De kr8 van vrijwilligerszorg 1. Inleiding Het beroep op de informele zorg wordt steeds groter. De overheid (zowel landelijk als gemeentelijk) legt meer verantwoordelijkheden decentraal en bij de burgers neer. Zorgvragers moeten in het eigen netwerk op zoek naar ondersteuning. Daarnaast doet ook de formele zorg steeds meer een beroep op de inzet van mantelzorgers en vrijwilligers. Zo legt ActiZ, de brancheorganisatie van verpleeg- en verzorgingshuizen, in het maatschappelijke debat het uitvoeren van de welzijnstaken in de ouderenzorg bij vrijwilligers en mantelzorgers neer. 1 De vrijwilligerszorg groeit in diversiteit en veelzijdigheid. Reden te meer om de effecten in beeld te brengen en de maatschappelijke, sociale en economische meerwaarde op verschillende manieren aantoonbaar te maken. Tegelijkertijd ervaren lidorganisaties in de vrijwilligerszorg dat er meer en complexere vragen op hen afkomen. Waar liggen grenzen in de vrijwilligerszorg? Het gaat om grenzen van de organisatie, grenzen van de vrijwilliger en ook grenzen van de zorg/hulpvrager. Mezzo richt zich als landelijke vereniging Mantelzorg en Vrijwilligerszorg op belangenbehartiging, ondersteuning en advies en op het versterken van de kwaliteit van vrijwilligerszorg. Met deze notitie over het domein vrijwilligerszorg wil Mezzo de kracht van vrijwilligerszorg benadrukken en handvatten geven hoe om te gaan met het dilemma grenzen. Uitgangspunt is het behoud van de eigenheid van vrijwilligerszorg, de eigen keuze en de intrinsieke motivatie van de zorgvrijwilligers. Het gaat om de extra aandacht, ruimte en tijd die zorgvrijwilligers bieden aan mensen in kwetsbare positie. De maatschappelijke ontwikkelingen rond AWBZ, WMO, Transitie en Welzijn Nieuwe Stijl vragen om een krachtig geluid van de vrijwilligerszorg, om het geven van een nieuwe betekenis aan vrijwilligerszorg, om het kiezen van positie en om lokale samenwerking en afstemming. Deze notitie is bedoeld om lidorganisaties te ondersteunen bij hun visieontwikkeling, een instrument dat zij kunnen gebruiken in: de eigen lobby naar gemeentes en mogelijke andere financiers om de meerwaarde en het specifieke van hun werk aan te tonen de eigen interne discussie over positionering en profilering vrijwilligerszorg en over de grenzen in vrijwilligerszorg activiteiten. Het stuk dat hier voor u ligt, is niet een definitief stuk. We zien het als een groeidocument, dat in de loop van de tijd aangevuld en aangescherpt kan worden. Deze notitie is tot stand gekomen in gesprekken met vertegenwoordigers van lidorganisaties en een discussie in een expertgroep met vertegenwoordigers van lidorganisaties en Mezzo beleidsmedewerkers. 2 Het stuk ligt nu voor aan de Mezzo lidorganisaties. Wij hopen dat u het stuk gaat gebruiken bij interne en externe discussies over de mogelijkheden van de vrijwilligerszorg. Graag horen wij uw ervaringen en opmerkingen.
1
Familieleden, naasten en vrijwilligers zouden zich nadrukkelijker moeten inzetten voor het welzijn van ouderen. Door mantelzorg en vrijwilligerswerk een plek te geven binnen de ouderenzorg krijgt het reguliere personeel meer tijd voor eigenlijke zorgtaken, zegt Aad Koster van branchevereniging ActiZ (mei 2012) 2 Gebruikte bronnen zijn Mezzoflyers VD, BZ, GB, SM, VTH en het Manifest Vrijwilligerszorg en LinkedIn discussie groep Zorgvrijwilligers / Vrijwilligerswerk
Mezzo, Postbus 179, 3980 CD Bunnik, T 030 659 22 22,
[email protected], www.mezzo.nl 2012 Pagina 1 van 6
2. Vrijwilligerszorg: enig in zijn soort Zorgvrijwilligers zijn uniek. Zij zetten zich in voor anderen omdat zij dat zelf willen. Eigen aan de vrijwilligerszorg is dat de vrijwilliger zelf kiest vanuit een intrinsieke motivatie of hij / zij een persoonlijk contact wil aangaan, in wederkerigheid, en op eigen wijze. Omdat zij persoonlijk, in een-op-een contacten, onbetaald, vanzelfsprekend en nietberoepshalve een ander willen helpen die hulp nodig heeft. Hulp bij praktische zaken, maar ook hulp bij het doorbreken van isolement, bij het omgaan met chronische levensbedreigende ziekte of bij het vinden van een weg in onze complexe samenleving. De zorgvrijwilliger zet daarbij in een gelijkwaardige relatie zichzelf, zijn ervaringskennis en praktische wijsheid in, op tijden waar het uitkomt voor de vrijwilliger en de vrager. Het gaat om het bieden van extra aandacht, ruimte en tijd voor mensen in een kwetsbare positie. Een belangrijk uitgangspunt bij deze vormen van vrijwilligerszorg is dat het er vooral om gaat ‘er te zijn’ voor een ander.
Citaat: “Mijn begeleider had mij op het Maatjesproject geattendeerd”, vertelt Nancy “Ik heb mij toen in laten schrijven, omdat ik erg eenzaam was en geen sociale contacten had. Esther haakt hierop in: “Voor mijzelf vond ik het belangrijk iets voor een ander te doen. Dat geeft voldoening. Het Maatjesproject is laagdrempelig. Je kunt het zelf samen helemaal inrichten hoe je het hebben wilt”. “Door het contact met Esther doe ik weer dingen, zoals vrijwilligerswerk en rolstoeldansen. Esther maakt geen onderscheidt en ze accepteert me zoals ik ben. Dat vind ik belangrijk”, zegt Nancy. “Ze is gewoon heel bijzonder!”.(St. AanZet Leeuwarden, februari 2011)
3. Een samenleving waarin je naar elkaar omkijkt Nederland heeft een cultuur waarin we naar elkaar omkijken en betrokkenheid tonen. Van alle inwoners draagt 45% ofwel ruim 5 miljoen Nederlandse vrijwilligers (bron Vereniging NOV) bij aan de samenleving door één of andere vorm van georganiseerd vrijwilligerswerk. In sportverenigingen, natuurclubs, veiligheid, kunst en cultuur of als zorgvrijwilliger. Van alle zorg die mensen thuis krijgen, wordt 80% gegeven door mantelzorgers en zorgvrijwilligers3. Zij dragen bij aan zelfredzaamheid en participatie van anderen, en zorgen zo voor verbinding, onderlinge betrokkenheid en sociale samenhang in onze samenleving. Ruim 80% van alle ondersteuning komt dus uit het domein van de Informele Zorg.
Citaat: Mijn maatje helpt mij een zo stabiel mogelijk leven te leiden (anonieme deelnemer Corridor Rotterdam 2012)
3
Bron van cijfermateriaal Mantelzorg uit de doeken, SCP 2010 en Informele zorg in Nederland Mezzo 2010 Mezzo, Postbus 179, 3980 CD Bunnik, T 030 659 22 22,
[email protected], www.mezzo.nl 2012 Pagina 2 van 6
Op dit moment zijn er in Nederland 450.000 zorgvrijwilligers. Zij worden ingezet via vrijwilligersorganisaties, welzijnsorganisaties, verzorgings- en verpleeghuizen, ziekenhuizen of VG- en GGz-instellingen. Hiervan zijn ca 20.000 zorgvrijwilligers actief bij een organisatie voor Georganiseerde Burenhulp en nog eens 25.000 zorgvrijwilligers bij een organisatie voor zogenaamde intensieve vrijwilligerszorg, zoals Vrijwillige Thuishulp, Buddyzorg of Vriendendienst. Dit wordt zo genoemd omdat intensieve vrijwilligerzorg verder gaat dan praktische hulp en meestal sociaal-emotionele ondersteuning omvat, vaak draait om ondersteuning bij verlies of isolement, eenzaamheid, sociale uitsluiting of bij de impact van ziekte of aandoening (Manifest voor de intensieve Vrijwilligerszorg Mezzo). 4. Zorgvrijwilligers kunnen en willen niet alles Door allerlei overheidsmaatregelen neemt de druk op mantelzorgers en burgers (zonder of met een klein netwerk) toe, en daarmee ook de vraag naar zorgvrijwilligers. Zo staan op het terrein van de formele zorg de komende tijd forse bezuinigingen op stapel, wordt AWBZ begeleiding overgeheveld naar de gemeenten en wordt de toegang tot het pgb beperkt. Daarmee zal bijvoorbeeld voor een deel van de mantelzorgers hun vergoeding verloren gaan, omdat 5% van alle mantelzorgers een vergoeding vanuit het pgb van de hulpbehoevende ontving (in 2008). Deze maatregelen passen bij de algemene maatschappelijke tendensen zoals individualisering, ontgroening en vergrijzing, die op zichzelf al leiden tot een toenemend beroep op zorgvrijwilligers. Daarnaast gaan gemeenten het accent in de Wmo verleggen van persoonlijke redzaamheid naar sociale redzaamheid en participatie. Zij willen daarmee een verschuiving bewerkstelligen naar meer oplossingen op eigen kracht en vanuit sociale netwerken en minder vanuit overheidsvoorzieningen. Deze ontwikkeling, ook wel de Kanteling genoemd, leidt tot een groter beroep op zorgvrijwilligers en mantelzorgers. Ook vanuit de formele zorg wordt de druk op de informele zorg steeds groter. ActiZ (koepel verpleeg- en verzorgingshuizen) treedt stevig in de publiciteit met de boodschap dat de instellingen (medische) zorg bieden en dat de informele zorg verantwoordelijk is voor het welzijn van de zorgvragers. Mantelzorgers en zorgvrijwilligers moeten meer gaan zorgen en een bijdrage leveren aan het welzijn van ouderen. Kortom, een forse opgave voor mantelzorgers en zorgvrijwilligers om in tijden waarin de druk van alle kanten wordt opgevoerd, het eigen karakter en de eigen kracht te blijven behouden. Door bovenstaande ontwikkelingen komen er nu al meer complexe vragen op het pad van de vrijwilligerszorgorganisaties en dat van de zorgvrijwilligers. Ingewikkelde vragen bijvoorbeeld omdat er tegelijkertijd problemen zijn op meerdere levensgebieden, of omdat de situatie voor de vrager uitzichtloos is of omdat de medische situatie complex is. Deze complexiteit zal de komende jaren toenemen. Met het toenemend beroep op de informele zorg (zie VWS Beleidsbrief Mantelzorg) zijn we hard op weg om het beroep op de mantelzorgers en de zorgvrijwilligers te ver op te rekken waardoor het een dwingend karakter krijgt en waardoor de grenzen tussen vrijwilliger en beroepskracht (betaalde medewerker) steeds meer verlegd worden. De emotionele en morele druk op zorgvrijwilligers neemt toe om activiteiten uit te voeren die over de eigen grenzen gaan. Voor sommige handelingen en verantwoordelijkheden zijn mensen nodig die daarvan hun beroep hebben gemaakt en daarvoor zijn opgeleid. Deze handelingen en Mezzo, Postbus 179, 3980 CD Bunnik, T 030 659 22 22,
[email protected], www.mezzo.nl 2012 Pagina 3 van 6
verantwoordelijkheden horen niet thuis in het domein van de vrijwilligerszorg. Een voorbeeld hiervan zijn de zogenaamde voorbehouden handelingen. Medische handelingen die alleen mogen worden uitgevoerd door professionals met de passende opleiding en ervaring. Zie ook Mezzo advies Risicovolle en Voorbehouden Handelingen. Zo hoort ook therapeutisch begeleiden niet in het domein van de Informele Zorg. Elke vrijwilligerszorgorganisatie dient beleid op te stellen op het gebied van grenzen stellen en gedragsregels of afspraken vast te stellen middels een code of protocol voor vrijwilligers, cliënten en medewerkers. Elke vrijwilliger dient zich bewust te zijn van zijn of haar persoonlijke grenzen en die van de organisatie. Elke zorgvrager heeft het recht de eigen grenzen aan te geven en zijn / haar privacy te bewaken. Zie hiervoor de Schijf van kr8. Een middel om intern de discussie te voeren over verschuivende grenzen is het Mezzo Stoplichtspel. 5. Vrijwilligerszorg moet je organiseren: zorgen voor elkaar mogelijk maken Wie de wens en behoefte heeft om andere, kwetsbare mensen te helpen, zal niet uit zichzelf op een wildvreemde afstappen met zijn aanbod. In tegenstelling tot hulp van een buur of vriend is het kenmerkend voor vrijwilligerszorg dat vrijwilliger en vrager elkaar bij de start van het contact niet kennen. Bij vrijwilligerszorg gaat het om een georganiseerd contact. Vrijwilligerszorg komt niet vanzelf tot stand. Een organisatie brengt vraag en aanbod bij elkaar. Allereerst door werving van zorgvrijwilligers. Zo’n organisatie brengt vervolgens zorgvuldig en met aandacht de behoefte van de vrager in kaart en gaat op zoek naar een vrijwilliger waarmee het zal klikken. Bij het georganiseerde contact hoort ook dat vrijwilliger en vrager spelregels afspreken. Bijvoorbeeld over hoe vaak je elkaar treft en wat je voor elkaar doet. En als het contact tussen vrager en zorgvrijwilliger niet naar wens verloopt, of niet vanzelf gaat, dan kan die organisatie voorkomen dat het contact om de verkeerde redenen stopt. Zorgvrijwilligers die aan de slag gaan, kunnen ervaren dat ze behoefte hebben aan nieuwe kennis en vaardigheden. Zij willen leren hoe ze beter en meer kunnen helpen. Dat draagt bij aan het zelfvertrouwen en het plezier in de vrijwilligerszorg. Onderdelen van scholing kunnen zijn gesprekstechnieken, bespreekbaar maken van thema’s als eenzaamheid, verlies of dood maar ook methodisch werken, volgens de presentietheorie. Deze theorie is gestoeld op het basisprincipe van ‘er zijn’ voor de zorgvrager. De huidige vrijwilligers stellen hoge eisen aan de inhoud van het werk, aan de ondersteuning en aan de organisatie. De organisatie staat voor goede en gegarandeerde kwaliteit van vrijwilligerszorg. Hoeveel begeleiding vrijwilligers nodig hebben, hangt sterk af van het type vraag, de complexiteit van de situatie en de zorgvrijwilliger zelf. In algemene zin kun je stellen: hoe hoger de eisen die je stelt aan de zorgvrijwilliger, hoe meer je ook moet organiseren voor het goed laten verlopen van het vrijwilligerswerk. Naast scholing is intervisie hierbij een bruikbaar en veel toegepast instrument.
Mezzo, Postbus 179, 3980 CD Bunnik, T 030 659 22 22,
[email protected], www.mezzo.nl 2012 Pagina 4 van 6
Citaat; Het project heeft mij er bewust van gemaakt dat een paar uurtjes uit mijn ‘drukke’ leven, ongelofelijk veel kunnen betekenen voor iemand anders. Dat ik iets goeds kan doen voor een ander, door er alleen te zijn!’(anonieme vrijwilliger Maatjesproject Drenthe 2012)
6. Vrijwilligerszorg draagt bij aan ….. Een groter sociaal netwerk en meer zelfredzaamheid Met een goed sociaal netwerk leven we gezonder, bereiken we meer en oordelen we positiever over ons leven. Sociale relaties dragen bij aan de persoonlijke en sociale ontwikkeling en aan identiteit en zelfrespect. Ze helpen om een zelfstandig leven te leiden en aan de samenleving deel te nemen. Ze zijn belangrijk voor het persoonlijk functioneren. Gelukkige mensen hebben meer kans om gelukkige vrienden en familieleden te hebben, die op hun beurt weer gelukkige mensen in hun omgeving hebben. Dit is vooral te danken aan zogenaamde emotionele besmetting. Mensen zijn geneigd hun geluk met hun naasten te delen door bijvoorbeeld het bieden van spontane hulp bij klusjes. Minder eenzaamheid, meer activiteiten, meer zelfvertrouwen Uit onderzoek van Vriendendienst Amsterdam (Altijd welkom wilde ik zijn, 2007) blijkt dat contact met een zorgvrijwilliger en/of deelname aan groepsactiviteiten lichtpunten vormen in de week van vragers. Voor een meerderheid van respondenten nemen gevoelens van eenzaamheid af en gevoelens van zelfvertrouwen toe. Het onderzoek laat ook zien dat een zorgvrijwilliger ervoor zorgt dat vragers meestal meer activiteiten ondernemen. Of dit tot een tijdelijk effect beperkt blijft, is afhankelijk van de vraag of de zorgvragers binnen het contact met de zorgvrijwilliger zelfvertrouwen opdoen en of zij bij het ondernemen van groepsactiviteiten mensen leren kennen met wie zij afspraken kunnen gaan maken. Verder leidt het ondernemen van activiteiten dikwijls tot het ondernemen van steeds méér activiteiten. Citaat ‘Mijn maatje past wel goed bij me. Hij heeft dezelfde interesse en haalt me uit de dagelijkse eenzaamheid’ (anonieme deelnemer Maatjesproject Drentje 2012) Meer participatie en meedoen aan de maatschappij Vrijwilligerszorg versterkt de sociale samenhang: de vrijwilligers ondersteunen mensen in kwetsbare situaties bij het meedoen in de samenleving. Zij zorgen dat mensen langer thuis kunnen blijven wonen. Zij voorkomen een terugval of verdere achteruitgang in de problematiek van de kwetsbare burger. Samengevat: Vrijwilligerszorg draagt bij aan kwaliteit van leven zowel van het leven van de vrager als van de zorgvrijwilliger. Het is wederzijds een verrijking in de relatie die door betrokkenen wordt onderhouden.
Mezzo, Postbus 179, 3980 CD Bunnik, T 030 659 22 22,
[email protected], www.mezzo.nl 2012 Pagina 5 van 6
7. Wat is de investering? Vrijwilligerszorg is niet in geld uit te drukken. Het doet geen recht aan de eigenheid, wederkerigheid, intrinsieke motivatie van zorgvrijwilligers om daar een economische plaatjes bij te schetsen die de marktwaarde of vervangingswaarde uitdrukken. Wel is duidelijk dat als mensen bezig zijn als zorgvrijwilliger, zij die tijd niet aan ander vrijwilligerswerk of betaald werk kunnen besteden. We spreken dan van de investeringswaarde voor de zorgvrijwilliger. Omgerekend gaat het dan om 22.500 volledige arbeidsplaatsen, oftewel ongeveer 820 miljoen euro als mensen in plaats daarvan betaald werk zouden verrichten. Citaat: ‘Leren omgaan met handicap: Een man van begin 20 met een progressieve spierziekte vroeg om netwerkcoach. Hij wilde niets meer, was klaar met zijn leven en lag allleen op de bank. Met behulp van de coachvrijwilliger heeft de man op een andere manier naar zijn beperking leren kijken. Samen hebben zij een scootmobiel aangevraagd. De coach heeft de man ermee leren omgaan en nu komt hij weer onder de mensen”(Mezzo Handreiking Versterken van sociale netwerken, 2011, pg 19 Coördinator Steunpunt Zorg voor Welzijn Hoorn).
8. Hoe nu verder? Het stuk dat hier voor u ligt, is niet een definitief stuk. Het is een groeidocument, dat in de loop van de tijd aangevuld en aangescherpt kan worden. Geef uw mening via de reactie mogelijkheid op de pagina www.mezzo.nl/kr8vrijwilligerszorg en laat weten welke aanvullingen u nodig vindt, en hoe uw ervaringen met het stuk zijn. Op deze pagina zijn ook alle documenten te vinden waar in dit groeidocument naar wordt verwezen. In 2013 wordt een aangepaste en definitieve versie via de Mezzokanalen verspreid naar alle lidorganisaties. Tot slot een oproep om als sector Vrijwilligerszorg te blijven ontwikkelen en de kracht te versterken: Maak gebruik van elkaar(s kennis en praktijken) in de Mezzokringen en via sociale media Investeer in de kwaliteit van vrijwilligers (zorg) Zet de eigen specifieke expertise op de kaart Zoek lokale samenwerking en sta open voor denken in het brede domein Vrijwilligerszorg. Wij wensen u daarbij heel veel succes en wij hopen dat deze notitie daarbij voor u van pas komt.
Versie, november 2012
Mezzo, Postbus 179, 3980 CD Bunnik, T 030 659 22 22,
[email protected], www.mezzo.nl 2012 Pagina 6 van 6