Deelnemerset Eindtermengericht praktijkexamen Bedrijfsbeheer Carrosseriebouw (55011) Inhoud Inleiding ................................................................................................................................................... 3 Eisen aan het verslag .............................................................................................................................. 4 Bedrijfsbeheer blok A .............................................................................................................................. 5 Leidinggeven (4.1.5) en Organisatie (4.1.2) ........................................................................................ 5 A1
Beschrijving van het bedrijf, het personeelsbestand en de (deel)branche(s) ..................... 5
A2
Opleidingsnoodzaak en opleidingsplan ............................................................................... 5
A3
Procedure opstellen/verbeteren en implementeren ............................................................ 6
A4
Casus: Opzetten en inrichten tweede vestiging .................................................................. 7
Beoordelingscriteria bedrijfsbeheer blok A .......................................................................................... 9 Verantwoording opdrachten Bedrijfsbeheer blok A en eindtermen Leidinggeven, Organisatie ........ 12 Bedrijfsbeheer blok B ............................................................................................................................ 13 Exploitatie & administratie (4.1.1) en Communicatie (4.1.4) ............................................................. 13 B1
Offertes aanvragen en investeringsvoorstel opstellen .......................................................... 13
B2
Stel een exploitatiebegroting voor het bedrijf op ................................................................... 13
B3
Procedure logistiek/routing in de tweede vestiging ............................................................... 13
B4
Klacht afhandelen op basis van de leverings- en betalingsvoorwaarden ............................. 14
B5 Presenteren van uitwerking opdracht A4 blok A ‘Casus Opzetten en inrichten tweede vestiging’......................................................................................................................................... 15 Beoordelingscriteria bedrijfsbeheer blok B ........................................................................................ 16 Verantwoording opdrachten Bedrijfsbeheer blok B en eindtermen Exploitatie & administratie en Communicatie .................................................................................................................................... 19 Bedrijfsbeheer blok C ............................................................................................................................ 20 Marketing en verkoop (4.1.7), Onderhoud (4.1.3), Milieu en veiligheid (4.1.8), Kwaliteitsbewustzijn en werkuitvoering (4.1.6) ................................................................................................................... 20 C1
Anticiperen op marktonderzoek ............................................................................................. 20
C2
Verkoopplan opstellen ........................................................................................................... 20
C3
Onderhoudsplan opstellen ..................................................................................................... 21
C4
Afvalstoffenbeleid .................................................................................................................. 22
C5
Risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) ............................................................................. 22
C6
Bedrijfsnoodplan .................................................................................................................... 23
C7
Ziekteverzuimbeleid ............................................................................................................... 23
C8
Werken met kwaliteitsprocedures in het bedrijf ..................................................................... 23
Beoordelingscriteria bedrijfsbeheer Blok C........................................................................................ 25 Verantwoording opdrachten Bedrijfsbeheer blok C en eindtermen Marketing en verkoop, Onderhoud, Milieu en veiligheid, Kwaliteitsbewustzijn en werkuitvoering ......................................... 28 Pagina 1 van 33
Bijlagen .................................................................................................................................................. 30
Pagina 2 van 33
Inleiding Binnen opleiding Bedrijfsbeheer / Management zijn er twee uitstroommogelijkheden. Te weten Schadeherstel en Carrosseriebouw. De leerinhoud van de eindtermengerichte opleiding voor Bedrijfsbeheer en Management is in beide gevallen verspreid over twee leerjaren. Voor de hele opleiding is de leerinhoud opgedeeld in 4 blokken (A t/m D). Het eindtermengerichte praktijkexamen Bedrijfsbeheer Carrosseriebouw volgt deze indeling. De deelnemer aan het praktijkexamen Bedrijfsbeheer Carrosseriebouw maakt een verslag waarin hij per blok (A t/m C) meerdere opdrachten uitwerkt. In een aantal gevallen zijn blokken met elkaar verweven doordat uitgewerkte opdrachten uit voorgaande opdrachten de basis vormen voor het uitwerken van opdrachten in de daaropvolgende blokken. Wanneer dit het geval is, wordt daar in de opdrachtomschrijving melding van gemaakt, zodat de deelnemer niet voor vervelende verrassingen staat. De blokken in dit document zijn als volgt uitgewerkt: - Titel blok en de daarin opgenomen eindtermen. - De opdrachten voor de deelnemer aan het praktijkexamen. - De beoordelingscriteria voor de examinator. - De verantwoording van de eindtermen. Attentiepunten: Daar waar gesproken wordt over leidinggevende, wordt tevens bedoeld: werkgever/manager De nummers achter de titels van de eindtermen verwijzen naar de toetstermen. Bijvoorbeeld: Kwaliteitsbewustzijn en werkuitvoering (4.1.6)
Pagina 3 van 33
Eisen aan het verslag Voorkant: - Titel blok en eindtermen – hieruit moet direct duidelijk worden waar het verslag over gaat. - Naam deelnemer. - Deelnemernummer. - Kwalificatie/opleiding + niveau. - Naam van het ROC. - Naam docent(en). - Datum. Technische vormeisen - Verslagen dienen zowel op papier als digitaal te worden aangeleverd. - Papierformaat: A4 (standaardpapier) . - Digitale versies worden aangeleverd Als .doc, .docx of .pdf bestand. - Automatische inhoudsopgave (maximaal 3 niveaus). - Voettekst met naam deelnemer, deelnemernummer, naam ROC - Genummerde pagina’s in de stijl van: 1 van … - Lettertype Arial - Lettergrootte 10 - Eventueel genummerde bijlagen toevoegen - Het verslag is gebundeld: geniet of met een snelhechter (of ander degelijk systeem) Inhoudelijke vormeisen - Inleiding waarin de deelnemer vertelt hoe hij heeft gewerkt en hoe hij het werken ervaren heeft. - Indeling in hoofdstukken volgens het format voor het maken van het verslag. - Uitwerkingen van de opdrachten met verwijzingen naar de eventuele bijlagen en/of de bronnen die je mogelijk geraadpleegd hebt. Inhoud -
In correct Nederlands, dus geen spelfouten. Goede zinsbouw. In je eigen woorden. Plagiaat (= kopiëren en plakken van internet) wordt afgekeurd. Illustraties zijn functioneel, dus niet alleen maar ter verfraaiing. Afbeeldingen dienen ter verduidelijking van de tekst. Denk ook aan eigen foto’s, grafieken of tabellen om iets uit te leggen.
Indien je naar gebruikte bronnen verwijst, vermeld dan (mits bekend) in geval van… - Boeken: de auteur(s), de volledige titel (druk), uitgever, jaartal - Tijdschriftartikelen: de auteurs(s), titel artikel, naam tijdschrift, jaargang plus nummer, bladzijdes in tijdschrift. - Internet: vermelden naam of titel van de website en volledige URL + de datum waarop je de website bezocht hebt i.v.m. versie
Pagina 4 van 33
Bedrijfsbeheer blok A Leidinggeven (4.1.5) en Organisatie (4.1.2) A1 Beschrijving van het bedrijf, het personeelsbestand en de (deel)branche(s) Beschrijf het eigen bedrijf Beschrijf in je verslag van het bedrijf waarin je werkzaam bent. Geef daarbij tenminste de volgende informatie: - Bedrijfstype (zelfstandig bedrijf, onderdeel van een bedrijfsketen, etc.). - Ondernemingsvorm (eenmanszaak, BV, NV, etc.). - Soort bedrijf (autoschadeherstelbedrijf, carrosseriebouwbedrijf, combinatie autoschadeherstelen garagebedrijf, specialistische bedrijven, zoals caravanbedrijven, restauratie, autopoetsbedrijven, etc.). - Globaal de activiteiten/werkzaamheden die in het bedrijf worden uitgevoerd. - Geef de functies die in het bedrijf voorkomen weer in een organogram. Beschrijving van het personeelsbestand Neem in je verslag een overzicht op van het personeelsbestand van het bedrijf waar je werkt. Beschrijf per medewerker: - De naam van de medewerker - De functiebeschrijving - Eventuele neventaken - Het aantal Fte dat de medewerker werkt. - De leeftijd - Het opleidingsniveau en/of gevolgde cursussen, trainingen - Relevante werkervaring - Overige relevante informatie die je over de medewerker kwijt wilt. Je mag in deze opdracht gebruik maken van bestaande overzichten of beschrijvingen uit het bedrijf en die zo nodig aanvullen. Tip: je kan gebruik maken van door jou opgestelde organogram uit deze opdracht. Beschrijving van de (deel)branche(s) Beschrijf in je verslag in minimaal 200 woorden, de (deel)branche of (deel)branches waarin het bedrijf actief is. Beschrijf hoe de brancheorganisatie voor deze branche(s) er uitziet, waarbij je informatie geeft over: - wat het doel is, of de doelen zijn van deze brancheorganisatie(s), - welke afdelingen je kunt benaderen voor advies over innovaties, - welke afdelingen je kunt benaderen voor advies over personeelszaken. Beschrijf bij welke brancheorganisatie(s) het bedrijf zelf is aangesloten. Wanneer het bedrijf niet bij een brancheorganisatie is aangesloten, beschrijf dan bij welke brancheorganisaties het bedrijf zich dan eventueel zou kunnen aansluiten. Beschrijf wat de voornaamste reden is voor het bedrijf om wel/niet aangesloten te zijn bij een brancheorganisatie. Beschrijf welke relaties er liggen tussen de onderlinge brancheorganisatie(s) waarbij het bedrijf is aangesloten, of aangesloten had kunnen zijn. Beschrijf welke relaties er liggen tussen de branche waarbij het bedrijf is aangesloten en aanverwante (branche)organisaties. Bijvoorbeeld tussen FOCWA en BOVAG, of FOCWA – CINTEC, etc.
A2 Opleidingsnoodzaak en opleidingsplan Signaleren van opleidingsnoodzaak Zoek tenminste twee artikelen die de ontwikkelingen rond elektronica in voertuigen beschrijven. Neem deze artikelen als bijlagen op in dit verslag. Zoek op www.bkscarrosserie.nl het beroepsprofiel van de Autoschadetechnicus en lees dit profiel goed door. Beschrijf naar aanleiding van de artikelen en het beroepsprofiel dat je gelezen hebt, in minimaal 150 woorden de volgende zaken: - Beschrijf wat de autoschadetechnicus aan vaardigheden, kennis en inzicht in huis moet hebben om dit beroep uit te kunnen oefenen. Pagina 5 van 33
-
-
-
-
Beschrijf welk effect de ontwikkelingen rond elektronica in voertuigen kan hebben op de werkzaamheden in het bedrijf waar je werkzaam bent en op welke termijn dit/deze effect(en) zichtbaar kunnen worden. Hierbij kan je bijvoorbeeld denken aan extra werkzaamheden voor het bedrijf; de noodzaak om werkzaamheden uit te besteden, etc. Beschrijf of het bedrijf, aan de hand van het door jou in kaart gebrachte personeelsbestand (opdracht 1), beschikt over medewerkers die aan het beroepsprofiel van de Autoschadetechnicus voldoen en in hoeverre daarvan sprake is. Het kan dus zijn dat medewerkers voor een deel of misschien wel geheel aan het profiel voldoen. Wat er eventueel op het gebied van scholing/opleiding moet gebeuren om met de huidige medewerkers in het bedrijf, goed ingespeeld te zijn en te blijven op de technische ontwikkelingen m.b.t. auto-elektronica in schadevoertuigen. Wanneer je concludeert dat (bij)scholing niet nodig is, moet je dat onderbouwen.
Scholingsplan opstellen Stel vervolgens een voorstel voor een scholingsplan op, waarin je in minimaal 200 woorden de volgende zaken beschrijft: - Welke medewerkers volgens jou (bij)geschoold kunnen worden, inclusief argumentatie. - Welke cursussen of trainingen hiervoor gebruikt kunnen worden, inclusief argumentatie. - Op welke termijn dit scholings/opleidingstraject dan zou moeten plaatsvinden en hoe lang dit traject vervolgens is, inclusief argumentatie. - Geef in een duidelijk overzicht weer wat de kosten voor dit scholingsplan zijn. Bespreek je voorstel met je leidinggevende. Beschrijf in je verslag, in tenminste 100 woorden wat je met je leidinggevende hebt besproken, wat de reactie (positief of negatief) was van je leidinggevende op je voorstel, wat verder uit dat gesprek is gekomen en wat mogelijke stappen zijn die het bedrijf gaat zetten. Vraag je leidinggevende welke budget het bedrijf voor scholing beschikbaar heeft. Heeft het bedrijf hiervoor geen budget bepaald, vraag dan welk budget het bedrijf beschikbaar zou willen/kunnen stellen (mag dus ook een hypothetisch budget zijn). Pas je scholingsplan, indien nodig, hierop aan, zodat dit past binnen het gegeven budget. Laat je leidinggevende dit onderdeel in je verslag tekenen. Neem het scholingsplan als bijlage op in je verslag.
A3 Procedure opstellen/verbeteren en implementeren Voorstel (verbetering) procedure opstellen Kies tenminste twee processen binnen het bedrijf waarin je werkzaam bent, waarvoor nog geen (kwaliteits)procedures zijn opgesteld. Beschrijf de door jou gekozen processen in je verslag en geef aan waarom het belangrijk is dat er voor deze processen procedures moeten worden opgesteld. Stel de procedures op, zoals jij vindt dat die er moeten uitzien. Vermeld in de opgestelde procedures tevens wat de te behalen resultaten/doelstellingen zijn die je hiermee wilt behalen. Neem de door jou opgestelde procedures op in je verslag. Indien het je niet lukt om twee processen binnen het bedrijf te vinden die nog niet beschreven staan in een procedure, kies dan tenminste twee kwaliteitsprocedures die al toegepast worden, maar waarvan je vindt dat die verbeterd kunnen worden. Bijvoorbeeld omdat deze niet het gewenste resultaat behalen. Beschrijf in je verslag om welke procedures het gaat en welke mogelijke verbeteringen jij ziet om de door jou gekozen procedures nog beter te laten werken. Beschrijf tevens wat de te behalen resultaten/doelstellingen zijn die je met deze verbeterde procedures wilt behalen. Neem de door jou gekozen en verbeterde procedures op in je verslag. Implementatieplan voor de voorgestelde (verbeterde) procedure Beschrijf in stappen hoe je de voorgestelde (verbeterde) procedures in het bedrijf wilt gaan invoeren (implementeren), wat het doel is van je implementatieplan en wat je met dit plan wilt bereiken. Geef in je plan een tijdspad aan en benoem de betrokkenen en hun verantwoordingen. Pagina 6 van 33
Bespreek dit implementatieplan met je leidinggevende. Beschrijf in je verslag wat de reactie (positief of negatief) van je leidinggevende is op je voorstel betreffende de (verbeterde) procedures en het implementatieplan dat je hebt opgesteld. Laat je leidinggevende de (verbeterde) procedures en het implementatieplan tekenen. Neem deze (verbeterde) procedures en het implementatieplan op als bijlagen in je verslag. Informeren van collega’s over de (verbeterde) procedure Informeer je collega’s over je opgestelde (verbeterde) procedure en het implementatieplan dat je eerder met je leidinggevende hebt besproken. Kies daarvoor een presentatievorm die in jouw bedrijf gebruikelijk is, of die het beste binnen jouw bedrijf toepasbaar is. Beargumenteer waarom dit de beste passende vorm is. Bespreek vooraf met je leidinggevende de wijze waarop je de informatie omtrent de procedures en het implementatieplan naar je collega’s wilt presenteren en beschrijf in je verslag welke adviezen je daarbij hebt verkregen en wat je hiermee hebt gedaan. Zorg er ook voor dat je collega’s in de gelegenheid worden gesteld om deze informatie later terug te vinden en na te lezen/te bekijken. Beschrijf in je verslag hoe je het informeren van je collega’s hebt aangepakt en waarom je speciaal voor deze presentatievorm hebt gekozen. Beschrijf ook de reacties van je collega’s op jouw presentatie. Indien er sprake was van weerstand bij je collega’s geef dan aan hoe je hierop hebt gereageerd. Indien er geen sprake was van weerstand bij je collega’s, geef dan aan hoe je hierop gereageerd zou hebben.
A4 Casus: Opzetten en inrichten tweede vestiging Het bedrijf waar je werkt wil een tweede vestiging beginnen om de activiteiten van het bedrijf uit te breiden. De nieuwe vestiging gaat zich bezighouden met het bouwen van carrosserieën tot 3500 Kg. Spuitwerkzaamheden worden uitbesteed. Een bedrijfsruimte is reeds aangekocht. Het personeel dat in deze nieuwe vestiging komt te werken wordt overgenomen van een ander carrosseriebouwbedrijf dat onlangs failliet is gegaan. Bij deze opdracht hoort een overzicht van het personeelsbestand dat voor de vestiging is aangenomen. Stel een overzicht op met de benodigde werkplaatsoutillage die je nodig hebt op deze locatie met de gegeven personeelsbezetting. Neem dit overzicht op in je verslag. Je krijgt bij deze opdracht ook een plattegrond van het pand. Vul op basis van deze plattegrond de inrichting van het bedrijf in. Houd daarbij rekening met de gewenste routing in het bedrijf. Het pand beschikt reeds over de volgende inrichting: - Drie nog verder in te richten ruimtes. - Een grote toiletruimte. - Een gastentoilet. - Een wasplaats met rooster en vuilwaterafscheider. - Het volledige pand is verwarmd (met vloerverwarming) en verlicht. Vul (teken) op de gegeven plattegrond de inrichting verder in met: - Een receptie. - Een ontvangst- en wachtruimte voor klanten. - Een kantoor. - Een kantine voor het personeel. - Een plek in de werkplaats waar het demonteren en bouwen van carrosserieën kan plaatsvinden. - Een plek in de werkplaats waar werkzaamheden aan chassis verricht kunnen worden. - Een ruimte waar verspanende werkzaamheden (zaagmachines) verricht kunnen worden. - Een opslagruimte voor onderdelen en materialen (waaronder brandgevaarlijke materialen). Pagina 7 van 33
-
Een plek waar voertuigen afgeleverd kunnen worden.
Je mag in de tekening extra ruimtes intekenen, of eventueel een voorstel doen om ruimtes te verplaatsen. Je mag deuren omkeren en muren uitbreken. Houd rekening met vluchtwegen en nooduitgangen. Neem de aangevulde plattegrond als bijlage op in je verslag. Werk deze opdracht, net als overigens de andere opdrachten, zorgvuldig uit. Je gaat deze uitwerking namelijk ook gebruiken voor de opdrachten in blok B: ‘Exploitatie en administratie’, van je examen.
Pagina 8 van 33
Beoordelingscriteria bedrijfsbeheer blok A Opdracht A1: Beschrijving van het bedrijf, het personeelsbestand en de (deel)branche(s) Beschrijf het eigen bedrijf De uitwerking van dit onderdeel bevat informatie over: - Het bedrijfstype. - De ondernemingsvorm. - Het soort bedrijf. - De activiteiten/werkzaamheden die in het bedrijf worden uitgevoerd De omschreven activiteiten/werkzaamheden die in het bedrijf worden uitgevoerd komen overeen met het soort bedrijf dat de deelnemer heeft omschreven. Het verslag bevat een organogram welke hiërarchisch goed is opgebouwd. D.w.z. dat hogere functies bovenin en lagere functies daaronder staan aangegeven en dat tevens mogelijke staffuncties in het organogram zijn aangegeven. Beschrijving van het personeelsbestand De beschrijving van het personeelsbestand komt overeen met de organogram. De beschrijvingen van de functie/takenpakket van de personeelsleden in het personeelsbestand komen overeen met de beschreven activiteiten/werkzaamheden die in het bedrijf worden uitgevoerd. Beschrijving van de (deel)branche(s) De deelnemer heeft de juiste brancheorganisatie(s) genoemd voor deze branche, waarin het bedrijf waar de deelnemer werkt, actief is. De deelnemer heeft correcte informatie gegeven over: - Het doel, of de doelen van deze brancheorganisatie. - De afdelingen die benaderd kunnen worden voor advies over innovaties. - De afdelingen die benaderd kunnen worden voor advies over personeelszaken. De deelnemer heeft een correcte beschrijving gegeven van de brancheorganisatie waarbij het bedrijf wel/niet aangesloten is en kan de juiste voor- en/of nadelen weergegeven van het wel/niet aangesloten zijn bij een brancheorganisatie. De deelnemer heeft correct beschreven welke relaties er liggen tussen de onderlinge brancheorganisatie(s) waarbij het bedrijf is aangesloten, of aangesloten had kunnen zijn. De deelnemer heeft correct beschreven welke relaties er liggen tussen de branche waarbij het bedrijf is aangesloten en aanverwante (branche)organisaties. Bijvoorbeeld tussen FOCWA en BOVAG, of FOCWA – Eurogarant, etc. Totaalscore Opdracht A2: Opleidingsnoodzaak en opleidingsplan Signaleren van opleidingsnoodzaak De deelnemer heeft naar aanleiding van de artikelen en het beroepsprofiel volgende zaken op juiste wijze beschreven en tussen de gegeven informatie de juiste relatie gelegd: - Een correcte beschrijving van wat de autoschadetechnicus aan vaardigheden, kennis en inzicht in huis moet hebben om dit beroep uit te kunnen oefenen. - Een correcte beschrijving van het effect dat de ontwikkelingen rond elektronica in voertuigen kan hebben op de werkzaamheden in het bedrijf waar de deelnemer werkzaam is en op welke termijn dit/deze effect(en) zichtbaar kunnen worden. - Een juiste conclusie of het bedrijf, aan de hand van het door de deelnemer in kaart gebrachte personeelsbestand uit opdracht 1, beschikt over medewerkers die aan het beroepsprofiel van de Autoschadetechnicus voldoen en in hoeverre daarvan sprake is. - Een juist analyse en conclusie wat er eventueel op het gebied van scholing/opleiding moet gebeuren om met de huidige medewerkers in het bedrijf, goed ingespeeld te zijn en te blijven op de technische ontwikkelingen m.b.t. auto-elektronica in schadevoertuigen. Of - Een juiste onderbouwing van een eventuele conclusie dat (bij)scholing niet nodig is. Scholingsplan opstellen De keuze voor eventueel bij te scholen medewerkers uit het door de deelnemer opgestelde personeelsbestand, is logisch.
3 1
1 1
1 1
1 1
1
1 1
10 4
1 1
1
1
1
Pagina 9 van 33
De argumentatie voor de keuze is coherent met de keuze en de eerder vastgestelde opleidingsnoodzaak. De deelnemer heeft passende cursussen of trainingen gevonden/beschreven om de medewerkers (bij) te scholen. De deelnemer heeft de kosten van het scholingsplan overzichtelijk in beeld gebracht. De bepaalde termijn waarin het beschreven scholings/opleidingstraject moet plaatsvinden sluit aan op de eerder vastgestelde opleidingsnoodzaak. De deelnemer rekening heeft gehouden met een eventueel budget dat het bedrijf voor scholing beschikbaar heeft, of eventueel beschikbaar zal willen/kunnen stellen. Totaalscore
1
Opdracht A3: Procedure opstellen/verbeteren en implementeren Voorstel (verbetering) procedure opstellen In de beschreven procedures is tenminste opgenomen: - De processtappen. - De betrokkenen (uitvoerenden, afdeling) . - De verantwoordelijkheden van iedere betrokkenen. - De te behalen resultaten/doelstellingen.
5
1 1 1 1 10
2
Implementatieplan voor de voorgestelde (verbeterde) procedure In het beschreven implementatieplan is tenminste opgenomen: - Het doel van de implementatie - De te behalen resultaten: wat willen we bereiken? Het gewenste resultaat van de implementatie (eventueel opgesplitst in deelresultaten). - Plannen en sturen: hoe krijgen we het voor elkaar? Plan van aanpak, werkwijzen. De te ondernemen stappen. Een tijdsplan. Wie is waarvoor verantwoordelijk? Welke middelen/randvoorwaarden (geld, materiaal) zijn er nodig? Het implementatieplan is realistisch gezien: - De beschikbare middelen - Het tijdsplan - Het gewenste resultaat De leidinggevende van de deelnemer heeft de (verbeterde) procedures en het implementatieplan getekend. De (verbeterde) procedures en het implementatieplan zijn als bijlagen opgenomen in het verslag. Informeren van collega’s over de (verbeterde) procedure De argumentatie aangaande de gekozen presentatievorm is logisch. De deelnemer heeft mogelijke adviezen van zijn leidinggevende op juiste wijze weten te verwerken. De deelnemer heeft een goede manier gevonden om ervoor te zorgen dat zijn collega’s in de gelegenheid worden gesteld om de informatie later terug te vinden en na te lezen/te bekijken De deelnemer heeft adequaat gereageerd op eventuele weerstand tegen de (verbeterde) procedures en het implementatieplan. Of Heeft mogelijke weerstand goed in kaart gebracht met daarbij de juiste wijze van reageren. Totaalscore Opdracht A4: Casus Opzetten en inrichten tweede vestiging In het overzicht van de benodigde werkplaatsoutillage is tenminste opgenomen: - (Hand)gereedschappen en apparatuur voor de voorbewerkingsplaats. - (Hand)gereedschappen en (diagnose)apparatuur voor de plaatwerkerij/schadeherstelafdeling. - (Hand)gereedschappen en apparatuur voor de de- en montageplaats. De benodigde werkplaatsoutillage is afgestemd op de grootte van het personeelsbestand. Alle gevraagde elementen zijn aangegeven op de plattegrond. De indeling van de verschillende werklocaties in de werkplaats en de opstelling van ingerichte ruimten, gereedschappen en apparatuur, is logisch. Bij de indeling is rekening gehouden met nooduitgangen en vluchtwegen (ook met de nooduitgangen in de spuitcabine).
2
2
1 1 1 1
10 1 2
2 1 2 1
Pagina 10 van 33
In de indeling is er rekening mee gehouden dat de klant in principe niet in de werkplaats komt. In de indeling is er rekening mee gehouden dat de spuit/droogcabine zodanig is opgesteld dat voertuigen makkelijk vanuit de voorbewerkingsruimte naar binnen gereden kunnen worden. Totaalscore
1 1 10
Pagina 11 van 33
Verantwoording opdrachten Bedrijfsbeheer blok A en eindtermen Leidinggeven, Organisatie Nr. 1 2 3 4 5 6
7
8 Nr. 1 2 3 4 5 6
7 8
Eindtermen Leidinggeven De kandidaat kan voor het bedrijf / de eigen afdeling de taken uitvoeren die voortvloeien uit het personeelsbeleid van de onderneming. De kandidaat kan het scholingsbeleid van de onderneming vertalen in een scholingsbeleid voor het personeel van het bedrijf / de eigen afdeling. De kandidaat kan opleidingstekorten bij het personeel signaleren en individuele scholingsplannen opstellen De kandidaat kan voorstellen doen voor het opstellen van procedures en gesanctioneerde procedures voor het bedrijf / de eigen afdeling uitvoeren. De kandidaat kan kwaliteitsprocedures en –normen van het bedrijf vertalen naar acties in het bedrijf / de eigen afdeling De kandidaat kan relevante informatie over vakontwikkelingen, nieuwe regelgeving of bedrijfs- / afdelingsprocedures toegankelijk maken voor de medewerkers. De kandidaat kan de werkplanning en de daaruit voortvloeiende opdrachten, taken en prioriteiten opstellen en overdragen aan de werknemers De kandidaat kan de waardering voor het vakmanschap van de medewerkers kenbaar maken en benutten. Eindtermen Organisatie De kandidaat kan de structuur van de eigen brancheorganisatie omschrijven. De kandidaat kan de functionele relatie tussen aanverwante organisaties en de branche noemen. De kandidaat kan rekening houdend met interne factoren en aan de hand van relevante gegevens een bedrijfs- / afdelingsplan opzetten. De kandidaat kan de organisatie waarmee het bedrijfs- / afdelingsplan wordt gerealiseerd omschrijven en schematisch weergeven. De kandidaat kan op basis van gevormd beleid voorstellen doen tot (her)inrichten van het bedrijf / de eigen afdeling. De kandidaat kan aan de hand van de organisatie en de (bedrijfs-/) afdelingsinrichting de logistieke en administratieve procedures binnen de afdeling opstellen en doen uitvoeren. De kandidaat kan werken met een managementinformatiesysteem binnen (het bedrijf /) de eigen afdeling. De kandidaat kan organisatorische problemen analyseren en voorstellen voor beleidsvorming formuleren. Totaal eindtermen in blok vs. gedekt in opdrachten
Tax. R
Opdracht(en) -
R
A2
P
A2
P
A3
R
A3
P
A3
P
-
P
-
Tax. F
Opdracht(en) A1
F
A1
P
A2
B
A1
P
A4
P
B3 in blok B
R
A2, A3
P
A3 13/16
Pagina 12 van 33
Bedrijfsbeheer blok B Exploitatie & administratie (4.1.1) en Communicatie (4.1.4) B1 Offertes aanvragen en investeringsvoorstel opstellen Vraag twee of meer offertes/aanbiedingen op voor de door jou in kaart gebrachte inrichting of equipement voor de vestiging. Je mag hierbij kiezen tussen het opvragen van offertes voor: Of de benodigde apparatuur voor het uitvoeren van verspanende bewerkingen passend bij bedrijf in de casus. Of, eventueel benodigde bruggen. Of, inregel- en afstelapparatuur voor elektronische componenten in voertuigsystemen. Geef in je verslag aan wat precies je aanvraag/opdracht naar de leveranciers/aanbieders was. Vergelijk de ontvangen offertes en maak hieruit een keuze voor de best passende offerte. Motiveer je keuze voor de gekozen offerte in je verslag. Neem de ontvangen offertes als bijlagen op in je verslag Bereken de investering die je moet doen om het product/de producten uit de door jou gekozen offerte aan te schaffen en te laten plaatsen. Laat je berekening zien in je verslag. Bepaal de afschrijving in termijnen voor het product/de producten uit de door jou gekozen offerte. Laat ook hier weer je berekening zien in je verslag.
B2 Stel een exploitatiebegroting voor het bedrijf op Deze opdracht grijpt terug op opdracht A4 ‘Casus Opzetten en inrichten tweede vestiging’, uit blok A. Zorg er dus voor dat opdracht A4 uit blok A helemaal goed is afgerond voordat je aan deze opdracht begint. Stel een exploitatiebegroting op voor de vestiging die door jou in kaart gebracht is in opdracht A4 ‘Casus Opzetten en inrichten tweede vestiging’. Bereken de volgende zaken: - Bereken de omzet die je met het gegeven aantal werknemers zou moeten kunnen halen. Maak hiervoor een inschatting van het aantal voertuigen dat je redelijkerwijs jaarlijks zou moeten kunnen afleveren en welke opbrengsten je hiermee genereert. Toets je schatting bij je leidinggevende of bij collega-bedrijven, of medestudenten die in een vergelijkbaar bedrijf als het bedrijf in de casus werken. - Bereken de loonkosten per medewerker. Ga daarbij uit van het personeelsoverzicht dat bij de casusopdracht A4 uit blok A hoort. De berekening van loonkosten is als volgt opgebouwd: o Brutoloon o Vakantiegeld o Werkgeverslasten sociale verzekeringspremies (ga hierbij uit van 8%) o Pensioenpremie (pensioenpremie = 25%, waarvan de helft door de werknemer betaald moet worden) - Bereken de totale kosten voor het bedrijf. Dat wil zeggen; de huisvestingskosten, de afschrijvingen, personeel (totale loonkosten), etc. - Bereken de kostprijs per uur. - Bereken het uurtarief dat je gaat vragen. - Bereken het bedrijfsresultaat. Let op! Alle kosten die in de exploitatiebegroting worden genoemd dienen te worden ondersteund door een berekening. Deze berekeningen dien je ook op te nemen in je verslag. Voor het berekenen zal je in een aantal gevallen een inschatting moeten maken van kosten of opbrengsten. Toets je schattingen bij je leidinggevende of bij collega-bedrijven, of medestudenten die in een vergelijkbaar bedrijf werken als het bedrijf uit de casus.
B3 Procedure logistiek/routing in de tweede vestiging Deze opdracht grijpt terug op opdracht A4 ‘Casus Opzetten en inrichten tweede vestiging’, uit blok A, waarin je onder andere aan de hand van een plattegrond een indeling van een fictieve tweede vestiging hebt gemaakt. Zorg er dus voor dat opdracht A4 uit blok A helemaal goed is afgerond voordat je aan deze opdracht begint. Beschrijf de routing binnen de tweede vestiging naar aanleiding van de eerder uitgevoerde opdracht A4: Casus Opzetten en inrichten tweede vestiging’, uit blok A. Pagina 13 van 33
Werk de routing stap voor stap uit in een procedure waardoor zo efficiënt mogelijk aan de klantopdrachten gewerkt kan worden. In de procedure moet in ieder geval uitgewerkt zijn: - De ontvangst / inname van het voertuig. - De voorbereidende werkzaamheden aan het voertuig. - De feitelijke uitvoering van werkzaamheden aan het voertuig met locatie en specificering van werkzaamheden aan het voertuig in de werkplaats. - De opslag van (gedemonteerde) onderdelen. - De afrondende / afleveringswerkzaamheden aan het voertuig. - De aflevering aan de klant. Neem in je routing alle logistieke aspecten op die van toepassing zijn, zoals materiaal- en onderdeleninname en -uitgifte alsmede de administratieve handelingen die daarbij van toepassing zijn. Bespreek je voorstel met je leidinggevende. Geef daarbij aan welke voordelen je ziet om de routing op deze manier uit te voeren of te verbeteren. Geef in je verslag ook aan wat de reactie (positief of negatief) van je leidinggevende is op je voorstel.
B4 Klacht afhandelen op basis van de leverings- en betalingsvoorwaarden Neem in je verslag de leverings- en betalingsvoorwaarden op die gehanteerd worden in het bedrijf waarin je werkzaam bent. Heeft het bedrijf die niet, gebruik dan de ‘Algemene leveringsvoorwaarden en betalingsvoorwaarden voor ondernemingen aangesloten bij de Nederlandse vereniging van ondernemers in het carrosseriebedrijf’ (FOCWA voorwaarden). Bereid je aan de hand van de gebruikte voorwaarden, voor op de volgende case: Stel, het bedrijf waar je werkt hanteert de ‘Algemene leveringsvoorwaarden en betalingsvoorwaarden voor ondernemingen aangesloten bij de Nederlandse vereniging van ondernemers in het carrosseriebedrijf’ (FOCWA voorwaarden) Een klant heeft een opdracht gegeven, waarbij is afgesproken dat de opdracht binnen 10 werkdagen wordt uitgevoerd. In de opdracht is een aantal stelposten opgenomen. Op de een-na-laatste dag, voor de oplevering van de opdracht, constateer je dat een van de stelposten het gestelde bedrag met 8% zal overschrijden door toedoen van materiaalgebruik. Je hebt i.v.m. de constructie van de opdracht ander materiaal moeten gebruiken dan aanvankelijk was ingecalculeerd. Gezien de tijdsdruk en omdat je van mening bent dat het nu toegepaste materiaal absoluut noodzakelijk is om de constructie te kunnen realiseren, besluit je de opdrachtgever niet te informeren over het overschrijden van de stelpost en de opdracht af te ronden. Na oplevering van de opdracht wordt de opdrachtgever geconfronteerd met de overschreden stelpost. De klant vindt dit dermate onacceptabel hoog, dat hij weigert de meerkosten te betalen. Werk in je verslag de volgende vraagstukken uit: - Welke rechten en plichten gelden in deze casus met betrekking tot de stelpost voor de opdrachtgever (klant) en voor de opdrachtnemer? - Moet de klant de volledige factuur betalen, of staat hij m.b.t. het overschrijding van de stelpost in zijn recht? - Hoe was de situatie geweest wanneer de stelpost met 25% was overschreden? Welke verplichtingen hadden er dan gegolden voor zowel de klant als voor jou, als opdrachtnemer? - Welke rechten heb je wanneer de klant weigert om de volledige factuur te betalen? - Beschrijf in je verslag de afwegingen die maakt tussen bedrijfsbelang en het klantbelang - Beschrijf in je verslag de voor- en nadelen hiervan. - Beschrijf in je verslag welke keuzes je uiteindelijk gemaakt hebt. - Motiveer je afwegingen en keuzes. Neem de door jou toegepaste leverings- en betalingsvoorwaarden als bijlage op in je verslag.
Pagina 14 van 33
B5
Presenteren van uitwerking opdracht A4 blok A ‘Casus Opzetten en inrichten tweede vestiging’ Deze opdracht grijpt onder andere terug op opdracht A4 ‘Casus Opzetten en inrichten tweede vestiging’, uit blok A. Zorg er dus voor dat opdracht A4 uit blok A helemaal goed is afgerond voordat je aan deze opdracht begint. Stel een plan voor een presentatie op die je op het praktijkexamen gaat houden voor de examinatoren. In deze presentatie presenteer je jouw uitwerkingen van de drie samenhangende opdrachten: - Opdracht A4: ‘Opzetten en inrichten tweede vestiging’ uit blok A; - Opdracht B2: Stel een exploitatiebegroting voor het bedrijf op; - en Opdracht B3 Procedure logistiek/routing in het fictief bedrijf naar aanleiding van opdracht casus Opzetten en inrichten tweede vestiging De presentatie mag minimaal 15 en maximaal 25 minuten duren. Tijdens het praktijkexamen krijg je de beschikking over: - Een laptop met USB aansluiting. - Een beamer. - Een flip-over. Beschrijf in je presentatieplan tenminste: - De doelgroep. - Het doel van je presentatie. - De structuur van je presentatie (bijvoorbeeld in onderwerpen, of kernpunten). - Op welke wijze je jouw uitwerkingen gaat presenteren en welke middelen je daarvoor nodig hebt. - Wil je andere middelen gebruiken om te presenteren dan de middelen die beschikbaar zijn, dan moet je die zelf meenemen. - Welke vragen je naar aanleiding van je presentatie kunt verwachten. - Beschrijf wat jij wilt dat de examinatoren na afloop van je presentatie weten/hebben geleerd. Na afloop van je presentatie zullen de examinatoren inhoudelijk vragen stellen, bereid je daar op voor.
Pagina 15 van 33
Beoordelingscriteria bedrijfsbeheer blok B Opdracht B1: Offertes aanvragen en investeringsvoorstel opstellen Er is een concrete aanvraag/opdracht naar de leveranciers/aanbieders. M.a.w. uit de aanvraag/opdracht wordt precies duidelijk wat de wensen/eisen van de deelnemer zijn, zodat de kans op passende offertes reëel is. De gebruikte argumentatie voor de gekozen offerte sluit aan bij de keuze voor de best toepasbare offerte. Bij de keuze tussen de offertes is gekeken naar de prijs/kwaliteit verhouding van de producten. Er zijn minimaal twee ontvangen offertes opgenomen als bijlagen in het verslag om een vergelijking te kunnen maken. In het verslag is een investeringsberekening opgenomen. M.a.w. er is niet alleen een uitkomst gegeven. In de berekening van de investering is tenminste opgenomen: - De aanschafprijs van het product (inclusief BTW). - De plaatsingskosten (inclusief BTW). - De bezorgkosten (inclusief BTW). In het verslag is een berekening van afschrijving in termijnen opgenomen. M.a.w. er is niet alleen een uitkomst gegeven. In de berekening van de afschrijving in termijnen is opgenomen: - De aanschafprijs van het product. - Een realistische te verwachte levensduur van het product, uitgedrukt in termijnen. - Een realistische te verwachte restwaarde van het product. De berekening van de afschrijving in termijnen is juist, d.w.z. dat de volgende formule is gebruikt: (Aanschafprijs -/- verwachte restwaarde) / verwachte levensduur in termijnen= afschrijvingskosten per termijn. Totaalscore
4 1
Opdracht B2: Stel een exploitatiebegroting voor het bedrijf op Omzet In het verslag is een correcte berekening opgenomen van de verwachte omzet, waarbij de volgende formule is gebruikt: Gemiddeld schadebedrag in euro’s x aantal verwachte doorgangen per jaar = verwachte omzet per jaar. In de opdracht wordt gevraagd in de berekening van de omzet uit te gaan van het gemiddelde schadebedrag bij FOCWA-bedrijven dat voor het voorgaande kalenderjaar is berekend. In 2009 was dit € 1.284,-, in 2008: € 1.298,-. Bij het berekenen van de omzet heeft de deelnemer een reële inschatting gemaakt van het aantal verwachte doorgangen per jaar, uitgaande van het aantal medewerkers en hun capaciteit, in de vestiging. Loonkosten In het verslag is een correcte berekening opgenomen van de loonkosten per medewerker, waarbij de loonkosten zijn opgebouwd uit de tenminste de volgende elementen: - Brutoloon (waarbij de deelnemer rekening heeft gehouden met het aantal uur dat de werknemer per week werkt en waarbij het bepaalde brutoloon per medewerker is in verhouding met de functie van de medewerker). - Vakantiegeld (waarbij de deelnemer voor de berekening is uitgegaan van 8% van het brutoloon). - Werkgeverslasten sociale verzekeringspremies (waarbij de deelnemer voor de berekening is uitgegaan van 8%). - Pensioenpremie (waarbij de deelnemer voor de berekening er rekening mee heeft gehouden dat van de gegeven 25%, de helft door de werknemer betaald moet worden, dus 12,5%). Totale kosten In het verslag is een correcte berekening van de totale kosten opgenomen, waarbij tenminste is opgenomen: - Huisvestingskosten (huur in euro’s per maand x 12 maanden). - Totale loonkosten (loonkosten per jaar van alle medewerkers opgeteld). - Afschrijvingen (van werkplaatsoutillage). - Materiaalkosten. - Energiekosten (gas, licht, elektra) .
6
1 1
1 2
1 2
1
10
1
1
2
2
Pagina 16 van 33
- Verzekeringskosten. Kostprijs per uur In het verslag is een correcte berekening van de kostprijs per uur opgenomen, waarbij de volgende formule is gebruikt: Totale kosten per jaar / aantal beschikbare uren van alle medewerkers per jaar. Uurtarief In het verslag is een correcte berekening van het uurtarief opgenomen, waarbij is uitgegaan van een realistische opslag bovenop de kostprijs per uur. Bedrijfsresultaat In het verslag is een correcte berekening van het bedrijfsresultaat opgenomen, d.w.z. dat de volgende formule is gebruikt: Netto omzet -/- totale kosten = bedrijfsresultaat In de opdracht voor de deelnemer staan geen posten vermeld die meegenomen kunnen worden in het berekenen van de netto omzet. De netto omzet is in dit geval gelijk aan de bruto omzet. Mocht de deelnemer kostenposten hebben ‘bedacht’, dan is de berekening van de netto omzet als volgt: netto omzet = bruto omzet -/- teruggenomen goederen, schadevergoedingen aan afnemers voor slechte producten, betalingskortingen aan afnemers voor contante betaling). Totaalscore
1
1
2
10
Opdracht B3: Procedure logistiek/routing in de tweede vestiging In de beschreven procedure is tenminste opgenomen: - De processtappen. - De betrokkenen (uitvoerenden, afdeling) . - De verantwoordelijkheden van iedere betrokkenen. - De te behalen resultaten/doelstellingen. In de beschreven procedure zijn tenminste de volgende elementen opgenomen: - De ontvangst / inname van het voertuig. - De voorbereidende werkzaamheden aan het voertuig. - De feitelijke uitvoering van werkzaamheden aan het voertuig met locatie en specificering van werkzaamheden aan het voertuig in de werkplaats. - De opslag van (gedemonteerde) onderdelen. - De afrondende / afleveringswerkzaamheden aan het voertuig. In de routing zijn minimaal de volgende logistieke aspecten opgenomen: - Materiaal- en onderdeleninname. - Materiaal- en onderdelenuitgifte. - Bijbehorende administratieve handelingen. De procedure is helder en eenduidig, d.w.z. sluit voldoende aan op het taalniveau van de gemiddelde werkplaatsniveau (zie beschrijving personeelsbestand voor opdracht A4) en is te begrijpen door de werkplaatsmedewerkers. De in de procedure beschreven logistiek/routing sluit aan op de plattegrond met de indeling van de fictieve tweede vestiging uit opdracht A4 ‘Casus Opzetten en inrichten tweede vestiging’, uit blok A. De opgestelde procedure beschrijft een logische, uitvoerbare en bij de indeling (plattegrond) passende, logistiek/routing, waarbij werkzaamheden zo efficiënt mogelijk kunnen worden uitgevoerd en het voertuig hoeft tijdens de werkzaamheden niet of nauwelijks onnodig verplaatst te worden. Totaalscore
2 2
Opdracht B4: Klacht afhandelen op basis van de leverings- en betalingsvoorwaarden De deelnemer heeft de klacht op juiste wijze afgehandeld door te werken aan de hand van de bepaling uit de leverings- en betalingsvoorwaarden. Bij het oplossen van de kwestie heeft de deelnemer rekening gehouden met de geldende rechten en plichten van hemzelf en de rechten van de klant. De deelnemer heeft een juiste afweging gemaakt tussen het bedrijfsbelang (het behouden van de klant, het behouden van een positief imago) en de belangen van de klant. De deelnemer heeft de voor hem geldende relevante rechten ten aanzien van de casus uit de gehanteerde leverings- en betalingsvoorwaarden geselecteerd. De deelnemer heeft de voor hem geldende relevante verplichtingen ten aanzien van de casus uit de gehanteerde leverings- en betalingsvoorwaarden geselecteerd. De deelnemer heeft de voor de klant geldende relevante rechten ten aanzien van de casus uit de
3 1
2
1
2
1
2
10
1 1 1 2 2
Pagina 17 van 33
gehanteerde leverings- en betalingsvoorwaarden geselecteerd. Bij het oplossen van de kwestie heeft de deelnemer de voor- en nadelen tegen elkaar afgewogen en na de beschreven afwegingen, een goed gemotiveerde keuze gemaakt. Totaalscore Opdracht B5: Presenteren van uitwerking opdracht A4 blok A ‘Casus Opzetten en inrichten tweede vestiging’ De deelnemer reageert adequaat op de opmerkingen, eventuele aanwijzingen en kritiek van de examinatoren. De deelnemer is zich bewust van de effecten van het adequaat toepassen van gespreksvaardigheden. De deelnemer is actief met regulerende vaardigheden, zoals het inleiden van vragen; het maken van overgangen; het hardop denken; het terugkoppelen naar (begin-)doelen; en situatie verduidelijken. De deelnemer luistert actief, vraagt door en hanteert de regels van feedback op de vragen en kritiek van de examinatoren. De gegeven antwoorden van de deelnemer zijn logisch en in samenhang. De presentatie sluit aan bij het doel van de presentatie, namelijk de examinatoren informeren over en overtuigen van de uitgewerkte opdrachten. Totaalscore
2 10 4 1 1 2
2 2 2 10
Pagina 18 van 33
Verantwoording opdrachten Bedrijfsbeheer blok B en eindtermen Exploitatie & administratie en Communicatie Nr. 1
2 3 4
5 6 7
8
9 10
11 Nr. 1 2 3 4 5 6 7
Eindtermen Exploitatie en administratie De kandidaat kan aan de hand van het ondernemingsplan en relevante gegevens de jaarlijkse begroting voor het bedrijf / de eigen afdeling opstellen. De kandidaat kan investeringsvoorstellen betreffende de outillage en inventaris voor het bedrijf / de eigen afdeling initiëren en uitwerken. De kandidaat kan gegevens uit de financiële administratie betreffende het bedrijf / de eigen afdeling lezen en interpreteren naar gevormd beleid. De kandidaat kan exploitatieproblemen en/of mogelijkheden van het bedrijf / de eigen afdeling analyseren betreffende efficiency, productiviteit en capaciteit en vertalen in voorstellen tot aanpassing van beleid. De kandidaat kan voorstellen ontwikkelen om het resultaat van de onderneming positief te beïnvloeden. De kandidaat kan transacties betreffende de activiteiten ten behoeve van het bedrijf / de eigen afdeling opstellen, beoordelen en afhandelen. De kandidaat kan facturen en relevante claims op de leverings- en betalingsvoorwaarden van klanten, leveranciers en het bedrijf / de eigen afdeling afhandelen. De kandidaat kan een afweging maken tussen bedrijfsbelang en de belangen van de klant en beslissingen nemen over uitbesteden, vervaardigen, vervangen of doorverwijzen. De kandidaat is in staat om nieuwe vakontwikkelingen, kansen en bedreigingen te signaleren en te volgen. De kandidaat kan logistieke en administratieve procedures opstellen en doen uitvoeren.
Tax. P
Opdracht(en) B2
B
B1, B2
P
B1, B2
P
B2
P
B2
P
B1
P
B4
R
B4
P
-
R
De kandidaat kan werken met geautomatiseerde managementinformatiesystemen. Eindtermen Communicatie De kandidaat kan op correcte wijze zakelijk zowel mondeling als schriftelijk in de Nederlandse taal communiceren. De kandidaat kan communicatieprocessen, naar gelang het doel, voorbereiden, uitvoeren, beoordelen, analyseren en beïnvloeden De kandidaat kan problemen en kritiek m.b.t. het werkproces op een heldere manier verwoorden. De kandidaat kan op een professionele manier met kritiek omgaan. De kandidaat kan vragen of klachten van klanten afhandelen en reparaties op een begrijpelijke wijze toelichten. De kandidaat kan de klant adviseren over de te bewandelen route voor schadeafwikkeling. De kandidaat kan contacten onderhouden met de verzekeraar, expert en de opdrachtgever/berijder. Totaal eindtermen in blok vs. gedekt in opdrachten
R
B3 (ook eindterm 6 Organisatie in blok A) B1, B2
Tax. P
Opdracht(en) B5
P
B5
P
B5
P P
B5 B4
R
-
R
15/18
Pagina 19 van 33
Bedrijfsbeheer blok C Marketing en verkoop (4.1.7), Onderhoud (4.1.3), Milieu en veiligheid (4.1.8), Kwaliteitsbewustzijn en werkuitvoering (4.1.6) C1 Anticiperen op marktonderzoek Zoek op de website van FOCWA het FOCWA jaarbericht 2009. Dit jaarbericht is gebaseerd op marktonderzoek door de brancheorganisatie. Neem dit jaarbericht goed door op de volgende onderwerpen: Lees aandachtig het stuk over het aannemen van leerlingen en de stimuleringsmogelijkheden die hiervoor zijn gecreëerd Uit het jaarbericht 2009 blijkt dat carrosseriebouwbedrijven steeds minder leerlingen aannemen. Verder worden in het jaarbericht een aantal stimuleringsmogelijkheden genoemd om leerlingen aan te nemen. Naar aanleiding van dit stuk beschrijf je in minimaal 400 woorden de volgende zaken: - Jouw indruk van de situatie rond deze kwestie. - Wat volgens jouw de oorzaken zijn waardoor bedrijven minder snel geneigd zijn leerlingen aan te nemen. - Wat de stimuleringsmogelijkheden inhouden en wat dat kan betekenen voor het bedrijf waarin je werkzaam bent. - In hoeverre de kwestie rond het aannemen van leerlingen speelt binnen het bedrijf waar je werkt. - Neem in je beschrijving de ontwikkeling mee dat binnen de carrosseriebouwsector sprake is van vergrijzing en ontgroening. - Geef aan of deze ontwikkelingen ook gelden voor het personeelsbestand van het bedrijf. Zo ja, hoe dan? Zo nee, waarom niet? Motiveer je antwoord. - Waarom je wel of niet zou adviseren gebruik te maken van de stimuleringsmogelijkheden die geboden worden. Onderbouw dit advies. - Welke gevolgen deze ontwikkelingen hebben voor het huidige bedrijfsbeleid. - Het kan zijn dat je conclusie is dat het bedrijfsbeleid al goed inspeelt op de ontwikkelingen. In dat geval motiveer je in je beschrijving waarom dat volgens jou zo is. - Beschrijf op welke manier de brancheorganisatie volgens jou omgaat met deze ontwikkelingen, welke rol de brancheorganisatie daarbij speelt en wat de brancheorganisatie eventueel, volgens jou, anders of beter zou kunnen doen. Wanneer je van mening bent dat de brancheorganisatie op de juiste manier handelt, moet je dat motiveren in je beschrijving. Advies: Bespreek deze ontwikkelingen met je leidinggevende, zodat je voor jezelf een duidelijk beeld kan vormen van de ontwikkelingen, zoals die door de leidinggevende worden ervaren. Bespreek met je leidinggevende op welke wijze het bedrijf kan omgaan met deze ontwikkelingen. Benader eventueel de brancheorganisatie wanneer je meer informatie of een toelichting op het jaarbericht wilt hebben.
C2 Verkoopplan opstellen Maak een analyse van de markt zoals die op dit moment geldt voor het bedrijf waarin je werkzaam bent en leg deze analyse vast in je verslag. Beschrijf daarbij tenminste: - Het aantal potentiële klanten in de regio. - De concurrentie in de regio. - Het aantal concurrerende bedrijven. - Uit wat voor een soort bedrijven de concurrentie bestaat (zelfstandig bedrijf, onderdeel van een bedrijfsketen, grootte van bedrijf, eventuele specialismen van concurrerende bedrijven, etc.). Maak een sterkte-zwakte analyse van het bedrijf waarin je werkzaam bent ten opzichte van de concurrerende bedrijven in de regio. Stel op basis van je sterkte-zwakte analyse een plan op om het bedrijf op de markt te profileren. Dit kunnen reclame-activiteiten zijn, maar ook andere plannen, zoals: een andere presentatie van de Pagina 20 van 33
werkplaats naar de klant, een betere ontvangst van klanten, inrichten van een ontvangstruimte, informatievoorziening naar de klant, etc. Beschrijf in je plan tenminste de volgende zaken: - De (verkoop)doelstellingen van je plan (zoals het marktaandeel, het omzetaandeel, het aantal klanten, de omzetgroei door de huidige klanten, de naamsbekendheid en de toename van de klanttevredenheid) en/of de voordelen - De manier waarop je deze doelstellingen wilt bereiken (bijvoorbeeld door gebruik te maken van de verschillende marketinginstrumenten). - De manier waarop je de (tussen)resultaten van je activiteiten volgt (hoe maakt u de resultaten meetbaar en wie moet hiervoor welke informatie aanleveren?). - De manier waarop je de doelstellingen van je plan evalueert/beoordeelt) en verbetert. - Welke kosten eventueel gemaakt moeten worden. Het plan moet passen binnen het budget dat het bedrijf daarvoor beschikbaar heeft, of eventueel beschikbaar zal willen/kunnen stellen. Bespreek je plan met je leidinggevende. Neem het plan op in de bijlagen. Beschrijf in je verslag, in tenminste 100 woorden wat je met je leidinggevende hebt besproken, wat de reactie (positief of negatief) was van je leidinggevende op je voorstel, wat verder uit dat gesprek is gekomen en wat mogelijke stappen zijn die het bedrijf gaat zetten. Laat je leidinggevende dit onderdeel van het verslag tekenen
C3 Onderhoudsplan opstellen Inventariseer de gereedschappen en apparatuur in de werkplaats, of de afdeling waar je werkt, waaraan regelmatig onderhoud moet worden gepleegd. Bepaal de uit te voeren onderhoudswerkzaamheden aan deze gereedschappen en apparatuur en de frequentie hiervan. Stel vast welke geïnventariseerde gereedschappen en apparatuur keuringsplichtig zijn. Noteer, indien dat is aangegeven op het gereedschap/apparatuur, de laatste keuringsdatum. Indien een keuringsaanduiding ontbreekt, maak hier dan een notitie van. Controleer de apparatuur en gereedschappen. Stel vast of de gereedschappen of apparatuur nog voldoen aan de geldende veiligheids- en/of gebruiksnormen. Indien dit niet het geval is, maak hiervan dan notitie en leg vast wat het knelpunt is en hoe dit knelpunt, volgens jou, opgelost kan worden. Probeer ook de kosten voor reparatie of vervanging van gereedschappen en/of apparatuur in beeld te brengen. Stel een onderhoudsplan op voor de door jou geïnventariseerde apparatuur en gereedschappen in de werkplaats. Neem in deze planning de volgende zaken op: - Het overzicht met de geïnventariseerde gereedschappen en apparatuur in de werkplaats. - De door jou bepaalde uit te voeren onderhoudswerkzaamheden en de frequentie hiervan. - Geef aan welke geïnventariseerde gereedschappen en apparatuur keuringsplichtig zijn. - Wat daarvan de (wettelijke) keuringsfrequentie en eerstvolgende keuringsdatum is. - De geconstateerde knelpunten m.b.t. de gereedschappen of apparatuur die niet meer voldoen aan de geldende veiligheids- en/of gebruiksnormen. De oplossing hiervoor moet terugkomen in de door jou bepaalde onderhoudswerkzaamheden. - De eventueel kosten voor reparatie of vervanging van gereedschappen en/of apparatuur dat niet voldoet aan de geldende veiligheids- en/of gebruiksnormen. Stel een procedure op waarin je vastlegt hoe de onderhoudsplanning moet worden bijgehouden en uitgevoerd, wie daarvoor verantwoordelijk is/zijn, welke formulieren of andersoortige administratie daarvoor gebruikt moet worden en hoe eventuele gebreken of andere zaken moeten worden geregistreerd of aangegeven aan de leidinggevende. Neem de inventarisatie, het onderhoudsplan en de procedure op in je verslag.
Pagina 21 van 33
C4 Afvalstoffenbeleid Beschrijf het afvalstoffenbeleid binnen het bedrijf waar je werkzaam bent. Als hiervan geen beleid is, maak je een voorstel voor dit beleid. In beide gevallen ga je als volgt te werk: Inventariseer welke afvalstoffen er in het bedrijf moeten worden afgevoerd. Maak een onderscheid tussen (milieu)gevaarlijk afval en ‘gewoon’ afval. Stel vast of het bedrijf aan alle regels en/of vergunningverplichtingen voldoet voor het opslaan en afvoeren van de geïnventariseerde afvalstoffen. Stel vervolgens een (verbeter)voorstel op voor het afvalstoffenbeleid in het bedrijf Dit mag een verbetervoorstel zijn voor het opslaan, het afvoeren, of besparen van opslag- of afvoerkosten van afvalstoffen. Indien je verbetervoorstel een kostenbesparing betreft, geef dan door middel van een kostenberekening aan wat de huidige kosten zijn die het bedrijf maakt en welke kostenbesparing het bedrijf met jouw voorstel kan bereiken. Als het bedrijf niet beschikt over een afvalstoffenbeleid, stel dan een voorstel op voor het opzetten van een afvalstoffenbeleid. Wanneer uit je inventarisatie blijkt dat het bedrijf niet beschikt over alle vereiste milieuvergunningen, neem dan in je voorstel op om welke vergunningen het gaat, zodat deze alsnog aangevraagd kunnen worden. Geef daarbij aan hoe het aanvragen van de vereiste milieuvergunningen geregeld moet worden. Neem de je inventarisatie en/of verbetervoorstel op in je verslag.
C5 Risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) Voer een risico-inventarisatie (RI&E) uit, of controleer de bestaande RI&E van het bedrijf. Maak daarvoor een inventarisatieronde door de werkplaats van het bedrijf waarin je werkzaam bent. Breng in kaart welke mogelijke veiligheidsrisico’s de werkplaatsmedewerkers lopen tijdens het uitoefenen van hun werkzaamheden. Stel vast wat hiervan de oorzaak is en hoe deze risico’s/knelpunten kunnen worden opgelost. Stel vast welke prioriteit (de belangrijkheid) het aanpakken van de risico’s/knelpunten heeft Stel vast binnen welk tijdsbestek de risico’s/knelpunten aangepakt en opgelost kunnen worden. Stel een plan van aanpak op waarin je de volgende zaken opneemt: - De geïnventariseerde risico’s/knelpunten. - De door jou vastgestelde oplossingen voor deze risico’s/knelpunten. - De tijd die je nodig denkt te hebben om ieder afzonderlijk risico/knelpunt op te lossen. - De prioriteit per risico/knelpunt. Leg in het plan van aanpak vast wie verantwoordelijk is voor het oplossen van de risico’s/knelpunten en hoe je gaat controleren en of evalueren of de risico’s/knelpunten zijn verminderd dan wel opgelost. Bespreek de risico-inventarisatie en het plan van aanpak dat je opgesteld of gecontroleerd hebt, met je leidinggevende. Vraag toestemming aan je leidinggevende om de risico-inventarisatie en het plan van aanpak te behandelen in het werkoverleg. Eventueel kun je voorstellen om een paar belangrijke punten uit je RIE voor te leggen in het werkoverleg. Bespreek de risico-inventarisatie en -evaluatie (RIE), of een deel daarvan (afhankelijk van de toestemming die je leidinggevende geeft) in het werkoverleg. Licht je collega’s toe welke risico’s/knelpunten je geïnventariseerd heb, wat jij denkt dat daaraan gedaan moet worden en op welke termijn dat volgens jou zou moet worden gedaan. Beantwoord eventuele vragen. Beschrijf in je verslag in tenminste 100 woorden wat je met je collega’s in het werkoverleg hebt besproken, wat hun reacties waren (positief of negatief), welke eventuele discussie naar aanleiding van je toelichting in het werkoverleg heeft plaatsgevonden, en wat de mogelijke vervolgacties zijn die het bedrijf gaat zetten. Laat je leidinggevende dit onderdeel van het verslag tekenen. Neem de risico-inventarisatie en het plan van aanpak op in je verslag. Pagina 22 van 33
C6 Bedrijfsnoodplan Maak een inventarisatieronde door het bedrijfspand waar je werkt. Controleer op de aspecten die voor een bedrijfsnoodplan van belang zijn. Wanneer het bedrijf reeds beschikt over een bedrijfsnoodplan, dan controleer je dit plan op mogelijke knelpunten èn of het plan nog steeds actueel is. Wanneer het bedrijf niet beschikt over een (actueel) bedrijfsnoodplan, stel hiervoor dan een voorstel op. In beide gevallen ga je als volgt te werk: Inventariseer welke vluchtwegen/nooduitgangen er in geval van calamiteiten in het bedrijf aanwezig zijn, of deze uitgangen toegankelijk zijn -en vrij zijn van obstakels- die de vluchtweg zouden kunnen hinderen. Inventariseer welke medewerkers een taak hebben in het bedrijfsnoodplan, of dit ook bekend is en hoe geregeld is dat deze medewerkers in geval van nood bereikbaar zijn. Inventariseer of er voldoende blusmiddelen aanwezig zijn, of deze gekeurd zijn en of deze in geval van nood goed bereikbaar zijn. Inventariseer naar aanleiding van bovengenoemde punten, of er mogelijk knelpunten en/of punten zijn die verbeterd kunnen worden en leg deze vast op papier. Beschrijf wat hiervan de oorzaak is en geef aan wat er volgens jou moet gebeuren om de geconstateerde knelpunten/verbeterpunten aan te pakken (bijvoorbeeld hoe vluchtwegen vrij toegankelijker kunnen worden gemaakt). Beschrijf per knelpunten/verbeterpunt welke prioriteit (belangrijkheid) het aanpakken hiervan, volgens jou, heeft Beschrijf binnen welk tijdsbestek de knelpunten/verbeterpunten, volgens jou, aangepakt en opgelost kunnen worden. Stel op basis van bovenstaande gegevens een (verbeter)voorstel op voor het bedrijfsnoodplan. Neem de geïnventariseerde gegevens en je (verbeter)voorstel voor het bedrijfsnoodplan op in je verslag.
C7 Ziekteverzuimbeleid Stel voor het bedrijf waarin je werkt een ziekteverzuimprocedure op. Deze procedure moet zodanig opgesteld zijn dat de medewerkers in het bedrijf de procedure ook begrijpen en dat zij weten: - Bij wie zij zich ziek moeten melden. - Binnen welk tijdsbestek dat moet gebeuren. - Hoe ziek te melden tijdens het werk. - Hoe ziek te melden tijdens vakantie. - Welke rechten zij hebben. - Welke plichten zij hebben. - Of er een bedrijfsarts wordt ingeschakeld, en zo ja, wanneer dat gebeurt. - Hoe de ziektemelding wordt geregistreerd. - Welke gegevens je met betrekking tot de ziektemelding moet vastleggen en/of bijhouden. - Hoe weer beter te melden. Houd rekening met de wettelijke bepalingen die gelden voor ziekteverzuim. Je vindt deze bepalingen in de Wet Verbetering Poortwachter.
C8 Werken met kwaliteitsprocedures in het bedrijf Kies een kwaliteitsprocedure die toegepast worden in de werkplaats van het bedrijf waarin je werkzaam bent en waarvan jij vindt dat deze procedure niet goed loopt, waardoor het doel van de procedure niet wordt behaald. Als het bedrijf geen vastgelegde kwaliteitsprocedures toepast, gebruik dan een kwaliteitsnorm die worden toegepast in het bedrijf en waarvan de norm niet wordt behaald. Beschrijf in je verslag op welke wijze de door jou gekozen kwaliteitsprocedure (of kwaliteitsnorm) in het bedrijf wordt uitgevoerd en wat er volgens jou, niet goed gaat, of beter kan. Pagina 23 van 33
Geef daarbij aan wat het eigenlijke doel is van de door jou gekozen kwaliteitsprocedure. Geef aan wat er, volgens jou, de oorzaak van is dat de gekozen kwaliteitsprocedure niet goed loopt, of het doel niet wordt behaald. Geef aan wat het gevolg/afbreukrisico is wanneer de door jou gekozen kwaliteitsprocedure niet verbeterd wordt. Geef aan welke mogelijke verbetering(en) jij ziet om de door jou gekozen kwaliteitsprocedure (nog beter) te laten werken. Stel hiervoor een verbetervoorstel op waarin je aangeeft: - Welke kwaliteitsprocedure/norm, volgens jou, niet goed verloopt. - Wat hiervan de oorza(a)k(en) is/zijn. - Wat de oplossing is (mogen er ook meerdere zijn) om de kwaliteitsprocedure/norm wel goed te laten verlopen, waardoor het doel wel behaald wordt. Bespreek je verbetervoorstel met je leidinggevende. Geef daarbij aan tegen welke knelpunten je mogelijk bent aangelopen, of op welke punten de kwaliteitsprocedure (of kwaliteitsnorm) kan worden verbeterd. Beschrijf in je verslag, in tenminste 100 woorden wat je met je leidinggevende hebt besproken, wat de reactie (positief of negatief) was van je leidinggevende op je voorstel, wat verder uit dat gesprek is gekomen en wat mogelijke stappen zijn die het bedrijf gaat zetten. Laat je leidinggevende dit onderdeel van het verslag en het voorstel tekenen. Neem de door jou gekozen kwaliteitsprocedure (of kwaliteitsnorm) en je verbetervoorstel dat je hiervoor hebt opgesteld op in je verslag.
Pagina 24 van 33
Beoordelingscriteria bedrijfsbeheer Blok C Opdracht C1: Anticiperen op marktonderzoek De door de deelnemer beschreven oorzaken waarom bedrijven minder snel geneigd zijn leerlingen aan te nemen, zijn een juiste afspiegeling van hetgeen speelt. De deelnemer heeft een juiste weergave gegeven van de inhoud van de stimuleringsmogelijkheden en heeft deze op correcte wijze naar de betekenis/consequenties hiervan voor het bedrijf weten te vertalen De deelnemer heeft het juiste verband weten te leggen tussen de ontwikkelingen rond vergrijzing en ontgroening en de beschikbare stimuleringsregelingen. De deelnemer geeft in zijn beschrijving een goede en logische onderbouwing of deze ontwikkelingen ook gelden voor het personeelsbestand van het bedrijf. De door de deelnemer beschreven gevolgen voor het bedrijfsbeleid volgen logisch uit de beschreven ontwikkelingen. Het advies van de deelnemer naar het eigen bedrijf om wel/geen gebruik te maken van de geboden stimuleringsmogelijkheden, is onderbouwd met gebruikmaking van juiste en logische argumenten. In geval van een advies om hiervan wel gebruik te maken, is er in de onderbouwing sprake van een duidelijke relatie tussen de voorgestelde acties en de geconstateerde ontwikkelingen. De deelnemer heeft realistische acties beschreven die de brancheorganisatie zou moeten ondernemen bij de beschreven ontwikkelingen of de deelnemer heeft met passende argumenten beargumenteerd waarom de brancheorganisatie al op de juiste manier handelt. Totaalscore
1 1
Opdracht C2: Verkoopplan opstellen De marktanalyse is volledig en bevat tenminste de volgende informatie: - Het aantal potentiële klanten in de regio. - De concurrentie in de regio. - Het aantal concurrerende bedrijven. - Uit wat voor een soort bedrijven de concurrentie bestaat. De sterke en zwakke punten zijn specifiek voor het bedrijf, dat wil zeggen, niet te algemeen van aard. De sterkte-zwakte analyse sluit aan bij het beschreven aantal potentiële klanten in de regio; de concurrentie in de regio en het soort concurrerende bedrijven. Er is een duidelijke relatie tussen het plan dat de deelnemer geformuleerd heeft, de marktanalyse, de sterkte-zwakte analyse en het beschikbare (of beschikbaar gestelde) budget. Het profileringsplan is erop gericht om de zwakke punten van het bedrijf te verbeteren en/of de sterke punten van het bedrijf te versterken. De doelstellingen van het plan zijn SMART geformuleerd. De werkwijze om de doelstellingen te bereiken passen bij de geformuleerde doelstellingen. De manier van het volgen van de activiteiten past bij de voorgestelde activiteiten. De manier van evalueren past bij de geformuleerde doelstellingen. Het plan is realistisch gezien het beschikbare budget. Totaalscore
2 1
Opdracht C3: Onderhoudsplan opstellen In het onderhoudsplan is tenminste opgenomen: - Het overzicht met de geïnventariseerde gereedschappen en apparatuur in de werkplaats. - De door de deelnemer bepaalde uit te voeren onderhoudswerkzaamheden en de frequentie hiervan. - Welke geïnventariseerde gereedschappen en apparatuur keuringsplichtig zijn. - Wat daarvan de (wettelijke) keuringsfrequentie en eerstvolgende keuringsdatum is. - De geconstateerde knelpunten m.b.t. de gereedschappen of apparatuur die niet meer voldoen aan de geldende veiligheids- en/of gebruiksnormen In de beschreven procedure is tenminste opgenomen: - De processtappen. - De betrokkenen (uitvoerenden, afdeling) . - De verantwoordelijkheden van iedere betrokkenen. - De te behalen resultaten/doelstellingen.
7 2
2
2 1 1 2
1
10
1 1 1 1 1 1 1 1 1 10
2
Pagina 25 van 33
Welke formulieren of andersoortige administratie daarvoor gebruikt moet worden. Hoe eventuele gebreken of andere zaken moeten worden geregistreerd of aangegeven aan de leidinggevende. De door de deelnemer opgestelde onderhoudsplanning is logisch gezien de (wettelijke) frequentie van keuring. De oplossingen voor geconstateerde knelpunten m.b.t. de gereedschappen of apparatuur die niet meer voldoen aan de geldende veiligheids- en/of gebruiksnormen, komen terug in de door de deelnemer beschreven en geplande onderhoudswerkzaamheden. De gekozen aanpassingen of vervangingsmogelijkheden zijn passend voor de geconstateerde knelpunten. (Met andere woorden, de deelnemer gaat geen nieuw gereedschap aanschaffen als een kleine onderhoudsbeurt afdoende is). Let op: Veiligheidsrisico’s, onder andere door het ontbreken van voldoende persoonlijke beschermingsmiddelen, verlopen keuringen, onvolkomenheden aan apparatuur/gereedschap, etc., dienen uiteraard ook teruggevonden te kunnen worden in de RI&E Opdracht C5: Risicoinventarisatie en -evaluatie (RI&E), uit blok C. Totaalscore -
2 2
2
10
Opdracht C4: Afvalstoffenbeleid De deelnemer is geen relevante afvalstoffen vergeten. Het gemaakte onderscheid tussen (milieu)gevaarlijk en ‘gewoon’ afval is juist. De deelnemer heeft een juiste constatering gedaan voor wat betreft de regels en/of vergunningverplichtingen ten aanzien van de geïnventariseerde afvalstoffen. In het verbetervoorstel is daadwerkelijk sprake van een verbetering ten opzichte van de huidige situatie van het bedrijf (indien het huidige beleid wordt verbeterd). Indien het verbetervoorstel een kostenbesparing betreft, blijkt door middel van een kostenberekening wat de huidige kosten zijn die het bedrijf maakt en welke kostenbesparing het bedrijf met het voorstel kan bereiken Bij het aanvragen van de milieuvergunning geeft de deelnemer de juiste wijze van aanvragen aan Totaalscore
3 2 2 2
Opdracht C5: Risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) De geconstateerde en opgenomen risico’s zijn vermeldenswaardig. De door de deelnemer beschreven oorzaken van de geïnventariseerde risico’s/knelpunten zijn logisch. In het plan van aanpak is tenminste opgenomen: - De geïnventariseerde risico’s/knelpunten. - De door de deelnemer vastgestelde oplossingen voor deze risico’s/knelpunten. - De tijd die de deelnemer nodig denkt te hebben om ieder afzonderlijk risico/knelpunt op te lossen. - De prioriteit per risico/knelpunt. - Wie verantwoordelijk is voor het oplossen van de risico’s/knelpunten. - Hoe gecontroleerd en of geëvalueerd kan worden of de risico’s/knelpunten zijn verminderd dan wel opgelost. De aanpak van de risico’s/knelpunten van de werkzaamheden volgt logischerwijs voort uit de genoemde oorzaken van de risico’s. Bij het tijdsbestek is rekening gehouden met de prioriteit van de risico’s (de meest gevaarlijke risico’s worden als eerste aangepakt). Het tijdsplan is realistisch gezien de voorgestelde aanpak van de risico’s. De voorgestelde controles / evaluatiemethoden zijn passend gezien de voorgestelde oplossingen. Totaalscore
6 1 1
Opdracht C6: Bedrijfsnoodplan De deelnemer heeft in kaart gebracht of vluchtwegen/nooduitgangen toegankelijk zijn -en vrij zijn van obstakels- die de vluchtweg zouden kunnen hinderen. De deelnemer heeft in kaart gebracht welke medewerkers een taak hebben in het bedrijfsnoodplan, of dit ook bekend is en hoe geregeld is dat deze medewerkers in geval van nood bereikbaar zijn. De deelnemer heeft in kaart gebracht of er voldoende blusmiddelen aanwezig zijn, of deze gekeurd zijn en of deze in geval van nood goed bereikbaar zijn. De deelnemer heeft in zijn inventarisatie alle mogelijke knelpunten en/of punten zijn die verbeterd
5 1
2
2 10
2
2 2 1 1 10
1
1 1
Pagina 26 van 33
kunnen worden beschreven. De door de deelnemer in het (verbeter)voorstel beschreven oplossingen voor geconstateerde knelpunten en/of punten die verbeterd kunnen worden, zijn adequaat/passend en in lijn met hetgeen geïnventariseerd is. Het door de deelnemer aangegeven en beschreven tijdsbestek betreffende de voorgestelde aanpak van de knelpunten/verbeterpunten is realistisch. Bij het tijdsbestek is rekening gehouden met de prioriteit van de knelpunten (de meest gevaarlijke knelpunten worden als eerste aangepakt). Totaalscore
2
2 2 10
Opdracht C7: Ziekteverzuimbeleid In de beschreven procedure is tenminste opgenomen: - De processtappen. - De betrokkenen (uitvoerenden, afdeling, eventueel betrokken partijen als arbodienst). - De verantwoordelijkheden van iedere betrokkenen. - De te behalen resultaten/doelstellingen. De procedure moet tenminste antwoord geven op de volgende vragen: - Bij wie medewerkers zich ziek moeten melden. - Binnen welk tijdsbestek dat moet gebeuren. - Hoe ziek te melden tijdens het werk. - Hoe ziek te melden tijdens vakantie. - Welke rechten medewerkers hebben. - Welke plichten medewerkers hebben. - Of er een bedrijfsarts wordt ingeschakeld, en zo ja, wanneer dat gebeurt. - Hoe de ziektemelding wordt geregistreerd. - Welke gegevens met betrekking tot de ziektemelding worden vastgelegd en/of bijgehouden. - Hoe medewerkers zich weer beter moeten melden. De procedure is helder en eenduidig, oftewel begrijpelijk voor de medewerkers. Er is rekening gehouden met de wettelijke bepalingen die gelden voor ziekteverzuim. Bepalingen uit de Wet Verbetering Poortwachter zijn te herleiden. Totaalscore
5 2
Opdracht C8 Werken met kwaliteitsprocedures in het bedrijf De oorza(a)k(en) die de deelnemer beschrijft van het niet behalen van het eigenlijke doel van de door de deelnemer gekozen kwaliteitsprocedure (of kwaliteitsnorm) is logisch en aannemelijk en in lijn met de situatie die de deelnemer schetst. De door de deelnemer geschetste knelpunten of verbeterpunten en de oorzaken hiervan volgen logischerwijs uit de beschreven kwaliteitsprocedure (of kwaliteitsnorm) en de door de deelnemer geschetste situatie. Het door de deelnemer geschetste gevolg/afbreukrisico wanneer de gekozen kwaliteitsprocedure/norm niet wordt verbeterd, is logisch en aannemelijk en in lijn met de situatie die de deelnemer schetst. Het door de deelnemer opgestelde verbetervoorstel is in lijn met de beschrijving van de gekozen kwaliteitsprocedure (of kwaliteitsnorm). De voorgestelde verbetering(en) is/zijn gericht op het wel/beter behalen van het voor de kwaliteitsprocedure (of kwaliteitsnorm) geformuleerde doel (of doelen). Totaalscore
4 2
3
2 3 10
2
2
2 2 10
Pagina 27 van 33
Verantwoording opdrachten Bedrijfsbeheer blok C en eindtermen Marketing en verkoop, Onderhoud, Milieu en veiligheid, Kwaliteitsbewustzijn en werkuitvoering Nr. 1 2 3
4 5
Nr. 1
2 3
Nr. 1 2 3 4
5
6
7
Eindtermen Marketing en Verkoop De kandidaat kan de doelstellingen en de fasen van een marktonderzoek noemen. De kandidaat kan aan de hand van resultaten van een marktonderzoek voorstellen doen naar te vormen beleid voor het bedrijf / de eigen afdeling. De kandidaat kan naar aanleiding van het ondernemingsplan en de afdelingsbegroting een voorstel voor een verkoopplan voor het bedrijf / de eigen afdeling opstellen. De kandidaat kan naar aanleiding van het verkoopplan het verkoopbeleid van het bedrijf / de eigen afdeling voorstellen. De kandidaat kan opdrachten verwerven door in te spelen op de wensen van de klant en deze te vertalen in een constructie die voldoet aan kwaliteitsnormen en planningsfactoren. Eindtermen Onderhoud De kandidaat kan toezien op veilig gebruik en onderhoud van gereedschappen, machines, technische voorzieningen, persoonlijke beschermingsmiddelen en veiligheidsvoorzieningen door: planmatige controle uitvoer van duurzaam onderhoud veilig gebruik attenderen op veilig gebruik en onderhoud en houdt daarbij rekening met eigenschappen van materialen, milieu- en ARBO-voorschriften. De kandidaat kan de lijst met ontbrekende technische voorzieningen en persoonlijke beschermingsmiddelen bijhouden. De kandidaat kan zorgdragen voor de planning, aanschaf en bestelling van noodzakelijke persoonlijke beschermingsmiddelen, technische voorzieningen, machines en gereedschappen. Eindtermen Milieu en veiligheid De kandidaat kan voor het bedrijf / de eigen afdeling randvoorwaarden scheppen om het bedrijfsmilieuplan uit te voeren. De kandidaat kan zorgdragen voor de benodigde milieuvergunningen en milieuregistraties. De kandidaat kan de lijst met ontbrekende vergunningen en registraties bijhouden. De kandidaat kan zorgdragen voor veilige omgang met grond-, afval-, en gevaarlijke stoffen door voorlichting en instructie te geven over veilig gebruik, de risico's, en de benodigde persoonlijke beschermingsmiddelen toezicht te houden en te attenderen op veilig en verantwoord gebruik, opslag en afvoer van grond-, afval-, en gevaarlijke stoffen het register gevaarlijke stoffen bij te houden. De kandidaat kan voor het bedrijf / de eigen afdeling randvoorwaarden scheppen om het beleid ten aanzien van de arbeidsomstandigheden uit te voeren. De kandidaat kan zorgdragen voor: vaststellen arbo-beleid opstellen arbo-jaarplan het invoeren van het arbo-zorgsysteem door een vertaling van het beleidsplan naar relevante acties voor de medewerkers in het bedrijf/de eigen afdeling. De kandidaat kan zorgdragen voor een actief beleid met betrekking tot ziekteverzuim door: formuleren van het ziekteverzuimbeleid uitvoeren van het verzuimbeleid
Tax. F
Opdracht(en) -
P
C1
R
C2
P
C2
P
-
Tax. P
Opdracht(en) C3
R
C3
R
C3
Tax. P
Opdracht(en) C4
R
C4
R
C4
R
C5
P
C5
P
C5
P/R
C7
Pagina 28 van 33
8
9 10
Nr. 1 2
3 4 5 6
uitvoeren van de verzuimbegeleiding uitvoeren van de ziekteverzuimregistratie en ongevallenregistratie. De kandidaat kan zorgdragen voor een veilige en gezonde werkplek voor de medewerkers door: toe te zien op een veilige werkuitvoering risico's te inventariseren en evalueren maatregelen te treffen ter voorkoming van calamiteiten maatregelen te treffen ter voorkoming van ongewenste situaties uit het oogpunt van hygiëne, ergonomie of milieurisico's en daardoor voor de afdeling randvoorwaarden scheppen ten aanzien van brandpreventie en veiligheidsvoorschriften. De kandidaat kan het bedrijfsnoodplan opstellen De kandidaat kan de checklists: technische voorzieningen en persoonlijke beschermingsmiddelen machines en gereedschappen vergunningen en registraties bedrijfsinrichting personeelszorg afvalstoffen gevaarlijke stoffen milieurisico’s werkprocessen opslag van grondstoffen calamiteiten, hygiëne en ergonomie risico’s (brand, explosie, bodemverontreiniging en ongelukken) bijhouden. Bijhouden. Eindtermen Kwaliteitsbewustzijn en werkuitvoering De kandidaat kan eigen kennis en vaardigheden op peil houden bij vernieuwingen in het werkproces. De kandidaat kan zorgdragen voor een kwalitatief hoogwaardig, efficiënt en collegiaal werkproces, door: verzorgen van een efficiënte werkplanning zorgdragen voor de kwaliteit van de constructies / werkzaamheden bijdragen aan een goede werksfeer en optimale samenwerking tussen de medewerkers zorgvuldige controle bij uitbestedingen nauwgezette en volledige schadedossiers. De kandidaat kan voor de afdeling voorstellen doen voor de uitvoering van kwaliteitsbeleid in overeenstemming met het kwaliteitszorgsysteem. De kandidaat kan het voor de afdeling vastgestelde kwaliteitsbeleid uitvoeren en doen uitvoeren. De kandidaat kan klachten van klanten inventariseren en vertalen in maatregelen die passen binnen de geldende kwaliteitsnormen. De kandidaat kan ingekomen goederen controleren op hoeveelheid, specificatie en transportschade. Totaal eindtermen in blok vs. gedekt in opdrachten
P
C5, C6
P R
C6 C5, C6, C7
Tax. P
Opdracht(en) C3, C5, C6, C7, C8 C3, C8
R
P P
C3, C6, C7, C8 C3, C7, C8
P
-
R
20/24
Pagina 29 van 33
Bijlagen
Pagina 30 van 33
Personeelsbestand behorende bij opdracht A4: Casus: Opzetten en inrichten tweede vestiging Naam Geurt Reuder
Functie Vestigingsmanager
Fte Fulltime
Corrie Pinarbasi
Medewerker front-office
Parttime 3 dgn/wk
Vivianne Jansen
Tekenaar Werkvoorbereider
Fulltime
Frank Brokamp
Meewerkend werkplaatsmanager
Fulltime
Jeroen Vos
Carrosseriebouwer
Fulltime
Henk van Reisen
Carrosseriebouwer
Fulltime
Onno Nieuwpoort
BBL leerling Carrosseriebouwer
Mark Arens Cor Bordewijk Max Smolders
Carrosseriebouwer Carrosseriebouwer BBL leerling Carrosseriebouwer
Neventaken • Werkorders opmaken • Boekhouding • Personeelszaken • Receptie • Planning • Boekhouding • Werkorders opmaken • Calculaties opmaken
Leeftijd 45
43
Opleidingsniveau • Mbo 3 Carrosseriebouwer • Mbo 4 • Middenkaderfunctionaris • Mbo 4 Administratief
Cursussen • Praktijkcursus personeel&arbeid • BHV • Praktijkdiploma boekhouden
35
• HTS Werktuigbouwkunde
33
• Mbo 3 Carrosseriebouwer • Mbo 4 • Middenkaderfunctionaris
25
• Mbo 3 Carrosseriebouwer
48
• MTS (= Mbo) Autotechniek • Mbo 3 Carrosseriebouwer
• Laadkleppen periodieke keuringen • Laadklepsystemen hydrauliek • Laadkleppen periodieke keuringen • Pneumatiek voor carrosseriebouwers • MAG MIG TIG aluminium lassen • MAG MIG TIG lassen van roestvaststaal • MAG MIG TIG lassen van staalplaat • BHV • Cursus basis elektronica • Auto elektronica carrosseriebouw • Laadklepsystemen hydrauliek
• Receptie • Planning maken
4 dgn/wk
17
• Vmbo Metalektro • Volgt opleiding Mbo 2 Carrosseriebouwer
Fulltime Fulltime 4 dgn/wk
40 20 16
• • • •
• Onderdelen bestellen • Magazijnbeheer
Mbo 3 Carrosseriebouwer Mbo 2 Carrosseriebouwer Vmbo Metaal Volgt opleiding Mbo 2 Carrosseriebouwer
Pagina 31 van 33
Overheaddeuren 9445
53247
10837
42386
Wasplaats met roostervloer en vuilwaterafscheiding
Hoofdingang draaideur
Pagina 32 van 33
Pagina 33 van 33
