SP EC IA L HET MAGAZINE MET EEN NEUS VOOR UW ZAKEN
De 50 meest gestelde vragen
De grote starterzzvraagbaak
IN SAMENWERKING MET
De grote starterzzvraagbaak SPECIALE BIJLAGE BIJ BIZZ NR. 67 VAN MEI 2006 DEZE SPECIALE UITGAVE VAN BIZZ KWAM TOT STAND MET DE MEDEWERKING VAN KBC-DIENST ONDERNEMEN EN UNIZO STARTERSSERVICE.
COÖRDINATIE: KRISTOF SIMOENS – EINDREDACTIE: SOFIE DANIËLS – VORMGEVING: ROLAND VAN CAMPENHOUT – ILLUSTRATIES: PIETER DE POORTERE
MEI 2006 B I Z Z 3
INHOUD STARTERZZGIDS
1.
2.
3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24. 25. 26.
Welke zijn de wettelijke voorwaarden waaraan ik moet voldoen om een eigen onderneming op te starten? Over welke kennis of diploma’s moet ik beschikken? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 Ik beschik nog niet over alle vereiste diploma’s om een eigen zaak op te starten, maar ik ben wel bezig met de opleiding. Kan ik alvast van start gaan? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 Welke zijn de formaliteiten die ik moet volbrengen voor ik kan starten? Waar kan ik terecht? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 Moet ik bij de opstart van een eigen zaak altijd een milieuvergunning aanvragen? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Val ik als freelancer ook onder het statuut van zelfstandige? . . . . . . . . . . . . . . . 11 Kan ik als student een zelfstandige activiteit uitoefenen? . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 Hoe en waar vermeld ik mijn ondernemingsnummer? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13 Hoe zit het met mijn sociaal statuut als ondernemer? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 Kan ik in mijn onderneming meerdere activiteiten combineren of moet ik dan telkens een apart ondernemingsnummer aanvragen? . . . . . . . . . . . . . . . . . 15 Ik ben al actief als ondernemer, maar ik wil mijn activiteiten uitbreiden. Welke stappen moet ik zetten om dat in orde te brengen? . . . . . . . . . . . . . . . . 15 Ik wil starten met een vrij beroep. Moet ik ook langs het ondernemingsloket gaan? Welke formaliteiten moet ik nog in orde brengen? . . . . . . . . . . . . . 16 Kan ik als zelfstandige voor mijn huidige werkgever werken? . . . . . . . . . . . . . . 17 Welke zijn de voor- en nadelen van zelfstandig zijn? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 Start ik het best als zelfstandige in hoofd- of in bijberoep? . . . . . . . . . . . . . . . . 19 Wat is het verschil tussen een eenmanszaak, een bvba en een nv? . . . . . . . . . . 20 Wat zijn de voor- en nadelen van een vennootschap? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22 Wat zijn de voor- en nadelen van de handelszaak of eenmanszaak? . . . . . . . . . 23 Welke formaliteiten moeten vervuld worden voor het omzetten van een eenmanszaak naar een vennootschap? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 Moet een vennootschap met meerdere personen opgestart worden? . . . . . . . . 25 In een bvba en een nv geldt een ‘beperkte aansprakelijkheid’. Wat betekent dat? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 Biedt de Vlaamse overheid steunmaatregelen aan voor starters? . . . . . . . . . . . 26 Mijn zaak is gevestigd in Brussel. Verschilt de overheidssteun daar? . . . . . . . . . 29 Staan banken wel te springen om krediet te verlenen aan startende ondernemingen? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32 Hoeveel kan ik bij de bank lenen? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33 Waarom vraagt een bankier een ‘voldoeninggevende’ inbreng aan eigen middelen? En hoeveel is dan ‘voldoeninggevend’? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34 Wat als ik onvoldoende eigen middelen heb? Kan ik mijn zaak dan nog opstarten? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
4 B I Z Z MEI 2006
STARTERZZGIDS 27. Ik heb geen waarborgen. Kan ik dan wel geld lenen bij de bank? . . . . . . . . . . . 28. Ik heb goede (en veel!) waarborgen. Krediet krijgen kan dan toch geen probleem zijn? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29. Mijn ouders willen mij helpen bij de start. Doen zij dat het best met een gift of stellen ze zich beter borg voor de kredieten die ik aanga? . . . . . . . . . . . . 30. Kan ik met krediet op korte termijn mijn dagelijkse werking financieren? . . . . . 31. Welke opties heb ik voor een financiering op middellange of lange termijn? . . 32. Waarom zou ik kiezen voor mensualiteiten (gelijke terugbetalingen) i.p.v. voor vaste kapitaalaflossingen? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33. Aan welke rentevoeten kan ik lenen? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34. Kies ik voor een vaste of voor een variabele rentevoet? . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35. Op welke termijn kan ik lenen bij de bank? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36. Wat houdt het oprichtingskapitaal voor een vennootschap in? . . . . . . . . . . . . . 37. Ik breng mijn zaak onder in mijn privéwoning. Hoe moet ik dat financieel regelen? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38. Hoe stel ik een ondernemingsplan op? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39. Hoe kan ik bepalen wat mijn startkapitaal moet zijn? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40. Moet een eigen zaak steeds opgericht worden met een notariële akte? . . . . . . 41. Hoeveel tijd neemt de voorbereiding van de opstart in beslag? . . . . . . . . . . . . . 42. Ik wil personeel aanwerven. Hoe ga ik te werk? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43. Waarop moet ik letten bij het opstellen van een handelshuurcontract? . . . . . . . 44. Welke verzekeringen heb ik nodig bij de opstart van mijn activiteit? . . . . . . . . 45. Als ik als zelfstandige schade veroorzaak aan derden, ben ik dan persoonlijk aansprakelijk? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 46. Kan ik mij als zelfstandige beschermen tegen ziekte, ongeval, arbeidsongeschiktheid? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47. Wat als ik personeel tewerkstel? Heb ik dan bijkomende verzekeringen nodig? 48. Hoe zit het met mijn pensioen als zelfstandige? Moet ik daar nu al voor zorgen? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49. Welke zijn de voor- en nadelen van een overname tegenover een volledig nieuwe start van een bedrijf? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50. Waar vind ik over te nemen bedrijven? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51. Hoeveel belastingen betaal ik als zelfstandige? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52. Ben ik verplicht om met een boekhouder of accountant te werken of kan ik mijn boekhouding zelf in orde brengen? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53. Kan ik terugvallen op werkloosheidsuitkeringen als mijn project fout loopt? . . . Nuttige adressen
35 36 37 38 39 40 42 43 44 44 45 47 48 48 49 50 51 52 53 54 56 57 58 60 60 62 62
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64
MEI 2006 B I Z Z 5
FORMALITE STARTERZZGIDS f o r m a l i t e i t e n
6 B I Z Z MEI 2006
ITEN
STARTERZZGIDS f o r m a l i t e i t e n
1. Welke zijn de wettelijke voorwaarden waaraan ik moet voldoen om een eigen onderneming op te starten? Over welke kennis of diploma’s moet ik beschikken? Leeftijd: u moet minstens 18 jaar oud zijn. Bewijs kennis van bedrijfsbeheer: elke KMO, natuurlijke persoon of rechtspersoon die een handels- of ambachtsactiviteit uitoefent, moet een basiskennis van bedrijfsbeheer bewijzen. De vrije beroepen en de beroepen die op dat vlak door een andere wet gereglementeerd zijn, vormen de enige uitzondering. Maar ook voor die beroepen zijn diploma’s vereist om te kunnen starten. Bewijs van beroepskennis: voor een aantal gereglementeerde beroepen gelden bijkomende vereisten voor beroepsbekwaamheid. De lijst van de 34 gereglementeerde beroepen vindt u op de websites van de federale overheidsdiensten Economie, Middenstand en Energie, te bereiken via de portaalsite www.belgium.be. Bijkomende vergunningen of registratie voor bepaalde activiteiten: voor verschillende beroepen gelden bijkomende verplichtingen. Afhankelijk van de activiteit en van de specifieke kenmerken van de onderneming zijn er extra passende vergunningen of een registratie nodig. Voorbeelden: een milieuvergunning, een vergunning voor grote verkoopruimtes, een leurkaart, een vergunning voor het fabriceren of in de handel brengen van voedingswaren, een registratie voor aannemers enz. Beroepskaart voor vreemdelingen: een niet-Belg moet zijn kennis bewijzen door zijn diploma gelijkwaardig te laten verklaren. Die procedure neemt heel wat tijd in beslag. Bovendien moeten niet-Belgen die in België als zelfstandige aan de slag willen, een beroepskaart aanvragen. Voor de meeste Europese landen zijn er wel uitzonderingen. MEI 2006 B I Z Z 7
FORMALITE STARTERZZGIDS f o r m a l i t e i t e n
2. Ik beschik nog niet over alle vereiste diploma’s om een eigen zaak op te starten, maar ik ben wel bezig met de opleiding. Kan ik alvast van start gaan?
Nee, dat gaat niet. Voor de start van uw zaak moet u een erkend getuigschrift kunnen voorleggen. Er zijn wel twee uitzonderingen. Bij het overlijden van een ondernemer die zelf aan de vereisten voldeed, wordt de overlevende echtgenoot, de partner met samenlevingscontract of samenwonende partner (het koppel moet minstens zes maanden samenwonen) die de zaak wil overnemen, vrijgesteld van de verplichting om het bewijs van ondernemersvaardigheden (beheers- of beroepskennis) te leveren. Een tweede uitzondering geldt wanneer u een bestaande handelszaak overneemt die onder de vestigingswet valt. In dat geval wordt een tijdelijke vrijstelling van 1 jaar verleend vanaf de datum van overname.
8 B I Z Z MEI 2006
ITEN
STARTERZZGIDS f o r m a l i t e i t e n
3. Welke zijn de formaliteiten die ik moet volbrengen voor ik kan starten? Waar kan ik terecht? - Schrijf u in bij de Kruispuntbank van de Ondernemingen. Als startende zelfstandige moet u uw onderneming inschrijven in de Kruispuntbank van de Ondernemingen. Daarvoor kunt u terecht bij een ondernemingsloket. U krijgt dan een uniek ondernemingsnummer. Dat nummer zal na verloop van tijd alle andere identificatienummers vervangen. - Schrijf u in bij de btw. Met uw ondernemingsnummer moet u ook uw btwstatus laten activeren. U krijgt geen apart btw-nummer meer. Ga langs bij het btw-controlekantoor in uw buurt of, nog gemakkelijker, laat het door het ondernemingsloket in orde brengen. - Sluit u aan bij een sociaal verzekeringsfonds. Als zelfstandige, in hoofdof bijberoep, moet u zich ook aansluiten bij een sociaal verzekeringsfonds. Dat fonds int de sociale bijdragen die u moet betalen en zorgt ervoor dat de uitkeringen correct gebeuren. U kan onder meer terecht bij het Sociaal Verzekeringsfonds voor Zelfstandigen (SVMB). Ook een vennootschap moet zich binnen 3 maanden na de oprichting aanmelden bij het sociaal verzekeringsfonds. - Open een zichtrekening. Als zelfstandige moet u een zichtrekening op uw naam hebben bij een in België gevestigde bank. Het nummer van de rekening en de naam van de financiële instelling moet u vermelden op al uw facturen, brieven, bestelbons enzovoort. - Sluit u aan bij een ziekenfonds. Om in orde te zijn met uw ziekteverzekering bent u verplicht om u aan te sluiten bij een ziekenfonds. Als u al aangesloten bent, meld dan een wijziging van uw statuut. - Let op extra formaliteiten voor vennootschappen. Wanneer u een vennootschap opstart, geldt een aantal extra verplichtingen, zoals een notariële akte opstellen, de statuten opmaken en publiceren, een financieel plan opmaken enz. MEI 2006 B I Z Z 9
FORMALITE STARTERZZGIDS f o r m a l i t e i t e n
4. Moet ik bij de opstart van een eigen zaak altijd een milieuvergunning aanvragen?
Alle ‘inrichtingen’ (fabrieken, handelszaken, werkplaatsen, opslagplaatsen, machines, installaties, toestellen en handelingen) die hinderlijk zouden kunnen zijn voor het milieu of de mens, zijn opgenomen in het Vlarem (Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning). Als u een als hinderlijk beschouwde onderneming wil uitbaten of veranderen, dan moet u dat melden of een milieuvergunning aanvragen. Het Vlarem deelt alle ‘inrichtingen’ op in drie klassen. Voor inrichtingen van klasse 1 en 2 is een milieuvergunning nodig. Voor inrichtingen van klasse 3 volstaat een melding. Alvast dit: activiteiten van ondernemingen worden gemakkelijk als hinderlijk beschouwd. Bovendien oefenen de meeste ondernemingen meer dan één hinderlijke activiteit uit. In dat geval geldt altijd de procedure van de hoogste klasse. Ten slotte merken we ook op dat er naast milieuvergunningen soms nog andere vergunningen vereist zijn, zoals voor het lozen van afvalwater.
10 B I Z Z MEI 2006
ITEN
STARTERZZGIDS f o r m a l i t e i t e n
5. Val ik als freelancer ook onder het statuut van de zelfstandige? Ja, freelancen betekent starten als zelfstandige. Daarvoor zult u de nodige formaliteiten in orde moeten brengen. Voor de aanvraag van een ondernemingsnummer kunt u terecht bij een ondernemingsloket. Daar worden ook alle formaliteiten voor de activering van de btw en de inschrijving bij een sociale kas geregeld. De enige uitzondering geldt voor journalisten die freelancen in bijberoep.
MEI 2006 B I Z Z 11
FORMALITE STARTERZZGIDS f o r m a l i t e i t e n
6. Kan ik als student een zelfstandige activiteit uitoefenen?
Als u ouder bent dan 18 jaar, dan kunt u ook als student al starten. U hoeft dus niet te wachten tot na uw studies om een eigen zaak op te richten. Als student is er echter nog een aantal extra aandachtspunten. Omdat u nog geen loontrekkende activiteit uitoefent, wordt u beschouwd als een zelfstandige in hoofdberoep. U betaalt dan de minimumbijdragen (die bedragen 494,71 euro per kwartaal). Als u echter jonger bent dan 25, dan kunt u een beroep doen op art. 37, waardoor u de sociale bijdragen van een zelfstandige in bijberoep betaalt. Een bijkomende voorwaarde is dat uw nettobedrijfsinkomen niet meer dan 5574,43 euro bedraagt en dat u een erkende opleiding volgt (voor de gelijkstelling). Als uw jaarlijkse nettobedrijfsinkomsten minder bedragen dan 1215,88 euro, dan betaalt u in het geval van gelijkstelling zelfs geen sociale bijdragen (dat zijn de inkomsten NA aftrek van de beroepskosten). Wanneer u als student al een zelfstandige activiteit uitoefent, maar ook nog aanspraak wil maken op kinderbijslag, dan mag uw activiteit maar maximaal 240 uur per kwartaal in beslag nemen. Een student is fiscaal gezien nog ten laste van zijn ouders (als hij officieel nog bij de ouders verblijft), wanneer zijn totale netto-inkomsten op jaarbasis niet hoger liggen dan 2540 euro (kan variëren volgens de gezinssituatie). Het wegvallen van de student als persoon ten laste heeft fiscale gevolgen voor de ouders; zij zullen meer belastingen moeten betalen.
12 B I Z Z MEI 2006
ITEN
STARTERZZGIDS f o r m a l i t e i t e n
7. Hoe en waar vermeld ik mijn ondernemingsnummer? Het ondernemingsnummer moet steeds vermeld worden op alle documenten: akten, facturen, aankondigingen, bekendmakingen, brieven, orders en andere stukken die uitgaan van handels- en ambachtsondernemingen. Die vermelding moet zichtbaar en duidelijk zijn. Een nummer in een moeilijk leesbare kleur is niet aanvaardbaar. Ook op de gebouwen, marktkramen, vervoermiddelen enz. die u hoofdzakelijk voor de uitoefening van uw handels- en ambachtswerkzaamheid gebruikt, moet het ondernemingsnummer zichtbaar zijn. Het ondernemingsnummer wordt voorgesteld als 0123.456.789; na de eerste groep van vier cijfers en de tweede groep van drie cijfers wordt er een punt geplaatst. Het ondernemingsnummer wordt voorafgegaan door: - BTW voor ondernemingen met een btw-hoedanigheid alleen in België; - BTW BE voor ondernemingen met ook intercommunautaire verrichtingen. Voor vennootschappen geldt daarnaast de verplichte vermelding van het woord ‘rechtspersonenregister’ of de afkorting ‘RPR’, gevolgd door de arrondissementsrechtbank van het gebied waar u gevestigd bent.
MEI 2006 B I Z Z 13
FORMALITE STARTERZZGIDS f o r m a l i t e i t e n
8. Hoe zit het met mijn sociaal statuut als ondernemer?
Als zelfstandige moet u zich binnen 90 dagen na de start zelf aansluiten bij een sociaal verzekeringsfonds. Aan dat fonds betaalt u driemaandelijks sociale bijdragen. Ook de meewerkende echtgenoot, vennootschappen (voor startende vennootschappen kan een uitzondering gelden), mandatarissen, vennoten en de zogenaamde ‘helpers’ (personen die de zelfstandige helpen bij of hem vervangen in zijn beroepsbezigheid) moeten zich aansluiten bij het sociaal verzekeringsfonds. Voor die laatste categorie geldt dat zij zich pas moeten aansluiten vanaf 1 januari van het jaar waarin zij 20 jaar worden. Hoeveel bijdragen u betaalt, hangt af van uw netto-inkomen en van het feit of u starter in hoofd- of bijberoep bent. Als starter betaalt u voorlopige bijdragen. Meer informatie over de sociale zekerheid vindt u op de website van de Sociale Zekerheid in België (http://socialsecurity.fgov.be). Ten slotte vermelden we nog dat starters vanaf 1 juli 2006 een tijdelijke vrijstelling kunnen krijgen voor de bijbetaling van de verzekering tegen kleine risico’s.
14 B I Z Z MEI 2006
ITEN
STARTERZZGIDS f o r m a l i t e i t e n
9. Kan ik in mijn onderneming meerdere activiteiten combineren of moet ik dan telkens een apart ondernemingsnummer aanvragen? Als natuurlijke persoon of rechtspersoon kunt u slechts 1 ondernemingsnummer hebben. Met dat ondernemingsnummer kunt u verschillende activiteiten uitvoeren en combineren. Als u beslist om uw activiteiten uit te breiden of een totaal nieuwe activiteit op te starten, dan hoeft u geen nieuw ondernemingsnummer meer aan te vragen. Uiteraard kunt u als natuurlijke persoon nog altijd verschillende vennootschappen opstarten met elk een verschillend ondernemingsnummer. In dat geval blijft immers de aangehaalde regel gelden: de verschillende rechtspersonen hebben slechts 1 ondernemingsnummer.
10. Ik ben al actief als ondernemer, maar ik wil mijn activiteiten uitbreiden. Welke stappen moet ik nemen om dat in orde te brengen? In eerste instantie moet u het ondernemingsloket op de hoogte brengen van de uitbreiding. Voor sommige vennootschappen moet u ook de statuten aanpassen. Dat is zeker het geval als de nieuwe activiteit er nog niet in vermeld staat. We merken ook op dat de uitbouw van een extra activiteit extra kennis en extra vergunningen met zich mee kan brengen. We raden u daarom aan om steeds het ondernemingsloket of een startersadviseur te raadplegen. MEI 2006 B I Z Z 15
FORMALITE STARTERZZGIDS f o r m a l i t e i t e n
11. Ik wil starten met een vrij beroep. Moet ik ook langs het ondernemingsloket gaan? Welke formaliteiten moet ik nog in orde brengen?
Er gelden enkele bijzondere regels voor vrije beroepen. In tegenstelling tot handelaars of ambachtslieden stellen de vrije beroepen geen daden van koophandel, maar burgerlijke daden. In de belastingaangifte worden hun inkomsten dan ook niet aangegeven als winst uit handelsondernemingen, maar wel als baten van een vrij beroep. Als ze hun activiteit uitoefenen onder de vorm van een vennootschap, dan richten ze een burgerlijke vennootschap op onder de vorm van een handelsvennootschap. Voor elk vrij beroep bestaat er een bijzondere wet die de uitoefening ervan regelt en beschermt. Die wet bepaalt telkens de vestigingsformaliteiten (vereiste leeftijd, diploma’s, stage, inschrijving bij een orde, eedaflegging enz.). Daarnaast zijn er dezelfde standaardformaliteiten als voor de commerciële handelaars, maar ze gelden niet voor alle vrije beroepen. Behalve voor apothekers, vastgoedmakelaars en verzekeringsmakelaars moeten de vrije beroepen geen commercieel statuut aanvragen bij een ondernemingsloket. Voor de btw zijn er verschillen van beroep tot beroep. We merken op dat het hier gaat om een voorlopige situatie. Binnen enkele maanden zullen immers alle uitoefenaars van een vrij beroep bij de start van hun zaak langs het ondernemingsloket moeten passeren. Andere formaliteiten, zoals de aansluiting bij een sociaal verzekeringsfonds of de aansluiting bij een ziekenfonds, moeten ook voor vrije beroepen vervuld worden.
16 B I Z Z MEI 2006
ITEN
STARTERZZGIDS f o r m a l i t e i t e n
12. Kan ik als zelfstandige voor mijn huidige werkgever werken? Ja. Toch moet u opletten dat u door de sociale inspecteurs niet beschouwd wordt als schijnzelfstandige. Bij schijnzelfstandigheid tracht de werkgever de zware sociale lasten bij een werknemersstatuut te ontwijken door een beroep te doen op de diensten van een zelfstandige. Dan liggen de sociale lasten immers beduidend lager. Maar als blijkt dat de zogenaamde ‘zelfstandige’ onder gezag van een werkgever werkt of een vast maandelijks loon krijgt, dan vervalt die zelfstandigheid en in dat geval kunnen er voor de werkgever zware financiële gevolgen komen.
MEI 2006 B I Z Z 17
ONDERNEM STARTERZZGIDS ondernemingsvorm
13. Welke zijn de voor- en nadelen van zelfstandig zijn? Zelfstandig ondernemen biedt tal van voordelen.
- U werkt zonder controle, u bepaalt zelf uw uren en u organiseert uw werk zelf. - U beschikt over vrijheid om uw ideeën te realiseren en u plukt zelf de vruchten van uw inspanningen. - Door het creëren van uw eigen werk kunt u ontsnappen aan werkloosheid of aan een onbevredigende job. Laat u niet afschrikken door de risico’s en de onzekerheid van een eigen zaak, maar hou er wel rekening mee. - U hebt een onzekere toekomst. Betalen uw klanten tijdig? Blijft uw bedrijf solvabel? - Uw werklast zal wellicht hoger worden: de gemiddelde zelfstandige werkt meer dan 60 uur per week! Projecten mislukken vaker door een slechte voorbereiding dan door brute pech. Een geslaagde start is het resultaat van persoonlijkheid, vakkennis, kennis van bedrijfsbeheer en een goed ondernemingsplan.
18 B I Z Z MEI 2006
INGSVORM
STARTERZZGIDS ondernemingsvorm
14. Start ik het best als zelfstandige in hoofdof in bijberoep? U bent zelfstandige in hoofdberoep als uw zelfstandig beroep uw voornaamste of enige bezigheid is. Men beschouwt u als zelfstandige in bijberoep als u naast uw zelfstandige activiteit een ander beroep uitoefent. Niet het inkomen als zelfstandige is doorslaggevend, noch de tijd die u aan uw zelfstandige activiteit besteedt. U bent zelfstandige in bijberoep als u in uw andere activiteit (als werknemer) minstens halftijdse prestaties levert. In het onderwijs komt dat neer op 6/10 van een volledig uurrooster; in de openbare sector op halftijdse prestaties, die zich minstens over 200 dagen of 8 maanden per jaar uitstrekken. De formaliteiten om te starten als zelfstandige zijn dezelfde in bijberoep als in hoofdberoep. Het enige verschil zit hem in de sociale bijdragen die u betaalt. In beide gevallen moet u 19,65 % sociale bijdragen betalen. Maar als zelfstandige in hoofdberoep gaat men er sowieso van uit dat u 9349,59 euro per jaar verdient; u betaalt sowieso 478,59 euro sociale bijdragen per kwartaal. (Vanaf 45.664,62 euro per jaar betaalt u nog maar 14,16 % sociale bijdragen en het inkomen boven 67.300,54 euro per jaar wordt vrijgesteld van bijdragen.) Als u zelfstandige in bijberoep bent, kijkt men naar uw effectieve inkomen. Daarop betaalt u sociale bijdragen. Als uw inkomen lager ligt dan 1177,31 euro per jaar, dan betaalt u als zelfstandige in bijberoep zelfs geen sociale bijdragen.
MEI 2006 B I Z Z 19
ONDERNEM STARTERZZGIDS ondernemingsvorm
15. Wat is het verschil tussen een eenmanszaak, een bvba en een nv?
We zetten voor u in de tabel hiernaast de relevantste verschilpunten tussen de drie ondernemingsvormen op een rijtje.
20 B I Z Z MEI 2006
INGSVORM
STARTERZZGIDS ondernemingsvorm
Minimumaantal oprichters Minimumkapitaal ... waarvan te volstorten Oprichtingsakte
Eenmanszaak
(E)Bvba
Nv
1
2 bij bvba (1 bij ebvba)
2
Geen
18.550 €
61.500 €
-
1/5 ten belope van minstens 6200 € (ebvba: minstens 12.400)
Minimaal 61.500 €
Geen
Notaris
Notaris
Onbeperkt
Beperkt tot kapitaalinbreng
Beperkt tot kapitaalinbreng
Geen
Enkel op naam
Aan toonder of op naam
-
Met eenparig akkoord van alle vennoten
Vrij overdraagbaar
Zaakvoerder
1 of meerdere zaakvoerders
Raad van bestuur met minstens 3 leden (aan toonder) of minstens 2 (indien op naam)
Boekhoudkundige verplichtingen
Vereenvoudigde boekhouding (tot 495.787,04 € omzet excl. btw)
Dubbele boekhouding
Dubbele boekhouding
Fiscale behandeling
Volgens personenbelasting
Vennootschapsbelasting
Vennootschapsbelasting
Niet verplicht
Verplicht
Verplicht
Aansprakelijkheid Aandelen Overdracht van aandelen Bestuur
Financieel plan
Meer lezen: ‘Uw vennootschap & de fiscus – De onmisbare praktijkgids voor de bedrijfsleider’, Roularta Books, 2005.
MEI 2006 B I Z Z 21
ONDERNEM STARTERZZGIDS ondernemingsvorm
16. Wat zijn de voor- en nadelen van een vennootschap? Voordelen
- Rechtspersoonlijkheid: de vennootschap heeft eigen rechten en plichten. - Voor bepaalde vennootschapsvormen geldt een beperkte aansprakelijkheid. - Fiscaliteit: het belastbaar resultaat wordt belast in het stelsel van de vennootschapsbelasting. Voor KMO’s bestaat er een ‘verlaagd opklimmend’ tarief. Het fiscaal voordeel van een vennootschap ligt echter niet zozeer in de lagere tarieven, maar in de mogelijkheid om te streven naar een optimale inkomstenmix. De inkomsten van vennootschap en individu kunnen zo georganiseerd worden dat er in totaal zo weinig mogelijk belastingen worden betaald en er jarenlang een zo stabiel mogelijk inkomen is. - Alle afspraken tussen partners die samenwerken in de zaak staan duidelijk op papier. - De vennootschap biedt een aantal interessante mogelijkheden om vóór het overlijden een goede opvolgingsregeling uit te dokteren. Nadelen - De formele besluitvorming en procedures. - Meer juridische en administratieve verplichtingen, en dus meer kosten. De oprichting is voor de meeste vennootschapsvormen door diverse wettelijke verplichtingen duurder dan een eenmanszaak starten. - Boekhoudkundige verplichtingen.
22 B I Z Z MEI 2006
INGSVORM
STARTERZZGIDS ondernemingsvorm
17. Wat zijn de voor- en nadelen van de handelszaak of eenmanszaak?
Een ‘handelszaak’ of eenmanszaak is een onderneming die, in tegenstelling tot de vennootschap, geen aparte rechtspersoonlijkheid bezit. Er is dus ook geen duidelijke splitsing tussen het privévermogen van de handelaar en het vermogen van de zaak. Voordelen - Beslissingen kunnen op een snelle en weinig formele manier genomen worden. - Omdat alle winst van de eenmanszaak wordt belast volgens de tarieven van de personenbelasting, komt het batig saldo na belastingen bij de ondernemer zelf terecht. U beslist zelf of en hoeveel u daarvan investeert in de zaak. - Beperkte administratieve en boekhoudkundige verplichtingen. Nadelen - Geen specifieke juridische structuur. U bent onbeperkt aansprakelijk en staat met UW volledige persoonlijke vermogen in voor de verbintenissen van de onderneming. - Opvolging en overname: een preventieve opvolgingsregeling heeft de meeste kans op slagen als uw onderneming een vennootschap wordt. - Inkomstenbelastingen: alle inkomsten van de onderneming worden belast via de personenbelasting van de ondernemer zelf. Er is geen aparte fiscale aangifte of aanslag voor de eenmanszaak.
MEI 2006 B I Z Z 23
ONDERNEM STARTERZZGIDS ondernemingsvorm
18. Welke formaliteiten moeten vervuld worden voor het omzetten van een eenmanszaak naar een vennootschap?
Voor het overschakelen van een eenmanszaak naar een vennootschap moet u eerst nagaan welke akte u nodig heeft voor de oprichting van de vennootschap (een notariële of onderhandse akte). Voor bepaalde vennootschappen moeten de statuten ook opgesteld en gepubliceerd worden, en voor vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid moet u bewijzen dat u over het vereiste minimumstartkapitaal beschikt. Daarna gaat u naar een erkend ondernemingsloket om een nieuw ondernemingsnummer aan te vragen en zo de commerciële aard van de onderneming te activeren. Vergeet niet dat u de overschakeling moet melden aan uw sociaal verzekeringsfonds. Daarnaast zijn er nog andere zaken die veranderen. Zo zal u ook de boekhouding moeten aanpassen (naar een systeem van dubbele boekhouding) en u valt onder het stelsel van de vennootschapsbelasting in plaats van de personenbelasting.
24 B I Z Z MEI 2006
INGSVORM
STARTERZZGIDS ondernemingsvorm
19. Moet een vennootschap met meerdere personen opgestart worden?
De meeste vennootschappen ontstaan omdat twee of meerdere personen overeenkomen dat ze iets in gemeenschap zullen brengen. Maar het is mogelijk om een vennootschap alleen op te richten, via een ebvba. Alle bepalingen die gelden voor een bvba blijven in principe gelden voor een eenpersoons-bvba. Het te volstorten minimumkapitaal ligt wel hoger voor een ebvba. Voor een bvba is dat doorgaans 1/5 van het kapitaal, met een minimum van 6200 euro. Bij een ebvba moet u een minimumkapitaal van 12.400 euro volstorten. (Zie ook vraag 15.)
20. In een bvba en een nv geldt een ‘beperkte aansprakelijkheid’. Wat betekent dat? Beperkte aansprakelijkheid betekent dat er een opsplitsing is tussen het vermogen van de onderneming en het persoonlijke vermogen van de ondernemer. Schuldeisers van de vennootschap zullen de schulden dus niet kunnen verhalen op het privévermogen van de ondernemer, tenzij de onderneming failliet verklaard wordt binnen drie jaar na oprichting. In dat laatste geval wordt in het verplicht ingediende financieel plan gezocht naar eventuele tekortkomingen. Als er belangrijke tekortkomingen of nalatigheden ontdekt worden, dan kan de rechter beslissen dat de beperkte aansprakelijkheid vervalt.
MEI 2006 B I Z Z 25
STEUNMAA STARTERZZGIDS steunmaatregelen
21. Biedt de Vlaamse overheid steunmaatregelen aan voor starters?
Jazeker! Als starter kunt u een beroep doen op een hele scala aan steunformules van de overheid. Er zijn verschillende provinciale steunvoorzieningen, maar daarnaast zijn er de volgende initiatieven voor het hele Vlaams Gewest. - Het Participatiefonds Starteo is één van de 2 leningformules die door het Participatiefonds aangeboden worden, onder gunstige voorwaarden. Starteo is een bijkomende lening van het Participatiefonds, die u aangaat naast uw bankkrediet. Het Participatiefonds helpt u zo om de start van uw onderneming of een overname te financieren. Meer info op www.fonds.org
26 B I Z Z MEI 2006
TREGELEN
STARTERZZGIDS steunmaatregelen
- De Waarborgregeling
De Waarborgregeling Investeringskredieten kan u helpen om het gebrek aan waarborgen, waarmee starters vaak geconfronteerd worden, op te vangen. Als u en uw investering aan de voorwaarden van de overheidsinstantie Waarborgbeheer NV voldoen, kan een deel van de vereiste waarborgen onder die regeling vallen. De Waarborgregeling wordt steeds gecombineerd met uw eigen waarborgen, zoals een hypotheek voor de aankoop van een onroerend goed, een verpanding van uw handelsfonds voor investeringen in een handelszaak enz. Let op: een combinatie van de Waarborgregeling met de groeipremie is niet toegestaan. U kan de Waarborgregeling wel combineren met Starteo van het Participatiefonds. - Startlening voor werklozen De Startlening biedt niet-werkende werkzoekenden de mogelijkheid om een zelfstandige activiteit op te starten met een voordelige lening. De lening bedraagt maximaal 30.000 euro; als aanvrager moet u zelf 25 % van het ontleende bedrag inbrengen. Dat kan met eigen middelen of met bankkrediet. Bij deze regeling kan u gratis begeleiding krijgen van bv. Unizo Startersservice. Voor werkzoekenden, die jonger zijn dan 30 jaar en die voor het eerst een eigen zaak willen starten, bestaan er bovendien nog extra tegemoetkomingen. - Ondernemerschapsportefeuille De Ondernemerschapsportefeuille wordt een nieuw instrument waarmee kleine en middelgrote ondernemingen elektronisch steunmaatregelen kunnen aanvragen voor vier verschillende diensten: opleiding, advies, mentorschap en aankoop van kennis in Vlaamse kenniscentra. De ondernemerschapsportefeuille komt in de plaats van de vier bestaande chequesystemen: de gratis opstartcheque, de durf-na-advies-cheque, de adviescheque en de opleidingscheque.
MEI 2006 B I Z Z 27
STEUNMAA STARTERZZGIDS steunmaatregelen
- Steun bij de aanwerving van personeel
Voor starters is er het interessante ‘Plan-plus-één’. Dat plan voorziet in een (tijdelijke) vrijstelling van patronale bijdragen bij de aanwerving van uw eerste personeelslid. Informatie over de verschillende banenplannen van de overheid kunt u opvragen bij de RVA, de RSZ en de VDAB. Uiteraard kunt u ook altijd terecht bij uw sociaal verzekeringsfonds. - De Groeipremie
De Groeipremie (‘call KMO’) is een nieuwe steunmaatregel van de Vlaamse overheid voor ondernemingen die investeren in Vlaanderen (vervanging expansiesteun Vlaams Gewest). Voor het toekennen van een groeipremie wordt gebruikgemaakt van een oproepsysteem (‘call’). Dat betekent dat subsidieaanvragen ingediend kunnen worden tijdens een bepaalde periode. Die aanvragen voor beroepsinvesteringen worden dan in een soort van wedstrijdformule met elkaar vergeleken. De beschikbare subsidie (gesloten enveloppe) wordt verdeeld onder de projecten die het best scoren. U kunt uw aanvraag voor een groeipremie indienen via de website www.vlaanderen.be/groeipremie. Een overname van aandelen van een vennootschap komt niet in aanmerking voor de groeipremie, maar voor de overname van materiaal kan wel een aanvraag ingediend worden. - Risicokapitaal, ARKimedes De ARKimedes-regeling geeft professionele risicokapitaalverschaffers (erkende ARKiv’s) de mogelijkheid om voor elke euro aan privémiddelen die zij investeren in een Vlaamse starter, een euro van ARKimedes te investeren. Als de overname van een zaak past in een groeiscenario, dan is een ARK-investering mogelijk. Meer info op www.ondernemen.vlaanderen.be
28 B I Z Z MEI 2006
TREGELEN
STARTERZZGIDS steunmaatregelen
22. Mijn zaak is gevestigd in Brussel. Verschilt de overheidsondersteuning daar? Ja. De aard van de tegemoetkomingen en de voorwaarden om voor overheidssteun in aanmerking te komen hangen af van verschillende parameters, die vastgelegd zijn in een wettelijk kader. Dat wettelijk kader wordt bepaald per gewest. Daarom zijn er verschillen in overheidssteun voor ondernemingen die gevestigd zijn in het Vlaams Gewest of in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De grootste verschillen worden bepaald door de grootte van de onderneming die voor overheidssteun in aanmerking komt en het type van de investering. Sommige tegemoetkomingen gelden echter evenzeer in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest als in het Vlaams Gewest. Dat is o.m. zo voor Starteo en voor de startlening voor werklozen. Andere tegemoetkomingen zijn dan weer specifiek voor ondernemingen die gevestigd zijn in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Kapitaalpremie, rentetoelage en gemengde financiering Als u als gestarte ondernemer een investering met eigen middelen betaalt, dan kunt u – onder voorwaarden – in aanmerking komen voor een kapitaalpremie. Dat is een financiële tegemoetkoming, die uitgedrukt wordt in een percentage van de investering. De rentetoelage kan van toepassing zijn als u die investering financiert met een investeringskrediet of een leasing. De financiële tegemoetkoming is een deel van de intresten die u aan de bank betaalt, gespreid over 3 jaar. Als u meer dan 50 % van het investeringsbedrag met eigen middelen betaalt, dan kunt u ook nog een rentetoelage aanvragen (gemengde financiering). Bovendien mag u de investeringen waarvoor een kapitaalpremie of een rentetoelage werd toegekend, versneld afschrijven. Vrijstelling van onroerende voorheffing Start u een zaak, koopt u onmiddellijk een onroerend goed en brengt u uw bedrijfsactiviteit onder in dat pand? Dan kunt u, voor maximaal 5 jaar, vrijgesteld worden van de betaling van onroerende voorheffing, op voorwaarde dat u als ondernemer ook de eigenaar bent van het onroerend MEI 2006 B I Z Z 29
STEUNMAA STARTERZZGIDS steunmaatregelen
goed. De vrijstelling geldt wel enkel voor het gedeelte van het gebouw dat daadwerkelijk gebruikt wordt voor uw bedrijfsactiviteit. Brustart
Brustart is een fonds dat binnen de G.I.M.B. (Gewestelijke Investeringsmaatschappij voor Brussel) werd opgericht om Brusselse ondernemingen die tijdens hun startfase financieringsproblemen ondervinden, te ondersteunen. Brustart kan ondernemingen op weg helpen door in te treden in het kapitaal van de onderneming, een lening te geven of door beide te combineren. Meer informatie vindt u op www.brustart.be.
30 B I Z Z MEI 2006
TREGELEN
STARTERZZGIDS steunmaatregelen
Waarborgregeling
Naar analogie met de Waarborgregeling in het Vlaamse Gewest, biedt het Brussels Waarbogfonds ook een aanvullende waarborg voor investeringskredieten aan. Die Waarborgregeling kan een hulpmiddel zijn, als u als starter geconfronteerd wordt met een ‘tekort’ aan waarborgen om uw droom te realiseren. U vindt alle modaliteiten van de Waarborgregeling in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest op www.brusselswaarborgfonds.be. Steun voor de aanwerving personeel voor starters Bent u een starter in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest? En wilt u een werkzoekende aanwerven die nog een beroepsopleiding moet volgen? Dan kunt u een tegemoetkoming krijgen voor 50 % van de opleidingsuren van de op te leiden werknemer en 50 % van de bezoldiging van de instructeur. Steun voor externe managementadviezen en haalbaarheidsstudies Wanneer een Brusselse onderneming een beroep doet op een externe consultant voor managementadvies of een haalbaarheidsstudie, kan ze – onder bepaalde voorwaarden – in het kader van de Brusselse expansiewet een subsidie krijgen voor 50 % van de kosten. Risicokapitaal De GIMB kan tussenkomen bij de oprichting, uitbreiding, overdracht enz. van privéondernemingen. Dat doet ze door het verwerven van aandelen bij de oprichting of kapitaalverhoging van een onderneming. Vaak gaat het dan om grotere bedragen. Surf naar www.gimb.be. Wil u de volledige informatie over overheidssteun door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest lezen, kijk dan op www.premiesKMO.be en www.brusselswaarborgfonds.be of bespreek het onderwerp met uw bankier.
MEI 2006 B I Z Z 31
BANKZAKE STARTERZZGIDS bankzaken
23. Staan banken wel te springen om krediet te verlenen aan startende ondernemingen?
Wie goed voorbereid is, heeft veel meer kans op slagen dan iemand die zich hals over kop in het avontuur stort. Helaas besteden de meeste beginners weinig aandacht aan de planning van hun zaak; ze komen vaak onvoorbereid kredieten vragen aan hun bankier. Bankiers zijn om een gegronde reden erg voorzichtig. De statistieken zijn ontnuchterend: 1/4 van alle starters houdt het binnen een periode van 2 jaar voor bekeken. Vaak blijkt dat ze nooit een degelijk ondernemingsplan op papier hebben gezet ... Een ondernemingsplan is een onmisbaar instrument bij de start van uw bedrijf. Het verplicht u om na te denken over uw project, om vage ideeën uit te werken in concrete cijfers. Het geeft aan of uw bedrijfsactiviteit haalbaar is. En nadien blijft het nog nuttig als een soort van boordinstrument. Werk uw ondernemingsplan uit en gebruik het om uw bankier ervan te overtuigen dat u over de nodige kennis en ervaring beschikt en een idee hebt van de levenskansen van uw project. Een starter die zelf de zwakke punten in zijn financieel plan kan benoemen, verdient een hoge geloofwaardigheid bij zijn bankier. En u zal merken dat het enthousiasme van uw bankier evenredig stijgt met uw voorbereiding.
32 B I Z Z MEI 2006
N
STARTERZZGIDS bankzaken
24. Hoeveel kan ik bij de bank lenen? De vraag ‘Hoeveel kan ik bij de bank lenen?’, is eigenlijk geen goede vraag. Eerst moet u immers bepalen hoeveel uw investeringen bedragen (in een financieel plan) en pas dan moet u op zoek naar de middelen om ze te financieren! Zo kunt u perfect meedelen aan uw bankier hoeveel krediet u wenst. Een evenwichtige financiering bestaat uit voldoende eigen middelen, aangevuld met vreemd vermogen, zoals een lening of een krediet van de bank. Reserveer uw eigen middelen in de eerste plaats voor de financiering van voorraden en handelsvorderingen. Voor de financiering van vaste activa, de debiteurenkern (het bedrag van klantenvorderingen dat permanent openstaat) en de voorraad kunt u dan bv. een beroep doen op krediet van de bank. Het financieel plan is de grootste en belangrijkste stap in uw ondernemingsplan. Pas als u alle cijfers op een rijtje hebt gezet, weet u of uw toekomstige onderneming levensvatbaar zal zijn en u voldoende inkomsten zal verschaffen. Een financieel plan bestaat uit 5 stappen: 1. Ga na welke investeringen u moet doen om van start te kunnen gaan. 2. Bepaal de middelen om die investeringen te betalen. Dat is uw financieringsplan. 3. Tel alle kosten op die u in 1 jaar tijd maakt. 4. Met die cijfers kunt u berekenen welke omzet u moet halen om rendabel te zijn. Dat is de breakevenanalyse. 5. Bereken of er tijdens het jaar voldoende liquide middelen zijn om de lopende uitgaven (huur, intrest enz.) te betalen. Misschien moet u uw plannen wel enigszins aanpassen. Dat is helemaal niet erg, het maakt uw ondernemingsplan enkel realistischer.
MEI 2006 B I Z Z 33
BANKZAKE STARTERZZGIDS bankzaken
25. Waarom vraagt een bankier ‘voldoeninggevende’ inbreng aan eigen middelen? En hoeveel is dan ‘voldoeninggevend’?
De eigen inbreng, de eigen middelen van de starter zijn van groot belang. Ze tonen aan uw bankier dat u als starter in uw eigen zaak gelooft en dat u bereid bent om risico’s (ook financiële) te lopen. Dat persoonlijk engagement is belangrijk voor uw bankier. Het is onmogelijk om één algemene regel voor de verhouding eigen middelen/vreemde middelen te gebruiken. Elke start van een eigen zaak is immers anders, elk dossier en elke sector hebben specifieke kenmerken. De meeste banken vinden een eigen inbreng van 20 % van het totale pakket aan financiële middelen (eigen middelen + kredieten) een gezonde norm. Bij het starten van een zelfstandige activiteit onder vennootschapsvorm moet u trouwens ook rekening houden met het minimaal te volstorten kapitaal. Ook hier is het belangrijk om op uw eerste balans (na afsluiten van het eerste boekjaar) een gezonde verhouding eigen middelen/vreemde middelen te hebben.
34 B I Z Z MEI 2006
N
STARTERZZGIDS bankzaken
26. Wat als ik onvoldoende eigen middelen heb? Kan ik mijn zaak dan nog opstarten? Als u zelf over onvoldoende eigen middelen beschikt, kunt u een beroep doen op ‘derdekapitaalverstrekkers’: familie, vrienden, overheidssubsidies (zie vraag 21 en 22), maar ook op risicokapitaalverstrekkers of (semi)overheidsfondsen als GIMV, ARKimedes enz. Het zou echter niet correct zijn om de noodzaak van eigen middelen te minimaliseren. In uw financieel plan berekent u hoeveel eigen middelen vereist zijn om uw zaak te kunnen opstarten. Daarnaast is het aangewezen om over een financiële buffer te beschikken. Die geeft u de ruimte om een mogelijke ‘tegenslag’ op te vangen. Hebt u die niet? Dan beperkt u de slaagkansen van uw zaak in aanzienlijke mate.
27. Ik heb geen waarborgen. Kan ik dan wel geld lenen bij de bank? Bij een opstartende zaak zijn er meestal geen hoge waarborgen voorhanden. Ook uw bankier is zich daarvan bewust, maar toch wil hij de terugbetaling van het krediet zeker stellen en daarom zal hij de nodige waarborgen vragen. Besef echter één ding: op het moment dat u met uw bankier mogelijke waarborgen bespreekt, hebt u al hem al overtuigd van uw ondernemingsplan. Daarom zal hij met u zeker alle mogelijkheden overlopen. - Zijn er derden (familie of vrienden, ...) die bereid zijn om u te helpen bij de opstart en die waarborgen kunnen verlenen? - Uw handelszaak zelf bevat ook een zekere waarde. Hoeveel? Bereken die samen met uw bankier of accountant/boekhouder. - Zijn er overheidswaarborgen waarop u een beroep kan doen, zoals de Waarborgregeling? (Zie vraag 21 en 22.)
MEI 2006 B I Z Z 35
BANKZAKE STARTERZZGIDS bankzaken
28. Ik heb goede (en veel!) waarborgen. Krediet krijgen kan dan toch geen probleem zijn?
Een huis om te verhypothekeren, kasbons die u in pand wil geven ... En toch geen kredieten krijgen van uw bankier? Best mogelijk! Uw bankier zal pas met u in zee willen gaan, als uit uw ondernemingsplan blijkt dat het goed doordacht is. Kredietverlening draait rond ‘vertrouwen’. Vertrouwen in de kennis en kunde van de startende ondernemer, vertrouwen in de ijver en grondigheid waarmee hij zijn financieel plan en ondernemingsplan heeft opgemaakt en vertrouwen in de haalbaarheid van zijn project.
36 B I Z Z MEI 2006
N
STARTERZZGIDS bankzaken
29. Mijn ouders willen mij helpen bij de start. Doen zij dat het best met een gift of stellen ze zich beter borg voor de kredieten die ik aanga? Als uw ouders een gift schenken, dan geven ze u een bepaald bedrag. Dat bedrag dragen ze over aan u en u kan het investeren in uw zaak. Zij weten perfect over hoeveel geld het gaat. Als uw ouders zich borg stellen voor de kredieten die u of uw vennootschap aangaat bij de bank, ontvangt u geen geld. Uw ouders beloven dan aan de bankier dat, als u de kredieten niet terugbetaalt, zij die verplichtingen in uw plaats zullen nakomen. Ook hier is het maximale bedrag vooraf gekend en opgenomen in een contract. Als alles goed verloopt en u of uw vennootschap betaalt uw kredieten terug volgens plan, dan moeten uw ouders niets betalen. Let wel op: een solidaire borgstelling heeft geen einddatum, tenzij ze verbonden is aan één specifiek krediet. Welke oplossing het best is voor u, moet u zelf bekijken. Spreek er open over met uw ouders en met uw bankier.
MEI 2006 B I Z Z 37
BANKZAKE STARTERZZGIDS bankzaken
30. Kan ik met krediet op korte termijn mijn dagelijkse werking financieren?
Het opstartjaar is vaak een moeilijke periode: klanten nemen hun koperskrediet meteen op, terwijl leveranciers vaak een onmiddellijke betaling verlangen. Er ontstaat dus een financieringsbehoefte. U kan dat – in eerste instantie – opvangen met eigen middelen. Die doen dan dienst als financiële buffer. Daarnaast kunt u een beroep doen op kortetermijnfinanciering. Als starter is het kaskrediet de meest relevante vorm van kortetermijnfinanciering. Dat is een krediet waarbij uw bankrekening tot een bepaald limietbedrag (al dan niet onder bepaalde voorwaarden voor opname) onder 0 mag gaan. U bepaalt zelf wanneer u de bedragen opneemt en voor welke periode. Het kaskrediet is een krediet dan niet afbouwt. U gebruikt het dan ook beter niet om investeringen mee te financieren.
38 B I Z Z MEI 2006
N
STARTERZZGIDS bankzaken
31. Welke opties heb ik voor een financiering op middellange of lange termijn? De bekendste financieringsvormen zijn investeringskredieten en leasing.
Een investeringskrediet is vooral geschikt voor grote investeringen (zoals bv. gebouwen) en materiaal (machines, wagens enz.). Doorgaans gaat het om goederen die op een duurzame wijze gebruikt worden in de onderneming. Uw bankier kan een deel van de kosten voorschieten. U betaalt in een vooraf bepaalde periode terug aan de bank. Die periode valt meestal samen met de verwachte economische levensduur van het aangekochte goed. Zo kunt u met de opbrengsten van de investering uw lening terugbetalen. Met elke aflossing betaalt u aan de bank een stuk van het gefinancierde kapitaal én de interest op het nog niet terugbetaalde kapitaal terug. Bij het samenstellen van uw aflossingsplan zal uw bankier rekening houden met uw ondernemingsplan. Voor starters is leasing van materieel een goede oplossing. Bij leasing wordt een goed (bv. een wagen) door een leasingmaatschappij gekocht en aan u verhuurd. De verhuurperiode stemt overeen met de vermoedelijke economische gebruiksduur. Na die huurperiode kunt u het goed zelf kopen tegen de restwaarde die in het leasingcontract vermeld staat. Maar u kan ook verder huren tegen een sterk verminderde prijs of het goed terugbezorgen aan de leasingmaatschappij. Bij leasing wordt het goed voor 100 % gefinancierd. Het bedrag van de betaling wordt vooraf in het leasingcontract opgenomen.
MEI 2006 B I Z Z 39
BANKZAKE STARTERZZGIDS bankzaken
32. Waarom zou ik kiezen voor mensualiteiten (gelijke terugbetalingen) i.p.v. voor vaste kapitaalaflossingen?
Bij een investeringskrediet krijgt u van de bank kapitaal ter beschikking. Dat kapitaal hoeft u niet onmiddellijk terug te betalen; u mag het, gespreid over meerdere jaren, in vaste schijven aflossen. Dat wil dus zeggen dat u elk jaar een bepaald bedrag van het geleende kapitaal terugstort. In ruil voor dat kapitaal wordt een vergoeding gevraagd in de vorm van intrestbetalingen. Elke periode (maand, kwartaal, jaar) betaalt u intresten op het kapitaal dat u nog niet hebt terugbetaald. Omdat u het kapitaal jaar na jaar terugbetaalt, wordt het restkapitaal elk jaar kleiner. Daardoor zal ook de intrestbetaling verminderen. Maar u kan het geleende kapitaal op verschillende manieren aan de bank terugbetalen. - U kunt elke keer een gelijke terugbetaling aan uw bank doen. Zo’n terugbetaling wordt ook een mensualiteit genoemd. Een aflossingsplan met gelijke terugbetalingen komt het meest voor. - Maar u kunt uw krediet ook terugbetalen met vaste kapitaalaflossingen. In dat geval bevat elke terugbetaling een gelijk stuk van het geleende kapitaal en betaalt u daarboven de intrest op het nog openstaande kapitaal. Als u uw krediet terugbetaalt met 60 maandelijkse aflossingen (= 5 jaar), zal u elke keer 1/60 van het geleende kapitaal terugbetalen, samen met de intrest op het gedeelte van het kapitaal dat u nog niet hebt afgelost. Daardoor zal het bedrag van uw terugbetaling telkens verminderen.
40 B I Z Z MEI 2006
N
STARTERZZGIDS bankzaken
Vergelijking tussen mensualiteiten en vaste kapitaalaflossingen
Mensualiteiten - Ik betaal elke maand hetzelfde bedrag terug. - Mijn maandelijkse aflossing is lager. - Mijn nettobedrag aan terugbetaalde interesten is op het einde van de looptijd hoger. - Het kapitaal bouwt minder snel af. - Het is duurder: ik betaal meer intresten. - Het is eenvoudiger: het bedrag van maandelijkse aflossing is altijd hetzelfde. - Het is financieel gemakkelijker draagbaar door het lagere aflossingsbedrag. Vaste kapitaalaflossingen - Het bedrag van de aflossingen in het begin van de looptijd van het krediet is hoger dan op het einde van de looptijd. - Mijn maandelijkse aflossing is hoger in het begin van de looptijd van het krediet. - Mijn bedrag aan terugbetaalde intresten is merkelijk lager op het einde van de looptijd. - Het kapitaal bouwt sneller af. - Het is voordeliger: ik betaal minder intresten. - Het is variabel: het bedrag van de maandelijkse aflossing varieert (maar is dalend). - Het is financieel zwaarder, door hogere aflossingen bij aanvang van het krediet.
MEI 2006 B I Z Z 41
BANKZAKE STARTERZZGIDS bankzaken
33. Aan welke rentevoeten kan ik lenen?
De rentevoet is afhankelijk van heel wat factoren. Eerst en vooral van de kredietvorm: gaat het om een kortetermijnkrediet (zoals een kaskrediet) of gaat het om een investeringskrediet? Bij een kaskrediet wordt de rentevoet bepaald door de basisrentevoet van kaskredieten, verhoogd met een bepaalde marge. Hoeveel die rentevoet bedraagt, vraagt u het best aan uw bankier. De rentevoet van een investeringskrediet wordt bepaald door: - het bedrag van het krediet; - de looptijd van het krediet; - uw keuze voor een vaste of voor een variabele rentevoet; - de wijze waarop u het krediet terugbetaalt. Al die factoren van uw investeringskrediet legt u vast bij de aanvraag.
42 B I Z Z MEI 2006
N
STARTERZZGIDS bankzaken
34. Kies ik voor een vaste of voor een variabele rentevoet? Een vaste of een variabele rentevoet heeft niets te maken met de looptijd van uw krediet. De keuze is aan u. Een rentevoet van een investeringskrediet kan vast zijn tot het einde van het krediet. Zo weet u bij aanvang perfect wat u nog te wachten staat, ongeacht mogelijke renteschommelingen. Een vaste rentevoet biedt u een grote zekerheid. Het is ook mogelijk om de rentevoet na één of meerdere jaren aan te passen. Dat noemt men een variabele rentevoet. Die aanpassing gebeurt steeds op basis van de marktrentevoeten die op het ogenblik van aanpassing van toepassing zijn. Het moment van aanpassing wordt een ‘renteherziening’ genoemd. De periodes tussen de renteherzieningen liggen vast bij het aangaan van het krediet en hebben telkens dezelfde duur. U bepaalt zelf, in samenspraak met uw bankier, voor welke periode u uw rentevoet wil vastleggen. Omdat u vooraf niet weet welke de marktrentevoet zal zijn op het moment van renteherziening, biedt de variabele rentevoet minder zekerheid dan de vaste rentevoet. Bespreek samen met uw bankier en met uw accountant of boekhouder welk systeem het best is voor u.
MEI 2006 B I Z Z 43
BANKZAKE STARTERZZGIDS bankzaken
35. Op welke termijn kan ik lenen bij de bank?
De periode van terugbetaling van een investeringskrediet schommelt naar gelang van het te financieren goed. De ‘gouden regel’ is dat de financieringstermijn nooit de economische levensduur kan overtreffen. - Voor gebouwen wordt meestal een termijn van 15 à 20 jaar gehanteerd. - Voor verbouwingen: maximaal 10 jaar. - Voor machines, rollend materieel, ...: maximaal 5 jaar (komt overeen met de economische levensduur). - Voor software: maximaal 2 jaar. Neemt u van bij de start onmiddellijk alle aandelen van een bestaande onderneming over? De normale financieringstermijn voor aandelen is in principe 7 jaar: in die periode moet u – als overnemer – uw investering kunnen terugverdienen.
36. Wat houdt het oprichtingskapitaal voor een vennootschap in? Bij de oprichting van een vennootschap moet elke vennoot inbrengen, in geld of in natura. In ruil voor die inbreng krijgt de vennoot aandelen of rechten van deelneming in de vennootschap. Dat verschilt naar gelang van de gekozen vennootschapsvorm. Het verplichte minimumbedrag van het oprichtingskapitaal verschilt naar gelang van de vennootschapsvorm. Voor een bvba bv. is het minimumbedrag 18.550 euro. Bij de oprichting volstaat een volstorting van 6200 euro. Als vennoot hebt u altijd het recht om te delen in de winst en de plicht om bij te dragen in het verlies. De wijze waarop dat gebeurt, wordt meestal in de oprichtingsovereenkomst vastgelegd. Voor sommige vennootschapsvormen, zoals een nv, een bvba, een eenpersoons-bvba en een cvba moet een notariële oprichtingsakte worden opgesteld, voor andere volstaat een onderhandse akte. Bij de oprichting van een vennootschap moeten bijkomende kosten betaald worden. 44 B I Z Z MEI 2006
N
STARTERZZGIDS bankzaken
37. Ik breng mijn zaak onder in mijn privéwoning. Hoe moet ik dat financieel regelen? Alle beroepskosten in uw privéwoning zijn aftrekbaar van het beroepsinkomen waarvoor ze gemaakt zijn. Omdat u meestal niet heel uw privéwoning beroepsmatig zal gebruiken, worden alle kosten herberekend volgens het percentage beroepsgebruik van uw privéwoning. Alle afschrijvingen van het gebouw, de verwarming, de elektriciteit, de verzekering, de financiering enz. kunt u in mindering brengen van uw professionele inkomsten naar rata van het beroepsgebruik. Bespreek die bedragen met uw accountant of boekhouder. Contacteer ook zeker uw verzekeringsagent. Verzekeraars beschouwen een bedrijfsactiviteit immers in de meeste gevallen als een risicoverzwaring. Bovendien zijn er aan elke bedrijfsactiviteit ook specifieke verzekeringsvereisten verbonden.
MEI 2006 B I Z Z 45
OPSTARTE STARTERZZGIDS o p s t a r t e n
46 B I Z Z MEI 2006
N
STARTERZZGIDS o p s t a r t e n
38. Hoe stel ik een ondernemingsplan op? De belangrijkste drie onderdelen van uw ondernemingsplan zijn de marktanalyse, het marketingplan en het financiële plan. Marktanalyse Wanneer u een ondernemingsplan opstelt, moet u vertrekken van een analyse van de huidige markt en de evolutie ervan. - Hoe evolueert de markt? - Wat is het profiel van potentiële klanten? - Wie zijn uw concurrenten en wat zijn hun sterke punten? - Wie zijn mogelijke leveranciers? - Zijn er andere factoren die uw succes kunnen bepalen? Marketingplan Op basis van die marktanalyse bepaalt u eigen doelstellingen en stippelt u een strategie uit. Geef een antwoord op de volgende vragen. - Welk product of dienst zal u aanbieden? - Voor welke prijs? - Op welke vestigingsplaats? - Met welke promotiemiddelen? Die vier elementen moeten optimaal op elkaar zijn afgestemd, zodat ze een ideale combinatie vormen. Dat is de marketingmix. Financieel plan Tot slot onderzoekt u ook de financiële haalbaarheid. Welke zijn de verwachte kosten en opbrengsten? Is de strategie die u uitstippelt ook financieel haalbaar en zal uw zaak uiteindelijk rendabel zijn?
MEI 2006 B I Z Z 47
OPSTARTE STARTERZZGIDS o p s t a r t e n
39. Hoe kan ik bepalen wat mijn startkapitaal moet zijn?
Enerzijds hangt uw startkapitaal af van de rechtsvorm die u kiest voor uw onderneming. Voor de oprichting van een eenmanszaak is er geen startkapitaal vereist. Voor een bvba is er een startkapitaal vereist van 18.550 euro; 1/5 daarvan, met een minimum van 6200 euro, moet u meteen volstorten. Bij de ebvba daarentegen moet u een minimumkapitaal van 12.400 euro volstorten. Bij de nv bedraagt het minimumkapitaal dan weer 61.500 euro. Naast de wettelijke verplichting is er ook een gezonde dosis inschattingsvermogen nodig. U moet zich als startende ondernemer steeds afvragen of de aanwezige financiële middelen bij de opstart ook toereikend zullen zijn bij eventuele moeilijkheden. Stel daarom een financieel plan op, waarin u de verwachte financiële kosten afweegt tegenover de geschatte verwachte opbrengsten. Zo kunt u zien of uw project haalbaar is.
40. Moet een eigen zaak steeds opgericht worden met een notariële akte? Enkel voor de oprichting van een vennootschap is een notariële akte nodig. Voor een vennootschap moeten er statuten opgemaakt worden, die u neerlegt bij de notaris. Die zorgt voor de publicatie van de statuten in het Belgisch Staatsblad. Voor de oprichting van een eenmanszaak is dat niet nodig. Voor een vof (Vereniging Onder Firma), een commanditaire vennootschap en een coöperatieve vennootschap met onbeperkte aansprakelijkheid volstaat een onderhandse akte. U moet in dat geval wel zelf zorgen voor de publicatie in het Belgisch Staatsblad.
48 B I Z Z MEI 2006
N
STARTERZZGIDS o p s t a r t e n
41. Hoeveel tijd neemt de voorbereiding van de opstart in beslag? Het duurt niet lang om een eenmanszaak op te starten. Na een paar dagen kunt u al van start gaan. Een vennootschap oprichten duurt langer. De notariële akte, de statuten opmaken en publiceren, het financieel plan opstellen enz. nemen meer tijd in beslag.
MEI 2006 B I Z Z 49
OPSTARTE STARTERZZGIDS o p s t a r t e n
42. Ik wil personeel aanwerven. Hoe ga ik te werk?
Elke werkgever moet een aantal verplichtingen vervullen om personeel aan te werven. We zetten ze kort op een rijtje. - Sluit een verzekering tegen arbeidsongevallen af vóór het personeel tewerkgesteld wordt. - Vraag een aansluitingsnummer aan bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. - Sluit u aan bij een kas voor jaarlijkse vakantie (voor arbeiders en leerjongeren). - Sluit u aan bij een externe preventiedienst (verplicht voor alle werkgevers, behalve voor werkgevers die enkel dienstboden tewerkstellen). - Stel een arbeidsreglement en een arbeidsovereenkomst op, houd een personeelsregister bij en lever loonfiches, belastingfiches en individuele rekeningen af. (U vindt voorbeelddocumenten via het virtueel loket van KMOnet.). - Doe aangiften en betalingen aan RSZ, belastingen en bijzondere fondsen. Sommige aangiften kunnen al via de RSZ-website. - Sluit u aan bij een Compensatiekas voor Kinderbijslag. - Doe een onmiddellijke aangifte van tewerkstelling, als u in de bouwsector of in de sector van de autocarondernemingen actief bent (Dimonaaangifte). - Sluit een burgerlijke aansprakelijkheidsverzekering af voor uw personeel (ten zeerste aan te raden, maar niet verplicht).
50 B I Z Z MEI 2006
N
STARTERZZGIDS o p s t a r t e n
43. Waarop moet ik letten bij het opstellen van een handelshuurcontract? Let op de volgende items.
- De termijn van het handelscontract. De minimumduur bedraagt 9 jaar. Toch kan de huurder het contract opzeggen tegen het einde van het 3de of het 6de jaar. In principe kan de verhuurder niet vroegtijdig opzeggen, tenzij het uitdrukkelijk vermeld wordt in het contract. Als enige geldige reden telt dan dat hijzelf, een familielid of een personenvennootschap (in zijn naam) een zaak wil runnen in het pand. - Huurhernieuwing. Na de oorspronkelijke huurperiode heeft de huurder voorrang op eventuele andere huurders om het gehuurde pand opnieuw te huren. - Overdracht van huur en onderhuur. Overdracht van huur en onderhuur zijn in principe toegelaten, maar het handelshuurcontract kan het verbieden. - De rechten van de huurder, als de eigenaar het gehuurde pand verkoopt. Ga zeker na of het huurcontract bepaalt dat een nieuwe eigenaar de huurder uit het pand kan zetten. - De huurder wil werken uitvoeren. Dan wordt er een onderscheid gemaakt tussen verbouwingswerken om het goed geschikt te maken en gewone werken. - Herziening van de huurperiode. Dat is enkel mogelijk na het verstrijken van de eerste drie jaar.
MEI 2006 B I Z Z 51
VERZEKERI STARTERZZGIDS v e r z e k e r i n g e n
44. Welke verzekeringen heb ik nodig bij de opstart van mijn activiteit?
In bepaalde gevallen hebt u geen keuze en bent u verplicht om een verzekering te nemen. Die verplichting kan immers contractueel opgelegd worden. Zo kan het huurcontract een bepaling bevatten die de huurder verplicht om een brandverzekering aan te gaan. Maar ook de wetgever heeft voor bepaalde risico’s een verzekeringsplicht uitgevaardigd. De twee belangrijkste wettelijk verplichte verzekeringen zijn de arbeidsongevallenverzekering en de verzekering burgerrechtelijke aansprakelijkheid motorrijtuigen. En wie een voor het publiek toegankelijke inrichting uitbaat (bv. een restaurant, warenhuis, ... ) is wettelijk verplicht om zijn objectieve aansprakelijkheid voor brand en ontploffing te verzekeren. Daarnaast bestaan er nog tal van verplichte verzekeringen als voorwaarde voor een erkenning, een bepaalde subsidie enz. Een lijst van alle verplichte verzekeringen vindt u op www.cbfa.be De meerderheid van de verzekeringen blijft echter louter facultatief. Toch is ook een aantal van die verzekeringen onontbeerlijk. Een goede brandverzekering, een bedrijfsschadeverzekering (om uw bedrijf te laten overleven na een brand of ramp), een verzekering die de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de ondernemer/onderneming dekt, een rechtsbijstandsverzekering – de kosten van een gerechtelijke procedure kunnen snel oplopen – zijn zeker het overwegen waard. Uw verzekeringsagent kan u optimaal begeleiden in de keuze van de verzekeringen die voor uw opstart nodig/nuttig zijn.
52 B I Z Z MEI 2006
NGEN
STARTERZZGIDS v e r z e k e r i n g e n
45. Als ik als zelfstandige schade veroorzaak aan derden, ben ik dan persoonlijk aansprakelijk? Als algemene regel kan gesteld worden dat wie door zijn fout, nalatigheid of onvoorzichtigheid schade veroorzaakt aan een ander, die schade zal moeten vergoeden. Om een schadevergoeding te kunnen krijgen van de aansprakelijke moet men dus steeds aantonen dat die 3 elementen aanwezig zijn: een fout, schade en een oorzakelijk verband tussen beide. Als u als zelfstandige door uw fout schade toebrengt aan anderen, zult u daarvoor aansprakelijk gesteld kunnen worden. U kunt echter ook aansprakelijk gesteld worden omdat u in uw hoedanigheid geacht wordt in te staan voor schade die u niet zelf hebt veroorzaakt. U kunt als zelfstandige aansprakelijk gesteld worden voor geleden schade, omdat u ‘bewaarder van een gebrekkige zaak’ bent. Als werkgever kunt u ook aansprakelijk zijn voor de schade die uw werknemers veroorzaken. Idem voor een eigenaar, als uw gebouw schade veroorzaakte.
MEI 2006 B I Z Z 53
VERZEKERI STARTERZZGIDS v e r z e k e r i n g e n
46. Kan ik mij als zelfstandige beschermen tegen ziekte, ongeval, arbeidsongeschiktheid?
Er zijn diverse mogelijkheden om uw inkomen veilig te stellen voor risico’s zoals ziekte en/of (arbeids)ongeval. Eigenlijk komt het erop neer om met verzekeringsoplossingen de sociale zekerheid van de zelfstandige op te krikken. De belangrijkste verzekeringen voor een zelfstandige zijn de volgende. - Een dekking voor arbeidsongeschiktheid: daarmee verzekert u zich van een maandelijkse rente, die een eventuele uitkering bij ziekte of ongeval aanvult. De effectief uitgekeerde rente is afhankelijk van de graad van arbeidsongeschiktheid. Bij een goede keuze kan een zelfstandige bij invaliditeit een vervangingsinkomen krijgen dat nauw aanleunt bij zijn normale bezoldiging. - Een ongevallenverzekering: waarborgt vergoedingen voor ongevallen in uw privéleven en tijdens uw werk. Een overeengekomen dagvergoeding wordt uitgekeerd voor de duur van uw tijdelijke arbeidsongeschiktheid en de medische kosten ten gevolge van het ongeval worden vergoed. In geval van overlijden of blijvende ongeschiktheid (bij consolidatie van de letsels) waarborgt de verzekering een kapitaalsuitkering. - Een hospitalisatieverzekering: de verzekeraar betaalt een deel van de kosten van een ziekenhuisopname en enkele aanverwante kosten (bv. specialistische onderzoeken vóór opname, nabehandeling, ...), die niet door het ziekenfonds worden terugbetaald.
54 B I Z Z MEI 2006
NGEN
STARTERZZGIDS v e r z e k e r i n g e n
Als de zelfstandige zijn activiteiten uitoefent in een vennootschap, dan kunnen bovenstaande dekkingen opgenomen worden in een groepsverzekering. De indekking van die risico’s wordt in de groepsverzekering standaard aangevuld met de opbouw van een aanvullend pensioen. Naast die verzekeringsoplossingen kan de zelfstandige ook bij zijn ziekenfonds aankloppen voor een ruimere dekking voor medische kosten. De standaardverzekering voor grote risico’s wordt dan uitgebreid tot ‘alle risico’s’. Ten slotte vermelden we nog dat starters vanaf 1 juli 2006 een tijdelijke vrijstelling kunnen krijgen voor de bijbetaling van de verzekering tegen kleine risico’s.
MEI 2006 B I Z Z 55
VERZEKERI STARTERZZGIDS v e r z e k e r i n g e n
47. Wat als ik personeel tewerkstel? Heb ik dan bijkomende verzekeringen nodig?
Jazeker! Als u als zelfstandige personeel tewerkstelt, moet u een arbeidsongevallenverzekering afsluiten. Als een werknemer een arbeidsongeval heeft, waarborgt die wettelijk verplichte verzekering onder meer een vergoeding bij (blijvende en/of tijdelijke) ongeschiktheid en bij overlijden. Bovendien betaalt ze de medische kosten terug. Als u die verzekering als werkgever niet heeft afgesloten, zal bij een arbeidsongeval het Fonds voor Arbeidsongevallen het slachtoffer vergoeden. Het Fonds zal de uitgaven bij een ernstig arbeidsongeval integraal verhalen op de werkgever. Bovendien riskeert de betrokken werkgever nog een fikse boete. Wilt u personeel aanwerven? Contacteer dan onmiddellijk uw verzekeringsagent.
56 B I Z Z MEI 2006
NGEN
STARTERZZGIDS v e r z e k e r i n g e n
48. Hoe zit het met mijn pensioen als zelfstandige? Moet ik daar nu al voor zorgen? Het wettelijke pensioen van een zelfstandige is beperkt: een zelfstandige met gezin, met een volledige loopbaan (45 jaar), zal in het beste geval maximaal 1000 euro per maand ontvangen. Voor een alleenstaande zelfstandige is dat zelfs nog minder. De zelfstandige die na pensionering zijn levensstandaard wil behouden, zorgt dus beter zelf voor een bijkomend extralegaal pensioen. De wetgever stimuleert bijkomende pensioenopbouw ook volop, door er fiscale stimuli aan te verbinden. Zorg alvast zeker voor: - het Vrij Aanvullend Pensioen Zelfstandige (VAPZ) (de voordeligste formule): de bijdragen of ‘premies’ voor het opbouwen van een aanvullend pensioen bij een privéverzekeraar zijn aftrekbaar als beroepskosten. Daardoor vermindert ook de belastbare basis voor de berekening van de socialezekerheidsbijdragen. Een dubbel voordeel dus;
- een groepsverzekering of een individuele pensioentoezegging (als u uw zelfstandige activiteit voert onder vennootschapsvorm): die verzekering kan al vanaf één persoon. Ook hier kunt u de premies fiscaal in mindering brengen en minder vennootschapsbelasting betalen; - pensioensparen of langetermijnsparen: u kunt de zorgen van een ‘beperkt’ pensioen als zelfstandige transformeren in een voordeel, door een uitgekiende mix van bijkomende pensioenopbouw. Uw verzekeringsagent is het best geplaatst om u daarmee te helpen.
MEI 2006 B I Z Z 57
VARIA STARTERZZGIDS v a r i a
49. Welke zijn de voor- en nadelen van een overname tegenover een volledig nieuwe start van een bedrijf? Een handelszaak overnemen heeft een aantal voordelen. U moet niet van nul beginnen om uw zaak op te bouwen. U kunt immers rekenen op een bestaand cliënteel en u kunt ook de leveranciers van de huidige zaak overnemen. Een deel van de onzekerheid die gepaard gaat met het opstarten van een nieuwe zaak, valt ook weg. Zo kunt u bijvoorbeeld nagaan hoe lucratief de zaak was voor de overname. Ook van de huidige eigenaar kunt u veel vernemen over de zaak, de klanten, de leveranciers en de omgeving. Toch moet u ook een paar kanttekeningen plaatsen. Het is lang niet zeker dat alle klanten ook daadwerkelijk klant blijven, zeker als u de zaak even sluit voor aanpassingen of verbouwingen. Ook al bestaat de zaak al een tijd met vast cliënteel, voor de klanten bent u een nieuw gezicht en er zal ongetwijfeld een aantal mensen afhaken. Soms introduceert de vroegere eigenaar de nieuwe zaakvoerder bij zijn klanten. U kunt dan bijvoorbeeld een aantal weken meehelpen in de zaak, om zo vertrouwd te raken met uw toekomstig cliënteel. Ook over de leveranciers moet u een aantal zaken uitzoeken. Probeer op voorhand na te gaan of u op dezelfde voorwaarden kan rekenen als de huidige eigenaar. Dat zou zeker een voordeel zijn, vermits starters normaal gezien op minder voordelen kunnen rekenen bij leveranciers, voor een betalingsuitstel bijvoorbeeld. Voor al die voordelen betaalt u een overnameprijs aan de eigenaar. U moet goed afwegen of die overnameprijs opweegt tegenover de voordelen die u eruithaalt. 58 B I Z Z MEI 2006
STARTERZZGIDS v a r i a
Net die waardebepaling bij de overname van een handelszaak is een zeer complex vraagstuk, met elementen die niet allemaal even zichtbaar zijn. Houd alvast een aantal aandachtspunten voor ogen. - Is de vorige eigenaar bereid om een tijd mee te draaien in de nieuwe zaak? - Bent u er zeker van dat hij/zij elders geen andere, concurrerende zaak opstart? - Is het handelshuurcontract nog verlengbaar? - Bent er zeker van dat er geen fiscale schulden op de zaak rusten? Een gouden raad: doe zeker een beroep op een boekhouder of accountant.
50. Waar vind ik over te nemen bedrijven? Unizo werkte een project uit dat eventuele bedrijfsovernemers en -overlaters kan helpen om het juiste bedrijf of de juiste overnemer te vinden. Op de website www.overnamemarkt.be vindt u meer dan 750 over te nemen bedrijven en heel wat nuttige tips. Recente studies wijzen uit dat er de komende jaren zeer veel bedrijfsoverdrachten zullen plaatsvinden.
MEI 2006 B I Z Z 59
VARIA STARTERZZGIDS v a r i a
51. Hoeveel belastingen betaal ik als zelfstandige? Voor de personenbelasting betaalt u als zelfstandige belastingen op uw beroepsinkomen. Dat is uw bruto-inkomen verminderd met de beroepskosten. Het belastingbarema voor de personenbelasting telt 5 tarieven. De belastingstructuur ziet er dan als volgt uit (aanslagjaar 2006): Inkomstschijven
%
Belasting per inkomstschijf
Totaal
0,01 tot 7100 euro
25
1775,00 euro
1775,00 euro
7100 tot 10.100 euro
30
900,00 euro
2675,00 euro
10.100 tot 16.830 euro
40
2692,00 euro
5367,00 euro
16.830 tot 30.840 euro
45
6304,50 euro
11.671,50 euro
Boven 30.840 euro
50
U moet hieraan wel nog de gemeentebelasting verschuldigd op het belastingbedrag toevoegen. Het belastingvrije minimum bedraagt voor alleenstaanden 5780 euro (aanslagjaar 2006). Dat bedrag wordt verhoogd met 1230 euro als de belastingplichtige gehandicapt is. In een vennootschap wordt de winst belast; dat zijn de inkomsten min de bewezen uitgaven. Dividenden worden beschouwd als (roerende) inkomsten. De aftrekbare beroepskosten zijn in principe zowel voor vennootschappen als voor eenmanszaken gelijklopend. In een vennootschap wordt daarenboven ook het loon van de zaakvoerder als aftrekbare beroepskosten beschouwd.
60 B I Z Z MEI 2006
STARTERZZGIDS v a r i a
Het belastingtarief voor vennootschappen bedraagt 33,99 %. Voor kleine vennootschappen is er een verlaagd tarief: van 0 tot 25.000 euro = 24,98 % van 25.000 euro tot 90.000 euro = 31,93 % van 90.000 euro tot 322.500 euro = 35,54 % meer dan 322.500 euro = 33,99 %. Net als eenmanszaken kunnen ook vennootschappen hun verschuldigde belastingen voorafbetalen, om zo een belastingverhoging te voorkomen. Als er winst wordt uitbetaald aan de aandeelhouders of vennoten, dan moet er roerende voorheffing worden ingehouden, die doorgestort moet worden naar de staat. Die voorheffing bedraagt in principe 25 % (15 % in bepaalde gevallen).
MEI 2006 B I Z Z 61
VARIA STARTERZZGIDS v a r i a
52. Ben ik verplicht om met een boekhouder of accountant te werken of kan ik mijn boekhouding zelf in orde brengen? U bent niet verplicht om met een boekhouder of accountant te werken. Maar het is wel een wettelijke verplichting om een goede boekhouding te voeren. Het soort boekhouding (vereenvoudigd of dubbel) hangt af van de aard en de omvang van uw bedrijf. Voor nv’s en bvba’s is er altijd een dubbele boekhouding vereist, voor een eenmanszaak een vereenvoudigde. Wij raden u wel aan om met een boekhouder samen te werken. Zo krijgt u toch het advies van een expert en bovendien kunt u met uw boekhouder de evolutie van uw zaak bespreken. Het advies van een boekhouder of accountant is een extra troef voor uw bedrijf, maar let er steeds op dat u ook zelf betrokken blijft bij de financiële kant van uw bedrijf.
53. Kan ik terugvallen op werkloosheidsuitkeringen als mijn project fout loopt? De wetgever voorziet in een aantal mogelijkheden om terug te vallen op werkloosheidsuitkeringen, als uw project als zelfstandige niet goed afloopt. Als u als werkloze besluit om als zelfstandige aan de slag te gaan, mag u tijdens een zogenaamde proefperiode van 9 jaar nagaan of het project haalbaar is. Als u binnen die periode beslist om de zaak op te doeken, krijgt u onmiddellijk opnieuw werkloosheidsuitkeringen. Als u als werknemer besluit om aan de slag te gaan als zelfstandige en uw zaak draait niet, dan moet u eerst een wachtperiode van 6 maanden in acht nemen vooraleer u werkloosheidsuitkeringen ontvangt.
62 B I Z Z MEI 2006
STARTERZZGIDS v a r i a
MEI 2006 B I Z Z 63
NUTTIGE A STARTERZZGIDS adressen
www.kbc.be/ondernemen
www.startersservice.be Informatie en gratis advies voor startende ondernemers. www.startwijzer.be Informatie en hulpmiddelen voor het opstellen van het ondernemingsplan. www.peterschap.be Begeleiding van jonge ondernemers door een ervaren ondernemer. www.overnamemarkt.be Tips over bedrijfsovernames en meer dan 750 over te nemen bedrijven. www.iec-iab.be Instituut van accountants en belastingconsulenten. www.ibr.be Instituut van bedrijfsrevisoren. www.bibf.be Boekhouders en fiscalisten. www.unizo.be Informatie, activiteiten, advies, tools enz. voor zelfstandige ondernemers. www.kmodirect.be Alle formaliteiten bij de opstart van uw zaak.
64 B I Z Z MEI 2006
DRESSEN
STARTERZZGIDS adressen
www.cbfa.be Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen, voor een volledig overzicht van alle wettelijk verplichte verzekeringen. www.banvlaanderen.be Business Angels Netwerk Vlaanderen: netwerk van informele privé-investeerders die risicokapitaal, knowhow, ervaring en contacten inbrengen. www.ondernemen.vlaanderen.be Informatie over de verschillende ontwikkelingsstadia van uw zaak met o.a. steunmaatregelen, financiering en advies. www.fonds.org Alle informatie over het Participatiefonds en steunmaatregelen. www.brusselswaarborgfonds.be en www.premiesKMO.be Alles over overheidssteun in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. www.pmv-kmo.be De Participatiemaatschappij Vlaanderen: voor beloftevolle starters en KMO’s. www.svmb.be SVMB, Sociaal Verzekeringsfonds voor Zelfstandigen, regelt uw sociale zekerheid, als ondernemer en als overnemer. www.bizzmagazine.be Schrijf u in voor de wekelijkse gratis nieuwsbrief StarterKit.
MEI 2006 B I Z Z 65
NOTA’S STARTERZZGIDS
NOTA’S
.................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... .................................................................... ....................................................................
66 B I Z Z MEI 2006