Community Project
Fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark F. Choi, M. Hartings, A. Peymani, D. Thuijs, D. Visser, J. van de Wouw Erasmus MC University Rotterdam, the Netherlands
Samenvatting Sporten is een van de factoren die bijdraagt aan de fysieke en de geestelijke gezondheid. In Rotterdam is er een groot verschil tussen de wijken (Centrum en Pernis) in hoe mensen hun gezondheid ervaren. De gemeente Rotterdam probeert door middel van verschillende initiatieven de gezondheid in deze wijken te bevorderen. Een van die projecten zijn de in december 2012 geplaatste fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark, deelgemeente Feijenoord. Dit onderzoek brengt in kaart hoeveel mensen van het bestaan van de fitnesstoestellen af weten en hoeveel mensen er gebruik van maken. Wij hebben zowel enquêtes als interviews afgenomen in het park om zowel kwantitatieve als kwalitatieve informatie te verkrijgen. Uiteindelijk hebben we 55 enquetes en 8 interviews afgenomen. In de interviews waren mensen over het algemeen positief over de fitnesstoestellen. De mensen die gebruik maakten van de toestellen proberen dit bijna elke dag te doen. Maar deze personen geven aan dat veel toestellen niet naar behoren te gebruiken zijn. Dit omdat ze te zwaar zijn of al kapot zijn. Uit de enquetes blijkt dat 84% van de bezoekers van het park op de hoogte is van de fitnesstoestellen. Daarvan gebruikt 52% de fitnesstoestellen. Van de mensen die bekend zijn met de fitnesstoestellen is maar slechts 30% op de hoogte van de sportbegeleiding. We concluderen dat de toestellen nu nog te weinig gebruikt worden, maar we doen wel aanbevelingen om het gebruik te stimuleren.
Inleiding Sporten is goed voor de gezondheid, zowel op de korte als de lange termijn. Het verlaagt de kans op sterfte en op het ontstaan van osteoporose, hypertensie, diabetes mellitus type 2, colonkanker, angst en depressie(1,2). Inactiviteit is daarentegen de vierde belangrijkste doodsoorzaak wereldwijd en een belangrijke vermijdbare risicofactor voor ziektes zoals hart- en vaatziekten, diabetes mellitus type 2 en kanker(3,4). Goede redenen dus om regelmatig te sporten. Helaas voldeed in 2008 volgens de SportersMonitor 2008 studie slechts 68 procent van de Nederlanders aan de Richtlijn Sportparticipatie Onderzoek (RSO) norm(5). Om aan deze norm te voldoen moet iemand minimaal twaalf keer per jaar sporten(5). In Rotterdam was dit percentage nog lager, slechts 58 procent in 2009. Dit varieerde van 67 procent in deelgemeente Centrum tot 49 procent in deelgemeente Pernis(6). Hier is dus veel verbetering mogelijk. Dit is ook vastgesteld door de gemeenteraad in de Sportnota Rotterdam 2016. Dit is verder uitgewerkt in het Uitvoeringsprogramma Sport (UP Sport). Eén van de doelen van het UP Sport is dan ook om de sportparticipatie van Rotterdam tot 70 procent te verhogen in 2016, waarbij extra aandacht wordt besteed aan de deelgemeentes die laag scoorden in 2009(6). Er is veel onderzoek gedaan naar mogelijkheden om mensen te motiveren om meer te gaan bewegen. Een optie is om de fysieke omgeving te veranderen door meer locaties te bieden aan mensen om te sporten. Zo kan er gedacht worden aan het plaatsen van parken, outdoor fitnesstoestellen en andere openbare sportfaciliteiten. Uit onderzoek is gebleken dat dit een positief effect kan hebben op de sportparticipatie van de omgeving(7,8,9,10). In Rotterdam zijn er daarom als onderdeel van het UP Sport door de gemeente op meerdere locaties outdoor fitnesstoestellen geplaatst, in de hoop bewoners te faciliteren om te bewegen. Een van deze locaties is het Afrikaanderpark. Voor dit project hebben wij het gebruik van deze fitnesstoestellen door Community Project | Fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark
Page 1 of 13
volwassenen onderzocht en in kaart gebracht. Het doel van deze studie is de volgende vragen te beantwoorden:
Wat voor mensen maken gebruik van de fitnesstoestellen? Wat zijn de drempels en drijfveren bij het gebruik van de outdoor fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark? Zien ze nog meer mogelijkheden in het park om meer te bewegen? Waar liggen de kansen om het aantal mensen dat komt bewegen in het park te verhogen; op de fitnesstoestellen en daarbuiten?
Methode Voor dit onderzoek werd een vragenlijst gecreëerd met als doel het gebruik van de outdoor fitnesstoestellen door volwassenen in het Afrikaanderpark in kaart te brengen. De vragenlijst is door het MGZ van het Erasmus MC goedgekeurd en op die manier aangepast op de populatie van de Afrikaanderwijk. Dit werd gedaan om er zeker van te zijn dat de gevraagde populatie de enquête zo goed mogelijk kon invullen en begreep wat er gevraagd werd. In de enquête werd als eerste gevraagd naar geslacht, leeftijd en postcode. Dit werd gevraagd om in kaart te brengen wat voor populatie het onderzoek uiteindelijk zou representeren en hoe ver de gevraagde mensen van het Afrikaanderpark wonen. Door middel van GPS-coördinaten van het Afrikaanderpark en de postcodes van de ondervraagden kon dit nauwkeurig berekend worden. Daarna werd gevraagd hoe vaak hij/zij het Afrikaanderpark bezocht. De mogelijke antwoorden waren vanaf nul keer tot meer dan vier keer per maand. Vervolgens werd met ‘ja/nee’-vragen gevraagd of de mensen bewust waren van de fitnesstoestellen in het park, of ze die ooit gebruikt hadden, of ze wisten dat er begeleiding gegeven werd en of ze ooit zelf gebruik hadden gemaakt van de fitnesstoestellen. Als afsluiting werd naar verbeteringen gevraagd die betrekking hadden op de fitnesstoestellen. Zodat we hiervoor eventueel een interventie konden bedenken. In het Afrikaanderpark werd door de onderzoekers aan willekeurige mensen gevraagd om de enquête in te vullen. Zo werd de populatie voor dit onderzoek verkregen. Vooraf was afgesproken om alleen enquêtes af te nemen bij personen boven de 18 jaar. Het doel was ook om 10 interviews af te nemen waarvan 5 gebruikers en 5 niet-gebruikers van de fitnesstoestellen. Bij de interviews worden soortgelijke vragen gesteld. De interviews hadden echter een meerwaarde aangezien dit ons ‘quotes’ gaf die kwalitatief sterk zijn voor het onderzoek. De gesprekken worden met voice-recorders opgenomen en worden later uitgewerkt. Ook deze populatie werd verkregen door het aanspreken van mensen in het park. Voordat de interviews en enquêtes werden afgenomen werd de sportbegeleider van het Afrikaanderpark, Erkan Akkaya, geïnterviewd. Dhr. Akkaya is aangesteld door de deelgemeente Feijenoord. Er werd hem expliciet gevraagd naar welke groep mensen de fitnesstoestellen gebruikt, hoe vaak en wanneer. Ook werd gevraagd naar zijn mening over het initiatief om de fitnesstoestellen daar te plaatsen en hoe de huidige gezondheidssituatie door het gebruik daarvan kan worden verbeterd. Dit om voor ons een betere inzicht te krijgen van de huidige situatie en wat ons te wachten stond. Community Project | Fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark
Page 2 of 13
Gedurende een aantal dagen werden de enquêtes afgenomen en de interviews gedaan. Het doel was uiteindelijk om 50-100 enquêtes en 10 interviews af te nemen.
Resultaten (interviews) Uit eindelijk hebben we 8 interviews af kunnen nemen in het Afrikaanderpark. Hiervan zijn er 4 met gebruikers van de fitnesstoestellen en 4 niet gebruikers. Waarvan we er 7 op hebben genomen op een voice-recorder omdat één persoon liever niet wilde dat het opgenomen zou worden. De meeste mensen die we gesproken hebben, ongeacht of ze de fitnesstoestellen gebruiken, zijn positief gestemd over de toestellen. Ze vinden het een goed idee om deze toestellen hier neer te zetten en dat ze publiekelijke te gebruiken zijn. ”Kijk dit vind ik allemaal goede dingen, die zouden er meer moeten zijn. Tussen de woningen in, zijn ze volop aan het bouwen overal, laat ze royale plekken maken waar kinderen kunnen spelen.” Maar sommige geïnterviewde gaven wel aan dat de sporttoestellen niet duidelijk zichtbaar zijn in het park, “het staat hier helemaal achterin en het wordt niet aangegeven” en “Het lijkt wel kinderspeelgoed”. Een andere geïnterviewde oppert daarom het idee om een route te maken door het park heen, met meer fitnesstoestellen ook om ze ook in het begin van het park te plaatsen. Het gebruik van de toestellen was volgens de geïnterviewde niet eenduidig. Gemeld werd: “Nou ik loop elke dag met mijn kleindochter naar school en dan zijn er toch mensen bezig, een stuk of 5” of “Ik hoop dat er veel jonge mensen er gebruik van gaan maken” of “Ik heb nog niet één keer iemand gebruik van zien maken”. Van de mensen die ze niet gebruiken, was de voornaamste reden om ze niet te gebruiken dat ze niet wisten hoe ze de toestellen moeten gebruiken. Zoals één van geïnterviewde zegt: “Ik ben het helemaal niet gewend, ik sport niet zo vaak op zo’n apparaat. Ik loop wel en voetbal, maar heb nooit zoiets geprobeerd. Ik weet gewoon niet hoe het werkt.” Ook is het niet juist functioneren (kapot) van de sporttoestellen een probleem. Een van de toestellen is nu niet meer te gebruiken. Daarbij is het ook een probleem dat de toestellen te zwaar staan afgesteld en dat de gebruikers niet weten hoe ze het lichter moeten zetten: “I told you, it is too heavy for me. Not only for me, but for more people”. De geïnterviewde mensen zijn vaak positief verrast door de aanwezigheid van de sportbegeleiding. Weinig mensen weten hier vanaf maar geven wel aan graag gebruik van de sportbegeleiding te willen maken. “Als iemand hier langs loopt en die het wilt uitleggen, dat zou leuk zijn. Misschien ga ik het dan ook wel doen”. De meeste personen, die we geïnterviewd hebben, geven aan dat ze er vaker of meer gebruik van zouden maken als ze met meerdere personen Figuur 1 - Gebruikers van de fitnesstoestellen. Community Project | Fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark
Page 3 of 13
tegelijk kunnen sporten. Een oudere dame die we geïnterviewd hebben vertelt ons op de vraag of ze er ook gebruik van maakt: “Dat durf ik niet, zeer zeker niet als ik alleen ben. Je weet het nooit. Ik doe veel maar ik ben wel erg voorzichtig”. Een meneer geeft aan wanneer hij de apparaten even voor ons uitprobeert dat hij het gevoel heeft dat hij zo bekeken wordt. Hij zegt letterlijk: “Ik denk dat mens kijk naar mij”. Later in het gesprek geeft hij aan dat hij hier geen last van zou hebben als hij met meerdere personen tegelijk aan het sporten zou zijn.
Resultaten (enquêtes) Gedurende ons onderzoek, hebben 55 mensen in het Afrikaanderpark een enquête ingevuld. Onder deze personen bevonden zich 37 vrouwen (67%) en 18 mannen (33%). Deze ongelijke verdeling is waarschijnlijk te wijten aan het feit dat er meer vrouwen dan mannen in het park waren op het tijdstip dat de enquêtes werden afgenomen. Onder deze mensen bezocht 75% het park frequent, dit hield in méér dan 4 keer per maand. Slechts 1 persoon gaf aan het park nooit eerder bezocht te hebben. Deze data is te zien in tabel 1. Uit de enquête bleek dat het park vooral wordt bezocht door mensen die op loopafstand van het park wonen: 74% binnen een straal van 1km en 82% binnen 2km. Figuur 2 toont de spreiding van woonafstand tot het Afrikaanderpark onder de ondervraagde mensen. Figuur 3 toont de woonplaatsen van mensen die binnen een straal van 2 kilometer van het park wonen.
Figuur 2 – Spreiding woonafstand tot het Afrikaanderpark.
Community Project | Fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark
Page 4 of 13
Figuur 3- Spreiding met een limiet van 2 kilometer.
Zestien procent (16%) van de frequente park bezoekers, gaf aan niet te weten dat er sporttoestellen in het park aanwezig waren (Tabel 2). Van de mensen die wél wisten dat er toestellen stonden, gaf 52% aan deze ook werkelijk te gebruiken (Tabel 3). Dit waren voornamelijk mensen met een leeftijd boven de 45 jaar (54%). De gemiddelde frequentie van het gebruik wisselde per persoon sterk maar het percentage mensen dat bij méér de dan helft van hun bezoeken aan het park gebruik maakt van de fitnessapparaten was 58%, waarvan 45% aangaf zelfs ieder bezoek gebruik te maken van deze faciliteiten (Tabel 3). Uit de vragen wat betreft de begeleiding bij het sporten blijkt dat het grootste deel (70%) van de mensen, die wél weet dat er fitnesstoestellen staan, niet wist dat er op sommige momenten begeleiding aanwezig is. Onder de mensen die afwisten van de begeleiding, maakt de helft (50%) hier ook daadwerkelijk gebruik van (Tabel 4). Van de mensen die nooit gebruik maakte van de toestellen, gaf 22% aan dit nu wel te willen gaan doen onder begeleiding.
Community Project | Fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark
Page 5 of 13
mannen
vrouwen
Nooit parkbezoek 1-2x per maand bezoek 3-4x per maand bezoek > 4x per maand bezoek
1 3 4 3 3 11 30 18 (33%) 37 (67%) Tabel 1 - Bezoekfrequentie bij mannen en vrouwen.
1 7 6 41 55
bekend met niet bekend met fitnesstoestellen fitnesstoestellen nooit parkbezoek 1 -1 1-2x per maand bezoek 5 2 7 3-4x per maand bezoek 5 1 6 > 4x per maand bezoek 35 6 41 46 (84%) 9 (16%) 55 Tabel 2 - Bekendheid van de fitnesstoestellen onder de bezoekers.
maakt gebruik van maakt geen gebruik fitnesstoestellen van fitnesstoestellen elk parkbezoek 11 --helft van de keren 3 --minder dan de helft 10 --bekend met fitnesstoestellen 24 (52%) 22 (48%) 46 Tabel 3 - Gebruik en gebruiksfrequentie van de toestellen bij bezoekers van het park die bekend zijn met de fitnesstoestellen. maakt gebruik maakt geen gebruik van van begeleiding begeleiding bekend met begeleiding 7 7 14 (30%) onbekend met begeleiding -32 32 (70%) bekend met fitnesstoestellen 7 39 46 Tabel 4 - Bekendheid en gebruik van de begeleiding bij bezoekers die bekend zijn met de fitnesstoestellen.
Discussie Openbare sport faciliteiten lijken in het buitenland, denk hierbij aan China met het vijftien-jarenplan van de Chinese overheid (The Physical Health Law of the People’s republic of China aangenomen in 1995), was het doel om bewoners er toe te zetten om meer te bewegen. Dit vijftienjarenplan is opgezet om de Chinese bevolking te stimuleren om lichamelijk actief te zijn. Het doel van het fitnessprogramma was om in 2010 meer dan 40% van de Chinese bevolking op een regelmatige basis te laten sporten. Dit vertaalt zich naar ongeveer 500.000.000 chinezen(11). Het Community Project | Fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark
Page 6 of 13
effect van grootschalig gebruik bleek echter niet in die hoedanigheid aanwezig te zijn bij de outdoor fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark in Rotterdam. Factoren die een rol bleken te spelen, zoals duidelijk werd uit de resultaten van de enquêtes en interviews, waren het feit dat het voor de parkbezoekers niet duidelijk was dat de fitnesstoestellen in het park stonden. Om het gebruik te verbeteren zou het een optie zou zijn om het besef van de aanwezigheid van de fitnesstoestellen en de begeleiding te verhogen. Dit kan gedaan worden door verwijsbordjes, tegels of gekleurde paden aan te leggen die de locatie aangeven van de fitnesstoestellen. Hieraan wordt verder uitgebreid aandacht besteed in de sectie: Aanbevelingen. Pogingen door HBO studenten om de gewaarwording van de sporttoestellen in het Afrikaanderpark te verbeteren mislukten helaas. Zij organiseerden op 19 juni 2013 een open dag in het Afrikaanderpark, maar helaas was er geen opkomst onder de buurtbewoners. Uit de resultaten in het artikel van Cohen et al.(7) blijkt dat wanneer men fitnesstoestellen wil plaatsen, er gekeken moet worden naar verscheidene factoren, zoals de mate van populatiedichtheid rondom de locatie waar de fitnesstoestellen worden geplaatst en de mate van toegankelijkheid van deze locatie. Het Afrikaanderpark ligt midden in de wijk Feijenoord, heeft een grote van ongeveer 5 hectare en grenst aan verscheidene winkels, religieuze gebouwen en een botanische tuin. Hieruit valt op te maken dat de bereikbaarheid van het park toereikend is. De resultaten uit de enquête geven weer dat 72% van de bezoekers van het Afrikaanderpark binnen loopafstand (<1 km.) van het park wonen. En 82% van de bezoekers woont binnen een omtrek van 2 km. van het park. Het artikel van Cohen et al.(12) meld dat 39% van de afname in parkbezoek verklaart kan worden aan de hand van het afgenomen aantal georganiseerde programma’s in het park. Deze georganiseerde programma’s betrof in het desbetreffende artikel onder andere schoolactiviteiten en voetbal competities. Deze gegevens kunnen gekoppeld worden aan resultaten uit het onderzoek dat is gedaan in het Afrikaanderpark, waarbij gebleken is uit de afgenomen interviews, dat de behoefte aan sportbegeleiding en groep gebonden sporten een rol speelt. De geïnterviewde personen geven aan dat ze vaak niet wisten dat er sportbegeleiding aanwezig was bij de fitnesstoestellen. Dit bleek ook uit de enquêtes Een groot deel van de mensen die dit wél weten, maakt graag gebruik van deze begeleiding. Uit de resultaten blijkt ook dat een begeleider er voor kan zorgen dat mensen, die geen gebruik maken van de fitnesstoestellen, dit onder zijn begeleiding wel gaan doen. Dan is het echter wel van belang dat de mensen weten dat deze begeleiding aanwezig is. Limitaties Om een betere inzicht te krijgen in de huidige situatie rondom de fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark raden wij aan om dit onderzoek te herhalen. Daarbij moet rekening gehouden worden met het verkrijgen van data uit een grotere populatie. Tevens kunnen (een van de) de uitkomsten van de interventiemogelijkheden daarbij meegenomen worden om het resultaat hiervan in kaart te brengen. In deze studie is gebleken dat de populatie van geënquêteerde personen klein was (n=55). Dit leverde in deze studie geen significante verschillen op tussen de parkbezoekers wat betreft, afstand, geslacht en bezoekersfrequentie. Een tweede beperking van dit onderzoek was, het weer. Aangezien de sporttoestellen in de openlucht in het Afrikaanderpark stonden waren wij afhankelijk van droog weer. Dit gegeven is Community Project | Fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark
Page 7 of 13
tevens teruggekomen in het interview met Dhr. Akkaya (sportbegeleider deelgemeente Feijenoord). Hij gaf aan dat hij normaal gesproken met zijn sportgroep al in de maand April buiten ging sporten, maar dat ze dit jaar pas in Mei naar buiten konden. Het gebruik van de sporttoestellen wordt tot op zekere hoogte beïnvloedt door het klimaat. De aanbeveling die hierop zou kunnen inspringen is het overdekken van de sporttoestellen met kunststof dak. Op deze manier is de sportgelegenheid overdekt, maar nog steeds in de buitenlucht toegankelijk voor het publiek. Aanbevelingen Een weg die ingeslagen zou kunnen worden is om de basisscholen rondom het Afrikaanderpark bij een project omtrent de bewegwijzering richting de fitnesstoestellen te betrekken. Hierbij zou een project opgezet kunnen worden waarbij kinderen van alle jaargangen (groep 3 t/m 8) een tekening of ontwerp in kunnen leveren, die dan later gebruikt kunnen worden als aankleding van een looproute of bewegwijzering naar de sporttoestellen toe. Op deze manier informeer je de kinderen over de positieve effecten van lichaamsbeweging en sport en kun je ze voorlichten over een goede gezondheid. Aangezien kinderen vanzelfsprekend ook ouders hebben is hiermee de stap richting de ouders niet groot. De ouders zouden hierbij positief gestimuleerd kunnen worden wanneer er een presentatie georganiseerd zou worden waarbij alle gemaakte kunstwerken van de kinderen ten toon gesteld worden. Hierbij zou een voorlichting gegeven kunnen worden over de gezondheidsvoordelen van sporten door een sportbegeleider. Deze sportbegeleider kan deze ouders daarbij enthousiast maken om ook te komen sporten in het Afrikaanderpark. Op deze manier zullen ook meer mensen in de omgeving te weten komen dat er een sportbegeleider aanwezig is die ze kan helpen bij het gebruik van de fitnessapparaten. De kennis over het belang van sporten door de kinderen en hun ouders kan gebruikt worden als “rugzakje” met begrip over een gezonde levensstijl. Hiermee zorg je tevens voor een nieuwe aanwas van gezondheidsbewuste personen over enkele jaren wanneer de kinderen volwassen zijn. Een ander punt wat Erkan Akkaya aankaartte, die sportbegeleider is en daarmee een rol als ervaringsdeskundige vervult, dat het in de verschillende culturen (o.a. Turks, Hindoeïstisch en Marokkaans(12) die voorkomen in de Afrikaanderwijk, deelgemeente Feijenoord, rondom het Afrikaanderpark, dat men in de eerste generatie “nieuwe-Nederlanders” niet de motivatie heeft om te gaan sporten. Deze eerste generatie zal gemotiveerd moeten worden om (meer) te gaan sporten en hiermee de gezondheid ook te verbeteren. Dit gegeven leidt daarmee tot een tweede aanbeveling die wij willen doen, namelijk het sporten in groepsverband stimuleren. Dit is ook een idee dat geopperd werd tijdens het interview met Dhr. Akkaya en uit de verschillende interviews onder parkbezoekers. De tendens die gezien werd in deze resultaten leidt hiermee tot een aanbeveling voor het opzetten van verenigings-gebonden gebruik van de sporttoestellen. Op deze manier betrek je mensen bij het sporten die het niet graag doen wanneer zij alleen zijn. Parkbezoekers geven aan dat wanneer ze individueel (zouden) gaan sporten, “zich niet veilig te voelen”, “bang zijn om te vallen” of “niet goed weten hoe ze de apparatuur moeten gebruiken”. Al deze drie punten pak je aan door het sporten een groeps-gebonden proces te maken. Dit groepsproces kan op verschillende manieren bereikt worden, deze manieren zijn vaak ook van toepassing bij sportverenigingen zoals voetbalclubs, hockeyverenigingen en tennisverenigingen. Daar wordt er op vaste tijden en in vaste groepen gesport. Deze regelmaat kan je ook toepassen op het fitnesstoestellen gebruik in het Afrikaanderpark. Door op elke dag van de week, op een vaste Community Project | Fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark
Page 8 of 13
tijd, met een vaste groep mensen te gaan sporten. Een quote die tijdens de interviews naar voren kwam was: ”Als iemand hier langs loopt en die wilt uitleggen, dat zou leuk zijn. Misschien ga ik het dan ook wel doen”. De implementatie die hieruit opgemaakt kan worden is dat deze persoon wel gebruik van de sporttoestellen zou maken wanneer dit in groepsverband en met een sportbegeleider zou plaatsvinden. Een aanbeveling die wij willen maken daarbij zou zijn, dat deze groep zal moeten worden begeleid door een sportbegeleider van bijvoorbeeld de deelgemeente Feijenoord. Echter zou een vrijwillige sportbegeleider, die echter wel gekwalificeerd is om uitleg te geven en mogelijk adviezen te geven omtrent het fitnesstoestelgebruik, ook een optie zijn. Op die manier bespaart de Gemeente Rotterdam tevens financiële kosten en betrekt men de bewoners van de Afrikaanderbuurt bij het proces om meer aan lichaamsbeweging te doen. Een derde interventiemogelijkheid zou zijn om de voorlichting die op dit moment op een bord met tekst en afbeeldingen naast de fitnesstoestellen staat ook in meerdere talen te weer te geven. Op dit moment staat de voorlichting over hoe men de fitnesstoestellen moet gebruiken nog in het Nederlands geschreven. Wanneer men de verscheidenheid in verschillende culturen in de Afrikaanderwijk ook zou toepassen op het voorlichtingsbord, dan zou dit betekenen dat de voorlichting zowel in het Nederlands, als in het Turks, Marokkaans en Hindoestaans gegeven zou moeten worden. Je spreekt hiermee de personen op een meer “persoonlijkere” manier aan en benader je de buurtbewoners door je op (nationale en culturele) achtergrond van de verschillende buurtbewoners te richten. Dit zou het gebruik van de sporttoestellen in het Afrikaanderpark kunnen doen verhogen.
Conclusie Er wordt momenteel niet veel gebruik gemaakt van de outdoor fitnesstoestellen. Veel buurtbewoners weten nog niet van het bestaan van deze sporttoestellen af. Sportbegeleiding blijkt een belangrijke factor te zijn voor het regelmatige gebruik van de outdoor fitnesstoestellen. En daarbij wordt aangegeven dat sporten in groepsverband een motivatie zou kunnen zijn om meer/vaker van de sporttoestellen in het Afrikaanderpark gebruik te maken.
Community Project | Fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark
Page 9 of 13
Appendix 1 Enquête Fitnesstoestellen Afrikaanderpark Geachte Heer/Mevrouw, Deze enquête is bedoeld om een indruk te krijgen over het gebruik van de sporttoestellen in het Afrikaanderpark. De gegevens zullen worden verwerkt door Geneeskunde studenten van de Erasmus MC Universiteit in Rotterdam. Deze enquête bestaat uit 11 vragen. 1)
Wat is uw geslacht? o Man o Vrouw o 2) Wat is uw leeftijd? o 15-24 jaar o 25-34 jaar o 35-44 jaar o 45-54 jaar o 55 jaar of ouder 3) Wat is uw postcode? 4) Hoe vaak bezoekt u het Afrikaanderpark? o Nooit o 1-2x per maand o 3-4x per maand o Meer dan 4x per maand 5) Wist u dat er sporttoestellen staan in het park? o Ja o Nee (ga door naar vraag 11) 6) Heeft u wel eens gebruik gemaakt van deze sporttoestellen? o Ja o Nee (ga door naar vraag 8) 7) Hoe vaak gebruikt u deze sporttoestellen? o elke keer als ik het park bezoek o de helft van de keren als ik het park bezoek o minder dan de helft van de keren als ik het park bezoek 8) Wist u dat er begeleiding bestaat voor het gebruik van deze toestellen? o Ja (ga door naar vraag 10) o Nee 9) Nu u weet dat er begeleiding is voor de sporttoestellen, zou u gebruik van willen maken van de sporttoestellen met begeleiding? o Ja o Nee 10) Maakt u gebruik van deze begeleiding? o Ja o Soms o Nee 11) Heeft u nog suggesties of verbeteringen voor de sporttoestellen in het Afrikaanderpark?
Bedankt voor uw deelname.
Community Project | Fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark
Page 10 of 13
Referenties 1. Bouchard C, Blair SN, Haskell WL (red.). Physical activity and health. Champaign: Human Kinetics, 2012. 2. U.S. Department of Health and Human Services. Physical activity fundamental to preventing diseases. U.S. Department of Health and Human Services, Office of the Assistant Secretary for Planning and Evaluation, 2002. Washington D.C: U.S. Department of Health and Human Services; 2002. 3. Danaei G, Ding EL, Mozaffarian D, Taylor B, Rehm J, Murray CJ, Ezzati M: The preventable causes of death in the United States: comparative risk assessment of dietary, lifestyle, and metabolic risk factors. PLoS Med 2009, 6:e1000058. 4. World Health Organization: Global health risks: mortality and burden of disease attributable to selected major risks. Geneva, Switzerland: World Health Organization; 2009. 5. Van Den Dool R, Elling A, Hoekman R. SportersMonitor 2008 Een beschrijving van actuele sportissues. W.J.H. Mulier Instituur. Mei 2009. 6. Gemeente Rotterdam (2011). Uitvoeringsprogramma Sport 2011-2014. Rotterdam: Gemeente Rotterdam. 7. Cohen DA, Marsh T, Williamson S, Golinelli D, McKenzie TL. Impact and costeffectiveness of family Fitness Zones: a natural experiment in urban public parks. Health Place. 2012 Jan;18(1):39-45. 8. Adams MA, Ding D, Sallis JF, Bowles HR, Ainsworth BE, Bergman P, Bull FC, Carr H, Craig CL, De Bourdeaudhuij I, Gomez LF, Hagströmer M, Klasson-Heggebø L, Inoue S, Lefevre J, Macfarlane DJ, Matsudo S, Matsudo V, McLean G, Murase N, Sjöström M, Tomten H, Volbekiene V Bauman A. Patterns of neighborhood environment attributes related to physical activity across 11 countries: a latent class analysis. Int J Behav Nutr Phys Act. 2013 Mar 14;10:34 9. Van Holle V, Deforche B, Van Cauwenberg J, Goubert L, Maes L, Van de Weghe N, De Bourdeaudhuij I. Relationship between the physical environment and different domains of physical activity in European adults: a systematic review. BMC Public Health. 2012 Sep 19;12:807. 10. Prins RG, van Empelen P, Te Velde SJ, Timperio A, van Lenthe FJ, Tak NI, Crawford D, Brug J, Oenema A. Availability of sports facilities as moderator of the intention-sports participation relationship among adolescents. Health Educ Res. 2010 Jun;25(3):489-97. 11. Nationwide Physical Fitness Program of China (1995) – Internetsite te bereiken via: http://www.china.org.cn/english/features/China2004/107193.htm en http://www.china.org.cn/english/features/Brief/193374.htm Geraadpleegd op 2 Juli 2013. 12. Cohen DA, Golinelli D, Williamson S, Sehgal A, Marsh T, McKenzie TL. RAND Corporation, Santa Monica, California 90407, USA,
[email protected]. Te vinden via Pubmed : PMID: 19944911 [PubMed - indexed for MEDLINE] PMCID: PMC2821789 13. Buurtgegevens Afrikaanderwijk, deelgemeente Feijenoord, Rotterdam. Uit 2010. Internetsite beschikbaar via: http://rotterdam.straatinfo.nl/buurtgegevens/Afrikaanderwijk++Gemeente+Rotterdam/ . Geraadpleegd op 1 Juli 2013. Community Project | Fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark
Page 11 of 13
Bijlage Samenwerkingsverslag community project 47 Beschrijf hoe jullie de taken onderling hebben verdeeld. Wij hielden wekelijks meerdere malen overleg in het onderwijscentrum en via de mail. Gedurende deze contactmomenten verdeelden wij de taken onderling, waarbij erop gelet werd dat iedereen een gelijke bijdrage leverde. Beschrijf wat de bijdrage is geweest per groepslid: taken en rollen. Maken, afnemen en verwerken van interviews
Maken, afnemen en verwerken van enquêtes
Verslag
Contact met begeleiders
Abbas
geen interviews
11 stuks
Samenvoegen, 1x Sandra de Layout, Haan Resultaten 2x Rick Prins enquêtes
Sheet eigen deel gemaakt
Daan
Erkan Akkaya, sportbegeleider
11 stuks
Discussie
Sheet eigen deel gemaakt
1x Sandra de Haan 2x Rick Prins
David
2 interviews afgenomen
Fei Fan
8 stuks
Resultaten enquêtes
1x Rick Prins
Sheet eigen deel gemaakt en presentatie
10 stuks
Inleiding
1x Sandra de Haan
Sheet eigen deel gemaakt
Referenties
3x Rick Prins Jens
Marco
8 interviews afgenomen, gezorgd voor voicerecorders Erkan Akkaya, sportbegeleider
Presentatie
Resultaten interviews
1x Sandra de Haan 3x Rick Prins
16 stuks
Methode
1x Sandra de Haan 3x Rick Prins
Community Project | Fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark
Page 12 of 13
Sheet eigen deel gemaakt
Sheet eigen deel gemaakt
Geef aan of jullie vinden dat ieder een gelijkwaardige bijdrage heeft geleverd. Wij hebben de taken zo eerlijk mogelijk verdeeld en zijn van mening dat iedereen een gelijkwaardige bijdrage heeft geleverd. Deze verdeling is in samenspraak met alle groepsleden tot stand gekomen en ingevuld naar de wensen of beste kwaliteiten van ieder groepslid. Noem een belangrijk discussiemoment. Geef aan wat ieders standpunt hierin was, beschrijf hoe jullie tot een oplossing zijn gekomen en beschrijf het eindresultaat. Gedurende de 3 weken beschikbaar voor het Community Project (CP) hadden groepsleden in verschillende weken hun PKV toets, waardoor zij in de week van de toets minder aan het CP konden werken. Gezamenlijk besloten wij om degene die een toets hadden de mogelijkheid te bieden om zich daarop te concentreren. Door een eerlijke taakverdeling konden zij dit in de weken daarvoor of daarna compenseren, waardoor iedereen toch een gelijkwaardige bijdrage heeft geleverd. Hebben jullie elkaar bijgestuurd? En zo ja: hoe? Zo nee: waarom niet? In onze groep was hiervan geen sprake. Door de regelmatige contactmomenten en onze gezamenlijke interesse in het onderwerp verliep de samenwerking volgens plan. We hebben geprobeerd om elke week een afspraak in te plannen met onze MGZ begeleider. Dit zorgde voor helderheid en duidelijkheid omtrent de verschillende deadlines.
Community Project | Fitnesstoestellen in het Afrikaanderpark
Page 13 of 13