TANERA
Kwalitatief onderwijs voor volwassenen in Aalst.
COMPUTEROPERATOR 580 Lt
NETWERKTECHNICUS Computerbesturingssystemen 1 (60 LT) Deze module verzorgt het aanbrengen van de basiscompetenties voor het installeren van en werken met een besturingssysteem van een computer. (meer details)
• • • • • • • • • • • •
De werking van een besturingssysteem van een stand-alone computer begrijpen. Het principieel opstartproces van een klassiek besturingssysteem van een standalone computer toelichten. Een systeemsoftware voor een PC instellen. Een configuratie van een besturingssysteem uitvoeren. Bestanden van een besturingssysteem beheren. Programma’s van een computersysteem beheren. Multi-taskingmogelijkheden van een besturingssysteem op een stand-alone computer aanwenden. Multimediamogelijkheden van een besturingssysteem gebruiken. Een helpfunctie van een besturingssysteem gebruiken. Installatiemogelijkheden van een besturingssysteem toepassen. Een configuratie van softwarebouwstenen van een besturingssysteem uitvoeren. Een besturingssysteem personaliseren, beveiligen en onderhouden.
Computerbesturingssystemen 2 (60 LT) Deze module wordt aangewend om het behandelde besturingssysteem uit de eerste module verder uit te diepen of om een tweede besturingssysteem te behandelen. (meer details) • • • •
Een multibootconfiguratie voor een PC opstellen. Externe toegangsmogelijkheden bij een besturingssysteem instellen en gebruiken. Een opdracht van een besturingssysteem automatiseren. Een dynamische koppeling tussen gegevens bij een besturingssysteem leggen en gebruiken.
Computer- en assemblagetechnieken (60 LT) Deze module behandelt de basiscompetenties voor het assembleren van een computersysteem. (meer details) • • • • • • • •
De principiële werking van een stand-alone computer en de diverse onderdelen verklaren. Inzicht verwerven in de technieken om binaire en hexadecimale getallen om te zetten bij een stand-alone computer. De omzetting kunnen toelichten van analoge in digitale signalen en omgekeerd. Een RAM-geheugen op een moederbord voor een PC aansluiten. Een harde schijf op een moederbord voor een PC aansluiten. Een harde schijf voor de werking van een PC voorbereiden. Een basissysteem voor een PC op maat samenstellen. Een systeemsoftware voor een PC instellen.
Randapparatuur (60 LT) Deze module behandelt de basiscompetenties nodig voor het installeren van randapparatuur bij een computersysteem. (meer details)
• • • • •
De principiële werking van randapparatuur van een stand-alone computer verklaren. Massaopslagsystemen, weergavesystemen en invoersystemen voor een PC catalogiseren, de werkingsprincipes ervan verklaren, de systemen installeren, configureren en gebruiken. Digitaliseringsystemen voor beeld en geluid voor een PC catalogiseren en de werkingsprincipes ervan verklaren, de systemen installeren, configureren en gebruiken. Communicatiesystemen voor een PC catalogiseren en de werkingsprincipes ervan verklaren, de systemen installeren, configureren en gebruiken. PC en randapparatuur fysiek op een correcte, veilige en optimale manier met elkaar kunnen verbinden, desgevallend de connectoren aanpassen.
Onderhoud en herstellingen (60 LT) Deze module behandelt de basiscompetenties nodig voor het onderhouden en uitvoeren van herstellingen aan een computersysteem. (meer details)
• • • • • • • • • • • • • • • •
Inhoudelijke en technische ondersteuning bieden. Problemen van de klant in een langetermijnperspectief verhelpen. Een RAM-geheugen en een harde schijf op een moederbord voor een PC aansluiten. Een harde schijf voor de werking van een PC voorbereiden. Fouten in de werking van basiscomponenten van een PC opsporen, identificeren en verhelpen. Fouten in de samenwerking van basiscomponenten van een PC opsporen, identificeren en verhelpen. Fouten in de werking van randapparatuur bij een PC opsporen, identificeren en verhelpen. Fouten in de werking van een systeem- en besturingssoftware bij een PC opsporen, identificeren en verhelpen. Een hulpprogramma voor foutendiagnose, herstel en onderhoud van hard- en software bij een PC gebruiken. Een antivirussoftware voor een PC gebruiken. De klant adviseren i.v.m. de relevantie van een herstel. Software systematisch, preventief updaten. Een oproep voor een eerstelijns telefonische ondersteuning voor een PC beantwoorden en afhandelen. Bij telefonische ondersteuning gebruik maken van een probleemoplossingsbestand. De klant van op afstand begeleiden bij het uitvoeren van testen. Een besturingssysteem onderhouden.
Beveiliging (60 LT) Deze module behandelt het beveiligen van een computersysteem. (meer details) • • • •
Beveiligingsmogelijkheden in een netwerk toelichten. Een antivirussoftware voor een PC gebruiken. Een besturingssysteem beveiligen. Een netwerk tegen aanvallen van buitenaf afschermen.
Project CO/NT (40 LT) Deze module verzorgt projectmatig het implementeren en integreren van de basiscompetenties van de opleiding. (meer details) • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Een planning opstellen. Voor het samenstellen van een computersysteem een plan opmaken. Een systeem leveren. Een technische werkopgave lezen. Een installatie doorvoeren. Een bestelling doorgeven. Een eigen voorraad beheren. Een bestek aanvragen. Documentatie over een systeem van een klant bijhouden. Zich over een opdracht informeren. Een oplossing voorbereiden. Een praktische voorbereiding treffen. Een interventiebon invullen en door de klant laten tekenen. Een dagrapport bijhouden. Een tijdsverantwoording indienen. Na elke interventie functioneel testen. Herhaaldelijk terugkerende fouten isoleren, analyseren en rapporteren. Een beroep op expertise en tools doen. Inhoudelijke en technische ondersteuning bieden. Problemen van de klant in een langetermijnperspectief verhelpen. Kennis delen.
Basis netwerken (60 LT) Deze module behandelt de basisprincipes van netwerken, in het bijzonder de peer-to-peer netwerken. (meer deatails)
• • • • • • • • •
Een bestelling doorgeven. Inzicht hebben in technieken om binaire en hexadecimale getallen om te zetten bij een stand-alone computer. Basismodellen voor een netwerk situeren. Soorten netwerken situeren. Basistechnieken van datacommunicatie bij een netwerk toelichten. Een peer-to-peer netwerk installeren. Apparaten voor een peer-to-peer netwerk kiezen. De aanmelding en de beveiliging van een peer-to-peer netwerk instellen en gebruiken Bronnen van een peer-to-peer netwerk op gebruikersniveau ter beschikking stellen.
• • •
Netwerkbronnen bij een peer-to-peer netwerk beheren en controleren. Kabels trekken tussen de verschillende componenenten. Een switch installeren.
Netwerktechnologie (60 LT) Deze module behandelt verschillende soorten netwerktechnologieën. (meer details)
• • • • • • •
Technieken om binaire en hexadecimale getallen om te zetten bij een stand-alone computer begrijpen. De werking van een gelaagd communicatiemodel bij een netwerk toelichten. De werking van een communicatieprotocol bij een netwerk toelichten. Een adressering bij een netwerk begrijpen. De noodzaak van aanvullende applicatieservices bij een netwerk toelichten. Mogelijkheden om een netwerk op te bouwen toelichten. Beveiligingsmogelijkheden in een netwerk toelichten.
Draadloze netwerken (60 LT) Deze module behandelt de basiscompetenties aangaande draadloze netwerken. (meer details)
• • • • • • •
Normen, technologieën en producten voor een netwerk met draadloze componenten kiezen. Een netwerk met draadloze componenten installeren. De hardwareonderdelen voor een netwerk met draadloze componenten installeren. Een netwerk met draadloze componenten beveiligen. In een netwerk met draadloze componenten fouten opsporen. Een netwerk met draadloze componenten en een vast netwerk met elkaar koppelen. De apparatuur voor een netwerk met draadloze componenten kiezen.
Switches en routers (60 LT) Deze module behandelt de basiscompetenties voor switches en routers in netwerken. (meer details) • • • • •
Een gebruikersinterface voor een router in een netwerk gebruiken. Een router in een netwerk programmeren. Een netwerk tegen aanvallen van buitenaf afschermen. Netwerken met elkaar verbinden. Netwerken met internet verbinden.
VLAN’s en WAN’s (60 LT) Deze module behandelt de basiscompetenties voor VLAN- en WAN-netwerken. (meer details) • • • •
Een VLAN implementeren. Een netwerk tegen aanvallen van buitenaf afschermen. Netwerken met mekaar verbinden. Netwerken met internet verbinden.
Cliënt-server-netwerk 1 (60 LT) Deze module behandelt de basiscompetenties voor cliënt-server gebaseerde netwerken vooral langs cliënt zijde. (meer details) • • • • • • • • • •
Een cliënt-server-netwerk installeren. Individuele gebruikersaccounts in een cliënt-server-netwerk opstellen. Basisdirectory’s in een cliënt-server-netwerk opstellen. Lokale gebruikersprofielen in een cliënt-server-netwerk opstellen. Een systeembeleid in een cliënt-server-netwerk opstellen en gebruiken. Groepaccounts in een cliënt-server-netwerk opstellen. Netwerkbronnen in een cliënt-server-netwerk vastleggen, beheren, controleren en beveiligen. Een netwerkprinter in een cliënt-server-netwerk configureren en beheren. Gebeurtenissen in een cliënt-server-netwerk vastleggen en controleren. Backups in een cliënt-server-netwerk plannen en uitvoeren.
Cliënt-server-netwerk 2 (60 LT) Deze module behandelt het aanbrengen van de basiscompetenties voor cliënt-server gebaseerde netwerken vooral langs server zijde. (meer details) • • • • • • • • • • • •
Software in een cliënt-server-netwerk vanaf de server installeren en verspreiden. Een geautomatiseerde installatie van een besturingssysteem in een cliënt-servernetwerk uitvoeren. De volledige configuratie van een cliënt-server-netwerk uitvoeren. Een fouttolerant schijfsysteem in een cliënt-server-netwerk gebruiken. Centrale gebruikersprofielen in een cliënt-server-netwerk beheren. Een cliënt-server-netwerk beveiligen. Met verschillende cliënts in een cliënt-server-netwerk werken. Remote access service in een cliënt-server-netwerk toepassen. Met verschillende servers een cliënt-server-netwerk opbouwen en beheren. Een netwerkmonitor in een cliënt-server-netwerk gebruiken. Fouten in een cliënt-server-netwerk opsporen en herstellen. Noodvoedingssystemen in een cliënt-server-netwerk installeren en gebruiken.
Internet netwerken (60 LT) Deze module behandelt de basiscompetenties met betrekking tot de op IP gebaseerde netwerken. (meer details) • • •
TCP/IP-protocollen in een inter-netwerk gebruiken. IP-adressen in een inter-netwerk toekennen en beheren. Naamresoluties met gespecialiseerde servers in een inter-netwerk uitvoeren.
• •
Een webserver en een mailserver in een inter-netwerk opstellen. Hulpprogramma’s voor netwerkbeheer in een inter-netwerk gebruiken.