie zijn leven verliest omwille van Mij zal het behouden.” Achter Jezus aan gaan is een beweging. Deze woorden maken duidelijk dat het niet gaat, dat we tenten opslaan en eeuwig blijven genieten van Gods aanwezigheid. Dat het niet gaat om te blijven in het hoogtepunt van een mooi gesprek over God in ons leven. En bij die beweging hoort het kruis. Het kruis van het lijden, het onrecht in de wereld. Het kruis ook in onze eigen levens, hoe we ieder voor zich met ziekte en onrecht te maken kunnen krijgen.
Beeld van Jezus: sterven en erbarmen, uittocht Jezus sprak met Mozes en Elia over het levenseinde dat Hij in Jeruzalem zou moeten volbrengen. Over zijn ‘heengaan’. Wonderlijk is dat, de zoon van God die gaat lijden. Niet te bevatten dat Jezus Gods Zoon is en toch zal sterven. De stralende goddelijkheid, Gods bevestiging en tegelijk ook de intense kwetsbaarheid van zijn sterven aan het kruis. Velen zoeken juist naar de kracht van God, zijn macht om ons lijden weg te nemen. Maar onze God is een God van liefde, die zich geeft, die toelaat dat Hij geboeid wordt, geslagen en gekruisigd. Dat is moeilijk te bevatten. Er is een lied dat het verwoord: Gods goedheid is te groot Voor het geluk alleen Zij gaat in alle nood Door heel het leven heen. Ook voor Jezus was het denk ik niet te bevatten. Hij is de weg gegaan, naar Jeruzalem. Hij heeft geweten wat ging gebeuren. Maar het bevatten, het aanvaarden, dat was ook voor Hem van een andere orde. Deze ontmoeting op de berg was voor Jezus zelf ook een heel kostbaar moment, een parel in zijn geloof. Een moment dat Hem later steeds weer kracht zal hebben gegeven om door te gaan. Hij ervoer dat Gods goedheid door heel het leven heengaat, ook door het lijden heen. Opvallend is dat Jezus hier op de berg zoveel steun krijgt, Van Mozes, van Elia en van God. Mozes en Elia, zij staan voor de wet en de profeten. In de wet en de profeten lag al besloten dat Jezus moest lijden om tot zijn heerlijkheid in te gaan. Mozes, de vertegenwoordiger van Gods wet en Elia, de profeet, zij bevestigen Jezus in zijn opdracht. Zij bemoedigen hem. Samen spreken ze over de weg die Jezus moet gaan. Het Griekse woord dat er staat is ‘exodus ‘. Uittocht naar het beloofde land. Jezus’ heengaan was een uittocht, een bevrijding. Jezus weg door de dood heen is een bevrijding uit de macht van de dood. Niet alleen voor Hemzelf, maar voor alle mensen die leven uit Hem. Op de berg schittert al even de heerlijkheid van de Opstanding, van Pasen. Even zien ze het prachtige eindpunt van de exodus: achter de dood glanst de opstanding. En Mozes en Elia zijn als getuigen aanwezig, zij bevestigen dat het zo zal zijn, na de doortocht door het lijden zal er opstanding zijn. Zo krijgt de weg van Jezus , zijn levenseinde, zin en betekenis. En dit bijna niet te bevatten gesprek wordt dan door God bevestigt, God bevestigt Jezus’ diepste identiteit, zijn goddelijkheid. Jezus is Gods zoon.
Tegelijk bevestigt dit evangelieverhaal ook de menselijkheid van Jezus. Jezus was zelf zijn hele leven bezig met de vraag wie Hij was, wat het betekende dat Hij Gods Zoon was. En die weg ging Hij in verbondenheid met God de Vader, in verbondenheid met zijn leerlingen en ook in verbondenheid met Mozes en Elia. Jezus liet zich voeden door de traditie uit het Oude Testament. En het is mooi om heel beeldend te horen hoe Mozes en Elia Hem steunden. Hoe ze samen in gesprek gingen over de exodus van Jezus. Steunfiguren in onze identiteit Jezus op zijn beurt wil weer voor ons tot steun zijn als we ons afvragen wie we zijn. Hij is een voorbeeld. Uit zijn daden mogen we leren. En Gods getuigenis over zijn goddelijkheid mag ons moed en kracht geven om Jezus te volgen. Jezus leert ons om steun te zoeken: bij de traditie, bij de Vader, bij elkaar, als gemeente. Wie bent u, bij wie zoekt u uw steun? Wie inspireert u om uw weg te gaan, misschien door ziekte heen? Wie geeft u kracht als u opkomt voor zwakken? Sommige mensen vinden steun in hun ouders, ook als die al lang zijn overleden. Hun wijsheid, hun adviezen, hun voorbeeld dragen ze in hun hart. Of misschien hebt u een leraar, een wijze vriendin, een schrijver die u inspireert. Wie het is, die u steunt, dat kan verschillen. Wat belangrijk is, wat Jezus ons heeft voorgeleefd, is dat we niet alleen leven. Dat we mensen zoeken die dezelfde weg willen gaan als wij, de exodus, de tocht naar het beloofde land, naar Gods Koninkrijk. Steun uit dit beeld van Jezus Wie ben je? Wie bent u? Die vraag, als we die bij dit evangelie stellen, klinkt anders. Bij dit evangelie wil ik u vragen: Hoe vindt u uw weg in het leven als het kruis op uw schouders drukt. Als u worstelt met de situatie van vluchtelingen in Nederland Of als u niet weet hoe u uw ziekte of die van uw naaste hanteerbaar kunt maken. Als u gebukt gaat onder financiële zorgen. Als u gebukt gaat onder rouw. Allemaal situaties die we heel verschillend kunnen beleven en uitleggen. Sommige mensen hebben het gevoel dat lijden hen overkomt. Anderen gaan er actiever mee om. Jezus zelf zegt: Wie achter Mij aan wil komen, moet zichzelf verloochenen en dagelijks zijn kruis op zich nemen en Mij volgen. Het heeft een prijs als we de weg van gerechtigheid willen volgen.
Het lijden van de wereld, ons eigen lijden dragen is geen lot, maar een opgaaf. Het leven is als een exodus, een doortocht. Op weg naar het beloofde land. En onderweg gaat het langs bergen en dalen. Soms voelen we ons bevestigt in ons geloof. En soms is het afzien, terugzien naar momenten dat we geïnspireerd werden. Vooruitkijken naar ons doel. Jezus leert ons met dit verhaal om over het lijden heen te kijken. Om bewust momenten te creëren van rust, dat we ons richten op God, dat we onze inspiratie op peil houden. Soms komen we niet verder dan zo’n moment. Zelden heeft iemand zo’n mooie ervaring als op de berg. Maar we kunnen ons wel actief verbinden met ons geloof. Door te blijven lezen, zingen, bidden, praten met anderen. Zo blijven we in de buurt van Gods heerlijkheid die soms al even oplicht. Onze tocht is een exodus, we gaan naar het beloofde land! Het is vaak niet te begrijpen: hoe dichtbij God kan komen. En soms verzet alles in ons zich tegen het onvermijdelijke. Zijn we lamgeslagen door de heftigheid van het lijden. Maar ook nu getuigen nog mensen van Gods heerlijkheid. Soms heel dicht bij. Zoals die ernstig zieke vrouw, die een week voor haar dood kon zeggen ‘het is goed’. Zij keek over haar ziekte heen, zij kon haar leven afronden, omdat ze al vooruit kon kijken: Naar de heerlijkheid van Gods opstanding. Zo te mogen kijken naar ziekte, naar verdriet, de tragiek in de wereld. En daardoorheen al de opstanding zien Dat dat de kern van onze identiteit mag zijn. Want: Gods goedheid is te groot Voor het geluk alleen Zij gaat in alle nood Door heel het leven heen. Amen.