De leefwereld van het kind met lichamelijke handicap (BLEEKER en MULDERIJ) zoals gewoonlijk hebben de kinderen weer een groot deel van ons boek geschreven
de belevingswereld van het kind met lichamelijke handicap kinderen met motorische beperkingen maar zonder verstandelijke handicap (spina bifida, vormen van spasticiteit, spierziekte) de kinderen zijn op lagere schoolleeftijd
• kinderen die aangestaard en geplaagd worden • kinderen waarbij niet geloofd worden dat ze x of y jaar zijn omdat ze er omwille van een groeiachterstand kleiner uitzien • een lichaam met broze botten • een lichaam dat vooral een 'therapeutisch object’ is • het urenlange oefenen met het lichaam
- de wereld is een gesloten/vijandig veld -
de wereld werkt tegen de wereld laat zich met moeite overwinnen dingen leren gaat soms heel langzaam dingen leren (onder controle krijgen) kost bovenmenselijk veel inspanningen
Er werd eerst in een school voor speciaal onderwijs een pilot-study uitgevoerd * het viel op hoezeer de kinderen in de macht van de deskundigen zaten (medici, paramedici/therapeuten, pedagogen en psychologen) vs. een groeiend kind met wensen en verlangens, met belangen
¾
op de speciale school werd meegedaan aan therapie, schoolactiviteiten, zwemmen, speeltijden, boterhammen worden opgegeten (participerende observatie, logboek, korte interviews)
¾
daarnaast werden kinderen thuis opgezocht (waarbij kinderen die het reguliere onderwijs bezoeken)
¾
er worden interviews afgenomen van ouders, leerkrachten en therapeuten
¾
er worden groepsinterviews gehouden met adolescenten: terugblik op kinderjaren + huidige situatie
¾
inspiratie vanuit autobiografische romans (o.a. NOLAN)
¾
deelname als vrijwilligers aan een vakantiekamp voor kinderen met een lichamelijke handicap
Vanuit al dit materiaal (zie boven in combinatie met materiaal aangebracht door o.a. scriptie-studenten) werd gezocht naar relatief constante THEMA's die terugkwamen in alle verhalen. Het ruwe materiaal is de basis voor het te ontdekken PATROON in de thema's. Dit patroon wordt geconfronteerd met steeds nieuw materiaal : Î alles wordt gerelativeerd of herschikt zich Î soms voegt men beter niets meer toe... = verzadiging
Hoofdthema’s : ¾
de lichaamsbeleving
¾
de beleving van de ander - vriendjes en buitengesloten worden bvb. - de anderen-deskundigen / de anderen-volwassenen ¾
men probeert patronen in de thema's te vinden door te werken met paarsgewijze 'tegengestelde belevingen'? bvb. : - ouderlijke overprotectie vs. kinderlijke exploratiedrang - leunen van kinderen vs. volwassen die zelfstandigheid vragen - op korte termijn gewenste vitaliteit vs. de op lange termijn gewenste mobiliteit - afhankelijkheid vs. autonomie
DIENSTBARE PEDAGOGIEK
Kinderen met een lichamelijke handicap in de maatschappij
1. beeldvorming (lichaamscultuur, reclame, helen, zelfstandigheid en verantwoordelijkheid, prestaties en productie) 2. de zorgende maatschappij (liefdadigheid) 3. een moeilijke weg naar integratie 4. over integratie of niet in het reguliere onderwijs. Kinderen met een lichamelijke handicap en hun lichaamsbeleving
Belang van ‘lichamelijkheid' voor de (groeiende) mens MERLEAU PONTY <--> dualistisch denken “... we hebben niet alleen een lichaam, we zijn ook ons lichaam...” : we zijn eerst lichaam, het wordt de basis om de wereld te ontdekken. Meestal onbewust (het gepasseerde lichaam) --> bijzondere situaties --- > het lichaam wordt gethematiseerd, bvb. door de blik van de ander, bvb. door de confrontatie met beperkingen en pijn, bvb. het weerbarstige /onwillige lichaam.
* het vitale lichaam - onvoorwaardelijk bvb.ondanks handicap gevaarlijke dingen doen - voorwaardelijk bvb. zwemmen - plaatsvervangend
* het weerbarstige lichaam - het lichaam is -spelbreker-' (jaloers, agressief, berusting) - het lichaam is te traag
* het onbetrouwbare lichaam - bvb. te weinig controle over broekplassen - bvb. 'zomaar vallen'/ evenwichtsproblemen - bvb. niet te controleren bewegingen
* het gevoelige lichaam - bvb. (niet)comfortabel zitten - bvb. verkrampingen - bvb. temperatuur - bvb. Infecties * het geoefende lichaam - oefenen en motivatie - oefenen en resultaten - oefenen en pijn * het afhankelijke lichaam - het 'dubbele gevoel' - de hulpmiddelen en de afhankelijkheid ervan * het bekeken lichaam - opvallende verschijningen worden bekeken - pesterijen
Het kind met lichamelijke handicap en de andere kinderen De mens als sociaal dier en het wegvallen van de vanzelfsprekendheid van sociale contacten bij lichamelijke handicaps * vrienden maken G-on- onderzoeken/ beperkingen door residentieel milieu/jongere kinderen als oplossing/ de 'brusjes’ * buitengesloten worden - niet kunnen meedoen/half kunnen meedoen - proberen zo spelletjes organiseren dat je toch kan meedoen/ het zich inkopen/ 'voor spek en bonen meedoen'/ versterking halen * handicap specifieke aspecten van spel en vriendschap - soms ook positieve gevolgen van nieuwsgierigheid - rekening houden met/ bereid zijn met helpen/ opkomen voor/ betrokkenheid bij de prestaties van de kinderen met handicap/ positieve discriminatie * de instelling - het verdriet om het verdwijnen/sterven van een compaan - enorme drukte
Het kind met fysieke handicap en de (deskundige) volwassenen
-
dikwijls een grote verzameling gevaar voor super-analyse wie bewaakt de agenda van de kinderen? polaire elementen die elkaar in evenwicht houden --> deze spanningen moeten gemeld/gebruikt worden
* gewenste zelfstandigheid tegenover geboden bescherming kinderen willen groot worden/zijn vs. - ‘bezorgdheid hoort' - het zorgenkind wordt moeilijker losgelaten - het duurt minder lang (routine -automatismen)
* leunen tegenover geboden zelfstandigheid - gemakzucht van kinderen - aangeleerde hulpeloosheid - kinderen spelen een rol - kinderen hebben ongelijke niveau's van energie - kinderen buiten beetje uit
* belangentegenstellingen tussen kinderen en deskundigen - denken van volwassenen op lange termijn is niet altijd in compromis te betrekken met kinderen die het nu niet leuk vinden (vitaliteit) - verschil in esthetische waardering (wat is netjes-goed-mooi ?) - kunnen volwassenen het niveau van kin- deren benaderen?
* verdeelde deskundigheid - alle volwassenen tegelijk tegenkomen - ouders zitten in een ‘moeilijke rol’ : ze luisteren niet naar ons, we weten niet meer wat/wie wil - kinderen zitten permanent tussen volwassenen - kinderen praten over dingen waar andere kinderen (nog) niet bewust mee bezig zijn - veel volwassenen, vele meningen en adviezen
* tussen afhankelijkheid en autonomie - spanningen kunnen (vanuit dialectische hoek) als positief gezien worden--> ze zorgen voor dynamiek - independence / dependence / interdependence - (leven in eigen beheer -- zoekend naar evenwicht vanuit sensitief-responsieve ingesteldheid ) * verantwoordelijkheid nemen voor een kind * verantwoordelijkheid geven aan een kind * verantwoordelijkheid eisen van een kind