Centrumlocatie
Atrium Septum Defect (ASD) sluiting
Binnenkort wordt u opgenomen op de afdeling Medium Care Cardiologie van het Erasmus MC voor het sluiten van een atrium septum defect (ASD). Deze folder heeft als doel u te informeren over de aandoening, de ingreep en het verloop van de opname en is een aanvulling op de informatie die uw cardioloog heeft verstrekt. Normale werking van het hart Om de informatie over uw hartafwijking beter te kunnen begrijpen, leggen wij u in het kort de normale werking van het hart uit. Om te functioneren heeft ons lichaam zuurstof, energie en bouwstoffen nodig. Via het bloed bereiken deze stoffen de verschillende cellen en weefsels van ons lichaam. Het bloed wordt rondgepompt door het hart. Het hart is een holle spier en pompt voortdurend bloed door het lichaam. Het bestaat uit een linker en een rechter deel, die volledig van elkaar gescheiden zijn. De beide delen bestaan uit een boezem (atrium) en een kamer (kamer). De wanden tussen deze kamers bestaan uit spierweefsel. Het tussenschot (septum) tussen de linker- en de rechter harthelft houdt de omloop van zuurrijk en zuurstofarm bloed gescheiden. Het bloed bereikt het hart via de boezems en van daaruit stroomt het bloed naar de kamers. Wanneer deze kamers samentrekken pompen ze het bloed naar de grote bloedvaten: de longslagader en de aorta. De longslagader voert het bloed naar de longen en de aorta voert het bloed naar alle organen en de rest van het lichaam. De aandoening Bij het atrium septum defect bestaat er een aangeboren opening in het tussenschot (septum) tussen de rechter en linkerboezem van het hart (zie afbeelding op voorzijde folder).Voor de geboorte bestaat er bij iedereen een dergelijke opening, na de geboorte verdwijnt deze meestal. Bij een ASD bevindt de opening zich in het centrale deel van de scheidingswand. Doordat er een hogere druk heerst in de linkerboezem dan in de rechterboezem zal er via deze opening bloed lekken van de linker naar de rechter boezem. Er ontstaat een kringloop van bloed dat tussen longen en hart heen en weer gaat, zonder dat het lichaam de zuurstof kan benutten. De rechter harthelft moet hierdoor meer bloed wegpompen en kan hierdoor na enige tijd tekenen van overbelasting vertonen, meestal pas na de kinderleeftijd. De boezem kan in omvang toenemen, ritmestoornissen kunnen soms ontstaan en het inspanningvermogen kan afnemen. Soms loopt ook de bloeddruk in de longen op. Als deze effecten worden geconstateerd verdient het aanbeveling om deze opening te sluiten, het hart hersteld zich daarna meestal goed. Het type ASD dat bij u werd vastgesteld komt in aanmerking voor percutane sluiting. Dit betekent dat er geen open hart operatie nodig is om de opening te sluiten. Via de bloedvaten in de lies wordt met een katheter (flexibele slang) een afsluiter (“paraplu”) op de plek van de opening in het hart gebracht met behulp van röntgen- en echobeelden. Een dergelijke paraplu wordt door de arts of verpleegkundige ook wel een device genoemd en is dubbel gelaagd (zie afbeeldingen bladzijde 3). 2
De katheter met een samengevouwen paraplu wordt door de opening gelegd en het eerste deel van de paraplu wordt aan de linkerkant van het hart geopend, daarna wordt ook de paraplu aan de rechterkant geopend. De opening is dan afgesloten, de paraplu blijft het hele leven zitten. Er bestaan verschillende vergelijkbare typen en maten van de paraplu’s en zijn gemaakt van een sterk metaal. Na enige tijd wordt het bekleedt met lichaamseigen cellen.
“Paraplu”en beeld hoe deze uit de katheter komt
Wat neemt u mee naar het ziekenhuis Als u naar het ziekenhuis komt, neemt u dan dagkleding, nachtkleding, ondergoed, ochtendjas of vest, pantoffels en uw toilettas mee. Ook is het prettig om warme sokken bij u te hebben omdat het op de behandelkamers fris kan zijn. Voor ontspanning kunt u een boek of tijdschriften meenemen. Gebruik van mobiele telefoon en laptop is op de afdeling toegestaan, mits u rekening houdt met de rust op de afdeling. Waardevolle spullen zoals sieraden, elektronica en grote hoeveelheden geld adviseren wij u thuis te laten of aan familie mee te geven. Als dit niet mogelijk is, vraagt u dan naar het gebruik van de afdelingskluis. 3
Omdat u bij een ongecompliceerde opname maar maximaal 2 dagen bij ons op de afdeling verblijft, beheert u zelf uw medicijnen. Neemt u daarom voldoende medicatie en het medicatieoverzicht mee voor deze dagen. Gebruikt u de bloedverdunner acenoucoumarol (Sintrom®) dan dient u deze 3 dagen voor de ingreep niet meer in te nemen, de bloedverdunner fenprocoumon (Marcoumar®) dient u 5 dagen voor de ingreep niet meer in te nemen, tenzij de cardioloog u anders adviseert. Overige medicijnen kunt u tot op de dag van de ingreep gewoon innemen. Bent u allergisch voor antibiotica/penicilline of heeft u het vermoeden hiervoor allergisch te zijn, dan is het aan te raden dit vóór de opname bij uw huisarts of specialist na te vragen omdat u vlak voor de ingreep een dosis antibiotica krijgt toegediend. Opname U wordt de dag vóór de ingreep of op de dag van de ingreep opgenomen op de afdeling Medium Care Cardiologie. De afdeling bevindt zich in het Thoraxcentrum (gebouw Bd) op de derde etage. U meldt zich bij de balie, uw persoonlijke gegevens worden dan gecontroleerd. U kunt op de dag van de ingreep een licht ontbijt of lunch gebruiken, maar geen warme maaltijd, en drinken wat u wilt. De verpleegkundige of kliniekassistent van de afdeling haalt u op en maakt u wegwijs op de afdeling. Er volgt een opnamegesprek, enkele controles uitgevoerd en een hartfilmpje gemaakt. Verder wordt een infuusnaald ingebracht en eventueel bloed afgenomen. Ook worden als het nodig is de liezen geschoren. De liezen mag u vooraf thuis ook zelf scheren. De verpleegkundige vertelt u over het verloop van de opname en is uw aanspreekpunt bij vragen of problemen. De zaalarts of de verpleegkundig specialist (nurse practitioner ) komt voor de ingreep ook bij u langs. Hij/zij verricht een beperkt lichamelijk onderzoek en bespreekt met u de aard, de omvang en de risico’s van de ingreep en schrijft medicatie voor. Deze medicatie (clopidogrel/ Plavix® en carbasalaatcalcium/Ascal®) voorkomt stolsels op de paraplu. Deze medicatie dient u 3 tot 6 maanden na de ingreep te gebruiken. Uw partner/begeleider kan op het dagverblijf van de afdeling op u wachten. Koffie en thee zijn aanwezig, versnaperingen zijn te verkrijgen in het restaurant. Voor overig bezoek geldt dat u maximaal twee bezoekers tegelijkertijd mag ontvangen, dit om de rust voor alle patiënten te waarborgen. De bezoektijden zijn dagelijks van 10.00 uur tot 12.00 uur en van 16.00 uur tot 20.00 uur. Complicaties Een ASD sluiting verloopt meestal ongecompliceerd, de kans op complicaties is erg klein. Het belangrijkste risico is de kans op bloedingen op de plaats waar de buisjes in de liezen worden ingebracht. Bloeduitstortingen in de liezen genezen vanzelf, maar kunnen de eerste 4
tijd wel voor ongemak zorgen. De kans op het losschieten van de paraplu is erg klein. In een enkel geval ontstaan er tijdelijke ritmestoornissen of soms een bloeding elders door het gebruik van bloedverdunnende middelen. Mocht u hierover nog vragen hebben, stel ze gerust. Wetenschappelijk onderzoek In een universitair medisch centrum wordt naast patiëntenzorg ook wetenschappelijk onderzoek verricht. U kunt worden gevraagd deel te nemen aan een wetenschappelijk onderzoek zowel voor als na de ingreep. U krijgt een duidelijke uitleg over het onderzoek en de eventuele consequenties hiervan. Deelname aan een onderzoek is altijd geheel vrijwillig en u moet hiervoor altijd toestemming geven. De behandeling De verpleegkundige geeft u bij opname een schatting van het tijdstip van de ingreep. Het kan zijn dat u enige tijd moet wachten. Dit hangt meestal samen met onvoorziene zaken op de behandelkamers van het Interventiecentrum waar de ingreep gaat plaatsvinden. Aan een spoedingreep wordt altijd voorrang verleend. Voor de ingreep krijgt u via de infuusnaald antibiotica toegediend, daarna wordt u in bed naar de behandelkamer gebracht. U wordt in de sluis (de ruimte tussen de gang en de behandelkamer) ontvangen door een medewerker van de behandelkamer en er vindt een korte overdracht plaats. U wordt naar een voorbereidingskamer of direct naar de behandelkamer gebracht. In de behandelkamer neemt u plaats op de behandeltafel. De monitor voor de bewaking van het hartritme en andere vitale functies wordt bij u aangesloten. Na desinfectie van de liezen wordt u afgedekt met een steriel laken. Het behandelteam treft ondertussen steriele en onsteriele voorbereidingen. Op een groot scherm zijn alle beelden te zien. De röntgenbuis beweegt zich vlak boven en rondom u en vaak kunt u meekijken. Rechts van u staat de cardioloog en een assistent.
5
De liezen worden verdoofd en een of meerdere buisjes worden in de liesader geplaatst. Dit is over het algemeen niet pijnlijk. Tijdens de behandeling is een verpleegkundige uw aanspreekpunt bij vragen en/of problemen. U krijgt informatie over hoe de ingreep verloopt en er wordt regelmatig gevraagd hoe u zich voelt. De ingreep duurt gemiddeld één a twee uur. Door het buisje in de lies kunnen de katheters via het bloedvat naar het hart worden opgevoerd, daar merkt u niets van. Met behulp van röntgen- en echobeelden word het ASD in beeld gebracht en zal de juiste maat voor de paraplu worden gekozen en daarna worden geplaatst. Als de paraplu goed zit wordt het losgekoppeld van de katheter en worden de katheters en het buisje in de lies verwijderd. Hierna wordt een drukverband aangelegd. De ingreep is dan klaar. Na de ingreep Na de ingreep gaat u terug naar de verpleegafdeling en wordt onder andere de bloeddruk een aantal keer gecontroleerd. Na 2 tot 3 uur bedrust kunt u proberen te lopen. De verpleegkundige begeleidt u de eerste keer bij het lopen. Mocht de verpleegkundige het wondje in de lies als niet voldoende droog beoordelen dan kan het zijn dat u voor uw veiligheid nog extra bedrust moet nemen om het wondje verder te laten drogen. Blijft het wondje ook na een korte wandeling op de gang droog dan kan het drukverband verwijderd worden. De dag na de ingreep vindt een echo van het hart plaats, waarbij weer goed wordt gekeken naar de positie van de paraplu en eventuele restlekkage. Als zich geen bijzonderheden hebben voorgedaan na de ingreep kunt u na de echo en controle door de zaalarts of verpleegkundig specialist naar huis. U krijgt een polikliniek afspraak voor 1 maand na de ingreep. De slokdarm echo (TEE) wordt 3 maanden na de ingreep herhaald, waarna u telefonisch van de uitslag op de hoogte wordt gebracht door de cardioloog. Na één jaar volgt verdere controle. Adviezen ten behoeve van uw nazorg De volgende adviezen dragen bij aan een voorspoedig en veilig herstel na ingreep. Om een nabloeding te voorkomen, is het belangrijk de volgende adviezen te volgen: Autorijden / fietsen Na deze behandeling mag u 3 dagen niet zelf autorijden of fietsen. Wij raden u aan vervangend vervoer te regelen. Wondverzorging Uw lies kan blauw en gezwollen zijn maar u hoeft hier niet ongerust over te zijn. Er kunnen ook wat druppels bloed lekken uit de plek in de lies waar is geprikt, dit is een onschuldig 6
verschijnsel. Er kan een bloeduitstorting en/of zwelling zijn ontstaan op de plaats waar is geprikt. De bloeduitstorting verkleurt langzaam en kan geleidelijk naar beneden zakken (zelfs tot de knieën). De bloeduitstorting en zwelling kunnen vervelend zijn en enige klachten geven met lopen maar zij verdwijnen uiteindelijk vanzelf na 4-6 weken. Er is geen reden tot bezorgdheid tenzij de zwelling plotseling toeneemt of de plaats waar is geprikt fors gaat bloeden. Waarschuwt u in dat geval direct een deskundige. Douchen/zwemmen De eerste 3-4 dagen wordt het nemen van een bad, sauna of zwemmen afgeraden, douchen is wel toegestaan. Lichamelijke activiteit in de eerste 3-4 dagen Wij raden u aan de eerste dagen na de ingreep rustig aan te doen en uw lichamelijke activiteit daarna geleidelijk op te bouwen. Beperk de eerste dagen het lopen, vermijd lange afstanden. Verricht geen zwaar (huishoudelijk) werk en til geen zware voorwerpen zoals boodschappentassen of kratten. Werkhervatting is, afhankelijk van de lichamelijke belasting van uw werk, snel weer mogelijk. Als de liezen (zo goed als) genezen zijn kunt u na twee weken sporten en/of zware lichamelijke arbeid weer rustig hervatten. Seksueel contact kunt u hervatten wanneer u en uw partner daar aan toe zijn. Dit is absoluut ongevaarlijk. Wanneer waarschuwt u een arts Neem onmiddellijk contact op met uw huisarts of belt u in uiterste nood 112 wanneer: -
er bloed uit uw lies pompt of golft. Dit kan duiden op een slagaderlijke of aderlijke bloeding. Raak niet in paniek maar druk tot er hulp komt met uw vingers of vuist op de (slag)ader of laat dit door iemand anders doen.
Neem bij lichamelijke klachten of als u advies wilt in de eerste 7 dagen na de ingreep contact op met de Medium Care Cardiologie (telefoon 010 703 53 49) en daarna met uw huisarts als: -
een plotselinge, toenemende zwelling of bloeding optreedt. Druk tot er hulp komt stevig
-
er een gevoelloosheid, pijn of huiduitslag optreedt van de lies.
-
als u koorts krijgt vanaf 38°C.
op de ontstane bobbel of laat dit door iemand anders doen.
Niet steriele ingreep Mensen met een hartaandoening lopen een grotere kans om een infectie te krijgen en hebben daardoor kans op een onverklaarde koorts langer dan 5 dagen. Daarom dient u wanneer u in de eerste zes maanden na uw operatie een niet-steriele ingreep ondergaat, tijdelijk antibiotica te gebruiken. Hierdoor kunnen infecties in het hart (endocarditis) worden voorkomen. Een ingreep bij de tandarts of mondhygiëniste en een kleine chirurgische ingreep zijn voorbeelden van een niet-steriele ingreep of het plaatsen 7
van een tatoeage of piercing. Meer informatie kunt u vinden in de folder ‘Bacteriële endocarditis’ die u bij uw ontslagpapieren aantreft. U kunt deze folder ook vinden op de
Klachten en/of opmerkingen Wij doen er alles aan uw verblijf op onze afdeling zo prettig mogelijk te laten verlopen. Het kan echter voorkomen dat u niet tevreden bent of tips heeft die ons kunnen helpen onze zorg te verbeteren. Heeft u opmerkingen of klachten, bespreekt u deze dan eerst met de betrokken personen en met de regieverpleegkundige van de afdeling. Komt u er na overleg niet uit, dat kunt u een klacht indienen, hiervoor is een aparte folder beschikbaar. Vragen Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen, dan kunt u bellen met de afdeling Medium Care Cardiologie, telefoon (010) 703 53 49. Overige telefoonnummers in het Erasmus MC Algemeen nummer Erasmus MC:
(010) 704 07 04
Polikliniek Cardiologie:
(010) 704 01 04
Secretariaat afd. Interventie Cardiologie:
(010) 703 52 46
Secretariaat Congenitale Cardiologie:
(010) 703 40 79
Informatielijn:
(010) 703 54 74
Aan de inhoud van deze folder kunnen geen rechten worden ontleend
website van de Nederlandse Hartstichting: Bacteriële endocarditis, Hartstichting, 2008
Nederlandse Hartstichting Postadres hoofdkantoor: Postbus 300 2501 CH Den Haag Informatielijn Nederlandse Hartstichting, telefoonnummer: 0900-3000-300. Bereikbaar op werkdagen tussen 9.00 en 17.00 uur, ook voor het bestellen van foldermateriaal. Internet: www.hartstichting.nl e-mail:
[email protected]
Erasmus MC ‘s Gravendijkwal 230 3015 CE Rotterdam Tel (010) 704 0 704 www.erasmusmc.nl
0000256
Internet: www.erasmusmc.nl
© Erasmus MC - Patiëntencommunicatie - 09/12
Belangrijke adressen Erasmus MC, ‘s Gravendijkwal 230, 3015 GE Rotterdam