De antwoorden! …..en zoals al medegedeeld, wordt hierover niet meer gediscussieerd door de organisatie!
In het Hertogse zijn Suske en Fonske net vrienden geworden met Wieske. Ze willen graag weten wanneer ze haar verjaardag viert. Wieske, die niet de gemakkelijkste is en die twee rekels op de proef wil stellen, geeft hen een lijst met tien mogelijke data: 15 mei 16 mei 19 mei 17 juni 18 juni 14 juli 16 juli 14 augustus 15 augustus 17 augustus Aan Suske verklapt Wieske de maand waarin ze verjaart, aan Fonske verklapt ze de dag. Daarop volgt volgende dialoog: Suske (die de maand weet): "Ik weet niet wanneer de verjaardag van Wieske is, maar ik weet dat Fonske het ook niet weet." Fonske (die de dag weet): "Eerst wist ik niet wanneer de verjaardag van Wieske is, maar nu weet ik het wel." Suske: "Dan weet ik ook wanneer haar verjaardag is." Weet u het nu ook?
Vraag 1 was een opwarmertje voor het brein.
Het enige juiste antwoord is dat Wieske op 16 juli verjaart. We halen er nog even de tien mogelijke data bij: 15 mei 16 mei 19 mei 17 juni 18 juni 14 juli 16 juli 14 augustus 15 augustus 17 augustus Wat al zeker niet kan, zijn de data 18 juni en 19 mei. 18 en 19 komen slechts één keer voor in het lijstje en Fonske, aan wie Wieske de dag heeft verklapt, zou dan meteen de volledige verjaardagsdatum kennen. Ook de andere dagen van de maanden mei en juni kunnen niet, want Suske (die de maand kent) kon anders niet zeker weten dat Fonske (die de dag kent) het niet weet. We kunnen er dus vanuit gaan dat de verjaardag van Wieske in de maand juli ofwel in de maand augustus valt. Als Wieske het getal 14 aan Fonske heeft meegedeeld, zou hij de verjaardagsdatum nog niet kunnen weten want zowel 14 juli als 14 augustus staan tussen het lijstje van mogelijke data. Die twee data kunnen we dus ook schrappen. Uiteindelijk blijven dus 16 juli, 15 augustus en 17 augustus over. Suske (die de maand kent) weet het juiste antwoord uiteindelijk ook, dus het kan niet de maand augustus zijn (want zowel 15 als 17 augustus staan tussen de mogelijke antwoorden). 16 juli is dus het enige juiste antwoord.
De brink van Loveren Een Brink is een drie- of rechthoekige nederzettingsvorm in NEDERLAND! In Vlaanderen wordt de term Dries wel gehanteerd, maar die vroegen we niet!
De maagd aan de Oordeelsestraat Het Mariabeeldje tegen de lindeboom aan de kruising met de Visweg
Ieder zijn of haar (bridge)gebedje hier afgelegd?
Toch echt te ontdekken vanaf de weg
De etymologische betekenis van Visweg men weet het niet zeker. Mogelijke verklaringen: verwijzend naar een weg naar een wouw oftewel een visvijver, of afgeleidt van “fiez”=bunzing in het dialect.
Archeologisch onderzoek traject van rondweg ADC ArcheoProjecten, BAAC en RAAP onderzoeken samen in opdracht van de provincie Noord-Brabant achttien archeologische vindplaatsen in het tracé van een nieuwe rondweg om het dorp Baarle.
Geitenmelkerij op het Voske sikkeneurig makkelijk vraagje
Het pestkerkhof van Alphen Wat was er gelegen in het bosje? De, gouden, 17e eeuw begon helemaal niet zo glorieus. De dure tol voor het verzorgen van slachtoffers van de pest betaalden Johannes van den Heuvel en Adr. Adriaensen.
Pestkerkhof, aangelegd buiten het dorp naar aanleiding van de pestepidemieën in 1604 en 1625, waarbij wel 500 (van de 1000) inwoners de dood vonden. Het bevond zich op grond die toebehoorde aan de Abdij van Tongerlo, aan de huidige Boslust. De locatie werd in 1934 teruggevonden door Pastoor Binck, die heemkundige was. Er werd een monumentje geplaatst dat geflankeerd wordt door twee kruisen. Deze gedenken de twee pastoors (Andreas Adriaensen en Joannes van den Heuvel) die overleden zijn ten gevolge van hun zorg voor de zieken. Het monument werd ontworpen door Jan Jacobs. Na de dood van pastoor Binck raakte het kerkhofje verwaarloosd, maar in 1987 werd het hersteld. Dit kerkhofje is uniek in Nederland.
Ook Baarle is begin 17e eeuw zwaar getroffen.. …door de pest, en er was buiten het toenmalige dorp een pestkerkhof ingericht. Dit lag ter hoogte van het huidige Hoogbraak
Tempeliers viaduct Een stille verwijzing naar Alphen’s verre verleden
De Tempeliershoeve Hof ter Brake Afb. boven: De Hof ter Brake in 1831 als inkwartieringsadres van 1830-1839 tijdens de Belgische Opstand, getekend door Gevers van Endegeest.
Plattegrond van Hof ter Brake
Bij het Pineind linksaf niet te missen…., toch?
Zo maar even tussendoor omdat ze zo mooi zijn Als je goed opgelet hebt, en ze stonden buiten bij Klein Bedaf, Lakenvelders.
De Fransen hadden goed en wel de hielen gelicht, of zowel in de Zuidelijke als in de Noordelijke Nederlanden werd in 1814 deze belasting afgeschaft. De Nederlanders maakten er op 1 mei 1920 weer kennis mee nadat de Speelkaartenwet van 1919 van kracht was geworden. Van de ene op de andere dag werd een spel met 32 kaarten of minder met een kwartje belast en een spel met meer dan 32 kaarten met twee kwartjes. Een aanpassing van de Speelkaartenwet volgde op 20 december 1924, toen er nog eens een kwartje invoerbelasting extra over een stok kaarten moest worden betaald. Het gevolg was dat in 1925 de prijs van een spel kaarten voor 87,2 procent uit belastingen bestond. In tegenstelling tot de Nederlanders zouden de Belgen na de Franse tijd nooit meer door een speelkaartenbelasting worden geplaagd. Het verschil in prijs werd dusdanig groot dat een smokkel van speelkaarten niet uit kon blijven. Deze smokkel concentreerde zich in het grensgebied tussen Turnhout en Tilburg, omdat in de 'hoofdstad van de Belgische Kempen' sinds 1826 een grote speelkaartenindustrie is gevestigd. Om de pakkans te verkleinen zoeken smokkelaars altijd de kortste weg over een grens en vandaar dat in de directe omgeving van de grensovergang Goirle-Poppel tussen 20 januari en 13 februari 1925 alleen al 3.451 kaartspellen door de douane in beslag werden genomen. Een veelvoud daarvan ontsnapte aan de lange arm van de douane. De smokkel was zo omvangrijk dat de geschatte belastingopbrengst van 200.000 gulden per jaar volkomen teniet werd gedaan. Op 1 april 1927 werd de speelkaartenbelasting dan ook afgeschaft.
Op de Veldbraak gelukkig hoefde je nog niet op stal….
Langgevelboerderij
de B(r)uyckse kuil Een oud gegraven ven voor leemwinning en later voor bluswater bij brand. Het ven houdt nagenoeg altijd water door de kwel in de ondergrond.
En toen in België stond er een valse controlepost langs een zandpad met ook nog een verbodsbord om er in te rijden. Je had de volgende weg rechts moeten nemen!
2.47. “Plaatselijk verkeer” of “plaatselijke bediening”: de
voertuigen van de bewoners en hun bezoekers, de voertuigen voor levering inbegrepen, de voertuigen van geregelde diensten voor gemeenschappelijk vervoer, de voertuigen voor onderhoud en toezicht, wanneer de aard van hun opdracht dit rechtvaardigt, de prioritaire voertuigen bedoeld in artikel 37 en fietsers en ruiters. En voor de wijsneusjes…………. een citaat uit:
1 DECEMBER 1975. - Koninklijk besluit houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg
De Koningsstraat: eerste straat rechts HIER moest je rechtsaf! Langs de weg zag je nog een waarschuwingsbord met voorrang van rechts!
De Houtwerf aan de Grens Links uitkijkend lag hier 400 meter verderop een houtzagerij waar men masthout ontschorste en op maat zaagde voor verder transport per spoor.
Vergane glorie Als je die tekeningen en ook foto’s ziet, wordt het belang van dit complex voor Baarle pas echt goed duidelijk. Het prachtige, in art deco stijl uitgevoerde stationshoofdgebouw, daterend uit 1906 is in 1959 gesloopt. Het was liefst 164 meter lang met 1,5 verdieping en twee zeer lange vleugels van alleen een begane grond en aan beide zijden een perronoverspanning van 22 meter . De rijksgrens, hoe kan het anders in Baarle, liep er dwars doorheen. De bouwkosten bedroegen 1,5 miljoen gulden. Erg veel geld voor die tijd. Op het spoorwegemplacement met een lengte van 3 km, lag 23 km aan spoorrails, verdeeld over 50 spoorlijnen, met 100 wissels.
Het Bels lijntje Droom eens even over hoe Baol er uit zou zien als die 19 e eeuwse plannen volledig gerealiseerd zouden zijn. Hoeveel inwoners zou Baarle dan gekend hebben en hoe zou het er dan heden ten dage uitzien?
Roethuiske Zo noemde men deze woningen in de Baarlese volksmond
U kruist een zandweg: De Strontbaan De gemeenteraad heeft hiertoe op voorstel van heemkundige Frans Vermeer besloten . Die had per brief geprotesteerd tegen de volgens hem 'nietszeggende' naam Stronkenbaan, die B en W hadden voorgesteld. Vermeer verwees onder meer naar het feit dat bij het ontginnen van de Tommelsche en Turnhoutse Heide dit zandpad druk is gebruikt voor het verdere transport van stadsbeer en -gier, dat per trein via het Bels Lijntje werd aangevoerd. De naam 'Strontbaan' is ook altijd in de volksmond blijven voortbestaan.
Niet proberen, anders…………. Dat beelden “onze pilots” wel even u uit voor u….
Wat er mis kan gaan als je van de route afwijkt Och verkeerd gereeje, pakke we toch gauw de strontbaan, zijn we dur wir…… ja ja, dat gebeurt er als je de aanwijzingen van de organisatie niet opvolgt.
Al snel werd overgestapt op de ombouw van Amerikaanse luxe wagens van roemruchte merken als Chrysler, Oldsmobile en De Soto tot pantserauto's. Door specialisten, die overal in de grensstreek waren te vinden, werden stalen platen aangebracht in de portieren, achter de rugleuningen, in de wielkasten, onder het dashboard en langs de radiateur. De smokkelauto's stonden op speciale banden waardoor na een kogelinslag nog meer dan 100 kilometer kon worden doorgereden. Ook vrachtwagens werden op deze manier beveiligd. Met de snelle personenauto's en de vrachtauto's zijn miljoenen kilo's Nederlandse roomboter naar België gesmokkeld. De situatie was als volgt: de Nederlandse boeren produceerden zoveel boter dat die in het margarineminnende Nederland in geen jaren te slijten was.
Het boterwinkeltje bij Zondereigen In het Bourgondische België was de situatie precies tegenovergesteld: veel vraag, veel te weinig aanbod, en daarom duur. In 1961 moest de Belgische consument rond de zes gulden betalen voor een kilo boter, tegen drie gulden in Nederland. Om de Belgische boeren voor het Nederlandse agrarische geweld te sparen, kwamen beide regeringen met elkaar overeen dat Nederlandse boter in België even duur moest zijn als in het productieland. Op de voor België bestemde boter werd een exportheffing gelegd, die de illegale uitvoer zo aantrekkelijk maakte: de smokkelaar spaarde dat bedrag uit. De Belgische minister van Landbouw berekende in juli 1961 dat minstens tien procent van de Nederlandse productie, die toen de 100 miljoen kilo naderde, naar België werd gesmokkeld.
Door de Nederlandse overheid is deze smokkel onvoldoende bestreden, vermoedelijk omdat men op een goedkope manier van de boter afkwam. De Belgische overheid echter was er veel aan gelegen de smokkel te stoppen, omdat de zuivelnijverheid er volledig door werd ondermijnd. Van het begin af aan was de Belgische douane veel beter uitgerust dan hun Nederlandse collega's. Terwijl de Nederlanders er nog met hun armetierige dienstfiets op uit moesten, hadden de Belgen van de Belgische Boerenbond al een aantal Amerikaanse 'Highway patrolcars' ter beschikking gesteld gekregen. De Belgen konden bovendien op een vangstpremie rekenen van tien procent. Het kwam veelvuldig tot wilde achtervolgingen. Op de Ringbaan-West in Tilburg schoot een douanier in de nacht van 26 op 27 januari 1955 twee kogelhouders leeg op een smokkelauto. Desondanks wist deze te ontkomen doordat een andere bij het complot betrokken chauffeur de douaneauto ramde.
In 1966 leek de douane fortuinlijker. Een Mercedes werd in beslag genomen en op de afgesloten binnenplaats van het belastingkantoor neergezet. Tijdens de viering van carnaval echter wisten de smokkelaars het voertuig uit de hol van de leeuw te ontvreemden. Om zich de jagende en met scherp schieten de douane van het lijf te kunnen houden, werden pantserwagens ingezet, voorzien van smokkelaarwapens als de beruchte kraaienpoot, rookbommen en molotovcocktails. In bochten werd olie op de weg gegooid, zodat een douaneauto in een slip raakte. Aan de voorkant van vrachtauto's werden een soort sneeuwschuivers bevestigd om daarmee auto's van de douane van de weg af te kunnen duwen. In de buurt van Turnhout werd een smokkelauto aangehouden die was uitgerust met een vliegtuigmotor. Het zijn slechts een paar voorbeelden van wat zoal werd bedacht om de uiterst lucratieve botersmokkel voort te kunnen zetten. Feitelijk liep deze smokkel volledig uit de hand. Men vraagt zich onwillekeurig af waar dit had moeten eindigen als met de invoering van de EG-landbouwpolitiek geen einde was gekomen aan de botersmokkel.
Boter de grens over smokkelen Gecamoufleerde smokkelaars met 'pungel' eind jaren veertig.
Een emmervanger Men wist ons te vertellen dat vroeger elk buurtschap er wel eentje had. Anders kon men bij de loodgieter wel terecht. Iedereen had een drinkpunt en met een emmer werd het water geput. Dat ging wel eens mis met als gevolg dat de emmer op de bodem van de punt lag. Met behulp van een touw of lange stok kon men de emmer weer opvissen aan zijn hengsel
Een riemsnijder van uit de leermakerij Zowel het mes als de afstandhouder zijn verstelbaar. Op die wijze kon men repen leer snijden om riemen te maken. En de ervaring zal wel uitgewezen hebben dat het handig is om de sleutel aan een ketting te bevestigen
Schietgeweer
Het schietgeweer was een pijnlijk afschrikmiddel wat gebruikt werd op grote landgoederen waar men het betreden verbood met borden: “NIET BETREDEN! Hier liggen wolvenklemmen en schietgeweren.” En als je het touwtje raakte dan werd een zoutpatroon op je afgeschoten. Over zout in de wonden strooien gesproken……
Fietsbrug over het Marksen En de gemeente Baarle-Hertog mocht uitleggen waarom het hout uit China moest komen en waarom het zo lang duurde voordat de brug er lag!
De grens volgt het midden van dit zandweg je eerst in westelijke en later in zuidwestelijke richting tot het midden van het Beersegatstraatje tot waar een raster wordt bereikt en de grens langs dit raster verder loopt in ongeveer noordelijke richting tot het midden van een waterloop genaamd het Marksken (Markske 4.15). Vervolgens door het midden van deze waterloop in ongeveer noordwestelijke richting tot een sloot. De grens buigt om door het midden van deze sloot in ongeveer zuidelijke richting tot het midden van het Beersegatstraatje en volgt het midden van het Beersegatstraatje in ongeveer westelijke richting tot het midden van een straatweg genaamd weg van Zondereigen naar Baarle-Nassau. De grens loopt verder over het midden van deze weg in ongeveer noordelijke richting tot het midden van de waterloop het Marksken (Markske 4.15) en volgt deze in ongeveer oostelijke richting tot een sloot.
Lubricants En wie is er terug gereden om te kijken?
Het riviertje de “Donge” wordt gevormd door samenvloeiing van de beekjes de Lei, de Oude Lei, en de Grote Lei. De Lei ontspringt, op ongeveer 27 meter boven zeeniveau, bij een bron bij Nijhoven ten oosten van Baarle in de gemeente BaarleNassau en loopt vervolgens langs Riel richting Tilburg.
kastanje De eerste versnapering
Walnoot De tweede versnapering
Eikel De derde versnapering
Maar niet !!!
Of deze…..
Paraplu Gewoon een wel gemeend advies, tip 1:
Regenjas tip 2
laarzen en, tip 3
Schuttershof De eindbestemming van deel I van onze rally
Met dank voor de medewerking Voor het beschikbaar stellen van de attributen!
Elke vraag is maximaal 1 punt waard. De controleposten 5 punten, of min 5 punten
1.
16 juli
2.
4.
Brink (in Vlaanderen noemt men het ook wel een Dries, maar we vroegen toch echt “Nederlandse”) Alles wordt goed gerekend; men weet het niet zeker. Mogelijke verklaringen: verwijzend naar een weg naar een wouw of een visvijver, of afgeleidt van “fiez”=bunzing in het dialect. Explosieven uit WOII en een amfora
5.
Geiten
6.
Pestkerkhof
7.
Adriaansen en Van den Heuvel
8.
Hoogbraak
9.
Tempeliers viaduct
3.
10. In Alphen hebben de Tempeliers een vestiging gehad in de middeleeuwen. Een omgrachte hoeve met een visvijver(wouw). Dit wordt als de meest noordelijke vestiging van de Tempeliersorde beschouwd.
11. Stempelcontrole. Indien men bij eerste passering om controle vraagt krijgt men een rode aantekening. Bij tweede controle krijgt men een groene aantekening(dan is het rally informatie aan rechterkant) 12. Speelkaarten 13. Door de hygiënesluis 14. Langgevelboerderij 15. B(r)uyckse kuil 16. Valse controlepost. Indien men het zandpad inrijdt is dit tegen de verkeersregels(verboden ingang) en men rijdt een zandpad in. Men krijgt, gevraagd of ongevraagd, een rode aantekening! 17. Bels lijntje 18. Houtwerf. Hier was een houtzagerij gevestigd. 19. “Roethuiske”. Dit was een seinwachterhuisje wat men in de volksmond zo noemde. 20. Strontbaan. Met het spoor werd “beer”aangevoerd uit de grote steden(vnl. Brussel) en via dit zandpad verder getransporteerd naar arme akkergronden.
21. Boterwinkeltje: vanuit Nederland werd de boter naar België gesmokkeld vanwege het grote prijsverschil als gevolg van accijnzen. Met de komst van de EEG is het prijsverschil verdwenen. 22. De exacte locatie van het winkeltje heeft te maken met de grens; links was Nederlands grondgebied. 23. Emmervanger 24. Riemsnijder 25. Schietgeweer 26. Marksken 27. Lubricants 28. De Leije welke overgaat in de Donge
29. 30. 31. 32. 33. 34.
Kastanje Walnoot Eikel Paraplu Regenjas Laarzen