1
Colofon HOOFDREDACTIE Sanne Hofstee 6 Sophie van Schelt 6 Younes Foukalne 5
VASTE LEDEN Stijn Croonen 6 Pim van Helvoirt 6 Daan Janssen 5 Nynke Bender 5 Veerle Springintveld 4 Tessa Scherphof 3
Naomi Ruijtenberg 3
Wieke Snoeij 1 Ivo de Haan 1 Stijn Vervoordeldonk 1
Titus Stam 1 Nick van Bladel 1 Merlijn Hulseboom 1
ADVISEREND LID W. Desmense 1.14 Adres: Feuniks, Mercatorplein 2, 5223 LL Den Bosch Telefoon: 073 621 90 68 Gironummer Feuniks: 5607890 E-mail:
[email protected] Vergaderingen: vrijdags kleine pauze 1.14 Heb je suggesties, anekdotes, tekeningen, vragen of wat dan ook, kom er mee naar een van bovengenoemde personen of stop ze in de Feuniksbrievenbus op de 1e verdieping.
Bijdragen bij voorkeur inleveren via e-mail!
1
Voorwoord Omdat we van de Feunikstraditie niet weer (zoals vorig jaar) willen afwijken, geven we dit jaar wèl een Feuniks uit vóór de kerstvakantie! Zoals jullie gemerkt hebben, hebben wij aan het begin van het schooljaar wat flyers uitgedeeld en niet voor niets! De Feuniks redactie heeft inmiddels een aantal nieuwe leden mogen verwelkomen waar we erg blij mee zijn. We zijn nog steeds op zoek naar meer leden, dus mocht je alsnog interesse hebben, kom eens kijken op dinsdag in de kleine pauze in lokaal 1.14! Zoals jullie ook hebben kunnen zien heeft de Feuniks nu een prachtige afbeelding voor op de tv schermen. Onze dank gaat uit naar Ivo de Haan! Daarnaast gaat dank uit naar Evi Záborszky uit klas 5C, die een fantastische kaft heeft gemaakt voor deze Feuniks. De Feuniks redactie wenst iedereen prettige kerstdagen en
een voorspoedig 2012! De Hoofdredactie Sanne, Sophie en Younes
2
Invulverhaaltje: ‘Bijles love’ O jee, het is weer 1)_______, vandaag heb je weer 2)_________ van 3)___________. En nu heb je ook nog 4)_______ 5)_______ bijles van 6)________. Na het 7)________ lesuur loop je 8)_________ naar de bijles. Als je binnen komt, kom je erachter dat 9)________ ook bijles heeft. ‘Hè 10)_______’ mompel je terwijl je op je plaats gaat zitten. Helaas voor jou heeft de leraar het gehoord. ‘Je mag nog even naar me toe komen aan het einde van deze les!’ brult hij. Dit is dus precies de reden waarom je hem niet mag. De leraar praat over 11)________ en 12)________, waar dit hoofdstuk dus helemaal niet over gaat. Je wist wel dat deze bijles helemaal voor niks zou zijn. Na 13)_______ minuten komt ineens 14)________ binnenlopen. De leraar kijkt 15)________ aan en geeft hem 16)____________. Terwijl 17)________ met tranen in zijn 18)________ naar een plekje achterin de klas komt, gaat de deur weer open. Je hoopt op nog een lekker ding, maar helaas. Het is 19)________, de grootste nerd van de school. Terwijl de leraar alleen maar even zegt dat 20)______ voortaan op tijd moet komen, slaat hij zijn 21)______ open en begint ernaar te kijken. Je wordt aangetikt op je 22)________. Je draait je om en staart in de 23)_________ ogen van 24)_________. Even denk je dat hij 25)__________ is, maar je bedenkt je meteen als hij tegen je zegt: ‘26)_________________’ ‘Ja dag!’ roep je hard. De leraar kijkt je 27)________ aan. ‘En wat is er nu weer, 28)______?’ Je wordt 29)_______ en stottert: 30)_______________.’ Gelukkig voor jou draait de leraar zich weer om en gaat verder met wat hij aan het doen was. Als je helaas toch nog iets moet doen in deze bijles, komt 31)_______ naast je zitten. Jullie beginnen te kletsen over32)_______ en 33)_______. Vanzelf beginnen jullie over vervelende leraren. Jullie maken een top 3 vervelende leraren, met op 1 natuurlijk 34)________. Op 2, met niet een heel slechte score komt 35)______. En je raadt het vast al 36)________ komt op 3. Eindelijk mogen jullie weg, en je hebt geluk, want 37)________ is vergeten dat je nog moest nablijven. Je 38)_______ met 39)_______ naar de aula en hij koopt voor jullie 40)_______. Samen eten jullie het binnen 41)_____ minuten op. Als je opstaat omdat je nu echt naar 42)________ moet, loopt 43)_______ gezellig mee. Als je op je 44)______ zit, zegt hij: ‘Weet je, ik verbaas me erover dat ik je nog nooit eerder heb opgemerkt, want je bent eigenlijk best wel 45)______ en 46)_______ en 47)_______.’ Je wordt 48)_______ en stottert dat je nu echt weg moet. Je voelt 49)________ in je buik fladderen. Als je wegrijdt, voel je zijn 50)______ in je 51)_______ prikken en je slaat jezelf zo hard voor je kop dat je zeker weet dat je daar nog 52)______ dagen last van gaat hebben. Je droomt dus niet. ’s Nachts word je wakker van 53)________. Je draait je om, maar je kunt niet meer slapen. Het komt van buiten, merk je. Je staat op en 54)______ en 55)______ roepend, loop je naar je raam. ‘Hé, 56)_____. Ik probeer te slapen!’ ‘Kom naar beneden!’ roept iemand. Het duurt even voordat het tot je door dringt dat het 57)_______ is. Je 58)______ zo snel als je kunt naar buiten. Als je buiten komt besef je dat je alleen bent gekleed in je 59)_____ 60)______, maar als je je nachtelijke bezoeker ziet, loop je door, want hij is ook alleen maar in zijn 61)_____ 62)______ gekleed. Als je voor hem staat pakt hij voorzichtig je 63)_______ vast en begint je te zoenen op je 64)________. Als jullie na 65)______ minuten stoppen met zoenen, zegt hij: ‘56)________________’ Je bloost aan giechelt. ‘Mag ik je nu mijn 67)_______ noemen?’ vraagt hij dan. Je denkt even na, maar dan zeg je: ‘Alleen als we nu samen gaan 68)________.’ Hij lacht en gaat akkoord. En vanaf nu ben jij zijn 69)_______ en weet heel het Stedelijk Gymnasium ‘s-Hertogenbosch dat jullie voor
3
altijd samen zullen zijn. En wat je gaat doen als er weer bijles is? Weer gaan natuurlijk, niet om iets bij te leren, maar om je geluk te beproeven.
1 dag van de week 2 Stomste vak 3 Stomste leraar 4 Getal 5 Tijdsduur 6 Zelfde stomme leraar van 3 7 hoeveelste lesuur (bijv. 1e) 8 Emotie 9 Je grootste vijand 10 scheldwoord 11 zelfstandig naamwoord (meervoud) 12 ander zelfstandig naamwoord (meervoud) 13 getal 14 grootste hunk van onze school 15 emotie 16 een soort straf 17 dezelfde hunk van 14 18 lichaamsdeel 19 grootste nerd van onze school 20 grootste nerd van school van 19 21 iets dat je op school gebruikt 22 lichaamsdeel 23 kleur 24 zelfde hunk van 14 25 knappe jongen uit een film of tv programma 26 iets wat je nooit, maar dan ook nooit, zou doen 27 emotie 28 je naam 29 kleur 30 stomste smoesje ever 31 zelfde hunk van 14 32 znw 33 ander znw 34 zelfde leraar als bij 3 35 leraar die denkt dat hij/zij grappig is, maar dat totaal niet is.
36 de meest hippieachtige leraar op school 37 zelfde leraar als bij 3 38 manier van voortbewegen 39 hunk van 14 40 iets dat je in de kantine op school kunt kopen. 41 getal 42 een plek/plaats 43 hunk van 14 44 voertuig 45 positief bijv. nw. 46 ander positief bijvoeglijk naamwoord. 47 ander positief bijvoeglijk naamwoord. 48 kleur 49 dieren 50 lichaamsdeel 51 lichaamsdeel 52 getal 53 geluid 54 scheldwoord 55 ander scheldwoord 56 iets dat je tegen iemand zegt als je boos op hem bent. 57 hunk van 14 (again..) 58 manier van voortbewegen. 59 kleur 60 kledingstuk 61 andere kleur 62 ander kledingstuk 63 lichaamsdeel 64 ander lichaamsdeel 65 getal 66 beste compliment ever 67 koosnaampje 68 werkwoord 69 zelfde koosnaampje van 67
Door Naomi Ruijtenberg
Hc:
‘Ik rook elke avond om half tien, drie sigaretjes. En laatst heb ik ontdekt dat roken ècht slecht voor je is: je wordt er moe van.’
4
Gadgetrubriek Geld besparen op apps Je zult het vast wel eens hebben als je een iPhone of android-toestel hebt: je wilt een app gaan downloaden, blijkt dat je niet genoeg geld hebt! Moet je weer je tegoed gaan opwaarderen en misschien nog een iTunes kaart bij de winkel gaan kopen, terwijl je twee weken terug nog €15 tegoed had! Hoe kun je dit nou voorkomen? Hier volgen wat tips:
Tip 1: Bekijk/koop een lite-versie Als je een leuk spelletje voor je telefoon hebt, wil je het meestal meteen gaan downloaden. Maar als je het toch geen leuk spel vindt, heb je daar mooi weer geld aan verspild. Kijk gewoon altijd of er ook een lite-versie van is! Deze zijn (bijna) altijd gratis en er staat een deel van de hele app op. Dan kun je uitproberen of de app je wat lijkt, en als hij erg leuk blijkt koop je hem!
Tip 2: Gratis kijken in de Appstore Je kunt natuurlijk ook gewoon in het gratis deel van de appstore kijken want daar kom je meestal ook hele leuke apps tegen! Zo is voor de iPhone en iPod touch Mega Jump een goede aanrader! Het lijkt erg op Doodle Jump maar dit spel ziet er leuker uit, heeft meer karakters om mee te spelen en werkt in principe hetzelfde! Een goede site om de nieuwste gratis apps te vinden is (hoe kan het ook anders?): www.GratisApps.nl
Tip 3: Recensies lezen Als je een app gevonden hebt en je wilt hem gaan kopen, is het toch wel altijd verstandig om eerst de recensies te lezen! Er bestaan app’s waarbij wordt aanbevolen dat je, als je de app gaat downloaden, je lockscreen beter moet beveiligen, maar dan blijkt het uiteindelijk alleen maar om achtergrondjes te gaan! Dit is natuurlijk puur bedrog, maar dit kun je niet opmaken uit de reclametekst die erbij staat. Hiervoor moet je toch echt de recensies lezen! Door Ivo de Haan Om:
Ja, maandag is er een proefwerk en ik zou graag zien dat jullie allemaal minstens een 2 halen..
Historische dag: 16 november 2011 om 8.44 lokale tijd. Dhr. J. van Leuven laat een PowerPoint zien! (Red.) 5
Nieuw: Iedereen dacht dat het een compleet andere iPhone werd, namelijk de iPhone 5. Maar het werd een 4S. Wat kan deze iPhone en waarom is hij beter dan de 4? Op het eerste gezicht is er niet veel veranderd. Wie de veranderingen wil zien, moet de iPhone open maken en naar de specificaties kijken. De telefoon, alweer de vijfde in de serie, heeft een 8 megapixel camera gekregen: veel meer dan de 5 megapixel in de iPhone 4. De camera is volgens Apple zó goed dat je geen ‘normale’ camera meer nodig hebt. Ook zit er een dual-core Apple A5-chip in die twee keer zo snel is als de Apple A4-chip in de iPhone 4. Misschien wel de belangrijkste verandering is iOS 5. De nieuwste versie van Apple’s nieuwe mobiele besturingssysteem heeft een aantal nieuwe functies, zoals iMessage, een soort WhatsApp, Twitterintegratie en Newsstand, een app waarin je de nieuwste tijdschriften handig bij elkaar ziet en kunt kopen. Ook is bijvoorbeeld de browser Safari verbeterd en kun je foto’s direct bewerken vanaf de Filmrol. Er zitten eigenlijk zo veel nieuwe snufjes in iOS 5 dat je eens op de site van Apple moet kijken (Apple.nl). Alles bij elkaar: Een telefoon sneller, handiger en gebruiksvriendelijker dan de iPhone 4, maar als je een iPhone 4 hebt en je installeert daar iOS 5 op, dan kom je ook al een eind. Jammer dat het geen 5 is geworden. Misschien volgend jaar beter?
Door Stijn Vervoordeldonk
Ln *maakt kleurplaat van Latijnse tekst op digibord, waarbij twee kleuren gedefinieerd worden als groen en.. Kaas(kleurig)* …Even later… Ln: ‘En daarom is groene kaas géén hyperbaton!’
St:
Een stofzuiger is een geslaagde stofzuiger als ie goed stof kan zuigen. Als ie goed.. *denkt na* Eikeltjes(!) kan zuigen, is het een goede eikelzuiger!
Do *nadat leerlinge op digibord heeft geschreven en dit dienst weigert* ‘Fijn dat er weer een vrouw aangezeten heeft…’
6
Romereis 2011 Het zal de meeste van jullie misschien ontgaan zijn (misschien door schoolstress of een herfstdipje), maar de vijfdeklassers zijn ook dit jaar weer naar Rome of Griekenland gegaan. Nou denken jullie, die oudheid, die is toch uitgestorven? Net zoals Latijn en Grieks, de dode talen? Maar nee, je kunt veel zeggen, maar Rome (oke, nu spreek ik voor mezelf) is nog een tamelijk bruisende stad. Misschien is dat niet zo in Griekenland, want daar kan ik niets over zeggen, omdat ik er nog nooit ben geweest.
Het is dus eigenlijk nog best wel cool dat je met school naar Rome / Griekenland gaat. Waar het allemaal mee begint? Dat zijn natuurlijk de verhalen die je in groep 8 op de open dag hoort. ‘Wist je het al, met onze school ga je naar Rome of Griekenland in de vijfde!’ ‘Ach ja’, denk je dan. ‘Dat is pas over eeuwen..’ Toch kreeg ik al wel zin in Rome toen het oranjegekleurde Romeboekje (een boekje dat je krijgt als je naar Rome gaat) begin dit schooljaar werd uitgedeeld. ‘Dat ding bestaat uit 3 bladzijdes’, zou je denken. Maar nee hoor, het waren er dit jaar welgeteld 53. Houdt er rekening mee dat er ook een heuse ‘Grote Romereis Puzzelcrypto’ in stond. Erg opmerkelijk dat het inclusief een ‘Bomen in Rome’ – artikel betrof. Dan denk je natuurlijk bij jezelf: ‘waar de Romereis al dan wel niet goed voor is: zelfs Aardrijkskunde pikt een graantje mee.’ Laat ik maar niet te veel afdwalen, want het boekje is natuurlijk niets vergeleken met de reis zelf. Donderdag 6 oktober 2011 begon het. Met Hl, Ka, Cn (voor het eerst!), Wm en Bs stonden we voor de school om 09.00 uur exact. Met bakken regen vertrok het busje uit Nederland, op zoek naar het heerlijke weer. Het zocht en het vond.
7
Na een dikke 24 uur durende busreis kwamen we afgemat aan in Rome. Maar deze busreis was het waard hoor! Natuurlijk scheen de zon en was het ergens in de twintig graden. We dumpten onze koffers en tassen in de twee hotels. Ha ha, de hotels, dat is ook een goed gespreksonderwerp. Laat ik zeggen dat in het ene hotel alles ‘picco bello’ in orde was, althans volgens de verhalen.. In het andere hotel hing de douche zelfs boven de wc! Toch vond ik het eigenlijk een prima hotel, maar die wc.. Dat was toch wel om te gieren! Het verhaal gaat dat als je net aankomt in Rome en je die lange busreis hebt gehad, je niet eens tijd hebt om je trainingsbroekje te verruilen voor je korte broek. Ik zal het een wonderbaarlijk feit maken. Het is zo. Oke, als je dan toch graag even wat uit je tas wil pakken, ga dan achteraan in de rij staan voor het hotel om het hotel binnen te gaan, want dan heb je nog eventjes de tijd. Daarna begint het strakke schema pas echt.
Want wat doe je nou in Rome, vraag jij je misschien af? Nou, je gaat de hele dag wandelen en heel veel mooie dingen zien. Bijvoorbeeld kerken zoals de Sant’Ignazio of de Sint Pieter. Ook zie je het oude, maar best grote Colosseum, het Pantheon.. Noem maar op! In Rome staan eigenlijk veel te veel mooie dingen, niet dat ik dat erg vind hoor. Maar aan de andere kant zie je zoveel moois dat je de minder mooie dingen alweer bijna lelijk vindt. Stel je nou eens voor dat er een mini-Caravaggio-schilderijtje in Den Bosch hangt. Dan zouden de Chinezen massaal naar Den Bosch komen voor het kleine schilderijtje. In Rome hangen honderden schilderijen van Caravaggio! Oke, nu overdrijf ik.. Maar het is zó veel, dat niemand voor dat ene schilderijtje komt! Of Rome mooi is, is zeker een kwestie van smaak, maar of we met een leuke groep waren met de Romereis, dat is een feit. Het was écht gezellig. Je komt er namelijk tot je verbazing achter dat ‘die ene jongen’, waarvan je de naam niet wist, eigenlijk heel aardig is! Je praat ook echt met iedereen. Of deze gesprekken gaan over het hotel, de Italiaanse keuken of de Aziatische sjaaltjesverkopers waarbij je makkelijk kunt afdingen, het maakt niet uit, want het is gezellig. Weer +1 positief punt voor de Romereis! Overigens, je gaat dus ook nog ergens naar Pompeii en bakt een middagje aan het strand. ’s Avonds is al helemaal een feest, want dan ga je naar een lekker restaurantje en eet je heerlijke pizza of een ander Italiaans gerecht met af en toe een lekker wijntje. Daarna ga je naar de Spaanse trappen, de Trevi fontein of naar een cafeetje, net waar je zin in hebt. Hoe de week voor de rest is vertel ik niet, dat moet je zelf maar meemaken!
8
Ik geef toe dat ik nog best wel onder de indruk was van de Romereis. Het was echt superleuk! En ja, veel leuker dan ik verwacht had. Of er leuke leraren meegaan? De leraren gaan je op den duur zelfs als een gelijke behandelen! Dus dat is erg fijn. En nee, niet alle leraren kunnen alleen maar uitleggen: met de meeste kun je ook wel lachen hoor! Rome 2011 was zeker dit jaar een geslaagde reis, inclusief de souvenirtjes, zoals dé trui en de miljarden foto’s. Ik betwijfel of we er mooi op staan. Maar ‘so what?’ Het was een geweldige reis, die voor altijd in menig geheugen gegrift zal staan. Door Nynke Bender
Borsthaar Dit gedicht wijd ik aan borsthaar, Geliefd, gehaat, gekruld. Een hele borst gevuld. De ene scheert het af. ‘Dat betaamt een man in vorm!’ De ander laat het staan, want borsthaar is de norm! Borsthaar, Borsthaar, Borsthaar Zo kriebelig en zacht. Bravo voor kerels met een vacht. Sanne Hofstee
9
Grιεκεnλαnδrειs 2011 Dé Reis. Dé reis waar je al vier jaar naartoe leeft. Dé reis die het hoogtepunt zal worden van je schoolcarrière. Een paar weken geleden wachtte ik nog vol spanning op deze reis. De verwachtingen waren al hooggespannen en de voorbereidingen lang en tijdrovend. Ten eerste de gezellige cursus Nieuw-Grieks die al op het einde van de vierde klas het begin inluidt van de reis. Na veel ‘Kali Mera’, ‘Ti Kanies?’ en ‘Malakka’ natuurlijk komt daar ook nog eens de presentatievoorbereiding bij in het thema van KCV bij de aanvang van de vijfde klas. Wekenlang ligt een geweldige week, want dat ging het zeker worden, bijna voor het grijpen. En toen was het dan eindelijk zover… Hier volgt een monstrueus verslag van de Griekenlandreis: alle geïnteresseerden, ga uw gang! Dag 1 – De heenreis en Athene 5:20 Op dit belachelijke en regenachtige tijdstip moeten we tussen een veld van koffers afscheid nemen van onze lift (ouders, red.) naar de bus richting Brussel. Sommigen slapen, sommigen, waaronder ik, zijn klaarwakker en kunnen alleen nadenken over wat er komen gaat. Langzamerhand breekt het daglicht door en komen we aan op vliegveld Zaventem. Het inchecken verliep goed, en al snel zijn we de controles voorbij en zit de helft van de groep al aan de Starbucks. Eenmaal bij de gate zien we dat het vliegtuig klaarstaat en dat het een grijze dag is: des te meer reden om de mensen in Nederland uit te lachen die niet mee mogen gaan genieten van de dagen onophoudelijke zon en genieten die ons staan te wachten. In het vliegtuig, genieten we van het stralende weer boven de wolken en een langstrekkend Europa wanneer we het witte dek zijn gepasseerd. Bergen. Opeens zie ik bergen die ik al op duizend foto’s heb gezien en ik weet meteen dat we eindelijk boven Griekenland vliegen: een azuurblauwe zee en een strakblauwe lucht verwelkomen ons, wanneer we langzaam afdalen om uiteindelijk aan te komen op het vliegveld van Athene. In een stikhete bus en met verlepte hoofden van moeheid, komen we eindelijk aan bij ons hotel in Athene: Hotel Economy. Gelukkig viel het hotel reuze mee vergeleken met wat de naam in eerste instantie doet vermoeden. Na ons geïnstalleerd te hebben op onze kamers is het al meteen tijd om in zomerkleren en al naar het Akropolismuseum te gaan, terwijl we op de weg ernaartoe worden besprongen door verkopers van laserdiscolampen, ‘prada’ en ‘gucci’. Ook waren er enkelen die met flubberende groente op een tegel sloegen… Het museum sla ik inhoudelijk over, om meteen verder te gaan met het avondeten: met de hele groep gingen we eten in een gezellig restaurant om het begin van de reis te vieren. Wat ons overigens wel tegenviel was dat de Grieken ons die avond niet de Sirtaki konden leren. Nu onze buiken gevuld waren en we kennis hadden gemaakt met de tandenborstelautomaat gingen we terug naar het hotel om te slapen en wakker gemaakt te worden door het verschrikkelijke geluid van de telefoon op de kamer: een vriendelijkere wekker is altijd welkom! Dag 2 – Athene Met vermoeide hoofden schuiven we aan voor het ontbijt, om ons daarna klaar te maken voor de eerste echte dag in Griekenland! En onze dag begint met het Nationaal Archeologisch Museum (ja, dat is een hele mond vol). Het enige dat ik hierover kwijt wil, is dat je de beeldende inhoud van het KCV-boek langs ziet komen, maar dan wel tien keer mooier. Toen deze eerste ronde van de dag voorbij was, splitste de 10
groep zich op om boodschappen te doen voor de lunch, en JA, de rest ging helemaal terug naar het hotel voor het toilet. Och de zwakke blaasjes! Wat overigens wel een schokkende ontdekking was, was de Euroshopper vis in blik die ik in één van de schappen zag. Maar goed, na een lunch boven een luchtrooster was het tijd om verder te gaan naar de Agora: de heuvel op om weer aan de andere kant van het hek de heuvel af te gaan. Na een rondleiding en een schetsmoment (voor degenen die het niet weten, er moet geschetst worden op de klassieke reizen) was het tijd voor hét hoogtepunt in Athene: de Akropolis. De vierdeklassers die voor Griekenland hebben gekozen staat een indrukwekkende ervaring op te wachten over een tijdje! 1 tip: draag geen schoenen met gladde onderkant (ik heb het geweten die dag) als je de Akropolis opgaat: oude stenen zijn zo glad als ijs. Hierna keerden we terug naar ons hotel om ons klaar te maken voor de avond: in de stad eten en ronddwalen in Athene. Om eerst iets kwijt te raken over de serveerder die avond: Grieken raken je graag aan (dat hebben we wel ontdekt in de loop van de week) en zien iets blonds als iets heiligs. Ten tweede: Athene is een smerige en verloederde stad. Desondanks heeft het op sommige plaatsen en momenten wat charme. Na deze avond was het weer tijd om ons bed in te kruipen, en ons klaar te maken voor een nieuwe lange dag. Dag 3 – Korinthe, Epidauros en Navplio Na een terroristische wekker en een lekker ontbijtje waren de koffers gepakt om de reis voort te zetten door de Peloponnesos. Onze eerste halte: Korinthe. Met een kijkje op het kanaal van Korinthe en de bijbehorende souvenirwinkel gingen we snel verder naar de volgende plaats: Korinthe zelf. Na rond te hebben gelopen op de archeologische site onder een stralende ochtendzon, werd het tijd voor de lunch aan de voet van de top van de Akrokorinth, een berg die we zouden gaan beklimmen. Na een gevaarlijke start op de alles behalve slipvrije stenen van het oude fort, vervolgden we onze tocht naar de top. En de wandeling werd volop beloond: een eindeloos en indrukwekkend uitzicht over de zee en het land. De aanblik was onbeschrijfelijk. Nadat we weer net op tijd voor de sluiting van de berg bij de bus waren, zetten we onze reis voort naar Epidauros. We reden langs groene kliffen en een zee om bij weg te dromen, om aan te komen bij het heiligdom van Asklepios te Epidauros. Nadat het helaas wel bewolkt was geworden, konden we nog op ons gemak de site bekijken en het indrukwekkende theater aanschouwen. Er waren een paar spirituele Duitsers die een natuurritueel uit wilden voeren voordat we onze presentatie konden beginnen. De middag kwam al dicht aan zijn einde, en de nacht was al bijna ingetreden toen we aankwamen in het lieflijke Navplio, waar het toilet een half uur lang door bleef brullen na het doortrekken en sommigen zelfs een douchekop moesten gebruiken om alles weg te spoelen. Na het eten kregen we ook de eer om te aanschouwen hoe twee van onze medereisgenoten veranderden in een Siamese tweeling onder een enorme witte trui. Terug in het hotel was het weer tijd om te gaan, jullie raden het al, slapen. Dûh…
11
Dag 4 – Tyrins, Nemea, Mykene, Kaiafas We stonden weer op en hebben toen ontbeten, verder zullen we er maar niet op ingaan. Snel zaten we al in de bus voor de eerste halte: Tyrins. Het had de nacht ervoor geregend, en dat was te merken aan de enorme populatie slakken die op het pad richting de burcht lagen te kruipen. Na deze toch interessante hoop stenen bezocht en bestudeerd te hebben, gingen we verder naar de site van Nemea. Ook hier brachten we wederom een bezoek aan de archeologische site met het niet te vergeten bijbehorende museum. Wat wel weer waarde toevoegde was het stadium en de tunnel die erop uitmondde, waar een paar mensen hysterisch werden door de ‘regelmatige’ grond onder hun voeten. Na gestopt te zijn bij een wegrestaurant voor de lunch (waar ook de hele bejaardenbende aanwezig was, de Nederlandse nog wel! Ongelooflijk hoe snel deze leeftijdscategorie naar de fles grijpt als het maar even kan…) zetten we de route voort naar het volgende hoogtepunt: Mykene met zijn burcht en het schathuis van Atreus. Om ook meteen in te gaan op de laatste bezienswaardigheid: ga er niet naartoe als je snel een minderwaardigheidscomplex krijgt. De burcht zelf was ook indrukwekkend, met als extraatje dat je er van een 3000 jaar oud trappenhuis af mocht dalen om vervolgens uit komen bij een ondergrondse opgedroogde bron, MET graffiti. Hierna volgde een lange reis die ons voerde naar de andere kant van de Peloponnesos. Als nachtbasis zaten we in Hotel Lake Kaiafas, waar we gedurende een nacht in een vakantiehuizencomplex mochten verblijven. En terwijl de meesten van ons in of bij het zwembad lagen, zaten de leraren bij elkaar aan een tafeltje een sigaar te roken. Het eten in het hotel die avond viel niet bij iedereen in goede aard , met bami die door moest gaan voor pasta en een rollade met groente. Het meest onvergetelijke moment van die avond was toch het gezicht dat meneer Catz achter de piano zat en wij met z’n allen in de salon zaten mee te zingen op allerlei nummer, waaronder ook ‘Brabant’ van Guus Meeuwis. Nadat we uitgezongen waren, was het weer tijd om onze hoofden op onze kussens te leggen. Dag 5 – Olympia De dag begon een beetje grillig met een grijze lucht en regen, niet bepaald ideaal als je op rondreis bent. Ook voelden velen zich niet zo lekker die ochtend. Overigens bleek dat het in sommige kamers had gelekt (daar geloof ik dus niet veel van aangezien het complex zowat perfect was, waarschijnlijk was hun raam niet dicht). Eenmaal aangekomen in Olympia, bleek dat het museum veel later open zou gaan dan we aanvankelijk dachten, dus zijn we maar weer gaan schetsen in afwachting. Ondertussen kwam er een hele horde Franse toeristen (ook weer van de bejaardengarde) die vroeg of we van de kunstacademie kwamen. Na een klein gesprekje maakte ik gelukkig duidelijk dat de meesten van ons niet zó begaafd waren in de tekenkunst en wij ook niet uit Duitsland kwamen. Afijn, in het museum kwamen we weer de favoriete woordjes van de Griekse museumopzichters tegen: No touch, No posing, No flash! Toen de rondleiding daar was afgelopen, was het weer tijd om de archeologische site van Olympia op te gaan. De zon brak door en al snel had je de indruk door een prachtig park te lopen. Toen de presentaties waren afgerond was het tijd voor hét hoogtepunt in Olympia: de Olympische spelen zelf. Deze werden die dag gewonnen door Claire en Stefan (op blote voeten!) die zweefden over de renbaan. Ook mochten we spreken van een doorbraak: de eerste 12
Stedgym Paralympics werden gewonnen door Laura. De wolken trokken weer een beetje aan en na de zoveelste gemeenschappelijk plaspauze, was het tijd om de bus in te stappen richting Delphi. Eenmaal aangekomen bij de zeestraat die het vasteland met de Peloponnesos verbindt, stapten we op de veerboot om te genieten van een adembenemend uitzicht. Anderen vonden het ook nodig om te planken en te paaldansen en ikzelf heb het maar alle drie gedaan, gewoon omdat het kan! Weer in de bus richting Delphi konden we genieten van een betoverende zonsondergang die met zijn rode tinten de bergen verzwolg om langzaam in de zee te verdwijnen. De maan stond hoog aan de hemel en sierde het zeewater met zijn weerspiegeling, terwijl in de verte de lichtjes van Delphi opdoken. De nacht was inmiddels gevallen en we begaven ons weer naar een eetgelegenheid voor het avondeten, om uiteindelijk weer terug naar het Hotel te gaan dat tot mijn grote verbazing werd gerund door een paar mensen die al van zekere leeftijd waren: respect! Dag 6 – Delphi Inmiddels waren we het met zijn allen erover eens dat hotelwekkers terreur brengen. Na het ontbijt was het weer tijd om in te pakken en kort boodschappen te doen voor de lunch. In Delphi startten we (alweer) met het bijbehorende museum waar enkele topstukken van het KCV-boek weer te vinden waren. Toen deze tour afgelopen was, was de tijd aangebroken om de berg op te gaan ter bezichtiging van de befaamde tempel van Apollo, het Atheense schathuisje, het Theater waar ik met mijn presentatiepartner nog een stuk komedie op moest voeren, en het stadion dat helemaal bovenaan lag. Nadat we dit drie seconden hadden bekeken, mochten we weer naar beneden lopen voor een schetsmoment… in de regen. We verlieten het onvergetelijke Delphi na de lunch onder een boom die ons droog wist te houden, om richting Kalambaka te gaan; de langste busreis die we tot dan zouden krijgen. Na een rit van 4,5 uur kwamen we eindelijk aan in Kalambaka, waar we in Hotel Edelweiss (Griekser kon haast niet…) konden uitpakken en uitrusten. In het restaurant konden we het fanatisme van de Griekse voetbalfans meekrijgen toen hun land aan de winnende hand was. Ongelooflijk was ook dat een moeder daar haar kinderen zat te voeren met bier! Als je het mij vraagt niet echt de ideale consumptie voor een kind van vijf of zes. Daarna konden we Kalambaka nog in, dat een heel leuk plaatsje bleek te zijn. Ik heb er niet veel van meegekregen omdat ik niet veel verder kon komen door mijn verzwikte knie, maar ik heb wel meegekregen dat plekken als de plaatselijke disco niet ongeschonden zijn gebleven. Na een dansfeest op het balkon was het ook nu weer tijd om te gaan knorren in bed. Dag 7 – De Meteorakloosters De wekker was hier nog verschrikkelijker dan in de andere hotels. Het ontbijt maakte daarom onze chagrijnige hoofden gelukkig weer goed. Na een meezingronde op Single Ladies van Beyoncé in de bus, reden we naar het eerste Meteoraklooster: Het Grote Meteoraklooster. De voorafgaande beschrijving klinkt misschien sarcastisch, maar na het bezoeken van deze bergtop zou ik het op zich niet erg vinden om er de rest van mijn leven door te moeten brengen. De meisjes hadden minder geluk: zij moesten namelijk een lange rok dragen en boften nog het meest wanneer ze die vergeten waren door de interessante rokken van het klooster te gebruiken. Meneer Catz had het minste geluk: toen hij een foto nam in de kloosterkerk werd hem dringend 13
verzocht de foto’s te verwijderen en het kerkje te verlaten. Het tweede klooster volgde ook na een wandeling, en nu was er eindelijk weer een meevaller voor onze KUBV-docent die zijn hoogtevrees de baas kon blijven. We hebben in dit klooster wederom een beetje rondgelopen, genoten van het uitzicht en van de zon natuurlijk. Weer aangekomen bij de uitgang van het tweede klooster was het tijd voor de lunch. De bus vertrok weer en we spoedden ons richting Athene. Tijdens de rit werd de home cinema set nog ingeschakeld voor de film 300. En toen iedereen weer een beetje in zijn element begon te komen, werden we weer opgeschrikt om te stoppen bij het monument dat was opgericht voor de slag bij Thermopylae. We troffen daar een presentatie van Dhr. Van Leuven, een individu dat een Tai Chi demonstratie noodzakelijk vond en een trotse Griek die met knalharde volksmuziek uit zijn auto stapte om voor het monument te salueren. Zo snel als hij plots opdook, scheurde hij ook weer weg. Ondertussen bleef LN gewoon doorpresenteren… Dat is nog eens een bikkel. Weer aangekomen in Athene maakten we ons op voor de laatste avond, nadat we afscheid hadden genomen van onze buschauffeur die ons een groot deel van de dagen bij had gestaan: Kostas. Deze zal zeker gedenkwaardig blijven in het feit dat een opdringerige ober er niet in slaagde ons naar binnen te krijgen, zodat hij het maar op mij ging afreageren door mij vanaf de kant uit te schelden en de groep achterna te lopen, wachtend op een afstandje om zijn slag te slaan. Gelukkig stonden er twee geknuppelde politieagenten achter hem die hún slag konden gaan slaan, mocht hij een verkeerde beweging maken. Toen deze avond ook weer tot zijn einde was gekomen konden we ons hoofd weer in de kussens werpen. Dag 8 – Athene en de terugreis. De laatste dag is aangebroken als we de heerlijke hotelwekker weer te horen krijgen. We pakken onze koffers in en trekken de stad in voor de laatste dag. We beginnen met een stadwandeling, om de delen van Athene te zien die we nog niet gezien hadden. We bezoeken o.a. dé kerk van Griekenland waar geverfde houtplaten zijn geplaatst die door moeten gaan voor marmer… als dat niets wil zeggen… Naast de kerk treffen wij een groep veel te schattige kleutertjes die ijverig aan het tekenen zijn. Na zo’n 3678 keer een ‘aaaaw’moment te hebben gehad lopen we verder naar het parlementsgebouw, waar we de grootste idioten van het land kunnen bekijken: de wachters van het parlement kunnen namelijk een half uur de tijd nemen om van wacht te wisselen door een heel opvallend en herriemakend klompendasje te doen. Hierna splitsen we ons op om volgens het keuzeprogramma iets in Athene te gaan bezoeken. De keus gaat tussen twee musea en een verdere stadwandeling. Inmiddels was te merken dat de musea bij de meesten de neus uitkwamen en besloot een groot deel van de mensen deel te nemen aan de verdere stadwandeling om in bomen te klimmen en van de zon te genieten bij een uitleg. Eenmaal terug bij het parlement begon onze vrije middag, waar we op jacht zijn gegaan naar souvenirs en voedsel. Anderen vonden de Burger King voorrang hebben. Terug bij het hotel was het tijd om onze koffers in de bus te laden en richting het vliegveld te rijden. De vlucht was vertraagd, maar dat heeft gelukkig niet geleid tot dramatische consequenties. Een enkeling was zijn boarding pass kwijt, wat uiteindelijk toch op het laatste moment goed is gekomen. In het vliegtuig konden we genieten van een verlicht Athene dat onder onze voeten vervaagde, terwijl we weer koers zetten naar Brussel. In de vroege vrijdagnacht kwamen we uiteindelijk weer aan in Den Bosch. Tot onze grote spijt, was de reis helaas weer voorbij… Door Younes Foukalne 14
Alleen ontvoerd – Deel 1 Dominique loopt het schoolplein op. Ze loopt al sinds de fietsenstalling zo vol staat met fietsen. Ze loopt alleen, net zoals altijd. Haar ouders weten daar niks vanaf. Zij denken dat Dominique het naar haar zin heeft op deze school, maar ja, haar ouders vragen nooit iets aan haar. Het enige wat ze zeggen is dat ze de komende dagen niet thuis zullen zijn en dat er wat geld in het laatje onder de boekenkast zit. Dominique loopt haastig het schoolgebouw in. Ze is ruim op tijd en met een beetje geluk zijn meneer Hamsnul en mevrouw Olonec er nog niet. Dominique rilt bij het idee aan die twee leraren. Als ze op de eerste verdieping komt, waar haar kluisje is, ziet ze meteen dat ze pech heeft. Daar, precies voor haar kluisje, staan meneer Hamsnul en mevrouw Olonec te zoenen. Meneer Hamsnul drukt mevrouw Olonec tegen de kluisjes aan. Af en toe hoort Dominique het gebonk van een voet of een ander lichaamsdeel dat tegen de kluisjes botst. Zachtjes vloekt Dominique en ze draait zich net op tijd om, om niet te zien dat de handen van meneer Hamsnul onder het veel te kleine truitje van mevrouw Olonec verdwijnen. ‘O, hallo Dominique!’ roept meneer Hamsnul ineens. Verdorie, gezien. ‘Je wilt zeker bij je kluisje?’ vraagt hij. Dominique draait zich weer om. Op zijn gezicht zitten afdrukken van lippenstift. Langzaam knikt Dominique. Meneer Hamsnul knikt, doet één stap opzij en gaat verder waar hij mee bezig was. Dominique draait zich om. Ze gaat niet naar haar kluisje als zij er naast staan. Als ze wegloopt hoort ze meneer Hamsnul woedend roepen dat ze een verwaand, onbeschoft kind is, dat als hij moeite voor haar doet, zij dat niet moet negeren. De bel gaat. Dominique loopt een paar jongens uit haar klas achterna naar de eerste les. Als één van de jongens door krijgt dat Dominique achter hen loopt, blijft hij staan en gaat achter Dominique lopen. Dominique wil de andere jongens voorbij lopen, maar ze komt er niet langs. Ze voelt een klap op haar rug en de jongen lacht. ‘Hoi Dom. Waarom blijf je niet thuis en kom je nooit meer naar school? Hoe moeten we je nou duidelijk maken dat je hier niet welkom bent?’ Dominique zwijgt. ‘O, ik snap het al. Je wilt hier blijven, want anders mis je de lessen van meneer Hedenij! Dat zou wel erg vervelend zijn. Misschien moeten jullie samen een keertje wat afspreken!’ Hij loopt lachend door. Grappig hoor, denkt Dominique. Dit had ze de dag hiervoor ook al gehoord, en de dag daarvoor, en de dag daarvoor. Als ze de klas in loopt, trekt ze gauw het briefje van haar rug: SLET IN OPLEIDING, PROBEER GRATIS UIT! staat erop. Dominique zucht. Gisteren was het NERD IN OPLEIDING, DRAAGT AL JE BOEKEN! geweest. Ze wist toen niet dat er een briefje op haar rug zat, iedereen gooide massaal zijn of haar boeken naar haar toe. Toen ze uiteindelijk erachter kwam dat er een briefje op haar rug zat, was haar laatste uur voorbij en ging ze al naar huis. Thuis lag er een briefje op tafel dat haar ouders over 1 week pas thuis zouden komen. Er lag €1000 euro in het laatje, dus dat kon nog wel uitlopen. Terwijl Dominique kijkt hoe mensen galgje doen, met hun ogen dicht op hun armen liggen of sms’en met andere mensen binnen de klas, vertelt meneer v.d. Hedenij iets over het microkrediet. Dan laat hij een filmpje zien waar iedereen even speelt dat ze opletten. Eigenlijk gaat het zo elke les. Meneer v.d. Hedenij leest iets voor uit het boek, vertelt er dingen bij die niemand iets interesseert. Dan laat hij weer even een filmpje zien, ook niet interessant, en dan gaat hij weer praten. ‘Dominique! Kun je ook even opletten?!’ brult meneer v.d. Hedenij. Dominique schudt haar hoofd even. Dit gebeurt nooit. Hoezo heeft hij ineens door dat niemand oplet. Hoezo praat hij tegen een leerling in de les? ‘Sorry, meneer.’ Meneer v.d. Hedenij kijkt haar geïrriteerd aan. ‘Iedereen let op! Zij maken aantekeningen.’ Hij wijst naar de mensen die galgje spelen. Mensen grinniken zacht. ‘Zij 15
proberen overal een beeld bij te bedenken.’ Hij wijst naar de mensen die half slapen. ‘En zij,’ hij wijst naar de mensen die aan het sms’en zijn, ‘letten gewoon op.’ ‘Sorry, meneer,’ Dominique doet haar best om het zo echt mogelijk te laten lijken. Hoezo zijn ze allemaal aan het opletten?! Ze doen galgje, slapen of sms’en! Waarom spreekt hij mij aan?! Meneer v.d. Hedenij schudt zijn hoofd. ‘Misschien moet je maar even deze paragraaf gaan overschrijven, dan leer je tenminste ook wat, net als je klasgenoten.’ Niet gelukt. Ze zit in haar eentje aan een tafel in de overvolle aula. De school was eigenlijk te klein om alle leerlingen op te vangen. Henk, de conciërge, loopt langs en blijft bij een groepje staan. Dominique hoort wat hij zegt. Hij zegt het bijna elke pauze wel. ‘Niet op de tafels zitten! Stoelen zijn om op te zitten! Wanneer leren jullie het nou eens af?’ Het groepje dat bestaat uit jongens en meisjes gaat staan. Henk glimlacht even en loopt zijn hokje in. Ze gaan weer zitten. Dominique staart naar Cornelis. Een knappe, aardige jongen. Dominique wist dat ze geen kans bij hem maakte. Hij was populair. Wel anders populair dan de meesten, hij pestte niemand. Hij verhief zichzelf met wie hij was. Hij kreeg respect. Hij dwong mensen niet om hem dat te geven. Ze zuchtte. Ze moest over hem heen komen. Dit maakte haar alleen maar ongelukkiger. En ze was al ongelukkig genoeg. Ze draaide haar hoofd en keek weer naar Henk die weer zei: ‘Niet op de tafels zitten! Stoelen zijn om op te zitten! Wanneer leren jullie het eens af?’ Langzaam loopt Dominique naar buiten. Vandaag was net zo als alle andere dagen. Eenzaam. En als ze thuis zou komen, zou er niemand voor haar zijn die een kop thee zou zetten of even met haar zou kletsen. Alleen. En als ze naar bed zou gaan, zou er niemand zijn die haar een nachtzoen zou komen geven. Koud. Ze ging op een bankje zitten. Het zou niet uitmaken hoe laat ze thuis zou komen, er was toch niemand. De enige die op haar lette, was de kater van de buurvrouw als hij zin had in iets lekkers. Ze staarde naar twee duiven die in het waterige zonnetje op zoek waren naar eten. Samen. Langzaam dringt dat tot Dominique door. Woedend gooit ze een steen in de richting van de duiven. De steen komt niet eens in de buurt. De duiven zijn beide al weg. Dominique zucht weer en staart naar het gras waar net nog de duiven zaten. Ze voelt een traan over haar wang rollen. Ze was iemand die in het verkeerde leven was geplaatst. Als ze zou huilen, zou niemand haar troosten. Als ze zou verdwijnen, zou niemand haar zoeken. Als ze zou sterven, zou niemand treuren. Het begint te miezeren. Langzaam valt de avond. Dominique blijft zitten. Het wordt stiller. Gordijnen gaan dicht. Het licht blijft aan, soms een kleine flits van een tv die ook nog aanstaat. Samen. Er lopen twee mensen hand in hand voorbij. Samen. De twee duiven vliegen voorbij en landen op een tak. Samen. Dominique slikt. Zij is alleen. Ze voelt een hand op haar schouder. Ze glimlacht. Samen. De hand grijpt haar steviger vast. Dominique draait haar hoofd om. Ze kijkt recht in de ogen van een onbekend persoon.. De persoon draagt een bivakmuts en is verder ook helemaal in het zwart gekleed. Alleen ‘Sta op en loop mee alsof er niets aan de hand is.’ Een jongensstem. Ergens heeft Dominique het idee dat ze deze stem eerder heeft gehoord, ze kan niet bedenken wanneer. Dominique slikt. Angst giert door haar lichaam heen. Langzaam staat ze op. Ze voelt een duw in haar rug. ‘Lopen,’ sist de jongen. Dominique blijft staan. ‘Waarom zou ik eigenlijk?’ ‘Hierom.’ Dominique voelt iets kouds tegen haar keel aan. Ze wordt lijkbleek. Haar ademhaling onregelmatig. Roerloos blijft ze staan. ‘Hierom,’ fluistert de jongen nog een keer terwijl hij het mes harder tegen haar keel aandrukt en Dominique een warm straaltje bloed langs haar keel naar beneden voelt sijpelen. Wordt vervolgd… Door Anoniem 16
Interview met mevouw Ockenburg Ooit, lang geleden, vorig schooljaar, vond er een interview met mevrouw Ockenburg plaats. Het begon allemaal tijdens de grote pauze op de vierde verdieping.. Waar komt u eigenlijk vandaan? Ik kom uit Den Haag. Hoe bent u dan helemaal hier naar het Stedelijk Gymnasium in Den Bosch gekomen?? In Den Haag kwam ik een jongen tegen, maar die woonde in Tilburg en die wilde daar niet weg. Toen ben ik maar naar Tilburg verhuisd, en het Stedelijk Gym leek me wel de leukste school, en dus ben ik daar maar gaan werken. Bevalt het u een beetje? Het bevalt goed. Ik kwam van een grote school, bijna drie keer zo veel leerlingen. Maar dit is wel fijner, want hier ken je er meer. Hier ken ik na een jaar niet zóveel mensen maar dat komt nog wel. Ook ga ik bijvoorbeeld iedere donderdag met meneer van de Heijden en meneer van de Beuken fitnessen. Sportief en uit Den Haag, bent u dan ook een voetbal en ADO fan?? Ja! Want het ADO stadion ligt bijna tegenover het huis van mijn ouders. En we zijn ook trots op ADO dat ze zo hoog zijn geëindigd, als zevende of achtste volgens mij. Als ze aanstaande zondag winnen mogen ze meedoen aan de Europa League! Er gaan geruchten dat u een prikkeldraad tatoeage heeft, klopt dat? En zo ja, heeft u er nog meer? Ik zal ze niet ontkennen, noch bevestigen. Ik ben mee geweest naar Trier en heb daar gezwommen, dus je kunt het navragen aan leerlingen uit de derde klas, of in ieder geval klas 3E.. Vandaag tijdens Nederlands zei u dat u fan was van Ruben Nicolai, bent u ook een cabaret-liefhebber? Ja zeker, ik ga heel vaak naar cabaret in Tilburg. De laatste voorstelling was van Javier Guzman volgens mij. Er is een mooie schouwburg in Tilburg. Heeft u dan favoriete cabaretiers? Nou, niet echt. Ik probeer zo veel mogelijk nieuwe, zoals een stand-up comedian avond. Maar als ik dan toch een favoriet moet kiezen..Uhmm. Dan toch die Brabantse,.. uhmm Leon van der Zanden! Heeft u naast cabaret ook nog andere hobby's? Top-Gear kijken! En verder lees ik natuurlijk veel boeken, zeker twee, misschien drie boeken in een week. Verslindt u de boeken dan ook echt? Spannende boeken verslind ik echt ja, maar ik lees ook twee á drie literaire boeken in de maand, die moet je wat langzamer lezen, want die moeten tot je doordringen, omdat ze vaak met mooiere zinnen zijn geschreven. Dat is ook wel eens fijn. Een vriendin vertelde dat er een foto was, van u naast een race auto, én u kijkt TopGear, bent u een echte autoliefhebber? Ja, dat klopt. In de zomervakantie was ik in een oud middeleeuws Italiaans dorpje waar een soort van Bavaria City Race werd gehouden met allemaal Formule auto’s. Daar zijn we toen de hele dag geweest, middeleeuwse stadjes zijn er zo veel, haha. 17
Heeft u een favoriet Formule 1 team? Nee, niet echt. Ik kijk meer mee, maar ik kom er zeker niet vroeg mijn bed voor uit op zondag ochtend - liever zondagmiddag! U bent dus geen ochtendmens? Néé, echt geen ochtendmens. Ik heb een vreselijk ochtendhumeur en wordt dan ook maar moeilijk wakker. Maar ook geen avondmens. Meer een midden-op-de-middag mens. Ik vind ook dat deze school veel te vroeg begint, maar eigenlijk ook veel te laat uit is. Eigenlijk.. weet ik het niet zo goed, haha. Rijdt u ook zelf auto? Ik heb zelf pas sinds een jaar een auto en mijn rijbewijs, het is dus allemaal vrij nieuw. Ik ben echt een gevaar op de weg! Bijvoorbeeld zo'n dode hoek vergeet je nog wel eens.. Sommige, veruit de meeste, leraren zijn echte koffieleuten, bent u dat ook? Als leraar drink ik meestal minstens vijf koppen koffie. Maar dat hoort er denk ik ook wel een beetje bij als leraar, koffie drinken en er vaak een beetje naar ruiken. Er zijn ook wel thee drinkers, maar de meeste zie ik koffie drinken. Heeft u nog een bepaalde smaak qua muziek? Nee, ook niet echt. In ieder geval niet één bepaalde stijl waar ik naar luister. Ik luister meer naar de radio. Het is wel grappig dat jullie muziek uit de jaren negentig heel raar vinden, terwijl het voor mij heel normaal is. Daar luisterde ik vroeger en nu nog naar, terwijl als mij dan gevraagd wordt in de klas om een liedje op te zetten, jullie het maar rare muziek vinden. Oke dan. U heeft daar een dolfijnensleutelhanger aan uw sleutelbos hangen, heeft dat nog een speciale betekenis? Haha, nee. Die heb ik gewoon gewonnen op de kermis. Wél zou ik graag een keer met dolfijnen willen zwemmen, dat lijkt me heel leuk. Heeft u dan nog wel favoriete dieren of huisdieren? Nee, ook niet echt. Wel heb ik een vogel, maar dat bleek een ontzettend saai dier te zijn. Een beetje de hele dag zitten, is ook niet echt wat aan. Wat voor een vogel is het dan als ik vragen mag? Hij heet Biet, en het is een parkiet haha. Het dier wordt nog zeker dertien ook, dat wist ik niet van te voren, haha. Nog een laatste vraag, aangezien we allemaal weer naar de les moeten. Mogen we tot slot nog naar uw leeftijd vragen :P? Ja hoor, ik ben 33 jaar.
En natuurlijk willen we mevrouw Ockenburg heel veel succes wensen met haar zwangerschap! (En mevrouw van Alem uiteraard ook!)
Door Pim van Helvoirt en Veerle Springintveld
18
Het dichtslibben van de gangen De bel gaat. Langzamerhand stromen de gangen vol met leerlingen die naar hun kluisje willen lopen om boeken te wisselen, even een praatje willen maken, alvast willen gaan zitten voor de pauze of als het hen soms treft, mogen ze meegenieten van een liefdeskoppel dat elkaar zit op te eten voordat de boterhammen uit de trommel zijn gehaald. Er is alleen één probleem: je komt niet verder dan de lokaaldeur! Ikzelf draag soms een asociaal grote tas omdat ik altijd van alles en nog wat bij me wil hebben, maar deze keer blijft hij gewoon steken tussen een groep nieuwe aanwinsten van dit jaar. Zoals velen van ons waarschijnlijk al hebben gemerkt, is onze school weer groter geworden in leerlingenaantal, wat enkele dramatische consequenties met zich meebrengt. Het eerste punt is de enorme knuffel waarin we elke pauze met elkaar verstrikt raken; of je het nou wil of niet, als je binnen een normale tijdspanne op een bepaalde plek aan wilt komen, moet je minstens met vijf mensen intensief lichamelijk contact gehad hebben voordat je door de stroom tegen een kluisjeswand wordt aangedreven. De tweede zorgelijke ontwikkeling is de verdichting van het al zo drukke sardineblik op de hoek van de lokalen 1.03 en 1.04. Ik geef zelf toe soms een licht zwemmende beweging uit te moeten voeren om vooruit te komen in deze oceaan van mensen, maar om het maar even te gaan relativeren: mocht je met het ‘hete koffie motief’ er langs willen komen, zou je de hele automaat van onze lieve kantinejuffrouw mee moeten slepen om ook maar een beetje gehoor te geven aan je wens voor verplaatsing. We hebben nu echt een dieptepunt bereikt! Was één van de redenen dat we voor onze gouwe ouwe doos hebben gekozen, niet het ontvluchten van het massale? Onderhand zijn we op de gang naar mijn denken het Sint-Jans model overstegen en komen we aardig in de buurt van een hysterische uitverkoop bij de H&M. In de tussentijd dat wij verzwelgen in een zee van mensen op zowel de begane grond als op de eerste verdieping, lopen de leraren met hun kop koffie (!) op hun gemak naar de lift, om uiteindelijk terecht te komen op de majestueuze vierde verdieping. Onderhand weten we dat onze docenten daar ruimte hebben. Veel ruimte. En voor de nieuwkomers: ja, de leraren hebben er zelfs hun eigen dakterras! Jullie voelen hem waarschijnlijk al aankomen: oneerlijkheid heerst hier. De leraren die sterk in de minderheid zijn, hebben een complete verdieping voor zichzelf, terwijl wij met meer dan 700 man het moeten doen met twee vloeren en een paar banken buiten ‘de doos’. Zien jullie al hoe scheef dit wel niet is? Ik dacht altijd dat docenten zich in dienst van de leerlingen zouden stellen? Wat ik nu vraag is niet veel: mogen we misschien de blauwe taart op de gouden doos delen? Heb meelij en gun ons wat adem, want jullie hebben al een eigen dakterras voor wat frisse lucht. Onderhand zijn er ook al lichte structurele hervormingen te vinden op de 4e: HT, AL en DO zijn al gefuseerd tot één kleine kamer en geven meteen het goede voorbeeld! Het kan namelijk veel compacter. Ik durf te wedden dat we minstens twee goede lokalen kunnen putten uit de kantoren van onze rector, conrector en jaarlaagcoördinator van klas 3 en 4. Ik weet zeker dat we een geschikte plek kunnen vinden ter verplaatsing van hun kantoren; het dakterras bijvoorbeeld. Het ergste is dan ook te bedenken dat deze fout voorkomen had kunnen worden! Ons gebouw is al redelijk flexibel (dat is een doos sowieso al wat betreft ruimte), maar men had best rekening kunnen houden met de groei van de school in het ontwerp! We kennen het verhaal dat de school is gebouwd naar omvang van de desbetreffende tijd dat het gebouw uit de grond rees, maar er moet toch wel ergens een verkeerde afslag genomen zijn dat we zelfs aan de overkant van de weg een onderkomen hebben moeten vinden. Waar komt onze volgende locatie dan wel niet? Op de hoogste verdieping van de toren van Lanschot?
19
We moeten even goed prakkiseren hoe we dit structurele probleem op moeten lossen, aangezien het alleen erger zal worden met de jaarlagen die alsmaar groeien (volgend jaar zal de zesde klas bijvoorbeeld vier klassen tellen i.p.v. 3). Een school is een plek om te leren, te leven, een leven te hebben, of een leven te zoeken (waarvan de kans groot is dat je dat niet hebt als je op een school zit die je begraaft onder een berg huiswerk). Laat dit een oproep zijn om er over na te denken en, mocht je heel erg fanatiek zijn, er ook echt iets aan te doen! Want geef eerlijk toe beste leerling: Niet voor ons leven, maar ook niet voor onze lol leren wij hier zes jaar lang… Door Younes Foukalne
Brugklasserbrigade Brugklasserbrigade Langzaam, maar geleidelijk aan ga ik met de stroming mee Een golf slaat af een ander voegt zich toe Ik stroom langzaam verder mijn doel bijna bereikt Tot een golf mij plots tegenhoudt Brugklasserbrigade Vivian Vos
Hu: Ll: Hu: Ll:
Als je het volgende week niet meer weet, krijg je drie zweepslagen. Waar, meneer? Geen idee. Moet ik dan ook een speciaal pakje aantrekken, meneer?
Zt:
‘Ook ieder normáál mens zou zeggen: daar zit 40 ml vloeistof in.’
Ll Fr
*irriteert Fr* *pakt lijmstift* ‘Dit is een granaat!’
Hu:
Als je mij naait, naai ik terug!
20
Interview met meneer van Straaten De stemming zit er al in als we naar boven lopen, hoewel het naar de vierde verdieping toch wel een hele klim kan zijn met zo’n rugzak om. Als we boven aankomen staat meneer van Straaten al klaar om - jawel hoor! - naar beneden te gaan! Uiteindelijk hebben we een mooie plek op de tweede verdieping gevonden en beginnen het interview. We beginnen even met de cliché vragen: Wat is uw naam? ‘Meneer van Straaten’ Beschrijf uzelf eens? ‘Druk, chaotisch, vergeetachtig, maar toch wel erg lief.’ Waar woont u? Waar ik woon? In Schijndel! Maar wel voor zo lang dat bestaat natuurlijk! Voor de mensen onder ons die nooit trailers van films zien: de nieuwe film van NewKids speelt deels in Schijndel. Verdere uitleg is waarschijnlijk overbodig! Leest u vaak de Feuniks? ‘Ja, altijd! Ik heb er ook altijd in gewild, maar ik kwam er nooit in ...’ Hoelang kunt u al muziek spelen? ‘Ik maak al muziek sinds ik 6 ben.’ Wat is uw rol bij de musical? ‘Ik ben de muzikale leider, ik leid de techniekgroep en verder bemoei ik mij waar ik mij mee kan bemoeien! Ook ben ik voor de mensen in het orkest vooral “De Baas”. Zo moeten ze mij ook letterlijk noemen.’ Heeft u ooit gedacht dat u muziekleraar zou worden? ‘Nee nooit! Ik heb eigenlijk pas heel laat ontdekt dat dit echt mijn passie is.’ Is het echt waar dat u een Teletubbie-pak heeft? ‘Ja, maar dat gebruik ik alleen voor niet-privé zaken! ‘ Dus wel voor school? ‘Ja, ik gebruik het vooral voor mijn werk.’ We hoorden dat uw eerste muzieklokaal op de derde verdieping was, en ook nog eens knaloranje! ‘Dat klopt! Ik zat toen in het kleinste lokaal; 319. Er stond alleen maar een piano en het was helemaal wit. Het eerste wat ik toen gedaan heb was het helemaal oranje schilderen. Ik kreeg er wel veel commentaar op, maar ik trok mij daar niks van aan!’
21
Heeft u nog een paar leuke uitspraken voor ons? 1. ‘Omdat ik zo druk doe hoeven jullie dat niet te doen! 2. ‘Ja, Tinkiewinkie is echt homofiel!’ 3. ‘Niet op de eerste en de derde maat klappen want dat vind ik niet mooi klinken!’ Hoe gaat het met uw oom in Oekiewoekiewakiestan? Hiervoor is enige uitleg nodig: in de muziekles legt meneer van Straaten uit dat de mens muzieknoten heeft uitgevonden om muziek op te kunnen schrijven, maar ook zodat andere mensen het kunnen begrijpen. Als voorbeeld zegt hij dat hij dus een “muziekbrief” naar zijn oom in Oekiwoekiwakiestan gaat sturen met notenschrift erin. ‘Jaa, het gaat zeer goed in Oekiewoekiewakiestan! Ze hebben alleen wat last van de droogte. Ik en mijn oom hebben regelmatig contact en we sturen dan liedjes door.’ Wat is de vervelendste grap die er ooit met u is uitgehaald? ‘De grap van Freek Mulder: ‘Meneer van Straaten, wat zit uw haar toch leuk!’ En daar schrik ik elke keer van: hij zal me wel in de maling nemen en dan zit mijn haar helemaal niet leuk!’ Heeft u ook nog iets waarvoor u zich schaamt? ‘Ik heb een keer een hele les een meisje voor een jongen aangezien. De andere klasgenoten zeiden de hele tijd dat het een meisje was, maar ik hield gewoon sterk vol dat het een jongen was!’ We bedankten meneer van Straaten en gingen maar weer eens naar huis, want uiteraard moesten we nog wat huiswerk voor muziek gaan maken! En voor de mensen die het willen weten; Ja, we zijn vergeten te vragen of Dipsie, Lala en Po ook homofiel waren. (Hoewel we vermoeden van wel). Door Merlijn Hulseboom en Ivo de Haan Hu: Lln: Hu:
He Ll:
Vn: Ll: Vn:
Wat is er buiten zo interessant, jongens? Niets, meneer, we zagen buiten alleen een mooie vrouw lopen .... O oke, dan is het goed.
*deelt veiligheidshesjes uit om te dragen tijdens de projectfietstocht naar Boxtel* ‘Meneer, mag ik het ook onder mijn jas dragen?’
‘Nederlandse zinnen zijn veel egoïstischer dan Franse zinnen.’ ‘Hoezo?’ ‘Het gaat altijd als je iets hebt over jezelf. Net zoals die meeuwen in Finding Nemo! 'Mij! Mij! Mij!' 22
Onderzoek naar de betrouwbaarheid van schoolboeken Het idee voor dit onderzoek ontstond nadat wij tijdens de Duitse les geruchten over de Duitse band ‘Rammstein’ te horen kregen. Het ging erover dat de band zeer waarschijnlijk rechts-extremistisch was en dat de teksten over het nieuwe Derde Rijk zouden gaan. Maar laat het nou zo zijn dat de band al jarenlang deze geruchten probeert tegen te gaan. Ik moest en zou dit even recht zetten. Maar misschien hadden andere klassen dit ook wel gehoord, het moest groter zijn dan alleen mijn klas. Het moest in de Feuniks! Toen ik het artikel in het Malmberg boek nog een paar keer gelezen had, moest ik bekennen dat er geen duidelijke beschuldiging stond en dat ik Malmberg niets kwalijk kon nemen. Vervolgens vroeg ik me af, denkend aan de lessen die ik die week al had gehad, of we op school eigenlijk wel kritisch nadenken over de lesstof die we voorgeschoteld krijgen, dag in dag uit. En prompt kregen we tijdens ANW te horen dat homeopathie eigenlijk onzin is, omdat het niet wetenschappelijk te bewijzen valt. Natuurlijk is het niet zo bot gezegd, maar het hele verhaaltje dat we moesten leren voor de toets, kwam daar wel op neer. Waar zijn de argumenten vóór de werking van homeopathie? Hoe kunnen wij als scholieren onze eigen mening ontwikkelen als we het verhaal maar van één kant te horen krijgen? Maar je zou ook kunnen vragen, waarom de meeste leerlingen alles aannemen wat de leraar/lerares vertelt en waarom ze zelf niet kritisch nadenken, of waarom ze de bel wel hebben horen luiden, maar nog steeds niet weten waar de klepel hangt. Maar de almachtige leraren zijn toch volwassenen die meer van de onderwerpen af weten dan wij puberale scholieren die allang blij zijn dat we de berg leesvoer hebben doorgewerkt, toch? Het ligt denk ik aan beiden. Enerzijds kun je het de leraar niet kwalijk nemen dat hij of zij ook maar een mens is, en alle mensen zijn op de een of andere manier tóch wel subjectief. Mensen zijn geen robots die alles weten en alles objectief kunnen beoordelen. En dat is maar goed ook, want anders zouden we ook maar gevoelloze wezens zijn die alleen maar doen waarvoor ze geprogrammeerd zijn. En wie neem je 't dan kwalijk, de programmeur? Anderzijds kunnen leerlingen ook zelf kritisch gaan kijken naar de lesstof die ze toch ooit wel eens bekeken of gehoord moeten hebben. Gymnasiasten grenzen natuurlijk aan de genialiteit, maar het zijn ook maar weer mensen die aannemen dat ze de waarheid te horen en te lezen krijgen in de klas. Stel je voor dat dit de perfecte wereld was, het Utopia. Dan zou je moeten aannemen dat wat je te leren krijgt, ook de waarheid is. Het onderzoek. Een enquête. Hij moest onder de leraren afgenomen worden. De meeste leerlingen weten denk ik niet genoeg van de lesstof af om er kritisch genoeg naar te kunnen kijken, je zit immers op school om te leren. Leraren dus, helaas hebben er maar negen het onderzoek ingevuld. Ach ja, beter één vogel in de hand dan tien in de lucht. Ik moet bekennen dat de vragen in de enquête erg algemeen waren, zoals ook een van de leraren opmerkte. Maar misschien was dat ook wel mijn bedoeling om de leraren zelf een invulling te laten geven aan de vragen en de vragen toepasselijk te maken voor hun vak. Verrassende resultaten. Van leraren die alleen met ‘ja’ en ‘nee’ antwoorden tot volledig geformuleerde en beargumenteerde antwoorden, tot een aanval naar de o zo goede woorden van ons pausje Benedictus en de overtuiging dat Sinterklaas toch blijkt te bestaan. Wat ik overigens maar even in het midden laat in dit artikel. Toch valt het wel op dat als de leraren een voorbeeld geven van eventuele onwaarheden die ze vroeger als leerling tegen kwamen, of dingen waar ze ten zeerste aan twijfelde, ze vaak met het vak godsdienst aankomen.
23
Tot mijn verbazing heeft elke leraar die de enquête heeft ingevuld ooit wel eens een onwaarheid/gerucht/niet bewezen feit verteld in de klas. Op de vraag of het wel eens mogelijk zou kunnen zijn, dat een leerling een onwaarheid uit een schoolboek leert, wordt echter niet voor de volle 100% ‘ja’ geantwoord. Dan zou je toch denken dat als een leraar zelf al niet altijd helemaal de waarheid spreekt, het goed mogelijk is dat de leerlingen bij ons op school ook onwaarheden leren uit een van de vele schoolboeken. Natuurlijk is dit kleine aantal leraren niet genoeg om een conclusie te trekken voor de hele school en daarmee de leraren en de lesstof, en zeggen sommige leraren er ook wel bij dat het om een gerucht gaat, maar helaas krijg je bij veel leerlingen dan vaak dat ‘van- die- bel- en- deklepel- verhaal’. Maar we gaan verder met de resultaten. Op sommige vragen wordt totaal verschillend geantwoord. Laat ik de geschiedenisdocente bij de vraag ‘denkt u dat er sprake is van verzwijging van geschiedenis feiten?’ als uitgangspunt nemen. Zij antwoordt dat er wel zeker sprake is van onderbelichting van geschiedenisfeiten van bijvoorbeeld het hele gebeuren rond de slavernij en in hoeverre Nederland daarmee te maken had. De meerderheid van de ondervraagden denkt ook wel dat er sprake is van verzwijging van bepaalde geschiedenisfeiten en dat we de wereld, en met name Europa, ook door een gekleurde bril bekijken. Er is maar een enkeling die met een simpel ‘nee’ antwoordt. Zelf ben ik ook van mening dat we in de schoolboeken de lesstof door een gekleurde bril bekijken. Het valt me op dat als het over de geschiedenis van Nederland gaat, vooral de positieve punten worden benadrukt, en de negatieve aspecten, zoals de politionele acties en de slavenhandel, in een klein stukje samengevat worden en dat er dan ook niet zoveel aandacht aan wordt gegeven als bij de andere onderwerpen uit hetzelfde tijdvak. Ook stelde ik de vraag of het misschien nodig zou zijn om de enquête in heel Nederland te houden, alleen daar zijn er veel meningsverschillen. De een vindt het een goed plan, de ander vindt het totaal onnodig. Over het algemeen ‘ligt het aan de uitkomsten van dit onderzoek’, zoals de meeste leraren zeggen in de enquête. Verder kwam ook uit het onderzoek dat zelfs op universiteiten dingen ‘fout’ worden uitgelegd. Wat me overigens niet vreemd in de oren klinkt. Laatst was er een item op het journaal dat een hoogleraar op de Universiteit van Tilburg zelf onderzoeksresultaten had verzonnen en die resultaten zelfs gebruikte in zijn lessen. Resultaten die door studenten in hun eigen onderzoeken waren gebruikt en die zij zo ook aan anderen onderwezen. Wonderlijk dat die man het jaren heeft kunnen volhouden. Er is niet echt een duidelijke conclusie te trekken uit dit mini-onderzoek. Wat me wel opvalt, is dat er van de negen ondervraagden ruim de meerderheid ‘ja’ antwoordde op mijn vragen. Vragen die veelal gingen over ‘het feit’ of ze zelf ooit iets tegen kwamen in boeken, zelf iets verteld hebben of vroeger zelf als leerling iets tegen kwamen waarvan de betrouwbaarheid te betwijfelen was of helemaal niet waar of niet bewezen was. Voor het merendeel wordt er ‘ja’ op geantwoord. Iets wat ik wel had verwacht, alleen het zou niet mogen voorkomen. Natuurlijk is alles altijd in ontwikkeling en veranderen de feiten constant. Maar dan zou je een jaarlijkse update van het schoolmateriaal moeten inlassen. Helaas is dat te duur, maar misschien zouden we oude schoolboeken kunnen recyclen en gebruiken voor de nieuwe boeken. Of je zou in de eigen les het te leren materiaal moeten aanpassen aan de nieuwe ontdekkingen, of datgene wat nog niet bewezen is niet mee rekenen bij te leren stof.
Met dit onderzoekje kan ik mensen alleen maar bewust proberen te maken van het feit dat je als leerling, als mens, elke week en elke dag leert en dat je best wel eens kritisch naar 24
de lesstof of verhalen van anderen mag kijken, omdat er blijkbaar niet altijd de waarheid verteld wordt. Ik zou kunnen voorstellen om eens aan de leraar de ‘waarom’ vraag te stellen, maar uiteindelijk is het maar wat je er zelf mee doet. Waarschijnlijk leest maar een enkeling dit artikel. Toch denk ik dat ik hiermee iets heb proberen duidelijk te maken, en dat is het feit dat je kritisch moet omgaan met de informatie die je iedere dag krijgt. Op het journaal, in de klas, in musea, op voorlichtingsdagen et cetera. Het zou zomaar eens niet de waarheid kunnen zijn. (En ja, meneer Desmense, natuurlijk bestaat Sinterklaas!) Door Veerle Springintveld
Maurice
Mini-Maurice
Vs.
Zoek de 10 verschillen!
Ho om 11.25 ’s ochtends tijdens wiskunde B klas 6: ‘Ik ruik bier… Wie heeft er hier bier op?!’ Ho: Ll: Ho:
Oke, we gaan weer léuk verder met de theorie. *Maakt overdreven hard kreungeluid* Precies, dat wil ik horen!!
Sc:
Ik ben echt aan het dementeren!
Hn: Ll: Hn:
Doe eens ff normaal! Maar ik heb de hik! Dan houd je je adem vijf minuten in en dan heb je nooit meer de hik.
Ll: Hl:
Meneer, ze pest mij! Oh. Houd op. Stop eens. Raar kind.
25
Halloweenfeest eerste klas! Vrijdag 4 november was er Halloweenfeest voor klas 1. Zowat 5/6 deel van de school denkt nu vast: dat gaat niet over mij. Maar nu kan ik jullie verzekeren, dat als jullie dit lezen, jullie vast weer terugdenken aan die tijd, lang geleden, toen jullie nog brugpiepers waren… Maar we hadden het over het Halloweenfeest. Dat was echt superleuk! Iedereen, of bijna iedereen, had te gekke kleren aan en sommige mensen lieten je op de gekste momenten schrikken. Dat is best eng hoor, als je opeens wordt vastgegrepen, terwijl je gezellig staat te kletsen. Er waren ook allemaal lekkere hapjes, al zagen ze er wel eng uit!
Het minst leuke aan het hele feest was eigenlijk wel het einde, toen iedereen mee moest helpen met opruimen. O ja, dat was ik nog bijna vergeten te vertellen: de tutoren hadden iets georganiseerd. Per twee tutorgroepjes verdwenen er steeds mensen naar boven. Als ze weer beneden kwamen zeiden ze dat ze niet mochten vertellen wat ze boven gezien hadden. Ik voel een sterke drang om het nu te vertellen, maar dat doe ik toch maar niet voor het geval de brugpiepers van volgend jaar deze Feuniks in handen krijgen... In elk geval was het een super geslaagd Halloweenfeest! Door Wieke Snoeij
26
‘Een Een nieuwe wereld’ wereld door Ella Velner Hier loop ik, heel rustig door het bos. Ik wil alles achter me laten met elke stap die ik zet. Ik wil niet meer denken aan al die stomme dingen, ik wil niet meer dromen over andere stomme dingen. Ik wil bij elke stap die ik zet dichter bij een nieuwe wereld komen waar ik heel mijn leven vergeet. Waarbij ik eerst door een soort poort moet lopen waardoor ik dat vorige leven vergeet. Dan ben ik vrij van al die gedachtes, al die enge dromen. Maar intussen loop ik gewoon verder door het bos, door de leegte van de stilte van het bos. Maar plotseling wordt die stilte verbroken. Geritsel achter me, geritsel naast me, en dan staat het voor me; een man van in de veertig onder het vuil. Hij kijkt boos en verdrietig tegelijk. Naarmate ik hem steeds beter kan bekijken, zie ik dat hij eigenlijk best zielig is. Dan grijpt hij me bij de arm en sleurt me nog dieper het bos in. Opeens heb ik niet zo’n medelijden meer met hem. Ik probeer me los te rukken, maar hij heeft me stevig vast. Dan laat hij me even los. Ik grijp mijn kans en zet het op een rennen. Maar ik struikel over iets, waarschijnlijk een boomwortel, waardoor ik val en hard op mijn gezicht terechtkom. Er schiet een stekende pijn door mijn enkel. Ik voel een hand in mijn kraag en dan word ik daar ruw aan omhooggetrokken, waardoor ik bijna geen lucht meer krijg. Hij sleurt me weer terug. Ik krijg weer een reeks van pijnscheuten in mijn enkel. Ik word neergezet op een afgehakte boomstronk en de man gaat tegenover me zitten op de met bladeren bedekte grond. Iets zegt me dat ik niet weer moet proberen te vluchten. Sowieso zou ik dat ook niet echt meer kunnen met zo’n enkel. Opeens begint de man te huilen. Het ziet er erg aandoenlijk uit. Er komt ineens een waterval aan woorden uit zijn mond. Zijn vrouw dit, zijn kinderen dat… Ik kan het nog net volgen. Uiteindelijk komt het erop neer dat hij zijn vrouw een tijd terug (de precieze tijd weet hij niet, aangezien hij nu in het bos woont) heeft verloren aan kanker. Daarna moest hij zijn twee kinderen, een zoontje van acht en een dochtertje van vijf, alleen opvoeden. Doordat hij ontslagen werd op zijn werk, kon hij de huur van het appartement niet meer betalen, waardoor ze op straat belandden. De kinderen konden ook niet meer naar school. Daarna vertelt de man een heel verhaal over hoe het toen was, hoe het eten in de gaarkeuken was, hoe het was om steeds maar weer voor de kinderbescherming te moeten vluchten…Op een gegeven moment hadden ze hen weer gevonden en hadden ze Stacey, zijn dochtertje, van hem af weten te pakken. Bruce, haar broertje, was er bijna achteraan gerend, maar zijn vader had hem nog net tegen kunnen houden. Hij wilde niet dat hij hem ook nog kwijt zou raken. Toen heeft hij met Bruce nog een paar maanden zo geleefd, totdat Bruce ziek werd. Het begon met hoesten, toen een lichte koorts die al snel overging in een hevige koorts, buikpijn, hoofdpijn en heel veel overgeven. Hij wilde niet meer eten, kon niet meer goed slapen en zijn vader had niet genoeg geld om naar een dokter te gaan. Uiteindelijk is het arme jongetje in de armen van de man overleden. Toen was de man de mensen, en alles wat de mens had geschapen, zat. Dus hij vluchtte uit de stad het bos in, de pure natuur, waar geen mens komt (behalve ik dan). En toen waren we weer bij het nu. De man is verwilderd en heeft leren overleven in het bos. Opeens kijkt de man me aan met een verontschuldigende, vriendelijke blik. ‘Ga nu maar, sorry dat ik je tijd heb verspild. Ga maar weg, en kom alsjeblieft nooit meer terug!’ De opgedroogde tranen van de man werden al weer overspoeld door nieuwe tranen. Woede en verdriet overvielen hem. Ik ren weg, ik word hier toch wel een beetje bang van, van deze woede. Dan hoor ik achter me zijn stem weer. Ik draai me om. ‘Bedankt,’ zegt de man, ‘bedankt dat ik mijn verhaal mocht doen.’ Ik kijk hem een beetje meelevend aan. ‘Jij bedankt.’ De man kijkt me verbaasd aan. ‘Bedankt dat je mij even de nieuwe wereld hebt laten zien. Dat ik even niet aan mijn eigen leven hoefde te denken.’ En na die woorden draai ik me weer om en ren terug, naar huis. 27
De Schoolmoord ’s-Hertogenbosch, 21 november 2011 Er is een lijk gevonden in de fietsenstalling van het Stedelijk Gymnasium. Het blijkt om Dhr. Desmense te gaan, een leraar Klassieke talen aan de reeds genoemde school. De politie weet geen raad met deze moord en besloot daarom alle bewijzen openbaar te maken en hoopt hiermee de moord op te kunnen lossen. Hier zijn de aanwijzingen die mogelijk kunnen leiden tot het vinden van de dader: Er zijn donker bruine krullen op de grond gevonden. Dhr. Desmense had een papiertje bij zich met daar op geschreven: ‘Lieve mensjes, alle Latijn-proefwerken zijn nagekeken’. Dhr. Desmense zou later van school vertrekken, omdat hij een collega moest vervangen. Er is ook een kladblok gevonden met daar op: “Revanche pour les gens qui cassent les autres, la vengeance mène à la mort” Hij is waarschijnlijk met een redelijk klein, hard, vierkant boek dood geslagen door iemand die langer is dan hijzelf. Weet jij wie de dader is? Mail dan de naam van de dader naar
[email protected] en wordt uitgeroepen tot Superschooldetective in het laatste Feuniks nummer van dit schooljaar! In het volgende nummer zullen ook de antwoorden worden gegeven. Daarna kan je natuurlijk niet meer het goede antwoord insturen. Veel succes met het oplossen van deze moord! Door Titus Stam
Ll: Zt:
Do: Ll: Do:
‘Mevrouw mag ik nu nog even wat vragen, want het eind van de les is bijna…’ ‘Het huiswerk!’
*Aan het eind van de les* ‘Hey, waar is (naam leerling) eigenlijk? Ik heb hem nu op OW gezet.’ ‘Die heeft u aan het begin van de les op de gang gezet meneer…’ ‘Oh…’
*Twee leerlingen spuiten met deo zonder dat He het ziet* He: ‘Hmm, het ruikt hier naar... Kruidvat!’
Ln: Ll:
‘In ‘augurium’ zit het woord…’ ‘Augurk’.
28
Mijn parel achter het gordijn De donkere lucht was als een deken om hem heen gevallen. Ik keek naar hem zoals ik dat elke nacht deed. Vanachter de witte gordijnen zag ik zijn silhouet in mijn tuin staan, met het geweer in zijn hand, op een luchtwortel. Ik was de enige die hem kon zien. Of eigenlijk de enige die zijn geest kon zien. Ik was voor gek verklaard, alleen omdat ik hem zag. Elke nacht droomde ik hetzelfde. Ik droomde over die vreselijke nacht, de nacht dat mijn schuldgevoel me voor altijd zou achtervolgen. We waren een tijd geleden naar Nederlands-Indië verhuisd. Mijn man kon daar werk vinden op de plantage. Hij zat in het bestuur en we hadden een goed inkomen. Mijn droom begon altijd hetzelfde. We zaten in ons hutje op de plantage in NederlandsIndië. De geur van de plantage zat diep in de dekens waar we onder lagen, mijn man, mijn kind van één jaar en ikzelf. De geluiden van de nacht drongen door de wankele muren van ons hutje. We waren bang, maar niemand liet het merken, zelfs mijn kind niet. We sliepen bijna toen er opeens stemmen klonken. “Meester, gevaar!”, werd er geroepen. Ik schrok wakker en keek mijn man aan. Zijn ogen lichtten zwart op in het zwakke schijnsel van de kaars. Zijn mooie ogen, waar ik de eerste dag dat ik hem tegenkwam al in was verdronken. Zelfs door de muren heen waren stemmen te horen. Ze schreeuwden en riepen zijn naam. Die mooie naam die ik maar niet uit mijn hoofd kon zetten. Mijn kind was intussen wakker geworden. Met zijn heldere blauwe ogen keek hij me aan. Ik wist wat er aan de hand was, ik wist wat mijn man moest doen. Hij wist het ook. Het roepen van stemmen in doodsangst klonk steeds harder. Er werd alarm geslagen omdat er een wild dier op de plantage was gezien. Dat hoorde ik later pas. Later, toen alles voorbij was. Mijn man stond op en deed de kaarsen aan die ik op tafel had neergezet. “Wat ga je doen?” Mijn stem klonk hees, ik wilde dat hij mij zou beschermen, dat hij me vast zou houden tot het allemaal voorbij was. “Je weet wat ik moet doen,” was zijn antwoord. Hij liep langzaam naar de kast, alsof hij wilde voorkomen dat ik zag wat hij deed. Hij keek naar de gevreesde plank. Toen keek hij naar mij. Ik knikte instemmend, het moest toch, hoe dan ook, het moest toch. Langzaam pakte hij het geweer van de bovenste plank. “Doe voorzichtig.” Dat was het enige wat ik uit kon brengen. “Ik kom terug. Jij bent mijn parel, het enige wat ik heb, ik heb je nodig.” Hij zei het, hij meende het, hij voelde het. Langzaam liep hij de deur uit, voor de laatste keer. Hij keek niet om. Als hij wel omgekeken zou hebben, had hij gehuild. Dat wist ik zeker. Hij moest het dier vinden en schieten, in de hoop dat de kogel raak was. Dat lukte hem altijd. Na een tijdje met mijn kind om mijn schoot gezeten te hebben, deed ik de kaarsen uit en ging in bed liggen. De deken waar mijn man onder had gelegen trok ik over me heen en met mijn kind in mijn armen viel ik in slaap. Ik had hoogstens een halfuur geslapen toen ik eindelijk wakker schrok van het schot van zijn geweer. Met gemengde gevoelens stond ik op. Ik deed de kaarsen aan en was blij en 29
bang tegelijkertijd. De kogel moest raak geweest zijn want ik hoorde niets, helemaal niets. Het was alsof er niets was, alsof ik de enige was die bestond. Ik liep langzaam naar buiten. Het was alsof mijn voeten me niet meer wilden dragen. Alsof ze het hadden opgegeven en niets meer wilden doen, alleen blijven staan. Uiteindelijk bereikte ik het drempeltje dat ons hutje scheidde van de koude nacht. Ik liep zoekend over de plantage. Ik zag niets, ik hoorde niets, ik vond niets. Alleen het zwart van de nacht, alleen sterren. De sterren, de sterren die we nog samen parels hadden genoemd. De parels achter ons gordijn. Na drie kwartier gezocht te hebben zag ik een zwarte gestalte van een man staan. Ik vroeg of hij wist wat er aan de hand was. Hij wees naar een boom net naast de plantage. Als hij Nederlands had gesproken had ik hem begrepen. Hij sprak alleen geen Nederlands en de schok kwam dus harder aan dan ik me in had kunnen indenken. Ik liep naar de boom. Mijn hart wild kloppend, mijn handen zwetend. Ik zag nog niets. Tot ik om de boom heen liep. Daar lag hij, met het geweer naar zijn borst gericht en een kogel in zijn lijf. Hij was gestruikeld over de luchtwortel. Hij had zichzelf doodgeschoten. Hij was er niet meer, hij was weg. Het enige waarvoor ik hier zat, was weg. Daarmee eindigde, elke nacht, mijn droom. Elke nacht zou ik eraan herinnerd worden. Elke nacht zou ik nog aan hem denken. Hij zei dat hij op me zou wachten. Dat doet hij ook, want elke nacht staat hij daar. Hij waakt over mij en zijn zoon, zoals hij heeft beloofd. Hij wacht op me. Mijn parel achter het gordijn. Door Mechteld van Olden
He: Lln: He:
Oke, dus nu vullen jullie in hoe ver jullie al zijn in de tabel. Maar meneer, wij snappen het nog steeds niet, wat moeten we nou invullen? Nou, in het geval van jullie groepje vul je in dat jullie er geen flikker van snappen!
TL (ironisch): ‘Jullie zijn toch geen gehandicapte kinderen die geen zinnen met lijdend voorwerp kunnen schrijven?!’ He Ll: He:
(bij de vertoning van een filmpje over microkrediet) ‘Wat willen mannen eigenlijk?’ ‘Ehm, eten?’ ‘Juist, eten, én SEKS.’
Pd:
Hupsakeetje!!!
Hu:
Even stoppen met die tongworstelingen en die tongrollingen, jongens. Dat doen jullie maar in de disco.
30
Inmiddels is het kerstgala 2011 en tevens mijn laatste kerstgala kerstgala als leerling op deze school al weer voorbij. Maar terwijl ik dit schrijf, moet het gala nog plaatsvinden. Daarom maak ik van deze gelegenheid gebruik om de feestcommissie van dit jaar, enkele medemede-zesdeklassers, namens de Feuniks een warm hart toe te dragen, nu de kerstdagen en goede doelenacties er toch ook weer aankomen. Dus bij dezen: , jullie doen het keigoed! keigoed! Het schoolfeest in de Silva was toppie! Hopelijk wordt (is) het gala ook zo’n fantastisch feest (geweest)! Wellicht komt er in de volgende Feuniks een Kerstgala review! Door Sanne Hofstee 31
Horoscoop Waterman (21 januari – 19 februari) Deze maand ga je naar een ijssculptuurtentoonstelling. Onder het genot van een waterijsje laat je de verschillende beelden op je inwerken. Als blijkt dat dat totaal niet lukt, weet je dat je deze maand te veel met jezelf bezig bent en niet openstaat voor anderen. Je neemt je voor om als je in de kroeg staat de/het eerste en de beste leuke jongen/meisje te benaderen met de vraag: “ Kan ik iets voor je betekenen?”. Voor wat er dan gebeurt, heb je de rest van de maand de tijd om bij te komen.
Vissen (20 februari – 20 maart) Na heel lang aarzelen en het benutten van alle excuses die er maar zijn, gebeurt het onoverkomelijke: je gaat tijdens kerst uit eten met je ouders. Wanneer je wederom na lang aarzelen onder dwang besloten hebt het 'verrassingsmenu' te nemen, omdat dat 'gezellig' is, stuit je bij het hoofdgerecht op een graat. Deze spuug je vervolgens uit in een onbewaakt moment en je ziet deze met een fraaie boog in het glas van je buurman belanden. Nu weet je dat deze avond voor jou niet meer stuk kan.
Ram (21 maart – 21 april) Dit is voor jou de maand van voorspoed. Alles lijkt goed te gaan. Overal. Je cijfers zijn goed en ook in de sociale hoek zit het wel snor. Het lijkt er namelijk op dat er iemand op jou valt deze maand. Jammer genoeg tast je nogal in het donker op dit gebied, dus je gaat advies vragen aan de beste specialist op liefdesgebied, de ridder op het witte paard natuurlijk! Hiervoor moet je helaas wel een moeilijke reis afleggen, door het land van de trollen en draken. Als je nu eindelijk de ridder hebt bereikt, blijkt deze er absoluut geen verstand van te hebben! Vergeleken met hem ben zelfs jíj nog een wijze in het vak. Je hebt dus deze hele reis voor niets ondernomen.
Stier (22 april – 21 mei) Jij hebt maar één karaktereigenschap deze maand: agressief. Iedereen die jij ziet, wil je aanvliegen, zelfs je beste vriend(in). Daarom kom je op het geweldige idee (onder (lichte) dwang), om jezelf maar eens naar een gesticht te begeven. Hier krijg je een volledige check. Als je dan weer terug thuisgekomen bent, ligt in je fax een 12 pagina's lange lijst met alle mentale stoornissen die jij wel allemaal niet hebt. Sindsdien moet je niets meer hebben van moderne dingen als psychologie en leef je de rest van je leven in een klooster. 32
Tweelingen (22 mei – 21 juni) Deze maand doe je alles dubbel: je poetst 's ochtends twee keer je tanden, deelt je boterham door twee, eet hem in twee keer op en als klap op de vuurpijl koop je tweemaal illegaal vuurwerk in voor de jaarwisseling. Je moet je echt pas echt zorgen gaan maken, als je merkt dat je twee condooms over elkaar aan probeert te trekken of wanneer iemand er om vraagt om dat te doen!
Kreeft (22 juni – 23 juli) Komende maand staan ook voor jou weer de feestdagen voor de deur, dus haal je feestneus van zolder en zorg dat de hapjes klaarstaan, dan zal deze kerst zeker slagen. Kijk alleen uit voor rondvliegende kalkoenen en de flauwe moppen van ome Jaap. Met oud en nieuw zouden er best wel eens oude vlammen op kunnen duiken als je in de stad bent rond de jaarwisseling. Of je daar blij mee bent, hangt af van de hoeveelheid bier die je daarvoor in de Cinq of Silva hebt staan zuipen.
Leeuw (24 juli – 23 augustus) Als je op een vroege maandagmorgen weer een klas in loopt, als een ware trotseerbeer, kom je je gelijke tegen in de vorm van een leraar. Die nieuwe leraar blijkt zichzelf net iets stoerder te vinden dan jij jezelf. Elke les is dus weer een gevecht om het leiderschap in de klas. Met slechte grappen en flauwekul probeer je de leraar uit zijn lood te slaan, elke les, de hele week lang. Als dit niet blijkt te werken, moet je toch echt tot de conclusie komen, dat je ingemaakt bent door deze leraar.
Maagd (24 augustus – 21 september) Deze maand zul je achtervolgd worden door waanbeelden, wanneer je tijdens de eerste en beste volgende saaie les (zoals gebruikelijk) weer zit te vechten tegen de slaap en vraag je je af waarom deze persoon ooit op het idee is gekomen om leraar te worden. Dan meen je 100% zeker te zijn van het feit dat je getrakteerd wordt op een vette knipoog. De verlekkerde blik maakt aan elke twijfel een einde. Wanneer je bij een wandeling door de klas, ook nog een brief krijgt met een hartje, breekt blinde paniek uit. Als je daarbij ook nog je eigen naam ziet in combinatie met de naam van degene die iets moet leren, is een oerkreet het resultaat. Als vervolgens iedereen in de klas je vragend aankijkt, weet je dat je gedroomd hebt. Op dat moment neem je je voor de eerste keer voor om niet meer in slaap te vallen tijdens lessen.
33
Weegschaal (22 september – 23 oktober) Jij zit in een periode van afweging deze maand. Je kunt maar niet beslissen of je iets moet doen of niet. Je weet niet wie je beste vriend(in) is, je weet niet wie je favoriete leraar is en je weet al helemaal niet wat je voor je ouders onder de kerstboom moet leggen. Dit zijn maar een paar voorbeelden van de afwegingen die jij de hele tijd maakt. Als je vervolgens bij een toets een deel meerkeuzevragen tegenkomt, weet je dat je toch echt keuzes zal gaan moeten maken.
Schorpioen (24 oktober – 21 november) Je wordt 's ochtends wakker, even soepel als altijd (lees: halfuur blijven liggen), daarna hijs je jezelf uit je bed met het nodige gekreun en gesteun. Als je dan veel later bent dan normaal, moet je natuurlijk vreselijk haasten voor school. Met driehonderd kilometer per uur vlieg je op je fiets naar school. Maar helaas, om een hoekje staat op je route ineens de politie. Deze houden je natuurlijk aan en doen vervolgens, om een reden die jou volkomen vreemd is een alcoholtest. Hier sla je zo vreselijk positief uit, dat ze je maar meenemen naar het bureau. Een les voor deze maand: sta altijd vroeg op, zodat je nooit slaapdronken op je fietst springt.
Boogschutter (22 november – 21 december) Deze maand is een schot in de roos. Niet alleen ben jij de spreekwoordelijk koning van de school, maar ook bescherm jij allerlei lieflijke eersteklasser tegen onrecht en allerlei ander kwaad. Zo zie jij dat twee van de meest kwaadaardige soort bovenbouwers een klein meisje in een prullenbak proberen te passen. Jij besluit hier een stokje voor te steken. Nadat je op deze twee nietsvermoedende stervelingen bent afgestormd, gebied je ze vriendelijk hiermee op te houden. Zij weigeren dit en het gevecht barst los. Voordat je helemaal verrot geslagen bent, komt Henk aanstormen in oorlogsstemming. Als je een echte held wil zijn, zal je toch je sokken thuis moeten laten.
Steenbok (22 december – 20 januari) Deze maand ben jij gevoelloos als een koude rots. Niemand staat jouw doel in de weg: namelijk zonder kleerscheuren door de feestdagen komen. Omdat je al halverwege bent met je voorbereidingen, lijkt dit geen goddelijke opgave meer. Helaas zal je toch nog wat tegenslagen te verduren krijgen in de vorm van ernstige sneeuwbuien en loopt je imago een paar deukjes op, vanwege je slecht gekozen outfit voor het Kerstgala. Door Pim van Helvoirt Tekeningen door Anne de Ronde 34
Inhoudsopgave 1 Colofon 2 Voorwoord 3 Invulverhaaltje 5 Gadgetrubriek 7 Romereis 9 Borsthaar 10 Griekenlandreis 15 Alleen ontvoerd, deel 1/3 17 Interview met mevrouw Ockenburg 19 Het dichtslibben van de gangen 20 Brugklasserbrigade 21 Interview met meneer van Straaten 23 Betrouwbaarheid Schoolboeken 25 Zoek de tien verschillen! 26 Halloweenfeest klas 1 27 Een nieuwe wereld 28 De Schoolmoord 29 Mijn parel achter het gordijn 31 Go FeCo! Kerstgala preview 32 Horoscoop
35
Hoofdredactie Naomi Ivo & Stijn Nynke Sanne Younes Anoniem Pim en Veerle Younes Vivian Vis, 3A Ivo en Merlijn Veerle Onbekend Wieke Ella Velner, 5D Titus Mechteld van Olden, 2A Sanne Pim