Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk, Leiden
BETER WETEN
THEMA: Z ORG ROND EEN HERSENINFARCT EN EEN TIA •• Wat is een beroerte? •• Cardiovasculair risicomanagement: zorg voor hart en bloedvaten •• Stoppen met roken •• Zorgdomein •• Fysiotherapie na een CVA (beroerte) •• Medicijnen bij beroerte en TIA •• Logopedie en een beroerte (CVA) •• Bij ons thuis •• CVA en de trombosedienst •• Voeding en hart- en vaatziekten •• Leven na een niet aangeboren hersenletsel (NAH) •• Weet u dat •• Lezersvraag november 2013
Merenwijk Gezondheidscentrum Nr. 103
SPREEKUREN EN TELEFOONNUMMERS GEZONDHEIDSCENTRUM MERENWIJK, ROSMOLEN 2, 2317 SJ LEIDEN HUISARTSEN Tel.nr. praktijk: 521 86 61 Spoedlijn: ma. t/m vr. tussen 8.00 - 17.00 uur 521 10 42
MAATSCHAPPELIJK WERK (KWADRAAD) Dagelijks inloopspreekuur van 9.00 - 10.00 uur op het hoofdkantoor Haagweg 47, Tel.nr. 088 - 900 42 00.
Waarneemregeling: buiten de normale openingstijden van het gezondheidscentrum (op werkdagen van 8.00 - 17.00 uur) geldt een waarneemregeling. U wordt dringend verzocht tijdens de waarneming alleen voor spoedgevallen te bellen 0900 513 80 39, u wordt dan verbonden met de Spoedposten Zuid Holland Noord.
ACTIVITE Hoofdkantoor Tel.nr.:
Spreekuur volgens afspraak: dagelijks kunnen er afspraken gemaakt worden via de afsprakenlijn tussen 8 en 11 uur en tussen 14 en 16 uur. Dat betreft afspraken bij de huisartsen, bij de assistenten en visites voor dezelfde dag. Herhaalrecepten kunnen 24 uur per dag worden aangevraagd. PRAKTIJKVERPLEEGKUNDIGEN Tel.nr.: 523 06 42 Tel. spreekuur op ma. t/m vr. van 12.00 - 12.30 uur. FYSIOTHERAPEUTEN Tel.nr. praktijk: 521 22 86 Spreekuur volgens afspraak. De assistente is dagelijks te bereiken tussen 8.00 - 12.30 uur en 13.00 - 16.00 uur. Woensdag van 8.30 - 12.30 uur.
516 14 15
DIËTIST Tel.nr. praktijk: 20 20 002 Dinsdag en donderdag spreekuur LOGOPEDISTEN Tel.nr. 523 21 39 SCAL MEDISCHE DIAGNOSTIEK Tel.nr.: 516 00 20 Op werkdagen van 8.30 - 11.00 uur. SERVICEPUNT ZORG GEMEENTE LEIDEN Tel.nr.: 516 55 06 PSYCHOLOGEN Spreekuur volgens afspraak, na verwijzing door arts. Tel.: 589 44 38 VERLOSKUNDIGEN Praktijk S.Demir, Tel.nr.: 589 80 78 DIRECTIE Tel.nr.:
522 71 84
ALGEMEEN FAXNUMMER Faxnr.: 523 49 22
INHOUDSOPGAVE Ten geleide.................................................................................................................. 2 Even voorstellen........................................................................................................ 3 Afscheid...................................................................................................................... 5 THEMA: Z ORG ROND EEN HERSENINFARCT EN EEN TIA Wat is een beroerte?................................................................................................. 7 Cardiovasculair risicomanagement: zorg voor hart en bloedvaten............. 11 Stoppen met roken.................................................................................................. 12 Zorgdomein.............................................................................................................. 15 Fysiotherapie na een CVA (beroerte).................................................................. 16 Medicijnen bij beroerte en TIA............................................................................ 17 Logopedie en een beroerte (CVA)....................................................................... 21 Bij ons thuis.............................................................................................................. 23 CVA en de trombosedienst................................................................................... 25 Voeding en hart- en vaatziekten.......................................................................... 26 Leven na een niet aangeboren hersenletsel (NAH)........................................ 30 Weet u dat................................................................................................................. 32 Lezersvraag.............................................................................................................. 33
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
1
Ten Geleide Hier voor u ligt alweer het laatste nummer van Beter Weten in 2013. Wat hebben we een mooie zomer gehad! Heerlijke lange avonden buiten en een fantastische nazomer. Wat zou de winter dit jaar brengen? Weer een koude winter met veel sneeuw? We zullen het zien! Het thema van deze Beter Weten is ‘Zorg rond een herseninfarct en een TIA’. Een herseninfarct en een TIA kunnen een grote impact hebben op het leven van de patiënt en zijn omgeving. In dit nummer komen allerlei aspecten rondom dit onderwerp aan bod. Hoe verkleinen we het risico op een herseninfarct? En welke medicijnen worden er voorgeschreven? Wat kunnen de fysiotherapeut en logopedist voor u betekenen? Onze praktijkverpleegkundige vertelt over ons zorgprogramma Cardio Vasculair Risico Management’(CVRM). Ook vindt u interessante informatie van de Trombosedienst en de stichting MEE. Zoals u waarschijnlijk al heeft vernomen heeft huisarts Rob van Leeuwen ons centrum per 1 november verlaten. Na bijna 40 jaar gewerkt te hebben als huisarts is de tijd gekomen om het rustiger aan te gaan doen. U heeft inmiddels afscheid kunnen nemen tijdens de receptie in de Regenboogkerk op 31 oktober. In deze Beter Weten vind u een afscheidswoord van huisarts van 2
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
Leeuwen. Zijn opvolger, dhr. M. Cargalli, stelt zich in dit nummer aan u voor. Sinds april van dit jaar is er een prik locatie van het SCAL in ons centrum gevestigd. Wij ontvangen veel positieve reacties van onze cliënten, maar op drukke dagen, als de wachttijd soms oploopt, wordt er ook wel eens gemopperd. Wij willen benadrukken dat onze assistentes geen invloed kunnen uitoefenen op de wachttijden van de priklocatie. Het heeft dan ook geen zin om hierover met onze assistentes in discussie te treden. Eventueel kunt u bij drukte uitwijken naar een andere priklocatie van het SCAL of naar de hoofdvestiging op de Rooseveltstraat. Doorgaans is de wachttijd overigens niet lang en wordt u snel geholpen. Zowel voor bloedafname als voor afgifte van materialen dient u een nummertje te trekken. Gezondheidscentrum Merenwijk bestond in oktober van dit jaar 35 jaar! In oktober 1978 opende ons centrum voor het eerst zijn deuren. Om dit heuglijke feit te vieren trokken we er 11 oktober met alle medewerkers en partners op uit naar Delft. Een fotoimpressie van dit uitje kunt u vinden verderop in deze Beter Weten. Sinds 2011 jaar geeft ons gezondheidscentrum een digitale nieuwsbrief uit. U kunt zich hiervoor aanmelden op onze website (www.gezondheidscentrummerenwijk.nl). Meerdere keren per jaar
zal deze nieuwsbrief verschijnen en na aanmelding ontvangt u deze per email. Wist u dat u op onze website ook oude nummers van ‘Beter Weten’ kunt vinden? De illustraties zijn wederom verzorgd door Hannie van der Giessen. Ik wens u veel leesplezier toe met deze Beter Weten! Chantal ter Haar, bureaucoördinator.
EVEN VOORSTELLEN Marco Cargalli, huisarts
Mijn naam is Marco Cargalli en ik zal gaan samenwerken met huisarts van de Ven. Ik zal op maandag, woensdag en vrijdag in de praktijk aanwezig zijn. Ik ben in Limburg opgegroeid. In 2003 heb ik de opleiding tot arts in Maas-
tricht afgerond. Hierna heb ik meerdere jaren, waarvan 2 jaar in Australië, met plezier op verschillende Spoedeisende Hulp en Intensive Care afdelingen gewerkt. Na de opleiding tot huisarts aan de Vrije Universiteit Amsterdam in 2011 te hebben afgerond, heb ik als waar nemend huisarts in een aantal prak tijken in Den Haag en Delft gewerkt. Bij het werk als huisarts komen mijn gevarieerde interesses binnen de geneeskunde samen. De breedte van het vak maakt het werk zeer afwisselend en uitdagend. Daarnaast zorgen het patiëntencontact en de continuïteit van het huisartsenvak voor veel voldoening. Sinds 2007 woon ik met plezier in Leiden. Het wonen en werken in de omgeving van Leiden bevalt zo goed dat ik me hier permanent heb gevestigd. Samen met mijn gezin geniet ik nog dagelijks van deze mooie stad en omgeving. Inge Berg, fysiotherapeut Mijn naam is Inge Berg, in 2012 ben ik afgestudeerd aan Hogeschool Leiden als fysiotherapeut. Op dat moment was ik reeds werkzaam als waarnemend fysiotherapeut in het Diaconessenhuis in Leiden. Na deze waarneming ben ik gaan werken als fysiotherapeut in een praktijk in Nieuw-Vennep. In juli 2013 ben ik het team van het gezondheidscentrum komen versterken. Ik ben op dinsdag, woensdag en vrijdag aanwezig. Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
3
Binnen mijn werkzaamheden in het gezondheidscentrum zal ik naast de één op één behandelingen veel in de oefenzaal te vinden zijn. Daarnaast ben ik gestart met het geven van sportlessen en verzorg daarbij als fysiotherapeut de begeleiding . Naast mijn werkzaamheden in het gezondheidscentrum begeleid ik de aanstormende talenten en topsporters van de wedstrijdselectie en topselectie van Judo Yushi in Nieuw-Vennep. De komende jaren wil ik mezelf graag verder ontwikkelen binnen de Sport fysiotherapie. Na het afronden van mijn studie fysiotherapie ben ik meteen doorgegaan met mijn Master Sportfysiotherapie in Amersfoort. Mijn affiniteit met sport is dan ook erg groot. Als toevoeging op mijn Master heb ik in september 2013 de cursus Medical Taping gevolgd. De achtergrond gedachte van deze cursus is, dat spieren niet alleen nodig zijn voor beweging maar daarnaast ook bepalend zijn voor bijvoorbeeld de bloed- en lymfecirculatie en de lichaamstemperatuur. Als spieren niet goed functioneren, kan dat dus een scala van klachten en aandoeningen geven. De liftende werking van de elastische Tape geeft een onmiddellijke drukvermindering, waardoor de bloedcirculatie en de lymfeafvoer weer worden hersteld. De druk op de pijnreceptoren neemt af, de ervaren pijn vermindert onmiddellijk. Automatisch maakt dat een meer fysiologisch bewegingspatroon mogelijk. 4
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
Suzanne Verweij, centrumassistente Hallo allemaal! Sommige van jullie kennen mij al van gezicht. Maar ik zal me nu even officieel voorstellen.
Ik ben Suzanne Verweij, 21 jaar oud, en ik woon samen in Noordwijk. In september 2012 ben ik hier begonnen met een stage van bijna een jaar en
ik werk sinds juni 2013 officieel in het gezondheidscentrum als dokters assistente. Het is voor mij altijd een meisjesdroom geweest om in het ziekenhuis te werken, totdat ik echt op het punt stond om te kiezen wat ik later wilde gaan doen. Toen werd het toch lastig omdat ik zelf ook erg gek ben op paarden. Ik moest toen een keuze maken tussen mijn meisjesdroom of mijn favoriete hobby (het verzorgen van paarden). Uiteindelijk heb ik gekozen voor mijn hobby, maar helaas kwam ik na 2 jaar tot de ontdekking dat dat toch niet helemaal mijn ding was. Wel is het nog steeds een hobby! Uiteindelijk heb ik toch de stap genomen voor de gezondheidszorg. Ik ben toen de opleiding doktersassistente gaan doen op het ID college in Leiden. Deze opleiding beviel mij ontzettend goed en duurde 3 jaar. In deze jaren heb ik ontzettend veel geleerd over het menselijk lichaam in theorie, en deze theorie heb ik kunnen toepassen in de praktijk in het Gezondheidscentrum Merenwijk. Zoals jullie misschien wel weten is Gezondheidscentrum Merenwijk een hele drukke praktijk. Het biedt voor mij zoveel mogelijkheden en diversiteit dat het werk mij nooit verveelt. Het contact met de patiënten en de diversiteit maken het soms wel ingewikkeld maar ook wel weer heel erg uitdagend en heel leuk. Ik hoop jullie allemaal naar tevredenheid te kunnen helpen! Tot ziens!
AFSCHEID Herline van den Oord, centrumassistente
Gelijk na mijn opleiding ben ik gestart bij het gezondheidscentrum. Ik heb hier heel veel geleerd en vond het erg fijn om hier te werken met veel lieve collega’s. Het was altijd familiegevoel om samen te werken met elkaar. Om meer tijd aan mijn gezin te kunnen besteden heb ik besloten om uit het vak te stappen. Het was fijn om veel ervaring op te doen in bijvoorbeeld het geven van adviezen voor personen die naar het buitenland reizen. Tijdens de laboratorium werkzaamheden vond ik het ook fijn om korte gesprekjes te hebben met patiënten waardoor je ze beter leerde kennen en betrokken kon zijn. Met veel plezier heb ik 11 jaar in het gezondheidscentrum gewerkt Groet, Herline. Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
5
Rob van Leeuwen, huisarts
Na bijna 40 jaar als huisarts te hebben gewerkt, waarvan precies 38 jaar in de Merenwijk, heb ik besloten om per 1 november 2013 te stoppen met mijn werkzaamheden. Afscheid nemen doet een beetje pijn, dat geldt ook voor mij. Op het moment van schrijven begin ik aan de laatste maand van mijn functioneren als huisarts. Zoals u weet heb ik mijn werk altijd met veel plezier gedaan. De contacten met patiënten zijn heel waardevol geweest voor mij en ik kijk dan ook met veel genoegen terug op deze lange en belangrijke periode in mijn leven. Het is een heel bijzonder gevoel dat ik mijn leven lang een vak hebben kunnen uitoefenen dat zo goed bij mij paste. De contacten met velen van u hebben mijn leven verrijkt en ik ben dankbaar voor het grote vertrouwen dat ik in deze lange periode van u heb mogen krijgen. 6
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
Er is natuurlijk heel veel veranderd in deze 38 jaar. Samen met Ymte Groeneveld begon ik in oktober 1975 met een praktijk in een flat aan de Zijldonk. Nu zitten we alweer vele jaren in een gezondheidscentrum met circa 50 medewerkers die bijna alle disciplines in de eerste lijn vertegenwoordigen. Samenwerken om zo optimaal mogelijk zorg in de eerste lijn aan u te bieden, dat was en is het doel. Ik denk dat we daar aardig in slagen en hoop dat het centrum nog vele jaren in een behoefte zal voorzien. Ook binnen het vak van huisarts is veel veranderd. Door veel wetenschappelijk onderzoek handelen wij als huisartsen veel rationeler dan vroeger, gesteund door richtlijnen van onze vakverenigingen. De assistentes hebben veel meer taken gekregen, de aanwezigheid van praktijkverpleegkundigen is heel normaal geworden. Maar het is ook nog steeds een vak waar het persoonlijk contact en vertrouwen een grote rol spelen. Ik heb geprobeerd een huisarts te zijn die, als het nodig was, een periode ‘meeliep’ in uw leven en als het niet nodig is, aan de zijlijn stond. Dat heeft met velen van u een heel langdurige relatie opgeleverd, waarbij er vaak maar weinig nodig is om elkaar goed te begrijpen. Mijn opvolging is inmiddels geregeld; per 1 november is de heer M. Cargalli gestart om in nauwe samenwerking met dokter van de Ven en de andere huisartsen in het centrum, de praktijk
voort te zetten. Ik heb er alle vertrouwen in dat ook hij met u een waardevolle relatie zal ontwikkelen. Ik wens u het allerbeste voor de toekomst met veel geluk en gezondheid. Dot Bruring, apotheker
Er is een tijd van komen en een tijd van gaan…… . Na bijna 25 jaar in de apotheek in de Merenwijk gewerkt te hebben, is het tijd voor mij om de bakens te verzetten. Naast het werk in de apotheek, dat ik parttime doe, werk ik ook voor een eigen bureau dat patiënteninformatieteksten schrijft over geneesmiddelen. Dat laatste werk is in de loop van de tijd steeds meer geworden, met als gevolg dat ik soms meer dan fulltime bezig was. Het is tijd om het wat rustiger aan te gaan doen, vandaar dat ik gekozen heb om het werk in de apotheek neer te leggen per 1 januari a.s. Dit houdt in dat ik ook mijn werkzaamheden voor Beter Weten
stop. Het schrijven van artikelen voor Beter Weten vanuit het perspectief van de apotheek zal vanaf 1 januari worden overgenomen door Jan Koning, apotheker in Tot hulp der menschheid. Met velen van u had ik een goed contact en met een aantal van u heb ik mee geleefd als er problemen met de gezondheid en medicijngebruik waren. Ik probeerde daarbij de moeilijke medische termen op een begrijpelijke manier uit te leggen, want een goed begrip zorgt ervoor dat mensen hun medicijnen ook beter gebruiken. Ik heb ervaren dat u dat waardeerde; dat maakte dat ik al deze jaren erg naar mijn zin heb gehad. Ik zal de leuke en waardevolle patiëntcontacten ook zeker missen. Gelukkig heb ik nog mijn andere activiteiten waarin ik mijn ’ei’ kwijt kan! Ik heb altijd met veel plezier gewerkt met mijn collega’s en de overige zorgverleners in de buurt. Omdat ik in de wijk woon, zal ik ze vast nog wel af en toe tegenkomen, al was het maar als ‘patiënt’! De redactie van Beter Weten wens ik veel succes in de toekomst. Ik ben blij dat ik zo lang heb mogen bijdragen aan dit blad.
WAT IS EEN BEROERTE? Door Lucienne Fabriek, huisarts De medische termen voor een beroerte zijn ‘CVA’ of ‘stroke’. CVA is een afkorting voor Cerebro Vasculair Accident. Dit betekent dat er iets is Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
7
misgegaan met een bloedvat in uw hersenen. Dit kan een herseninfarct zijn of een hersenbloeding. Elk jaar worden 47.000 personen door een beroerte getroffen. Dat zijn 126 personen per dag. Beroerte is de belangrijkste oorzaak van invaliditeit in Nederland. Herseninfarct Bij een herseninfarct is een bloedvat in de hersenen door een bloedpropje verstopt geraakt, waardoor een deel van de hersenen geen bloed en dus geen zuurstof meer krijgt.
De verschijnselen die optreden hangen af van het gebied in de hersenen dat wordt getroffen, bv het spraakgebied of de aansturing van de spieren van het gezicht. Het propje in het bloedvat kan op een andere plek in het lichaam zijn ontstaan en dan als het ware vastlopen in de kleine vaatjes van het hoofd, maar het kan ook ter plekke ontstaan omdat er sprake is van (slag-)aderverkalking waarop makkelijker een propje groeit. Het advies om zo snel mogelijk na de verschijnselen actie te ondernemen hangt samen met de mogelijkheid van ’thrombolyse’: om het propje op te laten lossen wordt daarbij een soort bloed verdunner ingespoten. Dit moet bij voorkeur binnen drie uur na het begin van de eerste verschijnselen plaatsvinden. Hoe sneller het propje oplost, hoe sneller het achterliggende gebied weer van zuurstof wordt voorzien en dan is de schade mogelijk beperkt. Dit klinkt overigens eenvoudiger dan het is, want deze behandeling kent ook complicaties 8
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
en is dus niet voor iedereen geschikt. De neuroloog op de ‘stroke-unit’ (zie later) bepaalt of de patiënt ervoor in aanmerking komt. Ook als de patiënt niet voor thrombolyse in aanmerking komt, volgt er altijd het advies een andere vorm van bloedverdunning te gebruiken. Hersenbloeding Bij een beroerte is er meestel sprake van het bovengenoemde herseninfarct, maar er kan ook sprake zijn van een bloeding; Bij een hersenbloeding is een bloedvat gebarsten, waardoor bloed in het hersenweefsel is gekomen. Thrombolyse zou dit alleen maar erger maken. Stroke-unit Om uit te maken wat er precies aan de hand is moet de patiënt dus zo snel mogelijk naar de ‘stroke-unit’ van het ziekenhuis worden vervoerd. Op een stroke-unit werken artsen en verpleegkundigen met verschillende deskundigheden met elkaar samen. De neuroloog laat met een CT-scan of een MRI-scan foto’s van de hersenen maken om te weten of het een herseninfarct of een hersenbloeding is. Het bloed wordt onderzocht, er wordt een hartfilmpje gemaakt en bij patiënten met een herseninfarct worden de bloedvaten in de hals onderzocht (Duplex-onderzoek). Dan wordt besloten of de patiënt in aanmerking voor thrombolyse. Intraveneuze trombolyse met alteplase verbetert bij patiënten met een herseninfarct de kans op een goed herstel met 9% indien deze behandeling gestart
wordt binnen 3 uur na het begin van de symptomen. TIA Een herseninfarct wordt soms vooraf gegaan door een of meer TIA’s . Bij een TIA is er sprake van een kortdurende uitval van hersenfuncties, op basis van een kortdurende afsluiting van een bloedvat naar de hersenen. Na een TIA horen de verschijnselen binnen 24 uur voorbij te zijn; duren ze langer, maar gaat het om geringe restverschijnselen, dan is er een lichte beroerte opgetreden. Voor deze beide aandoeningen geldt dat er daarna een kans van ongeveer 20% is dat er een ernstige beroerte ontstaat met uitvalsverschijnselen die niet meer overgaan. Als uw huisarts denkt dat u een TIA of een lichte beroerte heeft gehad, wordt u na overleg met de neuroloog voor een dag opgenomen in het ziekenhuis om zo snel mogelijk uit te zoeken welke (behandelbare) risicofactoren bij u een rol spelen. De belangrijkste risicofactoren zijn: suikerziekte, hoge bloeddruk, roken, tekort aan beweging en een hoog cholesterol. Hierbij moet vermeld worden dat er vanuit ons Gezondheidscentrum verschillende zorgprogramma’s lopen om vaatlijden dat zou kunnen lijden tot een beroerte te voorkomen. Wij nodigen regelmatig groepen patiënten uit voor een gezondheidscheck op bekende risicofactoren, maar u kan dat ook zelf aanvragen. Revalidatie Bij opname in het ziekenhuis begint
direct een vervolgtraject voor revalidatie. Dit is nodig om de gevolgen van een beroerte zoveel mogelijk te beperken en het herstel zo gunstig mogelijk te laten verlopen. Het behandelteam van de afdeling neurologie begint de eerste dag al met het opstellen van een behandelplan. Patiënten die door de beroerte verlammingsverschijnselen of krachtsverlies hebben, worden door de fysiotherapeut en/of ergotherapeut behandeld. Bij slikproblemen of problemen met het praten wordt de logopedist ingeschakeld. Wanneer u na de beroerte zover hersteld bent dat er medisch gezien geen reden meer is om in het ziekenhuis te blijven, komt de fase waarin de revalidatie beter overgenomen kan worden door de behandelaars die hierin gespecialiseerd zijn. Soms betekent dat een verblijf in een verpleeghuis, maar ook in de thuis situatie is er veel mogelijk. De Nederlandse Hartstichting publiceert posters met de teksten
“herkent U een beroerte?” “BEL 112 ! TIJDSVERLIES = HERSENVERLIES” “Herken een beroerte en be FAST”
FAST Er wordt aan u als omstander gevraagd in actie te komen en ik kan me voorstellen dat dat wat extra uitleg behoeft. Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
9
Face (Gezicht)
Arm (Arm)
-- Gezicht (Face): vraag de persoon te lachen of de tanden te laten zien. Staat de mond scheef of hangt één van de mondhoeken naar beneden? -- Arm (Arm): vraag de persoon om beide armen tegelijkertijd recht voor zich uit naar voren te strekken met de handpalmen naar boven. Zakt hierbij een arm weg of beweegt deze zwalkend rond? Hoe herken je een beroerte of TIA? Een beroerte ontstaat plotseling en kan gepaard gaan met bewusteloosheid. Andere symptomen kunnen zijn: -- Verlammingen in het gezicht (bijvoorbeeld scheve mond). -- Warrig spreken en denken. -- Verlammingen (meestal aan één zijde van het lichaam). -- Verstoring of verlies van het gezichtsvermogen. -- Verdoofd gevoel in arm, been of gezicht, tintelingen. -- Ernstige hoofdpijn (meestal bij bloeding).
10
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
Speech (Spraak)
Time (Tijd)
-- Spraak (Speech): vraag de persoon een zin uit te spreken (bijv. Ik heb een beroerte). Komt de persoon niet uit zijn woorden of spreekt hij onduidelijk? -- Tijd (Time): vraag de persoon of omstanders hoe laat één of meerdere van de symptomen begonnen zijn. Dit is van belang voor de behandeling. -- Duizeligheid en evenwichts stoornissen. Let op: deze symptomen kúnnen zich (in verschillende combinaties) voordoen en een aanwijzing zijn voor zowel een CVA als TIA. Soms hebben de symptomen ook overeenkomsten met andere ziektebeelden (migraine, hyperventi latie, epilepsie bijvoorbeeld). Het is dus van levensbelang om altijd snel naar het ziekenhuis te gaan: de diagnose moet gesteld worden (infarct of bloeding?), de oorzaak opgespoord en zo mogelijk weggenomen, en complicaties moeten worden voor komen. Bij een herseninfarct kan een snelle opvang en behandeling (binnen drie uur) de schade beperken. In het blad Cicero, een uitgave van het
LUMC (Leids Universitair Medisch Centrum) , staat in het blad van 22 oktober beschreven hoe het LUMC een methode heeft ontwikkeld om patiënten met verschijnselen van CVA en TIA zo snel mogelijk te helpen (zie www.lumc.nl/cicero).
CARDIOVASCULAIR RISICO MANAGEMENT: ZORG VOOR HART EN BLOEDVATEN Door Annette Dresselhuizen, praktijkverpleegkundige Cardiovasculair risicomanagement In de gezondheidszorg gebruiken we graag dure woorden. Als we blindedarmontsteking bedoelen, zeggen we appendicitis. Pijn op de borst noemen we angina pectoris. Wanneer we u proberen te helpen goed voor uw hart en bloedvaten te zorgen, gebruiken we wel een heel bijzondere term: cardiovasculair risicomanagement. Spreekuur De praktijkverpleegkundigen in het gezondheidscentrum houden spreekuur voor mensen met verhoogde kans op hart– en vaatziekten. Het doel van dit spreekuur is om zoveel mogelijk problemen aan hart en bloedvaten (denk aan een hartinfarct of een beroerte) te voorkomen. De directe oorzaak van een beroerte ligt meestal in een beschadiging aan de wand van een slagader in of naar de hersenen. Zulke beschadigingen
ontstaan door een aantal lichamelijke factoren. Voor een deel hebben we daar zelf invloed op door onze leefstijl. Op het spreekuur voor hart en bloedvaten brengt de praktijkverpleegkundige alle factoren in kaart die invloed hebben op de conditie van uw hart en bloedvaten. Er zijn risicofactoren waar u geen invloed op hebt, bijvoorbeeld of u familiair belast bent (directe familieleden hebben voor hun 60e problemen aan hun hart of bloedvaten gekregen). Maar er zijn ook risicofactoren waar u wel invloed op hebt. Wat zijn de risicofactoren voor het krijgen van hart en vaatproblemen? Het zal u misschien niet onbekend in de oren klinken wanneer u hoort dat hoge bloeddruk ernstige problemen aan uw hart en bloedvaten kan veroorzaken. Ook een hoog vetgehalte in uw bloed en een verhoogd bloedsuiker zijn slecht voor uw bloedvaten. Wat kunt u zelf doen? Zelf dragen we veel bij aan die hoge bloeddruk, door te roken, te veel zout te gebruiken, te veel alcohol te drinken, te weinig lichaamsbeweging en te veel stress. De praktijkverpleegkundige bespreekt met u wat u zelf kunt doen om de kans voor op hart- en vaatproblemen te verkleinen. Dit is makkelijker gezegd dan gedaan. De meeste mensen vinden het niet eenvoudig om hun leefstijl te veranderen. De praktijkverpleegkundige kan ondersteunen Daarom probeert de wijkverpleegCliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
11
hart- en vaatziekten is uw eigen motivatie. Wanneer u zelf overtuigd raakt van de noodzaak om goed voor uw lichaam te zorgen, bent u de sterkste schakel in uw eigen ‘cardio-vasculaire risicomanagement’. En dat kan u veel extra levensjaren opleveren, met een betere gezondheid. Daar zijn geen moeilijke woorden voor nodig.
STOPPEN MET ROKEN Door Patty Leeman, centrumassistente
undige u te helpen door goede voork lichting en uitleg. Naast het veranderen van uw leefstijl en eetgewoonten, zal de praktijkverpleegkundige u wellicht aanraden te starten met medicijnen die de bloeddruk en/of het cholesterolgehalte in uw bloed verlagen. In Nederland hebben we richtlijnen om te beoordelen wanneer het raadzaam is met medicatie te beginnen. Dit hangt samen met het risico dat u heeft voor het ontwikkelen van hart en vaatziekten en met uw vermogen om verbeteringen in uw leefstijl aan te brengen. Bijvoorbeeld: een rokende meneer die wil blijven roken zal sneller het advies krijgen een cholesterolverlager te slikken dan een “stopper”. De huisartsen en praktijkverpleegkundigen gebruiken deze richtlijnen maar behandelen niet zonder overleg met u. Misschien wel de belangrijkste factor in het terugdringen van het risico op 12
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
Roken. Een hot item, zeker de laatste jaren. Of je bent fel voor, of je bent fel tegen, zo lijkt het. In de politiek en dus ook in de media is er veel aandacht voor. Roken brengt door de hoge belasting veel geld in het laatje. Aan de andere kant wordt het meer en meer duidelijk wat de gevolgen zijn van roken voor de gezondheid, ook op langere termijn. En dan? Juist, dan zijn de kosten die we aan gezondheidszorg kwijt zijn niet te overzien. Enorm. Door roken komt er nicotine in het bloed en dat is schadelijk voor de binnenkant van de bloedvaten. Hierdoor is er meer kans op het ontstaan van stolsels. Tijdens het roken vindt er direct al vaatvernauwing plaats. In nauwe bloedvaten zal een stolsel eerder een bloedvat afsluiten en dus een CVA kunnen veroorzaken.
Begeleiding bij stoppen met roken Nog steeds beginnen veel mensen al op jonge leeftijd met roken. De omgeving waarin een kind zich bevindt (vrienden) speelt hierbij een grote rol. Dat is jammer, want uit onderzoek is gebleken dat als je op jonge leeftijd begint met roken, je er later minder makkelijk (lees: moeilijker!) mee kan stoppen. In ons gezondheidscentrum bieden de praktijkverpleegkundigen en onder getekende patiënten begeleiding aan als ze besluiten te willen stoppen met roken. Die begeleiding houdt in: de motivatie van de patiënt bespreken en onderzoeken . Heel belangrijk is dat de patiënt zelf écht achter zijn voornemen staat om te stoppen en zich niet door anderen gedwongen voelt. Dat werkt namelijk niet. Natuurlijk zijn er vele factoren die een rol kunnen spelen bij het besluit een punt achter het roken te zetten. Maar uiteindelijk zal je er zelf voor moeten gaan. Waarom stoppen met roken? De belangrijkste reden om te stoppen is, het zal u niet verbazen, problemen met de gezondheid, of, het voorkomen ervan. Gek genoeg moeten veel mensen eerst een ‘waarschuwing’ krijgen, voordat ze besluiten de knop om te zetten. De ‘waarschuwing’ kan variëren van een chronische verkoudheid tot het krijgen van een hartinfarct, zelfs hartstilstand. Zelfs bij zulke ernstige situaties, die levensbedreigend zijn, is het voor
patiënten nog steeds heel moeilijk om te stoppen met roken. Dat geeft wel aan hoe moeilijk het is aan deze verslaving, want dat is het, weerstand te bieden. Als 2e reden wordt vaak genoemd: de kosten. Voorheen stond die reden echt lager in het rijtje, maar door de sigaretten alsmaar duurder te maken, heeft dit wel het gewenste effect gehad. Als je bedenkt dat een pakje sigaretten 6€ kost, en dat mensen die een pakje per dag roken dus 180 € per maand (!!) kwijt zijn, = per jaar 2160 € (!!!), dan snap je dat dat een probleem kan worden. Heb je een partner die ‘gezellig met je meerookt?’ Tel uit je winst, 2 x 2160 € = 4320 € per jaar! Daar kun je ook hele leuke andere dingen mee doen…… Gezinsleden, vooral kleine kinderen, staan ook hoog op de motivatielijst. Kinderen die chronisch worden blootgesteld aan sigarettenrook hebben veel vaker last van hun luchtwegen. Andere redenen die vaak worden genoemd: beter kunnen ruiken, proeven, niet meer naar rook stinken, een schoner huis, geen gele vingers, een frissere adem. Enfin, iedereen weet zelf wel wat roken doet. Hulpmiddelen bij stoppen met roken Omdat stoppen met roken echt niet eenvoudig is zijn er een aantal hulpmiddelen op de markt gebracht die mensen kunnen ondersteunen bij hun stop poging. Ik zeg met opzet ‘ondersteunen’, want degene die stopt moet het uiteindelijk echt ZELF doen. Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
13
Er bestaan tabletten en pleisters, in diverse sterktes, die nicotine bevatten. Door de juiste dosering voor te schrijven (je nicotinespiegel blijft gelijk, je hebt dan minder de neiging om te gaan roken, omdat er geen pieken zijn) en gaandeweg de dosering te verlagen, kom je uiteindelijk uit op 0 sigaretten, GESTOPT! Dat is knap, maar..., je bent er nog niet. Volhouden en de verleiding kunnen weerstaan... DAAR gaat het om! Als pleisters of tabletten niet het juiste resultaat geven, of als er jammer genoeg te veel bijwerkingen zijn, kunnen we kiezen, in overleg met de patiënt, voor medicatie. We kiezen, afhankelijk van de patiënt, tussen Champix, Nortrilen of Zyban. Bij deze medicijnen, die invloed hebben op de neurotransmitters in de hersenen (een soort doorgeefsysteem van : vraag om nicotine, beloning door geluksgevoel, die worden geblokkeerd door deze medicatie ) rook je de eerste 8 á 12 dagen nog door. Vanaf dat moment is de medicatie optimaal werkzaam en kies je je ‘stopdag’ uit. Bij de meeste mensen die deze medicatie gebruiken zullen de sigaretten die ze nog roken terwijl ze al aan het slikken zijn, al minder lekker, of zelfs vies smaken. Dit helpt natuurlijk bij het gaan stoppen. De medicatie slik je totaal ongeveer 3 maanden, daarna 14
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
mag deze worden gestopt. Wondertips zijn er niet echt als je wil stoppen met roken, maar 1 ding is vaak wel erg belangrijk: zoek afleiding! Ga wandelen, sporten, stofzuigen, boodschappen doen, maakt niet uit wat, maar doe iets! Op de bank gaan zitten en wachten tot de trek in sigaretten verdwijnt….., nee, dat werkt niet. En nee, zoek die afleiding NIET in eten, snaaien, want dan heb je straks een ander probleem. Gewoonte doorbreken Het grootste probleem is meestal niet de nicotinebehoefte maar de gewoonte die doorbroken moet worden. Logisch. Mensen die al 20, 30, 40 jaar roken en dit vaak op vaste momenten doen, (denk aan: na het eten, tijdens telefoneren, bij stress, geluksmomenten, bij een drankje) moeten echt een omslag maken. En dan nog. De behoefte blijft altijd, zij het op de achtergrond, sluimerend aanwezig. Uitzonderingen daargelaten. We kennen allemaal de verhalen van mensen die al 10 jaar van het roken af zijn en er voor de gein (of bij grote stress) 1 opsteken en meteen terug bij af zijn. Zo zonde !! Peptalk, bewustwording, motiverende gesprekken, een spiegel voorhouden, dit alles wordt gebruikt om mensen op een respectvolle maar duidelijke manier te helpen van hun rookverslaving af te helpen. Een open en eerlijke houding, van beide kanten, verhoogt de kans van slagen. Heb je een terugval, dat kan. Je pakt het
weer op, met meer duidelijkheid over de valkuilen. De wetenschap dat de meeste mensen wel meer stoppogingen nodig hebben voor het echt lukt, helpt je misschien weer op weg. Is het niet het moment om te stoppen? Ook dat kan. We komen er later, in overleg, op terug. En gaat het goed…, geweldig! Afspraken op het spreekuur, telefonische contacten, met, als het goed gaat, steeds langere tussenpozen, tot je het gevoel hebt: ik ben zo ver. Ik kan het helemaal aan. Ik ben gestopt met roken. Ik mag u feliciteren! Uw longen zullen vanaf het moment van stoppen minder snel achteruit gaan dan voorheen, Uw conditie zal verbeteren, ook al denkt
u dat daar niets aan mankeerde, Uw kinderen, huisgenoten, collega’s en vrienden zullen trots op u zijn. En terecht! Uw tandarts zegt u dat uw tandvlees er zo veel gezonder uitziet, U bent, als u een pakje per dag rookt, na 1 jaar 2160 €rijker, En…., vul zelf maar in. En die paar kilo’s die u wellicht zal aankomen door te stoppen met roken (3-5 kilo is gemiddeld, uw stofwisseling zal namelijk iets veranderen) , die sport, fietst, wandelt u er het komende jaar wel weer af. Bedenk, stoppen met roken HALVEERT de kans op hart en vaatziekten. De keus is aan u. Ik hoop u snel te ontmoeten op mijn spreekuur.
ZORGDOMEIN Zoals een aantal van u wellicht al hebben ondervonden maken de huisartsen sinds kort gebruik van een nieuwe manier van elektronisch (door) verwijzen, n.l. via ZorgDomein. Met behulp van ZorgDomein kan er via een beveiligd netwerk, digitale informatie worden verstuurd. Dit geldt zowel voor het aanvragen van aanvullende diagnostiek, zoals b.v. bloedonderzoek of röntgenfoto’s, maar als voor de verwijsbrief aan de specialist als u door uw huisarts bent verwezen naar de 2e lijn. Binnen ZorgDomein worden ook de wachttijden van de verschillende zorgaanbieders/poliklinieken bijgehouden en geregistreerd.
Wat verandert er voor u? Als u door uw huisarts via ZorgDomein wordt verwezen dan krijgt u een patiëntenbericht mee. Hierop staat o.a. uw afspraaknummer en het telefoonnummer waarmee u de afspraak kunt maken. Uw verwijsbrief wordt digitaal verstuurd zodat u deze niet meer op een later tijdstip hoeft af te halen op de praktijk. Wel moet u uiteraard zelf de afspraak maken. Soms is dat niet nodig zoals bij bloedafnames of als het een inloopspreekuur betreft.
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
15
FYSIOTHERAPIE NA EEN CVA (BEROERTE) Door Alexandra Spelt, fysiotherapeut Een CVA (cerebro vasculair accident) is een acute verstoring van de bloedvoorziening in de hersenen. Dit kan uitval van lichaamsfuncties tot gevolg hebben. 70% van de patiënten heeft na afloop van een CVA problemen in het algemeen dagelijks functioneren. Een beroerte wordt dan ook gezien als de belangrijkste oorzaak van invaliditeit in Nederland. Een TIA is een tijdelijke of voorbijgaande beroerte en duurt meestal 30 minuten tot 24 uur. Hierbij is geen sprake van lichamelijke gevolgen.
16
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
Het lichaam is gemaakt om te bewegen. Daarom is het van groot belang dat er binnen 1 dag na het CVA een analyse gemaakt wordt om te beoordelen wat de lichamelijke gevolgen zijn. Deze analyse vindt in het ziekenhuis plaats door de neuroloog, maar daarnaast is het van groot belang dat een fysiotherapeut, logopedist en ergotherapeut een behandelplan maken om de revalidatie op te starten. Het vroegtijdig intensief mobiliseren door de fysiotherapeut zorgt ervoor, dat er zo min mogelijk complicaties ontstaan. Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat intensieve therapie meer zelfstandigheid geeft na afloop van de revalidatie.
De gevolgen van een CVA kunnen zichtbaar zijn, zoals een geheel of gedeeltelijke verlamming aan de linker of rechter zijde van het lichaam. Of er is sprake van krachtsverlies aan een lichaamszijde. Tevens kunnen er gevoelsstoornissen optreden, waardoor warmte-, koude- of tastprikkels of pijnprikkels worden ervaren. Ook dit kan problemen geven in het dagelijks functioneren. Je kunt je voorstellen, dat je je hand zo maar kunt branden als je geen warmteprikkel meer kan voelen. Daarnaast kan het bewegen van de aangedane zijde ook heel pijnlijk zijn. Waar gaat een fysiotherapeut mee aan de slag? Belangrijk is dat er aan de transfers gewerkt wordt. Denk daarbij aan in- en uit bed komen, van en naar de stoel gaan en het zelfstandig gaan staan. Hiervoor moet men beschikken over een goede rompbalans. De rompbalans wordt zowel in zit als in staande positie getraind. Alles uiteraard afgestemd op de belastbaarheid van de patiënt. Het aanleren om de transfers zelfstandig te kunnen uitvoeren zonder hulp van partner of verzorger is erg belangrijk voor het gevoel van eigenwaarde. Helaas is dit niet altijd mogelijk. Het stimuleren en functioneel gebruiken van de arm- en handfunctie is essentieel. Om jezelf aan te kunnen kleden zijn twee handen toch prak tischer dan één. Denk maar aan de knoopjes van een shirt of broek, beha-sluiting of rits. Met name het
aanbieden van gevarieerde bewegingen en oefeningen draagt bij tot een goed herstel. Het is gebleken dat de patiënt buiten de dagelijkse fysiotherapie ook zelfstandig dagelijks moet oefenen met familie, verzorger of alleen. Het vermindert ook de risico’s op luchtweg- of blaasinfecties, trombose of doorligwonden. Hoe meer iemand oefent, des te beter is het herstel in de eerste 6 maanden. Het is fantastisch als iemand weer zonder hulp kan douchen, zich aankleden en gebruik van het toilet kan maken. Uiteraard wordt er ook gewerkt aan de loopvaardigheid. Door krachtsverlies of verlammingsverschijnselen kan iemand een verstoord looppatroon hebben en is men soms zelfs afhankelijk van een stok of rollator. Ook dan is rompbalans uitermate belangrijk om te trainen. Uw fysiotherapeut kan u begeleiden bij verdere revalidatie en u helpen te trainen, individueel of in een groep.
MEDICIJNEN BIJ BEROERTE EN TIA Door Dot Bruring, apotheker Een beroerte, ook wel cerebro-vasculair accident (CVA) of herseninfarct genoemd, is het gevolg van een afsluiting van een bloedvat in de hersenen. De hersenen raken op een bepaalde plek beschadigd. Een TIA is een voorbijgaande lichte beroerte. Elders in Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
17
dit nummer leest u meer over de verschijnselen en de oorzaken van deze aandoeningen. In dit stukje willen wij u meer vertellen over de medicijnen die meestal gebruikt worden door mensen na een beroerte of TIA. Medicijnen in de acute fase van een beroerte Dankzij de gespecialiseerde zorg van zogenaamde ‘stroke units’ in ziekenhuizen, is de sterfte en invaliditeit door een beroerte afgenomen. Door tijdig in te grijpen kan het bloedstolsel dat de problemen veroorzaakt worden opgelost en zo de schade aan het hersenweefsel verminderen. Het oplossen van een bloedstolsel heet trombolyse. Lang niet iedereen komt in aanmerking voor zo’n behandeling. Als de verschijnselen al meer dan enkele uren geleden zijn begonnen heeft trombolyse geen zin meer. Als er een kans is dat er een hersenbloeding is geweest, mag het al helemaal niet gebruikt worden. Het onderscheid tussen herseninfarct en hersenbloeding is alleen met scans in het ziekenhuis te zien. Voordat duidelijk is of trombolyse gebruikt mag worden, is men al weer een tijdje verder. Voor mensen met een
18
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
lichte beroerte of TIA is trombolyse niet zinvol omdat het risico op bloedingen niet opweegt tegen het eventuele voordeel. Omdat de medicijnen die bij trombolyse gebruikt worden zeer specialistisch zijn en alleen in het ziekenhuis worden gebruikt, bespreken we deze hier niet verder. Mensen met een lichte beroerte of TIA, die al snel verbetering van hun klachten merken, moeten wel direct tabletten met aspirine gebruiken. Zie hierna. Medicijnen die de bloedstolling beïnvloeden Iedereen die een beroerte of TIA heeft doorgemaakt zal medicijnen krijgen om het bloed minder snel te laten stollen. Hierdoor wordt de kans op herhaling een stuk minder. Door direct 2 kinder aspirines te nemen (dit is 160 mg acet ylsalicylzuur of 200 mg carbasalaatcalcium, Ascal ®) wordt de stolselvorming geremd. Daarna moet elke dag aspirine worden gebruikt: voor mensen met TIA 80 mg aspirine per dag, voor mensen met een beroerte is de dosering de eerste 2 weken 160 mg per dag, en daarna 80 mg per dag. In principe moet men deze middelen het leven lang continu doorgebruiken.
Er zijn mensen die niet goed tegen aspirine kunnen, bijvoorbeeld vanwege een allergie of omdat ze astma ervan krijgen. Voor hen is clopidogrel (Plavix ®) een alternatief. Net als aspirine vermindert dit het samen klonteren van de bloedplaatjes, waardoor er minder snel een stolsel ontstaat.
Een ander medicijn dat artsen voorschrijven bij beroerte of TIA is dipyridamol (Persantin ®), vaak in combinatie met een ander anti-stollingsmiddel, zoals aspirine. Er zijn onderzoeken geweest waarin de meerwaarde van de combinatie is aangetoond op het verminderen van het risico op een tweede beroerte.
De meest voorkomende oorzaak voor een herseninfarct of TIA is de hartritmestoornis boezemfibrilleren (atrium fibrilleren, AF). Door boezemfibrilleren kan er in het hart een stolseltje ontstaan, dat via de bloedbaan in de hersenen terecht kan komen. Als deze hartritmestoornis de oorzaak is, schrijven artsen liever een ander anti-bloedstollingsmiddel voor, namelijk fenprocoumon (Marcoumar ®) of acenocoumarol (Sintrom ®). Uit onderzoek is gebleken dat deze medicijnen veel effectiever zijn dan aspirine of clopidogrel bij mensen met boezem fibrilleren. Als u deze medicijnen moet gebruiken, wordt u begeleid door de trombosedienst en moet u regelmatig uw bloed laten controleren.
Bijwerkingen De belangrijkste bijwerking van bovenstaande middelen is het ontstaan van bloedingen. Omdat de stolsel vorming trager dan normaal is, zal men langer bloeden bij een wondje. Soms merkt u zo’n wondje makkelijk op, maar als het wondje van binnen zit, bijvoorbeeld in de maag of darmen, hebben mensen dat niet zo snel door. Zo kunnen mensen soms heel lang onmerkbaar bloed verliezen en daardoor bloedarmoede oplopen. Waarschuw uw arts als u een van de volgende verschijnselen bemerkt: -- bloed in de ontlasting, vooral als dat donkerrood of zwart van kleur is. Lichtrood bloed is meestal het gevolg van een wondje aan de anus, bijvoorbeeld door een aambei. Uiteraard moet u ook dan de arts bellen, als dit langer aanhoudt. -- bloed in de urine -- ophoesten van bloed -- bloed braken -- een blauwe plek die groter is dan 10 cm, of meerdere kleinere blauwe plekken -- een bloedneus die niet stopt.
Inmiddels zijn er ook nieuwere middelen in de handel die bij boezemfibrilleren door de cardioloog kunnen worden voorgeschreven, waarvoor men niet door de trombosedienst gecontroleerd hoeft te worden. Omdat de veiligheid op de lange termijn nog niet bekend is, zijn cardiologen nog terughoudend in het voorschrijven.
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
19
Dipyridamol kan nogal eens hoofdpijn veroorzaken in de eerste dagen van gebruik. Door de dosering geleidelijk te verhogen is de kans hierop minder. Na de eerste dagen is het lichaam eraan gewend en komt hoofdpijn bijna niet meer voor. Wisselwerkingen Een wisselwerking die voor alle bloedverdunners geldt, is de grotere kans op een maagbloeding door pijnstillers die de maag irriteren. Dit zijn pijnstillers van het nsaid-type, zoals ibuprofen, naproxen (Aleve ®) of diclofenac (Voltaren ®). Deze kunnen ook zonder recept worden aangeschaft, vandaar dat we in de apotheek altijd goed controleren of de medicijnen wel samen kunnen. Als een pijnstiller als paracetamol echt niet voldoende is, is het belangrijk om naast de nsaid-pijnstiller ook een maagbeschermer te gebruiken, zoals omeprazol of pantoprazol. Als u kinderaspirine gebruikt mag u in geen geval ibuprofen gebruiken. Ibuprofen doet de werking van aspirine namelijk teniet, zodat u weer stolsels kunt krijgen. Als u fenprocoumon of acenocoumarol gebruikt, zijn er veel wisselwerkingen te verwachten met andere medicijnen. Daarom zal de apotheek bij een medicijn dat de werking van deze middelen verstoort, de trombosedienst inlichten via een fax. De trombosedienst beoordeelt of aanpassing van de dosering nodig is en neemt eventueel contact op met de patiënt. 20
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
Overige medicatie bij beroerte of TIA Een beroerte of TIA valt onder de hart- en vaatziekten, waarvoor de arts samen met de patiënt bepaalt of er een of meer risicofactoren zijn die behandeling behoeven. Zo zal de arts altijd checken wat de bloeddruk en het cholesterolgehalte is, en zal behandeling worden ingesteld als deze te hoog zijn. Iemand die een beroerte of TIA heeft gehad, gebruikt dus al gauw een of twee bloeddrukverlagers, een cholesterolverlager en een antistollingsmiddel. Mensen hebben soms moeite om te overzien waar deze medicijnen allemaal voor dienen, en wanneer ze wat moeten innemen. Vooral als ze ook nog een andere aandoening hebben, zoals diabetes, is het aantal geneesmiddelen al minimaal zo’n 6 tot 7 stuks per dag geworden. Deze zogenaamde ‘veel-gebruikers’ ofwel polyfarmacie-patiënten hebben vaak behoefte aan een regelmatige check of het allemaal nog goed gaat met de medicijnen. Voor hen is er het medicijn-check programma, waarbij arts, apotheker en patiënt samenwerken om eventuele problemen op het spoor te komen en op te lossen. De apotheek Als u vragen heeft naar aanleiding van dit artikel kunt u altijd langs komen in de apotheek en naar de apotheker vragen. Ook als u vragen heeft over andere medicijnen, kunt u altijd langskomen of bellen: 5211611 (Tot hulp der menschheid) of 5211277 (’t Joppe).
LOGOPEDIE EN EEN BEROERTE (CVA) Door Tineke van Driel, logopedist Na een beroerte hebben veel mensen problemen met praten of slikken. Logopedie houdt zich bezig met communicatie. Communicatie is meer dan praten alleen. Ook lezen, schrijven en gebaren horen daarbij. De logopedist wordt ingeschakeld als er problemen zijn met taal, spraak, slikken, het gebruik van de ademhaling, de stem en het gehoor. Logopedie na een beroerte Na een beroerte kunnen verschillende stoornissen ontstaan. Dit kan bijvoorbeeld een taalstoornis zijn. Dit wordt een afasie genoemd. Ook kunnen er problemen zijn met de spraak en/of de stem. Deze spraakstoornis wordt dysartrie genoemd. Daarnaast kunnen er kauw- en slikstoornissen optreden na een beroerte. De logopedist houdt zich bezig met communicatie en slikken. Door middel van onderzoek, adviezen, oefeningen en voorlichting probeert de logopedist om de taal, spraak en het slikken bij de patiënt te verbeteren.
Logopedie en Dysartrie Bij een dysartrie is de spraak onduidelijk. Het lijkt of de patiënt met een dubbele tong spreekt. Daarnaast komt het voor dat de patiënt ‘door de neus’ (nasaal) spreekt of dat de coördinatie tussen stem en adem verstoord is. De stem klinkt dan niet helder en er is te weinig adem om de zin volledig uit te spreken. Dit komt doordat een aantal spieren, die betrokken zijn bij de uitspraak, niet goed werken. Ook kan het spreken te snel gaan en met onregelmatige pauzes. Soms is de spraak zeer moeilijk verstaanbaar. Het begrip van taal is wel goed. De logopedist onderzoekt het gevoel en het werken van de spieren in het hoofd/ halsgebied. Door de behandeling kan de verstaanbaarheid verbeterd worden. De patiënt leert door oefeningen optimaal gebruik te maken van de eigen mogelijkheden. Logopedie en Afasie Mensen met een afasie hebben problemen met de taal. Dit betekent dat het taalbegrip verminderd is. Ook kan het moeilijk zijn om de juiste woorden (taaluitingen) te vinden. Daarnaast kan het maken van een goede zinsbouw lastig zijn. Iemand met een afasie ziet de
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
21
letters en woorden wel, maar kan toch moeite hebben met lezen of schrijven. Soms gebruiken mensen met een afasie verkeerde of niet- bestaande woorden of zinnen. Daardoor is het moeilijk voor de omgeving om te begrijpen wat iemand bedoelt. De logopedist geeft oefeningen om het begrijpen, spreken, lezen en schrijven te verbeteren. De logopedist leert de patiënt en zijn of haar directe omgeving hoe zij op een andere manier dan vroeger met elkaar kunnen communiceren. Soms is spreken en/of schrijven niet of nauwelijks mogelijk. De logopedist kan dan een andere manier van communiceren aanraden en begeleiding daarbij geven. Adviezen voor familieleden bij afasie We raden u aan om geen ingewikkelde lange zinnen te gebruiken. Korte kernachtige zinnen worden beter begrepen. Ondersteun uw taal zoveel mogelijk met ondersteunde gebaren. Stel vragen waarop met “ja” of “nee” 22
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
kan worden geantwoord. Vaak stellen mensen vragen waarbij je een een keuze moet maken, maar als de patiënt de woorden zelf niet kan zeggen is dat heel lastig. (Bijv. “Wilt u een koekje of een chocolaatje?”). Logopedie en een Slikstoornis Slikken is een ingewikkeld proces. Er zijn veel spieren betrokken. De mond moet voldoende geopend en gesloten kunnen worden en het gevoel in en rond de mond moet ‘normaal’ zijn. Na een beroerte kunnen stoornissen bij het slikken ontstaan zoals: -- Speekselverlies doordat de spieren aan de aangedane kant niet sterk genoeg meer zijn. -- Een vertraagde of afwezige slikreflex, waardoor het voedsel niet goed door de slokdarm heen gaat. -- Verslikken doordat vocht of voeding in de luchtpijp komt. -- Afwezige slikreflex. Als iemand zich regelmatig en ernstig verslikt, kan een longontsteking ontstaan. Om dit te voorkomen, is het
soms nodig dat de patiënt het eten via een sonde krijgt. Een sonde is een plastic slangetje dat via de neus naar de maag gaat. De logopedist kan met een uitgebreid slikonderzoek de oorzaak van de slikstoornis opsporen. Ook kan de logopedist vaststellen in welke fase van het slikproces de stoornis zit. Door te oefenen kan het slikken verbeterd worden. Daarnaast geeft de logopedist ook advies over bijvoorbeeld de samenstelling van het voedsel en de manier waarop het wordt aangeboden.
-- Als er specifieke aandachtspunten zijn voor houding, wijze van voeden en samenstelling dan staat dat in het dossier beschreven. Resultaat Het resultaat van de behandelingen hangt van veel factoren af en is daarom moeilijk te voorspellen. Volledig herstel is soms niet mogelijk, meestal kan er wel verbetering worden bereikt.
BIJ ONS THUIS Door Julia, columniste
Adviezen voor familieleden bij slikstoornissen -- Overleg altijd eerst met de verantwoordelijke verpleegkundige wat uw familielid mag eten of drinken. Ook is het soms niet toegestaan om zonder hulp te eten of drinken. -- Als voeding door de mond nog niet veilig is zal de mondverzorging voorop staan. Dit helpt om de slikmotoriek te verbeteren. -- Als de patiënt net na de beroerte weer mag gaan eten, wordt er een advies gegeven over hoe vaak en wat er gegeten mag worden. Meestal wordt eerst begonnen met gladde, dik vloeibare voeding, zoals yoghurt en fruitmoes. Dit wordt met de lepel aangeboden. Het drinken wordt verdikt met nutriton en met een beker (geen tuit) aangeboden of met de lepel. -- De patiënt moet altijd goed rechtop zitten om de kans op verslikken te verkleinen.
Ik hoor het mijn moeder nog zeggen: “Juultje”, zet jij de sigaretten even op de tafels? Tuurlijk, leuk klusje vond ik dat. “van alles wat hè? “, roept ze me nog na, als ik naar de la loop waar de hele verzameling ligt. Zo, sigaretten met en zonder filter, sigaartjes, hele dikke sigaren voor het groepje ooms dat elkaar aan het einde van de avond altijd even opzoekt om hier eens flink van te genieten. En, ik zie wat nieuws, menthol sigaretten. Belinda’s. Menthol, lekker fris, dacht ik toen nog. Ik maak meerdere rookglaasjes klaar, op iedere tafel minstens 1, dan kan iedereen er goed bij immers. Het feest kan beginnen. En gezellig, dat is het. Ik vul de glaasjes zelfs nog een keer aan, want het wordt een latertje. Als iedereen naar huis is neemt mijn vader nog een cognacje met, u raadt het al, de dikste sigaar die hij vinden kan. Genieten met een grote G. Mijn moeder, die al druk bezig is met Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
23
opruimen, doet voor de gezelligheid nog even een sigaretje met hem mee. Dat de ene kant van de kamer (en we woonden echt niet in een groot huis hoor) de andere kant alleen maar kon horen en niet heeft kunnen zien, ach, daar hoorde je niemand over. Dat de mensen met longproblemen of astma thuisbleven vanwege de rookoverlast of gewoon een paar pufjes extra inhaleerden om meer lucht te krijgen, ook dat mocht de pret niet drukken. Iedereen deed het. Wie het niet deed had pech, was een buitenbeentje. Een aparte, zou je kunnen zeggen. En dan de volgende morgen. Blauwer dan blauw stond het nog in de kamer. Dus: de hele dag alle ramen open, lekker doortochten! En, was ik even vergeten te vertellen: met een vader die een (1) blikje Willem 2 sigaren per dag rookte, werden de gordijnen ook minstens 1 maal per 2 maanden gewassen en nog eens extra na een verjaardag, dus: aan het werk. En als de gordijnen er dan toch af zijn……. Ramen lappen. Pfff, je geeft een feestje en bent er het hele weekend mee bezig. Nee, dan de vakantie. Zaten we met zijn zevenen in een grote FIAT 128, Drie op de voorbank, 4 op de achterbank. Dat kon toen nog he,? Riemen ?? nog nooit van gehoord. Deed je de enorme achterklep open: 7 koffertje/tassen voor de vakantiegangers en, nu komt het: 15 blikjes Willem 2 sigaren voor 2 weken vakantie. 1/3 van de achterklep lag gewoon vol met sigaren. Ongelofelijk toch, achteraf. Die 15e was natuurlijk het reserve blik, want je weet maar 24
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
nooit, en last but not least: in de auto werd gerookt. Wederom… blauwer dan blauw. De term longemfyseem, inmiddels onderdeel van COPD, viel op een goed moment. Want vaderlief was dan wel een levensgenieter, zijn longen genoten, letterlijk met volle teugen, mee. Het werd een soort gewoon dat pa in zijn stoel zat te puffen en te hijgen als een ouwe man. Dat pa nooit mee ging als we ergens een eind moesten lopen. Neee, pa had namelijk al vanaf jonge leeftijd astmatische bronchitis, dat kon de schat niet helpen. Dat hij door te roken zijn longblaasjes om zeep hielp (later ook zijn hart, maar dat terzijde),neeeee, dat wisten we toen nog niet (genoeg). Ik herinner me nog de vakantie in Oostenrijk dat hij zo verschrikkelijk benauwd was, dat we eerder terug naar huis gingen. Wat een paniekrit was dat. Broer reed, net zijn rijbewijs behaald. Vader achterin, het raam open, in de hoop dat hij dan misschien net wat meer lucht kreeg. Maar nee, natuurlijk niet. Het staat nog op mijn netvlies. Ik als klein meisje, 2 blonde vlechtjes, die naast hem zat, achterin die grote auto. Die de dood echt in die bange ogen zag van haar papa. Ik dacht werkelijk dat hij zou stikken. Een paar maal gepauzeerd. “Laat me hier maar achter, ik red het niet meer”. Het was langs de doorgaande weg bij Alpen aan de Rijn. Als ik er nog wel eens langs kom weet ik exact het paaltje waar hij, mijn voorbeeld, tegenaan leunde, Kapot. Op. Brrr, ik voel het bijna nog.
Jarenlang lag hij minstens 2 weken in het ziekenhuis, op hem weer een beetje op te peppen. Prednison in zeer hoge dosering deed wonderen. Dat roken in zijn geval, hoe zal ik het zeggen, niet goed was L……., dat werd steeds duidelijker. Je hoorde er meer over, je las er over. Uiteindelijk is hij gestopt. Bats, boem, in 1 keer. Heel knap. Dat zijn hart daardoor al zo slecht was, en het met 68 jaar begaf, zo jammer. Maar dan. De volgende generatie??? Wijzer geworden??? Geleerd van opa, oma, oude pruttelende ooms en tantes? Te weinig. Ook nu zo jammer? Nee, veel meer dan dat. Het uitstellen van beginnen met roken is daarom zo belangrijk! Bij ons, familie van de sport, past het ook eigenlijk helemaal niet. Bij Joost en Gijs heeft het tot nu toe gewekt. Een rijbewijs mogen behalen als ze niet gaan roken voor hun 18e…… ja graag! Maar Bente, die zo graag alles probeert in haar leven, veel gevoeliger is voor haar omgeving, die in een groep vrienden en vriendinnen terecht kwam die allemaal roken (2013 hè ), die pakt die kans niet, Zelfs met 1 herkansing, nee. Roken trekt. Blijkbaar. En ik, ik zie het aan, met spijt.
vaten van de hersenen. In het dagelijks taalgebruik wordt een CVA ook een beroerte genoemd. Het kan ontstaan door een afsluiting in een bloedvat(herseninfarct) of door een bloeding. Bij een CVA veroorzaakt door een afsluiting van de bloedvaten worden medicijnen gegeven die de bloedstolling remmen om zo te proberen een herhaling te voorkomen. Als de oorzaak een bloeding is, worden deze middelen natuurlijk niet gegeven. De antistollingsmiddelen worden ook voorgeschreven indien er geen CVA is opgetreden maar er een hoog risico bestaat op een CVA bijvoorbeeld bij boezemfibrilleren of ritmestoornissen van het hart.
Door Ida van de Riet, arts Trombosedienst Leiden
Er bestaan verschillende soorten antistollingsmiddelen. Welke middelen gegeven worden bepaalt de specialist of huisarts. Leeftijd, risicofactoren en oorzaak van het CVA spelen een rol in de beslissing welk middel voorgeschreven wordt. Acenocoumarol en fenprocoumon. remmen de stolselvorming van het bloed. Als één van deze twee middelen wordt voorgeschreven is regelmatige controle van het bloed nodig. Deze controles worden gedaan door de trombosedienst. De trombosedienst schrijft ook de hoeveelheid tabletten voor. De hoeveelheid tabletten die men nodig heeft is voor ieder mens verschillend en kunnen niet in een vaste dosering worden voorgeschreven.
Cerebro Vasculair Accident (CVA) is de medische term voor een ongeluk in de
Regelmatig moet dan ook de INR geprikt worden. De INR is een maat
CVA EN DE TROMBOSEDIENST
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
25
voor de stolbaarheid van het bloed. Hoe hoger de INR hoe minder goed het bloed zal stollen en hoe lager de INR hoe meer de kans op stolselvorming ontstaat. De INR mag dan ook niet te laag en niet te hoog zijn. Na een CVA of ter voorkoming van een CVA moet de INR liggen tussen 2.5 en 3.5. Indien er meer risicofactoren zijn wordt er ook wel gekozen voor een INR tussen 3.0 en 4.0.Dat bepaalt de huisarts of specialist. Een INR van 3 betekent dat het bloed er 3 maal zo lang over doet om te stollen in vergelijking tot de gemiddelde stoltijd van het bloed. Ook bestaat er de mogelijkheid zelf de INR te meten en al dan niet zelf te doseren. Via de trombosedienst kan men beschikken over een handzaam meetapparaat waarmee met behulp van een vingerprik de INR gemeten kan worden. Het is bewezen dat het gebruik van antistollingsmiddelen de kans op het ontstaan van een CVA doet afnemen met wel 60 %. Maar voor welk antistollingsmiddel ook wordt gekozen, men moet zich er van bewust zijn dat door het bloed minder stolbaar te maken de kans op een bloeding wel toeneemt.
VOEDING EN HART EN VAATZIEKTEN Door Caroline Roest, diëtist De kans op hart- en vaatziekten wordt verkleind door een gezonde leefstijl. Een gezonde leefstijl kenmerkt zich door gezond en gevarieerd eten met 26
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
voldoende vitamines, mineralen en vezels en weinig verzadigd vet: -- eet voldoende volkoren producten, groente en fruit, en kies voor magere of halfvolle zuivelproducten, minder vette vleessoorten en 2 keer per week (vette) vis; -- gebruik weinig zout; -- zorg voor een gezond lichaams gewicht; -- rook niet; -- beweeg minimaal een half uur per dag. Voor gezonde mensen is gezond en gevarieerd eten volgens de Schijf van Vijf voldoende en hebben speciale producten en voedingssupplementen weinig zin. Door een gezonde voeding kunnen in Nederland naar schatting 43.000 gevallen van hart- en vaatziekten worden voorkomen: 10.000 door het eten van minder verzadigd vet en transvet, 15.000 door het eten van meer vis en 18.000 door het eten van meer groente en fruit. Groente en Fruit Het risico op hart- en vaatziekten wordt verkleind als dagelijks 2 ons groente en 2 keer fruit wordt gegeten. Het is goed volop te variëren met verschillende groente- en fruitsoorten om volop te profiteren van alle gezonde voedingsstoffen. Onderzoek heeft aangetoond dat de consumptie van voldoende groente en fruit in combinatie met magere zuivel, noten en vis
bloeddrukverlagend werkt en daarmee het risico op hart- en vaatziekten verlaagt. Vetten Verzadigd vet verhoogt het cholesterolgehalte in het bloed, wat het risico op hart- en vaatziekten vergroot. Onverzadigd vet verlaagt juist het cholesterol gehalte in het bloed. Daarom hebben voedingsmiddelen met de minste verzadigde vetten de voorkeur. Omdat sommige visvetzuren (n-3- of omega 3-vetzuren) een positief effect hebben op hart en bloedvaten, is het advies wekelijks 2 keer vis te eten, waarvan ten minste 1 keer vette vis, zoals makreel, zalm en haring. Deze soorten bevatten veel n-3-vetzuren. De door de Gezondheidsraad geadviseerde hoeveelheid visvetzuren bedraagt 450 mg per dag. Zout Door niet te veel zout te eten, kan een hoge bloeddruk worden voorkomen. Het mineraal natrium regelt samen met het mineraal kalium de bloeddruk. Als de bloeddruk stijgt, bijvoorbeeld door het eten van te veel zout, stijgt het risico op hart- en vaatziekten.
Om het risico op hart- en vaatziekten te verlagen, is het advies om weinig zout te gebruiken bij het koken en te letten op de hoeveelheid zout in kant-en-klare producten. Ook is het belangrijk te zorgen voor voldoende producten met veel kalium zoals groente, fruit en aardappelen. De Gezondheidsraad schat dat als iemand 1 gram natrium of 2,5 gram keukenzout minder eet per dag, het risico op sterfte door hart- en vaatziekten met enkele procenten kan afnemen. Door die ene gram zou de bovendruk (= systolische bloeddruk) met 1 tot 2,5 mm kunnen dalen en de onderdruk (diastolische) met 0,7 tot 1,8 mm. Per mm afname van de bovendruk neemt de kans op sterfte aan hart- en vaatziekten met ca 1,5 tot 3 % af. Dit positieve effect is er vooral voor mensen die al een hoge bloeddruk hebben (hypertensieven). Voedingsvezel Vezelrijk eten verlaagt het LDL-cholesterolgehalte in het bloed. Dit geeft een lager risico op hart- en vaatziekten. Daarom is het goed veel groente, fruit, peulvruchten en volkoren graan producten te eten. Dit zijn belangrijke bronnen van voedingsvezels. Vooral vezels uit volkoren graanproducten en fruit beschermen hart en bloedvaten. Ze hebben een gunstig effect op het cholesterolgehalte en verlagen de bloeddruk licht. Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
27
Verder werken voedingsvezels verzadigend. Daardoor helpen ze minder te eten en overgewicht te voorkomen. Omdat overgewicht een risicofactor is voor hart- en vaatziekten, verkleint dit weer de kans op hart- en vaatziekten. Alcohol Uit diverse onderzoeken blijkt dat matig alcoholgebruik de sterfte aan hartziekten bij mannen en vrouwen van middelbare leeftijd vermindert en een lagere kans geeft op een beroerte of herseninfarct. Er is onvoldoende bewijs dat dit vooral toe te schrijven is aan alcoholische dranken met veel antioxidanten zoals rode wijn. Het effect lijkt te worden veroorzaakt door de alcohol zelf. Alcoholgebruik vanaf 2 glazen per dag is ongunstig voor de gezondheid omdat het de bloeddruk kan verhogen, hartritmestoornissen kan veroorzaken
en bij vrouwen zorgt voor een licht verhoogd risico op borstkanker. Het advies is daarom matig te zijn met alcohol. Dat betekent niet meer dan 1 glas voor vrouwen of 2 glazen voor mannen per dag.
Voedingsstoffen die een gunstig effect hebben op het cholesterolgehalte en het risico op hart- en vaatziekten zijn: Noten Er zijn sterke aanwijzingen dat het eten van noten beschermend werkt tegen hart- en vaatziekten. Het eten van noten zorg bovendien voor een lager cholesterolgehalte. Dit geldt ondermeer voor walnoten, amandelen, pinda’s, hazel-, macademia-, pecan-, en pistachenoten. De gunstige vetzuursamenstelling met veel onverzadigde vetten is waarschijnlijk de oorzaak van deze gunstige effecten. Nadeel is wel dat in noten relatief veel calorieën zitten.
Voedingsstoffen die mogelijk een gunstig effect hebben op het cholesterolgehalte en het risico op hart- en vaatziekten zijn: Soja Er zijn aanwijzingen dat het eten van ongeveer 25 gram soja-eiwit per dag zorgt voor een daling van het cholesterolgehalte met ongeveer 10%. Ook regelmatig sojagebruik van meer dan 6 gram per dag zou voor een lager cholesterolgehalte zorgen. Er zijn 28
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
hiervoor echter nog onvoldoende bewijzen omdat dit effect nog niet in elk onderzoek wordt aangetoond. Polyfenolen (flavonoiden) Er zijn aanwijzingen dat bioactieve stoffen zoals flavonoïden en flavononen uit groenten en fruit én catechines uit thee een gunstig effect hebben op het risico van hart- en vaatziekten. Echt goed bewijs hiervoor is er echter nog niet. Polyfenolen in chocola zorgen mogelijk voor een lagere bloeddruk. Nadeel is dat in producten met chocolade veel verzadigd vet en calorieën zitten. Kruiden, zoals knoflook Uit enkele kleinschalige onderzoeken is een positief effect gevonden van knoflook op het risico van hart- en vaatziekten. Knoflook heeft mogelijk een effect op het cholesterolgehalte en de bloedstolling. Er is echter nog onvoldoende bewijs voor een daadwerkelijk effect op hart- en vaatziekten en de sterfte als gevolg daarvan.
Voedingsstoffen die mogelijk een ongunstig effect hebben op het cholesterolgehalte: Cafestol Cafestol is een vet dat van nature in koffiebonen voorkomt. Bij het koffiezetten komt dit als kleine vetdruppeltjes in de koffie terecht. Cafestol verhoogt het LDL-cholesterolgehalte. Bij gefilterde koffie (ook Senseo) blijft deze stof grotendeels achter in het
papieren koffiefilter en is er geen cholesterol verhogend effect. Gekookte koffie, waarbij de gemalen koffie naar de bodem zinkt, bevat beduidend meer Cafestol, dit geldt ook voor koffie uit koffieautomaten en espressomachines.
Het effect van voedingspatronen op het risico op hart- en vaatziekten: Mediterrane voeding Uit diverse grote studies zou blijken dat een mediterrane voeding een beschermend effect heeft op het risico van hart- en vaatziekten. Hierbij is sprake van een gecombineerd gezondheidseffect van voedingsmiddelen die een aantoonbaar gunstig effect hebben op hart- en vaatziekten. Een mediterrane leefstijl bestaat uit: -- veel groente en fruit -- diverse volkoren producten -- vis en olijfolie met minder verzadigd vet en meer onverzadigd vet -- matig alcoholgebruik -- voldoende beweging -- niet roken Voor een persoonlijk voedingsadvies ga je naar de diëtist De diëtist is DE specialist op het gebied van voeding en gezondheid. Bezoeken aan de diëtist, in het kader van hart en vaatziekten, worden vergoed uit de basisverzekering van uw ziektekostenverzekering (en gaan niet af van uw eigen risico). Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
29
LEVEN NA EEN NIETAANGEBOREN HERSENLETSEL (NAH) Door Madelon Kamphuis, maatschappelijk werker “Jaarlijks worden er in Nederland ongeveer 130.000 personen getroffen door hersenletsel. Dit kan verschillende oorzaken hebben zoals bijvoorbeeld een ongeluk, een hersentumor, zuurstofgebrek, vergiftiging/infectie, beroerte (CVA) en ziektes zoals epilepsie, MS en Parkinson. De meest voorkomende oorzaak, bij zo’n 30.000 mensen per jaar, is een beroerte (CVA).” (bron: MEE) Als u of uw familielid door een niet aangeboren hersenletsel (NAH) bent getroffen kan dit uw leven ingrijpend veranderen. Na een NAH kunnen er gevolgen merkbaar of zichtbaar zijn. U kunt denken aan stoornissen in denken en doen (bijvoorbeeld afasie, geheugenproblemen), karakterveranderingen (bijvoorbeeld prikkelbaarheid of agressief gedrag of sneller geëmotioneerd zijn) en lichamelijke veranderingen (bijvoorbeeld vermoeidheid, evenwichtsstoornissen). Sommige van de genoemde problemen verdwijnen vanzelf, maar er zijn ook verschijnselen die nooit meer verdwijnen. Het is belangrijk om te leren omgaan met deze restverschijnselen. Maatschappelijk werk Kwadraad Het is dan ook, vanwege de mogelijke (rest-) verschijnselen, heel begrijpelijk 30
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
als uw leven na een NAH veranderd is en dat de invloed van een NAH op uw welbevinden groot kan zijn. Bij tal van vragen kunt u terecht bij het maatschappelijk werk van Kwadraad voor professionele ondersteuning. Bijvoorbeeld wanneer deze vragen verband houden met uw gezondheid of als lichamelijke veranderingen van invloed zijn op uw welzijn, of als u praktische problemen ervaart. Denk hierbij aan onderwerpen als wonen, werk en inkomen, onderwijs, opvoeding, vervoer, vrije tijd, sociale voorzieningen en wet- en regelgeving. Door uw vragen met een maatschappelijk werker te bespreken kunt u uw zorgen delen en samen op zoek gaan naar mogelijke oplossingen. Ook de verwerking van de impact van dit hersenletsel kan in de gesprekken met een maatschappelijk werker een plek krijgen. Voor de partner en de betrokken familieleden is een NAH net zo goed een ingrijpende gebeurtenis als voor de persoon die het NAH heeft getroffen. Soms is het balanceren en blijven zoeken naar een nieuw evenwicht in en rond huis. Het kan helpen uw zorgen en (zingevings-) vragen te bespreken met een professional. Wanneer u daar behoefte aan heeft,gaan we met en voor u op zoek naar meer gespecialiseerde hulp of informatie. Het maatschappelijk werk van Kwadraad werkt nauw samen met tal van organisaties in en rond Leiden en beschikt daardoor over een breed
netwerk. Bij vragen op het gebied van NAH kan dat bijvoorbeeld een verwijzing naar MEE betekenen. MEE is een organisatie die mensen met een NAH en hun netwerk (waaronder partner en familie) ondersteunt (MEE staat voor MEEdoen, MEEdenken, MEElachen, etc.). MEE kan op alle leefgebieden helpen. Tevens organiseert MEE regelmatig ontmoetingsgroepen voor partners of familieleden van mensen met een hersenletsel. Tenslotte geven de maatschappelijk werkers van het wijkteam Leiden Noord u graag de belangrijkste contactgegevens door. In het gezondheidscentrum vindt u foldermateriaal van Kwadraad, MEE en de hersenstichting.
MEE en Gemiva-SVG bieden aan: Meega Thee is een ontmoetingsgroep voor partners, mantelzorgers en overige mensen uit het netwerk van mensen die getroffen zijn door niet-aangeboren hersenletsel. Deelnemers kunnen onder het genot van een kop koffie of thee op informele wijze ervaringen met elkaar delen. Ook kan er desgewenst gesproken worden over specifieke onderwerpen met zorgprofessionals. Voor de mensen met NAH zelf is er in een aparte ruimte gelegenheid om lotgenoten te ontmoeten of recreatieve bezigheden te hebben. Op die manier kan er kennis worden gemaakt met dagactiviteitencentrum Gading.
De belangrijkste contactgegevens op een rij: Kwadraad Het maatschappelijk werk van Kwadraad werkt onder andere vanuit het gezondheidscentrum. Voor andere Leidse wijklocaties kunt u voor informatie terecht op www.kwadraad.nl. Kwadraad is telefonisch bereikbaar via 088 900 4000 Een verwijsbrief van de huisarts is niet noodzakelijk. De gesprekken bij het maatschappelijk werk zijn gratis. MEE MEE is telefonisch bereikbaar via 071-573 14 44 Website MEE: www.meezhn.nl Sportconsulent Leiden, werkzaam bij MEE Kitty van Schie, telefonisch bereikbaar via 071-523 08 00. Mensen met een NAH ontvangen gratis sportadvies. Meega Thee Wanneer en Waar? Vanaf 7 oktober 2013 om de maand op de 1e maandagmiddag van 14.00-15.00 uur. Inloop van 13.30-14.00 uur. Aanmelden voor Meega Thee Contact en meer informatie: Saskia Hazelhorst Veronica Miltenburg
[email protected] [email protected] Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
31
WEET U DAT ..... ... Dit een speciale weet u dat is ... Dat een speciale reden heeft, ... Er dan ook een speciale dokter afscheid neemt! ... Dit dokter Rob van Leeuwen betreft, ... Hij een van de oprichters van dit gezondheidscentrum was, ... Hij dit samen deed met Ymte Groeneveld, een fysiotherapeut en …en ….. ... Jan Verhage al snel dit tweetal kwam ondersteunen, ... Zij jarenlang gedrieën de huisartsenpraktijk draaiende hebben gehouden. ... Als ik aan Rob van Leeuwen denk, ik aan bezieling denk, ... Hart voor de patiënten hebben, aan gedrevenheid, ontwikkeling, kennis, ... Aan voortgang, maar ook hechten aan tradities, oude gewoonten, ... Aan vernieuwing en aan stappen nemen, ... Aan durf, lef, vallen, maar snel weer opstaan, ... Aan leren van gemaakte fouten, ... Aan eigenlijk geen fouten willen maken, ... Aan perfectionisme, niet los kunnen laten, ... Aan moeilijk uit handen kunnen geven, ... Aan te veel hooi op de vork willen nemen. ... Als ik aan Rob van Leeuwen denk, denk ik aan de zogenaamde `praat-patiënten`, ... Patiënten die hun gevoel, hun zorgen, hun angsten durfden te delen met hem, ... Aan hoe hij er aan hecht dat dat vertrouwen er is tussen arts en patiënt. ... Ik er natuurlijk meteen achteraan denk: “wat kon hij uitlopen die van Leeuwen!!” ... Aan lange spreekuren, volle wachtkamers, daardoor geïrriteerde patiënten, ... Maar meer nog tevreden patiënten die blij zijn dat er een luisterend oor was. ... A ls ik aan Rob van Leeuwen denk, zie ik ook een dokter bezig in de behandel kamer, ... W egspuiten van spataderen, verwijderen van moedervlekken, hechten van wonden. ... Ik hoor een bemoedigende stem, zie een arm om iemand heen als er verdriet is, ... Zie een joviale klap op de schouder van iemand als er lekker gewerkt is, ... Hoor een stem die luider wordt bij verhitte discussies, ... Hij geeft zijn mening vol emotie en met vuur, ... een scherp randje bespeur ik regelmatig, ... zeker als Rob het gevoel heeft dat hem onrecht aangedaan wordt, ... of als hij moet vechten tegen bureaucratisch “gedoe”, daar gruwt hij van. ... En ik hoor een bulderende schaterlach, met patiënten, collega’s, ... Een lach die je herkent uit duizenden en die je drie deuren verder nog horen kunt. ... G elukkig zie ik ook een Rob die naast zijn werk geniet van sport, tennis op dinsdag ochtend, 32
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
... Die houdt van theater, muziek, lekker eten en een goed glas rode wijn, ... Die lekker kan bomen met goede vrienden, ... Die kan blijven vertellen over zijn kinderen en kleinkinderen, ... D ie plannen aan het maken is om met zijn vrouw te gaan genieten van zijn pensioen. ... Rob, het is je van harte gegund.
LEZERSVRAAG Hebt u een vraag over gezondheid en denkt u dat uw vraag ook voor andere lezers interessant is? U kunt uw vragen stellen aan een van de medewerkers van het gezondheidscentrum: bv. aan de logopediste, de fysiotherapeute, de maatschappelijk werker, de artsen, enz.
Zet uw vraag op onderstaand formulier en stuur het in naar het Gezondheidscentrum Merenwijk. Het adres van het gezondheidscentrum staat aan de achterzijde. U kunt het formulier natuurlijk ook altijd zelf even afleveren bij de balie. U kunt het ook per e-mail versturen met de vermelding: Beter Weten Lezersvraag naar:
[email protected].
Vraag:
Naam: Wij beantwoorden geen vragen als de naam niet is ingevuld. Deze kunnen wij nodig hebben om contact met u op te nemen als de vraag ons niet helemaal duidelijk is. Uw naam wordt niet vermeld in Beter Weten. De redactie van Beter Weten beoordeelt of de vraag interessant is voor meerdere lezers en geschikt is voor beantwoording door een van de medewerkers van het gezondheidscentrum.
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
33
JUBILEUMUITJE GEZONDHEIDSCENTRUM MERENWIJK 35 JAAR 12 OKTOBER 2013
34
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
35
BERICHTEN VAN BUITEN Deze rubriek is speciaal gereserveerd voor mededelingen en inhoudelijke bijdragen van hulpverleners die niet verbonden zijn aan het gezondheidscentrum, maar wel hun patiënten in de Merenwijk hebben. Overige huisartsen in de Merenwijk A.M.A. v/d Meer-Medendorp, C.E. v/d Meer en J.H.E. Stakenburg, M.M. Toes-Bos,
Medisch Centrum ‘t Joppe Zwartemeerlaan 44 Tel.nr. praktijk:.................521 5510 mw. A. Visser Pluimgras 44 Tel.nr. praktijk:.................521 0890 P.H. v/d Meer arts op haptonomische basis Medisch Centrum ‘t Joppe Tel.nr.:............................... 521 28 12
Tandartsen: N.Idris Kiekendiefhorst 7 Tel.nr.:................................750 44 73 A. Jahanbakhshi Buizerdhorst 103 Tel.nr.:................................522 01 64
Centrum voor Jeugd en Gezin Jeugdgezondheidszorg en Opvoedadviespunt: Arubapad 52 2315 VA Leiden Tel.nr.:........................ 088-25 42 384
Apotheken Apotheek ‘Tot Hulp der Menschheid’ Rosmolen 13, Tel.nr.:................................ 521 16 11
36
Apotheek ‘t Joppe Zwartemeerlaan 44 Tel.nr.:................................521 12 77
Overige fysiotherapeuten in de Merenwijk Fysiotherapie Praktijk Zwanenzijde Mussenplaats 1 en Merendonk 174 Tel.nr.:.................................521 5568 P.M. Quint-van den Berg W.C. Nieuwenhuys K. Kruyt J. Visser J. Besemer-van der End S. van der Meer I. Tuinhof J. Fitié P. de Geus G.Plantinga
Overige voorzieningen Oefentherapeut Mensendieck mw. G. Liem Medisch Centrum ‘t Joppe Tel.nr.: ...............................521 55 29
Paramedische praktijk Mediskin Huidtherapie, oedeemtherapie, medische hulpmiddelen. Rosmolen 36 Tel.nr.:........................... 521 40 61 Psychologe mw. drs. M. Witkamp Medisch Centrum ‘t Joppe Tel.nr.: ...............................523 18 27 Tel.nr.: ...............................521 18 93
Cliëntenkrant Gezondheidscentrum Merenwijk
Psychologe mw. drs. F. van Hilten Fregatwal 5 2317 GN Leiden Tel.nr.:................................568 01 56
[email protected]
MEDEWERKERS GEZONDHEIDSCENTRUM MERENWIJK Huisartsen
Logopedisten
Hr. M. Cargalli Mw. L. Fabriek Mw. J.M. Muis Mw. I. Osinga Hr. J.A. Verhage Mw. M. van de Ven Mw. I. Daamen Mw. J.H. van Dam Mw. C.G. Elbers Mw. C. Hoek Mw. P. W. Leeman Mw. A.D. Maghielse Mw. S. Verweij Mw. M.W.Th. Windhorst Mw. S. Hooymans
(huisarts) (huisarts) (huisarts) (huisarts) (huisarts) (huisarts) (ass.) (ass.) (ass.) (ass.) (ass.) (ass.) (ass.) (ass.) (fin.adm.)
Fysiotherapeuten Mw. I. Berg Mw. N. Brouwer Mw. S. Bunnik Hr. O. Otto Hr. J. van der Plaat Mw. M. van der Plaat Mw. W.A. Spelt Mw. M. Geelhoed Mw. S. Leemans
(fysioth.) (fysio-oedeem th.) (fysioth.) (fysio-manueel.th.) (fysio-manueel.th.) (fysioth.) (fysioth.) (ass.) (ass.)
Maatschappelijk Werkers Hr. F. Biesjot Mw. A. van Dijkman Mw. L. Goddijn
Diëtist Mw. C. Roest-Koster
Praktijkverpleegkundigen Mw. I. van der Lugt Mw. A. Dresselhuizen
Verloskundigen Mw. S. Demir Mw. A. van Wijck
Mw. T. van Driel Mw. L. Beenakker Mw. I. Bruins Mw. S. Kok Mw. M. Onderwater Mw. L. Rademaker Mw. A. Ramachandran Mw. L. Vellenga
Psychologen Hr. H. Velders Mw. J. Steeneveld Mw. M. Ernst Mw. A. van der Ende Hr. R. Gardien
Directie Hr. J. van der Plaat Mw. C. ter Haar Mw. W. Boerman Hr. H. Hollander
(directeur) (bur.coörd.) (secr.) (kwal.medew.)
Cliëntenraad Contactpersoon: mw. C. Hoekema Te bereiken via gezondheidscentrum, tel.nr. 522 71 84
Raad van Toezicht Stichting Gezondheidscentrum Merenwijk Voorzitter: hr. F. van Oosten Tel.nr.
521 37 28
BETER WETEN IS EEN UITGAVE VAN GEZONDHEIDSCENTRUM MERENWIJK Redactie: Mw. D. Bruring Mw. A. Dresselhuizen Mw. L. Fabriek Mw. P. Leeman Mw. A. Spelt Mw. H. Bolk, eindredactie Mw. C. ter Haar, coördinatie Mw. H. van de Giessen, illustraties
Merenwijk Gezondheidscentrum
103e editie Beter Weten