Jeanine Keizer en Piet Hein Eek zijn de tweede bewoners van het huis, dat in 1951 als directeurswoning werd gebouwd. Een met planten gevulde tafel vult een deel van het terras.
E H & I september 2014 83
I nter i eu r / NO.1
Het huis van...
Jeanine Keizer en Piet Hein Eek
Het is een huis met een handtekening. Piet Hein Eek en Jeanine Keizer verkopen hun Geldropse oase in het groen. ‘Dit is heel Eekerig. Ook al ligt dat er niet duimendik bovenop.’ Fotografie Thomas Meyer, Jeanine Keizer / Tekst Jack Meijers
D
e Krekel. De zwarte smeedijzeren letters aan de voorgevel moeten er al meer dan een halve eeuw hangen. ‘Souvenir van de vorige bewoners,’ vertelt Piet Hein Eek. ‘Uit respect voor de geschiedenis van het huis hebben we ze altijd laten hangen. Ze horen erbij.’ Achttien jaar lang woonden Eek, zijn vrouw Jeanine Keizer en hun drie dochters naast de werkplaatsen waar de ontwerper zijn loopbaan begon. Honderden sloophouten kasten, Crisisstoelen en Plissélampen
werden er geboren. Totdat de fabriek in Geldrop in 2010 overbodig werd, toen de ontwerper in Eindhoven tienduizend vierkante meter van een oude werkplaats van Philips in gebruik nam. Even was er sprake van dat het gezin zou meeverhuizen naar het complex op Strijp R. Eek: ‘Maar dan woon je op je eigen koninkrijk en ziet iedereen hoe laat je gaat slapen.’ Vier jaar later staat er toch een verhuizing op stapel. ‘Wij verkopen onze droom omdat we een nieuwe gaan realiseren,’ prijst Piet »
I nter i eu r / NO.1
E H & I september 2014 85
Links Door de aanbouw aan de linkerkant is de inhoud van het huis meer dan verdubbeld. Eek: ‘We hebben het vergroot en vervolmaakt zonder dat je het ziet. Waarom zou je veranderen wat mooi en goed is?’ Midden De beschilderde flessen zijn aangeschaft op rommelmarkten in België en Frankrijk. Rechts Door het vele glas staat de hal aan de zijkant van het huis in open verbinding met de royale tuin. In een medicijnkastje bewaart Jeanine Keizer haar verzameling gekleurd persglas.
Hein Eek zijn woning op de makelaarssite van Redres.nl aan. Het witte huis is aan de buitenkant een toonbeeld van degelijke jaren 50-architectuur. Eek: ‘Niet spectaculair of bijzonder: een huis met een puntdak, zoals elk kind het tekent.’ De ontwerper, zelf opgegroeid in een ‘doorzonwoning in Edam, met veel bruin, planten en antiek’, herinnert zich hoe hij de kleur wit met het fenomeen villa associeerde. ‘In Edam waren alle huizen klassiek en van bruine baksteen. In Brabant is wit geen uitzondering.’ Zeker niet voor het huis dat in 1951 gebouwd is als directeurswoning bij staalmeubelfabriek Oda in Geldrop. Eek: ‘Hiernaast werden Raymond Loewy-keukens gemaakt.’
Behalve de anekdotische waarde van de plek en het praktisch gemak (pal naast de werkplaats) waren Eek en Keizer destijds gecharmeerd van de perceeloppervlakte (2.241 vierkante meter) en de merkwaardige ligging: een industrieterrein aan de rand van Geldrop, op loopafstand van de bossen. Piet: ‘De zon komt op en gaat onder in onze langgerekte tuin. En je hoeft niet bang te zijn dat de buren komen klagen dat de muziek te hard staat. Vooral in het weekend is de rust fenomenaal.’ Jeanine Keizer: ‘Een drummer hoeft zich hier niet in te houden. Dat is vrijheid.’ Tussen 2002 en 2006 is de villa verbouwd en vergroot. Eek ‘Toen we hier kwamen wonen, vonden we het al een
groot huis. Er had tenslotte een gezin met veertien kinderen gewoond. De maatvoering van de ruimtes en de ligging ten opzichte van de zon zijn ideaal bepaald door de architect. Een jaar of tien geleden hebben we de zaak toch verbouwd en vergroot: zo organisch mogelijk en in harmonie met het bestaande.’ De aanbouw aan de linkerkant behelsde een extra studeerkamer, een tv-kamer, een royale slaapkamer in de kelder en extra slaapkamers plus een badkamer op de eerste verdieping. Eek: ‘Aanvankelijk wilde ik er een soort balzaal bij bouwen. Gelukkig heeft Jeanine me op het spoor van de menselijke maat gehouden. Alle ruimtes staan met elkaar in open
verbinding, zodat iedereen bij het verhaal betrokken blijft.’
Improviseren
Zoals Eek ontwerpt met de materialen en middelen die voorhanden zijn en kansen ziet waar anderen die over het hoofd zien, zijn improvisatie en boerenslimheid ook hier de leidraad geweest. Eek: ‘In mijn werk heb ik altijd de stelregel gehanteerd dat je een omgeving moet creëren waarin je je goed voelt. Dan komt de rest vanzelf.’ Bij alles wat Eek aanpakt, laat hij zich leiden door wat er is. ‘Dit is een Eekerig huis, ook al ligt het er niet duimendik bovenop.’ Op diverse plekken heeft de ontwerper zijn sporen nagelaten, met »
I nter i eu r / NO.1
E H & I september 2014 87
‘Dit is geen gestileerd designhuis waarin je al van streek raakt als er één punaise verkeerd ligt’
Op de grond in de achterkamer ligt een oude kazernevloer. De bank is op maat gemaakt. Ook de koperen plissélamp en de stalen Philipskast rechts (de allereerste!) zijn originele Eeks.
88
Links Tijdens de verbouwing is ‘hier en daar een wand verdwenen’, maar niet rigoureus ingegrepen. Eek: ‘De oorspronkelijke architect heeft de maatvoering en de ligging ten opzichte van zon en tuin perfect bepaald.’ De eethoek (links) wordt gevormd door een eigen tafel, een plissé-hanglamp en het eerste model van de eiken stoel. Midden Het staal en de stenen van de plantenkas (rechts) zijn origineel. Keizer: ‘De eerste bewoner was een liefhebber van fuchsia’s en orchideeën.’ Links op tafel staat een facetvaas uit keramiek.
I nter i eu r / NO.1
september 2014 E H & I
een op maat gemaakte sloophouten keuken, bedden en kasten, metalen inbouwkasten, een vloer uit een oude kazerne, een royale op maat gemaakte bank en een lakmeubel in de huisbioscoop. Hier en daar staan vroege varianten van stoelen en tafels, maar nergens wekt het huis de indruk een toonzaal of uitstalkamer van mogelijkheden te zijn. Eek: ‘Dit is een woonhuis. Als ik in opdracht een interieur realiseer, druk ik ook geen overheersend stempel. Een buitenstaander ziet vaak niet eens dat ik ben langs geweest. Maar hij voelt wél dat het een fijne, vanzelfsprekende ruimte is. Als ik een kast maak, herken je die ook meteen als kast. Mijn handtekening is om te doen wat gewoon,
natuurlijk en vanzelfsprekend is.’ Jeanine Keizer: ‘Wonen in een showroom? Daarin zouden wij ons niet op ons gemak voelen.’ Ook Keizer, verantwoordelijk voor het winkelassortiment in Eindhoven, zweert in haar eigen werk bij het hergebruik van materiaal. De onooglijkste stiefkinderen van de porseleinindustrie krijgen in haar atelier in Geldrop een tweede kans. Door een bonte en wispelturige verzameling schalen, schotels en kopjes egaal te glazuren, ontstaat nieuw-oud gekleurd servies. Tijdens de jacht op serviesgoed op rommelmarkten en in kringloopwinkels bevredigt ze haar verzameldrift. ‘De curiosa en spullen die je in huis ziet, sleep ík naar binnen. Een schilderij of ding dat in zijn
eentje niet overtuigt, kan in een andere ruimte en in combinatie met andere objecten helemaal opbloeien.’
Niet snel afdanken
Piet Hein Eek beschouwt zich niet als de ideale consument. ‘Dat geldt ook voor wat ik zelf maak. Alleen als het echt nodig is, neem ik iets mee naar huis. Bij de eettafel staan de eerste Eiken stoelen met messing schroeven. Ze gaan snel kapot, de nieuwe versie is veel steviger, heeft robuustere poten en is mooier van verhouding. Maar een stoel die het nog doet, zal ik niet snel afdanken.’ In de expositieruimte op Strijp R organiseert Eek regelmatig tentoonstellingen
met werk van kunstenaars en ontwerpers als Guido Geelen, Linda Nieuwstad, Joep van Lieshout, Jan van der Ploeg en Gerd Rohling. In Villa Eek signaleer je mondjesmaat kunst en werk van collega’s. Er zijn lampen van vriend Tom Dixon en er is een DSR-stoel van Eames. ‘Boven staat een Jan van der Ploeg op de kast en we hebben werk van Guido Geelen. Ik ben niet zo bezitterig. Eigenlijk ben ik het tegenovergestelde van waar ik van leef. Fantastisch om in Eindhoven zo’n Wonderkamer in te richten, met verrassende combinaties van kunst en gebruiksvoorwerpen. Maar ik kan er ook van genieten zonder het te hebben.’ In Eindhoven zitten Eek en zijn gezin »
Rechts Aan de diepe overloop op de eerste verdieping grenzen vier slaapkamers en twee badkamers.
90
I nter i eu r / NO.1
september 2014 E H & I
Sloophouten keuken, kasten en bedden: op diverse plekken heeft Eek zijn sporen nagelaten
Boven De Mosa-vloertegels zijn zo oud als het huis zelf (1951). Nieuw is de op maat gemaakte sloophouten keuken. Onder In de waskamer krijgen de oude pannenrekjes die Piet Zwart bedacht voor Bruynzeel een alternatieve bestemming.
De vroege versie van Eeks eiken stoel is inmiddels in een verbeterde, stabielere versie te koop. Maar in de eethoek worden ze voorlopig nog niet afgedankt. ‘Je raakt er toch aan gehecht.’
I nter i eu r / NO.1
E H & I september 2014 93
Voordeel van een grote tuin: ‘De buren komen niet klagen dat de muziek te hard staat’
In de schaduw van een oude opslagplaats is het heerlijk studeren voor eeks oudste dochter.
Boven Schilderijen met tropische taferelen krijgen in de plantenkas een nieuw leven. Keizer: ‘Als je het goed combineert, zie je ineens iets heel anders.’ Onder Ooit te zien in het Groninger Museum, nu in de tuin in Geldrop: het sloophouten tuinhuis.
I nter i eu r / NO.1
E H & I september 2014 95
Links Een deel van de nieuwbouw is onderkelderd en als logeerkamer in gebruik. Midden In de huisbioscoop nemen kijkers plaats op een speciale XXL Crisisbank. Ook het witte lakmeubel links is op maat gemaakt. Rechts Metamorfose van een houten klerenkast: fris in de lak kan hij weer jaren mee. Een tweede Eigentijdse touch is het kledingrek tussen kast en muur.
straks weer dicht op het vuur. ‘We verhuizen naar het RF-gebouw, een portiershuis met stalen kozijnen en een Dudok-achtige uitbouw. Een industrieel pand, op tweehonderd meter van de fabriek. Met kopse scheidingswanden, royale daklichten en geklonken en geboute polonceauspanten: zo’n driehoekige industriële dakconstructie. Alles is helder en begrijpelijk. Er komt een grote glazen pui aan de achterkant.’ Lachend: ‘Er zijn meer muren, dus is er meer ruimte voor kunst!’ Jeanine Keizer: ‘Soms denk ik: waarom gaan we hier weg? Maar er staat iets heel fraais tegenover. Zo’n nieuw avontuur geeft nieuwe energie. En onze dochters verhuizen nog liever vandaag dan morgen
naar Eindhoven. We zijn er altijd van uitgegaan dat we eerder naar de stad dan naar het platteland zouden verhuizen. Bijna twintig jaar hebben we hier buiten, in onze tuin geleefd. En als we ineens naar die boerderij op het land verlangen, kunnen we in ons vakantiehuis in de Dordogne terecht.’ Piet Hein Eek: ‘Ik kijk ernaar uit weer naast mijn werk te wonen. Bovendien houd ik ervan om dingen die geleefd hebben nieuw leven in te blazen. Die kans wordt ons daar in de schoot geworpen.’ En als een potentiële koper Villa Eek nu op zijn manier nieuw leven wil inblazen? Stel dat hij de karakteristieke sloophouten keuken rigoureus vervangt door een spiegelende hoogglans-designkeuken,
zo een waar je je haar in kunt kammen? Eek: ‘Dit huis is geen museum waar niets aan mag worden veranderd. Het is geen gestileerd designhuis waarin je al van streek raakt als er één punaise verkeerd ligt. Ik acht het niet onwaarschijnlijk dat de uiteindelijke koper juist oog heeft voor de typische Eek-eigenaardigheden.’ Hoort dat karakteristieke tuinhuisje met afgebladderde kozijnen en verweerde deuren trouwens bij de aankoop? Ooit geëxposeerd in het Groninger Museum, nu in een achtertuin in Geldrop. Keizer: ‘Over alles valt te praten. In principe hoort het erbij.’ » Meer weten over Villa Eek? www.redres.nl
Aan de zijkant van Eeks oude werkplaats ligt een verbluffend diepe en mooie tuin.
I nter i eu r / NO.1
E H & I september 2014 97
‘Je moet een omgeving creëren waarin je je goed voelt. Dan komt de rest vanzelf’
Het schuine plafond in de slaapkamer van de nieuwbouw volgt de contouren van de oude buitenmuur.
Boven De ziekenhuiskast naast de wastafel doet nu dienst als badkamermeubel. Onder In overeenstemming met de oorspronkelijke jarenvijftigstijl is een nieuwe badkamer gerealiseerd.