Cijfermateriaal basisregistratie 2007 - 2010
Oktober 2011
1. Inleiding De schuldenproblematiek in Vlaanderen groeit. Steeds meer mensen ondervinden problemen met de betaling van hun schulden. Zo staan eind 2010 in Vlaanderen 144.504 personen met afbetalingsmoeilijkheden geregistreerd bij de 1
Centrale voor Kredieten aan Particulieren van de Nationale Bank van België ( ). Deze kredietcentrale registreert kredieten van natuurlijke personen voor consumptie of hypotheek en de eventuele wanbetalingen die zich hierbij voordoen. In de gerechtelijke arrondissementen in Vlaanderen (inclusief Brussel-Halle-Vilvoorde) stonden 50.909 berichten van „toelaatbaarheid van collectieve schuldenregeling‟ uit. Binnen de energiemarkt valt op dat steeds meer gezinnen niet bij een commerciële leverancier terecht kunnen, maar terugvallen op de netbeheerders om in hun elektriciteits- en gasbehoefte te voorzien. Ook het aantal budgetmeters voor elektriciteit (41.200 eind 2010) en gas (18.190 eind 2010) 2
kent een duidelijk stijgende lijn ( ). Al deze signalen van een stijgende schuldproblematiek ervaren ook de erkende instellingen voor schuldbemiddeling in hun dagelijkse werking. Om cijfergegevens hieromtrent systematisch en op een wetenschappelijke verantwoorde wijze in kaart te brengen, registreert het Vlaams Centrum Schuldbemiddeling sinds 2007 jaarlijks het aantal dossiers budget- en schuldhulpverlening van de erkende instellingen voor schuldbemiddeling in Vlaanderen. Anno 2010 zijn in Vlaanderen 331 instellingen voor schuldbemiddeling erkend, waarvan 305 OCMW‟s, 22 Centra Algemeen Welzijnswerk (CAW) en 4 intergemeentelijke instellingen schuldbemiddeling. Een belangrijke erkenningverplichting, vastgelegd in het Besluit van de Vlaamse Regering, is dat elke erkende instelling jaarlijks voor 31 maart een gestandaardiseerde registratie aan het Vlaams Centrum Schuldbemiddeling bezorgt. Deze gestandaardiseerde registratie gebeurt met behulp van een basisregistratieformulier en bevraagt de verschillende soorten budget- en schuldhulpverlening. Het basisregistratieformulier wordt samen met een uitgebreide handleiding jaarlijks in het begin van elk kalenderjaar aan elke erkende instelling voor schuldbemiddeling bezorgd en is als bijlage aan dit rapport toegevoegd. De geregistreerde gegevens hebben steeds betrekking op het voorgaande kalenderjaar. Zo geeft de basisregistratie 2011 de totale aantallen budgethulpverleningsgegevens en schuldhulpverleningsgegevens weer over 2010. Dit rapport vat de totale hulpverleningsgegevens over 2010 van de erkende instellingen voor schuldbemiddeling samen en vergelijkt ze met de voorgaande jaren. Een belangrijke vaststelling is alvast dat zowel het totaal aantal budget- als schuldhulpverleningsgegevens jaar na jaar toeneemt. De toename van het totaal aantal dossiers collectieve schuldenregeling binnen de schuldhulpverleningsgegevens is op zijn minst aanzienlijk.
1
Nationale Bank van België (2011), Statistieken Centrale voor kredieten aan particulieren – 2010, gegevens op 31 december 2010
2
VREG (2011), Rapport van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt van 31 mei 2011 (Statistieken 2010 met betrekking tot
huishoudelijke afnemers in het kader van artikel 5.7.1. van het Energiebesluit van 19 november 2010)
Pagina 1
2. Methodiek Het basisregistratieformulier maakt een onderscheid tussen enerzijds dossiers budgethulpverlening zonder schulden en anderzijds de dossiers schuldhulpverlening. De verschillende vormen van hulpverlening die erin aan bod komen, worden hierna kort toegelicht:
1.1.
Budgethulpverlening zonder schulden
Budgethulpverlening zonder schulden is een vorm van dienstverlening waarbij het cliënteel enkel betalingsproblemen heeft en / of moeilijk met geld kan omgaan. Dit cliënteel heeft per definitie geen schulden. Binnen deze categorie registreren de erkende instellingen voor schuldbemiddeling dossiers waarbij de geboden dienstverlening ofwel een budgetbegeleiding of een budgetbeheer kan zijn: Budgetbegeleiding is een vorm van hulpverlening waarbij de cliënt het beschikkingsrecht over zijn/haar inkomen behoudt en zijn/haar budget met advies en steun van de begeleider beheert; Budgetbeheer is een vorm van hulpverlening waarbij het beheer van de gelden van de cliënt geheel of gedeeltelijk overgelaten wordt aan de erkende instelling voor schuldbemiddeling. De inkomsten worden gedeeltelijk of in hun geheel gestort op een budgetbeheerrekening die door de erkende instelling voor schuldbemiddeling beheerd wordt.
1.2.
Schuldhulpverlening
Van zodra de persoon schulden heeft en de erkende instelling voor schuldbemiddeling tussenkomt om een regeling tussen cliënt-schuldenaar en cliënt-schuldeiser over de wijze van betaling van de schuldenlast van de cliënt-schuldenaar tot stand te brengen, valt het dossier in de categorie “schuldhulpverlening”. In concreto zal de erkende instelling voor schuldbemiddeling het dossier in de categorie “schuldhulpverlening” registreren als hij: -
contact opneemt met en inlichtingen inwint bij de verschillende cliënt-schuldeisers,
-
de gegrondheid of de wettelijkheid van de door de cliënt-schuldenaar aangegane verbintenissen onderzoekt en indien mogelijk een betalingsplan opstelt, het aan de cliënt-schuldeiser voorlegt en erover onderhandelt,
-
het plan uitvoert en het verloop ervan nagaat.
Bij de “registratie dossiers schuldhulpverlening‟ worden vijf soorten schuldhulpverlening onderscheiden: Eenmalige bemiddeling: Deze schuldbemiddeling is éénmalig en vereist geen verdere opvolging. Schuldbemiddeling an sich:
Pagina 2
Deze schuldbemiddeling is niet éénmalig. Er is verdere opvolging vereist, maar zonder budgetbegeleiding of budgetbeheer. Schuldbemiddeling + budgetbegeleiding: Deze schuldbemiddeling kadert in een budgetbegeleiding. Schuldbemiddeling + budgetbeheer: Deze schuldbemiddeling kadert in een budgetbeheer. Collectieve schuldenregeling: Collectieve schuldenregeling is een gerechtelijke procedure voor structurele schuldproblemen. Het doel is om in de mate van het mogelijke schulden af te betalen waarbij de cliënt tijdens die periode nog menswaardig kan leven. Na afloop van de collectieve schuldenregeling kan de cliënt terug schuldenvrij door het leven.
1.3.
Activiteiten in het kader van een collectieve schuldenregeling
Binnen de categorie collectieve schuldenregeling, wordt een bijkomend onderscheid gemaakt tussen volgende dossiers: Enkel voorbereidende werkzaamheden: De dossiers waarvoor allerlei administratieve voorbereidende werkzaamheden worden verricht en de dossiers waarvoor uitsluitend het verzoekschrift werd opgesteld. Aanstelling als schuldbemiddelaar: De dossiers waarin de erkende instelling voor schuldbemiddeling wordt aangesteld als schuldbemiddelaar, maar waarbij het budgetbeheer of de budgetbegeleiding niet wordt opgenomen. Aanstelling als schuldbemiddelaar + budgetbeheer/budgetbegeleiding: De dossiers waarbij de erkende instelling voor schuldbemiddeling aangesteld wordt als schuldbemiddelaar en waarbij ook het budgetbeheer of de budgetbegeleiding wordt opgenomen. Enkel budgetbeheer/budgetbegeleiding bij externe aanstelling: De dossiers waarbij een externe schuldbemiddelaar werd aangesteld, maar waar de erkende instelling voor schuldbemiddeling wel het budgetbeheer of de budgetbegeleiding opneemt tijdens de procedure van de collectieve schuldenregeling.
1.4.
Respons
Alle erkende instellingen voor schuldbemiddeling bezorgden hun basisregistratiegegevens aan het Vlaams Centrum Schuldbemiddeling. Net zoals in 2009 en 2010, is er in 2011 een respons van 100 %.
Pagina 3
Aangezien het CAW Archipel inzake schuldhulpverlening enkel bevoegd is op het grondgebied van de 19 Brusselse gemeenten, worden enkel hun budgethulpverleningsgegevens weerhouden.
1.5.
Uitgebreide registratie
Naast de jaarlijkse basisregistratie wordt sinds 2008 op basis van een steekproef een tweejaarlijkse uitgebreide registratie uitgevoerd. Deze uitgebreide registratie omvat een gestandaardiseerde vragenlijst die per dossier peilt naar de volgende items:
Sociaaldemografische gegevens van de aanvrager of het gezin;
Sociaaleconomische gegevens van de aanvrager of het gezin;
Schuldenlast van de aanvrager;
Dienstverlening aan de aanvrager of het gezin.
De doelstelling van de uitgebreide registratie is om het profiel van de cliënten van de erkende instellingen schuldbemiddeling en de geboden dienstverlening duidelijk in kaart te brengen. De geanalyseerde profielen laten toe om het beleidsmatige acties tegen schuldenproblematiek en kansarmoede te ondernemen. In 2011 loopt de uitgebreide registratie in het najaar. Het rapport zal in de loop van februari 2012 beschikbaar zijn op de website van het Vlaams Centrum Schuldbemiddeling.
3. Algemeen overzicht basisregistratie 2007 - 2010 Tabel 1 geeft het aantal dossiers budgethulpverlening zonder schulden en het aantal dossiers schuldhulpverlening weer die geregistreerd werden door de erkende instellingen schuldbemiddeling. De gegevens hebben betrekking op de jaren 2007 tot en met 2010. Samen met de hulpverleningsgegevens wordt vanaf 2009 expliciet gevraagd of de instellingen al dan niet hun eenmalige schuldbemiddelingen en / of hun wachtlijsten bijhouden. In 2010 behandelden de erkende instellingen voor schuldbemiddeling totaal 81.069 dossiers budgethulpverlening en schuldhulpverlening. Dit aantal stijgt jaar na jaar: 73.231 in 2007, 74.157 in 2008 (+1,26 %), 77.155 in 2009 (+4,04 %), en 81.069 in 2010 (+5,07 %). De stijging is hoofdzakelijk te wijten aan de toename van het aantal dossiers schuldhulpverlening.
Pagina 4
Tabel 1: Cijfers basisregistratie voor Vlaanderen 2007-2010 (1)
A. REGISTRATIE DOSSIERS BUDGETHULPVERLENING ZONDER SCHULDEN
(2)
Soort budgethulpverlening A.1 Budgetbegeleiding (zonder schulden) A.2 Budgetbeheer (zonder schulden) Totaal aantal dossiers budgethulpverlening (zonder schulden)
2007
2008
2009
2010
Totale aantal per soort 5 961 3 710 4 591 3 959 10 265 10 213 10 388 11 504 Totale 16 226 13 923 14 979 15 463 aantal per soort
B. REGISTRATIE DOSSIERS SCHULDHULPVERLENING
(3)
2007
2008
2009
2010
Soort schuldhulpverlening B.1a Eenmalige schuldbemiddeling B.1b Eenmalige schuldbemiddelingen worden niet bijgehouden B.2 Schuldbemiddeling an sich B.3 Schuldbemiddeling + budgetbegeleiding B.4 Schuldbemiddeling + budgetbeheer B.5 Collectieve schuldenregeling B.5.1 Enkel voorbereidende werkzaamheden B.5.2 Aanstelling als schuldbemiddelaar B.5.3 Aanstelling als schuldbemiddelaar + budgetbeheer/budgetbegeleiding B.5.4 Enkel budgetbeheer/budgetbegeleiding bij externe aanstelling Totaal aantal dossiers schuldhulpverlening
Totale aantal per soort 19 458 19 300 18 221 19 162 n.b. n.b. 71 88 8 396 8 040 8 041 9 403 5 067 6 050 6 842 6 674 18 348 19 619 20 656 20 187 5 736 7 225 8 416 10 180 1 235 1 808 2 547 3 284 475 532 429 502 1 939 2 256 2 288 2 644 2 087 2 629 3 152 3 750 57 005 60 234 62 176 65 606
Totaal aantal dossiers budgethulpverlening en schuldhulpverlening
73 231 74 157 77 155 81 069
Nog 1 vraagje rond CSR: hoeveel van de dossiers CSR zijn met verzoekschrift door u opgesteld?
n.b.
2 836
2 545
2 650
Totaal aantal aanvragers (gezinnen) op wachtlijst
n.b.
1 700
1 825
1 701
Wachtlijsten worden niet bijgehouden
n.b.
n.b.
84
139
Gemiddelde wachttijd (uitgedrukt in aantal maanden)
n.b.
4
4
3
(1)
In 2011 bezorgden twee CAW‟s een gecorrigeerd registratieformulier voor 2008 en 2009. De cijfergegevens in dit rapport werden hieraan aangepast. (2) inclusief CAW Archipel – Brussel (3) exclusief CAW Archipel (hebben enkel toestemming om aan schuldhulpverlening te doen op het grondgebied van de 19 Brusselse gemeenten)
Pagina 5
4. Budgethulpverlening zonder schulden Budgethulpverlening zonder schulden is opgesplitst in twee klassen: budgetbegeleiding zonder schulden en budgetbeheer zonder schulden. Het aantal dossiers budgetbegeleiding zonder schulden is het hoogst in 2007 met 5.961 dossiers. In 2008 is er een sterke daling tot 3.710 dossiers. Dit aantal stijgt in 2009 tot 4.591 en daalt in 2010 tot 3.959. Het aantal dossiers budgetbeheer zonder schulden kent sinds 2009 een stijgende trend. Waar de totale aantallen in 2007 en 2008 nagenoeg status quo blijven, is vanaf 2009 duidelijk een opwaartse beweging zichtbaar die in 2010 (11.504 dossiers) nog beter zichtbaar is. De hulpverlener kiest duidelijk meer voor budgetbeheer zonder schulden dan voor budgetbegeleiding zonder schulden. Het verschil tussen het totale aantal dossiers budgetbegeleiding en budgetbeheer, beide zonder schulden, wordt over de periode 2007 2010 alsmaar groter. Het totale aantal dossiers budgethulpverlening zonder schulden is in 2007 met 16.226 het hoogst, neemt in 2008 af om dan zowel in 2009 als in 2010 opnieuw te stijgen tot 15.463. In de cijfers budgethulpverlening zonder schulden zijn eveneens die van CAW Archipel te Brussel meegerekend omdat dit CAW ook op Vlaams grondgebied aan budgethulpverlening doet.
5. Schuldhulpverlening3 Schuldhulpverlening omvat de éénmalige schuldbemiddeling, schuldbemiddeling “an sich”, schuldbemiddeling met budgetbegeleiding, schuldbemiddeling met budgetbeheer en collectieve schuldenregeling. Het totale aantal éénmalige schuldbemiddelingen bedraagt op jaarbasis respectievelijk 19.458 (2007), 19.300 (2008), 18.221 (2009) en 19.162 (2010). De daling van het aantal dossiers in 2009 ten opzichte van 2008 is in 2010 weer grotendeels ongedaan gemaakt. De basisregistratie registreert vanaf 2009 hoeveel instellingen geen registratie doen van het aantal eenmalige schuldbemiddelingen. Waarschijnlijk is het aantal éénmalige schuldbemiddelingen onderschat, aangezien in 2009 en 2010 respectievelijk 75 (21%) en 88 (27%) erkende instellingen deze dossiers niet bijhouden. Het totale aantal dossiers schuldbemiddeling “an sich” blijft over de periode 2007 – 2009 aanvankelijk vrij constant maar stijgt opmerkelijk tot 9.403 (+17%) in 2010, waar ze haar hoogste waarde bereikt. Het totale aantal dossiers schuldbemiddeling met budgetbegeleiding is over de periode 2007 - 2009 aanzienlijk gestegen en daalt in 2010 licht tot 6.674 dossiers.
3
De collectieve schuldenregeling wordt verder uitgewerkt in punt 5.
Pagina 6
Het totale aantal dossiers schuldbemiddeling met budgetbeheer nam geleidelijk toe tot 20.656 dossiers in 2009. In 2010 daalt dit aantal licht tot 20.187 dossiers. Het aantal dossiers schuldbemiddeling met budgetbeheer bedraagt sinds 2007 steeds meer dan het drievoudige van het totale aantal dossiers schuldbemiddeling met budgetbegeleiding. Zoals ook bij budgetbegeleiding en budgetbeheer zonder schulden, kiest de hulpverlener duidelijk voor budgetbeheer. Het totale aantal dossiers schuldhulpverlening stijgt continu over de periode 2007 – 2010: 57.005 (2007), 60.234 (2008, +5,66%), 62.176 (2009, +3,22%) en 65.606 (2010, +5,52%). Aangezien het CAW Archipel te Brussel inzake schuldhulpverlening enkel bevoegd is op het grondgebied van de 19 Brusselse gemeenten, werden de cijfers van deze instelling niet weerhouden in de berekening van de totale aantallen.
6. Collectieve schuldenregeling Een belangrijke vaststelling is dat het totale aantal dossiers collectieve schuldenregeling over de periode 2007 - 2010 bijna verdubbeld is. Hun totale aantallen stijgen jaar na jaar en bedragen 5.736 (2007), 7.225 (2008, +25,96%), 8.416 (2009, +16,48%) en 10.180 (2010, +20,96%). Collectieve schuldenregeling wordt onderverdeeld naargelang de instelling enkel de voorbereidende werkzaamheden verricht, aangesteld is als schuldbemiddelaar, aangesteld is als schuldbemiddelaar gecombineerd met budgetbeheer en/of budgetbegeleiding of enkel budgetbeheer en/of budgetbegeleiding doet waarbij voor de collectieve schuldenregeling een derde (externe) wordt aangesteld. Binnen de collectieve schuldenregeling stijgen de totale aantallen dossiers collectieve schuldenregeling waarbij de erkende instellingen enkel de voorbereidende werkzaamheden uitvoeren jaarlijks: 1.235 (2007), 1.808 (2008, +46,40%), 2.547 (2009, +40,87%), 3.284 (2010, +28,94%). In vergelijking met 2007 zijn in 2010 de totale aantallen bijna verdrievoudigd. In de klasse aanstelling als schuldbemiddelaar variëren de aantallen over de periode 2007 – 2010 van jaar tot jaar. Binnen de schuldhulpverleningscategorie collectieve schuldenregeling zijn de absolute aantallen van deze klasse het laagste (502 dossiers in 2010). De totale aantallen bij aanstelling als schuldbemiddelaar met budgetbegeleiding / budgetbeheer stijgen over de periode 2007 – 2010 als volgt: 1.939 (2007), 2.256 (2008, +16,35%), 2.288 (2009, +1,42% ), 2.644 (2010, +15,56%). Voorname stijgingen situeren zich tussen 2007 en 2008 en tussen 2009 en 2010. Wordt enkel budgetbeheer/budgetbegeleiding bij externe aanstelling gedaan, dan bedragen de totale aantallen respectievelijk 2.087 (2007), 2.629 (2008, +25,97%), 3.152 (2009, +19,89%), 3.750 (2010, +18,97%). In vergelijking met 2007 is het aantal dossiers in 2010 bijna verdubbeld. Het totale aantal dossiers collectieve schuldenregeling waarbij de instelling het verzoekschrift opstelt wordt pas vanaf 2008 geregistreerd en bereikte ook in dat jaar haar maximum (2.836 dossiers). In 2009 was een lichte terugval zichtbaar, met in 2010 opnieuw een lichte stijging tot 2.650 dossiers.
Pagina 7
Een overzicht van de evolutie van het aandeel van verschillende vormen van collectieve schuldenregeling over de periode 2007 – 2010, wordt in tabel 2 weergegeven. Tabel 2: Aandeel van de verschillende vormen van hulpverlening binnen de klasse collectieve schuldenregeling.
Collectieve schuldenregeling
Jaar 2007
2008
2009
2010
Enkel voorbereidende werkzaamheden
21,53%
24,94%
30,24%
32,26%
Aanstelling als schuldbemiddelaar
8,28%
7,36%
5,09%
4,93%
Aanstelling als schuldbemiddelaar + budgetbeheer/budgetbegeleiding
33,80%
31,31%
27,25%
25,97%
Enkel budgetbeheer/budgetbegeleiding bij externe aanstelling
36,38%
36,39%
37,42%
36,84%
100%
100%
100%
100%
Totaal
Tabel 2 toont aan dat het aandeel van de dossiers „enkel voorbereidende werkzaamheden‟ aanzienlijk stijgt over de periode 2007 – 2010. Het aandeel van de categorie „enkel budgetbeheer / budgetbegeleiding bij externe aanstelling‟ blijft over de periode 2007 – 2010 constant en vertegenwoordigt meer dan een derde van het totale aantal dossiers. Het aandeel van de dossiers waarbij de erkende instelling aangesteld is als schuldbemiddelaar daalt lichtjes. Deze daling vergroot als de erkende instelling is aangesteld als schuldbemiddelaar met budgetbeheer en / of budgetbegeleiding. Gecombineerd betekent dit dat het aandeel waarbij erkende instellingen worden aangesteld als schuldbemiddelaar daalt van 42 % in 2008 tot 31 % in 2010. Om de totale aantallen dossiers collectieve schuldenregeling over 2010, zoals geregistreerd door de OCMW‟s, de CAW‟s en de intergemeentelijke diensten te vergelijken met nationale data, worden de gegevens van de Centrale voor Kredieten aan Particulieren, die beheerd worden door de Nationale Bank over 2010, gebruikt. Tabel 3 toont het aantal uitstaande berichten van collectieve schuldenregeling per gerechtelijk arrondissement. Om de vergelijking tussen de basisregistratie 2010 en de statistieken van de Nationale Bank van België mogelijk te maken, worden slechts de gegevens van de Vlaamse gerechtelijke arrondissementen in tabel 3 weerhouden. In het gerechtelijk arrondissement Brussel-Halle-Vilvoorde werden daarenboven 9.020 berichten van toelaatbaarheid van collectieve schuldenregeling geregistreerd.
Pagina 8
Tabel 3: Aantal uitstaande berichten van collectieve schuldenregeling per gerechtelijk arrondissement (gedeeltelijke weergave). 4
Gerechtelijk arrondissement Antwerpen Brugge Dendermonde Gent Hasselt Ieper Kortrijk Leuven Mechelen Oudenaarde Tongeren Turnhout Veurne Totaal
Aantal uitstaande berichten van collectieve schuldenregeling 7.103 4.330 6.743 5.601 3.099 1.005 2.673 2.734 2.318 1.213 2.593 1.697 780 41.889
Het totale aantal uitstaande berichten van collectieve schuldenregeling bedraagt 41.889 dossiers op 31 december 2010. Het aantal dossiers collectieve schuldenregeling uit de basisregistratie 2010 bedraagt 10.180. Hieruit besluiten dat de erkende instellingen voor schuldbemiddeling in 2010 in bijna één vierde van het totale aantal dossiers collectieve schuldenregeling in Vlaanderen tussen zijn gekomen (via voorbereidende werkzaamheden, een aanstelling als schuldbemiddelaar en/of budgetbegeleiding/budgetbeheer) dient met de nodige voorzichtigheid te gebeuren. De reden is dat de databank van de Nationale Bank van België de toestand weergeeft per 31 december 2010 en de basisregistratie het totale aantal dossiers collectieve schuldenregeling over 2010 weergeeft. Anderzijds is collectieve schuldenregeling een langdurig proces, zodat de proportie „bijna één vierde‟ eerder indicatief in plaats van absoluut is.
7. Wachtlijsten 5
Van de 330 erkende instellingen voor schuldbemiddeling zijn er 139 (42 %) die expliciet meldden dat ze geen wachtlijsten bijhouden. Dit is een stijging met 65 % in vergelijking met 2009. Bij navraag bleek dat instellingen, die geen wachtlijsten aanleggen dit gaandeweg niet opportuun achten omdat hun cliënteel voldoende snel kan worden geholpen. Enkele instellingen meldden dat er niet met wachtlijsten wordt gewerkt aangezien cliënteel wordt doorverwezen naar andere organisaties of hulpverleners. De overige 191 (58%) erkende instellingen voor schuldbemiddeling houden in principe wel een wachtlijst bij. Hiervan gaven 48 (25%) erkende instellingen niet door hoeveel gezinnen of aanvragers op hun wachtlijst
4
Bron: Nationale Bank van België, Statistieken – Centrale voor kredieten aan particulieren – 2010, gegevens op 31 december 2010.
5
Er wordt geen rekening gehouden met de gegevens van CAW Archipel.
Pagina 9
stonden per 31 december 2010, 70 (37%) erkende instellingen registreerden nul gezinnen of aanvragers en 73 (38%) erkende instellingen registreerden minstens één gezin of aanvrager op hun wachtlijst. Op 31 december 2010 registreerden de erkende diensten samen 1701 aanvragers of gezinnen op hun wachtlijst. In vergelijking met 2009 daalt het aantal aanvragers of gezinnen met 8 %. Aangezien 48 instellingen niet doorgaven hoeveel personen op hun wachtlijst stonden, is het totale aantal personen of gezinnen op een wachtlijst waarschijnlijk aanzienlijk onderschat.
8. Wachttijden Van de 191 erkende instellingen voor schuldbemiddeling, die in principe wel een wachtlijst bijhouden, registreerden 118 (62%) erkende instellingen een gemiddelde wachttijd. De overige 73 (38%) erkende instellingen gaven geen gemiddelde wachttijd aan. Er zijn 44 (23%) erkende instellingen die een gemiddelde wachttijd van nul maanden registreerden en 74 erkende instellingen (38%) die een gemiddelde wachttijd groter dan nul maanden aantekenden. De gemiddelde wachttijd bedraagt 3 maanden in 2010 en is ten opzichte van 2009 met één vierde gedaald. De spreiding van de gemiddelde wachttijd is aanzienlijk en varieert tussen de nul en 12 maanden. De hoogste frequentie van de gemiddelde wachttijd in maanden is vooral terug te vinden tussen de één en de twee maanden (29 erkende instellingen) en tussen de drie en zes maanden (31 erkende instellingen). Het aantal erkende instellingen zonder wachttijd is waarschijnlijk in de realiteit hoger, gelet op het aantal instellingen dat geen gemiddelde wachttijd registreerden.
9. Provinciale cijfers basisregistratie 2007-2010 Bijlage 1 geeft de registratiegegevens opgesplitst per provincie weer. Provinciale cijfers tonen aan dat voor de periode 2007 – 2010 het hoogste aantal dossiers budgethulpverlening terug te vinden is in de provincie Antwerpen, gevolgd door West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Vlaams-Brabant en tenslotte Limburg. Voor het totaal aantal dossiers schuldhulpverlening is West-Vlaanderen met 17.209 dossiers de koploper, gevolgd door Antwerpen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant. Over de periode 2007 – 2010 stabiliseert zich het aantal dossiers schuldhulpverlening in de provincie Antwerpen, het totale aantal neemt toe in de andere provincies met de grootste stijging in West-Vlaanderen. Het aantal dossiers éénmalige schuldbemiddeling neemt over 2007 – 2010 af in de provincies Antwerpen, Oost-Vlaanderen en Limburg. Voor Vlaams-Brabant stijgt dit totale aantal licht. West – Vlaanderen registreert een belangrijke stijging. Opvallend is een belangrijke toename van het aantal dossiers collectieve schuldenregeling in alle provincies over de periode 2007 – 2010. Dit aantal verdubbelt bijna in de provincies Antwerpen en Oost-Vlaanderen. Binnen de collectieve schuldenregeling is in elke provincie sprake van minstens een verdubbeling van de
Pagina 10
klasse „enkel voorbereidende werkzaamheden‟. Een stijging van de totale aantallen is zichtbaar binnen de collectieve schuldenregeling waarbij de erkende instelling is aangesteld als schuldbemiddelaar met budgetbeheer en / of budgetbegeleiding en waarbij de erkende instelling enkel budgetbeheer / budgetbegeleiding doet bij externe aanstelling. Enkel voor de klasse „Aanstelling als schuldbemiddelaar‟ stabiliseren zich de totale aantallen over de periode 2007 – 2010 op provinciaal niveau.
10.
Cijfers basisregistratie 2007-2010 per type organisatie
Bijlage 2 geeft de registratiegegevens opgesplitst naar type organisatie (OCMW – CAW – Intergemeentelijke dienst)
weer.
De
OCMW‟s
registreerden
in
2007
met
14.009
dossiers
het
hoogst
aantal
budgethulpverleningsgegevens (zonder schulden). Dit aantal valt in 2008 in belangrijke mate terug om in 2009 en 2010 opnieuw te stijgen. De CAW‟s bereiken met 2.367 dossiers in 2008 hun hoogste aantal dossiers budgethulpverlening. Nadien valt dit aantal in 2009 en 2010 terug. In 2010 wordt het laagste aantal dossiers, zijnde 1.915, bereikt. Een opvallende vaststelling is dat het aantal dossiers budgetbegeleiding zonder schulden binnen de OCMW‟s over de periode 2007 – 2010 aanzienlijk afgenomen is. Bij de CAW‟s is de trend dan weer licht stijgend. De totale aantallen budgetbeheer zonder schulden stijgen binnen de OCMW‟s maar dalen binnen de CAW‟s over de periode 2007 – 2010. De intergemeentelijke diensten zijn de enige instellingen die geen dossiers budgethulpverlening (zonder schulden) registreren. Voor zowel de OCMW‟s, CAW‟s als de intergemeentelijke diensten stijgt het totale aantal dossiers schuldhulpverlening over de periode 2007 – 2010. Voor de OCMW‟s bedraagt de stijging in totaal 15,1 %, voor de CAW‟s in totaal 7,16 %.
Het totaal aantal dossiers schuldhulpverlening verdubbelt voor de
Intergemeentelijke diensten over de periode 2007 – 2010. Het totale aantal dossiers “éénmalige schuldbemiddeling” blijft enkel bij de OCMW‟s stabiel. Dit totale aantal neemt toe bij zowel de CAW‟s als bij de intergemeentelijke diensten. Bij de intergemeentelijke diensten is dit totale aantal trouwens meer dan verdubbeld. Bij het totale aantal dossiers “schuldbemiddeling an sich” is over de periode 2007 – 2010 de trend bij de OCMW‟s stijgend en bij de CAW‟s dalend. Zowel voor het totale aantal dossiers “schuldbemiddeling met budgetbegeleiding” als het totale aantal dossiers “schuldbemiddeling met budgetbeheer” stijgt het totale aantal dossiers. Voor de intergemeentelijke diensten geldt dit enkel voor het aantal dossiers “schuldbemiddeling met budgetbeheer”. Meest opvallend is de stijging van het totale aantal dossiers collectieve schuldenregeling over de periode 2007 – 2010, zowel bij de OCMW‟s, de CAW‟s als de intergemeentelijke diensten. Binnen de klasse collectieve schuldenregeling stijgen alle subcategorieën voor de OCMW‟s, de CAW‟s en de intergemeentelijke diensten, behalve voor de subcategorie aanstelling als schuldbemiddelaar, waar het totale aantal licht fluctueert voor de OCMW‟s en aanzienlijk daalt bij de intergemeentelijke diensten. Binnen de CAW‟s neemt het aantal dossiers collectieve schuldenregeling over de periode 2007 – 2010 in belangrijke mate toe en dit in alle klassen.
Pagina 11
Per type organisatie stijgen enkel de totale aantallen aanvragers of gezinnen op een wachtlijst bij de CAW‟s, deze aantallen fluctueren bij de OCMW‟s. Intergemeentelijke diensten hebben niemand op hun wachtlijst staan.
Pagina 12
BIJLAGE 1: PROVINCIALE CIJFERS BASISREGISTRATIE 2007 - 2010
A. REGISTRATIE DOSSIERS BUDGETHULPVERLENING SCHULDEN Soort budgethulpverlening A.1 Budgetbegeleiding (zonder schulden) A.2 Budgetbeheer (zonder schulden) Totaal aantal dossiers budgethulpverlening (zonder schulden)
ZONDER
Antwerpen 2007 2 005 3 880 5 885
B. REGISTRATIE DOSSIERS SCHULDHULPVERLENING Soort schuldhulpverlening B.1a Eenmalige schuldbemiddeling B.1b Eenmalige schuldbemiddelingen worden niet bijgehouden B.2 Schuldbemiddeling an sich B.3 Schuldbemiddeling + budgetbegeleiding B.4 Schuldbemiddeling + budgetbeheer B.5 Collectieve schuldenregeling
2008 951 3 910 4 861
Oost-Vlaanderen 2009 1 310 4 175 5 485
2010 928 5 026 5 954
2007 2077 1 884 3 961
Antwerpen
2008 882 1 574 2 456
2009 1 155 1 626 2 781
2010 993 1 797 2 790
Oost-Vlaanderen
2007 7 004 n.b. 2 787 1 882 3 887 924
2008 6 915 n.b. 2 372 1 320 4 391 1 420
2009 6 606 21 2 390 1 615 4 798 1 440
2010 5 951 21 2 961 1 267 4 412 1 840
2007 4 093 n.b. 1 708 1 450 3 739 1 512
2008 3 651 n.b. 1 457 2 932 4 139 2 096
2009 2 269 23 1 503 3 010 4 486 2 588
2010 2 924 26 2 016 2 958 4 401 2 947
311 10 200
574 54 251
611 1 242
770 10 339
408 93 775
572 121 912
1 034 68 890
1 179 98 975
403 16 484
541 16 418
586 16 849
721 16 431
236 12 502
491 14 275
596 13 856
695 15 246
Nog 1 vraagje rond CSR: hoeveel van de dossiers CSR zijn met verzoekschrift door u opgesteld?
n.b.
641
556
633
n.b.
802
730
668
Totaal aantal aanvragers (gezinnen) op wachtlijst Wachtlijsten worden niet bijgehouden Gemiddelde wachttijd (uitgedrukt in aantal maanden)
n.b. n.b. n.b.
224 n.b. 4
232 25 4
306 29 4
n.b. n.b. n.b.
403 n.b. 4
449 16 3
565 29 3
B.5.1 Enkel voorbereidende werkzaamheden B.5.2 Aanstelling als schuldbemiddelaar B.5.3 Aanstelling als schuldbemiddelaar + budgetbeheer/budgetbegeleiding B.5.4 Enkel budgetbeheer/budgetbegeleiding bij externe aanstelling Totaal aantal dossiers schuldhulpverlening
Pagina 13
BIJLAGE 1: PROVINCIALE CIJFERS BASISREGISTRATIE 2007 – 2010 (VERVOLG)
A. REGISTRATIE DOSSIERS SCHULDEN Soort budgethulpverlening
BUDGETHULPVERLENING
ZONDER
A.1 Budgetbegeleiding (zonder schulden) A.2 Budgetbeheer (zonder schulden) Totaal aantal dossiers budgethulpverlening (zonder schulden)
West-Vlaanderen 2007
2008
2009
2010
2007
2008
2009
2010
771 2 137 2 908
689 2 328 3 017
639 2 157 2 796
753 2 314 3 067
442 1 480 1 922
411 1 272 1 683
516 1 322 1 838
513 1 211 1 724
B. REGISTRATIE DOSSIERS SCHULDHULPVERLENING Soort schuldhulpverlening B.1a Eenmalige schuldbemiddeling B.1b Eenmalige schuldbemiddelingen worden niet bijgehouden B.2 Schuldbemiddeling an sich B.3 Schuldbemiddeling + budgetbegeleiding B.4 Schuldbemiddeling + budgetbeheer B.5 Collectieve schuldenregeling B.5.1 Enkel voorbereidende werkzaamheden B.5.2 Aanstelling als schuldbemiddelaar B.5.3 Aanstelling als schuldbemiddelaar
Limburg
West-Vlaanderen
Limburg
+
2007 3 234 n.b. 1 858 740 5 948 1 496 247 260 591
2008 3 460 n.b. 1 505 793 6 305 1 643 261 254 641
2009 3 636 4 1 194 782 6 465 1 935 343 246 720
2010 5 749 13 1 583 967 6 533 2 377 552 281 883
2007 3 067 n.b. 1 197 639 2 376 972 77 81 314
2008 2 981 n.b. 1 616 494 2 380 1 075 163 48 337
2009 3 895 10 1 836 873 2 373 1 223 200 54 338
2010 2 399 13 1 733 958 2 307 1 638 333 59 347
budgetbeheer/budgetbegeleiding B.5.4 Enkel budgetbeheer/budgetbegeleiding bij externe aanstelling
398
487
626
661
500
527
631
899
13 276
13 706
14 012
17 209
8 251
8 546
10 200
9 035
Nog 1 vraagje rond CSR: hoeveel van de dossiers CSR zijn met verzoekschrift door u opgesteld?
n.b.
637
685
744
n.b.
346
211
190
Totaal aantal aanvragers (gezinnen) op wachtlijst Wachtlijsten worden niet bijgehouden Gemiddelde wachttijd (uitgedrukt in aantal maanden)
n.b. n.b. n.b.
467 n.b. 4
589 15 3
549 32 3
n.b. n.b. n.b.
182 n.b. 3
171 10 4
190 16 5
Totaal aantal dossiers schuldhulpverlening
Pagina 14
BIJLAGE 1: PROVINCIALE CIJFERS BASISREGISTRATIE 2007 – 2010 (VERVOLG)
A. REGISTRATIE DOSSIERS (1) SCHULDEN Soort budgethulpverlening
BUDGETHULPVERLENING
A.1 Budgetbegeleiding (zonder schulden) A.2 Budgetbeheer (zonder schulden) Totaal aantal dossiers budgethulpverlening (zonder schulden) B. REGISTRATIE DOSSIERS SCHULDHULPVERLENING
6
Vlaams-Brabant
ZONDER 2007
2008
2009
2010
666 884 1 550
777 1 129 1 906
971 1 108 2 079
772 1 156 1 928
(2)
Vlaams-Brabant
7
Soort schuldhulpverlening B.1a Eenmalige schuldbemiddeling B.1b Eenmalige schuldbemiddelingen worden niet bijgehouden B.2 Schuldbemiddeling an sich B.3 Schuldbemiddeling + budgetbegeleiding B.4 Schuldbemiddeling + budgetbeheer B.5 Collectieve schuldenregeling B.5.1 Enkel voorbereidende werkzaamheden B.5.2 Aanstelling als schuldbemiddelaar B.5.3 Aanstelling als schuldbemiddelaar + budgetbeheer/budgetbegeleiding B.5.4 Enkel budgetbeheer/budgetbegeleiding bij externe aanstelling Totaal aantal dossiers schuldhulpverlening
2007 2 060 n.b. 846 356 2 398 832 192 31 59
2008 2 293 n.b. 1 090 511 2 404 991 238 55 115
2009 1 815 13 1 118 562 2 534 1 230 359 60 98
2010 2 139 15 1 110 524 2 534 1 378 450 54 100
550 6 492
583 7 289
713 7 259
774 7 685
Nog 1 vraagje rond CSR: hoeveel van de dossiers CSR zijn met verzoekschrift door u opgesteld?
n.b.
410
363
415
Totaal aantal aanvragers (gezinnen) op wachtlijst Wachtlijsten worden niet bijgehouden Gemiddelde wachttijd (uitgedrukt in aantal maanden)
n.b. n.b. n.b.
424 n.b. 4
384 18 4
91 33 4
6
7
inclusief CAW Archipel – Brussel exclusief CAW Archipel (hebben enkel toestemming om aan schuldhulpverlening te doen op het grondgebied van de 19 Brusselse gemeenten)
Pagina 15
BIJLAGE 2: CIJFERS BASISREGISTRATIE 2007 - 2010 PER TYPE ORGANISATIE
A. REGISTRATIE DOSSIERS BUDGETHULPVERLENING SCHULDEN Soort budgethulpverlening A.1 Budgetbegeleiding (zonder schulden) A.2 Budgetbeheer (zonder schulden) Totaal aantal dossiers budgethulpverlening (zonder schulden)
ZONDER
CAW 8
OCMW 2007 5 023 8 986 14 009
B. REGISTRATIE DOSSIERS SCHULDHULPVERLENING
2008 2 591 8 965 11 556
2009 3 454 9 361 12 815
2010 2 918 10 630 13 548
2007 938 1 279 2 217
2008 1 119 1 248 2 367 CAW
OCMW
2009 1 137 1 027 2 164
2010 1 041 874 1 915
9
Soort schuldhulpverlening B.1a Eenmalige schuldbemiddeling B.1b Eenmalige schuldbemiddelingen worden niet bijgehouden B.2 Schuldbemiddeling an sich B.3 Schuldbemiddeling + budgetbegeleiding B.4 Schuldbemiddeling + budgetbeheer B.5 Collectieve schuldenregeling B.5.1 Enkel voorbereidende werkzaamheden B.5.2 Aanstelling als schuldbemiddelaar B.5.3 Aanstelling als schuldbemiddelaar + budgetbeheer/budgetbegeleiding B.5.4 Enkel budgetbeheer/budgetbegeleiding bij externe aanstelling Totaal aantal dossiers schuldhulpverlening
2007 18 829 n.b. 7 178 4 450 17 803 5 496 1 153 402 1 922
2008 18 341 n.b. 7 381 5 479 18 741 6 801 1 596 520 2 164
2009 17 278 69 7 443 5 999 19 828 7 942 2 322 417 2 188
2010 18 289 86 8 914 5 808 19 430 9 422 2 915 487 2 554
2007 526 n.b. 1 218 614 541 75 28 0 0
2008 709 n.b. 659 568 861 235 165 0 0
2009 633 2 598 843 814 219 148 0 0
2010 624 2 479 866 742 476 261 0 0
2 019 53 756
2 521 56 743
3 015 58 490
3 466 61 863
47 2 974
70 3 032
71 3 107
215 3 187
Nog 1 vraagje rond CSR: hoeveel van de dossiers CSR zijn met verzoekschrift door u opgesteld?
n.b.
2 647
2 382
2 463
n.b.
79
23
27
Totaal aantal aanvragers (gezinnen) op wachtlijst Wachtlijsten worden niet bijgehouden Gemiddelde wachttijd (uitgedrukt in aantal maanden)
n.b. n.b. n.b.
1 559 n.b. 4
1 715 76 4
1 496 129 3
n.b. n.b. n.b.
141 n.b. 6
110 6 3
205 9 2
8
9
inclusief CAW Archipel – Brussel exclusief CAW Archipel (hebben enkel toestemming om aan schuldhulpverlening te doen op het grondgebied van de 19 Brusselse gemeenten)
Pagina 16
BIJLAGE 2: CIJFERS BASISREGISTRATIE 2007 - 2010 PER TYPE ORGANISATIE (VERVOLG)
A. REGISTRATIE DOSSIERS BUDGETHULPVERLENING ZONDER SCHULDEN Soort budgethulpverlening A.1 Budgetbegeleiding (zonder schulden) A.2 Budgetbeheer (zonder schulden) Totaal aantal dossiers budgethulpverlening (zonder schulden) B. REGISTRATIE DOSSIERS SCHULDHULPVERLENING Soort schuldhulpverlening B.1a Eenmalige schuldbemiddeling B.1b Eenmalige schuldbemiddelingen worden niet bijgehouden B.2 Schuldbemiddeling an sich B.3 Schuldbemiddeling + budgetbegeleiding B.4 Schuldbemiddeling + budgetbeheer B.5 Collectieve schuldenregeling B.5.1 Enkel voorbereidende werkzaamheden B.5.2 Aanstelling als schuldbemiddelaar B.5.3 Aanstelling als schuldbemiddelaar + budgetbeheer/budgetbegeleiding B.5.4 Enkel budgetbeheer/budgetbegeleiding bij externe aanstelling Totaal aantal dossiers schuldhulpverlening
Intergemeentelijke diensten 2007 0 0 0
2008 0 0 0
2009 0 0 0
2010 0 0 0
Intergemeentelijke diensten 2007 103 n.b. 0 3 4 165 54 73 17 21 275
2008 250 n.b. 0 3 17 189 47 12 92 38 459
2009 310 0 0 0 14 255 77 12 100 66 579
2010 249 0 10 0 15 282 108 15 90 69 556
Nog 1 vraagje rond CSR: hoeveel van de dossiers CSR zijn met verzoekschrift door u opgesteld?
n.b.
110
140
160
Totaal aantal aanvragers (gezinnen) op wachtlijst Wachtlijsten worden niet bijgehouden Gemiddelde wachttijd (uitgedrukt in aantal maanden)
n.b. n.b. n.b.
0 n.b. 0
0 2 0
0 1 0
Pagina 17
BIJLAGE 3: BASISREGISTRATIEFORMULIER MET BIJHORENDE HANDLEIDING
NAAM ORGANISATIE
?
POSTCODE (FUSIE)GEMEENTE
?
NIS-CODE (enkel voor OCMW‟s)
?
TYPE ORGANISATIE (1=OCMW, 2=CAW, 3=OCMW-vereniging hoofdstuk 12)
?
A. REGISTRATIE DOSSIERS BUDGETHULPVERLENING ZONDER SCHULDEN Soort budgethulpverlening
Totale aantal per soort
A.1 Budgetbeleiding (zonder schulden)
?
A.2 Budgetbeheer (zonder schulden)
?
Totaal aantal dossiers budgethulpverlening (zonder schulden)
0
B. REGISTRATIE DOSSIERS SCHULDHULPVERLENING Soort schuldhulpverlening
Totale aantal per soort
B.1a Eenmalige schuldbemiddeling
?
B.1b Eenmalige schuldbemiddelingen worden niet bijgehouden
?
B.2 Schuldbemiddeling an sich
?
B.3 Schuldbemiddeling + budgetbegeleiding
?
B.4 Schuldbemiddeling + budgetbeheer
?
B.5 Collectieve schuldenregeling
0
B.5.1 Enkel voorbereidende werkzaamheden
?
B.5.2 Aanstelling als schuldbemiddelaar
?
B.5.3 Aanstelling als schuldbemiddelaar + budgetbeheer/budgetbegeleiding
?
B.5.4 Enkel budgetbeheer/budgetbegeleiding bij externe aanstelling Totaal aantal dossiers schuldhulpverlening
? 0
Nog 1 vraagje rond CSR: hoeveel van de dossiers CSR zijn met verzoekschrift door u opgesteld?
?
Totaal aantal aanvragers (gezinnen) op wachtlijst
?
Wachtlijsten worden niet bijgehouden
?
Gemiddelde wachttijd (uitgedrukt in aantal maanden)
?
Pagina 18
Lees onderstaande toelichting: U dient in dit registratieformulier maximum 19 cellen/velden met een vraagteken in te vullen. In B1 vult u de naam in van uw organisatie (bv. ocmw Herentals, caw Sonar, Bodukap, etc.). De postcode van uw (fusie)gemeente vermeldt u in B2. B3 dient enkel ingevuld te worden door ocmw's. Het betreft hun NIS-code bestaande uit 5 cijfers. De anderen laten gewoon het vraagteken staan. In B4 vult u een 1, 2 of 3 in naargelang uw organisatietype. Verder worden er cijfers gevraagd in de cellen B8 en B9. Bij B14 en B15 vult u ofwel een cijfer in bij B14 als u het aantal eenmalige schuldbemiddelingen kent ofwel laat u het vraagteken staan bij B14 en zet u in B15 een kruisje. In B16, B17 en B18 vult u de juiste cijfers in, net zoals in B20 t.e.m. B23. In cel B26 wordt gevraagd naar het aantal dossiers collectieve schuldenregeling waarvan de dienst zelf het verzoekschrift heeft opgesteld in de loop van het betreffende kalenderjaar. Bij B28 en B29 vermeldt u in B28 het aantal aanvragers (gezinnen) die op een wachtlijst staan per 31 december, indien gekend, ofwel laat u in B28 het vraagteken staan en plaatst u in B29 een kruisje.Tot slot vermeldt u in B30, indien gekend, de gemiddelde wachttijd van het afgelopen jaar, uitgedrukt in maanden. Indien dit niet gekend is, laat dan het vraagteken staan. De overige aantallen (cellen/velden waar al een nul staat ingevuld) worden automatisch berekend. Het formulier is zo opgesteld/beveiligd dat er niets kan ingevuld worden op plaatsen waar u niets hoeft in te vullen. Het
formulier
moet
uiterlijk
op
[email protected].
Pagina 19
31
maart
elektronisch
opgestuurd
worden
naar