“Christus en de machten” Inleiding Geliefde broeders en zusters, er is in 2012 een boek getiteld “De macht van Facebook” verschenen. De schrijver is internetjounalist Peter Olsthoorn. Hij beschrijft in dit boek hoe het sociale netwerk “Facebook” slimme technologie inzet om zo veel mogelijk gegevens over zijn gebruikers te verzamelen. Met die data slaagt het bedrijf erin via advertenties steeds meer op maat gesneden reclame aan de mensen voor te schotelen. Olsthoorn stelt dat het een illusie is om te denken dat Facebook gratis is: gebruikers betalen wel degelijk. Namelijk met hun privacy. Ze komen dus in zekere zin onder de macht van “Facebook”. Ik ga dit vanavond niet uitwerken. Maar nog even iets over de eigenaardige ondertitel van het boek: “Theo, ben je dood of zo?”. Een 63 jarige Groninger blijkt al 7 weken dood achter zijn pc te zitten. Niet zijn familie of buren, maar zijn 300 vrienden op Facebook en Hyves begonnen hem te missen. Dat zou op een positieve kant van Facebook kunnen wijzen. De zogenaamde “macht” van Facebook zou ons dan goed doen. Tocht eindigt een boekbespreking van “De macht van Facebook” m.i. terecht als volgt: “De groei van Facebook krijgt ook door de beursgang van Facebook een nieuwe impuls. En zolang wij, de gebruikers, onszelf vrijwillig overleveren, accepteren wij kennelijk, dat de macht van Facebook alleen maar groter wordt”. Een tweede voorbeeld: U ziet het dagelijks voor u: ouderen en jongeren die de hele dag naar hun mobieltje of i‐phone grijpen. Waarom? Men verwacht dat van hen. En ze beantwoorden aan die verwachting. Zij lijken niet meer zonder te kunnen. Heeft dat mobieltje of die i‐phone “macht” over hen? Ik hoop met deze voorbeelden iets van de actualiteit van ons onderwerp te hebben laten oplichten.
Christus , ons Hoofd:” Hoofd boven alle dingen” In het nadenken over de strijd tussen Christus en de machten nemen we ons uitgangspunt in het geloofsartikel: “opgevaren ten hemel en zittend aan de rechterhand van God”. Onze Catechismus vraagt in Zondag 19: “Waarom wordt daarbij gezet: “zittend aan de rechterhand van God? “ Het antwoord luidt:” Omdat Christus dáárom ten hemel gevaren is, opdat Hij Zichzelf daar bewijst als het Hoofd van Zijn christelijke Kerk, door Wie de Vader alle dingen regeert.” Wat een grote troost: alle dingen regeert. Dit moet en mag ons uitgangspunt zijn bij alles wat wij vanavond horen. Hém is gegeven alle macht in hemel en op aarde. Daarom kan Hij ons ook vandaag leiden, regeren, beschermen en bewaren in de strijd tegen de ( door Hem onttroonde) machten, die vandaag m.n. een uiterst hevige aanval op ‘Zijn Kroondomein’ ( de Gemeente) doen. Onderschat deze strijd niet! Satan met zijn boze geesten doet er in de laatste dagen n.l. álles aan om ons en onze kinderen aan de genadige heerschappij van Christus, van Zijn Geest en Woord te onttrekken, om ons, zo mogelijk opnieuw, onder zijn heerschappij te brengen.
1
Twee begrippen: “scheppingsmandaten” en “machten” Voordat ik globaal de strijd van Christus met de “machten” voor u in beeld breng, merk ik op, dat het bij ons onderwerp m.i. gaat over de heilzame orde die de Vader met de Zoon in Zijn gemeente én in Zijn wereld beoogt. Ik vraag uw aandacht daarom eerst voor twee begrippen: a) “scheppingsmandaten” en b) “machten”. God heeft met Zijn wereld een doel! Zijn verheerlijking! En Hij brengt haar door Christus tot dat grote dóel. De Zoon van God, het eeuwige Woord ( zegt Johannes), is daar vanaf het begin bij betrokken. “Want in Hem, zegt Paulus in Coll. 1, is alles wat er is geschapen…Het is alles door Hem en tot/voor Hem ( tot eer en dienst aan Hem) geschapen,…en het heeft alles ook samenhang in HEM alleen !”. Dat betekent dat Gods orde, de harmonie en dus ook het openbloeien van de wereld naar God toe, er alleen is in het gehoorzamen aan Hét WOORD. Welnu, door dát WOORD, d.i. door de Zoon van God, zijn ons ook, zegt dr. Bonhoeffer, zg. scheppingsmandaten, dat zijn opdrachten van de Schepper gegeven. Hij noemt er vier: de arbeid, de instelling van het huwelijk en het gezin, de overheid en de Kerk. Ik beperk mij nu tot de eerste twee: de roeping of opdracht tot cultuurarbeid van de mens en het huwelijk. De arbeid U mag daar de akkerbouw, de economie, de wetenschap, de techniek en de kunst onder scharen. Wanneer deze arbeid in de HEERE gedaan wordt is ze tot zegen en tot eer van Christus en de Vader. Het gaat dan om wat Bonhoeffer noemt “de met God meescheppende mens”. De mens van God, die de geschapen aarde moet bebouwen, bewerken en bewaren. Het huwelijk En het tweede scheppingsmandaat is dan het huwelijk, de man/ vrouw verhouding en daarmee verbonden de kinderzegen. Deze beide scheppingsmandaten vinden hun oorsprong in HET WOORD, in Christus. Ze zijn uiteindelijk ook op de dienst aan God en Christus gericht. En kunnen ook alleen in afhankelijkheid van Hem, dat is in gehoorzaamheid aan HET WOORD volbracht worden. En nu mag je zeggen: deze scheppingsmandaten, deze constante heilzame wetten of basale structuren zijn ons gegeven als beveiliging tegen de chaos en de ontwrichting van Gods goede schepping. Deze heilzame mandaten of geboden zijn de door Christus gegeven dragende constructie, waarmee de HEERE het leven van Zijn schepselen en Zijn schepping wilde laten ondersteunen, dragen, beschermen en openbloeien. Het zijn mandaten of opdrachten in de hand van de Zoon van God die goed zijn, gegeven tot ons nut. Ook na de zondeval blijven deze mandaten of basale structuren voor alle mensen van kracht. Alleen doet dan de ongehoorzaamheid aan HET WOORD zijn intrede. Er wordt geluisterd naar de diabolos, die God en de mensen niet bij elkaar houdt en die ook alle samenhang en harmonie in heel de schepping verbreekt, zodat de heilzame bedijking van de HEERE, dat is van HET WOORD, wegvalt en de ontbinding, de ontwrichting, de chaos en de revolutie in heel de schepping zijn intrede doet. Totdat Christus komt. Want God was in Christus de wereld met Zichzelf verzoenende, hun zonden hun niet toerekenend. Welnu deze Christus handhaaft Zijn eigen mandaten, ja Hij wil die in ons tot
2
vervulling brengen door Zijn Geest. Niemand kan ze dus buiten Christus om gehoorzaam zijn. Want wie ze niet doet in Hem, ondervindt de vreselijke gevolgen van zijn ongehoorzaamheid. Wie ze echter houdt, in de gemeenschap met de HEERE Jezus, wordt rijk gezegend. Met vreugde en vrede. Terzijde merk ik op dat Christus het huwelijk niet alleen vervult, maar ons ook , in het licht van nieuwe hemel en nieuwe aarde de betrekkelijkheid ervan laat zien.
Het begrip ‘machten’ Het tweede begrip, dat van belang is, is het begrip ‘machten’. Dit begrip heeft in de Bijbel een dubbele betekenis. Macht betekent ten eerste dat iemand of iets het vermogen heeft om te handelen en ten tweede ook de bevoegdheid of het gezag daartoe. Dus iemand of iets kan handelen, maar hij mág het ook. ( omdat hem bevoegdheid of de volmacht daartoe verleend is). Als voorbeeld kunt u denken aan een moeder die een les op school bijwoont. Bij een ordeprobleem kan zij misschien wel handelend optreden, maar ze heeft niet de bevoegdheid daartoe. De juf heeft deze ‘macht’, deze bevoegdheid wel, omdat die aan haar verleend is. Het Woord van God leert ons dít: alleen God heeft álle macht. Hij kan en mag souverein handelen. Maar nu heeft Hij ook aan hemelse en aardse machten de bevoegdheid gegeven om te handelen. Er is dan dus altijd sprake van een afgeleid of door God verleend gezag. Tweeërlei machten 1.
2.
Er zijn dus hemelse “machten”. We denken daarbij enerzijds aan goede geesten, d.i. aan de goede engelen van wie de Zoon van God, onze Heere Jezus Christus, het Hoofd is. Anderzijds zijn daar ook boze machten. Dat zijn de boze geesten of demonen van wie de vorst van de duisternis, d.i. dé boze, het hoofd is. Omdat deze geesten hun verblijfplaats en operatiecentrum in de lucht hebben, spreekt Paulus in Efeze 6 over “de geestelijke boosheden in de lucht”. Vervolgens wordt het woord “macht” in de Schrift ook gebruikt voor het door God gegeven ‘gezag’ en de gezagsdragers op deze aarde (Romeinen 13: 1,2). Door middel van deze aardse gezagsstructuren beoogt Gód het leven op aarde volgens Zijn scheppingsmandaten te laten verlopen, te laten functioneren en zó ook te laten opbloeien als Hij het bedoeld heeft. De overheid heeft zelfs de roeping of het mandaat om ongehoorzaamheid aan de eerstgenoemde scheppingsmandaten van Christus, de Zoon van God, met haar zwaardmacht tegen te staan en te bestraffen. Zij kan dit echter uiteraard ook alleen in horigheid aan Christus Zelf, zegt Bonhoeffer. In diepe afhankelijkheid van Hem, Die de Wijsheid van God is.
Een belangrijk verband En zie, nu is er sprake van een verband. Namelijk van een verband tussen de hemelse en de aardse machten. Wat is n.l. het geval? De door de Zoon gegeven scheppingsmandaten én machten(b.v. de roeping tot goddelijke arbeid, tot huwelijk‐ en gezinsvorming, de wetgeving en de rechtspraak van de overheid) worden altijd beïnvloed, aangestuurd, gebruikt en beheerst door één van die twee boven genoemde hémelse machten.
3
Wanneer ik het eerst met een grote grove lijn voor u neerzet, dan zeg ik ’t zo: Christus, Zijn Geest en Zijn goede engelen creëren en gebruiken de scheppingsmandaten, die basale goddelijk goede structuren én machten op aarde om ons leven te laten openbloeien. En om de christenen, die daarin functioneren, te vervullen tot de volwassenheid in Christus en om hen zo ook te beschermen. Dus: ons ten goede! Een heilzame bedijking De scheppingsmandaten, deze basale structuren én de machten, in de hand van ons HOOFD, Christus, door Wie wij met God verzoend zijn, functioneren dan als een soort bedijking van God tegen de chaos, tegen de verwarring en de ontwrichting van de schepping, de maatschappij, het huwelijk en gezin en de gemeente van God. God heeft namelijk deze goede machten en goddelijke mandaten, of dragende constructies door Zijn Woord, d.i. door Zijn Zoon geschapen en gegeven. Hém tot eer en ons tot nut en zegen! Bij deze z.g. schepping is ook de Heilige Geest zeer actief betrokken geweest. Ds. G. Boer zegt: “ En wel zó, dat er kracht, leven, orde, versiering op al het geschapene van Hem uitging. Het N.T. noemt het geheel van de schepping dan ook kosmos of sieraad. Ds. G. Boer wijst ook hierop: “Deze Geest legt allerlei verbanden, ordeningen, wetmatigheden, verbindingen en krachten in het geschapene”. Inderdaad, Hij brengt ook de goede, passende vorm van deze dragende structuren én de handhaving van de goddelijke mandaten in het geschapene aan. En zo zegt ds. Boer, is Hij de Versierder van al Gods werken. Zo onderhoudt de Geest van God het verband tussen God en al het geschapene. Tussen de zienlijke en onzienlijke dingen. Wanneer wij dan vervolgens vragen naar de functie van de goede engelen bij de schepping, dan lezen wij in Job 38 dat de ‘morgensterren’, dat zijn de engelen van God, juichend toegezien hebben, hoe God de aarde grondvestte en ordende. Verder valt te bedenken, dat de goede engelen in de Schrift ook wijsheid d.i. inzicht in de ordeningen van God wordt toegedicht. Door dat inzicht genieten ze kennelijk ook van de goddelijke mandaten en orde in Gods schepping. En uit het N.T. blijkt dat de engelen ook een bijzondere belangstelling hebben voor Gods nieuwe orde in de eredienst, waarin de nieuwe MENS, Christus, in het middelpunt van Zijn Lichaam staat. Deze goede engelen hechten er zeer aan dat de geestelijke orde van de Geest van de Vader en de Zoon in het ‘Lichaam van Christus’ , bijv. in de verhouding man/ vrouw, ouders/ kinderen, wordt gehandhaafd. ‘In de HEERE!’ Het lijkt mij dan ook volledig Bijbels, dat in de Joodse traditie de goede engelen worden gezien als hoeders en beschermers van de door Gods Zoon reeds bij de schepping gegeven mandaten en ordeningen, die in de herschepping tot hun vervulling in Christus komen.
4
Samengevat: Mijn conclusie is dat de Geest van de Zoon van God de Versierder en Handhaver is van al die dragende structuren en goddelijke mandaten die ons in de schepping en herschepping gegeven zijn! Én dat deze H. Geest dit alles op de eer van God en op de dienst aan Christus wil en zal richten. En dat de goede geesten, de engelen, zich ook over die structuren verblijden en met de Heilige Geest erover waken. Verder dat zij ook met de Heilige Geest de beschermers van die christenen zijn , die hun leven gehoorzaam in hun arbeid, in hun huwelijk en gezin, in de gemeente Gods en in de maatschappij, inrichten naar de orde van de Geest van Christus ‐tot Zijn eer!‐ omdat zij alleen door Zijn Geest wandelen en zich laten leiden. En nu begrijpt u hopelijk waarom ik zei: als christenen binnen deze structuren van de Geest van Christus leven, gehoorzaam aan Zijn heilig gebod (met de engelen als hun bewaarders en beschermers), dan functioneren deze goddelijke, christelijke mandaten en machten als een soort goede bedijking van de HEERE tegen de chaos en de ontwrichting van schepping, maatschappij, gezin en kerk. Dan ligt er een glans van vrede en vreugde over ons leven en samenleven. Hoe gebroken ’t ook nu nog toegaat.
Een demonische, onheilzame ontwrichting Maar nu die andere waarheid: wanneer deze mandaten, structuren en ‘machten’ én de mensen, die deze mandaten, structuren en machten aansturen en daarbinnen leven, los van Christus hun eigen gang gaan, omdat zij beheerst worden door de zonde, de boze en zijn demonen, dan keren zich die structuren en machten juist tegen ons, ons ten kwade. Dan worden die structuren en machten namelijk van binnenuit aangetast en gebruikt tot ontwrichting, tot chaotisering en vernietiging van de schepping, de maatschappij en de gemeente van Christus. En dan botsen die mandaten ook gruwelijk op elkaar en brengen verwarring en verdeeldheid in plaats van vrede en harmonie. Eén voorbeeld: Christus geeft in de brieven van Paulus en Petrus door Zijn Geest duidelijk de goede structuren voor het huwelijk en gezinsleven aan ons. Tot bescherming van man en vrouw en als een zegenrijke regulering van de verhouding tussen ouders en kinderen. En m.n. de apostel Paulus geeft ons in Romeinen 13 een ‘geestelijke’ visie op de “macht” van de overheid. Welnu, hoe functioneren deze goede, geestelijke mandaten, structuren en machten in gehoorzaamheid aan Christus, de HEERE der wereld? Inderdaad: Ons ten goede! Als een bedijking tegen de chaos en ontwrichting van het huwelijk en gezin en de staat; ja, als een bedijking rond de trouwe liefde tussen man en vrouw en het gezag in het gezin en in de samenleving. Maar als de boze met zijn boze geesten deze structuren en machten én de mensen die daarbinnen leven aanstuurt en gaat beheersen, dan raakt alles los van onze HEERE, de Enige Die samenhang en harmonie binnen al het geschapene aanbrengt. En wat gebeurt er dan? Dan gaan die machten( o.i.v. van het rijk van de duisternis en de dood) als ‘tirannen’ over ons heersen. We raken vervreemd van God, Die in Christus was de wereld met Zichzelf verzoenende. Wij wijzen dan n.l. Zijn vredesaanbod in Christus ongelovig en opstandig af. En ook Zijn heilzame en goede mandaten en machten. En zo blijven wij vervreemd van de God van de vrede en de Vredevorst, in wiens Naam wij gedoopt zijn. Ja wij vervreemden dan ook hoe langer, hoe meer van elkaar, in de huwelijken en gezinnen, in de samenleving en in de kerk. De vele echtscheidingen, ook
5
in de gemeente van God, de angst en onzekerheid van vele jongeren uit gebroken gezinnen, ook in de gemeente van God, ’t zinloos en huiselijk geweld, ook in zg. christelijke gezinnen, de generatiekloof, het ongehuwd samenwonen en het homohuwelijk, het ongeluk in vele huwelijken van hetero’s, ook in de gemeente van God, zijn m.i. uitingen van deze ongehoorzaamheid aan Christus, onze enige HEERE. Zodat zelfs in Zijn heilige tempel, de gemeente van God, vervreemding van Christus en Zijn heilig gebod, ontwrichting en chaotisering van het (samen)leven plaatsvindt, dat de boze met zijn demonen en menselijke handlangers nu juist continu beoogt. Bonhoeffer zegt dat wij de kracht en de zegen van de goddelijke mandaten door volhardende ongehoorzaamheid kunnen uitblussen. En God zal een ongehoorzame gemeente en een ongelovige, onboetvaardige wereld op den duur, bij wijze van oordeel, ook overgeven aan de heerschappij van de boze machten. Let hierop: dit laatste gebeurt dus ook wel degelijk in de Kerk van Christus, wanneer wij de mandaten en ordeningen van de HEERE buiten de gemeenschap met Christus om proberen te houden of zonder Hem aan de door God boven ons gestelde ‘machten’ proberen gehoorzaam te zijn. Het kan alleen vanuit Christus! Hij zegt immers: “zonder Mij kunt u niets doen”. Maar wie Christus gehoorzaam is, mag geloven dat zelfs de boze machten moeten meewerken ten goede voor hen, die God liefhebben en naar Zijn voornemen geroepen zijn. ( Rom. 8: 28). Jezus’ ambt Naast het feit dat onze HEERE Jezus door Zijn Geest de goede goddelijke mandaten en ordeningen “schept” en geeft én Zijn gemeente hierin doet leven, kan Zijn ambt vooral getypeerd worden als een ontmaskering van en (geestelijke) strijd tegen de (boze) machten. (zie Matt. 4; Marcus 1: 21‐28; Marcus 3: 20‐35 en Marcus 5: 1‐20) De apostel Johannes zegt het zó: “Hiertoe is de Zoon van God geopenbaard, dat Hij de werken van de duivel verbreken (ons er bevrijdend uit losmaken) zou”. (1 Joh. 3:8b) Ik wil u nu vanuit enkele teksten uit het N.T. laten zien, hoe onze HEERE tegen de boze machten gestreden heeft, die ontmaskerd en overwonnen heeft. Ik noem u Matt. 4: 1‐11 en Marcus 1:12‐13. Het eerste dat opvalt is dat Jezus na Zijn doop terstond door de Geest wordt weggeleid (Marcus zegt letterlijk: wordt uitgewezen, en verdreven) naar de woestijn. Om daar verzocht of op de proef gesteld te worden door de duivel (de satan). Hij had, na 40 dagen en nachten gevast te hebben, honger. En de satan verleidt Hem dan om in brood d.i. in Zijn levensonderhoud te voorzien in eigen kracht. D.i. zonder Zijn God en Vader, Die weet wat wij nodig hebben. Maar Jezus weigert en belijdt met Deut. 8:3 dat de mens niet van brood alleen leeft, maar dat hij leeft van het Woord, dat uit de mond van God komt. Hij volhardt dus in afhankelijkheid. Jezus wordt vervolgens verleid om God te verzoeken, Hem voor het “karretje” van eigen succes te spannen, dat is een succesvolle los‐van‐ God‐beweging op touw te zetten, door van het hoogste gedeelte van de tempel af te springen. Hij wil Zijn Vader en het Woord van Zijn Vader echter niet misbruiken voor eigen succes, roem en eer. Hij wil in onze plaats slechts volmaakt de wil van Zijn Vader doen. Dat wordt ook uit de 3e verzoeking zeer duidelijk. Jezus wordt verleid om als Koning de heerschappij over deze wereld uit de hand van satan te ontvangen. Hij hoeft Zichzelf dan niet in dienende liefde tot het uiterste aan het kruis in de dood voor ons te geven. Eén knieval voor de duivel was
6
voldoende. Maar Jezus heeft van harte “nee” gezegd. De HEERE, uw God zult u aanbidden, en Hem alleen dienen! Zo is onze HEERE Zijn Vader gehoorzaam gebleven. D.i. in de Liefde tot zijn Vader en tot ons. En Hij heeft tenslotte alle koninkrijken van de wereld met hun heerlijkheid ontvangen door Zijn gehoorzame, dienende liefde tot in de dood van het kruis. Én Zijn gemeente uit Israël en alle volken. Twee dingen vallen op: Jezus blijft in ’t Woord van en in de liefde tot Zijn Vader. De duivel moet Hem voorlopig laten gaan, en de goede engelen dienen Hem en zorgen voor Hem in de woestijn. Maar de strijd gaat voort. Waar zien we dat vervolgens? In Marcus 1:21‐28. N.B. in de synagoge van Kapernaüm komt ten gevolge van Jezus’ gezaghebbend spreken een onreine geest in actie. Wat hebben wij hier in Kapernaüm (hoort u: hij claimt het volk van God in de synagoge voor zich) met U (te maken). Jezus de Nazarener? En in Marcus 3: 20‐35 wordt Jezus zelfs door de Schriftgeleerden uit Jeruzalem verweten, dat Hij bezeten is door Beëlzebul: Door de aanvoeder van de boze geesten drijft Hij de demonen uit. Wat antwoordt Jezus daarop? Dat Hij door de Geest van God de demonen uitdrijft en dat daarmee het Koninkrijk of het Koningschap van God bevrijdend bij hen is gekomen. Maar let u op: de strijd van Jezus gaat ook tegen de godsdienstige macht van de Schriftgeleerden. Wij hoorden al dat zij Hem in het kamp van Beëlzebul zelf plaatsen. Maar Jezus ontmaskert hun Schriftgeleerdheid en machtsdrift, waarin voor de heerschappij van Hem en Zijn Vader geen plaats is. Zij heersen, zegt Jezus, met hun Schriftgeleerdheid over het volk van Hem en van God. Maar ze laten het belangrijkste van de Schrift na. Ja, zelfs de kern van de Schrift: de erkenning van Hem, hun Koning, de liefde en het recht doen aan hun naaste, de barmhartigheid en de trouw jegens “de zwakken”. Als derde zouden we kunnen noemen, dat Jezus ook de confrontatie aangaat met de overheid, met een macht die het recht van God in zeker opzicht niet handhaaft. Hij ontmaskert het alom geroemde Romeinse recht. De Joodse leiders manipuleren de rechter Pilatus. Wanneer hij Jezus niet veroordeelt, zullen ze hem aanklagen bij de keizer. Hij zal z’n macht, z’n positie verliezen. Vier maal stelt Pilatus de onschuld van Jezus vast. En toch wordt Jezus door Pilatus gegeseld en ter dood veroordeeld. Welnu, hoe heeft onze HEERE Jezus deze machten die (in samenspel met elkaar en onder invloed van de duivel en zijn boze geesten) over het volk van God wilden heersen, aan het kruis ontmaskerd, in het openbaar tentoongesteld en hen overwonnen? Ik zei al: A.
B.
7
Door in de Waarheid te blijven. “ Ik ben een Koning”, zegt Hij tegen Pilatus, “Die geboren is en in de wereld gekomen is, om voor de Waarheid te getuigen”. (d.i. voor de betrouwbaarheid van Mijn Vader en van Zijn Woord). En door de macht van Pilatus te ontmaskeren: “U is macht tegen Mij gegeven.” Door ook in de Wet van Zijn Vader d.i. door gehoorzaam in de volmaakte liefde tot Zijn Vader en tot ons te blijven! Want Jezus bidt voor Zijn vijanden. Ja, Hij koopt hen los uit de macht van de duivel en de demonen door de losprijs van Zijn eigen bloed voor hen te geven. Dat is ook door hun straf, hun vervloeking, dat is de vloekdood voor hen te ondergaan. En zo vergeving en de Geest van de vrijheid voor hen te verwerven. Hij zegt Zelf: door alle gerechtigheid d.i. de totale wil en de rechtseis van God met een volmaakt gehoorzame liefde te vervullen! (“Het is volbracht”).
C.
Het is dus door het grote zoenoffer van Zijn kostbaar bloed. Want daarmee brengt Hij verzoening tot stand tussen hemel en aarde, tussen God en Zijn wereld. Dat betekent concreet dat de boze machten door Hem zijn overwonnen, aan Hem zijn onderworpen en op Gods tijd geheel door Hem zullen worden onttroond. ( zie de Colossensenbrief).
Daarom is Hij op Pasen en in Zijn hemelvaart is door Zijn Vader en door de Geest van Zijn Vader in het gelijk gesteld. Paulus zegt in Romeinen 1:4: Wat de Geest van de heiliging betreft, is onze Koning, met kracht bewezen te zijn de Zoon van God, door Zijn opstanding uit de doden, namelijk Christus Jezus, onze HEERE. En de Geest van Christus getuigt van Hem en overtuigt ons ervan d.m.v. het Evangelie, dat de overste van deze wereld geoordeeld is. (dus in principe overwonnen is).
Een gebed van Paulus in de strijd tegen de machten En in Efeze 1 bidt Paulus voor Gods gemeente, dat ze verlichte ogen van het verstand ontvangen zal. om te kennen de alles overtreffende grootheid van Gods kracht, die Hij gewerkt heeft in Christus, toen Hij Hem uit de doden opwekte en aan Zijn rechterhand zette in de hemelse gewesten, ver boven alle overheid en macht en kracht en heerschappij in elke naam, die genoemd wordt, niet alleen in deze wereld, maar ook in de (toe)komende. En Hij heeft alle dingen aan Zijn voeten onderworpen en heeft Hem als Hoofd over alle dingen gegeven aan de gemeente, die Zijn lichaam is en de vervulling (dat betekent zoiets als ’t heerschappijgebied, het Kroondomein van Hem, Die alles in allen vervult (of beheerst). Hoort u: onze Koning is door Zijn Vader gesteld en hoog verheven boven de boze machten. Paulus belijdt dan ook in Rom. 8: dat niets, ook de dood niet, maar ook geen (boze) engelen, overheden of machten, dat geen tegenwoordige, noch toekomende dingen, hoogte noch diepte, nog enig ander schepsel ons zal kunnen scheiden van de liefde Gods, welke is in Christus Jezus, onze HEERE. Samenvatting Ik vat weer even samen: Christus onze HEERE heeft de boze machten ontmaskerd, bestreden en in principe overwonnen. En Zijn ( gelovige) Gemeente is Zijn Kroondomein, dat Hij ontrukt heeft aan en bevrijd heeft van de heerschappij van de machten. En Hij wil met Zijn Geest en Woord Zijn Gemeente, dus ook ons en onze kinderen als Enige geheel doordringen en zegenen met Zijn genadige Koningsheerschappij. Dat is de heerschappij van Zijn WOORD en GEEST.
De strijd van Christus’ gemeente tegen de machten Dat gaat echter niet vanzelf. Nu Christus, ons Hoofd, verhoogd is en onbereikbaar is voor de satan en zijn demonen, richt de grote tegenstander met zijn boze geesten zijn aanvallen op het Kroondomein van Christus, de gemeente. Hij weet, dat hij, na het verlies tegen Christus en tegen de aartsengel Michaël en zijn engelen, uit de hemel geworpen is op de aarde en zijn boze engelen met hem (Openb. 12: 7‐12). In de hemel heerst grote vreugde over het koningschap van onze God en over de macht van Zijn Christus. Maar wat hoort Johannes ook? Een grote stem die roept:” Wee hen, die de aarde en de zee bewonen, want de duivel is tot u afgekomen en heeft grote toorn, omdat hij weet, dat hij nog maar weinig (= een kleine) tijd heeft”. Wat betekent dat? Dat de Heere Jezus ons “in deze laatste
8
beslissende ure” betrekt als Zijn gemeente, Zijn Lichaam, in die geweldige, heftige strijd tegen de helse, boze machten in de lucht en tegen de door de boze beïnvloede “machten” op aarde. Ook wij zijn, naar mijn diepe overtuiging, verwikkeld in die continue strijd, waarin de boze met zijn demonen het aan Christus verloren terrein wil terugveroveren. ’t Gevaarlijkste is misschien dat wij ons nauwelijks van deze strijd bewust zijn.
9
Bewustwording van concrete machten Daarom willen wij D.V. tijdens de ambtsdragervergaderingen in september u er bewust van proberen te maken tegen welke machten wij en onze kinderen vandaag krachtige weerstand hebben te bieden. Ik noem er enkele: 1) Tegen de macht van het wetticisme. 2) Tegen de macht van de mammon, ’t geld, de groei‐economie. 3) Tegen de macht van de ‘management‐ en bedrijfscultuur’. 4) Tegen de macht van de vermaakindustrie. 5) Tegen de macht van de media en van de digitale wereld. Er zijn er veel meer te noemen. Ik noem bijv. de macht van het maakbaarheidsdenken, de technologie en de geseculariseerde wetenschap. De macht van de valse godsdiensten. De macht van het occultisme en de seksualisering van de samenleving. Sommige van deze machten kunnen goed gebruikt worden en tot grote zegen voor ons en onze kinderen zijn. Anderzijds weten wij ook dat de satan met zijn demonen genoemde machten en mandaten wil misbruiken en ook metterdaad gebruikt om ons volledig te overheersen en zo aan de macht van Christus, onze enige wettige HEERE, te ontrukken. Ds. C. den Boer geeft m.i. een goede samenvatting van deze concrete strijd tegen de machten. Hij zegt: ..”de strijd tegen de machten is vooral een geestelijke strijd (niet tegen ‘vlees en bloed’). Dat wil echter niet zeggen, dat het actiegebied en de werkingssfeer van de machten op aarde niet in allerlei levensgebieden manifest worden. Terecht zegt daarom A. van de Beek……: ‘De duivel vertoont zich..kortom in de structuur van de samenleving en in de cultuur.’ De strijd tegen de machten in onze tijd mag er daarom ook één zijn van verzet tegen alles wat zich in Gods goede schepping voordoet aan los‐ van – God bewegingen, aan demoraliserende en mensvernietigende ideologieën, aan kerkvervolging en andere verdrukkende systemen, aan despotisme, kortom aan religieus/ zedelijk en ecologisch milieubederf”.
Oproep tot de geestelijke strijd of heilige oorlog én bemoediging Wij worden door onze HEERE dan ook niet voor niets opgeroepen tot het staan in de vrijheid, waarmee Christus ons vrijgemaakt heeft én tot permanente waakzaamheid, strijd en volharding tot het einde. Wij worden niet zomaar vermaand en aangevuurd om krachtig te worden in de HEERE en in de sterkte van Zijn macht te strijden. Ja, om de gehele wapenrusting van God aan te trekken, om stand te houden tegen de listige verleidingen van de duivel. Waarom? Wat zegt Paulus? “Want wij hebben de strijd niet tegen vlees, bloed, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheersers van de duisternis van deze eeuw, tegen de geestelijke machten (van het kwaad) of tegen de geestelijke boosheden in de lucht”. De wapenrusting van God Zelf is nodig om weerstand te kunnen bieden op deze dag van het kwaad én om het goede d.i. de volmaakte wil van onze HEERE te blijven doen(!), totdat Hij als onze Rechter en Verlosser wederkomt.
10
Deze strijd is zeer heftig. ’t Is een uiterst radicale strijd, ook al staat vast, dat Christus, onze HEERE, in principe overwonnen heeft en overwinnen zal! Met dit geweldig perspectief mag de geestelijke strijd tegen de boze machten ook vandaag gestreden worden: “want Hij moet als Koning heersen, totdat Hij alle vijanden onder Zijn voeten heeft gelegd. De laatste vijand die tenietgedaan wordt, is de dood.” ( 1 Korinthe 15: 25,26). Toch is er ook terrein door de boze terugveroverd. Denk eens aan wat er over is van de 7 gemeenten van Christus in Kl. Azië (’t huidige Turkije). De Islam heeft daar op dit moment de overhand. Denk ook aan Amerika en West Europa. ’t Christelijk geloof was ook hier leidend! De Islam krijgt vooral daar ruimte, waar de christelijke gemeente van Christus Zelf, van Zijn heilig Kruisevangelie en gebod losraakt, verstart en uitgehold raakt. Iemand zei tegen “Wilders‐ gezinde” christenen. Als alle ingeschreven christenen trouw naar de kerk zouden gaan en door het geloof uit Christus Zelf zouden leven, dan zouden die paar moskeeën net zo min opvallen als de joodse synagogen in de zeventiende eeuw. Maar nu is het vaak: de Islam eruit en zelf niet willen veranderen. Dat is de situatie sinds de vorige eeuw. De secularisatie en annex daarmee de afval van Christus en van Zijn gemeente grijpt schrikbarend om zich heen. In Mk. 12: 45 spreekt onze Heere Jezus over een mens, die door Hem bevrijd is van een onreine geest. Jezus zegt: als dit huis daarna niet bewoond wordt door Mijn Heilige Geest, dan komt de onreine geest terug met 7 geesten, die bozer d.i. meer verdorven zijn, dan hijzelf. En ’t einde van die mens wordt erger dan zijn begin. Zo zal ’t ook zijn, zegt Jezus, met dit verdorven geslacht. En zo zal ’t zijn, heeft dr. W. Aalders eens gezegd met ’t verdorven geslacht van W. Europa, dat na zijn reiniging, ’t bloed van de HEERE Jezus onrein heeft geacht en de Geest, Die ons wilde vervullen en ons in de overvloed van Christus’ genade wilde laten delen, gesmaad heeft. Is dit een noodlot dat iedere gemeente van de HEERE Jezus Christus in West‐ Europa móet treffen? Beslist niet, geliefde christenen! Want de Geest is uitgestort op alle vlees! En ook in onze tijd wordt ons de geestelijke wapenrusting uit genade ter beschikking gesteld om in de kracht van ons geliefde Hoofd ( onze medelijdende Priester‐Koning) weerstand te kunnen bieden aan de geestelijke boosheden in de lucht en in diezelfde kracht meer dan overwinnaars te zijn door Hem, Die ons heeft liefgehad tot het einde en van wiens liefde niemand en niets, ook de machten niet, ons kunnen scheiden.
Laodicea of Filadelfia Wij moeten ons dan echter nu wel realiseren, dat de Laodicea‐mentaliteit onmiddellijk, dat is nú, moet worden afgelegd. Dat bekering nú noodzakelijk is. En dat wij het Woord van Christus tot Philadelphia heden ter harte moeten nemen: “Ziet, Ik heb voor uw ogen een geopende deur gegeven en niemand kan die sluiten, want u hebt weinig kracht en toch hebt u Mijn Woord in acht genomen en Mijn NAAM niet verloochend….omdat u het Woord van Mijn volharding hebt bewaard, zal Ik ook u bewaren voor het uur van de verzoeking, die over heel de wereld komen zal, om hen die op de aarde wonen te verzoeken. Zie, Ik kom spoedig. Houd vast wat u hebt, opdat niemand uw kroon zal wegnemen”. (Openb. 3: 8,10, 11).
11