De invloed van de Monitor Fertiliteitszorg op de kiezende zorgconsument
De invloed van de Monitor Fertiliteitszorg op de kiezende zorgconsument
Jolien van Heek : Marjan Faber : Jan Kremer : Hanneke Nusselder : Annique van de Lindeloof:
IQ healthcare, UMC St. Radboud, Nijmegen IQ healthcare, UMC St. Radboud, Nijmegen Afdeling gynaecologie en obstetrie, UMC St. Radboud, Nijmegen Patiëntenvereniging Freya, Wijchen MediQuest, Utrecht
Pagina | 1
De invloed van de Monitor Fertiliteitszorg op de kiezende zorgconsument
Inhoudsopgave
Inleiding ................................................................................................................................................... 1 1. Methode .............................................................................................................................................. 1 2. Resultaten............................................................................................................................................ 2 3. Conclusies ............................................................................................................................................ 5 Bijlage 1: Criteria voor de Pluim .............................................................................................................. 6
De invloed van de Monitor Fertiliteitszorg op de kiezende zorgconsument
Inleiding Kwaliteitsinformatie over ziekenhuizen, professionals en andere gezondheidsorganisaties wordt in toenemende mate gepubliceerd in het publieke domein. Er is een groeiend bewijs dat consumenten behoefte hebben aan kwaliteitsinformatie over zorgaanbieders. Het blijkt dat consumenten veel soorten informatie belangrijk vinden, maar dat zij deze informatie slechts beperkt gebruiken in hun keuze. Het blijkt ook dat de interpretatie van kwaliteitsinformatie voor veel patiënten lastig is. Een groep consumenten die veelvuldig gebruik maakt van kwaliteitsinformatie zijn patiënten met fertiliteitsproblemen. Om patiënten met fertiliteitsproblemen te ondersteunen bij het kiezen van een fertiliteitskliniek, ontwikkelde patiëntenvereniging Freya in 2011, met ondersteuning van MediQuest, de ‘Monitor Fertiliteitszorg’. Deze Monitor biedt consumenten de mogelijkheid informatie te verkrijgen over het behandelaanbod en de kwaliteitsaspecten van klinieken in Nederland, op het gebied van fertiliteitszorg. Op basis van deze gegevens kan een keuze gemaakt worden voor een kliniek die past bij de criteria die de patiënt belangrijk vindt. Tevens zijn klinieken beloond met een Pluim, indien ze voldeden aan 11 criteria (zie bijlage 1 voor details). Deze studie was erop gericht het gebruik van de Monitor Fertiliteitszorg te evalueren. Hiervoor werden drie onderzoeksvragen geformuleerd: 1. In hoeverre levert de Monitor Fertiliteitszorg een bijdrage aan het vinden van een fertiliteitskliniek die aansluit bij de voorkeuren van patiënten met fertiliteitsproblemen? 2. Welke kwaliteitsaspecten van fertiliteitsklinieken vinden patiënten met fertiliteitsproblemen het belangrijkst bij het kiezen van een fertiliteitskliniek. 3. Wat is de mening van fertiliteitsartsen en gynaecologen die in fertiliteitsklinieken werken over de Monitor Fertiliteitszorg, in het kader van keuzevrijheid en transparantie binnen de fertiliteitszorg?
1. Methode De studie werd uitgevoerd in de periode november 2011 – april 2012. Voorafgaand aan de lancering van de Monitor werd een literatuurstudie gedaan om te bepalen welke factoren van belang zijn bij het keuzegedrag van patiënten in het algemeen. Na de lancering van de Monitor Fertiliteitszorg in januari 2012 werden mensen uitgenodigd om de Monitor Fertiliteitszorg te gebruiken. Freya nam hierin het voortouw, door de Monitor via hun website en sociale media kanalen, onder de aandacht te brengen . Na het doorlopen van de Monitor Fertiliteitszorg konden bezoekers een vragenlijst invullen. Om te bepalen welke kwaliteitsaspecten bezoekers het belangrijkst vonden, werden de loggegevens van de Monitor Fertiliteitszorg over een periode van vier weken gebruikt. Daaruit werd bepaald welke kwaliteitsaspecten de bezoeker selecteerde bij de zoekopdracht die in de Monitor werd geplaatst. De mening van zes gynaecologen en/of fertiliteitsartsen over de Monitor Fertiliteitszorg werd uitgevraagd in telefonische interviews aan de hand van een vooraf vastgestelde vragenlijst.
Pagina | 1
De invloed van de Monitor Fertiliteitszorg op de kiezende zorgconsument
2. Resultaten 2.1 Bijdrage van de Monitor Fertiliteitszorg aan het kiezen van een fertiliteitskliniek De Monitor Fertiliteitszorg werd in de periode 13 januari 2012 – 12 februari 2012 in totaal 1127 keer bezocht, door 1048 unieke bezoekers. De meeste bezoekers bezochten de Monitor in de eerste dagen na de lancering. Momenteel (mei 2012) worden er 10-20 bezoeken per dag aan de Monitor gebracht. De Monitor lijkt daarmee te voorzien in een behoefte onder patiënten met fertiliteitsproblemen om zich te informeren over de kwaliteit van de fertiliteitszorg. Uit de interviews met professionals kwam tevens naar voren dat zij ervaren dat patiënten tegenwoordig bewustere keuzes maken. De vragenlijst onder bezoekers van de Monitor, werd door slechts 11 bezoekers ingevuld. Hierin gaf het merendeel aan dat ze de Monitor Fertiliteitszorg bezochten omdat zij binnenkort starten met een behandeling of een vervolgbehandeling. De meest gezochte behandelingen waren: IVF, ICSI en IUI. De Monitor Fertiliteitszorg lijkt de keuze voor een kliniek slechts gedeeltelijk of helemaal niet te bepalen. Slechts een deel van de bezoekers (18%) zou de Monitor zeer zeker aan anderen aanbevelen. Dit geeft een indicatie voor de beperkte mate waarmee patiënten hun keuze laten bepalen door de uitkomsten van de Monitor. Het niet gebruiken van kwaliteitsinformatie bij het kiezen van een zorgaanbieder is een punt dat ook uit de literatuur veelvuldig naar voren kwam. Hiervoor kwamen, vanuit de interviews met artsen en de vragenlijsten onder bezoekers drie oorzaken naar voren: 1.
Doorverwijsafspraken: er bestaan doorverwijsafspraken tussen de fertiliteitscentra. Deze kunnen van invloed zijn op de uiteindelijke keuze voor een kliniek door de patiënt. Patiënten maken zelf de uiteindelijke keuze voor een bepaalde kliniek. In het geval van doorverwijsafspraken dienen patiënten echter wel een transportkliniek te kiezen die een contract heeft met het IVF-centrum van keuze.
2.
Soort informatie in de Monitor: Een aantal bezoekers en artsen gaf aan dat de informatie nog niet volledig was. Daarnaast werd door artsen aangegeven dat de informatie in de Monitor te beperkt was en dat zij graag de zwangerschapscijfers terug zouden zien in de Monitor. Het was een bewuste keuze van Freya om de zwangerschapscijfers niet beschikbaar te stellen, omdat de onderlinge vergelijkbaarheid van patiënten en de resultaten volgens hen te klein is. Daarnaast worden niet alle cijfers op dezelfde wijze geregistreerd door klinieken. In de doorontwikkeling van de Monitor wordt nogmaals aandacht besteed aan het opnemen van de zwangerschapscijfers.
3.
Regiobeschikbaarheid: Met name artsen gaven aan dat patiënten vooral kiezen voor een kliniek in de omgeving. In veel gebieden zijn er echter niet veel klinieken aanwezig. In figuur 1 zijn het aantal zoekopdrachten in een provincie uitgezet tegen het aantal klinieken per provincie. Er lijkt inderdaad een verband te bestaan tussen het aantal klinieken in de omgeving en het aantal zoekopdrachten. In provincies met maximaal vijf klinieken ligt het aantal zoekopdrachten beduidend lager dan in provincies waar negen of meer klinieken gevestigd zijn.
Pagina | 2
De invloed van de Monitor Fertiliteitszorg op de kiezende zorgconsument
Aantal zoekopdrachten per provincie
250
200
150
100
50
0 0
5
10
15
20
25
Aantal klinieken per provincie
Figuur 1: Aantal klinieken per provincie vs. Aantal zoekopdrachten per provincie
2.2 Kwaliteitsaspecten van belang voor bezoekers van de Monitor Fertiliteitszorg De bezoekers van de Monitor selecteerden de volgende drie kwaliteitsaspecten het vaakst: 1. Aantal IVF/ICSI behandelingen die een kliniek heeft uitgevoerd in de periode 1 juli 2010-31 juni 2011; 2. Wachttijd gynaecologie-infertiliteit tot eerste afspraak; 3. Aantal IUI behandelingen die een kliniek heeft uitgevoerd in de periode van 1 juli 2010-31 juni 2011. Alle kwaliteitsaspecten en het aantal keren dat deze zijn geselecteerd zijn weergeven in onderstaand overzicht: Aspect Hoeveel tijd wordt standaard gereserveerd voor een vervolgconsult bij de arts? Is de wachtruimte van de poli fertiliteit gescheiden van de wachtkamer verloskunde? Hoeveel tijd wordt standaard gereserveerd voor een eerste consult bij de arts? In de kliniek is protocollair vastgelegd dat de arts of verpleegkundige met de patiënt de mogelijkheden van psychosociale ondersteuning bespreekt Aantal dagen per week geopend voor vruchtbaarheidsbehandelingen Aantal IUI behandelingen die een kliniek heeft uitgevoerd in de periode 1 juli 2010 t/m 31 juni 2011 Wachttijd Gynaecologie-infertiliteit tot eerste afspraak Aantal IVF/ICSI behandeling die de kliniek heeft uitgevoerd in de periode 1 juli 2010 t/m 31 juni 2011
Totaal aantal keren geselecteerd 134 147 179 228
255 338 441 466
Uit de loggegevens bleek daarnaast dat klinieken met een Pluim significant vaker in detail werden bekeken dan klinieken zonder Pluim of klinieken die geen informatie hadden aangeleverd (zie figuur
Pagina | 3
De invloed van de Monitor Fertiliteitszorg op de kiezende zorgconsument
Aantal keren in detail bekeken
2). Hieruit kan worden opgemaakt dat het hebben van een Pluim voor patiënten belangrijk is bij de keuze voor een kliniek. Dit werd ook bevestigd door de artsen in de interviews. 500
404
400 300 176
200 100
36
0 Pluim
Geen Pluim
Onbekend
Soort kliniek in detail bekeken
Figuur 2: Aantal keren dat een kliniek in detail bekeken: Pluim vs. Geen Pluim, vs. Onbekend (n=616)
2.3 Mening van gynaecologen en fertiliteitsartsen over de Monitor Fertiliteitszorg Artsen stonden over het algemeen positief tegenover de Monitor Fertiliteitszorg. Wel gaven artsen aan dat de informatie in de Monitor wellicht te beperkt is om een goede keuze voor een kliniek te maken. Echter, uit de literatuurstudie bleek dat patiënten een relatief goed beeld kunnen krijgen van de kwaliteit van zorg door te focussen op enkele aspecten van. Bovendien maakt veel informatie het keuzeproces erg ingewikkeld. De keuze van de makers van de Monitor om de informatie beperkt te houden zal het gebruik dus ten goede komen. Daarnaast vroeg een deel van de artsen zich af of het onderscheidend vermogen tussen klinieken wel groot genoeg was om een bewuste keuze te maken. Uit de loggegevens werd uit de drie meest geselecteerde kwaliteitsaspecten bepaald of de klinieken onderling onderscheidend waren. Dit leek wel het geval (zie figuur 3-5). Tevens werden door de artsen zelf een aantal punten genoemd waarop zij dachten onderscheidend te zijn, bijvoorbeeld kliniekgrootte en patiëntgerichtheid. Deze aspecten zijn slechts ten dele opgenomen in de Monitor Fertiliteitzorg.
3000 2500 2000 1500 1000 500 0 0
20
40
60
80
100
Figuur 3: Aantal IVF/ICSI behandelingen dat is gedaan in de periode 1 juli 2010-31 juni 2011 per kliniek
Pagina | 4
De invloed van de Monitor Fertiliteitszorg op de kiezende zorgconsument
12 10 8 6 4 2 150
Figuur 4: Aantal weken wachttijd gynaecologie-fertiliteit tot eerste afspraak
120
Figuur 5: Aantal IUI behandelingen dat is gedaan in de periode 1 juli 2010-31 juni 2011 per kliniek
0 0
50
100
3500 3000 2500 2000 1500 1000 500 0 0
20
40
60
80
100
Artsen waren over het algemeen positief over de Pluim. Zij gaven aan dat het een stimulans kon zijn tot het verbeteren van processen. Daarnaast waren zij van mening dat de Pluim van toegevoegde waarde kan zijn voor patiënten met fertiliteitsproblemen. Wel werd negatieve effecten van de Pluim benoemd. Hiermee werd bedoeld dat er slechte oplossingen worden aangedragen die niet zorgen voor procesverbetering, maar die er wel voor zorgen dat de Pluim behaald wordt. Dit leidt met de huidig opgenomen kwaliteitsaspecten niet direct tot slechtere kwaliteit van zorg voor de patiënt, maar resulteert wel voor een inefficiënte aanpak van problemen. Omdat patiënten duidelijk waarde hechten aan het hebben van de Pluim, is dit een punt van aandacht bij de doorontwikkeling van de Monitor. De artsen droegen een aantal verbeterpunten voor de Monitor Fertiliteitszorg aan. Deze hadden met name betrekking op het ordenen van de resultaten. Momenteel wordt met name geordend op reisafstand. Het ordenen op kwaliteitsaspect en soort kliniek zou volgens de artsen een verbetering van de Monitor kunnen betekenen. 3. Conclusies Concluderend kan worden gesteld dat de Monitor Fertiliteitszorg positief is ontvangen door zowel gebruikers als professionals. Er is sinds de lancering van de Monitor op 13 januari 2012 veelvuldig gebruik gemaakt van de Monitor. De Monitor voorziet daarmee in een behoefte onder patiënten met fertiliteitsproblemen om geïnformeerd te zijn over de kwaliteit van de geleverde zorg. De impact van de Monitor op keuzegedrag lijkt vooralsnog beperkt. De aangedragen punten ter verbetering van de Monitor Fertiliteitszorg kunnen worden meegenomen in de doorontwikkeling van de Monitor Fertiliteitszorg. Toekomstig onderzoek zou zich moeten richten op het gebruik van de Monitor Fertiliteitszorg door patiënten ten behoeve van keuzegedrag en het gebruik door professionals voor kwaliteitsverbetering. Ons onderzoek toont aan dat op die vlakken meerwaarde gecreëerd kan worden. Pagina | 5
De invloed van de Monitor Fertiliteitszorg op de kiezende zorgconsument
Bijlage 1: Criteria voor de Pluim De zorgverlener verstrekt mondelinge en schriftelijke informatie (of verwijzingen naar digitale folders) over de onderzoeken en behandelingen en bijbehorende kansen en risico’s, toegespitst op de situatie van de patiënt. De zorgverleners wijzen iedere patiënt mondeling en/of schriftelijk en/of digitaal op het bestaan van patiëntenvereniging Freya. De kliniek participeert tweemaal per jaar in een regionaal overleg. Het laboratorium neemt deel aan minimaal drie semen-rondzendingen van de Stichting Kwaliteitsbewaking Medische Laboratoriumdiagnostiek (SKML). Het onderzoekstraject wordt zonder onnodige herhaling uitgevoerd, omdat hiervoor de uitslag van een andere kliniek wordt overgenomen in geval van de volgende onderzoeken: hysterosalpingogram (HSG), laparoscopie, MRI, hysteroscopie. De patiënt krijgt standaard de mogelijkheid aangeboden om bij een IVF_punctie een intraveneus of intramusculair opiaat ter pijnbestrijding toegediend te krijgen. *Dit geldt alleen voor IVF klinieken en transportklinieken. De behandelaar of verpleegkundige bespreek met iedere patiënt de mogelijkheden voor psychosociale ondersteuning (bijvoorbeeld een gesprek met een maatschappelijk werker of psycholoog) en dit is protocollair vastgelegd. De kliniek houdt minimaal één keer per twee jaar een patiënttevredenheids- of patiëntervaringenonderzoek specifiek gericht op fertiliteitszorg. Vruchtbaarheidsbehandelingen kunnen zeven dagen per week plaatsvinden (met uitzondering van maximaal drie weken per jaar waarin het laboratorium gesloten is). De wachtruimte van de fertiliteitspolikliniek is gescheiden van de wachtruimte verloskunde. De kliniek beschikt over een aparte productiekamer, waarvan de deur niet uitkomt in de wachtkamer.
Pagina | 6