De Heraut
Lijfblad van de Nijmeegse politicoloog
Euroscepsis of Eurofilie?
De Heraut, Lijfblad van de Nijmeegse politocoloog, Editie 53, Heraut februari 2014. www.ismus.nl/deheraut
De (on)zekere toekomst van de Europese Unie
Een niet-terminaal zorgenkindje De huwelijkse voorwaarden van Griekenland Pak je kansen, volg je hart - Interview met Hubert Bruls Henk & Ingrid: politiek door de gewone burger Stop de betutteling van de samenleving
SCOREBORDJOURNALISTIEK Gijs Swennen
Hoge uitslagen zeggen niet alles. Dat beweerde Co Adriaanse na een 1-5 nederlaag tegen Roda JC in 2003. Hij introduceerde hierbij de term scorebordjournalistiek. Journalisten kijken uiteindelijk alleen naar de uitslag, niet naar het vertoonde spel. Wie maken zich ook schuldig aan scorebordjournalistiek? Juist, binnen de politiek vindt er een ontwikkeling plaats waarin cijfers het overnemen van ideeën. Waar partijen en politici nu voor staan is onduidelijk, het gegoochel met cijfers heeft de overhand in de actualiteit. Opiniepeilingen, doorrekeningen van het CPB en miljoenennota’s zijn de overheersende woorden op de voorpagina’s van de Volkskrant en het NRC. Hebben Henk en Ingrid eigenlijk nog wel een idee wat deze cijfers betekenen en vanuit welk idee deze cijfers zijn ontstaan? Een van de hoogtepunten voltrok zich in 2012. Elke partij voelde zich winnaar toen het Centraal Planbureau de doorberekeningen van de partijprogramma’s presenteerde. Alexander Pechtold: ‘D66 brengt niet alleen de schatkist op orde, maar zorgt ook dat de economie blijft groeien’, de PvdA heeft ‘een uniek programma want de overheidsfinanciën komen op orde, de koopkracht blijft op peil en de sociale voorzieningen blijven in stand’. De SP noemde zich de ‘koopkrachtkampioen’ en de VVD was de ‘banenmachine’. Allemaal uitspraken op basis van een cijferrapport van een planbureau. Is dit ook waarom issue voting
2
Heraut, jaargang 2014, editie 53
vaak de reden is dat mensen op een partij stemmen? Henk en Ingrid krijgen tientallen economische onderwerpen in verkiezingstijd naar hun hoofd geslingerd, waarin de ene miljard de andere miljard aanvalt. Duidelijkheid in de ideologie van partijen is ver te zoeken; Andrej Zaslove zou wijzen op het begrip ‘kartelpartijen’. Tekenend was de opmerking van Mark Rutte waarin hij toegaf dat hij een rekenfoutje van 50 miljard had gemaakt. Dat zelfs onze MinisterPresident geen raad meer weet met alle cijfers zegt eigenlijk al genoeg. Daarmee hebben dus niet alleen Henk en Ingrid moeite met alle cijfers, maar politiek Nederland lijkt zelfs het onderscheid tussen niet meer te kunnen maken. Dat cijfers als heilig worden gezien in het politieke debat is op zichzelf al vreemd, maar dat al deze cijfers afkomstig zijn van één enkel onafhankelijk instituut is mogelijk nog erger. Het CPB heeft een monopolie op economische voorspellingen in Nederland, partijen moeten op hun knieën vragen of hun bezuinigingen opgenomen kunnen worden in de berekeningen. Dan te bedenken dat er in Duitsland vijf verschillende instituties zijn die macro-economische voorspellingen geven. Daar rollen ook nog eens vijf verschillende voorspellingen uit. Is het dan nog reëel om te zeggen dat deze cijfers hét beeld van de economie in Nederland weergeven? Nee, dat is het niet en dat zal het ook nooit worden. Misschien had Geert dan toch gelijk toen hij uit het Catshuisoverleg stapte.
Er wordt een grote waarde aan de 3%-norm gesteld, maar de zekerheid dat Nederland ook daadwerkelijk een tekort van 3% gaat halen is er niet. Misschien zou een Frans planbureau wel stellen dat Nederland een tekort van 1,5 % heeft in plaats van 4 %. Alexander Pechtold sprak ooit over de houdgreep van het populisme. Ik spreek over de houdgreep van het CPB. Heel politiek Nederland is met handen en voeten gebonden aan het instituut en alternatieven zijn er niet te vinden. Laten we maar hopen dat Henk en Ingrid hun eigen financiële planning wel door meer dan één persoon laten controleren.
AGENDA 2
Scorebordjournalistiek
3
Redactioneel
4
Een niet-terminaal zorgenkindje
5
Eurosceptische partijen klaar voor de strijd
7
Henk en Ingrid: politiek door de gewone burger
8
Den Haag Geklaag
9
De huwelijkse voorwaarden van Griekenland
18 Stop de betutteling van de samenleving
11 Verkiezingen, verkiezingen, (verkiezingen?)…
19 Europa nog ver weg voor arm Oekraïne
12 Pak je kansen, volg je hart
20 Media
14 Democraat pur sang
21 ismuspagina
16 De wereld heeft een ware held verloren
22 Woordje van de voorzitter
REDACTIONEEL Beste politicologen, Een nieuw politiek jaar voor de Heraut is aangebroken. Een jaar waarin de Europese parlementsverkiezingen zullen plaatsvinden. Op 22 mei dit jaar ‘mogen we weer’. Vol enthousiasme hollen we naar het stemlokaal om onze politieke kleur kenbaar te maken. Daar zullen wij onze burgerplicht eendrachtig voldoen. Jammer genoeg denkt niet elke burger er zo over. Met een landelijk opkomstpercentage van 36,5 procent in 2009 spraken we over een bedroevend lage opkomst. De eurosceptische Partij Voor de Vrijheid van Geert Wilders kwam toen als winnaar uit de bus en met twee zetels in het Europees parlement. Nu, vier jaar later, zijn er meerdere partijen die de macht van Brussel willen gaan inperken. Wilders neemt het initiatief voor de vorming van een eurosceptische alliantie in samenwerking met het Front National van Marie Le Pen en wellicht op korte termijn met de Zweedse populistische partij Sweden Democrats van Jimi Akesson. Een alliantie binnen
het parlement die haar eigen macht een halt wil toeroepen. Niet bepaald een opportunistische gedachte. Dat zou het imago van politici nog eens goed kunnen doen. Zo levert de Europese Unie gelukkig nog iets op, zou Wilders zeggen. Met de Europese verkiezingen in het vooruitzicht wil de Heraut graag de huidige stand van zaken in Europa van beide kanten belichten. Het bloeiend, verenigd Europa van Verhofstadt in een pro-Europa artikel versus de geldverslindende, kansloze superstaat in het anti-Europa artikel. Daarnaast kijken we naar Oekraïne, waar het volk zich aangetrokken voelt tot de Europese Unie versus Griekenland waar eurosceptisme de boventoon voert. Dit overkoepelende thema zal breed worden behandeld deze editie, maar de Heraut betrekt politiek nieuws op micro- en macroschaal. Beiden verdienen onze aandacht. Zo lees je op pagina dertien over de man die verantwoordelijk is voor de oprichting van
onze studievereniging. Jawel, burgemeester Hubert Bruls van Nijmegen hebben we voor deze editie geïnterviewd. Verder geven we ons laatste eerbetoon aan de mythische vrijheidsstrijder Nelson Mandela die begin december vorig jaar is heengegaan. Deze achtergrondartikelen worden afgewisseld met de opiniërende vermakelijke rubrieken. Het kritische geluid met een glimlach lees je in het gesprek van Henk en Ingrid, Bas Oosting geeft zijn visie als ministerpresident en het hoognodige geklaag over de aanstaande gemeenteraadsverkiezingen geeft Paul Dekkers. De agenda is veelbelovend. Nu de tentamenweek achter ons ligt en we fris aan het tweede semester beginnen kan naast een nieuw collegeblok een nieuwe Heraut niet uitblijven. Veel leesplezier toegewenst. Felix Verhagen Hoofdredacteur
Heraut, jaargang 2014, editie 53
3
EEN NIET-TERMINAAL ZORGENKINDJE Koen Beekhuis
Geldverspilling, log ambtenarenapparaat, bureaucratisch misbaksel, soevereiniteitsverdelger. Het zijn allemaal termen die Eurosceptici hanteren om aan te duiden wat er mis is met de Europese Unie. In hun ogen krijgen we een hoop overtollige wetgeving en betalen we daar ook nog eens grif voor. Dan hebben ze het nog niet eens over de euro gehad; de brave Noord-Europese jongens van de klas moeten nu óók nablijven als de Spaanse kwajongen weer eens met propjes heeft geschoten. Maar dit is niet terecht. Wie werkelijk kritisch kijkt naar de Europese Unie zal met een andere mening komen. Natuurlijk dragen wij een deel van onze soevereiniteit af, gaat een deel van onze staatskas naar Brussel en wordt er ook daar geld verspild. Daarnaast is het ook nog eens onverantwoord dat er geen sprake is van socio-economische gelijkheid. Waarom mag een Griek eerder met pensioen dan een Nederlander? Onze grenzen zijn tot overmaat van ramp ook nog eens opengesteld! Echter, de Europese samenwerking levert ons meer op dan enkel wat Bulgaren bij de vuilophaaldienst. Onze nationale markten versmelten, er ontstaat een Europese interne markt, waardoor iedere lidstaat sterker staat in de volatiliteit van de wereldeconomie. Onze munt brengt stabiliteit, lagere transactiekosten en geeft duidelijkheid aan onze burgers.
4
Heraut, jaargang 2014, editie 53
Onze samenwerking op het militaire vlak zorgt voor een efficiënte Europese Defensie, welke er op zijn beurt voor zorgt dat ieder land zich niet tot de tanden hoeft te bewapenen. Natuurlijk zijn er problemen binnen de Europese Unie. We moeten zorgen dat de verspilling, o.a. het maandelijkse tripje naar Straatsburg, stopt en we moeten efficiënter om leren gaan met de inkomsten. De EU moet gaan streven naar eigen inkomsten in plaats van enkel op de afdrachten van lidstaten te steunen, de onderlinge cohesie tussen landen moet worden versterkt en de zuidelijke lidstaten moeten strenger gecontroleerd worden. Maar om de Eurosceptici tegemoet te komen wil ik ook graag met hen mede-fantaseren over de prachtige wereld buiten de EU. De wereld waarin alle Polen, Bulgaren, Roemenen en ander ‘Oostblok-tuig’ niet zomaar in Nederland werken en onze hoogopgeleide beroepsbevolking vervolgens deze laaggeschoolde banen zullen vervullen. De wereld waar we weer betalen met guldens (of florijnen, nóg nostalgischer) en we bij een bezoekje in het buitenland onze valuta duur moeten wisselen. De wereld waarin we bij de grens moeten stoppen en worden geïnspecteerd door douanebeambten en iedere vrachtwagen van de weg geplukt wordt. De wereld waarin de overheid schandalig hoge landbouwsubsidies moet afgeven om de landbouwsector
concurrerend te houden met de rest van Europa. De wereld waarin Defensie flink moet investeren, omdat andere landen ons niet meer onvoorwaardelijk steunen in geval van nood. De wereld waarin we bij economische crisis simpelweg de waarde van onze guldens kunnen aanpassen en zodoende onze exportwaarde compleet om zeep helpen en onze economie overgevoelig raakt voor de conjunctuur. Het bovenstaande kan als enigszins wat overdreven op u afkomen. Echter dienen we te beseffen dat we slechts aan het begin staan van deze Europese samenwerking. De oorsprong van deze samenwerking ligt in het verre verleden en valt zelfs terug te leiden tot de Volkenbond. En dan zijn we er nog lang niet, maar om dat in perspectief te zetten: Nederland is sinds 1848 een parlementaire democratie, maar ik zie Rutte nog dagelijks stuntelen.
EUROSCEPTISCHE PARTIJEN KLAAR VOOR DE STRIJD Stijn Theeuwen Loes Tijssen
Met de verkiezingen voor het Europees Parlement voor de boeg is er een interessante tijd aangebroken. In mei gaan we met zijn allen naar de stembus. De verwachting is dat antiEU partijen gaan winnen ten opzichte van de huidige situatie. Bepaalde allianties tussen dit soort partijen worden of zijn ook al gevormd. Een groot blok van niet-EU gezinde partijen in het Europees Parlement zou voor een interessant schouwspel kunnen zorgen. Maar welke partijen zijn dit? En hoe groot is de kans dat zij daadwerkelijk slagen? Hier volgt een analyse. Het Verenigd Koninkrijk is van oudsher een buitenstaander geweest in de Europese politiek. Door de aparte positie als eiland en de machtige positie die het altijd heeft gehad, is de opvatting over Europa binnen het land altijd anders geweest dan in landen zoals Nederland. Dit laat zich ook zien in het niet deelnemen aan de Euro, de gemeenschappelijke munt. Afgelopen jaren is er nog meer roering onder de Engelse bevolking ontstaan. De roep om een referendum over een EU-exit werd sterker. Onder andere de grote krant de ‘Daily Expres’ begon een actie om aandacht te krijgen voor dit onderwerp. Het bracht premier Cameron uiteindelijk zover om een toekomstig referendum te beloven. Grote winnaar lijkt de UK Independence Party (UKIP) te worden. Zij spelen goed in op
het anti-EU sentiment en leider Nigel Farage weet veel aandacht te winnen door zijn felle tirades in het Europees Parlement. De UKIP wil dat het Verenigd Koninkrijk terugtreedt uit de EU. Volgens Farage is de EU ‘gekaapt’ door het Europese Project. Daarom is hij van plan voor een ‘aardschok’ te zorgen in 2014 en de Britse politiek op zijn kop te zetten. In opiniepeilingen wordt de UKIP nu als tweede partij gezien, met ongeveer vijfentwintig procent van de stemmen in de UK. Andere invloedrijke partijen zijn bijvoorbeeld de Lega Nord uit Italië. Lega Nord is een partij die al een tijdje meedraait in Italië. De verdediging van de regionale belangen van Noord-Italië, waar de partij bekend mee is geworden, is niet langer het enige speerpunt. Een kritische houding ten opzichte van de Europese Unie en het verliezen van soevereiniteit is tegenwoordig ook van groot belang bij de LN. Voor het Vlaams Belang, strijdend voor een onafhankelijk Vlaanderen, geldt hetzelfde. Ook Duitsland heeft tegenwoordig een partij met een zeer kritische boodschap over de EU en vooral de euro, Alternative für Deutschland. Dit terwijl Duitsland lange tijd één van de weinige West-Europese landen was waar een echt eurosceptische partij ontbrak. Oostenrijk
Heraut, jaargang 2014, editie 53
5
daarentegen heeft altijd een zeer Europa-kritische bevolking gehad. De FPÖ is dan ook altijd sterk vertegenwoordigd. In Scandinavië is ook in elk land de laatste jaren een populistisch-nationalistische partij opgekomen. Ook in Nederland is het anti-EU geluid niet ongehoord. In 2005 was er natuurlijk het referendum over de Europese grondwet, waar de Nederlandse bevolking een duidelijk ‘nee’ uitsprak. Bij de vorige Tweede Kamer verkiezingen maakte de PVV van Europa haar grote speerpunt. Ook in de debatten was de EU een belangrijk onderwerp van gesprek. Wilders deed begin november vorig jaar opnieuw stof opwaaien nadat hij toenadering zocht tot Front National, de Franse antiEU partij. Wilders heeft gezegd “met alle eurokritische partijen en partijen die kritisch zijn over immigratie en de rampen die links over ons heeft uitgestort” te willen samenwerken. De ontmoeting met Marine Le Pen was hierin de eerste stap. Ze zijn van plan om samen op te trekken, richting de verkiezingen, maar vooral daarna. Ook andere partijen zullen zich hier wellicht nog bij aansluiten. Opvallend is het wel dat Wilders een front probeert te vormen met andere partijen, omdat hij hier eerder niet positief over was. Tot nu toe was de PVV ook geen onderdeel van een blok met eurosceptische partijen. De grootste daarvan in het Europese Parlement is op dit moment de EFD (Europe of Freedom and Democracy). Dit is een samenwerking van tien sceptische partijen in een officiële politieke groep. De UKIP en de Lega Nord zijn de grootste en verder zijn onder andere de Danish People’s Party, The Finns Party en Slovak National Party vertegenwoordigd. Naar eigen zeggen is het doel van de groep het leveren van een stem van oppositie in het Europese Parlement, die hard nodig was.
6
Heraut, jaargang 2014, editie 53
Ze zijn opgericht na de Europese verkiezingen van 2009, waar ze net geen vijf procent van de zetels veroverden. Een andere noemenswaardige alliantie is de European Alliance for Freedom. Dit is een groep Europees parlementsleden van verschillende partijen. Hun gezamenlijke doel is niet terugtreding uit de EU maar wel het beschermen van regionale en nationale belangen en dus het behoud van soevereiniteit. Toch lijkt het er dus op dat er gewerkt wordt aan een nieuwe grote samenwerking van partijen met een negatieve kijk op de EU. Zo was er afgelopen november een bijeenkomst in Wenen. Hier werd een mogelijke alliantie besproken. Omdat dit in het geheim gebeurde is niet met volle zekerheid te zeggen welke partijen er aanwezig waren. Het Vlaams Belang, Lega Nord, de FPÖ en het Front National werden genoemd. De PVV zegt zelf niet aanwezig te zijn geweest. Toch heeft Geert Wilders wel aangegeven deze partijen als mogelijke samenwerkingspartners te zien. De aangekondigde samenwerking met Le Pen wijst hier ook op. Een samenwerking tussen al deze partijen is echter niet zo gemakkelijk als het lijkt. Ze hebben één groot punt gemeen, namelijk de houding ten opzichte van de EU. Maar op veel andere vlakken zijn er grote verschillen. Een goed voorbeeld daarvan is de verhouding tussen de PVV en het Front National. De PVV is een pro-Israël partij, terwijl het Front National onder leiding van Jean Marie Le Pen als antisemitisch werd gezien. Inmiddels heeft zijn dochter, Marie Le Pen, het leiderschap overgenomen. Zij zorgt voor een frisse wind binnen de partij. Toch vond Wilders het nodig zich een beetje te verdedigen. Zo heeft hij gezegd: ‘het feit dat ik met haar samenwerk, betekent
niet dat ik al haar standpunten onderschrijf’ en ‘Zij is een kind van haar vader, niet van zijn uitspraken’. De samenwerking zorgde desalniettemin voor verbazing in de Nederlandse politiek. ‘Je angst voor Europa moet wel heel groot zijn als je over die verschillen heenstapt,’ zo sprak Frans Timmermans. En die uitspraak is eigenlijk voor bijna alle anti-EU partijen van toepassing. Er zijn namelijk zeer grote verschillen, maar de drang om een duidelijk front te vormen tegen de EU is blijkbaar zo belangrijk dat deze verschillen kunnen worden vergeten. De vraag of deze partijen de samenwerking met partijen die op bepaalde gebieden zo erg van elkaar verschillen kunnen volhouden, lijkt wel gerechtvaardigd. Veel mensen zijn dan ook niet overtuigd van de duurzaamheid van het verbond, maar een harde uitspraak valt daar simpelweg nog niet over te doen. In veel Europese landen is er een voedingsbodem voor anti-EU sentiment ontstaan. Populistische en nationalistische partijen spelen hier op in en lijken overal winst te gaan boeken. Een duidelijke voorspelling voor het aantal zetels van alle kritische partijen is moeilijk, maar forse winst wordt zeker verwacht. Met meerdere allianties binnen het Europese Parlement lijkt het een goed moment te worden voor deze beweging om een vuist te maken. Want ook al zijn ze natuurlijk nog lang niet groot genoeg om al hun plannen door te drukken, dit wil niet zeggen dat hun invloed gering hoeft te zijn. De opkomst en groei van dit soort partijen jaagt de traditionele partijen namelijk vaak een bepaalde schrik aan. Als meer extreme inzichten vaker onder de aandacht gebracht worden, worden ze snel mainstream. Ook andere grote partijen schuiven dan steeds dichter naar dit gedachtegoed toe. En zo zou het best mogelijk kunnen zijn, dat de schok die wordt aangekondigd, er ook daadwerkelijk gaat komen.
HENK EN INGRID: POLITIEK DOOR DE GEWONE BURGER Sara Bijlard Hannah Ploeger
Aflevering 1: Europa
Henk: ‘Kijk eens! Heb je dit al gelezen? Geert Wilders heeft een zeehondje geadopteerd!’ Ingrid: ‘Wat is het toch een schat. Houdt rekening met iedereen, in tegenstelling tot die egocentrische zakkenvullers daar in Den Haag’. Henk: ‘Ik wou dat iedereen zag wat voor goede dingen hij allemaal voor ons doet. Neem nou het onderwerp Europa: hij vertegenwoordigt de mening van de Nederlander en hij komt zijn beloften tenminste na. Dat kun je van al die anderen niet zeggen!’ Ingrid: Inderdaad, vooral van die ene niet! Hoe heet ie ook alweer? Samsung, Simsam…’ Henk: ‘Samsom? Zijn naam zegt me niets, net als die hele partij. Nee, dan onze Geert!’ Ingrid: ‘Zonder hem is de hele politiek één schijnvertoning. Bijvoorbeeld Europa, er wordt toch niet naar ons geluisterd’. Henk: ‘Zoals dat Europese Referendum een paar jaar geleden. We hebben allemaal ‘nee’ gestemd en toen hebben ze het toch gewoon gedaan. Ja wel onder een andere naam, maar het kwam toch op hetzelfde neer!’ Ingrid: ‘Inderdaad. De overheid is ten dienste van ons en niet andersom’. Henk: ‘Precies. Ik heb geen vertrouwen in de politieke partijen. Al dat geld naar Griekenland. En wij zitten hier maar in ons hele kleine huisje, wij kunnen maar net op vakantie, wij moeten heel hard werken voor ons geld, terwijl die Grieken lekker riant leven van óns pensioengeld.’
Ingrid: ‘Ik heb het je al die tijd al gezegd. We hadden nooit in de Europese Unie moeten gaan. Die Zuid-Europese landen zijn afhankelijk van ons en blijven dat ook op deze manier, net als ontwikkelingshulp. Al dat geld maar naar die landen die daardoor nooit op hun eigen benen leren staan. Een permanent Europainfuus, zoals Geert het noemt. Henk: ‘Straks wordt de Europese Unie nog één land, zoals Amerika. Niks eigen beslissingen, het dictaat van Europa regeert. Onze Geert beschermt ons hier tenminste tegen.’ Ingrid: ‘Precies, Geert weet waar het om draait. Wij hebben zelf al meer dan genoeg problemen, wij hoeven andermans problemen niet op te lossen’. Henk: ‘Nederland moet Nederland blijven, moet haar eigen keuzes kunnen maken.’ Ingrid: ‘Daarom is het belangrijk dat de PVV blijft bestaan’. Henk: ‘Precies. Niet alleen draagt Geert Wilders zorg voor Europa, hij is altijd nuchter gebleven. De ene dag bezig met onze belangen binnen Europa, de andere dag met beide benen op de grond tussen de zeehondjes.’
Heraut, jaargang 2014, editie 53
7
DEN HAAG GEKLAAG
GEMEENTERAAD? KLINKT BESMETTELIJK.
Paul Dekkers
De gemeenteraadsverkiezingen staan voor de deur, dus het is weer tijd dat de landelijke politici in Den Haag campagne gaan voeren. Wie boeit het immers wie er aan het roer staat in de gemeente zelf? De Haagsche dames en heren weten zelf dondersgoed dat gemeenteraadsleden grotendeels onbekend zijn in hun respectievelijke gemeenten, dus toveren de wanhopige landelijke partijen op lokaal niveau maar een Tweede Kamerlid uit de hoge subsidiehoed. Overigens kun je het de politici zelf niet kwalijk nemen dat ze voor de lokale evenknie campagne gaan voeren, want als het extra stemmen trekt dan doe je dat, toch? Het doel heiligt de middelen immers. Toch is het enigszins jammer dat lokale politici redelijk onbekend zijn in hun eigen Heimat, behalve als er weer eens een raadslid fraude pleegt of zich van kant maakt in Spanje. Ik vraag mezelf af hoe het toch gekomen is dat tegenwoordig zo weinig mensen écht weten waar de gemeenteraad voor staat. Dan heb ik het niet over het feit dat veel mensen nog altijd denken dat de burgemeester de belangrijkste schakel is in de gemeentelijke politiek, maar meer het feit dat vroeger Jan en alleman toch wel bekend was met de gemeenteraad en waar ze voor staat. De decentralisatie die onder het bewind van premier Ruud Lubbers (CDA) van start ging in de jaren
8
Heraut, jaargang 2014, editie 53
‘80 is nou niet echt een stimulans geweest om de politiek naar de burger te brengen. Doordat kleine gemeenten de afgelopen decennia zijn opgeheven en samengevoegd onder het mom van ‘herindeling’, zijn dorpen samengeklonterd met de grotere steden. Oké, het idee is natuurlijk wel mooi; meer macht naar de gemeenteraden, want dat zorgt voor meer efficiëntie op lokaal niveau. De tegenprestatie is echter dat inwoners van delen van gemeenten zich niet meer interesseren in de lokale politiek, omdat die toch in handen is van de grote stad zelf. Van de ruim achthonderd gemeenten begin jaren tachtig zijn er nu nog maar een schamele vierhonderd over en de komende jaren zal dit aantal gestaag krimpen. Nee, de herindelingen zijn nu niet echt het antwoord geweest voor de bekendheid en populariteit van de gemeenteraad. Uit politiek opzicht was het misschien beter geweest als politici niet zo zouden snijden in het aantal gemeenten en daarmee gemeenteraden. Door die kleinere gemeenten kun je tenminste nog zorgen dat mensen betrokken blijven bij de lokale politiek en hoef je niet een Diederik Samsom (PvdA) in Fryslân rond te laten huppelen om nog stemmen te winnen (om nog maar te zwijgen over sommige pareltjes die zich lokale partijen noemen en dus helemaal geen landelijke politici hebben). Dan zou het opkomstpercentage misschien
ook niet zo snel krimpen als nu het geval is. Want laten we wel wezen, zeker met de decentralisatie is het van belang dat de inwoners weten wie ze in hemelsnaam in de gemeenteraad ploffen, want die persoon kan straks ervoor zorgen dat je AWBZ naar de kloten gaat.
DE HUWELIJKSE VOORWAARDEN VAN GRIEKENLAND
GRIEKSE EUROSCEPSIS DOOR DE OGEN VAN VIER GRIEKSE SPECIALISTEN
Laura Buuts
Join the EU they said It will be fun they said Op 1 januari heeft Griekenland het EU-voorzitterschap overgenomen van Litouwen. Bijzonder, gezien de grote problemen waarin Griekenland zich nog steeds bevindt. Het noodlijdende Griekenland heeft relatief weinig geld gereserveerd voor de functie. Met de begrote 50 miljoen euro zullen er dan ook weinig internationale bijeenkomsten worden georganiseerd in Athene. Het EU-voorzitterschap van Griekenland komt nog afgezien van de financiële situatie van het land op een bijzonder moment, omdat het vertrouwen van de Griekse bevolking in de EU het laagst is van alle EU-lidstaten. Het vertrouwen nam in de periode na het begin van de crisis in 2009 af van 59% naar 19%. De Heraut interviewde vier Griekse specialisten over toenemende Euroscepsis in hun land. Griekenland en de EU Griekenland behoorde ooit tot de grootste voorstanders van de EU. Toen Griekenland in 2004 de Olympische Spelen organiseerde had nog 68% van de bevolking vertrouwen in de EU, het lidmaatschap van de EU werd als iets positiefs gezien en de Griekse bevolking zag de toekomst rooskleurig tegemoet. Volgens professor Pleios, hoofd van de media en communicatie afdeling van de Universiteit van Athene, is de relatie van Griekenland met de EU altijd
goed geweest: “The EU has always been regarded as being an ally which provides financial support and support in our international relations.” De EU werd in Griekenland gepresenteerd als een soort familie op wiens steun je altijd kunt terugvallen. Toch is er altijd al een kloof geweest tussen Griekenland en de rest van Europa, zegt Kathimerinijournalist Maglinis: “Greece is supposed to be Western, but apart from the geographical aspect, it has been covered and occupied by the Ottomans for such a long time that the influence has been tremendous. Also the Balkan element is very strong, especially in the Northern part of the country.” Na 2004 ging het bergafwaarts met het Griekse optimisme. Professor Pleios: “Now, the EU does not provide funds anymore, it does not subsidize the Greek society anymore. Yes, the EU still gives us money, but it asks a lot of sacrifices in return. This is perceived in a negative way by the Greeks. It feels as if an old ally, a good friend has betrayed us.” Dit verlies van steun van Europese kant, gecombineerd met de door Maglinis beschreven voortdurende identiteitscrisis van de Griekse bevolking hebben samen het vertrouwen in de EU flink ondermijnd. Maglinis: “Of course the Greeks realize that the EU is still giving money to Greece, but it is perceived as helping at a great cost. Greeks feel that the EU is only ‘helping’ Greece to get out of the crisis to Westernize Greece
Heraut, jaargang 2014, editie 53
9
and alienate the country from their more, deeper and truer elements.” Kritiek op de EU Daarbij komt nog dat Griekenland lange tijd geloofde dat de EU een goed alternatief was voor de nationale overheid. Het vertrouwen in het nationale parlement is al jaren schrikbarend laag (6% in 2012) en de EU werd lange tijd gezien als garantie tegen het slechte beleid van de overheid. De kritiek op de EU bestaat er dan ook deels uit dat de EU deze corrigerende functie niet naar behoren heeft uitgevoerd. Een ander groot punt van kritiek is dat de EU volgens de Grieken te veel hamert op bezuinigingsmaatregelen, waar al lange tijd geen ruimte meer voor is in de portemonnee van de Griekse bevolking. Bovendien fungeert de EU de laatste jaren meer als doorgeefluik voor Duits beleid dan als politieke arena voor internationaal debat en discussie, zegt ook onderzoeker Tzogopoulos, werkzaam bij ELIAMEP en The Crisis Observatory. Veel Grieken geven de Duitsers de schuld van de bezuinigingsmaatregelen en de slechte economische situatie in Griekenland. Volgens Maglinis wordt deze beschuldigende vinger gevoed door het verleden en de cultuurkloof tussen Griekenland en Duitsland: “All the ghosts of the 1940s have come back. Plus there is a clash between the protestant and orthodox culture. Protestants say ‘we have to work and save.’ You have to rely on yourself. In the orthodox culture we grew up with the idea that we always have to rely on somebody else. For example your father, your family or the state. For us, the memorandum feels as if the Germans force us to live like them, that they will put us all to work and turn us into slaves.”
10
Heraut, jaargang 2014, editie 53
Grieks wantrouwen Dat de Grieken weinig vertrouwen hebben in de EU is in dat opzicht niet verwonderlijk, omdat de Griekse bevolking van nature geneigd is tot wantrouwen. “Greeks are very suspicious by nature. And sometimes they have the right to be suspicious, because Greek politicians have been so corrupted and so inefficient,” aldus Maglinis. Nog afgezien van dit wantrouwen jegens autoriteiten heeft de gemiddelde Griek geen vertrouwen in de media, de buurman, de samenleving als geheel en de toekomst, zo wijzen de Eurobarometers door de jaren heen uit. Volgens Maglinis geeft dit eens te meer de dubbele persoonlijkheid van de Griekse bevolking weer: “These are contradictions in terms. We don’t trust the media, but if we need information we will listen to the media. We hate the police, but when something happens to us we will call the police. We hate the state and we say that politicians are thieves, but if there is heavy rain or a big fire and there is damage to our houses, the first thing we will say is ‘where is the state?’. We are like little children, very immature. We will say ‘mommy I hate you’, but then we hurt ourselves and we say ‘mommy, help me, I hurt myself’.” Gloort er nog hoop aan de horizon? Hoe slecht het beeld van de EU in Griekenland ook mag zijn, de Eurozone verlaten willen ze zeker niet. Volgens professor Verney, gespecialiseerd in de Griekse integratie in de EU, is het allemaal niet zo erg als het lijkt. Grieken zijn kritisch over de Europese instellingen, zeker, maar ze zijn tegelijkertijd groot voorstander van de Euro. Ze willen graag van het memorandum af, maar dat neemt niet weg dat de Grieken er
graag samen met de EU uit willen komen. Pleios: “Our relationship is like a problematic marriage. Divorce is not an option.” Als het aan Tzogopoulos ligt zal het imago van de EU dan ook snel verbeteren als de crisis voorbij is. Ook Maglinis ziet de toekomst van de relatie tussen Griekenland en de EU zonnig in: “If the crisis is over, there are no more austerity measures and the economy is improving, many of these things will be forgotten. My prediction is that trust in the European Institutions will be restored up to a certain extent, but the old discussion whether we belong in Europe or not will go on.”
Voor dit artikel zijn interviews afgenomen met Georgios Pleios, decaan van de media en communicatie faculteit van de Universiteit van Athene, Susannah Verney, professor aan de Universiteit van Athene en gespecialiseerd in de Griekse integratie in de Europese Unie, Georgos Tzogopoulos, wetenschapper bij ELIAMEP en The Crisis Observatory en Elias Maglinis, journalist bij Kathimerini, een van de grootste Griekse kranten.
VERKIEZINGEN, VERKIEZINGEN, (VERKIEZINGEN?)… Casper Soetekouw
Het jaar 2014 zal de politieke boeken in gaan als een verkiezingsjaar. De Europese verkiezingscampagne lijkt af te stevenen op een populistische strijd sinds Wilders zijn antiEuropavrienden heeft opgezocht, maar ook de VVD laat zich steeds kritischer uit over Europa. Daarvoor vinden in maart gemeenteraadsverkiezingen plaats die belangrijker dan ooit zouden kunnen worden. Het zou niet de eerste keer zijn dat landelijke politici hun biezen moeten pakken door teleurstellende resultaten op lokaal niveau. De nationale politiek wordt dit jaar op twee fronten beïnvloed. Wat betekent dit verkiezingsjaar voor het minderheidskabinet Rutte? Moeten we ons opmaken voor een derde campagne? Het kabinet Rutte-Asscher heeft al diverse hindernissen met hard werken knap weten te trotseren. Het besef bij VVD en PvdA dat een nieuwe val van een kabinet de licht herstellende economie schade zal toebrengen geeft een gevoel van verantwoordelijkheid. Een minder idealistische visie laat twee coalitiepartners zien die elkaar bij het kijken naar de opiniepeilingen krampachtig vasthouden. De coalitie is door de minderheid in de Eerste Kamer nu eenmaal instabiel. Toen in december van het vorige jaar zelfs PvdA-senator Duijvestein dreigde tegen het woonakkoord te stemmen werd het helemaal link. Waarom zouden oppositiepartijen hun nek
nog uitsteken als coalitiepartijen hun eigen gelederen niet gesloten kunnen houden? In het nieuwe jaar wachten nieuwe uitdagingen voor het kabinet, te beginnen met de gemeenteraadsverkiezingen in maart. Het zal de eerste keer zijn dat de coalitie haar populariteit in een verkiezingsuitslag uitgedrukt zal zien. Deze graadmeter is wel degelijk van belang, het heeft landelijke kopstukken al wel eens hun politieke leven gekost. De coalitie zal voordoen alsof de teleurstellende uitslag hun stabiliteit niet in het geding kan brengen, ‘We wisten van tevoren dat het geen populaire klus zou worden’ horen we bewindslieden vaak roepen. Toch moet de uitslag van de gemeenteraadsverkiezingen niet worden onderschat. Vooral PvdA-leider Samsom zou een nederlaag in de grote steden wel eens op zijn bord kunnen krijgen. Samsom is in de ogen van de PvdA-kiezer symbool geworden van de toegeeflijkheid aan de VVD, terwijl Mark Rutte door zijn kiezers als ‘de beste premier van de PvdA ooit’ wordt bestempeld. Het verstandshuwelijk tussen VVD en PvdA heeft beiden schade toegebracht en dit wordt de eerste formele relatietest. Kan het de druk weerstaan? De verkiezingen voor het Europees Parlement in mei zijn van een andere orde. Geert Wilders, de man tegen Europese samenwerking, gaat samenwerken in Europa. Hij heeft zijn pro-
Israëlische gedachtegoed even opzij gezet om met het Franse Front National te kunnen samenwerken. Een slimme zet van Geert, die een sterke anti-Europese fractie lijkt te gaan bewerkstelligen in mei. Door dit verwachte succes is de VVD zenuwachtig geworden en zijn ze ook Eurokritische taal gaan uitslaan om hun graantje van de anti-Europasentimenten mee te kunnen pikken. Dit zou ze een hoop succes kunnen opleveren, ware het niet dat de VVD een regeringspartij is waardoor het meer kapot kan maken dan ze lief is. Zoals het een campagne betaamt zullen de verschillen tussen de coalitiepartijen worden uitvergroot en als de VVD dan in de anti-Europahoek zit zal dit de relaties binnen de coalitie weinig goed doen. Ook de gelegenheidscoalities, gesloten in een campagneloze en constructieve tijd, zouden door deze uitvergrootte verschillen wel eens verleden tijd kunnen zijn. Zeker gedoogpartner D66 zal een Eurokritische attitude van de VVD allerminst kunnen waarderen en zonder de steun van de gedoogcoalitie is dit kabinet ten dode opgeschreven. Het kabinet zal kosten wat kost proberen de boel bij elkaar en draaiende te houden. Het resultaat van dit kabinetsbeleid zal pas op termijn zichtbaar zijn en ze beseffen zich terdege dat politieke waardering pas aan het einde van de rit tot hen zal kunnen komen. Tot die tijd zullen PvdA en VVD het met elkaar moeten doen, door de regen en de wind. Als dat maar goed gaat…
Heraut, jaargang 2014, editie 53
11
PAK JE KANSEN, VOLG JE HART Emma Rosendal Nicole Nibbering
Sinds maart 2012 is Hubert Bruls burgemeester van Nijmegen. Hiervoor was hij onder meer gemeenteraadslid, wethouder en Tweede Kamerlid voor het CDA. Voordat hij burgemeester werd van Nijmegen, had Bruls deze functie al vervuld in Venlo. De Heraut zocht hem op en ging met hem in gesprek.
Hoe is het als CDA-politicus in Nijmegen? Het staat immers wel bekend als het Havana aan de Waal. Dit is helemaal geen Havana aan de Waal! De burgemeester is er natuurlijk voor iedereen en je merkt dat de partijpolitieke verschillen eigenlijk steeds kleiner zijn. De verschillen waar we het over hebben, zijn vaak vrij klein, zeker lokaal. Het is voor veel kiezers vaak ook heel lastig om het verschil echt te zien. Nederland is het land in de Europese Unie met het grootste aantal zwevende en wisselende kiezers en ja, dat zegt alles. De burgemeester is bovendien neutraal. Denkt u dat ook landelijk partijpolitiek een mindere rol speelt of is dat echt een lokale ontwikkeling? Kijk, de grote hoofdkeuzes over hoe de Nederlandse economie is ingericht, de mensen die daar vol in zitten, zeggen dat de verschillen groot zijn. Nee, de verschillen gaan over een paar miljoen meer, maar dat is geen principieel verschil. Op die grote hoofdkeuzes zie je zeker tussen de grote partijen heel veel overeenkomsten en dat maakt het voor kiezers ook lastig om het verschil te zien. Maar omgekeerd is diezelfde kiezer verantwoordelijk voor de partijen die naar elkaar toe kruipen, omdat een partij in de gaten heeft dat er niet zoiets is als een traditionele kiezer die vanwege bepaalde motieven op die partij stemt. Dus gaat men naar andere dingen zoeken en
12
Heraut, jaargang 2014, editie 53
zijn partijen zich ook op andere dingen gaan profileren om kiezers te krijgen. Wat vindt u van de discussie over het happy hour beleid? Alcohol is een groter kwaad dan drugs in de Nederlandse samenleving. Wij behoren tot – mag ik het even onparlementair zeggen – de zuipers van Europa, zeker onder de jeugd. Met alle gezondheidsschade van dien. Kinderen, jeugdigen, studenten die niet goed hun school of opleiding volgen en die hersenschade oplopen. Want hoe jonger je begint, hoe ernstiger het is. En ik vind dat je dat moet durven zeggen. Ik ben echt heel fervent tegen overmatig drankgebruik. Ikzelf drink ook niet in het openbaar, want ik ben al jaren burgemeester en omdat ik als burgervader vind dat ik naar mijn kinderen – de inwoners van de stad – het goede voorbeeld moet geven. Je mag iemand niet dronken laten worden. Dat vergeten we voor het gemak, maar dat is wel zo. Wat is je morele plicht? Als je vriend of vriendin zo aan de bar hangt. Laat je dat nou gebeuren? “Joh, het is toch zijn zorg.” Nee, tuurlijk niet! Je bent verantwoordelijk voor elkaar. Is er naast alcohol iets anders dat u zou willen verbeteren voor studenten? De grote opgave ligt natuurlijk op studentenhuisvesting, dat is al jarenlang. We hebben gelukkig
wel mooie plannen, hè: het verbouwen van verpleegtehuizen, oude kantoorpanden die door mensen omgetimmerd worden, maar daar moeten we wel heel erg mee doorgaan, want de studenten en de universiteit kleuren Nijmegen natuurlijk op bijzonder positieve manier. Het tweede punt is dat ik me soms wel zorgen maak om de bereikbaarheid van met name Heijendaal. Daar is al wel het nodige gebeurd, maar ik denk dat je daar qua investeringen ook wel mee verder moet gaan. Het moet wel leefbaar blijven. Wij hebben nu al een hoogopgeleide bevolking en dat is economisch van enorme waarde. U vertelde al dat u hier heeft gestudeerd. Hoe was uw studietijd? Ik kijk daar met enorm veel plezier op terug. Een klasgenoot had het over Politicologie en toen ben ik eens mee gaan kijken. Politicologie heeft een stukje geschiedenis, maar is ook wat breder. Daarom ben ik dat gaan studeren en dat is me erg goed bevallen. Ik raakte snel geïnteresseerd in Italiaanse arbeidsverhoudingen, daar heb ik dan ook mijn doctoraal over gedaan. Maar ik heb Politicologie toch vooral ervaren als een studie die een hele goede algemene basis geeft. Van veel dingen die ik daar geleerd heb, heb ik nu nog profijt.
En u heeft ook ismus opgericht? In ’84 was er geen studievereniging en die misten wij toch wel. Dus heb ik met een paar kornuiten Areopagos opgericht, dat later ismus is geworden. Bij andere studieverenigingen werden bijvoorbeeld films vertoond, boeken ingekocht, discussiebijeenkomsten en symposia georganiseerd. Echt dingen buiten de studie om, maar waar je als student toch ook behoefte aan hebt. Dat misten wij toch wel erg, dus daarom hebben wij een vereniging opgericht. Dat was een leuke en leerzame ervaring. Ik heb dat altijd leuk gevonden, bij elkaar zijn, dingen organiseren, samenkomen met mensen. Dus dat wat ik nu de hele dag doe, deed ik toen ook al een beetje. Hoe is dat eigenlijk gelopen, dat u burgemeester bent geworden? Ik was dus afgestudeerd in arbeidsverhoudingen en zo kwam ik bij de vakbond terecht. Dit was een vakbond voor ambtenaren en ik deed het regionaal bestuur. Overleggen met gemeentes, dat soort dingen. Tegelijkertijd werd ik actief in de lokale politiek en zo is die liefde voor de gemeente ontstaan. Hier zit je namelijk dicht op mensen. Als je echt iets wil veranderen of bereiken, kun je dat het best op lokaal niveau doen. Ik ging dus op de lijst staan en in ’98 kwam ik in de gemeenteraad. Toen er een wethouder van het CDA opstapte in ’99 werd ik naar voren geschoven als opvolger. Zo is het eigenlijk begonnen. Daarna ben ik een tijdje de landelijke politiek in gegaan, ik heb van 2002-2005 in de Tweede Kamer gezeten. Toen werd ik burgemeester van Venlo en daarna hier. Zijn er grote verschillen tussen Venlo en Nijmegen? Dat vind ik een mooie vraag. Puur vanuit mijn werk zijn de overeenkomsten groter dan
de verschillen, maar er zijn wel degelijk verschillen. Het belangrijkste is de aanwezigheid van diversiteit, die in Nijmegen alom aanwezig is. De bevolking kent meer diversiteit in Nijmegen. Ook is de bevolking in Nijmegen relatief hoogopgeleid, mede natuurlijk door de universiteit, en die in Venlo relatief laagopgeleid. Het tweede verschil, al vind ik zelf dat je dat niet moet overdrijven, is dat Venlo wel echt een Limburgse stad is. Nijmegen is toch ook een zuidelijke stad, maar al wat strakker en formeler dan Venlo. Die diversiteit van Nijmegen zorgt voor veel creativiteit en daarmee ook voor een gezellige stad, maar is tegelijkertijd een mogelijk probleem. Dat vind ik een mooie uitdaging. Op parlement.com staat van veel politici een profiel en bij u staat er onder andere ‘levensgenieter’. Wat vindt u daar van? Zo zou ik mezelf niet willen omschrijven, jullie kunnen natuurlijk wel zien dat ik soms een beetje te veel eet, maar verder… Ik zou mezelf eerder een ‘huisgenieter’ noemen, ik vind het leuk om dingen te doen met de vrouw en kinderen en een beetje rondom het huis te rommelen. Ik doe verder geen gekke dingen, ga niet elke avond uit en maak geen verre reizen. Heeft u nog iets dat u aan de Nijmeegse politicoloog zou willen meegeven? Pak je kansen, maar volg daarbij je hart. Ik heb in de loop van de tijd en zeker tijdens mijn burgemeesterschap geleerd hoe belangrijk het is om je hart en je intuïtie te volgen. Als je tegen je gevoel in iets gaat doen, zal je er altijd achter komen dat dat niet werkt.
Heraut, jaargang 2014, editie 53
13
DEMOCRAAT PUR SANG Joseph Dommeck
Wie kent hem ondertussen niet Geert Wilders is de meest bekende politicus in Nederland, waarschijnlijk zelfs bekender dan Mark Rutte. Als dé man die het estafettestokje heeft overgenomen van Fortuyn (die overigens zelf onfortuinlijk nooit het punt heeft bereikt waarop hij het stokje écht kon doorgeven) kent Wilders zelfs internationale bekendheid. Het is dan ook niet gek als je een Engelsman hoort praten over “Waildurs” uit Nederland. Onder hoogopgeleiden is Wilders vaak het mikpunt van spot en ergernis. Hij is duidelijk een man van het ‘plebs’ die met absurdistische ideeën over buitenlanders en de EU komt aanzetten. Berekeningen over het verlaten van de euro worden snel ontkracht en er wordt in het vuistje gelachen als Wilders Engeland wordt uitgezet. De favoriete foto van Wilders is die waarop hij met een pen zijn neus probeert te doorboren. Maar in hoeverre is dit beeld van Wilders correct? Democratie volgens het volk In de politiek en vanuit het volk komt vaak de oproep tot meer democratie. Meer democratie lijkt tegenwoordig alles te kunnen verantwoorden. Daardoor is de politiek meer naar de “gewone burger” toe gegaan:het niveau van het taalgebruik in het parlement is drastisch gedaald de afgelopen jaren, bij een bezoek van onze Minister-President aan het MiddenOosten lijkt het alsof hij net de set
14
Heraut, jaargang 2014, editie 53
van een Amerikaanse actiefilm komt afgelopen en NOS-nieuwslezers krijgen blaren op hun voeten als ze te veel nieuwsuitzendingen achter elkaar geven. Goed toch, dat de politiek een beetje de kant op gaat van het volk? Misschien niet helemaal. Wat betekent democratie eigenlijk in onze samenleving? Kort door de bocht kan gesteld worden dat democratie “de wil van het volk” uitoefent. Echter, we zien dat de wil van het volk steeds meer verandert. Door het opkomen van social media is het steeds makkelijker om te communiceren. Daardoor krijgt het normale volk steeds meer de kans om zichzelf te uiten. Deze nieuwe groep die participeert in politiek is helemaal niet geïnteresseerd in stoffig politiek gepeupel. Het wil flitsende politiek; een soap waarin continu iets ergs gebeurt. Een soort GTST met zelden goede tijden. Politieke “opinies” blijken steeds vaker samengevat te kunnen worden in 140 tekens, en je moet niet versteld staan als de helft van deze opinies scheldwoorden bevat over hoe *** slecht dit kabinet is. Soappolitiek is wat overblijft. Hoe goed is deze nieuwe participerende groep eigenlijk geïnformeerd? Erg slecht, zo lijkt het. Het hoort de negatieve berichtgeving uit de media, neemt dit over, en meent dat alles wat het kabinet doet slecht is. Er is een “bashcultuur” ontstaan in Nederland waarin het kabinet continu in het negatieve licht wordt gezet. Ronald Plasterk riep men in
november daarom op om eens te stoppen met al dat negatieve. Pownews gaf aan deze oproep het meeste aandacht. Democratie vertegenwoordigt de wil van het volk. Als de wil van het volk het bashen van de politiek is en het dramatiseren van politiek, dan kan je stellen dat Geert Wilders een democraat pur sang is. Hij geeft precies wat het plebejer wil. Hij blaast het stof van de politiek af en durft controversieel te zijn. Als je voor democratie bent, dan zou je eigenlijk verwachten dat je dan ook voor Wilders bent. Toch begint de gemiddelde D’66’er bij deze gedachte te grinniken. Ik daag hen met nameuit na te denken wáárom ze grinniken bij deze gedachte. Er wordt vaak gesproken over het “gat” tussen de burgers en de politiek. De politiek lijkt steeds verder van de mensen af te staan. Achterkamertjespolitiek, radiostiltes, samenzweringstheorieën en mediaopleidingen bij politici laat men denken dat de politiek hen steeds minder goed representeert. De enige partij die dit gat weet te overbruggen lijkt de PVV. Zij geven aan dat zij niet volledig onderdeel zijn van het establishment; een soort vreemde eend in de corrupte bijt.
Democratie is meer dan wat het volk denkt Dit gat tussen volk en politiek wordt groter gemaakt door het volk zelf, niet door de politiek. Door de nieuwe groep participerende burgers die social media ons heeft geschonken verwacht het volk meer dan ooit tevoren dat politici zich gedragen zoals het volk zelf. De politiek probeert dit ook een beetje te doen, door steeds meer in de taal van “het volk” te spreken en het driedelig pak thuis te laten, maar zover doorschieten als dat het volk van de politiek vereist kan niet gebeuren. Politiek is stoffig, politiek is saai. Dit komt simpelweg omdat een land leiden enorm ingewikkeld is en dit niet impulsief gedaan kan worden. De politiek zit nu in een spagaat. Aan de ene kant zien ze dat het leiden van een land als saai wordt gezien en dat bestuur haast nooit als iets goeds wordt gezien. Aan de andere kant moeten ze wel een land besturen, waardoor van hen verwacht wordt dat ze zich verantwoordelijk gedragen. Democratische beginselen zouden stellen dat de wil van het volk preferentie verdient boven de wil van politici. Maar wat nu als meer democratie leidt tot een slechter bestuur? Is de meerwaarde van democratie nog wel zo groot als veel mensen denken? Zorgt een veranderd volk er niet voor dat democratie in waarde is afgenomen? Denk eens na wat democratie voor jou betekent.Het is namelijk niet heilig; het moet zijn grenzen kennen. Juist de PVV laat dit goed zien. Deze partij is compleet afgestemd op wat het volk wil, en daarmee (theoretisch) de meest democratische partij. Toch spreekt de helft van de politicologiestudenten over het ontvluchten van het land als
Wilders aan de macht komt. Aangegeven is dat de geschetste conceptie dat democratie het volk moet representeren te hol is. Democratie betekent namelijk ook dat politici verantwoordelijkheid nemen en met enige efficiëntie een land besturen in de ingewikkelde internationale context. Het probleem is dat het volk soms te snel gelooft in de “holle” conceptie van democratie. Ze zouden moeten weten dat democratie meer is dan alleen een volksrepresentatie. Het probleem is dan ook dat het volk juist niet weet dat democratie meer inhoudt dan volksvertegenwoordigingen met haar onwetendheid houdt ze de politiek in een houdgreep. Uiteindelijk mag het volk namelijk de tocht afleggen naar de stembus om te laten zien wat ze van het establishment vindt. Als mensen online fact free spuien over de slechte prestaties van de politiek, dan zullen de blanco stemmen, de niet-stemmers en de PVV-stemmers toenemen. Daarom sluit ik me compleet bij Plasterk aan. Men zou moeten ophouden met het ongeïnformeerd bashen van de regering. Als je wil participeren en een mening wil profileren, dan zou dat eigenlijk pas moeten kunnen als je jezelf hebt geïnformeerd. Kritiek mag en is ook heel goed, zolang er maar een beetje kennis is over de ingewikkelde context waarin politiek zich afspeelt. Wanneer men zich verdiept in politieke kwesties zullen we snel genoeg zien dat onze democraat pur sang– de PVV - het gras voor de voeten vandaan wordt gemaaid. Maar ja, leg dat maar eens in 140 tekens aan Nederland uit…
Heraut, jaargang 2014, editie 53
15
DE WERELD HEEFT EEN WARE HELD VERLOREN Nicole Nibbering Felix Verhagen
Het is 6 december, in het gangpad van de trein ligt een natte, vertrapte Metro waarop staat: “Vaarwel Mandela”. Juist dit beeld symboliseert zo mooi hoe alles aan ons voorbijgaat. Elke dag beginnen nieuwe levens en eindigen andere. Elke dag is er groot nieuws, wat de volgende dag vervangen wordt alsof het nooit heeft bestaan. Maar het nieuws dat Nelson Mandela afgelopen december zijn laatste adem uitblies, zal menigeen zijn bijgebleven. Mandela was en is dan ook een politiek voorbeeld voor velen. Met engelengeduld, doorzettingsvermogen en een enorm geloof in zichzelf wist Mandela zijn land, zijn Zuid-Afrika een betere toekomst te geven. Een toekomst zonder apartheid, waar elke Zuid-Afrikaan vredig in zijn eigen land kan leven. De levensloop van een legende Nelson Rolihahla Mandela werd op 18 juli 1918 geboren. Hij was de eerste van zijn familie die naar school ging en was een leergierige student. Hij studeerde Rechten, als eerste zwarte jongen aan de University of Witwatersrand. In zijn jeugd was apartheid iets waar Zuid-Afrikanen iedere dag mee werden geconfronteerd. Mandela werd tijdens zijn studie dan ook gediscrimineerd en tegengewerkt door zowel medestudenten als docenten. In 1944 was Mandela een van de medeoprichters van het Afrikaans Nationaal Congres (ANC) dat tegen de dominantie van de blanke minderheid was. Naast het
16
Heraut, jaargang 2014, editie 53
bedenken van allerlei (geweldloze) protestacties van het ANC, werkte Mandela als advocaat in zijn eigen advocatenkantoor. Dit kantoor werd uit het niets verboden door de autoriteiten, waardoor Mandela op straat kwam te staan. Niet veel later (1960) werd ook het ANC verboden. Omdat het ANC maar geen progressie boekte in haar apartheidsstrijd, besloot men een gewapende militie op te richten: ‘De Speer van de Natie’. De gewapende ANC-tak stelde zich ten doel een revolutie te ontketenen In 1963 werd Nelson Mandela gearresteerd. In het Rivoniaproces werd hij samen met andere leiders van het ANC veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf. De ANC-leiders werden overgebracht naar het zwaarbeveiligde Robbeneiland. De omstandigheden waren erbarmelijk. De gevangenen werkten lange dagen, hadden gebrek aan kleding en dekens en kregen te weinig eten. Ook in de gevangenis duurde de discriminatie voort. Blanke gevangenen kregen meer te eten en betere voorzieningen dan hun donkere lotgenoten. Mandela voerde continu druk uit om de omstandigheden te verbeteren, maar kreeg vaak geen antwoord op zijn brieven of pas na maanden of jaren. Vanaf 1982 werd Mandela een paar keer overgeplaatst naar andere gevangenissen, tot hij uiteindelijk een eigen gevangeniswoning kreeg toegewezen.
De eerste eerlijke verkiezingen Hier was hij in staat om (hooggeplaatste) personen te ontvangen en dit gebeurde dan ook. Mandela voerde in het geheim gesprekken met de regering. Deze gesprekken resulteerden in de vrijlating van Mandela en alle andere politieke gevangenen. Na Mandela’s vrijlating werd hij gekozen tot voorzitter van het ANC. Vervolgens kwamen de eerste onderhandelingsprocessen met de Frederik de Klerk op gang. Een mijlpaal in de Zuid-Afrikaanse politiek werd bereikt toen in april 1994 de eerste eerlijke nationale, non-raciale verkiezingen werden uitgeschreven. Vierhonderd afgevaardigden kon men kiezen en een nieuwe grondwet zou worden opgesteld. Daarnaast zouden beslissingen in het parlement volgens consensus en niet met tweederdemeerderheid worden genomen. Dat zou volgens Mandela het gevoel van nationale eenheid vergroten. Voorafgaand aan de verkiezingen hield Mandela speeches waarin hij benadrukte dat de apartheid een verschrikking was voor iedereen. Het is een tijd die we moeten vergeten zodat we kunnen bouwen aan een toekomst voor Zuid-Afrika. Gemeenschappelijk moeten we de problemen van ons land gaan oplossen. Mandela zou gaan samenwerken met de vijand. ‘Vrede betekent dat je de vijand uiteindelijk als partner gaat zien’, zei hij. Tijdens het enige tv-debat met de Klerk maakt hij deze woorden waar. Hij liep naar de Klerk en pakte zijn hand met de
woorden: ‘ik ben trots uw hand vast te kunnen houden, zodat we samen vooruit zullen komen’. De vastberadenheid en het geloof van Mandela in verzoening werd beloond. Het land leek herboren na de verkiezingsuitslag. ‘Free at Last’, schreeuwden mensen van de daken. Met 62 procent van de stemmen werd duidelijk dat het ANC de regering zou gaan vormen met Mandela als president van het land. De overwinning op rechtvaardigheid, vrede en menselijke waardigheid was uitgekomen. Internationaal bleef dit niet onopgemerkt. De inauguratierede werd bijgewoond door vele hoogwaardigheidsbekleders en staatshoofden om een levende legende te eren. De Mandela Mythe De superlatieven schieten vaak te kort als je menig wereldleider vraagt naar de vrijheidsstrijd van Nelson Mandela. Is de man echt de vertegenwoordiger van het ‘goede’ of kunnen we ook kanttekeningen plaatsen bij het voetstuk waarop Mandela is geplaatst? Nelson Mandela was de oprichter van de MK in 1961, ‘De Speer van de Natie’. Dit was de militaire vleugel van het ANC en de communistische partij die overheidsinstallaties aanvielen. Het beeld van Nelson Mandela met een automatisch handgeweer in handen zullen we niet snel op internet aantreffen terwijl hij die wel degelijk heeft vastgehouden. Het is Nelson Mandela die wilde weten hoe hij bommen en mortieren kon maken voor zijn leger in oprichting. Deze onwelgevallige bladzijden in de geschiedenis van de vrijheidsstrijder worden in zijn autobiografie ‘Long Walk to Freedom’ niet benoemd. Het zou de Mandela Mythe immers niet ten goede komen. De menselijke kant van Mandela als
calculerend politicus die soms in woede kon uitbarsten en de gevestigde politieke orde beticht van raciale tweedracht, blijft dus wat onderbelicht. Nelson Mandela was natuurlijk ‘de rust zelve’ in zijn strijd tegen het systeem van onderdrukking. Afscheid Mandela Afgelopen 5 december 2013 werd het overlijdensbericht door de huidige president van Zuid-Afrika bekend gemaakt. De heilige leider, de man die na zijn vrijlating de reïncarnatie van Gandhi en Martin Luther King werd genoemd, deze man is niet meer onder ons. De grootste staatbegrafenis ooit van Zuid-Afrika zou bezocht worden door presidenten vanuit de hele wereld. President Obama kreeg een staande ovatie voor zijn prachtige speech, waarin hij een kritische toon had naar andere staatshoofden: ‘Te veel mensen houden van de erfenis van Mandela maar houden zich er zelf niet aan’, zei hij. Wellicht doelde hij hiermee op de huidige leider van ZuidAfrika Jacob Zuma die vanwege vele corruptieschandalen niet geliefd is in het land. Ondanks vele kritische geluiden beweert Zuma dat het ANC de verkiezingen dit jaar zullen winnen. En wat kunnen we dan gaan verwachten in Zuid-Afrika? Op internet uitten veel mensen bezorgdheid over de democratie en vrede. Verschillende belangengroepen melden dat de Zuid-Afrikaanse minderheid vreest voor een vergeldingsactie van de zwarte bevolking. Het gevoel van één natie, een verenigd Zuid-Afrika dat Mandela altijd gepredikt heeft, kan zonder hem opnieuw kantelen en zo zal ‘the long road to freedom’ als maar langer en langer worden.
Heraut, jaargang 2014, editie 53
17
STOP DE BETUTTELING VAN DE SAMENLEVING Bas Oosting
Nee, dit is niet de titel van het partijprogramma van de PVV. Dit is mijn echte oprechte mening. En ik zal u vertellen waarom.
Ik word namelijk ziek als ik hoor dat ouders bij het minste of geringste akkefietje op school naar de directeur stappen. Dat politieagenten in andere steden wonen dan waar ze werken, uit angst om bedreigd te worden door mensen die ‘f**king schijt hebben aan de popo’s’. En dat ze niks kunnen en mogen doen om dit te stoppen. Een voorbeeld, uit mijn geboortestad Roosendaal. Een aantal jaar geleden is een politieagent aangepakt omdat hij tegen een groepje Marokkaanse jongeren ‘stelletje ***marokkanen’ had gezegd. Dit echter wel na enorm getreiter van ditzelfde groepje. Dat die politieagent uit pure frustratie dan een racistisch scheldwoord in de mond neemt vind ik eigenlijk te ver gaan. Natuurlijk ook van de politieagent, maar vooral omdat hij zo uitgelokt kan en mág worden. Ik vind, en dat bedoel ik natuurlijk ongeacht de huidskleur, dat als een politieagent belaagd of beledigd wordt of zich in ieder geval bedreigd voelt, hij even duidelijk mag maken dat hij of zij respect verdient en autoriteit heeft. Met duidelijk maken bedoel ik geen woorden, want zoals de laatste tijd met al de aanvallen op onze hulpverleners laat zien, helpen woorden niet. Met ‘duidelijk maken’ bedoel ik een flinke klap met een stok, of een dot pepperspray in de ogen. Ja, à la VS. Geef politieagenten hun autoriteit terug. Instituties zoals de politie
18
Heraut, jaargang 2014, editie 53
moeten weer de respect van de samenleving terugkrijgen. Men mag best een beetje bang zijn voor politieagenten, zoals de Spanjaarden dat zijn voor de Guardia Civil en de Italianen voor de Carabinieri. Heeft u hen tijdens een buitenlandse vakantie ooit lastig gevallen zien worden? Mensen lopen er het liefst met een grote boog omheen en zo hoort het ook. Autoriteit en respect. Laat ik doorgaan naar mijn volgende voorbeeld. Mijn schoonzus is lerares op de basisschool en merkt hoeveel van de opvoeding van een kind eigenlijk in de handen ligt van een leerkracht. Tevens komen ouders voor het minste of geringste naar school, zij het om een vechtpartijtje tussen twee jongetjes of een ruzie. Of, hoe snel kindertjes tegenwoordig huilen. In de tijd van mijn ouders en grootouders was af en toe een vechtpartijtje heel normaal, boys will be boys, dat zit er nou eenmaal in. Het gebeurt nou eenmaal, en het vormt je. Men is kleinzerig geworden. Natuurlijk heeft je zoontje wel eens ruzie, natuurlijk trekt je dochter op de bassischool wel eens aan de haren van een ander meisje. Dat gebeurde bij deze ouders zelf vroeger waarschijnlijk ook. En toch hobbelen ze als de wiedeweerga naar de directeur, als kindlief met traantjes in de ogen thuiskomt, in plaats van te zeggen ‘joh huil niet zo, je bent al tien jaar hoor!’ Ouders kopen daarna
waarschijnlijk nog een Happy Meal en de nieuwste iPad voor het kind, omdat het jochie het toch zo zwaar heeft. Ik bedoel, er lopen bij mij op de voetbalclub ook al kinderen met een duurdere telefoon dan die van mij. Wat heeft dit met elkaar te maken, denkt u. Nou, dit zijn dus allebei vormen van betutteling, waar wij elke dag allemaal mee te maken krijgen. Laat ik het positieve (leuk voor het kind) en negatieve (rot voor de politieman) betutteling noemen. Beide ontwikkelingen zijn, in mijn ogen, enorm fout. Te verwend en te beperkt. En ‘te’ is altijd slecht, zo zei mijn oma vroeger altijd.
EUROPA NOG VER WEG VOOR ARM OEKRAÏNE Laura Lenting
Waar men in West-Europa vooral bezig is zich uit te spreken tegen Europa, zijn het de voormalige Sovjetlanden die juist staan te springen om zich te mogen aansluiten bij de Europese Unie. Zo werd de afgelopen maanden duidelijk dat een groot deel van de Oekraïense bevolking het liefst toenadering zoekt tot Brussel in plaats van het kleine broertje van Rusland te blijven. Maar hebben deze massale protesten wel zin of is het een kansloze missie? Het Onafhankelijkheidsplein in Kiev werd in december het strijdtoneel van een land in spagaat. Waar het ene deel van de bevolking zich wil afzetten tegen grote broer Rusland, voelt de andere helft zich juist nauw verbonden met het land van Vladimir Poetin. Deze tweestrijd is op zich niet vreemd want Oekraïne is nooit een echte eenheid geweest. Het Oekraïne zoals we dat nu kennen, is pas in het begin van de Sovjettijd ontstaan. Daarvoor behoorde het westelijke deel van Oekraïne tot het Poolse Rijk. Best logisch dus dat vooral het westelijke deel van het land zich aangetrokken voelt tot Europa. Handelsverdrag Het beruchte handelsverdrag tussen Oekraïne en de Europese Unie zou voor het Oost-Europese land een eerste stap moeten zijn richting Brussel, maar de pro-Russische president Viktor Janoekovitsj besloot onder druk van Rusland het verdrag
op het laatste moment niet te ondertekenen. Dit leidde begin december tot massale protesten in de Oekraïense hoofdstad. Honderden Europese vlaggen sierden de hoofdstad, een droom voor iedere EU-politicus. De vraag is echter of het handelsverdrag geen valse hoop biedt aan de demonstranten, want zoals we weten staat Europa op dit moment niet echt te springen om verdere uitbreiding van de Unie. Desondanks liet de Minister van Buitenlandse Zaken Frans Timmermans zijn gezicht zien op het Onafhankelijkheidsplein om op die manier de Oekraïense oppositie te steunen. De deur zou nog altijd op een kier staan, maar toetreding is nog heel ver weg, aldus Timmermans. Mensenrechten Vanuit het veilige Westen lijkt het een makkelijke keuze: corrupt Rusland of vrij Europa. In praktijk ligt de zaak toch iets complexer. Een interessante theorie over armoede, geformuleerd door psycholoog Eldar Shafir van de Universiteit van Princeton, laat zien voor welk probleem het Oost-Europese land staat. De kern van zijn theorie is dat mensen die schaarste ervaren, in dit geval dus armoede, goed zijn in het managen van korte termijnproblemen. Structurele oplossingen worden daarbij vaak over het hoofd gezien. Het dilemma van Oekraïne is dat ze wel meer handel wil drijven met Europa, maar niet aan de gestelde
voorwaarden kan of wil voldoen. Een belangrijke voorwaarde voor Brussel om het handelsverdrag te ondertekenen is de vrijlating van oppositieleider Joelia Timosjenko. Zij werd in 2011 op dubieuze gronden veroordeeld tot zeven jaar gevangenisstraf. Daar tegenover staat grote broer Rusland die dreigt met sancties als het verdrag met Europa wordt ondertekend, dit zal acute negatieve gevolgen hebben voor de Oekraïense economie. Het land bevindt zich dus in een tweestrijd waar het aan de ene kant kan kiezen voor snel geld van Rusland en een langzame verbetering van rechtvaardigheid en aan de andere kant de snellere rechtvaardigheid van Europa die zich pas op langere termijn zal uitbetalen. En zoals de theorie van Shafir ons leert, zal men in tijden van schaarste eerder geneigd zijn te kiezen voor de korte termijnoplossing. In dit geval kiest Oekraïne dus voor Rusland als handelspartner. Echter als de theorie van Shafir klopt, zou Oekraïne door het ‘snelle geld’ van Rusland minder arm worden en dus beter in staat moeten zijn om langere termijnproblemen, zoals die op het gebied van de mensenrechten, op te lossen. Of de Oekraïense bevolking hiervoor het geduld kan opbrengen is zeer de vraag. Zoals het nu lijkt is het sprookje dat Europa heet in ieder geval nog heel ver weg voor het Oost-Europese land.
Heraut, jaargang 2014, editie 53
19
MEDIA
MANDELA: LONG WALK TO FREEDOM
Sophie Lauwers
Op 6 december 2013 zaten de kinderen van Nelson Mandela in Londen, bij de première van Mandela: ‘Long Walk to Freedom’ toen hun vader zijn laatste adem uitblies. Zelden zal een biopic zo actueel geweest zijn. Het lijkt een geweldig succesrecept, niettemin omdat de man om wie de film draait nu al meer mythe is dan mens. Dit moest toch wel een grote, belangrijke film zijn? Dat valt heel erg tegen. De film, gebaseerd op Mandela’s autobiografie, blijft een weinig geïnspireerde onderneming die te gehaast is (ondanks een duur van bijna 2,5 uur) en weinig openbarend. Dat lijkt al snel te komen door de keuze voor de opzet: regisseur Justin Chadwick wilde een groots epos maken à la Gandhi (1982), naar verluid op verzoek van Mandela zelf, met een totaalbeeld van zijn leven van jongen tot man. De filmmakers hebben echter plichtmatig zoveel mogelijk gebeurtenissen uit Mandela’s leven in de film gepropt, waardoor het voelt als een samenvatting van alle reeds bekende verhalen over Mandela. De spanningsopbouw van alleen maar hoogtepunten wordt ook niet echtgeholpen doordat 90% van het publiek al weet wat er gaat gebeuren. Geef toe: niemand is meer echt verbaasd wanneer blijkt dat wanneer Mandela voor 27 jaar de gevangenis in moet. Wat dat betreft had de timing voor de film niet slechter kunnen zijn: rondom Mandela’s dood zijn we al overladen met memorerende
20
Heraut, jaargang 2014, editie 53
documentaires en reportages. Misschien is het ook gewoon te ambitieus om ’s mans hele leven in een speelfilm te vangen. Er mist nog steeds heel veel. De politieke achtergrond wordt afgedaan met het laten zien van discriminatie en rellen, maar van de strijd binnen het ANC bijvoorbeeld, horen we nagenoeg niets. In de film wordt bovendien de suggestie gewekt dat Mandela het zwaar verdeelde Zuid-Afrika verenigt met slechts een enkele toespraak op tv. De man zelf lijkt bovendien groots, heldhaftig en vergevingsgezind uit de wieg gekropen. Waar het echt interessant wordt, schiet de film tekort: ze staart zich blind op specifieke gebeurtenissen. En dan is er natuurlijk Idris Elba. De Britse acteur, bekend van Luther, The Wire en Thor, was een opvallende keus voor de rol van Mandela, maar hij legt hart en ziel in zijn vertolking. Elba is groter en gespierder dan Mandela, waardoor hij enerzijds meer kracht uitstraalt, maar anderzijds als oudere Mandela wat minder overtuigend is. Hij wordt ook niet echt geholpen door slechte make-up, waardoor hij meer op Harry Belafonte lijkt dan op Mandela. Ondanks dat Elba niet op de echte Nelson Mandela lijkt, benadert hij wel de waardigheid, het loopje en – tot in absolute perfectie – de stem van de zuidAfrikaan. Maar voor een volmaakte illusie à la Morgan Freedom in Invictus is dat niet genoeg. Dat wil niet zeggen dat de film zomaar meteen de prullenbak in kan. Wie niet te kritisch nadenkt, danst op de vrolijke tonen van
de soundtracks makkelijk mee met Mandela op momenten van blijdschap, strijd, verdriet en, uiteindelijk, overwinning. Opvallend genoeg vinden de spannendste delen van de film echter plaats rondom Winnie, Mandela’s tweede vrouw. In haar personage zien we wel de ontwikkeling tot de vrouw die ze geworden is- na 16 maanden eenzame opsluiting en constante vernedering voor haar kinderen is het misschien niet zo vreemd dat ze liever de wapens oppakte. We krijgen zowaar begrip voor deze vrouw die in de overlevering toch vooral een slechte naam heeft. Hoe Nelson Mandela in de toekomst zal worden beoordeeld is nog allerminst zeker. De filmmakers van Long Walk to Freedom laten hem dan wel niet als een heilige zien, ruimte voor een objectieve visie op zijn daden is er niet. Maar daar is het waarschijnlijk ook nog niet de tijd voor. Het verhaal van Mandela wordt namelijk pas écht interessant na de aftiteling, in het Zuid-Afrika van vandaag de dag. We zullen zien hoe Mandela’s erfenis beoordeeld wordt in toekomstige films. Voor nu kunnen we zeggen dat Long Walk to Freedom een conventionele film is, die te weinig recht doet aan een uitzonderlijk man.
ISMUSPAGINA
Carrièredag Dit jaar wordt de Carrièredag georganiseerd op 28 maart. Met gepaste trots kunnen wij als Carrièredagcommissie melden dat de dag veelbelovender is dan ooit. We hebben geprobeerd om de interessantste sprekers voor jullie te regelen, en dat is volgens ons ook gelukt. Zo komt de burgemeester van Nijmegen, Hubert Bruls, langs om te spreken over zijn carrière en hij is niet de enige die dit komt doen. Gerben-Jan Gerbrandy (lid van het Europees Parlement), Rob Trip (NOS-presentator) en Peter Veld langs (directeur-generaal bij de Belastingdienst) langs om hun verhaal te doen. Daarnaast zal er ook nog een gratis lunch worden gegeven rond het middaguur. Allemaal leuk en aardig, maar wat heb je aan een carrièredag? Zie het als een moment voor informatie en inspiratie. Voor veel studenten geldt dat ze nog onzeker zijn over hun carrière na de studie. Een carrièredag kan je inspireren om een bepaalde kant uit te gaan met jouw carrière, of juist aantonen wat je later niet wil doen. Hoe ziet de dag eruit? De dag begint met een inleiding van Marcel Wissenburg. Vervolgens zullen sprekers om en om vertellen over hun carrière, onder het genot van legio pauzemomenten – echte netwerkers slaan dan hun slag. Iets na vier uur zijn we klaar, en zullen wij ons begeven naar het CultuurCafé om na te praten onder het genot van een zelf uitgekozen traktatie. Ondertussen kunnen jullie met alle vragen bij de sprekers of ons als Carrièredagcommissie terecht. Wij zijn er van overtuigd dat de Carrièredag jullie kan helpen met de keuze voor een baan. Wij verwelkomen jullie graag op 28 maart!
PiPCongres2014: over privacy en veiligheid met een politicologische blik “You can’t have 100% security and then also have 100% privacy” – Barack Obama Heb jij je wel eens afgevraagd of je wordt afgeluisterd? Stel dat, is jouw privacy dan belangrijker dan veiligheid? Overheden lijken in toenemende mate behoefte te hebben om burgers uit eigen en andere landen te controleren en legitimeren dit vervolgens door te zeggen dat het nodig is om de collectieve veiligheid te garanderen. De digitale ontwikkeling van onze tijd maken vraagstukken van privacy en veiligheid extra relevant: welke wetgeving is nodig om privacy ook in de digitale wereld te garanderen? Of is privacy een ouderwets begrip en moeten we ons niet zo druk maken? Het PiP-congres op 24 februari 2014 in CREA Amsterdam zal zich buigen over dit soort vragen en onderzoeken waar de juiste balans ligt tussen privacy en veiligheid. PiP wat? PiP staat voor ‘Politicoloog in Perspectief’ en is een jaarlijks congres voor alle studenten Politicologie in Nederland. Iedere student politicologie is welkom: van eerstejaars tot master. Het congres wordt georganiseerd door de studieverenigingen EOS (VU Amsterdam), ismus (Radboud Universiteit), Machiavelli (UvA) en SPIL (Universiteit Leiden). Ons doel is een verdiepende blik te geven op een actueel thema. Door middel van workshops en lezingen laten academici, politici en deskundigen uit het bedrijfsleven hun licht schijnen over vraagstukken van privacy en veiligheid. Daarnaast is het congres een mooie kans om in contact te komen met studenten Politicologie uit andere steden en jaargangen.
Sprekers zijn dit jaar onder andere: hoogleraar digitale veiligheid Bart Jacobs en een afgevaardigde van Bits of Freedom, een organisatie die digitale burgerrechten verdedigt. Ook zal er een hacker zijn die laat zien hoe eenvoudig je kunt inbreken op openbare pc’s en netwerken! Meer info? www.pipcongres.nl @PiPcongres FB-pagina ‘PiP Congres’ PiP Congres 2014 Thema: Privacy en Veiligheid Waar: CREA Amsterdam Wanneer: maandag 24 februari, 2014
Heraut, jaargang 2014, editie 53
21
WOORDJE VAN DE VOORZITTER
Het nieuwe jaar is weer in volle gang! Een nieuw jaar, tijd om lekker cliché de balans op te maken van afgelopen jaar. Tenminste, dat zou je kunnen verwachten van deze, aan tradities gehechte, voorzitter. Maar daar ga ik jullie nu niet mee vermoeien. Wij schrijven namelijk niet voor niets een halfjaarverslag, die tijdens de ALV zal worden besproken. Hier zal worden gereflecteerd en vooruitgekeken.
Net voor de kerstvakantie was er ook een ALV, deze was (voor ismusbegrippen) zeer snel afgelopen, om 21:45 mocht ik de 44e ALV sluiten. Deze ALV was zeer bijzonder want voor het eerst, sinds lange tijd, mochten wij weer iemand tot erelid benoemen. Deze eer viel ten deel aan de heer Roel Meijer. Dit was dan ook een speciaal moment. Ook de bekendmaking dat hij genomineerd was, een week voor de ALV, was erg speciaal. Roel vertelde namelijk nadat een groep ismi hem had verrast, dat dhr. Zaslove hem twee dagen eerder had gefeliciteerd met zijn voordracht. Toen viel alles op zijn plaats en was hij op de hoogte van zijn voordracht. In dit nieuwe jaar kijken we vooruit! En dit bedoel ik dan figuurlijk, want terwijl ik dit schrijf kijk ik tegen een niet zo’n appetijtelijk persoon in het Veoliaboemeltje aan. Wat hebben we fantastische activiteiten gepland staan om naar uit te kijken! Met stip op één de reis naar Letland en Litouwen! Waar we vast en zeker onvergetelijke avonturen gaan beleven. Daarnaast kunnen we ook uitkijken naar een excursie: de Winterefteling op 9 februari. Dolle pret en het carnavalfestival melodietje gegarandeerd (misschien zit het nu al in jullie hoofd…). Maar er staan ook weer een aantal mooie formele activiteiten op de planning! Op pagina 21 lees je meer over het prestigieuze PiP-congres
22
Heraut, jaargang 2014, editie 53
en de carrière dag. Interessante lezingen van grote namen en het debat met de religieuze studentenverenigingen: Hutspot of Couscous? Het zou geweldig zijn om jullie, net als afgelopen jaar, weer in groten getale te mogen begroeten op deze activiteiten. Wij, het bestuur, gaan ook weer in dit nieuwe jaar samen met de commissies enorm hard werken om nog meer mooie activiteiten neer te zetten. De afgelopen maanden is er ook al veel werk verricht voor de IAPSS conferentie, die wij in oktober 2014 gaan organiseren. Maar, we moeten niet te ver vooruitkijken (voor je het weet is er weer een jaar voorbij). Hopelijk hebben jullie een fantastisch 2013 achter de rug en mocht ismus daar ook een bijdrage aan geleverd hebben. Hartelijke groet, Ruud Penders Voorzitter ismus 2013-2014
SPONSORS
GRATIS ZAAL VOOR FEESTEN, BORRELS EN VERGADERINGEN Daalseweg 19 6521.GE.Nijmegen telefoon 024-3230257
[email protected] www.haantje-nijmegen.nl
Heraut, jaargang 2014, editie 53
23
De Heraut wants you! Op zoek naar een uitdaging? Het lijfblad voor- en door politicologie studenten staat altijd open voor nieuwe redactieleden. Kruip in de pen en ventileer een mening over al het politieke nieuws dat jou interesseert. Mail naar
[email protected] of neem contact op met Felix Verhagen, hoofdredacteur van de Heraut. Of kijk op: www.facebook.com/deheraut Heeft u interesse om hier te adverteren? Neem contact op met studievereniging ismus: Thomas van Aquinostraat 5.0.03 Faculteit der Managementwetenschappen Radboud Universiteit Postbus 9108 6525 GD Nijmegen Telefoonnummer 024-361 16 59 E-mailadres
[email protected] [email protected]
Redactie Heraut Joseph Dommeck Koen Beekhuis Sara Bijlard Laura Buuts Laura Lenting Paul Dekkers Niek Kok Sophie Lauwers Nicole Nibbering Bas Oosting Hannah Ploeger Emma Rosendal Gijs Swennen Stijn Theeuwen Loes Tijssen Vormgeving Lennard Goede Hoofdredacteur Felix Verhagen De redactie bedankt gastredacteur Casper Soetekouw voor zijn medewerking aan deze editie.