Nieuwe Nederlandse Samenleving (NNS) De NNS wil werken aan een sociale en rechtvaardige samenleving in harmonie met het milieu.
Lees meer over het onderwerp van je keuze In de inhoudsopgave kun je met behulp van de toetscombinatie Control + klikken navigeren naar het onderwerp van je keuze. In de tekst zijn ook verwijzingen opgenomen.
Contact en informatie Website: http://www.nns.simpsite.nl Facebook: www.facebook.com/NNS2014 E-mail:
[email protected]
Inhoud 1
2
3
Werkgelegenheid e.d. ............................................................................ 3 1.1
Invoering 32-urige werkweek ........................................................... 3
1.2
Belastingvoordeel werkgever die moeilijk plaatsbare werkloze aanneemt 4
1.3
Vergemakkelijken om als zelfstandige aan de slag te gaan ................... 4
1.4
Financiële tegemoetkoming voor zelfstandigen.................................... 4
1.5
Ontslagrecht ................................................................................... 5
1.6
Wettelijke verplichtingen werkgevers ................................................. 5
1.7
Bescherming werkenden .................................................................. 5
1.8
UWV .............................................................................................. 5
Sociale zekerheid .................................................................................. 6 2.1
Invoering van de Wet basisinkomen .................................................. 6
2.2
Invoering van de Wet stelposten basisinkomen ................................... 7
2.3
Invoering van de Wet persoonsgebonden toeslag ................................ 7
2.3.1
Woontoeslag ............................................................................. 7
2.32
Zorgtoeslag .............................................................................. 8
2.3.3
Kindtoeslag ............................................................................... 8
2.3.4
Mantelzorgtoeslag ...................................................................... 9
2.3.5
Lokale heffingentoeslag .............................................................. 9
2.3.6
Energietoeslag .......................................................................... 9
2.3.7
Scholingstoeslag ........................................................................ 9
2.3.8
Arbeidstoeslag......................................................................... 10
2.3.9
Vrije tijdstoeslag ..................................................................... 10
2.4
Aanpassing bestaande wetgeving .................................................... 10
2.5
Armoedebestrijding ....................................................................... 10
Belastingen en subsidieregelingen ......................................................... 11 3.1
Loon- en inkomstenbelasting .......................................................... 12
3.2
Omzetbelasting (BTW) ................................................................... 12
3.3
Successiewet en schenkingsrecht .................................................... 12
3.4 Motorrijtuigenbelasting en milieubelasting voor gemotoriseerde voertuigen ............................................................................................ 13
4
5
6
7
8
3.5
Belastingharmonisatie .................................................................... 13
3.6
Subsidieregelingen ........................................................................ 13
3.7
Wet- en regelgeving voor zelfstandigen (freelancers, zzp-ers en MKB) . 13
Gezondheidzorg .................................................................................. 13 4.1
Aanpassen huidige zorgwet ............................................................ 13
4.2
Beheersbaar persoonsgebonden budget ........................................... 14
4.3
Verzorgingshuizen en thuiszorg ....................................................... 14
4.4
Kostenbeheersing .......................................................................... 15
4.5
Overige maatregelen ..................................................................... 15
Onderwijs .......................................................................................... 15 5.1
Handhaven speciaal onderwijs ........................................................ 15
5.2
Studeren moet niet exclusief worden ............................................... 16
5.3
Verplicht examenvak Maatschappijleer ............................................. 16
Wonen .............................................................................................. 16 6.1
Invoeren Wet woonlastenverevening (huurders) ............................... 16
6.2
Invoeren Wet woonlastenverevening (kopers) .................................. 17
6.3
Stimulering om een eigen woning te kopen ...................................... 17
Pensioen ............................................................................................ 18 7.1
Flexibele pensionering ................................................................... 18
7.2
Ombouwen huidig pensioenstelsel ................................................... 18
Samenleving, ontwikkelingshulp en milieu ............................................. 19 8.1
Opheffen sociaal isolement en eenzaamheid ..................................... 19
8.2
Dak- en thuislozen ........................................................................ 19
8.3
Alcohol- en drugsverslaafden .......................................................... 19
8.4
Asielzoekers en integratie............................................................... 19
8.4.1
Asielzoekers ............................................................................ 19
8.4.2
Integratie ............................................................................... 20
8.5
Algemene maatregelen ter bevordering van een leefbare samenleving . 20
8.5.1
Maatregelen bij discriminatie ..................................................... 20
8.5.2
Maatregelen bij huiselijk geweld ................................................ 20
8.5.3
Maatregelen bij ernstige geweldsdelicten .................................... 20
8.5.4
Maatregelen bij zedendelicten ................................................... 21
8.5.5
Maatregelen bij pestgedrag ....................................................... 21
8.5.6
Maatregelen bij ongepast gedrag in het verkeer .......................... 21
8.5.7
Maatregelen bij ongepast gedrag bij sportwedstijden ................... 21
8.5.8
Maatregelen bij milieudelicten ................................................... 22
8.5.9
Maatregelen bij dierenmishandeling ........................................... 22
8.5.10
Maatregelen bij misbruik in voorbeeldfuncties........................... 22
8.6
Milieu .......................................................................................... 22
8.7
Ontwikkelingshulp ......................................................................... 22
9
Overheid en Koninklijk Huis ................................................................. 23 9.1
Onze volksvertegenwoordiging en overheidsdienaren......................... 23
9.1.1
Gedragscode direct en indirect gekozen volksvertegenwoordigers .. 23
9.1.2
Harmonisatie arbeidsvoorwaarden en sociale zekerheid ................ 23
9.2
Integriteit gemeentelijk beleid bij lokale heffingen ............................. 24
9.3
Defensie ...................................................................................... 24
9.4
Het Koninklijk Huis ........................................................................ 24
10
De Europese Unie en internationale samenwerking ............................... 25
10.1
10.1.1
Samenwerking op sociaal-economisch gebied ........................... 25
10.1.2
Samenwerking op humanitair gebied ....................................... 25
10.1.3
Samenwerking op militair gebied ............................................ 26
10.1.4
Samenwerking op milieugebied .............................................. 26
10.2
1
Het belang van de Europese Unie ................................................. 25
Kritische kanttekeningen ............................................................. 26
Werkgelegenheid e.d.
De werkloosheid is gedurende de crisis steeds verder opgelopen. Bedrijven stellen steeds hoger eisen en nemen bij voorkeur jongere mensen aan. Met tijdelijke arbeidscontracten die bij jongeren tot maar liefst vier keer kunnen worden verlengd. In de zorg worden veel mensen ontslagen en die kunnen dan vervolgens solliciteren op hun eigen functie tegen een (veel) lager loon. Hetzelfde is gebeurd bij postbodes. Mensen met een volledig arbeidscontract zijn vervangen door mensen met een parttime contract. Dat vindt de NNS onacceptabel. Mensen zonder baan hebben de plicht om te solliciteren maar moeten daarbij worden begeleid door het UWV. Nederland vergrijst. In de toekomst zal er een tekort ontstaan aan werknemers waardoor bedrijven wel oudere werknemers zullen moeten aannemen. De NNS wil voorkomen dat de huidige generatie oudere werklozen in de kou blijft staan. Iedereen moet zoveel mogelijk in het eigen levensonderhoud kunnen voorzien. Daarom wil de NNS de hoeveelheid werk herverdelen en een 32-urige werkweek invoeren. Zodat veel werklozen aan de slag kunnen. Daarnaast denkt de NNS aan belastingvoordelen voor werkgevers die moeilijk plaatsbare en/of arbeidsongeschikte mensen aanneemt. Verder moet het voor werklozen gemakkelijker worden om als zelfstandige te starten.
1.1
Invoering 32-urige werkweek
Er wordt een 32-urige werkweek ingevoerd met een bijbehorende ADV-regeling. De arbeidsduurverkorting moet in hele en/of halve dagdelen worden opgenomen
Bedrijven die personeel aannemen in verband met de introductie van de 32-urige werkweek krijgen gedurende vier jaar een belastingvoordeel ter grootte van het wettelijk minimumloon Het eerste jaar worden de lonen bevroren Daarna is het aan de sociale partners om te onderhandelen over structurele loonsverhogingen waarbij de winstgevendheid van een bedrijf voorop staat
1.2
Belastingvoordeel werkgever die moeilijk plaatsbare werkloze aanneemt
Werkgevers die moeilijk plaatsbare werklozen (gedeeltelijk arbeidsongeschikten, WAJONG-ers of werkloze 50-plussers aannemen), krijgen gedurende vier jaar een belastingvoordeel van € 5000 per jaar. Dit bedrag komt bovenop de vergoeding bij het aannemen van personeel in verband met de invoering van de 32-urige werkweek Het belastingvoordeel moet volledig worden terug betaald indien de betrokken medewerker binnen vijf jaar na indiensttreding wordt ontslagen. De enige uitzondering hierop is de economische noodzaak om een reorganisatie door te voeren op basis van het afspiegelingsbeginsel
1.3
Vergemakkelijken om als zelfstandige aan de slag te gaan
Iemand die vanuit een werkloosheids- of arbeidsongeschiktheidspositie als zelfstandige aan de slag wil krijgt daarbij ondersteuning vanuit de Kamer van Koophandel en het UWV De startende zelfstandige krijgt eenmalig een renteloze starterslening om een eigen bedrijf op te starten De starterslening bedraagt € 25 000 Een startende zelfstandige kan maar één keer in aanmerking komen voor een starterslening Gedurende drie eerste jaar krijgt een startende zelfstandige elke maand een basisinkomen Dit basisinkomen wordt na afloop van het belastingjaar verrekend met de inkomsten die verdiend zijn als zelfstandig ondernemer Het basisinkomen is afhankelijk van de persoonlijke leefomstandigheden Na drie jaar moet de starterslening in drie jaar worden terugbetaald. Dit gebeurt bij de jaarlijkse belastingaangifte achteraf Hierbij wordt rekening gehouden met het inkomen. Het inkomen mag niet lager worden dan het basisinkomen. Het basisinkomen is afhankelijk van de persoonlijke leefomstandigheden Als de starterslening na drie jaar nog niet is terugbetaald, wordt het restant van de schuld kwijtgescholden Na drie jaar moet de startende zelfstandige genoeg inkomsten hebben om geen beroep te hoeven doen op het basisinkomen. Bij te weinig inkomsten ontvangt de startende zelfstandige een basisinkomen dat afhankelijk is van de persoonlijke leefomstandigheden De startende zelfstandige heeft sollicitatieplicht en moet afhankelijk van het eigen verdiende inkomen voor minimaal 50% beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt Het basisinkomen wordt bij de jaarlijkse belastingaangifte achteraf verrekend met het zelf verdiende inkomen Als startende zelfstandigen hun onderneming staken, vallen zij onder het sociale zekerheidsstelsel Zonder onderbouwd ondernemingsplan is het niet mogelijk voor deze regeling in aanmerking te komen
1.4
Financiële tegemoetkoming voor zelfstandigen
Zelfstandigen die een inkomen hebben dat lager is dan werklozen met een basisinkomen in vergelijkbare persoonlijke leefomstandigheden worden beschouwd als gedeeltelijk werkloos Gedeeltelijk werkloze zelfstandigen hebben recht op een aanvulling op hun inkomen tot het niveau van het basisinkomen De hoogte van de aanvulling is afhankelijk van de persoonlijke leefomstandigheden
De zelfstandigen ontvangen vooraf het basisinkomen dat achteraf wordt verrekend met het zelf verdiende inkomen bij de jaarlijkse belastingaangifte Zelfstandigen die geheel of gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn, hebben recht op een aanvulling op hun inkomen tot het niveau van het basisinkomen De hoogte van de aanvulling is afhankelijk van de persoonlijke leefomstandigheden De zelfstandigen ontvangen vooraf het basisinkomen dat achteraf wordt verrekend met het zelf verdiende inkomen bij de jaarlijkse belastingaangifte Als zelfstandigen hun onderneming staken, vallen zij daarna onder het sociale zekerheidsstelsel
1.5
Ontslagrecht
Werkgevers moeten mensen die niet naar behoren functioneren zonder ingewikkelde procedures kunnen ontslaan Bij gebrek aan werk moeten werkgevers zonder problemen mensen kunnen ontslaan met inachtneming van het afspiegelingsbeginsel De ontslagvergoeding als gevolg van reorganisatie in verband met economische redenen vervalt Daar komt een wettelijk verplicht outplacement- en omscholingstraject voor in de plaats dat afhankelijk is van de leeftijd en de duur van het dienstverband Het outplacement- en omscholingstraject wordt gefinancierd door werkgevers via een op te richten landelijk fonds Als het fonds onvoldoende financiële middelen heeft, kan de werkloze werknemer via het UWV een outplacement- en omscholingstraject aanvragen De ontslagvergoeding als gevolg van een verstoorde arbeidsrelatie zonder dat er sprake is van niet goed functioneren van de werknemer, wordt bepaald aan de hand van de kantonrechtersformule. Maximale hoogte drie jaarsalarissen met als maximum € 100 000
1.6
Wettelijke verplichtingen werkgevers
Werkgevers moeten worden verplicht alle vacatures bij het UWV aan te melden Werkgevers worden verplicht om een gemotiveerde afwijzing te sturen naar een sollicitant met een kopie voor het UWV Bij het vermoeden van leeftijdsdiscriminatie of discriminatie vanwege buitenlandse afkomst volgt een onderzoek Bedrijven die zich schuldig maken aan discriminatie krijgen een boete van € 10 000
1.7
Bescherming werkenden
Een bedrijf mag geen mensen ontslaan om vervolgens ander, goedkoper, personeel aan te nemen (zoals bijv. het geval is met postbodes) Mensen werkzaam in de zorg die hun baan verliezen als gevolg van het verplaatsen van de zorgtaken naar de gemeente, komen in dienst van de nieuwe zorgaanbieder onder dezelfde arbeidsrechtelijke voorwaarden Tijdelijke contracten zijn alleen toegestaan als het werk een bepaalde periode duurt of gedurende de tijd van een project. Een tijdelijk contract mag hooguit één keer worden verlengd voor de periode dat het project of de werkzaamheden langer uren dan voorzien Er komt een wettelijke proef- en opzegtijd van drie maanden Er komt een wettelijke standaard arbeidsovereenkomst voor mensen die niet onder een (bedrijfs)cao vallen Verplichte toepassing van het afspiegelingsbeginsel bij reorganisaties waarbij mensen worden ontslagen vanwege bedrijfseconomische redenen
1.8
UWV
Het UWV moet worden opgesplitst in twee bedrijven: Eén landelijk bedrijf dat als uitkeringsinstantie optreedt Eén bedrijf met regionale vestigingen dat actief mensen begeleidt bij het zoeken naar een baan
2
Sociale zekerheid
Voor veel mensen is het inkomen en/of de uitkering ontoereikend. Iedereen van 18 jaar of ouder heeft het recht op financiële onafhankelijkheid. Daarom wil de NNS de sociale zekerheid en het belastingsysteem volledig hervormen. Waarbij het loont om te werken, maar waarbij er een dusdanig goed sociaal vangnet is dat iedereen kan deelnemen aan het maatschappelijk leven. De NNS kiest voor het draagkrachtprincipe. Gebaseerd op begrotingen opgesteld door het NIBUD, doorgerekend door de Algemene Rekenkamer en vastgelegd in een Wet stelposten basisinkomen. Daarbij wordt rekening gehouden met de samenstelling van het huishouden. De NNS wil een Wet basisinkomen in combinatie met een Wet persoonsgebonden toeslag invoeren. Deze wetten zijn bedoeld voor iedereen van 18 jaar en ouder die geen of onvoldoende inkomen heeft. Ze vervangen daarnaast de werkloosheids-, bijstands-, arbeidsongeschiktheidsuitkeringen en de AOW. De totale hoogte van het basisinkomen wordt geregeld door de Wet persoonsgebonden toeslag. Hierin is een aantal toeslagen opgenomen waarbij mensen afhankelijk van de persoonlijke leefomstandigheden en de hoogte van het (gezamenlijk) inkomen een beroep op kunnen doen. De NNS wil dat er landelijke maatregelen ter bestrijding van armoede komen. De NNS wil dat iedereen die werkt vanaf het moment van ziekmelding het salarisvolledig aangevuld krijgt.
2.1
Invoering van de Wet basisinkomen
De Wet basisinkomen vervangt alle werkloosheids-, bijstands-, arbeidsongeschiktheids-, nabestaandenuitkeringen en de AOW voor werknemers, ambtenaren en zelfstandigen (inclusief freelancers, zzp-ers, ondernemers) Het doel is dat iedereen van 18 jaar of ouder (ook mensen die momenteel geen eigen inkomen of uitkering hebben) goed rond kan komen met het basisinkomen: Iedereen heeft elke maand € 150 netto vrij te besteden Het vakantiegeld is echt bedoeld voor vakantie en vrije tijd en is dus vrij besteedbaar Voorwaarden waaraan iedereen aan moet voldoen om in aanmerking te komen voor het basisinkomen: Iemand moet ingezetene zijn De Nederlandse nationaliteit hebben 18 jaar of ouder zijn en onvoldoende inkomen hebben om financieel zelfstandig te zijn Mensen met de AOW-leeftijd hebben ook recht op het basisinkomen Mensen met een basisuitkering hebben sollicitatieplicht met uitzondering van: Mensen die de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt, inclusief de mensen die met vervroegd pensioen zijn gegaan Verzorgers van kinderen t/m 10 jaar Mantelzorgers Mensen die een opleiding volgen (Gedeeltelijk) arbeidsongeschikten – er is alleen sollicitatieplicht voor de arbeidsongeschikten die voor 80% of minder zijn afgekeurd Langdurig werklozen die vijf jaar of langer werkloos zijn en/of niet aan het arbeidsproces hebben deelgenomen. Voor verzorgers van kinderen geldt dat de termijn van vijf jaar begint te lopen vanaf het moment dat hun kind 11 jaar is Werkloze werknemers van 60 jaar of ouder met een arbeidsverleden van 40 jaar of langer Werklozen van 63 jaar of ouder Het basisinkomen is gekoppeld aan het wettelijk minimumloon Het basisinkomen wordt maandelijks uitbetaald Het basisinkomen wordt net als het wettelijk minimumloon welvaartsvast: op 1 januari en op 1 juli wordt het basisinkomen verhoogd met de automatische prijscompensatie In de maand mei wordt 8% vakantiegeld uitbetaald De hoogte van het basisinkomen hangt af de persoonlijke leefomstandigheden:
De hoogte van het persoonlijke inkomen, waarbij alle inkomsten zoals beschreven onder “Loon- en inkomstenbelasting” worden meegeteld Hoeveel mensen van het aantal mensen van 18 jaar en ouder wonen op hetzelfde adres met wie deelbare kosten gedeeld kunnen worden Is er recht op een persoonsgebonden toeslag De Wet stelposten basisinkomen is van toepassing op de Wet basisinkomen
2.2
Invoering van de Wet stelposten basisinkomen
Doel van deze wet is om inzichtelijk te maken wat het minimale netto-inkomen moet zijn om rond te kunnen komen In deze wet worden alle stelposten van het huishoudboekje opgenomen De hoogte stelposten is afhankelijk van de samenstelling van het huishouden Het NIBUD maakt standaardbegrotingen voor de volgende huishoudens: Alleenstaanden Alleenstaanden met inwonende kinderen tot 18 jaar Meerpersoonshuishoudens – hoeveel mensen van 18 jaar of ouder wonen op hetzelfde adres. Begroting op basis van twee personen plus een begroting per persoon ingeval er drie of meer mensen van 18 jaar of ouder op hetzelfde adres wonen Meerpersoonshuishoudens met inwonende kinderen tot 18 jaar Uitgangspunt is dat iedereen een minimaal vrij te besteden bedrag per maand heeft van € 150 en dat het vakantiegeld vrij besteedbaar is voor vakantie De stelposten worden in januari en in juli geïndexeerd met de inflatiecorrectie De Algemene Rekenkamer controleert de koopkrachteffecten De Wet stelposten basisinkomen is van toepassing op: De Wet basisinkomen De Wet persoonsgebonden toeslag
2.3
Invoering van de Wet persoonsgebonden toeslag
De persoonsgebonden toeslag is afhankelijk van de persoonlijke leefomstandigheden en het (gezamenlijk) inkomen. Daarbij speelt het een rol of kosten bij meerpersoonshuishoudens (mensen van 18 jaar en ouder) gedeeld kunnen worden De persoonsgebonden toeslag kan bestaan uit: Woontoeslag Zorgtoeslag Kindtoeslag Mantelzorgtoeslag Lokale heffingentoeslag Energietoeslag Scholingstoeslag Arbeidstoeslag Vrije tijdstoeslag De persoonlijke toeslag is belastingvrij De persoonlijke toeslag wordt verstrekt door middel van een voorlopige aanslag De Wet stelposten basisinkomen is van toepassing op de Wet persoonsgebonden toeslag 2.3.1 Woontoeslag De Woontoeslag is van toepassing voor zowel huurders als kopers De woonkosten worden gezien als kosten die kunnen worden gedeeld De hoogte van de Woontoeslag wordt geregeld in de Wet stelposten basisinkomen Voor de Woontoeslag is van toepassing: De Wet verevening woonlasten (huurders) De Wet verevening woonlasten (kopers)
De Wet basisinkomen De Wet stelposten basisinkomen De Loon- en inkomstenbelasting 2.32 Zorgtoeslag Iedereen met een inkomen tot € 35 000 komt in aanmerking voor Zorgtoeslag op basis van de premie zonder eigen risico De kosten van de ziektekostenverzekering zijn persoonlijke kosten en worden niet gezien als kosten die kunnen worden gedeeld De hoogte van de Zorgtoeslag wordt geregeld in de Wet stelposten basisinkomen De hoogte van de Zorgtoeslag is gebaseerd op een ziektekostenverzekering zonder eigen risico Mensen met een persoonlijk inkomen beneden € 20 000 krijgen 100% van de stelpost als Zorgtoeslag Mensen met een persoonlijk inkomen tussen € 20 001 en € 25 000 krijgen 75% van de stelpost als Zorgtoeslag Mensen met een persoonlijk inkomen tussen € 25 001 en € 30 000 krijgen 50% van de stelpost als Zorgtoeslag Mensen met een persoonlijk inkomen tussen € 30 001 en € 35 000 krijgen 25% van de stelpost als Zorgtoeslag Mensen met een persoonlijk inkomen hoger dan € 35 000 krijgen geen Zorgtoeslag Voor de Zorgtoeslag is van toepassing: De Wet basisinkomen De Wet stelposten basisinkomen 2.3.3 Kindtoeslag Voorwaarden om in aanmerking te komen voor Kindtoeslag Ouders en/of verzorgers moeten ingezetene zijn Ouders en/of verzorgers moeten de Nederlandse nationaliteit hebben De hoogte van de Kindtoeslag is afhankelijk van de onderstaande kind gerelateerde factoren: De leeftijd van het kind Of er gebruik wordt gemaakt van buitenschoolse opvang Het soort onderwijs Het aantal kinderen De hoogte van de Kindtoeslag wordt geregeld in de Wet stelposten basisinkomen Mensen met een (gezamenlijk) inkomen tot € 40 000 krijgen 100% van de stelpost als Kindtoeslag Mensen met een (gezamenlijk) inkomen tussen € 40 001 en € 50 000 krijgen 80% van de stelpost als Kindtoeslag Mensen met een (gezamenlijk) inkomen tussen € 50 001 en € 60 000 krijgen 60% van de stelpost als Kindtoeslag Mensen met een (gezamenlijk) inkomen tussen € 60 001 en € 70 000 krijgen 40% van de stelpost als Kindtoeslag Mensen met een (gezamenlijk) inkomen tussen € 70 001 en € 80 000 krijgen 20% van de stelpost als Kindtoeslag Mensen met een (gezamenlijk) inkomen hoger dan € 80 000 krijgen geen Kindtoeslag Er is maximaal voor vijf kinderen recht op Kindtoeslag Het recht op Kindtoeslag stopt in de maand waarin het kind 18 jaar wordt Voor de Kindtoeslag is van toepassing: De Wet basisinkomen De Wet stelposten basisinkomen
2.3.4 Mantelzorgtoeslag De definitie van mantelzorg luidt: Mantelzorg is zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt gegeven aan een hulpbehoevende door één of meerdere leden van diens directe omgeving, waarbij de zorgverlening direct voortvloeit uit de sociale relatie Iedereen die mantelzorger is, heeft recht op Mantelzorgtoeslag De Mantelzorgtoeslag kan niet worden gecombineerd met de Arbeidstoeslag De Mantelzorgtoeslag bedraagt € 100 per maand per mantelzorger 2.3.5 Lokale heffingentoeslag De Lokale heffingentoeslag is van toepassing voor huurders en kopers De hoogte van de Lokale heffingentoeslag wordt geregeld in de Wet stelposten basisinkomen Mensen met een (gezamenlijk) inkomen tot € 20 000 krijgen een Lokale heffingentoeslag die overeenkomt met de werkelijke hoogte van de lokale heffingen en waterschapslasten Mensen met een (gezamenlijk) inkomen van € 20 001 tot € 25 000 krijgen 100% van het bedrag dat uitkomt boven de stelpost als Lokale heffingentoeslag Mensen met een (gezamenlijk) inkomen tussen € 25 001 en € 30 000 krijgen 50% van het bedrag dat uitkomt boven de stelpost als Lokale heffingentoeslag Mensen met een (gezamenlijk) inkomen hoger dan € 30 001 krijgen geen Lokale heffingentoeslag Voor de Lokale heffingentoeslag is van toepassing: De Wet basisinkomen De Wet stelposten basisinkomen 2.3.6 Energietoeslag De Energietoeslag is van toepassing voor huurders die wonen in een woning met energielabel E, F of G Voor eigenaren zijn er subsidieregelingen om de eigen woning energiezuinig te maken De hoogte van de Energietoeslag wordt geregeld in de Wet stelposten basisinkomen Mensen met een (gezamenlijk) inkomen tot € 25 000 krijgen 100% van het bedrag dat uitkomt boven de stelpost als Energietoeslag Mensen met een (gezamenlijk) inkomen tussen € 25 001 en € 30 000 krijgen 50% van de stelpost als Energietoeslag Mensen met een inkomen hoger dan € 30 001 krijgen geen Energietoeslag Voor de Energietoeslag is van toepassing: De Wet basisinkomen De Wet stelposten basisinkomen 2.3.7 Scholingstoeslag De Scholingstoeslag is bedoeld om het volgen van onderwijs mogelijk te maken De Scholingstoeslag vervangt de Wet op de studiefinanciering Voorwaarden: De aanvrager moet 18 jaar of ouder zijn Een werkloze, arbeidsongeschikte of herintreder kan de Scholingstoeslag aanvragen in overleg met het UWV om de kans op het vinden van een betaalde baan te vergroten. Voorwaarde is dat de werkzoekende niet ouder is dan 57 jaar bij het einde van de studie De hoogte van de Scholingstoeslag hangt uitsluitend af van het persoonlijk inkomen en de studiekosten en dus niet af van het gezamenlijk inkomen De Scholingstoeslag moet in beginsel worden terugbetaald binnen tien jaar na afloop van de studie Wordt de studie succesvol afgerond door het halen van een diploma, dan is de helft van de Scholingstoeslag een gift Met het terugbetalen wordt begonnen op het moment dat de aanvrager een betaalde baan heeft. Daarbij geldt het draagkrachtbeginsel
Als de Scholingstoeslag na tien jaar niet is terugbetaald, wordt het restant van de studieschuld kwijtgescholden Voor de Scholingstoeslag is van toepassing: De Wet basisinkomen De Wet stelposten basisinkomen 2.3.8 Arbeidstoeslag Mensen die werken hebben recht op Arbeidstoeslag Bij een volledig dienstverband is de Arbeidstoeslag € 100 per maand Mensen die parttime werken, hebben recht op een Arbeidstoeslag naar rato In het jaar waarin iemand met pensioen gaat, blijft het recht op Arbeidstoeslag bestaan tot het moment waarop iemand met pensioen gaat 2.3.9 Vrije tijdstoeslag Iedereen die minder dan € 150 per maand aan vrij besteedbaar inkomen heeft, komt in aanmerking voor de Vrije tijdstoeslag Voor de Scholingstoeslag is van toepassing: De Wet basisinkomen De Wet stelposten basisinkomen
2.4
Aanpassing bestaande wetgeving
Eén nieuwe arbeidsongeschiktheidswet ter vervanging van alle bestaande arbeidsongeschiktheidswetten voor werknemers en zelfstandigen (waaronder ook zzp-ers en freelancers). Alleen herkeuring van arbeidsongeschikten en WAJONG-ers die niet voor 80-100% zijn afgekeurd Eén nieuwe werkloosheidswet ter vervanging van alle werkloosheidswetten en bijstandswetten voor ambtenaren, werknemers en zelfstandigen (waaronder ook zzp-ers en freelancers). Werkloze werknemers van 60 jaar of ouder met een arbeidsverleden van 40 jaar of langer zijn vrijgesteld van sollicitatieplicht Voor wat betreft de Ziektewet wil de NNS dat iedereen die werkt vanaf het moment van de ziekmelding gewoon het salaris aangevuld krijgt Alle bestaande kinderbijslag- en naschoolse opvangregelingen vervangen door de Kindtoeslag Afschaffen nabestaandenuitkeringen – integreren in: De Wet basisinkomen De Wet stelposten basisinkomen De Wet persoonsgebonden toeslag Afschaffen AOW – integreren in: De Wet basisinkomen De Wet stelposten basisinkomen De Wet persoonsgebonden toeslag Afschaffen wachtgeldregeling met uitzondering van de wachtgeldregeling voor politieke ambtsdragers. Zie onder “Wachtgeldregeling politieke ambtsdragers” hierna Ambtenaren die bij de inwerkingtreding gebruikmaken van de Wachtgeldregeling houden recht op de Wachtgeldregeling voor de duur van hun uitkering Daarna vallen ambtenaren onder het sociale zekerheidssysteem Afbouwen en afschaffen Wet op de studiefinanciering – integreren in de Wet persoonsgebonden toeslag
2.5
Armoedebestrijding
Om te voorkomen dat mensen financieel in de problemen komen, komt er een landelijke Wet bijzondere bijstand. Deze uitkering kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor: Het inrichten van een woning bij gedwongen verhuizingen Kosten die niet worden gedekt door de basisziektekostenverzekering
3
Huishoudelijke apparatuur Basis audiovisuele apparatuur Basiscomputer (Elektrische) fietsen Het bekostigen van een uitvaart Voor alle kosten zijn stelposten opgenomen in de Wet stelposten basisinkomen De uitkering wordt alleen toegekend indien en voor zover het eigen spaargeld niet toereikend is Er vindt een altijd onderzoek plaats naar de financiële situatie van de aanvragers Er wordt een onderzoek gedaan over de periode van een heel jaar voorafgaand aan het moment van aanvragen van de bijstandsuitkering Lopende het onderzoek wordt een voorlopige bijstandsuitkering verstrekt Mocht uit het onderzoek blijken dat de uitkering ten onrechte is toegekend, dan moet deze worden terug betaald Bij het niet-terug betalen volgt een loonbeslag of een korting op het basisinkomen Mensen die schulden hebben en ze niet meer af kunnen betalen, kunnen een beroep doen op de gemeentelijke kredietbank De schuldenaar is verplicht inzicht te geven in de gehele financiële situatie De schuldenaar komt gedurende drie jaar financieel onder toezicht te staan van een financiële coach De financiële coach maakt afsprak met de schuldeiser(s) over een terugbetalingsregeling De schuldenaar betaalt gedurende drie jaar de schuld af naar draagkracht. De schuldenaar heeft recht op het basisinkomen maar niet op het vakantiegeld Na afloop van drie jaar wordt het restant van de schuld kwijtgescholden Kunnen er geen afspraken met de schuldeiser(s) worden gemaakt, dan is er geen andere mogelijkheid om de schuldenaar failliet te laten verklaren Een schuldenaar met een eigen huis die failliet is verklaard, wordt geholpen aan vervangende woonruimte en kan een beroep doen op de Wet bijzondere bijstand om de woonruimte in te richten Een huurder die failliet is verklaard en die niet woont in een sociale huurwoning, wordt geholpen aan vervangende woonruimte en kan een beroep doen op de Wet bijzondere bijstand om de woonruimte in te richten Een huurder die failliet is verklaard en die woont in een sociale huurwoning, kan in deze woning blijven wonen. De huurachterstand wordt dan betaald uit de Wet bijzondere bijstand
Belastingen en subsidieregelingen
Voor veel mensen is het inkomen en/of de uitkering ontoereikend. Iedereen van 18 jaar of ouder heeft het recht op financiële onafhankelijkheid. Daarom wil de NNS de sociale zekerheid en het belastingsysteem volledig hervormen. Waarbij het loont om te werken, maar waarbij er een dusdanig goed sociaal vangnet is dat iedereen kan deelnemen aan het maatschappelijk leven. De NNS kiest voor het draagkrachtprincipe. Gebaseerd op begrotingen opgesteld door het NIBUD, doorgerekend door de Algemene Rekenkamer en vastgelegd in een Wet stelposten basisinkomen. Daarbij wordt rekening gehouden met de samenstelling van het huishouden. Belastingheffing moet als rechtvaardig worden ervaren. Daarom wil de NNS geen belasting over het bezit heffen, maar alleen uit alle inkomsten. Daarbij maak het niet uit waarmee geld is verdiend. Verder wil de NNS de belastingheffing vergroenen: de vervuiler betaalt. BTW op levensmiddelen moet vallen onder het nultarief. De belasting over erfenissen moet worden afgeschaft en het schenkingsrecht moet onbegrensd zijn. De overdrachtsbelasting moet worden afgeschaft voor mensen die een woning kopen om als hoofdverblijf te gebruiken. De NNS wil de belastingopbrengst zoveel mogelijk investeren in de samenleving.
3.1
Loon- en inkomstenbelasting
Voor de loon- en inkomstenbelasting worden voor alle inkomsten dezelfde belastingschijven en belastingtarieven gebruikt Voor inkomsten tot en met € 20 000 geldt een belastingtarief van 15% Voor inkomsten van € 20 001 tot en met € 40 000 geldt een belastingtarief van 25% Voor inkomsten van € 40 001 tot en met € 50 000 geldt een belastingtarief van 35% Voor inkomsten van € 50 001 tot en met € 60 000 geldt een belastingtarief van 45% Voor inkomsten van € 60 001 en hoger geldt een belastingtarief van 55% Afschaffen belastingvrije som Afschaffen heffingskortingen Afschaffen bijzonder tarief Afschaffen afzonderlijk tarief voor aanmerkelijk belang Afschaffen huurwaardeforfait Introductie Wet woonlastenverevening (huurders) en Wet woonlastenverevening (kopers) Introductie Wet persoonsgebonden toeslag Over alle verkregen inkomsten is belasting verschuldigd met uitzondering van de inkomsten uit de Wet persoonsgebonden toeslag Het bezit van vermogen - onroerende goederen, spaar- en beleggingsrekeningen en alle andere mogelijke bezittingen die van waarde zijn - wordt niet belast. Wel wordt belasting geheven over alle inkomsten die worden verkregen uit het bezit van vermogen Bij sparen en beleggen alleen belasting betalen over het daadwerkelijke rendement Alle verzekerings- en spaarpolissen die aan het eind van de looptijd ineens of periodiek worden uitbetaald als inkomensvoorziening blijven buiten beschouwing. Over deze polissen wordt belasting geheven op het moment dat ze tot uitkering komen Verzekeringspolissen aangewend voor de financiering van een eigen woning die als hoofdverblijf wordt gebruikt, blijven buiten beschouwing voor zover ze niet meer uitkeren dan de aflossing van de hypotheek Onroerend goed dat niet als hoofdverblijf wordt gebruikt, wordt beschouwd als beleggingsobject waaruit inkomsten worden verkregen Uitgangspunt is de WOZ-waarde Bij onroerend goed aangeschaft in het buitenland wordt de koopsom als uitgangspunt genomen en wordt er jaarlijks rekening gehouden met de prijsontwikkeling van de woning in het desbetreffende gebied De belastingheffing geschiedt over 4% van de WOZ-waarde of de economische waarde van de woning in het buitenland De te betalen belasting mag worden verrekend met te betalen hypotheekrente voor onroerend goed met een waarde tot € 290 000. Is de waarde van het onroerend goed hoger, dan mag alleen de betaalde rente over € 290 000 worden afgetrokken van de te betalen belasting Voor mensen met een bestaande hypotheek is het plafond van € 290 000 niet van toepassing
3.2
Omzetbelasting (BTW)
Alle levensmiddelen onder het nultarief plaatsen Alle uurlonen voor leveringen en diensten onder het lage tarief plaatsen Alle vervuilende producten onder het hoge tarief plaatsen
3.3
Successiewet en schenkingsrecht
Afschaffen belasting over erfenissen. Het is niet fatsoenlijk om meerdere keren over feitelijk hetzelfde bezit belasting te heffen Een testament opgesteld door een notaris stelt de toepassing van de Successiewet buiten werking
De Successiewet wordt uitsluitend gebruikt als vangnet voor mensen die geen testament hebben. Alleen de regelen hoe het zit met de rechten van nabestaanden Het schenken van vermogen is geheel belastingvrij. De schenker en degene die de schenking ontvangt, betalen uitsluitend belasting over de inkomsten uit vermogen
3.4
Motorrijtuigenbelasting en milieubelasting voor gemotoriseerde voertuigen
Invoeren motorrijtuigenbelasting voor brom- en snorfietsen Invoeren motorrijtuigenbelasting voor tractoren Invoeren motorrijtuigenbelasting voor oldtimers Vereenvoudigen en vergroenen van de motorrijtuigenbelasting: Eén lager basistarief per soort vervoermiddel Een variabel belastingtarief op kenteken waarbij de uitstoot van CO2 bepalend is voor de hoogte van de milieubelasting De motorrijtuigenbelasting inclusief de milieuheffing wordt automatisch maandelijks geind
3.5
Belastingharmonisatie
De tekst van de vennootschapsbelasting aanpassen aan de loon- en inkomstenbelasting Voor onroerend goed dat wordt gebruikt als hoofdverblijf, wordt de overdrachtsbelasting afgeschaft
3.6
Subsidieregelingen
Er zijn veel subsidieregelingen. Met verschillende voorwaarden om ervoor in aanmerking te komen. De NNS wil alle subsidieregelingen categoriseren, doorlichten en waar mogelijk samenvoegen of vervangen door fiscale maatregelen. Het moet voor iedereen duidelijk zijn welke subsidieregelingen er zijn en wanneer er recht is op een subsidieregeling. De hoogte van het uit te keren subsidiebedrag moet afhankelijk zijn van het persoonlijk inkomen en/of het bedrijfsresultaat. Subsidieregelingen moeten bijdragen aan economisch herstel en een bijdrage leveren aan het milieu.
3.7
Wet- en regelgeving voor zelfstandigen (freelancers, zzp-ers en MKB)
De wet- en regelgeving voor zelfstandigen is te ingewikkeld. Daarnaast zijn er veel faciliteiten en subsidieregelingen waar zelfstandigen gebruik van kunnen maken. De NNS wil dat alle wet- en regelgeving inclusief faciliteiten en subsidieregelingen in kaart wordt gebracht en zeer sterk vereenvoudigd wordt herschreven. Waarbij er zoveel mogelijk regels moeten worden geschrapt. Er moet een commissie komen die in overleg met werkgeversorganisaties deze grote klus aanpakt .
4
Gezondheidzorg
Iedereen heeft recht op een goede, volledige en betaalbare gezondheidszorg. In de basispolis moeten ook de fysiotherapie, tandarts, orthodontist, geestelijke gezondheidszorg, oogarts, diëtist en medicijnen worden opgenomen. Het verplichte eigen risico verdwijnt. Er komen duidelijke landelijke regels voor wanneer iemand in aanmerking komt voor het persoonsgebonden budget. Het mag niet voorkomen dat iemand in de ene gemeente beter af is dan in de andere gemeente. De NNS wil maatregelen treffen om de gezondheidszorg betaalbaar te houden. Ten slotte wil de NNS dat er humaan wordt omgegaan met mensen die al op leeftijd zijn maar een partner hebben die de zorg van een verzorgingshuis nodig heeft. Het verplicht scheiden van tafel en bed druist in tegen de principes van de NNS.
4.1
Aanpassen huidige zorgwet
Iedereen heeft recht op een goede, volledige en betaalbare gezondheidszorg. Daarom moet de huidige Zorgwet worden aangepast
In de basispolis moeten ook de fysiotherapie, tandarts, orthodontist, geestelijke gezondheidszorg, oogarts, diëtist en medicijnen worden opgenomen De kosten van de fysiotherapie worden volledig vergoed voor wat betreft het aantal noodzakelijke behandelingen Bij de tandarts worden alle noodzakelijke behandelingen vergoed. Kronen en implantaten worden alleen vergoed indien er geen andere oplossing voor handen is. De tandarts is in het geval van kronen en implantaten verplicht foto´s te maken en ter beoordeling voor te leggen aan een collega-tandarts De orthodontist wordt alleen vergoed indien een beugel of gebitscorrectie noodzakelijk is. De orthodontist is verplicht foto´s te maken en ter beoordeling voor te leggen aan een collega-orthodontist Geestelijke gezondheidszorg wordt volledig vergoed bij doorwijzing van de huisarts De oogarts wordt volledig vergoed bij doorverwijzing van de huisarts. Brillen en/of lenzen worden alleen vergoed als het recept afkomstig is van een oogarts. De glazen worden volledig vergoed en voor het montuur wordt een vergoeding toegekend van € 75. In principe komt iemand eens in de drie jaar in aanmerking voor een vergoeding van een bril en/of lenzen tenzij het advies van de oogarts daarvan afwijkt Er kan een aanvullende polis worden afgesloten voor: Mensen die een risicovolle sport beoefenen. De polisvoorwaarden en de premie daarvan kunnen per ziektekostenverzeraar verschillend zijn Alternatieve geneeswijzen. Mensen die gebruik willen maken van andere dan de reguliere zorg, kunnen daarvoor een aparte polis afsluiten. Enkele voorbeelden zijn acupunctuur, homeopaat, enz. De polisvoorwaarden en de premie daarvan kunnen per ziektekostenverzeraar verschillend zijn Aanvullende tandartsverzekering, zodat mensen zelf kunnen kiezen voor fraaiere, nietnoodzakelijke, oplossingen. Hierin ook de mogelijkheid voor niet-noodzakelijke gebitsrenovatie, beugels enz. De polisvoorwaarden en de premie daarvan kunnen per ziektekostenverzeraar verschillend zijn Aanvullende verzekering voor brillen en lenzen. Mensen die zonder verwijzing van de huisarts een bril of lenzen willen aanschaffen, kunnen hiervoor een verzekering afsluiten. De polisvoorwaarden en de premie daarvan kunnen per ziektekostenverzeraar verschillend zijn De premies van de ziektekostenverzekeringen moeten allemaal op 1 november bekend zijn Iedereen heeft de vrijheid om een ziektekostenverzekeraar te kiezen tot 1 december Afschaffen tweede en derde klasse bij ziekenhuisopname. Iedereen heeft recht op dezelfde zorg Het verplicht eigen risico vervalt Er kan wel worden gekozen voor een vrijwillig eigen risico De hoogte van het persoonlijk inkomen is bepalend of iemand in aanmerking komt voor Zorgtoeslag Kinderen tot 18 jaar zijn meeverzekerd op de polis van één van de ouders/verzorgers
4.2
Beheersbaar persoonsgebonden budget
Landelijk geldende en eenvoudige regels voor het in aanmerking komen voor een PGB Strikte controle op persoonsgebonden budgeten. Iedere budgethouder steekproefsgewijs één keer per jaar volledig screenen
4.3
Verzorgingshuizen en thuiszorg
Mensen moeten in de toekomst steeds langer zelfstandig wonen Er moet terughoudend worden omgegaan met het sluiten van verzorgingshuizen Mensen die op dit moment in verzorgingshuis wonen, moeten daar gewoon kunnen blijven wonen
Uit humaan oogpunt mogen gehuwde mensen en mensen met een samenlevingscontract bij elkaar blijven wonen in een verzorgingshuis ook al heeft één van de partners geen extra zorg nodig De gemeente koopt straks de zorg in. Daardoor verliezen veel mensen die nu in dienst zijn van zorginstellingen en bij de thuishulporganisaties hun baan. Het werk blijft bestaan, dus moeten deze mensen met dezelfde arbeidsvoorwaarden in dienst komen bij de nieuwe zorgaanbieders Geen bezuinigingen op activiteitenprogramma’s van verzorgingshuizen. Ouderen mogen niet uitsluitend zijn aangewezen op mantelzorgers en vrijwilligers
4.4
Kostenbeheersing
Rekeningen van behandelingen moeten transparant zijn en worden gecontroleerd Vaststellen maximumsalarissen voor iedereen die direct of indirect werkzaam is in de zorg Alleen duurdere medicijnen vergoeden waarvan is bewezen dat ze beter werken (moet voor alle ziektekostenverzekeraars hetzelfde zijn) Verbod op het standaard voorschrijven van herhalingsrecepten, tenzij het chronische klachten betreft Maatregelen om het hergebruik te stimuleren van niet-gebruikte medicijnen waarvan de houdbaarheidsdatum niet is verstreken Er moeten afspraken worden gemaakt over het te besteden budget voor reclamedoeleinden van ziektekostenverzekeraars De NNS wil een onderzoek naar hoe het komt dat kunst- en hulpmiddelen die normaal verkrijgbaar zijn, veel duurder blijken te zijn als ze via de AWBZ worden aangeschaft. Denk bijv. aan speciale fietsen De NNS wil dat er een onderzoek komt hoe het komt dat in België de medicijnen veel goedkoper zijn dan in Nederland
4.5
Overige maatregelen
Elke gemeente krijgt een bedrag van de centrale overheid ter beschikking voor de gezondheidszorg op basis van het aantal inwoners. Dit om te voorkomen dat inwoners bij de ene gemeente beter af zijn dan bij de andere gemeente Er moet een centraal patiëntendossier komen Naast algemene ziekenhuizen moeten er ook gespecialiseerde ziekenhuizen komen Het functioneren en de resultaten van ziekenhuizen moet volledig transparant zijn De rol van ziektekostenverzekeraars moet in zoverre worden terug gedrongen dat mensen hun eigen huisarts, tandarts, fysiotherapeut en apotheker moeten kunnen kiezen Iedereen wordt verplicht donor. Mensen die dat niet willen, komen zelf niet in aanmerking voor donororganen tenzij er op dat moment donororganen over zijn
5
Onderwijs
Mensen met een beperking of stoornis hebben recht op speciaal onderwijs. Studeren is voor jongeren uit armere gezinnen en werkzoekenden te duur en bijna onbereikbaar. Iedereen moet de kans krijgen zich zo goed mogelijk te ontwikkelen. Daarom stelt de NNS de invoering voor van Scholingstoeslag en heeft iedereen die 18 jaar of ouder is wat betreft de NNS recht op volledige financiële onafhankelijkheid. De NNS wil dat er een nieuw examenvak voor alle schooltypes vervolgonderwijs wordt ingevoerd: Maatschappijleer.
5.1
Handhaven speciaal onderwijs
Mensen met een beperking of stoornis hebben recht op speciaal onderwijs. Met leerkrachten die daarvoor zijn opgeleid. En met lesmethodes die aansluiten op het niveau van het kind. Zodat uit elk
kind het maximaal haalbare kan worden gehaald voor wat betreft het eindniveau van de basisschool. De leerlingen op het speciaal onderwijs kunnen maar hoeven geen Cito-toets te maken. Het speciaal onderwijs dient te zorgen voor een goede aansluiting op vervolgonderwijs. Het kiezen van vervolgonderwijs is een samenwerking tussen ouders, leerkrachten en leerlingen en moet passen binnen de mogelijkheden van de leerling. Het schooladvies is bindend.
5.2
Studeren moet niet exclusief worden
Studeren is voor jongeren uit armere gezinnen te duur en bijna onbereikbaar. Iedereen die getalenteerd is, moet de kans krijgen zich zo goed mogelijk te ontwikkelen. Daarom stelt de NNS de invoering van de Scholingstoeslag voor en heeft iedereen die 18 jaar of ouder is wat betreft de NNS recht op volledige financiële onafhankelijkheid.
5.3
Verplicht examenvak Maatschappijleer
De NNS streeft naar een sociale, rechtvaardige en leefbare samenleving. Daarom wil de NNS dat er een nieuw examenvak voor alle schooltypes wordt ingevoerd: Maatschappijleer. Hiermee moeten leerlingen worden voorbereid om op een volwaardige manier deel te kunnen nemen aan de samenleving. In het vak Maatschappijleer komen in elk geval minimaal de volgende onderwerpen aan bod: Discriminatie in de breedste zin van het woord Pestgedrag Verslaving (alcohol, drugs, speelautomaten, computerverslaving enz.) De Holocaust De Palestijnse kwestie Slavernij en onderdrukking Levensbeschouwingen en geloofsovertuigingen Vluchtelingen, asielzoekers en integratieproblemen Omgaan met cultuurverschillen Omgaan met meningsverschillen Democratie in de praktijk: maatschappelijke en politieke bewustwording Gedurende de hele opleiding elk jaar een maatschappelijke stage van minimaal één week Bij de maatschappelijke stage hoort ook het maken van een verslag en het houden van een presentatie in de klas
6
Wonen
Er wonen veel mensen met midden- en hogere inkomens in sociale huurwoningen terwijl deze juist zijn bedoeld voor de mensen met de lagere inkomens. Mensen met een eigen woning die werkloos of arbeidsongeschikt raken, komen meestal in de problemen. Mensen in een koopwoning moeten ook bij inkomensachteruitgang gewoon in hun huis kunnen blijven wonen. Om de woningmarkt vlot te trekken, zijn ingrijpende wijzigingen noodzakelijk. De NNS stelt een nieuwe wet voor: de Wet woonlastenverevening.
6.1
Invoeren Wet woonlastenverevening (huurders)
Alle inkomsten zoals beschreven onder “Loon- en inkomstenbelasting” tellen mee voor de vaststelling van de hoogte van het (gezamenlijk) bruto-inkomen met uitzondering van het inkomen van inwonende kinderen tot 18 jaar Iedereen met een bruto-inkomen van € 30 000 of meer die woont in een sociale huurwoning en minder verwoont dan de maximale kale huurprijs van een sociale huurwoning, krijgt een voorlopige aanslag opgelegd ter grootte van het verschil tussen de maximale huurprijs van de sociale huurprijs en de werkelijk betaalde huur Huurders met een gezamenlijk bruto-inkomen beneden € 30 000 die wonen in een woning met een huur lager dan de kale huurgrens van een sociale huurwoning komen in aanmerking voor Woontoeslag
De Woontoeslag is afhankelijk van de hoogte van de huur (inclusief de administratie- en servicekosten) en het gezamenlijke inkomen De Woontoeslag wordt uitbetaald via de voorlopige aanslag De grens voor de kale huur van sociale huurwoningen wordt gesteld op € 700. Deze grens wordt jaarlijks bijgesteld met het inflatiepercentage Huurverhogingen van sociale huurwoningen mogen nooit meer bedragen dan het inflatiepercentage Huren van vrije sectorwoningen worden vrijgelaten, net als huurverhogingen Voor de Wet woonlastenverevening is van toepassing: De Wet basisinkomen De Wet stelposten basisinkomen De Wet persoonsgebonden toeslag De Loon- en inkomstenbelasting
6.2
Invoeren Wet woonlastenverevening (kopers)
De woning moet worden gebruikt als hoofdverblijf Kopers die meer dan 20% van het (gezamenlijk) bruto-inkomen verwonen (inclusief de aflossing), krijgen een maandelijkse voorlopige teruggaaf Bij de berekening van de voorlopige aanslag wordt het eigen vermogen buiten beschouwing gelaten Alle inkomsten zoals beschreven onder “Loon- en inkomstenbelasting” tellen mee met uitzondering van het inkomen van inwonende kinderen tot 18 jaar Het plafond van de prijs voor een koopwoning waarvoor een voorlopige teruggaaf kan worden verkregen, bedraagt € 290 000 (maximumbedrag om voor Nationale Hypotheek Garantie (NHG) in aanmerking te komen). Hebben kopers een duurdere woning, dan is de voorlopige teruggaaf gebaseerd op € 290 000 Voor mensen met een bestaande hypotheek is het plafond van € 290 000 niet van toepassing Er komt een regeling waarbij kopers gedurende de hele looptijd van de hypotheek ongeveer dezelfde woonlasten houden Als de rente is gestegen, dan wordt de looptijd verlengd Als de rente is gedaald, dan wordt de looptijd verkort De aflossing blijft gedurende de hele looptijd hetzelfde zodat na 30 jaar de hypotheek voor minimaal de helft is afgelost De hypotheek moet binnen 30 jaar zijn afgelost tot het niveau waarbij de woonlasten zonder voorlopige teruggaaf maximaal 20% van het (gezamenlijk) bruto-inkomen bedragen Mensen die arbeidsongeschikt of werkloos raken, kunnen in hun huis blijven wonen als dat is aangeschaft met NHG Voor de Wet woonlastenverevening is van toepassing: De Wet basisinkomen De Wet stelposten basisinkomen De Wet persoonsgebonden toeslag De Loon- en inkomstenbelasting
6.3
Stimulering om een eigen woning te kopen
De overdrachtsbelasting wordt afgeschaft voor huizen die als hoofdverblijf worden gebruikt De huidige starterslening wordt een permanente landelijke regeling Met deze regeling kunnen mensen afhankelijk van de hoogte van hun inkomen gemakkelijker een eerste woning kopen Afhankelijk van de hoogte van het (gezamenlijk) inkomen betaalt de overheid een deel van de rente en aflossing
7
Pensioen
Nederland vergrijst. Mensen worden steeds ouder worden en de premies worden door steeds minder werkenden opgebracht. De NNS wil een rechtvaardiger pensioensysteem waarbij niet alleen de leeftijd doorslaggevend is maar ook het arbeidsverleden. Waarbij mensen flexibel met pensioen kunnen gaan indien ze dertig jaar of langer hebben gewerkt. Mensen die met pensioen gaan en geen pensioen hebben kunnen opbouwen, moeten zich goed kunnen redden met het basisinkomen (de voormalige AOW). Ook als ze een partner hebben die jonger is. Daarnaast mag de oplossing van de pensioenproblematiek niet alleen bij de jongere generatie worden neergelegd.
7.1
Flexibele pensionering
De AOW-leeftijd gaat elk jaar met één maand omhoog Na elke zes jaar wordt de levensverwachting opnieuw beoordeeld. Op grond daarvan wordt de AOW-leeftijd in hetzelfde tempo verhoogd of bevroren Flexibele pensionering vóór de AOW-leeftijd met behulp van het zelf opgebouwde pensioen is mogelijk vanaf een 30-jarig arbeidsverleden Bij een arbeidsverleden van 30 jaar: uitgekeerd wordt 70% van het zelf opgebouwde pensioen exclusief het basisinkomen Bij een arbeidsverleden van 31 jaar: uitgekeerd wordt 73% van het zelf opgebouwde pensioen exclusief het basisinkomen Bij een arbeidsverleden van 32 jaar: uitgekeerd wordt 76% van het zelf opgebouwde pensioen exclusief het basisinkomen Bij een arbeidsverleden van 33 jaar: uitgekeerd wordt 79% van het zelf opgebouwde pensioen exclusief het basisinkomen Bij een arbeidsverleden van 34 jaar: uitgekeerd wordt 82% van het zelf opgebouwde pensioen exclusief het basisinkomen Bij een arbeidsverleden van 35 jaar: uitgekeerd wordt 85% van het zelf opgebouwde pensioen exclusief het basisinkomen Bij een arbeidsverleden van 36 jaar: uitgekeerd wordt 88% van het zelf opgebouwde pensioen exclusief het basisinkomen Bij een arbeidsverleden van 37 jaar: uitgekeerd wordt 91% van het zelf opgebouwde pensioen exclusief het basisinkomen Bij een arbeidsverleden van 38 jaar: uitgekeerd wordt 94% van het zelf opgebouwde pensioen exclusief het basisinkomen Bij een arbeidsverleden van 39 jaar: uitgekeerd wordt 97% van het zelf opgebouwde pensioen exclusief het basisinkomen Bij een arbeidsverleden van 40 jaar: uitgekeerd wordt 100% van het zelf opgebouwde pensioen exclusief het basisinkomen Als iemand met pensioen gaat op de AOW-leeftijd, wordt altijd het opgebouwde pensioen volledig uitgekeerd Het basisinkomen (de voormalige AOW) wordt toegekend vanaf de AOW-leeftijd, zodat de oudedagsvoorziening bestaat uit het basisinkomen + het zelf opgebouwde pensioen Er moet een deeltijdpensioenregling komen waarbij mensen gedeeltelijk met pensioen kunnen gaan. Bijvoorbeeld door op 63-jarige leeftijd een dag minder te werken, op 64-jarige leeftijd twee dagen, enz.
7.2
Ombouwen huidig pensioenstelsel
De pensioenen van de mensen die nog niet zijn gepensioneerd, moeten worden geïndividualiseerd en worden omgezet in particuliere pensioenverzekeringen Als een werknemer verandert van baan, kan de pensioenverzekering worden meegenomen naar de nieuwe werkgever. Op datzelfde moment heeft de werknemer het recht om van pensioenverzekeraar te wisselen De pensioenopbouw bedraagt 1,75% per jaar
Mensen aan het begin van hun carrière staan, kiezen binnen de proeftijd een pensioenverzekeraar Bij werkloosheid en arbeidsongeschiktheid blijft de pensioenverzekering bestaan. De pensioenopbouw gaat dan door met de eerder ingelegde premie. Tijdens de werkloosheid: Kan de premiebetaling worden stopgezet gedurende de tijd van de werkloosheid Is het mogelijk om de pensioenpremie gedurende de werkloosheid zelf te betalen Is het mogelijk een lagere pensioenpremie te betalen Mensen hebben de keuzevrijheid om te bepalen hoe de pensioenpremie moet worden belegd Veel risico, kans op een (veel) hoger pensioen Weinig of geen risico, een gegarandeerde pensioenopbrengst Het moet mogelijk blijven om te kiezen voor een partnerpensioen Tussentijds moeten mensen hun keuze aan kunnen passen
8
Samenleving, ontwikkelingshulp en milieu
Het woord “samenleving” houdt in dat iedereen met elkaar samen leeft. Er komen steeds meer mensen aan de onderkant van de samenleving terecht. Discriminatie en onverdraagzaamheid zijn naast geweld- en zedendelicten de ergste uitwassen in de samenleving. We zijn een multiculturele samenleving en daarbij hoort verdraagzaamheid en wederzijds respect. Iedereen heeft dezelfde rechten en plichten. Pesten op scholen en op het werk komt vaak voor. De samenleving houdt niet op bij Nederland. Normen en waarden zijn voor iedereen verschillend. De overheid kan deze niet opleggen. Wel kan er worden gestuurd op voor de samenleving wenselijk gedrag.
8.1
Opheffen sociaal isolement en eenzaamheid
Het bevorderen van sociale controle. Langs gaan bij vereenzaamde mensen. Coördinerende zorgtaak van de gemeente uitgevoerd door vrijwilligers Het organiseren van gezamenlijke maaltijden, koffie- en thee-uren tegen kostprijs of gratis voor dak- en thuislozen en mensen die een beroep moeten doen op de voedselbank Gratis activiteiten (kaartavonden e.d.). Consumpties tegen kostprijs Het betrekken van mensen bij vrijwilligerswerk & gezamenlijke activiteiten Voldoende vrij besteedbaar inkomen voor iedereen om deel te kunnen nemen aan het maatschappelijk leven
8.2
Dak- en thuislozen
Dak- en thuislozen van de straat halen en onderbrengen bij tijdelijke opvangadressen Zorgen voor definitieve woonruimte (in eerste instantie onder begeleiding) Onderzoeken van de mogelijkheden om leegstaande kantoorpanden om te bouwen tot eenpersoons woonunits Desnoods tijdelijk onderdak in leegstaande panden die op de lijst staan om te worden afgebroken
8.3
Alcohol- en drugsverslaafden
Alcohol- en drugsverslaafden van de straat halen en onderbrengen in afkickcentra Verplicht afkicken Het onder begeleiding van een mentor integreren in de maatschappij. De mentor zorgt in samenspraak met de ex-verslaafde voor een zinvolle invulling van de dagbesteding
8.4
Asielzoekers en integratie
8.4.1 Asielzoekers Asielzoekers hebben recht op een snelle procedure en moeten binnen één maand weten waar ze aan toe zijn
Alle asielzoekers met kinderen die in Nederland geboren zijn of langer dan vijf jaar in Nederland wonen, krijgen een verblijfsvergunning Er komt duidelijk en rechtvaardig asielbeleid. Nederland heeft de plicht om vluchtelingen uit oorlogs- en rampgebieden (tijdelijk) op te vangen Asielzoekers die mogen blijven, zijn verplicht om mee te werken aan het integratieprogramma Asielzoekers die geen verblijfsvergunning krijgen, hebben de mogelijkheid in beroep te gaan De beroepsprocedure dient binnen één maand na de oorspronkelijke afwijzing afgerond te zijn Bij afwijzing van het beroep volgt de uitzetting binnen één werkdag 8.4.2 Integratie Immigranten krijgen gedurende een jaar begeleiding in de vorm van een persoonlijke coach De inburgeringscursus moet zodanig worden aangepast dat een immigrant goed inzicht heeft in de Nederlandse samenleving Elke immigrant is verplicht om binnen één jaar op basisschoolniveau Nederlands te kunnen spreken, lezen en schrijven Het beheersen van de Nederlandse taal is na één jaar een voorwaarde om aanspraak te maken op de sociale zekerheid Mensen die op dit moment gebruikmaken van de sociale voorzieningen maar de Nederlandse taal nog niet beheersen, krijgen de kans om alsnog binnen één jaar de taal onder de knie te krijgen Weigert iemand het taalprogramma te volgen dan wordt de sociale voorziening per maand met 10% gekort In het kader van de veiligheid wordt het dragen van een boerka verboden
8.5
Algemene maatregelen ter bevordering van een leefbare samenleving
8.5.1 Maatregelen bij discriminatie Verplichte cursus maatschappijleer met als doel begrip voor andersdenkenden en andere culturen Bij het niet aannemen van mensen vanwege leeftijd, afkomst, huidskleur of geaardheid bij sollicitaties: een boete van € 10 000 8.5.2 Maatregelen bij huiselijk geweld Tijdelijke uithuisplaatsing Gesprekken met maatschappelijk werk Bij herhaaldelijk huishoudelijk geweld aangifte doen en maatregelen nemen zoals van toepassing bij ernstige geweldsdelicten Bij onoplosbare en onoverbrugbare verschillen wordt de geweldpleger definitief uit huis geplaatst. Voor de geweldpleger wordt woonruimte gezocht 8.5.3 Maatregelen bij ernstige geweldsdelicten Altijd TBS opleggen voor de duur van de veroordeling Altijd een gedwongen psychiatrisch onderzoek gevolgd door therapie Geen kans op vervroegde vrijlating In de laatste 30% van de gevangenisstraf voorbereiden op terugkeer naar de maatschappij. Daarbij hoort ook proefverlof Bij herhaling van een geweldsdelict: Een gevangenisstraf die dubbel zo lang is TBS voor de duur van de veroordeling De overtreder na de vrijlating blijven volgen gedurende een periode die net zo lang is als de gevangenisstraf
8.5.4 Maatregelen bij zedendelicten Altijd TBS opleggen voor de duur van de veroordeling Altijd een gedwongen psychiatrisch onderzoek gevolgd door therapie Geen kans op vervroegde vrijlating In de laatste 30% van de gevangenisstraf voorbereiden op terugkeer naar de maatschappij. Daarbij hoort ook proefverlof Bij herhaling van een zedendelict: Een gevangenisstraf die dubbel zo lang is TBS voor de duur van de veroordeling De overtreder na de vrijlating blijven volgen gedurende een periode die net zo lang is als de gevangenisstraf 8.5.5 Maatregelen bij pestgedrag Op scholen Het aanstellen van een vertrouwenspersoon Het verplicht stellen van het maken van een pestprotocol Het verplicht stellen van het gezamenlijk maken en bespreken van huisregels Op het werk Het aanstellen van een vertrouwenspersoon Ontbreekt de vertrouwenspersoon, dan kan het slachtoffer naar de bedrijfsarts. Voor elk bedrijf met werknemers moet er een bedrijfsarts zijn Leidt het pestgedrag tot ziekteverzuim dan wordt de bedrijfsarts ingeschakeld Is het pestgedrag onbespreekbaar dan wordt de Arbeidsinspectie ingeschakeld Leidt het pestgedrag tot het onmogelijk terugkeren naar de werkplek dan komt dat de werkgever te staan op een boete van drie jaarsalarissen met een maximum van € 100 000 8.5.6 Maatregelen bij ongepast gedrag in het verkeer Boetes bij verkeersovertredingen naar rato van inkomen. De reden hiervoor: mensen met een hoog inkomen maakt het niet zoveel uit als ze een bekeuring krijgen voor te snel rijden Bij ernstige verkeersovertredingen: een verplichte cursus verkeersveiligheid en verkeersgedrag Invoering puntenrijbewijs voor alle verkeersdeelnemers met een vervoermiddel met een kenteken Opstellen lijst van asociale overtredingen. Bij dit soort overtredingen twee strafpunten toekennen Bij een af te spreken aantal strafpunten (tijdelijke) invordering van het rijbewijs Bij de tweede keer dat het rijbewijs wordt ingevorderd, wordt het vernietigd en het vervoermiddel in beslag genomen en verkocht op een veiling. De rijbewijshouder moet opnieuw naar de rijschool en examen doen om het rijbewijs te halen. En mag pas na afloop een nieuw vervoermiddel kopen Wordt het rijbewijs daarna nog een keer ingevorderd dan is de invordering definitief en kan de rijbewijshouder nooit meer als bestuurder gebruikmaken van een gemotoriseerd voertuig. Ook wordt dan het vervoermiddel in beslag genomen en verkocht op een veiling 8.5.7 Maatregelen bij ongepast gedrag bij sportwedstijden Sportclubs zijn verplicht om camera’s op te hangen zodat kan worden nagegaan wat er is gebeurd en wie verantwoordelijk is Sportclubs dienen te zorgen voor goede huisregels waarbij duidelijk wordt gesteld wat de gevolgen zijn van het zich niet houden aan de afspraken De schade die wordt veroorzaakt, moet worden vergoed door degene(n) die de schade heeft veroorzaakt. Loonbeslaglegging gedurende drie jaar waarbij er voldoende inkomen moet overblijven om rond te kunnen komen
Bij misdraging is er een stadionverbod van drie jaren. Bij herhaald wangedrag een levenslange ontzegging van de toegang tot een stadion Er moet respect zijn voor de tegenstander. Spreekkoren met discriminerende teksten krijgen een stadionverbod voor de rest van het seizoen Het is niet de bedoeling dat belastinggeld wordt gebruikt om politie en ME in te zetten bij sportwedstrijden. Deze kosten worden verhaald op de sportclubs die ze verhalen op de supporters die zich misdragen Sportclubs zouden een fonds moeten oprichten om de kosten van het optreden van politie en ME zelf te betalen Overtredingen op het sportveld worden bij opzet gezien als misdrijf. De sporter krijgt een boete naar rato van inkomen en een schorsing voor de rest van het seizoen Er moet respect zijn voor de wedstrijdleiding. Commentaar op de scheids- of grensrechter leidt tot een rode kaart en een boete naar rato van inkomen 8.5.8 Maatregelen bij milieudelicten Een hoge boete naar rato van inkomen en/of bedrijfsresultaat. De reden hiervoor: mensen met een hoog inkomen zijn tamelijk ongevoelig voor een standaardboete Een verplichte taakstraf en een verplichte cursus waarbij het accent ligt op het erop wijzen wat de gevolgen zijn van het milieudelict 8.5.9 Maatregelen bij dierenmishandeling Er komt een inkomensafhankelijke boete Er komt een vermelding op het strafblad Er komt een taakstraf bij een kinderboerderij van minimaal 200 uur Betreft het een veehandelaar, boer, fokker of asielhouder dan volgt een eenmalige waarschuwing. Bij een tweede overtreding wordt het bedrijf gesloten 8.5.10 Maatregelen bij misbruik in voorbeeldfuncties Van mensen met een voorbeeldfunctie mag het goede voorbeeld worden verwacht. Is dat niet het geval dan kan ontslag de uiteindelijke consequentie zijn. De NNS vindt dat we af moeten van de “pak wat je pakken kunt mentaliteit”. Te beginnen bij iedereen met een voorbeeldfunctie Banken en bedrijven die overeind zijn gehouden met belastinggeld mogen hun bestuurders niet overbetalen Managers krijgen niet meer dan 3% salarisverhoging bovenop de prijscompensatie per jaar Managers kunnen kiezen uit een dertiende maand of een aandelenpakket ter waarde van de dertiende maand Managers die overbetaald zijn, moeten alle buitenproportionele inkomsten terugbetalen als banken opnieuw in de problemen komen
8.6
Milieu
Ernaar streven alle natuurgebieden in Nederland met elkaar te verbinden. Hierdoor ontstaat er één groot aaneengesloten natuurgebied Stimuleren van maatregelen voor het opwekken van schone energie. Bijv. windenergie en zonnepanelen Stimuleren van biologische land- en tuinbouw en diervriendelijke veeteelt Zorgen voor prullenbakken in woonwijken, parken en langs wandel-/fietspaden in de natuur Het aanstellen van milieu-agenten die de bevoegdheid hebben om milieuvervuilers te bekeuren
8.7
Ontwikkelingshulp
In het kader van een betere samenleving moet het budget voor ontwikkelingshulp (fors) omhoog naar minimaal 1% van het bruto nationaal product. Er mag nooit meer worden bezuinigd op ontwik-
kelingshulp. De NNS is van mening dat de rijke, welvarende landen verplicht zijn om de arme landen te helpen. De NNS denkt aan maatregelen als: Het kwijtschelden van schulden Het bouwen van huizen voor daklozen Het bouwen van scholen en ziekenhuizen Het aanleggen van de infrastructuur (water, wegen, elektriciteit enz.) Het verstrekken van microkredieten aan startende ondernemers in de derde wereldlanden Stoppen met bewapenen en beginnen met het bemiddelen bij het oplossen van conflicten Vredesmissies
9
Overheid en Koninklijk Huis
De overheid bestuurt het land met belastinggeld. De NNS is van mening dat de overheid zich daar beter van bewust moet zijn. Er moet een gedragscode komen voor volksvertegenwoordigers. Politieke ambtsdragers en ambtenaren moeten onder hetzelfde sociale zekerheidsstelsel vallen als werknemers en zelfstandigen. De NNS wil inventariseren welke gemeentes de WOZ-waarde hebben verhoogd tijdens de crisisjaren en de gedupeerde eigenaren schadeloos stellen. De NNS is blij met het Koningshuis maar plaatst een aantal kritische kanttekeningen.
9.1
Onze volksvertegenwoordiging en overheidsdienaren
9.1.1 Gedragscode direct en indirect gekozen volksvertegenwoordigers Volksvertegenwoordigers moeten respect hebben voor andersdenkenden in de ruimste zin van het woord Volksvertegenwoordigers mogen groeperingen van de samenleving niet stigmatiseren Het opzettelijk kwetsen van andersdenkenden leidt tot een schorsing van de volksvertegenwoordiger De betrokken volksvertegenwoordiger verspeelt het recht op wachtgeld en komt alleen in aanmerking voor het basisinkomen De betrokken volksvertegenwoordiger krijgt een taakstraf van 200 uur bij een instantie die raakvlakken heeft met de groepering die is gekwetst Bij het opzettelijk kwetsen van andersdenkenden komen de kosten van persoonlijke beveiliging voor eigen rekening 9.1.2 Harmonisatie arbeidsvoorwaarden en sociale zekerheid De arbeidsvoorwaarden van overheidspersoneel en politieke ambtsdragers moeten vergelijkbaar zijn met de arbeidsvoorwaarden in het bedrijfsleven Beschrijven en inschalen van nieuwe functieprofielen ter vervanging van de wildgroei van alle bestaande functiebenamingen De invoering van een salarissysteem voor alle indirect en direct gekozen volksvertegenwoordigers op basis van een functieprofiel (het salaris is niet meer afhankelijk van het aantal inwoners) Het hoogste salaris dat iemand kan verdienen in de publieke sector mag nooit meer bedragen dan het salaris van een staatssecretaris De salarissen van volksvertegenwoordigers mogen nooit meer stijgen dan de inkomens van uitkeringsgerechtigden en de minima De salarissen van alle direct en indirect gekozen volksvertegenwoordigers worden in tijden van bezuinigingen bevroren Invoering eindejaarsuitkering van 4% Ambtenaren en politieke ambtsdragers moeten vallen onder hetzelfde sociale zekerheidsstelsel vallen als werknemers en zelfstandigen
Afschaffen Wachtgeldregeling voor al het overheidspersoneel met uitzondering van politieke ambtsdragers Politieke ambtsdragers hebben recht op een wachtgeldregeling gedurende vier jaar De wachtgeldregeling bedraagt 75% van het laatst verdiende salaris Na afloop van de wachtgeldregeling vallen politieke ambtsdragers onder het sociale zekerheidsstelsel Ambtenaren en politieke ambtsdragers die gebruikmaken van de Wachtgeldregeling en beter af zijn dan met de voorgestelde wijzigingen van het sociale zekerheidsstelsel, houden hun rechten Het declareren van kosten moet worden versoberd Er komen stelposten met maximumbedragen voor alle te declareren onkosten Er komen stelposten met een maximumbedrag dat aan een auto mag worden besteed Minimaal één keer per jaar worden de onkostenvergoedingen volledig gecontroleerd
9.2
Integriteit gemeentelijk beleid bij lokale heffingen
Tijdens de crisis zijn de woningen minder waard geworden. Toch zijn er gemeentes die gedurende de crisis elk jaar de WOZ-waarde hebben verhoogd. In bezwaar gaan was meestal niet mogelijk omdat er een verschil van minimaal 10% moet zijn. Als gevolg daarvan hebben gemeentes onbedoeld de mogelijkheid gehad de WOZ-waarde op te schroeven om zo hun inkomsten zeker te stellen. Het was veel beter geweest de tarieven te verhogen en de grondslag te verlagen. De NNS wil inventariseren welke bij welke gemeentes zich schuldig hebben gemaakt aan het opdrijven van de WOZ-waarde tijdens de crisis De waarde van de woningen van mensen die wonen in een dergelijke gemeente, moet worden gecorrigeerd De inkomstenbelastingaanslagen moeten daarop worden aangepast waardoor de gedupeerden alsnog geld terug ontvangt van de Belastingdienst Voor de komende aanslag lokale heffingen moet dan de juiste WOZ-waarde worden gebruikt Het lokale tarief kan stijgen, maar de totale gemeentelijke kosten moeten niet de pan uit rijzen Alleen door de WOZ-waarde te corrigeren, ontstaat er geen te hoge grondslag die doorwerkt in andere belastingen en heffingen
9.3
Defensie
De NNS wil het eigen nationale leger onderdeel laten zijn van twee organisaties: de Europese Unie en de NAVO. Waarbij elk land een “specialisatie” levert. Met ons eigen leger is het onmogelijk Nederland effectief te verdedigen. Het leger van de Europese Unie zou vooral een humanitair karakter moeten krijgen terwijl de NAVO de grenzen bewaakt en militair ingrijpt bij aanvallen op één van de bondgenoten. Gezien de huidige ontwikkelingen kan er helaas niet worden bezuinigd op defensie.
9.4
Het Koninklijk Huis
De NNS is blij met het Koningshuis. De Koning en de Koningin vertegenwoordigen Nederland op voortreffelijke wijze. De betrokkenheid van het Koninklijk Huis met de Nederlandse samenleving is hartverwarmend. Wel plaatst de NNS een aantal kritische kanttekeningen. Het Nederlandse Koningshuis is het duurste van West-Europa De NNS wil dat de leden van het Koninklijk Huis alleen een persoonlijke toelage ontvangen. De andere inkomstencomponenten waarmee de leden van het Koninklijk Huis kosten betaalt, moeten worden samengevoegd met de kosten voor de monarchie Het moet duidelijk zijn welke kosten tot de privé-kosten behoren en welke niet Om beter grip te krijgen op de kosten wil de NNS dat er maximumstelposten komen voor alle uitgaven De persoonlijke toelage van de leden van het Koninklijk Huis is erg hoog terwijl de meeste mensen met een uitkering nauwelijks kunnen rondkomen
De NNS stelt voor dat de persoonlijke toelage van alle leden van het Koninklijk Huis met 25% wordt verlaagd De persoonlijke toelage van de leden van het Koninklijk Huis mag niet meer stijgen dan met het percentage waarmee de lonen van de minima en de uitkeringen worden verhoogd Bij bezuinigingen worden de persoonlijke toelagen net als het salaris van onze volksvertegenwoordigers bevroren De NNS wil dat bij bezuinigingen ook wordt bezuinigd op de overige kosten van het Koningshuis. In tijden van bezuinigingen mogen alle kosten voor van het Koningshuis niet stijgen ten opzichte van het jaar ervoor De arbeidsvoorwaarden van de mensen die werkzaam zijn voor of in dienst van het Koninklijk Huis moeten in lijn zijn met overeenkomstige functies in het bedrijfsleven Te hoge salarissen moeten worden bevroren Er komt voor de betrokken medewerkers een persoonlijke toelage die in tien jaar tijd wordt afgebouwd
10
De Europese Unie en internationale samenwerking
10.1 Het belang van de Europese Unie De NNS vindt de Europese Unie belangrijk. Niet alleen voor Nederland, maar ook internationaal gezien. De NNS ziet mogelijkheden voor de EU om op een aantal terreinen intensief samen te werken: Op sociaal-economisch gebied Op humanitair gebied Op militair gebied Op milieugebied 10.1.1 Samenwerking op sociaal-economisch gebied Door de oprichting van de EU is er een grote markt ontstaan met veel afzetmogelijkheden voor producten. Daar profiteren alle inwoners van de EU van. De NNS wil werken aan het harmoniseren van wet- en regelgeving zonder daarbij de eigen identiteit van ons land op te geven. De gedachte hierachter is dat de NNS niet alleen in Nederland maar wereldwijd wil werken aan een sociale en rechtvaardige samenleving in harmonie met het milieu. Te beginnen dicht bij huis: de Europese Unie. 10.1.2 Samenwerking op humanitair gebied Er is een grote kloof tussen rijk en arm. Deze kloof wordt vooral goed zichtbaar bij rampen. De middelen ontbreken bij de derde wereldlanden om de infrastructuur te herstellen en nieuwe huizen te bouwen bij natuurgeweld. Het is onze plicht om het welzijn en de welvaart te delen met de derde wereldlanden. Alleen op deze manier zullen conflicten afnemen. Verder zijn er veel vluchtelingen. De kracht van de EU zou kunnen zijn om een (aanzienlijk en permanent) budget beschikbaar te hebben om hulp te kunnen bieden Daarnaast zouden ook maatschappelijke projecten kunnen worden opgestart in de arme landen Projecten op het gebied van het aanleggen van bijv. waterputten, beregeningsinstallaties, enz. Het opleiden van de lokale bevolking die dan weer anderen kunnen opleiden Het bevorderen van onderwijs Het bouwen van scholen, ziekenhuizen e.d. Het werken aan oplossingen om kinderarbeid te bestrijden De Europese Unie zou een bemiddelende rol kunnen spelen bij conflicten. Gebaseerd op de rechten van de mens Er zou een humanitair Europees vluchtelingenbeleid kunnen worden ontwikkeld
10.1.3 Samenwerking op militair gebied De Europese Unie kan een eigen leger organiseren. Daarbij kunnen er afspraken worden gemaakt over “specialisaties” per land. De interventie van het Europese leger kan een alternatief bieden: het delen van welvaart en welzijn door het bieden van humanitaire hulp. De NNS ziet de volgende taken voor het Europese leger: Vredesmissies Bemiddelen bij conflicten tussen meerdere partijen Het opruimen van mijnen Het helpen bij het ontwapenen Het helpen opbouwen van de infrastructuur in derde wereldlanden De NNS ziet de NAVO als een bondgenootschap dat grenzen bewaakt en defensief optreedt bij aanvallen op één van de bondgenoten. Gezien de huidige ontwikkelingen zal binnen de NAVO overleg moeten komen over eventuele uitbreiding van het defensieapparaat en de financiële gevolgen daarvan voor de afzonderlijke bondgenoten. 10.1.4 Samenwerking op milieugebied Het milieu is grensoverschrijdend. Als er in de EU dezelfde maatregelen worden genomen, komt dat het milieu ten goede. De natuur houdt ook niet op bij de grens. Het belasten van het milieu moet zoveel mogelijk worden voorkomen. Het scheiden van afval is een goede maatregel. Maar ook bijv. maatregelen die het opwekken van schone energie bevorderen. Als in alle landen het principe “de vervuiler betaalt” wordt ingevoerd, draagt dat zeker bij aan een schoner milieu en dus aan een prettiger leefomgeving.
10.2 Kritische kanttekeningen De NNS plaatst een aantal kritische kanttekeningen bij de EU De verhuizingen van Straatsburg naar Brussel en vice versa kosten veel geld. Geld dat betaald is door de inwoners van de EU De bijdrage van de lidstaten is niet eerlijk. Een bijdrage per inwoner is eerlijker Het vetorecht moet worden afgeschaft Er is oneerlijke concurrentie doordat werknemers uit armere EU-landen onder de prijs werken in rijkere EU-landen De beloningsstructuur van ambtenaren en politieke ambtsdragers is niet transparant De beloningsstructuur moet worden geharmoniseerd. Voor dezelfde functies dezelfde beloning De hoogte van de salarissen moet aan banden worden gelegd. Gemeenschapsgeld moet niet vooral worden besteed aan hoge salarissen van volksvertegenwoordigers en ambtenaren Het systeem van de daggeldvergoeding voldoet niet. In de praktijk kunnen politieke ambtsdragers inchecken en even later uitchecken. Dan is er al recht op een daggeldvergoeding Er moeten stelposten komen voor alle te declareren onkosten
