TRANS
Nummer 2 • oktober 2012
DEN HAAG TRANSMURAAL
VOOR PROFESSIONALS IN DE ZORG
GEHANDICAPTENZORG Bezuinigingen zijn ingrijpend
Interview lectoren Haagse Hogeschool
NETWERKTHEMA: DICHTER BIJ EEN PATIËNT/CLIËNT
HAAGSE WIJK- EN WOONZORG Wijkzorg dichter bij cliënt
IN DIT NUMMER 10 NETWERKTHEMA: Dichter bij een patiënt/cliënt 6
18
Lectoren Haagse Hogeschool: Naar een nieuwe visie op zorg
10
Nieuwe vragen in het Multi Disciplinair Overleg Hoe cliënt en mantelzorger meer te vertellen krijgen
11
Wijkzorg dichter bij cliënt én netwerk
‘Er zit een groot sociaal aspect aan ons werk’
15
Regionale samenwerking succesvol Cardia breidt zorg- en dienstverlening uit
18
Geriatrische revalidatiezorg bij WZH
Meer bereiken door samenwerking en specialisatie
20
Snel revalideren en weer naar huis
Hans Hoogenberk wil weer het zwembad in
21
21
Florence omarmt de Presentie-benadering Cliënten écht leren kennen
24
Behandeladviescentrum Ouderengeneeskunde Bronovo ‘Alles wordt heel duidelijk uitgelegd’
26
Mensen met een handicap nog afhankelijker van hun netwerk Bezuinigingen gehandicaptenzorg zijn ingrijpend
27
Respijtzorg
Geef de mantelzorger even vrijaf
28
Nieuw in de regio
MCH opent medisch psychiatrische unit TRANS 2
27
Ondertussen op het web
9
Het netwerkgevoel van …
12
Vraag & antwoord
14
Het verhaal van …
16
Wij werken samen
22
Colofon
30 31 32
www.zoenenenzo.nl
Ilse Brummelhuis: ‘Samenwerking maakt een netwerk sterk’ Helpdesk palliatieve zorg
22
Kim Moelands: ‘Ik heb mijn leven terug’ Alex Reede, Stichting Eykenburg: ‘Netwerken is goed afstemmen’
RUBRIEKEN 12
Personalia Actueel in het netwerk
4 4
Berichten uit de Stichting Column: Smeets en Joling Tweets
MIA VAN LEEUWEN Die ene goeie vraag In mijn hart ben ik zorgverlener. Als basisarts was ik begonnen aan een specialisatie interne geneeskunde, toen ik toevallig in een meer beleidsmatige functie terechtkwam. Die beleidsmatige kant liet me niet meer los, net zoals die ene prangende vraag waar het allemaal om draait: hoe kun je de zorg zo inrichten dat je mensen zo goed mogelijk helpt? Elke zorgverlener wil dat, of hij nu in het ziekenhuis werkt, een verpleeg- of verzorgingshuis, een ggzinstelling of iemand thuis verzorgt. En de Stichting werkt aan die zelfde doelstelling, door de samenwerking en samenhang tussen zorgverleners te bevorderen. In de thema-artikelen van dit nummer lees ik hoe zorgverleners dicht tegen hun cliënt aankruipen: hoe ze hun best doen om erachter te komen wat iemand werkelijk wil. Zorg is tweerichtingsverkeer. Wil iemand liever thuis blijven wonen, ook als het slechter gaat? Is het nodig dat iemand weer trap kan lopen of wil hij liever trainen op gewoon lopen, zodat hij weer zelf de krant uit de brievenbus kan halen? Wil iemand een behandeling eigenlijk wel? Een zorgvrager bepaalt samen met de zorgverlener het doel van de de zorg. Wij weten wel wat goed voor u is: deze houding is zó achterhaald! Verderop leest u hoe zorgverleners met hun hart werken en zich verbinden met hun patiënt. Is dat soft - of doelmatig? Dàt is de juiste vraag. In het hoofdartikel spreken de zorglectoren van de Haagse Hogeschool vanuit hun expertise over een nieuwe visie op de zorg. Maar kijk ook naar de zorgverleners zelf. De meesten zijn niet van de visie maar van het doen. En als je kijkt naar wat ze doen en hoe ze dat doen, dan spreekt daar visie uit. En dat raakt me, altijd weer! n
TRANS 3
ACTUEEL IN HET NETWERK
Personalia De heer ir. Joop van Oosten is per 1 september 2012 de nieuwe voorzitter van de Raad van Toezicht van het HagaZiekenhuis. Hij volgt mr. Nico Schipper op. In zijn actieve loopbaan vervulde de heer Van Oosten vanaf 1976 uiteenlopende functies bij de Koninklijke BAM Groep. Hij nam daar eind 2010 afscheid als voorzitter van de Raad van Bestuur.
Sophia Revalidatie: nieuwe
Foto: Elan Prieto
afdeling MC&F
Sinds 1 september heeft Sophia Revalidatie een afdeling Marketing, Communicatie & Fondsenwerving (MC&F). Daarin zijn bestaande communicatiefuncties ondergebracht. De afdeling bestaat uit vijf mensen. Van boven naar beneden: Dorien Korsten, senior adviseur MC&F; Joyce Overgaag, communicatiemedewerker; Betsy Nieuwhof, patiëntenvoorlichter; Kiki Bogaards, secretaresse. Op de foto ontbreekt Martijn Stoker, AV-medewerker. Naast de reguliere communicatiemiddelen en –activiteiten ontwikkelt de afdeling een samenhangende marketing-, communicatie- en fondsenwervingstrategie, waarmee zij aan de weg gaan timmeren. Houd het nieuws goed in de gaten!
TRANS 4
RCWEST krijgt een 8,5 voor patiënttevredenheid In de visie van RCWEST, het samenwerkingsverband van het MCH, het Bronovo Ziekenhuis, ’t Lange Land ziekenhuis en het HagaZiekenhuis op het gebied van radiotherapie, staat de patiënt centraal. Minstens een keer per drie jaar vindt er een patiënttevredenheidsonderzoek plaats. Begin 2012 was er een onderzoek onder patiënten die palliatief bestraald worden (patiënten met kanker die niet meer te genezen zijn en klachten hebben). 108 Patiënten vulden een lijst in met vragen over reistijd, wijze van vervoer, indicatie voor bestraling, tevredenheid over uitleg over de bestraling, wachttijd tot de eerste bestraling en bekendheid met het aanspreekpunt voor patiënt en familie. Het overall cijfer dat RCWEST krijgt, is een 8,5. Het onderzoek bracht twee verbeterpunten aan het licht: de parkeerdruk bij MCH Westeinde en de wachttijd tot de eerste bestraling. Inmiddels heeft MCH Westeinde vier parkeerplaatsen beschikbaar voor patiënten van de afdeling radiotherapie. Er wordt nog gewerkt aan mogelijkheden de wachttijd tot de eerste bestraling te bekorten.
Saffier De Residentiegroep liep Vierdaagse Een groep medewerkers en vrijwilligers van diverse locaties van Saffier De Residentiegroep heeft deze zomer de Vierdaagse van Nijmegen gelopen. Dit om sponsorgeld bijeen te brengen voor een mooi evenement voor bewoners van alle locaties. Een kleine 3000 kilometer hebben ze met elkaar afgelegd en op 20 juli was het feestelijk onthaal op de Via Gladiola in Nijmegen. Uiteraard werden ze verwelkomd met gladiolen en een hartelijk applaus. Het sponsorevenement vond op 25 september plaats: een fantastische middag in de Broodfabriek, waar Gregor Bak een muzikaal programma verzorgde. Een muzikaal evene-
25 November: winterwandeltocht ‘Bewegen tegen kanker’ Op zondag 25 november tussen 12.00 en 16.00 uur organiseert het MCH een wandeltocht om geld in te zamelen voor Bewegen tegen kanker. De wandeling is ruim 7,5 km (ongeveer 1½ uur lopen) en vindt plaats in Leidschendam, in de omgeving van MCH Antoniushove. www.bewegentegenkanker.nl
ACTUEEL IN HET NETWERK Minister Schippers opent Spoedplein HagaZiekenhuis
Foto: Saffier De Residentiegroep
De overheid hevelt een deel van de AWBZ-zorg over naar de gemeentelijke WMO. Hierdoor krijgt onder andere de gehandicaptenzorg te maken met andere contractanten. Om hen en iedereen die met de gehandicaptenzorg te maken heeft of krijgt inzicht te geven in het werk van zorgaanbieders in de gehandicaptenzorg, heeft de Gemiva-SVG Groep een boekje uitgegeven. Hierin staan 24 verhalen over de dagelijkse praktijk van de zorg voor mensen met een verstandelijke handicap, een lichamelijke beperking of niet-aangeboren hersenletsel. Dit boekje is gratis te bestellen via www.gemiva-svg.nl/wmo
ment dat fysiek voor iedereen toegankelijk is gemaakt. Door de inzet van rolstoelbussen, ligtaxi’s en uiteraard touringcars kon iedereen die daar zin in had, een middagje uit!
Foto: Hans Oostrum Fotografie
De Ruiten van Penrose
Demissionair minister Edith Schippers van VWS opende op dinsdag 4 september 2012 het nieuwe Spoedplein van het HagaZiekenhuis aan de Leyweg in Den Haag. Dit is een belangrijke mijlpaal in de vernieuwing van het ziekenhuis. In het Spoedplein bevinden zich alle vormen van acute zorg onder één dak. Het herbergt de grootste en modernste Spoedeisende Hulp van de regio, een HuisArtsenPost, een SpoedApotheek en er is een directe verbinding met de Acute Opname en Diagnostiek Afdeling. De meerwaarde van de samenwerking tussen de Spoedeisende Hulp en de HuisArtsenPost is dat de patiënt na beoordeling van de klacht direct bij de juiste behandelaar terechtkomt. Dit punt was een belangrijke reden voor de zorgverzekeraars om de realisatie van het Spoedplein te ondersteunen. Lenny Delsasso, 1e inkoper Huisartsenposten bij CZ: ‘Veel mensen gaan naar de spoedeisende hulp terwijl een huisarts prima zou kunnen helpen. Als men dit blijft doen, wordt nu op het Spoedplein alsnog de afweging gemaakt of iemand echt spoedeisende hulp in het ziekenhuis nodig heeft of dat een huisarts de patiënt kan helpen. Dit zorgt voor een kostenbesparing.’ Roger van Boxtel, bestuursvoorzitter Menzis, zegt over het Spoedplein: ‘De concentratie van verschillende soorten acute zorg moet leiden tot betere en meer betaalbare zorg voor de patiënt.’
TRANS 5
V.l.n.r.: dr. Frans Hoogeveen, drs. Arend de Kloet, dr. Deirdre Beneken genaamd Kolmer
TRANS 6
Foto: Paul Voorham
INTERVIEW
INTERVIEW NeTWeRkTHeMA
Dichter bij een patiënt/cliënt
Naar een nieuwe visie op zorg Nederland vergrijst snel en dat werkt op allerlei vlakken door: de kosten voor de gezondheidszorg blijven stijgen, de mantelzorg komt steeds meer onder druk, de gezondheidszorg en andere werkgevers krijgen te maken met een krappe arbeidsmarkt. Dit zijn slechts enkele voorbeelden. Rond 2020 zijn de babyboomers 65+ en kan de samenleving rekenen op een toevloed aan ouderdomsproblematiek. Hoe kunnen bestaande en eventueel nieuwe netwerken hierop een antwoord bieden? In gesprek met de drie lectoren van het cluster Kwaliteit van leven, van de Haagse Hogeschool.
MARIEKE KEUR, TRANS
Dementie Dr. Frans Hoogeveen is lector psychogeriatrie. Zijn onderzoeksveld is dementie. Hij schetst de omvang van de te verwachten problematiek: ‘Rond 2030 is een half miljoen Nederlanders dement. Van hen worden slechts 80.000 intramuraal opgevangen. De overige 420.000 wonen thuis. Stel je eens voor wat dat betekent. Je zult allerlei nieuwe zorgvormen moeten ontwikkelen om dit gegeven op te vangen en nieuwe samenwerkingsverbanden aan moeten gaan met allerlei zorgverleners. De mantelzorg is en blijft hierin heel erg belangrijk.’
Mantelzorg Lector Mantelzorg dr. Deirdre Beneken genaamd Kolmer plaatst mantelzorg in een historisch kader. ‘De professionalisering van de zorg vindt plaats in de twintigste eeuw. Toen is de verzorgingsstaat ontstaan. Maar mantelzorgers zijn er altijd geweest en zullen ook altijd blijven. Zij zijn de schroef door de gezondheidszorg: niet alleen door hun hoge economische waarde, maar ook door hun menselijke waarde. Nederland telt op dit moment 3,4 miljoen mantelzorgers. Kenmerkend voor mantelzorg is de soci-
ale relatie. “Toen hij ziek werd, werden we eigenlijk samen ziek”, hoorde ik een mantelzorger eens zeggen. Oog hebben voor de relatie tussen zorgvrager en mantelzorger kan niet langer uitblijven in de gezondheidszorg waar op dit moment een individuele benadering overheerst. Ik maak me zorgen om mensen tussen de 45 en 60 jaar die werken, hun kinderen opvoeden, actief zijn in wijk en die onverwachts langdurige zorg moeten geven aan een of meerdere ernstig zieke ouders. Zij lopen - als we het niet rechtvaardig regelen - risico op overbelasting, wat hun leven zowel privé als op het werk niet ten goede komt.’
Niet-aangeboren hersenletsel De derde lector die is aangeschoven, is drs. Arend de Kloet – lector Revalidatie: ‘meedoen met beperkingen’. Hij richt zich op het verbeteren van sociaal en maatschappelijk participeren van mensen met een fysieke beperking of chronische aandoening. Ook deze groep groeit onder invloed van de vergrijzing. Zo onderzoekt zijn lectoraat welke factoren succesvolle toeleiding naar de arbeidsmarkt bepalen  TRANS 7
NeTWeRkTHeMA
INTERVIEW voor mensen met niet-aangeboren hersenletsel (naH), mensen die een beroerte hebben gehad of hersenletsel hebben opgelopen na een ongeluk. In het vorige kabinet heeft staatssecretaris De Krom de wet ‘Werken naar vermogen’ voorgelegd aan de Tweede Kamer. Zoveel mogelijk mensen moeten ondanks hun beperkingen gaan werken om de krapte op de arbeidsmarkt op te vangen en om zo min mogelijk een beroep te doen op uitkeringen. Arend de Kloet beziet deze ontwikkeling met gemengde gevoelens: ‘Het is goed om mensen te prikkelen te gaan werken naar vermogen, zich te ont-
We zijn de verzorgingsstaat voorbij wikkelen dankzij werk, en maatschappelijke verantwoordelijkheid en waardering te geven. Je moet ze echter wel goed op hun kwaliteiten (‘naar vermogen’) inzetten en ondersteunen onderweg naar en in het werk. Kwaliteit en duur van die begeleiding bepalen succes. De uitvoering van de nieuwe wet wordt nu bij de gemeente neergelegd, die aanzienlijk minder budget krijgt om dit alles uit te voeren. Dat baart me zorgen.’
Werkgevers Arend de Kloet signaleert sterke betrokkenheid onder werkgevers. ‘Werkgevers willen echt wel mensen met een beperking in dienst nemen, maar je moet het niet aan hen opleggen. Maatschappelijk verantwoord ondernemen krijgt zo concreet vorm. Het is belangrijk dat je als overheid of jobcoach geen valse verwachtingen wekt, werkgevers een sleutelrol geeft en afspraken nakomt. Bovendien gaan ook zij op termijn de krapte op de arbeidsmarkt voelen en hebben ze die werkkracht gewoon nodig.’
Foto: Paul Voorham
Solidariteit
Eén op de vier studenten is mantelzorger
TRANS 8
Hoewel de cijfers een vrij somber beeld schetsen, zijn de lectoren optimistisch over de toekomst. Alle drie wijzen ze op de oude, historische waarde van solidariteit tussen de generaties die in onze geïndividualiseerde samenleving vlak onder de oppervlakte ligt. ‘Je kunt die zo aanprikken’, zegt Frans Hoogeveen: ‘In ieder mens is empathisch vermogen in meer of mindere mate aanwezig: de neiging om een ander in nood te helpen, bij te staan. Dat gevoel kun je aanboren. In het onderwijs proberen wij de studenten emotioneel te raken. Wij dragen kennis over via de emotie. Studenten die onze vakgebieden kiezen, zijn van zichzelf al empathisch.’ – ‘Uit Rotterdams onderzoek blijkt dat één op de vier studenten mantelzorger is,’ vervolgt Deirdre. ‘Als ik aan studenten vraag waarom ze voor een zorgstudie kiezen, krijg ik bijna altijd het antwoord: “Ik wil iets voor een ander betekenen.” Solidariteit is nog steeds
ONDERTUSSEN OP HET WEB sterk aanwezig in onze samenleving. Het is een uitdaging om dat gevoel niet kwijt te raken.’
Rechtvaardige zorg De rode draad in het lectoraat Mantelzorg is ‘Care Justitia’: een weegschaal met drie schalen die symbool staat voor wederkerigheid en het zoeken naar een nieuwe balans tussen: zorgvragers, mantelzorgers en beroepskrachten. Deirdre: ‘We zijn de verzorgingsstaat voorbij en hebben een nieuwe visie op zorg nodig. De snel voortschrijdende vergrijzing drukt ons met de neus op de feiten. Een nieuwe en eerlijke verdeling van zorg, daar moeten we naar streven. Dat is in het belang van de samenleving. Ik noem dat ook Geef wel een mensgerichte bewerkgevers nadering. In die benadering ontmoeten een zorgvrager, mantelzorger en beroepskracht elkaar. sleutelrol Verzakelijking bedreigt het interpersoonlijke in de zorg en verstoort het evenwicht tussen betrokkenen. Wie zorg alleen nog definieert als producten en zorgminuten, ziet de zorgvrager niet meer als partner in de relatie. Dat doodt relaties en medemenselijkheid. In mijn lectoraat zoek ik naar inzichten en manieren gericht op die rechtvaardige verdeling.’
Demente studenten Hoe kunnen we tot nieuwe zorgconcepten komen? Deirdre: ’Ik vind dat we meer oog voor het verleden moeten hebben en voor wat we met elkaar hebben opgebouwd. Iets afbreken is eenvoudig, maar iets opbouwen is veel complexer. Continuïteit is zo belangrijk! De wijkverpleegkundige is nu terug van wegge-
weest. We hadden haar beter kunnen behouden zodat het samenspel tussen zorgvrager, mantelzorger en beroepskracht als vanzelf was ontstaan. Dat had veel kosten bespaard die in het kader van ‘mantelzorgondersteuning’ zijn gemaakt. Innovatie moet niet worden bepaald door de waan van de dag of een beleidsplan voor een korte periode.’ Arend de Kloet: ‘Ik zie het als mijn opdracht om vanuit de hogeschool “meedoen” van mensen met een beperking in sociaal en maatschappelijk opzicht te stimuleren, participatiemodellen te ontwerpen en te onderzoeken hoe gerichte interventies succesvolle deelname kunnen bevorderen. Met docenten en studenten samen, sterk gericht op directe toepassingen in de revalidatie. Ook zetten wij in op samenwerking tussen zorgaanbieders, regionaal en landelijk.’ Frans Hoogeveen: ‘We moeten meer oog krijgen voor onze oudere medemens. Vanuit de persoonlijke ervaring kun je mensen raken en dat kan leiden tot een gedragsverandering en nieuwe ideeën. Een mooi voorbeeld vind ik de Inleeftweedaagse. Dit is een Vlaams project dat navolging verdient: studenten en professionals worden twee dagen “dement” gemaakt: bijvoorbeeld slechtziend, slechthorend en incontinent. Ze verblijven in een ruimte met veel lawaai en andere mensen, en krijgen geen zinvolle activiteiten te doen. Zo krijgen ze veel meer gevoel voor wat het is om dement te zijn. Vanuit dat gevoel kun je dingen gaan veranderen.’ n
www.zoenenenzo.nl Dit is een mooi vormgegeven website voor jongeren met beperkingen over alles wat met intimiteit en seksualiteit te maken heeft. Zo is er informatie te vinden over verliefd zijn, versieren, seks met jezelf en seks met een ander, seks als je een beperking hebt, voorbehoedsmiddelen en hulpmiddelen bij de seks. Verder is er goede uitleg over de menstruatiecyclus, vruchtbaarheid en het maagdenvlies. En er is aandacht voor homoseksualiteit en voor ervaringen met seksueel misbruik. Kortom, een hele complete site. Een aanrader voor jongeren die meer willen weten over seks of die een steuntje in de rug nodig hebben om de stoute schoenen aan te trekken. De site heeft een positieve en respectvolle toon en kunnen ze met een gerust hart aan hun ouders laten zien (of niet natuurlijk)!
TRANS 9
NeTWeRkTHeMA
Nieuwe vragen in het Multi Disciplinair Overleg
Hoe cliënt en mantelzorger meer te vertellen krijgen Elke cliënt die bij Respect Zorggroep Scheveningen komt wonen, heeft zijn eigen wensen en behoeften ten aanzien van zorg en welzijn. De EVV’er (Eerst Verantwoordelijk Verzorgende) bespreekt die met de cliënt en/of zijn mantelzorger. In het zogenaamde Multi Disciplinair Overleg (MDO) worden de afspraken definitief vastgelegd in het zorgleefplan. Zo proberen we iemands verblijf bij ons zo aangenaam mogelijk te maken.
PETER MEIJER, RESPECT ZORGGROEP SCHEVENINGEN Vragende benadering
Natuurlijk waren we niet blij met deze uitkomst. Daarom leggen we nu tijdens of voor het MDO de cliënt en zijn vertegenwoordiger(s) een aantal nieuwe vragen voor. Bijvoorbeeld: 1) Hebt u ergens ongenoegen over t.a.v. uw zorg en behandeling in de afgelopen periode? Als een cliënt zich erg zorgen maakt over zijn gezondheid: 2) Hebt u zorgen aangaande uw gezondheid, de zorgverlening en behandeling nu of naar de toekomst toe? 3) Zijn er zaken die u graag aan ons wilt vertellen, omdat u ze van belang vindt voor uw zorg en behandeling? 4) Zijn er zaken aangaande uw zorg waarover u nader geïnformeerd wilt worden? 5) Hebt u nog andere vragen aan ons? 6) Wij hebben alle aspecten over uw persoonlijke zorg en behandeling op basis van uw wensen en voorkeuren onderling afgestemd en in uw zorgleefplan vastgelegd. Wilt u dit lezen en aangeven of u het hiermee eens bent? 7) Het beleid van de Respect Zorggroep Scheveningen is om familie en mantelzorgers zoveel mogelijk te betrekken bij de zorg voor een cliënt. Bent u als familie voldoende betrokken tot nu toe bij invulling van de zorg en dienstverlening? TRANS 10
Een mantelzorger aan het woord tijdens een MDO
Eigen observaties toetsen Deze nieuwe, vragende benadering dwingt de hulpverleners de juistheid van hun interpretaties te toetsen. Het zorgleefplan is nl. niet alleen gebaseerd op gesprekken met een cliënt en zijn vertegenwoordigers, maar ook op persoonlijke observaties. Op deze manier wordt verborgen projectie gecorrigeerd en het gesprek over en weer bevorderd. De eerste resultaten met deze werkwijze zijn bemoedigend. n
www.rzgs.nl
Foto: Ronald van Erkel
Uit recent onderzoek blijkt echter dat cliënten en mantelzorgers zich tot dan toe onvoldoende gehoord voelden. Ze ervoeren de communicatie als eenrichtingsverkeer, waarin de cliënt geïnformeerd werd en verder nauwelijks iets in te brengen had.
NeTWeRkTHeMA
Wijkzorg dichter bij cliënt én netwerk
‘Er zit een groot sociaal aspect aan ons werk’
NOËL HOUBEN, TEKSTSCHRIJVER HAAGSE WIJK- EN WOONZORG
V.l.n.r. Paula Ruiterman, Silvia Vink en Henny Groenewolt
Foto: Eva Collette
Kleinschalig en dicht bij de cliënt werken, daarom draait het bij Thuis in de Wijk van Haagse Wijken WoonZorg. Het wijkzorgteam Heester- en Vruchtenbuurt werkt nu een jaar op deze manier. Volgens wijkverpleegkundigen Paula Ruiterman en Henny Groenewolt maakt het de samenwerking met het netwerk rondom de cliënt makkelijker.
Alle gezichten kennen Binnen Thuis in de Wijk organiseren kleinschalige teams van verpleegkundigen en verzorgenden het werk in “hun” wijk grotendeels zelf. Ook worden de contacten met huisartsen, ouderenconsulenten en andere zorgverleners in de wijk aangehaald. ‘Ik ken nu alle cliënten van gezicht, ook degenen die geen verpleegkundige zorg maar alleen persoonlijke verzorging nodig hebben’, vertelt Henny. ‘Als een wijkverzorgende druk is, springen we als verpleegkundigen van het team namelijk bij. En we doen ook de intake van nieuwe cliënten zelf.’
Vraagbaak voor mantelzorger Doordat de medewerkers van het team Heester- en Vruchtenbuurt nu dichter bij de cliënt werken, hebben ze nog
beter zicht op het netwerk eromheen. Sommige cliënten hebben geen mantelzorgers. Bijvoorbeeld omdat kinderen ver weg wonen’, vertelt Paula. ‘Vaak zijn er veel problemen en zijn er dus de nodige professionals bij betrokken.’ De samenwerking met andere zorgverleners verloopt prima. ‘Er is eens in de zes weken overleg over de cliënt. Dan stemmen we de zorg onderling af. Als de fysio om 10 uur ‘s ochtends bij de cliënt komt, zorgen wij dat we dan klaar zijn met de verzorging. We schakelen ook andere zorgverleners in. Denk aan het maatschappelijk werk als er problemen op sociaal gebied zijn. Of we stemmen de wondverzorging van de cliënt af met de wondverpleegkundige in het ziekenhuis.’
Voor mantelzorgers vervullen de wijkverpleegkundigen vaak een belangrijke rol als vraagbaak, weet Henny. ‘Daar maak ik altijd even tijd voor. Er zit een groot sociaal aspect aan ons werk.’
Verdiepen Tussen half oktober en begin november verhuist het team naar een centraal gelegen locatie in de wijk, aan de Laan van Meerdervoort. ‘Cliënten en mantelzorgers kunnen dan ’s middags bij het team langskomen voor informatie en om zorg te regelen’, vertelt wijkzorgmanager Silvia Vink. ‘We zullen dan ook de contacten met collega-zorgverleners in de wijk verder verdiepen.’ n
www.invoorzorg.nl, zoeken op HWW Zorg
TRANS 11
HET NETWERKGEVOEL VAN...
Ilse Brummelhuis,
‘Samenwerk Ilse is al zes-en-een-half jaar netwerkcoördinator van het Netwerk palliatieve zorg. Haar loopbaan is een reis langs diverse zorgsectoren. Zij was wijkverpleegkundige, transferverpleegkundige in het ziekenhuis en projectmanager hospice in een verpleeghuis, en nu gaat zij de uitdaging aan om het Netwerk palliatieve zorg verder vorm te geven.
MONIQUE BERGSMA, STICHTING TRANSMURALE ZORG DEN HAAG E.O. Helpdesk palliatieve zorg
Foto’s: Paul Voorham
Het netwerk bestaat uit 22 organisaties die kennis uitwisselen over palliatieve zorg en is daarmee van de grootste netwerken palliatieve zorg in Nederland. ‘Het is de samenwerking die het netwerk sterk maakt’, volgens
TRANS 12
HET NETWERKGEVOEL VAN...
coördinator Netwerk palliatieve zorg:
ing maakt een netwerk sterk’ Ilse. ‘De palliatieve patiënt heeft met veel transfers te maken. Dat betekent dat organisaties goed moeten samenwerken.’ De goede samenwerking in het netwerk heeft de regio veel verschillende samenwerkingsverbanden opgeleverd die een waardevolle bijdrage leveren aan de regionale patiëntenzorg. Zo is de Helpdesk palliatieve zorg een initiatief van het netwerk (zie ook blz. 14, voor een interview met een van de medewerkers). Het bestaat uit zorgverleners uit het netwerk, die 24 uur per dag 7 dagen per week te consulteren zijn. De helpdesk is de spil in het netwerk, alle vragen over palliatieve zorg komen daar binnen. Zo heeft dit netwerk de palliatieve zorg in de Haagse regio op een hoog peil gebracht.
Veel activiteiten Toen Ilse nog zorgverlener was, kende ze het netwerk van de netwerkbijeenkomsten. Die zijn er nog steeds. Ilse: ‘Twee keer per jaar komen veel zorgverleners met elkaar discus-
siëren over een palliatief thema. De volgende bijeenkomst op 11 december a.s. is bedoeld voor specialisten - in het bijzonder de specialisten ouderengeneeskunde. Het thema is: Hoe voer je een goed gesprek over de dood? De bijeenkomsten worden altijd goed bezocht. Ook de vrijwilligers zijn welkom en benutten deze kans om kennis op te doen en collega’s te ontmoeten. De scholingen die het netwerk organiseert, zijn ook erg populair en worden gevolgd door alle zorgverleners uit het hele netwerk. De klankbordgroep van Zorgbelang neemt deel aan het netwerk, zodat ook de cliënt is vertegenwoordigd. Het netwerk heeft ook een kwaliteitsmedewerker, die het ondersteunt in de verbetering van de zorg van de regionale instellingen. Zij begeleidt de implementatie van het Zorgpad stervensfase; helpt bij de implementatie van de Richtlijn zorg voor naasten, en houdt de netwerkgids “Geestelijke begeleiding in de laatste levensfase” bij. Dat zijn mooie resultaten!’
Al die stapjes Ilse vindt haar werk enorm leuk: ‘Als ik mensen bij elkaar breng die samen weer een stapje verder komen dat vind ik een feestje! Ik word blij van de reacties na een scholing, van enthousiaste mensen die met meer bagage de deur uit gaan dan dat ze binnen zijn gekomen. De passie van de zorgverleners raakt me.’ n
Palliatieve zorg in Haagse regio op een hoog peil
TRANS 13
VRAAG & ANTWOORD De Helpdesk palliatieve zorg is een telefonische adviesdienst voor vragen over de zorg in de laatste levensfase van een ongeneeslijk zieke. Deze vragen kunnen medisch zijn, psychisch, sociaal of levensbeschouwelijk. Iedereen kan bellen: patiënten, mantelzorgers en vrijwilligers, maar ook verzorgenden, verpleegkundigen of medici. Annet Kiela zit een dag per week aan de telefoon.
Wie ben je? Ik werk sinds jaar en dag in het Specialistisch Team van HWW Zorg. Daar heb ik veel ervaring opgedaan met palliatieve zorg. Die komt goed van pas. Wie de helpdesk belt, krijgt een palliatief verpleegkundige aan de telefoon. Deze doet een eerste analyse van de vraag en overlegt in de meeste gevallen vervolgens met een in palliatieve zorg gespecialiseerde arts. Wie bellen er het meest? Huisartsen, met vragen over symptoombestrijding. Hoe kun je pijn verlichten, benauwdheid en misselijkheid? Wat kun je het beste doen bij een delier of ascites (vochtophoping in de buik)? Blijft het altijd bij een advies? Ja. De helpdesk is een adviesdienst en neemt geen behandeling over. Bij ingewikkelde gevallen kunnen wij echter wel een bedside consult aanbieden door een verpleegkundige en/of een arts-consulent. Zij kunnen iemands situatie goed beoordelen en een onafhankelijk behandeladvies geven. Die onafhankelijkheid is belangrijk. Zo kan de familie een huisarts vragen om palliatieve sedatie, terwijl er op dat TRANS 14
Annet Kiela met haar collega Ellie van der Burg
moment nog geen indicatie voor is. Een familie laat zich soms op zo’n emotioneel moment sneller overtuigen door onafhankelijke professionals dan door de huisarts, met wie ze nu eenmaal een ander soort band hebben. Hoe vaak wordt de helpdesk gebeld? Toen we in 2004 begonnen hadden we zo’n zestig telefonische consulten per jaar. In 2011 waren het er meer dan vijfhonderd en nu benaderen we die score al. Er is dus een groeiende vraag naar palliatief advies in de samenleving. Maar ook de helpdesk ontsnapt niet aan bezuinigingen. Vanaf 1 januari 2013 wordt het bedside consult mogelijk niet meer vergoed. Ik hoop dat er een goede oplossing komt om palliatief advies te kunnen blijven geven. Een intensievere samenwerking met de ziekenhuizen zou ook goed zijn. n
De Helpdesk is 24/7 bereikbaar via 088 – 1232450, of
[email protected] www.transmuralezorg.nl, zoeken onder ketens/Netwerken
Foto: Arnaud Roelofsz
MARIEKE KEUR, TranS
NeTWeRkTHeMA
Regionale samenwerking succesvol
De Haagse wijk Mariahoeve krijgt een uitbreiding in het aanbod van zorg- en dienstverlening met de opening van een ontmoetingscentrum voor licht dementerenden. Daarnaast gaat Cardia behandelzorg leveren aan bewoners met somatische en psychogeriatrische klachten en aandoeningen. Dit is mogelijk door een vruchtbare samenwerking tussen meerdere partijen in de regio.
KATINKA GRIMBERGEN, CARDIA
Niet meer verhuizen In Mariahoeve is in locatie Landscheiding van zorgorganisatie Cardia een afdeling geopend die speciaal is ingericht voor de wat intensievere zorg, de vroegere verpleeghuiszorg. De bewoners van Landscheiding die deze zorg ontvangen, hoeven - als de zorgbehoefte groter wordt - in principe niet meer naar een verpleeghuis te verhuizen. Zij kunnen in hun eigen appartement blijven wonen en daar speciale zorg en begeleiding ontvangen. Deze zorg wordt gerealiseerd in samenwerking met specialisten van verpleeghuis Nebo, de gespecialiseerde fysiotherapeuten van Multi Fysio en een
Foto: Rian Eikelboom
Cardia breidt zorg- en dienstverlening uit Ontmoetingscentrum voorziet in grote behoefte Feestelijke opening nieuwe behandelzorgafdeling Landscheiding
speciaal samengesteld zorgteam van Cardia. Op vrijdagmiddag 1 juni is op feestelijke wijze de opening van deze behandelzorgafdeling gevierd met de bewoners, medewerkers, vrijwilligers, leden van de Raad van Bestuur en Raad van Toezicht, Cliëntenraden en Ondernemingsraad. Onder gejuich zijn ballonnen opgelaten richting de etage waar de bewoners met behandelzorg wonen. Samen met de familie heeft het team van deze etage de opening verricht; een mooie start voor veel goede intensieve zorg.
Langer thuis blijven wonen Daarnaast wordt een ontmoetingscentrum voor beginnend dementerenden en hun familieleden geopend in de wijk rondom Landscheiding, in Buurtcentrum Mariahoeve. Mariahoeve krijgt zo een eigen centrum, dat vergelijkbaar is met het ontmoetingscentrum in Loos-
duinen. Dat is sinds december 2010 open en voorziet in een grote behoefte. In het centrum in Mariahoeve is kennis en hulp beschikbaar voor thuiswonenden die te maken hebben of krijgen met (beginnende) dementie. Gespreksgroepen, dagrecreatie, begeleiding en ondersteuning worden aangeboden. Dankzij een intensief programma van zowel hulp aan de (beginnend) dementerende als aan de mantelzorgers, is thuis blijven wonen een mogelijkheid geworden en kan een opname in verpleeg- of verzorgingshuis lang worden uitgesteld. Ook wordt samengewerkt met consulenten van stichting Mantelzorg en de ouderenconsulent van VOOR Welzijn, zodat een goed en compleet programma wordt aangeboden. n www.cardia.nl
TRANS 15
HET VERHAAL VAN...
Leven dankzij een long
Kim Moelands: ELLY VAN SCHAIK, HAGAZIEKENHUIS Laatste strohalm Kims longen waren door haar ziekte zo ernstig aangetast dat een transplantatie onvermijdelijk was. In totaal heeft zij tien maanden gewacht op donorlongen. Dat is relatief gezien nog kort, maar het ging zo slecht met haar dat ze uiteindelijk op de internationale wachtlijst werd geplaatst. Kim: ‘Dat was mijn redding. Ik heb longen uit Duitsland gekregen.’ Het was voor Kim heel confronterend toen haar longarts Harry Heijerman van het HagaZiekenhuis haar vertelde dat hij haar op de wachtlijst voor een dubbele longtransplantatie wilde plaatsen. ‘Eigenlijk zegt je arts op zo’n moment dat hij niet veel meer voor je kan doen. Je gaat dood tenzij je die laatste strohalm grijpt. Op de wachtlijst komen geeft hoop, maakt verdrietig, bang en wanhopig. Het is een rollercoaster van emoties. Ik ben de wachttijd doorgekomen dankzij mijn man Jan, mijn ouders, zus en vrienden die mij door dik en dun steunden. En ook mijn hond Balou was onmisbaar tijdens die lange maanden.’
Kim Moelands heeft Cystic Fibrosis (CF), ook wel taaislijmziekte genoemd. In 2010 onderging zij een dubbele longtransplantatie. Na een lange periode van grote onzekerheid over een donor en of zij de operatie wel goed zou doorkomen, is Kim nu vol energie en levenslust. TRANS 16
Foto: Keke Keukelaar
Wachtlijsten Longarts Harry Heijerman zorgde ervoor dat Kims conditie in de wachttijd optimaal bleef. De operatie werd in het Universitair Medisch Centrum Utrecht uitgevoerd. Er staan ongeveer 1.300 ernstig zieke mensen op de nationale wachtlijst van de Nederlandse Transplantatie Stichting voor een orgaan of weefsel. Een patiënt komt pas op de internationale wacht-
HET VERHAAL VAN...
transplantatie
‘Ik heb mijn leven terug’
Emoties In de laatste maand voor de operatie kon Kim niets meer. ‘Ik was zo benauwd. Ik lag als een slappe pop met slangen aan mijn lijf in bed. Mijn enige activiteit was proberen adem te halen. Ik wilde zó graag leven!’ Twee weken voor haar transplantatie was Kim zo somber dat zij haar laatste wens liet vervullen door Stichting Ambulancewens. ‘Ik wilde mijn hond Balou heel graag nog een keer zien om afscheid van haar te kunnen nemen. Ik was ervan
overtuigd dat ik haar voor de laatste keer zag.’ Kim kreeg op het nippertje nieuwe longen. Het moeilijkste moment was het afscheid nemen van haar familie toen zij de operatiekamer inging. ‘Je weet niet of je elkaar terugziet. Op het moment dat ik mijn trouwring af moest doen en aan mijn man gaf, brak mijn hart.’ De eerste bevrijdende ademteug met haar nieuwe longen was het mooiste moment. ‘Het is zo bijzonder om gewoon te kunnen ademen, lopen, rennen, zingen en springen zonder benauwd te worden of in een hoestbui te schieten. Ik geniet er heel bewust nog iedere dag van.’
Grenzeloos Kim droeg haar biografische boek Grenzeloos op aan haar donor. ‘Bij elk mooi moment bedank ik haar in gedachten. Ik besef ook goed de keerzijde van de medaille: haar nabestaanden die haar moeten missen en verdriet hebben. Ik steek nog regelmatig een kaarsje voor haar op. Zij gaf mij het allergrootste geschenk dat er bestaat, het cadeau van het leven. Dat zal ik nooit vergeten.’ n
Foto’s: Kim Moelands
Met haar hond Balou
CF in het HagaZiekenhuis Het CF-centrum van het HagaZiekenhuis is een van de zeven gespecialiseerde CF-centra in Nederland. Het biedt gespecialiseerde (para)medische zorg aan zowel kinderen als volwassen met Cystic Fibrosis (CF), ofwel taaislijmziekte. CF is een ernstige erfelijke, (nog) niet te genezen aandoening. In Nederland lijden zo'n 1400 mensen eraan. CF is een storing in de zouthuishouding die wordt veroorzaakt door een defect gen. In de luchtwegen leidt dit tot de vorming van dik, taai slijm. Diagnostiek en behandeling vereisen een gespecialiseerde aanpak. Er zijn zowel in het ziekenhuis als daarbuiten veel zorgverleners bij betrokken zoals de specialist, de verpleegkundig CF-consulent, de apotheker, fysiotherapeut, diëtist, maatschappelijk werker, huisarts en thuiszorg.
Het HagaZiekenhuis heeft een regionaal CF-centrum Foto: Elly van Schaik
lijst van Eurotransplant (zeven deelnemende landen: België, Duitsland, Kroatië, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk en Slovenië) als hij in het ziekenhuis is opgenomen en de behandelend arts oordeelt dat iemand hooguit nog enkele maanden te leven heeft. Dat was uiteindelijk ook bij Kim het geval.
TRANS 17
NeTWeRkTHeMA
Geriatrische revalidatiezorg bij WZH
Meer bereiken door samenwerking en WZH heeft dit jaar veel vernieuwingen doorgevoerd in de geriatrische revalidatiezorg. Deze vorm van kortdurende revalidatie is gericht op ouderen die na een ziekenhuisopname niet meteen naar huis terug kunnen. Multidisciplinaire samen- werking heeft een veel grotere rol gekregen. Alle gezamenlijke inspanningen zijn er nu op gericht om de cliënt zo snel mogelijk naar huis te laten gaan.
De koffer staat ingepakt
SIRIKIT DE JOODE, WZH
TRANS 18
Specialisatie
Intensieve samenwerking
Geriatrische revalidatiezorg wordt sinds dit jaar geboden op WZH Sammersbrug en WZH Prinsenhof. Het kernwoord is: specialisatie. Beide woonzorgcentra hebben zich gespecialiseerd in ziektebeelden zoals COPD (chronische longziekten), CVA (beroerten) of electieve orthopedie (knie, heup, schouder). Vaste, kleine behandelteams met veel specifieke kennis en ervaring werken vanuit die specialisatie. Albert Verbooij, teamleider Behandelzaken bij WZH, vertelt dat samenwerking al begint bij de ziekenhuisopname. ‘We zijn een keten aan het neerzetten waarbij de specialist ouderengeneeskunde van WZH al in het ziekenhuis bij mensen langsgaat. Zo weten we precies wat voor cliënten er komen en kunnen we daar vroegtijdig op anticiperen met zorg, behandeling, materiaal en bedden. Ook voor de cliënten is het fijn. Als zij nog in het ziekenhuis liggen, is al bekend welk traject zij gaan volgen en hoe lang dat duurt.’
Binnen de keten wordt gewerkt met een concreet zorgprogramma per ziektebeeld, het zogenaamde zorgpad, dat is afgestemd op de doelgroep. Verbooij: ‘Er zijn zorgpaden voor COPD en CVA, waarbij we samenwerken met respectievelijk het HagaZiekenhuis en MCH. De zorgpaden zijn ontwikkeld binnen een landelijke samenwerking. Het voordeel van de zorgpaden is dat zowel de cliënt als de medewerker precies weten welke behandeling plaatsvindt en op welk tijdstip, en dat het team van professionals direct bij opname kan starten met de behandeling.’ Een intensieve samenwerking binnen het specialistische team van WZH is van het grootste belang om de cliënt zo snel mogelijk thuis te krijgen. Het behandelteam bestaat uit een specialist ouderengeneeskunde, een psycholoog, fysiotherapeut, ergotherapeut, logopedist, diëtist en de zorgmedewerker. Na de intake bepaalt het multidisciplinair team aan de hand van observaties in een
Gezamenlijk wordt vastgesteld wat iemand functioneel wil en moet kunnen
Foto: Vincent Basler
specialisatie De behandeling wordt bepaald op basis van observaties
of twee weken de precieze behandeling tot het einde van het traject. Eens per week vergadert het over de voortgang. Daarnaast kan het team constant bijsturen als de intensiteit van de behandeling omhoog of omlaag moet.
bij de voordeur
Vooruitkijken Volgens Verbooij is de nieuwe werkwijze een hele omslag voor de behandelaren, die gewend waren om met de behandeling in te zetten op een meer algemene verbetering. ‘Nu stel je samen vast, ieder vanuit zijn eigen invalshoek: wat moet en wil iemand functioneel kunnen? Je stelt een doel waar je met z’n allen moet zijn aan het einde van het traject. Er is aangetoond dat iemand in de eigen omgeving sneller opknapt. Dus je onderzoekt steeds: wat houdt iemand tegen om naar huis te gaan? Uit de evaluatie blijkt dat door deze werkwijze de duur van een traject inmiddels is verkort.’
Foto: Vincent Basler
Meer afstemming Door deze nieuwe aanpak hebben alle betrokken professionals helder op het netvlies wat ze moeten doen. Tegenwoordig wordt het eerste multidisciplinaire overleg al binnen één week na opname gehouden. Daarbij houdt men rekening met waar iemand naartoe gaat
na de revalidatie bij WZH. Verbooij: ‘Met een huisbezoek brengen we al in het begin van het traject de thuissituatie in kaart. Op het moment dat de fysiotherapeut weet dat er een trap in huis is of dat de cliënt graag zijn krant wil halen waarvoor hij of zij honderd meter moet kunnen lopen, kan hij doelgerichter gaan trainen. Enkele weken voor ontslag gaan we de nazorg plannen. Poliklinische behandeling, thuisbehandeling of thuiszorg worden al van tevoren met alle betrokken partijen geregeld.’ Verbooij geeft aan dat behandelaren het prettig vinden om op de nieuwe manier te werken: met meer structuur, meer specialisatie en afstemming. ‘Daarnaast willen we meer meetinstrumenten standaard gaan gebruiken. Dan kunnen we ook cijfermatig bekijken of de revalidatie effectief is of dat we een zorgpad moeten bijstellen. De samenwerking met de cliënt is eveneens veranderd. Nu betrekken we iemand vanaf dag één bij het revalidatietraject en is helder dat iedereen hetzelfde doel heeft. Zo snel mogelijk naar huis. De koffer staat ingepakt bij de voordeur.’ n www.wzh.nl TRANS 19
NeTWeRkTHeMA
Snel revalideren en weer naar huis
Hans Hoogenberk wil weer het zwembad in In behandel- en verpleegcentrum Mechropa is het een komen en gaan van cliënten. Je bent hier doorgaans tijdelijk, drie tot zes weken is heel normaal. Revalidatie op maat, gericht op herstel, zoveel mogelijk weer zelf kunnen doen en dan terug naar huis: dat is het doel.
Foto: Saffier De Residentiegroep
RIA VAN HAAFTEN, SAFFIER DE RESIDENTIEGROEP Knieën Dit programma is Hans Hoogenberk op het lijf geschreven, een 69-jarige Hagenaar die ten tijde van het interview al een week in Mechropa verblijft en over twee weken terug kan naar huis. Hij heeft net een nieuwe knie in MCH Westeinde gekregen. Over die knie hebben we het eigenlijk weinig. Hans vertelt enthousiast wat hij allemaal doet. Hoewel hij aan zijn andere been een prothese draagt vanwege een aangeboren afwijking, zitten er meer activiteiten en prestaties in zijn verhaal dan bij menig mens met twee gezonde benen. Hans: ‘Ik heb hoofdklasse waterpolo gespeeld en geef zwemles aan kinderen bij diverse verenigingen. Dat mis ik en ik hoop dat ik snel weer naar het zwembad kan.’ Logisch dat hij het intensieve revalidatietraject in is gegaan met twee keer per dag fysiotherapie gedurende vijf dagen per week. ‘Om 10.30 uur en 13.15 uur heb ik fysiotherapie beneden in de oefenzaal. De knie buigen en strekken en nu ook lopen met een looprek en krukken.’ TRANS 20
Twee keer per dag fysiotherapie
Drummen met één been Al vlug komt het gesprek op zijn hobby’s en zijn vroegere werk. Als zelfstandig ondernemer pakte hij alles aan en in huis was een keuken plaatsen of badkamer vernieuwen iets wat hij zelf deed. Hans: ‘Ik heb ook in een jazz band gespeeld en weet je welk instrument? Je denkt zeker trompet of zo. Nee, ik was de drummer en had het drumstel zo aangepast dat ik met één been heel goed kon drummen.’
traplopen. De therapie is daar ook op gericht. Badkamer en toilet moeten wel enigszins aangepast worden, met steunen en een toiletverhoger. De ergotherapeut adviseert hierin. Maar eerst door met de therapie en straks weer te zien in het zwembad! n
Naar huis Hans heeft een eengezinswoning met beneden wonen en op de eerste verdieping de slaapkamer en badkamer. Hij heeft sterke armen en voorziet geen problemen met het
www.saffierderesidentie.nl
NeTWeRkTHeMA
Florence omarmt de Presentie-benadering
Cliënten écht leren kennen Zeg ‘ns eerlijk. Als je als zorgmedewerker een cliënt ziet binnenkomen, weet je dan al snel wat er met diegene aan de hand is? Vast wel. Velen van ons zien met hun geoefend oog direct de zorgvraag en de bijpassende behandeling. Maar is dat ook wat de persoon achter de aandoening wil? De Presentie-benadering gaat ervan uit dat je eerst een relatie aangaat met de cliënt. Zo ontdek je wat er voor iemand op het spel staat en krijg je zicht op waar hij of zij mee geholpen is. Het resultaat is een relatie van vertrouwen. Een betere basis voor goede zorg kun je niet hebben. JOSE VAN SANTEN, FLORENCE Werken met je hart
Foto: Hans Oostrum Fotografie
‘Lange tijd zijn we door de verzakelijking in de zorg bezig geweest met controleren, sturen en doen van wat we hebben afgesproken’, vertelt Jeannette
Mulder, trainer Presentie bij Florence. ‘We zijn steeds meer ZZP-gestuurd gaan werken. En steeds verder af geraakt van de verlangens van de cliënt. Nu verande-
ren de opvattingen daar gelukkig over. De mens achter de aandoening krijgt weer de aandacht die hij verdient. We zien dat een zachte, passende manier van werken er weer mag zijn. Bovendien gaan medewerkers weer met hun hart werken. En dat levert prachtige resultaten op.’
Oprechte aandacht Toch is Presentie volgens Mulder niet soft: ‘Nee, juist niet. Het vraagt moed om bestaande patronen te doorbreken en het welzijn van de ander steeds voorop te stellen. En zakelijk gezien levert het ook veel op. In dezelfde tijd krijgen cliënten echt het gevoel dat er aandacht voor hen is. Daarbij krijgen medewerkers veel meer plezier in hun werk en wordt de zorgsector er socialer van.’ Mulder benadrukt dat het bij Presentie erom gaat, dat je aansluit bij de cliënt. ‘Als je iemand gaat wassen, ben je ‘m niet alleen aan het verzorgen, maar je bent ook in relatie met hem of haar. In dat kwartier kun je elkaar leren kennen, kun je echt contact maken. Daardoor weet je beter wie iemand is. Je zorgt ervoor dat iemand niet alleen een bad op de juiste temperatuur krijgt, maar dat het ook een weldadig bad wordt. Dat een cliënt zich laaft aan jouw oprechte aandacht. Daarmee kun je iedere dag het verschil maken. Voor de cliënt én voor jezelf.’ n www.florence.nl
TRANS 21 Er echt zijn kost geen extra tijd
WIJ WERKEN SAMEN Stichting Eykenburg zoekt samenwerking
Alex Reede: ‘Netwerken ‘Zorg is niet te leveren zonder contacten met anderen,’ zo begint Alex Reede het gesprek. Hij is sinds vier jaar de Raad van Bestuur van Stichting Eykenburg. Dit is een innoverende zorginstelling met twee locaties in Den Haag: Huize Eykenburg in de wijk Segbroek en het Van Limburg Stirum Huis in het centrum. Naast interne verpleeg- en verzorgingshuiszorg levert de stichting thuiszorg aan ouderen in de wijk. Een netwerk bouwen en onderhouden is essentieel voor Alex Reede.
BEATA BOSMA, STICHTING EYKENBURG
Het Zamen
‘In een samenwerking moet je inschikkelijk zijn en elkaar wat gunnen.’
TRANS 22
Foto: Carien van Leeuwen
‘Van netwerken komt samenwerken,’ zegt hij en als voorbeeld noemt hij de bouw van het nieuwe zorgcentrum Het Zamen in de Zamenhofstraat. Dit is een gezamenlijk project van Stichting Eykenburg, Humanitas DMH, Woningcoöperatie Staedion, gemeente Den Haag en Loostad Vastgoedontwikkelaar. Voordat er daadwerkelijk gebouwd kon gaan worden, is er heel wat genetwerkt, gesproken en onderhandeld. ‘Alle partijen hadden verschillende belangen en dankzij intensief contact hebben we die weten samen te brengen. Daar ben ik best trots op,’ vertelt Alex Reede.
Contacten met andere instellingen ‘Ons uitgangspunt is laagdrempelige zorg bieden. In de wijken rondom onze vestigingen willen we de zorg rond ou-
is goed
deren organiseren. Hiervoor hebben we zitting genomen in de woonservicewijken van Segbroek en het Centrum. Woonservicewijken zijn platforms die in beide wijken anders zijn georganiseerd. In een woonservicewijk zijn de intramurale organisaties, de welzijnsorganisaties, gemeente en woningbouwcoöperaties vertegenwoordigd. In het overleg proberen we het scheidsvlak tussen de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) en de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) duidelijk te krijgen, zodat de financieringsstromen elkaar aanvullen. Binnen de Woonservicewijken worden kennis en ervaring uitgewisseld en proberen we om ons werken op elkaar af te stemmen. Het is nu de kunst om niet de financieringsstroom te laten overheersen, maar de vraag van de klant.’
Samenwerken op wijkniveau ‘Het werken op wijkniveau is vooral gebaseerd op persoonlijke contacten,’ weet Alex Reede. ‘Veel medewerkers van verschillende organisaties kennen elkaar en “bij toeval” wordt gezamenlijk een project opgepakt. Dat is prachtig, maar ik kies er liever voor de zaak breder te trekken en de samenwerking meer te stroomlijnen. Daarbij denk ik aan het gezamenlijk nadenken over casussen als: wat heeft de cliënt nodig en wie van de verschillende organisaties kan dat het beste op de juiste tijd en plaats leveren?
Foto: Willem Vermeij
afstemmen’
V.l.n.r.: Jaap Uithof (Staedion), Henk Harms (Gemeente Den Haag), Ad van Rijen (Humanitas DMH), Henk Driesen (Loostad Vastgoedontwikkeling) en Alex Reede
In die samenwerking moet je inschikkelijk zijn en elkaar wat gunnen. Dat is vaak moeilijk, omdat wat de een krijgt, ten koste gaat van de ander. Elke organisatie heeft haar eigen belang en het samen tot afstemming komen, is voor een deel afhankelijk van de organisatiecultuur en onderlinge contacten. Zo hebben wij in Segbroek een project voor dagopvang gezamenlijk kunnen realiseren. Het welzijnswerk en wij brengen cliënten samen in Huize Eykenburg. Daar is voldoende ruimte beschikbaar. Het benodigde personeel financieren we samen. In dit soort projecten geloof ik. Onze gebouwen kunnen veel beter benut worden, er kunnen gemakkelijk ook activiteiten voor de buurtbewoners in plaatsvinden en dat lijkt me aantrekkelijk voor welzijnsorganisaties.’
‘Binnen Segbroek werken we met een samenwerkingsovereenkomst. Ik zie niet zoveel in nieuwe bestuurslagen per project,’ zegt Alex Reede. ‘De idee “als we er maar een instituut van gemaakt hebben dan kunnen we het controleren” biedt slechts een schijnzekerheid. Zo werkt het niet, het geeft alleen extra bureaucratie.’
Netwerken binnen eigen organisatie ‘Eigenlijk ben ik een voorstander van het loslaten van de scheiding tussen vrijwilligers, mantelzorgers en professionals. Er is niets op tegen om het netwerk van de cliënt dat hij of zij meebrengt, welkom te heten binnen een intramurale setting. Het hoeft geen bedreiging te zijn als familie op de verpleegafdeling vader of moeder verzorgt.
Het is wel belangrijk om dat af te stemmen en het niet te zien als een goedkope vervanging van medewerkers. Professionele medewerkers zijn onmisbaar! Een goed voorbeeld van afstemming zie je in het hospice, bij de palliatieve zorg. De professional is daar ondersteunend en de dagelijkse gang van zaken rond de cliënt ligt in handen van zijn naasten en andere vrijwilligers. Dat dwingt ons, als organisatie, open te staan voor inmenging van In het overleg buitenaf. Deskundigheid van proberen we professionals is het scheidsvlak essentieel, aandacht en warmte tussen WMO en AWBZ van naaste familieleden zijn on- duidelijk misbaar voor de te krijgen cliënt.’ Alex besteedt vaak ongemerkt veel tijd aan netwerken: ‘Ik zit in veel overleggen en werkgroepen. Ik zoek ook overleg met collega’s van buiten het Haagse zorgcircuit. Om uit te wisselen hoe het er elders aan toe gaat. Dat is inspirerend. Ook houd ik contacten warm met het zorgkantoor en de gemeente en wij zijn lid van het palliatieve en het dementienetwerk. Ik vind netwerken leuk: elke wijk, elke organisatie, iedere mens heeft eigenheid. Organisaties verschillen, net als de bevolkingsgroepen waarvoor zij werken.’ n
www.eykenburg.nl
TRANS 23
NeTWeRkTHeMA
Behandeladviescentrum Ouderengeneeskunde Bronovo
‘Alles wordt heel duidelijk uitgelegd’ Toen mevrouw Put ’s nachts ernstige pijn net boven de maagstreek kreeg, belandde ze op de Spoedeisende Hulp van Bronovo. Na een opname op de afdeling Heelkunde kreeg ze een uitnodiging voor een gesprek en onderzoek bij dr. G.J. Blauw van het Behandeladviescentrum Ouderengeneeskunde. ‘Het is fijn dat de zorg in het Behandeladviescentrum gecoördineerd wordt.’
MARIËTTE VAN WIJK, BRONOVO-NEBO
Delier ‘Ik kan me die nacht nog goed herinneren, maar toch weet ik niet meer precies wat de artsen gedaan hebben en op welke afdelingen ik ben geweest’, zegt mevrouw Put. ‘Dat klinkt misschien gek, maar ik heb een delier gekregen. Daardoor kon ik alles even niet meer overzien. Gelukkig is mijn dochter verpleegkundige en was zij erbij.’ Wat er precies met mevrouw Put aan de hand is, wordt niet duidelijk. Maar na enkele dagen goed ziek zijn – ze valt zeven kilo af – knapt ze op.
Foto: afdeling communicatie Bronovo
Buikscan
TRANS 24
‘Ik mocht naar huis en kort daarop had ik de afspraak met dokter Blauw bij het Behandeladviescentrum. Dat was heel prettig. We hebben nog een keer besproken wat er allemaal gebeurd was en hij stelde voor nog een aantal onderzoeken te doen omdat ik dat delier had doorgemaakt. Ik moest allemaal vragen beantwoorden, testjes doen en reageren op tekeningen.
De uitslag van dat onderzoek was goed.’ Blauw zorgde er ook voor dat er nog een scan van de buik werd gemaakt. Daarop was een schaduw te zien bij de rechter bijnier. Maar ik heb net met dokter Blauw besproken dat dat niet verder onderzocht hoeft te worden. Ik denk zelf dat die schaduw misschien ontstaan is door een val in de tuin.’ Mevrouw Put houdt erg van tuinieren en net voordat ze ziek werd, had ze zich bij een val hard aan een bloempot gestoten. ‘De dokters dachten dat mijn ziekte en die val misschien samenhingen, maar dat denk ik niet. Ik was gewoon onvoorzichtig. Ik hoefde ook niet naar de poli voor vallen en evenwichtsstoornissen bij het Behandeladviescentrum.’
Alles op één plek Mevrouw Put is erg tevreden over de behandeling in het Behandeladviescentrum. ‘De ontvangst is geweldig. Mijn man en ik kregen koffie en we hoefden niet lang te
Mevrouw Put: ‘Ik ga weer verder’
In het Behandeladviescentrum Ouderengeneeskunde kijken meerdere specialisten naar de gezondheidsproblemen van de oudere patiënt. Blauw: ‘Ouderen hebben vaak meerdere ziekten en aandoeningen tegelijkertijd, die een grote invloed kunnen hebben op het sociaal functioneren. Dit vraagt om geïntegreerde medische zorg. Onze zorg stopt niet bij de diagnose. We bekijken, samen met de huisarts en andere zorginstellingen, hoe de patiënt thuis het beste met zijn klachten kan leven. Daarbij regelen we de zorg voor de patiënt en de familie.’ Afhankelijk van de verwijsreden bezoeken patiënten een van onderstaande poli’s. Daarbij zijn in elk geval de genoemde specialisten betrokken: Polikliniek Mobiliteit, vallen & duizeligheid Somberheid, angst & verwardheid Geheugenklachten Kortademigheid Algemeen spreekuur
Medisch specialisten internist/neuroloog psychiater/internist internist/neuroloog/psychiater/psycholoog internist/cardioloog internist ouderengeneeskunde
Voor problemen met urineverlies en ontlasting werkt het centrum samen met het Bekkenbodemcentrum Bronovo.
wachten. Dokter Blauw neemt alle tijd en legt alles heel duidelijk uit. Het is heel prettig dat in het Behandeladviescentrum de zorg gecoördineerd wordt. Ik weet niet hoe het in andere ziekenhuizen gaat, maar ik hoor wel van kennissen uit andere delen van het land dat ze zo’n faciliteit missen. We rijden gelukkig nog zelf auto, maar het wordt allemaal niet gemakkelijker als je tachtig plus bent. Mijn man is lichamelijk niet goed. Dan is het prettig dat je in Bronovo op één plek terecht kunt.’ Mevrouw Put hoeft voorlopig niet terug te komen bij het Behandeladviescentrum. ‘Ik ben klaar. Ik ga weer verder, in de tuin werken, fietsen, niet te veel zitten. Dat is het beste om gezond te blijven!’ n
Dr. G.J. Blauw
Foto: Ton Harland Fotografie
Oudere patiënt centraal bij multidisciplinaire poli’s
LinkedIn-groep Transmurale Zorg
Zorgverleners weten elkaar te vinden. Discussieer met ons mee!
Transmurale nieuwsbrief Iedere eerste van de maand komt de transmurale nieuwsbrief uit. Abonneren kan via www.transmuralezorg.nl. Zelf nieuws aanleveren kan tot 5 november
[email protected]
www.bronovo.nl>Specialismen en afdelingen>ouderengeneeskunde
TRANS 25
Mensen met een handicap nog afhankelijker van hun netwerk
Bezuinigingen gehandicaptenzorg zijn ingrijpend Een goed netwerk wordt onverwacht fors belangrijker voor cliënten van zorgaanbieder Gemiva-SVG Groep (mensen met een lichamelijke beperking, niet-aangeboren hersenletsel of een verstandelijke handicap). De financiële ingrepen die de overheid nu en in de toekomst invoert in de gehandicaptenzorg, dwingen zorgaanbieders meer dan ooit om het netwerk van hun cliënten in kaart te brengen en uit te bouwen. En daar is haast bij geboden. kan een alternatief zijn, maar dit is niet voor iedereen haalbaar. Die laatste groep wordt dan afhankelijk van de inzet van vrijwilligers en familie om naar de dagbesteding te kunnen.
HANS VAN AMSTEL, GEMIVA-SVG GROEP
Begeleiding
AWBZ afbouwen
De volgende stap is het overzetten (de transitie) van de AWBZ-functie begeleiding naar de gemeenten via de WMO waarschijnlijk in 2014. Ook dat gaat gepaard met forse bezuinigingen en dan wordt betaalde hulp van buitenaf minder vanzelfsprekend. Ook dan zal het netwerk van de cliënt goed moeten zijn. Aan de medewerkers van de afdeling Ambulante Dienstverlening van de Gemiva-SVG Groep de taak om deze verandering samen met de cliënten vorm te geven. n
Mensen met een blijvende beperking kunnen in de nabije toekomst minder vaak een beroep doen op de AWBZ. Zowel de vergoeding voor begeleidings- als vervoerskosten wordt gekort of afgebouwd, waardoor cliënten steeds afhankelijker worden van de inzet van familie en vrijwilligers. Met name mensen met een later verworven handicap, zoals niet-aangeboren hersenletsel, hebben hier moeite mee. Zij hebben ooit een leven gehad Betaalde hulp waarin zij zelfstandig opereerden. Sinds van buitenaf hun letsel betaalde de AWBZ de kosten van verzorging, begeleiding en vervoer. Nu deze minder vergoeding voor een flink deel gaat wegvanzelfsprekend vallen, wordt het steeds belangrijker dat er een netwerk is dat dit compenseert. De activiteitencentra en de afdeling Ambulante Dienstverlening van de Gemiva-SVG Groep in Haaglanden beraden zich al op de gevolgen van deze maatregelen.
Meer weten over de transitie van de AWBZ naar de WMO? kijk op www.gemiva-svg.nl/wmo
De eerste uitdaging ligt er al. Vanaf 2013 is er fors minder budget voor het vervoer van mensen met een handicap van en naar hun dagbesteding. Zij kunnen dan niet meer kiezen voor de dagbesteding die het beste bij hen past en soms wat verder weg is, maar moeten kiezen voor dagbesteding die qua vervoerskosten betaalbaar is. Dat beperkt cliënten fors in hun keuze. Zelfstandig reizen, bijvoorbeeld met openbaar vervoer,
Foto: Gilles Boeuff
Eerste uitdaging
TRANS 26
Mensen met een beperking kunnen in de toekomst minder rekenen op professionele begeleiding
Respijtzorg onbekend maar zeer welkom
Even tijd voor jezelf nemen: het klinkt zo vanzelfsprekend, maar is voor mantelzorgers meestal niet eenvoudig te organiseren. Daar is een oplossing voor: respijtzorg. Respijtzorg kan aan huis en/of buitenshuis geboden worden door beroepskrachten en/of vrijwilligers, die de zorg even van de mantelzorger overnemen. Doordat respijtzorg een mantelzorger af en toe een adempauze biedt, kan deze zijn of haar zorgtaken beter volhouden.
KARIN KLEIN, STICHTING MANTELZORG DEN HAAG
Foto: folder Respijtwijzer
Geef de mantelzorger even vrijaf
Respijtzorg onbekend In augustus 2011 heeft de gemeente Den Haag met de Stichting MantelZorg een behoeftepeiling onder mantelzorgers uitgevoerd met de centrale vraag: wat is de ondersteuningsbehoefte van de mantelzorgers als het gaat om respijtzorg? Uit dit onderzoek bleek dat twee derde van de mantelzorgers respijtzorg en respijtzorgvoorzieningen niet kent. Terwijl ze er zoveel aan kunnen hebben.
Digitale respijtwijzer Om mantelzorgers en professionals wegwijs te maken in het aanbod aan vrijwillige en professionele respijtzorg in Den Haag, is de digitale www.respijtwijzerdenhaag.nl ontwikkeld. Alle aanbieders van vrijwillige en/of professionele respijtzorg staan op deze website vermeld. Na het doorlopen van drie duidelijke stappen ziet de bezoeker een overzicht van het gekozen aanbod aan respijtzorg en kan iemand direct een aanvraag starten of een vraag mailen via een contactformulier van de be-
treffende organisatie(s). De websites van de aanbieders zijn direct gelinkt aan de digitale respijtwijzer, waardoor altijd actuele informatie beschikbaar is. Als mantelzorgers of professionals informatie willen over het aanbod buiten Den Haag, kunnen zij op de homepage de landelijke respijtwijzer raadplegen (www.respijtwijzer.nl).
Een mantelzorger: ‘Dankzij de digitale respijtwijzer kan ik lekker thuis achter de computer op het moment dat het mij uitkomt op zoek gaan naar passende zorg en een vrijwilliger voor mijn moeder met Parkinson.’
Veel belangstelling In zeer korte tijd is de Haagse respijtwijzer begin juni gerealiseerd. Deze telt in de eerste drie maanden al ruim 1.900 unieke bezoekers. Stichting MantelZorg heeft op basis van de evaluatie met de gebruikersgroep, bestaande uit mantelzorgers, aanbieders van professionele en vrijwillige respijtzorg, een aantal verbeterpunten geformuleerd. In de maanden oktober en november wordt de respijtwijzer aangepast en komt er een PR-
www.mantelzorgdenhaag.nl
campagne gericht op (potentiële) mantelzorgers en aanbieders van respijtzorg. De digitale respijtwijzer is tot stand gekomen dankzij financiële middelen ter beschikking gesteld door de gemeente Den Haag. Aan de basis daarvan ligt het Haags Mantelzorgakkoord 2011-2014 ‘Mantelzorg: Samen zorgen’. n e:
[email protected]
www.respijtwijzerdenhaag.nl TRANS 27
Nieuw in de regio
MCH opent Medisch Psychiatrische Unit Continu opletten: is de deur op slot? Probeert de patiënt niet weg te lopen? Is de handalcohol uit de kamer zodat die niet opgedronken kan worden? En intussen de vijf andere patiënten voor wie je verantwoordelijk bent niet verwaarlozen. In je eentje als verpleegkundige de zorg over zes patiënten dragen van wie er één een poging tot zelfmoord heeft gedaan, is bijna ondoenlijk. Maar er was in de regio Den Haag geen speciale plek voor patiënten met psychiatrische aandoeningen die acute zorg nodig hebben. Tot 13 augustus, toen in het MCH de eerste patiënt werd opgenomen in de nieuwe Medisch Psychiatrische Unit (MPU).
NITA PLEUNE, MCH Meer overleg Monique Hendriks en Odette Hesselbach zijn MPU-verpleegkundigen: ‘Op de eerste dag in het MCH klikte het meteen. Ik was oncologieverpleegkundige in het Bronovo, Monique psychiatrieverpleegkundige bij de GGZ. Een nieuw team op een compleet nieuwe afdeling, die uitdaging zagen we allebei
wel zitten.’ lacht Hesselbach. ‘We werken hier met teams van één Aen één B-verpleegkundige, die elkaar goed aanvullen,’ vertelt Hesselbach. ‘Normaal krijg je als verpleegkundige in een ziekenhuis een kamer met patiënten toegewezen voor wie jij verantwoordelijk bent en heb je geen tijd om
naast het lichamelijke aspect aandacht te geven aan patiënten die vanwege hun psychiatrische aandoening meer aansturing nodig hebben. In de MPU hebben we samen de zorg over maximaal zes patiënten en maken we naast een somatische een psychiatrische rapportage. Je overlegt veel meer met elkaar.’
MPU-verpleegkundigen Odette Hesselbach (links) en Monique Hendriks
TRANS 28
Foto’s: Michel Groen
‘Je moet hier improviseren en creatief zijn’
Hendriks vult aan: ‘Het is prettig om te kijken of het je collega ook is opgevallen dat een patiënt op een bepaalde manier reageert.’
Contact met patiënten ‘Op de MPU heerst een bijna serene rust,’ vindt Hesselbach. ‘Maar dat kan snel veranderen. Dan moet je snel handelen en goed op elkaar ingespeeld zijn. Je moet hier improviseren en creatief zijn. Niet in de laatste plaats omdat patiënten zelf ook creatief zijn. Gelukkig is de afdeling daar op ingericht. We werken regelmatig met een dagprogramma, wat op een gewone afdeling niet mogelijk is. Midden op de afdeling staat een grote houten eettafel, zoals je die wel in een huiskamer aantreft. Daar zitten niet alleen patiënten, maar ook wij drinken er een kopje koffie. We gaan met patiënten naar buiten als ze een sigaretje willen roken: er is veel directer contact.’
Korte lijntjes ‘Het is heel belangrijk dat we korte lijntjes hebben met andere afdelingen,’ vertelt Hendriks. ‘We hebben een halfjaar interne stages gelopen op elke afdeling, zodat we kennis hebben opgebouwd van alle ziektebeelden. Daardoor weten we hier ook goed de weg te vinden.’ De MPU-verpleegkundigen overleggen niet alleen veel met de psychiater, maar ook met andere specialisten. ‘Wat de praktische kant van die samenwerking betreft, zijn we nog een beetje zoekende: voor onze patiënten is het bijvoorbeeld heel prettig als er een vaste tijd is voor visite, maar dat is per specialisme anders georganiseerd. Zo lopen internisten ‘s ochtends visite, terwijl neurochirurgen dan in de OK staan.’
Er is veel directer contact
Medisch Psychiatrische Unit (MPU) Ziekten klonteren: mensen met suikerziekte krijgen bijvoorbeeld vaak nierproblemen en oogziekten. Ook psychiatrische en somatische aandoeningen gaan vaak samen. Zo kunnen mensen met COPD last hebben van stemmingsstoornissen en kunnen bij hersenletsel als gevolg van een multitrauma gedragsproblemen optreden. Via de spoedeisende hulp van het MCH komen veel patiënten binnen die naast lichamelijke ook psychiatrische problemen hebben. Vroeger werden zij doorgestuurd naar een MPU in Amsterdam, Rotterdam of Utrecht. Maar daar was niet altijd plek. Met de opening van de MPU in het MCH kunnen mensen met een psychiatrische aandoening die acute medische zorg nodig hebben, nu in de regio terecht. Tijdens de opname werken de psychiater en de specialist nauw samen. Dat is belangrijk omdat een verandering in de behandeling van de psychiater gevolgen kan hebben voor de somatische aandoening en andersom.
‘We blijven nog zoeken naar nieuwe wegen’ Goed contact met mensen van buiten het MCH is ook noodzakelijk. Met psychiaters bijvoorbeeld, die tijdens nachtdiensten de MPU-indicatie moeten geven. En als iemand na ontslag nog steeds psychiatrische zorg nodig heeft, zijn korte lijnen ook prettig. Hendriks:
‘Je moet overleggen over medicatie bijvoorbeeld. En laatst ging een patiënt terug naar de GGZ die nog sondevoeding kreeg. Collega’s van de GGZ zijn toen eerst hier gekomen zodat ze wisten wat ze moeten doen. We blijven nog zoeken naar nieuwe wegen.’ n TRANS 29
TRANS DEN HAAG TRANSMURAAL
WoonZorgcentra Haaglanden
mr. L.E. Visserhuis, joods wooncentrum
Contactpersonen redactie Algemene Stichting Bejaardenzorg
Humanitas Woonzorgplus Den Haag
Tessa van Leeuwaarden www.centrumbezuidenhout.nl
Desiree van Kooten www.humanitaswoonzorgplus.nl
Bronovo-Nebo
HWW Zorg
Mariëtte van Wijk www.bronovo.nl
Jürgen Burkhardt, Anneke de Lange www.hwwzorg.nl
Cardia
Departement ‘s-Gravenhage van de kNMP
Katinka Grimbergen www.cardia.nl
Stichting Anton Constandse
Pieter Sipkes
[email protected]
MCH
Ian Plug www.stichtingantonconstandse.nl
Caroline Wortman www.mchaaglanden.nl
Stichting eykenburg
Parnassia specialist in psychiatrie
Leny van der Vliet www.eykenburg.nl
Erica Holtheijer www.parnassia.nl
Florence
Respect Zorggroep Scheveningen
Eddy Lieferink, Loes Kwint www.florence.nl
Peter Meijer www.rzgs.nl
Gemiva-SVG Groep
Saffier De Residentiegroep
Hans van Amstel www.gemiva-svg.nl
Ria van Haaften www.saffierderesidentie.nl
GGZ Haagstreek
Sophia Revalidatie
Annegiene Dessing www.ggzhaagstreek.nl
Betsy Nieuwhof www.sophiarevalidatie.nl
HagaZiekenhuis
Mr. L.e. Visserhuis
Bart van Wolferen, Elly van Schaik www.hagaziekenhuis.nl
Goos van der Lee www.jbc-visserhuis.nl
Huisartsen kring Haaglanden
WZH
Henriëtte Dekkers www.kringhaaglanden.nl
Sirikit de Joode, Lisanne van der Ploeg www.wzh.nl
www.transmuralezorg.nl
Stichting Transmurale Zorg Den Haag en omstreken Jaargang 15, nummer 2 (oktober 2012) TranS is een uitgave van de Stichting Transmurale Zorg. De Stichting bevordert de kennisuitwisseling en samenwerking tussen een aantal zorgorganisaties in de Haagse regio. TranS is de opvolger van het tijdschrift Den Haag Transmuraal. Stichting Transmurale Zorg Den Haag en omstreken Mia van Leeuwen (directeur) Monique Bergsma (contactpersoon redactie) Loosduinseweg 55, 2571 AA Den Haag (070) 700 00 77 www.transmuralezorg.nl Volg ons op t @Transmuralezorg LinkedIn Groep transmurale zorg en subgroep Medicatieveiligheid Inlichtingen en adreswijzigingen:
[email protected] Hoofdredactie Marieke keur Tekst & advies
[email protected] (070) 350 61 39 Vormgeving en productie Graphicom International, Pijnacker Distributie Zorgorganisaties die participeren in de Stichting, ontvangen TranS gratis. Losse nummers kunnen uitsluitend op aanvraag toegezonden worden. kopij kopij vanuit de participerende organisaties kan voorgedragen worden via de contactpersonen van de redactieadviescommissie. © 2012 Alle rechten voorbehouden. Verspreiding van artikelen uitsluitend in overleg met de redactie. ISSN: 1873 - 8907
BERICHTEN UIT DE STICHTING
Stichting Transmurale Zorg Den Haag en omstreken
Stichting Transmurale Zorg Den Haag e.o. organiseert op 30 oktober een symposium over wondzorg. Hierin worden de nieuwe richtlijnen Algemene wondzorg en Diabetische voet en de hernieuwde richtlijn Decubitus onder de aandacht gebracht van artsen, (specialistisch) verpleegkundigen, wijkverpleegkundigen en verzorgenden. Een belangrijk doel van dit symposium is kennisverspreiding. Meer dan twintig sponsoren nemen deel met informatie en artikelen over wondzorg. Het symposium wordt gehouden van 15.30 tot 19.30 uur in de Haagse Hogeschool, Johanna Westerdijkplein 75, 2521 EN Den Haag. Wij hebben uitnodigingen verspreid en bij verschillende organisaties hangen posters met informatie. Mocht u geen uitnodiging hebben ontvangen, ga dan naar www.transmuralezorg.nl en kijk onder Agenda. Hier kunt u zich ook aanmelden.
Instrumentenkoffer Mantelzorg vernieuwd De instrumentenkoffer is een verzameling documenten die bijdragen aan de kwaliteit van de communicatie van zorgprofessionals met de mantelzorger. Ervaringen van binnen en buiten de regio Den Haag worden in de instrumentenkoffer weergegeven. De instrumentenkoffer is bedoeld om kennis tussen zorgprofessionals te delen. Naar aanleiding van het Haags Mantelzorgakkoord 2011-2014, waarin respijtzorg (vervangende zorg voor mantelzorgers) extra aandacht krijgt, is de instrumentenkoffer vernieuwd. Uitwerkingen van respijtzorg, bijvoorbeeld informatieve websites zoals www.respijtwijzer.nl, komen terug in de vernieuwde instrumentenkoffer. Naast
Aandacht voor de mantelzorger
uitwerkingen van respijtzorg zijn er ook beleidsdocumenten over het samenspel tussen mantelzorger, professional en familie in de koffer opgenomen. Ook zijn organisaties in de koffer te vinden die ondersteuning bieden en kennis ontwikkelen en verspreiden op het gebied van mantelzorg. Praktische tools, zoals de test ‘Overbelaste mantelzorger’ en verschillende afsprakenformulieren, evenals documenten die specifiek betrekking hebben op de allochtone mantelzorger komen ook aan bod. Natuurlijk ontbreken ook documenten niet die de preventieve rol van de huisarts aanstippen. Dit najaar wordt een aantal bijeenkomsten in dit kader georganiseerd voor professionals en mantelzorgers. Meer informatie op www.transmuralezorg.nl onder Mantelzorg als zorgpartner, onze digitale nieuwsbrief en de agenda.
Medicatieveiligheid In het tijdschrift Kwaliteit in zorg (KIZ) is een interessant artikel verschenen over medicatieveiligheid. De richtlijn ‘Medi-
Foto: Nationale beeldbank
Symposium wondzorg
catieoverdracht in de keten’ ondersteunt zorgverleners bij de inrichting van een veilige medicatieoverdracht. In de praktijk blijkt dat echter niet eenvoudig. Toch zijn er al veel initiatieven uitgewerkt en met succes toegepast in het veld. Het artikel bespreekt daar een aantal van. De initiatiefnemers schetsen hun aanpak, vertellen wat ze ervan geleerd hebben en geven concrete adviezen om morgen mee aan de slag te gaan. www.transmuralezorg.nl onder ketens en netwerken/Altijd een Actueel MedicatieOverzicht. Downloaden als pdf: Bouwen aan een gerechtvaardigd vertrouwen in een veilige medicatieoverdracht.
Regionale agenda 18 oktober Mantelzorgbijeenkomst gespreksvoering, Haagse Hogeschool 23 en 30 oktober, 6 en 13 november Basisscholing palliatieve zorg voor verpleegkundigen, Florence/Gulden Huis 29 oktober Verminderen chronische nierschade, MCH 30 oktober Symposium wondzorg, Haagse Hogeschool 15 november Multiple sclerose: emotie en cognitie, MCH 22 november Symposium dementie, De Lozerhof
TRANS 31
Tweets
@Dakloos Zo dames en heren, nu aan de slag. Ook voor hen voor wie geluk niet zo vanzelfsprekend is en nergens “hun vingers bij aflikken”. (Tweet n.a.v. de verkiezingsuitslag) @DiannevdVeen VGN: “Nieuw kabinet moet meer oog hebben voor gehandicaptenzorg” #Prinsjesdag #Lenteakkoord #gehandicaptenvervoer @Disseldorp Trots op m'n team: @MMC genomineerd als beste ziekenhuis van Nederland op sociale media! @LBood Mijn tweede blog gepubliceerd op Digitale Zorg Gids. Reactie op social media inzet door VWS. Tevens bedoeld als advies… DigitaleZorgGids @DigiZorgGids #blog 'Online samenwerken aan betere #dementiezorg' van @Pimketelaar nu op DZG. (Redactie: veel interessants hier!) ChangingHealthCare @ChangingHC Steeds meer teleconsultatie tussen eerste en tweede lijn via @LVGeerstelijn (Redactie: kijk ook op mednet.nl onder Nieuws en Blogs) @corapostema Mantelzorger: "Gij zult netwerken!' #blog #eigenregie #respijtzorg #netwerken #wmo #mantelzorg @HOFnet Vind je het lastig om vrijwilligers te werven? HOF geeft je gouden tips tijdens de masterclass #haagsehelden
COLUMN Smeets en Joling Ik ben niet zo van sporten. Het wordt onhoudbaar voor mij wanneer ik Churandy Martina met de brede glimlach - ‘Ik ben zo blij, weet je, ik ben gewoon blij’ - na een verliesrace tegenover een radeloze verslaggever zie staan. Of al die stoere 100-meter-renners een kunstje voor de camera zie doen en zichzelf na afloop stijf van de adrenaline op de borst zie kloppen met hun kekke schoentjes, voor het ganse volk. Al die opoffering voor een honderdste seconde minder, een centimeter hoger of verder. Het is aan mij niet besteed. Het zijn gezonde jongens en meisjes, stel je niet zo aan. Foto: Jan Bakker
@pauline_fuhri Actief ouder worden en hoe helpt de professionele zorg daarbij? Bekijk het in de nieuwe editie van @EZinenZorg
Nee dan de Paralympics, dat is andere koek. Zwemmen zonder armen, hoogspringen met één been, zeilen met een blinddoek voor - ik heb alles zien langskomen. Genoten van elke seconde en van elke handicap. Een zwemmer zonder armen die moest aantikken met zijn hoofd en kleine mensen - die ik tot mijn schande automatisch in films van Fellini of in een tent van Toni Boltini plaats - triomferend op de rand van het zwembad. Blinde speerwerpers, rugby’ers in een rolstoel en autistische zwemmers met een laag IQ. Jammer overigens, dat er voor dove sporters aparte spelen zijn: de deaflympics. Ik had ze er graag bij gehad, evenals de sporters met een persoonlijkheidsstoornis. Laatstgenoemden komen nu aan hun trekken bij “Sterren Springen” en dat zie ik als een vergissing die snel rechtgezet moet worden. Nadat ik Patty Brard in een zwart glitterbadpak frontaal op het water zag stuiteren en vol bewondering het diepte-interview met Joling beluisterde, twijfelde ik nog. Maar toen Ria Valk besloot te quicksteppen, was ik er zeker van: we staan aan de vooravond van een keerpunt en een prima alternatief voor al deze gekkigheid. We combineren al deze sportiviteiten tot een – zomerlangdurend – evenement waar iedereen met of zonder handicap aan mag meedoen. Joling en Smeets leiden ons er doorheen, waarbij ze om beurten hun bijdrage in gebarentaal moeten uitvoeren. Bij voorkeur op één been. Belangrijke spelregel: alle zwemmers tikken alleen nog maar met hun hoofd aan. Dat is pijnlijk, ook om te zien, maar dat is de waarheid. En die mag best gezien worden. n Bram Schinkelshoek, Kessler Stichting