Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag
Datum:
22 februari 2015
Onderwerp:
Debat over de overgang van primair naar voortgezet onderwijs op 25 februari 2015
Geachte leden van de Tweede Kamer, Op 25 februari 2015 spreekt de Kamer in een debat met de staatssecretaris van OCW over de overgang van primair naar voortgezet onderwijs in het schooljaar 2014/2015. De Landelijke Ouderraad biedt u in de aanloop naar dit debat een gericht voorstel: Stel een tijdelijke laagdrempelige interventieprocedure in gericht op die scholen en/of regio’s waar niet enkel het basisschooladvies leidend is of niet op de juiste manier tot stand komt. Deze procedure is in te roepen door ouders en heeft tot doel zo snel mogelijk tot resultaat te leiden, zodat leerlingen zo min mogelijk onterecht gehinderd de overstap maken naar de middelbare school. Wat gaat er mis rond de overgang van basis- naar middelbare school? De staatssecretaris is in zijn brief aan de Kamer van 11 februari 2015 klip en klaar over de geldende regels: “Middelbare scholen mogen zich bij de plaatsing van leerlingen niet laten leiden door andere toetsen of selectie-instrumenten dan het schooladvies van de basisschool.” De staatssecretaris laat er ook geen misverstand over bestaan dat scholen in het primair en het voortgezet onderwijs moeten handelen volgens de nieuwe regelgeving en dat hij staat voor de naleving daarvan. De Landelijke Ouderraad waardeert de heldere opstelling van de staatssecretaris. In de praktijk blijkt dat veel middelbare scholen nog niet vertrouwen op de deskundigheid van de basisscholen. Ook verschillende basisscholen zijn nog zoekende naar een werkwijze die tot goed onderbouwde schooladviezen leidt. Veel middelbare scholen hanteren aanvullende toelatingscriteria. In veel steden en regio’s zijn zelfs afspraken tussen voortgezet en primair onderwijs vastgelegd in overstapprocedures waarin zwart op wit is vastgelegd dat aanvullende criteria worden toegepast. De informatiedienst van de Landelijke Ouderraad ontving in de afgelopen maanden per mail en per telefoon enkele honderden vragen rond de overgang van primair naar voortgezet onderwijs in het schooljaar 2014/2015. Ouders ervaren, samengevat, de volgende knelpunten: 1.
onjuiste toepassing van de regels, waaronder: voortgezet onderwijs eist naast het basisschooladvies aanvullende informatie of toetsen, onderlinge afspraken tussen primair en voortgezet onderwijs die niet in het belang van leerlingen zijn, en onduidelijkheid over mogelijkheden na het aflopen van de aanmeldtermijn voor middelbare scholen
2.
onjuiste wijze van tot stand komen of toepassen van het basisschooladvies, waaronder: onduidelijke communicatie over toetsen en hantering van toetsen in relatie tot het schooladvies, uitsluiten van de mogelijkheid van gecombineerde of dubbele adviezen door basisscholen, onduidelijke advisering door basisscholen en de inschatting dat klachtenprocedure, indien die aan de orde is, te laat resultaat gaat bieden.
De bijlage bij deze brief bevat een toelichting op deze knelpunten met voorbeelden uit aanmeldprocedures en concrete signalen van ouders. De gangbare procedure wanneer ouders het niet eens zijn met het schooladvies dat hun kind heeft gekregen, is om hierover in gesprek gaan met de leerkracht of met de directeur van de basisschool. Komt men er samen niet uit, dan kan gebruik worden gemaakt van de klachtenregeling van de school. De Wet op het voortgezet onderwijs kent een procedure waarbij ouders bezwaar kunnen aantekenen tegen een weigering tot toelating (Inrichtingsbesluit WVO, artikel 15). In de brief van 11 februari 2015 verwijst de staatssecretaris ook naar deze procedures als een route die ouders kunnen bewandelen. De WVO-bezwaarprocedure voldoet echter niet rond de overgang van basis- naar voortgezet onderwijs in dit schooljaar. Op dit moment zijn de basisschooladviezen in veel gevallen nog niet eens beschikbaar, terwijl aanmeldprocedures voor middelbare scholen al lopen. Een uitspraak op een bezwaar volgens de WVO-bezwaarprocedure kan vier weken op zich laten wachten, soms langer. Dit is voor wat betreft de termijnen die gelden voor de overgang naar het voortgezet onderwijs te laat. Daarnaast is een formeel bezwaar voor ieder individuele ouder een zwaar – en de relatie belastend – middel. Zeker daar waar in een regio en/of door een groot aantal scholen het beleid wordt gehanteerd de geldende regels niet toe te passen. De knelpunten zoals die in de afgelopen periode duidelijk zijn geworden, betreffen niet de besluitvorming in individuele gevallen, waarvoor deze bezwaarprocedure geëigend is, maar het beleid van regionaal samenwerkende schoolbesturen cq. van individuele scholen. Tijdelijke interventieprocedure Kinderen mogen er niet de dupe van worden dat de regelgeving rond de overgang van basis- naar voortgezet onderwijs in dit schooljaar nog niet overal correct wordt toegepast. Dat vraagt om een proactieve opstelling en niet een beoordeling achteraf. De Landelijke Ouderraad pleit daarom voor het lopende schooljaar 2014/2015 voor een laagdrempelige interventieprocedure die ouders kunnen inroepen en die gericht is op die scholen cq. regio’s waar niet enkel het basisschooladvies leidend is. Deze interventieprocedure dient telkens zo snel mogelijk tot resultaat te leiden, bijvoorbeeld daar waar met een blik op een schriftelijk vastgelegde plaatsingsprocedure en het Inrichtingsbesluit WVO direct een conclusie mogelijk is. Hierdoor kunnen leerlingen, zo min mogelijk onterecht gehinderd, de overstap maken naar de middelbare school van hun keuze, op basis van de geldende regels en dus op basis van het advies van de basisschool. Voor volgende jaren zou tijdige reactie op het basisschooladvies mogelijk kunnen worden gemaakt door een termijn in te stellen waarbinnen basisscholen een voorlopig basisschooladvies afgeven. Die termijn geeft ouders voldoende tijd om het voorlopige advies met de basisschool te bespreken en om eventueel stappen te zetten als het advies naar hun oordeel niet volgens de regels tot stand te komen.
2
Wij zien uit naar de bespreking door de Kamer van de bovengenoemde punten in het Algemeen Overleg over de overgang van primair naar voortgezet onderwijs op 25 februari 2015. Voor vragen naar aanleiding van deze brief kunt u contact opnemen met Peter Hulsen, directeur van de Landelijke Ouderraad (
[email protected], 06-11882660).
Met vriendelijke groet,
Landelijke Ouderraad, Peter Hulsen, directeur Afschriften van deze brief worden gezonden aan de staatssecretaris en aan de voorzitters van de PO- en de VO-Raad
3
Bijlage: Ervaringen van ouders over de overgang van het basis- naar het voortgezet onderwijs in het schooljaar 2014/2015 via de Informatiedienst van de Landelijke Ouderraad De Informatiedienst van de Landelijke Ouderraad is er voor vragen en signalen van ouders rond het onderwijs. In deze bijlage bieden we een samenvatting van recente contacten met ouders over de overgang van het basis- naar het voortgezet onderwijs in het schooljaar 2014/2015, gerangschikt onder samenvattende titels. Daar waar ouders in contacten niet hebben genoemd naar welke middelbare school hun kind toe zou willen, cq. op welke basisschool het zit, blijven deze gegevens in het onderstaande onvermeld.
1. Voortgezet onderwijs eist aanvullende informatie naast basisschooladvies Een niet uitputtende lijst van website-informatie, verzameld na signalen van ouders: •
Minkema college (Utrecht, HAVO/VWO) bericht op de website: “Het advies van de basisschool is voor ons het uitgangspunt. Jouw juf of meester weet als geen ander wat jij in je mars hebt. Wel willen we van hem of haar nog horen hoe het zit met je tempo, zelfstandigheid, inzicht en motivatie. Ook letten we op het Cito-leerlingvolgsysteem van groep 6 t/m 8. Als dit alles past bij het advies van de juf of meester, volgen we dat op.” http://www.minkema.nl/mink/groep8/toelating/
•
Het Libanon Lyceum (Rotterdam, MAVO/HAVO/VOW/Gymnasium) heeft de toelatingscriteria op de website recent aangepast. Deze omvat nog steeds de volgende passage: “Mocht het door de basisschool uitgebrachte advies niet overeenkomen met de afspraken in de Rotterdamse Plaatsingswijzer dan behouden wij ons het recht voor de leerling niet toelaatbaar te verklaren.” http://www.libanonlyceum.nl/Groep8/Aanmelden/tabid/169/Default.aspx
•
Het Pierson college in Den Bosch (VMBO-T/HAVO/VWO) vraagt de basisschool om gegevens uit het leerlingvolgsysteem. Telefonisch wordt aan een ouder doorgegeven dat “er meerdere toelatingscriteria zijn, naast het schooladvies”. Aan de ouder wordt niet nader gespecificeerd welke dat zijn. http://dspierson.mwp.nl/Algemeneinformatie/KomjijnaardePierson/Aanmeldenbrugklas/tabid/1 40/Default.aspx
•
Het Willem Lodewijk Gymnasium (Groningen) bericht op de website: “Als de leerling niet voldoet aan de eisen van een basisprofiel (voor een VWO-niveau) volgens ‘de Friese Plaatsingswijzer’, dan wordt contact opgenomen met de ouders/verzorgers en de basisschool om nadere informatie in te winnen, voordat de commissie een beslissing neemt. Hetzelfde geldt als het advies van de basisschool afwijkend is.” https://wlg.mwp.nl/Groep8/Aanmeldingeninschrijving.aspx
•
Zandvliet College (Den Haag, HAVO/VWO) stelt als toelatingscriterium dat “het advies van de basisschool dient te zijn onderbouwd door de gegevens in het door de basisschool aangeleverde onderwijskundig rapport (OKR).” http://www.zandvlietcollege.nl/NaarZandvliet/Aanmeldingsprocedure/tabid/242/Default.aspx
•
In de procedure voor overgang van basis- naar voortgezet onderwijs in de stad Utrecht wordt de rol van CITO-scores in het uitstroomadvies zelfs groter dan in voorgaande jaren. Niet alleen het groep 8 advies tezamen met de eindtoets bepaalt het uitstroomadvies; vanaf dit jaar worden ook de CITO-scores vanaf groep 6 meegenomen.
•
Een ouder belt over het gebruik van de Friese Plaatsingswijzer door OSG Sevenwolde in Friesland. Hier bepalen de cijfers van het leerlingvolgsysteem mede de toelating tot de middelbare school.
4
•
Een middelbare school volgt de Friese Plaatsingswijzer. Onderdeel daarvan is dat het schooladvies gebaseerd dient te zijn op alle gegevens uit het leerlingvolgsysteem van groep 6 t/m 8, waarbij de vaardigheidsscores verzwaard meetellen.
•
Binnen in ieder geval de volgende procedures, behoudt het voortgezet onderwijs zich het recht een voor een basisschooladvies naast zich neer te leggen, bijvoorbeeld als de school voor voortgezet onderwijs oordeelt dat dit advies niet op juiste manier tot stand is gekomen. In alle gevallen wordt wel eerst overleg met ouders en basisschool gepleegd voordat een besluit wordt genomen: o
De Rotterdamse Plaatsingswijzer (http://www.fokor.nl/documenten/F2014.039bijlageRotterdamsePlaatsingswijzer.p df) bepaalt dat het advies “vergezeld gaat van alle afgesproken toetsgegevens en grafieken uit het leerlingvolgsysteem (inclusief sociaal-emotionele gegevens), zodat kan worden bepaald wat het niveau is van de leerling”. Deze eis wordt opgelegd naast bepalen omtrent langs welke lijnen het basisschooladvies dient te zijn gebaseerd op toetsgegevens uit groep 6 t/m 8.
•
o
Den Haag: BOVO Procedure
o
Utrecht: Sterk VO
o
Amstelland overstapprocedure
Thorbecke voortgezet onderwijs (Rotterdam, VMBO/HAVO/VWO) vraagt naast het basisschooladvies om de vaardigheidsscores die de leerling heeft behaald voor de middentoetsen uit groep 6, 7 en 8 (https://www.tvorotterdam.nl/Algemeen/Groep_8/Aanmeldingsprocedure)
•
Voor toelating tot tweetalig onderwijs op een Rotterdamse school moeten leerlingen extra toetsen maken om geschiktheid en motivatie aan te tonen. Ouders moeten € 50,- betalen voor deze toetsen.
•
Het Emmaüs college (Rotterdam, HAVO/VWO) vraagt op het aanmeldformulier om de CITOscores in groep 6, 7 en 8. Er wordt vermeld dat aanmelding – ondanks een passend basisschooladvies – niet kan plaatsvinden als de scores onder een bepaald niveau liggen.
•
Een middelbare school wil – naast het advies - ook gegevens over de leerling in de groepen 6 t/m 8 uit het leerlingvolgsysteem inzien. Wordt hier niet aan tegemoet gekomen, dan wordt de aanmelding niet in behandeling genomen.
•
Een kind met VWO-advies moet een extra toelatingstoets doen voor het gymnasium.
•
Het gymnasium Novum (Voorburg) wil een leerling met een VWO-advies niet toelaten en baseert die stellingname op basis van informatie uit het leerlingvolgsysteem. Het gymnasium kan zonder tussenkomst van de ouders of de basisschool middels een digitale koppeling beschikken over de gegevens in het leerlingvolgsysteem, zo blijkt. Op de website van de school is te lezen dat “Toelaatbaar zijn de leerlingen met een vwo-advies van de basisschool, (onderbouwd door de gegevens uit het LVS eventueel aangevuld met testresultaten, psychologische rapporten e.d.)” (https://www.gymnasiumnovum.nl/Groep8/Toelatingaanmelding.aspx )
•
De Singelland scholengemeenschap (Drachten, PRO,VMBO/HAVO/VWO) legt aangemelde leerlingen een nadere toets voor. Leerlingen kunnen op basis daarvan afgewezen worden. Een aanstaande leerling werd na deze toets door het Singellandcollege praktijkonderwijs geadviseerd, terwijl het basisschooladvies VMBO-T luidt.
5
2. Onderlinge afspraken tussen primair en voortgezet onderwijs die niet in het belang van leerlingen zijn •
Een ouder bericht dat zijn kind het schooladvies HAVO krijgt in plaats van HAVO/VWO, omdat vanwege afspraken in de regio uitsluitend enkelvoudig adviezen worden afgegeven. Deze leerling zou graag naar het gymnasium gaan, dus wordt hiermee benadeeld.
•
Een basisschool heeft met middelbare scholen de afspraak dat ze het schooladvies uitsluitend baseren op de CITO-toetsen uit groep 6 t/m 7. Tevens is reeds op voorhand afgesproken dat het basisschooladvies niet naar boven zal worden bijgesteld als de leerling bij de eindtoets een hoger niveau scoort dan geadviseerd.
•
Een vader, die zelf buiten Amsterdam woont, wil zijn kind inschrijven in Amsterdam. Daar gelden andere regionale afspraken dan in de regio waar zijn kind op de basisschool zit. In Amsterdam wordt het afgegeven HAVO/VWO-advies, waarin specifiek ook plaatsing in een dakpanklas wordt gesuggereerd, geïnterpreteerd als een HAVO-advies.
3. Onduidelijke communicatie over toetsen en onduidelijke hantering van toetsen in relatie tot het schooladvies •
Een basisschool zegt geen eindtoets te doen.
•
Een school laat een aantal kinderen dat de CITO-tussentoets ‘slecht’ heeft gemaakt, deze overdoen. De ouders zijn hierover niet geïnformeerd. De uitzonderingspositie wordt een aantal kinderen geboden, anderen niet. Niet duidelijk is waarom de één wel mag, en de ander niet.
•
Een school heeft de ouders aan het begin van het schooljaar bericht dat het basisschooladvies zou worden gebaseerd op de begin februari af te nemen NIO-toets. Ouders is verteld dat de eindtoets CITO dit jaar niet verplicht zou zijn. Directeur is door het schoolbestuur op de vingers getikt, waarna alsnog moet deelgenomen worden aan de eindtoets. Ouders vinden het vervelend dat kinderen nu twee toetsen moeten doen en dat dit pas in een zo laat stadium duidelijk wordt.
•
Een school in Zoetermeer zegt niet de eindtoets af te nemen, enkel de NIO-toets.
•
Een schooladvies voor een leerling zou gebaseerd zijn op de Entree-toets groep 7 en op tussentijdse CITO-toetsen. Echter, de door hoogste scores die leerling behaalde, werden “vergeten”. Nadat de ouders daar naar vroegen, zou het onderwijskundig rapport worden aangepast, zo werd toegezegd. De ouders vermoeden in dit geval dat de basisschool aanstuurde op een advies voor een relatief bescheiden advies om discussie te voorkomen na eventueel bij doubleren in het vervolgonderwijs.
•
Een schooladvies wordt bijgesteld van HAVO/VWO naar VMBO-TL op basis van de hernormering van één toets.
•
Een kind krijgt advies VMBO-TL, terwijl de uitslag van de Wisc (afgenomen op aanvraag van de school) nog niet binnen is. De ouder vreest dat de school haar kind nu een te hoog advies geeft en dat haar dochter wordt overvraagd.
4. Basisscholen sluiten gecombineerde of dubbele adviezen uit, terwijl ze door de regelgeving niet worden verplicht tot enkelvoudige adviezen •
In de kernprocedure Amstelland is afgesproken dat de basisscholen alleen enkelvoudige adviezen afgegeven, ook in situaties waarin ze liever een gecombineerd advies zouden willen geven. Dat wordt nu als aanvullend ‘plaatsingsadvies’ bijgevoegd. http://swvam.nl/wpcontent/uploads/2013/11/Handleiding-Kernprocedure-Amstelland-2014-2015.pdf (pag. 6)
•
Een basisschool heeft met het voortgezet onderwijs afgesproken dat enkel enkelvoudige adviezen worden afgegeven. Een leerling krijgt nu HAVO- in plaats van een HAVO/VWO-advies, zo bericht de ouder.
6
•
In de regio Hilversum geven scholen geen gecombineerd schooladvies meer. Wel vermelden ze in voorkomende gevallen onderaan het formulier: ‘plaatsing in HAVO/VWO-brugklas’.
5. Onduidelijke advisering door de basisschool •
Voor ouders is het vaak niet duidelijk hoe en aan de hand van welke criteria en overwegingen het basisschooladvies wordt opgesteld. Bij navraag blijkt de groep-8 leerkracht dat soms ook niet goed uit te kunnen leggen.
•
Een school geeft geen schriftelijk schooladvies of onderwijskundig rapport. Dat wordt enkel mondeling meegedeeld.
•
Een basisschool vraagt ouders zelf een extra Wisc-intelligentietest te laten afnemen bij hun kind. Hoewel de uitslag daarvan nog niet binnen is, is inmiddels het advies toch al opgesteld.
6. Onduidelijkheid over mogelijkheden na het aflopen van de aanmeldtermijn voor middelbare scholen •
Voor veel middelbare scholen moet al voor 1 maart worden aangemeld. Voor het advies van de basisschool geldt ook de termijn van 1 maart. Ouders vrezen dat als een kind op basis van het advies wordt afgewezen er vervolgens geen plaats meer is op andere scholen.
•
Als basisschool in het voorjaar voor een leerling na een relatief positief afgeronde eindtoets het advies ophoogt, zal ook op sommige middelbare schalen geen ruimte meer zijn om kinderen alsnog aan te melden, omdat ze al vol zitten, zo vrezen veel ouders.
7. Inschatting dat klachtenprocedure, indien die aan de orde is, te laat resultaat gaat bieden •
Wanneer ouders het niet eens zijn met het basisschooladvies, kunnen zij een klacht indienen bij het schoolbestuur, zo bepaalt de klachtenprocedure. Het gaat echter weken duren voor er vervolgens een uitspraak komt op de klacht, en dan is de aanmeldtermijn van de middelbare scholen voorbij. Die procedure zal dus een lege huls zijn, zo vrezen ouders.
•
Ouders kunnen bezwaar aantekenen tegen een afwijzing op de middelbare school van hun keuze (Inrichtingsbesluit WVO, artikel 16). Maar de procedure duurt in de praktijk zeker zes weken. Zou je die afwachten, dan zou je bijvoorbeeld bij een afwijzing te laat zijn om nog bij andere scholen in te schrijven. Ouders geven aan daarom van die route af te zien.
7