Nummer 3 •november 2015
TRANS DEN HAAG TRANSMURAAL
01 f2 a n Va
6
aal t i d ig
VOOR PROFESSIONALS IN DE ZORG
STICHTING ANTON CONSTANDSE Nieuwe post-hbo-opleiding sociaal psychiatrisch ondersteuner
NETWERKTHEMA : NIEUWE ROL VOOR DE ZORGPROFESSIONAL Dubbelinterview over nieuwe rol van de wijkverpleegkundige Natalie Bommeljé (Evita Thuiszorg) en José van Dorst (Stichting Bevordering Wijkverpleegkunde)
MCH-BRONOVO Ziekenhuizen en scholen verbeteren verpleegopleiding
IN DIT NUMMER
19 11
NETWERKTHEMA: Nieuwe rol voor de zorgprofessional
6
Natalie Bommeljé en José van Dorst over innoveren in de zorg: Ruim baan voor de wijkverpleegkundige
11
Claudia van Dam, wijkverpleegkundig consulent HWW zorg: ‘Steeds meer behoefte aan samenwerking in de wijk’
12
Post-hbo-opleiding sociaal psychiatrisch ondersteuner Deze tijd vraagt om nieuwe professional
25
EINDE THEMA 18
WZH doet pilot met cliënten en naasten Cliëntportaal houdt medewerker scherp
19
Steun de mantelzorger! Cliënten gebaat bij goed netwerk
22
Project MCH-Bronovo over kwetsbare ouderen Altijd aandacht voor de overdracht
25
Regie in eigen hand Reinier Haga Groep leidt patiënten op voor thuisdialyse
26
Initiatief Florence zorgt voor betere levenskwaliteit Consultatieteam voor onbegrepen gedrag bij dementie
TRANS 2
22
RUBRIEKEN Actueel in het netwerk Ondertussen op het web
4 9
eGPO
Vraag & antwoord
10 14
Ziekenhuizen en scholen verbeteren verpleegopleiding Veranderingen in de zorg openen nieuwe samenwerking
Het verhaal van ...
Colofon Berichten uit de Stichting
Nieuwe rollen bij Saffier De Residentiegroep
Wij werken samen
De gouden tip van …
28
Gemiva-SVG Groep: investeer in persoonlijke ontwikkeling Stap voor stap naar meer vrijwilligers
Column: Dat kan ik zelf wel, ik ben niet gek Tweets
30 31 32 32
16
Tina Langeveld, Verzorgende IG: ‘De vlag ging uit!’
Het netwerkgevoel van ...
20
Miriam Panis, apotheker: ‘Altijd op zoek naar verbetering’
PATRICIA HUIJBREGTS
28
Nieuwe tijd In mijn dorp zijn twee nieuwe cafés. Beide zien er leuk uit en hebben goede koffie. Het ene – mijn favoriet – zit bommetjevol, het andere loopt minder. Ik weet wel hoe dat komt. De caféhouder van mijn favoriete café heeft heel goed naar zijn klanten geluisterd: wat zoeken ze hier? Wat vinden ze leuk? Waar komen ze voor terug? En heeft daar vervolgens zijn café op aangepast. De andere caféhouder heeft een zaak ingericht naar haar eigen inzichten en voorkeuren, in de hoop dat de mensen dat net zo leuk vinden als zij. Maar zo werkt het niet. En daarom loopt de ene kroeg als een trein en de ander niet. In de zorg zie je iets vergelijkbaars gebeuren. Nu de hervorming in volle gang is, hebben zorgprofessionals nieuwe competenties nodig. Ze moeten zakelijk zijn en tegelijkertijd verbinden; goed kijken wat iemand werkelijk nodig heeft en dat niet vanuit eigen ervaring voor iemand invullen, en – ook belangrijk! - niet al te flauw de regeltjes toepassen. Het komt aan op ondernemerszin en flexibiliteit. In het hoofdartikel vertellen een opleider en een zorgondernemer hoe zij vanuit hun nieuwe inzichten en expertise het vak van de wijkverpleegkundige aan het veranderen zijn. Ook gevestigde organisaties bewegen mee in deze nieuwe tijd. Stichting Anton Constandse heeft in samenwerking met Hogeschool Leiden de nieuwe post-hbo-opleiding sociaal psychologisch ondersteuner ontwikkeld. De eerste medewerkers hebben inmiddels hun diploma ontvangen. Bronovo, MCH en het HagaZiekenhuis werken met een aantal onderwijsinstellingen aan de verbetering van de opleiding tot verpleegkundige. Cardia heeft medewerkers een intern opleidingstraject aangeboden waardoor de organisatie beter is voorbereid op de komst van meer cliënten met gevorderde dementie. Een van hen vertelt trots wat deze nieuwe kans voor haar persoonlijk betekent. Spannend? Jazeker. En het gaat echt niet overal zonder slag of stoot. Er is ook weerstand, omdat sommige culturen en patronen al heel lang bestaan en in het dna van een organisatie zitten. En toch is de verandering zichtbaar. Ook bij de Stichting Transmurale zorg. Want dit is het laatste tijdschrift op papier: vanaf 2016 wordt TranS helemaal digitaal. n
TRANS 3
ACTUEEL IN HET NETWERK
Nieuwe bestuurders Parnassia Jurgen Verbeeck en Nolly van der Zeijden zijn sinds 1 september jl. duaal bestuurders bij Parnassia, specialist in psychiatrie. Verbeeck is sinds 2010 directeur zorg bij Dijk en Duin, een zusterorganisatie van Parnassia en Van der Zeijden is sinds 2010 directeur bedrijfsvoering bij Parnassia. In hun nieuwe functie volgen ze Ellen van Hummel op, die haar taken de komende periode overdraagt en per 1 januari 2016 afscheid neemt als bestuurder van Parnassia. Zij blijft als psychiater verbonden aan de Parnassia Groep.
Resto van Harte, Cardia en WZH werven samen vrijwilligers Op 24 november a.s. organiseert Resto van Harte Den Haag (locatie Mariahoeve), in samenwerking met Cardia en WoonZorgcentra Haaglanden (WZH) een thema-diner en feestavond: “Vrijwilligerswerk in de ouderenzorg”. De avond is bedoeld voor iedereen die iets wil betekenen voor ouderen in zijn of haar omgeving en een beeld wil krijgen van vrijwilligerswerk in de ouderenzorg. Eten, muziek, presentaties, mooie verhalen en goede gesprekken vormen de kern van deze avond. Meer weten over tijden en aanmelden? Kijk dan in de agenda van Resto van Harte op www.restovanharte.nl.
TRANS 4
Xtra welzijn maakt gebruik van trainingen van de Parnassia Academie
Foto ter beschikking gesteld door Parnassia Groep
Foto ter beschikking gesteld door Parnassia Groep
Personalia
Xtra welzijn vindt het belangrijk medewerkers de kans te geven zich te ontwikkelen. Professionaliseren blijft belangrijk. Met als resultaat: meer welzijn voor bewoners. Xtra organiseert op verschillende vakgebieden trainingen voor iedereen. Via het Xtra leerportaal kunnen medewerkers zich oriënteren, aanmelden, en op ‘mijn leerportaal’ een overzicht bekijken van de reeds afgeronde leeractiviteiten. Collega’s helpen mee in-huis-trainingen op te stellen. Voor specialistische trainingen maakt Xtra gebruik van de kennis van externe partijen. Vanwege wijzigingen in het sociale domein komen sociaal werkers steeds vaker in aanraking met bewoners met psychiatrische ziekten. Parnassia Groep is dé specialist in psychiatrie. Via de Parnassia Academie stelt Parnassia Groep E-learning programma’s beschikbaar voor externe partijen. Xtra heeft gekozen om een ‘blended traject’ af te nemen bij de Parnassia Academie, waarin klassikale training wordt gecombineerd met E-learning. Het grote voordeel van de E-learning module is dat deze kan worden gevolgd waar en wanneer medewerkers dat willen en in hun eigen tempo. De Academie heeft de klassikale training op basis van input van Xtra op maat gemaakt. De pilot ‘Klassikale trainingen’ is inmiddels afgerond en door de medewerkers zeer goed ontvangen. De trainingen worden nu verder in de organisatie uitgerold.
ACTUEEL IN HET NETWERK
Foto ter beschikking gesteld door Saffier De Residentiegroep
3 Oktober jl. vond de opening plaats van de vernieuwde parterre Swaenestate: een mooi eerstelijns gezondheidscentrum waar huisartsen Leyendak, apotheek Leyenburg, eerstelijnspraktijk Saffier De Residentie, het wijkservicepunt, de zorgwinkel Saffier De Residentie en het thuiszorgteam Leyenburg van HWW zorg gehuisvest zijn. De kracht van het centrum zit in al die disciplines die samenwerken voor de bewoners in Swaenestate en in de wijk. Na een spetterend optreden van de brassband Earthquake Young verrichtte wethouder Baldewsingh de officiële opening. In zijn toespraak ging hij in op de bijzondere locatie: ‘Een belangrijke ontwikkeling is dat we steeds meer doorgroeien naar een stelsel van zorg waarin de bedoeling is dat we zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen, zo veel mogelijk zelfredzaam zijn, en waarbij we vooral ook elkaar ondersteunen in die zelfredzaamheid. En als we hierbij dan zorg of ondersteuning nodig hebben, dat die ook goed beschikbaar is.’ De rest van de dag was er open huis en konden mensen terecht voor allerlei gezondheidstips en –tests in de huisartsenpraktijk, en voor activiteiten gericht op zo lang mogelijk vitaal blijven. Swaenestate is de wissellocatie van Saffier De Residentiegroep. Het wordt gebruikt voor tijdelijke huisvesting tijdens bijvoorbeeld een renovatie van een locatie. Ook andere zorgorganisaties maken hier gebruik van. Momenteel is een etage verhuurd aan Rudolf Steiner zorg.
Geriatrisch Netwerk Scheveningen Foto ter beschikking gesteld door Respect Zorggroep
Geslaagd open huis Swaenestate
14 Oktober jl. was de jaarbijeenkomst van het Geriatrisch Netwerk in Muzee Scheveningen. Het was een succesvolle bijeenkomst met inspirerende sprekers en deskundigen uit eigen kring, die de volle aandacht kregen van de 120 met ouderen werkende professionals in zorg en welzijn. De bijeenkomst stond in het teken van dementie in de thuissituatie. De twee hoofsprekers waren Dirk Dotinga, voorzitter van Alzheimer Haaglanden en Anneke van der Plaats, sociaal geriater en neurowetenschapper. Dagvoorzitter Henk Boogaart, huisarts bij Huisartsen aan Zee, leidde de bijeenkomst in goede banen. Enkele andere belangrijke thema’s werden apart belicht door deskundigen uit eigen kring. Het Geriatrisch Netwerk Scheveningen heeft als doel om goed georganiseerde multidisciplinaire en integrale zorg te realiseren voor de grote groep kwetsbare ouderen in Scheveningen.
Medewerkers WZH geven kijkje in hun leven op Twitter Medewerkers van WoonZorgcentra Haaglanden (WZH) doen vanaf 1 oktober jl. mee aan de actie #zorgvoor tweets. Ze versturen honderd dagen lang, elke dag een tweet. Zo geven ze een kijkje in hun leven. Met dit initiatief wil WZH de medewerkers op een leuke manier kennis laten maken met Twitter. Daarnaast geeft deze actie antwoord op vragen als: hoe is het om in de zorg te werken? Wie zijn onze medewerkers? Wat maken ze mee? Ongeveer twintig enthousiaste medewerkers hebben zich aangemeld, onder wie verpleegkundigen, teamleiders, locatiemanagers, behandelaren, klantbemiddelaren en werving & selectie medewerkers.
TRANS 5
Foto: Arnaud Roelofsz
INTERVIEW
TRANS 6
José van Dorst en Natalie Bommeljé: oplossing voor een betere, betaalbare zorg ligt in intensieve samenwerking en ondernemerschap.
INTERVIEW NeTWeRkTHeMA
Natalie Bommeljé en José van Dorst over innoveren in de zorg:
Ruim baan voor de wijkverpleegkundige Het zijn beiden vernieuwers, die met deskundigheid en gedrevenheid de zorg voor morgen aan het innoveren zijn. José van Dorst is samen met Henk Rosendal initiatiefnemer, bestuurslid en opleider bij Stichting Bevordering Wijkverpleegkunde (SBW); Natalie Bommeljé is directeur van
thuis blijven wonen, en de daaruit voortvloeiende eisen die die ontwikkeling aan de beroepsgroep zou gaan stellen. Het was toen al duidelijk dat er een groot tekort aan wijkverpleegkundigen zou zijn vanaf 2015. José van Dorst: ‘Onderzoek wees uit dat het aantal hbo-v’ers dat voor de richting Maatschappelijke Gezondheidszorg koos, dramatisch laag was: in 2012 stroomde maar 2-5 procent van alle hbo-v’ers van niveau 5 naar de wijkzorg. De oorzaak
overnemen van het Centrum indicatiestelling zorg (CIZ). Bovendien hadden zij behoefte aan training in netwerken en samenwerken met de eerste lijn. Wij hebben toen een stevige opleiding ingericht, waarin deze groep een inhaalslag kan maken. ’ Eigenwijs en klantgericht Sommige van die uitgestroomde hbov’ers werden ondernemer in de zorg, zoals Natalie Bommeljé. Elf jaar gele-
Evita Thuiszorg in de Haagse wijk Benoordenhout. Vanuit hun expertise en ervaring gaan zij in op
‘In mijn bedrijf weet iedereen hoe we er financieel voorstaan’
de vraag hoe de nieuwe rol van de wijkverpleegkundige eruitziet en wat zij nodig heeft om die te pakken. MARIEKE KEUR, TRANS Groot tekort in de beroepsgroep SBW is eind 2013 opgericht om te voorzien in een moderne opleiding tot wijkverpleegkundige. Aanleiding was de aanstaande hervorming van de langdurige zorg, waardoor mensen langer
lag in de voorgaande vijftien jaar. De nadruk lag toen op productie draaien, doen- doen-doen, en niet zozeer op de vakinhoudelijke kant. Zorgorganisaties waren doorlopend aan het reorganiseren en fuseren om de productie te optimaliseren. Veel hbo-v’ers voelden zich niet op hun plek in deze productiegedreven zorgverlening en zijn wat anders gaan doen. De wijkverpleegkundigen die wel aan waren gebleven, voelden zich onbekwaam, met name op het punt van het indiceren, dat zij vanaf 2015 zouden
den richtte zij Evita Thuiszorg op, geheel naar eigen inzicht. ‘Omdat ik eigenwijs ben en ga voor kwaliteit, lacht ze. ‘Evita werkt klantgericht - niet wijkgericht, met wijkteams die vaste routes afleggen in de wijk, zoals bij de grote organisaties. Ons uitgangspunt is dat een klant zo veel mogelijk zijn eigen leven moet kunnen voortzetten, ook al heeft hij zorg nodig. Bij ons weet hij wie er komt, op welke dag en hoe laat. Dat geeft rust. Onze wijkverpleegkundige voert de regie van begin tot eind. Zij inventariseert de zorg en kijkt wie er  TRANS 7
NeTWeRkTHeMA
INTERVIEW
Foto: Arnaud Roelofsz
kunnen wijkverpleegkundigen groeien in hun nieuwe rol. Maar er zijn ook organisaties die die ruimte niet geven en zelfs wijkverpleegkundigen intimideren om zorg te indiceren die eigenlijk niet nodig is. Die zijn meer gericht op concurrentie en elkaar uit de markt te duwen dan om samen te werken en de gezondheidswinst in de eerste lijn te pakken. Daardoor kan de ontwikkeling van de wijkverpleegkundige tot een autonome professional op sommige plaatsen stagneren. Organisaties moeten het proces tussen de wijkverpleegkundige en de cliënt als uitgangspunt voor hun beleid kiezen, want daar gebeurt het. Pas dan kan een organisatie de verandering doormaken die noodzakelijk is voor deze tijd: naar werkelijk klantgericht werken.’
José als opleider en Natalie als ondernemer zijn kritisch over de huidige zorg
bij iemand past op basis van deskundigheid en attitude. Daarna formeert ze een team rond de klant van maximaal 4-5 mensen, dat de zorg gaat leveren. Ze zoekt altijd naar de beste match tussen klant en zorgverlener. En we bieden totale zorg. Onze zorgverleners komen niet uitsluitend langs om verpleegkundige handelingen te verrichten. Van het uit bed halen, het helpen met het ontbijt, licht huishoudelijk werk tot de verpleegkundige handelingen, het wordt allemaal door dezelfde zorgverlener geTRANS 8
daan. Dit geeft een hoge mate van klant- en medewerkertevredenheid.’ Ruimte voor autonome professionals José als opleider en Natalie als ondernemer zijn kritisch over de huidige zorg. José vindt dat de gevestigde organisaties nog te veel acteren vanuit de traditionele reflexen. ‘De nieuwe wijkverpleegkundige heeft ruimte nodig om autonoom op te treden, om de dialoog aan te gaan met de cliënten. In sommige organisaties gaat dat heel goed en
Ondernemen en betaalbare zorg Met 150 mensen aan het werk (mix van loondienst en ZZP) kijkt Natalie met een ondernemersoog naar de zorg. ‘Het is goed om het productiedenken los te laten, maar de zorg moet wel betaalbaar blijven. Daar zijn we met zijn allen verantwoordelijk voor. In mijn bedrijf weet iedereen hoe we er financieel voorstaan. Van de huishoudelijke hulp tot de verpleegkundige neem ik iedereen mee in het classificeren van de zorg: hoeveel kost wat? Mijn werknemers moeten begrijpen dat de zorg een nieuw tijdperk is ingegaan, met nieuwe wetgeving en veranderingen in de indicatiestelling. Door ze inzicht te geven in de bedrijfsvoering – en dan gaat het dus om de cijfers – weten ze dat we er samen voor moeten zorgen dat het bedrijf het goed doet en dat zij daar ook verantwoordelijk voor zijn.’ José, die zelf ook zorgondernemer is ge-
ONDERTUSSEN OP HET WEB weest, vult aan: ‘Een van de ontbrekende competenties van de huidige groep wijkverpleegkundigen is ondernemerszin. Ze zijn niet gewend een kosten/batenafweging te maken: wat ga je doen en welke gezondheidswinst moet dat opleveren? En hoeveel kost dat dan? Daar worden ze nu op getraind en daar worden ze sterker van.’ Ook al is het productiemodel achterhaald, als puntje bij paaltje komt, moet Natalie bij de zorgverzekeraar gewoon een productiecontract tekenen. ‘Ik vind
lende zorgverleners ontvangt – bijvoorbeeld ggz en maatschappelijk werk – gaat die zorg dan wel dezelfde kant op? Streven ze vanuit een gezamenlijk plan dezelfde doelen na? Veel zorgverleners weten dat nu niet van elkaar en werken langs elkaar heen. Daar is nog veel winst te behalen. Hetzelfde geldt voor het politieke niveau. De gemeente, zorgverzekeraars en het zorgkantoor wentelen nu nog veel zaken op elkaar af. Terwijl iedereen uiteindelijk een zinnige dialoog wil over
‘De zorg is een nieuw tijdperk ingegaan’ het logisch dat ik me moet verantwoorden. Maar ik vind het jammer dat het altijd weer draait om de vraag of het bedrijf de productie heeft gehaald en effectief is geweest; om platte productiecijfers. Die benadering, dat systeem ontmoedigt meer verantwoordelijkheid nemen en ondernemender zijn. En dat heeft deze tijd juist zo hard nodig. Verzekeraars en zorgverleners moeten elkaar uiteindelijk vinden op de financiën, want je hebt nu eenmaal verschillende belangen. Als je een zorgbekostiging kunt uitwerken waarvan iedereen overtuigd is dat het een beheersbaar systeem is, dan pas kom je toe aan de vraag hoe je daar betaalbare kwaliteit van kunt maken.’ Samenwerking op alle niveaus Beiden zijn ervan overtuigd dat de oplossing voor een betere en betaalbare zorg ligt in een intensieve samenwerking. José: ‘We zijn nu nog gefragmenteerd bezig in de eerste lijn. Als een cliënt verschillende zorg van verschil-
een cliënt. Bijvoorbeeld: als we vroegtijdig goedkopere zorg voor iemand kunnen inzetten, kunnen we duurdere zorg voorkomen, uitsparen of uitstellen, of een opname voorkomen. Als gemeente, zorgverzekeraar en het zorgkantoor op deze manier met elkaar in gesprek gaan, is dat ook winst.’ Natalie heeft haar bedrijfspand twee jaar geleden uitgebreid met Evita Lokaal, een ontmoetingsplek voor de wijk voor gezellige activiteiten. Sinds september is er ook een Servicepunt geopend van de gemeente Den Haag, waar mensen terecht kunnen met vragen over zorg, werk en welzijn. Ze vertelt: ‘Evita Lokaal is mijn geschenk aan de wijk. Zo geef ik invulling aan mijn maatschappelijke rol. Met vijftien partners in de wijk geven we daarnaast voorlichting en mantelzorgcursussen. Samen onderzoeken we welke problematiek er in de wijk is en hoe we die het beste kunnen oppakken. En we verwijzen naar elkaar door.’ n
Veilig en transmuraal Het elektronisch Gestructureerd Patiënten Overleg (eGPO) is een internettoepassing voor de ondersteuning van multidisciplinaire samenwerking, waarin informatie over patiënten snel, overal en overzichtelijk beschikbaar is. Het systeem faciliteert de communicatie onder zorgverleners én tussen zorgverleners en patiënten over het zorgactieplan. Het vervangt niet de eigen informatiesystemen van zorgprofessionals, maar is een aanvullende module die tijd in overdracht en communicatie bespaart. Het eGPO is de digitale uitvoering van het Gestructureerd Patiënten Overleg (GPO), ook wel Kernteamoverleg genoemd, wat leidt tot proactieve samenhangende zorg. Het eGPO wordt gebruikt voor patiënten met complexe problematiek waarbij minimaal twee verschillende zorg- en hulpverleners betrokken zijn en multidisciplinaire afstemming noodzakelijk is. Het eGPO is bereikbaar via het internet. Ervaring heeft geleerd dat de aanwezigheid van (bestaande) multidisciplinaire samenwerking een voorwaarde is voor het gebruik van het eGPO. Het maakt gebruik van beveiligde communicatie en wordt zorgvuldig bewaakt door ervaren IT-professionals. De basis van het eGPO wordt gevormd door de gezamenlijke probleemanalyse en het multidisciplinaire zorgactieplan. Meer informatie op www.transmuralezorg.nl n
TRANS 9
VRAAG & ANTWOORD
De vraag van de cliënt en de wet- en regelgeving hebben het werk in de VVT sector de afgelopen jaren veranderd. In woon- en behandelcentrum Nolenshaghe is hier veel ervaring mee opgedaan. Leidinggevende cliëntzorg Connie Kremers vertelt over de verande-
Foto: Marco Ponsen, Saffier De Residentiegroep
rende rollen van medewerkers en leidinggevenden.
RIA VAN HAAFTEN, SAFFIER DE RESIDENTIEGROEP Wat is het verschil in werken tussen vroeger en nu? Vroeger waren we taakgericht bezig. Neem het ochtendritueel. Iedereen voor 10 uur gewassen en de bedden opgemaakt. Voor elke bewoner hetzelfde, elke dag opnieuw. Nu is een medewerker de woonzorgbegeleider. Er komen zo veel mogelijk dezelfde gezichten op een “Laantje” (groep van acht bewoners met een eigen kamer en badkamer en een gemeenschappelijke woonkeuken.) Een medewerker kan daardoor beter inspelen op de behoeften van een bewoner. Zij of hij kent deze veel beter. Per Laantje liggen de accenten verschillend, bijvoorbeeld rond maaltijden en opstaan. Wat zijn de Huiskamergesprekken? De Huiskamergesprekken zijn een goed middel gebleken om bewoners en hun familie te bereiken en te betrekken bij de gang van zaken. Onwijs leuk om te doen. Als leidinggevende cliëntzorg praat ik meestal samen met de woonzorgbegeleider eens per kwartaal op elk Laantje met de bewoners en hun familie. We beginnen met wat informatie en vervolgen met een
Leidinggevende is coach geworden gesprek over wat de groep bezighoudt. Dat varieert van maaltijd tot dagbesteding en de omgang met elkaar. Er komen vragen boven waarop ik niet gelijk antwoord heb, maar dan zoek ik het uit en ga ermee aan de slag. TRANS 10
Deze ontwikkeling vraagt om een andere invulling van de rol van leidinggevende en woonzorgbegeleider. Hoe is die nu? De leidinggevende is coach geworden: samen met het team dingen oplossen en de medewerkers coachen bij het oppakken van vragen en het in gesprek zijn met bewoners en hun familie (mantelzorger). De woonzorgbegeleiders zijn VIG opgeleid. Alle medewerkers hebben de interne cursus Vraaggericht werken gevolgd, waarin tools worden aangereikt en wordt geoefend in vraaggericht werken vanuit de basisvisie op zorg en de waarden van onze organisatie. Daar hoort ook het maken van een portfolio bij met hun persoonlijke leerdoelen. Om zo met elkaar te komen tot een goede invulling van de nieuwe rol. n
NeTWeRkTHeMA
Claudia van Dam, wijkverpleegkundig consulent HWW zorg:
‘Steeds meer behoefte aan samenwerking in de wijk’ Nu mensen meer de eigen regie nemen over hun zorg én langer thuis blijven wonen, heeft dit allerlei effecten op de zorgprofessionals in de wijk. De huisarts krijgt het steeds drukker; sociale wijkteams komen bij hulpvragers over de vloer; gemeentelijke Wmo-instellingen bieden ondersteuning aan in de wijk. Midden in dit nieuwe zorgnetwerk staat de wijkverpleegkundig consulent. Claudia van Dam vertelt wat er voor de zorgprofessionals in de wijk verandert. MARIEKE KEUR, TRANS
Veel hulpvragen komen bij de huisarts binnen, vertelt ze. Dan gaat ze op huisbezoek. ‘Je ziet pas echt hoe het gaat als je bij iemand thuis komt. Ik neem alles rustig samen door en kan door het huis gaan om te zien welke aanpassingen eventueel nodig zijn en welke zorgverle-
Foto: Eva Collette
Huisarts ontzorgen Claudia is ooit begonnen als verpleegkundige in het ziekenhuis en daarna via o.a. de thuiszorg, revalidatiezorg en het werk als Zichtbare Schakel wijkverpleegkundig consulent geworden. Ze werkt vooral met kwetsbare ouderen en volwassenen met problemen thuis.
ner ik het beste kan inschakelen. Dan zie ik ook in welke staat de woning is, of het veilig is. Omdat ik samenwerk met de huisarts, vertrouwen mensen me en laten ze me toe.’ Claudia regelt ook opnames voor cliënten. Het gaat dan om kortdurende opnames of opnames om een mantelzorger tijdelijk te ontlasten. Verder neemt ze deel aan het Gestructureerd Periodiek Overleg met de huisarts, een specialist ouderengeneeskunde, een ouderenconsulent van de gemeente en een casemanager dementie. Door al deze contacten komt er veel informatie beschikbaar over de hulpvragen in de wijk. Grote behoefte aan informatie Claudia volgt de veranderingen in de zorg op de voet. ‘Er is een enorme behoefte aan informatie onder de zorgverleners. Alles verandert zo snel dat sommigen niet precies weten wat er allemaal aan ondersteuning mogelijk is. Cliënten willen ook van alles weten en vragen dat aan de zorgverlener die bij hen thuis komt. Die kunnen dan weer bij de wijkverpleegkundig consulent terecht voor de laatste informatie.’ Voor wijkverpleegkundig consulenten is er veel te doen, zegt Claudia: ‘De huisarts heeft steeds meer behoefte aan samenwerking net als andere zorgverleners in de wijk. Wij zijn hun ogen en oren, aanspreekpunt en wegwijzer.’ n
TRANS 11 Claudia van Dam (links) en huisarts Karin Lentze hebben regelmatig samen overleg
NeTWeRkTHeMA
Deze tijd vraagt om nieuwe professional
Post-hbo-opleiding sociaal psychiatrisch Dat cliënten het heft meer in eigen handen nemen, staat hoog in het vaandel bij de Stichting Anton Constandse. Om hen daarin beter te ondersteunen volgen 150 medewerkers de speciaal ontwikkelde posthbo-opleiding sociaal psychiatrisch ondersteuner. STEF VAN DELFT
‘De gaan
TRANS 12
Geen leidinggevenden meer Bij de Stichting Anton Constandse, die beschermd wonen en ambulante begeleiding biedt aan mensen met ernstige psychische aandoeningen, vindt een ware revolutie plaats. De organisatie maakt de omslag naar 29 zelfstandige werkeenheden, die eind 2016 actief moeten zijn. Iedere eenheid neemt de verantwoording voor zijn eigen werk: die kent de eigen cliënten immers het best. Aansturing vanuit een hoofdkantoor is dan ongewenst en mensen leidinggevenden zijn er daarom straks niet meer. ervoor!’ Per werkeenheid is er wel een roulerende voorzitter. Iedere eenheid heeft een eigen deelbudget en vult de eigen formatie in. Het hoofdkantoor biedt ondersteuning, onder andere op het vlak van personeelszaken. Maar de klassieke afdeling personeel en organisatie bestaat er niet meer. Als er binnen een werkeenheid problemen ontstaan, kan het team wel adviseurs inschakelen die vanuit het hoofdkantoor hun diensten aanbieden.
Fikse investering Om de operatie tot een succes te maken heeft de stichting in samenwerking met Hogeschool Leiden een gecertificeerde post-hbo-opleiding ontwikkeld tot sociaal psychiatrisch ondersteuner. Lidy Zaat, directeur van de Stichting Anton Constandse, is enthousiast: ‘Het is een fikse investering: we zijn samen vier jaar bezig geweest om de opleiding op te zetten. Nu het zo ver is en de opleiding ook landelijk is erkend, worden in fasen 150 hbo’ers opgeleid tot sociaal psychiatrisch ondersteuner. Daarnaast volgen alle medewerkers op mbo-niveau een kortere training. Eind 2016 heeft iedereen de opleiding afgerond. Maar ik zie nu al de resultaten bij de werkeenheden die al ruim een jaar operationeel zijn! De mensen gaan ervoor, je ziet hoe de werkeenheden hun eigen weg vinden. Bovendien daalt het ziekteverzuim, een goed teken.’ Uniek Nico van Tol, clusterdirecteur van Hogeschool Leiden, noemt het “heel bijzonder” dat de opleiding er is gekomen.
Trots op diploma
Nico: ‘Een opleiding opzetten én gecertificeerd krijgen is geen sinecure. Het is voor ons de eerste keer dat een organisatie ons heeft benaderd om werkelijk samen een opleiding te ontwikkelen en uit te voeren. Dat is uniek. Ik ben er dan ook enorm trots op dat het ons is gelukt dit project gezamenlijk tot stand te brengen.’ De opleiding zelf duurt ongeveer een halfjaar, waarin een groep cursisten zo’n vijftien keer bij elkaar komt. Nico van Tol: ‘In principe moet iedereen de oplei-
NeTWeRkTHeMA
Foto: Annelies van der Linden
ondersteuner
ding aankunnen, alle cursisten hebben immers al een hbo-opleiding afgerond.’ Verleiden De cursisten leren hoe zij zelfstandig een werkeenheid kunnen runnen, met een eigen deelbudget en verdeling van werkzaamheden. Welke vaardigheden en kennis passen het beste bij een medewerker, zodat die het het meest tot zijn recht komt? Van Tol: ‘De cursus richt zich daarnaast sterk op de groep: met elkaar nadenken over wat echt nodig is
om ervoor te zorgen dat cliënten de eigen regie pakken. Natuurlijk zit er ook een deel ziekteleer in, maar dan wel in relatie tot de dagelijkse praktijk van het werk. Een woning waarin zes mensen met schizofrenie wonen, met ieder een eigen karakter en van wie er twee ook aan alcohol zijn verslaafd: dát is de praktijk. Hoe ontwikkel je dan met elkaar een goede woonsituatie?’ Een veilige woonplek is essentieel om cliënten te begeleiden naar meer zelfstandigheid. ‘Dat kan voor de één betekenen dat hij uiteindelijk doorstroomt naar een zelfstandig bestaan’, zegt Lidy Zaat. ‘Maar voor een ander kan het leren omgaan met een cd-speler al een enorme stap zijn. Daarbij komt het aan op de kunst van het verleiden om iets eens zelf te proberen, waardoor de cliënt meer het heft in eigen handen neemt.’ Belangstelling De opleiding is tot stand gekomen in nauw overleg met de RIBW Alliantie, de landelijke vereniging van zelfstandige instellingen voor beschermd wonen, en is beschikbaar voor organisaties binnen de maatschappelijke GGZ. Fonteynenburg, een RIBW met vestigingen in Den Haag en de wijde regio, heeft zeker belangstelling voor deze post-hbo-opleiding. Adviseur opleidingen Wendy Gijben: ‘Fonteynenburg werkt vanuit een herstelgericht methodisch kader. We investeren in eigen regie, zowel van de
Medewerkers over de nieuwe opleiding ‘Samenwerken, zelfreflectie, kwaliteiten ontwikkelen, bewust worden van je valkuilen, verantwoordelijkheid nemen, openheid, helikopterview. Handvatten die je vanuit de spo-opleiding meekrijgt, om te implementeren in je werkeenheid!’ - Sabine Dingler, spo’er sinds juli 2014 ‘Alleen ga je sneller, maar samen kom je verder. Dat is zo met de opleiding, maar ook in een werkeenheid.’- Martijn Mesker, spo’er sinds mei 2015 ‘Een flinke tijdsinvestering. Maar we krijgen wel de handvatten aangereikt om ons verder te bekwamen om straks ook echt een nieuw beroep te kunnen uitoefenen.’- Mario Scheper, volgt momenteel de spo-opleiding
cliënt als van de professionals. Het doel van de opleiding sluit mooi aan op onze visie op zelforganisatie, waarbij onze professionals hun beroep zelfstandig uitoefenen vanuit eigen verantwoordelijkheid. Medewerkers kunnen zelf het initiatief tot deze opleiding nemen. We overwegen nog of we in de toekomst de opleiding breed gaan aanbieden aan de medewerkers van Fonteynenburg.’ n TRANS 13
NeTWeRkTHeMA
WIJ WERKEN SAMEN
Veranderingen in de zorg openen nieuwe samenwerking
Ziekenhuizen en scholen verbeteren Het ministerie stelt hogere eisen aan de opleidingen Verpleegkunde. Dit hangt samen met de vastgestelde beroepsprofielen 2020 en de veranderende visie op zorg na 2030. Aanleiding voor de ziekenhuizen om samen met het scholenveld de opleidingen in het mbo en hbo aan te pakken.
PHILIPPINE POLDERS
Toenemende complexiteit van het vak De nieuwe profielen voor Verpleegkunde op niveau 3 en 4, vastgesteld door het ministerie van VWS, waren aanleiding voor de samenwerking tussen MCH-Bronovo, het HagaZiekenhuis, de Haagse Hogeschool, Hogeschool Leiden en ROC Mondriaan. Dat leidde tot de ondertekening van de Strategische Alliantie Zorgopleidingen Haaglanden op 8 juni jl. ‘Daarbij maakt de toenemende complexiteit van het vak het noodzakelijk om de opleidingen aan te passen. aan technische ontwikkelingen, mondi‘Alleen motivatie Denk ger patiënten en kortere opname. Dat kun je is niet meer het beste gezamenlijk doen’, vindt Conny Hes, voldoende’ die als coördinator van het Landsteiner Instituut deel uitmaakt van de stuurgroep. ‘De eerste resultaten zijn al zichtbaar.’ Selectie bij instroom ‘We zijn begonnen aan de poort, met werving en selectie. De studenten Verpleegkunde krijgen nu naast een intakegesprek een toets die vaststelt of zij het standaard mbo-niveau halen voor Nederlands, Engels en rekenen. Alleen motivatie is dus niet meer voldoende. In februari hebben we de eerste instroom getoetst. Degenen die het net niet haalden, hebben we TRANS 14
De ziekenhuizen hebben behoefte aan samenhang, waarbij verpleegkundigen op mboen hbo-niveau efficiënt kunnen samenwerken.
extra scholing geboden. Als het verschil te groot was, hebben we hen afgewezen. Daardoor vielen meer studenten af dan voorheen, maar we verwachten dat de uitval tijdens het eerste studiejaar nu een stuk kleiner zal zijn.’ Gastvrijheid speerpunt in het ziekenhuis Een tweede speerpunt waarmee de scholen dit schooljaar aan de slag gaan, is gastvrijheid. Hes: ‘MCH-Bronovo heeft gastvrijheid hoog in het vaandel staan. Het is dus handig – en logisch – dat onze leerling-verpleegkundigen dit met de paplepel ingegeven krijgen op school. Nu zijn er in de opleiding onderdelen uit onze interne training Gastvrijheid opgenomen, zoals
WIJ WERKEN SAMEN NeTWeRkTHeMA
verpleegopleiding Strategische Alliantie Zorgopleidingen Haaglanden
Foto: Michel Groen
De ziekenhuizen MCH-Bronovo en Haga, de Haagse Hogeschool, de Hogeschool Leiden en ROC Mondriaan werken samen in deze alliantie om de opleidingen tot verpleegkundigen beter op elkaar aan te laten sluiten en om in te spelen op nieuwe ontwikkelingen in het werkveld. De transitie van zorg en welzijn zorgt voor veel beweging in de sector. De ziekenhuizen hebben behoefte aan samenhang, waarbij verpleegkundigen op mbo- en hbo-niveau efficiënt kunnen samenwerken. Ieder moet op zijn eigen gebied voorbereid zijn op toekomstige innovaties. Verbinding tussen de opleidingen en het werkveld is hierin essentieel. Belangrijk is een naadloze aansluiting van mbo naar hbo. Het is cruciaal dat studenten mboverpleegkunde makkelijk kunnen doorstromen naar het hbo. Dat is de inzet van de alliantie. Het Landsteiner Instituut geeft invulling aan de alliantie. Dit instituut is verbonden aan het Groene Hart Ziekenhuis (GHZ) en het Medisch Centrum Haaglanden en Bronovo-Nebo (MCHBronovo) te Den Haag en Leidschendam. Het zorgt voor gekwalificeerde medewerkers, talentontwikkeling en bevordert professionaliteit.
de communicatie met en de ontvangst van patiënten. Docenten benadrukken in de lessen dat dit voor het ziekenhuis belangrijke zaken zijn, zodat de leerlingen daarvan doordrongen zijn.’ Oefenen met techniek in het ziekenhuis Waar het onderwerp gastvrijheid van ziekenhuis naar school is opgeschoven, gaat een deel van de technieklessen juist in MCH-Bronovo en het HagaZiekenhuis plaatsvinden. ‘Scholen beschikken bijvoorbeeld niet over een elektronisch patiëntendossier en leerlingen kunnen daarmee dus niet oefenen’, vertelt Hes. ‘Komend schooljaar krijgen de studenten deze lessen
in de ziekenhuizen. Dat geldt ook voor het werken met bepaalde apparatuur. Docenten van de scholen komen mee naar deze lessen, zodat ze er op school over kunnen meepraten.’ Betere aansluiting mbo-hbo ‘Door de grote veranderingen in de zorg is het beroepsperspectief voor mbo-verpleegkundigen onduidelijk geworden. Dat is dan ook reden om aan de slag te gaan met de aansluiting tussen mbo- en hbo-Verpleegkunde’, vertelt Hes. ‘We willen de studenten die dat kunnen en willen, in het laatste jaar van het mbo extra leerstof aanbieden zodat de doorstroom naar het hbo makkelijker is. Andersom gaan we kijken welke vakken in het hbo vrijstelling kunnen geven voor een student die van het hbo naar het mbo overstapt. Het komt namelijk voor dat een student wel de competenties heeft om verpleegkundige te worden, maar het theoretische niveau van het hbo voor hem of haar te hoog gegrepen is.’ n TRANS 15
HET VERHAAL VAN...
Helpende Cardia schoolde zic
Tina Langeveld, De overheid heeft besloten om de verzorgingshuiszorg af te bouwen. Veel verzorgingshuizen worden ingericht voor de zwaardere dementiezorg. Zo ook de huizen van Cardia. De medewerkers krijgen daardoor met nieuwe bewoners te maken die intensievere zorg behoeven. Om hen daar goed op voor te bereiden biedt Cardia in samenwerking met het ROC opleidingen aan. Zoals aan Tina Langeveld. Als Helpende Zorg en Welzijn in de locatie Tabitha is zij de opleiding gaan volgen tot Verzorgende Individuele Gezondheidszorg (V-IG). Zij vertelt wat er voor haar veranderd is.
‘Ik vind het heel waardevol dat ik deze kans en het vertrouwen gekregen heb, zeker op mijn leeftijd!’
TRANS 16
Foto: Marleen Otoide-Vree
MARLEEN OTOIDE-VREE, CARDIA Terug naar de schoolbanken ‘Vier jaar geleden ben ik begonnen bij Cardia. Ik werd gevraagd een opleiding te doen. Dat leek me heel leuk. Ik had voorkeur voor een eenjarige opleiding, van helpende naar helpende-plus. Maar het ging om een opleiding naar V-IG’er, een veel grotere stap en intensievere opleiding. ’s Nachts heb ik er wakker van gelegen en vroeg ik me af of ik dat nog wel kon. Ik was immers 45 en al
HET VERHAAL VAN...
h om
Verzorgende IG: ‘De vlag ging uit!’
Schooltijd ‘De schooltijd vond ik fijn. Vanuit Tabitha kreeg ik veel ondersteuning, tijd en ruimte om opdrachten te doen. Met een vaste begeleider kon ik samenwerken en overleggen. Als onderdeel van de opleiding ging ik een halfjaar op een andere locatie werken. Dat vond ik moeilijk, want op de andere locatie kende ik niemand en je moet wennen aan andere gewoontes. Achteraf vind ik dat je daar veel van leert.’ Vijf uur ’s ochtends ‘De vele opdrachten en toetsen van school kostten veel tijd. Ik moest ook weer wennen aan het leren. Maar ik heb net als vroeger mijn tanden erin gezet
Ik heb veel steun gekregen van Gerita, Anja en Gonnie, de praktijkopleiders. Ze maakten tijd voor mijn vragen en boden een luisterend oor. De opdrachten moesten goed zijn, en een afspraak in het skillslab kon altijd gemaakt worden, ook aan het einde van de dag.’ Met een nieuwe bewoner aan het bloemschikken
Pak die kans! ‘Ik slaagde, met maar liefst een negen! De diplomering was fantastisch met zoveel lieve mensen om me heen! De vlag, met tas, ging uit! Een diploma is een waardevol bezit. Ik zie opleiding als een verrijking voor mezelf. Je leert bijvoorbeeld mensen om hulp te vragen, prioriteiten te stellen en meer je grenzen aan te geven. Je wordt er zelfverzekerder van. Als je de kans krijgt een opleiding te volgen, zeg ik: pak die kans!’ Met diploma een nieuwe rol ‘Tijdens de opleiding leer je veel over anatomie, de ziektebeelden, en je begrijpt beter waarom mensen op een be-
‘Opleiding is een verrijking voor jezelf’ en het afgemaakt. Zo stond ik om vijf uur ’s ochtends op, want dan leer ik het makkelijkste. Het thuisfront moest eraan wennen dat ik niet altijd tijd had en mijn prioriteit bij de opleiding lag. Mooie cijfers waren hiervan het resultaat!
paalde manier reageren. Als helpende dacht ik wel eens bij een boze bewoner: waarom doe je nou zo boos? Je hebt het toch goed? Nu begrijp ik waar die boosheid vandaan komt en weet ik beter hoe ik op verschillende vormen van dementie kan inspelen.
Foto’s: Marleen Otoide-Vree
oma. Kon ik nog wel terug naar de schoolbanken, had ik wel het goede niveau? Mijn leidinggevende zei van wel en dat gaf de doorslag. Toen ik de toets om het niveau te bepalen haalde, kreeg ik vertrouwen dat ik het zou kunnen.’
Met haar kleinzoon in de lift op de inmiddels gesloten afdeling in Tabitha
Met mijn diploma heb ik een nieuwe rol gekregen. Ik mag nu verpleegtechnische handelingen uitvoeren. Doordat je naast de dagdiensten nu ook avond- en nachtdiensten draait, zie je meer van de bewoners. Tijdens mijn opleiding heb ik een verbeterplan geschreven over mondzorg en nu ben ik aandachtsfunctionaris mondzorg. Je gaat dus niet alleen van helpende naar V-IG, maar je ziet en doet meer en krijgt meer verdieping in het vak.’ n TRANS 17
WZH doet pilot met cliënten en naasten
Cliëntportaal houdt medewerker scherp Op ieder moment van de dag je eigen zorgdossier in kunnen zien via een computer, laptop of tablet: het is bij WoonZorgcentra Haaglanden (WZH) een veelgehoorde wens. Daarom vindt er een pilot plaats waarin WZH samen met cliënten en hun naasten, onderzoekt hoe gezamenlijk vorm gegeven kan worden aan een “cliëntportaal”. De pilot sluit aan bij de visie “Cliënt centraal” en het zo lang mogelijk behouden van de eigen regie. WENDY VAN LEEUWEN, WOONZORGCENTRA HAAGLANDEN Eigen regie cliënt centraal Sabrina Schreuder is werkzaam als senior woonzorgbegeleider bij WZH Leilinde. ‘In de zorg nemen wij cliënten graag dingen uit handen. Maar het zal je verbazen wat mensen allemaal nog zelf kunnen als je hun de ruimte geeft! Om de mindset van collega’s te veranderen organiseerde ik een workshop waarin zij op dezelfde manier benaderd werden als zij zelf cliënten benaderen. Dat leidde tot positieve discussies. Wij zeggen wel: ‘De cliënt staat centraal en heeft de regie’, maar hoe doen wij dat in de dagelijkse praktijk? Daarom hebben wij de pilot Cliëntportaal met open armen ontvangen op onze afdeling.’ Bevorderen wederzijds begrip Het cliëntportaal stelt cliënten in staat om op ieder gewenst moment het eigen zorgdossier in te zien. Wat betekent dat voor medewerkers? Sabrina: ‘Ten eerste zijn we nóg alerter op hoe we gebeurtenissen verwoorden in rapportages. Ten tweede krijgen we van eerste contactpersonen te horen dat zij door het cliëntportaal een completer plaatje hebTRANS 18
ben van wat er allemaal speelt in het dagelijks leven van hun naaste: “Wat maken jullie een hoop mee!” horen we vaak. Zo bevordert het cliëntportaal wederzijds begrip.’ Ze vervolgt: ‘En wat ook echt winst is, zowel voor cliënten als voor medewerkers, is dat er geen afspraak meer gemaakt hoeft te worden om het dossier in te zien.’ In verbinding blijven Hoewel Sabrina positief is over het cliëntportaal, ziet zij ook een aantal aandachtspunten: ‘Niet iedere cliënt of eerste contactpersoon is even vaardig op een computer of tablet. Dat geldt ook voor zorgmedewerkers. Daarnaast moeten verwachtingen ten aanzien van het cliëntportaal onderling goed afgestemd worden. Want het portaal mag geen vervanging worden van het persoonlijke contact. Het is heel belangrijk om écht met elkaar in verbinding te blijven.’ n
Steun de mantelzorger!
Cliënten gebaat bij goed netwerk Bij de Stichting Anton Constandse gaan alle begeleiders het contact met het netwerk van de cliënten op zich nemen. Zo wil de organisatie familie en andere mantelzorgers meer bij het wel en wee Foto: Annelies van der Linden
van hun naasten betrekken. STEF VAN DELFT Contact met woonbegeleiders Zoals bij veel zorgorganisaties richtten de meeste medewerkers van de Stichting Anton Constandse zich vroeger vooral op de begeleiding van “ hun” cliënten, terwijl enkele gespecialiseerde begeleiders zorgden voor het contact met de ouders of andere naasten. De inzet is nu dat alle woonbegeleiders zelf het contact met het netwerk van de cliënt gaan onderhouden. Dat biedt steun aan de mantelzorgers en een goede relatie met familie helpt de cliënt bij zijn herstel. Meer ondernemen Eveline Fortanier is gedragswetenschapper en ouderbegeleider. Vanuit de Stichting Anton Constandse trekt zij de kar van dit project mantelzorg. Eveline: ‘Dat doe ik samen met collega’s én met een externe adviseur van “In voor Mantelzorg”, een landelijk initiatief dat is opgezet door Movisie en Vilans. Meer
Eveline Fortanier en Marnix Hack
betrokkenheid van de mantelzorger betekent in sommige gevallen proberen het contact tussen familie en cliënt te herstellen. Of nagaan of familieleden wat vaker activiteiten willen ondernemen met hun naaste. Denk aan bioscoopbezoek, kleren kopen, koffiedrinken. Het is vaak een kwestie van aftasten: wil een mantelzorger in eerste instantie vooral zijn verhaal kwijt, ervaringen delen, of wil hij al meer samen met de cliënt ondernemen?’ Geslaagde pilot Samen met de externe adviseur Mariëlle Meeuwsen zette Eveline een training op voor de medewerkers: een pilot daarvan is inmiddels afgerond. Mariëlle Meeuwsen: ‘Die is erg goed gevallen,
deelnemers gaven de training een ruime 8. We zijn onder andere ingegaan op heel praktische zaken zoals: hoe leg je contact met mantelzorgers? Wat zeg je dan? Hoe bouw je de samenwerking op? Praktische handvatten voor het benaderen van mantelzorgers zijn erg welkom, merkten we. Marnix Hack, woonbegeleider op De Valk aan de Valkenboslaan, heeft de training inmiddels gevolgd: ‘Iedere woonbegeleider onderhoudt nu zelf het contact met de mantelzorgers van de cliënten die hij of zij begeleidt. Binnenkort organiseren we ook zelf een familiebijeenkomst. Al met al vind ik deze taak een verrijking van het werk. Die korte lijnen met de familie pakken gunstig uit voor de cliënt.’ n TRANS 19
HET NETWERKGEVOEL VAN...
Digitale communicatie Miriam Panis, apotheker: Miriam Panis is sinds 2006 beherend apotheker van de Haagse Bohemenwijk Apotheek. Daarnaast neemt zij deel aan het Gezondheidscentrum Akelei in de wijk, waarin een groot aantal zorgverleners samenwerkt. Ze vertelt: ‘Er lopen niet alleen huisartsen rond, maar ook de verpleegkundigen van de thuiszorg, een diëtist, fysiotherapeut, psycholoog, verloskundige. Doordat we daar samen zitten, kunnen we nog betere zorg in de wijk verlenen.’ MARIEKE KEUR, TRANS
‘Met alleen face-to-face contacten en de telefoon kom je er straks echt niet meer.’
TRANS 20
Foto’s: Arnaud Roelofsz
Snel en informeel Akelei is samen met Lijn1 in het project ‘Wijk aan zet’ begonnen een kaart van de wijk te maken met daarop alle zorgverleners
‘Patiënten in de wijk hebben een ondersteunend netwerkje nodig’
HET NETWERKGEVOEL VAN...
is de toekomst
‘Altijd op zoek naar verbetering’ die er actief zijn met hun expertise. Dit initiatief leidt uiteindelijk tot de ontwikkeling van een app en een website, waarmee je elkaar snel kunt vinden. Miriam: ‘Patiënten in de wijk hebben een ondersteunend netwerkje nodig. Er is zo veel aanbod in de zorgverlening. Laten we daar optimaal gebruik van maken. In het centrum gaat het vanzelf omdat je elkaar daar tegenkomt. Er is daar veel adhoc overleg. Er is ook gestructureerd overleg, zoals voor de GEZ die de zorgprogramma’s ontwikkelt of het MDO. Juist die snelle, informele contactjes zijn enorm waardevol.’
spreekt ze bovendien regelmatig medisch specialisten als iemand uit het ziekenhuis komt. Miriam: ‘Samen zoek je naar de optimale medicatie voor een patiënt. Zeker als iemand meerdere klachten heeft, wat je veel ziet bij ouderen, moet je goed opletten. Transmuraal overleg en een goede medicatieover-
Contact met verpleeghuis en ziekenhuis Miriams expertise ligt bij de ouderen, omdat ze toeleverend apotheker is van bijna alle verpleeghuizen van Florence. Daardoor heeft ze veel contact met de specialisten ouderengeneeskunde buiten de wijk. Als geneesmiddelenspecialist
eGPO: digitaal net rondom de patiënt Met haar uitgestrekte netwerk en vele contacten is ze ervan overtuigd dat de oplossing voor veilige, snelle communicatie ligt in eGPO (Elektronisch Gestructureerd Patiënten Overleg). ‘Dat moet verder ontwikkeld worden, met een duidelijke plaats voor de patiënt.
eGPO is een lokaal medium waarin zorgverleners een zorgplan met elkaar kunnen delen en acties uit kunnen zetten bij elkaar. Zo ontstaat er een digitaal netwerk rondom de patiënt. Die heeft op zijn beurt ook toegang tot eGPO en is zo actief betrokken bij de zorgverlening. Op deze manier houden zorgver-
Met eGPO houden zorgverleners en patiënt grip op de zorg dracht zijn dan heel erg belangrijk. Zeker nu mensen langer thuis blijven wonen.’
leners én patiënt grip op de zorg. Aangezien de zorg alleen maar complexer wordt, heb je een digitaal medium als eGPO gewoon heel hard nodig. Met alleen face-to-face contacten en de telefoon kom je er straks echt niet meer.’ Miriam is niet snel tevreden. ‘De zorg kan altijd beter’, zegt ze stellig. ‘En eGPO gaat ons daarbij helpen, daar ben ik van overtuigd.’ n
TRANS 21
Project MCH-Bronovo over kwetsbare ouderen
Altijd aandacht voor de overdracht Vanaf het moment dat een kwetsbare oudere wordt opgenomen in het ziekenhuis, moet er aandacht zijn voor de latere informatieoverdracht naar de betrokken zorgpartners. Dat voorkomt calamiteiten na ontslag uit het ziekenhuis. Onderzoek heeft uitgewezen dat daar nogal wat aan schort. De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) verlangt snel verbetering en daarom is MCH-Bronovo een project gestart.
GERBEN STOLK EN JOLIEN VERWEIJ, MCH-BRONOVO Drie soorten overdracht Artsen, verpleegkundigen in het ziekenhuis en de VVT, apothekers, doktersassistenten en secretaresses van medische afdelingen: zij gaan in het project werken aan de verbeterpunten voor conti-
hebben met dit project de kans om koploper te zijn en ons goed laten te zien.’ Binnen het project gaat het om drie soorten overdracht: medische overdracht, verpleegkundige overdracht en medicatieoverdracht. Patricia: ‘De af-
Geen grote veranderingen, maar essentieel voor goede zorg nuïteit van zorg voor kwetsbare ouderen vanuit het ziekenhuis naar verpleegen verzorgingshuizen, thuiszorg, huisartsen en apothekers. Patricia Huijbregts, directeur van de Stichting Transmurale Zorg, is er een groot voorstander van: ‘Dit illustreert het belang van transmurale zorg: die moet op juiste manier plaatsvinden, vanuit ieders perspectief; met als doel, de juiste informatie bij de juiste persoon op de juiste plaats. We doen al veel in onze regio, maar de IGZ heeft aangetoond dat het beter kan. Wij TRANS 22
spraken ten aanzien van medicatieoverdracht zijn al bijna klaar om geïmplementeerd te worden; de verpleegkundige overdracht loopt al voor een belangrijk deel via de transferpunten in het ziekenhuis. Dus nu zijn we bezig om de afspraken rondom de medische overdracht in beeld te brengen. We hebben al heel veel klaar liggen.’ Het project heeft grote meerwaarde voor de hele regio: ‘Het kost nu even extra energie, maar het resultaat is dat we de overdracht veiliger en effectiever maken.’
Aanleiding: onderzoek IGZ Internist Caro Brumsen en projectleider Caroline Kluft van MCH-Bronovo lichten de achtergrond van het project toe. Caro: ‘Aanleiding voor het project was dat er steeds meer kwetsbare ouderen zijn, ofwel ouderen met verschillende ziekten. Onderzoek van NIVEL heeft uitgewezen dat het na een ziekenhuisopname vaak niet goed met hen is gesteld.’ - Caroline: ‘De IGZ had het gevoel dat een deel van de problemen
Bewustwording Veel knelpunten in de overdracht hebben een technische oorzaak. Caroline Kluft: ‘Wij werken er hard aan om het ziekenhuisinformatiesysteem te optimaliseren. Het systeem moet zorgverleners optimaal ondersteunen bij de overdracht; zij moeten niet onnodige administratieve handelingen hoeven te verrichten. Straks komt bijvoorbeeld medische informatie automatisch terecht in de ontslagbrief.’ - Caro: ‘Maar de kern van de zaak is dat alle medewerkers in het ziekenhuis voortdurend bezig moeten zijn met de voorbereiding
Goede overdracht voorkomt calamiteiten na ontslag uit het ziekenhuis
van het ziekenhuisontslag. Vanaf het moment van opname verzamel en registreer je de patiëntinformatie die straks van belang is voor de eerste lijn.’ Caro: ‘Verpleegkundigen dienen zich sterk bewust te zijn van het grote belang van een correct ingevulde overdracht voor kwetsbare ouderen, opdat zo min mogelijk informatie verloren gaat. Artsen moeten bij opname de verwijsgegevens controleren, bijvoorbeeld bij de huisarts. Vervolgens plannen ze de benodigde stappen op weg naar ziekenhuisontslag. Ná het ontslag moeten ze goed bereikbaar zijn voor de zorgverlener uit de eerste lijn. Wat betreft farmacie: het eerst geformuleerde doel voor de apothekersassistenten is dat ze bij
Foto’s: Michel Groen
kan worden voorkomen met een betere informatieoverdracht van ziekenhuis naar eerste lijn. Daarom heeft de IGZ vorig jaar een steekproef gehouden in tien ziekenhuizen, waaronder het MCH.’ - Caro: ‘Er werden dossiers bekeken van patiënten die zijn behandeld op de afdelingen chirurgie, neurologie en geriatrie/interne geneeskunde.’ - Caroline: ‘Na de steekproeven bleek dat in alle ziekenhuizen de overdracht meestal niet juist, tijdig en volledig is. Tijdens een IGZ-congres in juni zijn alle Nederlandse ziekenhuizen daarom opgeroepen te werken aan veilige principes voor de overdracht van zorg. De onderzochte ziekenhuizen hebben de dwingende verplichting verbeteringen te laten zien, eerst intern en in februari 2016 met de regionale eerstelijnszorgverleners.’
opname zorgen voor goede medicatieverificatie.’ Verpleegkundigen Ook de VVT speelt een belangrijke rol in de overdracht. Verpleegkundigen uit de VVT en het ziekenhuis hebben inmiddels bij elkaar in de keuken gekeken. Albert Verbooij, manager bij WoonZorgcentra Haaglanden: ‘Aan beide kanten heeft men nu een beter beeld van hoe het proces bij de ander loopt en dan kun je daar beter op inspelen. Er moeten nu heldere richtlijnen komen en afspraken gemaakt worden. Het zijn geen grote veranderingen, maar ze zijn essentieel voor goede zorg.’ n
TRANS 23
Tien jaar transmurale samenwerking Haaglanden
Gezamenlijk spreekuur niet-aangeboren hersenletsel Niet-aangeboren hersenletsel (NAH) bij kinderen en jongeren kan leiden tot complexe problemen thuis, in opleiding/werk en samenleving. In de afgelopen tien jaar werden zo’n honderd jongeren gezien op het gezamenlijk spreekuur, bij wie gedrag, sociaal-emotionele ontwikkeling, leren en zelfredzaamheid om multidisciplinaire expertise vragen.
MARIËLLE DEN HEIJER, SOPHIA REVALIDATIE
Foto ter beschikking gesteld door Sophia Revalidatie
Multidisciplinair team nodig bij NAH ‘Vooral de vaak minder zichtbare gevolgen van NAH voor leren en gedrag kunnen ernstig zijn. Toch worden deze lang niet altijd onderkend,’ zegt Arend de Kloet, gz-psycholoog en coördinator van het gezamenlijk spreekuur. ‘Deze kunnen leiden tot participatieproblemen thuis, op school, werk en in de sa-
TRANS 24
Arend de Kloet
menleving op langere termijn; daarom is het ook belangrijk dat zij door experts vanuit verschillende perspectieven gezien worden binnen het gezamenlijk spreekuur.’ Snel en efficiënt De deelnemende specialisten zijn een kinderneuroloog van het HagaZiekenhuis of Medisch Centrum Haaglanden (MCH), een kinderpsychiater van de Jutters (of de Banjaard), een revalidatiearts en een neuropsycholoog van Sophia Revalidatie. De jongere en de ouder(s) krijgen een spreekuurafspraak met twee of meer van bovengenoemde NAH-specialisten aaneensluitend op één dagdeel. Een afspraak bij een kinderneuroloog wordt in dezelfde week gepland in het ziekenhuis. Binnen twee weken bespreekt dit team gezamenlijk de resultaten en bepaalt de diagnose en het beleid. Vervolgens wordt de uitslag met de ouder(s) en jongere besproken.
Voorbeeld 16-jarige Scholier, aangemeld door een neuroloog vanwege vastlopen in gezin en op school; toenemende gedragsproblemen en terugval in schoolresultaten na traumatisch hersenletsel, 15 maanden eerder opgelopen. Meer conflicten, recent een eerste politiecontact, sociale contacten verwateren. Hulpvraag ouders: gebrek aan probleembesef en inzicht in eigen gedrag. Hoe spreken wij ons kind hierop aan? Wat mogen wij verwachten? Is er sprake van een gedragsstoornis? Zorgen over zijn epilepsie: welke leefregels zijn van belang? Welke ondersteuning is voor ons als ouders en voor ons kind gewenst? Hulpvraag jongere: iedereen zegt dat ik zo veranderd ben - is dat ook zo? Waarom vertrouwen mijn ouders mij niet meer? Kan ik stoppen met school? Een baantje ligt mij veel beter.
Tien jaar geleden hebben we onze expertise gebundeld en tussentijds een aantal keer geëvalueerd. Hierdoor worden onder andere kinderen met een IQ lager dan 75 gezien door collega’s van de Banjaard. Naast de gebundelde expertise wordt vooral ook de efficiëntie door ouders en betrokken professionals erg gewaardeerd. n
Regie in eigen hand
Reinier Haga Groep leidt patiënten op voor thuisdialyse De dialyseafdelingen van de Reinier Haga Groep (RHG) leiden in samenwerking met Dianet (landelijk expertisecentrum op het gebied van dialyse) sinds kort patiënten op om thuis te dialyseren. De trainingen worden gegeven in het HagaZiekenhuis. De eerste patiënt dialyseert inmiddels zelfstandig thuis, twee andere patiënten zijn in opleiding.
Aanwezigheid partner In Nederland zijn maar elf ziekenhuizen aangewezen als trainingscentrum voor thuisdialyse. De opleiding van de patiënt duurt elf weken, waarbij deze drie keer per week ruim 4,5 uur in het HagaZiekenhuis, locatie Sportlaan, dialyseert. ‘Dat is lang, maar de patiënt moet best veel leren’, zegt dialyseverpleegkundige Anouk Bouts. ‘Zoals het opbouwen van de machine, jezelf aanprikken met één hand en aansluiten op het dialysesysteem. Als er bovendien een alarm gaat of een lekkage plaatsvindt, moet de patiënt dat zelf kunnen oplossen. Het trainen wordt bij voorkeur met de partner van de patiënt gedaan, maar de aanwezigheid van een partner is geen voorwaarde.’ Samenwerking ziekenhuis en Dianet Anouk en drie van haar collega’s hebben bij Dianet een speciale training gehad om patiënten op te leiden voor thuisdialyse. Het expertisecentrum verzorgt bijvoorbeeld alle middelen om thuis te kunnen dialyseren, zoals de machine, alle aansluitdelen en de bloedbuisjes. Voor eventuele problemen met de machine of het dialyseren kan de patiënt 24 uur per dag op Dianet terugvallen. Het bloed van de patiënt wordt in het eigen ziekenhuis beoordeeld en de patiënt blijft daar ook onder controle. Mevrouw Thoen is de eerste patiënt die de opleiding succesvol heeft afgerond. Zij dialyseert nu thuis zonder hulp van een verpleegkundige. Daarnaast is zij begonnen aan de nacht-
Mevrouw Thoen en Anouk Bouts, dialyseverpleegkundige HagaZiekenhuis
Foto: Studio Oostrum
CAROLIEN NOORDHUIZEN EN ELLY VAN SCHAIK, HAGAZIEKENHUIS
training, die door Dianet wordt verzorgd. Hierdoor kan zij binnenkort ’s nachts dialyseren en heeft zij overdag weer tijd om leuke dingen met haar gezin te doen. Mevrouw Thoen is heel blij dat ze door de thuisdialyse weer een stuk van haar vrijheid heeft teruggekregen en zelf de regie in handen heeft. Voorwaarden Of iemand thuis kan dialyseren, wordt per patiënt bekeken. Het moet medisch verantwoord zijn om de behandeling thuis uit te voeren en uiteraard moet de patiënt het zelf willen. Thuisdialyse met hulp behoort overigens ook tot de mogelijkheden. De overstap naar thuisdialyse is voor sommige patiënten een drempel, vooral als zij al jaren in het ziekenhuis dialyseren. De ervaring leert echter dat de patiënt na drie maanden opleiding (met of zonder extra hulp) er klaar voor is. De eerste zelfstandige dialysebehandeling thuis wordt altijd uitgevoerd in het bijzijn van een trainingsverpleegkundige. n TRANS 25
Initiatief Florence zorgt voor betere levenskwaliteit
Consultatieteam voor onbegrepen gedrag
Door samenwerking brengen we in kaart wat er speelt en kunnen we met een oplossing komen.
Mensen met dementie veranderen in hun gedrag. Uit onderzoek blijkt dat 80 tot 90 procent regelmatig probleemgedrag vertoont. Florence beschikt sinds ruim vier maanden over het consultatieteam Dementie en Gedrag. Zorgmedewerkers en behandelaren kunnen dit speciale team inschakelen als zij er met een cliënt met probleemgedrag niet uitkomen. SANDRA PUT, FLORENCE
Lagere kwaliteit van leven Het probleemgedrag dat mensen met dementie vertonen, wordt vaak onbegrepen gedrag genoemd. Het gaat om alle gedragingen die de omgeving - en
de mensen om iemand heen. Het uit zich onder meer in angst, depressie, agitatie, agressie of apathie (neuropsychiatrische symptomen). De gedragingen en de daarbij behorende gevoelens leiden
Soms duurt onbegrepen gedrag te lang vaak vooral de persoon zelf - als moeilijk ervaren en niet goed begrijpen. Veel onbegrepen gedrag is afhankelijk van de situatie, persoonlijkheidskenmerken en TRANS 26
voor de cliënt tot een lagere kwaliteit van leven. ‘En daarom is het zo belangrijk dat wij het probleemgedrag behandelen’, zegt Sandra Hazebroek
GZ-psycholoog en zorgprogrammaleider Complexe Psychogeriatrie op de Florence-locaties Mariahoeve en Gulden Huis. ‘Daarmee kunnen we het gedrag minder frequent, minder intens, hanteerbaar maken, of zelfs voorkomen.’ Specialistische kennis is nodig De aanpak van probleemgedrag, in de vorm van analyse en behandeling, is bijzonder complex en vraagt dan ook om specialistische kennis. ‘Juist door die
complexiteit komt het wel eens voor dat het gedrag te lang voortduurt’, vertelt Sandra. ‘Dat leidt niet alleen bij de cliënt tot frustraties, maar ook de mantelzorgers en zorgmedewerkers krijgen te maken met een hoge emotionele belasting. Vaak worden er veel onderzoeken en interventies gedaan, zonder dat deze het onbegrepen gedrag verbeteren of verminderen.’ Daarom heeft Florence een speciaal consultatieteam Dementie en Gedrag opgericht voor mensen thuis of in de woonzorgcentra. Sandra: ‘Het zorg- of behandelteam dat er met het gedrag van de cliënt niet uitkomt, kan ons inschakelen.’ Het consultatieteam bestaat uit verschillende professionals, onder wie specialisten ouderengeneeskunde, specialistisch verpleegkundigen, GZ-psychologen, (geriatrisch) fysiotherapeuten en ergotherapeuten. ‘Ieder teamlid is binnen zijn specialisme geschoold op het gebied van dementie en gedrag, heeft jarenlange ervaring en kan met effectieve behandeladviezen komen.’ Aanvraag indienen De coördinator van het consultatieteam beoordeelt elke aanvraag en stelt het team samen. Dit kernteam houdt in de week na de aanvraag, een intakegesprek op de locatie waar de cliënt verblijft, bij de cliënt thuis of op een van de woonzorglocaties. Het intakegesprek wordt gehouden met de aanvrager en andere betrokkenen. Met behulp van een vaste
Probleemgedrag van mensen met dementie is niet alleen moeilijk voor de omgeving, maar ook voor de cliënt zelf.
methodiek wordt het gedrag in kaart gebracht en besproken wat de doelstelling wordt. Daarna volgt een periode van nader onderzoek. De teamleden spreken met de cliënt, de mantelzorgers, de contactpersonen en de zorgmedewerkers. De wensen en behoeften worden geïnventariseerd en het probleemgedrag wordt geobserveerd. Adviesrapport Het consultatieteam komt binnen zes tot acht weken na de aanmelding met een adviesrapport. Hierin staat welke zorg en behandeling een positief effect zullen hebben op het gedrag van de cliënt. Het adviesrapport wordt besproken met de aanvrager en de betrokkenen die de behandeladviezen vervolgens zelf gaan uitvoeren. ‘In het begin kan hierbij ondersteuning geboden worden vanuit het consultatieteam’, vertelt Sandra. ‘Na vier weken vindt er een eindevaluatie plaats. Dan wordt bekeken of het probleemgedrag inderdaad is verminderd, of het doel behaald is, de kwaliteit van leven van de cliënt toegenomen
Foto’s: Studio Oostrum
bij dementie
is en de mantelzorgers en zorgmedewerkers minder worden belast. De resultaten zijn meestal heel positief. Een groot aantal cliënten kan met extra hulp blijven wonen waar ze wonen.’ n
Wist u dat... … het consultatieteam op de hoogte is van de nieuwste behandelmogelijkheden van probleemgedrag? … dat er steeds betere methoden zijn om pijn bij dementie te monitoren en dat voorkomen of adequaat behandelen van pijn voorkomt dat probleemgedrag ontstaat? … mensen met dementie die last hebben van bewegingsonrust, een ballenstoel prettig vinden en daardoor rustiger worden? … zuigen op een lolly of een zuurtje kan leiden tot afname van roepgedrag? … het inzetten van een robotkat ervoor kan zorgen dat mensen met dementie zich minder eenzaam voelen?
TRANS 27
DE GOUDEN TIP VAN...
Investeer in persoonlijke ontwikkeling
Stap voor stap naar meer vrijwilligers Door de veranderingen in de gehandicaptenzorg is er minder geld beschikbaar voor begeleiding. In activiteitencentrum Sparring aan de Leyweg in Den Haag kwam dit hard aan. Om de kwaliteit van zorg te kunnen blijven garanderen voor de cliënten (mensen met niet-aangeboren hersenletsel en/of een lichamelijke beperking) was meer ruimte nodig voor vrijwilligers. HANS VAN AMSTEL-JONKER, GEMIVA-SVG GROEP
Foto’s ter beschikking gesteld door Gemiva-SVG Groep
Bert van Buren heeft dit veranderingsproces begeleid. ‘Er moest een knop om, vooral bij de begeleiders. Dat had tijd nodig. Stap voor stap lukt dit. Het resultaat is een forse groei van het aantal vrijwilligers, al lopen nu wel “meer gezichten” rond. Dat is soms verwarrend voor onze cliënten.’
TRANS 28
Bert van Buren: ‘We zoeken nu veel gerichter vrijwilligers.’
De omslag Bert van Buren werkt als persoonlijk begeleider en vrijwilligerscoördinator in Sparring. ‘Het was overduidelijk: door de overgang van AWBZ naar WMO is er minder geld beschikbaar. Er moest gesneden worden in het personeelsbudget. Verlies van banen was dan ook wat ons in eerste instantie bezighield. Dat gaf onrust in het team. De afvloeiing ging geleidelijk. Sommige collega’s op leeftijd besloten hun loopbaan voortijdig te beëindigen en zijn met een vertrekregeling weggegaan. Anderen zochten werk elders. Toen duidelijk was wie er kon blijven, verdween langzaam de onrust. Pas toen konden we omslag maken naar de inzet van meer vrijwilligers.’ ‘De werkzaamheden van bijvoorbeeld de wegbezuinigde betaalde huishoudelijk medewerker zijn nu verdeeld onder een aantal vrijwilligers. Ook bij de activiteiten van de cliënten zijn meer vrijwilligers. We zijn er alert op dat we ze overal bij betrekken, dat de begeleiders
de rol hebben om hen aan te sturen en dat we ze er niet alleen voor laten staan. Onze basiscursus voor nieuwe medewerkers en stagiaires over het omgaan met mensen met niet-aangeboren hersenletsel is nu ook toegankelijk voor vrijwilligers. We geven hun toegang tot intranet, zijn alert op het uitspreken van onze waardering voor hen en wijzen hen op scholingsmogelijkheden voor medewerkers waaraan ze kunnen deelnemen. Dat moet nog wel groeien. Maar hiermee binden we de vrijwilligers aan de organisatie.’
DE GOUDEN TIP VAN...
Marga van Stokrom: ‘Na mijn werk in de fyiotherapie en bij het Rijk als ambtenaar ben ik nu vrijwilliger bij de fitness in Sparring. Heerlijk om weer met mensen bezig te zijn.’
werkzoekenden die aan de slag willen blijven. Ook zien we vaker jongeren die naast hun studie vrijwilligerswerk willen doen om iets te doen voor de samenleving. Ouderen die na hun pensioen aan de slag willen blijven, hebben we altijd al gehad. Nieuw zijn de anderstaligen, die door vrijwilligerswerk hun taalvaardig-
Den Haag wordt van organisaties die Wmo-zorg verlenen verwacht dat zij aan een aantal criteria voldoen. De GemivaSVG Groep voldoet aan die regels en heeft daarmee het vereiste certificaat Goed Geregeld gekregen. Bert: ‘Het belangrijkste is dat we investeren in de persoonlijke ontwikkeling van
Al werkend de Nederlandse taal leren heid willen vergroten. Zo schenkt een Colombiaanse vrouw de koffie en leert ze al werkend de taal. Winst voor twee.’ Goed Geregeld Het vrijwilligersbestand in Sparring is in korte tijd van 6 naar 25 gegaan. Bij de Gemiva-SVG Groep, waarvan Sparring onderdeel is, steeg het aantal vrijwilligers van 1150 naar 1500 in bijna een jaar tijd. De organisatie heeft stichtingsbreed een beleidsgroep die alles uitpluist rondom vrijwilligerswerk. Zo zijn er nogal wat knelpunten rondom vrijwilligerswerk van mensen die een uitkering hebben. In
vrijwilligers. Daarmee kunnen we ze boeien en binden. Wat we niet kunnen voorkomen, is dat we veel deeltijdvrijwilligers hebben. Mensen komen meestal enkele dagdelen per week. Voor de vrijwilligers is dit prima, maar juist voor mensen met niet-aangeboren hersenletsel zijn het wel veel gezichten die ze te zien krijgen. Voor de rest constateer ik dat we op de goede weg zijn. Eerst zorgvuldig afscheid nemen van de oude werkwijze, dan ruimte maken voor de vrijwilligers, en daarna zoeken naar de mogelijkheden om hen aan ons te binden. In die volgorde werkt het!’ n
Activiteitencentrum Sparring: in korte tijd van zes naar vijfentwintig vrijwilligers
Wat wil de vrijwilliger? Het werven van vrijwilligers heeft een andere vorm gekregen. Werd voorheen vrij algemeen gevraagd om vrijwilligers, nu worden er gerichte vacaturemeldingen gedaan. Bert: ‘Voor een vrijwilliger bij de houtbewerkingsactiviteiten zoeken we iemand met andere vaardigheden dan voor de gastvrouw die helpt bij de koffie, thee en de lunch. Door gerichter te werven voorkomen we wederzijdse teleurstellingen. De vrijwilliger wil immers werk doen wat bij hem past. ‘We kijken ook naar waarom iemand vrijwilligerswerk wil doen. Zo zijn er TRANS 29
TRANS DEN HAAG TRANSMURAAL
WoonZorgcentra Haaglanden
mr. L.E. Visserhuis, joods wooncentrum
Stichting MCH Bronovo-Nebo
Contactpersonen redactie Cardia
kNMP departement Den Haag
Marleen Otoide-Vree www.cardia.nl
Vacature www.knmp.nl
Stichting Transmurale Zorg Den Haag en omstreken
Cato wonen welzijn zorg
MCH en Bronovo-Nebo
Jaargang 17, nummer 3, november (2015)
Tessa van Leeuwaarden www.cato-wwz.nl
Stichting Anton Constandse
Caroline Wortman www.bronovo.nl
Parnassia specialist in psychiatrie
Ian Plug www.stichtingantonconstandse.nl
Erica Holtheijer www.parnassia.nl
Stichting eykenburg
Respect Zorggroep
TranS is een uitgave van de Stichting Transmurale Zorg. De Stichting bevordert de kennisuitwisseling en samenwerking tussen een aantal zorgorganisaties in de Haagse regio. Met ingang van 2016 verschijnt TranS digitaal op www.transmuralezorg.nl
Eddy Lieferink, Loes Kwint www.florence.nl
Saffier De Residentiegroep
Stichting Transmurale Zorg Den Haag en omstreken Patricia Huijbregts (directeur) Monique Bergsma (contactpersoon redactie) koningin Sophiestraat 120; 2595 TM Den Haag (070) 700 00 77 www.transmuralezorg.nl
Ria van Haaften www.saffierderesidentie.nl
Gemiva-SVG Groep
Sophia Revalidatie
Volg ons op t @Transmuralezorg LinkedIn Groep transmurale zorg en subgroep Medicatieveiligheid
Yvonne Verbeek www.eykenburg.nl
Kim van Bemmel-Roeleveld www.respectzorggroep.nl
Florence
Hans van Amstel-Jonker www.gemiva-svg.nl
Mariëlle den Heijer www.sophiarevalidatie.nl
Inlichtingen en adreswijzigingen:
[email protected]
GGZ Haagstreek/Zoetermeer
Mr. L.e. Visserhuis
HagaZiekenhuis
WZH
Hoofdredactie Marieke keur Tekst & advies
[email protected] (070) 350 61 39
Huisartsen kring Haaglanden
Xtra
Heleen Dekker www.rivierduinen.nl
Bart van Wolferen, Elly van Schaik www.hagaziekenhuis.nl Henriëtte Dekkers www.kringhaaglanden.nl
Wim Moll www.jbc-visserhuis.nl
Nikki Vader, Lisanne van der Ploeg www.wzh.nl Sandra Spronk www.xtra.nl
HWW zorg
Jürgen Burkhardt, Anneke de Lange www.hwwzorg.nl
Vormgeving en productie Graphicom International,
[email protected] Distributie Zorgorganisaties die participeren in de Stichting, ontvangen TranS. Losse nummers kunnen uitsluitend op aanvraag toegezonden worden. kopij kopij vanuit de participerende organisaties kan voorgedragen worden via de contactpersonen van de redactieadviescommissie. © 2015 Alle rechten voorbehouden. Verspreiding van artikelen uitsluitend in overleg met de redactie.
www.transmuralezorg.nl
ISSN: 1873 - 8907
BERICHTEN UIT DE STICHTING
Stichting Transmurale Zorg Den Haag en omstreken
Zorgverleners aan het werk met de transmurale app In de transmurale werkapp worden alle regionale afspraken opgenomen die onder Transmurale Zorg Den Haag zijn ontwikkeld. De app heeft antwoorden op vragen van zorgverleners die transmuraal opgelost zijn.
Vraag Welke zorg kan ik regelen voor een patiënt en de naasten in de palliatieve fase in de thuissituatie? De patiënt heeft nog geen geïndiceerde zorg nodig, maar ik voorzie dat er behoefte gaat komen aan informatie of dat er mogelijk problemen gaan ontstaan. Hoe is de werkwijze van Huisbezoeken in de palliatieve fase? Mijn cliënt heeft een diabetische voetwond die is gaan ontsteken. Hoe moet ik die ook alweer precies behandelen?
Ik wil mijn patiënt graag verwijzen voor verdere diagnostiek naar dementie. Waar kan ik hem het beste naar toe verwijzen?
Als mijn cliënt naar de polikliniek gaat voor haar open been, moet zij dan een actueel medicatieoverzicht meenemen?”
De app Transmurale Werkafspraken Haaglanden is nu beschikbaar! ITunes
Google Playstore
TRANS 31
Tweets
COLUMN Dat kan ik zelf wel, ik ben niet gek Als jonge jongen leerde ik het vak van verzorgende. Het speelde zich af in de jaren ’70 in een voormalig sanatorium dat dienst deed als verpleeghuis. Naast mensen verzorgen leerde ik werken met verpleeghulpen, ziekenverzorgenden, verpleegkundigen, de waarnemend hoofdzuster, de hoofdzuster en de dokter. Als leerling stond je onderaan in de hiërarchie en werd je bijgestaan door een praktijkbegeleidster, die je vorderingen keurig bijhield in een aftekenboekje. Foto: Jan Bakker
@GezondLevenNL De nieuwe pagina over samenwerken met de #wijkverpleegkundige al gezien? #gezondegemeente #wijkgerichteaanpak @ChronischeZorg 4 modellen voor samenwerking tussen de #wijkverpleegkundige en het sociale domein www.kennispleinchronischezorg.nl/ eerstelijn @wijkverpleging Van Rijn roept om tekort wijkverpleging op te lossen www.nationalezorggids.nl/ouderenzorg/nieuws @AiGezondheid AllesisGezondheid Blog @RindadB van @Gezondin: 'Als we nu niets doen aan gezondheidsverschillen nemen ze verder toe’. @Openindezorg 'Samen de koers verleggen', van 'blame' naar 'just culture'. Ook dat is onderdeel van OPEN! [over de toekomstvisie IGZ] @MinVWS Schippers gaat innovatieve Nederlandse zorgbedrijvigheid (inter)nationaal stimuleren [in Health Deals; nieuwspagina VWS] @Skipr Denk en werk mee aan onze gezondheidssituatie in 2030. Kijk op www.skipr.nl/blogs @Zorg_innovatie Eline spreekt - Dé ipad app die mensen met een beperking helpt makkelijk te communiceren #zorginnovatie @elinespreekt @HNOW HetNieuweOuderWorden Het is nooit te laat om te worden wat je wil worden.. Behalve als je jonger wilt worden, dan heb je gewoon pech @TvanIersel Levenswijsheid van #oudere (90+): 'Altijd vrolijk zijn, iets voor anderen doen en kijken wat je nog wél kan.' #zingeving #zorgvoortweets
In een van de lange gangen zat steevast een oude, kleine, gedrongen vrouw. Zij was vanaf geboorte gehandicapt en woonde al jaren in het verpleeghuis. Geesje werd bij haar voornaam genoemd, een doodzonde in die tijd. Geesje nam zo vroeg als ze kon haar strategische plek in: een hoek op een kruispunt van twee gangen. Ze begroette iedereen met haar enigszins vervormde stem. Met haar te korte been, de zware hooggehakte schoen vooruit stekend, was ze een herkenbaar baken in de tl-verlichte en weeïg ruikende gangen. Geesje was in veel dingen beperkt, behalve in haar vaardigheid om zelf te bepalen wat ze wilde. Ze noemde haar medepatiënten gekke oude mensen of tikte veelzeggend tegen haar voorhoofd. Vandaag de dag word ik in ons hoofdgebouw begroet door een kale man die in de hal zit. Laat ik hem Lou noemen. Hij wordt verzorgd op de verpleegafdeling, is stokdoof en kiest net als Geesje destijds, zijn positie. Lopen kan hij nog net; zwaar hinkend loopt hij naar zijn plek en soms even naar buiten. Hij compenseert zijn doofheid door hard en monotoon zijn levenswijsheden met iedereen te delen. Hij heeft zo zijn eigen tegeltjeswijsheden. Voor mij bewaart hij: ‘Jij bent knapper dan je broer.’ Wat op zich niet waar is, maar aangezien hij denkt dat een collega mijn broer is heeft hij een punt. Hulp weigert hij: ‘Dat kan ik zelf wel.’ Vandaag zag ik hem met een witte tas, te koud gekleed, naar buiten hinkelen. ‘Ga boodschappen doen, ben niet gek hoor.’ De hoofdzuster is weg en aftekenboekjes bestaan niet meer. De vakmensen zijn nu echt zelf aan zet en vervullen meerdere rollen. Regels zijn nu te vinden op de computer. De gangen hebben meer kleur en tillen gaat met een tillift. “Iedereen in zijn eigen kracht zetten” is nu het leidmotief. Geen nieuws voor Geesje en Lou. n Bram Schinkelshoek