DE KRACHT VAN BRABANT IN ONDERWIJS Verslag bijeenkomst Stichting Brabant Onderneemt De Kracht Van Brabant In Onderwijs 28-01-2013
VOORWOORD
Het non-profit platform Stichting Brabant Onderneemt heeft maandag 28 januari op de Avans Hogeschool te Breda een bijeenkomst gehouden onder het thema ‘De Kracht van Brabant in Onderwijs’. Een dertigtal Brabantse beslissers, als afgevaardigden van de verschillende provinciale ondernemers- en onderwijsnetwerken, schoven in de hogeschool aan voor een interactieve brainstormsessie. Onder de aanwezigen waren de verschillende onderwijspartijen uit Noord-Brabant. Daaronder Paul Rüpp, naast bestuursvoorzitter van Avans Hogeschool lid van het Comité van Aanbeveling binnen Stichting Brabant Onderneemt. Onderwerpen die tijdens de bijeenkomst ter sprake kwamen waren: - Opleiden voor generalist of specialist? - Hoe behouden we studenten in Brabant? - Sluiten opleidingen aan bij behoeften van organisaties? Wij wensen u veel leesplezier toe.
2
INLEIDING
Samenvatting De Kracht Van Brabant
4
Tafelindeling Stichting Brabant Onderneemt Stichting Brabant Onderneemt is een non-profit platform opgericht door ondernemers, voor ondernemers. Brabant Onderneemt richt zich op de stimulering van de Brabantse economie, om op die wijze de provinciale regio een boost te geven. De werking is dan ook gericht op het actief delen van kennis en contacten. We streven naar betrokkenen die trots zijn op het Brabantse ondernemersklimaat en een bijdrage daaraan willen leveren. Wat doen we? Een actieve en betrokken partner: dat is wat Brabant Onderneemt wil zijn. Vanuit deze rol gaan we de samenwerking aan met betrokkenen binnen de drie O’s (ondernemingen, onderwijs- en overheidsinstellingen). Brabant Onderneemt wil participeren en ondersteunen in gezamenlijke ontwikkelingen. Dit komt onder andere tot uiting in de De Kracht van Brabant: Stichting Brabant Onderneemt organiseert ‘De Kracht van Brabant in…’, waarbij beslissers van de verschillende initiatieven aanschuiven om plannen te concretiseren. De uitkomsten, ideeën en evaluaties daarvan zullen leiden tot bepaalde plannen. Wij zullen een actieve aanjagende en verbindende rol spelen in het concretiseren van deze actiepunten.
“De uitkomsten, ideeën en evaluaties daarvan zullen leiden tot bepaalde plannen. Wij zullen een actieve aanjagende en verbindende rol spelen in het concretiseren van deze actiepunten”
3
Tafel 1 Tafel 2 Tafel 3 Tafel 4
5 5 5 5
Stelling 1 Tafel 1 Tafel 2 Tafel 3
6 6 6
Stelling 2 Tafel 1 Tafel 4
7 7
Stelling 3 Tafel 2 Tafel 3 Tafel 4
8 8 8
SAMENVATTING De Kracht Van Brabant Het non-profit platform Stichting Brabant Onderneemt heeft maandag 28 januari op de Avans Hogeschool te Breda een bijeenkomst gehouden onder het thema ‘De Kracht van Brabant in Onderwijs’. Een dertigtal Brabantse beslissers, als afgevaardigden van de verschillende provinciale ondernemers- en onderwijsnetwerken, schoven in de hogeschool aan voor een interactieve brainstormsessie. Onder de aanwezigen waren de verschillende onderwijspartijen uit Noord-Brabant. Daaronder Paul Rüpp, naast bestuursvoorzitter van Avans Hogeschool lid van het Comité van Aanbeveling binnen Stichting Brabant Onderneemt. Onderwerpen die tijdens de bijeenkomst ter sprake kwamen waren: - Opleiden voor generalist of specialist? - Hoe behouden we studenten in Brabant? - Sluiten opleidingen aan bij behoeften van organisaties? Aan een viertal tafels ontspon zich in de sessie een stevige discussie naar aanleiding van enkele stellingen. Het zorgde voor diverse aardige statements en conclusies. Met name het naar voren komende verschil tussen het opleidingstraject voor het MBO en het HBO leverde belangrijke gespreksstof op. Maar ook de belangen van de ondernemingen liet het onderwijs niet ongeroerd. Vanuit het MKB en de ondernemers luidde het
“Aan een viertal tafels ontspon zich in de sessie een stevige discussie naar aanleiding van enkele stellingen. Het zorgde voor diverse aardige statements en conclusies”
4
overduidelijke advies om als onderwijsinstellingen helderheid proberen te scheppen in het werkelijke opleidingsdoel. Het is de ondernemers op dit moment nogal onduidelijk waar studenten nu tot worden opgeleid. Het moge duidelijk zijn dat een kwalitatief hoogstaande arbeidsmarkt leidend dient te zijn en ook dient te blijven. De taak ligt dus bij de onderwijsinstellingen om duidelijke communicatie te verschaffen naar deze ondernemers. Door betere interactie weten zij wat er speelt en op hun beurt weet de onderwijsinstelling wat de behoeften zijn van de ondernemer. Dit feit van onwetendheid speelt echter ook parten bij de studenten zelf. Een zeer heikel punt was de overweldiging waarmee potentiële studenten min of meer ‘binnengedragen ‘ worden. Opleidingen worden heden ten dage in een mooi jasje gestoken, sexy gemaakt om maar te kunnen concurreren tegen de opleiding twee steden verder. Over het hoofd gezien wordt te communiceren wat de opleiding nu werkelijk kan betekenen voor zo’n toekomstig branchemedewerker. Hier dienen indien mogelijk van bovenaf aangescherpte regels en voorwaarden voor gecreëerd moeten worden. Een punt van kritiek klonk ook richting de uitwaaiende studenten. Zij die hun heil zoeken buiten Brabant bij de switch van bijvoorbeeld HBO naar WO. Geconcludeerd werd dat diezelfde universitaire opleidingen eenmaal specifieker opleiden dan dat binnen Brabant op dit moment wordt aangeboden. Deze grensverlegging moet nu eenmaal geaccepteerd worden. Het hardmaken voor het uiteindelijk terugwinnen van deze afgestudeerden is wel een punt van urgentie. De kennis, cultuur en kunde die zij immers hebben verworven is een meer dan welkome toevoeging aan het sterke ondernemersklimaat dat Brabant kent.
TAFELINDELING
Tafel 1 Luuk Haegens Adagium Roy Beerens Janssen en Janssen Pierre Urlings Summa College Eindhoven Henk Hendrikx Zoomvliet Studio (ROC West-Brabant) Guido van Gageldonk Unit040 Ontwerp Alida Luteyn Heerbeeck College
Tafel 3 Nancy Ummels Effect-HR Paul Rüpp Avans Hogeschool Jan Thijs Stichting Techniekportaal de Kempen Jac van Stratum Van Stratum Techniek BV. Annie van Doremalen Summa College Eindhoven Bart van de Loo Hazenberg
Tafel 2 Ben Oligschlager Frank Cuijpers Bart Janssen Marko Louwes André van der lee Jan de Jong
Tafel 4 Elke Knapen Catrien Coolen Edgar de Beule Rob van der Vorst Nus Waleson Jeroen van Glabeek Marcel de Heer Enrico Koenen Hans Westendorp
SintLucas DeltaZuid Summa College Merk Brabant 3Masters BV Broadcast Business
Stichting Brabant Onderneemt APS Personeelservices Markteffect Heerbeeck College Fontys Hogeschool CM Gemeente Breda Blue Twinkle Stichting Brabant Onderneemt
STELLING 1
1
“Hoe behouden we studenten in Brabant bij een switch van HBO naar WO?”
Tafel 1 Het grote manco lijkt te zijn dat de communicatie tussen het HBO en het WO vele malen verbeterd kan worden. Deze lijken geen of in ieder geval weinig contact te hebben met elkaar. Dit kan geoptimaliseerd worden door bepaalde programma’s of informatie over het WO aan de studenten te verschaffen. Vanuit de onderwijsinstellingen wordt überhaupt weinig gepromoot. Het onderwijs in Noord-Brabant moet trotser zijn. Net zoals de concollega’s van boven de rivieren meer te koop lopen met de kracht van je onderwijsinstelling. Ook die reden vormt dat studenten eerder geneigd zijn weg te trekken naar andere grote studentensteden waar universiteiten zich wel goed profileren.
”Het onderwijs in Noord-Brabant moet trotser zijn”
Tafel 3 Bepaalde groep studenten wil hoe dan ook ‘uitvliegen’. Zij zijn klaar voor zelfstandigheid en trekken er dan ook op uit. Als ze eenmaal hun plek gevonden hebben, is het vervolgens zo dat ze niet snel terugkeren naar hun vroegere woon- of studeerplaats. Die groep is moeilijk tegen te houden.
6
Noord-Brabant schiet op universiteit vlakken tekort. Voor echte specifieke universitaire opleidingen moet je simpelweg niet in Brabant zijn. Echter, het overlappende vlak wat het WO in Brabant aanbiedt kan wel gecommuniceerd worden. Dit gebeurt heden ten dage te weinig. Tafel 4 Een omgekeerd inzicht. Moet je deze groep studenten wel binnen de provinciegrenzen willen houden? Deze kunnen de wereld buiten Brabant proeven, om vervolgens terug te komen met een zak kennis en ervaring. Maar hoe hier invulling aan te geven? De manier om studenten terug te krijgen blijft een heikel punt. De drie belangrijkste opleidingen leiden op voor lokaal beroep. Het is daarom van belang om zich te focussen op de arbeidsmarkt in de regio. Zodat afgestudeerden de mogelijkheid hebben meteen in de buurt aan de slag te gaan. Oplossingen / conclusies / adviezen voor stelling 1: - Betere communicatie tussen HBO en WO - Brabants onderwijs moet trots uitstralen - Je eigen kracht ook promoten - HBO-studenten blijven in regio - WO-studenten waaien uit - Opleiden voor beroepen in regio - Vertrek studenten is deels onhoudbaar - Je eigen kracht promoten
STELLING 2 “Sluiten de opleidingen voldoende aan bij wat er speelt en leeft bij ondernemers/studenten in Brabant?”
Tafel 1 Zo’n 60% van de studenten stroomt in met het idee dat het ze wel een leuk beroep voor ze lijkt. Dit is het gevolg van de overkill aan keuzes. Door dit legio aan opleidingen wordt het de student lastig gemaakt te kiezen, waardoor zij niet door hebben waar ze nu werkelijk voor opgeleid worden.
Dit laatste punt is een essentieel onderdeel van de vaak verkeerde studiekeuze van de studenten. Dit beperkt de kwaliteit van de werknemers in spé, waar de opleidingen uiteindelijk de dupe van zijn. Studenten denken enkel aan de financiële tegemoetkoming. Hierbij zien zij vaak over het hoofd dat er onderaan de bedrijfsstructuur begonnen moet worden. Deze vorm van ‘omhoog werken’ sluit niet aan bij de mindset van de student. Onderwijsinstellingen zouden een realistisch beeld moeten scheppen van wat de opleiding nu werkelijk inhoudt. Dit zal echter een lastig punt blijven, vanwege de hevige concurrentiestrijd tussen de verschillende onderwijspartijen. Tafel 4 Er is naar het blijkt een verkeerde mindset bij studenten. Zij hebben het idee dat je al manager bent wanneer je afstudeert. Deze visie sluit niet aan bij die van het onderwijs: talent ondernemers afleveren die 50 jaar gekneed en gevormd kunnen worden door ondernemingen. De onderwijsinstellingen vormen de ruggengraat van de student, de ervaring, kennis en cultuur van de ondernemingen alles daar rondom heen.
”Er is naar het blijkt een verkeerde mindset bij studenten. Zij hebben het idee dat je al manager bent wanneer je afstudeert”
7
2
Ook bij deze tafel komt duidelijk naar voren dat de studievoorlichting op de middelbare school aan de late kant gegeven wordt. Leerlingen worden namelijk geïnformeerd bij jaar 4-5. Dit hoort volgens naar blijkt jaar 1-2 te zijn, omdat in die periode de echte keuze in grote lijnen al gemaakt dient te worden. Denk aan samenstellen van de zogenaamde pakketten. Oplossingen / conclusies / adviezen voor stelling 2: - Overkill aan keuzemogelijkheden - Verkeerde mindset studenten - Opleidingen worden te mooi verpakt en verkocht - Mindset studenten verkeerd - Studenten worden door onderneming(en) gevormd - Studievoorlichting VO te laat
STELLING 3
3
“Moet de school opleiden voor een generalist of een specialist?”
Tafel 2 Het competentiegericht leren waar het onderwijs nu massaal gebruik maakt, betekent ‘niets leren’. Het leidt studenten op tot generalist. Er moeten hardere afspraken gemaakt worden. Dit is alleen makkelijker gezegd dan gedaan. Ondernemers (van MKB-grootte) kunnen niet 4-5 jaar vooruitkijken om te zeggen of ze bepaalde typen specialisten kunnen gebruiken. Het gevaar hiervan is dat onderwijsinstellingen tot op bepaalde hoogte op blijven leiden tot generalisten. Tot het moment dat bedrijven aangeven zo’n bewuste specialist te willen. Op dat laatste moment kan de opleiding pas focussen op dat specialisme. Tafel 3 Een trend van tegenwoordig is meer generiek opleiden. Het gevolg daarvan is dat studenten het vak pas echt leren in het beroepenveld. Maar waar moeten opleidingen aan blijven voldoen? Lastig om aan te geven wat studenten moeten kennen en kunnen. Daarbij moeten docenten de praktijk ook proeven. Enkel theorie is niet genoeg om van de student kennis maar voornamelijk kunde over te brengen. Cursussen of stages zouden hier schikken.
8
Tafel 4 Gemakzucht speelt parten bij de studenten. Er wordt al snel gekozen voor een breedteopleiding in de regio. Dit laat de student een groot spectrum aan beroepsmogelijkheden na. Het onderwijs speelt daar op in door veel van deze breedteopleidingen aan te bieden. Dit creëert alleen maar generalisten. Er wordt opgeleid voor de massa, niet voor specialistische beroepen. Dit is tegenstrijdig aan de wensen van bedrijven. Werkgevers verwachten bepaald denk- en werkniveau. Zij verlangen specialistische werknemers. Het kost ze immers tijd om van een generalist een specialist te maken. Oplossingen / conclusies / adviezen voor stelling 3: - Hardere afspraken maken - Docenten praktijk kennen - Er wordt opgeleid voor massa - Werkgevers verlangen specialisten
”Er wordt opgeleid voor de massa, niet voor specialistische beroepen”
STICHTING BRABANT ONDERNEEMT Postbus 536 5600 AM Eindhoven 040-2661528 www.brabantonderneemt.nl e-mail:
[email protected]