zomer 2015
De reis naar Malawi, het warme hart van Afrika
3
In het voorjaarsnummer van Margazine
50 jaar vrijwilligers
4
Nieuwbouw van ’t Talma in Laren
5
Financiële resultaten 2014: klaar voor de toekomst!
7
Ger Borgers met pensioen
8
schreef de heer Plessius het belang en de betekenis van werk. Op dat moment wisten wij allemaal, dat 8 juli voor hem de laatste werkdag zou zijn. Een door hem zelf zeer weloverwogen gemaakte keus. In januari had de heer Plessius reeds aangegeven dat hij graag op een door hem zelf gekozen wijze vorm en inhoud aan zijn afscheid wilde geven. De bedoeling was dat hij persoonlijk een laatste contactmoment in de daarvoor gebruikelijke werkvorm met het merendeel van de functionele relaties zou hebben. Helaas is de heer Plessius eind februari wegens ziekte uitgevallen. Inmiddels behoren de lichamelijke klachten gelukkig tot het verleden en voelt hij zich ook weer een stuk beter. Deze afgelopen periode heeft hij ook nodig gehad om het geheel af te sluiten. Het is zijn nadrukkelijke wens om af te zien van een afscheid in welke vorm dan ook. Uiteraard respecteren wij deze persoonlijke wens, waarbij wij hem graag het podium hadden willen geven welke deze bestuurder verdient. Vanaf zijn aanstelling in 1993 als directeur
De medewerker van het kwartaal
10
Gezellig en succesvol NL Doet bij Pronsweide
10
Inkoop wijkverpleging 2016
11
Outdoor fitness in De Molenberg
12
Fittesten in De Molenberg tijdens de nationale sportweek 12 Inloopvoorziening in De Molenberg en Mariënhof in voorbereiding
13
Heropening afdeling het Slatman
14
Kleinschalig somatiek
15
Op weg van een zorgrestaurant naar een Grand Café als onderdeel van de buurt
15
Als vrijwilligster mee met de Zonnebloem
16
'Beltrum heeft het veur mekare'
17
De reis naar Malawi, het warme hart van Afrika
18
Overformatie en het begeleiden van werk naar werk: Eerste opleidingsgroep is gestart
19
Molukse culturele middag
20
bij Pronsweide, een rechtsvoorganger van SZMK, heeft de heer Plessius het mogelijk gemaakt, dat door een aantal fusies SZMK is geworden wat het nu is. Als een deskundig en gedreven bestuurder is door hem tijdig geanticipeerd op de ontwikkelingen en staat er een in alle opzichten gezonde organisatie met een d uidelijke visie. Daarvoor zijn wij de heer Plessius alle dank verschuldigd. M. Duvigneau
M A R G A Z I N E
2
INHOUD
Werken en afscheid
Intern inspecteur Neelco Osinga neemt afscheid. ‘Kwaliteitsdenken is ingebakken geraakt’
Intern inspecteur Neelco Osinga neemt afscheid
‘Kwaliteitsdenken is
ingebakken geraakt’ Wat is de meerwaarde van de praktijkverpleegkundige ouderenzorg?
Intern inspecteur Neelco Osinga (70) is na 10 jaar een bekend gezicht binnen Stichting Zorgcombi natie Marga Klompé. 1 juli neemt hij afscheid. Twee keer per jaar ging Osinga de locaties langs. “Niet als de boze boeman, maar door samen te kijken hoe we de zorg kunnen verbeteren.” In zijn huis in Deventer staan modelvliegtuigen, globes, muziekinstrumenten en spullen voor de kleinkinderen. Muziek en vliegen zijn Osinga’s passies. In zijn sweater van de zweefvliegclub vertelt hij rustig en weloverwogen over zijn werk bij SZMK in de afgelopen jaren. Je voelt zijn betrokkenheid met kwetsbare ouderen, met goede en veilige zorg. En je ontmoet een praktisch mens: “Met een gezond verstand zijn veel zaken oplosbaar.”
Verbeterpunten
Als voormalig huisarts, verpleeghuisarts en inspecteur ouderenzorg bij het Rijk kwam Osinga tien jaar geleden bij SZMK. Als intern inspecteur; de enige in Nederland. In loondienst, dus betaald door degene die gecontroleerd moet worden. Kan dat wel, vroeg menigeen zich af? Osinga: “Ik heb destijds duidelijk met de Raad van Bestuur afgesproken: wat niet goed is schrijf ik op. Gezien is gezien. Ik ga bij alle locaties op bezoek. Aangekondigd. In een organisatie met meer dan 1000 medewerkers is nooit alles op orde, dat is een illusie. Ik kijk rond, spreek met cliënten, cliëntenraden en medewerkers op diverse niveaus. Ik heb een hele lijst van aandachtspunten: van medicijnverstrekking tot woonomstandigheden, van veiligheid tot vakbekwaamheid van het personeel. Ik ga na wat de zwakke punten zijn, of beter gezegd: verbeterpunten. Een half jaar later kom ik daar op terug.”
Tilliften en trouwringen
Neelco Osinga heeft de afgelopen jaren veel tijd gestoken in het item dossiervorming. “Toen we het papierwerk goed op orde hadden kwam het elektronisch cliëntendossier. Daar zijn veel problemen mee geweest. Een hoofdpijndossier dus. Kort gezegd: het ECD streeft naar perfectie, alles moet worden opgeschreven. Maar daardoor ontbreekt een goed overzicht. Inmiddels is het ECD bij SZMK wel aanzienlijk verbeterd. Een ander voorbeeld: tilliften. Daar stond een sticker op wanneer de laatste veiligheidscontrole was geweest.
M A R G A Z I N E
3
Maar wat je wilt weten is hoe lang de lift nog veilig is. Een houdbaarheidsdatum, zeg maar. Daar ga ik dan achteraan. Ja, en hygiëne is natuurlijk ook altijd een item. Er kwamen landelijke voorschriften over kleding, sieraden en nagellengte. Vorig jaar was er een stevige discussie over de trouwring. Ja, die moet dus gewoon af. Iemand die bij defensie werkt moet zich ook houden aan de voorschriften die daar gelden. Wordt een cliënt nu ziek van bacteriën onder een ring? Dat is moeilijk te bewijzen. Maar er speelt meer. Ziet een extern inspecteur een trouwring en wordt dit naar buiten toe gecommuniceerd, dan is er reputatieschade. SZMK is HKZ gecertificeerd en scoort hoog op cliënt- en medewerkerstevredenheid; er is dus veel te verliezen.
Allerduurste product
Het gaat mij niet om protocollen. Als ik bij iemand in de auto zit, gaat het erom dat ik me veilig voel. Niet of hij zich exact aan alle regels houdt. De grondvraag is: biedt de organisatie verantwoorde zorg die afgestemd is op de reële behoefte van de cliënt? Dat moet je controleren. Een tv wordt, voordat ’ie de fabriek uitgaat, ontzettend vaak gecontroleerd. Zouden we dan ons allerduurste product – onze gezondheid – niet controleren? Wat mij drijft zijn de kleine en grotere successen. Dat iets helpt, dat de gestelde doelen bereikt zijn.” Op de vraag wat er de afgelopen tien jaar het meest is veranderd, hoeft Osinga niet lang na te denken: “Dat het kwaliteitsdenken bij de medewerkers ingebakken is geraakt. Dat merk ik als ik in de locaties kom. Door controles werk je aan discipline. En juist die discipline is nodig voor goede en veilige zorg. Daar moet je altijd aan blijven werken, dat is nooit af. Ik moet wel zeggen dat ik in dienst ben gekomen omdat de stichting kwaliteit al hoog in het vaandel had. Bij aanvang van mijn werk is afgesproken dat wanneer iemand iets meldt bij de intern inspecteur, dat nooit tegen die persoon gebruikt zal worden. Dat is goed, want vrijuit spreken komt ten goede aan de kwaliteit van de zorg.” J. Aartsen
50 jaar vrijwilligers Binnen de Stichting Zorgcombinatie Marga Klompé hebben we dit jaar een primeur. Want niet eerder waren er vrijwilligers met 50 dienstjaren. Dit zijn de heer en mevrouw Maarsingh. Ze zijn op 1 januari 1965 gestart met het vrijwilligerswerk in Avondvrede, de voorloper van ’t Hoge Veld. In 1970 werd dit ’t Hoge Veld. De heer Maarsingh is een vrijwilliger die zich met hart en ziel inzet als organist en bij de activiteit ‘Zingen met Maarsingh’. De heer Maarsingh heeft destijds in ’t Hoge Veld speciale liedbundels samengesteld, de zogenoemde ‘rode klappertjes’, met liederen door hem zelf geselecteerd. Die worden op dit moment nog steeds gebruikt. Voorheen maakte hij in ’t Hoge Veld voor de feestdagen complete programma’s voor een activiteit. De liturgie maakte hij helemaal zelf. Na al die jaren is de activiteit ‘Zingen met Maarsingh’ nog steeds een populaire activiteit. Deze vindt nu plaats in Stegemanhof, maar ook in groepswoning 89 van het Hoge Veld.
M A R G A Z I N E
4
De heer Maarsingh is daarnaast organist en voorganger tijdens de weeksluitingen in Stegemanhof en Beth San in Aalten en in Pronsweide in Winterswijk. De heer Maarsingh is een zeer betrokken man, warm, enthousiast en muzikaal. Mevrouw Maarsingh komt altijd met haar man mee om hulp te bieden bij het zingen. Ze is wat meer op de achtergrond maar betrokken en begaan met het werk als vrijwilliger. Mevrouw is bescheiden en altijd ondersteunend. Mevrouw Maarsingh is ook vrijwilliger bij de welfare van het Rode Kruis. Dit doet ze naar ons weten al wel 32 jaar. In Beth San is destijds speciale aandacht geweest voor het 25 jarig jubileum, dat is gevierd op 8 december 2008. De heer en mevrouw Maarsingh zijn gedreven vrijwilligers, zetten zich voor 100% in en kijken vooral naar mogelijkheden. Naast de muziekactiviteiten zijn de heer en mevrouw Maarsingh altijd bereid om mee te helpen bij andere activiteiten. Zoals de koffiestop tijdens de vierdaagse en hulp bij de feestdagen. Vraag je hun iets te doen, kun je er van op aan dat het tot in de puntjes wordt geregeld. M. Bovens
Nieuwbouw van ’t Talma in Laren Edith de Raaf, afdelingshoofd Ampsen en Nettelhorst, is samen met collega´s gestart met de invulling van nieuwbouw ’t Talma in Laren. In een gesprek met Edith komen we meer te weten over het hoe en waarom van deze uitbreiding. Waarom uitbreiding met een locatie in Laren?
“Onze Stichting wil haar zorg ook aanbieden aan de bewoners van het lieflijke dorp Laren. We willen bewoners zo dicht mogelijk laten wonen bij hun sociale netwerk: familie, vrienden en andere mantelzorgers. Op termijn zullen er minder bewoners in De Hoge Weide gaan wonen omdat we de bewoners meer ruimte willen bieden. Ook dat was een reden om een andere locatie te zoeken buiten Lochem.”
Wat is de stand van zaken in Laren op dit moment?
“Er komen drie woongroepen van ieder zes cliënten PG en daarnaast één woongroep met zes cliënten met een somatische aandoening. Het gaat hier om kleinschalig wonen wat wil zeggen dat in de groepswoning veel aspecten overeen komen met eigen huis- of gezinssituatie van de bewoner. Hierdoor is de begeleiding zo dicht mogelijk bij de bewoners. Iedere woongroep heeft een gemeenschappelijke huiskamer en iedere bewoner heeft zijn eigen kamer met een badkamer met toilet.
M A R G A Z I N E
5
Nieuwbouw van ’t Talma in Laren
Op dit moment zijn de contouren van het nieuwe gebouw al duidelijk te zien: de buitenmuren staan en de eerste verdieping is geplaatst. De bouw zal gestaag verder gaan en volgens de planning wordt het totale gebouw op 1 november 2015 opgeleverd”.
Kunnen de bewoners er in november dan al in?
“Nee, na oplevering is er nog een periode tot medio december nodig om de inrichting te organiseren. De vloer bedekking wordt gelegd, de keukens gaan erin, de tilliften worden geplaatst en uiteindelijk komen de meubels.”
Hoe gaat het gebouw er van binnen uitzien?
“In het nieuwe gebouw hebben we speciale aandacht voor licht-/dagsimulatie. Dat wil zeggen dat we in het pand zoveel mogelijk natuurlijk licht nabootsen door speciale lampen. Uit onderzoek is namelijk gebleken dat bewoners bij veel ‘dag’licht actiever zijn en beter kunnen zien dan wanneer ze vooral in kunstlicht zitten. Ook weer een nieuw element van wonen waarbij we in de huid van onze bewoners kruipen. De inrichting wordt in een zogenaamde ‘retrostijl’ gedaan. In ons geval betekent
M A R G A Z I N E
6
dit dat we alles uit de kast halen om het idee te geven dat je in de jaren 1960 1970 bent. Bij de inrichting van het pand is in dit verband gekozen voor de kleuren uit die tijd zoals oranje, groen en beige. We weten dat het kleuren zijn die bewoners van ons erg aanspreken. Voor het vermaak zal o.a. een flipperkast en jukebox worden geplaatst, echt elementen uit die tijd. Momenteel is een interieurcommissie bezig meubels met de stijl van die tijd uit te zoeken. Als commissie kijken we naast de retrolook ook naar een goede zithouding voor de cliënt en naar de woonbegeleider. Die moet immers gemakkelijk met de bewoners kunnen omgaan zonder te belastende handelingen te moeten uitvoeren”.
Hoe ziet de personele bezetting er uit in Laren?
Welke bewoners komen eigenlijk in aanmerking voor deze woningen?
“In ieder geval organiseren we op 12 juni aanstaande een open dag voor de omwonenden en andere inwoners van Laren, familie, eerste contactpersonen en medewerkers. Deze genodigden kunnen dan al een kijkje nemen in het gebouw. Deze dag zal zeker helpen om ons bekend te maken in het dorp. Daarnaast hebben we nog ideeën om de samenwerking tussen ’t Talma en de inwoners van Laren te verstevigen.”
“Uiteraard is het de keus van de eerste contactpersoon van onze bewoners of iemand naar Laren kan en wil gaan. Ik verwacht dat vooral bewoners die er geboren en getogen zijn terug gaan naar hun vertrouwde stek. Natuurlijk weten we niet precies hoe een individuele bewoner zal reageren op een verplaatsing, maar ik weet wel dat we het uiterste doen om die overgang zo makkelijk mogelijk te maken. De bewoner staat voorop, dat is zeker. “
“Er komt een belangstellingsregistratie die ons leert of onze medewerkers in Laren willen werken. De werkwijze daar is volkomen anders als nu in Lochem. In Laren voer je als woonbegeleider een eigen huishouding waarin je ook wast en kookt. En alle zaken ter plekke doe je in overleg met de bewoners. Naast ons personeel verwachten we dat de familie ook stukjes van de zorg op zich neemt. Dat is het echte participeren van mantelzorgers in de zorg wat zeker het welzijn van de bewoner ten goede komt.”
Hoe gaan jullie je bekend maken bij de inwoners van Laren?
W. Eijkelkamp
Financiële resultaten 2014: klaar voor de toekomst! In financieel opzicht heeft Stichting Zorgcombinatie Marga Klompé een goed exploitatiejaar achter de rug. In het afgelopen boekjaar 2014 werd door de locaties een positief bedrijfsresultaat van € 1.658.000,00 behaald. De segmenten verpleging, verzorging, thuiszorg en overige activiteiten hebben allen met een positief saldo bijgedragen aan dit resultaat. Daarnaast werd door een onderbesteding op onderhoudsen instandhoudingsuitgaven een voordeel behaald van € 859.000,00, waardoor het normaal bedrijfsresultaat voor 2014 uitkomt op positief € 2.517.000,00. Deze uitkomst ligt tevens in de lijn van de verwachtingen en komt overeen met de tussentijdse managementrapportages in 2014.
De financiële positie is daarnaast versterkt door het aantrekken van een langlopende lening voor de bekostiging van de afgeronde bouwprojecten. SZMK heeft daarmee de financiële huishouding goed op orde. Met ingang van 1 januari 2015 is het zorgstelsel voor de zorgsector echter ingrijpend gewijzigd. De AWBZ is vervangen door de Wet langdurige zorg met daarbij een verdere afbouw van de ZZP’s 1, 2 en 3 in de verzorgingshuizen. De extramurale zorg en de dagbesteding is daarnaast overgeheveld naar de zorgverzekeraars en de gemeenten, waarbij de macro-budgetten door opgelegde bezuinigingen door het kabinet Rutte II lager zijn vastgesteld.
M A R G A Z I N E
7
Het scheiden van wonen en zorg en de daarbij opgelegde kortingen door de overheid heeft tot gevolg dat SZMK op een andere wijze naar de waardering van de vastgoedportefeuille moet kijken. Vanaf 1 januari 2018 zal SZMK na een overgangsperiode de exploitatierisico’s van het vastgoed volledig dragen. SZMK dient niet alleen de resterende afschrijvingsduur van de bedrijfspanden opnieuw te beoordelen, maar tevens moet worden nagegaan of de boekwaarde in de toekomst kan worden terugverdiend; dit heet in vakjargon de bedrijfswaarde van de gebouwen. Eén van de maatregelen die SZMK daarom heeft moeten nemen is een aanvullende afwaardering van de bestaande gebouwen en installaties per 31 december 2014 door te voeren van € 10,4 miljoen. Daarnaast is een voorziening huurverplichtingen ad € 1,3 miljoen gevormd vanwege verliesgevende huurcontracten in het kader van scheiden van wonen en zorg. Deze afwaardering heeft geresulteerd in een éénmalig negatief resultaat ten laste van de hiervoor beschikbare bestemmingsreserves. Dankzij deze afwaardering bespaart SZMK in haar exploitatie in de komende jaren structureel een bedrag van circa € 0,6 miljoen per jaar aan kosten. SZMK heeft daarnaast extra middelen gereserveerd om toekomstige calamiteiten op te kunnen vangen, het zogenaamde weerstandsvermogen. Het weerstands vermogen is als gevolg van de herwaardering gebouwen bijgesteld op 27,9% (2013: 38,3%). Het huidige weerstandsvermogen wordt volgens de actuele normen van het Waarborgfonds voor de zorgsector als voldoende aangemerkt. H. Mokkink
Het is maandagochtend 1 juni dat wij met Ger in gesprek zijn over de naderende afronding van zijn werkzame leven. Hoewel het meer een afronding is van zijn arbeidsovereenkomst bij Marga Klompé vanwege zijn pensioengerechtigde leeftijd, want niet meer werkzaam zijn is geen optie voor Ger.
GER BORGERS MET PENSIOEN Terug in de tijd is de eerste vraag aan Ger, geboren in 1950 in Bemmel, hoe hij in de gezondheidszorg is terechtgekomen? Nou dat was niet zo moeilijk omdat Ger opgroeide in de jaren zestig en ja hoor ook bij hem op de middelbare schoolleeftijd “veel gedoe”. Dus dan wil je wat ruimte hebben buiten het ouderlijke huis. Zo kwam hij via een goede huisvriend die hoofdverpleegkundige in de psychiatrie was terecht op de opleiding voor B verpleegkundige. Niet in dezelfde instelling want Ger moet daar wel een goed gevoel bij hebben en hij vond de sfeer in de Sint Jozef Stichting in Apeldoorn beter. Hij was nog geen 17 jaar en 8 maanden en begon daarom als “lekenbroeder” en vervolgens met 28 medeleerlngen aan de opleiding. Met een blauw praktijkboekje voor de punten heeft hij het als een van de negen gehaald. Het was een opleiding met veel confrontaties in een andere, onbekende wereld welke ook leidde tot suïcide bij leerlingen. Maar Ger had het wel naar zijn zin, want “er was veel ruimte en bijna alles kon”.
M A R G A Z I N E
8
Begin jaren zeventig werd actie gevoerd om de opleiding te veranderen maar dat heeft veel overleg met helaas 0,0 resultaat opgeleverd. Het was duidelijk dat men aanstuurde op de hbo-v variant. Hij heeft wel drie maanden dispensatie van de inspectie voor de opleiding gehad om actie te voeren. Maar met al die ruimte had Ger het dus wel aardig naar zijn zin in de psychiatrie. Vervolgens is hij in Amsterdam terechtgekomen en was daar werkzaam via het uitzendbureau op de momenten dat er inkomsten nodig waren voor het levensonderhoud. Dat leven was aangepast aan het Amsterdam van die tijd. Werkzaam in de Valeriuskliniek op de IC-afdeling, kreeg hij het advies van de hoofdzuster (een echte strenge tante doch rechtvaardig) om de A-opleiding te gaan doen. Ger, inmiddels vader, had ook woonruimte nodig en is met de nodige bemiddeling in 1972 in Helmond aan de A-opleiding begonnen. Als derdejaars leerling heeft hij leiding gegeven aan de afdeling zuigelingen en boxen. Dat kon allemaal in die tijd.
Midden jaren 70 is hij via een kennis in de verslavingszorg in de Achterhoek terechtgekomen. In de Rekkense Inrichting heeft hij negen jaar gewerkt. Aanvankelijk als verpleegkundige was hij met andere professionals, die echter veelal elders waren, verantwoordelijk voor de ontgiftingsperiode, al snel als leiding gevende. In die periode heeft hij de sociale academie in Driebergen gedaan, de sociaal organisatorische kant. Ger heeft vooral genoten van het model waarin twee uur les per dag werd gegeven en het overige in rollenspelen aan de orde kwam. Daarnaast verplichte deelname aan veelal meerdere dagen op de hei. In 1983 is Ger begonnen in het nieuwe psychiatrisch ziekenhuis Helmerzijde in Enschede. Daar heeft hij circa vier jaar gewerkt als hoofd verplegingsdienst en in een besturing die niet altijd eenduidig was. Volgens de directeur a.i. deed Ger het goed maar hij moest niet te democratisch worden. In de periode van ontwikkeling en bouw kwam het feit, dat zijn broer docent bouwkunde is zo achter de schermen, wel goed uit. Vanuit de functie en ervaringen waren er frequent contacten met het zorgkantoor en kwam de GGZ-ervaring goed van pas om te adviseren. Vanuit die contacten werd Ger beleidsmedewerker bij Amicon en uiteindelijke regiomanager voor Twente daar waar Ad Smeets dit voor Arnhem was. Dit heeft echter maar een half jaar standgehouden en Ger was inmiddels, november 2002, al weer aan de slag bij het architectenbureau IAA. Er was al snel een volle portefeuille vanwege het bestaande netwerk in de zorg. Maar dagen waarop je ‘s morgens in het noorden, de middag in het oosten en ‘s avonds in het westen zit, daar werd Ger niet gelukkig van. In die periode werd hij gebeld door de heer Plessius, die hem via IAA had leren kennen. Zo kwam het dat Ger in 2003 bij Marga Klompé is komen werken met de meest eenvoudige functiebeschrijving. De opdracht was namelijk: zorg dat alle gebouwen gerealiseerd zijn voor je met pensioen gaat. Het moet mooi en kleinschalig zijn. Zo werd het door de Raad van Bestuur mogelijk gemaakt om mooie dingen te maken.
Na een eerste realisatie werd al duidelijk dat het niet alleen het gebouw is maar ook de inrichting, de visie en de werkprocessen. Het vraagt van velen dat zij het roer werkelijk om kunnen gooien. Het consequent vasthouden van de lijn en het geloof in het concept door de heer Plessius hebben mooie resultaten maar ook veel plezier opgeleverd. De ondersteuning door een goede projectmanager als Roy is onontbeerlijk wanneer je het over 15 projecten hebt. Wat is terugkijkend het meest belangrijke voor Ger? “Het feit dat je voor en met mensen wat mogelijk hebt kunnen maken en dat daarmee mensen kunnen doen wat zij zelf willen. Het mooiste zou zijn dat de huidige zelfregie verder gaat en dan werkelijk sprake is van zelfbeschikking.” M. Duvigneau
M A R G A Z I N E
9
De medewerker van het kwartaal Zoals u al eerder in Margazine heeft kunnen lezen, is er de mogelijkheid om iemand van uw collega’s voor te dragen als medewerker van het kwartaal. Dit met de bedoeling om iemand eens in het zonnetje te kunnen zetten vanwege de goede inzet of een bijzondere prestatie. Voor het eerste kwartaal van 2015 is er één medewerker uitgekozen tot ‘medewerker van het kwartaal: mevrouw Leonie Blumink.
Gezellig en succesvol NL Doet bij Pronsweide Voor het zesde jaar op rij heeft verpleeghuis Pronsweide deelgenomen aan de grootste landelijke vrijwilligersdag van Nederland, namelijk NL Doet! Dit evenement wordt jaarlijks door het Orjanefonds georganiseerd. Het Oranjefonds steunt sociale initiatieven, waarbij de betrokkenheid in de samenleving wordt bevorderd. In 2015 waren er op 20 en 21 maart 325.000 Nederlanders actief bij meer dan 8.600 klussen. Bij verpleeghuis Pronsweide is op vrijdag 20 maart dan ook dankbaar gebruik gemaakt van dit initiatief en zijn maar liefst 25 vrijwilligers, verdeeld over drie klussen actief aan het klussen geweest! Samen met Corine Blaauwehand is NL Doet 2015 gecoördineerd, waarbij getracht is het maximale rendement voor het beschikbare budget te realiseren. Zo is op de revalidatieafdeling Hameland, i.s.m. afdeling zorg en welzijn en de gemeente Aalten een bingo georganiseerd en zijn cupcakes voor en met cliënten gebakken. Er zijn trouwens mooie prijsjes gewonnen. Na de middag was er een fraaie wandeltocht door het centrum van Winterswijk uitgestippeld en werden bewoners en cliënten vervolgens op koffie met een heerlijk stuk gebak getrakteerd. In de belevingstuin is een multifunctionele kweektafel gerealiseerd, zodat bewoners vanaf heden optimaal gebruik kunnen maken van deze voorziening in de belevingstuin. Ergonomische maatvoering in combinatie met duurzame materiaalkeuze hebben mede bijgedragen aan een duurzaam en waardevol eindproduct. Tijdens de klusdag brandden er twee vuurkorven en klonk een gezellig achtergrondmuziekje. Ook zijn diverse bomen geknot en overige voorjaarsgerelateerde tuinwerkzaamheden uitgevoerd.
Binnen de sector zorg/wonen-zorg Lochem is als medewerker van het eerste kwartaal 2015 uitgeroepen mevrouw Leonie Blumink, medewerkster Velhorst. Collega’s van afdeling Velhorst hebben Leonie genomineerd voor haar inzet op arbeidstherapeutische basis. Leonie is gedurende haar ziekte elke dag van 7.30 uur tot 16.00 uur op haar werk. Ze regelt o.a. de planning en leest de verslagen van leerlingen. Ondanks dat ze haar eigen werk als (coördinerend) verpleegkundige niet kan uitvoeren, probeert ze altijd positief te blijven. Collega’s van afdeling Velhorst zijn van mening dat velen een voorbeeld aan Leonie kunnen nemen. Wij zijn Leonie dankbaar voor de wijze waarop ze haar werk doet. Op 11 mei is Leonie hiervoor in het zonnetje gezet. A. Geessinck
M A R G A Z I N E
10
Als waardering voor de bewezen diensten zijn er oorkondes, Gamma kortingsbonnen en een SZMK–pen aan alle NL Doet vrijwilligers overhandigd. Tijdens het evaluatiegesprek bleek iedereen enorm genoten te hebben van deze klusdag en zullen we NL Doet 2016 dan ook zeker aanwenden om het leefklimaat van bewoners en cliënten continue te blijven veraangenamen. We danken hierbij alle collegae dan ook hartelijk voor hun bijdrage, waardoor we kunnen terugzien op een geslaagde NL Doet 2015. R. Eekelder
Inkoop wijkverpleging 2016 Vanaf 1 januari 2015 valt de persoonlijke verzorging en verpleging onder de Zorgverze keringswet en vindt de inkoop vanaf 2015 niet meer bij de zorgkantoren plaats. De persoonlijke verzorging en verpleging valt onder de aanspraak wijkverpleging. De Zorgverzekeraars hebben via een representatiemodel de inkoop van wijkver pleging voor 2015 geregeld. Dit houdt in dat wij bij twee zorgverzekeraars voor 2015 verpleging en persoonlijke verzorging hebben ingekocht.
Vanaf 2016 zijn vanuit de concept-inkoopdocumenten de volgende lijnen zichtbaar:
• Inkoop toewijsbare zorg (S2) vindt niet meer via repre
sentatiemodel plaats; dit betekent inkoop per individuele zorgverzekeraar; Inkoop niet-toewijsbare zorg (S1) vindt nog wel via repre sentatiemodel plaats; Indicatiestelling vindt conform 2015 plaats door de wijkverpleegkundigen niveau 5; Zorgverzekeraar Menzis is de grootste zorgverzekeraar in het gebied van SZMK; De minimumeisen van 2015 gelden tevens voor de inkoop van 2016 met een aanscherping op onderdelen (verschillend per zorgverzekeraar); De te hanteren classificatiesystematiek wordt niet voorgeschreven, maar de gegevens over de resultaten sluiten het beste aan bij de Omaha-systematiek; Zorgverzekeraar Menzis wil toewerken naar meerjarencon tracten met een beperkt aantal zorgaanbieders; de criteria hiervoor moeten nog gepubliceerd worden; Planning is realisatie principe mag onder strikte voorwaarden aan het zorgleefplan worden toegepast; Zorg wordt daar waar mogelijk afgebouwd en de principes van zelfmanagement, eigen regie, eigen kracht en versterking informele zorg voor formele zorg zijn de basis principes; De zorgverzekeraars zullen een benchmark gaan uitvoeren om de zorgkosten per zorgaanbieder en de verschillen hiertussen in beeld te brengen. Dit wordt gebruikt als basis voor de te maken productieafspraken per zorgaanbieder; Voor iedere zorgverzekeraar geldt dat er, idem als in 2015, een budgetplafond wordt bepaald, waarbinnen de zorg geleverd dient te worden.
• • • • • • • • • •
De definitieve inkoopdocumenten zullen per zorgverzekeraar op verschillende data gepubliceerd worden. Dit loopt van begin juli tot in augustus/september 2015. D. Janssen
M A R G A Z I N E
11
Outdoor fitness in De Molenberg In 2013 hebben acht Achterhoekse gemeenten besloten activiteiten en projecten regionaal af te stemmen en samen te werken vanuit het besef, dat er meer resultaat geboekt kan worden bij de volgende gezamenlijke doelen: - door middel van sport en bewegen bijdragen aan een vitale Achterhoekse bevolking; - verbeteren van de sportinfrastructuur (accommodaties, talentontwikkeling, evenementen) en stimuleren toerisme/recreatie; - realiseren van een sportaanbod voor mensen met een beperking. Deze zijn vervolgens vertaald in een zestal ambities. Deze ambities zullen de komende jaren uitgewerkt worden in een aantal projecten. Het eerste project waarmee is ingestemd en waarvoor financiering beschikbaar is gesteld is de outdoor fitness. Het doel is om te komen tot een structureel beweegaanbod in de Outdoor Fitness locaties in de gemeenten Montferland, Doetinchem, Aalten, Oude IJsselstreek en Oost Gelre. Door samenwerking van de gemeente Oost Gelre met de Gelderse Sport Federatie, in de persoon van Esther Koolmees, en De Molenberg zijn we gestart met de outdoor fitness in de beweeg- en beleeftuin. Op 14 april zijn we begonnen met een traject van 10 weken, waarin een gratis beweegles wordt gerealiseerd voor senioren woonachtig in Groenlo en omgeving en natuurlijk ook voor de bewoners van De Molenberg. Er wordt op maat gekeken naar de wensen en mogelijkheden
van de deelnemers in samenwerking met de fysiotherapie en een aantal enthousiaste medewerkers, om tot een structureel beweegaanbod te komen. Iedere dinsdag van 10.15-11.00 uur geeft Esther Koolmees een beweegles in de beweegtuin met na afloop een kopje koffie, want gezelligheid en ontmoeting staan, naast gezondheid en plezier, voorop. Bij slecht weer verzamelen we in de hal en gaan we gezamenlijk naar ’t Kormelink voor een beweegles binnen. De reacties zijn tot dusver positief evenals het toenemende aantal deelnemers. We zijn op dit moment aan het inventariseren wat door iedereen binnen De Molenberg aan beweging met bewoners wordt gedaan (bijv. stoelgym, bewegen aan tafel, structurele wandeling) om straks tot een goede afstemming en uitwisseling te komen. Er staan nog gesprekken met de gemeente Oost Gelre gepland om te kijken naar de mogelijkheden van een toekomstige combinatiefunctionaris die een rol zou kunnen vervullen als kartrekker in de beweegtuin als vervolg op de 10 gratis beweeglessen. Na 10 weken wordt er een evaluatie- en voortgangsoverleg gehouden. We bekijken dan alle mogelijkheden om van elkaar gebruik te maken om met senioren in Groenlo en omgeving en onze bewoners te kunnen bewegen en onze prachtige beweegen beleeftuin optimaal te kunnen benutten. L. Wissink
Fittesten in De Molenberg tijdens de nationale sportweek De start van de nationale sportweek was 18 april jl. Op de ochtend van de tweede beweegles was er in het kader hiervan ook de mogelijkheid gecreëerd tot het afnemen van een gratis fittest. Deze bestond uit het meten van de bloeddruk, gewicht, lengte (berekenen van de BMI), handknijpkracht (belangrijk voor het
M A R G A Z I N E
12
opendraaien van potjes) en de oog-handcoördinatie. Medewerkers uit de zorg en een afvaardiging van de fysiotherapie namen deze testen af in de hal bij Marga’s Grand Café De Molenberg. Op een televisiescherm in de hal werd een PowerPoint vertoond, waarop men informatie kon lezen over het belang van bewegen.
De uitkomsten van de test kregen de deelnemers mee naar huis in een mooie folder, waarin de uitleg stond van deze testen en het belang van bewegen. De bedoeling is om hier een jaarlijks terugkerend evenement van te maken. L. Wissink
Inloopvoorziening in De Molenberg en Mariënhof in voorbereiding In het kader van het WMObeleid van de gemeente Oost Gelre is besloten dat op een aantal locaties in Oost Gelre laagdrempelige algemene inloopvoorzieningen worden gerealiseerd. Dit in samenwerking met o.a. de SZMK-locaties De Molenberg en Mariënhof. In Marienhof zal deze meer specifiek gericht zijn op mensen met beginnende dementie en hun partners.
Wethouder Jos Hoenderboom met de vijf coördinatoren van de deelnemende zorgaanbieders, met eerste links Silke Kreeftenberg coördinator De Molenberg en Mariënhof
In de inloopvoorziening kunnen inwoners van Oost Gelre, die nog wel eigen regie over hun eigen leven kunnen voeren, anderen ontmoeten, deelnemen aan activiteiten, koffie drinken of gebruikmaken van de maaltijdvoorziening. Dit met als doel om met ondersteuning van het eigen netwerk zolang mogelijk zelfstandig te kunnen blijven wonen en vereenzaming tegen te gaan, waardoor een beroep op professionele zorg en ondersteuning niet nodig is of uitgesteld kan worden. De voorbereidingen voor de start (komend najaar) in De Molenberg en Mariënhof worden getroffen door Silke Kreeftenberg (coördinator). Zij zal samen met de coördinatoren van collega-instellingen een dag per week werken aan de volgende opdracht:
• Ondersteunen van de vrijwillige ouderensoos/inloopactiviteiten bij het organiseren van activiteiten en het ondersteunen van vrijwilligers. • Het afstemmen van het inloopaanbod in onze gemeente, zodat de hele week een activiteitenaanbod aanwezig is. • Het ontwikkelen van een activiteitenaanbod voor inwoners met een psychische beperking. • Onderzoeken op welke manier de inlopen een bijdrage kunnen leveren aan ontwikkeling van participatiemogelijkheden voor nieuwe doelgroepen. Bijvoorbeeld inwoners die werkervaring willen opdoen (koppeling Participatiewet). • Ontwikkelen van combinaties van inloopvoorziening en dagbesteding. A. Sletering
M A R G A Z I N E
13
Heropening afdeling het Slatman Na zeven maanden slopen, verhuizen, discussies, inrichten, informeren en vooral uitzien naar het eindresultaat, was het eindelijk zover. Op 12 maart werd op informele wijze de afdeling in De Molenberg heropend. Samen met de bewoners en familieleden was er een feestelijke bijeenkomst met een hapje en een drankje en met muzikale omlijsting van de Diva Dichtbij. De diva van die middag, Pieternel van Amelsvoort, zorgde op geheel eigen wijze voor een muzikaal contact met de bewoners,. Er werd meegezongen en zelfs een dansje gewaagd. Na afloop was er gelegenheid om de geheel gerenoveerde afdeling te bekijken. Een ieder was erg enthousiast en vooral de eigen voordeuren van de woningen vond men erg mooi en bijzonder. Eén van de familieleden gaf aan de afdeling niet terug te kennen, vooral omdat het nu voelt als een pleintje met vier woningen en niet meer als een grote verpleegafdeling. Wij, als medewerkers, praten nog wel over afdeling het Slatman, maar dan als een omgeving waar vier woningen zijn. Verder is het natuurlijk best bijzonder om als vier woningen op de eerste etage een eigen café met buitenterras en een filmhuis te hebben. Op dit moment is iedereen bezig zijn draai te vinden in de nieuwe woonomgeving: families zijn bezig om de eigen kamers in te richten, medewerkers geven steeds meer vorm aan het werken in een woning en daarnaast zijn er de eerste feestjes in het café geweest en geniet men van film en geluid in het filmhuis. Wij, medewerkers van afdeling het Slatman, zijn trots op het eindresultaat en kunnen nu aan onze bewoners een woonomgeving bieden die geheel bij deze tijd past. Mocht u na het lezen van dit stukje nieuwsgierig zijn geworden, dan is het mogelijk om op afspraak een rondleiding te krijgen. Hiervoor kunt een mail sturen naar
[email protected] H. Hogevonder
M A R G A Z I N E
14
Kleinschalig somatiek Al geruime tijd wordt in de Tijdelijke Huisvesting bij de Vredense Hof somatische verpleeghuiszorg geboden in een kleinschalige setting. De eerste woningen zijn gerealiseerd zonder verbouwing. Daardoor was het niet mogelijk om volledig over te gaan op het concept voor kleinschalig wonen. Zo kon men in de woning niet koken of zelf de was doen. De ervaringen waren en zijn zeer positief. Bewoners vinden het prettig om een eigen kamer tot hun beschikking te hebben en om in een kleinschalige setting contacten met medebewoners te kunnen onderhouden. Aan de andere kant, doordat men onderdeel is van de Vredense Hof, blijft ook het contact met de andere bewoners en kan men meedoen met alle activiteiten die worden georganiseerd. Gezien de positieve ervaringen is nu besloten om het gebouw bouwkundig aan te passen, waardoor we straks de beschikking hebben over zes woningen, waar per woning zes bewoners kunnen wonen. De nieuwe huiskamer beschikt over een volwaardige keuken en tevens is per woning een aparte ruimte gerealiseerd voor de linnenverzorging. Op het moment dat u dit leest, zijn deze verbouwingen achter de rug. Op het moment dat ik dit schrijf zijn net de eerste woningen opgeleverd en kunnen in gebruik worden genomen. Ik moet zeggen, ze zien er prachtig uit.
Gelijktijdig met de realisatie van deze woningen voor kleinschalige somatiek, vindt nog een verbouwing plaats, n.l. de bouw van een nieuwe ruimte voor de linnenverzorging voor het woonzorggedeelte van de Vredense Hof. Op 1 juli moet alles gereed zijn. Vervolgens zal het oude gebouw van de Vredense Hof, met uitzondering van het Grand Café, worden ontmanteld, zodat na de zomervakantie de sloop kan starten. Gelijktijdig zullen de namen van De Rikker en de Tijdelijke Huisvesting niet meer worden gebruikt, maar spreken we alleen nog maar over de Vredense Hof. De Vredense Hof bestaat dan uit zes groepswoningen somatiek, vier groepswoningen PG, 24 plaatsen in het woonzorgcentrum en de Dagopvang Ouderen Speciaal. Los van het gebouw, maar wel dicht in de buurt is dan Marga’s Grand Café Vredense Hof. Tot slot gaan we nog kritisch kijken naar de inrichting van het terrein en de tuinen. L. Molenbroek
Op weg van een zorgrestaurant naar een Grand Café als onderdeel van de buurt Vorig jaar is de projectgroep horeca van start gegaan met het bouwen van een nieuwe horecaformule voor SZMK. Deze formule wordt stichtingsbreed ingezet, wat betekent dat alle Grand Cafés onder dezelfde vlag diensten verlenen. Iedereen heeft wel een beeld bij de gewenste dienstverlening in de horeca, maar hoe kunnen we dit vertalen naar een Grand Café als onderdeel van de buurt? Om deze verandering te bewerkstelligen krijgen de horecacoördinatoren een belangrijke taak. De coördinatoren zijn de vaandeldragers in de Grand Cafés en brengen de horecaformule in praktijk, zodat ook de andere teamleden kunnen werken volgens de formule. De projectgroep horeca geeft de coördinatoren hiervoor ondersteuning in de vorm van een leer- en ontwikkeltraject. Mede dankzij de steun vanuit het Europees Sociaal Fonds wordt dit traject mogelijk gemaakt. A. Stokkers/H.Onstenk
M A R G A Z I N E
15
Als vrijwilligster mee met de Zonnebloem Jaarlijks worden verschillende vakanties aange boden door de Zonnebloem, zowel op de boot als ook bus-, landvakanties in binnen- en ook buiten land. Zonder vrijwilligers gaat dit niet. Er zijn vrijwil ligers nodig voor de verzorging van de gasten en ook vrijwilligers voor al die werkjes erom heen zoals het verzorgen van koffie en maaltijden, tafels dek ken en afruimen en duwen van rolstoelen en soms wat opruim- en schoonmaakwerkzaamheden. Ook medewerkers van Marga Klompé doen mee. Hieronder een verslag van twee medewerkers, die vorig jaar als vrijwilliger, met een busvakantie zijn mee geweest. Wij, Hennie Scheink (vijfde keer) en Irma Bergsma (zesde keer) zijn van 19 mei tot 24 mei 2014 mee geweest met een busvakantie naar “de Heerenhof” te Mechelen. Er waren ongeveer 20 gasten en 18 vrijwilligers waarvan een hoofd voor de vrijwilligers van de zorg en een hoofd voor de algemene vrijwilligers. Tevens was er een afgevaardigde mee van de Zonnebloem.Het is altijd best even spannend. Hoe ziet de locatie eruit en hoe zijn de gasten en de andere vrijwilligers. Tenslotte ben je allemaal vreemden voor elkaar. Vrijwilligers komen enkele uren eerder dan de gasten. Nadat alles doorgesproken is, wie voor welke gast gaat zorgen etc., start de vakantie echt. De eerste dag is het altijd even wennen voor iedereen. Sommige uitstapjes zijn gepland maar er is ook ruimte voor wandelen, niksen, spelletjes of lekker kletsen.
M A R G A Z I N E
16
Er wordt veel lief en leed met elkaar gedeeld. Al snel heb je het gevoel dat je elkaar veel langer kent. Omdat dit een busvakantie was (d.w.z. de bus blijft op locatie) konden we elke dag erop uit met de bus. We zijn dag twee naar Gaia Zoo in Kerkrade geweest. Een dag naar het middeleeuwse kasteel in Hoensbroek. Dag vier hebben we een boottocht op de Maas (Maastricht) gemaakt en de laatste tocht was naar het drielandenpunt. Veel gezien van de prachtige omgeving, de rustieke dorpjes en valleien. De week is altijd weer snel voorbij en op de laatste avond wordt de vakantie afgesloten met een diner. Allen in mooie kleding en mooi gedekte tafels is dit echt soms wel een kippenvelmoment als je de gasten ziet genieten. Bedankjes, gedichtjes, voordrachtjes en morgen naar huis met een mooi verslag met foto’s voor iedereen. Als je eenmaal mee geweest bent als vrijwilligster ben je besmet met dit virus. Elke vakantie is weer anders maar het geeft een prachtig gevoel dat je wat kunt betekenen voor de medemens. L. Molenbroek
10 mei 2015
'Beltrum heeft het veur mekare' Het is alweer even geleden dat op Moederdag de opening van nieuwe en vernieuwde dorpsvoorzieningen in Beltrum gevierd is met een dorpsbrunch. Een geslaagde dag waarbij zo'n 800 Beltrummers aanschoven bij een grote brunch op het schoolplein, in de Dorpstraat en bij De Hassinkhof. Met het Beltrum Veur Mekarefeest werd gevierd dat allerlei vernieuwingen in het dorp een feit zijn. Alsof het zo moet zijn, gunt het lentezonnetje de Beltrummers deze mooie dag. Na jarenlang samen de schouders eronder te hebben gezet, biedt Beltrum jong en oud een prima toekomstperspectief met een hoog voorzieningenniveau. Met dank aan de Beltrummers zelf. Daadkracht
Bas Hommelink van Stichting Kulturhus Beltrum roemde de daadkracht van de Beltrummer. “Er is niet voor ons gedacht, maar we hebben vanaf 2008, toen de crisis toesloeg, voorzieningen verdwenen, de overheid zich terugtrok en de vergrijzing serieuze vormen begon aan te nemen, zelf de regie in handen genomen en zelf bepaald wat goed is voor Beltrum. En vandaag vieren we dat fantastische resultaat, waarmee Beltrum klaar is voor de toekomst.”
Binnen De Hassinkhof was er die dag ook volop “reuring” zoals:
- de bewoners die al dan niet samen met de familie aansloten bij de dorpsbrunch, - bewoners die bewust vanuit het appartement de dorpsbrunch en de activiteiten volgden, - de openingshandeling door jong en oud en de burgemeester, te weten een bewoner van De Hassinkhof en een leerling van de Sterrenboogschool, - een vrijwilligster van De Hassinkhof die een zelf geschreven gedicht in het dialect heeft voorgedragen waarbij ze jong en oud binnen De Hassinkhof op een mooie manier beschrijft, - een kleurwedstrijd waarvan de tekeningen een lange tijd te bezichtigen waren in De Hassinkhof,
M A R G A Z I N E
17
- twee enthousiaste vrijwilligers die enthousiast over het vrijwilligerswerk binnen De Hassinkhof vertelden, waardoor wij vier nieuwe vrijwilligers kunnen verwelkomen, - de dames van het handwerken die een verkoop hielden en zelfs met het lentezonnetje “Noorse” sokken verkocht hebben, - de opnieuw ingerichte multifunctionele ruimte wat voorheen de kapel was trok vele bezoekers om linedancers en de fotowand geschonken door “De vrienden van De Hassinkhof” te bewonderen, - Marga’s Grand Café De Hassinkhof waar de bezoekers nasi, bami pangang konden proeven waar men gretig gebruik van maakte. - een foto-expositie van mevrouw B. Zevenhoven-Hoitink, trotse oud-inwoonster van Beltrum. De expositie is nog te bezoeken tot augustus en zeker de moeite van het bekijken waard, - de inrichting van het Jeugdhuske was te bezichtigen. Iedereen was verbaasd en onder de indruk dat de ruimte voor de jeugd in Beltrum zo mooi was geworden. Al schrijvend met een grote glimlach op mijn gezicht, kijk ik terug op een meer dan geslaagde dag. Ik vond het geslaagd omdat de kracht van de werkgroep
“Veur mekare” jong en oud en verschillende verenigingen vertegenwoordigde. Zelden heb ik in zo’n energieke, humoristische werkgroep gezeten. Iedereen pakte op waar hij of zij goed in was en voor wat wij als werkgroep niet konden werden andere Beltrummers ingeschakeld. Het is dan ook op zijn plaats dat 10 mei een groot succes is geworden door de inzet van vele, vele vrijwilligers. Alles met elkaar zorgt er inderdaad voor dat “Beltrum het Veur mekare” heeft. Een ervaring om nooit te vergeten. S. Veerbeek
De reis naar Malawi, het warme hart van Afrika Eind mei 2015 zijn zes medewerkers van SZMK voor twee weken afgereisd naar Malawi in het kader van een uitwisselingsprogramma gerelateerd aan het promotieonderzoek van Johan van Rixtel en Jolanda Asmoredjo. Het uitwisselingsprogramma is gericht op de thuiszorg, Community Home Based Care (CHBC) in het district Phalombe gelegen in het zuiden van Malawi. Op 19 mei arriveerden we in Malawi. Het groene landschap en de massieve bergketens zijn prachtig, echter heeft de hevige regenval van afgelopen januari verwoestende sporen nagelaten. Ingestorte huizen en grote schade aan de gewassen zijn het gevolg. De tenten van Unicef maken de nood pijnlijk duidelijk. De inwoners van Malawi hadden al zo weinig. De kwetsbaarheid van ouderen, weeskinderen en gehandicapten is alleen maar toegenomen. Vrijwilligers van de CHBC ondersteunen de kwetsbaren in de samenleving. Vrijwilligers krijgen hiervoor niet betaald, sterker nog, ze storten elke maand een bedrag in een fonds. Dit geld wordt gebruikt om medicatie of voedingsmiddelen te kopen of voor andere noodzakelijke dingen voor het welbevinden van de cliënten. De familie is verantwoordelijk voor de dagelijkse zorg voor de cliënt zoals lichamelijke verzorging en voeding. Een vrijwilliger ondersteunt waar nodig, bijvoorbeeld bij het water halen of kleding wassen, ze geven voorlichting over medicatiegebruik en regelen vervoer naar het ziekenhuis. Indien nodig kan een verpleegkundige worden ingeschakeld, al zijn er te weinig verpleegkundigen voor de grote groep cliënten. De eerste week stond in het teken van presentaties over de organisatiestructuur, de doelstellingen van de CHBC, samenwerking tussen de verschillende belanghebbenden zoals regering, kerk, hulporganisaties en professionals. Het was opvallend dat het Malawiaanse team heel goed in kaart had waarom veranderingen van belang zijn, waar de uitdagingen liggen en wat het beoogde resultaat is van CHBC. In de tweede week werden verschillende cliënten in de dorpen bezocht. De vrijwilliger vertelde wat de hulpvraag was en op welke manier zij de cliënt ondersteunen. Ziektebeelden werden besproken, waarbij ook gediscussieerd werd over de inzet van hulpmiddelen, beschikbare medicatie, palliatieve zorg, holistische visie en deskundigheidsbevordering. Het ontbreken van voldoende financiële middelen en een goede infrastructuur is een groot probleem. Efficiënt inzetten van mensen en middelen kunnen de kwaliteit van zorg verbeteren, bijvoorbeeld het gezamenlijk ophalen van medicatie of leerling-verpleegkundigen inzetten
M A R G A Z I N E
18
in de CHBC. Er was sprake van een open dialoog met respect voor elkaars cultuur waarbij beide teams van elkaar leerden. Ondanks de schrijnende situaties en de kwetsbaarheid van de Malawiaanse bevolking is er een gevoel van hoop. Er wordt goed werk gedaan in de CHBC. Respect voor alle vrijwilligers die zich met een warm hart inzetten voor hun naasten. Dat er nog vele uitdagingen liggen is duidelijk maar het is mooi om te zien dat in Malawi dezelfde doelstellingen worden nagestreefd als in Nederland. Het was een bijzondere reis, een ervaring die indruk gemaakt heeft op ons allemaal. We zijn aan het denken gezet over de Nederlandse maatschappij, dankbaar voor de sociale zekerheid maar ook kritisch naar onze individualistische samenleving. In september ontvangen we het team uit Malawi in Nederland, takulandira (welkom), we kijken er naar uit! K. Westendorp
Overformatie en het begeleiden van werk naar werk:
Eerste opleidingsgroep is gestart In de vorige Margazine heeft u kunnen lezen dat de vele veranderingen en forse bezuinigingen in de ouderen zorg door de overheid grote gevolgen hebben voor onze klanten en de medewerkers. Eén van de gevolgen is het ontstaan van overformatie. SZMK streeft er naar om overformatieve medewerkers zo goed en zo snel mogelijk te begeleiden naar ander werk. SZMK heeft hierover afspraken gemaakt en diverse middelen beschikbaar gesteld. Eén van deze middelen is het aanbieden van een beroepsopleiding. Wij proberen hiermee de komende drie jaar een ieder met een contract voor onbepaalde tijd op een toekomstbestendig werkniveau te brengen en te verzekeren van een werkplek ergens binnen onze organisatie. Concreet willen wij collega’s welke zorggerelateerd werk doen het liefst naar niveau 3 toe brengen.
M A R G A Z I N E
19
Opleiding
In het begin van het jaar werd duidelijk dat in de diverse locaties medewerkers overformatief waren of overformatief dreigden te raken. Een groot aantal van deze medewerkers gaf aan graag de opleiding verzorgende niveau 3 te willen volgen. Daar het om veel medewerkers gaat, heeft SZMK besloten met een incompany opleiding verzorgende niveau 3 te starten.
Voorbereidingen
Door de stafmedewerkers opleidingen zijn de diverse voorbereidingen getroffen om zo snel mogelijk met een tweejarige incompany-opleiding niveau 3 te kunnen starten. Zij hebben overleg gehad met ROC’s over de opleiding, het programma en de voorwaarden. Voor Aventus was het mogelijk om al in april met een opleiding op dit niveau te starten. Om het mogelijk te maken de opleiding in één van de eigen locaties te organiseren is in locatie De Molenberg een ruimte beschikbaar gesteld voor de opleiding. De stafmedewerkers opleidingen hebben deze ruimte ingericht en voorzien van faciliteiten om het lesgeven mogelijk te maken. Daar de overheid eisen stelt aan het taal- en rekenniveau van leerlingen in het vervolgonderwijs en SZMK deze overformatieve medewerkers extra wil ondersteunen is besloten om aan medewerkers bijlessen rekenen en taal aan te bieden. Voor het geven van deze bijlessen heeft SZMK tijdelijk een docent aangetrokken. Daar digitalisering van de opleidingen steeds meer toeneemt, biedt SZMK ook bijlessen ICT aan.
Start eerste opleidingsgroep
Op 21 april jl is de eerste opleidingsgroep van start gegaan. De groep bestaat uit 21 leerlingen. Elke dinsdag hebben zij les in de locatie De Molenberg. Ter voorbereiding op deze opleiding heeft een groot deel van deze leerlingen de bijlessen gevolgd of volgt deze nog. De leerlingen zijn enthousiast en ervaren veel steun bij elkaar en van SZMK.
Vervolg
Gezien de verdere ontwikkelingen en het aantal medewerkers dat overformatief dreigt te raken is besloten dit jaar met nog twee opleidingsgroepen niveau 3 te starten. In oktober 2015 wordt gestart met een verkorte opleiding verzorgende niveau 3 voor MDGO’VZ’ers en bejaardenverzorgenden. Tevens start nog een tweejarige opleiding verzorgende niveau 3. De voorbereidingen voor deze opleidingen zijn in volle gang.
Tot slot
SZMK is blij met dit enthousiasme voor de opleidingen en blij met de medewerkers die zich verder willen ontwikkelingen. Het volgen van een beroepsopleiding, zeker als men ouder is en lang geen regulier onderwijs heeft gevolgd, vraagt veel van medewerkers, zowel in hun werk- als privésituatie. Ook zijn we blij met de collega's die dit voor hen mogelijk maken door extra investeringen in stagebegeleiding en ondersteuning. Hartelijk dank hiervoor. J. van Laarhoven A. Geessinck
Molukse culturele middag In samenwerking met de Molukse gemeenschap in Winterswijk is op 14 maart in De Pelkwijk een culturele middag georganiseerd. De opkomst was groot. Voor menig inwoner van Winterswijk was het de eerste keer dat ze een voet over de drempel van De Pelkwijk zetten. Er was een breed scala aan activiteiten, zoals zang, dans, een fotocollectie, films en verhalen. En alles had als doel de bezoekers en de bewoners van De Pelkwijk een goed beeld te geven van het leven op de Molukken en de Molukse gemeenschap in Winterswijk. Maar het belangrijkste was het onderlinge contact en het uitwisselen van ervaringen. Naarmate de middag vorderde was het leuk om te zien dat bewoners en bezoeker met elkaar in gesprek waren. Bewoners hadden nog herinneringen aan de komst van de Molukkers en vertelden daar anekdotes over, die voor menig Molukker helemaal nieuw waren.
Ook kon men kennis maken met de Molukse keuken. Zo was er bapao, saté en rijst met kokos, maar ook Molukse koek en cake en speciale snoepjes. Iedereen maakte daar gretig gebruik van. De Molukkers zelf omdat ze het heerlijk vinden om de eigen gerechten te eten, maar ook de bezoekers, die op deze manier de kans kregen om te proeven wat de Molukse smaak nu precies betekent. Bijkomend punt was dat de opbrengst van de verkoop ten goede kwam aan goede doelen, die door de Molukse gemeenschap worden ondersteund. Zo sneed het mes aan twee kanten. De bezoekers kregen letterlijk een proefje van de Molukken mee en de Molukse gemeenschap kan weer ondersteuning bieden. Aan het einde van de middag werd door de Molukse gemeenschap de vraag gesteld of het mogelijk was om een dergelijke middag nog eens te doen. Wat ons betreft uiteraard, dus is nu het voornemen om in het najaar een tweede middag te organiseren. Wie weet is dit het begin van een traditie. L. Molenbroek
Vijftiende jaargang nummer 2 Redactie M. Bovens M. Duvigneau D. Janssen H. Mokkink L. Molenbroek D. Plessius A. Sletering A. Smeets M. Wijgerink
M A R G A Z I N E
20
Redactieadres Secretariaat Raad van Bestuur Postbus 71 7140 AB Groenlo
[email protected] Vormgeving Dyoz Creatieve Communicatie Gaanderen