Deelexamen : Datum : Tijd :
Betononderhoudskundige 16 april 2015 14.00 – 16.30 uur (150 minuten)
Het examen bestaat uit drie gedeelten met een totaal van 13 vragen: categorie A (5 vragen), categorie B (4 vragen) en categorie C (4 vragen). Indien een vraag volledig en juist is beantwoord, zal dit worden gewaardeerd met het bij de vraag aangegeven aantal scorepunten.
De beantwoording van de categorieën A, B en C steeds op een nieuw vel papier beginnen. Categorie A
A1 A2 A3 A4 A5
B
B1 B2 B3 B4
C
C1 C2 C3 C4
Totaal
Vrijgegeven voor kopiëren
Vraag
Aantal Totaal aantal scorepunten scorepunten 15 15 10 Tot. A 70 15 15 Eis categorie A 34 5 Tot. B 40 15 5 15 Eis categorie B 19 30 30 Tot. C 90 15 15 Eis categorie C 44 Som A t/m C 200 Eis totaal 110
Deelexamen Betononderhoudskundige 2015 Categorie A
Vraag A1 15 punten
Materiaaltechnologie en kwaliteit
a. Welk schademechanisme ziet u hier?
b. Beschrijf dit mechanisme in eigen woorden. c. Welke betontechnologische maatregel kan men treffen om deze schade te voorkomen? Vraag A2 15 punten
a. Omschrijf welk schademechanisme eerder kan optreden bij een betonconstructie in Scheveningen dan in Maastricht. b. Welke schademechanismen kunnen optreden als de betreffende betonconstructie in Scheveningen in contact staat met water uit de Noordzee?
Vraag A3 10 punten
Gewapend beton wordt door brand opgewarmd van 20 naar 1400°C Omschrijf welke schadebeelden achtereenvolgens optreden en geef indien mogelijk aan welke schademechanismes daarbij horen.
Deelexamen Betononderhoudskundige 2015 Vraag A4 15 punten
Een gecertificeerd betonreparatiebedrijf ontvangt een bestek voor de uitvoering van betonreparatiewerkzaamheden. Het bestek is opgesteld door een door de opdrachtgever ingeschakeld adviesbureau. In het bestek worden de maatregelen voorgeschreven die moeten leiden tot herstel van de voorkomende betonschade. a. Geef puntsgewijs aan welke stappen u neemt alvorens op het bestek in te schrijven. b. Heeft het betonreparatiebedrijf in deze situatie ontwerpverantwoordelijkheid? Licht uw antwoord toe.
Vraag A5 15 punten
Een betonreparatiebedrijf is in het bezit van het procescertificaat voor het toepassen van specialistische instandhoudingstechnieken voor betonconstructies en werkt met gemotiveerd personeel. a. Welke beschrijving moet voor het personeel duidelijk zijn vastgelegd ter ondersteuning van de motivatie? b. Uit welke drie onderdelen bestaat deze beschrijving? c. Licht toe wat de verschillen tussen deze onderdelen zijn.
Deelexamen Betononderhoudskundige 2015 Categorie B
Beheer en duurzaamheid bij ontwerp en uitvoering van betonconstructies
BEGIN DIT ONDERDEEL OP EEN NIEUW BLAD!
Vraag B1 5 punten
Gesteld wordt: “Het kiezen van de nul-optie is bij het onderhoud van een bouwdeel altijd verantwoord als binnen afzienbare tijd het gehele bouwwerk toch zal worden gesloopt.” Is bovenstaande stelling juist? Volsta niet alleen met ja of nee, maar motiveer uw antwoord ook.
Vraag B2 15 punten
Gegeven: een gewapend betonnen balk is aan de beide uiteinden vrij opgelegd. De balk wordt belast door het eigen gewicht van de balk. In deze belastingssituatie is de balk ongescheurd. De balk wordt vervolgens in het midden belast door een puntlast die van 0 kN voortdurend in grootte toeneemt tot de balk bezwijkt. a. Waar treedt het maximale buigend moment op in de balk? b. Beschrijf vanuit de gegeven belastingssituatie stapsgewijs hoe onder de toenemende belasting de samenwerking tussen beton en betonstaal zich voltrekt vanuit de doorsnede met het maximale buigend moment.
Vraag B3 5 punten
Een gewapend betonnen balk heeft naast sterkte ook stijfheid. In welke situatie heeft de balk de grootste stijfheid: in ongescheurde of gescheurde toestand? Motiveer uw antwoord.
Vraag B4 15 punten
Nadat een in het werk gestorte, gewapend betonnen balk is gestort en verhard, blijkt direct bij het verwijderen van de bekisting dat de balk aanzienlijk doorbuigt en in het midden van de overspanning flinke scheuren vertoont. U bent toevallig voor andere werkzaamheden op het werk en wordt direct om advies gevraagd. a. Wat adviseert u? Licht uw antwoord toe. Bij nader onderzoek aan de balk blijkt dat circa de helft van de berekende onderwapening is aangebracht. De balk kan en mag in de gegeven omstandigheden niet worden verwijderd, ondanks de grote doorbuiging. b. Welke opties zijn er voor het constructief herstel? Licht deze opties vanuit constructief oogpunt kort toe, zonder uitputtend in te gaan op de uitvoeringsaspecten.
Deelexamen Betononderhoudskundige 2015 Categorie C
Betonreparatie: onderzoek, advies en uitvoering
BEGIN DIT ONDERDEEL OP EEN NIEUW BLAD!
Vraag C1 30 punten
Tien jaar geleden is een groot appartementencomplex gebouwd, waarbij 180 prefab betonnen galerijplaten zijn opgelegd op consoles. Aan de onderzijde van 15 van deze galerijplaten waren bij oplevering scheuren aanwezig, dwars op de overspanningsrichting, loodrecht op de gevel. De constructeur van de aannemer heeft voorafgaand aan de oplevering geconstateerd dat de scheurwijdte kleiner was dan de betonvoorschriften destijds toestonden. Zijn conclusie was: geen maatregelen noodzakelijk. De toenmalige bouwdirectie is hiermee akkoord gegaan. a. Wat vindt u van het oordeel van de constructeur destijds? Zou u, als u destijds de bouwdirectie was, akkoord zijn gegaan? Motiveer uw antwoord. De eigenaar heeft het plan opgevat om alle galerijplaten, inclusief de gescheurde, aan de onderzijde te voorzien van een carbonatatieremmend, damp-open verfsysteem. b. Wat zou een afweging kunnen zijn voor deze keuze van de eigenaar? Om voor het management zijn plan te onderbouwen en budget te verwerven, vraagt hij u om advies en wil hij dat u onderzoek doet naar de galerijplaten om het belang van de door hem overwogen coating te benadrukken. c. Hoe pakt u het onderzoek aan? Op welke aspecten gaat u letten c.q. wat gaat u onderzoeken? d. Welke meetmethoden /meetapparatuur zet u in? Leg uit wat u met de meetmethode wilt aantonen en welke conclusie(s) u aan de uitkomst verbindt.
Deelexamen Betononderhoudskundige 2015 Vraag C2 30 punten
U wordt om advies gevraagd vanwege betonschade bij een appartementencomplex van 70 appartementen over 4 verdiepingen. Dit appartementencomplex is werkelijk schitterend gelegen, wordt daarom goed verhuurd en zal dan ook voorlopig niet worden gesloopt. De achterzijde grenst direct aan een park; langs de volledige achtergevel zijn over een strook van 25 meter vanaf de gevel perkplanten aanwezig. Aan de voor- en achterzijde van het complex zijn gevelbanden opgenomen van beton. Dit beton is niet voorzien van een coating. Aan de achterzijde is zeer incidenteel (maximaal 2 plekken per appartement) carbonatatie geïnitieerde wapeningscorrosie ontstaan op plaatsen waar de dekking van de aanwezige beugelwapening minder is dan circa 20 mm. Het repareren van deze schade kan op verschillende wijzen worden uitgevoerd. Als randvoorwaarde wordt gesteld dat het vergroten van de betondekking na reparatie, bijvoorbeeld door het opdikken van de constructie, niet is toegestaan. Evenmin is sprake van het aanbrengen van een coating of kathodische bescherming. a. Welke twee beschermingsprincipes liggen het meest voor de hand in deze situatie? b. U gaat het herstel uitvoeren. Beschrijf kort waaruit de werkzaamheden bestaan bij de twee genoemde beschermingsprincipes en welke aandachtspunten c.q. voorwaarden u hanteert ten aanzien van het verwijderen van beton en ontroesten van de wapening. c. Welke factoren beïnvloeden de duurzaamheid van het door u uitgevoerde herstel? Noem er ten minste 3. d.
Uit welstandsoogpunt wordt thans toch overwogen de gevelbanden gelijktijdig te voorzien van een betoncoating. Welke van de twee onder vraag a) genoemde beschermingsprincipes heeft dan uw voorkeur, rekening houdend met de kosten en de praktische uitvoerbaarheid van het herstel. Motiveer uw antwoord.
Deelexamen Betononderhoudskundige 2015 Vraag C3 15 punten
Aan de onderzijde van een betonnen brug in een provinciale weg over een 5 meter breed ontwateringskanaal, wordt spuitbeton volgens de droge methode aangebracht. Welke invloed hebben onderstaande omstandigheden op deze techniek? a. b. c. d. e.
De lengte van de slang tussen spuitmachine en spuitkop. De afstand van de spuitkop tot de onderzijde van de brug. De verkeersintensiteit. Wettelijke milieu-eisen. Eisen ten aanzien van de arbeidsomstandigheden. Licht per punt kort toe, wat de invloed is en hoe je daarmee om kunt gaan (of niet).
Vraag C4 15 punten
Bij een parkeergarage bij een winkelcentrum moet een deel van de vloeren op de twee parkeerverdiepingen en de bijbehorende hellingbanen worden hersteld. Er is vastgesteld dat op diverse plaatsen als gevolg van indringing van chloriden corrosie van de bovenwapening in de vloer is opgetreden. De vloeren moeten plaatselijk worden hersteld en over het volledige oppervlak worden voorzien van een beschermend, slijtvast coatingsysteem. De exploitant van de garage stelt als eis dat de garage gedurende de werkzaamheden in gebruik moet blijven, waarbij een minimale parkeercapaciteit moet worden gegarandeerd van 60%. Tevens moet de overlast voor gebruikers van de garage en voor de naastgelegen winkels tot een minimum worden beperkt. Wat betekenen de eisen van de exploitant voor: a.
de mate waarin sanering van de ondergrond moet plaatshebben?
b.
het type reparatiemateriaal en type coating die worden gebruikt?
c.
de aard en omvang van de voorzieningen die nodig zijn om aan deze eisen te kunnen voldoen?
d.
de totale duur van het werk? Licht uw antwoorden kort toe.