Communiceren met ouderen 1. Introductie a) Het SEE-GREEN project Het SEE-GREEN project is een Europees initiatief om de gevolgen voor de oudere generatie burgers in onze gemeenschappen te bepalen wanneer ze energie en geld besparen door een betere kennis en begrip van energiebesparende maatregelen, waaronder het maken van betere keuzes bij het aanschaffen van nieuwe apparaten. In deze handleiding wordt nagegaan op welke wijze (Meer) ouderen het beste kunnen worden benaderd om hen de beste kansen te bieden voor het zelf nemen van energiebesparende maatregelen. b) Groepsbijeenkomst Het is belangrijk in het werken met ouderen dat elke persoon voelt dat ook ze een individuele stem heeft met net zo veel recht als de anderen om te worden gehoord. Ook al vinden de leergesprekken plaats tijdens groepsbijeenkomsten, de focus ligt op het individueel leren en de waarde die elke persoon toevoegt aan de groep. 2. De methode Het werken met ouderen in een groep vergt een specifieke benadering. De meeste ouderen zijn niet gewend om in groepen te werken, hun mening te geven in een groep, te spreken in het openbaar. Ze zijn meer gewend aan bijeenkomsten waar ze alleen hoeven te luisteren en informatie op te nemen. Het SEE-GREEN project heeft een dubbele benadering: ouderen kunnen individueel werken of groepsgewijs, samen met andere bewoners van hun wooncomplex. De manager van het complex kan deze bijeenkomsten leiden. Een informatie bijeenkomst is beduidend anders dan een bijeenkomst waar input van de deelnemers gevraagd wordt. 1
Weinig managers van wooncomplexen voor ouderen hebben ervaring in het werken met groepen ouderen. We zien het activeren van ouderen als een belangrijke meerwaarde van SEE-GREEN. Het is daarom dat wij in deze een handreiking doen, hoe je met ouderen kunt werken aan duurzaamheid en besparing op energie / energiekosten. De methode die we hier introduceren is een beproefde manier van werken met ouderen. Het is eenvoudig, redelijk gemakkelijk toe te passen en toepasbaar voor iedereen, ook als je geen of weinig ervaring hebt in het werken met groepen. De ervaring in het werken met deze methode heeft geleerd dat de deelnemers aan de bijeenkomst het een plezierige manier van werken vinden. De methode bestaat simpel gezegd uit drie elementen te kenmerken als: bewustwording, informeren en activeren. 2.0.1. Bewustwording: Om over een onderwerp dat jezelf aangaat mee te praten, zal je je eerst bewust moeten zijn van jouw eigen situatie: Hoe is dat bij mij, hoe ervaar ik dat, welke problemen ondervind ik, hoe ga ik daar zelf mee om. We noemen het bewustwording want je moet vooral bij jezelf te raden gaan, je bewust worden van de dingen om je heen met betrekking tot dit onderwerp. We zijn in deze fase nog niet specifieke op zoek naar oplossingen. Dat zou te veel afleiden van waar het in deze fase om gaat. 2.0.2. Informatie: Als je goed weet hoe je eigen situatie is, wat er positief en minder positief aan is, waar de knelpunten, lacunes etc. zitten wil je meer informatie wat je vervolgens met de gesignaleerde knelpunten kunt doen. Even simpel gesteld in dit kader: je energie rekening is ieder jaar stijgend. Je kunt niet eens meer in een comfortabele temperatuur in je huis zitten. Welke nieuwe ontwikkelingen zijn er die er voor zouden kunnen zorgen dat je zonder stijgende kosten nog wel comfortabel kunt wonen. Wat kan gedragsverandering opleveren, hoe zit dat eigenlijk met zonne-energie etc.
2
2.0.3. Activeren: Als je inzicht hebt over je eigen situatie en je weet waar mogelijkheden voor verbetering, aanpassing, verandering liggen dan ben je in staat om gericht actie te nemen. Je weet waar de informatie te krijgen, te vinden is, wat mogelijk ook de kosten zijn, waar je op moet letten als je je situatie wilt veranderen. Je kunt dan actief aan de slag. Dat kan individueel of samen met anderen. Deze drie fasen kunnen doorlopen worden in een of meer bijeenkomsten, steeds met dezelfde groep ouderen. 2.1.
Statements In het eerste deel van de bijeenkomst richten we ons op bewustwording. Het klinkt misschien zwevend maar we hebben er een heel praktische manier voor omdat te bereiken. We werken daarvoor met uitspraken sets. Dit zijn uitspraken die ouderen gezegd zouden kunnen hebben, waar ze het helemaal mee eens, of misschien wel mee oneens zijn, waar ze zich in kunnen vinden. De kaartjes zijn geordend rond de thema’s: Technisch, Energie, toen, nu en in de toekomst, Geld besparen, Comfort, Apparatuur, Duurzaamheid. ( zie matrix)
3
Comfort
Technisch
Energie toen nu Geld besparen en in de toekomst
1.1. Zonder mijn airconditioning is de zomer ondraaglijk voor mij.
2.1. De oude kolenkachels gaven een heerlijke warmte maar ze waren 3.1. Energie is als goud. Het is onbetaalbaar. wel erg onpraktisch.
1.2 Een ventilator geeft mij de verkoeling die ik nodig heb.
2.2. Energiekosten waren vroeger ook al een belangrijk probleem.
2.3. De goede oude gietijzeren 1.3. Ik begrijp die moderne apparatuur radiatoren gaven pas echt goede niet meer. warmte.
3.2. Op een soort van manier ben ik altijd op zoek naar mogelijkheden om geld te besparen. .
3.3. De energie rekening is zo hoog dat er niet veel over blijft voor eten.
2.4. Gelukkig kan ik nu mijn eigen energie leverancier kiezen. 4.1. Er wordt zo veel gezegd over het energie label maar eerlijk gezegd begrijp ik er niet veel van.
Apparatuur
Duurzaamheid
5.1. We horen veel over zonneenergie. Kan je daar echt geld mee besparen?
6.1. Het is niet mogelijk meer om peertjes te kopen. Naar mijn mening waren deze zo slecht nog niet.
4.2. Mijn oude koelkast wegdoen? Dat zou echt geld weggooien zijn. .
5.2. Die moderne windmolens zijn 6.2. Ik heb niet veel ruimte in mijn keuken. Ik niet slecht maar wat moet ik daar nu zou niet weten hoe ik daar geld zou kunnen mee. . besparen.
4.3. In een winkel voor huishoudelijke apparatuur heb je zoveel keus. Ik raak er van in de war.
4.3. Al die nieuwe ontwikkelingen. Daar ben ik echt te oud voor.
6.3. Mijn kinderen gaven me een smartmeter. Eerlijk gezegd weet ik niet wat ik er mee moet doen.
7.1. Waar ik woon is weinig zon. Wat moet ik nu met zonnepanelen?
8.1. Al die discussie over duurzaamheid. Daar ben ik echt te oud voor.
9.1. Voor ouderen is het niet mogelijk om iets te doen met duurzame energie.
7.2. De energielabels zijn echt de moeite waard om te bestuderen. Daar kan je echt geld mee verdienen.
8.2. Energie problemen zijn meer voor jonge mensen. Dat houdt mij op mijn leeftijd niet meer bezig.
9.2. Participeren in een windmolen project is voor mij niet weggelegd. Daar heb ik het geld niet voor.
7.3. Smart meters maken je bewust van je energie gebruik. Het is een uitdaging om daar eens goed naar te kijken.
8.3. Duurzaamheid is belangrijk voor iedereen. Ook wij ouderen moeten ons daar zorgen over maken, juist voor onze (klein) kinderen.
9.3. Samenwerken met anderen om de energierekening naar beneden te krijgen, daar ben ik wel in geïnteresseerd.
4
Iedere deelnemer aan de bijeenkomst krijgt een set van kaartjes waar de afzonderlijke uitspraken op staan. Er is één blanco kaartje. De deelnemers wordt gevraagd om uit deze uitspraken de voor hen 3 meest belangrijke te kiezen, die ene die hen het meest aanspreekt etc. Iedere deelnemer doet dit individueel. Het blanco kaartje is voor een onderwerp dat door een deelnemer mogelijk nog ontbreekt. De keuze van de deelnemers wordt door middel van een sticker in de matrix die geprojecteerd wordt op de muur van de ruimte, aangegeven. De kaartjes die niet gekozen zijn worden door ieder afzonderlijk ter zijde gelegd. In één oogopslag wordt duidelijk waar de accenten liggen bij deze groep ouderen. Dat vormt het uitgangspunt van de discussie. Één van de keuzen wordt centraal gesteld. Wie hebben deze gekozen en wie wil er om te beginnen iets over zeggen. Andere kunnen bijvallen, commentaar geven, ook hun eigen inbreng leveren. Na een discussie waar dus deze uitspraak het startpunt van was, worden ook op dezelfde manier ook de andere keuzen besproken. Iedereen wordt in het gesprek betrokken. Iedereen heeft immers zijn eigen keuze voor zich liggen. Ook wanneer een uitspraak maar één maal gekozen is, wordt deze, door degene die de keuze heeft gemaakt, toegelicht. De gespreksleider leidt de discussie in goede banen, zorgt ervoor dat ieder aan het woord komt maar komt in deze fase niet zelf met oplossingen. Aan het eind van de bijeenkomst heeft iedere deelnemer zijn zegje kunnen doen en zijn alle onderwerpen voldoende aan bod gekomen. Voordeel van het werken met deze methode: - Iedere deelnemer maakt een individuele keuze. - Iedereen komt aan het woord. Elke deelnemer heeft immers een keuze gemaakt en kan gestimuleerd worden om de keuze te motiveren. 5
- Het onderwerp wordt breed belicht, vanuit diverse invalshoeken. Dat zit ‘m in de structuur van de matrix. - Je blijft heel dicht bij de persoonlijke leefsituatie van de deelnemer. Voorkom dat je als gesprekleider direct met een oplossing voor een gesignaleerd probleem komt. Het slaat de discussie dood.
2.2.
Informatie In de tweede fase, dit kan zijn in een volgende bijeenkomst, wordt van de hand van de uitkomsten van de inhoudelijke discussie informatie gegeven over de onderwerpen die besproken zijn. We kunnen ons voorstellen dat er enige tijd moet zitten tussen de discussie en de informatiefase. Je zult mogelijk zelf nog informatie moeten verzamelen of mogelijk zelfs een deskundige willen laten komen die een en ander toelicht. Blijf zoveel mogelijk bij de onderwerpen die door de deelnemers naar voren zijn gebracht. Dat is immers wat deze specifieke groep ouderen kennelijk interesseert. Het voordeel van het scheppen van enige ruimte in tijd is ook dat je materialen kunt laten zien, mogelijk ook wat video’s over het onderwerp dat leeft. Je kunt dat bij de aanvang van deze bijeenkomsten nog niet weten. Je wilt immers uitgaan van wat er bij deze ouderen leeft.
2.3.
Activeren SEE-GREEN is bedoeld om ouderen te activeren om er zelf mee aan de slag te gaan. Wat de oudere, gegeven zijn eigen woonsituatie, zou kunnen doen, , hoe dat moet en wat je er voor nodig hebt is gebleken in de eerste twee bijeenkomsten. De SEE-GREEN modules geven hier ook een prima handreiking voor. Daar vind je tal van adviezen. Het resultaat van de eerste twee bijeenkomsten kan dan ook zijn dat de deelnemers nu zelf een leerunit gaan doen die hun interesse heeft, of een persoonlijk actieplan opstellen. Omdat het niet overal mogelijk is om met meer mensen tegelijk met een computer te werken en/of omdat mensen het
6
niet gewend zijn om met een computer om te gaan zou je kunnen overwegen om de hulp in te schakelen van scholen c.q. jongeren. Dat heeft een dubbel voordeel: ouderen en jongeren kunnen samen werken aan duurzaamheid; het praktische voordeel is dat scholen over leslokalen met computers beschikken. 3.0. Individuele / Groep acties Voorbeelden: a) Groepsdiscussies tussen oud en jong over onderwerpen zoals; Verschil tussen het leven toen en nu; Hoe zag het huis er vroeger uit en hoe ziet het nu uit, Wat is er verdwenen, wat er voor in de plaats daarvan gekomen, het soort energie (oud-nieuw); domotica (DOMOTICA) b) Interviews tussen twee studenten en een oudere, ouder echtpaar; Waar gebruiken de ouderen hun gebruik energie voor; Wat doet zij doen om energie te besparen, Wat is het resultaat van de genomen maatregelen; Hoe kunnen jongeren en ouderen samenwerken op energievraagstukken; Wat weten de ouderen over groene energie? c) Bezoek een winkel voor keuken apparatuur met de opdracht om vanuit een energieoogpunt de beste koelkast en wasmachine te kopen op basis van informatie van energielabels. Maak er een wedstrijd om te zien wie het laagste energie verbruik kan vinden, laagste levensduur kosten en laagste energie gebruik in een specifieke situatie (Familie, iemand dat alleen leeft, enz.)
4.0.
Conclusie: Communiceren met de ouderen is een belangrijk proces, waarbij de stem van de ouderen, hun mening en hun waardigheid moeten worden gewaardeerd zonder op enigerlei wijze te betuttelen. Zich betrokken voelen en het zelf voeren van de regie over wat wordt gezegd en gedaan 7
is de sleutel tot een betere betrokkenheid in de discussies met ouderen. Het betrekken van jongeren kan een betere manier van communiceren met ouderen opleveren. _______________________
8