Het bestuur van GTTC: Voor: Jitse Doornbos, Arjan van Delden Achter: Menze Poortman, Ina d’Haen-Venema, E ef Schuls
Daarbij wil ik toch eerst een klein stapje in het verleden maken. Wat is GTTC en waar staan we voor. Dat hebben we – als leden – in 2009 het volgende van gezegd: De Groninger Tafeltennis Club wil een ambitieuze en ook gezellige tafeltennisvereniging zijn, waar ruimte is voor zowel wedstrijdsport als breedtesport. De breedtesport is het fundament voor de wedstrijdsport. Hier kan topsport uit voortvloeien als bijzonder onderdeel van de vereniging. Een paar elementen wil ik (nogmaals) voor het voetlicht halen. GTTC is een vereniging. Verenigingsleden consumeren niet, maar dragen samen de lusten maar ook de “lasten” van de vereniging. Dit betekent dat de norm vanaf binnenkomst in de vereniging is dat je, als speler/lid of als ouder van een jeugdlid naar “vermogen” bijdraagt aan het tot bloei komen van de vereniging. Daarbij wordt betrokkenheid verwacht; de bereidheid om iets voor de vereniging te doen.
Leden maken de vereniging; met de optelsom van alle inspanningen staat of valt de club. Uit ieders gedrag moet blijken waar we als vereniging voor staan. Spelen bij GTTC is leuk! Ook voor tegenstanders (en zelfs als ze met verlies naar huis gaan). Dat betekent dat we elkaar respecteren en met elkaar omgaan zoals we willen dat er met ons wordt omgegaan. GTTC is een sportclub. We hebben ook heel wat te bieden; we kunnen 7 dagen per week terecht in ‘onze’ zaal (met eigen kantine) we hebben trainingen voor iedereen, tal van andere activiteiten en een heleboel mensen die zich daarvoor kunnen en willen inzetten. Sportief gezien is er in het afgelopen seizoen een stap(je) gezet. Het eerste herenteam is gepromoveerd naar de 3e divisie en daardoor spelen we weer met alle geledingen (dames, heren en jeugd) op landelijk niveau. Dat hoort ook bij een vereniging als GTTC. Het is zaak de komende jaren deze positie te stabiliseren
en uit te bouwen. Het allerliefst met ‘eigen’ jeugd; spelers die van jongs af aan bij GTTC zijn opgeleid en doorgroeien. Teveel talent is te vroeg naar andere verenigingen gegaan. Werving en behoud van jeugdspelers is een zaak die de komende jaren dan ook bijzondere aandacht moet hebben. Het realiseren van een echt eigen zaal is een ander speerpunt. Met een zaal die in alles tafeltennis uitstraalt kunnen we van GTTC een nog mooiere vereniging maken, die er nog minstens 75 jaar extra tegen kan. Eerst is het tijd voor het jubileum. Op 3 september gaan we dat verder vieren. Met een jubileumtoernooi en een jubileumfeest. Daarover horen jullie meer.
Kampioensteams voorjaar 2011: van boven naar beneden GTTC4, GTTC7 en GTTC1
M: Wat is je lievelingskleur? T (kijkt mij lacherig en quasi verbaasd aan: “Groen natuurlijk. Schrijf je dit echt op? Maar voor 1951 zwart-wit natuurlijk. Omdat vroeger de clubkleding zwart-wit was. Maar dat jaartal moet je maar nazoeken in het 60-jarig jubileumboek. Wordt daar trouwens voor dit 75 jaar nog een nieuwe versie voor uitgegeven? Zonde als dat niet zo is. Er is zoveel gebeurd in die tijd. Weet je trouwens waarom ze zijn overgestapt naar groen-wit met de clubkleding?” Dat zijn de kleuren van Groningen Heel goed.
den dat seizoen gelijk naar de landelijke competitie. Waar moet je aan denken bij het woord GTTC? Is GTTC een woord? De lettercombinatie of afkorting dan... Ik moet dan denken aan hoe de club was toen ik daar begon. We speelden toen nog aan de Parklaan met de kantine boven de zaal. Heb jij daar nog gespeeld? Hoe oud schat je mij in zeg? [Het voelt alsof hij mij terugpakt voor mijn vraag over de zwart-witte kleding]
Heb jij nog in die zwart-witte kleding gespeeld? Nee, dat is [red: nipt] voor mijn tijd geweest. Ik kwam bij GTTC toen ik ging studeren in Groningen. Ik heb toen nog een jaar voor Ready Leeuwarden gespeeld, maar dat viel toen uit elkaar, mede doordat Jan Kuiper wegviel. Ik kwam toen gelijk in het eerste team met Hans Kema en Leo van der Beek.
Wat is je hoogtepunt als speler bij GTTC? We hebben ooit een bekerwedstrijd gewonnen van het beste Noordelijke team van dat moment met Jan Tammenga, Jaap Kruizenga en... Li Min misschien? Dat was toen echt hét team in het Noorden. Het was heel vreemd dat we van ze wonnen. Na de wedstrijd kwamen ze naar de kantine met het verzoek of wij ons niet terug wilden trekken, want dat was wel beter voor het Noordelijke tafeltennis.
Was je daar trots op, dat je gelijk in het eerste kwam? Trots? Nooit echt bij stil gestaan. Ik speelde bij Ready in de 3e divisie en kwam hier in de promotieklasse of zo terecht. We promoveer-
Hoe lang heb je eigenlijk in het eerste team gespeeld? 13,5 jaar! Waar ik ook trots op ben is dat ik het vaakste clubkampioen ben geweest van de club. Volgens mij 6 of 7 keer.
Welk clubkampioenschap staat je het beste bij? Geen idee. Weet nog wel dat de 1e keer er nauwelijks tegenstand was. Ik speelde toen nog bij Ready en het complete eerste team van GTTC deed niet eens mee. Ik weet nog wel dat ik het het leukste vond om voor de 5e keer te winnen. Hans Kema [red: ook erelid] had als doel om 15 jaar in het eerste team te spelen en minimaal 5 keer de clubkampioenschappen te spelen. Dat was hem gelukt, bij mij is alleen die 15 jaar in het eerste team niet gelukt. Ook hoopte ik ooit de “Grand Slam” te winnen, maar dat is me helaas nooit gelukt. Grand Slam, dat zijn de clubkampioenschappen, jubileumtoernooi, noppentoernooi... Nee, Handicaptoernooi! Dat Noppentoernooi was er toen helemaal nog niet. Het handicaptoernooi heb ik nog nooit gewonnen, volgens mij een paar anderen wel waaronder Jan-Willem. Weet je wel hoe oud dat jubileumtoernooi is? Die gaat het verste terug van alle GTTC toernooien. Ik heb toen nog enorme ruzie gehad met het bestuur dat het niet is georganiseerd. Volgens mij de laatste jaren helemaal niet meer, dat is zo zonde. Overweeg je een comeback als het Handicap weer op de agenda staat? Ik schrijf me zeker in! Het liefst als 6e klasser. Je staat natuurlijk ook bekend als trainer van GTTC. Wanneer ben je begonnen met training geven? Halverwege de jaren ’80. GTTC had toen nog
geen jeugd. Misschien toen ik net bij de club kwam was er een jeugdteam, maar toen ik training gaf niet meer. Ik zie daar geen relatie tussen trouwens. Begin jaren ’90 waren Koos Kuiper en Auke Huitema de aanstichters van de jeugdafdeling. Zij mochten dit wel oppakken van het bestuur, maar het mocht GTTC niks kosten en er eigenlijk wat los van staan. Het was dus een soort gedoogd initiatief. Ze speelden ook in de zaal van Jan en Anne Vlieg aan de Singelweg in het begin. Pas toen Auke voorzitter werd, werd GTTC wat veranderd van een studentenclub met veel verloop naar een meer stabiele vereniging. Maar de houding naar de jeugdafdeling is eigenlijk nooit veranderd. Wat bedoel je daarmee? Het bestuur is met de jeugdafdeling en later met topsport eigenlijk altijd tegen de ambities van de technische commissieleden aangelopen. Naar mijn idee heeft dit het enthousiasme van veel trainers en coaches wat geremd. Waar lag de houding van het bestuur aan, denk je? Goede vraag. Misschien wilden ze niet of hadden ze gewoon een ander beeld van de sport als de trainers. Bij GTTC moet altijd de breedtesport en gezelligheid voorop staan. Vanuit de vereniging begrijp ik dat ook wel. Toch is het jou als een van de grondleggers gelukt om toch bij GTTC een sterke jeugdafdeling te krijgen... We waren opeens de beste jeugdafdeling van Nederland. Begin van deze eeuw werd er fanatieker gespeeld en al snel hadden we in al-
lerlei leeftijdscategorieën hoge klasseringen van jeugdspelers. Toch paste de houding van GTTC er niet bij. Het was meer dat we toestemming ervoor hadden in plaats van dat het breed gedragen werd in de club. Wat was je hoogtepunt bij GTTC als trainer? De bronzen medaille van Nathan van der Lee op de Europese Jeugd Kampioenschappen. Hij was op dat moment dan wel geen GTTCspeler meer, maar het was een mooi moment dat een speler die bij GTTC is opgeleid dit heeft bereikt en waar ik clubtrainer was. Maar hoe het met Nathan was gegaan, was eigenlijk ook wel tekenend van hoe het liep bij GTTC. Ik kreeg de mogelijkheid om hem intensief te begeleiden op school, maar van GTTC mocht ik dat alleen doen als het niet ten koste ging van mijn tijd voor GTTC. Ik merk wat irritaties over hoe dat is gegaan... Ik heb totaal geen wrok naar GTTC. Wat ik al zei, ik kan het me als club wel voorstellen dat je je zo opstelt. Er was gewoon spanning tussen de persoonlijke ambities en die van GTTC. Daardoor is ook best veel talent verspeeld. Ik had gewoon een te Groen hart dat ik graag wilde dat het bij GTTC zou slagen met de topsport. Als ik terugkijk, hadden we het misschien eerder moeten opbouwen bij een club waar wel de topsportmentaliteit was. Is dit ook bij GTTC mogelijk, denk je? In principe is het overal mogelijk, als je het maar wil en daar de mensen voor hebt. Zonder mezelf op de borst te kloppen, het is jammer dat je ziet dat GTTC gratis een zo hoog opgeleide trainer had, maar dat er geen vervolg aan is gegeven. Ik heb altijd gezegd dat ze ruimte op de begroting moesten reserveren voor als ik weg zou vallen. Dat is helaas nooit gebeurd.
Ter afsluiting. Je herinnert je natuurlijk nog de legendarische Huib & Arjan interviews in de Ratel. Ben jij ooit door hen geinterviewd? Nee, maar dit is altijd een stil verlangen gebleven. Ergens koester ik nog de hoop dat ik ooit door hen geïnterviewd zal worden. Dan heb ik een verrassing voor je... Hier zijn... [Titus kijkt hoopvol om zich heen] een aantal van de fameuze Huib & Arjan dilemma’s: Huib of Arjan? Ik heb eigenlijk geen idee meer... Volgens mij... Huib? Duvel of 100% fit achter de tafel? 100% fit achter de tafel En als ik deze vraag 20 jaar geleden had gesteld? 20 jaar geleden... Geen commentaar. NTTB of GTTC? NTTB Argus of Ready? Ready GTTC 60 jaar of GTTC 75 jaar? GTTC 60 jaar Backhand vanuit de forehand of forehand vanuit de backhand? Backhand vanuit de forehand! Je ziet op dit toernooi nu ook hoe ver ik vooruit liep op de technische ontwikkelingen... Dubbel of Enkel? Dubbel. Titus, de tijd zit er op. Bedankt voor het interview. Nu al? Ik moet weg joh, we hadden maar 20 minuten. Mark
Nathan, wat was vroeger jouw GTTC-gevoel? Het was mijn 2e huis. Ik kwam er vanaf mijn 9e jaar bijna elke dag en het was er gezellig. Ik kwam eerst in een groep bij Anita en ik vond dat heel erg leuk. Anita zorgde ervoor dat je al spelende leerde tafeltennissen. Ze voelde goed aan hoe ze met kleine kinderen om moest gaan. Binnen GTTC vond men dat ik talent had en dat ik naar een trainingsgroep van Titus moest verhuizen. Eerst wilde ik niet omdat ik het zo leuk vond bij Anita. Maar op mijn tiende zat ik in de groep bij Titus. Jouw oudere broer Tobias zat ook op GTTC. Gaf het geen problemen tussen jullie dat jij meer tafeltennistalent had dan Tobias? Nee, dat heb ik nooit zo gevoeld. Misschien even in het begin dat hij er moeite mee had. Later ging hij regelmatig mee om me aan te moedigen. Tobias vindt het voor mij geweldig dat ik zo ver ben gekomen met tafeltennis.
Je hebt op een Lootschool gezeten waarbij je tafeltennis en school kon combineren. Hoe vond je dat? In die periode van m’n 14e tot en met m’n 17e jaar kon ik wel 20 uur per week tafeltennissen. Veel trainen is noodzakelijk om verder te komen. Veel ex-GTTC-ers zaten er ook op zoals Sjoerd van der Steen, Teun Bosveld, Yoeri Hubner en Bachram Gerami. Onze trainer op de Lootschool was Titus dus ik had hem zowel op school als bij de club als trainer. Je had trouwens wel discipline nodig om naast het tafeltennissen het ook op school goed te doen. Wat is de rol van Titus geweest in jouw tafeltennisontwikkeling? Titus is ontzettend belangrijk geweest. Overgang van Anita naar Titus was groot. Hij eiste dat je je totaal inzette bij de training. Als je je best niet deed kon je wel vertrekken. Titus brengt je de techniek bij en ook men-
taliteit vindt hij erg belangrijk. Bij Li Jiao zie je trouwens ook hoe belangrijk de mentaliteit van een topspeler is. Je hebt destijds jeugdinterlands gespeeld met Boris de Vries. Je komt komend seizoen samen met hem in één team bij Enjoy & Deploy. Wat verwacht je van het samenspelen met Boris? Wij vormden destijds een heel goed Nederlands jeugdteam en ik werd samen met Caspar ter Luun 3e bij de Europese jeugdkampioenschappen dubbel. Een groot succes. Ik zal weinig met Boris en Li Jiao trainen omdat zij op Papendal trainen en dat is te ver weg voor mij, het hangt van mijn schoolrooster af of het voor mij mogelijk is om bijvoorbeeld 1 keer in de week naar Papendal te gaan. Onze andere speler is Gudmunder Stephensen, een IJslander die heel erg goed is. Als hij competitie speelt komt hij op vrijdag vanuit IJsland naar Nederland en dan kan ik vrijdagavond met hem spelen. Verder train ik regelmatig bij AA-Drink/FvT. Enjoy & Deploy Zoetermeer is het 1e team van Taverzo. Dus eigenlijk is mijn nieuwe club Taverzo uit Zoetermeer. Ik denk dat je begrijpt wie onze sponsor is. Hoeveel train je tegenwoordig? Ik train op het ogenblik 6 tot 8 uur per week. Ik wil meer gaan trainen maar ik moet het ook combineren met mijn nieuwe studie small business en retail management. Ik ben naar Enjoy & Deploy gegaan om kampioen van Nederland te worden en om de ETTU cup te gaan spelen. Daarnaast was Li-Jiao ook een belangrijke factor, omdat ik denk dat ik veel van haar kan leren. Ik kan nog beter worden, maar dan zal ik wel meer moeten gaan trainen, talent is niet genoeg.
Je hebt in de laatste jaren al aardig wat clubs versleten. In hoeverre is gezelligheid bij een club belangrijk voor je? Ik heb na mijn GTTC-tijd bij 3 clubs gespeeld: Smash in Hattem, DTK in Klazienaveen en Argus uit Harkstede. Dit zijn alle drie leuke clubs met een fanatieke aanhang. Tijdens thuiswedstrijden staan ze achter je. Ik speel nu bij Enjoy en Deploy Zoetermeer en mischien kan je je nog herinneren dat het 1e jeugdteam van Taverzo een paar jaar geleden tegen GTTC speelde in de ½ finale om het kampioenschap van Nederland bij de jeugd. Het was één groot feest o.a. door de grote groep supporters van Taverzo. Die fanatieke aanhang zal straks achter ons staan als wij thuis spelen en wie weet reizen ze ook wel mee naar uitwedstrijden. Terwijl we het over het belang van gezelligheid hebben gaat de “wave” door Ahoy en onderbreken we even het interview om hieraan volledig mee te doen. De wedstrijd in de ¼ finale tussen Wang Liqin en Zhang Jike is aan de gang en Nathan spreekt de profetische woorden uit: let op die Zhang Jike want die is heel goed. De volgende dag is Zhang Jike wereldkampioen. Li Jiao is volgend jaar jouw teamgenoot. Wat kan je van haar leren? Afgelopen seizoen heb ik een paar keer heel goed tegen haar gespeeld. Maar twee maal verlies ik wel met 10-12 in de 5e game. Ze heeft op zo’n ogenblik net iets over en dat hoop ik ook te leren. Ze kan zich op elk moment voor 100% concentreren. Ik heb nog te veel pieken en dalen. Met meer trainen en door de juiste mentaliteit te ontwikkelen kan ik in de toekomst meer partijen met zo’n stand winnen. Wat is je GTTC-gevoel tegenwoordig? Ik heb natuurlijk veel te danken aan GTTC.
Ook ken ik er veel mensen en is het er nog altijd gezellig. Ik ben bezig met mijn trainersdiploma en ik heb afgelopen jaar veel trainingen bij GTTC gegeven. De selectie heb ik een paar keer getraind en de jeugd heb ik een jaar training gegeven. Vooral dat laatste vond
ik heel erg leuk. We filosoferen nog wat en ik vraag Nathan of hij denkt ooit nog bij GTTC terug te keren. Zonder te aarzelen zegt hij: wie weet, GTTC blijft heel speciaal!
Bij het 10-jarig bestaan bleek in 1e instantie de animo ook niet al te groot. In de algemene ledenvergadering van 23 februari 1946 die werd gehouden in café restaurant “Suisse” in de Herestraat werd nog met algemene stemmen besloten om een jubileumfonds op te richten. De bijdrage per lid voor dit fonds bedroeg 1 gulden per maand. In de daarop volgende algemene ledenvergadering, die in het zelfde etablissement op 8 september 1946 werd gehouden, sprak de voorzitter zijn teleurstelling uit over de geringe animo voor een jubileumfeest. Het feest werd uitgesteld en werd nu op 28 september alsnog gehouden. In het jubileumnummer gaf de voorzitter van GTTC aan dat tafeltennis “tot een der jongste sporten kon worden gerekend”. Voor dit jubileumtoernooi werd door de Gemeentelijke Commissie voor Lichamelijke Volksopvoeding een medaille beschikbaar gesteld. De medaille zou worden uitgeloofd aan de vereniging die met het grootse aantal leden aan het toernooi
deel zou nemen. Ook toen al was meedoen belangrijker dan winnen. In de jaarvergadering van 10 mei 1951 gehouden in café restaurant “de Faun” werd voorgesteld om het 15 jarig jubileum te vieren met een jubileumtoernooi, een feestavond en de uitgave van een speciaal jubileumnummer van het clubblad “de Ratel”. Het jubileumtoernooi werd gehouden op 7 oktober 1951 in de Korenbeurs. Tot in de 70-er jaren zou GTTC bijna elk jaar een groot toernooi houden in de Korenbeurs. Voor de feestavond in “Hollandia” op de Grote Markt dacht men aan de beroepsconferencier Alphonso, een pianist en een goochelaar. De laatste twee zouden hun medewerking belangeloos verlenen. Voorafgaande aan de feestavond werd gezamenlijk gedineerd voor 3 gulden per persoon. Het toernooi en het feest waren een groot succes, helaas zijn hier geen foto’s van terug te vinden.
In de bestuursvergadering van 25 januari 1956 ten huize van het bestuurslid mej. G. Brouwer werd gesproken over het 20-jarig jubileum. Besloten werd om een jubileumtoernooi te houden in de Korenbeurs en een feestavond voor tafeltennissers van alle Groninger(provinciale) verenigingen en van de bevriende vereniging Assen op 20 oktober 1956. Aan de uitgenodigde verenigingen werden 2 kaarten per vereniging gezonden. De avond werd gehouden in een zaal van “Grönneger Sproak’ in de A-Kerkstraat. Het feest werd opgeluisterd door het cabaretgezelschap Ko Hof en zijn makkers met de non-stop revue “Gaat u mee op reis?” Dit gezelschap zou de avond tot 24.00 uur verzorgen en daarna was er bal na dat door de voorzitter, de heer Smid, zou worden geleid. In de Ratel werd over de viering geschreven dat bij de viering van dit jubileum wel is gebleken dat GTTC als een vriendenclub steviger staat dan ooit te voren en de toekomst met vertrouwen tegemoet kan zien. Het 25-jarig jubileum bestond natuurlijk ook weer uit een toernooi en een feestavond. Er was nog geprobeerd om een interlandwedstrijd toegewezen te krijgen voor dit jubileum, maar GTTC voldeed niet aan de eisen voor zo’n wedstrijd. Voorafgaand aan de feestavond werd een receptie gehouden waarbij thee met gebak en “eventueel een glaasje” werd aangeboden in restaurant “Riche”. De belangstelling voor het 25 jarig bestaan zal waarschijnlijk niet al te geweldig zijn geweest
GTTC toernooi in de Korenbeurs (jaren ‘50)
want het bestuur uitte haar bezorgdheid over het slagen van het feest. Uiteindelijk werd besloten om een toneelgezelschap te huren en een zaal te huren in de “Grönneger Sproak”. Het hoogtepunt was een blijspel door de toneelgroep “De Piraten”. Met het 30-jarig jubileum in 1966 haalde GTTC een sponsor binnenboord, de melkfabriek D.O.M.O. (Drentse Onder Melk Organisatie) uit Beilen. Het toernooi werd gespeeld in de nieuwe Wijert sporthal. Voor het toernooi werd een wekker en een telraam aangeschaft. Ondanks de aankoop van deze hulpmiddelen was het aantal GTTC-ers dat meedeed teleurstellend. Op een totaal van 136 deelnemers uit de drie Noordelijke provincies deden slechts 5 GTTCers mee. Opvallende naam in de uitslag is de
winnaar bij de junioren, de voor Assen uitkomende Andries Cats. Andries Cats deed ook mee bij ttv Appelscha in de promotiewedstrijd afgelopen competitie tegen GTTC. GTTC promoveerde hierbij naar de 3e divisie. In “den Ros Beyaert” te Zuidlaren werd ter gelegenheid van dit jubileum een uitgebreide reünie gehouden. In 1971 werd er ook een toernooi gehouden ter gelegenheid van het 35-jarig jubileum. Winnaar in de hoofd en overgangsklasse werd Ton Pitstra van Ready. Een paar jaar later zou hij met zijn clubgenoten T. Heyligers en D. Douma de overstap maken naar GTTC, waarmee GTTC een team in de hoofdklasse kreeg. Ton Pitstra won in de finale trouwens van de jonge Anne Vlieg. Gegevens over eventuele andere festiviteiten konden in het GTTC-archief, dat in deze periode onder hiaten gebukt gaat, niet worden teruggevonden. In 1976 werd het 40-jarig jubileumtoernooi weer in sporthal “de Wijert”gehouden. Duitse gasten van Blau Geld uit Cuxhaven behalen de 1e drie plaatsen in de hoogste klasse. ’s Avonds was er een gezellige avond in het clubgebouw Radeholm. Er werd een koud buffet geserveerd en er werden geintjes gemaakt of warme soep wel past bij een koud buffet. Duitse schlagers werden uitbundig meegezongen. Het was een goed feest! Het feest voor het 45-jarige jubileum werd gehouden in “’t Kijk in ’t Jathuis”. De feestavond werd slecht bezocht waarop door de feestcommissie een enquête werd gehouden en de leden zelf hun voorkeur uit konden spreken over de invulling van de feestdag. Ook deze keer werd er een toernooi gehouden, deze maal in de eigen zaal. Het toernooi was een invitatietoernooi waarbij naast GTTC-ers een
aantal spelers van andere verenigingen werden uitgenodigd. Het 50-jarig jubileum werd enigszins verlaat op 20 december 1986 gehouden. Overdag werd er in de zaal in de Parklaan een handicaptoernooi gehouden dat ’s avonds in de kantine gevolgd werd door een groots feest. Veel oud-leden waren aanwezig. In het jubileumboek bij het 65-jarig jubileum staat vermeld dat oud-leden nog altijd bij elkaar kwamen om te kaarten en oude herinneringen op te halen. Deze traditie wordt heden ten dagen nog altijd voortgezet, oud-GTTC-ers als Martinus Rasker, Henk Euverman en Rein de Vries proberen nog elk jaar een kaartavond met oud-GTTC-ers te organiseren. Vanaf 1987 introduceerde GTTC een nieuwe traditie. Niet om de 5 jaar maar elk jaar werd een jubileumtoernooi gehouden. Deze traditie bestaat in dit 75-jarig jubileumjaar nog steeds. In 1990 verhuisde GTTC van de Parklaan naar de Verlengde Lodewijkstraat waar een jaar later het 55-jarig jubileum kon worden gehouden. Ondanks dat het jubileumtoernooi nu elk jaar werd gespeeld was er een flinke opkomst voor het traditionele jubileumtoernooi. ’s Avonds werd in 1e instantie een receptie gehouden waar een flink aantal oud-leden op afkwam. Nadat het clublied uitbundig was gezongen nam een GTTC-band de muziek over en er werd nog tot diep in de nacht feest gevierd. Ik wil deze vogelvlucht door de jubilea van GTTC besluiten met te verwijzen naar het prachtboek “GTTC, voor u staan wij pal” dat ter gelegenheid van het 60-jarig jubileum in 1996 werd uitgegeven.
Maartje, Loes en Inge reageerden alle drie enthousiast op mijn uitnodiging, al duurde het wel even voordat we definitief een afspraak hadden gemaakt. Donderdag 21 april, de dag voor de bewuste Goede Vrijdag, was het dan zover en fietsten we met z’n vieren om kwart over drie vanaf GTTC richting de binnenstad. Modezaak Zara, op de hoek Herestraat/Zui-
derdiep was fotolocatie nummer een. Het filiaal van dit Spaanse kledingconcern zit denk ik al weer een jaar in dit grote, monumentale pand dat in 1935 naar een ontwerp van architect Adrianus Rudolphus Wittop Koning is gebouwd als multifunctioneel complex met op de bovenverdiepingen woningen en kantoren en op de begane grond ruimte voor horeca-
bestemmingen. In de jaren vijftig was caferestaurant De Faun hier gevestigd en zijn er in deze periode regelmatig algemene ledenvergaderingen door onze vereniging gehouden. Aan de Zuiderdiep-kant van de winkel (de eigenlijke voorkant van het pand) heb ik de eerste portretten van de middag gemaakt. Grappig was dat de mensen die voor op het muurtje rustig in de zon wat zaten te eten en te drinken zich direct uit de voeten maakten toen wij daar bezig gingen. Duidelijk zichtbaar door de glazen zij-ingang, die stiekem toch geen ingang is, was ook dat enkele bezoekers van de kledingzaak, eenmaal in de gaten dat ze mogelijk figureerden bij een professionele fotoreportage, meteen weer hun pashokje indoken. Wat een spiegelreflexcamera en drie gelegenheids-fotomodellen al niet teweeg kunnen brengen... Na de Zara liepen we de Pelsterstraat in en hebben we aangebeld bij societeit De Walrus om te kijken of deze tent ook voor de jeugd van GTTC geschikt is voor een spetterend slotfeest. Helaas werd er niet opengedaan en kon er niet gekeken worden of er binnen een bar aanwezig was waar straks in september op gedanst kan worden. Buiten bij de voordeur hebben Inge, Loes en, na een kwartier uiteindelijk ook Maartje op een electriciteitskastje laten zien dat ze in ieder geval niet veel ruimte nodig hebben om samen een dansje op te voeren. Via de Vismarkt en de Korenbeurs (nu Albert Heijn), waar in de jaren vlak na de Tweede Wereldoorlog ook getafeltennist is (ik kan me uit een Wist je dat je van Hans nog een mooie foto herinneren met daarop een hoop mannen in lange broek en wit overhemd achter een lange rij tafels) zijn we doorgewandeld naar het stad-
huis op de Grote Markt. Hier hebben Maartje, Loes en Inge een voorproefje genomen op het behalen van het algehele kampioenschap van Nederland bij de dames in het jaar, pak ‘em beet, 2018, waarbij op het balkon alvast uitgebreid geoefend is hoe je moet zwaaien naar een uitzinnige mensenmenigte. Met de chocolade van de bonbons van trouwe sponsor Simon Lévelt nog tussen de tanden zijn we neergestreken op het dakterras van V&D’s Cafe la Place. Door de dorstige temperaturen vielen de biertjes, euh pardon, de smoothies er bijzonder goed in. Het tafelgesprek dat ontstond had, in overeenstemming met het mooie weer, een luchtig
karakter. Wat onder andere naar voren is gekomen is dat voor alle drie de dames geldt dat in negen van de tien gevallen school voor de sport gaat. Inge en Maartje willen onderweg naar uitwedstrijden of op de weg terug op de achterbank in de auto nog wel eens wat aan hun huiswerk doen. Overstappen naar een LOOT-school ziet niemand echt zitten en verhuizen naar het topsportinternaat in Papendal, mocht dat eventueel aan de orde komen, al helemaal niet. Wat persoonlijke ambities op tafeltennisgebied betreft weten ze het alle drie niet zo goed en vinden ze het moeilijk om iets zinnigs te zeggen over hoe de toekomst er over twee, drie jaar voor hen uit zal zien. Loes is op dit punt nog het meest uitgesproken. Zij zou het liefst nog een jaar Landelijk A willen spelen en daarna pas de overstap maken naar de senioren. Voor haar is de eredivisie op dit moment weliswaar heel erg de ver van mijn bed show, maar, en daar heeft ze het al eens met Felisha over gehad, tafeltennissen op eerste divisie niveau lijkt Loes wel wat en op voorhand zeker niet onmogelijk. Op mijn vraag of er voor de jeugd van GTTC genoeg leuke activiteiten worden georganiseerd kreeg ik een bevestigend antwoord. Maartje
17
merkte op dat het er op dit vlak alleen maar beter op is geworden sinds Yvonne (de moeder van Inge en Jeroen) en Bart (de vader van Gijs en Koen) lid geworden zijn van de activiteitencommissie. Nadat er nog heel even is geroddeld (off the record uiteraard!) over een aantal jongens van de club, en Inge me verzekerd heeft dat er echt geen nieuw GTTC-projectje in de lucht hangt, zijn we de V&D uitgegaan en hebben we bij ijssalon Toscana in de Folkingestraat, waar we wederom een paar mensen hebben weggejaagd, de laatste foto’s van de dag gemaakt. Vervolgens hebben we onze fietsen opgezocht en zijn we met zijn allen teruggecrosst naar de Verlengde Lodewijkstraat. En zo kwam er om kwart over vijf een eind aan mijn date. Helaas moet ik zeggen, want ik heb twee uur lang enorm veel plezier en lol beleefd met deze fantastische meiden en ik had sterk de indruk dat Maartje, Inge en Loes het zelf ook best gezellig vonden deze middag. Wat dat betreft spreken de foto’s denk ik voor
zich en is het erg jammer dat ze niet allemaal geplaatst kunnen worden. Ik weet wel dat ik volgend jaar, als we ons 76-jarig jubileum vieren, de drie dames gewoon weer uitnodig om met mij de stad in te gaan!
Dat is de toekomst, zoals het in mijn ogen ook geldt voor de ambities van een Groningse tafeltennisclub. Tafeltennis is op dit moment bij GTTC onderhevig aan een heuse storm van veranderingen. De plannen voor een nieuwe zaal en dus een andere locatie om maar iets te noemen. Het continuerende debat over een nieuwe competitieopzet lijkt onvermijdelijk nog eens na te weeën in de nabije toekomst. En last but not least de prangende vraag hoe-
Rudger, de supersub
lang Rudger nog de supersub wilt blijven van Team 2. Veel van de vragen rijzen uit de problematiek van het aantal leden dat de huidige noordelijke competitie bezet. Dat is kortweg te weinig. Het is de dichtheid aan clubs die tekort komt, de animo voor de sport die simpelweg teleurstelt. In ons toch rijkelijk belegd tafeltenniswereldje mag van mij dan ook wel wat meer leven in de brouwerij komen zo de potentie vervuld wordt en nieuwe leden worden aangetrokken. Ik vind melodramatisch theater ondraaglijk ook al zondig ik bijna na elk verloren punt, maar waar is de oprechte creativiteit en de spontane humorbevlieging? Waar zijn de originele doch niet kwetsende scheldpartijen en de razende emoties die in al onze tafeltenniszielen huist? De odes en de vervloekingen aan het adres van de tafeltennisgoden in het algemeen. Ik wil bijvoorbeeld quotes horen als: “Krijg nou tieten!” en “Zo zijn we niet getrouwd!” bij elke rand- en netbal tegen. Aan de andere kant mag de euforie na een gewonnen punt ook geuit worden op een droge en brave manier: “Yahtzee!”, “Sapperdeflap!” of “Ik moet nu heel nodig naar de wc!” Maar de leukste zijn nog wel de politiek actuele uitspattingen: “Alle Kaddafi’s nog aan toe!” en “Dat verspeelde punt is zo duur als een Engels koninklijk huwelijk!” Het lijkt me ideaal om de akoestiek te testen van de nieuwe zaal met
Veels te mooie meisjes vind je op het EDR...
vernieuwd hilarisch verbaal geweld. Nu wil ik niet populistisch overkomen en de sport verkopen aan de duivel met randzaken die er niks mee van doen hebben maar… spice it up a bit! Het mag een beetje mensen, een heel klein beetje. Misschien wordt het dan de clubsport wel eigen en speelt het met die extra sfeer wat meer zichzelf in de kijker. We hebben er gelukkig heel wat van gezien tijdens de promotiewedstrijd van Team 1 in Middelstum. Maar dat clubenthousiasme zal een schim zijn van wat er bijvoorbeeld valt te bewonderen op het WK in Rotterdam. Een WK overigens waar hopelijk de NOS wat aandacht aan zal besteden en waardoor de tafeltennissport een boost zal krijgen waar het zo naar snakt en hunkert. Want laten we eerlijk zijn, zeker globaal gezien heeft het nog steeds een campingimago en is ‘pingpong’ te classificeren als een denigrerende term. ‘Oeh Yoeri, wat een deprimerende neerslachtige passage over onze geliefde sport!’ Get real people, ’t is nou eenmaal zo! Niet trouwens dat er iets per sé mis is met campingtafeltennis. Ik heb vroeger als jochie op de camping met weddenschappen veel mensen op wrede wijze geld afhandig gemaakt en zo mijn vakanties terugverdiend! Maar dat was vroeger, in de puberteit, toen de sport als vanzelf cool was. Telkens als ik nu in de stad een meisje probeer te versieren vertel ik als laatst dat ik aan tafel-
tennis doe. Het is gewoon zeer ontmoedigend als haar hoongelach zelfs de oorverdovende technomuziek ontstijgt. De hele discotheek kijkt je aan en je hoort ze bijna denken: ‘Hij doet aan tafeltennis!’ Gelukkig, gelukkig is het niet altijd zo. Maar soms, als een meisje te mooi is, vertel ik niet als eerste over tafeltennis. Ik wil gewoon niet het risico lopen te beginnen met een achterstand. Meestal start ik over mijn vele andere kwaliteiten die iedereen wel personifieert met mijn persoontje. Eigenschappen als mijn gave om telefoonboeken door midden te scheuren en mijn doorbraakrol als jongste stunt double van Arnold Schwarzenegger in een vergeten Oostenrijkse B-film uit 2002 waar ik specifiek werd gecast om mijn talent als, je raadt het al, telefoonboekenscheurder. Nu hoor ik je alweer denken: ‘Ja hoor Yoeri, vast en zeker!’ Maar ik zweer ’t je, als die eerste niet werkt dan werkt die tweede als ‘stunt double’ zeker wel. Gooi er nog een ‘bratwurst’-accent tegenaan en succes gegarandeerd! Dan moet ze wel onder de indruk zijn van je kunnen. Vooral als je daarbij ook nog heel beeldend gaat voordoen hoe zo’n stunt in elkaar zit. De dikte van die Oostenrijkse telefoonboeken valt vies tegen kan ik je zeggen. Natuurlijk werkt dit niet in ’t echte leven en hoop ik niet dat iemand gestopt is met het lezen na de laatste zin en deze theorie met volle overgave in de praktijk
heeft getest. Want alleen een smurf zou op die manier geen blauwtje kunnen lopen. Zo teruglezend begrijp ik zelf niet, net zoals jij waarschijnlijk ook niet als lezer, hoe snel ik wel niet verdwaald ben geraakt in mijn eigen verhaal. Hoe schaamteloos ik wel niet overstap van het onderwerp tafeltennis naar tafeltennisonwetende meisjes in het diepe nachtleven van Groningen. Had de Ratelcommissie mij maar geen volledige vrijheid van schrijven moeten geven haha! Afijn, ik ga er gewoon nog eens lekker over doorzagen, dwars door de rode draad. Over pingponggrappenmakers en veels te mooie meisjes. Want, valt er niet wat voor te zeggen over mensen die onwetend zijn over onze sport en die tafeltennis alleen maar belachelijk maken, dat zij eigenlijk geen echte vrienden kunnen zijn of worden. Laat staan een potentiele toekomstige levenspartner die je zomaar oppikt uit de kroeg. Vul zelf je antwoord maar in. Ze zijn in ieder geval helaas in de meerderheid. Vooral voor de mensen die hun hart en ziel steken in de sport om het populairder te maken zijn de neerbuigende opmerkingen over de sport soms moeilijk te verkroppen. Het ego van een tafeltennisser verblindt en heeft de grootte van de maan maar geeft zelf geen licht en zit vol met kraters. Maar zo gezegd, als ik dan toch deze denkbeeldige discussie met de lezer aanga, kan ik dan ook zo zwart-wit redenerend conclusies trekken door deze situatie om te draaien? Als je een meid/ jongeman tegenkomt in de stad die verstand blijkt te hebben of empathie toont voor tafeltennis… TROUWEN DIE HAP! Ik wil niet voor de hele club spreken maar die persoon is dan voor mij automatisch de ware! Sterker nog, ik ga tegenwoordig niet meer de stad in zonder een gouden ring in mijn binnenzak en een priester onder de sneltoets van mijn Samsung, die als ’t moet linea recta komt overvliegen in een privéjet uit Italië om
de ceremonie ter plekke te voltrekken. Waarom Italië zeg je? Nou, alleen de beste katholieke geestelijken uit het Vaticaan zijn goed genoeg voor mijn aanstaande bruid natuurlijk. Plus het lijkt me verrekte handy om met die priester terug te vliegen naar ’t zonnige zuiden voor de huwelijksreis. Moet de beste man uiteraard wel even in de cockpit vertoeven om ons wat alone-time te gunnen. En nee, daar bedoel ik niks seksueel getints mee. Ik heb het over je in het zweet werken met een meegereisde tafeltennistafel in ’t vliegtuig waarop ze gelijk haar skills kan tonen die ze blijkbaar heeft anders was ik niet met d‘r getrouwd. En nee, daar bedoel ik ook geen seksuele handelingen mee òp de tafel zelf stelletje viezeriken! Jemig hé! Het is gewoon puur om te testen of ze een beetje ‘balgevoel’ heeft! Hmm… het is denk ik beter als ik hiermee stop voor ik het nog erger maak voor mezelf. Anyway, even terugkomend op de nachtelijke bruiloft zelf, de eisen waar de getuige aan moet voldoen ben ik nog minder strikt in. Dat is gewoon de eerste de beste dronken klaploper die nog net zijn ogen kan openhouden en een handtekening kan zetten onder de akte. Voor veels te mooie meisjes maak ik trouwens graag een uitzondering op de regel. Daar is algemene kennis over tafeltennis en intelligentie geen pre. Die trouw ik al als ze weten dat een tafeltennisbal rond is! Nou ja, genoeg over deze nonsens. Anders sta ik te boek als een absurd persoon die niet meer serieus te nemen is en dat imago heb ik héél anders opgebouwd bij GTTC! Als hier iets samenhangends uit valt te lezen moet het wel de boodschap zijn dat de sfeer bij de club iets robuuster en wilder mag bij tijd en wijle en dat de ratio mannen/vrouwen ongezond uit balans is in het ledenbestand. Maar zoals ik begon in mijn filosofische openingszin is de toekomst onzeker en moet men erop wachten
en niet de illusie hebben dat het grotendeels te fabriceren is. Wij zijn bijvoorbeeld immers ook een beetje een studentenclub en studenten studeren af (als het goed is) en vertrekken dan meestal weer. Dat aspect alleen al maakt het moeilijk voor het (technische) bestuur om een beleid te vormen. Verder zal er met een nieuwe zaal waarschijnlijk een nieuw GTTCgevoel ontstaan waar sommigen bang zijn dat daar enigszins wat cultuur verloren gaat. Maar nostalgie wordt wel eens vaker overschat. Wat niet te onderschatten is, is de significantie van iemand als Rudger die als supersub fungeert. Daar wou ik nog even op terugkomen. Hij is op sportief vlak op dit moment het symbool van GTTC van overvloedige luxe, en gelukkig een
eeuwige student net zoals ondergetekende. Als we al deze kleine bouwstenen van vrijwilligers bij elkaar opstapelen mogen we ons toch wel rijk rekenen. Dus al met al is het in ieder geval nog steeds een fantastische club waar de uiteenlopende meningen in het bestuur en de commissies nog immer balanceren tussen de diepte- en breedtesport en dat zal wel niet gauw veranderen. Voorlopig heeft onze voorzitter bij de nieuwjaarsreceptie een voorziene blik gehad. Hij zei: “De club heeft een stapje terug moeten doen om vervolgens twee stappen vooruit te kunnen zetten!” Betekent dit dat Team 1 in 2012 2e Divisie zal gaan spelen? Wie weet…
2e klasse heren: Onze tegenstanders arriveren een kwartier voor aanvang. Boris zoekt zijn dan nog zijn ‘bondje’ terwijl wij alvast inspelen. In rap tempo worden de wedstrijden afgewerkt. Het begrip inspelen wordt bij de heren vaak ruim genomen, soms gebeurt dit niet en soms gebeurt dit op een wel erg speciale manier. Tijdens de wedstrijd die volgt, is er vaak wel tijd voor een grapje. Toch wordt er zeker wel fanatiek gestreden, dit uit zich in ‘Oliebol’, ‘Hatsaklatsa’, ‘Dastutti’ en andere onvertaalbare kreten. Bij de heren worden er vaak vooroor-
Felisha
logse batjes uit de koffer getoverd waarmee op zeer bijzondere wijze wordt gespeeld. We vragen ons weleens af waarom sommige heren nog een forehandrubber hebben terwijl ze deze nooit gebruiken. Of waar ze hun originele techniek aangeleerd hebben. Zo wordt onze contraservice vaak hoog teruggeschoven. We komen regelmatig materiaalspelers tegen, de reactie van Karin is dan: “NEE, wat moet ik daar mee!”, Felisha weet er vaak wel raad mee, vooral met lange noppenspelers. De meeste mannen vinden het leuk om tegen ons te spelen, ook al kunnen ze het tempo, vanwege hun leeftijd, niet altijd aan. Als ze dan ook nog weten te winnen, kan hun avond niet meer stuk. Na 3 uurtjes spelen, douchen en een biertje, zijn ze vaak snel vertrokken. We kunnen ons dan alvast voorbereiden op de returnwedstrijd. Op een doordeweekse avond spelen we dan in een gymzaaltje in the middle of nowhere. Teamgenoten worden ’s nachts nog op de hoogte gesteld van de uitslag met een wedstrijdverslag van Hans of Robert per mail.
Karin
2e divisie Dames Ruim een uur van tevoren arriveren wij, en onze tegenstanders, bij GTTC. We hebben voor elk team een eigen inspeeltafel. Voorzien van centercourt en voetenbankje beginnen we, in de spotlights, aan ons optreden. Onze coach geeft ons tactische en mentale tips tussen de games. Af en toe nemen wij of de tegenstanders een time-out. Sommige heren in de 2e klasse weten niet eens dat dit bestaat, dus daar is de time-out zeldzaam. De wedstrijden bij de dames zijn vaak meer op tempo en minder op effect. Het spel wordt erg serieus genomen, tijdens de wedstrijden is er weinig contact tussen de teams. Na de wedstrijd is het meestal wel erg gezellig. We
Boris met de beide dames
eten samen een heerlijke maaltijd van Tjaart en drinken nog wat. Spelen we een uitwedstrijd, dan zitten we eerst een tijd in de BMW van Janine. Onderweg is het erg gezellig en worden de meest uiteenlopende dingen besproken (niet-tafeltennis gerelateerd). We krijgen een kopje thee aangeboden en werken daarna onze wedstrijden af. Je speelt vaak tegen dezelfde teams, want zoveel dames zijn er niet in tafeltennisland. Terug in Groningen zijn we een hele zaterdag zoet geweest. Aan het begin van het seizoen streden we voor het kampioenschap, maar dit lijkt nu verkeken. De stap van 2e naar 1e divisie is een stuk groter dan van 2e naar 1e klasse, waar we nog wel kampioen kunnen worden. Onze conclusie? Tja, we hebben twee leuke teams, en zowel bij de heren als bij de dames heb je leuke en minder leuke wedstrijden. Het hangt af van je tegenstanders, het speltype, of je wel of niet je dag hebt. Omdat we niet kunnen kiezen, spelen wij in beide klassen. Dit bevalt ons nog altijd prima! Op de vraag wat nou leuker is moeten we jullie helaas een antwoord schuldig blijven...
Hoe zit het nou Rein(t), ik kom jou naam tegen in het archief van GTTC als Rein maar ook als Reint. Wil je me vertellen hoe je werkelijk heet? Mijn voornaam is Rein afgekort van Reinder. Maar ik werd vroeger door sommigen, ook binnen GTTC, wel eens Reint genoemd. Wanneer ben je gaan tafeltennissen en waarom? Ik ben in 1951, ik was toen 14 jaar, begonnen bij Willy. Die speelden toen in de speeltuinzaal van Ons Belang in Groningen. Maar ik voetbalde en handbalde ook. Het is wel gebeurd dat ik bijna gelijkertijd moest voetballen en handballen. Ik kan me nog herinneren dat ik de 1e helft had gevoetbald, me in de rust snel omkleedde en vervolgens een handbalwedstrijd heb gespeeld. Na de diensttijd heb ik bij DTS in de Moesstraat 1e klas competitie gespeeld. In die periode had ik een conflict met Wouter Pietersma. Ik vroeg hem een keer om een potje te spelen. Zijn reactie was dat hij net daarvoor al tegen een zwakke speler had gespeeld en dat hij nu geen zin meer had. Ik wilde daarna niets meer met hem te maken hebben. Later kwam ik hem tegen in een achtkamp in de Korenbeurs en won van hem. Z’n verbaasde gezicht kan ik me nog goed herinneren. In 1965 gingen Willy en DTS samen in een
nieuwe vereniging Combinatie’65. We speelden aan de Zaagmuldersweg. Toen Combinatie’65 stopte heb ik bij Hoogezand nog een jaar overgangsklasse gespeeld. In die tijd had je ereklasse, hoofdklasse en overgangsklasse, daaronder speelde je in de afdeling. Ook Hoogezand hield als tafeltennisvereniging op en werd opgevolgd door Uildriks, een vereniging die ook al lang niet meer bestaat. Wanneer ben je lid geworden van GTTC? Ik ben omstreeks september 1970 lid geworden van GTTC. We woonden toen in de stad. Omdat er weinig animo was om bestuursfuncties te vervullen werd ik in het seizoen 1972/1973 voorzitter van GTTC. Tot het seizoen 1974/1975 ben ik voorzitter geweest, daarna nam Martinus Rasker het van mij over. Van 1975 tot 1980 ben ik penningmeester geweest van GTTC. Dat er weinig animo was voor bestuursfuncties bleek wel uit het feit dat R. Boerma 2 jaar penningmeester van de club is geweest terwijl hij niet eens lid was van GTTC en ook niets met tafeltennissen had. Wat deed je nog meer bij GTTC? Ik heb mijn jeugdtrainersdiploma gehaald en ben de jeugd met een zeker succes gaan trainen. In het seizoen 1971/1972 promoveerde
het 1e jeugdteam naar de landelijke klasse. In dit team zaten o.a. S. Salomons en J. Bennink. Ik ging met dit team altijd mee om te coachen en te rijden. Heb jij later nog contact onderhouden met Jan Bennink en wat weet je van zijn maatschappelijke carrière bij Numico? Ik weet niets van zijn maatschappelijke carrière (de interviewer brengt Rein op de hoogte van het gigantische bedrag, 62 miljoen, dat Bennink heeft ontvangen bij Numico. Rein is hier niet van onder de indruk). Het was wel een arrogant ventje en hij is volgens mij weggegaan bij GTTC toen hij ging studeren. Zijn teamgenoot Salomons is nog een aantal jaren bij GTTC gebleven en heeft ook in het 1e team van GTTC gespeeld. Kan je het niveau van vroeger met nu vergelijken? Dat is lastig. Het spel was trager en je had meer verdedigende spelers. Bij GTTC ben ik overgegaan op een anti-topspin batje. Ik was
toen de enige speler bij GTTC met dat materiaal en won meteen het handicaptoernooi(de interviewer kon dit in het jubileumboek niet terug vinden. Misschien bedoelde Rein wel een ander toernooi, HM). Ik ben natuurlijk door de leeftijd trager geworden en ben ook verdedigender gaan spelen. Ik heb Rein het jubileumboek ”GTTC, voor u staan wij pal” gegeven en we hebben het over Reins vroegere teamgenoten en de kledij in de jaren ’50 en ’60. Op foto’s uit die periode zie je spelers met de stropdas om en met een colbertje aan. Veel spelers hadden een lange broek aan. Wat herinner jij je daarvan? Martinus Rasker had altijd een lange broek aan en hij speelde met een houten batje. Hij had nooit nieuw materiaal. Rasker en mijn andere teamgenoot Siahaya waren sierlijke spelers. Wij waren voor elke tegenstander een lastig team omdat wij drie verschillende spelers waren. In die tijd speelden we op één dag soms twee wedstrijden om de kosten te besparen. Je had vaak uitwedstrijden in Fries-
Rein de Vries (met baard) te midden van toenmalig voorzitter M. F. Rasker en jeugdspelers J. Bennink en S. Salomons
land en Drenthe en dat waren flinke afstanden. Hoe was de sfeer destijds bij GTTC? Er zijn nogal wat foto’s van jou gemaakt in die tijd o.a. van een dansende Rein de Vries. Sommige mensen vonden GTTC net zoals Be Quick een eliteclub waar men tegen op keek. Over het algemeen vond ik het een leuke tijd. In de Parklaan was het in het begin niet gezellig en was er ook een flink ledenverloop. Toen er een kantine kwam werd het beter. We hadden een 40-jarig jubileumfeest in de bovenzaal in Radeholm en ook dat was gezellig. Er waren ook Duitse gasten uit Cuxhaven en ik had toen een bandje met zeemansliedjes. Dat was een succes, iedereen, vooral de Duitsers, zong mee. Je begint al over de uitwisselingen met Duitse clubs, hoe was dat? Ik ben mee geweest naar Cuxhaven en Ober-
GTTC met de voetjes van de vloer op het jubileumfeest in 1976
kassel. Vooral Oberkassel zal ik niet gauw vergeten. Door de dikke mist waren we ’s morgens pas om 06.00 uur thuis. Waarom ben je weggegaan bij GTTC? Ik ben in september 1981 weggegaan omdat wij naar Hoogezand verhuisden. Ik ben toen naar Beukema gegaan, waar ik nog altijd speel. Heb je nog contact met oud-GTTC-ers? Wij klaverjasten altijd tot 2 jaar geleden bij hotel Aduard. Maar onze club begint aardig uit te dunnen. Afgelopen maand hebben we nog bij Henk Euverman geklaverjast maar van het oude clubje zijn er niet veel overgebleven. Rein bedankt voor dit interview en ik hoop jou op ons 75-jarig jubileum tegen te komen? Graag gedaan en misschien doe ik nog wel mee aan het jubileumtoernooi.
Aanleiding GTTC heeft in zijn rijke historie twee maal het hoogste niveau weten te bereiken. De eerste keer was dames eredivise en de tweede keer was, nog vrij recent, onze jeugd die voor het landskampioenschap ging. Martine Jansen was bij beide hoogtepunten betrokken, de eerste keer als speelster en de tweede keer als begeleidster. Een goede reden om haar te interviewen voor de jubileumratel. Allereerst over de periode dat je met de dames in de hoogste divisies van Nederland speelde, denk je nog vaak terug aan die tijd? Nu tafeltennis geen deel meer uitmaakt van mijn dagelijkse leven, denk ik uiteraard niet zo vaak meer terug aan die tijd. Toen jij contact met me op nam voor dit gesprek, kwamen er echter wel veel herinneringen bij me boven. Ten eerste dat het tot mijn schrik al weer bijna twintig jaar geleden is dat ik, samen met Mariska Postma lid werd van GTTC. Time flies. Daarnaast herinner ik me vooral een geweldige tijd waarin we (Kirsten Heijnen, Mariska en ik, met aan het roer Koos) in 1996, de eredivisie haalden. De club was voor ons hele team een soort van tweede huis waar we veel tijd doorbrachten, zowel achter de tafel als in de kantine.
De buurvrouw van Martine, Ida Meyer, is toevallig ook een oud-GTTC’er. Op het t-shirt van Martine een foto van haar team dat in 1995 kampioen werd in de eerste divisie.
Maar nog altijd reageer ik op het horen van een tafeltennisbal hetzelfde als op het horen van mijn naam. Tafeltennis zit dus wel diep!
Heb je nog contact met je teamgenoten? Het contact is in de loop der jaren verwaterd. Het lijkt me echt erg leuk om ze met het jubileumfeest weer te treffen! Ben wel benieuwd hoe het met een ieder gaat. Ik weet dat Kirsten nog altijd speelt en dat ook Monique Arends weer begonnen is, de andere namen kom ik op tafeltennissites niet meer tegen. Fietsen verleer je niet, tafeltennis ook niet. Veel dames hebben een rentree gemaakt: Cathry Hof, Kirsten Heijnen, Mirjam Hooman. Zit er voor jou ook nog een rentree in? Ruim een jaar geleden ben ook ik in de wilgen geklommen en heb mijn batje daar uit gehaald. Ik was al een aantal jaren daarvoor gestopt met tafeltennis, en heb na mijn moederschap bijna niet meer gesport. Omdat we nu in Assen wonen, ben ik lid geworden van ttv Assen, en kreeg ik training van Peter Baten. Ik merkte hoe erg ik het sporten gemist had, hoe vertrouwd het tafeltennis meteen weer voelde, maar ook dat het niet meer de sport was waar ik mee verder wilde. Ik was toe aan iets nieuws. Dat nieuws is tennis geworden. Wat een openbaring om buiten te sporten! Echt fijn.Mijn favoriete slag is met mijn backhand extreem slicen, maar een ieder die mij nog kent uit mijn tafeltennisverleden, zal hier niet verbaasd van staan te kijken
Ik heb ook nog drie jeugdspeelsters geinterviewd in de leeftijd van 11-16 jaar. Heb jij nog advies voor deze talenten? Plezier en liefde voor je sport is het allerbelangrijkste. Ik vond het vroeger geweldig om hard te trainen, om vol voor de overwinning te gaan, maar zonder de gezelligheid en juiste ondersteuning in je vereniging houd je het niet vol. Als je echt goed wilt worden, moet je zorgen voor een goede omgeving waar je de juiste begeleiding krijgt, waar mensen zijn met een vergelijkbare doelstelling als je zelf. Tafeltennis is een kleine sport, en dat betekent dat je er extra veel voor over moet hebben om bij de top te komen. Als je een beetje goed wilt worden, geldt het zelfde alleen zijn je voorwaarden dan anders. Zo kan ik me voorstellen dat je dan liever in de buurt van je eigen woonomgeving blijft spelen. De huidige hoofdtrainer bij GTTC is Peter Baten, kan hij GTTC naar een hoger niveau tillen? Ik heb Peter als trainer leren kennen bij Ttv Assen en vond het een prettige trainer: veel ervaring, goede oefeningen en goede, op je eigen spel aangepaste adviezen. Uiteraard kan een goede trainer het clubniveau omhoog brengen. Maar als je het echt naar een hoger ‘plan’ wilt tillen, is er meer nodig dan een goede trainer, dan gaat het ook over het kader, je moet er als club voor kiezen en staan. Wat zou een nieuw, eigen home, op dit vlak kunnen betekenen? Dit speelt binnen de club al jaren. Het gebouw aan de Verlengde Lodewijkstraat is natuurlijk erg eigen voor GTTC. Het is altijd
echt ons honk/hol geweest. Als je als club weer naar boven zou willen kijken, lijkt het mij een goed idee om toch uit te kijken naar een ander onderkomen. Tafeltennis is volgens mij aan het vergrijzen, en het kan wel een frisse input gebruiken. Volgens mij trekt een ander onderkomen meer nieuwe leden aan. Wat is je huidige band met GTTC (ik begreep dat je nog altijd contact met een aantal mensen hebt zoals bijv Jan Willem van der Werf)? Tafeltennis is altijd een groot onderdeel geweest in mijn leven, en binnen dat tafeltennisleven was GTTC helemaal mijn club (alhoewel de Boys ook een speciale plek in mijn hart heeft). De band met GTTC is in de loop der jaren wat afgenomen, maar ik heb nog altijd contact met een aantal (ex)GTTC-ers, en deze vriendschappen zijn zeer waardevol voor mij. Tegen (Stephan Hakkers) of met ze (Bob Klaassen)tennissen is vooral erg leuk en voelt meteen vertrouwd. Het WK is dit jaar in Nederland. Als jemocht kiezen tussen drie gratis zitplaatsen voor jou, Jan en zoon Gijs voor het WK in Rotterdam, of de Groninger koek die ik nu heb meegenomen, wat zou je dan kiezen. Naar het WK natuurlijk! In ons archief zit nog een foto waarin veel GTTCers op de tribune zitten in Eindhoven met een spandoek met Russische tekst voor Vladimir Samsonov en Samsonov zelf zit tussen alle gttc-ers in. Weet jij nog wat er op dat spandoek stond? Jazeker, dat spandoek hadden we gemaakt met behulp van Jarmila Smisterova (ook ex teamgenoot van mij en nu vrouw van Titus). Op het doek vroegen we aan Samsonov of hij bij GTTC wilde komen spelen. Samsonov reageerde hier heel leuk op. Het doek is zelfs op tv geweest en Ted van de Meer was toen de verslaggever en nam ons aanbod aan Vladi
echt serieus. Hij noemde dat dat erg leuk zou zijn voor GTTC. GTTC kent het houten en het zilveren bat. Als er ook een gouden GTTCspeld uitgereikt zou worden, wie zou die moeten krijgen? Als er een aparte voor de jeugd uitgereikt zou worden zou ik voor de jeugd een geven aan het duo Hetty Klok en Anita Spoelstra. Zij hebben zo goed werk verricht met de jongste jeugd, jaar in en jaar uit. Ze hebben de liefde voor de sport doorgegeven, en naast goede opvang voor de kinderen ook goede contacten met de ouders van deze jonge kinderen verzorgd. Kijkend naar de gehele club valt er bijna niet te kiezen, er zijn zoveel mensen geweest die de afgelopen jaren zich hebben ingezet voor de club! Tot slot: kom je ook op het jubileumfeest en als ze op het feest “ I want to dance with somebody “ van Whitney Houston draaien, met wie stap je dan de dansvloer op? Ik ben zeker van plan op het feest te komen, en als eerste wil ik natuurlijk dansen met mijn oude teamgenoten. Ik hoop dat ze er allemaal zullen zijn.
•N aam: Bastiaan ter Bekke •B ijnaam: Bassie •G eboortedatum: 16-01-2000 •G eboorteplaats: Groningen •B roers/zussen? Twee zusjes •S chool: ODS de Starter • V erliefd/verkering? Geen van beiden • L id van GTTC sinds: februari 2011 •H oe ben je in aanraking gekomen met tafeltennis? Nou Gijs deed het ook en ik was wel nieuwsgierig. •M et wie train je graag? Gijs •W at vind je van je trainer? Ik vind Hugo een leuke trainer •S peel je thuis of op school ook nog tafeltennis? thuis •B en je van plan om in september competitie te gaan spelen? Ik weet het niet • V ind je dat je het op de club goed kan merken dat we dit jaar 75 jaar bestaan? Ik heb er nog niet zo veel van gemerkt. • A ndere hobby’s: Voetbal, basketbal, lezen, gym, buiten spelen • L aatst gelezen boek: Wiet Waterlanders Preventia in gloria • L aatste bioscoopfilm: Narnia en het reis van het drakenschip • F ijne muziek: popmuziek • F avoriete tv-programma: huis Anubis •M eest bezochte internet-site: youtube
•W aar zou je nog heel graag op vakantie naartoe willen? Spanje • L ekkerste snack/drankje uit de kantine: aquarius • T ot nu toe op de club het meest tevreden over: Over wat we leren • E n het minst: Nou ik denk dan toch niets •W il je ergens op terugkomen of verder nog iets kwijt? Nee
•N aam: Elco van Tromp Boomsma •B ijnaam: Tromp(ie) •G eboortedatum: 22 maart 1964 •B roers/zussen? 2 (1+1) • V erliefd/verloofd/getrouwd? Samenwonend met Janneke •W erk/baan: Grafisch vormgever bij Dagblad van het Noorden • L id van GTTC sinds: 1 december 1987 •W aarvan hoeveel jaren competitie gespeeld: sinds het begin •H uidige teamgenoten: Kees van der Kamp, Chris van Boetzelaer en Piet van Gijssel •M ooiste tt-moment tot nu toe: recent van mijzelf: overwinning op Peter Schultz met 12-10 in de vijfde doordat hij fout serveerde. Verder te veel om op te noemen. •G rootste verschil eerste jaren lidmaatschap GTTC met nu: het grootste verschil ben je zelf •H oe vaak heb je dit millennium al een training bezocht? 2 keer •K un je je de naam van de trainer nog herinneren die jou die bh-oerknal heeft geleerd? autodidact •H oeveel jaren al verantwoordelijk voor de lay-out van de Ratel: ik denk sinds 2003 • A ndere hobby’s: fietsen, (berg)wandelen • F avoriete vakantiebestemming: Zwitserland • L aatste bioscoopfilm/dvd: Inception • L aatst gelezen boek: Ik lees niet •M eest (niet voor je werk) bezochte internet-site: Autoweek • F avoriete tv-programma: De wilde keuken, KVW, Little Britain •M et die droge humor van je, zelf nog fan van een bepaalde comedian? Najib Amhali en Herman Finkers • F ijne muziek: U2 •W elke plaat zou je graag willen aanvragen op het slotfeest in de Walrus? Ben ik met vakantie. Als ik er zou zijn dan George Michael - Papa Was A Rolling Stone.
•O p de club het meest tevreden over: organisatie • E n het minst: trainingstijd en gebrek aan vrijwilligers •W il je ergens op terugkomen of verder nog iets kwijt? Een club houd je draaiende door naast je lidmaatschap iets actief terug te doen.
Wanneer ben je lid geworden van GTTC en waarom is het b.v. geen voetbal geworden? Ik miste (net) het jubileumuitstapje naar Oberkassel, bij Lübeck, dus in het seizoen 1961/62. We kwamen met een groep van de speeltuinvereniging Helpman-Oost waarvan mijn HBS-klasgenoot Cor Dieters mij voorging. Hij was wel naar Oberkassel geweest. Ik kon redelijk voetballen (Be Quick B2), maar beter pingpongen. In de Ratel van 10 januari 1962 word je voor zover ik dat heb kunnen achterhalen voor het eerst genoemd. Je hebt in de persoonlijke ranglijst van de 11 wedstrijden er 10 gewonnen. GTTC had toen 1 jeugdteam. Speelden jullie in een provinciale of regionale competitie en weet je nog waar je naar toe moest in die tijd? De jeugdcompetitie was in oprichting. Jeugd speelde daarvoor tegen elkaar in toernooien (kersttoernooi Argus op de zolder van café Staalstra en het paastoernooi bij Ons BelangZaagmuldersweg) Ik weet nog wel dat het status had om dispensatie te hebben om bij de senioren te mogen spelen. In seizoen 62/63, toen was ik 16, kreeg ik die (ook). Hoe het verder met de jeugd ging weet ik niet. Hoe werd het vervoer geregeld in die jaren? Naar toernooien reden ouders wel eens (ik herinner me St. Jacobiparochi) verre toernooien Deventer (Swift en DTTC) met de trein. In de seniorencompetitie werd er met de auto gereden, Ik herinner me 2e klasse wedstrijden in Leeuwarden en Lemmer (teamgenoot Ton Doorduijn reed met zijn oude Vauxhall)
Naar NK-jeugd in Alfen aan de Rijn 1964? ben ik met 2 andere talenten per auto (Morris Minor zonder bodem) bij -10C vervoerd door de NTTB-noord bons die ook trainingen door Bert Onnes voor die talenten (me inclusive) regelde. Heb je nog enig idee met wat voor materiaal je destijds speelde? Kreeg je advies vanuit GTTC met wat voor materiaal je het beste kon spelen? Van de trainer? Of was er geen trainer? Er was eerst geen trainer. Soms werd aan ALO-studenten gevraagd om een (trainingavond) aan de conditie van de spelers te werken. Ik heb daar spierpijnlijke herinneringen aan. Goede spelers van andere clubs trainden (omdat ze hier studeerden) regelmatig mee. Ik herinner me Jeen Stoker en Abel Abeln (Emmercompas). Daar speelden wij dan ook mee/tegen. Later, ik denk na ‘64 is Arie Ritsema 1 avond per week clubtrainer geworden. Het materiaal was (net als nu) modegevoelig. Het schuim was qua dikte beperkt. In 1960 werd door wat we nu materiaalspelers noemen nog met >1cm. dik wafelschuim zonder rubber gespeeld. De gladde kant boven kwam rond 1965 op. Je kocht gewoon een batje bij een gespecialiseerde sportwinkel, plakken bestond nog niet. Martinus Rasker was toen al een retro met een (enorm) plankje. In het seizoen 1962/1963 speelde je voor het eerst bij de senioren en wel in de 3e klasse. Heb jij nog contacten/vriendschappen over gehouden aan je 1e jaren bij GTTC? Nee
In de competitie 1963/1964 werden jullie kampioen in de 2e klasse. Jij had 39 van de 45 wedstrijden gewonnen en een percentage van 86,67 %. Hoe kwam het dat je in zo’n korte periode zo veel progressie maakte? Ik speelde in een team met de studenten Pim Heemstra en Ton Doorduijn. Mijn progressie zat volgens mij vooral in de centrale talenttrainingen van de NTTB-noord, door Bert Onnes, toen de beste speler van NL. Die trainingen waren bij GTTC. Daarnaast was er een degrading van de competitie, doordat een aantal noordoostelijke competities werden gespitst in een Groningse,Drentse en Friese. Voor een deel was het dus schijn. In de Ratel van 9 november 1964 stond in een “wist je datje” dat Kees v.d. Kamp net zoveel % in de 1e wil halen als vorig jaar in de 2e klasse. Volgend jaar speelt hij overgangsklasse en het jaar daarop kunnen we hem wel uitzenden naar de WK! Hoe vond je dat en hoe kijk je daar nou naar terug? Het was een grapje. Wat betekende tafeltennis voor jou in die jaren? Het was mijn hoofdsport, naast volleybal (schoolclubteam) en zeilen. Er waren in die jaren bij GTTC ook al klaverjasavonden. Op deze avonden werd ook altijd canasta gespeeld. Jij deed mee met canasta. Wat is dat voor een spel en waarom werd je vaak 2e. Dat past toch niet bij zo’n fanatieke speler? Kon je wel omgaan met nederlagen?
Ik kon toen beter tegen nederlagen dan nu (denk ik). Ik weet niet meer waarom ik het canasta niet heb gewonnen. Net als bij klaverjassen is er een grote geluksfactor. Canasta is een soort 21-en met 108 kaarten (2 spellen +4 jokers) met een partner en een strategie van wel/niet/wanneer/hoe -kaarten op tafel.
In de algemene ledenvergadering van 24 mei 1964 in “de Faun” was er een discussie over de verhoging van de contributie met 25% van 2 gulden per maand naar 2,50 gulden. Sommige leden dachten dat dit voor studenten bezwaar kon opleveren. Jij torpedeerde deze bezwaren en gaf aan dat het geen bezwaar opleverde. Kom jij uit een rijk milieu en betaalden jouw ouders deze forse contributieverhoging wel? Een pilsje/frisje kostte toen al meer dan f 1,00 Ik denk dat dat mijn argument was. Ik was toen 17, dus het torpederen zal wel wat zijn meegevallen. Was jij in die tijd al student en moest je de contributieverhoging uit eigen zak betalen? In 1964 zat ik op de HBS en had een krantenwijk. Mijn ouders betaalden de contributie. Dat jaar kochten mijn ouders hun eerste auto (Ford Cortina –nieuw-) Met Pinksteren 1965 werden Nederlandse teams door de Duitse tafeltennisvereniging “Tus Oberkassel” uitgenodigd om enige wedstrijden te spelen op Ameland. Het schijnt nogal gezellig te zijn geweest en je hebt daar furore gemaakt. Je werd o.a. uitgemaakt voor versierder/Casanova. Waren jouw veroveringen vooral Duitse dames of zaten er ook nog Nederlandse vrouwen bij? Vertel Kees, het is lang geleden dus de waarheid mag nu boven tafel komen. Het betrof een terugbezoek van de jubileumexcursie van 1961, voor mijn GTTC-tijd. Mijn contacten met de Duitsers waren denk ik o.a. daardoor beperkt tot de wedstrijden. Mijn versiercapaciteiten zijn wel mooi beschreven, geheel voortkomend uit de fantasie van de schrijver. Ik heb denk ik wel mijn onhandige best gedaan, maar niet op Duitse dames. In het seizoen 1965/1966 speelde je in het 1e team in de overgangsklasse. Wat was de speelsterkte van de overgangsklasse in vergelijking met nu? Ik denk tussen 1e en 2e divisie
Vanaf 1966/1967 kom ik je niet meer tegen in de teams van GTTC. Ben je dan gestopt en waarom? Toen ik ging studeren vond ik dat ik geen tijd meer had voor tafeltennis op het niveau waarop ik toen trainde. Ik heb daar wel een tijdje over getwijfeld, het studeren ging ook niet zo goed, maar ik stortte mij wel in het studentenleven. Ik ben in 1967 bij een studentenvereniging gaan volleyballen. In december 2003 heb je je als lid weer aangemeld bij GTTC. Had je in de tussenliggende jaren nog getafeltennist? Ik heb 1 seizoen gespeeld (geen competitie) in Winschoten (WTTC) ik meen in 1984/85. Is het niet lastig om te ervaren dat je vroeger veel beter was dan nu? Nee, ik ervaar me niet als slechter of beter dan mijzelf. Wat zijn de grote veranderingen tussen het GTTC van vroeger en van nu? De eigen ruimte is de grootste verbetering. De wens daartoe leefde al wel heel erg. De speelzaal toen (Radebinnensingel) was kleiner (max 4 tafels), er was maar 1 kleedkamer (zonder douche). Dat GTTC al heel lang de organisatie van de trainingen centraal stelt is denk ik wel een goed concept. Ik merk wel dat het ook een zekere interne separatie in de hand werkt. GTTC is nu veel groter dan toen , maar eigenlijk is er ook veel vergelijkbaar, een relatief grote vereniging van een kleine sport, steunend op een paar mensen en afhankelijk van veel vrijwilligers. Het spel staat centraal, maar de mensen waarmee je speelt zijn het belangrijkst voor mijn speelplezier. Bedankt Kees
Lieve Neeltje,
Beste Wouter, Om meteen maar met de deur in huis te vallen: waar was je toen Heren 1, het team waar jij ook deel van uitmaakt, op 22 april in Middelstum, in de bloedstollende beslissingswedstrijd tegen Appelscha, promotie naar de 3e divisie afdwong? Ik heb begrepen dat het ontgroeningsprogramma van een of ander dispuut van Albertus Magnus de reden van je afwezigheid was. Ontgroening. De term alleen al. Voor iedereen die een beetje een GTTC-hart heeft bestaat dit woord eenvoudigweg niet! Dat je op de avond zelf telefonisch contact hebt gehouden met je teamgenoten pleit nog enigszins in je voordeel. Het zou je echter sieren (en je geloofwaardigheid op de club goed doen) als je mij en de rest van de achterban enige tekst en uitleg zou kunnen geven waarom je op die bewuste Goede Vrijdag in plaats van GTTC de voorkeur hebt gegeven aan je studentenvereniging. Ik ben benieuwd. Groeten (die 3 dikke kussen laat ik vooralsnog even achterwege), Neeltje
Je vraagt mij waarom ik niet aanwezig was tijdens de beslissingswedstrijd van mijn eigen team voor promotie naar de derde divisie. Ik was of op dat moment op Albertus omdat de vrouw-man verdeling daar ten opzichte van GTTC gunstiger is, 55%-45% om precies te zijn. Of ik was op dat moment druk bezig om een TTAM op te richten, TafelTennis Alberti Magni. We hebben al een TAM, de tennisvereniging van Albertus en het leek mij een goed plan als er ook een tafeltennisvereniging kwam. En dan vervolgens een mooie samenwerking op gang zetten met GTTC (komt de bieromzet zeker ten goede). Wat het precies was weet ik niet meer, ik had namelijk al heel wat goudgele pretcilinders achter de kiezen. Nee, dat is niet waar. Ik weet het alweer nu ik wat beter nadenk: ik was niet op Albertus op het moment van de beslissingswedstrijd maar in de trein richting thuis-thuis. Ik had inderdaad net een ontgroening achter de rug van een of ander dispuut, beter bekend als: G.H.D. Babylon. De ontgroening duurde drie weken en daarvoor was ik ook al een tijdje niet thuis geweest, zes weken in totaal. Vandaar dat ik naar thuis-thuis wilde, had dit ook al gepland voordat de datum van de beslissingswedstrijd bekend was. Daarnaast ben ik gevraagd voor het dagelijkse sociëteitsbestuur van Albertus, dat houdt
in dat ik aankomend jaar een uur of vijfentwintig per week op Albertus aanwezig zal zijn om de boel draaiende te houden en dat komt niet bepaald ten goede van m’n studie. Ik had dit wel even via een belletje laten weten aan mijn ouders, maar die wilden er toch wat meer vanaf weten. Vandaar dat ik dat weekend naar ze toe zou gaan. Bovendien was ik ook blut - mede door de hoge contributie van GTTC (voor een student)
- en dan is een weekendje op kosten van de ouders wel even lekker. Enfin, natuurlijk zijn dit allemaal slappe excuses, maar het kwam nou eenmaal zo uit helaas. Vond het zelf uiteraard ook heel jammer dat ik er niet bij kon zijn. -xxx-
1) Wie was in het seizoen 1983/1984 clubkampioen bij de senioren? (voornaam). 2) Bij het 10-jarig jubileum van GTTC schreef de secretaris van een bevriende vereniging een artikeltje over GTTC en karakteriseerde onze vereniging als een club zonder uitblinkers. Welke bevriende vereniging was dat? 3) In de 50er jaren van de vorige eeuw werden de algemene ledenvergaderingen in een caférestaurant in de Herestraat gehouden. Wat is de naam hiervan? 4) Wat is de voornaam van de persoon die op dit ogenblik het langste lid van GTTC is? (hiermee wordt niet de lengte van een persoon bedoeld) 5) Geen haar op zijn hoofd denkt eraan om komend seizoen 3e divisie te gaan spelen. Wat is de achternaam van deze speler uit het 2e team? 6) Wat is de voornaam van de speler die in het voorjaar van 2008 bij de jeugd met zijn team 2e van Nederland werd en tegenwoordig in het 1e of 2e team van Argus acteert? (Bij het maken van deze vraag was het nog niet bekend of het 2e team van Argus doorschuift naar het 1e team) 7) Wat was de achternaam van de secretaris van GTTC in 1967/1968? 8) Wat is de voornaam van een voormalig GTTC-er die komende competitie bij Enjoy & Deploy in één team gaat spelen met Li Jiao? 9) Hoe heet onze afdeling? 10) Wat is de voornaam van de secretaris van het bestuur van GTTC? 11) Wat was de voornaam van de coach van het 1e jeugdteam van GTTC dat 2e van Nederland werd? 12) Wat is de voornaam van de speler die bij de service met één knie bijna de grond raakt? Om het nog gemakkelijker te maken hij wordt ook wel de Russische psychiater genoemd. 13) De hele familie tafeltennist bij GTTC. Zij is de jongste van het stel. Ze wonen in Haren. Wat is haar voornaam?
14) Elke vereniging heeft een voorzitter nodig. Wij zijn blij dat wij er ook één hebben. Wat is zijn voornaam? 15) Wat trek je uit de muur wanneer je bij GTTC een competitiewedstrijd speelt en na afloop je teamgenoten en de tegenstanders op een consumptie wil trakteren? 16) Wie is voor veel tegenstanders een moeilijk te nemen hindernis met zijn verdedigende spel en met zijn noppen? De voornaam graag van deze speler uit het 2e herenteam. 17) Wat is de naam van de tafeltennisvereniging in Loppersum? 18) Wat is de achternaam van Nel? Zij speelde afgelopen seizoen met Sandra, Lonneke en Tim. Mocht je een aantal vragen niet meteen kunnen beantwoorden, dan kan je teruggrijpen op het 60 jarig jubileumboek “GTTC, voor u staan wij pal”. Stuur de volledige oplossing van de puzzel voor 1 augustus 2011 op naar
[email protected]. Op onze feestavond op 3 september worden de goede inzenders beloond met een mooie prijs. Indien er meer dan 2 goede inzendingen zijn dan zal onder de goede inzenders om de prijzen worden geloot. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18
Best lastig, die vragen.