Aan de inhoud van het Informatiebulletin kunnen geen rechten worden ontleend.
CLIENT Expor t Informatiebulletin maart 2007
Controle op Landbouwgoederen bij I mport en E xport naar een Nieuwe Toekomst: CL I E N T
Het LNV-programma dat leidt tot betere administratieve en logistieke processen en werkwijzen voor alle partijen bij bedrijfsleven en overheid die betrokken zijn bij import en export van landbouwgoederen
CLIENT Export Informatiebulletin maart 2007
Pag -1-
Wat i s CLIENT E x por t?
20 07 spannend jaar
Om administratieve en logistieke processen bij import en export van landbouwgoederen te verbeteren voor zowel bedrijfsleven als overheid is het LNV-programma CLIENT ontwikkeld. CLIENT staat voor Controle op Landbouwgoederen bij Import en Export naar een Nieuwe Toekomst.
2007 wordt een spannend jaar. Deze zomer moeten de eerste sectortoepassingen voor zuivel een pootaardappelen ‘live’ gaan, en worden volgende sectortoepassingen voor vlees en plantaardig uitgangsmateriaal voorbereid. Aanvullend wordt bij aardappelen ook onderzocht of de sectortoepassing die nu gebouwd wordt voor pootaardappelen ook geschikt te maken is voor consumptieaardappelen.
Bij de start van CLIENT in 2001 is op verzoek van het bedrijfsleven in eerste instantie begonnen met de verbetering van de importprocessen. Vervolgens is vanaf 2004 de aandacht verschoven naar de export van landbouwgoederen. Dit is de vijfde editie van het informatiebulletin CLIENT Export. Hierin leest u over de stand van zaken, ontwikkelingen en planning.
Ook op internationaal gebied wordt dit jaar veel inzet gepleegd. In het kader van de UN-CEFACT wordt hard gewerkt aan de mondiale uniformering en standaardisering van gegevens en werkwijzen voor elektronisch certificeren. Samen met de Nederlandse douane wordt in de World Customs Organisation , WCO, gewerkt aan een nieuw datamodel, inclusief landbouwgoederen. Daarnaast is er een toenemend aantal landen waarmee bilateraal getracht wordt tot afspraken te komen over digitale uitwisseling van certificaatgegevens. Om de voordelen voor de ondernemers optimaal te maken is met Douane (in het kader van het project “Douane-papierloos”) afgesproken dat voor documenten bij landbouwgoederen, die onder een marktordening vallen, de zogeheten ‘depotregeling’ wordt ingevoerd vanaf 1 mei 2007. Met als voordeel dat een ondernemer voor deze documenten niet meer apart naar een douanekantoor hoeft. Dit besluit moet overigens nog wel de instemming van de Europese Commissie (DG AGRI) krijgen, maar de verwachting is positief. Over de Certificaten van Oorsprong, die door de Kamers van Koophandel worden afgegeven, is als onderdeel van een nieuw kabinetsprogramma ‘Lagere Lasten’ afgesproken dat onder leiding van het Ministerie van Economische Zaken gezocht wordt naar een oplossing, waardoor ook hier ondernemers niet eerst met een papieren veterinair of fytosanitair gezondheidscertificaat naar een Kamer van Koophandel moeten, maar rechtstreeks vanaf beeldscherm, deze aanvraag kunnen afhandelen. Het wordt dus een spannend jaar waarin veel moet gebeuren. Maar ik heb er alle vertrouwen in dat we onze doelstellingen dit jaar gaan halen. Frederik Heijink, programmamanager CLIENT Export
CLIENT Export Informatiebulletin maart 2007
Pag -2-
GBV Ge n e r iek e B evoe g d h e d e n Voor zie nin g De overheid (en daarmee dus ook het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) biedt haar diensten in toenemende mate elektronisch aan. Cruciaal daarbij is dat elektronische dienstverlening, zeker als dit een uitwisseling van gegevens tussen bedrijven en overheid omvat, die concurrentiegevoelig is, ook elektronische beveiliging van afdoende niveau vereist. Hiervoor is door CLIENT een aparte applicatie ontwikkeld met de naam ‘Generieke Bevoegdheden Voorziening, GBV’. Met deze GBV worden de identificatie, authenticatie en bevoegdheden van personen vastgelegd. Waarom dit noodzakelijk is wordt in dit kader apart toegelicht. Omdat identificatie, authenticatie en bevoegdhedenbeheer breder speelt binnen LNV dan alleen voor de ondernemers waarom CLIENT zich richt, is deze GBV in samenwerking met het LNV programma Elektronische Dienst Verlening (EDV) breed toepasbaar gemaakt voor LNV (dus inclusief de doelgroepen ‘boeren, tuinders en vissers’), maar is de GBV ook interessant voor gebruik elders binnen de overheid. Een rapport opgesteld in opdracht van Binnenlandse Zaken ligt momenteel voor nadere besluitvorming hierover klaar. Allereerst gaat het er om de identiteit vast te stellen. Met andere woorden, is de persoon degene die hij of zij voorgeeft te zijn? Een belangrijk hulpmiddel hiervoor is DigiD, dat is gekoppeld aan het Burger Service Nummer (BSN). Dat BSN is overigens gebaseerd op het sofinummer dat u al langer gebruikt en bedoeld is als basis voor allerlei diensten van de overheid. Vergelijk dit maar met het tonen van uw paspoort aan de gemeenteambtenaar die uw identiteit moet vaststellen. Die zal uw foto vergelijken met uw uiterlijk (identificatie) en controleren of het document geen vervalsing is (authenticatie). Daarna komt echter de volgende belangrijke vraag. Wat mag u? Het vaststellen van uw identiteit is pas het begin en zegt nog niets over wat u is toegestaan. Om een andere vergelijking te maken: een agent die u staande houdt in uw auto zal de geldigheidsduur van uw rijbewijs controleren en vaststellen welke categorie motorvoertuigen u mag besturen. Een vrachtwagen besturen met een rijbewijs voor een personenauto mag immers niet. Met diensten is dat in principe niet anders. Ook dan moet worden vastgesteld of u de dienst mag afnemen.
CLIENT Export Informatiebulletin maart 2007
Binnen CLIENT Export komt daar nog bij dat bedrijven zelf mogen aangeven wie er namens hun elektronische diensten mogen verrichten. Dat kan dus een medewerker van dat bedrijf zijn, maar ook een derde partij die diensten verricht (bijv. een douane-expediteur). Om dat veilig af te bakenen krijgen bedrijven de mogelijkheid een procuratiehouder bekend te maken in CLIENT Export, die dan namens het bedrijf het recht heeft vast te stellen wie er diensten mag afnemen voor dat bedrijf (bevoegdheid of machtiging). Maar ook hier geldt weer dat zowel de procuratiehouder als degene die door hem gemachtigd wordt zich moet kunnen identificeren, authenticeren en als geautoriseerd bekend moet staan binnen het systeem.
Stand van zaken CLIENT Export kent natuurlijk zijn eigen ontwikkelingen, maar er zijn ook externe factoren van invloed op de voortgang. Hierna treft u de belangrijkste ontwikkelingen aan en leest u wat de stand van zaken op het moment is.
S e ctorim ple m e ntatie zuivel
In de afgelopen periode is in nauwe samenwerking tussen VWA, COKZ en bedrijfsleven voor de zuivelsector het Systeem Ontwerp (SO) afgerond en is men CLIENT Export daadwerkelijk gaan bouwen. Als naam voor deze applicatie is door de zuivelsector gekozen voor ‘CLIENT Dairy’. Zuivel is de eerste sector waar ook echt geïmplementeerd wordt en dat leidt tot een grote afhankelijkheid van alle onderdelen die voor de goede werking van CLIENT noodzakelijk zijn. Denk hierbij aan het kernsysteem CLIENT, waarin landen en producten beheerd worden, maar ook aan de specifieke eisen en daarbij behorende dekkingen die bij de combinatie van een land en een product horen vastgelegd worden en waarin de eigen bedrijfsgegevens (stamgegevens) beheerd kunnen worden. Ook wordt de toegang tot CLIENT Dairy geregeld door het Generieke Bevoegdheden Systeem (GBV) (zie kader). Momenteel wordt er hard gewerkt aan de ontwikkeling van alle software programma’s. Na de oplevering volgt de testfase, met daarin de integratietesten van alle afzonderlijke componenten. Tegelijkertijd is de sector druk bezig om alle organisaties goed op elkaar af te stemmen, zoals het opzetten van de beheersorganisatie bij zowel de VWA als het COKZ. Ook dat moet geregeld zijn om in productie te kunnen. Daarnaast moeten de Eisen en Dekkingen zijn gevuld. Dat gebeurt door Pag -3-
medewerkers van de VWA en het COKZ samen. Tenslotte moet, als alle systemen getest en goed bevonden zijn, de definitieve productieomgeving, zowel functioneel als technisch, nog ingesteld worden. Naar verwachting zal dit alles vlak voor de zomervakantie (eind juni/begin juli) afgerond zijn. Op de oorspronkelijk ingeschatte ontwikkelingsperiode betekent dit een vertraging van ca. 2 maanden, maar sneller werken op dit complexe ontwikkeltraject blijkt niet mogelijk, zonder toe te geven op de vereiste kwaliteit van CLIENT Dairy. Afspraak is dat op 23 maart a.s. een definitieve datum voor de start en wijze van verdere implementatie van CLIENT Dairy wordt vastgesteld in samenspraak met alle betrokken partijen: VWA, COKZ, NZO, Gemzu en CLIENT. Momenteel wordt het bedrijfsleven ook rechtstreeks geïnformeerd. In februari is een eerste brief aan directies en management uitgegaan. De brief aan medewerkers, die het systeem straks zullen gebruiken, is op dit moment in voorbereiding. Ook de betrokken ICT bedrijven zullen binnenkort afzonderlijk worden geïnformeerd. Daarnaast verschijnen er artikelen in Zuivelzicht en Zuivelnieuws.
maart in Emmeloord aandacht aan CLIENT besteed. Daarnaast is in het februarinummer van Aardappelwereld aandacht besteed aan CLIENT Export. Dit magazine wordt gelezen door professionele pootgoedtelers en handelaren in de aardappelsector.
S e ctorim ple m e ntatie p ootaa r d a p p ele n
Door het programmateam is in de afgelopen periode de functionele en de technische beheerorganisatie uitgewerkt. Daarmee ontstaat inzicht in de taken, die voor beheer en onderhoud van het systeem CLIENT Export noodzakelijk zijn en de daarmee verbonden kosten (4 euro per exportwaardigheidverklaring bij afgifte van 500.000 verklaringen op jaarbasis). Momenteel wordt aanvullend een analyse uitgevoerd naar de impact van CLIENT Export op het inhoudelijke beheer bij VWA en PD. U moet daarbij denken aan zaken als efficiencywinst in de administratie, lagere kosten voor waardepapierbeheer, mogelijk minder inspectiekwartieren, maar mogelijk ook meerkosten voor bijvoorbeeld extra inzet voor het beheer van ‘Eisen en Dekkingen’. Resultaten hiervan worden medio mei verwacht.
Vanaf januari is de klankbordgroep aardappelen iedere twee weken bijeen geweest om het Systeem Ontwerp (SO) voor te bereiden ten behoeve van de bouwer. De klankbordgroep bespreekt de processen die bij exportkeuring en afgifte van het fytosanitaire certificaat van belang zijn. Deelnemers zijn een aantal exporteurs, het Nederlandse algemene keuringsdienst voor zaad en pootgoed van landbouwgewassen (NAK) en Plantenziektenkundige Dienst (PD). Nu is bijna alle informatie compleet en uitgewerkt tot ontwerpen voor de computerschermen die de eindgebruiker straks voor zich ziet. De verwachting is dat het Systeem Ontwerp vanaf de tweede week van maart uitgevoerd zal worden. Wat nu al opvalt zijn de vele overeenkomsten in de schermontwerpen met die van de sectorapplicatie zuivel en hier wordt voordeel van verwacht in de komende tijd. In overleg met de bouwer van het systeem streven we naar 1 juni 2007 als startdatum voor de testen en we hopen op 1 september 2007 volledig operationeel te worden. Dit valt samen met de afronding van het project Plantkeur, de overdracht van de uitvoering van de exportkeuring van de PD naar de NAK. De exporteurs van pootaardappelen worden in maart met een brief geïnformeerd over de gevolgen van CLIENT Export en welke acties zij kunnen ondernemen om de overgang naar het nieuwe systeem soepel te laten verlopen. Ook is er op de jaarlijkse 'voorjaarspoterbeurs' op 1
CLIENT Export Informatiebulletin maart 2007
Volge n d e sector e n
Door de piekdrukte bij het centrale programmateam (zie ook item over testen) staat er grote druk op de beschikbare capaciteit. De komende maanden zal deze druk nog oplopen door de integratie van alle deelsystemen (en de vulling ervan) en door de overdracht naar het functionele beheer. Om na die maanden toch in snel tempo te kunnen doorgaan zijn in de maanden maart en april voor een grote plantaardige sector (uitgangsmateriaal) en voor een grote veterinaire sector (vlees) vooronderzoeken gepland. Deze vooronderzoeken moeten (naast enkele inhoudelijke analyses) voorzien in een daadwerkelijke (en hopelijk vliegende) start met deze sectoren in mei 2007.
B e h e e r or ga nisatie e n tarieve n
Bestuurlijk is afgelopen maand door de opdrachtgever van CLIENT Export (de heer Kalden, Secretaris-Generaal van het Ministerie van LNV) en de stuurgroep een eindbeslissing genomen over de zetel en inrichting van de toekomstige beheerorganisatie. De Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) wordt definitief de ‘huisvader’ van de toekomstige beheerorganisatie. De eerste applicatiebeheerder is inmiddels al in functie en de overige vacatures zijn opengesteld. Zodra de eerste sectortoepassingen lang genoeg operationeel en stabiel zijn, en zodra een tweede groep sectortoepassingen operationeel gaat, worden de taken van de huidige projectorganisatie overgedragen aan de VWA. Als richtdatum wordt hiervoor 15 oktober 2007 Pag -4-
aangehouden. Hierbij is afgesproken dat ook na deze overdracht de afspraken over financiering en ondersteuning voor nieuw ontwikkelde sectortoepassingen gelijk blijven.
verbetering van het logistieke proces rondom certificering.
Kop p e lin g m et TRA CE S ve rtr aa g d Teste n h e ctisch ma a r succ esvol
De afgelopen maand is voor de acceptatietesters behoorlijk hectisch maar ook succesvol geweest. Omdat de testen van de Generieke Bevoegdheden Voorziening (GBV) en het Client Overig Kernsysteem (COK) tegelijkertijd plaatsvonden was het eind januari topdrukte. De eerste release van GBV is op 15 februari vrijgegeven aan het programma Elektronische Dienstverlening (EDV) dat de ontwikkeling van alle elektronische overheidsdiensten binnen LNV coördineert. Half januari is ook het tweede deel van het kernsysteem opgeleverd. Dit deel is groot, complex en veelzijdig. Voor het eerst kunnen we schermen bekijken die straks via internet door het bedrijfsleven gebruikt gaan worden: schermen waarmee eisen en dekkingen geraadpleegd kunnen worden en schermen waarmee bedrijven hun eigen profiel gaan beheren. Daarnaast zijn er weer een groot aantal beheerschermen voor LNV-medewerkers beschikbaar gekomen. Het testen van al deze schermen is ondertussen afgerond, de bevindingen liggen bij de leverancier. De hertest staat voor de komende weken ingepland. Het écht complexe onderdeel van het kernsysteem (de motor, die verifieert of een specifieke partij producten daadwerkelijk aan alle exporteisen heeft voldaan) kan pas echt aan de tand gevoeld worden zodra de eerste sectortoepassing (Zuivel) beschikbaar komt. Dat staat gepland vanaf 13 april. De periode daarna, tot de zomer, belooft de meest cruciale tot nu toe te worden. Naast een groot aantal functionele testen (Zuivel, de motor) staan er flink wat integratietesten op de rol: van kernsysteem met Zuivel, van GBV en DigiD met het complete systeemcomplex. Bovendien zal het bedrijfsleven een eerste gebruikerstest uitvoeren, onder regie van implementatiemanager Zuivel.
Sect o r le ve nde have CLIENT Export zal in de sector levende have niet in 2007 gerealiseerd kunnen worden. Het is helaas niet mogelijk gebleken om op tijd een (technische) koppeling met TRACES, het Europese veterinaire notificatiesysteem voor levende dieren en risicoproducten, te realiseren. Het werk op dit terrein ligt overigens niet stil. Binnen de VWA is een voorstel ontwikkeld om zo optimaal mogelijk gebruik te gaan maken van TRACES. Dit betekent op zichzelf al een
CLIENT Export Informatiebulletin maart 2007
TRACES (TRAde Control and Expert System) is een Europees systeem. Alle veterinaire controles (op levende dieren en producten van dierlijke oorsprong) aan de buitengrens worden hierin geregistreerd. En gedetailleerde informatie over de verplaatsingen van levende dieren en risicovolle producten binnen de EU wordt hierin uitgewisseld tussen de 27 lidstaten van de Europese Unie. Deze informatie is van belang bij de uitbraak van besmettelijke dierziekten en tevens kunnen lidstaten aan de hand van deze berichten elkaar in de toekomst vrijwaren. Op termijn zullen deze TRACES-berichten de nu nog gangbare intra-verkeer certificaten gaan vervangen. TRACES en CLIENT raken elkaar en overlappen op een aantal punten. Wanneer je bijvoorbeeld fokrunderen naar Rusland wilt exporteren, heb je in de toekomst zowel een TRACES-certificaat nodig voor vervoer over het grondgebied van de EU, als een "certificaat fokrunderen Rusland" om toegelaten te worden tot de Russische Federatie. Deze documenten bevatten voor een groot gedeelte dezelfde informatie en koppeling ligt hier voor de hand. Nederland onderhandelt met de Europese Commissie over de koppelingssystematiek maar er zit niet veel schot in deze zaak. TRACES is ontwikkeld als een gesloten systeem, elektronische gegevensuitwisseling is dus lastig.
P a pie rloze dou a n e-a a n gift e in zic ht
Een van de doelen van het CLIENT-programma is het stroomlijnen van het aangifteproces bij de douane. Nu moeten nog vaak papieren documenten overlegd worden op het moment dat de exporteur een partij wil uitvoeren. Voor het bedrijfsleven maar ook de douane ontstaat er zo een hinderlijke onderbreking van het elektronische aangifteproces. Douane en productschappen onderzochten daarom afgelopen jaar in hoeverre het mogelijk is om de depotregeling te gebruiken voor exportcertificaten die nu nog verplicht overlegd moeten worden bij de uitvoeraangifte. Met de douane, in het kader van het project “Douane-papierloos”, is inmiddels afgesproken dat voor documenten bij landbouwgoederen, die onder een marktordening vallen, de zogeheten ‘depotregeling’ wordt ingevoerd vanaf 1 mei 2007. Met als voordeel dat een ondernemer voor deze documenten niet meer apart naar een douanekantoor hoeft. Dit besluit moet overigens nog wel de instemming van de
Pag -5-
Europese Commissie (DG AGRI) krijgen. De verwachting is dus dat het op deze manier veel vaker mogelijk wordt om geheel elektronisch (via het aangiftesysteem Sagitta van de Douane) en zonder papieren bescheiden aangifte ten uitvoer te doen.
Depotregeling in het kort
Om met restitutie te kunnen exporteren heeft een bedrijf een exportcertificaat nodig. Exportcertificaten worden dus op aanvraag van de exporteurs door de productschappen verstrekt en geven het recht om een bepaalde hoeveelheid product te exporteren, vaak tegen een vooraf vastgesteld restitutiebedrag. De Europese regelgeving stelt de douane vervolgens verantwoordelijk om te controleren of een uitvoeraangifte past binnen het daarvoor afgegeven exportcertificaat (en schrijft deze daarvan af). Deze regelgeving staat het ook toe dat de douane deze controle in Nederland door de productschappen laat uitvoeren. Dit gebeurt dan ook. Dat leidt er toe dat de productschappen de certificaten niet alleen uitgeven,maar ook controleren. Op verzoek van de exporteur houden de productschappen de certificaten dan in beheer (depot, vandaar de naam depotregeling) en verzorgen de afschrijving ervan aan de hand van de aangifte ten uitvoer.
V ete rin air e ve rkla rin g e n ‘b e p e r kt op e n b a a r’
In de Stuurgroep CLIENT van 9 februari jl. is besloten dat de gegevens van de veterinaire certificaten beperkt openbaar worden, dit conform de huidige ‘papieren’ werkwijze. Op dit moment zijn de bindende certificaten (meestal veterinaire certificaten waar een bilaterale overeenkomst aan ten grondslag ligt) reeds openbaar. Die certificaten zijn (inclusief instructie) terug te vinden op het internet van de VWA, of opvraagbaar bij het veterinair Informatiepunt (VIP) van de productschappen. Het effect van dit besluit van de Stuurgroep is dat bindende certificaten openbaar blijven en er komt tevens een vademecum beschikbaar met losse voorbeeldverklaringen. Door de toegankelijkheid van deze voorbeeldverklaringen wordt het eenvoudiger voor bedrijven om zelf nieuwe verzoekcertificaten te ontwikkelen en af te spreken. Verzoekcertificaten zijn niet openbaar omdat ze concurrentiegevoelig zijn. De verzoekcertificaten die een bedrijf ooit zelf heeft aangevraagd worden (voor het bedrijf zelf) direct inzichtelijk in het systeem CLIENT nadat er is ingelogd. Verzoekcertificaten die (gedeeltelijk) openbaar zijn worden in het nieuwe systeem opvraagbaar voor gemachtigde bedrijven. Op alle fronten maakt het systeem CLIENT Export Informatiebulletin maart 2007
CLIENT daarmee eenvoudiger.
de
verzoekcertificering
N i euwe pro j e ctmedewerker Fra ns Lam b i
Eind januari ben ik als managementadviseur gestart met een vooronderzoek naar de certificering van de export van vlees. Ik doe dat vanuit mijn adviesbureau Covision Management Consulting BV. De afgelopen jaren heb ik me bezig gehouden met de (elektronische) identificatie en registratie van dieren, met als aandachtsgebied het traject van geboorte tot en met slacht. Het onderzoeken van de processen in de vleessector ligt in het verlengde daarvan en sluit derhalve goed aan bij mijn interessegebied. Samen met diverse materiedeskundigen onderzoek ik welke eisen dienen te worden gesteld aan het systeem Client Export om toegevoegde waarde te realiseren, enerzijds voor de sector en anderzijds voor de overheid. Bijzonder is dat we tevens gaan onderzoeken of en hoe het systeem Client Export kan worden ingezet ter ondersteuning van de afgifte van geleidebiljetten. In mei lever ik een rapport op waarin wordt aangegeven op welke manier Client Export voor de certificering van vlees het best kan worden ingericht en op welke wijze de projectmatige aansturing van de vervolgfasen, zijnde ontwikkeling en invoering, kan worden opgezet.
Planning Dat u m 1 april 2007 13 april 2007 1 mei 2007
mei 2007
juli 2007 juni 2007 1 september 2007 15 oktober 2007
m i j l paal Ingebruikname GBV door EDV Sectortoepassing zuivel gereed voor test. Invoering depotregeling voor certificaten die vallen onder een marktordening Vooronderzoeken vlees en plantaardig uitgangsmateriaal gereed / start sectorimplementatie. Sectortoepassing zuivel gereed voor productie Test sectortoepassing pootaardappelen. Sectortoepassing pootaardappelen volledig operationeel. Streefdatum overdracht taken huidige projectorganisatie aan beheerorganisatie (VWA).
Pag -6-
C ontactper son en Esmaralda Geesink LNV, directie Industrie en Handel secretariaat +31 (0)70 378 42 72
[email protected]
Frederik Heijink LNV, directie Industrie en Handel programmamanager CLIENT Export +31 (0)70 378 43 24
[email protected]
Lex Moret LNV, Directie ICT en Uitvoering projectleider technische infrastructuur +31 (0)6 532 979 89
[email protected]
Joost van Wijk Voedsel en Waren Autoriteit projectleider veterinair +31 (0)70 448 44 69
[email protected]
Tjeerd den Hollander PVE coördinator veterinair bedrijfsleven +31 (0)79 368 79 44
[email protected]
Jan Lanning HBAG coördinator fytosanitair bedrijfsleven +31 (0)297 38 00 70
[email protected]
CLIENT Export Informatiebulletin maart 2007
Lauran Matthijssen HEC methodisch begeleider CLIENT +31 (0)6 512 189 12
[email protected]
Patrick Laenen Vellekoop & Meesters informatieanalyse +31 (0)6 542 555 68
[email protected]
Jeroen Kavelaars Plantenziektenkundige Dienst projectleider fytosanitair +31 (0)317 49 67 35
[email protected] Jan van der Sijs PZ zuivel/marktordening bedrijfsleven +31 (0)79 368 15 36
[email protected]
Alex Drost Douane B/CPP +31 (0)618 608 723
[email protected]
Mahanaim Singadji Metrovision communicatie +31 (0)6 33 05 28 40
[email protected]
Pag -7-