> Retouradres Postbus 2680 3500 GR Utrecht
PER KOERIER EN PER MAIL VERZONDEN Hoffman Kingma Praktijk B.V. Handelend onder de naam “Oosteinde Walborg Kliniek” T.a.v. de heer S.J.G. Kingma Bestuurder Pieter Calandlaan 106 - 110 1068 NP AMSTERDAM
St. Jacobsstraat 16 3511 BS Utrecht Postbus 2680 3500 GR Utrecht T 030 233 87 87 F 030 232 19 12 www.igz.nl
Datum 21 maart 2013 Onderwerp Bevel ex artikel 8, vierde lid Kwaliteitswet zorginstellingen
Geachte heer Kingma, Bij e-mail van 19 maart 2013 heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna: de inspectie) u geïnformeerd over haar voornemen tot het geven van een bevel ex artikel 8 Kwaliteitswet zorginstellingen. Met deze brief geeft de inspectie gevolg aan haar voornemen en geeft u een bevel op grond van artikel 8, vierde lid van de Kwaliteitswet zorginstellingen. Dit bevel houdt in dat u uw instelling, de Oosteinde Walborg Kliniek, gevestigd aan de Pieter Calandlaan 106 – 110 te Amsterdam met ingang van vrijdag 22 maart 2013 om 08:00 uur gesloten dient te houden. Dit bevel heeft in beginsel een geldigheidsduur van zeven dagen. De geldigheidsduur kan door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport worden verlengd. Zienswijze Met het oog op een zorgvuldige besluitvorming en met toepassing van artikel 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), bent u in de gelegenheid gesteld om een zienswijze te geven over het voornemen. U heeft gebruik gemaakt van deze gelegenheid. Uw zienswijze luidt – kort en zakelijk samengevat – dat binnen uw instelling wordt voldaan aan de informatieplicht en dat binnen de instelling wordt gewerkt volgens de regels van taakherschikking en taakdelegatie. Voorts geeft u aan dat u bewust bent van de noodzaak voor verbetering en dat u alles in het werk stelt en heeft gesteld om maatregelen te treffen om de tekortkomingen binnen uw instelling ongedaan te maken. U geeft aan dat de meest essentiële veranderingen op korte termijn gerealiseerd kunnen zijn. De inspectie heeft uw zienswijze beoordeeld. De door u beschreven wijze van informatieverstrekking richting de patiënt voldoet niet aan de (verzwaarde) informatieplicht. Het verstrekken van een opdracht voor het laten uitvoeren van voorbehouden handelingen door niet-artsen dient zorgvuldig te gebeuren.
Pagina 1 van 5
Uw zienswijze op dit punt geeft naar het oordeel van de inspectie onvoldoende invulling aan de eisen voor een adequate opdrachtverstrekking. De normen voor veiligheid en hygiëne in de instelling worden binnen uw instelling in de volle breedte niet of niet in voldoende mate in acht genomen. Het niet naleven van hygiënevoorschriften vormt een acuut gevaar voor de patiëntveiligheid. Dat enkele tekortkomingen eenvoudig verholpen kunnen worden, doet daar niet aan af. De inspectie concludeert, mede na weging van uw zienswijze, dat de oplegging van dit bevel in een redelijke verhouding staat met de noodzaak om de patiëntveiligheid te beschermen. Daarom houdt de inspectie vast aan haar voornemen om uw instelling een bevel ex artikel 8, vierde lid Kwaliteitswet zorginstellingen op te leggen. In de onderstaande tekst vindt u de motivering hieromtrent.
21 maart 2013
Overwegingen De inspectie heeft uw instelling bezocht op 14 maart 2013. Tijdens dat bezoek heeft de inspectie met u als arts en bestuurder van de instelling gesproken. Tevens zijn assisterende medewerkers van de instelling gesproken. De inspectie heeft een rondgang gemaakt door de instelling. De inspectie heeft bij dit bezoek geconstateerd dat op meerdere punten in strijd werd gehandeld met de Kwaliteitswet zorginstellingen (artikel 2, 3 en 4) en dat deze tekortkomingen een acuut risico opleveren voor patiëntenzorg. Dit blijkt uit de volgende constateringen. Kwaliteitsbeleid • In de instelling is geen protocol aanwezig waarin de informatieplicht en dossiervoering conform WGBO en de KNMG gedragsregel “de arts en nietreguliere behandelwijzen” is uitgewerkt. • Infectieregistratie vindt plaats in het patiëntendossier, niet op geaggregeerd niveau, dit is niet in overeenstemming met artikel 3 van de Kwaliteitswet zorginstellingen. • De taakdelegatie is niet uitgewerkt in een op de instelling toegesneden protocol. Bekwaam- en bevoegdheden zijn niet vastgelegd binnen de instelling. Infectiepreventiebeleid
•
In de instelling is de infectiepreventie onvoldoende gewaarborgd. Zij voldoet op, de in het inspectierapport benoemde, cruciale onderdelen niet aan de in het inspectierapport benoemde richtlijnen van de Werkgroep Infectiepreventie, daardoor is de patiëntveiligheid niet gewaarborgd. Op basis hiervan is een acuut risico voor patiënten en specifieke patiëntengroepen in de instelling aanwezig. De WIP-richtlijnen zijn bij geen van de medewerkers bekend en evenmin uitgewerkt in een protocol.
•
Het is voor de inspectie niet verifieerbaar of de Landelijke richtlijn “Preventie iatrogene Hepatitis B” binnen de instelling is geïmplementeerd.
Pagina 2 van 5
21 maart 2013
•
De instelling beschikt niet over een prikprotocol.
Geneesmiddelenbeleid • Binnen de instelling is geen methodiek om expiratiedata te monitoren. In de instelling is een veelvoud aan geneesmiddelen en andere (steriele) materialen aangetroffen waarvan de expiratiedata is verlopen. • In de instelling wordt niet gewerkt conform de Richtlijn voor toediening gereed maken parenteralia. Medische hulpmiddelen • Het is binnen de instelling niet verifieerbaar dat de in de instelling aanwezige medische hulpmiddelen periodiek worden gecontroleerd. De apparatuur is niet voorzien van een kenmerk waaruit de status van onderhoud blijkt. Dit is volgens de Leidraad Verantwoordelijkheid medisch specialist bij onderhoud en beheer van medische apparatuur (Orde Medisch Specialisten – okt. 2008) wel noodzakelijk.
Bevel ex Kwaliteitswet zorginstellingen Op basis van de bovengenoemde geconstateerde tekortkomingen en omdat het blijven uitoefenen van uw praktijk onder de aangetroffen omstandigheden een gevaar met zich meebrengt voor de veiligheid van de patiëntenzorg, geeft de inspectie u dit bevel. Dit bevel houdt in dat u uw instelling met ingang van 22 maart 2013 om 08:00 uur gesloten dient te houden en geen patiënten in uw instelling mag (laten) behandelen tot het moment dat u in uw instelling naar het oordeel van de inspectie weer verantwoorde zorg kan leveren.1 Het bevel heeft een geldigheidsduur van zeven dagen. Deze termijn vangt aan op vrijdag 22 maart 2013 om 08:00 uur. De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport kan de geldigheidsduur verlengen. Zodra u van oordeel bent dat u adequate verbetermaatregelen heeft gerealiseerd om de in het bevel genoemde tekortkomingen op te heffen, kunt u dit schriftelijk aan de inspectie kenbaar maken. De inspectie zal dan oordelen of met de getroffen maatregelen binnen uw instelling het gevaar voor de patiëntveiligheid of de gezondheid van patiënten is geweken en of de werking van het bevel kan worden opgeheven. Indien u geen gehoor geeft aan dit bevel kan een last onder bestuursdwang, danwel een last onder dwangsom worden opgelegd.
1
Onder het (laten) behandelen van patiënten wordt mede verstaan, alle verrichtingen - het onderzoeken en het geven van raad daaronder begrepen – rechtstreeks betrekking hebbende op een persoon en ertoe strekkende hem van een ziekte te genezen, hem voor het ontstaan van een ziekte te behoeden of zijn gemoedstoestand te beoordelen. Pagina 3 van 5
Het bevel heeft tot gevolg dat u de continuïteit van zorg voor patiënten van uw instelling niet meer in uw instelling kunt waarborgen. De inspectie wijst u op uw verantwoordelijkheid om adequate maatregelen te treffen teneinde de continuïteit van de zorg voor patiënten van uw instelling wel te waarborgen.
21 maart 2013
Overeenkomstig het actieve openbaarmakingbeleid van de inspectie wordt de inhoud van een bevel met inachtneming van de wettelijke normen actief openbaar gemaakt. Naast de genoemde tekortkomingen die geen uitstel kunnen leiden, heeft de inspectie nog een aantal tekortkomingen zonder acuut risico benoemd die u dient te verbeteren alvorens er sprake kan zijn van verantwoorde zorg. Hierover wordt u afzonderlijk ingelicht.
Hoogachtend,
Bezwaar U kunt tegen dit besluit bezwaar maken door het indienen van een bezwaarschrift. Het bezwaarschrift dient te worden gericht aan het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, ter attentie van de Directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20350, 2500 EJ Den Haag. Gelieve duidelijk te vermelden dat het een bezwaarschrift is. De termijn waarbinnen het bezwaarschrift kan worden ingediend bedraagt zes weken na de dag waarop het besluit is verzonden. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste te bevatten: • naam en adres van de indiener; • de dagtekening; • een omschrijving van het besluit waartegen bezwaar wordt gemaakt; • de grond(en) van het bezwaar. Het niet voldoen aan deze eisen kan leiden tot niet-ontvankelijkheid van het bezwaarschrift. Voorlopige voorziening Het indienen van een bezwaarschrift, heft de werking van het bevel niet op. Als u een bezwaarschrift heeft ingediend, dan kunt u ook een voorlopige voorziening aanvragen waarmee mogelijk de werking van het bevel kan worden opgeschort. Indien, gelet op de betrokken belangen, onverwijlde spoed dat vereist, dan kunt u de voorzieningenrechter van de sector bestuursrecht van de rechtbank van het arrondissement waarbinnen u gerechtigd bent beroep in te Pagina 4 van 5
stellen, verzoeken een voorlopige voorziening te treffen. Bij het verzoek om voorlopige voorziening wordt griffierecht geheven. Voor de regio-indeling en de adressen van de rechtbanken verwijs ik naar de volgende website: http://www.rechtspraak.nl/Organisatie/Rechtbanken/Pages/default.aspx.
21 maart 2013
Pagina 5 van 5