N E T A T L U
DE
S E R
MIJN STARTBAAN
DE RESULTATEN 1. Opzet In september 2009 sloegen de koninklijke Vlaamse Ingenieursvereniging (KVIV) en de Vlaamse Ingenieurskamer (VIK) de handen in elkaar voor een onderzoek naar de loopbaanstart van de ingenieurspromotie 2009. Via e-mail werden 464 burgerlijke ingenieurs, 212 bio-ingenieurs en 1510 industrieel ingenieurs aangeschreven. 338 ingevulde enquêtes werden teruggestuurd, waarvan er 335 na kwaliteitscontrole werden weerhouden voor analyse (1 respondent vermeldde geen diploma of geslacht, maar werd wel meegenomen voor de algemene vragen)
2. Samenstelling van de respondentengroep
Verdeling geslacht over diplomagroepen (n) 180 160 140 120 100 80 60 40 20 0
33 33
vrouw man 127
94
27 20
Burgerlijk Ingenieur (n=127)
Bio-Ingenieur (n=47)
De respondentengroep bestaat uit 127 burgerlijke ingenieurs, 47 bio-ingenieurs en 160 industrieel ingenieurs. Driekwart van de respondenten zijn mannen, wat min of meer in de lijn ligt van de verdeling binnen de ingenieurspopulatie binnen deze leeftijdsgroep (73% M, 27% V). Bij de bio-ingenieurs is de verdeling anders dan bij de burgerlijk en industrieel ingenieurs, wat eveneens te verklaren is door de samenstelling van de populatie (55% M, 45% V bij de bio-ingenieurs Promotie 2009) 1
Industrieel Ingenieur (n=160)
Geslacht (n) 93 man vrouw
241
MIJN STARTBAAN
DE RESULTATEN 3. Bezigheid in september 2009 Allen
Burgerlijk Ingenieur
Bio-Ingenieur
Industrieel Ingenieur
Man
Vrouw
45% 39%
39%
41% 34%
28% 24% 21%
23% 22%
20% 19%
19%
19% 14%
12%
11%
19% 17% 15%
13%
10% 6%
6%
9%
9%
9%
9% 8%
4%
6% 3% 0%1%
Ik heb momenteel een job in loondienst
Ik ben werkzoekend
Ik doctoreer
Ik studeer verder
Ik heb al een arbeidscontract getekend, maar ben nog niet begonnen bij mijn nieuwe werkgever
8%
1%
Ik werk momenteel als zelfstandige (incl. stagiair-architect)
6% 2%
0%
2%
Andere
2%2%
1%
1%0%1%
1%0%
Ik neem eerst nog wat vakantie en dan ga ik werk zoeken
Als we eerst naar de totale groep kijken (rode balkjes), dan zien we dat 80% van de pasafgestudeerde ingenieurs iets doen waarvoor ze zelf gekozen hebben: ruim de helft van de respondenten heeft 2 maanden na afstuderen een job (hetzij in loondienst, hetzij als zelfstandige) of heeft minstens al een contract getekend, 30% studeert verder of doctoreert. 1 op 5 is werkzoekend. Vergelijken we de diplomagroepen, dan blijkt 60% van de burgerlijk ingenieurs in september aan het werk te zijn. Bij de industrieel ingenieurs is dit 50%, en bij de bio-ingenieurs slechts een kwart. Dit laatste valt gedeeltelijk wel te verklaren door het feit dat 4 bio-ingenieurs op 10 na afstuderen niet direct de arbeidsmarkt opgaat, maar een doctoraat begint of verderstudeert. Los daarvan bevat deze richting wel het grootste aandeel werkzoekenden. De verschillen die er zijn tussen mannen en vrouwen, zijn vooral te verklaren door het grotere aandeel van vrouwen binnen de bio-ingenieurs. Verder nog: een 3% werkt als zelfstandige, hoofdzakelijk ir-architecten. Bijna niemand neemt eerst nog wat vakantie.
2
MIJN STARTBAAN
DE RESULTATEN 4. Zoektocht naar werk 100.0 90.0 80.0 70.0 60.0 50.0 40.0 30.0 20.0 10.0
9 00 de
c2
9 t2
00
9 p2 se
ok
00
9 00 au
ju
ju
l2
g2
00
00 n2
20 ei
9
9
09
9 m
ap
aa
r2
20
00
09
9 00 m
fe
b2
00 n2 ja
de
no
9
8 00 c2
00 v2
t2 ok
8
8 00
8 00 p2
l2
00
8
se
m
ju
ei
20
08
.0
De helft van de ingenieurs van Promotie 2009 die zich op de arbeidsmarkt begeven is reeds voor april van dit jaar beginnen zoeken naar een job, met enkelingen die al een jaar voor afstuderen begonnen zoeken.
Allen
Burgerlijk Ingenieur
Bio-Ingenieur
Industrieel Ingenieur
Man
Vrouw
45% 39%
39%
41% 34%
28% 24% 21%
23% 22%
20% 19%
19%
19% 14%
12%
11%
19% 17% 15%
13%
10% 6%
6%
9%
9%
9%
9% 8%
4%
6% 3% 0%1%
Ik heb momenteel een job in loondienst
Ik ben werkzoekend
Ik doctoreer
Ik studeer verder
Ik heb al een arbeidscontract getekend, maar ben nog niet begonnen bij mijn nieuwe werkgever
8%
1%
Ik werk momenteel als zelfstandige (incl. stagiair-architect)
6% 2%
0%
2%
Andere
2%2%
1%
1%0%1%
1%0%
Ik neem eerst nog wat vakantie en dan ga ik werk zoeken
Als we nu de twee vorige vragen eens gaan samennemen in 1 grafiek, dan zien we toch wel iets interessants. In deze grafiek zijn vooral de rode balkjes interessant. Die geven het verband aan tussen het moment van het beginnen zoeken naar een job en werkzoekend zijn in september/oktober. We zien duidelijk dat van de ingenieurs die in september/oktober werkzoekend zijn, het grootste deel, nl. 60%, pas na juni is beginnen solliciteren
3
MIJN STARTBAAN
DE RESULTATEN
69.4%
67.4% 55.0% 46.7% 40.1% 31.8%
30.2% 22.3%
18.6% 5.4%
2.1%
el en
en k
f an
sv
ra An
de re
ac
tie
ge
Ge
m
pl ad
er em te ys
ez el
ee gd
ite s ks
es t ,t
ne tw le
So cia
-s
n aa e
De el
na
m
W IS
en t se ng w er vi
re n aa e
m na
xa m en
in er kr ut
te in in g
in ijv hr
gs
nt ka rim
e ijk oo nl
ev
oo r
ie s at re l
le dp rs Pe sc
De el
nt er te dv
1.0%
Pe
rs
on
ee lsa
In
tg an kr jo b
in ie
ie nt er te dv ee lsa on rs Pe
er aa
hr sc
bs jo op
n aa e m na De el
eg d
AB g in ijv
dp
ite
In
ge ra a
ne ta on
VD
d le
ci lli so
st r du Sp
ur s/ in jo b
be
eg
ta
ie da g
tie
0.8%
7 ingenieurs op 10 die de arbeidsmarkt betreden, hebben wel eens een jobbeurs bezocht. Dit hoge percentage is niet zo verwonderlijk, aangezien op de meeste universiteiten en hogescholen een jobbeurs voor ingenieursstudenten georganiseerd wordt. Spontane sollicitatie is het tweede meest gebruikte kanaal in de zoektocht naar een job, gevolgd door de jobsites. Dan volgt Inschrijving bij de VDAB en het raadplegen van een jobkrant, en – in mindere mate – persoonlijke relaties, interimkantoren, rekruteringsevents en wervingsexamens. Het minst gebruikt door deze groep voor sollicitatiedoeleinden zijn de sociale netwerksites en het WIS-systeem.
4
MIJN STARTBAAN
DE RESULTATEN 23.7% 20.1%
11.8%
11.2%
4.1%
3.0%
2.4%
nl . ) oo k, ...
em Fa
ce b
te ys -s
ke dI
n,
W IS
it/ ite rs
s( Lin
ni ve so
pl
cia
le
aa
ts
ne
in g
tw
sd
er
ie
ks
ns
ite
tu
sa ee l on rs pe
0.0%
B ol sc ho
ge ho
te in
dv er te
VD A
r oo rim ka
kr b) (jo in
ie nt
va
ee l
nt
an
t
ge jo b ie
ka
nt
op ie nt
sa
dv er te
/s
b) sit (jo
re la e ijk nl
oo on rs pe
ta
e
s tie
tie ci ta lli rs pe
w
sp
er kg
on
ev e
ta
rz
ne
so
oc ht
jo
co
bb
nt
eu
ac
t
rs
0.6%
r,
4.7%
de
5.9%
an
12.4%
Bijna de helft van de ingenieurs vond een job door een actie van de werkgever of via een jobbeurs. Spontane sollicitatie, persoonlijke relaties of advertenties op websites of gespecialiseerde jobsites volgen gemeenschappelijk op de derde plaats. De andere kanalen hadden een lagere successcore. Uit deze grafiek kunnen we toch leren dat zichtbaarheid op de arbeidsmarkt belangrijk is voor de afstuderende ingenieur. Veel pasafgestudeerden raken aan een job omdat de werkgevers hen wisten te vinden. De helft van promotie 2009 die in september een job heeft, had reeds in juni een contract getekend.
100.0% 90.0% 80.0% 70.0% 60.0% 50.0% 40.0% 30.0% 20.0% 10.0% .0%
5
se
g2
00 8 p2 00 ok 8 t2 0 de 08 c2 0 fe 08 b2 m 009 aa 20 ap 09 r2 0 m 09 ei 20 ju 09 n2 00 ju 9 l2 0 au 09 g2 0 se 09 p2 00 ok 9 t2 00 9
8 00
au
l2
ju
ju n
20
08
We zagen al dat men gemiddeld rond april begint te solliciteren, we kunnen dus stellen dat het gemiddeld 2 maand duurt vooraleer je als startende ingenieur aan een job geraakt.
MIJN STARTBAAN
DE RESULTATEN 5. Jobkeuze en -karakteristieken 50.0%
46.2%
43.8%
45.0%
40.2%
40.0%
34.9%
35.0%
27.2%
30.0%
22.5%
25.0%
17.8%
20.0%
12.4%
15.0%
10.1%
10.0%
8.9%
5.9%
5.0%
er w
ijn m n va
ti he Va
nw
eg
e
oo n ge w n
eg
e
Be
er kg ev
lo pe n ge e ag
st
he b
in ge
Ik
op n ga a
er
ee
lij ke ak M
m ag o
k
rs te
be r
aa
ei
nb o
kb aa
.. er k. w ijn
m n va e ig st id /p re dh e en
be k de
d
r
s hu i ch
he sc ul tu ur
dr ijf be de er da t
Va
nw
m O
Di
ik di er st
eg nw Va
ei op l de
e eg nw Va
tb ij
zo ch
t
ar is ts al e
og e m
di ng s
e
lij
he
kh
ed en
de n ijk he
m ei
e Va
nw
eg
de e eg Va
nw
do or gr o
de
go ed
e
w
er
ko m
st
an
og el
di
gh ed
en
0.0%
Kwalitatieve zaken met betrekking tot de job zelf primeren op bijvoorbeeld geld. De startende ingenieur zal zij werkgever eerder kiezen op basis van goede werkomstandigheden en de doorgroei- en opleidingsmogelijkheden, en pas op de 4de plaats voor het loon. Daarnaast zijn bedrijfscultuur, nabijheid, prestige en bereikbaarheid niet onbelangrijk, maar ze wegen minder fel door dan de eerstgenoemde factoren.
6
MIJN STARTBAAN
DE RESULTATEN Allen
Burgerlijk Ingenieur
Bio-Ingenieur
Industrieel Ingenieur
80.0% 67.0%
70.0% 60.0%
56.0% 49.5%
50.0%
47.8%
43.5%
40.0% 31.5%
34.3%
30.0%
23.9%
20.0% 10.0%
4.3%3.4% 3.8%
3.7%
Privésector Zelfstandige
1.0%.0%1.1%
.9%
.0% .0%
.0% Privésector Werkzaam in loondienst
5.6%
4.8%
2.3%
Privésector - Stage in een architectenbureau
Privésector - Ander statuut
Overheid Onderwijs/onderzoek
6.7% 4.3%4.5%
Overheid - Werkzaam in de overheidssector
De meeste ingenieurs die een job hebben zijn aan het werk in loondienst, gevolgd door de ingenieurs die in het onderwijs/onderzoek werken, in hoofdzaak de doctorandi. We zagen eerder al dat het aantal doctoraten bij de bio-ingenieurs beduidend hoger lag dan bij de andere ingenieurs, wat dan ook in deze grafiek duidelijk zichtbaar wordt. Industrieel ingenieurs komen meer onmiddellijk op de arbeidsmarkt dan de andere ingenieurs. Het aandeel dat in onderwijs/onderzoek terechtkomt is beduidend kleiner. De andere statuten zijn eerder marginaal bij deze groep.
Allen
Burgerlijk Ingenieur
Bio-Ingenieur
Industrieel Ingenieur
30%
27% 24%
11%
2%
ice rv
,n
l.
2%
de r
po up ,s
:v m m nco ch te
0%
rt
op er ko
in g p, pl a oo
k,
2%
2%
0%
ie ist lo g
on de
rz
aa
oe
k
nk
&
ite al kw d/ ho u
on
de r
nn
el ik k tw on
ve it/
vi e ad le nt , ns u co
k lij ke za
in g
d gh ei ili
ex s,
ie / uc t
sy ar e, tw of (s ic a
at
pe rt
pr oc e
s
ec pr od
ys na l ,a m ee st
pr oj
t)
au ur e ie b ud st en er pon tw fo rm in
7
3% 0%0%
4%
an
4%
2% 0%
eu
4%
3%
0%
se
3%
0%
t
0%
0%
ke
0%
9% 6%
8%
6%
m ili
6% 6%
tin g,
7% 3%
5%
18%
ar
10%
15% 15% 12% 10% 9% 8%
m m :m
15%
18% 16% 14%15%
co
19% 18% 17% 17% 16%
ch n-
20%
20%
te
25%
MIJN STARTBAAN
DE RESULTATEN In de privésector vinden we qua functies de bio-ingenieurs vooral terug in onderzoek & ontwikkeling, milieu en technisch-commerciële functies. Burgerlijk en industrieel ingenieurs komen eerder terecht in de technische functies.
Totaal
Burgerlijk Ingenieur
Bio-Ingenieur
Industrieel Ingenieur
30.0% 25.0% 20.0% 15.0% 10.0% 5.0%
tic a f or ai re m an at m de ic et a re aa in lv er du w st er rie kin g (m ba a. el nk .. ek tr e n ot ve vo ec rz ed hn pr ek in isc od e g rin he uc gs tie ni w j ve en ez rh en di ei st d rib (in ut cl. za ie ... ke va lij n ke a ar ar di d. ch en .. ite st ct ve en rle bu ni ng re au (c on su lti an de ng) re m di ili co en e nt te ua st le r en dv ol co e i es -e m bu m n un m in re sp et au ic at al e c lu ie tie rg ( pr bu ie ov re (p id au rim er s, ai re m ob m et ... aa lv er w e. .. in
nd
se cu
et ,p ie em ch
eu
lb ie ,f em
ro ch
eu ge ni in
ar m ac
aa st
uw bo
rs -e n
st
ud
en
ie
bu
re
au
s
ou w
.0%
De ingenieurs- en studiebureaus vormen het sectordomein dat het grootste aandeel heeft binnen de verschillende ingenieursdiploma’s. Ruim 1 op 6 van de ingenieurs in de privésector komt terecht in een ingenieurs- of studiebureau. Bij de burgerlijk ingenieurs is dit 1 op 5 en bij de bio-ingenieurs zelfs meer dan een kwart. Bij de bio-ingenieurs moeten ze het wel afleggen tegen de voedingssector, die binnen de privé eveneens een 30% van de bio-ingenieurs voor haar rekening neemt. Bij de industrieel ingenieurs zijn de ingenieurs- en studiebureaus, de bouw & staalbouw en de voeding bescheiden uitschieters. Verder blijkt uit deze grafiek dat we burgerlijk en industrieel ingenieurs zowat overal terugvinden, daar waar de bio-ingenieurs toch meer in specifieke sectoren terechtkomen (voeding, milieu en studiebureaus).
8
MIJN STARTBAAN
DE RESULTATEN Allen 90%
Burgerlijk Ingenieur
Bio-Ingenieur
Industrieel Ingenieur
83%
80% 70%
63% 58%
60% 50%
36%
40%
32%
30%
21%
20%
19%
20%
14% 8%
10%
3%
2%
0% doctoraatsstudent
assistent / wetenschappelijk medewerker
0%
12%
4%
8%
5%
8%
5% 0%
lesgever in onderwijs
werkzaam in overheidsadministratie (projectbeheer, expert, inspecteur, adviseur,...)
andere, nl.
Van de ingenieurs die we onder ‘overheid’ geclassificeerd hebben, is de meerderheid aan het werk als doctoraatsstudent, assistent of wetenschappelijk medewerker. Slechts 1 op 10 zit in de echte overheidsadministratie. Slechts een kleine fractie voelt zich geroepen om te gaan lesgeven in het lager of middelbaar onderwijs.
Totaal
Burgerlijk Ingenieur
Bio-Ingenieur
Industrieel Ingenieur
ie at nis lo rg a tio na
In
te
rn a
ijf : dr be id s rh e ov e
/N GO
nl. re , de
nd ro ai nd cu se
BS NM
an
er wi
js
... ,O LM ,V
lo k en lijk e te es
ew ,g ra le de fe
VA M
e. ov ale
at fst pr oe g, llin ste
ks in oe rz de on
9
..
io n, ...
sc ge ho
un
ive
rs
ite
it
ho ol
90.0% 80.0% 70.0% 60.0% 50.0% 40.0% 30.0% 20.0% 10.0% .0%
MIJN STARTBAAN
DE RESULTATEN Dit alles wordt nog duidelijker in deze grafiek: de meerderheid werkt aan een universiteit of hogeschool. Bio- en burgerlijk ingenieurs belanden hoofdzakelijk aan de universiteit, industrieel ingenieurs zijn meer verspreid over de verschillende sectordomeinen, maar de hoofdmoot vinden we toch terug aan de universiteit of hogeschool.
10
MIJN STARTBAAN
DE RESULTATEN 6. Startwedde burgerlijk ingenieur
10%
30%
50%
70%
90%
n
2145
2500
2747
2855
3317
52
x
x
2415
x
x
10
1925
2050
2200
2375
2625
54
bio-ingenieur industrieel ingenieur
In de privésector verdient een startend burgerlijk ingenieur gemiddeld 2750 € bruto/maand (mediaan). Een bio-ingenieur heeft een startwedde van een 2415 € bruto/maand en bij een industrieel ingenieur is dat 2200 € bruto/maand. (In de tabel geven we geen extra decielen voor de bio-ingenieurs, vermits hun aantal hiervoor te laag ligt in onze enquête) Bij de overheid ligt de startwedde op 2900 € bruto/maand en een doctoraatsstudent heeft een 1990 € bruto/ maand. Uit vorige onderzoeken is gebleken dat ingenieurs bij de overheid doorgaans een hogere startwedde hebben, maar doorheen hun carrière minder snel stijgen dan hun collega’s in de privésector. Wat betreft de doctoraatsbursalen dienen we erop te wijzen dat deze niet of nauwelijks belast worden, waardoor het brutobedrag quasi gelijk is aan het nettoloon, waardoor ze op loonvlak toch kunnen wedijveren met hun collega’s die niet doctoreren maar onmiddellijk de arbeidsmarkt opgaan. Bij overheid en doctoraat zien we niet echt aanwijsbare verschillen in ons onderzoek tussen de verschillende ingenieursdiploma’s. Daarenboven is het zo dat de verschillen tussen de 3 diplomagroepen in de privésector niet zozeer rechtstreeks te verklaren zijn door het diploma op zich, dan wel door het verschil in functies en sectoren waarin deze ingenieurs terechtkomen en die typisch zijn voor elk van deze diploma’s.
Krijgt dit voordeel
Vindt dit voordeel (zeer) interessant
120% 96%
100%
94%
77%
80%
76%
97%
95% 84%
73% 63%
60% 40%
89% 72%
58%
54%
93%
84%
50%
64% 46%
38%
34%
20%
kt e ie /z
ie at lis ita
sp ho 11
g ve rz ek er m in aa g lti jd ch eq ve ue rg s oe 13 di de ng m w aa oo nd nw vo er kv or er de ke lig er e m aa PC lti /la jd pt en op be dr ijf sr es to be dr ijf sw ag GS en M + ta nk ka ar t
rz e ,ve
pl en
pe ns
io
fle
xi b
an
el e
ar be id
st
ke rin
ijd
0%
MIJN STARTBAAN
DE RESULTATEN Wat de top 10 van aangeboden extra voordelen bij het loon betreft, zien we dat flexibele arbeidstijd, pensioenplan en hospitalisatieverzekering het meest worden aangeboden, en ook zeer geliefd zijn bij de jonge ingenieurs. Binnen de top 10 worden de meeste voordelen als “interessant” tot “zeer interessant” beoordeeld. Maaltijden in bedrijfsrestaurant kunnen iets minder mensen bekoren, en ook de PC/laptop doet het – in vergelijking met de andere voordelen – iets minder goed, hoewel 7 op 10 toch geen slechte score is. Opvallend is tevens dat de bedrijfswagen en tankkaart een hoge voorkeurscore kennen, maar slechts beperkt toegekend worden aan deze groep van startende ingenieurs.
12
MIJN STARTBAAN
DE RESULTATEN 7. Nog enkele tendenzen Burgerlijk ingenieurs die verderstuderen na het behalen van hun ingenieursdiploma doen dit vooral in management- of economisch gerichte opleidingen. De industrieel ingenieurs kiezen meer voor een aanvullend ingenieursdiploma aan een universiteit. Er waren in ons onderzoek te weinig bio-ingenieurs die een extra studie aanvatten om hierover statistisch betrouwbare uitspraken te doen.
Werkt in Vlaams-Brabant Antwerpen Oost-Vlaanderen West-Vlaanderen Limburg Brussel Wallonië/Luxemburg
# km (mediaan) 18.5 25 25.5 26.5 27.5 55 57.5
De ingenieurs die in Vlaams-Brabant werken, wonen het dichtst bij hun werk, gemiddeld 18,5 km. We hebben hier de doctorandi hier even buiten beschouwing gehouden, vermits die vaak nog ‘op kot’ blijven zitten in hun universiteitsstad en zo de cijfers vertekenen. Wie in Brussel werkt, komt doorgaans van verder (55 km). De andere Vlaamse provincies scoren ongeveer gelijk met een woon-werkafstand rond 26 km.
Heeft u voordien als jobstudent of stagiair gewerkt? neen 12.40% ja 87.60%
Is uw stage of studentenjob belangrijk geweest voor het bekomen van uw huidige job? neen ja
13
66.20% 33.80%
Bijna 9 ingenieurs op 10 heeft voordien een studentenjob af een stage gedaan. 1 op stelt dat dit belangrijk geweest is voor het bekomen van de huidige job.
Bij de Koninklijke Vlaamse Ingenieursvereniging (KVIV) kan jij, als master in de (bio-)ingenieurswetenschappen, tijdens en na je loopbaan steeds terecht voor alles wat je beroep, persoonlijke ontwikkeling en vrije tijd aangaat. Als KVIV-lid beschik je gratis over een uitgebreide dienstverlening en gevarieerde netwerkmogelijkheden: • • • • • • •
info en advies over je loopbaan en salaris advies bij professionele juridische vragen permanente vorming socio-culturele en informatieve activiteiten contact met je alumnivereniging behartiging van de ingenieursbelangen bij overheden, politici en sociale partners up-to-date blijven met de nieuwste technologieën door de wetenschappelijke symposia en de artikels in Het Ingenieursblad Afstuderende masterstudenten in de (bio-)ingenieurswetenschappen aan de Vlaamse universiteiten zijn vanaf januari 2010 gedurende een jaar GRATIS lid! Schrijf je in via www.kviv.be/studentleden!
Het KVIV-Lidmaatschap. Haal eruit wat erin zit.
•
VIK opent deuren: je komt in bedrijven waar je als individu niet binnengeraakt
•
VIK legt contacten tussen studenten, afgestudeerden en collega’s. Zo kan je informeel ervaringen delen en je carrière vooruithelpen (netwerking)
•
VIK is er voor jong en oud: jongeren ontmoeten mekaar Europees binnen EYE, senioren blijven alert en up-to-date door actief te participeren aan de VIK-werking
•
VIK geeft advies: elk jaar beantwoorden wij 200 adviesaanvragen van onze leden of gemiddeld één per werkdag
• •
VIK bewaakt het ingenieursprofiel: met de huidige academisering van het hoger onderwijs zeker geen loze slogan VIK participeert in de visitatie van de hogescholen en bewaakt zo de kwaliteit van de ingenieurs opleiding en de eigenheid van het industrieel ingenieursprofiel
Vlaamse Ingenieurskamer VIK vzw - Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem - www.vik.be
14
“Mijn startbaan - de enquête 2009” David De Sager, KVIV-Jobdienst Nancy Cantens, Projectcoördinator Hans Romaen, Directeur
[email protected] •
[email protected] tel. 03-260 08 52/60/59 • fax 03-216 06 89 • TI vzw • Desguinlei 214 • 2018 Antwerpen