CARBON FOOTPRINT 2015 Hogeschool Utrecht 3 MAART 2016
CARBON FOOTPRINT 2015
Contactpersonen IR. B. (BAȘAK) KARABULUT Adviseur
T +31 (0)88 4261 322 M +31 (0)6 312 02492 E
[email protected]
Arcadis Nederland B.V. Postbus 4205 3006 AE Rotterdam Nederland
2
CARBON FOOTPRINT 2015
INHOUDSOPGAVE 1 UITGANGSPUNTEN
4
1.1 Boundaries
4
1.2 Scope definitie
4
1.3 Gehanteerde Uitgangspunten
5
2 CO2-FOOTPRINT HOGESCHOOL UTRECHT 2015
6
2.1 CO2-footprint 2015
6
2.2 CO2 review op 2015
7
3 DIRECTE CO2-EMISSIE: SCOPE 1
8
3.1 Aardgasverbruik
8
3.2 Koudemiddelen
8
4 INDIRECTE CO2-EMISSIE DOOR ENERGIEOPWEKKING: SCOPE 2
9
4.1 Elektriciteitsverbruik
9
4.2 Warmteverbruik
9
5 INDIRECTE CO2-EMISSIES: SCOPE 3
11
5.1 WOON-WERKVERKEER VAN MEDEWERKERS EN STUDENTEN 11 5.2 ZAKELIJKE VLIEGREIZEN EN TREINREIZEN
11
5.3 AFVAL (PAPIER, KARTON EN AFVAL)
12
BIJLAGEN •
Bijlage 1 Emissiefactoren
3
CARBON FOOTPRINT 2015
1 UITGANGSPUNTEN Voor het berekenen van de carbon footprint van de Hogeschool Utrecht (hierna HU) is een aantal keuzes gemaakt. Deze keuzes en daaraan gerelateerde uitgangspunten worden in dit hoofdstuk nader toegelicht.
1.1 Boundaries In deze CO2-footprint zijn alle vestigingen van de HU opgenomen exclusief de vestiging aan de Koningsbergerstraat (onderdeel van Domstad).
1.2 Scope definitie De CO2-footprint van de HU is opgezet conform het Greenhouse Gas Protocol. In dit protocol wordt gesproken over een drietal scopes. In de onderstaande figuur zijn de scopes en bijbehorende emissies grafisch weergegeven.
Figuur 1 Scopedefinitie conform GHG Protocol
De drie verschillende scopes onderscheiden zich in de mate waarin het bedrijf invloed heeft op de uitstoot. Voor de HU zijn de volgende scope 1, 2 en 3 emissies opgenomen in de CO2-footprint: •
Scope 1: betreft directe CO2-emissies waar de HU invloed op heeft. -
•
Scope 2: betreft indirecte CO2-emissies door energieopwekking waar de HU wel invloed op heeft, maar waar de uitstoot op een andere plek plaatsvindt. -
•
Aardgasverbruik. Verbruik koudemiddelen.
Elektriciteitsverbruik (voor gebouwen en elektrische bedrijfswagens). Warmteverbruik voor gebouwen.
Scope 3: betreft indirecte CO2-emissies waar de HU beperkt invloed op kan uitoefenen. -
Woon-werkverkeer van medewerkers. 4
CARBON FOOTPRINT 2015
-
Zakelijke vliegreizen. Zakelijke treinreizen. Afval (papier, karton en glasafval).
1.3 Gehanteerde Uitgangspunten De energieverbruiksgegevens, die als input dienen voor het berekenen van de CO2-footprint, worden als volgt verzameld: • •
De energieverbruiken van de gebouwen worden bepaald aan de hand van meetgegevens uit het gebouwbeheerssysteem (hierna GBS). De overige gegevens worden verkregen middels maandrapportages. Voor het berekenen van de woon-werkkilometers die worden gereden door de studenten en medewerkers is gebruik gemaakt van de volgende aannames: -
• •
Personenauto benzine: 340 km per persoon per jaar. Personenauto diesel: 142 km per persoon per jaar. Stadsbus: 599 km per persoon per jaar. Streekbus: 599 km per persoon per jaar. Intercity: 2.484 km per persoon per jaar.
Het zakelijk verkeer van de HU wordt jaarlijks middels een opgave van de vervoersmaatschappij bepaald. De hoeveelheid afgevoerde afvalstoffen wordt jaarlijks bepaald door de afvalvervoerder en in een opgaaf naar de HU gestuurd.
Meer informatie over de conversiefactoren die zijn gebruikt om de energieverbruiken om te rekenen naar CO2-equivalenten staat in bijlage 1.
5
CARBON FOOTPRINT 2015
2 CO2-FOOTPRINT HOGESCHOOL UTRECHT 2015 In dit hoofdstuk is de CO2-footprint van de HU over 2015 (§ 2.1) weergegeven. Tevens wordt de voortgang over de afgelopen drie jaren gereviewd (§ 2.2).
2.1 CO2-footprint 2015 De totale CO2-emissie die door de Hogeschool Utrecht is uitgestoten in 2015 is 16.117 ton. Dit komt neer op 0,438 ton CO2/ student. De onderstaande figuur laat de verdeling over de verschillende emissies zien.
Figuur 2 CO2-footprint HU 2015
Het grootste deel van de CO2-uitstoot wordt veroorzaakt door vervoer en dan met name het woon-werkverkeer van de medewerkers en studenten van de HU (91,4%). Binnen het gebouwen deel wordt de grootste CO2-emissie veroorzaakt door het warmteverbruik van de verschillende panden (4,5%). De uitstoot door het elektriciteitsverbruik is relatief laag omdat de HU haar stroom volledig groen inkoopt. De onderstaande tabel geeft de CO2-uitstoot onderverdeeld naar de verschillende activiteiten weer. Tevens zijn de emissies gerelateerd aan studentaantallen, fte en vloeroppervlak weergegeven. Dit omdat deze alle drie direct effect hebben op het energieverbruik van de HU.
Activiteit Aardgasverbruik
ton CO2
ton CO2/ 100 stud.
ton CO2/ fte
ton CO2/ 100 m2
Scope 1
35,9
0,097
0,011
0,021
Verbruik koudemiddelen Scope 1
1,8
0,005
0,001
0,001
Elektriciteitsverbruik
Scope 2
155,4
0,421
0,047
0,090
Warmteverbruik voor gebouwen
Scope 2
732,1
1,983
0,223
0,424
Woon-werk verkeer van Scope 3 medewerkers
14.792,7
40,063
4,503
8,560
Zakelijke vlieg- en treinreizen
Scope 3
301,1
0,815
0,092
0,174
Afval (papier, karton en afval)
Scope 3
162,3
0,440
0,049
0,094
16,177,5
43,823
4,926
9,363
Totaal Tabel 1 CO2 emissie HU 2015
6
CARBON FOOTPRINT 2015
2.2 CO2 review op 2015 De CO2-footprint 2015 laat zien dat de dalende trend in de afgelopen jaren zich voortzet (zie tabel 2). Ten opzichte van de footprint 2012 is de totale HU CO 2-emissie absoluut met circa 1,3% gedaald. Als we kijken naar de emissie per student en respectievelijk fte dan zien we een afnemende trend van circa 6% en respectievelijk 16%, ondanks de toenamen van studenten en fte's. In de afgelopen jaren zijn met name veel inspanningen geleverd op het gebied van de energie-efficiency en is de HU geheel overgegaan op groene stroom. Daarnaast wordt een deel van de daling veroorzaakt door een substantieel minder grote stroom glasafval. Grootste emissiepost blijft het woon-werkverkeer.
Jaar
2012
Absolute emissie ton CO2/jr.
2013
2014
2015
16.390,9
17.408,4
16.307,2
16.181,3
0,466
0,467
0,440
0,438
Emissie per ton CO2/fte medewerker (fte)
5,841
5,858
4,785
4,926
Emissie per oppervlakte
0,095
0,0102
0,094
0,093
Emissie per student
ton CO2/ student
ton CO2/m2
Tabel 2 CO2 review 2013, 2014 en 2015
Momenteel wordt binnen de HU een mobiliteitsbeleid ontwikkeld wat maatregelen moet gaan opleveren met een CO2-reducerend effect. Ook het thans lopende Herhuisvestingsproject, waarbij de HU circa 60.000 m² reduceert zal een aanzienlijk effect hebben op de energie-efficiency en CO2-emissie. In de CO2-footprint voor de komende jaren worden deze effecten zichtbaar en kunnen we deze beoordelen.
7
CARBON FOOTPRINT 2015
3 DIRECTE CO2-EMISSIE: SCOPE 1 In dit hoofdstuk worden de directe CO2-emissies van de HU in 2015 weergegeven. Dit zijn de emissies die worden veroorzaakt door het aardgasverbruik (§ 3.1) en het verbruik van de koudemiddelen (§ 3.2).
3.1 Aardgasverbruik Bij de HU worden nog maar twee locaties verwarmd door middel van aardgas. In 2015 is in totaal 19.697 Nm³ ingekocht, dit komt overeen met 35,9 ton CO2 (0,2% van de totale footprint). In de onderstaande tabel zijn het aardgasverbruik, en de bijbehorende emissie, per locatie weergegeven. Locatie
Verbruik [Nm³/ jr]
CO2-emissie [ton/ jaar]
Percentage [%]
Nieuwe Poort 21
15.804
28,8
80,2%
Bolognalaan 101
3.893
7,1
19,8%
19.697
35,9
100,0%
Totaal Tabel 3 Aardgasverbruik HU 2015
3.2 Koudemiddelen De HU heeft in 2015 een zestal verschillende koudemiddelen ingekocht. Dit zijn de koudemiddelen R22, R134a, R404a, R407c, R410a, R422d. Met het verbruik van deze middelen is in 2015 in totaal 1,8 ton CO2 geëmitteerd1. In figuur 3 staat een overzicht van de CO2-emissie gerelateerd aan het koudemiddelenverbruik van de verschillende locaties.2
Locatie
CO2-emissie
Locatie
[ton/jaar]
[%]
De Nieuwe Poort 21
0,08
4,6%
Padualaan 97
0,33
18,2%
Padualaan 99
0,40
22,5%
Padualaan 101
0,39
21,6%
Oudenoord 700
0,16
8,9%
Nijenoord 1
0,17
9,7%
F.C. Donderstraat
0,06
3,4%
Bolognalaan 99/101
0,20
11,1%
1,8
100,0%
Total Figuur 3 Verdeling koudemiddelenverbruik HU 2015 1
Gegevens van de koudemiddelen waren niet binnen op het moment dat de footprint is vastgesteld. Gezien de marginale bijdrage aan de totale uitstoot (0,011%) van de hogeschool is ervoor gekozen de verbruiken van 2014 te hanteren. 2 Deltalaan 400 en 500 zijn niet meegenomen in de berekening. In september 2015 zijn de locaties in gebruik genomen. Ten tijde van het opstellen van de CO2 –footprint waren hier geen gegevens over bekend. Derhalve zijn ze niet meegenomen. Momenteel wordt gewerkt aan het verkrijgen van de gegevens. 8
CARBON FOOTPRINT 2015
4 INDIRECTE CO2-EMISSIE DOOR ENERGIEOPWEKKING: SCOPE 2 In dit hoofdstuk worden de indirecte CO2-emissies door energieopwekking van de HU in 2015 weergegeven. Dit zijn de emissies die worden veroorzaakt door het elektriciteitsverbruik (§ 4.1) en het warmteverbruik ten behoeve van de gebouwen (§ 4.2).
4.1 Elektriciteitsverbruik Het elektriciteitsverbruik van de HU maakt maar een klein deel uit van de CO2-footprint. Dit komt voornamelijk doordat de HU haar stroom 100% groen inkoopt. In 2015 is in totaal 10.054.856 kWh ingekocht en 57.325 kWh opgewekt door zonnepanelen. Dit komt overeen met, in totaal, 155 ton CO2 (1% van de totale footprint).
Figuur 4 Verdeling elektriciteitsverbruik HU 2015
In de bovenstaande figuur staat een overzicht van het elektriciteitsverbruik van de verschillende locaties. De meeste elektriciteit wordt verbruikt op de locaties Padualaan 97 (15%), Nijenoord 1 en de Nieuwe Poort (14%). Op de locatie Nieuwe Poort staat een WKO installatie die draait op elektriciteit, wat een deel van het elektriciteitsverbruik verklaart.
4.2 Warmteverbruik Binnen het verbruik van de gebouwen van de HU wordt de meeste CO 2 geëmitteerd door het warmteverbruik (4,4% van de totale footprint). In 2015 is in totaal 36.604 GJ aan warmte ingekocht. Dit komt overeen met 732,1 ton CO2.
9
CARBON FOOTPRINT 2015
Figuur 5 Verdeling warmteverbruik HU 2015
Figuur 5 laat zien dat de meeste warmte wordt ingekocht voor de locaties Padualaan 101 (19%), Bolognelaan 101 (16%) en Nijenoord 1 (15%). Dit zijn tevens de grootste locaties van de HU wanneer wordt gekeken naar het oppervlak.
10
CARBON FOOTPRINT 2015
5 INDIRECTE CO2-EMISSIES: SCOPE 3 In dit hoofdstuk worden de indirecte CO2-emissies van de HU in 2015 weergegeven. Dit zijn de emissies die worden veroorzaakt door het woon-werkverkeer van medewerkers en studenten (§ 5.1), de zakelijke kilometers met vliegreizen en treinreizen (§ 5.2) en de emissie door het afval van de HU (§ 5.3).
5.1 WOON-WERKVERKEER VAN MEDEWERKERS EN STUDENTEN Het woon-werkverkeer van de HU is berekend voor zowel medewerkers als studenten. In 2015 is er in totaal 167.430.276 kilometer gereden van en naar de HU. Dit komt overeen met 14.792 ton CO2-emissie (90,9% van de totale footprint).
Figuur 6 Verdeling woon-werkverkeer HU 2015
De meeste uitstoot vindt plaats door het reizen met de intercity (37%) gevolgd door de benzine auto (20%). De benzine auto wordt op de voet gevolgd door de stadsbus. Het relatief hoge aandeel van openbaar vervoer wordt verklaard door de, met het openbaar vervoer, gemakkelijk bereikbare locaties waar de HU gevestigd is.
5.2 ZAKELIJKE VLIEGREIZEN EN TREINREIZEN Het zakelijke verkeer van de HU bestaat voornamelijk uit trein- en vliegverkeer. In 2015 is met deze vervoersmiddelen in totaal 2.691.128 km afgelegd. Dit komt overeen met 358 ton CO2 (2,2% van de totale footprint). In de onderstaande tabel is het zakelijk verkeer per vervoerstype weergegeven.
Type zakelijk vervoer
Afstand [km/ jr]
CO2-emissie [ton/ jaar]
Percentage [%]
Treinverkeer
59.088
3,2
0,9%
Vliegverkeer
2.632.040
355,3
99,1%
Totaal
2.691.128
358,6
100,0%
Tabel 4 Zakelijk verkeer HU 2015
11
CARBON FOOTPRINT 2015
5.3 AFVAL (PAPIER, KARTON EN AFVAL) Wat betreft de afvalstromen van de HU zijn Papier en karton en glas in kaart gebracht. In 2016 is in totaal 171.918 kg glas, papier en karton afgevoerd. Dit komt overeen met 162,3 ton CO2 (1,0% van de totale footprint). In de onderstaande tabel zijn de afvalstromen per type weergegeven.
Type afval Papier en karton Glas Totaal
Hoeveelheid [kg/ jr]
CO2-emissie [ton/ jaar]
Percentage [%]
162.762
154,6
95,3%
9.156
7,7
4,7%
171.918
162,3
100,0%
Tabel 5 Afval HU 2015
12
CARBON FOOTPRINT 2015
Bijlage 1 Emissiefactoren De emissiefactoren zijn afkomstig van de gezamenlijke standaarden die zijn opgesteld door stichting Stimular, SKAO en Connekt.
Type emissie
Conversiefactor
Eenheid
Scope 1 Aardgas
1,825
kg/ Nm³
Koudemiddel R22
1.810
kg/kg
Koudemiddel R134a
1.430
kg/kg
Koudemiddel R404a
3.920
kg/kg
Koudemiddel R407c
1.775
kg/kg
Koudemiddel R410a
2.090
kg/kg
Koudemiddel R422d3
1.810
kg/kg
0,015
kg/ kWh
0,08
kg/ kWh
20
kg/ GJ
Treinreis internationaal
0,055
kg/km
Vliegreis (>2.500 km)
0,135
kg/km
Benzine auto
0,220
kg/km
Diesel auto
0,195
kg/km
Stadsbus
0,120
kg/km
Streekbus
0,095
kg/km
Intercity
0,055
kg/km
0,95
kg/kg
Scope 2 Elektra, groen ingekocht Elektra, opgewekt door de zon Stadswarmte Scope 3
Papier en karton Glas
kg/kg
Tabel 6 Emissiefactoren
3
Hiervoor is geen conversiefactor bekend. Omdat di de vervanger is van R22 deze conversiefactor overgenomen. 13
CARBON FOOTPRINT 2015
Arcadis Nederland B.V. Postbus 4205 3006 AE Rotterdam Nederland +31 (0)88 4261 261
www.arcadis.com
Onze referentie: Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap. Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap.
14