In de kijker
De Kunstbib in Gent: wijsheid en schoonheid hand in hand Op de Blandijnberg in Gent, in de schaduw van de Boekentoren, ligt de Bibliotheek Kunstwetenschappen van de Ugent. Een bijzondere bibliotheek met een bijzondere bibliothecaris die ervoor gezorgd heeft dat dit onderdeel van het bouwproject van de Vlaamse architect Henry Van de Velde in ere hersteld werd. De Bibliotheek Kunstwetenschappen of Kunstbib is een wetenschappelijke bibliotheek die behoort tot de vakgroep Kunst-, Muziek- & Theaterwetenschappen van de faculteit Letteren & Wijsbegeerte van de Universiteit Gent.
Elke maand staat een onderwerp uit de bibliotheek- en archiefsector in de kijker. Dat kan een gebouw zijn, maar evengoed een verdienstelijke medewerker of een buitengewone activiteit. Suggesties voor een ‘In de kijker’ zijn altijd welkom bij Francis Vlieghe (francis.vlieghe@ vvbad.be).
De kunstbib is in eerste instantie een werk- en studieplek voor studenten Kunstwetenschappen van de UGent en studenten Hoger Kunstonderwijs. Het bezoekerspotentieel van Kunstwetenschappers in opleiding is groot, gezien de talrijke oefeningen en papers, de bachelorproef en de masterscriptie. Ook het belang van het vakgebied binnen andere opleidingen van de Faculteit Letteren & Wijsbegeerte is bijzonder hoog. Maar het spreekt voor zich dat elke in kunst geïnteresseerde bezoeker er welkom is. De kunstbib maakt onderdeel uit van het universiteitsproject dat architect Henry Van de Velde ontwierp in de jaren dertig van de vorige eeuw (geklasseerd als monument in 1992). Naast de bekende toren (de vierde toren van Gent maar niet terug te vinden in het stadslogo) en de Centrale Bibliotheek tekende Van de Velde ook de plannen voor het aanliggend Hoger Instituut voor Kunstgeschiedenis & Oudheidkunde VVBAD - Info - februari 2010
11
In de kijker (HIKO). Het voormalige instituut waar Van de Velde zelf nog les gaf en graag de stilte opzocht. Hij zag het als een intellectuele ontmoetingsplaats en reflectieruimte.
De inkomhal met grote glaspartij.
Ook al grenzen ze aan elkaar, voor Van de Velde was er een duidelijke scheiding tussen de Centrale Bibliotheek en het HIKO (waar de Kunstbib nu deel van uitmaakt), wat zich ook manifesteert in de architectuur. Je kan niet zomaar van het ene gebouw naar het andere. Waar het aan de ingang en in het onthaal van de Centrale Universiteitsbibliotheek in de examenperiode wemelt van de studenten, zo rustig is het, de hoek om, aan de ingang van het voormalige HIKO. De toegangsdeur ligt een beetje verscholen, je zou er zo voorbijlopen. In de inkomhal trekt Van de Velde al meteen, op zijn eigen ingehouden manier, alle registers open. Een trappenhal met een monumentale glaspartij met gebogen glas (wat in die tijd niet vanzelfsprekend was). Om naar de Kunstbib te gaan moet je letterlijk de hoogte in, naar het licht toe. Het wordt ook duidelijk dat je er niet zomaar passeert, de Kunstbib is een eindpunt. Heel bewust zo ontworpen om specialisten aan te trekken. Die vinden toch hun weg.
“
Het moet er in Van de Veldes tijd niet veel anders hebben uitgezien.
”
De bibliotheek zelf is een ruimte van 400 m² met twee verdiepingen. Meteen valt de stilte op. De hoog geplaatste ramen (met nog enkel glas) zorgen voor een afscheiding van de buitenwereld en het rumoer. Weer grote gebogen glaspartijen (referentie naar de inkomhal) die licht binnenlaten uit het oosten, zuiden en westen. Op elk moment van de dag baden de boeken in het licht. Op de planken staan ongeveer 33.000 stukken, de periodieken op het balkon, de boeken op de begane grond. De collectie omvat oude en moderne beeldende kunst, bouwkunst & monumentenzorg, kunstnijverheid, historisch interieur, esthetica & kunstfilosofie en museologie. Alles ontsloten via Aleph, de catalogus van de Centrale Bibliotheek van de universiteit. 12
VVBAD - Info - februari 2010
De collectie is gebruiksvriendelijk en zeer toegankelijk. Alle werken staan in de rekken en ze mogen vastgepakt worden. Buiten de computers, het fotokopieertoestel, een scanner en een ruimere collectie boeken moet het er in Van de Veldes tijd niet veel anders hebben uitgezien. Dat de bibliotheek vandaag de grandeur uitstraalt die de architect in zijn hoofd had is vooral te danken aan de bibliothecaris van de Kunstbib, Benn Deceuninck. “Toen ik hier voor het eerst in 2003 binnenstapte, zag ik meteen dat het plaatje niet klopte. Zware, stoffige gordijnen hielden het licht buiten, de verf kwam van het plafond en de glazen scheidingswanden waren wit geschilderd om rommel te verbergen” getuigt de bibliothecaris. Van de Velde zou zich hebben omgedraaid in zijn graf. De bibliotheek kende voordien een moeilijke periode gekenmerkt door beperkte werkingsmiddelen en personeelperikelen. Een bibliothecaris was er niet. Het werk werd gedaan door vrijwilligers, tijdelijke werknemers en gewetensbezwaarden. Door deze opeenvolging verdween een doordachte visie en verloor het gebouw jaar na jaar zijn waarde. In 2003 was het voor de universiteit duidelijk dat er iets moest gebeuren en werd er een voltijdse bibliothecaris aangenomen. De komst van Benn Deceuninck zorgde voor een professionalisering van de bibliotheekwerking. Het gaf een nieuw elan aan de bibliotheek. Met een beperkt budget en met de hulp van vrijwilligers kon Benn beetje bij beetje, met de originele bouwtekeningen in de hand, terug naar het origineel. Het plafond en de muren werden geschilderd, de zware, stoffige gordijnen werden vervangen door lichtdoorlaatbare maar warmte en hevige zonnestralen tegenhoudende exemplaren, de verf werd van de ramen verwijderd, de ijzeren raam- en deurprofielen werden terug in het zwart geverfd en de boekenkasten werden anders geplaatst met oog voor de lijnen die terugkomen in de architectuur van het gebouw. Ook de werking van de bibliotheek werd gemoderniseerd met oog op ontsluiting, behoud en beveiliging. Een mooi voorbeeld van een pareltje van Van de Velde dat in ere hersteld werd is de trap in de bibliotheek. Deze zat verscholen achter een aantal oerlelijke metalen archiefkasten. “Die trap is een icoon op zich. De lijnen, die het werk van Van de Velde zo herkenbaar maken zitten er allemaal in” toont Benn met enige fierheid. VVBAD - Info - februari 2010
13
In de kijker Geen kunstbib zonder kunst Er hangt, ligt en staat ook heel wat kunst in de bibliotheek. De werken zijn niet zomaar samengepropt in het onthaal of ergens in een vrij hoekje, zoals zo vaak gebeurt in bibliotheken. Om ze te zien moet je op ontdekkingstocht doorheen de bibliotheek. Niets wordt opgedrongen, je bent vrij om te zien wat je wil zien. Sommige werken staan letterlijk tussen de boeken, er hangen er achter een hoekje en andere liggen bovenop de boekenkasten en worden pas zichtbaar als je op het balkon loopt.
“
Iemand noemde de kunst die getoond wordt Stille Kunst. Dat is een compliment.
”
Iedereen die wil mag exposeren in de bib. De bibliothecaris maakt een keuze van exposanten. De rode draad is Kunst en Wetenschap, Beeld en Taal. Niet voor niets is het motto: ‘Wijsheid en schoonheid delen…’. “Iemand noemde de kunst die getoond wordt Stille Kunst. Dat is een compliment“ vindt Benn Deceuninck. Momenteel hangen er onder meer tekeningen van Elisabeth Van Dam, een jonge kunstenares die pas afstudeerde als Master in de Kunstwetenschappen. Zij toont zichzelf naakt als zelfportret. Verder is er werk te zien van Christine Marchand. Zij onderzoekt de ruimte door haar schilderwerk. Er is geen budget voorzien voor de tentoonstellingen. Het enige wat de bibliotheek kan aanbieden is de historische ruimte, een gespecialiseerd publiek van onderzoekers, en een groot netwerk van geïnteresseerden. Leuk zijn ook de projecten van de bachelorstudenten van Sint-Lukas in Brussel. Zo hangen er in de bibliotheek bijvoorbeeld 21 cirkelvormige stickers op verschillende plaatsen. Een werk van Lies Boddaert o.l.v.
14
VVBAD - Info - februari 2010
Benn Deceuninck.
Sophie Nys. De stickers verwijzen naar een lijst die je als bezoeker kan meenemen. Ze duiden die elementen aan in de architectuur van de bibliotheek waarvan de kunstenares vond dat die waarheid in zich hadden. Zo wordt bijvoorbeeld de werkplaats van de administratie aangeduid, omdat deze zichtbaar moest zijn om alle processen in de bibliotheek te onthullen en zo bij te dragen aan de echtheid van de bibliotheekruimte. Heel subtiel, te ontdekken als je er open voor staat. Voor de bibliothecaris zijn deze kunstprojecten zichtbaar een verrijking voor de bibliotheek. “Maar het kan natuurlijk enkel als er ruimte is nadat al het dagdagelijkse werk voor de bibliotheek gedaan is.” Een ander project dat Benn Deceuninck op poten zette is “De ontmoetingen”. Een bijeenkomst van zo’n dertigtal mensen die om de twee maanden wordt georganiseerd in de bibliotheek. “Het is een moment om de kunstenaars aan het woord te laten en na te denken over de kunstwerken”. Er kan wat muziek gespeeld worden en er wordt gezocht naar een link met de universiteit. Op een vorige editie las bijvoorbeeld Filip Geerardyn, professor in de psychoanalyse poëzie voor van de Duitse dichter Rainer Maria Rilke. “Iedereen is welkom,” benadrukt Benn, “De bedoeling is om mensen bij elkaar te brengen en mensen te ontvangen die anders nooit in de bibliotheek zouden komen. Zo zijn er Gentenaars langsgekomen die al zestig jaar in Gent woonden en nu pas de verborgen schoonheid van de bibliotheek ontdekten.” Benn krijgt carte blanche van professor Claire Van Damme, het diensthoofd van de bibliotheek. “Ik voel dat ik veel vertrouwen krijg omdat we met een positief verhaal de Kunstbib terug op de kaart hebben gezet.” Er komen ook al collega’s uit andere bibliotheken kijken hoe je kunst op een andere manier kan tonen. Het is geen geheim dat het hele gebouw van Van de Velde kraakt, kreunt en verlangt naar de broodnodige restauratie. Die komt er gelukkig ook. De komende jaren wordt onder meer de Boekentoren langs binnen en buiten onder handen genomen (zie vorige Info). Meteen vindt er ook een hele reorganisatie plaats in de gebouwen. De collectie van de Kunstbib verhuist naar de overkant van de straat. In de vrijgekomen ruimte komt er waarschijnlijk een cafetaria. “Zou dat een goede zaak zijn?” denkt bibliothecaris Benn luidop, “Ik weet het niet. Het zou jammer zijn dat deze prachtige ruimte niet meer gebruikt zou worden waarvoor ze door Van de Velde ontworpen is.” Waar de Kunstbib ook onderdak zal vinden, het enthousiasme van haar bibliothecaris zal blijven inspireren. Meer info over de Kunstbib vind je op: http://www.kunstbib.ugent.be/ tekst.html
Tekst en foto’s: Tom Van Hoye. met dank aan Benn Deceuninck. VVBAD - Info - februari 2010
15