buro De heer A. Korste Utrechtseweg 29A 3811 NA AMERSFOORT Geachte heer Korste, Aanslagsweg LD Borne

Aanslagsweg 22 7622 LD Borne

telefoon

Retouradres: Aanslagsweg 22, 7622 LD Borne

buRO

0541 539 333 / 06 10556500

e-mail

[email protected]

De heer A. Korste

internet

Geluidsadvies BV.nl www.munsterhuisgeluidsadvies.nl

Utrechtseweg 29A 3811 NA AMERSFOORT

datum project Onderwerp

13 juni 2013

Ons kenmerk

B03.13.056

projectnummer

13.056

Project Meentweg 23/25 te Bussum Briefrapportage akoestisch onderzoek

Geachte heer Korste,

In opdracht van buRO is een akoestisch onderzoek uitgevoerd ten behoeve van de bepaling van de geluidbelasting ter plaatse van de gevels van de te bouwen woningen gelegen aan de Meentweg 23\25 te Bussum ten gevolge van weg en railverkeerslawaai. 1 Inleiding Het voornemen is het bestaand pand aan de Meentweg 23/25 te slopen en een twee onder één kap woning te realiseren. Door Munsterhuis Geluidsadvies B.V. is een akoestisch onderzoek uitgevoerd naar de geluidbelasting, afkomstig van het wegverkeer op de Meentweg en railverkeerslawaai ter plaatse van de toekomstige woningen. In bijlage 1, figuur 1 is de situatie, ligging van het plan, de Meentweg en het spoor opgenomen. Het doel van het onderzoek is in het kader van een goede ruimtelijke huishouding, het bepalen van de geluidbelasting als gevolg van het wegverkeer en railverkeerslawaai (traject Hilversum – Amsterdam) ter plaatse van de toekomstige woningen. De geluidbelastingen zijn vastgesteld door middel van Standaard Rekenmethode II, zoals beschreven in het ‘Reken- en meetvoorschrift Geluid 2012. 2 Bepaling geluidbelasting Wegverkeerslawaai 2.1 Wegverkeersgegevens De verkeersgegevens van de Meentweg zijn aangeleverd door de gemeente Bussum en gelden voor het jaar 2025. bank

ING Bank 65.20.43.232

k.v.k.

08140233

projectnummer

13.056

Pagina

2 van 6

De gehanteerde verkeersgegevens zijn in onderstaande tabellen samengevat. De verkeersintensiteiten zijn in tabel 1 opgenomen. In tabel 2 zijn de overige situatie- en verkeersgegevens gegeven.

De Meentweg betreft een 30 km/uur weg die volgens de Wgh niet relevant is omdat ze geen geluidszone hebben. Toch kan de geluidsbelasting van dergelijke wegen hoger zijn dan de voorkeurswaarde. Bekend is dat al vanaf een intensiteit van 1.500 motorvoertuigen per etmaal bij asfalt/stille klinkers de voorkeurswaarde al kan worden overschreden. Daarom moet in het kader van een goede ruimtelijke ordening de bijdrage van deze weg wel worden beoordeeld. De Meentweg, waar 30 km/uur geldt, is meegenomen in de berekeningen ten behoeve van de toetsing aan bouwbesluit.

Tabel 1: Verkeersintensiteiten voor het jaar 2025. Procentuele verdeling aantal motorvoertuigen Wegen

Meentweg

Dag,- avond-

Lichte

Middelzware Zware

en nachtuur

voertuigen voertuigen

Etmaalintensiteit

voertuigen [mvt/dag]

d

a

n

d–a–n

d–a–n

d–a–n

6,6

3,8

0,7

94,6

4,8

0,6

1.205*

*Naar verwachting zullen dit er minder zijn doordat de autonome groei op dergelijke 30 km/uur wegen in de stad gemiddeld 1,25% is. In het onderzoek is vooralsnog van de worst case aangehouden 1,9% groei. Tabel 2: Situatie- en verkeersgegevens Meentweg Snelheid

30 km /uur

Wegdekhoogte

0 meter

Wegdektype

Klinker

projectnummer

13.056

Pagina

3 van 6

2.2 Wetgeving Tussen de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en de Wet geluidhinder (Wgh) is een koppeling gelegd. Dat blijkt uit art. 76 en 76a van de Wgh. Dit betekent dat de geluidssituatie binnen het plan moet voldoen aan de voorwaarden uit de Wgh. In het kader van de Wet geluidhinder liggen er zones rond wegen en spoorlijnen en gezoneerde industrieterreinen. Wegen op een woonerf of met een maximumsnelheid van 30 km/uur hebben geen zone. Binnen een zone moet voor het realiseren van nieuwe geluidsgevoelige bestemmingen, zoals woningen, onderzoek worden gedaan naar de optredende geluidbelasting. 2.3 Resultaten Ter plaatse van alle gevels van de toekomstige woningen zijn beoordelingspunten ingevoerd op verschillende beoordelingshoogten. De weg is ingevoerd als harde bodem. Er is voor het gehele model gerekend met een bodemfactor van 0 (akoestisch hard). De invoergegevens zijn gegeven in bijlage 2. Resultaten geluidbelasting wegverkeerslawaai voor toetsing Wgh De rekenresultaten ten behoeve van de Wet geluidhinder zijn buiten beschouwing gelaten. Resultaten geluidbelasting wegverkeerslawaai voor toetsing bouwbesluit Ten behoeve van de bepaling van eventuele geluidwerende voorzieningen, dient gerekend te worden met de geluidbelasting exclusief de aftrek ex artikel 110g Wet geluidhinder. Extra geluidwerende voorzieningen kunnen noodzakelijk zijn om het maximale binnenniveau niet te overschrijden. Het maximaal toelaatbare binnenniveau bedraagt 33 dB in de woningen. Conform het Bouwbesluit wordt als uitgangspunt genomen dat een gevel van een gebouw een minimale gevelwering heeft van 20 dB. Derhalve dient bij een geluidbelasting vanaf 53 dB geluidwerende voorzieningen bepaald te worden. In tabel 3 wordt de maatgevende geluidbelasting gegeven. In bijlage 3 worden de uitgebreide rekenresultaten gegeven.

projectnummer

13.056

Pagina

4 van 6

Tabel 3: Geluidbelasting exclusief aftrek van 5 dB ex artikel 110g Wgh. Beoordelingspunten

Geluidbelasting [dB] Meentweg 1,5 m

4,5 m

7,5 m

01 Meentweg 23

61

60

-

02 Meentweg 23 zijgevel

57

57

-

03 Meentweg 23

57

57

-

04 Meentweg 23

-

-

53

05 Meentweg 25

61

60

-


58

58

-

07 Meentweg 25

58

58

-

08 Meentweg 25

-

-

54

09 - 10 Meentweg 23 achtergevel

22

28

-

11 – 12 Meentweg 25 achtergevel

24

26

-

De geluidbelasting van 53 dB wordt overschreden. Uit tabel 3 blijkt dat ter plaatse van de toekomstige woningen de maximale geluidbelasting van 53 dB wordt overschreden. Derhalve dienen er geluidwerende voorzieningen bepaald te worden om aan het maximale binnenniveau van 33 dB te kunnen voldoen. Wanneer met een groei van 1,25% wordt gerekend bedraagt de geluidbelasting maximaal 60 dB(A). 3 Bepaling geluidbelasting railverkeerslawaai De nieuw te bouwen vrijstaande woningen ondervinden naast wegverkeerslawaai tevens een geluidbelasting ten gevolge van het railverkeer van het traject Hilversum – Amsterdam. De geluidbelasting is vastgesteld door middel van Standaard Rekenmethode II, zoals deze is beschreven in het ‘Reken- en meetvoorschrift Geluid 2012, bijlage IV. De berekeningen zijn verricht op basis van de invoergegevens afkomstig van het geluidregister die gedownload is op 3 april 2013. De invoergegevens van het railverkeerslawaai zijn opgenomen in bijlage 2.1. Er is voor het railverkeermodel gerekend met een bodemfactor van 0,5 (akoestisch half hard, half zacht). Onder de spoorbanen geldt een bodemfactor van 1,0. De uitgebreide rekenresultaten zijn gegeven in bijlage 3.4.

projectnummer

13.056

Pagina

5 van 6

Wetgeving en resultaten Indien binnen de zone van een spoorlijn geluidgevoelige bestemmingen worden gebouwd, dan dienen grenswaarden in acht worden genomen. De wettelijke voorkeursgrenswaarde voor railverkeerslawaai is 55 dB L den voor geluidgevoelige bestemmingen. De maximaal toelaatbare geluidbelasting bedraagt 68 dB. In tabel 4 worden de maatgevende geluidbelastingen ten gevolge van het railverkeer gegeven. Tabel 4: Geluidbelastingen Hilversum - Amsterdam (incl. 1,5 dB) Geluidbelasting [dB] Beoordelingspunten

1,5 m

4,5 m

7,5 m

01 Meentweg 23

47

51

-


43

49

-

03 Meentweg 23

43

47

-

04 Meentweg 23

-

-

51

05 Meentweg 25

48

51

-


43

47

-

07 Meentweg 25

44

48

-

08 Meentweg 25

-

-

52

09 - 10 Meentweg 23 achtergevel

38

44

-

11 – 12 Meentweg 25 achtergevel

39

45

-

Overschrijding van de 55 dB Lden. Uit tabel 4 blijkt dat de voorkeursgrenswaarde van 55 dB ten gevolge van het railverkeer ter plaatse van de twee woningen niet wordt overschreden. Hiervoor dient derhalve geen hogere grenswaarde procedure gevolgd te worden. In werkelijkheid zal het geluidniveau ten gevolge van het railverkeer nog iets lager zijn omdat niet alle afscherming tussen het spoor en de twee woningen zijn meegenomen in het model. Conclusie Door Munsterhuis Geluidsadvies B.V. is een akoestisch onderzoek uitgevoerd naar de geluidbelasting ten gevolge van wegverkeerslawaai op de Meentweg en railverkeerslawaai ter plaatse van de twee toekomstige woningen gelegen aan de Meentweg 23/25 te Bussum.

Het voornemen is het bestaand pand te slopen en er een twee onder één

projectnummer

kap woning te realiseren.

13.056

Pagina

6 van 6

Het doel van het onderzoek is in het kader van goede ruimtelijke ordening, het bepalen van de geluidbelasting als gevolg van het wegverkeer, ter plaatse van de toekomstige woningen. Omdat de Meentweg een 30 km/uur weg betreft mag deze voor de toetsing aan de Wet geluidhinder verder buiten beschouwing gelaten worden. De geluidbelasting van het wegverkeer van de Meentweg exclusief de aftrek ex. Artikel 110g Wgh, bedraagt maximaal 61 dB op de gevel van de toekomstige woningen.

Daarnaast blijkt uit berekeningen dat de voorkeursgrenswaarde van 55 dB ten gevolge van het railverkeer ter plaatse van de twee woningen niet wordt overschreden.

De waarde van 53 dB (33 + 20 (standaard wering gevel)) wordt ter plaatse van de gevels van de toekomstige woningen overschreden. Derhalve dienen er extra geluidwerende voorzieningen bepaald te worden om aan het maximale binnenniveau van 33 dB te kunnen voldoen. Daarbij dienen de maatgevende gecumuleerde waarden in bijlage 4 in beschouwing te worden genomen (LRL, Cum).

Wij vertrouwen erop u hiermee van dienst te zijn geweest.

Met vriendelijke groet,

Ing. R.P.M. Munsterhuis Munsterhuis Geluidsadvies B.V.

Bijlage 1

Situatie + 3D overzicht

Meentweg 23/25 te Bussum

13.056 Bijlage 1

Wegverkeer

Railverkeer

3D overzichten

3

woningen Meentweg te Bussum

VOORLOPIG ONTWERP 7

6

woningen Meentweg te Bussum

Bijlage 2

Invoergegevens

Meentweg 23 / 25 Invoergegevens , gebouwen Model: Groep:

13.056 Bijlage 2

tweede model (hoofdgroep) Lijst van Gebouwen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012

Naam 01 02 03 04 05

Omschr. Meentweg 23/25 Meentweg 23/25 Meentweg 23/25 Meentweg 19-21 Meentweg 19-21

Hoogte 3,20 5,50 9,00 9,00 3,00

Maaiveld 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00

Hdef. Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief

Cp 0 dB 0 dB 0 dB 0 dB 0 dB

Refl. 1k 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80

06 07 08 09 10

Meentweg 17a Meentweg 22-26 Meentweg 28-32 Meentweg 27 Meentweg 27

8,00 8,00 7,00 8,00 3,00

0,00 0,00 0,00 0,00 0,00

Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief

0 dB 0 dB 0 dB 0 dB 0 dB

0,80 0,80 0,80 0,80 0,80

11 12 13 14 15

Meentweg 27 Meentweg 29-31 Meentweg 34 Meentweg 34 Meentweg 23\25, kapel

3,00 8,00 8,00 2,50 8,00

0,00 0,00 0,00 0,00 0,00



0,80 0,80 0,80 0,80 0,80

16 17 18 19 20

Woningen 26 Woningen 26 Woningen 26 Woningen 58 Woningen 58

8,00 3,00 3,00 3,00 3,00

0,00 0,00 0,00 0,00 0,00



0,80 0,80 0,80 0,80 0,80

21 22 23 24 25

Woningen 58 Woningen 60 Woningen 60 Woningen 54 Woningen 54

8,00 8,00 3,00 8,00 3,00

0,00 0,00 0,00 0,00 0,00



0,80 0,80 0,80 0,80 0,80

26 27 28 29 30

Woningen 54 Woningen 52 Bedrijf Meentweg 20 Meentweg 20

3,00 8,00 5,50 7,00 3,00

0,00 0,00 0,00 0,00 0,00



0,80 0,80 0,80 0,80 0,80

31 32 33 34 35

Meentweg Meentweg bedrijf woning 17 woning 15

3,00 7,00 3,00 8,00 6,00

0,00 0,00 0,00 0,00 0,00



0,80 0,80 0,80 0,80 0,80

36 37 38 39 40

woning 13 woning 40 woning 38a woning 36 woning 36

6,00 7,00 7,00 7,00 7,00

0,00 0,00 0,00 0,00 0,00



0,80 0,80 0,80 0,80 0,80

41 42 43 44 45

woning 36 woning 32-34 woning 11 woning 11 woning 11

3,00 7,00 7,00 7,00 7,00

0,00 0,00 0,00 0,00 0,00



0,80 0,80 0,80 0,80 0,80

46 47 48 49

woning woning woning woning

7,00 7,00 7,00 8,00

0,00 0,00 0,00 0,00

Relatief Relatief Relatief Relatief

0 dB 0 dB 0 dB 0 dB

0,80 0,80 0,80 0,80

Geomilieu V2.13

13-6-2013 15:44:59

Meentweg 23 / 25 Invoergegevens , gebouwen Model: Groep:

13.056 Bijlage 2

tweede model (hoofdgroep) Lijst van Gebouwen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012

Naam 50 51 52 53 54

Omschr. woning woning woning woning woning

55 56 57 58 60

woning woning woning woning flat

61 67 68 70

gebouw woningen woningen woningen

Geomilieu V2.13

Hoogte 8,00 8,00 8,00 8,00 8,00

Maaiveld 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00


Cp 0 dB 0 dB 0 dB 0 dB 0 dB

Refl. 1k 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80

8,00 8,00 8,00 8,00 10,00

0,00 0,00 0,00 0,00 0,00



0,80 0,80 0,80 0,80 0,80

6,00 9,00 9,00 9,00

0,00 0,00 0,00 0,00

Relatief Relatief Relatief Relatief

0 dB 0 dB 0 dB 0 dB

0,80 0,80 0,80 0,80

13-6-2013 15:44:59

Meentweg 23 / 25 Invoergegevens , bodem Model: Groep: Naam 01 03 04

13.056 Bijlage 2

tweede model (hoofdgroep) Lijst van Bodemgebieden, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012 Omschr. Meentweg wegen wegen

Geomilieu V2.13

Bf 0,00 0,00 0,00

13-6-2013 15:46:05

Omschr. Meentweg

Hdef. Relatief

Type Verdeling

Hbron 0,75

Wegdek W9b

V(LV(D)) 30

V(LV(A)) 30

tweede model (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012

Geomilieu V2.13

Naam 01

Model: Groep:

Meentweg 23 / 25 Invoergegevens , weg

V(LV(N)) 30

V(MV(D)) 30

V(MV(A)) --

V(MV(N)) --

V(ZV(D)) --

V(ZV(A)) --

V(ZV(N)) --

%Int(D) 6,60

13-6-2013 15:47:32

Totaal aantal 1205,00

13.056 Bijlage 2

%Int(A) 3,80

%Int(N) 0,70

%LV(D) 94,60

%LV(A) 94,60

%LV(N) 94,60

%MV(D) 4,80

%MV(A) 4,80

%MV(N) 4,80

tweede model (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012

Geomilieu V2.13

Naam 01

Model: Groep:

Meentweg 23 / 25 Invoergegevens , weg

%ZV(D) 0,60

%ZV(A) 0,60

%ZV(N) 0,60

13-6-2013 15:47:32

13.056 Bijlage 2

Meentweg 23 / 25 Invoergegevens, ontvangers Model: Groep:

13.056 Bijlage 2

tweede model (hoofdgroep) Lijst van Rekenpunten, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012

Naam 01 02 05 06 03

Omschr. Meentweg 23 Meentweg 23, zg Meentweg 25 Meentweg 25 zg Meentweg 23

Maaiveld 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00


Hoogte A 1,50 1,50 1,50 1,50 1,50

Hoogte B 4,50 4,50 4,50 4,50 4,50

Hoogte C ------

Gevel Ja Ja Ja Ja Ja

07 04 08 09 10

Meentweg 25 Meentweg 23 Meentweg 25 Meentweg 23 Meentweg 23

0,00 0,00 0,00 0,00 0,00


1,50 --1,50 --

4,50 ---4,50

-7,50 7,50 ---

Ja Ja Ja Ja Ja

11 12

Meentweg 25 Meentweg 25

0,00 0,00

Relatief Relatief

1,50 --

-4,50

---

Ja Ja

Geomilieu V2.13

13-6-2013 15:47:53

Bijlage 3

Rekenresultaten

Meentweg 23 / 25 Rekenresultaten wegverkeerslawaai Rapport: Model: Groep: Groepsreductie:

13.056 Bijlage 3

Resultatentabel tweede model LAeq totaalresultaten voor toetspunten (hoofdgroep) Nee

Naam Toetspunt 01_A 01_B 02_A 02_B 03_A

Omschrijving Meentweg 23 Meentweg 23 Meentweg 23, zg Meentweg 23, zg Meentweg 23

Hoogte 1,50 4,50 1,50 4,50 1,50

Dag 60,9 60,6 57,4 57,1 57,4

Avond 56,7 56,4 53,2 52,9 53,2

Nacht 49,4 49,0 45,8 45,6 45,9

Lden 60,6 60,3 57,1 56,8 57,1

03_B 04_C 05_A 05_B 06_A

Meentweg 23 Meentweg 23 Meentweg 25 Meentweg 25 Meentweg 25 zg

4,50 7,50 1,50 4,50 1,50

57,1 53,2 61,0 60,7 58,1

52,9 49,1 56,8 56,5 53,9

45,6 41,7 49,5 49,1 46,5

56,8 52,9 60,7 60,4 57,8

06_B 07_A 07_B 08_C 09_A

Meentweg 25 zg Meentweg 25 Meentweg 25 Meentweg 25 Meentweg 23

4,50 1,50 4,50 7,50 1,50

57,8 58,1 57,9 54,0 23,2

53,6 53,9 53,7 49,9 17,8

46,2 46,6 46,3 42,6 10,4

57,5 57,8 57,6 53,8 22,4

10_B 11_A 12_B

Meentweg 23 Meentweg 25 Meentweg 25

4,50 1,50 4,50

28,4 25,2 26,3

23,3 19,8 21,1

15,9 12,5 13,7

27,7 24,4 25,5

Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.13

13-6-2013 16:06:54

Meentweg 23 / 25 Rekenresultaten railverkeerslawaai Rapport: Model: Groep: Groepsreductie:

13.056 Bijlage 3.1

Resultatentabel eerste model LAeq totaalresultaten voor toetspunten (hoofdgroep) Nee

Naam Toetspunt 01_A 01_B 02_A 02_B 03_A

Omschrijving Meentweg 23 Meentweg 23 Meentweg 23, zg Meentweg 23, zg Meentweg 23

Hoogte 1,50 4,50 1,50 4,50 1,50

Dag 36,9 39,9 36,1 39,5 36,6

Avond 36,4 39,4 35,6 39,0 36,1

Nacht 32,5 35,5 31,6 35,1 32,2

Lden 40,3 43,3 39,4 42,9 40,0

03_B 04_C 05_A 05_B 06_A

Meentweg 23 Meentweg 23 Meentweg 25 Meentweg 25 Meentweg 25 zg

4,50 7,50 1,50 4,50 1,50

39,0 46,0 36,9 39,9 35,0

38,4 45,5 36,3 39,3 34,5

34,5 41,7 32,4 35,4 30,5

42,3 49,4 40,2 43,2 38,3

06_B 07_A 07_B 08_C 09_A

Meentweg 25 zg Meentweg 25 Meentweg 25 Meentweg 25 Meentweg 23

4,50 1,50 4,50 7,50 1,50

38,9 35,0 39,4 44,1 34,7

38,4 34,4 38,8 43,6 34,3

34,4 30,5 34,9 39,8 30,3

42,2 38,3 42,7 47,5 38,1

10_B 11_A 12_B

Meentweg 23 Meentweg 25 Meentweg 25

4,50 1,50 4,50

41,1 35,6 41,5

40,7 35,2 41,1

36,6 31,2 37,0

44,5 39,0 44,9

Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.13

13-6-2013 16:06:05

Bijlage 4

Gecumuleerde geluidbelasting

Nr

1 1 2 2 3 3 4 5 5 6 6 7 7 8 9 10 11 12

40,3 43,3 39,4 42,9 40,0 42,3 49,4 40,2 43,2 38,3 42,2 38,3 42,7 47,5 38,1 44,5 39,0 44,9

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

60,6 60,3 57,1 56,8 57,1 56,8 52,9 60,7 60,4 57,8 57,5 57,8 57,6 53,8 22,4 27,7 24,4 25,5

Etmaalwaarde rail Lucht Industr Etmaalwaarde weg 36,9 39,7 36,0 39,4 36,6 38,8 45,5 36,8 39,6 35,0 38,7 35,0 39,2 43,7 34,8 40,9 35,7 41,3

L*RL 7,03 7,03 7,03 7,03 7,03 7,03 7,03 7,03 7,03 7,03 7,03 7,03 7,03 7,03 7,03 7,03 7,03 7,03

L*LL 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1

L*IL 60,6 60,3 57,1 56,8 57,1 56,8 52,9 60,7 60,4 57,8 57,5 57,8 57,6 53,8 22,4 27,7 24,4 25,5

L*VL 60,6 60,3 57,1 56,9 57,1 56,9 53,6 60,7 60,4 57,8 57,6 57,8 57,7 54,2 35,0 41,1 36,0 41,4

LCUM 65,1 64,8 61,5 61,2 61,5 61,2 57,8 65,2 64,9 62,2 61,9 62,2 62,0 58,4 38,3 44,6 39,2 44,9

LRL,Cum 60,6 60,3 57,1 56,9 57,1 56,9 53,6 60,7 60,4 57,8 57,6 57,8 57,7 54,2 35,0 41,1 36,0 41,4

LVL,Cum

PROJECT 18664 VERKENNEND EN NADER BODEMONDERZOEK MEENTWEG 23-25 TE BUSSUM

Vestiging Kamerik Nijverheidsweg 7 3471 GZ Kamerik t 0348 402103 Vestiging Heerhugowaard Galileistraat 69 1704 SE, Heerhugowaard t 072 5729457 Vestiging Steenwijk Oevers 16 8331 VC Steenwijk t 0521 521924 www.grondslag.nl

bodemonderzoek I saneringsbegeleiding I partijkeuringen I waterbodemonderzoek I arbo/veiligheid I legionella

Project 18664

Titel

Verkennend en nader bodemonderzoek Meentweg 23-25 te Bussum

Projectleider

Dhr. ing. P. de Vries

Adviseur

Mevr. J.J. Tonen BSc

Datum rapport

13 maart 2012

Opdrachtgever

NGM Development Rijksstraatweg 324f 2242 AB Wassenaar

Contactpersoon

Mevr. A. de Hoop

Telefoon

070 – 381 71 71

Het bodemonderzoek is uitgevoerd conform de richtlijnen die zijn opgesteld in de BRL SIKB 2000. Grondslag is door KIWA gecertificeerd voor het verrichten van “Veldwerk bij milieuhygiënisch bodemonderzoek” conform deze BRL. Grondslag BV is als opdrachtnemer onafhankelijk van de opdrachtgever. Tussen beide bestaat geen relatie als bedoeld in paragraaf 3.1.7 van de BRL SIKB 2000.

Project 18664

INHOUDSOPGAVE 1

INLEIDING EN DOEL

1

2

LOCATIEGEGEVENS 2.1 Algemeen 2.2 Huidige situatie 2.3 Historie 2.4 Voorgaand onderzoek 2.5 Toekomstige situatie 2.6 Bodemopbouw en geohydrologie 2.7 Hypothese en onderzoeksopzet verkennend onderzoek 2.8 Onderzoeksopzet nader onderzoek

2 2 2 2 3 3 4 5 5

3

WERKZAAMHEDEN 3.1 Veldwerk 3.2 Resultaten veldwerk 3.2.1 Grond 3.2.2 Grondwater 3.3 Onderzoeksprogramma 3.3.1 Grond 3.3.2 Grondwater

7 7 7 7 8 8 8 9

4

ONDERZOEKSRESULTATEN 4.1 Toetsingskader 4.2 Analyses grond 4.3 Analyses grondwater

10 10 11 14

5

VERONTREINIGINGSSITUATIE 5.1 Verontreiniging A: Brandstof bij vulpunten 5.1.1 Verontreiniging in grond 5.1.2 Verontreiniging in grondwater 5.1.3 Ernst van de verontreiniging en gevalsdefinitie 5.1.4 Spoedeisendheid van de sanering 5.2 Verontreiniging B: zware metalen in bovengrond onder garage 5.2.1 Verontreiniging in grond 5.2.2 Ernst van de verontreiniging en gevalsdefinitie 5.2.3 Spoedeisendheid van de sanering

15 15 15 15 15 16 16 16 16 17

BIJLAGEN BIJLAGE I BIJLAGE II BIJLAGE III BIJLAGE IV BIJLAGE V

: Kaartmateriaal (boorpuntenkaart en vlekkenkaart) : Boorbeschrijvingen : Toetsingstabellen : Analysecertificaten : Verklarende woordenlijst

1

1

Project 18664

INLEIDING EN DOEL Door NGM Development is aan Grondslag BV opdracht verleend voor het uitvoeren van een verkennend en nader bodemonderzoek op het perceel Meentweg 23-25 te Bussum. In verband met de aanvraag van een omgevingsvergunning (sloop/bouw) is een verkennend bodemonderzoek verricht. Men is voornemens de bestaande bebouwing te slopen en twee nieuwe woonhuizen met kelder te realiseren. Het doel van het verkennend onderzoek is het vaststellen van de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem. De aanleiding tot het uitvoeren van het nader bodemonderzoek zijn de resultaten van een aantal eerder uitgevoerde bodemonderzoeken, waarbij een verontreiniging met minerale olie en vluchtige aromaten in de grond en het grondwater is aangetoond. Het doel van het nader onderzoek is: - Het bepalen van de omvang in horizontale en verticale richting van de aanwezige brandstofverontreiniging in grond en grondwater; - het vaststellen of er sprake is van een 'geval van ernstige bodemverontreiniging' in het kader van de Wet Bodembescherming (Wbb); - het vaststellen van een eventuele spoedeisendheid van sanering; De gegevens van het uitgevoerde verkennend en nader onderzoek zijn gezamenlijk in onderhavige rapportage weergegeven. De opzet en uitvoering van het nader onderzoek is gebaseerd op de NTA 5755 (‘strategie voor het uitvoeren van nader onderzoek - onderzoek naar de aard en omvang van bodemverontreiniging’).

2

2

LOCATIEGEGEVENS

2.1

Algemeen

Project 18664

Voorafgaand aan het bodemonderzoek is een uitgebreid vooronderzoek conform de NEN 5725 verricht. De resultaten van het vooronderzoek zijn verwerkt in dit hoofdstuk. Het vooronderzoek richt zich tevens op de direct aangrenzende percelen. In tabel 2.1 zijn de algemene gegevens van de onderzoekslocatie weergegeven. Tabel 2.1: Gegevens onderzoekslocatie

2.2

Locatieadres

Meentweg 23-25 te Bussum

Ligging locatie: gemeente provincie

Bussum Noord-Holland

Oppervlakte

558 m

Kadastrale aanduiding: gemeente sectie nummer

Bussum E 3981

X-coordinaat Y-coordinaat

139,211 476,161

Bevoegd gezag: Wet bodembescherming (Wbb) Overige milieuzaken

Provincie Noord-Holland Gemeente Bussum / Milieudienst Zuidoost-Utrecht

2

Huidige situatie Op het terrein is een voormalig autoreparatiebedrijf en benzinestation en een woning aanwezig. Het autoreparatiebedrijf bestaat uit een opslag ruimte aan de voorzijde en een werkplaats aan de achterzijde, beide zijn voorzien van een niet vloeistofdichte vloer. Het buiten terrein is gedeeltelijk verhard met klinker en beton. De regionale ligging van de locatie is weergegeven in bijlage I.

2.3

Historie Ten behoeve van het historisch onderzoek zijn de volgende bronnen geraadpleegd: -

huidige eigenaar (de heer H. Albers) opdrachtgever gemeente Bussum (website, dhr. A. Roeten) Milieudienst Zuidoost-Utrecht (website) Provincie Noord-Holland (website) BAG-viewer www.kich.nl www.historiekaart.nl www.watwaswaar.nl www.bodemloket.nl voorgaande bodemonderzoeken

3

Project 18664

Uit de historische gegevens die bij de Milieudienst Zuidoost-Utrecht beschikbaar zijn, blijkt dat op het perceel in 1997 een historisch onderzoek is uitgevoerd door de gemeente Bussum. In het archief van zowel de milieudienst als de gemeente is het rapport echter niet terug te vinden. Tevens is er in 2001 een oriënterend onderzoek verricht (Wareco, project: AA37/067kt, d.d. 11-01-2001). Ook dit rapport kon door zowel de milieudienst als de gemeente niet worden geleverd. In 2007 is er een nader bodemonderzoek uitgevoerd (Wareco, project: AA37b.003ckw, d.d. 20-12-2007). Volgens informatie van de milieudienst en BAG-viewer zijn de panden in 1910 gebouwd. Uit de onderzoeken van Wareco blijkt dat er op de locatie vier benzine tanks aanwezig zijn, één met een inhoud van 2000L, één met een inhoud van 3000L en twee met een inhoud van 6000L. Volgens informatie van de eigenaar zijn de tanks gereinigd en afgevuld met zand. De vulpunten van de tanks bevinden zich tegen de muur aan de oostkant van de woning. De afstand tot de tanks is circa tien meter. De ontluchtingspunten bevinden zich op circa zes meter van de tanks en liggen aan de noordkant van de werkplaats van het autoreparatiebedrijf. Langs de weg aan de voorzijde was een pompinstallatie aanwezig. In bijlage I is een situatietekening opgenomen. Uit informatie van www.bodemloket.nl en het nader bodemonderzoek van Wareco blijkt dat op de locatie de volgende bedrijfsactiviteiten hebben plaatsgevonden: - autoherstelinrichting inclusief ondergrondse opslag van benzine (1924-nog lopend) - emailleerfabriek (1945-1946) - autoherstelinrichting/benzinestation G.J. Albers (1957-1964) - Caon quick service station (overname van bedrijf van Albers) (1964-????) Er zijn op het perceel, voor zover bekend, geen bestrijdingsmiddelen en/of ontsmettingsmiddelen gebruikt. Via informatie van oud kaartmateriaal en de milieudienst zijn er, voor zover bekend, geen sloten gedempt, is er niet structureel afval gestort of verbrand en is het maaiveld niet opgehoogd. Tijdens de terreininspectie zijn verder geen bijzonderheden waargenomen. Voor zover bekend zijn er geen (grote) obstakels, zijnde puin, funderingsresten, slakken, sintels en/of asfalt in de bodem aanwezig. Tevens is geen asbest op het maaiveld aangetroffen. 2.4

Voorgaand onderzoek Op de onderzoekslocatie is in 2001 een oriënterend onderzoek verricht (Wareco, project: AA37/067kt, d.d. 11-01-2001). Hierin is een sterke grond- en grondwaterverontreiniging met brandstoffen aangetroffen. In 2007 is er een nader bodemonderzoek uitgevoerd (Wareco, project: AA37b.003ckw, d.d. 20-12-2007). Ter plaatse van de vulpunten (boringen 4 en 14) zijn in zowel de grond als het grondwater sterke verhogingen minerale olie en/of aromaten aangetoond.

2.5

Toekomstige situatie Het voornemen is om de huidige panden te slopen. Vervolgens worden op het perceel twee nieuwe woningen met tuin gebouwd. Het perceel krijgt de bestemming wonen.

4

2.6

Project 18664

Bodemopbouw en geohydrologie De gegevens met betrekking tot de bodemopbouw en geohydrologie (tabel 2.2) zijn afgeleid van www.dinoloket.nl (TNO). Tabel 2.2: Regionale bodemopbouw Diepte (m-mv)

Diepte (m-NAP)

samenstelling

Formatie

Geohydrologische eenheid

0 – 11

+1 - 10

sterk zandig tot uiterst siltige klei en leem, uiterst fijn tot uiterst grof zand, soms grindhoudend

Boxtel, Drenthe

1 watervoerend pakket

11 – 43

10 – 42

gestuwde afzettingen (klei/leem/zand/grind)

gestuwd complex

gestuwd complex

> 43

> 42

Matig fijn tot uiterst grof zand, zwak tot sterk grindhoudend.

Urk, Sterksel, Peize / Waalre

2 watervoerend pakket

e

e

Bussum is gelegen aan de rand van de Utrechtse Heuvelrug. Tot een diepte van circa 40 mNAP bestaat de bodem uit gestuwde afzettingen (voornamelijk zand en grind). De regionale bodemopbouw in Bussum is schematisch weergegeven in onderstaande afbeelding.

Grondwater De hoogte van het maaiveld in het centrum van Bussum bedraagt circa 1 m+NAP. Ter plaatse van de onderzoekslocatie bedraagt de hoogte van het maaiveld circa 2 m+NAP. De stijghoogte van het eerste watervoerend pakket bedraagt circa 0,5 m-NAP (ca. 1,5 m-mv). Uit de isohypsenkaart wordt afgeleid dat de regionale grondwaterstroming van het eerste watervoerend pakket westelijk is gericht. Het freatisch grondwater is tijdens het onderhavig onderzoek vastgesteld op een diepte van globaal 2,8 m-mv. Aangezien een deklaag ontbreekt, kan de stromingsrichting van het freatisch grondwater gelijkgesteld worden aan het eerste watervoerend pakket. De

5

Project 18664

aanwezigheid van open water kan lokaal van invloed zijn. De onderzoekslocatie bevindt zich niet in een grondwaterwingebied. 2.7

Hypothese en onderzoeksopzet verkennend onderzoek Op basis van de gegevens verkregen in het vooronderzoek is voorafgaand aan het verkennend onderzoek een hypothese opgesteld. Uit voorgaand onderzoek zijn er geen verontreinigingen aan minerale olie en/of aromaten ter plaatse van de afgevulde tanks, ontluchtingspunten, pompinstallatie en de garage aangetoond. Het is niet bekend of er eventuele verhogingen aan zware metalen aanwezig zijn. De locatie is verdacht op het voorkomen van zware metalen. Verspreid over het terrein volgt de opzet de “Onderzoeksstrategie voor een verdachte locatie, diffuse bodembelasting, heterogeen verdeelde verontreiniging (VED-HE)” van de NEN 5740. In aanvulling op de deze opzet zijn ter plaatse van de te realiseren kelders twee boringen doorgezet tot 0,5 meter onder de keldervloer.

2.8

Onderzoeksopzet nader onderzoek In verband met de aangetoonde onderzoeksresultaten uit de bodemonderzoeken van Wareco is een nader onderzoek opgestart. De opzet en uitvoering van het nader onderzoek is gebaseerd op de NTA 5755 (‘strategie voor het uitvoeren van nader onderzoek - onderzoek naar de aard en omvang van bodemverontreiniging’). De bepaling van de spoedeisendheid van sanering vindt plaats op basis van de ‘Circulaire Bodemsanering 2009’ en het computerprogramma Sanscrit. Voorafgaand aan het nader onderzoek is conform de NTA 5755 een conceptueel model opgesteld. Het doel van het conceptueel model is om voorafgaand aan het nader onderzoek, aan de hand van een aantal onderzoeksvragen, een beter inzicht te krijgen in de te verwachten verontreinigingssituatie. Het conceptueel model kan worden beschouwd als een aanvulling op de hypothesestelling in een verkennend onderzoek. Ter plaatse van onderhavige onderzoekslocatie is sprake van een verontreiniging aan minerale olie en aromaten ter plaatse van de vulpunten van diverse benzinetanks. Na uitvoering van het oriënterend onderzoek (Wareco) is gebleken dat de aanwezigheid van de vulpunten heeft geleid tot een verontreiniging van de bodem. In de kern van de verontreiniging (boring 14 uit het nader onderzoek van Wareco) is de grond van de bodemlaag van 2,5 tot 4,0 m-mv sterk verontreinigd met aromaten en licht met minerale olie. Het grondwater is tot 4,6 m-mv sterk verontreinigd met minerale olie en aromaten. Hieronder is enkel een matige verhoging aan xylenen aanwezig. Op basis van de analyseresultaten van de andere boringen zal de omvang van de sterke verontreiniging beperkt zijn. Met betrekking tot de mogelijke verontreinigingssituatie worden de volgende aspecten meegenomen in de opzet van het nader onderzoek: 1. In het verkennend onderzoek is zowel verontreiniging met minerale olie en aromaten in de grond als in het grondwater aangetoond. De onderzoeksvraag die beantwoord

6

Project 18664

dient te worden is welk volume grond en grondwater verontreinigd is. Tevens is nader inzicht in de aanwezige gehalten gewenst. Er is momenteel geen drijflaag aangetoond. In verband met het aangetoonde gehalte is de verwachting dat een drijflaag niet aanwezig is. Middels het nader onderzoek zal de afwezigheid van een drijflaag nogmaals geverifieerd worden. 2. De vulpunten bevinden zich naast de woning. In verband met de geplande sloop van de panden is het van belang om vast te stellen of de verontreiniging onder de woning aanwezig is. 3. Vastgesteld is dat het grondwater nabij de vulpunten sterk is verontreinigd. Het grondwater bevindt zich op een diepte van circa 2,5 m-mv. Op basis van de geohydrologische gegevens is bekend dat de grondwaterstromingsrichting westelijk gericht is. De onderzoeksvraag die beantwoord dient te worden is in hoeverre mogelijk pluimvorming heeft opgetreden in het grondwater. Indien dit het geval is, is een verontreiniging ten westen (stroomafwaarts) van de vulpunten te verwachten. 4. In grond- en grondwater zijn vluchtige aromaten aangetoond. Vluchtige aromaten kunnen, eerder dan minerale olie, leiden tot blootstellingsrisico’s. Na het bepalen van de verontreinigingssituatie is het van belang om eventuele blootstellingsrisico’s te bepalen. Mogelijke risico’s kunnen zijn uitdamping naar de buitenlucht of uitdamping naar de panden.

7

3

WERKZAAMHEDEN

3.1

Veldwerk

Project 18664

Het verrichten van de boringen en het plaatsen van de peilbuizen heeft plaatsgevonden op 16 februari 2012 door dhr. F. Droogers. Het grondwater is op 23 februari 2012 bemonsterd door dhr. P.J. van der Werf. De verrichte werkzaamheden tijdens het verkennend en nader onderzoek zijn samengevat in tabel 3.1. Tabel 3.1: verrichte werkzaamheden Deellocatie

boringen (diepte m-mv)

peilbuizen (filterstelling m-mv)

overige werkzaamheden

A

vulpunten

109 (5,5)

105 (3,5-4,5) 106 (3,5-4,5) 107 (3,5-4,5) 108 (3,0-4,0)

Inmeten bestaande peilbuizen 5, 9 t/m 12, 15

B

overig terreindeel

101 (2,0) 102 (3,5) 103 (1,0) 104 (2,0) 110 (0,6) 111 (2,0) 112 (2,0)

5 (2,4-4,4) (bestaande peilbuis)

betonboringen: 110+111+112

De ligging van boringen en peilbuizen van het verkennend en nader onderzoek is weergegeven in bijlage I. 3.2

Resultaten veldwerk

3.2.1 Grond Bodemopbouw Vanaf het maaiveld tot een diepte van minimaal 5,5 m-mv bestaat de bodem uit zand. Ter plaatse van boring 109 is in de bovengrond een verhardingslaag aanwezig. De verhardingslaag bestaat uit onder andere gebroken puin en slakken. De boorprofielen zijn weergegeven in bijlage II. Zintuiglijke waarnemingen grond In tabel 3.2 zijn de zintuiglijke waarnemingen aan grond weergegeven. Tabel 3.2: Waarnemingen grond Boring(diepte)

Bodemtype

Waarneming

105 (2,8-3,1)

zand, grijs-beige

brandstofgeur+

105 (3,1-3,5)

zand, grijs-beige

brandstofgeur+

105 (3,5-4,0)

zand, grijs-beige

brandstofgeur+

109 (2,5-3,0)

zand, beige

brandstofgeur+

109 (3,0-4,0)

zand, beige

brandstofgeur++

109 (4,0-4,5)

zand, beige

brandstofgeur+

A) vulpunten

Waarneming: + (sporen/zwak), ++ (matig), +++ (sterk), ++++ (uiterst) De geurwaarnemingen zijn niet tot stand gekomen door 'actieve' waarnemingen.

8

Project 18664

Er is tijdens de uitvoering van het veldwerk ter plaatse van de onderzoekslocatie visueel geen asbestverdacht materiaal in of op de bodem aangetroffen. 3.2.2 Grondwater Grondwaterstanden en zintuiglijke waarnemingen De grondwaterstanden gemeten tijdens grondwatermonstername, de resultaten van de veldmetingen en de gedane waarnemingen zijn schematisch weergegeven in tabel 3.3. Tabel 3.3: Grondwaterstanden en zintuiglijke waarnemingen peilbuis

filterstelling (m-mv)

grondwaterstand (m-mv)

pH

EC (mS/cm)

waarnemingen

105

3,5-4,5

3,10

6,05

0,37

Lichtgeel en helder, matige aromaten geur

106

3,5-4,5

2,92

5,68

0,39

Kleurloos en helder

107

3,5-4,5

2,57

5,20

0,27

Lichtgeel en helder

108

3,0-4,0

2,50

5,77

0,32

Lichtgeel en helder

2,86

5,78

0,40

Lichtgeel en helder

A) Vulpunten

B) Overig terreindeel 5

2,4-4,4

De geurwaarnemingen zijn niet tot stand gekomen door 'actieve' waarnemingen.

3.3

Onderzoeksprogramma

3.3.1 Grond In tabel 3.4 is een overzicht weergegeven van de geselecteerde analysemonsters van de grond. Tabel 3.4: Laboratoriumonderzoek grond Grond(meng)monster

Boring en diepte

Analysepakket

BG1

102(0,08-0,50) 111(0,09-0,50) 112(0,10-0,50)

Standaardpakket

BG2

103(0,08-0,50) 104(0,00-0,50) 107(0,03-0,50)

Standaardpakket

OG1

103(0,50-1,00) 104(0,50-1,00) 105(0,50-1,00) 111(0,50-1,00)

Standaardpakket

OG2

102(3,00-3,50) 105(4,00-4,50)

Standaardpakket (grond onder toekomstige kelders)

102-2

102(0,08-0,50)

Cadmium, koper en zink (uitsplitsing BG1)

111-2

111(0,09-0,50)


112-1

112(0,10-0,50)


101-2

101(0,20-0,70)

Zink (afperking)

110-1

110(0,06-0,60)

Zink (afperking)

112-2

112(0,50-1,00)

Zink (afperking)

Verkennend onderzoek

9

Grond(meng)monster

Project 18664

Boring en diepte

Analysepakket

105-9

105(3,10-3,30)

Minerale olie / vluchtige aromaten

106-8

106(3,10-3,30)


107-7

107(2,80-3,00)


108-8

108(2,70-3,00)


109-8

109(3,70-3,90)

Standaardpakket / vluchtige aromaten

109-10

109(4,00-4,50)


109-11

109(4,50-5,00)


Nader onderzoek vulpunten

3.3.2 Grondwater In tabel 3.5 zijn de geselecteerde grondwatermonsters weergegeven. Tabel 3.5: Laboratoriumonderzoek grondwater peilbuis


Analysepakket

Verkennend onderzoek 5

2,4-4,4

Standaardpakket

Nader onderzoek vulpunten 105

3,5-4,5


106

3,5-4,5


107

3,5-4,5


108

3,0-4,0


10

4

Project 18664

ONDERZOEKSRESULTATEN Voor dit onderzoek zijn zowel monsters van de grond als het grondwater voor analyse geselecteerd. De analyses en bewerkingen zijn uitgevoerd door een RvA-geaccrediteerd laboratorium.

4.1

Toetsingskader De analyseresultaten zijn getoetst aan de normwaarden uit de ‘Circulaire Bodemsanering 2009’ en Bijlage B van de ‘Regeling Bodemkwaliteit’. De normwaarden bestaan uit een landelijke (generieke) achtergrondwaarde (grond) of streefwaarde (grondwater) en uit een interventiewaarde (zowel grond als grondwater). Het gemiddelde van de achtergrond- of streefwaarde en de interventiewaarde is de T-waarde. De normwaarden zijn weergegeven in bijlage III. Voor grond wordt getoetst aan de landelijke (generieke) achtergrondwaarden, voor grondwater aan de streefwaarden voor ondiep grondwater (< 10 m-mv). Overschrijdingen van de normen kunnen worden geïnterpreteerd als een: lichte verhoging : matige verhoging: sterke verhoging :

gehalte > achtergrondwaarde (grond) of streefwaarde (grondwater) gehalte > T-waarde gehalte > interventiewaarde

De normen geldend voor grond voor barium zijn per 1 april 2009 tijdelijk buiten werking gesteld. Alleen als verhoogde bariumgehalten het gevolg zijn van een antropogene bron (menselijk handelen), kan het bevoegd gezag dit gehalte beoordelen aan de voormalige normen. Het gehalte barium moet wel gemeten blijven worden. De normwaarden voor organische verbindingen in grond zijn afhankelijk van het percentage organische stof. De normwaarden voor een aantal niet-organische verbindingen in grond zijn afhankelijk van de percentages organische stof en lutum. De streef- en interventiewaarden voor grondwater zijn vaste waarden. Een verhoging ten opzichte van de T- of interventiewaarde vormt aanleiding tot het uitvoeren van een aanvullend onderzoek. Conform de Wet Bodembescherming (Wbb) is de ernst van de verontreiniging gerelateerd aan een omvangscriterium. Om van een ‘geval van ernstige bodemverontreiniging’ te spreken, dient voor tenminste één stof de gemiddelde concentratie van minimaal 25 m³ grond of 100 m³ grondwater de interventiewaarde te worden overschreden. De termijn waarop een ‘geval van ernstige bodemverontreiniging’ dient te worden gesaneerd, wordt bepaald door de spoedeisendheid. Hierbij zijn de actuele risico’s voor de mens, het ecosysteem en voor verspreiding bepalend. Indien de verontreiniging geheel of grotendeels na 1 januari 1987 is ontstaan, is sprake van een ´nieuw geval van bodemverontreiniging´. In 1987 is de zorgplicht in de Wet bodembescherming opgenomen, die inhoudt dat een nieuw geval van bodemverontreiniging, ongeacht de ernst van de verontreiniging, in beginsel terstond dient te worden verwijderd. Conserveringstermijnen In enkele gevallen kan analyse van een monster niet plaats vinden binnen een vastgestelde conserveringstermijn. Voorbeelden zijn het uitsplitsen van mengmonsters en het gefaseerd analyseren van monsters bij nader onderzoek. Overschrijding van de conserveringstermijn

11

Project 18664

leidt tot een opmerking in de bijlagen bij een analysecertificaat. De maximale conserveringstermijn is stofafhankelijk. Voor enkele vluchtige verbinden (aromaten, naftaleen) geldt een termijn van 4 dagen. Voor droge stof en minerale olie bedraagt de termijn 7 dagen. Overige stoffen hebben een langere conserveringstermijn (PAK 14 dagen, organische stof 28 dagen, zware metalen 6 maanden). Conserveringstermijnen zijn opgesteld in SIKB-protocol 3001. De conserveringstermijn is vastgesteld op de periode waarbinnen de standaardafwijking van het meetresultaat niet meer dan 2,5 of 5 % bedraagt (afhankelijk van het monstertype). Analyse op droge stof vindt bij elke grondanalyse plaats. Overschrijding van een conserveringstermijn vindt derhalve veelal plaats op basis van deze parameter (termijn 7 dagen). Omegam Laboratoria heeft eigen onderzoek verricht naar de conserveringstermijn van droge stof (rapportage juni 2007, verricht conform NEN-ISO 11465 en gevalideerd op basis van SIKB project 55). Uit het rapport blijkt dat de gehaltes droge stof bij een conserveringstermijn van tenminste 42 dagen niet afnemen. Overschrijding van een conserveringstermijn bedraagt over het algemeen niet meer dan enkele dagen. In die tijd worden de monsters altijd koel en donker bewaard. Gezien de geringe standaardafwijking van 2,5 of 5 % waarop een conserveringstermijn is gedefinieerd, wordt gesteld dat een meetresultaat bij een geringe overschrijding van de conserveringstermijn, ook slechts in geringe mate kan afwijken van het daadwerkelijke gehalte op het moment van monstername. 4.2

Analyses grond De analyseresultaten van het verkennend en nader bodemonderzoek zijn weergegeven in tabel 4.1. De analysecertificaten zijn weergegeven in bijlage IV. Tabel 4.1: Analyseresultaten grond (mg/kg d.s.) Ref

Monsters

Waarnemingen

Ba

Cd

Co

Cu

Hg

Pb

Mo

Ni

Zn

Olie PAK

PCB

VAK B

Verkennend onderzoek BG1

BG2

OG1

OG2

102(0,08-0,50) Baksteen++ slakken+ 111(0,09-0,50) Puin+ slakken+ 160* 9,6** 112(0,10-0,50) Puin+ slakken+ 103(0,08-0,50) Glas+ 104(0,00-0,50) Baksteen++ 107(0,03-0,50) Baksteen+

5,5 180** 0,20 260*

57

0,78

-

24

-

-

-

-

102(3,00-3,50) 105(4,00-4,50) -

-

-

-

103(0,50-1,00) 104(0,50-1,00) 105(0,50-1,00) 111(0,50-1,00)

-

15 3300** 400

6,7

-

0,23 100

-

-

160

84

4,7

-

-

0,20

45

-

-

120

-

-

-

-

-

-

-

-

-

-

-

-

Uitsplitsing BG1 102-2

102(0,08-0,50) Baksteen++ slakken+

2,4

54

330*

111-2

111(0,09-0,50) Puin+ slakken+

1,8

110**

990**

112-1

112(0,10-0,50) Puin+ slakken+

1,6

74*

530**

Afperking metalen verontreiniging 101-2

101(0,20-0,70) -

130

110-1

110(0,06-0,60) -

-

112-2

112(0,50-1,00) -

-

T

E

X

S

12

Ref

Monsters

Waarnemingen

Ba

Cd

Co

Cu

Hg

Pb

Project 18664

Mo

Ni

Zn

Olie PAK

PCB

VAK B

T

E

X

S

Nader onderzoek vulpunten Mate van verontreiniging 109-8

109(3,70-3,90) Oliegeur++

-

-

-

-

-

-

-

-

-

-

6,9

-

-

1,00 0,80 9,8**

0,58 0,68 6,1**

Horizontale afperking 105-9

105(3,10-3,30) Oliegeur+

-

-

106-8

106(3,10-3,30) -

-

-

-

-

-

-

107-7

107(2,80-3,00) -

-

-

-

-

-

-

108-8

108(2,70-3,00) -

-

-

-

-

-

-

109-10 109(4,00-4,50) Oliegeur+

-

-

-

-

0,29

-

109-11 109(4,50-5,00) -

-

-

0,07

-

0,78

-

Verticale afperking

Nader onderzoek Wareco 2007 13-G

13(2,50-2,70)

-

-

-

-

-

-

14-3

14(0,90-1,10)

-

-

-

-

-

-

14-I

14(3,20-3,40)

Oliegeur+++ Olie-water reactie++

220

-

27** 25** 640**

14-L

14(4,50-4,70)

-

-

-

0,13

ref waarneming blanco getal getal* getal**

-

-

: referentie op analysecertificaat : + (sporen/zwak), ++ (matig), +++ (sterk), ++++ (uiterst) : geen analyse uitgevoerd : het gehalte is kleiner dan of gelijk aan de achtergrondwaarde (of detectielimiet) : het gehalte overschrijdt de achtergrondwaarde : het gehalte overschrijdt de T-waarde : het gehalte overschrijdt de interventiewaarde

Verkennend onderzoek Vier grondmengmonsters zijn geanalyseerd op een NEN-analysepakket. Hiermee wordt een breed beeld verkregen van de chemische samenstelling van de boven- en ondergrond. In mengmonster BG1 van de bovengrond van de boringen 102/111/112, zijn sterke verhogingen aan cadmium, koper en zink gemeten. Voorts zijn er matige verhogingen aan barium en lood en lichte verhogingen aan kobalt, kwik, nikkel, minerale olie en PAK aangetoond. Uit het oliechromatogram kan worden afgeleid dat de verhoging aan olie vermoedelijk veroorzaakt wordt door een combinatie van bitumen en PAK. In mengmonster BG2 van de bovengrond van de boringen 103/104/107, zijn de gehalten barium, cadmium, koper, kwik, lood, zink, minerale olie en PAK licht verhoogd. Uit het oliechromatogram kan worden afgeleid dat de verhoging aan olie vermoedelijk veroorzaakt wordt door een combinatie van bitumen en PAK. In mengmonster OG1 van de ondergrond van de boringen 103/104/105/111, zijn lichte verhogingen aan kwik, lood en zink aangetoond. In mengmonster OG2 van de ondergrond van de boringen 102/105, zijn alle gemeten gehalten kleiner dan de achtergrondwaarde en/of detectielimiet.

13

Project 18664

Naar aanleiding van de sterke verhogingen in mengmonster BG1 zijn de bovengrond monsters van de boringen 102 (0,08-0,50), 111 (0,09-0,50) en 112 (0,10-0,50) separaat geanalyseerd op cadmium, koper en zink. In het monster van boring 102 (0,08-0,50) is het gehalte zink matig verhoogd en zijn de gehalten cadmium en koper licht verhoogd. In het monster van boring 111 (0,09-0,50) zijn de gehalten koper en zink sterk verhoogd en het gehalte cadmium is licht verhoogd. In het monster van boring 112 (0,10-0,50) is een sterke verhoging aan zink, een matige verhoging aan koper en een lichte verhoging aan cadmium gemeten. Als gevolg van deze sterke verhogingen aan zink zijn de bovengrondmonsters van de boringen 101 (0,20-0,70) en 110 (0,06-0,60) en een ondergrondmonsters van boring 112 (0,50-1,00) geanalyseerd op zink. Dit ter afperking van de sterke zink verontreiniging. In het monster van boring 101 (0,20-0,70) is een lichte verhoging aan zink aangetoond. In de monsters van de boringen 110 (0,06-0,60) en 112 (0,50-1,00) zijn de gemeten gehalten kleiner dan de achtergrondwaarde. Nader onderzoek vulpunten Horizontale afperking Ter horizontale afperking zijn vier grondmonsters separaat geanalyseerd op minerale olie en aromaten. Tevens is één grondmonster op een NEN-pakket geanalyseerd ter bepaling van de mate van verontreiniging en eventuele afzet. In de zintuiglijk licht tot matig verontreinigde grondmonsters 105-9 en 109-8 overschrijdt het gehalte aan xylenen de interventiewaarde. Voor tolueen en ethylbenzeen wordt de achtergrondwaarde overschreden. In het monster van boring 109 is tevens het gehalte aan PAK licht verhoogd. De overige grondmonsters ter horizontale afperking bevatten geen verhoging met minerale olie en aromaten ten opzichte van de achtergrondwaarde en/of detectielimiet. Verticale afperking Ter plaatse van de kern van de verontreiniging (boring 105 en 109) zijn twee grondmonsters van boring 109 (4,00-4,50 en 4,50-5,00) ter verticale afperking geanalyseerd op minerale olie en aromaten. Het zintuiglijk licht verontreinigde grondmonster van boring 109 (4,0-4,5) bevat een lichte verhoging aan xylenen. Het zintuiglijk schone grondmonster van boring 109 (4,5-5,0) bevat lichte verhogingen aan tolueen en xylenen.

14

4.3

Project 18664

Analyses grondwater De analyseresultaten van grondwater van het verkennend en nader bodemonderzoek zijn weergegeven in tabel 4.2. Tabel 4.2: Analyseresultaten grondwater (μg/l) Peilbuis


Ba

Cd

Co

Cu

Hg

Pb

Mo

Ni

Zn

VAK B

T

E

Olie

X

S

VOCl

N

Verkennend onderzoek 5

2,4-4,4

-

-

18

-

-

-

-

-

190

-

-

-

-

-

-

-

-

Nader onderzoek

105

3,5-4,5

41**

1500**

930**

7100**

78

140**

1400**

106

3,5-4,5

-

-

-

-

-

-

-

107

3,5-4,5

-

-

-

-

-

-

-

108

3,0-4,0

-

-

-

-

-

-

-

Nader onderzoek Wareco 2007

4

2,4-4,4

16*

3500**

920**

11000**

330**

7500**

13

2,9-3,9

-

-

-

-

-

-

14

4,6-5,6

-

-

-

36*

0,2

-

15

2,9-3,9

-

-

-

-

-

-

blanco getal getal* getal**

: geen analyse uitgevoerd : de concentratie is kleiner dan of gelijk aan de streefwaarde (of detectielimiet) : de concentratie overschrijdt de streefwaarde : de concentratie overschrijdt de T-waarde : de concentratie overschrijdt de interventiewaarde

Verkennend onderzoek Het grondwater uit peilbuis 5 (bestaande peilbuis) is geanalyseerd op een NENanalysepakket. Hierdoor wordt een breed beeld verkregen van de grondwaterkwaliteit. In het grondwater afkomstig uit peilbuis 5 zijn lichte verhogingen aan koper en zink aangetoond. Nader onderzoek Ter horizontale afperking van de eerder aangetoonde verontreiniging in het grondwater, zijn ten behoeve van het nader onderzoek vier grondwatermonsters geanalyseerd op minerale olie en vluchtige aromaten. In het grondwater afkomstig uit peilbuis 105 zijn de concentraties aan minerale olie, benzeen, tolueen, ethylbenzeen, xylenen en naftaleen sterk verhoogd aangetoond. Voorts is de concentratie aan styreen licht verhoogd. In het grondwater afkomstig uit de overige peilbuizen 106/107/108 zijn geen verhoogde gehalten aangetoond ten opzichte van de streefwaarden en/of detectielimiet.

15

5

VERONTREINIGINGSSITUATIE

5.1

Verontreiniging A: Brandstof bij vulpunten

Project 18664

Middels onderhavig nader onderzoek is de ernst en omvang van de verontreiniging in beeld gebracht. De verontreinigingssituatie is weergegeven in bijlage I. 5.1.1 Verontreiniging in grond Er is sprake van een duidelijke kern waarin de interventiewaarde voor aromaten wordt overschreden. De kern van verontreiniging bevindt zich ter plaatse van de vulpunten van de benzinetanks, ter hoogte van de boringen 4 en 14. De sterke verontreiniging wordt hier aangetroffen van 2,5-4,0 m-mv. De verontreiniging is tevens aangetoond ter hoogte van boring 105 (3,1-3,3 m-mv). Hieruit wordt afgeleid dat de verontreiniging deels onder de huidige woning aanwezig is. De aromatenverontreiniging heeft een oppervlakte van circa 67 m2. De dikte van het pakket licht tot sterk verontreinigde grond bedraagt gemiddeld 2,5 meter. Het totale volume verontreinigde grond wordt geraamd op circa 170 m3. Dit komt overeen met circa 270 ton (bij een soortelijk gewicht van 1,6 ton/m3). Hiervan is naar schatting circa 100 m3 sterk verontreinigd (67 m2 x laagdikte 1,5 m). Dit komt neer op circa 160 ton. 5.1.2 Verontreiniging in grondwater Het grondwater is sterk verontreinigd met minerale olie en aromaten. De grondwaterverontreiniging valt, qua omvang, grotendeels samen met de grondverontreiniging. De grondwaterstand is vastgesteld op circa 2,8 m-mv. Tot een diepte van 4,5 m-mv is het grondwater sterk verontreinigd. De oppervlakte van de sterke verontreiniging bedraagt circa 67 m2, er is derhalve sprake van circa 115 m3 sterk verontreinigd grondwater. Onder de sterke verontreiniging is licht tot matig verontreinigd grondwater aanwezig. Op een diepte van 5,6 m-mv is het grondwater nog matig verontreinigd met xylenen en licht verontreinigd met naftaleen (peilbuis 14). De verwachting is dat het grondwater vanaf 6,0 mmv schoon is. Rondom de sterke verontreiniging is geen verontreinigd grondwater aanwezig. Naar schatting bedraagt het totale volume verontreinigd grondwater circa 215 m3 (67 m2 x 3,2m) waarvan 115 m3 sterk en 100 m3 licht tot matig is verontreinigd. 5.1.3 Ernst van de verontreiniging en gevalsdefinitie Aangezien de omvang van de sterke verontreiniging in grond groter is dan 25 m3, is er sprake van een ‘geval van ernstige bodemverontreiniging’ in het kader van de Wet bodembescherming. Conform de Wet bodembescherming wordt de verontreiniging gedefinieerd aan de hand van de aard en oorzaak van de verontreinigende stoffen (technische samenhang), de geografische

16

Project 18664

ligging (ruimtelijke samenhang) en de relatie met enerzijds de activiteiten die de verontreiniging hebben veroorzaakt en anderzijds de rechtspersoon die daarvoor verantwoordelijk is (organisatorische samenhang). Het verontreinigingsgeval betreft een verontreiniging met minerale olie en/of vluchtige aromaten in grond en/of grondwater. De verontreiniging wordt toegeschreven aan het vermoedelijk morsen van brandstof ter plaatse van de vulpunten van de benzinetanks. Tot het geval worden alle zintuiglijke en analytische verhogingen met minerale olie en aromaten gerekend, die te relateren zijn aan de vulpunten. Het betreft tevens een aaneengesloten geval van verontreiniging. Er is derhalve sprake van een technische en ruimtelijke samenhang. De verontreiniging is aanwezig op één kadastraal perceel. Er is derhalve tevens sprake van een organisatorische samenhang. 5.1.4 Spoedeisendheid van de sanering De spoedeisendheid van de sanering is afhankelijk van humaantoxicologische risico’s, ecotoxicologische risico’s en verspreidingsrisico's van de verontreiniging. Voor de toetsing van de spoedeisendheid van de sanering wordt gebruik gemaakt van de publicatie: ‘Circulaire Bodemsanering 2009’ en het computerprogramma Sanscrit (website www.sanscrit.nl). Voor de toetsing is uitgegaan van een worst-case scenario (hoogst gemeten waarden en meest gevoelige gebruik). Uit de berekeningen blijkt dat de verontreiniging ons inziens kan worden aangeduid als een geval van ernstige, niet spoedeisende bodemverontreiniging. 5.2

Verontreiniging B: zware metalen in bovengrond onder garage

5.2.1 Verontreiniging in grond Er is sprake van een duidelijke kern waarin de interventiewaarde voor zink wordt overschreden. De kern van verontreiniging bevindt zich onder de betonvloer ter plaatse van de garage op het achterste deel van het perceel, ter hoogte van de boringen 111 en 112. De sterke verontreiniging wordt hier aangetroffen van 0,1-0,5 m-mv. De zware metalen verontreiniging heeft een oppervlakte van circa 135 m2. De dikte van het pakket sterk met zware metalen verontreinigde grond bedraagt gemiddeld 0,4 meter. Het totale volume verontreinigde grond wordt geraamd op circa 55 m3. Dit komt overeen met circa 85 ton (bij een soortelijk gewicht van 1,6 ton/m3). 5.2.2 Ernst van de verontreiniging en gevalsdefinitie Aangezien de omvang van de sterke verontreiniging in grond groter is dan 25 m3, is er sprake van een ‘geval van ernstige bodemverontreiniging’ in het kader van de Wet bodembescherming. Conform de Wet bodembescherming wordt de verontreiniging gedefinieerd aan de hand van de aard en oorzaak van de verontreinigende stoffen (technische samenhang), de geografische ligging (ruimtelijke samenhang) en de relatie met enerzijds de activiteiten die de

17

Project 18664

verontreiniging hebben veroorzaakt en anderzijds de rechtspersoon die daarvoor verantwoordelijk is (organisatorische samenhang). Het verontreinigingsgeval betreft een verontreiniging met zware metalen in grond. De verontreiniging wordt toegeschreven aan de bijmengingen van puin en slakken. Tot het geval worden alle zintuiglijke en analytische sterke verhogingen met zink gerekend, die te relateren zijn aan de bijmengingen. Het betreft tevens een aaneengesloten geval van verontreiniging. Er is derhalve sprake van een technische en ruimtelijke samenhang. De verontreiniging is aanwezig op één kadastraal perceel. Er is derhalve tevens sprake van een organisatorische samenhang. 5.2.3 Spoedeisendheid van de sanering De spoedeisendheid van de sanering is afhankelijk van humaantoxicologische risico’s, ecotoxicologische risico’s en verspreidingsrisico's van de verontreiniging. Voor de toetsing van de spoedeisendheid van de sanering wordt gebruik gemaakt van de publicatie: ‘Circulaire Bodemsanering 2009’ en het computerprogramma Sanscrit (website www.sanscrit.nl). Voor de toetsing is uitgegaan van een worst-case scenario (hoogst gemeten waarden en meest gevoelige gebruik). Uit de berekeningen blijkt dat de verontreiniging ons inziens kan worden aangeduid als een geval van ernstige, niet spoedeisende bodemverontreiniging.

BIJLAGE I

N

32

30

28

26

22

24

10

11

12

Meentweg

2 m3 benzine vml afleverzuilen 7

trottoir

6

108

tegels/klinkers

15

9

14 beton

beton (niet vloeistofdicht)

vulpunten

29

105 8 27

13 opslag vroeger garage

grind + + 4 + 109

21

19

107

106 woning

104

5

23

25

103 2

3 m3 benzine 6 m3 benzine 6 m3 benzine

110 ontluchtingen ooo 3

klinkers

111 102

opslag

1 garage beton (niet vloeistofdicht)

101 beton (niet vloeistofdicht)

112

113

Legenda - boorpunt - boorpunt met peilbuis - boorpunt voorgaand onderzoek - peilbuis voorgaand onderzoek - tank gereinigd en afgevuld - nieuwbouwlocatie

BOORPUNTENKAART Opdrachtgever: NGM Development Kamerik

Heerhugowaard

Steenwijk

Nijverheidsweg 7, 3471 GZ Tel: 0348-402103 Fax: 0348-402703

Galileistraat 69, 1704 SE Tel: 072-5729457 Fax: 072-5721744

Oevers 16, 8331 VC Tel: 0521-521924 Fax: 0521-521928

0

Schaal: 1:250

5

2,5

7,5

10 m

Formaat: A4

Project: Meentweg 23-25 te Bussum

Bestandsnaam: 18664tek.dwg

Project nummer: 18664 JT

Getekend: F.D.

Datum : 20 februari 2012

N

32

30

28

26

22

24

10

11

12

Meentweg

2 m3 benzine vml afleverzuilen 7

trottoir

6

108

tegels/klinkers

15

9

14 beton

beton (niet vloeistofdicht)

vulpunten

29

105 8 27

13 opslag vroeger garage

grind + + 4 + 109

21

19

107

106 woning

104

23

25

5

103 2

3 m3 benzine 6 m3 benzine 6 m3 benzine

110 ontluchtingen ooo 3

klinkers

111 102

1 garage beton (niet vloeistofdicht)

opslag

101 beton (niet vloeistofdicht)

112

113

Legenda - aromaten > I-waarde in grond - olie & aromaten > I-waarde in grondwater - metalen > I-waarde tot 0,5 m-mv - boorpunt - boorpunt met peilbuis - boorpunt voorgaand onderzoek - peilbuis voorgaand onderzoek

VLEKKENKAART Opdrachtgever: NGM Development Kamerik

Heerhugowaard

Steenwijk

Nijverheidsweg 7, 3471 GZ Tel: 0348-402103 Fax: 0348-402703

Galileistraat 69, 1704 SE Tel: 072-5729457 Fax: 072-5721744

Oevers 16, 8331 VC Tel: 0521-521924 Fax: 0521-521928

- tank gereinigd en afgevuld - nieuwbouwlocatie 0

Schaal: 1:250

5

2,5

7,5

Formaat: A4

Project: Meentweg 23-25 te Bussum

Bestandsnaam: 18664tek.dwg

Project nummer: 18664 JT

Getekend: F.D.

Datum : 12-03-2012

10 m

BIJLAGE II

Boring:

101

0 1

Boring: 0 8

klinker

20

Zand, zeer fijn, beige, 3 x misboring Zand, zeer fijn, matig humeus, donkerbruin

2

50

102 0 8

0

Zand, zeer fijn, matig humeus, matig baksteenhoudend, sporen slakken, donkerbruin

2 50 3

3

70

4 100

100

Zand, zeer fijn, beige

klinker

100

100

Zand, zeer fijn, zwak humeus, bruinbeige Zand, zeer fijn, beige

4

5

150

150 5

6 200

200

200 7 250

250

Zand, zeer fijn, beige 8

300 9 350

350

Boring:

103

Boring: 0 8

0

klinker Zand, zeer fijn, matig humeus, sporen grind, sporen glas, bruin

2 50

50

Zand, zeer fijn, matig humeus, bruin

0

Zand, zeer fijn, matig humeus, matig baksteenhoudend, bruin

1 50

50

3 100

104

0

Zand, zeer fijn, matig humeus, bruin 2

100

100 3

120

4 150

150

Zand, zeer fijn, zwak humeus, bruinbeige Zand, zeer fijn, beige

5 200

Projectnaam: Meentweg 23-25 te Bussum

200

Project: 18664 getekend volgens NEN 5104

Boring:

105

Boring: 0 2

0

houten vloer

106 0

0

1

10

Kruipruimte

Zand, zeer fijn, matig humeus, zwak grindhoudend, bruin

2 50

50


grind Matig zandhoudend, bruin

50

3

3

100

100

100

Zand, zeer fijn, geen oliegeur, beige

4

4

150

150 5

5 190


200

200

6 6 250

250 7 7

280

8

300

310

Zand, zeer fijn, zwakke oliegeur, grijsbeige

350

350


10 400

400

Zand, zeer fijn, geen oliegeur, grijsbeige

11 450

450

Boring:

300


9

8 350 9 400 10

107

Boring: 0 3

0

tegel

50


0 5

tegel Zand, zeer fijn, matig humeus, zwak puinhoudend, sporen slakken, bruin

2 50

3

3 100

100

108

0

Zand, zeer fijn, sporen baksteen, bruin

2 50

450

450


100

100 4

120

4 5 150


150 5

Zand, zeer fijn, zwak humeus, sporen puin, sporen slakken, bruinbeige

6

200

200 6

7

250

250

8

7 300

300 8

9

350

350 9

10

400

400

400

10 450

450



Boring:

109

Boring: 0

0 1

grind Matig zandhoudend, sterk puinhoudend, zwak slakhoudend, bruin

50

50


110 0 2 6

0

beton Kurk vloer Volledig beton

1 50

60 62

Zand, zeer fijn, matig humeus, sporen grind, bruin Gestuit op puin

2 100 3 150

150

Zand, zeer fijn, beige 4

200 5 250

250

Zand, zeer fijn, zwakke oliegeur 6

300

300

Zand, zeer fijn, matige oliegeur, beige

350 8 400

400

Zand, zeer fijn, zwakke oliegeur, beige

10 450

450

Zand, zeer fijn, beige, twijfel oliegeur

11 500

500

Zand, zeer fijn, geen oliegeur, beige 12 550

550

Boring:

111

Boring: 0 9

0 2

50

50

beton Volledig beton Zand, zeer fijn, matig humeus, zwak puinhoudend, zwak slakhoudend, bruin

100

100

Zand, zeer fijn, geelbeige

10

50

50

beton Volledig beton Zand, zeer fijn, matig humeus, zwak puinhoudend, zwak slakhoudend, bruin Zand, zeer fijn, beige

2 100

4

3

150

150 5

200

0

1

Zand, zeer fijn, zwak humeus, bruinbeige

3

112

0

4 200


200

200


BIJLAGE III

Toetsing aan de Wet Bodembescherming (Wbb) Project

18664-Meentweg 23-25 te Bussum

Certificaten

401455

Toetsversie

versie 5.06 - 6

Monsterreferentie

0726778

Monsteromschrijving

BG1 102 (8-50) 111 (9-50) 112 (10-50)

Analyse Organische stof Lutum

Toetsdatum : 24-02-2012

Eenheid

Analyseresultaat

% % (m/m ds)

5,7 1

Toetsresultaat

Achtergrond waarde (AW)

Tussenwaarde (1/2(AW+I))

Interventie waarde (I)

Metalen ICP-AES barium (Ba) cadmium (Cd) kobalt (Co) koper (Cu) kwik (Hg) FIAS/Fims lood (Pb) molybdeen (Mo) nikkel (Ni) zink (Zn)

mg/kg mg/kg mg/kg mg/kg mg/kg mg/kg mg/kg mg/kg mg/kg

ds ds ds ds ds ds ds ds ds

160 9.6 5.5 180 0.20 260 <1.5 15 3300

1,1 T 1,1 I 1,3 AW 1,7 I 1,9 AW 1,3 T 1,2 AW 9,9 I

49 0,4 4,3 22 0,11 34 1,5 12 65

143 4,6 29,2 63 12,96 197 95,8 23 198

237 8,8 54 104 25,81 360 190 34 332

mg/kg ds

400

3,7 AW

108

1479

2850

mg/kg ds

6.7

4,5 AW

1,5

20,8

40

mg/kg ds

0.008

-

0,011

0,291

0,57

Toetsresultaat




Minerale olie minerale olie (florisil clean-up)

Sommaties som PAK (10)

Sommaties som PCBs (7) Monsterreferentie

0726781

Monsteromschrijving

BG2 103 (8-50) 104 (0-50) 107 (3-50)


Eenheid

Analyseresultaat

% % (m/m ds)

2,9 1




57 0.78 2.1 24 0.23 100 <1.5 6 160

1,2 AW 2,1 AW 1,2 AW 2,2 AW 3,1 AW 2,7 AW

49 0,36 4,3 20 0,11 32 1,5 12 60

143 4,11 29,2 57 12,67 187 95,8 23 185

237 7,86 54 95 25,24 342 190 34 310

mg/kg ds

84

1,5 AW

55

753

1450

mg/kg ds

4.7

3,1 AW

1,5

20,8

40

mg/kg ds

0.005

-

0,006

0,148

0,29



Sommaties som PCBs (7)

Legenda x AW xT xI

<= Achtergrondwaarde (AW) en/of detectiegrens AS3000 x maal Achtergrondwaarde (AW) x maal Tussenwaarde (T) x maal Interventiewaarde (I)

Opmerkingen Toetsing volgens 'Regeling bodemkwaliteit' (Staatscourant 18160, 19 nov. 2010) en 'Circulaire bodemsanering 2009' (Staatscourant 67, 7 april 2009)

1/1



Certificaten

401455

Toetsversie

versie 5.06 - 6

Monsterreferentie

0726782

Monsteromschrijving

OG1 103 (50-100) 104 (50-100) 105 (50-100) 111 (50-100)



Eenheid

Analyseresultaat

% % (m/m ds)

2,7 1,5

Toetsresultaat







37 <0.35 <2.0 11 0.20 45 <1.5 <5 120

1,9 AW 1,4 AW 2 AW

49 0,36 4,3 20 0,1 32 1,5 12 60

143 4,08 29,2 57 12,65 187 95,8 23 184

237 7,8 54 94 25,2 341 190 34 309

mg/kg ds

<38

-

51

701

1350

mg/kg ds

1.3

-

1,5

20,8

40

mg/kg ds

0.005

-

0,0054

0,138

0,27

Eenheid

Analyseresultaat

Toetsresultaat




% % (m/m ds)

0,5 1



Sommaties som PCBs (7) Monsterreferentie

0726783

Monsteromschrijving

OG2 102 (300-350) 105 (400-450)





<20 <0.35 <2.0 <10 <0.05 <10 <1.5 <5 <20

-

49 0,35 4,3 19 0,1 32 1,5 12 59

143 3,95 29,2 56 12,58 184 95,8 23 181

237 7,55 54 92 25,06 337 190 34 303

mg/kg ds

<38

-

38

519

1000

mg/kg ds

1.0

-

1,5

20,8

40

mg/kg ds

0.005

-

0,004

0,102

0,2




Legenda x AW xT xI



1/1



Certificaten

401455

Toetsversie

versie 5.06 - 6

Monsterreferentie

0726784

Monsteromschrijving

105-9 105 (310-330)

Analyse


Eenheid

Organische stof Lutum

Analyseresultaat

Toetsresultaat




<38

-

38

519

1000

ds ds ds ds

<0.05 0.58 0.68 <0.10

14 AW 17 AW -

0,04 0,04 0,04 0,05

0,13 3,22 11,02 8,62

0,22 6,4 22 17,2

mg/kg ds

6.1

1,8 I

0,09

1,7

3,4

Analyseresultaat

Toetsresultaat




<38

-

38

519

1000

ds ds ds ds

<0.05 <0.05 <0.05 <0.10

-

0,04 0,04 0,04 0,05

0,13 3,22 11,02 8,62

0,22 6,4 22 17,2

mg/kg ds

0.10

-

0,09

1,74

3,4

Analyseresultaat

Toetsresultaat




<38

-

38

519

1000

ds ds ds ds

<0.05 <0.05 <0.05 <0.10

-

0,04 0,04 0,04 0,05

0,13 3,22 11,02 8,62

0,22 6,4 22 17,2

mg/kg ds

0.10

-

0,09

1,74

3,4

% % (m/m ds)

0,2 25 (1)


mg/kg ds

Vluchtige aromaten benzeen tolueen ethylbenzeen styreen

mg/kg mg/kg mg/kg mg/kg

Sommaties aromaten som xylenen (o/m/p) Monsterreferentie

0726785

Monsteromschrijving

106-8 106 (310-330)

Analyse

Eenheid


% % (m/m ds)

0,1 25 (1)


mg/kg ds




0726786

Monsteromschrijving

107-7 107 (280-300)

Analyse

Eenheid


% % (m/m ds)

0,1 25 (1)


mg/kg ds



Sommaties aromaten som xylenen (o/m/p)

Legenda x AW xT xI


Opmerkingen Toetsing volgens 'Regeling bodemkwaliteit' (Staatscourant 18160, 19 nov. 2010) en 'Circulaire bodemsanering 2009' (Staatscourant 67, 7 april 2009) (1) Lutum betreft ingevoerde/afgeleide waarde

1/1



Certificaten

401455

Toetsversie

versie 5.06 - 6

Monsterreferentie

0726787

Monsteromschrijving

108-8 108 (270-300)

Analyse


Eenheid


Analyseresultaat

Toetsresultaat




<38

-

38

519

1000

ds ds ds ds

<0.05 <0.05 <0.05 <0.10

-

0,04 0,04 0,04 0,05

0,13 3,22 11,02 8,62

0,22 6,4 22 17,2

mg/kg ds

0.10

-

0,09

1,74

3,4

Analyseresultaat

Toetsresultaat




<38

-

38

519

1000

ds ds ds ds

<0.05 <0.05 <0.05 <0.10

-

0,04 0,04 0,04 0,05

0,13 3,22 11,02 8,62

0,22 6,4 22 17,2

mg/kg ds

0.29

3,2 AW

0,09

1,74

3,4

Analyseresultaat

Toetsresultaat




<38

-

38

519

1000

ds ds ds ds

<0.05 0.07 <0.05 <0.10

1,8 AW -

0,04 0,04 0,04 0,05

0,13 3,22 11,02 8,62

0,22 6,4 22 17,2

mg/kg ds

0.78

8,7 AW

0,09

1,74

3,4

% % (m/m ds)

0,1 25 (1)


mg/kg ds




0726779

Monsteromschrijving

109-10 109 (400-450)

Analyse

Eenheid


% % (m/m ds)

0,1 25 (1)


mg/kg ds




0726780

Monsteromschrijving

109-11 109 (450-500)

Analyse

Eenheid


% % (m/m ds)

0,1 25 (1)


mg/kg ds




Legenda x AW xT xI


Opmerkingen Toetsing volgens 'Regeling bodemkwaliteit' (Staatscourant 18160, 19 nov. 2010) en 'Circulaire bodemsanering 2009' (Staatscourant 67, 7 april 2009) (1) Lutum betreft ingevoerde/afgeleide waarde

1/1



Certificaten

401455

Toetsversie

versie 5.06 - 6

Monsterreferentie

0726788

Monsteromschrijving

109-8 109 (370-390)



Eenheid

Analyseresultaat

% % (m/m ds)

0,3 1

Toetsresultaat







<20 <0.35 <2.0 <10 <0.05 <10 <1.5 <5 <20

-

49 0,35 4,3 19 0,1 32 1,5 12 59

143 3,95 29,2 56 12,58 184 95,8 23 181

237 7,55 54 92 25,06 337 190 34 303

mg/kg ds

<38

-

38

519

1000

mg/kg ds

6.9

4,6 AW

1,5

20,8

40

mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds

<0.05 1.0 0.80

25 AW 20 AW

0,04 0,04 0,04

0,13 3,2 11,02

0,22 6,4 22

mg/kg ds

9.8

2,9 I

0,09

1,7

3,4

mg/kg ds

0.005

-

0,004

0,102

0,2



Vluchtige aromaten benzeen tolueen ethylbenzeen



Legenda x AW xT xI



1/1



Certificaten

402231

Toetsversie

versie 5.06 - 6

Monsterreferentie

0827245

Monsteromschrijving

102-2 102 (8-50)

Analyse


Eenheid


% % (m/m ds)

Analyseresultaat

Toetsresultaat




2.4 54 330

5,9 AW 2,5 AW 1,7 T

0,4 22 65

4,6 63 198

8,8 104 332

Analyseresultaat

Toetsresultaat




1.8 110 990

4,4 AW 1,1 I 3I

0,4 22 65

4,6 63 198

8,8 104 332

Analyseresultaat

Toetsresultaat




3,9 AW 1,2 T 1,6 I

0,4 22 65

4,6 63 198

8,8 104 332

5,7 (1) 1 (2)

Metalen ICP-AES cadmium (Cd) koper (Cu) zink (Zn)


Monsterreferentie

0827246

Monsteromschrijving

111-2 111 (9-50)

Analyse

Eenheid


% % (m/m ds)

5,7 (1) 1 (2)



Monsterreferentie

0827247

Monsteromschrijving

112-1 112 (10-50)

Analyse

Eenheid


% % (m/m ds)

5,7 (1) 1 (2)


Legenda x AW xT xI


1.6 74 530


Opmerkingen Toetsing volgens 'Regeling bodemkwaliteit' (Staatscourant 18160, 19 nov. 2010) en 'Circulaire bodemsanering 2009' (Staatscourant 67, 7 april 2009) (1) Organische stof betreft ingevoerde/afgeleide waarde (2) Lutum betreft ingevoerde/afgeleide waarde

1/1



Certificaten

403023

Toetsversie

versie 5.06 - 6

Monsterreferentie

1025020

Monsteromschrijving

101-2 101 (20-70)

Analyse


Eenheid


% % (m/m ds)

Analyseresultaat

Toetsresultaat




130

2 AW

65

198

332

Analyseresultaat

Toetsresultaat




30

-

65

198

332

Analyseresultaat

Toetsresultaat




-

65

198

332

5,7 (1) 1 (2)

Metalen ICP-AES zink (Zn)

mg/kg ds

Monsterreferentie

1025019

Monsteromschrijving

110-1 110 (6-60)

Analyse

Eenheid


% % (m/m ds)

5,7 (1) 1 (2)


mg/kg ds

Monsterreferentie

1025021

Monsteromschrijving

112-2 112 (50-100)

Analyse

Eenheid


% % (m/m ds)

5,7 (1) 1 (2)


Legenda x AW xT xI

mg/kg ds

48


Opmerkingen Toetsing volgens 'Regeling bodemkwaliteit' (Staatscourant 18160, 19 nov. 2010) en 'Circulaire bodemsanering 2009' (Staatscourant 67, 7 april 2009) (1) Organische stof betreft ingevoerde/afgeleide waarde (2) Lutum betreft ingevoerde/afgeleide waarde

1/1

Toetsing Water Project


Certificaten

402046

Toetsversie

versie 5.06 - 6

Monsterreferentie

0826757

Monsteromschrijving

105-1-1 105 (350-450)

Analyse


Eenheid

Analyseresultaat

Toetsresultaat

Streefwaarde (SW)

Tussenwaarde (1/2(SW+I))



µg/l

1400

2,3 I

50

325

600

Vluchtige aromaten styreen benzeen tolueen ethylbenzeen naftaleen

µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l

78 41 1500 930 140

13 SW 1,4 I 1,5 I 6,2 I 2I

6 0,2 7 4 0,01

153 15 504 77 35

300 30 1000 150 70

Sommaties aromaten som xylenen

µg/l

7100

101 I

0,2

35

70

Eenheid

Analyseresultaat

Toetsresultaat

Streefwaarde (SW)




µg/l

<100

-

50

325

600



<0.2 <0.2 <0.2 <0.2 <0.05

-

6 0,2 7 4 0,01

153 15,1 503,5 77 35,01

300 30 1000 150 70


µg/l

0.2

1 SW

0,2

35,1

70

Eenheid

Analyseresultaat

Toetsresultaat

Streefwaarde (SW)




µg/l

<100

-

50

325

600



<0.2 <0.2 <0.2 <0.2 <0.05

-

6 0,2 7 4 0,01

153 15,1 503,5 77 35,01

300 30 1000 150 70


µg/l

0.2

-

0,2

35,1

70

Monsterreferentie

0826758

Monsteromschrijving

106-1-1 106 (350-450)

Analyse

Monsterreferentie

0826759

Monsteromschrijving

107-1-1 107 (350-450)

Analyse

Legenda x SW xT xI

<= Streefwaarde (SW) en/of detectiegrens AS3000 x maal Streefwaarde (SW) x maal Tussenwaarde (T) x maal Interventiewaarde (I)

Opmerkingen Toetsing volgens 'Circulaire bodemsanering 2009' - Staatscourant 67 - 7 april 2009

1/1

Toetsing Water Project


Certificaten

402046

Toetsversie

versie 5.06 - 6

Monsterreferentie

0826760

Monsteromschrijving

108-1-1 108 (300-400)

Analyse


Eenheid

Analyseresultaat

Toetsresultaat

Streefwaarde (SW)




µg/l

<100

-

50

325

600



<0.2 <0.2 <0.2 <0.2 <0.05

-

6 0,2 7 4 0,01

153 15,1 503,5 77 35,01

300 30 1000 150 70


µg/l

0.2

-

0,2

35,1

70

Eenheid

Analyseresultaat

Toetsresultaat

Streefwaarde (SW)



Metalen ICP-MS (opgelost) barium (Ba) cadmium (Cd) kobalt (Co) koper (Cu) kwik (Hg) FIAS/Fims lood (Pb) molybdeen (Mo) nikkel (Ni) zink (Zn)

µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l

37 <0.4 <10 18 <0.05 <10 <3 <10 190

1,2 SW 2,9 SW

50 0,4 20 15 0,05 15 5 15 65

338 3,2 60 45 0,18 45 152 45 432

625 6 100 75 0,3 75 300 75 800


µg/l

<100

-

50

325

600



<0.2 <0.2 <0.2 <0.2 <0.05

-

6 0,2 7 4 0,01

153 15,1 503,5 77 35,01

300 30 1000 150 70


µg/l

0.2

-

0,2

35,1

70

Vluchtige chlooralifaten dichloormethaan 1,1-dichloorethaan 1,2-dichloorethaan 1,1-dichlooretheen trichloormethaan tetrachloormethaan 1,1,1-trichloorethaan 1,1,2-trichloorethaan trichlooretheen tetrachlooretheen vinylchloride

µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l

<0.2 <0.5 <0.5 <0.1 <0.1 <0.1 <0.1 <0.1 <0.1 <0.1 <0.2

-

0,01 7 7 0,01 6 0,01 0,01 0,01 24 0,01 0,01

500 453,5 203,5 5 203 5 150 65 262 20 2,5

1000 900 400 10 400 10 300 130 500 40 5

Sommaties som C+T dichlooretheen som dichloorpropanen

µg/l µg/l

0.1 0.52

-

0,01 0,8

10 40,4

20 80

Vluchtige gehalogeneerde alifaten - divers tribroommethaan

µg/l

<0.5

-

-

-

630

Monsterreferentie

0826761

Monsteromschrijving

5-1-1 5 (-)

Analyse

Legenda x SW xT xI

<= Streefwaarde (SW) en/of detectiegrens AS3000 x maal Streefwaarde (SW) x maal Tussenwaarde (T) x maal Interventiewaarde (I)

Opmerkingen

1/2

x SW xT xI

x maal Streefwaarde (SW) x maal Tussenwaarde (T) x maal Interventiewaarde (I)

Opmerkingen Toetsing volgens 'Circulaire bodemsanering 2009' - Staatscourant 67 - 7 april 2009

2/2

BIJLAGE IV

Grondslag Heerhugowaard T.a.v. mevrouw J. Tonen Galileistraat 69 1704 SE HEERHUGOWAARD

Uw kenmerk : Ons kenmerk : Validatieref. : Opdrachtverificatiecode : Bijlage(n) :

18664-Meentweg 23-25 te Bussum Project 401455 401455_certificaat_v2 SCBZ-OQRI-IVFG-DBAU 7 tabel(len) + 2 oliechromatogram(men) + 1 bijlage(n)

Amsterdam, 24 februari 2012 Hierbij zend ik u de resultaten van het laboratoriumonderzoek dat op uw verzoek is uitgevoerd in de door u aangeboden monsters. De resultaten hebben uitsluitend betrekking op de monsters, zoals die door u voor analyse ter beschikking werden gesteld. Het onderzoek is, met uitzondering van eventueel uitbesteed onderzoek, uitgevoerd door Omegam Laboratoria volgens de methoden zoals ze zijn vastgelegd in het geldende accreditatie-certificaat L086 en/of in de bundel "Analysevoorschriften Omegam Laboratoria". De in dit onderzoek uitgevoerde onderzoeksmethoden van de geaccrediteerde analyses zijn in een aparte bijlage als onderdeel van dit analyse-certificaat opgenomen. De methoden zijn, voor zover mogelijk, ontleend aan de accreditatieprogramma's/schema's en NEN- EN- en/of ISO-voorschriften. Ik wijs u erop dat het analyse-certificaat alleen in zijn geheel mag worden gereproduceerd. Ik vertrouw erop uw opdracht volledig en naar tevredenheid te hebben uitgevoerd. Heeft u naar aanleiding van deze rapportage nog vragen, dan verzoek ik u contact op te nemen met onze klantenservice. Hoogachtend, namens Omegam Laboratoria,

drs. R.R. Otten Directeur

Op dit certificaat zijn onze algemene voorwaarden van toepassing. Dit analyse-certificaat mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd.

postbus 94685 1090 GR Amsterdam

T 020 5976 769 F 020 5976 689

ABN·AMRO bank 462704564 BTW nr. NL8139.67.132.B01

HJE Wenckebachweg 120 1096 AR Amsterdam

[email protected] www.omegam.nl

Kvk 34215654

Tabel 1 van 7 ANALYSECERTIFICAAT Project code Project omschrijving Opdrachtgever

: 401455 : 18664-Meentweg 23-25 te Bussum : Grondslag Heerhugowaard

Monsterreferenties 0726778 = BG1 102 (8-50) 111 (9-50) 112 (10-50) 0726781 = BG2 103 (8-50) 104 (0-50) 107 (3-50) 0726782 = OG1 103 (50-100) 104 (50-100) 105 (50-100) 111 (50-100) Opgegeven bemonsteringsdatum Ontvangstdatum opdracht Startdatum Monstercode Matrix Monstervoorbewerking S NEN5709 (steekmonster) S voorbewerking NEN5709 S soort artefact S gewicht artefact

: : : : :

g

Algemeen onderzoek - fysisch S droogrest % S organische stof (gec. voor lutum) % (m/m ds) S lutumgehalte (pipetmethode) % (m/m ds) Anorganische parameters - metalen S barium (Ba) mg/kg ds S cadmium (Cd) mg/kg ds S kobalt (Co) mg/kg ds S koper (Cu) mg/kg ds S kwik (Hg) FIAS/Fims mg/kg ds S lood (Pb) mg/kg ds S molybdeen (Mo) mg/kg ds S nikkel (Ni) mg/kg ds S zink (Zn) mg/kg ds

16/02/2012 17/02/2012 17/02/2012 0726778 Grond uitgevoerd uitgevoerd nvt <1



87,2 5,7 <1

88,9 2,9 <1

86,6 2,7 1,5

160 9,6 5,5 180 0,20 260 < 1,5 15 3300

57 0,78 2,1 24 0,23 100 < 1,5 6 160

37 < 0,35 < 2,0 11 0,20 45 < 1,5 <5 120

Organische parameters - niet aromatisch S minerale olie (florisil clean-up) mg/kg ds

400

Organische parameters - aromatisch Polycyclische koolwaterstoffen: S naftaleen mg/kg ds S fenantreen mg/kg ds S anthraceen mg/kg ds S fluoranteen mg/kg ds S benzo(a)antraceen mg/kg ds S chryseen mg/kg ds S benzo(k)fluoranteen mg/kg ds S benzo(a)pyreen mg/kg ds S benzo(ghi)peryleen mg/kg ds S indeno(1,2,3-cd)pyreen mg/kg ds S som PAK (10) mg/kg ds

< 0,15 0,90 0,27 1,4 0,67 0,82 0,68 0,71 0,67 0,52 6,7

< 0,15 0,40 < 0,15 1,0 0,53 0,68 0,52 0,52 0,44 0,38 4,7

< 0,15 0,15 < 0,15 0,27 < 0,15 < 0,15 < 0,15 < 0,15 < 0,15 < 0,15 1,3

Organische parameters - gehalogeneerd Polychloorbifenylen: S PCB -28 mg/kg ds S PCB -52 mg/kg ds S PCB -101 mg/kg ds S PCB -118 mg/kg ds S PCB -138 mg/kg ds S PCB -153 mg/kg ds S PCB -180 mg/kg ds S som PCBs (7) mg/kg ds

< 0,001 < 0,001 < 0,001 < 0,001 0,002 0,001 0,002 0,008

< 0,001 < 0,001 < 0,001 < 0,001 < 0,001 < 0,001 < 0,001 0,005

< 0,001 < 0,001 < 0,001 < 0,001 < 0,001 < 0,001 < 0,001 0,005

84

Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. - De met een 'Q' gemerkte analyses zijn door RvA geaccrediteerd (registratienummer L086). - De met een 'S' gemerkte analyses zijn op basis van het schema AS 3000 geaccrediteerd. Opdrachtverificatiecode: SCBZ-OQRI-IVFG-DBAU

< 38

Ref.: 401455_certificaat_v2



Monsterreferenties 0726783 = OG2 102 (300-350) 105 (400-450)

Opgegeven bemonsteringsdatum Ontvangstdatum opdracht Startdatum Monstercode Matrix Monstervoorbewerking S NEN5709 (steekmonster) S voorbewerking NEN5709 S soort artefact S gewicht artefact

: : : : :

g

Algemeen onderzoek - fysisch S droogrest % S organische stof (gec. voor lutum) % (m/m ds) S lutumgehalte (pipetmethode) % (m/m ds)

16/02/2012 17/02/2012 17/02/2012 0726783 Grond uitgevoerd uitgevoerd nvt <1 81,6 0,5 <1

Anorganische parameters - metalen S barium (Ba) mg/kg ds S cadmium (Cd) mg/kg ds S kobalt (Co) mg/kg ds S koper (Cu) mg/kg ds S kwik (Hg) FIAS/Fims mg/kg ds S lood (Pb) mg/kg ds S molybdeen (Mo) mg/kg ds S nikkel (Ni) mg/kg ds S zink (Zn) mg/kg ds

< 20 < 0,35 < 2,0 < 10 < 0,05 < 10 < 1,5 <5 < 20


< 38

Organische parameters - aromatisch Polycyclische koolwaterstoffen: S naftaleen mg/kg ds S fenantreen mg/kg ds S anthraceen mg/kg ds S fluoranteen mg/kg ds S benzo(a)antraceen mg/kg ds S chryseen mg/kg ds S benzo(k)fluoranteen mg/kg ds S benzo(a)pyreen mg/kg ds S benzo(ghi)peryleen mg/kg ds S indeno(1,2,3-cd)pyreen mg/kg ds S som PAK (10) mg/kg ds

< 0,15 < 0,15 < 0,15 < 0,15 < 0,15 < 0,15 < 0,15 < 0,15 < 0,15 < 0,15 1,0


< 0,001 < 0,001 < 0,001 < 0,001 < 0,001 < 0,001 < 0,001 0,005





Monsterreferenties 0726779 = 109-10 109 (400-450) 0726780 = 109-11 109 (450-500) 0726784 = 105-9 105 (310-330) Opgegeven bemonsteringsdatum Ontvangstdatum opdracht Startdatum Monstercode Matrix Monstervoorbewerking S NEN5709 (steekmonster) S voorbewerking NEN5709 S soort artefact S gewicht artefact

: : : : :

g

Algemeen onderzoek - fysisch S droogrest % S organische stof (gec. voor lutum) % (m/m ds) Organische parameters - niet aromatisch S minerale olie (florisil clean-up) mg/kg ds Organische parameters - aromatisch Vluchtige aromaten: S benzeen mg/kg ds S tolueen mg/kg ds S ethylbenzeen mg/kg ds S xyleen (ortho) mg/kg ds S xyleen (som m+p) mg/kg ds S naftaleen mg/kg ds S styreen mg/kg ds S som xylenen (o/m/p) mg/kg ds

16/02/2012 17/02/2012 17/02/2012 0726779 Grond uitgevoerd uitgevoerd nvt <1 84,6 < 0,1 < 38

< 0,05 < 0,05 < 0,05 0,10 0,19 < 0,15 < 0,10 0,29


< 0,05 0,07 < 0,05 0,26 0,52 < 0,15 < 0,10 0,78


16/02/2012 17/02/2012 17/02/2012 0726784 Grond uitgevoerd uitgevoerd nvt <1 81,7 0,2 < 38

< 0,05 0,58 0,68 1,9 4,2 0,21 < 0,10 6,1




Monsterreferenties 0726785 = 106-8 106 (310-330) 0726786 = 107-7 107 (280-300) 0726787 = 108-8 108 (270-300) Opgegeven bemonsteringsdatum Ontvangstdatum opdracht Startdatum Monstercode Matrix Monstervoorbewerking S NEN5709 (steekmonster) S voorbewerking NEN5709 S soort artefact S gewicht artefact

: : : : :

g

Algemeen onderzoek - fysisch S droogrest % S organische stof (gec. voor lutum) % (m/m ds) Organische parameters - niet aromatisch S minerale olie (florisil clean-up) mg/kg ds Organische parameters - aromatisch Vluchtige aromaten: S benzeen mg/kg ds S tolueen mg/kg ds S ethylbenzeen mg/kg ds S xyleen (ortho) mg/kg ds S xyleen (som m+p) mg/kg ds S naftaleen mg/kg ds S styreen mg/kg ds S som xylenen (o/m/p) mg/kg ds

16/02/2012 17/02/2012 17/02/2012 0726785 Grond uitgevoerd uitgevoerd nvt <1 82,2 0,1 < 38

< 0,05 < 0,05 < 0,05 < 0,05 < 0,10 < 0,15 < 0,10 0,10


< 0,05 < 0,05 < 0,05 < 0,05 < 0,10 < 0,15 < 0,10 0,10



< 0,05 < 0,05 < 0,05 < 0,05 < 0,10 < 0,15 < 0,10 0,10




Monsterreferenties 0726788 = 109-8 109 (370-390)

Opgegeven bemonsteringsdatum Ontvangstdatum opdracht Startdatum Monstercode Matrix

: : : : :

Monstervoorbewerking S NEN5709 (steekmonster) S voorbewerking NEN5709 S soort artefact S gewicht artefact

g

Algemeen onderzoek - fysisch S droogrest S organische stof (gec. voor lutum) S lutumgehalte (pipetmethode) Q fractie < 63 um

% % (m/m ds) % (m/m ds) % (m/m ds)

16/02/2012 17/02/2012 17/02/2012 0726788 Grond uitgevoerd uitgevoerd nvt <1 82,7 0,3 <1 1,5

Anorganische parameters - metalen S barium (Ba) mg/kg ds S cadmium (Cd) mg/kg ds S kobalt (Co) mg/kg ds S koper (Cu) mg/kg ds S kwik (Hg) FIAS/Fims mg/kg ds S lood (Pb) mg/kg ds S molybdeen (Mo) mg/kg ds S nikkel (Ni) mg/kg ds S zink (Zn) mg/kg ds

< 20 < 0,35 < 2,0 < 10 < 0,05 < 10 < 1,5 <5 < 20


< 38

Organische parameters - aromatisch Polycyclische koolwaterstoffen: S naftaleen mg/kg ds S fenantreen mg/kg ds S anthraceen mg/kg ds S fluoranteen mg/kg ds S benzo(a)antraceen mg/kg ds S chryseen mg/kg ds S benzo(k)fluoranteen mg/kg ds S benzo(a)pyreen mg/kg ds S benzo(ghi)peryleen mg/kg ds S indeno(1,2,3-cd)pyreen mg/kg ds S som PAK (10) mg/kg ds Vluchtige aromaten: S benzeen mg/kg ds S tolueen mg/kg ds S ethylbenzeen mg/kg ds S xyleen (ortho) mg/kg ds S xyleen (som m+p) mg/kg ds S naftaleen mg/kg ds S som xylenen (o/m/p) mg/kg ds

< 0,15 0,23 < 0,15 1,7 1,0 0,91 0,82 0,94 0,59 0,53 6,9 < 0,05 1,0 0,80 3,2 6,6 *** 9,8





Monsterreferenties 0726788 = 109-8 109 (370-390)


: : : : :


16/02/2012 17/02/2012 17/02/2012 0726788 Grond

< 0,001 < 0,001 < 0,001 < 0,001 < 0,001 < 0,001 < 0,001 0,005





Opmerkingen m.b.t. analyses Opmerking(en) algemeen * * * Betekent dat de verbinding met twee verschillende methoden is geanalyseerd. Ten aanzien van deze verbinding is een voorkeursrapportage ingesteld. Het gerapporteerde resultaat heeft de voorkeur boven het van * * * voorziene resultaat. Organische stof gehalte (gecorrigeerd voor lutum en vrij ijzer in de vorm van Fe2O3) Het organische stofgehalte is gecorrigeerd voor het in het analysecertificaat gerapporteerde lutumgehalte. Indien het lutumgehalte niet is gerapporteerd is de correctie uitgevoerd met een lutumgehalte van 5,4% (gemiddeld lutumgehalte Nederlandse bodem, AS3010/AS3210, prestatieblad organische stofgehalte in grond/waterbodem). Indien het vrij ijzergehalte is bepaald en groter is dan 5 % m/m, is bij de berekening van het organische stof gecorrigeerd voor dat gehalte aan vrij ijzer. Sommatie van concentraties voor groepsparameters De sommatie is uitgevoerd volgens AS3000 paragraaf 2.5.2 en bijlage 3.

Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: SCBZ-OQRI-IVFG-DBAU


Oliechromatogram 1 van 2

OLIE-ONDERZOEK Monstercode Project omschrijving Uw referentie Methode

: : : :

0726778 18664-Meentweg 23-25 te Bussum BG1 102 (8-50) 111 (9-50) 112 (10-50) minerale olie (florisil clean-up)

OLIECHROMATOGRAM

➝ oliefractieverdeling OLIEFRACTIEVERDELING 1) 2) 3) 4)

fractie > C10 - C19 fractie C19 - C29 fractie C29 - C35 fractie C35 -< C40

2% 39 % 38 % 22 %

totale minerale olie gehalte: 400 mg/kg ds

ANALYSEMETHODE Voorbewerking grond Voorbewerking AP04 Voorbewerking water Analyse Interpretatie

: : : : :

Hexaanextractie gebaseerd op NEN 6978, incl. florisil clean-up. Petroleum-etherextractie conform NEN 6978, incl. florisil clean-up. Hexaanextractie gebaseerd op ISO 9377-2, incl. florisil clean-up. Gaschromatograaf met capillaire kolom en vlamionisatie detectie. Raadpleeg voor de typering van de oliesoort de OMEGAM oliebibliotheek.

De volgende aanvullende clean-up mogelijkheden kunnen worden aangevraagd: Veen clean-up : Verwijdert eventuele restanten natuurlijke verbindingen uit extract. De hoogte van de signalen is geen maat voor de concentratie van de olie in het monster. (Het chromatogram heeft een variabele schaalindeling) Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: SCBZ-OQRI-IVFG-DBAU




: : : :

0726781 18664-Meentweg 23-25 te Bussum BG2 103 (8-50) 104 (0-50) 107 (3-50) minerale olie (florisil clean-up)

OLIECHROMATOGRAM



1% 44 % 41 % 14 %

totale minerale olie gehalte: 84 mg/kg ds


: : : : :


De volgende aanvullende clean-up mogelijkheden kunnen worden aangevraagd: Veen clean-up : Verwijdert eventuele restanten natuurlijke verbindingen uit extract. De hoogte van de signalen is geen maat voor de concentratie van de olie in het monster. (Het chromatogram heeft een variabele schaalindeling) Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: SCBZ-OQRI-IVFG-DBAU


Bijlage 1 van 1 ANALYSECERTIFICAAT Project code Project omschrijving Opdrachtgever


Analysemethoden in Grond (AS3000) AS3000 In dit analysecertificaat zijn de met 'S' gemerkte analyses uitgevoerd volgens de analysemethoden beschreven in het "Accreditatieschema Laboratoriumanalyses voor grond-, waterbodem- en grondwateronderzoek (AS SIKB 3000)". Het laboratoriumonderzoek is uitgevoerd volgens de onderstaande analysemethoden. Deze analyses zijn vastgelegd in het geldende accreditatie-certificaat met bijbehorende verrichtingenlijst L086 van Omegam Laboratoria BV. Samplemate Droogrest Organische stof (gec. voor lutum) Lutumgehalte (pipetmethode) Barium (Ba) Cadmium (Cd) Kobalt (Co) Koper (Cu) Kwik (Hg) Lood (Pb) Molybdeen (Mo) Nikkel (Ni) Zink (Zn) Minerale olie (florisil clean-up) PAKs Aromaten (BTEXXN) Styreen PCBs

: : : : : : : : : : : : : : : : : :

Conform AS3100 en NEN 5709 Conform AS3010 prestatieblad 2 Conform AS3010 prestatieblad 3 Conform AS3010 prestatieblad 4; gelijkwaardig aan NEN 5753 Conform AS3010 prestatieblad 5; NEN 6966/C1 Conform AS3010 prestatieblad 5; NEN 6966/C1 Conform AS3010 prestatieblad 5; NEN 6966/C1 Conform AS3010 prestatieblad 5; NEN 6966/C1 Conform AS3010 prestatieblad 5; NEN-ISO 16772 Conform AS3010 prestatieblad 5; NEN 6966/C1 Conform AS3010 prestatieblad 5; NEN 6966/C1 Conform AS3010 prestatieblad 5; NEN 6966/C1 Conform AS3010 prestatieblad 5; NEN 6966/C1 Conform AS3010 prestatieblad 7 Conform AS3010 prestatieblad 6 Conform AS3030 prestatieblad 1 Conform AS3030 prestatieblad 1 Conform AS3010 prestatieblad 8

In dit analysecertificaat zijn de met 'Q' gemerkte analyses uitgevoerd volgens de onderstaande analysemethoden. Deze analyses zijn vastgelegd in het geldende accreditatie-certificaat met bijbehorende verrichtingenlijst L086 van Omegam Laboratoria BV. Fractie < 63 um

: Eigen methode; gebaseerd op NEN 2560; NEN 5753/C1 en ISO 565.

Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: SCBZ-OQRI-IVFG-DBAU




18664-Meentweg 23-25 te Bussum Project 402231 402231_certificaat_v1 KIRX-FUMQ-GGFY-LKME 1 tabel(len) + 2 bijlage(n)

Amsterdam, 1 maart 2012 Hierbij zend ik u de resultaten van het laboratoriumonderzoek dat op uw verzoek is uitgevoerd in de door u aangeboden monsters. De resultaten hebben uitsluitend betrekking op de monsters, zoals die door u voor analyse ter beschikking werden gesteld. Het onderzoek is, met uitzondering van eventueel uitbesteed onderzoek, uitgevoerd door Omegam Laboratoria volgens de methoden zoals ze zijn vastgelegd in het geldende accreditatie-certificaat L086 en/of in de bundel "Analysevoorschriften Omegam Laboratoria". De in dit onderzoek uitgevoerde onderzoeksmethoden van de geaccrediteerde analyses zijn in een aparte bijlage als onderdeel van dit analyse-certificaat opgenomen. De methoden zijn, voor zover mogelijk, ontleend aan de accreditatieprogramma's/schema's en NEN- EN- en/of ISO-voorschriften. Ik wijs u erop dat het analyse-certificaat alleen in zijn geheel mag worden gereproduceerd. Ik vertrouw erop uw opdracht volledig en naar tevredenheid te hebben uitgevoerd. Heeft u naar aanleiding van deze rapportage nog vragen, dan verzoek ik u contact op te nemen met onze klantenservice. Hoogachtend, namens Omegam Laboratoria,




T 020 5976 769 F 020 5976 689




Kvk 34215654



Monsterreferenties 0827245 = 102-2 102 (8-50) 0827246 = 111-2 111 (9-50) 0827247 = 112-1 112 (10-50) Opgegeven bemonsteringsdatum Ontvangstdatum opdracht Startdatum Monstercode Matrix

: : : : :


g

Algemeen onderzoek - fysisch S droogrest

%

Anorganische parameters - metalen S cadmium (Cd) mg/kg ds S koper (Cu) mg/kg ds S zink (Zn) mg/kg ds




86,5

81,2

95,4

2,4 54 330

1,8 110 990

1,6 74 530

Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. - De met een 'Q' gemerkte analyses zijn door RvA geaccrediteerd (registratienummer L086). - De met een 'S' gemerkte analyses zijn op basis van het schema AS 3000 geaccrediteerd. Opdrachtverificatiecode: KIRX-FUMQ-GGFY-LKME




Houdbaarheid- & conserveringsopmerkingen De onderstaande constatering(en) wijzen op een afwijking van het SIKB-protocol 3001 (Conserveringsmethoden en conserveringstermijnen van milieumonsters). Deze afwijking resulteert in de volgende voorgeschreven opmerking: "Er zijn verschillen met de richtlijnen geconstateerd die de betrouwbaarheid van de gemarkeerde resultaten in dit analyserapport mogelijk hebben beïnvloed." Deze bijlage vormt samen met andere bijlagen, tabellen en het voorblad, een integraal onderdeel van dit analyse-certificaat.

Uw referentie Monstercode

: 102-2 102 (8-50) : 0827245

Opmerking(en) by analyse(s): Droogrest: - De conserveringstermijn is overschreden omdat de opdracht niet binnen de afgesproken termijn is ontvangen. Uw referentie Monstercode

: 111-2 111 (9-50) : 0827246


: 112-1 112 (10-50) : 0827247

Opmerking(en) by analyse(s): Droogrest: - De conserveringstermijn is overschreden omdat de opdracht niet binnen de afgesproken termijn is ontvangen.

Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: KIRX-FUMQ-GGFY-LKME




Analysemethoden in Grond (AS3000) AS3000 In dit analysecertificaat zijn de met 'S' gemerkte analyses uitgevoerd volgens de analysemethoden beschreven in het "Accreditatieschema Laboratoriumanalyses voor grond-, waterbodem- en grondwateronderzoek (AS SIKB 3000)". Het laboratoriumonderzoek is uitgevoerd volgens de onderstaande analysemethoden. Deze analyses zijn vastgelegd in het geldende accreditatie-certificaat met bijbehorende verrichtingenlijst L086 van Omegam Laboratoria BV. Samplemate Droogrest Cadmium (Cd) Koper (Cu) Zink (Zn)

: : : : :

Conform AS3100 en NEN 5709 Conform AS3010 prestatieblad 2 Conform AS3010 prestatieblad 5; NEN 6966/C1 Conform AS3010 prestatieblad 5; NEN 6966/C1 Conform AS3010 prestatieblad 5; NEN 6966/C1

Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: KIRX-FUMQ-GGFY-LKME




18664-Meentweg 23-25 te Bussum Project 403023 403023_certificaat_v1 XBCU-MCAB-XSMP-FKMG 1 tabel(len) + 2 bijlage(n)

Amsterdam, 6 maart 2012 Hierbij zend ik u de resultaten van het laboratoriumonderzoek dat op uw verzoek is uitgevoerd in de door u aangeboden monsters. De resultaten hebben uitsluitend betrekking op de monsters, zoals die door u voor analyse ter beschikking werden gesteld. Het onderzoek is, met uitzondering van eventueel uitbesteed onderzoek, uitgevoerd door Omegam Laboratoria volgens de methoden zoals ze zijn vastgelegd in het geldende accreditatie-certificaat L086 en/of in de bundel "Analysevoorschriften Omegam Laboratoria". De in dit onderzoek uitgevoerde onderzoeksmethoden van de geaccrediteerde analyses zijn in een aparte bijlage als onderdeel van dit analyse-certificaat opgenomen. De methoden zijn, voor zover mogelijk, ontleend aan de accreditatieprogramma's/schema's en NEN- EN- en/of ISO-voorschriften. Ik wijs u erop dat het analyse-certificaat alleen in zijn geheel mag worden gereproduceerd. Ik vertrouw erop uw opdracht volledig en naar tevredenheid te hebben uitgevoerd. Heeft u naar aanleiding van deze rapportage nog vragen, dan verzoek ik u contact op te nemen met onze klantenservice. Hoogachtend, namens Omegam Laboratoria,




T 020 5976 769 F 020 5976 689




Kvk 34215654



Monsterreferenties 1025019 = 110-1 110 (6-60) 1025020 = 101-2 101 (20-70) 1025021 = 112-2 112 (50-100) Opgegeven bemonsteringsdatum Ontvangstdatum opdracht Startdatum Monstercode Matrix

: : : : :


g

Algemeen onderzoek - fysisch S droogrest

%

Anorganische parameters - metalen S zink (Zn) mg/kg ds

16/02/2012 05/03/2012 05/03/2012 1025019 Grond uitgevoerd uitgevoerd nvt <1 97,7 30


Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. - De met een 'Q' gemerkte analyses zijn door RvA geaccrediteerd (registratienummer L086). - De met een 'S' gemerkte analyses zijn op basis van het schema AS 3000 geaccrediteerd. Opdrachtverificatiecode: XBCU-MCAB-XSMP-FKMG





Houdbaarheid- & conserveringsopmerkingen De onderstaande constatering(en) wijzen op een afwijking van het SIKB-protocol 3001 (Conserveringsmethoden en conserveringstermijnen van milieumonsters). Deze afwijking resulteert in de volgende voorgeschreven opmerking: "Er zijn verschillen met de richtlijnen geconstateerd die de betrouwbaarheid van de gemarkeerde resultaten in dit analyserapport mogelijk hebben beïnvloed." Deze bijlage vormt samen met andere bijlagen, tabellen en het voorblad, een integraal onderdeel van dit analyse-certificaat.

Uw referentie Monstercode

: 110-1 110 (6-60) : 1025019


: 101-2 101 (20-70) : 1025020


: 112-2 112 (50-100) : 1025021

Opmerking(en) by analyse(s): Droogrest: - De conserveringstermijn is overschreden omdat de opdracht niet binnen de afgesproken termijn is ontvangen.

Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: XBCU-MCAB-XSMP-FKMG




Analysemethoden in Grond (AS3000) AS3000 In dit analysecertificaat zijn de met 'S' gemerkte analyses uitgevoerd volgens de analysemethoden beschreven in het "Accreditatieschema Laboratoriumanalyses voor grond-, waterbodem- en grondwateronderzoek (AS SIKB 3000)". Het laboratoriumonderzoek is uitgevoerd volgens de onderstaande analysemethoden. Deze analyses zijn vastgelegd in het geldende accreditatie-certificaat met bijbehorende verrichtingenlijst L086 van Omegam Laboratoria BV. Samplemate Droogrest Zink (Zn)

: Conform AS3100 en NEN 5709 : Conform AS3010 prestatieblad 2 : Conform AS3010 prestatieblad 5; NEN 6966/C1

Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: XBCU-MCAB-XSMP-FKMG




18664-Meentweg 23-25 te Bussum Project 402046 402046_certificaat_v1 PUIS-AHZK-COLK-UBET 4 tabel(len) + 1 oliechromatogram(men) + 1 bijlage(n)

Amsterdam, 27 februari 2012 Hierbij zend ik u de resultaten van het laboratoriumonderzoek dat op uw verzoek is uitgevoerd in de door u aangeboden monsters. De resultaten hebben uitsluitend betrekking op de monsters, zoals die door u voor analyse ter beschikking werden gesteld. Het onderzoek is, met uitzondering van eventueel uitbesteed onderzoek, uitgevoerd door Omegam Laboratoria volgens de methoden zoals ze zijn vastgelegd in het geldende accreditatie-certificaat L086 en/of in de bundel "Analysevoorschriften Omegam Laboratoria". De in dit onderzoek uitgevoerde onderzoeksmethoden van de geaccrediteerde analyses zijn in een aparte bijlage als onderdeel van dit analyse-certificaat opgenomen. De methoden zijn, voor zover mogelijk, ontleend aan de accreditatieprogramma's/schema's en NEN- EN- en/of ISO-voorschriften. Ik wijs u erop dat het analyse-certificaat alleen in zijn geheel mag worden gereproduceerd. Ik vertrouw erop uw opdracht volledig en naar tevredenheid te hebben uitgevoerd. Heeft u naar aanleiding van deze rapportage nog vragen, dan verzoek ik u contact op te nemen met onze klantenservice. Hoogachtend, namens Omegam Laboratoria,




T 020 5976 769 F 020 5976 689




Kvk 34215654



Monsterreferenties 0826757 = 105-1-1 105 (350-450) 0826758 = 106-1-1 106 (350-450) 0826759 = 107-1-1 107 (350-450) Opgegeven bemonsteringsdatum Ontvangstdatum opdracht Startdatum Monstercode Matrix

: : : : :

23/02/2012 23/02/2012 23/02/2012 0826757 Grondwater

Organische parameters - niet aromatisch S minerale olie (florisil clean-up) µg/l

1400

Organische parameters - aromatisch Vluchtige aromaten: S styreen µg/l S benzeen µg/l S tolueen µg/l S ethylbenzeen µg/l S xyleen (ortho) µg/l S xyleen (som m+p) µg/l S naftaleen µg/l S som xylenen µg/l

78 41 1500 930 2200 4900 140 7100

23/02/2012 23/02/2012 23/02/2012 0826758 Grondwater < 100

< 0,2 < 0,2 < 0,2 < 0,2 0,1 < 0,2 < 0,05 0,2

Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. - De met een 'Q' gemerkte analyses zijn door RvA geaccrediteerd (registratienummer L086). - De met een 'S' gemerkte analyses zijn op basis van het schema AS 3000 geaccrediteerd. Opdrachtverificatiecode: PUIS-AHZK-COLK-UBET

23/02/2012 23/02/2012 23/02/2012 0826759 Grondwater < 100

< 0,2 < 0,2 < 0,2 < 0,2 < 0,1 < 0,2 < 0,05 0,2




Monsterreferenties 0826760 = 108-1-1 108 (300-400)


: : : : :

Organische parameters - niet aromatisch S minerale olie (florisil clean-up) µg/l Organische parameters - aromatisch Vluchtige aromaten: S styreen µg/l S benzeen µg/l S tolueen µg/l S ethylbenzeen µg/l S xyleen (ortho) µg/l S xyleen (som m+p) µg/l S naftaleen µg/l S som xylenen µg/l

23/02/2012 23/02/2012 23/02/2012 0826760 Grondwater < 100

< 0,2 < 0,2 < 0,2 < 0,2 < 0,1 < 0,2 < 0,05 0,2





Monsterreferenties 0826761 = 5-1-1 5 (-)


: : : : :

Anorganische parameters - metalen Metalen ICP-MS (opgelost): S barium (Ba) µg/l S cadmium (Cd) µg/l S kobalt (Co) µg/l S koper (Cu) µg/l S kwik (Hg) FIAS/Fims µg/l S lood (Pb) µg/l S molybdeen (Mo) µg/l S nikkel (Ni) µg/l S zink (Zn) µg/l Organische parameters - niet aromatisch S minerale olie (florisil clean-up) µg/l Organische parameters - aromatisch Vluchtige aromaten: S styreen µg/l S benzeen µg/l S tolueen µg/l S ethylbenzeen µg/l S xyleen (ortho) µg/l S xyleen (som m+p) µg/l S naftaleen µg/l S som xylenen µg/l Organische parameters - gehalogeneerd Vluchtige chlooralifaten: S dichloormethaan µg/l S 1,1-dichloorethaan µg/l S 1,2-dichloorethaan µg/l S 1,1-dichlooretheen µg/l S 1,2-dichlooretheen (trans) µg/l S 1,2-dichlooretheen (cis) µg/l S 1,1-dichloorpropaan µg/l S 1,2-dichloorpropaan µg/l S 1,3-dichloorpropaan µg/l S trichloormethaan µg/l S tetrachloormethaan µg/l S 1,1,1-trichloorethaan µg/l S 1,1,2-trichloorethaan µg/l S trichlooretheen µg/l S tetrachlooretheen µg/l S vinylchloride µg/l S som C+T dichlooretheen µg/l S som dichloorpropanen µg/l Vluchtige gehalogeneerde alifaten - divers: S tribroommethaan µg/l

23/02/2012 23/02/2012 23/02/2012 0826761 Grondwater

37 < 0,4 < 10 18 < 0,05 < 10 <3 < 10 190 < 100

< 0,2 < 0,2 < 0,2 < 0,2 < 0,1 < 0,2 < 0,05 0,2

< 0,2 < 0,5 < 0,5 < 0,1 < 0,1 < 0,1 < 0,25 < 0,25 < 0,25 < 0,1 < 0,1 < 0,1 < 0,1 < 0,1 < 0,1 < 0,2 0,1 0,52 < 0,5





Opmerkingen m.b.t. analyses Opmerking(en) algemeen Sommatie van concentraties voor groepsparameters De sommatie is uitgevoerd volgens AS3000 paragraaf 2.5.2 en bijlage 3.

Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: PUIS-AHZK-COLK-UBET




: : : :

0826757 18664-Meentweg 23-25 te Bussum 105-1-1 105 (350-450) minerale olie (florisil clean-up)

OLIECHROMATOGRAM



99 % <1 % <1 % <1 %

totale minerale olie gehalte: 1400 µg/l


: : : : :


De volgende aanvullende clean-up mogelijkheden kunnen worden aangevraagd: Veen clean-up : Verwijdert eventuele restanten natuurlijke verbindingen uit extract. De hoogte van de signalen is geen maat voor de concentratie van de olie in het monster. (Het chromatogram heeft een variabele schaalindeling) Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: PUIS-AHZK-COLK-UBET




Analysemethoden in Grondwater (AS3000) AS3000 In dit analysecertificaat zijn de met 'S' gemerkte analyses uitgevoerd volgens de analysemethoden beschreven in het "Accreditatieschema Laboratoriumanalyses voor grond-, waterbodem- en grondwateronderzoek (AS SIKB 3000)". Het laboratoriumonderzoek is uitgevoerd volgens de onderstaande analysemethoden. Deze analyses zijn vastgelegd in het geldende accreditatie-certificaat met bijbehorende verrichtingenlijst L086 van Omegam Laboratoria BV. Barium (Ba) Cadmium (Cd) Kobalt (Co) Koper (Cu) Kwik (Hg) Lood (Pb) Molybdeen (Mo) Nikkel (Ni) Zink (Zn) Minerale olie (florisil clean-up) Aromaten (BTEXXN) Styreen Chlooralifaten Vinylchloride

: : : : : : : : : : : : : :

Conform AS3110 prestatieblad 3; NEN-EN-ISO 17294-2 Conform AS3110 prestatieblad 3; NEN-EN-ISO 17294-2 Conform AS3110 prestatieblad 3; NEN-EN-ISO 17294-2 Conform AS3110 prestatieblad 3; NEN-EN-ISO 17294-2 Conform AS3110 prestatieblad 3; NEN-EN-ISO 17294-2 Conform AS3110 prestatieblad 3; NEN-EN-ISO 17294-2 Conform AS3110 prestatieblad 3; NEN-EN-ISO 17294-2 Conform AS3110 prestatieblad 3; NEN-EN-ISO 17294-2 Conform AS3110 prestatieblad 3; NEN-EN-ISO 17294-2 Conform AS3110 prestatieblad 5 Conform AS3130 prestatieblad 1 Conform AS3130 prestatieblad 1 Conform AS3130 prestatieblad 1 Conform AS3130 prestatieblad 1

Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: PUIS-AHZK-COLK-UBET


BIJLAGE V

Verklarende woordenlijst Wet bodembescherming (Wbb): Deze wet is er vooral op gericht om in het belang van het milieu regels te stellen om bodemverontreiniging te voorkomen, te onderzoeken en te saneren. NEN-5725: Richtlijn voor gedegen vooronderzoek. Het vooronderzoek wordt uitgevoerd voorafgaand aan het feitelijke onderzoek van de bodem (= veld- en laboratoriumonderzoek). De bij het vooronderzoek verzamelde informatie dient om te komen tot een adequate invulling van het veld- en laboratoriumonderzoek en draagt bij aan de verklaring van de resultaten van het bodemonderzoek. NEN-5740: Deze norm beschrijft de werkwijze voor het opstellen van de onderzoeksstrategie bij verkennend bodemonderzoek naar de (mogelijke) aanwezigheid van bodemverontreiniging. De norm is van toepassing op verkennend onderzoek van zowel onverdachte als verdachte locaties. De norm is niet van toepassing op onderzoek voor waterbodems. Het BSB combi-protocol is in deze norm opgenomen. NEN-pakket: Standaard analysepakket grond en grondwater Boven- en ondergrond

Grondwater

Metalen (barium, cadmium, kobalt, koper, kwik, lood, molybdeen, nikkel, zink)

*

*

Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen (PAK’s)

*

Polychloorbifenylen (PCB’s)

*

Minerale olie

*

*

Vluchtige aromaten (BTEXSN)

*

Vluchtige chlooralifaten (VOCl)

*

m-mv: (Diepte) in meter minus maaiveld pH: zuurgraad EC: Geleidingsvermogen Streefwaarde: Is de waarde die het kwaliteitsniveau aangeeft, waarop de functionele eigenschappen van de bodem zijn veilig gesteld. T-waarde (tussenwaarde): Is (streefwaarde+interventiewaarde)/2. Overschrijding van de T-waarde geeft aan dat er mogelijk een aanvullend/nader onderzoek nodig is. Interventiewaarde: Is de waarde die het kwaliteitsniveau aangeeft, waarop de functionele eigenschappen van de bodem, voor mens, dier en plant ernstig zijn verminderd of dreigen tot worden verminderd. Achtergrondwaarde: deze waarden zijn vastgesteld op basis van de gehalten aan stoffen zoals die voorkomen in de bodem van natuur- en landbouwgronden in Nederland die niet zijn belast door lokale verontreinigingsbronnen. Maximale Waarde wonen (MWw): deze waarde geeft de bovengrens aan van de kwaliteit die nodig is om de bodem blijvend geschikt te houden voor de functie ‘wonen’. Maximale Waarde industrie (MWi): deze waarde geeft de bovengrens aan van de kwaliteit die nodig is om de bodem blijvend geschikt te houden voor de functie ‘industrie’. Gebruikte afkortingen van stoffen: Ba

Barium

Olie

Minerale olie

Cd

Cadmium

VAK

Vluchtige Aromatische Koolwaterstoffen

Co

Kobalt

B

Benzeen

Cu

Koper

T

Tolueen

Hg

Kwik

E

Ethylbenzeen

Pb

Lood

X

Xylenen

Mo

Molybdeen

S

Styreen

Ni

Nikkel

Naft.

Naftaleen

Zn

Zink

VOCl

Vluchtige Organochloorverbindingen

PAK’s

Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen

PCB’s

Polychloorbifenylen

Oer: een inspoelingslaag van sesqui-oxiden (aluminium- en ijzeroxiden) boven de hoogste grondwaterstand. De oxiden zijn afkomstig van hoger gelegen bodemhorizonten. Oer is vaak harder dan het bodemmateriaal zelf. Gley: (oranje-bruine) ijzer-/roestvlekken die worden gevormd als gevolg van een fluctuerende grondwaterstand. Gley komt, in tegenstelling tot oer, niet voor in hardere brokjes maar uit zich voornamelijk in kleurverschil.

MEENTWEG BUSSUM

toetsing aan de Flora- en faunawet

colofon

27 augustus 2013 - tekst

dr. A.J.M. Schenkeveld

- productie

bureau Schenkeveld Vistraat 1, 4101 AC Culemborg Telefoon: 0345- 534245, Mobiel: 06-28307831 Email: [email protected]

- opdrachtgever

buRO, Amersfoort

- contactpersoon

ing. R. Van Veen van buRO

Meentweg - Bussum – natuurtoets

Inleiding De gemeente Bussum is van plan de bouw van twee woningen aan de Meentweg planologisch mogelijk te maken. Op dit moment is op de betreffende kavel een garagebedrijf inclusief kantoor en bedrijfswoning gevestigd. Om ook het achterste gedeelte van het perceel geschikt te maken voor bewoning moet er een nieuw bestemmingsplan worden gemaakt. Als onderdeel van het bestemmingsplan wordt door buRO, bureau voor ruimtelijke ordening en advies te Amersfoort, een toelichting opgesteld. Volgens de huidige wetgeving moet elke ruimtelijke ingreep getoetst worden aan de Flora- en faunawet. Deze toets is onderdeel van de toelichting bij het bestemmingsplan. Verder is het noodzakelijk dat voorafgaand aan de sloop, het grondverzet en de bouwactiviteiten de beschermde soorten, die het plangebied als (deel)habitat gebruiken te inventariseren en bij gebleken schade en overtreding van de verbodsbepalingen van de Flora en faunawet (F&f-wet) hiervoor een verklaring van geen bedenkingen (Vvgb) in het kader van de omgevingsvergunning of (bij zwaardere gevolgen) ontheffing ex artikel 75 C van de F&f-wet aan te vragen. De bouwkavel ligt aan de vrijwel gesloten lintbebouwing aan de zuidzijde van de Meentweg dicht tegen het centrum van Bussum (zie figuur 1).

figuur 1: ligging plangebied (rood omcirkeld) Flora- en faunawet De Flora- en faunawet regelt sedert 2002 de bescherming van een groot aantal planten- en diersoorten. Bij een ruimtelijke ingreep moet voor handelingen die strijdig zijn met de verbodsbepalingen betreffende planten op hun groeiplaats of dieren in hun natuurlijke leefomgeving bij de gemeente een vergunning worden aangevraagd. Deze vergunning is onderdeel van de omgevingsvergunning. De onderzoeksplicht rust bij de initiatiefnemer. Als uit het onderzoek blijkt dat er schade optreedt moet de gemeente om de vergunning te kunnen verlenen een verklaring van geen bedenkingen (Vvgb) bij het ministerie EL&I ophalen. Er worden 3 categorieën van bescherming (en daarmee toetsingskader) onderscheiden: streng beschermd – beschermd algemeen. Om vergunning te krijgen in het geval van streng beschermde soorten zal de initiatiefnemer moeten aantonen dat er geen alternatief is en er sprake is van dwingende redenen van groot openbaar belang.

In deze notitie wordt onderzocht in hoeverre de sloop, de nieuwbouw en het nieuwe (woon)gebruik in strijd zijn met de verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet. De natuurtoets is onderdeel van de toelichting bij het nieuwe bestemmingsplan. Verder wordt een uitspraak gedaan of er in het kader van

2

bureau Schenkeveld - Culemborg


de omgevingsvergunning onderdeel handelingen met gevolgen voor beschermde planten- en diersoorten een verklaring van geen bedenkingen bij de Dienst Regelingen moet worden opgehaald. N.b.

De ingreep wordt alleen getoetst aan wetgeving op het gebied van soortsbescherming. Gebiedsbescherming zoals o.a. vastgelegd in de nieuwe Natuurbeschermingswet (2005) is hier niet aan de orde, omdat de dichtstbijzijnde beschermde natuurgebieden, de Beschermd Natuurmonumenten Franse Kampheide en Bussumer-/Westerheide op respectievelijk 1 en 1,5 km ver weg liggen, respectievelijk in zuidelijke en zuidoostelijke richting.

Methode Op 30 januari en 24 juni 2013 is het terrein bezocht om alle beschermde planten en dieren, die het plangebied en directe omgeving bewonen en gebruiken te inventariseren. In de avond van 24 juni 2013 zijn van 22 tot 24 uur met een batdetector (Petterson D100) vleermuisbewegingen waargenomen. Daarnaast is in de literatuur en op internet gezocht naar gegevens over de verspreiding van bijzondere soorten in de (wijde) omgeving.

Natuurwaarde Gebiedsbeschrijving De Meentweg is een oude zandweg over de Westereng en loopt van de brink van Bussum naar de meent van Hilversum. Op de kop van de Meentweg lag de zogenaamde Achterbuurt, oorspronkelijk bestaand uit 3 boerderijen. Vanaf eind negentiende eeuw is dit deel van Bussum in zijn geheel omgevormd naar de villawijk Het Spiegel, waarbij aangetekend dat dit deel van de Meentweg (1-45) een dorps karakter heeft behouden. Het maaiveld (mv) ligt op ca. 2,5 m +NAP. De oorspronkelijke bodem is een zogenaamde zwarte enkeerdgrond, maar nu vergraven en vervuild (?). 1 De gemiddelde grondwaterstand ter plekke van het plangebied is ca. 0 m NAP ( > 2m -mv) . Op dit moment bestaat het plangebied uit een woning annex kantoor en garage dat in fasen gebouwd lijkt. Het westelijk deel is het oudst (ca. 1920 ?), bestaat uit 2 verdiepingen en heeft een steensmuur en met pannen bedekt schuin dak. Dit oudste deel is mogelijk een winkel geweest. Hieraan is rond 1940 een woongedeelte met spouwmuur en puntdak gebouwd. De daken van beide gebouwen zijn geïntegreerd en bedekt met keramische pannen van het type ‘tuile du nord’. Nog weer later zijn hier weer andere bijgebouwen tegenaan gezet. Deze tellen 1 verdieping en hebben een plat met bitumen afgedekt dak. Het achterste bijgebouw is tamelijk groot (125 m2) en fungeert als garage. De buitenruimte is verhard met klinkers, grind en betonsteen. Tegen het huis staan enige sierheesters als Hydrangea en Skimmia en groeit/groeide Hedera.

kantoor en woonhuis aan voorzijde plangebied

1

garage aan achterzijde plangebied

Grondwatermeetnet gemeente Hilversum, 2001.

3



Flora In het grind en tegen het huis komen enkele wilde planten voor. Meestal betreft dit pioniersoorten van voedselrijke, beschaduwde omstandigheden als Look-zonder-look, Robertskruid, Straatgras, Scherpe boterbloem, Stinkende gouwe, Varkensgras, Vogelkers, Zevenblad. Er zijn geen beschermde vaatplantensoorten aangetroffen. Vogels Tijdens het veldbezoek d.d. 30 januari en 24 juni 2013 zijn rond het huis de volgende soorten waargenomen: Ekster, Gaai, Kauw, Koolmees, Houtduif, Merel, Pimpelmees, Turkse tortel, Roodborst, Vink, Zwarte kraai. Opvallend is de aanwezigheid van bos- en parkvogels en afwezigheid van stadsvogels als Huismus, Gierzwaluw, Spreeuw in een dergelijk verstedelijkt gebied. Gierzwaluw is wel hoog in de lucht gezien. Er zijn geen nesten gevonden. De daken zijn niet in gebruik door bijvoorbeeld Gierzwaluw, Huismus of Spreeuw. Er zijn geen meststrepen of oud nestmateriaal gezien. Het gebouw heeft geen gemetselde schoorsteen, die als nestplek door bijvoorbeeld Kauw gebruikt kan worden. Er zijn sowieso in de hele buurt (omgeving Meentweg/Herenstraat) geen mussen aangetroffen. De dichtstbijzijnde vermoedelijke nestelplek van Gierzwaluw is een woning aan de Middenlaan. Alle vogelsoorten zijn beschermd en broedend op het nest zelfs streng beschermd. Houtduif (als wild) , Zwarte kraai, Kauw en Ekster (bij schade) mogen in bepaalde perioden of op bepaalde plekken bejaagd worden. Zoogdieren Van Het Spiegel zijn waarnemingen bekend van 6 zoogdiersoorten, waaronder de beschermde (categorie 2) Eekhoorn en streng beschermde (categorie 3) Gewone dwergvleermuis. Tijdens de inventarisatie van 24 juni 2013 zijn in het groene gebied ten westen van de locatie foeragerende exemplaren Gewone dwergvleermuis en Laatvlieger waargenomen. Deze frequenteerde vooral het parkje van de Vijverberg aan de Nieuwe ’s-Gravenlandseweg. Gewone dwergvleermuis en Laatvlieger zijn gebouwbewonend. De bebouwing van het plangebied lijkt vanwege het ontbreken van toegang van buitenaf naar afgesloten ruimtes als spouwmuren en zolderingen alleen geschikt als (tijdelijke) verblijfplaats voor individuele exemplaren (onder pannen en achter boeiborden). D.d. 24 juni 2013 is rond het huis geen enkele vleermuisactiviteit gesignaleerd. Er zijn in het plangebied zelf geen sporen van zoogdiersoorten (behoudens gehouden dieren als Konijn en Hond) aangetroffen. Vissen, amfibieën en reptielen Het plangebied is ongeschikt als leefgebied voor deze soortengroepen. Aan de westrand van Het Spiegel (Laegieskamp en Park aan het eind Verlengde Fortlaan) wordt regelmatig de streng 2 beschermde (categorie 3) Ringslang waargenomen . Ongewervelde dieren Er zijn in een dergelijke stedelijke omgeving geen beschermde insectensoorten of andere beschermde ongewervelde dieren in het geding. Conclusie Het plangebied heeft voor zover met 2 veldbezoeken is vast te stellen nauwelijks natuurwaarde. Het is ook uit te sluiten dat de bebouwing door vogels met een jaarrond beschermd nest als Huismus en Gierzwaluw als nestgelegenheid wordt gebruikt. De bebouwing is ook niet belangrijk voor vleermuizen. Gebouwbewonende soorten als Gewone dwergvleermuis hebben er ten hoogste een tijdelijke verblijfplaats.

Discussie De ruimtelijke ingreep betreft de sloop van de bestaande bebouwing en de nieuwbouw van een twee woningen.

2

www.waarneming.nl

4



De belangrijkste ecologische gevolgen van het initiatief hangen samen met de sloop van de bestaande bebouwing, het grondverzet en het bouwen zelf. Het veranderd gebruik (wonen i.p.v. werken) wordt in deze zeer stedelijke omgeving niet als ecologisch relevant beschouwd. Omdat er geen beschermde of anderszins bijzondere soorten in het plangebied voorkomen zijn de ecologische gevolgen minimaal. Tijdens de bouw treedt door lawaai, bouwlampen en uitstoot van vervuilende stoffen verstoring van de natuur in de omgeving op. De omvang hiervan is beperkt en reikt zeker niet tot de (beschermde) natuurgebieden in de omgeving. Er zijn ook geen streng beschermde soorten, die mogelijk verstoord raken, in de directe omgeving waargenomen.

Conclusie Het initiatief heeft voor zover dat met een veldbezoek in de winter en zomer valt te bepalen geen grote ecologische gevolgen. Er zijn geen verblijfplaatsen van (streng) beschermde soorten vastgesteld. Er broeden zeker geen vogels met jaarrond beschermde nesten als Huismus of Gierzwaluw. Gelet op de aard van de bebouwing en het voorkomen van vleermuizen in de omgeving heeft het plangebied ook niet of nauwelijks betekenis voor streng beschermde soorten als Gewone dwergvleermuis. De Flora- en faunawet vormt daarom geen belemmering voor de vaststelling van het bestemmingsplan. Wel wordt aanbevolen voorafgaand aan de sloop het plangebied nog een keer op aanwezigheid van Gewone dwergvleermuis te controleren of voor het slopen een protocol op te stellen.

5


09: 00

12: 00

15: 00

21 dec

21 mrt/sept

21 j uni

BESTAANDE TOESTAND M EENTW EG TE BUSSUM studi e schaduwvl akken 19 november 2012

18: 00

09: 00

12: 00

21 dec

21 mrt/sept

21 j uni

W ONI NGEN M EENTW EG TE BUSSUM studi e schaduwvl akken 19 november 2012

15: 00

18: 00

Bijlage bij AB13.01131

NOTA ZIENSWIJZE ONTWERP POSTZEGELBESTEMMINGSPLAN ‘HET SPIEGEL - MEENTWEG 23-25’ Antoinette Soede Anne Kok December 2013

1

Nota Zienswijze Voor u ligt de Nota Zienswijze voor de verwerking van de zienswijze op het ontwerp van het bouwplan en het ontwerp postzegelbestemmingsplan voor het project Meentweg 23-25 te Bussum. In deze Nota van Inspraak worden de volgende onderwerpen belicht: A. Procedure postzegelbestemmingsplan B. Inspraakavond C. Inspraakreacties D. Beantwoording van de vragen, de opmerkingen en de inspraakreacties

A. Procedure postzegelbestemmingsplan Initiatief Aan de Meentweg 23-25 wordt een ontwikkeling beoogd van 2 geschakelde grondgebonden woningen. Wijziging bestemmingsplan De huidige bestemming van Meentweg 23 is ‘Woondoeleinden’, de huidige bestemming van Meentweg 25 is Bedrijfsdoeleinden 2. Beide percelen krijgen in het voorliggende ontwerpbestemmingsplan de bestemming Woondoeleinden. De bestemming van het ingediende bouwplan past niet binnen de bestemming in het vigerende bestemmingsplan ‘Het Spiegel - Prins Hendrikpark 2010’. Omdat het bouwplan niet past binnen de vigerende bestemming en de ontwikkeling wel als wenselijk wordt gezien, omdat de nieuw te realiseren situatie meer recht doet aan de overwegende woonfunctie in dit gebied. Ook kan er in ruimtelijke zin meer aansluiting gevonden worden met de maat en schaal van de bestaande omgeving. Hierom is een ambitiedocument opgesteld. De basis voor het Ambitiedocument “Meentweg 23-25” zijn de bouwregels uit het huidige bestemmingsplan ‘Het Spiegel - Prins Hendrikpark 2010’. Het Ambitiedocument “Meentweg 23-25” is op 26 februari 2013 door het college vastgesteld. Procedure postzegelbestemmingsplan De herontwikkeling van het gebied aan de Meentweg 23-25 is een samenspel tussen eigenaar / ontwikkelaar, inwoners en de gemeente, waarbij alle partijen elkaar erkennen en waarderen in zijn of haar rol en een ieder zijn of haar verantwoordelijkheid daarin draagt en neemt. Het samenspel draagt bij aan twee procesdoelen: inspelen op de wensen van betrokkenen en het creëren van draagvlak voor de plannen. Om het resultaat te bereiken worden diverse stappen doorlopen: 1. Ontwerp postzegelbestemmingsplan: Het ontwerp postzegelbestemmingsplan heeft met het ontwerp bouwplan gedurende een periode van 6 weken ter inzage (van 3 oktober t/m 13 november 2013) gelegen. Gedurende deze ter inzageligging is een informatiebijeenkomst voor de direct omwonenden georganiseerd op 31 oktober 2013. Een ieder kan op het ontwerp postzegelbestemmingsplan zienswijzen indienen bij de raad. M.b.t. de ingediende zienswijze is een Nota Zienswijzen opgesteld. In deze Nota wordt aangegeven of en hoe de zienswijzen worden verwerkt in het bestemmingsplan. Voorafgaand aan deze fase is ook aan de overleginstanties (ex artikel 3.1.1. Bro) gevraagd te reageren op het ontwerp postzegelbestemmingsplan. 2. Vaststellen postzegelbestemmingsplan: Het postzegelbestemmingsplan wordt met inachtneming van de Nota Zienswijze door de raad vastgesteld. Na publicatie ligt het besluit met het bestemmingsplan gedurende een termijn van 6 weken ter inzage. Een ieder die een zienswijze heeft ingediend kan tegen het besluit van de raad tot het vaststellen van bestemmingsplan beroep aantekenen bij de Raad van State. Wanneer er binnen deze termijn van 6 weken geen beroep is ingediend tegen het raadsbesluit is het bestemmingsplan onherroepelijk.

2

3. Omgevingsvergunning bouw: Nadat het postzegelbestemmingsplan is vastgesteld door de raad kan de initiatiefnemer een aanvraag omgevingsvergunning bouwen indienen. Wanneer het postzegelbestemmingsplan onherroepelijk is, kan de beschikking omgevingsvergunning bouwen door het college worden afgegeven.

B. Informatiebijeenkomst Op donderdag 31 oktober 2013 is een informatiebijeenkomst in het gemeentehuis gehouden over het ontwerp van het bouwplan en het ontwerp postzegelbestemmingsplan. De initiatiefnemer heeft het ontwerp van de 2 geschakelde grondgebonden woningen en de ruimtelijke onderbouwing, zoals is opgenomen in het ontwerp postzegelbestemmingsplan, toegelicht. De gemeente Bussum heeft de globale planning van het project toegelicht. Het verslag van de avond is bijgevoegd. De vragen die op de inspraakavond zijn gesteld, zijn verwoord in het verslag.

C. Ingekomen reacties Er is één schriftelijke zienswijze van omwonenden binnengekomen van: 1. 12 november 2013, de heer en mevrouw De Groot – van de Westelaken, Herenstraat 56 te Bussum. De zienswijze is bijgevoegd (bijlage 2). De zienswijze is binnen de gestelde termijn van 6 weken ingediend.

D. Beantwoording van de zienswijze Zienswijze de heer en mevrouw De Groot – van de Westelaken a) De bouwplannen en functiewijzigingen worden toegejuicht. Kan de bouwhoogte dan wel de verschijningsvorm (kapvorm) van het bouwplan worden aangepast, zodanig dat bezonning in de tuin aan de Herenstraat 56 en de tuin aan Meentweg 21 niet verslechterd wordt? b) Is het risico voor onderkeldering door de ontwikkelaar bezien in verband met mogelijke verzakkingen van het pand aan de Meentweg 21. Kan de gemeente bevorderen dat de ontwikkelaar in overleg treedt met de indieners van de zienswijze? Beantwoording gemeente a) Zoals uit de bij de toelichting gevoegde bezonningsdiagrammen blijkt, verslechtert op sommige tijdstippen (lente, herfst 15.00 u.) de bezonning op de achtergevel van Meentweg 21. Daar staat tegenover dat op andere tijdstippen de bezonningssituatie juist beter wordt (winter 15.00 u.). De reden hiervoor is dat, ten opzichte van de oude situatie, de bouwdiepte op Meentweg 23-25 kleiner wordt en de bouwhoogte juist wat groter. Omdat de verslechtering optreedt op het moment dat de zon al vrij laag staat en ook de erfafscheiding van Meentweg 21 al schaduw op de achtergevel zal werpen, wordt de totale bezonningssituatie als gevolg van de nieuwe ontwikkeling voor de situatie op Meentweg 21 aanvaardbaar geacht. Voor Herenstraat 56 geldt dat de achtertuin in de bestaande situatie reeds schaduwwerking (zomer 18.00 u.) heeft. In de nieuwe situatie is deze schaduwwerking iets versterkt, maar niet onevenredig. Wanneer we de nieuwe situatie vergelijken met de huidige situatie valt het volgende op. Het vigerend bestemmingsplan geeft ook de mogelijkheid om tot op de erfgrens bebouwing te realiseren met een goothoogte van 4 meter, gelijk de nieuwe situatie. Het bestaand juridisch kader geeft dus dezelfde mogelijkheid voor de nieuwe situatie. De totale bezonningssituatie wordt als gevolg van de nieuwe ontwikkeling voor de situatie op Herenstraat 56 daarom aanvaardbaar geacht ten opzichte van de huidige mogelijkheden binnen het vigerend planologisch, juridisch kader. b) In het ontwerp van de twee woningen aan de Meentweg is een kelder opgenomen. Daar deze kelder onder het maaiveld wordt gerealiseerd en er werkzaamheden in de grond moeten worden uitgevoerd bestaat er een kans op verzakkingen van de belendende gebouwen die op of dicht bij de erfgrens staan. Om dit risico weg te nemen kiest van Driesten Bouw ervoor om een zogenaamde afzinkkelder toe te passen. Een afzinkkelder is een beton constructie die op maaiveld wordt gerealiseerd, voordat hij op de gewenste diepte in de grond wordt geplaatst. Wanneer de afzinkkelder ter plaatse is samengesteld wordt de grond tussen de kelderwanden weggegraven. De betonconstructie zakt als een

3

bodemloze caisson de grond in tot de gewenste diepte is bereikt. Daarna wordt de keldervloer tussen de wanden gestort en daarna het kelderdek aangebracht. Deze methodiek is een trillingvrije bouwmethode. Verzakkingen van belenden de gebouwen blijft uit. Voor het realiseren van de kelder is geen bronbemaling nodig is. De initiatiefnemer laat, zoals gebruikelijk, voorafgaand aan de uitvoering van de bouwwerkzaamheden de omliggende bebouwing opnemen door een deskundig bureau. Tijdens de bouw wordt de situatie gemonitord. Eventuele schade aan belendende percelen is voor risico en rekening van de initiatiefnemer, die daarvoor verzekerd is (CAR-verzekering). Conclusie: De zienswijze is ongegrond en leidt niet tot aanpassing van het postzegelbestemmingsplan. In een informatieve bespreking met de indiener wordt de beantwoording van de zienswijze toegelicht. Bijlagen: 1. Verslag van de informatiebijeenkomst op 31 oktober 2013 2. Ingediende zienswijze

4

buro De heer A. Korste Utrechtseweg 29A 3811 NA AMERSFOORT Geachte heer Korste, Aanslagsweg LD Borne

Recommend Documents