Mecenas...zo oud als de weg naar Rome, maar actueler dan ooit
DE COMMERCIËLE BIJLAGE BIJ NRC HANDELSBLAD — ZATERDAG 20 DECEMBER 2014
Kunst als katalysator voor de buurt
Opera op bijzondere locaties Een slimmere en mooiere wereld volgens Daan Roosegaarde
De kunst van het geven
2
ZATERDAG 20 DECEMBER 2014
De kunst van het geven…
Inhoud
De mecenas is van alle tijden
Op een zonnige zaterdagochtend in april reisde ik naar de Betuwe om een van de belangrijkste Nederlandse theaterregisseurs van dit moment te verrassen. Johan Simons was namelijk unaniem tot winnaar van de Prins Bernhard Cultuurfonds Prijs 2014 verkozen. ‘Blij verrast als een kind’, zo bracht hij het zelf onder woorden toen ik hem samen met onze voorzitter Alexander Rinnooy Kan het heuglijke nieuws bracht. Het mooie aan deze prijs is dat de laureaat de helft van het prijzengeld beschikbaar stelt aan een eigen fonds, van waaruit andere kunstenaars, talenten of wetenschappers weer worden ondersteund.
De mecenas is van alle tijden
Het mecenaat gaat terug tot de Romeinse tijd, maar is actueler dan ooit. Door overheidsbezuinigingen wordt privaat geld voor cultuur, natuur en wetenschap de laatste jaren steeds belangrijker. Een kaartje kopen voor een concert, tentoonstelling of natuurpark is niet genoeg, er is meer steun nodig. Van de moderne mecenas.
Zo wordt met onze prijs — die op 1 december door Koningin Máxima werd uitgereikt — niet alleen een van de meest invloedrijke en bepalende Europese theaterregisseurs van de laatste decennia beloond voor zijn oeuvre, maar komt er ook een mecenas bij. Johan Simons gaat met zijn fonds een doel naar eigen keuze ondersteunen. Vele mecenassen gingen hem voor, in het verre verleden en de huidige tijd. Zoals in het oude Rome Gaius Cilnius Maecenas de grote dichters Vergilius en Horatius financieel ondersteunde, zo brengt het echtpaar De Haas van Dorsser via hun eigen fonds nu jongeren aan het dichten. En gelukkig zijn er steeds meer particulieren, maar ook stichtingen en bedrijven die hun betrokkenheid omzetten in geven of nalaten aan een doel dat hen na aan het hart ligt. Zij zijn de mecenassen van deze tijd; de beschermheren en -vrouwen van cultuur, natuur of wetenschap. Dat is maar goed ook, in een tijd waarin overheidsbudgetten voor deze werkterreinen fors zijn gedaald. Het Prins Bernhard Cultuurfonds beheert inmiddels meer dan driehonderd CultuurFondsen op Naam, van betrokken mecenassen die samen met ons projecten of personen uitkiezen die ze willen ondersteunen. Van een buurtcultuurproject dat zorgt voor meer verdraagzaamheid in de wijk, het verfraaien van de architectuur in de stad tot de doorbraak van een talent: we laten u in deze bijlage graag zien welke prachtige dingen er tot stand komen door de kunst van het geven. Ik denk dat het u kan inspireren! Adriana Esmeijer directeur Prins Bernhard Cultuurfonds
De historie van het mecenaat. — pagina 3
Opera, maar dan anders
Ongebruikelijke locaties voor bekende opera’s. — pagina 4
“Ik heb mijn beste werken kunnen creëren” Cultuurfondsbeurzen helpen jong talent op weg. — pagina 5
Kunst als katalysator voor de buurt
In Woensel wordt gewerkt aan een uniek project. — pagina 6
Een slimmere en mooiere wereld volgens Daan Roosegaarde
CONCEPT & REALISATIE: NRC Branded Content EDITORIAL BOARD Prins Bernhard Cultuurfonds: Erica Bronkhorst, Maaike Nillisen (redactie), Esther Cammelot (website), mecenaatsadviseurs: Maartien Delprat, Menno Tummers en Mathilde Stuyling de Lange DIRECTOR NRC BRANDED CONTENT: Wilfred Mons
[email protected] Tel. (06) 557 058 52
REDACTIE: Linda Huijsmans, Anneloes Logjes, Karina Meerman, Friederike de Raat, Suzanne Rietdijk, Annette Zeelenberg, Martin van der Zeeuw
Rotterdams trots Hoe cultureel en industrieel erfgoed behouden blijven. — pagina 8
“Wat je put, moet je schenken”
Op de bres voor poëzie en eigentijdse zangkunst. — pagina 10
Snorkelend door de grachten van Leiden Onderzoek naar oude en nieuwe waterbewoners. — pagina 11
Boeken
Koningen en andere sleutelfiguren in de biografieënreeks. — pagina 11
Over de cover: ‘Everything is nothing if you have no one’ . Woorden van Alicia Keys op doek. Kunstenaar Kim van Norren werkt in haar schilderijen altijd met tekst; betekenisvolle woorden uit alle disciplines en tijden, geschilderd op canvas. Van Norren kreeg onlangs de Sieger White Award. Deze nalatenschap van mecenassen Fred Sieger en Helen Sieger-White vormt een belangrijke nieuwe kunstprijs.
FOTOGRAFIE EN ILLUSTRATIE: Cazandra Photographs, Robbert Dommisse, Merlijn Doomernik (Hollandse Hoogte), Ben van Duin, Michel Honig, Joop Reijngoud, Bram Saeys, Bill Tanaka, Kimberly van Uden, Martijn de Vries COVERBEELD: Werk van Kim van Norren, fotografie: tiepes.nl CORRECTOR: Frank van Geffen
ART DIRECTION & VORMGEVING: Van Lennep, Amsterdam TRAFFIC MANAGER: John Wesselman Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen, vermenigvuldigd of gereproduceerd zonder schriftelijke toestemming van NRC Media en/of andere auteursrechthebbenden. NRC Media kan geen aansprakelijkheid aanvaarden voor de volstrekte juistheid en volledigheid van alle in deze uitgave opgenomen teksten en beelden. Alle genoemde gegevens zijn onder voorbehoud.
het huidige Rijksmuseum gelegd toen bankier Adriaan van der Hoop in 1854 zijn kunstverzameling met werken van onder meer Rembrandt en Vermeer aan de gemeente Amsterdam naliet. De successierechten hiervoor werden betaald door welvarende burgers. Ook het Kröller-Müller Museum in Park de Hoge Veluwe is een voorbeeld van particulier initiatief. Hélène Kröller-Müller bracht haar bijzondere kunstcollectie in het museum onder en stelde dit open voor publiek. En het Concertgebouw in Amsterdam was het initiatief van zes muziekliefhebbers die de bouw via een aandelenuitgifte financierden.
De overheid als mecenas
In de jaren na de Tweede Wereldoorlog werd de actieve rol van het particuliere mecenaat minder prominent. Het idee van de verzorgingsstaat won terrein, en daarbij hoorde ook de opvatting dat de overheid de cultuur moest beschermen. Met diverse subsidieregelingen werden kunst en cultuur gesteund. Een van de bekendste was de BKR-regeling, waarbij gemeenten werken van beeldend kunstenaars aankochten. De Nederlandse overheid vervulde zo jarenlang de rol van mecenas en zorgde voor een brede en bloeiende culturele sector.
De echte mecenas: Gaius Cilnius Maecenas
Huis van het mecenaat
Colofon MANAGING EDITOR: Anneloes Logjes (Terriër Media), Karen Jochems (Toolbox communicatie)
Door Annette Zeelenberg
Kunst, techniek en mens vloeien samen. — pagina 7
www.cultuurfonds.nl/mecenas www.kimvannorren.nl
‘De kunst van het geven’ is een eigen bijlage van het Prins Bernhard Cultuurfonds bij NRC Handelsblad. De inhoud valt niet onder de redactionele verantwoordelijkheid van NRC Handelsblad en nrc.next.
MECENAAT
ZATERDAG 20 DECEMBER 2014
OVER HET PRINS BERNHARD CULTUURFONDS Het Prins Bernhard Cultuurfonds is bevlogen pleitbezorger van cultuur, natuur en wetenschap in Nederland en daarbuiten. Met financiële bijdragen, opdrachten, prijzen en beurzen worden bijzondere initiatieven en talent gestimuleerd. www.dekunstvanhetgeven.nl
De mantelzorger voor de kunsten
“De mecenas moet de mantelzorger voor de kunsten worden”, vindt kunstwetenschapper Renée Steenbergen. Door overheidsbezuinigingen zijn culturele instellingen, maar ook monumentenzorg en natuur- en wetenschapsinitiatieven steeds afhankelijker geworden van ondersteuning door particulieren en bedrijven − de mecenassen van deze tijd. Steenbergen doet sinds 1 juli van dit jaar aan de Universiteit Utrecht onderzoek naar het mecenaat in tijden van recessie (2008-2013) en kijkt daarbij vooral naar de motivatie van gevers. Hiermee wil Steenbergen culturele instellingen helpen om de potentiële mecenas op de juiste manier te benaderen. Het blijkt dat de economische crisis juist kan stimuleren om aan de cultuursector te geven. “Omdat er zoveel publiciteit over de bezuinigingen is, voelen mensen de urgentie”, zegt Steenbergen. Haar onderzoeksplek – een initiatief van de Stichting Geef om Cultuur – wordt onder meer gefinancierd door het Prins Bernhard Cultuurfonds, dat zich als particulier fonds al bijna 75 jaar inzet voor behoud van cultuur, natuur en wetenschap in Nederland. Kennis over gedrag en voorkeuren van donateurs aan kunst en wetenschap is nog schaars in Nederland en het onderzoek van Steenbergen moet daarin verandering brengen.
De echte Maecenas
Maar tijden veranderen. In de 21e eeuw is het ondersteunen van cultuur, natuur en wetenschap geen vanzelfsprekende overheidstaak meer, maar het belang ervan voor de maatschappij nog steeds even groot. Wij hebben u nodig! roept de cultuursector burgers, bedrijven en fondsen toe. En andersom willen steeds meer particulieren en bedrijven een bijdrage leveren aan de maatschappij. De huidige opleving van het mecenaat brengt veel vragen met zich mee, zowel van gevers als van culturele instellingen. Over vraag en aanbod, schenken, beleggen, lenen, nalaten en het beheren van fondsen. Daarnaast geeft de moderne mecenas ook graag zelf invulling aan ideeën en wil hij nauw betrokken blijven bij de uitvoering ervan. Het Prins Bernhard Cultuurfonds, al sinds de Tweede Wereldoorlog zelf actief aanjager van het particulier initiatief, brengt partijen bij elkaar, geeft advies en zoekt samenwerkingsmogelijkheden om extra geld bij elkaar te krijgen voor cultuur, natuur en wetenschap in Nederland. Vanuit dit ‘huis van het mecenaat’ worden jaarlijks bijna 4.000 initiatieven ondersteund.
“Nederland heeft een rijk cultuurleven en dat danken we voor een deel aan particuliere gulle gevers uit het verleden. Denk aan het Concertgebouw dat met aandelen van particulieren werd gefinancierd. Of denk aan het Rijksmuseum dat door de staat, de stad Amsterdam en sociaal bewogen mecenassen werd gesticht.
19e-eeuwse filantropie
Natuurlijk heeft de staat inmiddels een belangrijke taak in het beheer, behoud en ontwikkeling van een bloeiend en gezond cultureel leven. Maar zonder de grote betrokkenheid van gulle gevers redden we het inmiddels niet meer. Daarom is mecenaat terug van weggeweest.
Particuliere cultuurtempels
Aan de mecenassen van de 19e en begin 20e eeuw hebben we in Nederland menig museum en een concertzaal te danken. Zo werd de basis voor
Rijksmuseum, Amsterdam
Kijk voor meer informatie op www.dekunstvanhetgeven.nl www.cultuurfonds.nl/historie www.reneesteenbergen.com
De moderne mecenas treedt in de voetsporen van de Romeinse staatsman Gaius Cilnius Maecenas, die leefde van het jaar 70 tot het jaar 8 voor Christus. Maecenas was een zeer vermogend man die verschillende dichters geld gaf om hun werken te kunnen maken. Onder hen de groten van die tijd, zoals Vergilius en Horatius, die uit erkentelijkheid voor de ondersteuning door hun mecenas een groot aantal gedichten aan hem opdroegen. In de 19e eeuw kwam het particulier initiatief in Nederland tot grote bloei. Vermogende zakenlieden en aristocraten waren betrokken bij de totstandkoming van culturele instellingen. Hun motieven daarvoor waren divers. Het oprichten van bijvoorbeeld musea had een duidelijk opvoedkundig doel, maar er was ook sprake van profilering: veel filantropen wilden zich graag onderscheiden met hun schenking. Tegenwoordig kijken we soms jaloers naar de uitbundige Amerikaanse geefcultuur, met het idee dat het daar allemaal is begonnen. De filantropie aan de andere kant van de oceaan is echter juist voortgekomen uit het West-Europese mecenaat van de 19e eeuw. Vermogende Amerikanen kwamen naar Europa om te zien hoe culturele instellingen gefinancierd werden door particulieren en introduceerden de filantropie in de Verenigde Staten pas vanaf halverwege de 19e eeuw.
Concertgebouw, Amsterdam
Geven aan cultuur betekent geven óm cultuur. Daarom helpen we een handje met belastingvoordelen via de Geefwet en met informatie voor gevers en makers via daargeefjeom.nl. Het Prins Bernhard Cultuurfonds vervult als ‘Huis van het Mecenaat’ een belangrijke rol als adviseur en intermediair voor het mecenaat in Nederland.” Minister Jet Bussemaker, Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Panorama Mesdag
Teylers Museum, Haarlem
Museum De Pont
Op de foto’s: culturele instellingen mede mogelijk gemaakt door een mecenas.
3
4 MUZIEK & THEATER
ZATERDAG 20 DECEMBER 2014
TALENT
ZATERDAG 20 DECEMBER 2014
Opera,
“Ik heb mijn beste werken kunnen creëren”
Radio Kootwijk, midden op de Veluwe, een varende rijnaak of een lege gevangenis. Dat waren de afgelopen jaren de ongebruikelijke locaties van uitvoeringen van bekende opera’s als Le Nozze di Figaro, Das Rheingold en Fidelio. Deze opera’s op locatie waren zo’n succes, dat er ook voor de zomer van 2015 drie nieuwe voorstellingen op de planning staan. Een daarvan is The Day After, dat bij Fort Rijnauwen te zien zal zijn.
Guido van der Werve kreeg in 2006 een studiebeurs via het Cultuurfonds. Met de Cultuurfondsbeurzen zijn er sinds 2002 inmiddels al ruim duizend excellente studenten ondersteund in hun ambitie de beste te worden op hun vakgebied, variërend van beeldende kunst tot muziek en wetenschap. Dat resulteerde meer dan eens in een succesvolle carrière.
Door Linda Huijsmans Fotografie Ben van Duin
Door Karina Meerman Fotografie Merlijn Doomernik
maar dan anders
5
Blauwbaard door Holland Opera
“Ik streef er altijd naar het decor en de omgeving in elkaar over te laten gaan” Decorbouwer Douwe Hibma
Talentontwikkeling Het JongNBE bestaat uit toptalenten van de Nederlandse conservatoria, studenten die begeleid worden door enkele professionals uit het ‘volwassen’ NBE. “We gooien ze in het diepe en zwemmen met ze mee”, zo omschrijft Claartje Gieben, hoofd Educatie, de aanpak. “Producties als deze stellen andere eisen aan hen. In The Day After werken ze samen met zangers en acrobaten en moeten ze reageren op wat gebeurt. Dat is lastig, maar ook ontzettend leuk. Het zelf meemaken is de beste leerschool.” Rennen en springen Sopraan Fenna Ograjensek houdt erg van het campinggevoel van een opera op locatie. “Je bent de hele dag samen buiten, je kleedt je om in een tent, je bent overgeleverd aan de elementen. Het is primitiever dan in een theater, maar daardoor ga je wel helemaal op in het verhaal.” Ze neemt zich voor om bij wijze van voorbereiding alvast te gaan hardlopen. “We rennen, springen, of rijden in een auto en daarna moet je nog lucht over hebben om te zingen”, lacht ze. De belangrijkste winst van een opera op locatie is volgens regisseur Joke Hoolboom dat het
Mede mogelijk gemaakt door …
Mede mogelijk gemaakt door …
BankGiro Loterij
Mozart-Wagner Fonds
Voor meer informatie en speeldata kijk op www.hollandopera.nl www.cultuurfonds.nl/projecten/the-day-after
De buitenlocatie bij Fort Rijnauwen maakt de voorstelling extra bijzonder.
“Dat enorme fort en de alom aanwezige natuur geven de voorstelling een extra dimensie” Regisseur Joke Hoolboom
→ Judith Lingeman, hoofd Goede Doelen: “Jaarlijks kunnen we als BankGiro Loterij, dankzij onze 550.000 deelnemers, 60 miljoen euro verdelen onder 70 culturele instellingen in Nederland, waarvan het Prins Bernhard Cultuurfonds met ruim 14 miljoen onze grootste beneficiant is. Ieder jaar hebben we ook extra trekkingen en daarvoor vragen we onze beneficianten om plannen voor speciale projecten in te dienen. Daaruit is het idee voor ‘opera op locatie’ voortgekomen. Die voorstellingen vormen een aanvulling op het bestaande aanbod, zijn concreet en bovendien laagdrempelig. De BankGiro Loterij financiert zelf rechtstreeks geen podiumkunsten, dus dit is ook nog eens een mooie aanleiding om dat toch te kunnen doen. In 2013 zijn de eerste drie opera’s op locatie uitgevoerd, dit jaar waren het er opnieuw drie en ook voor volgend jaar staan drie producties op de rol, waaronder The Day After bij Fort Rijnauwen. Deze producties trekken een nieuw en jong publiek. Opera op locatie blijkt een schot in de roos. Er komen nog steeds ideeën en aanvragen voor binnen. De BankGiro Loterij is blij daaraan via het Cultuurfonds een bijdrage te kunnen leveren.”
Guido van der Werve :“Mijn verblijf aan de Rijksakademie van beeldende kunsten in Amsterdam werd mede mogelijk gemaakt door de bijdrage van het Peter Paul Peterich Fonds. Hierdoor heb ik me voor het eerst volledig op mijn kunstpraktijk kunnen focussen en heb ik een aantal belangrijke stappen kunnen zetten. Ik heb twee van mijn beste werken kunnen creëren, nummer acht en nummer negen. Deze hebben mijn carrière in een stroomversnelling gebracht. De Rijksakademie wordt steeds afhankelijker van externe bijdragen en het is dankzij fondsen als het Peter Paul Peterich Fonds dat zij in deze moeilijke tijd het hoofd boven water kan houden.” Guido van der Werve (1977) is beeldend kunstenaar en filmmaker. Zijn werken worden over de gehele wereld vertoond en aangekocht. Kenmerkend voor zijn werk is de klassieke muziek die de filmbeelden begeleidt. De genummerde titels van zijn films zijn een verwijzing naar de vaak numerieke benaming van klassieke muziekstukken. Hij woont en werkt in Hassi (Finland), Berlijn en Amsterdam.
Mede mogelijk gemaakt door …
Familie stichting Peter Paul Peterich Fonds
Kijk voor meer informatie op www.roofvogel.org
→ Hans Pot samen met Ronald Koning, oprichter van het fonds: “Wij zijn allebei enorme liefhebbers van muziek en cultuur, vooral uit de 19e eeuw. Nadat we hadden besloten om een deel van ons vermogen onder te brengen bij het Prins Bernhard Cultuurfonds, hebben we in overleg met hen besloten er een MozartWagner Fonds van te maken. We worden regelmatig geraadpleegd over de bestedingen vanuit ons fonds. Zo wordt ons geld bijvoorbeeld gebruikt om muziekstudenten het jaarlijkse Wagnerfestival in Bayreuth te laten bezoeken, om boeken uit te geven en inmiddels hebben we ook twee opera’s op locatie gefinancierd. In 2013 waren dat bijvoorbeeld de indrukwekkende uitvoering van Mozarts Le Nozze di Figaro bij Radio Kootwijk en de Wagner-opera Das Rheingold op een echte Rijnaak. In datzelfde jaar hebben we ook het eerste grote internationale Wagnercongres in Nederland mede gefinancierd. Wij vinden het fantastisch dat onze favoriete muziek zo een breed publiek bereikt.” www.cultuurfonds.nl/mecenas
“Mijn carrière is in een stroomversnelling gebracht”
Jong talent
Jaarlijks reikt het Prins Bernhard Cultuurfonds tijdens de Young Talent Awards aan zo’n 200 excellente studenten van allerlei stromingen een beurs uit voor een vervolgopleiding of onderzoek in het buitenland, veelal met steun van mecenassen die een jong talent vooruit willen helpen. Kijk voor meer informatie en andere talenten die een beurs hebben ontvangen op: www.cultuurfonds.nl/projecten/ cultuurfondsbeurzen
→ Jasper Peterich, voorzitter van het Peter Paul Peterich Fonds: “Ik kom uit een familie waar cultuur en met name schilderkunst een vanzelfsprekendheid waren. Ik ben opgegroeid tussen een indrukwekkende schilderijenverzameling. Mijn overgrootvader was de kunstverzamelaar Daniel George van Beuningen, mijn grootvader Peterich was kunstschilder. Peter Paul Peterich was mijn oom, een hyperintelligente en charismatische man met ongelofelijk veel kunsthistorische kennis. Hij schreef gedichten en was een verwoed verzamelaar van met name tekeningen. In 1954 bepaalde hij al in zijn testament dat hij een stichting wilde oprichten ter ondersteuning van de dichters en jonge beeldend kunstenaars. Tijdens zijn leven richtte hij het Van Beuningen-Peterich Fonds op. Zijn gezondheid was echter slecht en het fonds was niet lang actief. Na zijn overlijden in 2000 werd de stichting nieuw leven ingeblazen. Het bestuur zocht contact met het Prins Bernhard Cultuurfonds. Zij doen voorstellen en handelen alle aanvragen af, daaraan hoeven wij geen tijd te besteden. Die samenwerking is nu erg goed. In het begin sloten onze ideeën nog niet helemaal aan bij de werkwijze van het Cultuurfonds, maar er werd naar ons geluisterd en de aanpak is aan onze geefwensen aangepast. Dat getuigt van grote kracht. Dankzij het Cultuurfonds hebben wij contact met de Rijksakademie. Jaarlijks keren wij een bedrag uit en dan zoekt het Cultuurfonds samen met de Rijksakademie een aantal zeer vernieuwende studenten uit die nog geen particuliere steun hebben. We zijn in die zin een soort sluitstuk, maar dat hoort bij onze rol: doen wat de overheid niet doet. We willen toch dat zoveel mogelijk jonge kunstenaars ondersteund worden.” www.cultuurfonds.nl/mecenas
Fotografie Martijn de Vries
een breder publiek aanspreekt. “Wij steken thema’s van alle tijden in een modern jasje. The Day After vertelt een spectaculair verhaal over hoogmoed, ondergang en onvoorwaardelijke liefde. Niet door zangers in stijve jurken en met hoge pruiken, maar door spelers die midden in het verhaal staan.”
Fotografie Martijn de Vries
De mythe The Day After is een vertelling van April de Angelis en de muziek is gecomponeerd door de Britse componist Johathan Dove. Het is een eigentijdse bewerking van de mythe waarin Phaëton, de zoon van Helios, in de zonnewagen van zijn vader probeert te rijden. Door zijn onervarenheid komt hij veel te dicht bij de aarde, waardoor die dreigt te verbranden. Om de planeet te redden, besluit Zeus Phaëton te doden met een bliksemschicht. De voorstelling begint de dag na dit drama, midden op de nog nasmeulende puinhopen. Aan decorbouwer Douwe Hibma de uitdaging om van de mooie, bijna feeërieke plek die Fort Rijnauwen is, een apocalyptische uitstraling te geven. “Ik streef er altijd naar het decor en de omgeving in elkaar over te laten gaan. We spelen op wat normaal mooi gemaaid gras is. Daar moet ik een draai aan geven waardoor
je het gevoel krijgt dat het einde der tijden is aangebroken.” Het orkest is een andere uitdaging. De musici en hun instrumenten moeten in ieder geval droog zitten, maar waar? Douwe vertelt enthousiast over zijn idee om de voorstelling te openen met een oude, smeulende schoolbus die langzaam het decor in komt rijden. “Daar zitten dan de orkestleden in”, stelt hij tevreden vast. In die oude schoolbus zitten leden van het Jong Nederlands Blazers Ensemble (JongNBE). Componist Jonathan Dove wilde graag muziek schrijven voor een blazersensemble en liet zich inspireren door de grote schaal van de voorstelling: “Doordat de zangers versterkt zingen, kan ik met dertien instrumenten een veel vollere klank laten horen. Dat past mooi bij het uitgestrekte decor. ”
Fotografie Martijn de Vries
JOKE HOOLBOOM IS REGISSEUR en directeur van Holland Opera, dat zijn thuisbasis heeft in de Veerensmederij in Amersfoort. Daarnaast maakt het gezelschap al tien jaar een grote opera op locatie. The Day After is de vijfde productie op het fort bij Utrecht. Ze weet dus uit ervaring dat een opera op locatie andere eisen aan een regisseur stelt: “The sky is letterlijk the limit. Dat enorme fort en de alom aanwezige natuur geven de voorstelling een extra dimensie. Het daagt iedereen uit om nog meer te geven dan je normaal al in het theater doet.”
6 CULTUUR
ZATERDAG 20 DECEMBER 2014
KUNST
ZATERDAG 20 DECEMBER 2014
Een slimmere en mooiere wereld volgens Daan Roosegaarde
Kunst als katalysator voor de buurt Het project Woensel Supertoll! startte in 2013 en zal nooit helemaal afgelopen zijn. Ver nadat de kunstenaar klaar is met de sculptuur, zal er in de Eindhovense wijk Woensel nog lang iets blijven rondtollen bij de bewoners.
Met duizenden lichtgevende steentjes creëerde Daan Roosegaarde onlangs een fietspad als was het een Van Gogh schilderij. Hij laat kunst, mens en techniek samenkomen.
Door Suzanne Rietdijk Fotografie Bram Saeys, Kimberly van Uden
Door Friederike de Raat Fotografie Bill Tanaka
WOENSEL IS EEN STADSDEEL in Eindhoven dat begin jaren zestig werd gebouwd. De wijk vulde zich met gezinnen, veelal met eenzelfde achtergrond, voornamelijk werknemers van Philips en DAF. Eind jaren negentig vertrok de eerste generatie bewoners en veranderde de samenstelling van de wijk, qua levensfase, leeftijd en afkomst. Je buren kennen en samen leven werd minder vanzelfsprekend. Om op een nieuwe manier mensen met elkaar in contact te brengen, zette woningcorporatie Woonbedrijf via een Buurtcultuurfonds, dat werd ingesteld bij het Prins Bernhard Cultuurfonds Noord-Brabant, cultuur in als bindmiddel. Woensel Supertoll! is één van de ondersteunde projecten.
“Als je elkaar niet kent, kun je ook niks voor de ander doen. Er moest iets gebeuren en daarom ben ik zo blij met het project. Het brengt reuring in de wijk, bewoners worden geprikkeld om hun comfortzone te verlaten en zo ontstaan er nieuwe contacten.” Gerard Kluessjen, buurtbewoner en medewerker workshops Woensel Supertoll!
Woensel Supertoll! is een samenwerking tussen veel verschillende partijen waarin iedereen een unieke rol vervult. De Eindhovense beeldend kunstenaar Tijs Rooijakkers is de artistieke aanstichter van het project. Rapper Fresku verzorgt als tekstschrijver, zanger en workshopleider de inhoudelijke component. Organisaties als het Van Abbemuseum, sociaal-ontwerperscollectief Tante Netty en Woonbedrijf zorgen ervoor dat Woensel Supertoll! een breed gedragen sociaal kunstwerk wordt. Wat bij iedereen voorop staat is de wijk en haar bewoners.
“Voor mij is Woensel een mentaliteit, de kracht van Brabant uitvergroot.” rapper Fresku
De aftrap van Woensel Supertoll! vond plaats in de openluchtlocatie ‘Het Oog’ van het Van Abbemuseum. Hier installeerde kunstenaar Tijs Rooijakkers een muur van houten planken die tijdens de openingsuren van het museum door de Woenselse rapper Fresku werden beschreven met begeesterende teksten. De beschreven planken werden daarna door Rooijakkers omgevormd tot een grote wervelende tol.
“Een tol symboliseert voor mij het zoeken naar je eigen kracht en waarde en dat deze leidend moeten zijn voor de keuzes die je maakt. Je moet niet in de draaimolen blijven zitten, je kan je eigen weg kiezen.” kunstenaar Tijs Rooijakkers
En Woensel Supertoll! draait nog steeds door. Bewoners worden door sociaal-ontwerperscollectief Tante Netty uitgenodigd om deel te nemen aan workshops met als doel hún drijfveer helder te maken. Alle deelnemers krijgen vervolgens een plank waarop ze hun verhaal schrijven, schilderen, branden of kerven. Tijs Rooijakkers verzamelt alle planken en buigt ze met behulp van speciale stoomkisten. Vervolgens verwerkt hij ze in een drietal ‘zwermkunstwerken’ die verspreid door de wijk worden opgehangen in bomen. Het grote einddoel van het project is een gigantische tol – een houten sculptuur – op een prominente plek in de wijk Woensel.
“In de doelstellingen van het museum is het contact met de stad, het leven buiten de muren van het museum, een belangrijk speerpunt. Kunstprojecten moeten het museum kunnen overstijgen en dat doet Woensel Supertoll!”
Mede mogelijk gemaakt door …
Woningcorporatie Woonbedrijf, Eindhoven
Inge Borsje, Van Abbemuseum
Woensel Supertoll! is niet zomaar een kunstwerk in de openbare ruimte, maar een maatschappelijk proces, een sociaal sculptuur. Het is een kunstwerk dat niet alleen in materiële zin bestaat, maar ook invloed heeft op de sociale ruimte. Doordat buurtbewoners hun persoonlijke idealen delen met anderen, brengt dit gesprekken op gang tijdens de workshops, maar ook later op straat en rondom de zwermkunstwerken in de bomen. Via deze participatie komt het werk direct in contact met de omwonenden, het komt tot leven, het wordt ervaren als gezamenlijk eigendom van de wijk en het blijft nagonzen in ieders herinnering.
“Het project levert iets tastbaars op, maar werkt vooral als katalysator voor de sociale contacten binnen de wijk. In de gesprekken worden bewoners zich bewust van elkaars zorgen, drijfveren en talenten.” Joyce Hijdra, districtsmanager Woonbedrijf
“Ik wil alles of niets. Ik heb nog nooit iemand gezien op een halve fiets.” Martin Adjokah, scholier aan het Christiaan Huygens College
Kijk voor meer informatie op www.cultuurfonds.nl/projecten/ woensel-supertoll
Een nieuw Cultuurfonds in Stichtse Vecht Gemeente Stichtse Vecht en het Prins Bernhard Cultuurfonds starten op 1 januari 2015 met het Cultuurfonds Stichtse Vecht, naar voorbeeld van Fonds voor Oost in Amsterdam en Cultuurfonds Houten die eerder via het Cultuurfonds werden opgericht. Het doel is cultuur en cultuuruitingen in de nog jonge fusiegemeente Stichtse Vecht te stimuleren en te versterken. Wethouder Pieter de Groene van Cultuur: “Met de oprichting van het fonds kunnen we cultuur in onze gemeente een boost geven en cultuurdeelname bevorderen.” De gemeente geeft het Cultuurfonds Stichtse Vecht komend jaar € 90.000,- en legt daarmee het fundament voor het fonds. Het Prins Bernhard Cultuurfonds neemt het Cultuurfonds Stichtse Vecht in beheer en is intermediair tussen de gemeente en de initiatieven die ondersteund worden. De ambitie is dat het een gemeenschapsfonds wordt van en voor cultuur in Stichtse Vecht, met financiële bijdragen van het bedrijfsleven, particulieren en vermogensfondsen. Kijk voor meer informatie op: www.cultuurfonds.nl/stichtsevecht
→ Rob Bogaarts, districtsmanager Woonbedrijf: “Rondom de bieding naar Culturele Hoofdstad 2018 zijn Woonbedrijf en het Prins Bernhard Cultuurfonds Noord-Brabant elkaar tegengekomen met dezelfde ambitie. Woonbedrijf wilde culturele projecten in woonwijken beter benutten en vooral de betrokkenheid van bewoners vergroten. Wij zien cultuur als middel voor waardecreatie in de wijkaanpak. Het Prins Bernhard Cultuurfonds heeft veel ervaring op dit gebied en kon ons helpen met een CultuurFonds op Naam: het Buurtcultuurfonds Woonbedrijf. Alle bewoners en organisaties in de wijk kunnen een idee voor een cultuurproject indienen. Het Centrum voor de Kunsten Eindhoven coördineert de aanvragen en Woonbedrijf houdt zeggenschap over de bestedingen. Aan de aanvragen worden diverse eisen gesteld die te maken hebben met cultuur, maar ook met bewonersbetrokkenheid. Bij Woensel Supertoll! staat het gesprek met de bewoners onderling centraal. Dit legt de basis om goed samen te leven en zo hoort cultuur in de wijk te werken. De Supertoll! wordt zeker mooi om naar te kijken, maar de duurzame waarde zit in de ontwikkeling van de buurt. De toekomst van het Buurtcultuurfonds is onzeker vanwege voorgestelde wetswijzigingen voor nevenactiviteiten van woningcorporaties. Een slechte zaak, vinden wij. Als woningcorporatie staan wij letterlijk midden in de wijk. Wij weten als geen ander dat cultuur een positieve uitwerking heeft op de leefbaarheid van de buurt.” www.cultuurfonds.nl/noord-brabant
Daan Roosegaarde (1979) kreeg in 2012 de Charlotte Köhler Prijs. “Ik vond het interessant dat ik een echte kunstprijs kreeg”, vertelt hij. “Ik ben veel bezig met innovatie en entrepreneurship en dan is zo’n impuls vanuit de kunstwereld een bevestiging van mijn kunstenaarschap.” Roosegaarde is bekend van onder meer de sustainable dancefloor, een dansvloer die zelf energie opwekt, het Van Gogh fietspad met duizenden lichtgevende steentjes en recent ook van de smart highway, een snelweg die zichzelf verlicht door kristallen in het asfalt. Lichtgevende bomen Hij gebruikte het geld van de Charlotte Köhler Prijs voor een project in de hal van Amsterdam Centraal Station, dat in december wordt onthuld. Hij werkt eraan met techneuten en sterrenkundigen. “Het is een permanent werk en het heeft te maken met de lancering van licht. Verder is het nog geheim.” Hoe innovatief ook, Roosegaarde werkt eigenlijk net zoals de Nederlandse oude meesters, vertelt hij. “Ook zij gebruikten het landschap in hun kunst, alleen pas ik het landschap aan.” Roosegaarde wil met zijn werk een bijdrage leveren aan een slimmere, mooiere wereld. “Daarom pak ik de openbare ruimte aan.” Zo heeft hij van de overheid opdracht gekregen om van de Afsluitdijk weer ‘een icoon’ in het landschap te maken en werkt hij met Wageningen University aan lichtgevende bomen. “De combinatie van traditie en ontdekking, dat is voor mij de essentie van de Charlotte Köhler Prijs.” Kijk voor meer informatie op www.studioroosegaarde.net
Hoe innovatief ook, Roosegaarde werkt eigenlijk net zoals de Nederlandse oude meesters
Mede mogelijk gemaakt door …
Charlotte Köhler
→ In 1988, elf jaar na de dood van actrice Charlotte Köhler (1892-1977), werden bij legaat de naar haar genoemde prijzen bij het Prins Bernhard Cultuurfonds ingesteld. Het zijn aanmoedigingsprijzen voor veelbelovend talent (tot 35 jaar) in beeldende kunst en theater. De Charlotte Köhler Prijzen (elk 30.000 euro) worden jaarlijks door het Cultuurfonds uitgereikt aan twee kunstenaars: een op het gebied van theater, de ander in de beeldende kunst. Veel winnaars, onder wie naast Daan Roosegaarde ook bijvoorbeeld componist en operaregisseur Michel van der Aa en architect Ben van Berkel, groeiden uit tot grootheden op hun vakgebied. Charlotte Köhler was vooral voordrachtskunstenaar. Al toen ze nog werkzaam was in een hoedenatelier droeg ze aan haar collega’s teksten voor. Ze kwam in aanraking met het toneel toen ze in 1920 trouwde met de schrijver/regisseur August Defresne. Hun huwelijksleven hield niet lang stand, maar de artistieke samenwerking bleef. Köhler groeide uit tot een succesvolle actrice en stond tot 1965 op de planken. In 1970, op 73-jarige leeftijd, hertrouwde ze met architect Hendrik Wijdeveld (18851987). Hij was een visionair, een aanstekelijke dromer. Wijdeveld ontwierp vele utopische stedenbouwkundige plannen, die
altijd tekeningen zijn gebleven. Het meeste naam maakte hij als oprichter en hoofdredacteur (1918 -1925) van het toonaangevende tijdschrift Wendingen voor architectuur en vormgeving. Wijdeveld verzorgde de typografie en vormgeving en baseerde zich daarbij op het zwierig expressionisme van de Amsterdamse school. Köhler en Wijdeveld vormden een flamboyant echtpaar dat thuis graag de artistieke beau monde ontving. Gezien het scala aan activiteiten is het niet verbazingwekkend dat het echtpaar zijn nalatenschap bestemde voor het stimuleren van jonge talenten op het gebied van architectuur, beeldende en toegepaste kunst zoals theatervormgeving en decorontwerp. www.cultuurfonds.nl /charlotte-kohler
7
8 MONUMENTENZORG
ZATERDAG 20 DECEMBER 2014
MONUMENTENZORG
ZATERDAG 20 DECEMBER 2014
9
Rotterdams trots Het Ted Schutten Fonds ondersteunt de restauratie en renovatie van veel gezichtsbepalende architectuurprojecten en ander cultureel erfgoed in de regio Rotterdam. Met de nalatenschap van haar man bracht Ieke Frankemolen belangrijke gebouwen in Rotterdam weer terug in oude glorie. Door Martin van der Zeeuw Fotografie Robbert Dommisse, Joop Reijngoud e.a.
1.
1. Euromast Een van de landmarks van Rotterdam. De destijds 107 meter hoge toren, ontworpen door Hugh Maaskant, werd in 1960 gebouwd voor de Floriade en is in 1970 verhoogd tot 185 meter. Het gebouw wordt sinds 2003 van de Merwede Groep gehuurd door de Brotherhood Holding. De exploitant ontving 50.000 euro voor een interieurrestyling door Jan des Bouvrie. Dit was de eerste grote bijdrage uit het Ted Schutten Fonds. 2. Chabot Museum Modernistische villa van de architecten G.W. Baas en L. Stokla uit 1938 – met een verdieping van Groosman uit 1976 – aan het Museumpark in Rotterdam. In eigendom van de familie Grootveld, kunstverzamelaars van vooral werken van Henk Chabot. De stichting die het gebouw exploiteert, ontving 50.000 euro voor de restauratie, die plaatsvond onder leiding van architect Joris Molenaar. In 2010 werd nog eens 30.000 euro geschonken voor het actualiseren van beveiliging- en klimaatinstallaties. 3. Vertrekhal Oranjelijn Voormalig poortgebouw van Thomsens Havenbedrijf aan de Lekhaven uit 1948, ontworpen door Jo van den Broek. In 2003 kocht koffiebrander Rob Kooij het totaal
vervallen pand voor 1 euro. Voor de door architect Jeff Beysens uitgevoerde restauratie en omvorming tot bedrijfsruimten – waaronder Santas Koffie en de Vertrekhal Oranjelijn – werd in 2005 50.000 euro geschonken, later nog eens 12.000 euro voor de website en een onderzoek naar de geschiedenis. 4. Lotusserre Blijdorp De uit 1940 daterende Theeschenkerij en het aanpalende Giraffehuis in Diergaarde Blijdorp van architect Sybold van Ravesteyn worden gerenoveerd en omgevormd tot respectievelijk Lotusserre en Leeuwenverblijf. Hiervoor schonk het Ted Schutten Fonds in 2007 een bedrag van 50.000 euro. Eigenaar: Stichting Koninklijke Rotterdamse Diergaarde Blijdorp. Architecten: Broekbakema, Siebold Nijenhuis Architect en Kees Rouw [Architectuur & Onderzoek]. 5. Kuypers Machinefabriek Aan de Piekstraat in de Rotterdamse wijk Feijenoord bevindt zich dit nu nog onbekende fabrieksgebouw uit 1912 van de voormalige machinefabriek Kuypers, dat is ontworpen door architect A. Maarleveld. Het is herontwikkeld door de Stichting Urban Heritage/New Industry en daarna verkocht aan het bedrijf Premium Inc. schoenontwerp. Dankzij een bijdrage van 50.000 euro uit het Ted Schutten Fonds konden de gevels en de stalen ramen worden gerestaureerd (architect Ard Buijsen). 6. Verhalenhuis Rotterdam Hoekpand uit 1894 aan de Rechthuislaan 1 in de wijk Katendrecht, waarin het Verhalenhuis Rotterdam is gehuisvest. Sinds 2012 is het pand eigendom van de Stichting Monument Kaap Belvédère. Wijkbewoners hebben de handen uit de mouwen gestoken bij de renovatie en helpen nu ook mee met de exploitatie. In het pand worden de verhalen van Rotterdamse migranten verteld. In het gebouw is een lift geplaatst met een financiële ondersteuning van 59.000 euro uit het fonds.
7. ‘De Hef’ Laatste overblijfsel van het Rotterdamse ‘luchtspoor’: de uit 1927 daterende hefbrug is sinds 1992 – na het gereedkomen van de spoortunnel – eigendom van de gemeente Rotterdam. Er bestaan plannen om in 2016 van De Hef een attractie te maken met een enorme personenlift buiten op het ‘val’, mogelijkheden tot klimmen en ‘tokkelen’, een museum in oude treinwagons en een brasserie. Voor de voorbereidingskosten is in 2014 50.000 euro ter beschikking gesteld.
3.
Mede mogelijk gemaakt door …
Ted Schutten Fonds
4.
8. Kantine Walhalla Onlangs is de voormalige kantine van de Fenixloodsen op Katendrecht, daterend uit 1950, verbouwd tot het theater ‘Kantine Walhalla’ met een foyer/café op de begane grond. De inbouw van de theaterzaal op de verdieping met onder meer een gekleurde houten vloer is tot stand gekomen dankzij 50.000 euro uit het Ted Schutten Fonds. Vanschagen Architecten uit Rotterdam kreeg de opdracht van de nieuwe eigenaar, Stichting Volkskracht.
2.
6.
7.
5.
8.
3.
5.
→ Ieke Frankenmolen: “Door schenkingen via het Prins Bernhard Cultuurfonds kan ik het werk van mijn overleden man – Ted Schutten – voortzetten. Ted was als directeur van bouwbedrijf MUWI en later van vastgoedorganisatie IBC (nu Heijmans) voortdurend bezig met herontwikkeling in de bestaande stad. In 1999 kwam hij op 48-jarige leeftijd om het leven bij een auto-ongeluk. Ik kreeg toen een uitkering en een weduwenpensioen, maar ik had een goede baan als stedenbouwkundige en dus een eigen salaris. We hadden geen kinderen, ik had dus feitelijk geld over. Hier moest ik iets mee doen, vond ik. Mijn notaris zette me op het spoor van de CultuurFondsen op Naam bij het Prins Bernhard Cultuurfonds. Ik ben naar hen toegegaan om het Ted Schutten Fonds op te richten, dat bijzondere architectuurprojecten in Rotterdam en omgeving zou ondersteunen. Architectuur is immers mijn vak; dit paste bij me. Bovendien kon ik hierdoor de naam van Ted en zijn werk laten voortleven. Wij hadden allebei iets met de herontwikkeling van oude gebouwen en gebieden. Je moet niet zomaar gaan slopen, maar eerst kijken wat voor waarde het nog heeft voor de toekomst. Vandaar de keuze voor restauratie- en transforma-
tieprojecten van industrieel erfgoed (sinds 1850), het Nieuwe Bouwen (sinds 1920) en de Wederopbouw (tot 1965). Er zijn ook kleinere bedragen voor boeken, architectuurplaquettes, websites en nu zelfs voor een beeldenplein. In het begin, vanaf 1999, heb ik in vijf jaar de uitkering na Teds dood besteed. Nu schenk ik minder omdat ik niet zo veel meer verdien. Ik houd er steeds rekening mee dat het mij maar ongeveer de helft kost, want ik kan de jaarlijks gelijke schenking volledig aftrekken. Ik krijg daardoor elk jaar belastinggeld terug. Het valt me trouwens op dat veel culturele organisaties, ook de grotere, onvoldoende gebruikmaken van de Geefwet voor Algemeen Nut Beogende Instellingen (ANBI’s). Veel organisaties informeren de gevers hier alleen over bij heel hoge bedragen. Maar ook met ‘vrienden’ van theater of museum kan nu een onderling contractje getekend worden dat zij elke maand bijvoorbeeld tien euro schenken. Ook deze vrienden krijgen dan maximaal 65 procent terug van de Belastingdienst en kunnen daardoor meer geven. De culturele sector heeft dat geld hard nodig.” www.cultuurfonds.nl/mecenas www.cultuurfonds.nl/nalaten
Fotografie Martijn de Vries
HET GAAT OM GEBOUWEN UIT DE PERIODE 1850 TOT 1965. Voorwaarden voor ondersteuning vanuit het Ted Schutten Fonds zijn onder meer dat het beschermde of beeldbepalende gebouwen zijn, die openbaar toegankelijk zijn of in elk geval door architectuurliefhebbers bezocht kunnen worden. Bijvoorbeeld tijdens Open Monumentendagen, de Dag van de Architectuur of via een groepsbezoek. De financiële bijdragen kunnen worden gebruikt voor zowel constructief herstel als voor inrichting en afwerking van het gebouw. Een selectie van projecten die sinds 2003 ondersteund zijn door het Ted Schutten Fonds.
1.
10 LETTEREN
ZATERDAG 20 DECEMBER 2014
“Wat je put, moet je schenken”
NATUUR
ZATERDAG 20 DECEMBER 2014
Snorkelend door de grachten van Leiden
Huib en Mieke de Haas van Dorsser-Udo richtten in 2010 het Hausta Donans Fonds op om eigentijdse zangkunst en moderne dichtkunst te ondersteunen. Hun zoon Hugo (52), woordvoerder van het fonds, zal samen met zijn vrouw het familiefonds op termijn voortzetten.
Mede mogelijk gemaakt door …
Meester Prikkebeen Fonds Het Project Vissenmonitoring kon onder meer camera’s aanschaffen dankzij een bijdrage van het Meester Prikkebeen Fonds. Dit fonds is door een anonieme mecenas ingesteld bij het Prins Bernhard Cultuurfonds. Het Meester Prikkebeen Fonds richt zich op het veldwerk van amateuronderzoekers op het gebied van flora en fauna − van kroos tot karper. Het Meester Prikkebeen Fonds geeft geld voor bijvoorbeeld de aanschaf van onderzoeksmateriaal of een bezoek aan een deskundige. Een belangrijke voorwaarde is dat de onderzoeksresultaten worden gepresenteerd in een publicatie voor het betreffende vakgebied. Andere projecten die mede mogelijk zijn gemaakt door het fonds zijn onder meer een publicatie van een gids over de zweefvlieg in Nederland, een studie naar de invloed van latitude en klimaat op het vijfstippelige lieveheersbeestje en een onderzoek naar klapeksters. www.cultuurfonds.nl/mecenas
Door Friederike de Raat Fotografie Martijn de Vries
Waarom kozen uw ouders ervoor om zang en poëzie te ondersteunen? “Mijn ouders genoten vooral in de jaren '60 en '70 van de nieuwe vrijheid in de kunst, van bijvoorbeeld componist Ton de Leeuw, het Werktheater, het Mickery Theater, maar ook van de musical Hair. Ze wilden iets terug doen voor de moderne kunst. Mijn vader, nu 89, was arts en is altijd een groot liefhebber geweest van dichtkunst. Mijn moeder, die vorig jaar is overleden, heeft op amateurniveau gezongen. Die twee passies hebben ze samengebracht in het Hausta Donans Fonds, waaruit jaarlijks circa 15.000 euro wordt besteed. Hausta Donans is de naam en het motto van het fonds en betekent, vrij vertaald: ‘Wat je put, moet je schenken.’” Waarom is gekozen voor een Fonds op Naam bij het Prins Bernhard Cultuurfonds? “Mijn ouders waren al jaren donateur van het Prins Bernhard Cultuurfonds, bezochten bijeenkomsten en hoorden zo over het fenomeen CultuurFonds op Naam. Toen ze gingen nadenken over hun testament besloten ze om al bij leven een fonds op te richten. Zo konden ze zelf nog van hun schenkingen genieten. Het is een familiefonds: mijn vrouw en ik zullen het fonds op enig moment financieel aanvullen en voortzetten. Wat ons aanspreekt, is dat het Prins Bernhard Cultuurfonds je de ruimte geeft om mee te denken over de bestemming van het geld. Jaarlijks legt het Cultuurfonds ons als familie drie of vier projecten voor die in aanmerking komen om te worden ondersteund door ons fonds. En vrijwel altijd vinden we die heel goed passen bij onze doelstelling.” Aan welke criteria moeten de projecten die jullie steunen voldoen? “We beoordelen de projecten op een aantal punten. Zo gaat onze voorkeur uit naar jong toptalent dat in zijn of haar werk de grenzen opzoekt. De projecten moeten van zeer hoog
niveau zijn en nationaal of internationaal potentie hebben.” Het Hausta Donans Fonds heeft twee keer voor 5.000 euro bijgedragen aan het project Poetry Circle. Kunt u die keuze toelichten? “Poetry Circle organiseert workshops voor jongeren rondom woorden en performance. Het is zo’n voorbeeld van een eigenzinnig, jong initiatief dat buiten de kaders opereert. Mijn vader houdt erg van woordkunst, hij is een groot lief hebber van dichters als Jan Arends, Jan Emmens en Hans Faverey maar ook van de namen van nu, zoals Lieke Marsman en Mischa Hamel. Zelf ben ik tekstschrijver en woordkunstenaar, ik treed geregeld op. Dus dit project spreekt ons aan.” Bent u als familie actief betrokken bij de projecten? “Ja, mijn vader en ik gaan geregeld naar voorstellingen toe. Na afloop maken we soms een praatje met de kunstenaars, die vaak wel weten dat wij het fonds vertegenwoordigen dat hen steunt. Zo hebben we, gelukkig nog samen met mijn moeder die daar ook erg van genoot, fluitiste Abbie de Quant ontmoet. Zij gaf met Remco Campert een poëzieconcert dat werd ondersteund door het Hausta Donans Fonds. Wat voor projecten steunt het Hausta Donans Fonds nog meer? “Vorig jaar is een donatie gedaan aan onder meer de Stichting Het Nieuwe Strijkkwartet voor de muziekproductie Composers Poetry. Een project dus op het raakvlak van muziek en dichtkunst. In 2012 steunde het fonds bijvoorbeeld ‘Dichter draagt Voor’ van Ramsey Nasr, Dichter des Vaderlands van 2009-2013. Hij verfilmde eenentwintig Nederlandstalige gedichten in de hoop een jongere generatie te interesseren voor poëzie.” www.cultuurfonds.nl/mecenas
Over Poetry Circles van Stichting Nowhere
Stichting Nowhere is een productiehuis waar workshops, masterclasses, talentontwikkelingstrajecten, optredens en festivals en bijzondere evenementen voor jonge Amsterdammers worden georganiseerd. In 2007 startte Nowhere bescheiden met een workshop rondom woorden en performance. Zeven jaar later is het initiatief uitgegroeid tot een landelijk netwerk voor schrijvende performers en performende schrijvers: Poetry Circles. In Amsterdam, Tilburg, Eindhoven, Rotterdam en Groningen komen nu wekelijks jonge woordkunstenaars bijeen om een jaar lang workshops te volgen van inspirerende kunstenaars, van dichters, maar ook dansers en rappers. “Je hoeft als deelnemer geen enkel talent thuis te laten”, zo omschrijft zakelijk leider Jorien Waanders de workshops. “Je leert er hoe je teksten geloofwaardig op het podium kunt brengen.” Deelnemers, vaak artiesten in spe, werken toe naar een korte voorstelling. De Poetry Circles hopen in het komende jaar 120 trainingen, 6 producties en 55 performances met een publieksbereik van 7.000 te organiseren. Daarnaast geven de Poetry Circles jaarlijks 20 workshops creatief schrijven aan zo’n 600 kinderen en scholieren. De 5.000 euro die Poetry Circles jaarlijks ontvangt van het Hausta Donans Fonds wordt gebruikt om docenten te betalen en lokaties te huren voor voorstellingen. Kijk voor meer informatie op: www.nowhere.nl
Aaf Verkade: “Stadsgrachten zijn een weelderige biotoop van onder meer de beschermde rivierdonderpad en de paling. Zowel nieuwe soorten als oude bekenden vinden het goed toeven in Havenwijk-Zuid. Hen te ontmoeten is mijn grootste beloning.” Door Karina Meerman Fotografie Cazandra Photographs
Wat: ‘Project Vissenmonitoring’ in de grachten van de Havenwijk-Zuid in Leiden. De vispopulatie en onderwatervegetatie worden in kaart gebracht al snorkelend door de grachten en speurend vanaf de kant. Initiatiefnemer: amateuronderzoeker Aaf Verkade in samenwerking met KNNV-Leiden. Looptijd van het project: drie jaar tot en met eind 2015.
Doel: data verzamelen waarop diverse instanties hun waterbeleid kunnen afstemmen. Resultaten: grotere bewustwording onder wijk- en stadsbewoners van de schoonheid van de onderwaterwereld van de grachten en hoe die te behouden. www.cultuurfonds.nl/projecten/ vissenmonitoring
Winnaar van de Libris Geschiedenis Prijs 2014
Boeken Meeleven met gravin Jacoba van Beieren in de woelige eerste helft van de vijftiende eeuw of twee eeuwen koninkrijk meemaken met Willem I, II en II. De Sleutelfigurenreeks, die er kwam op initiatief van het Cultuurfonds, neemt de lezer mee op reis door de vijftiende tot de negentiende eeuw, aan de hand van onder andere Jacoba van Beieren, Jacob Roggeveen en binnenkort ook ‘Vadertje Cats’. Onlangs kwam het zesde deel uit van deze reeks: De Woordenaar van Sandra Langereis. www.cultuurfonds.nl/projecten/sleutelfiguren
De Koningsbiografieën beschrijven het leven en werken van Koning Willem I, II en III. Het Cultuurfonds financierde het vierjarig onderzoek dat hieraan voorafging en waarbij de auteurs voor het eerst volledig toegang kregen tot het Koninklijk Huisarchief. De biografie over Willem III won onlangs de Libris Geschiedenis Prijs. www.cultuurfonds.nl/projecten/koningsbiografieen
Koning Willem I 1772 – 1843 Auteur: Jeroen Koch
Koning Willem II 1792 – 1849 Auteur: Jeroen van Zanten
Koning Willem III 1817 – 1890 Auteur: Dik van der Meulen
Een pion voor de dame Jacoba van Beieren Auteur: Antheum Janse
De Woordenaar Christoffel Plantijn, ’s werelds grootste drukker en uitgever Auteur: Sandra Langereis
Naar het aards paradijs Het rusteloze leven van Jacob Roggeveen, ontdekker van Paaseiland Auteur: Roelof van Gelder
Meer informatie & bestellen: uitgeverijboom.nl
Meer informatie & bestellen: www.uitgeverijbalans.nl
11
e d s i t n a e s s W s t tu m o k n e e r e v o
Van Gogh
? r e e m & Ver en Beid
de n wer
und d geste
oor een me c e n as.
Word ook mecenas en lever een bijdrage aan de geschiedenis van morgen. Ga naar www.dekunstvanhetgeven.nl en ontdek de vele vormen van geven en nalaten aan cultuur, natuur en wetenschap.