Loes Keijsers 10 januari 2012
1
De Venlolezing is een betoog dat jaarlijks wordt voorgedragen door een Venlonaar jonger dan 35 jaar en is bedoeld om iedereen die betrokken is bij de ontwikkeling van de gemeente Venlo te inspireren: overheid, bedrijfsleven, onderwijs, culturele instellingen en burgers.
Loes Keijsers (1982) is onderzoeker en docent aan de Universiteit Utrecht. Na een studie Biologie aan de Universiteit Utrecht, met een Master in gedragsbiologie en wetenschapscommunicatie, promoveerde ze afgelopen jaar op een grootschalig onderzoek naar jeugdcriminaliteit en opvoeding. Deze studie werd beloond met de J.C. Ruigrok Prijs, een nationale wetenschapsprijs. Keijsers treedt regelmatig op in nationale media. Daarnaast geeft ze wetenschappelijke adviezen aan de praktijk, omtrent de preventie van criminaliteit en de opvoeding van pubers.
2
Veiligheid en leefbaarheid in Venlo Als ik mensen vertel dat ik in Venlo woon, kijken ze me vaak verbaasd aan. Hun wenkbrauwen licht fronsend, vragen ze me: Venlo? Dat is toch de stad van die beruchte bende? Venlo? Dat is toch de stad van die blonde politicus? Venlo? Is dat nou leuk? Nee, volgens menigeen kan je beter in Emmen wonen, of in Heerhugowaard. Desnoods in een nieuwbouwwoning in Almere-Haven. Venlo heeft een slechte naam. Maar is die slechte naam terecht? Hoe is de kwaliteit van leven in Venlo? Daar sta ik bij stil in deze Venlolezing. Dat doe ik aan de hand van de twee belangrijkste indicatoren voor een slechte kwaliteit van leven, namelijk criminaliteit en de afwezigheid van normen en waarden1. Oftewel, onveiligheid en “verhuftering”. Venlo is over het algemeen een veilige stad in een veilige regio2,3. Politieregio Limburg Noord scoort in recente bevolkingsonderzoeken duidelijk lager dan gemiddeld op fysieke verloedering. Vergeleken met andere Nederlanders ervaren Noord-Limburgers gemiddeld genomen minder rommel op straat, minder vernielingen, en minder bekladding van openbare ruimten. Bovendien is er in Noord-Limburg relatief weinig overlast door hangjongeren of dronken mensen, en er is relatief weinig jeugdcriminaliteit. Vrouwen worden niet zo vaak nagefloten. De cijfers tonen daarnaast dat Noord-Limburgers over het algemeen weinig last hebben van geweld of bedreigingen. Deze regio scoort ook laag op vermogensdelicten: Er zijn relatief weinig inbraken in auto’s of in woningen. Auto’s kan je daarnaast veilig parkeren in Noord-Limburg, want ze worden niet vaak beschadigd. Tot slot is er significant minder geluidsoverlast, burenoverlast, en overlast van horeca dan in de rest van het land2,3,4. Verder zijn burgers in Noord-Limburg minder vaker slachtoffer van een crimineel delict dan in de rest van het land5. Politiecijfers geven een soortgelijk beeld. Een statistische vergelijking tussen alle gemeentes in Nederland6 toont dat de stad Venlo qua criminaliteit te vergelijken is met steden van gelijke omvang, zoals Emmen, of Zwolle7,8,9. Sterker nog, in een criminaliteitsranglijst staat Venlo op gelijke hoogte met Breukelen, Heerhugowaard, en Oosterhout. Zelfs in Roermond en Venray is er volgens politieregistraties meer criminaliteit dan in Venlo10. De grootste problemen op het gebied van sociale onveiligheid in Venlo zijn niet drugshandel, moord, of roofovervallen. Het grootste probleem, volgens inwoners van de regio, is hondenpoep op straat11, 12. Hondenpoep! Wat mediaberichten of films dan ook mogen suggereren, cijfers tonen dat Venlo een veilige stad is. Venlo is daarnaast een gezellige stad. De “verhuftering”, waar in de politiek zo vaak over wordt gerept, lijkt Venlo te hebben overgeslagen. Niet alleen uit eigen ervaring kan ik zeggen dat de omgangsvormen heel goed zijn. Een jaarlijks terugkerend bevolkingsonderzoek, naar de leefbaarheid van buurten door het Ministerie van Veiligheid en Justitie en het Centraal Bureau voor de Statistiek laat laat een buitengewoon positief beeld zien. Noord-Limburg, in het algemeen, kenmerkt zich door een heel sterke sociale groepsbinding, die significant sterker is dan in de rest van het land13: Zo geeft 78% van de Noord-Limburgers aan dat zij over het algemeen prettig omgaan met hun buurtgenoten. 51% geeft aan dat ze hun eigen buurt gezellig vinden, en dat er veel samenhorigheid is. 71% voelt zich thuis in de buurt. 44% heeft veel contact met buurtgenoten. Dit is een reeks landelijke topscores. Daarnaast geeft de 3
nationale leefbaarheidbarometer14 van het Ministerie van Binnenlandse Zaken aan dat alle wijken in Venlo een positief tot uiterst positief leefklimaat hebben. Geen enkele wijk is een probleemwijk. Een breed scala aan recente cijfers laat dus zien dat crimineel en “hufterig” gedrag best wel voorkomen in Venlo, maar veel minder vaak dan in de rest van het land. Buren drinken gezellig samen een wijntje op het terras. De bakker informeert vriendelijk naar de stand van zaken van de verbouwing. Fiets een keer vergeten af te sluiten? Geen probleem. Een touwtje door de brievenbus in de voordeur kan eigenlijk nog best. Venlo is gezellig en veilig. Waarom komt de stad desondanks niet van de slechte naam af, die gedurende de afgelopen decennia is opgebouwd? Waarom is dit negatieve imago zo hardnekkig? Dat komt, naar mijn idee, omdat mensen in Venlo zelf denken dat hun stad onveilig is, en verhuftert. Ondanks dat er weinig echte overlast is, geven Noord-Limburgers vaker dan gemiddeld aan dat overlast eens zou moeten worden aangepakt15,16. Ze ervaren kleine problemen, zoals hondenpoep, te hard rijden, en fietsendiefstal, dus als meer overlastgevend dan de gemiddelde Nederlander. En ook als we het politieke stemgedrag analyseren17, dan is het bedroevend slecht gesteld met Venlo. Dan is het hier onfatsoenlijk en onveilig18. Dan kan je in Venlo de deur niet uitgaan of je wordt overvallen door een hanggroep van gewelddadig straattuig. Dit gevoel van onveiligheid en “verhuftering” komt echter niet overeen met de werkelijkheid, en staat in schril contrast met de goede leefbaarheid in de stad19. Met de stad is niks mis. Venlonaren zijn waarschijnlijk ontevreden over de stad, en voelen zich er onveilig, door hun persoonlijke omstandigheden20. In Venlo is het gemiddelde opleidingsniveau relatief laag: Cijfers van het Centraal Bureau van de Statistiek laten zien dat in Nederland gemiddeld 34% van de beroepsbevolking hoogopgeleid is; in Venlo 19%21. Ook de werkeloosheid is 55% hoger dan in de rest van Nederland, en 42% hoger dan een vergelijkbare stad, zoals Zwolle22. Het gemiddelde inkomen in Venlo is dan ook relatief laag23. Het is een bekend gegeven dat een slechte sociaal economische situatie gevoelens van ontevredenheid en onveiligheid veroorzaakt24. Samengevat: de cijfers laten een eenduidig beeld zien. Het gaat goed met de stad, en het gaat steeds beter. Toch voelen veel Venlonaren zich er onveilig en maken ze zich zorgen over “verhuftering”. Deze onvrede laten ze duidelijk blijken in hun stemgedrag, wat vervolgens breed wordt uitgemeten in de landelijke media. Het is in dit licht niet zo verwonderlijk dat de slechte naam die Venlo landelijk heeft gekregen door de jaren heen maar niet wil verdwijnen. Een negatieve houding ten opzichte van je eigen stad straalt immers af op de rest van Nederland. Dit gegeven biedt echter ook kansen. Er is hoop. Met de Floriade kan 2012 bij uitstek het jaar zijn waarin Venlonaren trots kunnen zijn op hun stad. Waarin Venlo weer een goede naam krijgt bij inwoners van de stad zelf en ver daarbuiten. Zoals Malcolm Gladwell ook uitlegt in zijn inspirerende boek, The Tipping Point, kan zo’n omslag van de een op de andere dag plaatsvinden25. Een stad is als een dynamisch systeem. Zo’n systeem kan plots, en vrij onvoorspelbaar, een omslagpunt bereiken. Alles wat een vastgeroest negatief systeem nodig heeft om te veranderen in een positief systeem, is een paar kleine duwtjes. Ik geef graag enkele voorzetjes.
4
Om te beginnen kan de daadwerkelijke onveiligheid en “verhuftering” worden verminderd. Criminaliteit en “verhuftering” van de samenleving worden veroorzaakt door twee relatief afgebakende groepen burgers: Jongeren26,27 en verslaafden28. Veiligheid handhaven en verbeteren, is wat dat betreft een kwestie van geduld. De bevolking vergrijst29, en het aantal heroïneverslaafden laat een dalende trend zien30. Criminaliteit neemt dan ook gestaag af, sinds de jaren 9031. Ook in Venlo is dit het geval32. Wil die daling echter voortzetten, dan is het creëren van een goede sociale omgeving essentieel. Criminaliteit bloeit in een omgeving waar toezicht afwezig is, waar drank en drugs beschikbaar zijn, en waar de verveling toeslaat. Jongeren die in een overdekt winkelcentrum rondhangen, en met vrienden blowen, hebben volop kansen en verleidingen om uit de ban te springen. Veel meer dan jongeren die om 4 uur ’s middags door hun ouders naar vioolles worden gebracht33,34. Ik wil daarmee absoluut niet zeggen dat alle kinderen verplicht op vioolles moeten, of dat ouders thuis moeten gaan zitten wachten op hun kroost met een pot thee en een roze koek. Echter, mogelijkheden voor tieners om vrije tijd in een gestructureerde omgeving door te brengen zijn wel van belang. Een soos met volwassen vrijwilligers, sportmogelijkheden, en muziekles voor jongeren in de stad zijn daarvoor essentieel. Diefstal uit auto’s en fietsendiefstal komen meer voor waar slechte opvang aan heroïneverslaafden wordt geboden, en waar ze moeten rondzwerven over straat. Niet voor niets worden dit type delicten, ook wel ‘junkdelicten’ genoemd35. Zelfs in een tijd van hevige financiële bezuinigen zijn gestructureerde opvang voor jongeren en een menswaardige dag- en nachtopvang voor verslaafden dus belangrijk om te handhaven. Bovendien doet het uiterlijk van de sociale omgeving er toe. Winkelcentra, hoogbouw en omgevingen waar mensen geen voortuintje hebben, verhogen de kans op criminaliteit36. Dit zijn zogenaamde “buurten zonder ogen”. De sociale controle op rondhangende jongeren is te laag. Dat biedt kansen voor verveelde jongeren om eens lekker los te gaan. Graffiti, winkeldiefstal, en drugsgebruik zijn het gevolg. Dit probleemgedrag kan zichzelf vervolgens in stand houden. Volgens een bekende theorie in de criminologie, de ‘theorie van de kapotte ramen’37, roept verloedering, meer verloedering op. Graffiti, kapotte bushokjes en kapot straatmeubilair suggereren dat delicten onopgemerkt blijven en dat de pakkans laag is. Dit wakkert verdere vernielingen, en ook zwaardere criminaliteit, aan. Samengevat, wordt het veiliger op straat als mensen een eigen voortuintje hebben. Als mensen een oogje in het zeil houden, met of zonder spiegeltje bij het raam. Als ze hun eigen stoepje, en dat van de buurman, schoonvegen. Ook de subjectieve beleving van veiligheid en “verhuftering” kan worden verbeterd38,39, met name in Venlo waar de gevoelens van onveiligheid en onvrede onevenredig hoog zijn. Het sociale kapitaal van de stad, moet daarvoor worden aangesproken40. In buurten waar een sterke sociale binding is tussen mensen, is niet alleen de daadwerkelijke criminaliteit lager41. Met name gevoelens van onveiligheid komen er minder voor42. Mensen voelen zich veiliger als ze elkaar op straat groeten. Mensen voelen zich veiliger als stadsgenoten samen dingen ondernemen. Mensen voelen zich veiliger als buren elkaar helpen. In Venlo zijn bestaande netwerken sterk, en functioneren goed. Op stadsniveau zijn er volop goede initiatieven. Ik heb gezien hoe de organisatie van het Zomerparkfeest afgelopen jaar een feesttent vol met vrijgevige vrienden bij elkaar sprokkelde. Hoe de Kerstnacht 2.0 bij de eerste editie al een 5
succes werd. Hoe sprankelend en energiek de ondernemers uit Q4 betrokken zijn bij de ontwikkeling van de stad. Vaak echter, is bij deze geweldige initiatieven, een relatief kleine groep burgers betrokken. Het is een uitdaging om deze bestaande netwerken te versterken en uit te breiden. Het is een uitdaging om ook andere kringen aan te spreken. Het is een uitdaging om juist ook mensen die onderaan de maatschappelijke ladder staan erbij te betrekken. Tot slot, als de daadwerkelijke onveiligheid en “verhuftering” blijven afnemen, en als Venlonaren zelf weer positief gaan denken over hun stad, dan is het een relatief kleine stap naar de rest van het land. Zeker in 2012. Want dit jaar is het jaar van de Floriade. Er worden ongeveer 2 miljoen bezoekers uit binnen- en buitenland verwacht43. Een uitgelezen kans dus om voor eens en altijd de rest van het land te laten zien hoe veilig en gezellig Venlo is. Emoties en gevoelens zijn besmettelijk. Net als een virus verspreiden ze zich eenvoudig en snel onder mensen. Dit geldt ook voor positieve emoties44. Probeer maar eens niet te lachen, als iedereen om je heen de slappe lach heeft. Dat positieve emoties ook in groepen makkelijk verspreiden, behoeft in Venlo eigenlijk geen wetenschappelijke uitleg. We weten bijna allemaal hoe vrolijkheid zich tijdens de carnaval razendsnel verspreidt over grote mensenmassa’s. Louis Armstrong zong het al. “When you’re smilin´, the whole world smiles with you”. Als iedereen in Venlo Floriade-toeristen vriendelijk te woord staat en begroet, hen de weg wijst als ze verdwaald zijn, en positief spreekt over Venlo, dan krijgen deze bezoekers als vanzelf een goed gevoel bij onze stad. En zoals al eens is aangetoond door de beroemde sociaal-psycholoog Milgram45, zijn er maar een paar mensen nodig om een bericht over het hele land te verspreiden. Laten wij dus in 2012 ons best doen om heel Nederland te besmetten met Venlose gezelligheid, vriendelijkheid, en joeks. Zodat voortaan, als ik mensen vertel dat ik in Venlo woon, zij hun wenkbrauwen optrekken, in plaats van fronsen. Venlo? Goh, wat leuk! Loes Keijsers
6
Voetnoten
1
Bron: Sociaal Cultureel Planbureau (2011): De sociale staat van Nederland. Te vinden op: http://www.scp.nl/content.jsp?objectid=27981.
2
Nadrukkelijk maak ik in deze Venlo-lezing gebruik van recente cijfers vanaf 2005. In de jaren ’90 waren drugsoverlast en daaraan gerelateerde problemen, aanzienlijk meer prominent. Project Hektor (2001- 2006) heeft bijgedragen aan een verbetering van deze situatie. Bron: WODC onderzoek (2005). Hektor in Venlo: Eindevaluatie: inspanningen, proces en resultaten 2001-2004.Te vinden op: http://wodc.nl/onderzoeksdatabase/evaluatie-intensivering-bestrijding-drugsoverlast-venlo.aspx 3
Bron: Integrale veiligheidsmonitor (2009). De Integrale Veiligheidsmonitor is een jaarlijks terugkerend bevolkingsonderzoek naar waargenomen veiligheid, leefbaarheid en slachtofferschap op landelijk, regionaal en lokaal niveau door Ministerie van Veiligheid en Justitie en Centraal Bureau voor de Statistiek. Het vraagt burgers aan te geven hoe vaak ze overlast hebben gehad van zaken, zoals hangjeugd en diefstal. Te vinden op: http://www.veiligheidsmonitor.nl/ 4
Bron: Tabellen bij Integrale Veiligheidsmonitor (2010). Te vinden op:Tabellenrapport IVm 2010.
5
Bron: Tabellen bij Integrale Veiligheidsmonitor (2010). Te vinden op:Tabellenrapport IVm 2010.
6
Bron: AD misdaadmonitor (2010). Onderzoek op basis van bij politie geregistreerde criminaliteit. Dit betreft dus vaak wat zwaardere delichten. Te vinden op: http://www.ad.nl/misdaadmeter
7
Overigens kan je, volgens deze cijfers, in Zwolle je auto maar beter goed afsluiten.
8
Aantal inwoners per 02-05-2011: Zwolle: 120 335; Emmen: 109 259; Venlo: 99 793. Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek (2011).
9
Gemeentelijke Veiligheidsindex (2007). Veiligheidscijfer per gemeente, op basis van bij politie registreerde criminaliteit. Te vinden op: http://www.gemeentelijkeveiligheidsindex.nl/.
10
Gemeentelijke Veiligheidsindex (2007). Te vinden op: http://www.gemeentelijkeveiligheidsindex.nl/.
11
Bron: Landelijke veiligheidsmonitor, Limburg Noord (2009). Te vinden op: http://www.veiligheidsmonitor.nl/Publicaties/Rapportages
12
Bron: Centraal Bureau voor de statistiek (2008-2010). Specifieke tabel te vinden op: http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?DM=SLNL&PA=80168ned&D1=a&D2=0,23&D3=a&D4=a&HDR= T,G2&STB=G1,G3&VW=T
13
Bron: Tabellen bij Integrale Veiligheidsmonitor (2010). Te vinden op:Tabellenrapport IVm 2010.
14
De nationale leefbaarheidbarometer van het Ministerie van Binnenlandse Zaken (2011), geeft aan dat alle wijken in Venlo een positief tot uiterst positief leefklimaat hebben. Dat is de mate waarin de leefomgeving aansluit bij de voorwaarden en behoeften die er door de mens aan worden gesteld. Deze informatie is te vinden op: http://www.leefbaarometer.nl
15
Het is een bekend fenomeen dat mensen zich vaak onveiliger, en ongelukkiger, voelen dan je op grond van cijfers kan verwachten. Bron: Sociaal Cultureel Planbureau (2011): De sociale staat van Nederland. Te vinden op: http://www.scp.nl/content.jsp?objectid=27981
16
Bron: Landelijke veiligheidsmonitor, Limburg Noord (2009). Te vinden op: http://www.veiligheidsmonitor.nl/Publicaties/Rapportages
17
Gebaseerd op verkiezingsuitslag Tweede Kamer verkiezing (2010). In Venlo stemde toen meer dan 30% op de Partij van de Vrijheid (PVV); Informatie te vinden op: http://www.verkiezingsuitslagen.nl
18
Gebaseerd op beschrijving van de maatschappij en de politieke standpunten in verkiezingspamflet PVV. Informatie te vinden op: http://www.pvv.nl
7
19
De nationale leefbaarheidbarometer van het Ministerie van Binnenlandse Zaken (2011), geeft immers aan dat alle wijken in Venlo een positief tot uiterst positief leefklimaat hebben. Te vinden op: http://www.leefbaarometer.nl
20
Gevoelens van onvrede en onveiligheid komen met name voort uit persoonlijke eigenschappen van bewoners, en niet door eigenschappen van de buurt of stad. Bron: Rapport van Sociaal Cultureel Planbureau (2008). Betrekkelijke betrokkenheid. Hoofdstuk 4: Sociale cohesie als bouwsteen voor veilige buurten. Te vinden op: http://www.scp.nl
21
Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek (2010). In Nederland was in 2010 gemiddeld 34% van de beroepsbevolking hoogopgeleid. Specifieke cijfers over heel Nederland te vinden op: http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?DM=SLNL&PA=71738ned&D1=0-6&D2=0&D3=0&D4=04&D5=31,36,41,46,51,l&HDR=T&STB=G4,G1,G2,G3&VW=T; In Venlo was 19% van de beroepsbevolking hoogopgeleid in de periode 2008-2010. Specifieke grafiek voor Venlo te vinden op: http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?DM=SLNL&PA=71883ned&D1=0,9-12,35-38,4651&D2=l&D3=320&D4=0,4,l&HDR=T&STB=G1,G2,G3&VW=G
22
Niet alleen vergeleken met Nederland scoort Venlo hoger op werkeloosheid (55% hoger in 2010),maar vergeleken met steden zoals Emmen (14% hoger) en Zwolle (42% hoger). Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek (2010). Specifieke tabel waarin Nederland, Emmen, Zwolle en Venlo worden vergeleken te vinden op: http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?DM=SLNL&PA=71887ned&D1=52,80&D2=0&D3=0,59,72,169&D 4=0,5-6,l&HDR=T&STB=G1,G2,G3&VW=T
23
Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek (2009). Specifieke tabel te vinden op: http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?DM=SLNL&PA=80594ned&D1=a&D2=a&D3=47-51,54-55,6996&D4=0,216,503,l&D5=l&HDR=G4,G2,G1,T&STB=G3&VW=T
24
Bron: Sociaal Cultureel Planbureau (2011): De sociale staat van Nederland. Te vinden op: http://www.scp.nl/content.jsp?objectid=27981. Opmerkelijk is overigens dat werkeloosheid, en een slechte sociaaleconomische situatie, hoogstwaarschijnlijk nauwelijks bijdragen aan de daadwerkelijke niveaus van criminaliteit. Bron: Levitt, Steven D., 2004, Understanding why crime fell in the 1990s: four factors that explain the decline and six that do not, Journal of Economic Perspectives, 18 (1), pp. 163-190. Zie voor soortgelijke macro-economische perspectieven op de samenleving: Levitt, Steven D. (2005), Freakonomics.
25
Bron: Malcolm Gladwell (2000). The Tipping Point: How Little Things Can Make a Big Difference. Little Brown. Dit boek beschrijft alledaagse fenomenen als non-lineaire systemen. Dit zijn systemen die niet uitsluitend lineair mee veranderen met de oorzakelijke factoren in de omgeving, maar systemen die plots, en vrij onvoorspelbaar, een omslagpunt kunnen bereiken. Het weer is een typisch voorbeeld van een non-lineair systeem.
26
Er zijn grofweg twee typen jeugddelinquenten te onderscheiden. Zeer frequent voorkomende, kleine criminaliteit door jongeren wordt ook wel als een normaal ontwikkelingsfenomeen beschouwd, dat past bij het loskomen van ouders in de adolescentie. Het gaat meestal na de adolescentie vanzelf weer over. Het is hinderlijk en overlastgevend voor de samenleving, en onrustwekkend voor ouders in het bijzonder, maar niet ernstig voor de persoonlijke ontwikkeling van het individu in de regel. Daartegenover staat een zeer kleine minderheid van ongeveer 5% die betrokken is bij zwaardere delicten. Deze jongeren hebben een beduidend slechter toekomstperspectief. Moffitt, T. E. (1993). Adolescence-limited and life-course-persistent antisocial behavior: A developmental taxonomy. Psychological Review, 100, 674-701.
27
Bij kleine criminaliteit, zoals graffitti, winkeldiefstal, en ruzies in de kroeg zijn vaak zelf-rapportages door jongeren meer betrouwbaar dan politiegegevens. Slechts een zeer kleine minderheid van de jongeren wordt namelijk opgepakt voor dergelijke delicten. Uit wetenschappelijk onderzoek met dergelijke zelf-rapportages blijkt een consistent beeld. De meerheid van alle jongeren pleegt wel eens een delict. Ondanks dat de hedendaagse media wellicht anders wil doen geloven, allochtonen en autochtonen jongeren scoren daarbij niet verschillend. Bron: vd. Laan, A. M., & Blom, M. (2006). WODC-monitor zelfgerapporteerde jeugdcriminaliteit. Den Haag: Wetenschappelijk onderzoek en documentatie centrum (WODC). Opmerkelijk is dat ook ongeveer 60% van de hoog-opgeleide jongeren wel eens een crimineel feit begaat: Bron: Keijsers, L., Frijns, T., Branje, S. J. T., & Meeus, W (2009). Developmental links among parenting practices, adolescent disclosure, and delinquency: Moderation by parental support. Developmental Psychology, 45, 1314-1327.
28
In 2004 waren van de circa 6.000 zeer actieve veelplegers ongeveer de helft verslaafd aan opiaten. Met name heroïne is hierin een overlastgevende drug. Bron: Commissie Politie en Wetenschap (2009). Veelbelovende
8
verklaringen voor de daling van de criminaliteit na 2002. Te vinden op: http://www.politieenwetenschap.nl/pdf/verklaringen_daling_criminaliteit_na_2002.pdf 29
CBS (2010). Bevolkingspiramide, leeftijdsopbouw nederland 2010. Specifieke grafiek te vinden op: http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/bevolking/cijfers/extra/piramide-fx.htm
30
Heroïne wordt tegenwoordig aangeduid als een ‘loserdrug’ en is steeds minder aantrekkelijk voor nieuwe jonge drugsgebruikers. Zonder nieuwe instroom, daalt het aantal heroïneverslaafden. Bron: Commissie Politie en Wetenschap (2009). Veelbelovende verklaringen voor de daling van de criminaliteit na 2002. Te vinden op: http://www.politieenwetenschap.nl/pdf/verklaringen_daling_criminaliteit_na_2002.pdf
31
Gemeente Veiligheidsindex, 2007. Volledig rapport is te vinden op: http://www.politieenwetenschap.nl/gvi/pdf/gemeentelijke_veiligheidsindex.pdf
32
Gemeentelijke Veiligheidsindex, 2007. Statistieken voor Venlo zijn te vinden op: http://www.gemeentelijkeveiligheidsindex.nl/.
33
Bron: Mahoney, J. L. & H. Stattin (2000). "Leisure activities and adolescent antisocial behavior: the role of structure and social context." Journal of Adolescence 23(2): 113-127.
34
Bron: Osgood, D. W., Wilson, J. K., O'Malley, P. M., Bachman, J. G., & Johnston, L. D. (1996). Routine activities and individual deviant behavior. American Sociological Review, 61, 635-655.
35
Bron: Commissie Politie en Wetenschap (2009). Veelbelovende verklaringen voor de daling van de criminaliteit na 2002. Te vinden op: http://www.politieenwetenschap.nl/pdf/verklaringen_daling_criminaliteit_na_2002.pdf
36
Rapport Sociaal Cultureel Planbureau, Betrekkelijke betrokkenheid, 2008. Hoofdstuk 4, Sociale cohesie als bouwsteen voor veilige buurten. Te vinden op: http://www.scp.nl/
37
Theorie van de gebroken ruiten: Bron: Wilson, J. Q. & Kelling, G.L. (1982). "Broken Windows." The Atlantic.
38
Bron: IVA beleidsonderzoek (2010). Omgaan met de perceptie van overlast en verloedering. Een beknopt advies voor de bestuurspraktijk. Volledig rapport te vinden op: http://www.iva.nl/IVA_Publicaties/Omgaan_met_perceptie_van_overlast_en_verloedering.aspx?objectname=Iv aPublicationShow&objectId=1589&pgeId=234.
39
Een beleidsinstrument van Centrum Criminateitsbestrijding en Veiligheid (CCV) om veiligheidsbeleving te verbeteren is “de tafel van 12”. Bij het CCV aangesloten partijen zijn het ministerie van Veiligheid en Justitie, het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, het Verbond van Verzekeraars, werkgeversorganisatie VNO-NCW, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Raad van Korpschefs. Uitgebreide omschrijving en uitleg van dit instrument is te vinden op: http://www.hetccv.nl/instrumenten/Toolkit+Veiligheidsbeleving/menu%5B2%5D/index?filter=8
40
Een actieplan van Centrum Criminaliteitsbestrijding en Veiligheid (CCV) om gevoelens van onveiligheid aan te pakken bevat duidelijke referenties naar het versterken van zelfoplossend vermogen van burgers, door maatregelen die verband houden met het bevorderen van onderling respect tussen bewoners in een buurt. http://www.hetccv.nl/dossiers/Overlast/Landelijk++Actieplan+overlast+en+verloedering?reference=dossiers/perceptie-van-overlast-en-verloedering/index/index
41
Bron: Hirschi, T. (1969). Causes of Delinquency. Berkely, CA, University of California Press. Deze belangrijke theorie in de criminologie beschrijft hoe sociale binding aan de maatschappij, en aan mensen in het bijzonder, een afremmende werking op criminaliteit heeft. Hoe sterker de binding, hoe meer er namelijk te verliezen is bij het begaan van een crimineel feit: Mensen die met crimineel gedrag bijvoorbeeld een baan/goede relaties op het spel zetten, zullen dit gedrag minder snel vertonen, dan mensen die geen baan/goede relaties hebben.
42
Rapport Sociaal Cultureel Planbureau, Betrekkelijke betrokkenheid, 2008. Hoofdstuk 4, Sociale cohesie als bouwsteen voor veilige buurten. Te vinden op: http://www.scp.nl/
43
Bron: Rabobank onderzoek.Op weg naar de Floriade 2012. Te vinden op: http://www.rabobank.nl/images/rabobank_floriade2012_29136365.pdf
9
44
Zowel sociologisch als psychologisch wordt onderzoek gedaan naar de besmettelijkheid van emoties. Psychologisch gezien zijn emoties van mens op mens overdraagbaar, bijvoorbeeld door “mimicry”, het onbewust na-apen van gezichtsuitdrukkingen. Deze processen zijn goed beschreven in het recente boek van de Nederlandse gedragsbioloog Frans de Waal (2011). Tijd voor Empathie. Wat de natuur ons leert over een betere samenleving. Contact B.V., Uitgeverij. Sociologisch is de verspreiding van een emotie/boodschap over groepen mensen goed beschreven door Malcolm Gladwell (2000). The Tipping Point: How Little Things Can Make a Big Difference. Little Brown.
45
Sociaal psycholoog Stanley Milgram deed een experiment in de VS door respondenten te vragen een brief door te sturen naar een door hem bepaald willekeurige persoon. Als ze deze persoon niet kenden, moesten respondenten de brief doorsturen naar degenen die het meest waarschijnlijk de persoon zou kennen. Gemiddeld genomen kwam een brief in 5.5 tot 6 stappen bij de juiste persoon terecht. Dit fenomeen is later ook wel aangeduid met “Six degrees of seperation”. Bron: Milgram, S. (1967). The Small World Problem", Psychology Today, Vol. 2, 60-67.
10