Woord vooraf Voor u ligt de Schoolgids 2012-2013 van onderwijs-zorgklas De Regenboog. De Regenboog is een gezamenlijk initiatief van Jarabee en Attendiz, SO Het Mozaïek onderbouw. Deze schoolgids wordt ieder jaar opnieuw uitgebracht en is bestemd voor ouders, verzorgers en andere geïnteresseerden. In deze schoolgids treft u allerlei informatie aan die te maken heeft met de gang van zaken in de onderwijs-zorgklas. Wij adviseren u daarom deze schoolgids gedurende het schooljaar goed te bewaren. Deze schoolgids is goedgekeurd en vastgesteld door het bestuur van de Stichting Attendiz. Als u na het lezen van deze schoolgids vragen en/of opmerkingen heeft, horen wij dat graag van u.
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
1
INHOUDSOPGAVE
Blz 1.
2.
3.
4
5.
6.
Algemene informatie
4
1.1 1.2 1.3
4 4 5
Korte karakteristiek van SO Het Mozaïek onderbouw Jaarverslag Het Mozaïek onderbouw Korte karakteristiek van Jarabee
Typering onderwijs-zorgklas De Regenboog
5
2.1 2.2 2.3
5 6 6
Voor wie is De Regenboog bedoeld? Doelen voor een plaats in onderwijs-zorgklas De Regenboog Aanmelding en plaatsing
Onderwijs-zorgaanconcept
6
3.1 3.2 3.3
6 7 9
Samenwerking in de groep Ons onderwijs-zorgaanbod Onderwijsaanbod
Begeleiding
12
4.1 4.2
12 13
Handelingsplanning Hoe volgen we het kind?
Het team
14
5.1 5.2 5.3
14 14 15
Functies Samenstelling van het team Teamoverleg
Oudercontacten
15
6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6
15 16 16 16 16 16
De Regenboog en ouders Huisbezoeken Informatieavond Kijkmomenten Nieuwsbrieven Website
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
2
6.7 6.8 6.9 6.10
7.
8.
9.
10.
Heen-en-weer-schrift Bereikbaarheid ouders Ouderraad Medezeggenschapsraad (M.R.)
16 16 17 17
Schooltijd
17
7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7 7.8
17 17 17 17 18 18 19 20
Schooltijden 2012-2013 Onderwijstijd Pauzes Leerplicht Vakantierooster, bijzondere vrije dagen Vakantieverlof Gewichtige omstandigheden Schoolverzuim
Overige belangrijke zaken
20
8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6 8.7 8.8
20 20 20 21 21 21 21 21
Geldelijke bijdragen van ouders Het LBIO vermeldt het volgende Vervanging van personeel Feesten en excursies Sponsoring Eten en drinken Gymmen Vervoer
Veiligheid
22
9.1 9.2 9.3 9.4 9.5 9.6 9.7 9.8
22 22 22 23 27 28 28 28
Arbo beleid Schorsing en verwijdering Schoolverzekering voor leerlingen Klachtenregeling het Mozaïek Klachtenregeling Jarabee Protocol en Meldcode Inzagerecht Regels m.b.t. privacy
Resultaten en uitstroom
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
29
3
1.
Algemene informatie
Onderwijs-zorgklas de Regenboog is een gezamenlijk initiatief van Attendiz, SO Het Mozaïek onderbouw en Jarabee. In de klas worden onderwijs en behandeling geïntegreerd aangeboden. De aanpak van de pedagogisch medewerkers en de leerkracht is nauw op elkaar afgestemd. Onderwijs en zorg zijn aanvullend en ondersteunend aan elkaar. Het kind heeft in de onderwijs-zorgklas te maken met slechts één leefklimaat, waarbinnen onderwijs- en behandelactiviteiten plaatsvinden. Er wordt uitgegaan van een zogenaamd groeimodel, waarin geleidelijk de behoefte aan zorg afneemt en onderwijs toeneemt. Concreet betekent dit dat kinderen die nog veel behandeling nodig hebben in eerste instantie veel begeleiding krijgen van de pedagogisch medewerkers. Naarmate een kind meer toe is aan onderwijs wordt er een op het kind afgestemd onderwijsprogramma aangeboden. 1.1 Korte karakteristiek van SO Het Mozaïek, onderbouw Het Mozaïek, onderbouw, maakt deel uit van Stichting Attendiz. Deze stichting verzorgt anno 2012 speciaal onderwijs in Twente aan ruim 1200 leerlingen voor cluster 2, 3 en 4. Het Mozaïek onderbouw valt binnen het cluster 4 onderwijs van Regionaal Expertise Centrum Oost Nederland. Het REC verzorgt de indicatiestelling t.b.v. het speciaal onderwijs. Het Mozaïek onderbouw richt zich enerzijds op onderwijs aan jonge (risico) kinderen in de leeftijd van vier tot acht jaar die via plaatsingsbekostiging onze school bezoeken. Anderzijds biedt Het Mozaïek onderbouw onderwijs aan jonge kinderen die een cluster 4 beschikking hebben, kinderen met gedragsproblemen en/of ontwikkelingsproblemen in de breedste zin van het woord. De kleuters van de kinder- en jeugdpsychiatrische kliniek van Karakter gaan eveneens bij Het Mozaïek naar school. Binnen de school wordt gezorgd voor een grote mate van veiligheid en structuur, die als uitgangspunt dient voor een optimale ontwikkeling en ontplooiing, qua leren en gedrag. Informatie over onze Stichting vindt u op de website van Attendiz (www.attendiz.nl). Attendiz SO Het Mozaïek Almelo Onderbouw Locatie De Rietpluim Speenkruidpad 2 7601 CT Almelo 0880 103668
[email protected] 1.2 Jaarverslag Het Mozaïek, onderbouw Stichting Attendiz stelt vierjaarlijks een strategisch beleidsplan op. Aan dit strategisch beleidsplan is een planningsdocument toegevoegd waarin de stichtingsbrede beleidsvoornemens zijn gepland. Iedere school van Attendiz stelt een vierjaarlijks schoolplan op, dat correspondeert met het strategisch beleidsplan en waarin per domein het schoolbeleid, de beleidsvoornemens en de streefdoelen van de school staan vermeld. Op basis van deze streefdoelen stellen bestuur en management de managementovereenkomst voor de komende vier jaren vast. Indien nodig vindt er jaarlijks actualisatie van het managementcontract plaats.
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
4
Twee keer per jaar levert de directeur een managementrapportage aan. Via deze rapportages houdt de directeur het bestuur op de hoogte van de vorderingen van de voorgenomen ontwikkelingen en tevens levert de directeur gegevens aan over de opbrengsten van het onderwijs, de kwaliteit van het onderwijs en diverse algemene schoolgegevens. Op basis van de tweede managementrapportage maakt iedere directeur een school – jaarverslag, waarin hij / zij verslag doet van de opbrengsten van het onderwijs, de kwaliteit van het onderwijs, de vorderingen van de ingezette ontwikkelingen en de algemene schoolgegevens. Stichting Attendiz maakt een stichtingsbreed jaarverslag. Schoolplan, managementovereenkomst, managementrapportages en jaarverslag worden aan team en (G)MR voorgelegd, besproken en (indien nodig) vastgesteld. Het schooljaarverslag en jaarverslag van de stichting worden naar de (G)MR, inspectie en eventuele andere belangstellenden gestuurd. Ook ligt het ter inzage op ons secretariaat. 1.3 Korte karakteristiek van Jarabee Jarabee is een organisatie voor ondersteuning, hulp- en dienstverlening aan kinderen, jongeren, hun ouders en iedereen die in zijn werk met hen te maken heeft. De organisatie van Jarabee kent verschillende hulpvarianten. Op de locatie van de Rietpluim wordt dagbehandeling geboden aan jonge risicokinderen (0-7 jaar) met complexe gedrags- en ontwikkelingsproblemen. De hulpverlening is gericht op het versterken van de mogelijkheden van kinderen en hun ouders. Jarabee vindt het belangrijk dat kinderen leren eigen keuzes te maken en voldoende ruimte krijgen om zich goed te ontwikkelen. Bij een jong kind hebben de ouders een actieve rol in de hulpverlening. In de behandelgroep krijgt elk kind zijn eigen aanpak binnen een overzichtelijke, veilige en ontspannen omgeving. Daarbij wordt nauw samengewerkt in een behandelteam met verschillende professionals en het speciaal onderwijs op de locatie. Informatie over Jarabee vindt u op de website van Jarabee (www.jarabee.nl). Jarabee Dagbehandeling Jonge Kinderen 0-7 jaar Locatie De Rietpluim Speenkruidpad 2 7601 CT Almelo (074) 256 19 00 2.
Typering onderwijs-zorgklas De Regenboog
2.1 Voor wie is De Regenboog bedoeld? De Regenboog is een onderwijs-zorgklas voor kinderen van drieënhalf tot acht jaar die gebaat zijn bij een combinatie van dagbehandeling bij een jeugdzorginstelling en speciaal onderwijs. Het gaat dan om kinderen met complexe ontwikkelingsen/of gedragsproblemen, die op meerdere gebieden zichtbaar zijn. Hierbij kan gedacht worden aan een achterstand in cognitieve ontwikkeling, taal- en spraak, motoriek, gedrag of persoonlijkheid, sociale en/of emotionele ontwikkeling, medische of neurologische problematiek en gezins- en/of opvoedingsproblematiek.
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
5
2.2 Doelen voor een plaats in onderwijs-zorgklas De Regenboog Speciaal onderwijs en jeugdzorg werken samen vanuit één plan, met de doelstelling om het kind ononderbroken ontwikkelingskansen en continuïteit te bieden in onderwijs en hulpverlening. Doelen voor de onderwijs-zorgklas zijn o.a.: • Wennen aan een schoolse activiteit (het functioneren in een klassengroep, het zich richten op aangeboden taken) • De schoolvaardigheden van het kind zijn verbeterd of op gang gebracht • Het leren samenwerken en –spelen met andere kinderen in een schoolse situatie • Het verkrijgen van een goede luisterhouding • Bevordering van een actieve en betrokken houding bij activiteiten in de groep • Onderwijs op het gebied van de leervoorwaarden ter voorbereiding op vervolg school • Nastreven van een ononderbroken ontwikkelingsproces en stimuleren van de zone van de naaste ontwikkeling bij ieder kind • Zelfstandigheidbevordering, bevordering van het zelfvertrouwen Vanuit beide sectoren zijn deskundigen en middelen beschikbaar om uw kind en gezin intensief, specialistisch en multidisciplinair te begeleiden. Samenwerken tussen zorg, onderwijs en de sociale omgeving schept duidelijkheid voor het kind, en leidt tot optimale leerprestaties en sociaal-emotionele ontwikkeling. Het einddoel is dat het kind weer (speciaal) onderwijs kan volgen zonder, of met zo weinig mogelijk, hulpverlening. 2.3 Aanmelding en plaatsing Voor een plaats in De Regenboog is een indicatie van Bureau Jeugdzorg nodig (daghulp). Nadat deze indicatie is afgegeven, neemt een zorgcoördinator van Jarabee contact op met de ouders. Er volgt een eerste afstemmingsgesprek tussen ouders, de zorgcoördinator van Jarabee en Bureau Jeugdzorg Overijssel. Ook is het mogelijk dat bij het eerste afstemmingsgesprek direct de Commissie voor Begeleiding (CvB) van de onderwijszorgklas wordt betrokken. Deze CvB bestaat uit de gedragswetenschappers en zorgcoördinatoren vanuit de zorg en het onderwijs en de adjunct directeur (onderwijs). Door deze CvB wordt een geïntegreerd onderwijs-zorgplan opgesteld voor kind en gezin, waarin zowel de hulpverleningsdoelen van Jarabee, als de onderwijsdoelen (Ontwikkelingsperspectief) van Het Mozaïek zijn beschreven. De CvB regelt ook de verwijzing van kinderen naar de vervolgschool.
3.
Onderwijs-zorgconcept
3.1 Samenwerking in de groep Er is binnen de groep sprake van een specifiek pedagogisch klimaat, waarbij een heldere structuur, voldoende veiligheid voor het kind en een responsieve houding van het team kernpunten zijn. Er wordt een omgeving nagestreefd waarbinnen de kinderen zich veilig voelen, zelfvertrouwen krijgen en zich (weer) kunnen gaan ontwikkelen. Hiertoe wordt een zekere voorspelbaarheid nagestreefd door te werken volgens een vast dagritme en met zoveel mogelijk bekende volwassenen. In
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
6
de rustige inrichting zijn veel visuele hulpmiddelen aanwezig die de kinderen helpen zich het dagritme en de groepsregels eigen te maken. De pedagogisch medewerker en de leerkracht geven samen vorm aan de dag. Het is de bedoeling om zoveel mogelijk als groep te werken, maar er zijn ook momenten waarop in kleine groepjes of individueel gewerkt wordt. Dit gebeurt binnen de groep, maar soms ook buiten de groep in een aparte ruimte. 3.2 Ons onderwijs-zorgaanbod De groep biedt een intensief aanbod van korte, concrete activiteiten die later op de dag of in de week worden herhaald. Als kinderen deelnemen aan therapie of trainingen, geboden door externe therapeuten (zoals logopedie,fysiotherapie), worden deze therapieën of trainingen geïntegreerd in de behandeling. In de groep wordt met het kind gewerkt aan o.a. het (leren) functioneren in een grotere groep, de interactie tussen de kinderen onderling en met de medewerkers, het vergroten van de zelfredzaamheid, de werk-en luisterhouding, spraaktaalontwikkeling, motorische ontwikkeling, ontluikende geletterdheid en de ontluikende gecijferdheid van het kind. Samenhang in ontwikkeling In de onderwijs-zorgklas delen we de mening dat spelactiviteiten een belangrijke basis vormen voor de verdere ontwikkelings- en leerprocessen. Kinderen zijn al handelend bezig, alleen of met elkaar, in interactie met de omgeving. Alle ontwikkelingsaspecten komen daarbij aan bod: variërend van de emotionele en sociale ontwikkeling tot de cognitieve en de ontwikkeling van communicatie en taal. Een veelzijdige persoonsontwikkeling, de zogenaamde ‘brede ontwikkeling’, wordt gezien als het hoogste doel. Kenmerkend voor de speel- en leeromgeving in de onderwijs-zorgklas • Een sterk adaptieve, afgestemde leeromgeving; Er worden binnen onze school hoge eisen gesteld aan de onderwijsomgeving. De inrichting van de klas, de hoeken om te spelen en de manier waarop de materialen worden aangeboden zijn overzichtelijk en gestructureerd. De kinderen vragen om een zo prikkelarm mogelijke, rustige speel- en leeromgeving en indien nodig een eigen werkplek. D.m.v. visuele ondersteuning in de vorm van pictogrammen, afbeeldingen en foto’s, wordt de omgeving voor de leerlingen gestructureerd. • Aanbod is afgestemd op de zone van de naaste ontwikkeling; Het Ontwikkelimgsperspectief is richtinggevend voor het onderwijszorgaanbod. Daarnaast spelen we in op de specifieke behoefte van ieder kind door verbijzondering van het onderwijs-zorgaanbod door aan te sluiten op individuele zones van de naaste ontwikkeling. Leren is zelf kennis, vaardigheden en inzichten opdoen met behulp van én in interactie met anderen. Daarbij sluiten we in ons aanbod zoveel mogelijk aan bij wat kinderen in de verschillende ontwikkelingsfasen bezighoudt en houden we rekening met de vaak ernstige en complexe ontwikkelingsproblemen. • Afwisseling van keuzemogelijkheid en sturing; balans zoeken tussen incidentele en intentionele activiteiten waarbij de beleving van het jonge kind centraal staat. We zijn sturend in onze benadering, maar bieden ook keuzemogelijkheid met als doel leerlingen te stimuleren tot initiatiefname, zelfstandigheid en actief leren, leren met en van elkaar.
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
7
Dagprogramma Het dagprogramma in de onderwijs-zorgklas ligt in grote lijnen vast en wordt voor de kinderen via dagritmekaarten aangegeven. Vaste onderdelen van het dagprogramma zijn: · Speelwerktijd; · Kringactiviteiten · Eten en drinken; · Buitenspel; · Beweging; . Therapieën Het programma laat de nodige ‘speelruimte’ voor zowel kind als leerkracht/pedagogisch medewerker. De activiteiten die tijdens het dagprogramma aan bod komen, richten zich op de volgende ontwikkelingsgebieden: · Sociaal-emotionele ontwikkeling; · Motoriek; · Zintuiglijke waarneming; · Spraaktaalontwikkeling; · Wereldverkenning; · Symboolverkenning (ontluikende geletterdheid, ontluikende gecijferdheid). Rol van de volwassenen Een voorwaarde om tot groei te komen is een goede (vertrouwens-) relatie met de leerkracht/pedagogisch medewerker in de klas. De leerkracht/pedagogisch medewerker biedt veiligheid en vertrouwen door voorspelbaar, duidelijk en consequent te handelen. Het welbevinden van het kind staat voorop. Daarnaast is het handelen van de leerkracht/pedagogisch medewerker gericht op wat jonge kinderen bezig houdt, dit vereist een intensieve en een sterke (ortho)pedagogische relatie (sensitiviteit, empathie, responsiviteit). In de onderwijs-zorgklas werken mensen die affiniteit hebben met kinderen met zeer diffuse en complexe problemen. De leerkracht/pedagogisch medewerker optimaliseert door te zorgen voor een breed, gevarieerd en flexibel onderwijszorgaanbod, waarin elk kind zich, afhankelijk van zijn ontwikkelingsmogelijkheden in een continu proces moet kunnen ontwikkelen. In de begeleiding is de leerkracht/ pedagogisch medewerker voortdurend gericht op de zone van naaste ontwikkeling: het kind wil deelnemen aan sociaal-culturele activiteiten maar kan dat nog niet alleen. De leerkracht/pedagogisch medewerker helpt het kind zodanig dat het dat wel kan. In interactie met een ander is het kind meer in staat dan alleen. Dat betekent dat de leerkracht/pedagogisch medewerker en de kinderen gezamenlijk actief zijn. Concreet houdt dit bijvoorbeeld in dat we met de kinderen de (speel) hoek gaan inrichten. We bedenken samen wat we nodig hebben en hebben als leerkracht/pedagogisch medewerker altijd iets achter de hand om het spel op een bepaald moment te verrijken. Daarnaast observeren en begeleiden we het spel van de kinderen intensief. Dit doen we door in gesprekjes aan bod te laten komen wat nodig is voor het spel en hoe iets werkt, door in de klas het spel voor te doen of door mee te spelen als leerkracht/pedagogisch medewerker.
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
8
Actieve rol van de leerling Naast de hulp en de gerichte sturing die het kind krijgt is het kind zelf ook actief: we gaan er immers vanuit dat kinderen zelf ontwikkelingskracht bezitten. Eigen initiatieven worden dan ook beschouwd als een wezenlijke voorwaarde om tot ontwikkeling te komen. Daarbij spelen aspecten als betrokkenheid bij de activiteit en deelname aan activiteiten, die voor kinderen persoonlijk zinvol zijn, een grote rol. De leerkracht/pedagogisch medewerker probeert in zijn aanbod zoveel mogelijk rekening te houden met activiteiten die zich afspelen in zinvolle contexten: • concrete leefsituaties en wat zich daarin afspeelt • actuele gebeurtenissen om de kinderen heen • de wijde wereld, die spannend is en nieuwsgierig maakt De rol van de leerkracht/pedagogisch medewerker bestaat dan ook uit ‘bemiddelen’. Enerzijds staan de initiatieven van de kinderen voorop, anderzijds is het de leerkracht/ pedagogisch medewerker die het ontwikkelingsproces in de gaten houdt en op grond daarvan en op grond van de doelen het activiteitenaanbod selecteert. Om de actieve rol van de kinderen zo goed mogelijk te kunnen begeleiden en te stimuleren werken we in de onderwijs-zorgklas met een activiteitenplanbord. Kinderen mogen door middel van het planbord zelf een keuze maken welke activiteit ze willen gaan doen. Op het planbord zien ze meteen hoeveel kinderen bij een activiteit mogen spelen of werken. De leerkracht/pedagogisch medewerker kan ook zelf kinderen inplannen om bijvoorbeeld doelen uit het onderwijs-zorgplan gericht te stimuleren/ trainen. Kort samengevat bieden we kinderen keuzemogelijkheden en sturing. Keuzemogelijkheden bieden we aan om kinderen zelf keuzes te leren maken met als doel: stimuleren tot initiatiefname, zelfstandigheid en actief leren, leren met en van elkaar.
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
9
3.3 Onderwijsaanbod .........door volgen en sturen naar opbrengst en groei………
Het Ontwikkelingsperspectief (OP) Bij start van de leerling in de onderwijs-zorgklas wordt door de CVB binnen 6 weken het ontwikkelingsperspectief (OP) vastgesteld. In het ontwikkelingsperspectief wordt er op basis van de dossiergegevens van het kind (uitgaande van de ‘brede’ ontwikkeling) een inschatting gemaakt van het type vervolgonderwijs en leerjaar (groep 1/2/3) waar naar het kind uit zal stromen na de onderwijs-zorgklas. Dit wordt het verwachtte uitstroomperspectief genoemd. Kort gezegd wordt op basis van het OP voorspelt wat het kind op school gaat leren (verwachting). Onderwijsconcept Het onderwijs binnen onze school is een combinatie van ontwikkelingsgericht- en programmagericht werken. Het leerstofaanbod binnen onze school is afgestemd op de belevingswereld van het jonge kind. Als uitgangspunten voor het ontwikkelingsgericht werken gelden: het geven van ruimte tot initiatief het aansluiten bij de eigen behoeften van het kind het aspect van zelfsturing en zich autonoom voelen het aanbieden van betekenisvolle activiteiten in de zin van: aansprekend, uitdagend, nieuwsgierigheid prikkelend het aansluiten bij reeds aanwezige kennis en inzichten
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
10
Naast deze benadering is sprake van programma gericht werken. Er vindt systematische ordening en aanbieding van leerstof plaats, gericht op de leervoorwaarden en het aanvankelijk onderwijs. Gedurende de dag wordt er gewerkt volgens een vaste structuur met vooraf geplande activiteiten. Leerstofaanbod en differentiatie In de onderwijs-zorgklas is het leerstofaanbod afgestemd op de belevingswereld van jonge kinderen. Er wordt gewerkt met een basisaanbod (gangbaar aanbod) voor alle kinderen. Voor taal en rekenen is dit basisaanbod afgestemd op de kerndoelen van groep 1 en groep 2 van het Stichting Leerplan Ontwikkeling (SLO). Naast het basisaanbod sluiten wij aan bij individuele onderwijsbehoeften van kinderen door differentiatie in instructie en leertijd. Daarbij stellen we een maximum van drie niveaus om het organisatorisch haalbaar te houden voor de leerkracht/pedagogisch medewerker. Voor het indelen in drie niveaus worden enerzijds de toetsgegevens als uitgangspunt genomen. Hierbij houden we de volgende indeling aan: • Verkorte instructie: niveau I (CITO) • Basis instructie: niveau I-II-II-IV-V (CITO) • Verlengde instructie: niveau IV en V Anderzijds is de totale beeldvorming van het kind mede bepalend voor het indelen van de kinderen in de drie niveaugroepen per klas. Gebruik van middelen en materialen Kenmerkend voor het onderwijs aan deze jonge kinderen is dat het zodanig wordt aangeboden dat de ontwikkeling op verschillende gebieden geïntegreerd wordt gestimuleerd. De methode Kleuterplein vormt de basis voor ons onderwijs. Met Kleuterplein werken we doelgericht aan álle tussendoelen. Kleuterplein is meer dan alleen taal en rekenen. Ook aan motoriek, wereldoriëntatie, muziek, voorbereidend schrijven en sociaal-emotionele ontwikkeling wordt spelenderwijs, maar gericht gewerkt. Kleuterplein heeft 16 thema’s in de belevingswereld van de kleuters. In elk thema komen alle ontwikkelingsgebieden en leerdoelen voor kleuters aan bod. Kleuterplein biedt daarmee een doorgaande lijn naar alle vakken en methodes van groep 3. Methodeoverzicht: Rekenen: Kleuterplein/Gecijferd Bewustzijn, Map Taal / lezen: Kleuterplein/Fonemisch Bewustzijn, Map/Software: Kleuterplein en Woordenstart
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
11
Sociaal emotioneel: Methode Goed Gedaan/Doos vol gevoelens/Bloe (7 boeken met cd, 20002002)/The Transporters Muzikale vorming, handvaardigheid en tekenen: Moet je doen! Bewegingsonderwijs: Bewegingsonderwijs in het speellokaal Motorische ontwikkeling: Schrijfdans 4
Begeleiding
4.1 Handelingsplanning Bij de start wordt er voor ieder kind in de onderwijs-zorgklas een geïntegreerd onderwijs-zorgplan gemaakt door de gezamenlijke Commissie voor de Begeleiding (CvB) in samenwerking met de ouders en Bureau Jeugdzorg (BJZ). Dat houdt in dat het hulpverleningsplan van Jarabee en het OP (= Ontwikkelingsperspectief), nu nog handelingsplan, van school in elkaar worden geschoven tot een geïntegreerd onderwijs-zorgplan. De praktijk wijst uit dat dit leidt tot een goede onderlinge afstemming, minder overlap van het aanbod en één communicatiestroom naar ouders. In het onderwijs-zorgplan wordt voor ieder kind vastgelegd aan welke einddoelen gewerkt wordt. Onderscheiden worden: o Doelen voor het kind o Doelen voor het gezin In de eerste zes weken van de plaatsing worden de einddoelen (langetermijndoelen) omgezet in kortetermijndoelen voor de periode van ongeveer een half jaar. Leerkracht (lkr) en pedagogisch medewerker (pm-er) schrijven hiervoor samen een moduleplan onderwijs-zorg. Het eerste deel van dit moduleplan wordt bij de start al ingevuld door de CvB van het onderwijs. Indien er sprake is van inzet van ondersteunende modules (logopedie, fysiotherapie en ambulant bij verblijf) zal ook hiervoor een moduleplan worden geschreven door de desbetreffende discipline. Het onderwijs-zorgplan wordt na een half jaar opnieuw geëvalueerd tijdens een casuïstiekbespreking, na schooltijd. Hiervoor leveren de pm-er en de leerkracht gezamenlijk een verslag aan waarin de werkdoelen uit het moduleplan zijn geëvalueerd. Ook de betrokken disciplines zullen de evaluatie van hun eigen moduleplan aanleveren. Op basis daarvan worden er nieuwe werkdoelen gemaakt voor de tweede periode (moduleplan 2). De evaluatiegegevens en voorstellen worden meegenomen tijdens het evaluatiegesprek met de ouders. Tijdens dit gesprek vindt besluitvorming plaats over de voortgang van het onderwijszorgproces en het verwachte uitstroomperspectief. Aan het eind van de tweede periode vindt er opnieuw een casuïstiekbespreking plaats waarin geëvalueerd wordt of de langetermijndoelen uit het onderwijs-
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
12
zorgplan behaald zijn. Zodra de doelen zijn behaald wordt er een definitief advies gegeven t.a.v. vervolgonderwijs. Indien de doelen nog niet behaald zijn, wordt besproken of verlenging van het verblijf in de onderwijs-zorgklas mogelijk is en wordt het verwachte uitstroomperspectief bijgesteld. 4.2 Hoe volgen we het kind? De ontwikkeling van het kind wordt gevolgd aan de hand van het Ontwikkelingsvolgmodel (OVM). Het ontwikkelingsvolgmodel is een observatiesysteem waarin allerlei aspecten van de kinderlijke ontwikkeling in de vorm van ontwikkelingslijnen met ontwikkelingsfasen per half jaar zijn uitgewerkt. De volgende ontwikkelingslijnen zijn uitgewerkt: • • • • •
Basale ontwikkeling behoeften Speel- en werkgedrag (Senso)motorische ontwikkeling Spraak- en taal(denk)ontwikkeling Symboolverkennen Ontluikende geletterdheid Ontluikende gecijferdheid
Het instrument wordt gebruikt in de dagelijkse onderwijsleersituatie bij verschillende activiteiten en in gevarieerde situaties. Naast het Ontwikkelingsvolgmodel jonge kinderen (OVMJK) worden er 2 keer per jaar (januari/juni) CITO-toetsen afgenomen om het niveau van het kind te bepalen en af te zetten tegen de criteria van het reguliere basisonderwijs. Met behulp van deze gegevens kan de leerkracht een niveaubepaling doen en wordt duidelijk op welk ontwikkelingsgebied sprake is van een leerachterstand of –voorsprong. Toetskalender onderwijs: Maanden Actie Januari CITO afname Taal en Rekenen groep 1 en 2 Gezamenlijk invullen OVMJK Controletaken Fonemisch Bewustzijn groep 2 Juni CITO afname Taal en Rekenen groep 1 en 2 Gezamenlijk invullen OVMJK Controletaken Fonemisch Bewustzijn groep 1 en 2
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
13
5.
Het team
5.1 Functies • Adjunct-directeur • Zorgmanager • Gedragswetenschapper • Zorgcoördinator onderwijs • Ambulant hulpverlener/zorgcoördinator • Pedagogisch medewerker • Leerkracht • Verpleegkundige • Fysiotherapeut • Logopedist 5.2 Samenstelling van het team Kernteam Leerkracht: Pedagogisch medewerkers
Zorgteam Adjunct directeur onderwijs SO Het Mozaïek Zorgmanager Jarabee, de Rietpluim Gedragswetenschappers Zorgcoördinator onderwijs Zorg coördinator Jarabee Schoolmaatschappelijk deskundige Secretaresse Fysiotherapeut: Fysiotherapeut: Logopedist: Verpleegkundige:
Wies Hinsenveld Annette Brender a Brandis Marielle Oude Booijink Mirjam Koenderink Annemarie ter Halle Mirjam Zwierink Judy Broekhuis Marjothe Slot Kelly Jap (onderwijs) Thea Roosendaal (Jarabee) Judy Broekhuis Variërend per kind (Jarabee) Grietje Faber Joyce Doeve Jolienke Colenbrander Nancy Stokkers (groepsgym) Bianca Kroeze Sjoukje Freriks
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
14
5.3 Teamoverleg Het team heeft regelmatig overleg over organisatorische en huishoudelijke zaken. Daarnaast heeft het team inhoudelijk overleg. De gedragswetenschappers van de Regenboog hebben regelmatig overleg met de ambulant hulpverlener, evt. therapeuten en het kernteam over de realisatie van de doelen, de benodigde aanpak en het aanbod. De zorgcoördinator van het onderwijs heeft regelmatig een orthodidactisch overleg met de leerkracht. Tijdens dit overleg worden de didactische vorderingen doorgenomen, methodieken afgestemd en het leerlingvolgsysteem nagekeken. Op basis van alle informatie wordt een inschatting gemaakt over het ontwikkelingsperspectief en wordt op onderwijsinhoudelijk vlak bekeken hoe een eventuele leerachterstand kan worden ingehaald. De zorgcoördinator van het onderwijs coacht de leerkracht op leerkrachtvaardigheden en groepsmanagement. Tot slot heeft de CVB regelmatig overleg over de stand van zaken rondom een kind. 6.
Oudercontacten
6.1 De Regenboog en ouders Onderwijs-zorgklas de Regenboog gaat uit van een intensieve samenwerking tussen ouders, onderwijs en jeugdzorg. Wij hebben als uitgangspunt dat gezin, jeugdzorg en onderwijs gelijkwaardige partners van elkaar zijn. Ouders beschikken over een ruime ervaringsdeskundigheid wat hun kind betreft. Wij als team beschikken over professionele deskundigheid. Door samen te werken,kunnen we leren van elkaars deskundigheid en samen een antwoord vinden op de hulpvragen die er zijn. Jeugdzorg
Speciaal Onderwijs
Leerkracht
Gezin
Ambulant begeleider
PM
Pedagogisch medewerker
Ouders
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
15
Tijdens het verblijf van een kind in de Regenboog, is er veel en intensief contact met de ouders. De zorgcoördinator van Jarabee, de pedagogisch medewerker, en leerkracht hebben regelmatig met de ouders contact. De mentor van een kind kan soms dagelijks contact hebben met de ouders. Tijdens al deze contacten wordt zo goed mogelijk afgestemd op de vragen en behoeftes van ouders en kind. 6.2 Huisbezoeken In de eerste periode van de plaatsing zal er een huisbezoek worden afgelegd in het kader van de kennismaking. 6.3 Informatieavond Aan het begin van het schooljaar vindt een informatieavond plaats. 6.4 Kijkmomenten Twee keer per schooljaar wordt u als ouder uitgenodigd om mee te doen en te kijken in de groep van uw kind. 6.5 Nieuwsbrieven Elke maand wordt er vanuit het onderwijs een nieuwsbrief voor ouders uitgegeven. Daarnaast gaat er een keer per week een themabrief uit, waarin wordt aangegeven wat er in de groep leeft en aan welke thema’s en activiteiten binnen de groep gewerkt wordt. 6.6 Website Stichting Attendiz heeft een website: www.attendiz.nl Op de pagina van Het Mozaïek die rechtstreeks te vinden is onder www.mozaiektwente.nl staat een actueel en uitgebreid aanbod aan informatie. Ook Jarabee heeft een website: www.jarabee.nl Op de website kunt u onder andere actuele informatie vinden over alle hulpvormen van Jarabee. U kunt de folders hiervan downloaden en uw vragen stellen. Ook de informatie over rechten en plichten van medewerkers en cliënten kunt u hier vinden. We hechten veel waarde aan de kwaliteit van de website van zowel onze school als onze jeugdzorginstelling. Wij staan dan ook open voor reacties en/of aanvullingen op onze website. 6.7 Heen-en-weer-schrift De Regenboog vervult niet de functie van een buurtschool. Daarom ontbreken vaak de vanzelfsprekende contacten tussen ouders en team. Om u toch goed op de hoogte te houden wat er op een dag gebeurt, kan in overleg met u een zogenaamd heen-en-weerschrift opgestart worden. Daarin beschrijft het team het verloop van de dag. Wij verwachten van u dat ook u een kort verslagje schrijft over hetgeen uw kind heeft gedaan en/of meegemaakt. 6.8 Bereikbaarheid ouders Wij willen u verzoeken altijd bereikbaar te zijn. Dit betekent dat u aan de groepsleiding de telefoonnummers vermeldt waarop u bereikbaar bent. Ook wijzigingen van telefoonnummers en adres graag zsm doorgeven aan De Regenboog.
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
16
6.9 Ouderraad SO Het Mozaïek heeft een ouderraad met als hoofddoel het leveren van een jaarlijks terugkerende bijdrage aan de sociale activiteiten zoals Sinterklaas, de Kerst, Paasfeest, etc. De ouderraad bespreekt met een vertegenwoordiging van het team bij welke activiteiten zij ondersteuning kunnen bieden. Hierbij kunt u denken aan: het mee organiseren en uitvoeren, het versieren en hulp bij activiteiten in de groep. 6.10 Medezeggenschapsraad (M.R.) SO Het Mozaïek heeft een eigen medezeggenschapsraad. Gekozen vertegenwoordigers van de ouders en eveneens gekozen vertegenwoordigers van het schoolteam vormen als oudergeleding en personeelsgeleding de M.R. Zij dienen vorm te geven aan de inspraak op het beleid van de gemeente en het bestuur. Daarnaast kan de M.R. zelf initiatieven ontplooien om bestuur of directie op zaken te attenderen of daarover advies uit te brengen. Voor meer informatie kan contact opgenomen worden met Judy Broekhuis; adjunct-directeur. Jarabee kent een eigen ouderraad, die vergelijkbaar is met de medezeggenschapsraad, en eenmaal per 6 weken vergadert. 7.
Schooltijd
7.1 Schooltijden 2012-2013 Maandag: 8.45 tot 15.00 uur Dinsdag: 8.45 tot 15.00 uur Woensdag: geen lestijd, thuisbegeleiding in overleg mogelijk Donderdag: 8.45 tot 15.00 uur Vrijdag: 8.45 tot 15.00 uur 7.2 Onderwijstijd Ochtend: 3,25 uur Middag: 2,5 uur Week: 23 uur Jaar: 897 uur 7.3 Pauzes Ook de pauzes maken deel uit van het onderwijs-zorgprogramma wat de kinderen wordt aangeboden. Tijdens deze ‘vrijere’ momenten wordt onder andere aandacht besteed aan: sociale redzaamheid, samenspel met andere kinderen en het opbouwen en versterken van het spelrepertoire. 7.4 Leerplicht Bijna alle kinderen beleven hun eerste schooldag op vierjarige leeftijd. Dit is een spannende en belangrijke dag voor de ouders en het kind. De kleuter is op die leeftijd nog niet leerplichtig, maar het is goed voor zijn ontwikkeling om samen met leeftijdgenootjes al naar school te gaan. De echte leerplicht begint op de eerste dag van de maand, die volgt op de maand dat een kind vijf jaar is geworden. Een kind dat bijvoorbeeld op 10 oktober zijn vijfde verjaardag heeft gevierd, wordt op de eerste schooldag van de maand november leerplichtig. Soms is een volledige schoolweek te lang voor jonge kinderen. Daarom biedt de Leerplichtwet een mogelijkheid tot vrijstelling. Ouders van een vijfjarige leerling mogen, in overleg met de locatieleider, hun kind maximaal vijf uur per week thuis
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
17
houden. Mocht dit niet genoeg blijken te zijn, dat mag een directeur daar nog vijf extra uren vrijstelling per week bovenop doen. De mogelijkheid voor vrijstelling is uitsluitend bedoeld om overbelasting van de leerling te voorkomen. Zodra een kind zes jaar is, geldt de overgangsmogelijkheid niet meer. Zesjarige kinderen moeten allemaal het volledige onderwijsprogramma volgen. 7.5 Vakantierooster, bijzondere vrije dagen Herfstvakantie 22-10-2012 t/m 26-10-2012 Kerstvakantie 24-12-2012 t/m 04-01-2013 Voorjaarsvakantie 18-02-2013 t/m 22-02-2013 Goede Vrijdag 29-03-2013 Tweede Paasdag 01-04-2013 Meivakantie 29-04-2013 t/m 10-05-2013 Pinksteren 20-05-2013 Zomervakantie 08-07-2013 t/m 16-08-2013 De volgende 10 woensdagen gaan de kinderen wel naar school: 5 september 2012 3 oktober 2012 7 november 2012 5 december 2012 9 januari 2013 6 februari 2013 6 maart 2013 3 april 2013 15 mei 2013 5 juni 2013 De overige woensdagen zijn de kinderen vrij. De volgende extra vrije dagen zijn ingepland: 9 oktober 2012 Studiedag 1 21 december 12.30 uur vrij: geen 2012 taxivervoer terug naar huis 26 april 2013 Studiedag 2 3 juli Woensdag vrij! 5 juli 2013 12.30 uur vrij: geen taxivervoer terug naar huis 6 juli Zomervakantie!
7.6 Vakantieverlof Voor het geven van verlof buiten de schoolvakanties geldt als algemeen uitgangspunt dat dit niet mogelijk is, tenzij er sprake is van artikel 13A van de Leerplichtwet. Hierin staat aangegeven dat verlof gegeven kan worden indien de specifieke aard van het beroep van één van de ouders het slechts mogelijk maakt om buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan. Een verzoek daartoe dient minimaal twee maanden van tevoren aan de directeur van de school te worden voorgelegd. Er moet een werkgeversverklaring worden Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
18
overlegd waaruit blijkt dat geen verlof binnen de officiële vakantie mogelijk is. Het verlof: • kan slechts eenmaal per schooljaar worden verleend; • mag niet langer duren dan tien schooldagen; • mag niet plaatsvinden in de eerste twee weken van het schooljaar. Tegen de beslissing van de directeur is bezwaar/beroep mogelijk op grond van de Algemene Wet bestuursrecht. 7.7 Gewichtige omstandigheden De schoolleiding kan tevens verlof verlenen wegens gewichtige omstandigheden. Ook hiervoor geldt een maximum van tien dagen per schooljaar. Gewichtige omstandigheden kunnen plezierige, maar ook minder plezierige omstandigheden zijn. Een verzoek om extra verlof in geval van gewichtige omstandigheden op grond van het gestelde in artikel 14, lid 1, van de Leerplichtwet, dient vooraf of binnen twee dagen na ontstaan van de verhindering aan de directeur van de school te worden voorgelegd en door deze op basis van de wet worden afgehandeld. Het gaat om de volgende situaties: 1. Het voldoen aan een wettelijke verplichting voor zover dit niet buiten de lesuren kan geschieden; 2. Verhuizing voor ten hoogste één dag; 3. Het bijwonen van het huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad voor één of ten hoogste twee dagen afhankelijk van de vraag of dit huwelijk wordt gesloten in of buiten de woonplaats van belanghebbende; 4. Ernstige ziekte van ouders of bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad. De duur van het verlof gaat in overleg met de leerplichtambtenaar van de woongemeente; 5. Overlijden van: • bloed- of aanverwanten in de eerste graad voor ten hoogste vier dagen; • bloed- of aanverwanten in de tweede graad voor ten hoogste twee dagen; • bloed- of aanverwanten in de derde of vierde graad voor ten hoogste één dag; 6. 25-, 40- en 50-jarig ambtsjubileum en het 12,5-, 25-, 40-, 50-, of 60-jarig huwelijksjubileum van ouders of grootouders voor 1 dag; 7. Andere gewichtige omstandigheden, maar geen vakantieverlof. Eén en ander betekent dat geen verlof kan worden verleend voor een extra vakantie wegens wintersport, een tweede vakantie, een extra lang weekend, deelname van leerlingen aan evenementen, een langdurig bezoek aan de familie in het land van herkomst et cetera. Een verzoek om extra verlof in geval van gewichtige omstandigheden op grond van artikel 14, lid 3 van de Leerplichtwet voor meer dan tien schooldagen per schooljaar dient minimaal één maand van tevoren via de directeur van de school bij de leerplichtambtenaar van de woongemeente te worden voorgelegd. Dit gebeurt door middel van een standaardformulier wat u van de leerkracht kunt krijgen. Dit verlof wordt door de leerplichtambtenaar alleen verleend indien de ouders bij het verzoek een verklaring van een arts of maatschappelijk werker kunnen overleggen, waaruit blijkt dat een verlof noodzakelijk is op grond van medische of sociale indicatie betreffende één van de gezinsleden. De leerplichtwet impliceert aldus dat de schoolleider alleen verlofaanvragen behandelt, die een periode van maximaal tien schooldagen betreffen. Hij dient
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
19
deze conform de bovenstaande afspraken te behandelen en is strafbaar indien hij dit niet doet. Bij ongeoorloofd schoolverzuim moet de directeur aangifte doen bij de leerplichtambtenaar en zijn de ouders/verzorgers strafbaar. Er wordt proces-verbaal opgemaakt, waarbij de ouders beboet kunnen worden. 7.8 Schoolverzuim Wanneer uw kind ziek is en niet naar de Regenboog kan komen, belt u de adjunctdirecteur; 088-0103668 of naar het kernteam: 0546-542212 om dit door te geven.
8.
Overige belangrijke zaken
8.1 Geldelijke bijdragen van ouders Voor kinderen die onderwijs volgen op de Regenboog worden geen geldelijke bijdragen aan ouders gevraagd, zoals gebruikelijk is op een reguliere school. Wel is er een verplichte bijdrage vanuit de jeugdzorg, namelijk: LBIO (Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen). 8.2 Het LBIO vermeldt het volgende ‘U bent als (stief)ouders verplicht te voorzien in het onderhoud van uw (stief)kinderen. Deze onderhoudsplicht blijft bestaan, ook als uw kind buiten het gezin verblijft. U betaalt dan ook een bijdrage in de kosten van de jeugdzorg. Het maakt daarbij niet uit of dit met of zonder uw toestemming gebeurt. De instelling die verantwoordelijk is voor de plaatsing (veelal Bureau Jeugdzorg) geeft aan het LBIO de datum door waarop uw kind is geplaatst. De ouderbijdrage is verschuldigd over elke dag dat het verblijft heeft geduurd. De dag van aankomst wordt daarbij wel en de dag van vertrek wordt niet meegerekend als dag van verblijf. Ook als het kind tijdens het weekend of vakanties thuis is, bent u de bijdrage verschuldigd, omdat hier in de vaststelling van de bijdrage al rekening mee is gehouden. Wordt uw kind minder dagen per week geplaatst? Of wijzigt de plaatssituatie op een andere manier? Dan geeft de plaatsende instelling dat aan het LBIO door. De ouderbijdragenregeling is een inkomensonafhankelijke regeling. Dat wil zeggen dat de verschuldigde bedragen wettelijk vastliggen. De hoogte van uw inkomen heeft geen invloed op de hoogte van de ouderbijdrage. Waarvan is de hoogte wel afhankelijk? • De leeftijd van uw kind • De soort zorg die uw kind krijgt • Het aantal dagen per week dat uw kind is geplaatst Meer informatie over LBIO kunt u vinden op www.lbio.nl 8.3 Vervanging van personeel Personeel wordt in eerste instantie intern vervangen. Als ziekte langer duurt, wordt gezocht naar vervanging. Bij langdurige afwezigheid van een personeelslid worden de ouders schriftelijk op de hoogte gesteld.
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
20
8.4 Feesten en excursies Regelmatig organiseert het kernteam voor de kinderen een uitstapje, dat past binnen het lopende thema/project (bijv. een bezoek aan de bibliotheek, het postkantoor, de kinderboerderij).
8.5 Sponsoring Soms wordt Het Mozaïek onderbouw gesponsord. De sponsoring mag de inhoud van het onderwijs en het schoolbeleid niet beïnvloeden. Sponsoring dient vanuit een maatschappelijke betrokkenheid voort te komen. Het geld wordt besteed aan een van tevoren vastgesteld doel. Aanvragen voor sponsoring worden getoetst door het managementteam en door de MR. 8.6 Eten en drinken ’s Morgens wordt er in de kring gedronken en fruit gegeten. Tussen de middag eten de kinderen allemaal in de klas. Op maandag en dinsdag wordt het fruit, drinken en de broodmaaltijd verzorgd door de onderwijs-zorgklas. Omdat we de kinderen willen voorbereiden op de vervolgschool nemen de kinderen op dinsdag en donderdag fruit, 2 bekers drinken en een eigen broodtrommeltje mee naar school. 8.7 Gymmen Voor het gymmen hebben de kinderen gymschoenen nodig (liefs met klittenband of elastieken sluiting en geen zwarte zool). Deze gymschoenen blijven op school. 8.8 Vervoer Ouders brengen hun kind in principe naar de Regenboog. Ouders van kinderen die meer dan vier km van de Regenboog wonen, kunnen een beroep doen op het vervoer van Jarabee/Mozaïek. De mogelijkheid van het vervoer van uw kind door Jarabee/Mozaïek wordt door de zorgcoördinator van Jarabee met de ouders besproken.
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
21
9. Veiligheid 9.1 Arbo beleid Op schoolniveau is de directeur de eerstverantwoordelijke voor een goed arbeidsomstandigheden beleid, bijgestaan door de preventiemedewerker. Met de Arboarts en personeelsfunctionarissen van het Bestuurskantoor zijn nauwe contacten. De Bedrijfshulpverlening wordt eveneens door Arbodienst en personeelsfunctionarissen gecoördineerd: opleiding en onderhouden bekwaamheid van BHV-ers. Op de locatie de Rietpluim zijn minimaal 3 BHV-ers. Periodiek wordt een RIE (Risico Inventarisatie en Evaluatie) uitgevoerd. De speeltoestellen op het plein worden periodiek gecontroleerd. 9.2 Schorsing en verwijdering Schorsing en verwijdering zijn de zwaarste maatregelen die denkbaar zijn. Zij worden alleen toegepast bij uitzonderlijk probleemgedrag. Gelukkig komen deze maatregelen vrijwel nooit voor. Mocht er toch aanleiding zijn om deze maatregelen te overwegen, dan worden ouders hierbij altijd betrokken en wordt altijd in overleg gehandeld volgens de wettelijke voorschriften (artikel 40 van de Wet op de Expertisecentra) die hiervoor bestaan. Schorsing Schorsing van een leerling wordt gebruikt als ordemaatregel of als voorbereiding op een definitieve verwijdering. Een schorsing mag in de regelgeving niet langer dan vijf schooldagen duren en bij schorsing langer dan één dag moet de school de inspecteur informeren. Bovendien wordt de leerplichtambtenaar geïnformeerd. Wanneer schorsing : • Bij fysieke en daadwerkelijke doelbewuste bedreiging van onderwijsgevend of onderwijsondersteunend personeel. • Bij doelbewuste en daadwerkelijke bedreiging / agressief gedrag jegens medeleerlingen Verwijdering Verwijdering is een uiterste maatregel en volgt slechts dan wanneer een leerling ondanks alle inspanning van school en ouders niet langer aanspreekbaar is op zeer ernstig probleemgedrag. Wanneer verwijdering: • voortdurend storend, agressief gedrag van de leerling, waardoor de voortgang van het onderwijs wordt verstoord, waarbij het gedrag van de leerling gevaar oplevert voor de veiligheid van hemzelf, de medeleerlingen of het personeel van de school; • bedreigend of agressief gedrag van ouders van de leerling waarbij herhaling niet is uitgesloten en gegronde vrees is ontstaan voor de veiligheid van het personeel of de leerlingen of voor de ongestoorde voortgang van het onderwijs. 9.3 Schoolverzekering voor leerlingen Volgens de regeling voor risicoaansprakelijkheid, zoals uitgewerkt in het Nieuwe Burgerlijk Wetboek, zijn ouders van leerlingen in het primair onderwijs wettelijk aansprakelijk voor schade die door hun kind aan andere kinderen, personeel of aan school wordt toegebracht.
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
22
Voorbeeld: een leerling brengt op het schoolplein schade aan, aan de bril van een andere leerling of van een leerkracht. Dan is de school dus niet aansprakelijk. In deze situatie is de WA particulieren van toepassing. Een leerkracht kan alleen aansprakelijk worden gesteld indien er onvoldoende toezicht is uitgeoefend of wanneer er ongevallen gebeuren door nalatigheid van het personeel. Voorbeeld: een kind valt uit het wandrek, terwijl de leerkracht in de kleedkamer staat koffie te drinken. Om de aansprakelijkheidsrisico’s van leerkrachten en ander personeel onder werktijd te dekken, heeft de school een aansprakelijkheidsverzekering voor het personeel afgesloten. Wel is een extra clausule opgenomen voor stagiaires (leerlingen die buiten school stage lopen) en leerlingen die gastlessen volgen. Naast deze aansprakelijkheidsverzekering heeft de school ook een ongevallenverzekering voor leerlingen en personeelsleden. Deze ongevallenverzekering is een 24-uurs dekking met een SOS-nummer voor calamiteiten. De Oudervereniging betaalt het deel van de leerlingen uit de ouderbijdrage. Deze verzekering kent een dekking voor schade en kosten die ontstaan op de weg van huis naar school en op de terugweg van school naar huis, gedurende het verblijf op school, alsmede tijdens activiteiten buiten de school, mits in schoolverband en onder toezicht van school of tijdens de door de school georganiseerde reizen en evenementen buiten de gebouwen en terreinen van de school. Wordt er gereden met eigen auto, dan raden wij de bestuurders aan in het bezit te zijn van een autoverzekering met dekking voor inzittenden. Bagage tijdens schoolreisjes is niet verzekerd. Mocht er sprake zijn van verlies / diefstal van bagage, dan zijn de ouders of het personeelslid zelf aansprakelijk via hun WA-verzekering. Bij verlies / diefstal uit de auto met braakschade moeten de goederen worden geclaimd op de eigen inboedelverzekering van de eigenaar van de goederen. De braakschade moet geclaimd worden bij de eigen autoverzekering (e.e.a. afhankelijk van de verzekeringsvorm). Ten behoeve van de door de leerlingen gebruikte gehoorapparaten dienen ouders zelf een verzekering af te sluiten. 9.4 Klachtenregeling Het Mozaïek Als u een klacht hebt jegens uw kind of uzelf over de gang van zaken op school, dan kunt u die het best eerst melden aan de groepsleerkracht of de directeur. Als dat niet helpt, kunt u met het schoolbestuur praten. Bij veel besturen is er een vertrouwenspersoon die u hierbij kan ondersteunen. Veelal zal een klacht toch nog in onderling overleg kunnen worden opgelost. Lukt dit niet dan kunt u zich richten tot de klachtencommissie. Elk schoolbestuur is wettelijk verplicht ervoor te zorgen dat ouders / verzorgers (maar ook de personeelsleden) een klacht kunnen indienen bij een klachtencommissie. Een klachtencommissie bestaat uit tenminste drie leden waaronder de voorzitter die geen deel mag uitmaken van het schoolbestuur en ook niet bij dat bestuur werkzaam mag zijn. Een lid van het schoolbestuur of een personeelslid waarover wordt geklaagd, mag nooit deel uitmaken van de klachtencommissie die de klacht behandelt. Meestal is er sprake van een regionale of landelijke klachtencommissie maar het kan ook een commissie zijn die alleen voor dat schoolbestuur is ingesteld.
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
23
Scholen moeten in hun schoolgids aangeven bij welke commissie (met naam en adresgegevens) u een klacht kunt indienen en hoe de verdere procedure loopt. U hebt het recht de klacht zelf bij de commissie in te dienen zonder tussenkomst van de schoolleiding of het schoolbestuur. Het is niet verboden om direct naar de klachtencommissie te stappen, zonder dat de klacht eerst op school aan de orde is geweest. Als u dat doet, is het wel de bedoeling dat u het schoolbestuur daarover inlicht. Dat is niet alleen netjes, maar ook verstandig omdat u het schoolbestuur zo in staat stelt om uw klacht op te lossen. Bij de behandeling van een klacht kunt u zich door een persoon naar eigen keuze laten bijstaan. Zo kan de vertrouwenspersoon u bijstaan door voorlichting over de procedure of door u te helpen met het formuleren van uw klacht. Voor informatie over hoe u een klacht kunt indienen en over de gang van zaken daarna kunt u tevens bij (het secretariaat van) de klachtencommissie terecht of bij een van de landelijke ouderorganisaties. Bij het bericht van ontvangst van uw klacht door de klachtencommissie krijgt u deze informatie meestal al in de vorm van een reglement van deze commissie en een toelichting daarop. De meeste klachtencommissies hebben een website op het internet. Uw klacht wordt altijd vertrouwelijk behandeld, wel is het noodzakelijk dat ook degenen tot wie uw klacht zich richt, bijvoorbeeld de leerkracht of de schoolleiding, om een reactie wordt gevraagd en in de gelegenheid wordt gesteld om van zijn of haar kant te worden gehoord. U krijgt de gelegenheid om uw klacht voor de commissie toe te lichten. U wordt dan “gehoord”. Dat is voor ouders soms een (in)spannende zaak. U kunt zich daarbij echter ook laten bijstaan door iemand van uw keuze of bijvoorbeeld door de vertrouwenspersoon. De commissie zal na een bepaalde tijd aangeven of uw klacht (on)gegrond is. Binnen welke termijn dat moet gebeuren, staat in het reglement van de commissie. Als de klacht gegrond is, gaat de uitspraak meestal vergezeld van een advies aan het schoolbestuur hoe uw klacht opgelost kan worden en/of een herhaling in de toekomst kan worden voorkomen. Binnen vier weken na de datum van ontvangst van het advies moet het bestuur u melden of het zich kan vinden in de uitspraak en welke maatregelen het gaat nemen. Een uitspraak van een klachtencommissie is een advies aan het schoolbestuur. Dat heeft zijn voordelen en zijn nadelen. De adviesprocedure heeft het voordeel dat u als klager op een betrekkelijk snelle, gemakkelijke en goedkope wijze een uitspraak krijgt waarmee u en de school weer samen verder kunnen. Een nadeel is dat het om een eenmalige uitspraak gaat en dat deze niet wettelijk kan worden afgedwongen. Wilt u wel een bindende uitspraak, dan bent u op een procedure voor de rechter aangewezen. Klachten afwikkeling binnen Attendiz Stichting Attendiz heeft een klachtenregeling vastgesteld. Op grond hiervan kunnen ouders/verzorgers en leerlingen klachten indienen over gedragingen en beslissingen (of het nalaten daarvan) van het bestuur, directie en personeelsleden van de school. Als u een klacht heeft over het onderwijs, kunt u terecht bij de leerkracht of directeur. Heeft u klachten over ongewenste intimiteiten, pesten of discriminatie of bejegening, dan kunt u in eerste instantie terecht bij de schoolcontactpersoon of de directeur. Wanneer u vindt dat uw klacht onvoldoende behandeld is of wilt u een en ander buiten de school bespreken, dan kunt u contact opnemen met de externe vertrouwenspersoon, die door het bestuur benoemd is:
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
24
Mevrouw Mona Stuivenberg, telefoon: 06-13697407, e-mail:
[email protected]. Klachtenregeling op Het Mozaïek onderbouw Meestal is er sprake van een regionale of landelijke klachtencommissie, maar het kan ook een commissie zijn die alleen voor dat schoolbestuur is ingesteld. Stichting Attendiz is aangesloten bij: Landelijke Klachtencommissie van de VBS. Postbus 95572, 2509 CN Den Haag. Telefoonnummer: 070-3315215 Seksuele intimidatie Behandeling van klachten over seksuele intimidatie kan ook een taak van de klachtencommissie zijn. Als het echter om (het vermoeden van) een zedenmisdrijf gaat begaan door een aan de school verbonden volwassene ten opzichte van een leerling, moet het schoolbestuur na overleg met de vertrouwensinspecteur aangifte doen bij de politie. In de wet staat: "Onder ongewenste intimiteiten wordt verstaan: ongewenste seksueel getinte aandacht, ontstaan door niet onbaatzuchtig gedrag van de aangeklaagde, binnen of in samenhang met de onderwijssituatie, tot uiting komend in zowel opzettelijk als onopzettelijk verbaal, fysiek of andere non-verbaal gedrag, dat tot gevolg heeft dat: • Een onaangename, bedreigende of vijandige werk- of studieomgeving wordt gecreëerd; • Een verstoring van de arbeids- of studieprestatie optreedt voor degene die het gedrag ondergaat; • Degene die het gedrag ondergaat wordt gehinderd of benadeeld in het volledige en gelijke genot van arbeids- en onderwijsvoorzieningen; • Het volledige en gelijke genot van arbeids- of onderwijsvoorzieningen van voorwaarden afhankelijk worden gesteld." Het gaat om zowel heterofiel als homofiel geaarde ongewenste intimiteiten tussen leerkrachten en kinderen en tussen kinderen onderling. Voor klachten betreffende seksuele intimidatie heeft Het Mozaïek een contactpersoon aangesteld. Dit is mevrouw Grietje Faber (schoolmaatschappelijk deskundige). Haar hoofdtaak is het onder de aandacht brengen en houden van de klachtenregeling en het begeleiden van klagers. Alleen indien een leerling of de ouders geen goede vertrouwensrelatie hebben met de contactpersoon, kunnen zij ervoor kiezen om rechtstreeks met een klacht naar de bovenschoolse vertrouwenspersoon te gaan. In dit geval kunt u het best contact opnemen met de sectordirecteur van onze schoolorganisatie. Dit is de heer Chiel Daanen. Rol van de inspectie De inspectie verwijst de meeste klachtmeldingen door naar de klachtencommissie van de school. Als het gaat om ernstige klachtmeldingen of om klachtmeldingen waarbij wettelijke voorschriften in het geding zijn, kan de inspectie een onderzoek instellen. Klachten over seksuele intimidatie en misbruik kunnen rechtstreeks bij de inspectie worden gemeld. Voor behandeling daarvan zijn bij de inspectie vertrouwensinspecteurs aangewezen.
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
25
Bij de Inspectie van het Onderwijs werkt een klein team van vertrouwensinspecteurs. Ouders, leerlingen, docenten, directies en besturen kunnen de vertrouwensinspecteur benaderen wanneer zich in of rond de school problemen voordoen op het gebied van: • seksuele intimidatie en seksueel misbruik; • lichamelijk geweld; • grove pesterijen; • extremisme en radicalisering. Wanneer legt u een klacht voor? Ernstige klachten die vallen onder één van de bovenstaande categorieën en die ondanks alle pogingen niet opgelost lijken te worden, kunnen voorgelegd worden aan een vertrouwensinspecteur. Uiteraard gaat de vertrouwensinspecteur ervan uit dat de klacht die gemeld wordt, in eerste instantie is voorgelegd aan de directie en eventueel het bestuur van de school. Als in dat traject geen oplossing gevonden is, komt de vertrouwensinspecteur in beeld. Deze zal adviseren en informeren. Zo nodig kan de vertrouwensinspecteur ook begeleiden in het traject naar het indienen van een formele klacht of het doen van aangifte. Overlegplicht Als het vermoeden bestaat dat sprake is van seksueel misbruik, dan is het bestuur verplicht om in overleg te treden met de vertrouwensinspecteur. Deze overlegplicht ontstaat op het moment dat het bestuur op de hoogte is van het vermoeden dat een personeelslid zich schuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit tegen de zeden. Dat betreft overigens niet alleen personeelsleden, maar ook personen die taken uitvoeren in of voor de school. In het overleg tussen bestuur en vertrouwensinspecteur gaan de gesprekspartners na of het vermoeden redelijk is en als de vertrouwensinspecteur dat heeft vastgesteld, zal het bestuur het traject naar het doen van aangifte ingaan. Taken en bevoegdheden De taken en bevoegdheden van de vertrouwensinspecteurs zijn omschreven in de onderwijswetten. De gesprekken die gevoerd worden, zijn vertrouwelijk. Anonieme klachten worden niet behandeld. Contact De vertrouwensinspecteur is tijdens kantooruren bereikbaar op 0900-1113111 (lokaal tarief). Inspectie van het onderwijs
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs: 0800-8051 Klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld: meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900-111 3 111. Schoolvertrouwenspersoon voor de leerlingen De taak van schoolvertrouwenspersoon van Het Mozaïek ligt bij Grietje Faber, die als schoolmaatschappelijk deskundige bij ons werkt. Wanneer gaat een leerling naar de schoolvertrouwenspersoon? Er zijn allerlei zaken waar de leerling op school of thuis problemen mee kan hebben. Op de eerste plaats wordt geadviseerd het probleem te bespreken met degene die het aangaat, bijvoorbeeld de ouders/verzorgers of de leerkracht. Soms wil of kan de
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
26
leerling dat niet. In dat geval kan er een afspraak gemaakt worden met de schoolvertrouwenspersoon. E-mailadres:
[email protected]. Schoolcontactpersonen De school heeft een schoolcontactpersoon aangewezen bij wie ouders/verzorgers en medewerkers terecht kunnen, als het gaat om persoonlijke dingen en/of situaties waarin iemand zich op school niet veilig voelt. Niet-veilige situaties ontstaan bij pesten, agressie, discriminatie en ongewenste intimiteiten. Zowel medewerkers als leerlingen kunnen deze dingen doen bij anderen, soms expres en soms niet als zodanig bedoeld. Ook als het niet met opzet is gebeurd, mag men het toch vertellen. Ouders/verzorgers en medewerkers kunnen bij problemen met dit soort zaken terecht bij Grietje Faber, Schoolmaatschappelijk deskundige van Het Mozaïek:
[email protected] 9.5 Klachtenregeling Jarabee Jeugdzorg is mensenwerk en onze medewerkers doen hun uiterste best om zo goed mogelijke hulp te verlenen. Toch kan het gebeuren dat cliënten ontevreden zijn over de aan hun geboden hulp. Het is belangrijk om hierover met ons in gesprek te gaan. Alleen dan kunnen we proberen tot een oplossing te komen. We adviseren onze cliënten om er eerst over te praten met een medewerker of de leidinggevende. Vaak kan dit al genoeg zijn om het probleem op te lossen. Als dat niet zo is, dan kunnen zij contact opnemen met de cliëntvertrouwenspersoon . Zij is onafhankelijk, luistert aandachtig naar het verhaal en zij ondersteunt bij het zoeken naar een oplossing. Naast de vertrouwenspersoon kan de cliënt zich ook laten bijstaan door een cliëntvertrouwenspersoon van het Advies- en Klachtenbureau Jeugdzorg (AKJ). Meer informatie hierover vindt u op de website www.akj.nl. Mocht de klacht nog steeds niet zijn weggenomen, dan is er de mogelijkheid om een officiële klacht in te dienen bij de gezamenlijke onafhankelijke klachtencommissie van de vier instellingen voor jeugdzorg in Overijssel. Jarabee heeft samen met Trias Jeugdhulp, Commujon en Bureau Jeugdzorg Overijssel een onafhankelijke klachtencommissie in Zwolle, die de klachten van de cliënten behandelt. Hoe gaat het verder, als een cliënt een klacht heeft ingediend bij de klachtencommissie? De commissie reageert binnen zeven dagen nadat de klacht is ontvangen. •
• •
De onafhankelijke klachtencommissie kan extra informatie opvragen bij de instelling, en daarna krijgt de cliënt bericht of de klacht in behandeling wordt genomen. Vervolgens praten zij met de cliënt (hij of zij mag altijd iemand meenemen) en ook (eventueel afzonderlijk) met degene(n) over wie de klacht is ingediend. Na zes weken reageert de onafhankelijke klachtencommissie met een conclusie en aanbevelingen naar de cliënt, en ook naar de Raad van Bestuur van Jarabee.
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
27
•
Jarabee moet dan na vier weken reageren, of er iets aan gedaan kan worden en zo ja: wat en hoe zij dat gaat doen.
De onafhankelijke klachtencommissie houdt een dossier bij over de klacht, en deze wordt ook bewaard in het dossier van de cliënt bij Jarabee. De cliëntvertrouwenspersoon kan de cliënt ondersteunen bij de contacten met de onafhankelijke klachtencommissie. Jarabee heeft ook een cliëntvertrouwenspersoon, Mona Stuivenberg. Meer informatie staat op de website van Jarabee. 9.6 Protocol en Meldcode Als school maken we gebruik van allerhande Protocollen. Zo ook een protocol “Vermoeden van huiselijk geweld, mishandeling, verwaarlozing, seksueel misbruik en loverboys”. Door in voorkomende gevallen dat protocol na te leven, voorkomen we fouten en kunnen we op een zorgvuldige manier omgaan met betreffende vermoedens. Het protocol ligt ter inzage bij ons secretariaat. Het komende schooljaar zal de Landelijke Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling hieraan worden toegevoegd. 9.7 Inzagerecht Op grond van de Wet Bescherming Persoonsgegevens hebben ouder of andere wettelijke vertegenwoordigers een aantal rechten m.b.t. over hun kind vastgelegde gegevens: - Het recht om te weten dat gegevens zijn vastgelegd - Het recht op inzage - Het recht op aanvulling, correctie en verwijdering - Het recht om te weten aan wie gegevens zijn verstrekt - Het recht op verstrekking van gecorrigeerde gegevens aan derden - Het recht op beroep - Overige rechten (schadevergoeding, rechterlijk verbod, onderzoek door het College Bescherming Persoonsgegevens) Als u het dossier van uw kind wenst in te zien, kunt u een afspraak maken om dat op school te doen. Er zal dan iemand aanwezig zijn om waar nodig uitleg te geven en vragen te beantwoorden. U kunt dan ook desgewenst aangeven van welke dossierstukken u graag kopieën wilt hebben. Regels en overwegingen m.b.t. kopiëren zijn vastgelegd in een infoblad dat u op verzoek overhandigd/toegestuurd. 9.8 Regels m.b.t. privacy Informatie over kinderen wordt niet zonder toestemming van de ouders aan derden verstrekt. Medewerkers en stagiaires hebben een geheimhoudingsplicht. Stagiaires krijgen alleen inzage in het dossier als dit relevant is in verband met hun stage (onderzoek, behandeling onder supervisie). Foto’s en video-opnamen zijn alleen voor intern gebruik. In geval van extern gebruik (bijvoorbeeld voor onderwijs of publicatie) wordt altijd toestemming aan ouders/verzorgers gevraagd. Dit geldt ook voor geanonimiseerde dossiergegevens.
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
28
10.
Resultaten en uitstroom
Per kind wordt gedurende 3 jaar na uitstroom van Het Mozaïek onderbouw onderzocht of het advies van de CVB over de vervolgschool passend is geweest. Uitstroomgegevens Onderwijs-Zorgklas ‘De Regenboog’ in aantal leerlingen Navraag 2012-2013 (na 1 jaar)
2011-2012 Regulier Basisonderwijs School voor speciaal basisonderwijs SO cluster IV (gedragsstoornissen)
SO cluster IV (psychiatrische stoornissen) SO cluster II (spraak/taal, communicatie)
SO cluster III (zeer moeilijk lerende kinderen)
SO cluster lll (langdurig zieke kinderen)
Totaal Percentage Conclusie:
Totale uitstroom 0 0%
Passend
Niet passend
Navraag 2013-2014 (na 2 jaar) Aantal gevolgde leerlingen
Passend
Niet passend
Navraag 2014-2015 (na 3 jaar) Aantal gevolgde leerlingen
Passend
5 83,3% 1 16,7% 0 0% 0 0% 0 0% 0 0% 6 100%
Schoolgids onderwijs-zorgklas De Regenboog – 2012-2013
29
Niet passend