DEEL II ANALYSE SPEELRUIMTE
Buitenspelen, ja leuk!
Speelruimteplan gemeente Maassluis
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
37
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
38
4.
SPEELRUIMTE IN MAASSLUIS In dit hoofdstuk wordt aan de hand van de geformuleerde beleidspunten de situatie in de verschillende wijken en buurten van de gemeente getoetst. Er wordt geanalyseerd hoeveel informele en formele speelruimte er is (huidige situatie) en hoeveel dit zou moeten zijn voor een evenredige verdeling van speelruimte en -voorzieningen over de jeugd en de buurten (streefbeeld). In de bijlagen staan tabellen met daarin de maatregelen die voor het realiseren van dit streefbeeld nodig zijn.
4.1.
Leeswijzer analyse
4.1.1.
Bij het lezen Aangeraden wordt om bij het lezen van de analyse de streefbeeldtekening uit Bijlage VIII en de tabel met speelplekken uit Bijlage III van de betreffende buurt erbij te houden. Regelmatig wordt een gebied aangeduid met straatnamen. Het is daarom handig om tijdens het lezen een straatnamenkaart bij de hand te houden. In de analysetekst staan de speelpleknummers tussen haakjes [*]. Bij sommige speelplekken staat achter het nummer “Maasdelta”. Dit betekent dat de speelplek op grond van de woningcorporatie Maasdelta ligt. De gemeente voert hier het onderhoud uit in opdracht van Maasdelta, waarvoor jaarlijks een vergoeding wordt betaald. Daarnaast staan er aanduidingen als [Z*] in de tekst. Dit zijn de nummers van de nieuwe speelplekken (zoekgebieden). Deze corresponderen met de speelpleknummers op de tekeningen. Verder zijn met [M*] de voorgestelde maatregelen ter verbetering van de informele speelruimte aangeduid.
4.1.2.
Leeftijden In de tekst wordt gesproken over drie leeftijdscategorieën zoals ook beschreven in het beleidsplan: kinderen = van 0 tot en met 5 jaar jeugdigen = van 6 tot en met 11 jaar jongeren = van 12 tot en met 18 jaar jonge volwassenen = van 19 tot en met 23 jaar
4.1.3.
Onderverdeling buurten Bij het opstellen van de analyse is zoveel mogelijk rekening gehouden met de buurtindeling en naamgeving zoals die in Maassluis gehanteerd (gaan) worden. Voor jeugdigen kunnen grenzen overigens heel anders liggen; naast harde grenzen zoals wegen en watergangen, zijn ook sociale of gevoelsmatige en andere moeilijk te definiëren barrières belangrijk. Door de rondgangen met de jeugdigen is een beeld van deze grenzen verkregen. Door bovengenoemde indelingen is het mogelijk dat enkele, in de analyse gehanteerde grenzen iets anders lopen dan verwacht.
Met kinderen de buurt door
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
39
Soms is het nodig om de buurten te beschrijven in kleinere blokken. Deze zogenoemde speelbuurten ontstaan doordat de ruimtelijke opbouw verschilt, er een drukke weg of spoorlijn ligt of er een sociale barrière is. Dit zijn vaak grenzen die door ouders ook als fysieke grenzen meegegeven worden aan de kinderen bij het zelfstandig spelen. De kinderen tot en met 8 jaar moeten vaak binnen deze buurtjes blijven. 4.1.4.
Opbouw teksten De analyse is opgesteld aan de hand van de normen uit Tabel 3 en Tabel 4. Aan de hand van de hoeveelheid informele ruimte en de exacte verdeling van de jeugdigen over de buurt worden de normen voor formele speelruimte toegepast. Zo wordt gekeken hoeveel jeugdigen binnen de actieradius van een speelplek moeten wonen, wil deze plek gerechtvaardigd zijn. Daarnaast wordt gekeken naar de gebieden waar wel veel kinderen, jeugd en jongeren wonen, maar geen speelplek aanwezig is. Per buurt wordt zonodig eerst aangegeven welke bijzonderheden van belang kunnen zijn bij de analyse, zoals opvallende demografische ontwikkelingen of ligging. Vervolgens wordt per speelbuurt de informele en formele speelruimte voor kinderen en jeugdigen geanalyseerd. In een aparte paragraaf wordt de speelruimte voor de jongeren beschreven. Doordat iedere buurt een eigen opbouw heeft en de plekken voor de verschillende leeftijden nauw met elkaar verweven zijn, is er in enkele gevallen voor gekozen om de analyse volgens een andere indeling te schrijven.
4.1.5.
Tekstwolken In de linkerkantlijn staan tekstwolken. In deze wolken staan opmerkingen die kinderen, jeugdigen en jongeren maakten tijdens de rondgangen, op de buurtplattegronden en enquêteformulieren, alsmede de reacties uit brieven en informatie uit rapporten en onderzoeken van de gemeente Maassluis. De wolkjes hebben betrekking op de buurt en/of het aspect dat daarnaast wordt beschreven.
4.1.6.
Secundaire speelplekken In de analyse worden plekken aangeduid als secundair. Secundair betekent dat de speelplek of een aantal speeltoestellen op een speelplek geen functie (meer) heeft voor het optimale speelvoorzieningenniveau. Er moet een keuze gemaakt worden ten aanzien van de snelheid waarmee de secundaire speeltoestellen en –plekken opgeheven worden. Een voordeel van het slechts langzaam verwijderen van speeltoestellen is dat deze langer ter beschikking van de jeugd blijven. Een nadeel is dat één of een enkel toestel dat niet uitgebreid onderhouden wordt een negatieve invloed kan hebben op het aanzicht van de openbare ruimte. Daarnaast is het in één keer verwijderen van de secundaire toestellen organisatorisch eenvoudiger en voorkomt dit dat er iedere keer opnieuw uitleg moet worden gegeven. Voorgesteld wordt om de secundaire speeltoestellen redelijk voortvarend (in één tot enkele jaren) te verwijderen.
Tekstwolken. {bron}
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
40
Wanneer de toestellen door het secundair worden van een plek verwijderd worden, is het erg belangrijk dat er een bespeelbare ruimte achterblijft die niet wordt gebruikt voor parkeren, siergroen of om honden uit te laten. Zeker in de buurten met een hoge kinderdichtheid is het van belang dat deze ruimten als informele speelruimte beschikbaar blijven. Ook moet indien van toepassing de locatie in het bestemmingsplan als speelplek aangewezen blijven om bij een toename van jeugd weer als speelplek ingericht te kunnen worden. Als dit in de voorlichting benadrukt wordt, zullen er bovendien minder bezwaren gemaakt worden bij het opheffen van een plek.
4.2.
Ruimte voor de jeugd
4.2.1.
Groene speelruimte Op diverse plekken in de wijken van Maassluis liggen watergangen, de spoorlijn en drukke wegen. Deze vormen voor veel kinderen een fysieke en emotionele barrière voor het spelen in het buitengebied. Wel liggen over diverse buurten verspreid grotere velden en groene speelplekken. Daarnaast zijn er enkele watergangen, groenstroken en groen rondom sportcomplexen waar in meer of mindere mate gespeeld kan worden. Veel kinderen van ongeveer 8 tot 14 jaar vinden het namelijk aantrekkelijk om in het groen te spelen. Om verstoppertje te spelen, hutten te bouwen of soldaatje te spelen zijn bosjes natuurlijk de uitgelezen plek, maar niet overal mag dit en is dit goed mogelijk. Sterker nog, tijdens de inventarisatieweek is specifiek gezocht naar een plek waar een hut in het groen gebouwd was. Deze werd niet gevonden! De enige hut die er te vinden was, stond op een zeer onverwachte plek, midden in het centrum op de verharding. De jeugd maakt gebruik van de opgebroken straat, de pallets en het bestratingsmateriaal om een hut te bouwen Dat er in het groen geen hutten worden gebouwd, komt waarschijnlijk doordat het groen in Maassluis (erg) open en kort wordt gehouden in het kader van sociale veiligheid. Voorgesteld wordt om bij de aanleg, het beheer en het onderhoud van het groen, maar ook op de formele speelplekken, meer rekening te houden met en ruimte te bieden voor spelen in het groen. Voorbeelden van mogelijkheden zijn opgenomen in Bijlage V. Het medegebruik van groen door spelende jeugd vereist duidelijkheid voor de jeugd zelf en naar bewoners. Goede voorlichting en inspraak kunnen de klachten verminderen. Uiteraard kunnen de jeugdigen wel aangesproken worden op zaken als vandalisme, het achterlaten van zwerfvuil en diefstal.
“En als ons speelplek kaal is hoe moet je dan verstoppertje doen? Jullie of u kunt tog wel wat struikens planten of zoiets” {enquêteformulier}
Waar kunnen ze huttenbouwen?
4.2.2.
Speelruimte en honden Hondenpoep is over het algemeen een groot probleem voor spelende jeugd. Daar waar hondenpoep ligt kan eigenlijk de speelruimte voor een groot gedeelte afgeschreven worden. In de praktijk blijkt dat hekken en borden slechts beperkt of zelfs in het geheel niet helpen. OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
41
Het beleid moet erop gericht zijn om de hondenbezitters op hun verantwoordelijkheden (tot o.a. het opruimen) te wijzen. Een hond kan zeker leren waar en wanneer de behoefte te doen (hij doet het toch ook niet in huis!). Wellicht kan op langere termijn bereikt worden dat er minder overlast is door het bij herhaling verkondigen dat het niet geaccepteerd (meer) is dat honden zomaar in de speelruimte van kinderen hun behoefte doen. Voorgesteld wordt om het huidige hondenpoepbeleid opnieuw onder de aandacht van hondenbezitters te brengen en de handhaving hiervan te intensiveren. Hondenpoepbeleid
4.2.3.
Sta je net lekker te voetballen of te tennissen moet je weer aan de kant. {rondgang}
Speelruimte en verkeer Naast de hondenpoep leggen ook auto’s een grote ruimteclaim op de speelruimte. Zeker de doorgaande wegen en de buurtontsluitingswegen zijn veel te druk voor kinderen en jeugdigen tot en met 9 jaar om tijdens het spelen zelfstandig over te steken. Ouders gebruiken deze wegen dan ook vaak als speelgrens voor hun kinderen. De rijdende auto, maar ook de brommer en fietser kan de jeugd storen bij het spelen op de straat. In de gemeente is hierover, ook in het kader van de verkeersveiligheid en leefbaarheid, al nagedacht. Er zijn in drukke gebieden diverse wegen als eenrichtingsweg aangeduid, verkeersremmende maatregelen aangebracht en dergelijke. Jeugd en jongeren vinden dat er veel verkeersonveilige plekken zijn in Maassluis (o.a. bij de scholen en in de woonwijken). Ook de Jongerenraad heeft hier aandacht voor gevraagd. De gemeente wil deze verkeersonveilige plekken in beeld brengen en er zo nodig wat aan doen. {Nota Integraal Jeugdbeleid} Naast de rijdende auto kan ook de geparkeerde auto een grote ruimteclaim leggen op de speelruimte. In Maassluis is dit een probleem dat ook tot klachten leidt (voetballen op auto’s). Vooral de informele speelruimte van kinderen en jeugdigen wordt door geparkeerde auto’s beïnvloed, maar ook bijvoorbeeld het oversteken van een weg wordt hierdoor onoverzichtelijker. Een goede oplossing is centraal parkeren zodat elders in de straat parkeervrije zones liggen. De parkeerplaatsen zijn overdag vaak leeg zodat er hier een grotere aaneengesloten speelruimte ontstaat. Ook kunnen parkeerplaatsen van bedrijven in de buurt in het weekend een goede speelplek vormen.
4.2.4.
Bovenwijkse voorzieningen Er zijn in Maassluis voor de jeugd verschillende bovenwijkse voorzieningen. De belangrijkste zijn de sport-, dans-, muziek- en toneellessen. Daarnaast is er een bibliotheek en een zwembad en enkele dierenweides zoals Dierenhoek ’t Sparretje en in het Lepelaarplantsoen.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
42
“In Rotterdam, op de Westblaak, is een hele grote skatebaan. Wij zouden in Maassluis ook wel zoiets willen.” “{Brief 2005}
Een halfpipe kun je tekenen
“Wij zouden het daarom erg zonde vinden als er geld wordt uitgegeven aan een skatepark, terwijl jongeren toch gewoon naar de Toevlught kunnen. {Jongerenraad Maassluis 2002}
Het blijkt dat de jeugd de skatebaan bij het Podiumcafé Unique/Club Emotion over het algemeen goed kent en veel van de jeugdigen die skaten tot hun hobby rekenen (de “echte” skaters), gaan daar ook naar toe. Wel zijn er enkele verzoeken, telefoontjes en brieven van jeugdigen die vragen naar een skatevoorziening bij hen in de buurt. Het valt daarbij op dat dit veelal jeugdigen zijn die (net) niet oud genoeg zijn om naar de skatebaan bij het Podiumcafé Unique/Club Emotion te kunnen of mogen. Voor deze groep moet het skaten veelal gezien worden als opvolger van het rolschaatsen en is het trend/seizoensgebonden. Het grootste deel van deze groep is echter niet toe aan voorzieningen zoals een halfpipe en dergelijke. Voor hen is het wel belangrijk dat ze genoeg ruimte in de buurt hebben om te skaten. Dit kan op de straten en stoepen. Deze informele bespeelbaarheid kan versterkt worden door daar waar reeds verharding aanwezig is en op sommige speelplekken enkele eenvoudige streetelementen of kleine schansjes aan te brengen als speeltoestel. In het bijzonder zou gedacht kunnen worden aan het aanbrengen van eenvoudige streetelementen langs en op de asfaltpaden in het park achter MSV. Voor het “echte skaten” wordt geadviseerd de toestellen op één skatepark te concentreren zodat dit ook echt aantrekkingskracht heeft, skaters elkaar kunnen ontmoeten en trucs kunnen leren. De locatie bij het Podiumcafé Unique/Club Emotion ligt hiervoor goed centraal in Maassluis. Aandachtspunt, bij iedere skateplek, blijft dat er geen negatieve sfeer ontstaat doordat niet-skaters deze plek gaan/moeten gebruiken als ontmoetingsplek en de skaters wegjagen. Behalve deze aanwezige voorzieningen worden er ook nog tal van activiteiten ontplooid die meer speelruimte geven aan kinderen. Enkele voorbeelden van deze activiteiten zijn: kinderkampen Raster mobiele speelplaats Burgemeesterswijk Straatspeeldag (elk jaar op 1 juni: bewoners mogen dan hun straat afsluiten voor het spelen van de kinderen) Bouwdorp (elk jaar in de laatste week van de zomervakantie; wijkbeheer organiseert dit in het bijzonder voor de kinderen die niet op vakantie konden dat jaar) BOSS (Buiten Op Straat Spelen: structureel aanbieden van sport en spelactiviteiten in een aantal buurten in samenwerking met bewoners Speel-o-theek Jeugdinstuif (4-10) in Wethouder Smithal sport- en spelactiviteiten Raster Al deze activiteiten dragen bij aan een goede ontwikkeling van de kinderen. De buitenactiviteiten zorgen ook nog voor een gezonde portie lichaamsbeweging.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
43
4.3.
Ruimte voor de jongeren
4.3.1.
Informele ontmoetingsmogelijkheden Voor de jongeren kun je niet echt spreken van spelen; het verblijf van deze leeftijdscategorie in de openbare ruimte richt zich op het sporten en ontmoeten van leeftijdsgenoten. Het ontmoeten gebeurt veelal informeel, op spontaan ontstane plekken en veel minder op speciale speel- en ontmoetingsplekken. In Bijlage IV is een uitgebreide beschrijving van de verschillende soorten van en eisen aan de informele ontmoetingsaanleidingen voor jongeren gegeven. Om vragen te voorkomen is het goed deze beschrijving te lezen voordat naar de analyse wordt gekeken. De jongeren kiezen voor ontmoeting meestal plekken waar ze een beetje kunnen zitten om met elkaar te praten. Dat zijn plaatsen in het zicht, maar waar ze ook een beetje privacy hebben. Door vanuit deze visie met jongeren om te gaan, geeft men hun fysiek een plaats ín de maatschappij en niet langs de rand van de maatschappij. Enkele kenmerken van geschikte locaties voor het informele ontmoeten voor de jongeren zijn: • met de fiets/scooter gemakkelijk bereikbaar; • langs routes naar school of sport; • bij een straatlantaarn; • in het zicht langs de weg zodat vrienden kunnen zien dat je 'er bent'; • in het zicht zodat toezichthouders snel kunnen zien wat er gebeurt zonder te hoeven uitstappen; • niet in de open vlakte; • niet te dicht bij de woningen; • ergens op kunnen zitten en/of tegenaan hangen. In de analyse is aangegeven welke informele ontmoetingsmogelijkheden aanwezig zijn en wat er gedaan kan worden om meer ontmoetingsmogelijkheden te creëren.
Activiteiten in vrije tijd: Op straat met vrienden 73% Op straat voetballen/basketballen 66% Disco 57% Skaten 46% Café 42% {rapport Jongeren in Maassluis}
Informele ontmoeting
4.3.2.
In gesprek met jongeren
Gesprekken met jongeren over (speel)ruimte De jongeren zijn via Podiumcafé Unique/Club Emotion, het Accent College havo/vwo en het Accent College vmbo benaderd. Met de jongerenwerker is een rondgang gemaakt langs de plekken waar jongeren samenkomen en er zijn in het veld, m.n. bij de skateplek, enkele gesprekken gevoerd over de (on)mogelijkheden om leeftijdsgenoten te ontmoeten en te sporten. Verder is er in de analyse rekening gehouden met het rapport c.q. de resultaten van de inventarisatie van beleving en wensen van de Jongeren in Maassluis. Tijdens de gesprekken op het Accent College, vooral bij het havo/vwo, werd verschillende keren gevraagd naar binnenactiviteiten zoals een bioscoop.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
44
“Prima zoals het is” {gesprek jongeren}
De jongeren die hierbij aanwezig waren, gaven aan niet echt geïnteresseerd te zijn in een JOP, hoewel ze voor anderen dan misschien wel een “overdekt hokkie met bankies” zouden aanraden. Ook werd wel gesproken over ”een plek waar je vuur mag maken” en “dat langs de Waterweg wel wat zou kunnen komen.” Tijdens de gesprekken met jongeren in het Podiumcafé Unique/Club Emotion gaf een groep aan: ”als ze ons een binnenplek zouden geven, zoals hier, dan zijn alle problemen opgelost.”
“echte hangjongeren verpesten het.” {gesprek jongeren}
Vooral de jongeren van 12 tot en met 16-17 jaar geven impliciet en expliciet aan tevreden te zijn met het aantal voorzieningen. De kwaliteit van de voorzieningen houdt nog wel te wensen over. In alle wijken kan een balletje worden getrapt en zijn weinig conflicten met omwonenden of kinderen en jeugd. Deze jongeren geven aan liever op de voor hen ingerichte locaties te komen dan met de oudere jongeren rond te hangen. De sport- en ontmoetingsvoorzieningen voor de jongeren tot 18 jaar moeten daarom ook minder of niet aantrekkelijk zijn voor de oudere groep, en zeker niet geschikt zijn om met auto’s op te rijden. Deze voorzieningen liggen in de wijken zelf en hebben dus geen bovenwijkse aantrekkingskracht. Aandachtspunt is dat op deze plekken voor jongeren de nadruk moet liggen op sportieve activiteiten. De voorzieningen waaraan hier gedacht kan worden zijn voetbaldoelen, voetbal/tenniswandjes, baskets, tafeltennistafels en eventueel een enkel streetelement voor skaters. In tweede instantie moet vormgegeven worden aan ontmoeting door het toepassen van elementen die meer naar de speelkant neigen dan naar de ontmoetingskant. Voorbeelden hiervan zijn groepsschommels, de bekende JOP’s en krachtsporttoestellen. Aan de hand van aantallen kinderen en aantallen jeugdigen wordt geschat in hoeverre de aantallen jongeren in de verschillende buurten zullen toe- of afnemen. Let daarbij op het gegeven dat de categorie jongeren 12 tot en met 18 jaar zeven jaren bevat en de categorieën kinderen en jeugdigen elk zes jaren beslaan. Bij het toepassen van de normen voor formele speelruimte voor jongeren moet hiermee al rekening worden gehouden. Per wijk is de verwachting ten aanzien van de ontwikkeling bekeken.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
45
Overzicht huidige en voorgestelde (informele) ontmoetingsvoorzieningen jongeren 4.3.3.
Wat ze missen: (na Bios 91% en Disco 33%) Beschutte ontmoetingsplek 24% Jongerencentrum 21% Voetbalveldjes 20% Skatebaan 19% Grasveld 16% Basketbalveld 11% {rapport Jongeren in Maassluis}
Overlast en hangplekken Er is tijdens overleg met de jongeren via het middelbaar onderwijs en tijdens het professionaloverleg met jongeren- en welzijnswerk opgemerkt dat in Maassluis verschillende groepen jongeren de veroorzakers zijn van overlast. De redenen dat deze groep(en) in Maassluis rondhangen zijn verschillend. De belangrijkste redenen die ze zelf aangeven, zijn dat ze gewoon graag willen rondhangen en dat hiervoor onvoldoende voorzieningen zijn. Alles bij elkaar is het echter slechts een klein percentage van de jongeren dat de overlast veroorzaakt. Het grootste deel van de jongere groep (12-16) zegt hieraan niet te willen deelnemen en zich niet te bemoeien met de oudere jongerengroepen. Zij hebben hun eigen bezigheden. Uit de meldingslijst hangplekken blijkt dat echte overlast op slechts een beperkt aantal locaties ieder jaar weer voorkomt. Daarnaast zijn er nog ongeveer 10 tot 15 locaties waar beperkte of tijdelijke overlast wordt ervaren. De steeds in de meldingenlijst terugkerende locaties zijn: Bij de twee JOP’s (Spin en tennishal op de Dreef) Bij de skatebaan en het Podiumcafé Unique/Club Emotion Beethovenlaan/Haydnlaan (basisschool) Schoolplein het Spectrum Fenacoliuslaan Talmastraat (speelplek en poort)
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
46
Wat ze willen: Meer uitgaansmogelijkheden 46% Meer recreatiemogelijkheden 27% Meer activiteiten organiseren 23% Aanpak veiligheid 14% Meer/betere ontmoetingsplekken 12% {rapport Jongeren in Maassluis}
4.3.4.
Enkele van deze overlastsituaties zijn goed te verklaren. In een aantal gevallen gaat het om skateactiviteiten. Aangezien er nergens anders een skateplek is, is dit niet meer dan logisch. In andere gevallen gaat het om vernielingen, lawaai en rommel. Ook dit is op zich wel te verklaren gezien de vaak grote gebruiksdruk op deze locaties. Vaak is door goede communicatie met deze jongeren wel verandering te brengen in hun gedrag, zeker als er vuilnisbakken zijn en de jongerenwerker en omwonenden zich ervoor inzetten. Het is wel goed om een aantal bovenwijkse ontmoetingsvoorzieningen te hebben waar meer mogelijk is dan sporten en ontmoeten. Hiernaar kan doorverwezen worden wanneer zich in de woonwijken extreme overlast voordoet. Voor de klachten over dealen en het kleine percentage probleemjongeren is via het speelruimteplan niet meteen een oplossing te bieden. Hiervoor dienen speciale begeleidingstrajecten opgezet te worden. Indien zich op formele of informele plekken voor jongeren overlast zou voordoen, dan moet de dialoog tussen de omwonenden, jongerenwerk, de gemeente (wijkbeheer), de politie én de jongeren gezocht worden. Vaak blijkt dat een dergelijk groepje er eigenlijk niet perse op uit is om overlast te veroorzaken; vaak gaat dit onbewust. Als de jongeren op een normale manier op hun gedrag worden aangesproken, is de oplossing vaak al gevonden. Daarnaast blijkt het goed te werken als de jongeren verantwoordelijkheden krijgen en hier ook aan gehouden worden. Er moet door de overheden niet getolereerd worden dat er vernielingen plaatsvinden. Uiteraard moeten jongeren hun grenzen verkennen, maar ze moeten dan ook op deze grenzen gewezen worden, zo nodig door het bevoegd gezag. Bovenwijkse voorzieningen De bovenwijkse voorzieningen zijn speciale voorzieningen die, zoals de naam al zegt, een bovenwijkse aantrekkingskracht en functie hebben. In Maassluis is in de huidige situatie, naast de aantrekkingskracht die de binnenstad van nature heeft, één dergelijke voorziening, namelijk het Podiumcafé Unique/Club Emotion met de daarbij liggende skatevoorziening en voetbalkooi [pleknr?1]. Uit bijvoorbeeld de inspraakreacties en het veldbezoek blijkt dat de plek goed wordt gebruikt en in een behoefte voorziet. Ook de skaters geven aan tevreden te zijn met deze voorziening. Om zicht te houden op de gebruikers en het gebruik zou in overleg met jongerenwerk gekeken moeten worden of een stuk beheer en onderhoud samen met de jongeren gedaan kan worden. In ruil daarvoor zouden ze misschien een waterkraan kunnen krijgen die af en toe aangesloten is, zodat ze iets kunnen drinken als het erg warm is.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
47
De Vlaardingers hebben hem in de fik gestoken [813]. {Gesprek jongeren}
Naar aanleiding van het gesprek met de skaters wordt voorgesteld om te kijken of er niet op één of ander manier een drinkwatertappunt bij de skatebaan kan worden gerealiseerd, “ze nemen wel een fles vol water mee, maar zeker op een warme dag is dat zo op tijdens het skaten.” Verder zouden ze graag een bezem(hok) hebben om het glas weg te vegen. Ondanks de aanwezigheid van deze voorziening is er vraag naar nog meer skatevoorzieningen. Gezien de omvang van de bestaande voorziening en het aantal te verwachten “echte skaters” is het niet nodig een tweede skatepark te realiseren. Echter daar waar reeds verharding aanwezig is en ruimte is voor jongeren om te skaten, zou met wat eenvoudige streetelementen veel gedaan kunnen worden voor de jonge skaters die nog niet naar de centrale skateplek bij het Podiumcafé Unique/Club Emotion mogen. Naast deze bovenwijkse voorziening zijn er twee JOP’s. Eén bij de tennishal van Op Dreef [pleknr?3] en één aan de Albert Schweitzerdreef (De Spin) [813]. Deze laatste JOP is echter door jongeren van buiten de gemeente (?) vernield en door de gemeente verwijderd. Uit onderzoek blijkt dat in de winter circa 3% van de jongeren wel eens op een van de JOP’s komt. In de zomer zal dit percentage zeker hoger liggen. Er kan gesteld worden dat in een behoefte wordt voorzien. Twee van deze plekken voor de totale groep jongeren in Maassluis is echter niet voldoende. Voorgesteld wordt om vijf JOP’s rondom Maassluis te maken waar de jongeren bij overlast in de buurt naar verwezen kunnen worden. Op aanwijzing van de jongeren (inspraakrondes) worden de volgende locaties daarvoor aangewezen: 1. Tennishal Op Dreef [pleknr?3] 2. De Spin (Albert Schweitzerdreef) [812] 3. Park langs de Waterweg [Z013] 4. ’t Hoofd naast bedrijventerrein [Z001] 5. Boonervliet (overzijde) [Z008] Behalve dat er een jongerencentrum is, worden hier ook tal van activiteiten georganiseerd (inloopuren, workshops, feesten, infoavonden etc). Er zijn ook buitenactiviteiten. De organisatie is in handen van Raster en Wijkbeheer. De activiteiten vallen o.a. in het kader van de breedtesportimpuls en de sociale integratie. Dankzij de mogelijkheden om deze activiteiten aan te bieden, krijgt het ambulant jongerenwerk in Maassluis steeds meer vorm.
Langs de Waterweg
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
48
Het zou een leuk project zijn om in het kader van de breedtesport en wijkbeheer (sociale integratie) in de verschillende wijken met een pannakooi voetbalavondjes en eventueel in de vakanties toernooien te organiseren. Hiervoor moeten dan manuren en financiële middelen aanwezig zijn. De kooi kan gekocht of gehuurd worden en is in verhouding tot het gebruik niet duur. De jongeren van 12 tot 20 jaar, allochtoon of autochtoon, vinden dit vaak een geweldige bezigheid. Een informatiepunt over allerlei belangrijke onderwerpen voor de jongeren (JIP (voorlichting drugs en seks), snel budget, andere activiteiten) zou hier goed bij passen.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
49
5. 5.1.
Taanschuurpolder
Spelen in de Stationsstraat
“Alleen al in J. van Galenstraat wonen 17 kinderen van 2 t/m 10 jaar en is een zeer klein verouderd speeltuintje [108].” {reactie via internet 2005}
SPELEN IN CENTRUM De speelruimte in Taanschuurpolder e.o. Voor het spelen moet Taanschuurpolder e.o. in drie gedeelten onderscheiden worden: de zeeheldenbuurt, de Oranjebuurt en bij de buitenhaven Het Hoofd. In de Zeeheldenbuurt zijn diverse rustige straatjes, hofjes en pleinen waardoor er ondanks de smalle straten voldoende informele speelruimte voor kinderen aanwezig is. Zelfs in de smalle Stationsstraat, waar 20 kinderen wonen, wordt aan de normen voor informele speelruimte voldaan doordat deze straat erg goed ingericht is voor het informele spelen. De speelplek in de Stationsstraat en Piet Heinstraat, Stationsstraat [110] wordt als speelplek aangewezen voor de bijna 30 kinderen die hier rondom wonen. Na onderzoek van de statistische gegevens blijkt dat de speelplek aan het Michiel de Ruyterplein [108] het meest centraal ligt tussen waar de kinderen wonen. Daarnaast biedt deze plek de meeste ruimte om hiervan een aantrekkelijke plek voor de circa 25 kinderen te maken. Daatoe kunnen de eenvoudig ingerichte speelplekjes aan het Michiel de Ruyterplein [106], de Witte de Withstraat [107] en de Trompstraat [109] samengevoegd worden op [108]. Voor de circa 20 kinderen die rondom de speelplek Taanstraat [111] wonen zou de speelplek iets aantrekkelijker gemaakt kunnen worden. Voor de circa 80 jeugdigen zijn er weinig plekken waar ze bijvoorbeeld even kunnen voetballen of een hut kunnen bouwen. Er is voor hen ook geen echte interessante speelplek aanwezig. Voorgesteld wordt om de speelplek aan de Johan Evertsenlaan [104] om te vormen tot een plek voor jeugd samen met het schoolplein. Op het plein zou een trapveld moeten komen en op het schoolplein zouden wat toestellen bijgeplaatst kunnen worden, dit in goed overleg met het Spectrum. In de Oranjebuurt zijn de straten over het algemeen niet goed bespeelbaar voor kinderen. Voor de informele speelruimte zijn de kinderen voornamelijk aangewezen op de stoepen en achterpaden. Doordat er weinig kinderen wonen (verspreid nog geen 30) wordt echter nog voldaan aan de normen voor informele speelruimte. Indien het kinderaantal de komende jaren toeneemt tot circa 50 zullen er maatregelen noodzakelijk zijn, zoals het aanpassen van de wegenstructuur. Voorgesteld wordt om de speelplek in het Julianaplantsoen [117 Maasdelta] als basisvoorziening voor dit buurtje voor kinderen iets te verbeteren. De speelplek aan de Koningin Wilhelminalaan [105 Maasdelta] ligt achteraf in het achterpad waaraan nog geen 10 kinderen wonen. Deze plek wordt als secundair aangewezen.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
50
“.. die is nodig aan vernieuwing toe. U zou daar ook eens willen kijken. Er zouden meer dingen moeten komen voor de oudere kinderen.” {enquêteformulier}
Onze buurt is heel leuk maar, de goals zijn beswel oud maar we missen ook netten, en de band is ook wel al erg oud... en onze tafeltennis was ook 2 maanden geleden gesloopt door grote jongens ... {enquêteformulier}
5.2.
We komen hier wel om wat te roken en praten. {inspraak}
Voor de nog geen 35 jeugdigen is er hier en daar wel ruimte om een balletje te trappen en bijvoorbeeld in het plantsoen te spelen. Voor hen hoeft er geen specifieke speelplek aanwezig te zijn. Er kan dus geen invulling gegeven worden aan de wens op een enquêteformulier om de speelplek te vernieuwen en toestellen voor de oudere kinderen te plaatsen. Op ‘t Hoofd is door het realiseren van éénrichtingsstraatjes al wel meer informele speelruimte voor kinderen gerealiseerd, maar echt goed bespeelbaar zijn de straatjes niet. Voor de bespeelbaarheid en de leefbaarheid kan overwogen worden om de straten grotendeels autoluw te maken, vergelijkbaar met de Stationsstraat [M 001]. De 55 kinderen wonen redelijk gelijkmatig verspreid over ‘t Hoofd, waardoor de twee speelplekken aan de randen nabij de President Steynstraat [112] en De La Reystraat [113] goed in de normen voor formele speelruimte kunnen voorzien. Voor de veertig jeugdigen is er rondom ‘t Hoofd voldoende te beleven om te voldoen aan de normen voor informele speelruimte. Gezien dit aantal zou er geen specifieke speelplek voor de jeugd aanwezig hoeven te zijn. Omdat uit de kinderaantallen blijkt dat het aantal jeugdigen de komenden jaren zal toenemen tot 55 kan de speeltuin [103] eenvoudig ingericht blijven voor jeugdigen.
Jongeren in Centrum Voor de circa 215 jongeren in deze wijk zijn er voldoende locaties (14) aan te wijzen waar ze elkaar informeel kunnen ontmoeten. Op vijf plekken moet hiervoor een kleine voorziening zijn in de vorm van een bankje of andere ontmoetingsaanleiding [M 002]. Geschikte locaties hiervoor zijn te vinden aan het Fenacoliusplein, het stationsplein, het Prinses Julianaplantsoen, het veld aan de Willem de Zwijgerstraat en aan de Burgemeester v.d. Lelykade. Op de meeste van deze locaties staan al ontmoetingsaanleidingen. Vooral in de zomerperiode zijn er veel hangjongeren op Havenhoofd te vinden. Het uitzicht en het water hebben dan een aantrekkende werking. Bij te grote overlast dienen deze jongeren doorverwezen te worden naar de nieuw te realiseren JOP in de groenstrook langs de Waterweg. Andere bekende overlastlocaties zijn het Fenacoliusplein, het Prinses Julianaplantsoen en de Taanstraat/De Put. Op zich mogen de jongeren elkaar hier best ontmoeten, maar bij te grote overlast moeten ze vertrekken naar een van de JOP’s of formele sport- en speelplekken in Maassluis. Op zeker twee plekken moeten formele sport- en speelplekken voor de jongeren zijn. In de huidige situatie zijn twee locaties (mede) voor hen geschikt: ‘t Hoofd bij wijkgebouw [103] en Beatrixlaan [118]. Omdat er bijna geen informele trapveldjes en pleintjes in de wijk zijn, moet de basket op plek [118] Beatrixlaan blijven bestaan.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
51
Dat er zo veel overlastklachten zijn in de Zeeheldenbuurt is niet vreemd, want het merendeel van de jongeren (ruim 130) woont hier en er zijn weinig voorzieningen. Omdat verwacht wordt dat het aantal jeugdigen en jongeren hier ook niet veel verder zal afnemen, wordt voorgesteld om voor de jeugd en jongeren samen op het Fenacoliusplein een trapveldje te maken met een goede (hoog en geluidsarm) omheining (Johan Evertsenlaan [104]). Op deze manier kunnen de jongeren van het schoolplein van het Spectrum worden geweerd. Voor de jeugd zou er dan nog een eigen hoekje met toestellen op het schoolplein moeten zijn. De school zou dan onder schooltijd in de pauzes weer mede gebruik kunnen maken van de voetbalplek. De overlast op de laatste drie genoemde locaties zal dus creatief moeten worden opgelost. Het is niet de bedoeling de jongeren hier weg te sturen; het moet voor hen toch mogelijk zijn om op hun plekken in de wijk te komen. De projecten hangjongeren in wijkbeheer zouden in deze wijk vorm moeten krijgen. Door ambulant jongerenwerk kan inzicht verkregen worden in de probleemgroep in deze wijk en kunnen gepaste activiteiten worden georganiseerd. Dat kan eventueel elders in Maassluis. Snelle oplossingen kunnen zijn: mobiele sportvoorzieningen (bijvoorbeeld een pannakooi) en andere activiteiten in de wijk.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
52
6. 6.1.
Vertobuurt
Met de bal op pad naar ..
“Maar ik woon in een woonerf dus er zijn veel speelplekken.” {enquêteformulier}
SPELEN IN DIJKPOLDER De speelruimte in de Vertobuurt De Vertobuurt bestaat grotendeels uit hofjes, tussenpaden en doodlopende straten. Daardoor is er ruim voldoende informele speelruimte voor kinderen te vinden. Ook de jeugdigen vinden hier wel plekjes waar ze even een balletje kunnen trappen. Plekken om hutten te bouwen zijn er nauwelijks. Voorgesteld wordt om te kijken of gedeelten van de groenstroken rondom het sportpark aantrekkelijker gemaakt kunnen worden voor het spelen [M 003]. In het gedeelte aan weerszijden van de Noordvliet, langs de Zuidvliet en Het Nieuwe Water is echter weinig informele speelruimte voor kinderen en jeugdigen te vinden. Uit onderzoek van de statistische gegevens blijkt dat in het grootste gedeelte over het algemeen ook relatief minder kinderen wonen, zodat voor hen geen specifieke maatregelen noodzakelijk zijn. Wel vormt het gedeelte tussen de Prinsekade en de Groen van Prinstererkade een aandachtsgebied. Hier wonen bijna 20 kinderen van 0 tot en met 5 jaar en er is weinig informele speelruimte aanwezig. De bewoners hebben in het achterpad al een aantal speeltoestelletjes neergezet. Voorgesteld wordt om samen met de buurt na te gaan hoe hier een speelplek voor kinderen kan worden gerealiseerd. Mogelijkheden hiervoor moeten gezocht worden in het gebruiken van het achterpad met een stukje achtertuin van de nabij gelegen leefgemeenschap of het realiseren van een speelplek die voor alle kinderen centraler ligt door de Rusthuisstraat als informeel bespeelbare straat om te vormen [Z 002].
“… als er nog de doelgroep 2-7 jarigen aanwezig is, de inrichting wat aan te passen. ” {email 2005}
Juist tijdens de week van de rondgangen werd de bestrating van de Markt vervangen. De jeugd maakte gelijk gebruik van de mogelijkheid en bouwde de enige hut die tijdens de inventarisatieweek in Maassluis te vinden was! Voor de informele speelruimte in dit gedeelte van Maassluis zijn de jeugdigen aangewezen op de naastliggende parkeerplaatsen en pleintjes. Specifieke maatregelen om de informele speelruimte te verbeteren zijn (net ) niet noodzakelijk.
huttenbouwen
“Wilt u bij ons op de Touwbaan de speeltuin weghalen en daar een voetbalkooi bouwen.” {brief uit 2003 [628]}
In de huidige situatie zijn er in de Vertobuurt tien speelplekken aanwezig die meer of minder ingericht zijn voor kinderen. De variatie en aantrekkelijkheid van de plekjes is beperkt. Diverse van deze plekjes liggen tussen de huizen, zodat ze eigenlijk alleen bereikbaar zijn voor de direct aanwonende kinderen. Uit onderzoek van de statistische gegevens blijkt eigenlijk dat bij de meeste speelplekken maar tien kinderen binnen de actieradius wonen. OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
53
“we gebruiken de meeste dingen die niet een toestel zijn om te spelen, zoals de muurtjes”. {rondgang}
Saai !!!
“Dichter bij huis en niet bij flats en bij het oleanderpark” {enquêteformulier}
“ik wil heel graag dat er ijzeren goaltjes bij ons op het grasveldt [628] komen. wilt u dat doen.” {enquêteformulier}
Voorgesteld wordt om met grotere, centraal liggende speelplekken een zo dekkend mogelijke speelstructuur te realiseren. De speelplek aan de Spinnerij [618] kan dan dienen als buurtvoorziening voor de circa 30 kinderen die ten oosten van de Hekelarij wonen. Daarnaast kan dan de speelplek aan de Schoolstraat [627] verbeterd dienen als speelplek voor de bijna 25 kinderen die in de omgeving hiervan wonen. Hiervoor moet de inrichting wel worden aangepast/uitgebreid. Voor de circa 10 kinderen die in de Ververij en Kluwerij wonen, is de ruime speelplek aan de Seringenstraat [601] in de Bloemenbuurt goed te bereiken. De speelplek aan de Scheerderij/Ververij [625] kan als secundair worden aangewezen. Gezien de normen voor formele speelruimte hoeft er verder naar het westen geen speelplek specifiek voor kinderen aanwezig te zijn in het openbare speelvoorzieningenniveau. Er wonen verspreid rondom De Markt circa 15 kinderen. Wellicht dat men de winkeliers(vereniging) kan bewegen om een speelplek voor de meewinkelende kinderen op de markt te realiseren en te onderhouden. Deze voorstellen betekenen dat de kleinere en achterliggende speelplekken aan de Spinnerij/Twijnerij [616], de Twijnerij [617], Teerderij/Touwbaan [619], de Teerderij/Carderie [620] en de Scheerderij achterzijde [626] als secundair worden aangewezen. Deze ruimten moeten wel geschikt blijven als informele speelruimte voor kinderen. Dit betekent bijvoorbeeld dat elementen als betonranden, knikkerpotjes en betonelementen kunnen blijven staan. Uit de rondgangen bleek dat voor de circa 150 jeugdigen de Vertobuurt niet losstaat van de Bloemenbuurt. Dit valt mede te verklaren doordat verscheidene kinderen in de Bloemenbuurt naar school gaan en in het Oleanderpark [607] een aantrekkelijke speelplek voor hen ligt. Voorgesteld wordt om met twee speelplekken in de Vertobuurt en één in de Bloemenbuurt invulling te geven aan de normen voor formele speelruimte. Uit onderzoek van de statistische gegevens blijkt dat circa eenderde van de jeugdigen (50) ten oosten van de Hekelarij woont. Zij kunnen goed naar het Oleanderpark. Door het centraal gelegen voetbalveld aan de Scheerderij [628] en de speelplek aan de Kluwerij/Wagenstraat [629 Maasdelta] voor de jeugd te verbeteren, ontstaat voldoende speelruimte.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
54
6.2.
De speelruimte in de Bloemenbuurt Voor de circa 50 kinderen en 50 jeugdigen in de Bloemenbuurt is er voldoende informele speelruimte te vinden, vooral op en rondom de speelplekken zelf. Gezien het kinderaantal en de hoeveelheid informele speelruimte kan voor de kinderen met twee speelplekken volstaan worden. In het zuidelijk gedeelte van de buurt wonen slechts 8 kinderen. De speelplek aan de Seringenstraat [601] heeft echter ook een functie voor ruim 10 kinderen uit de Ververij en Kluwerij en dient tijdens schooltijden ook als speelplein voor kinderen en jeugdigen van de Montessorischool. In het noordelijk gedeelte van de buurt wonen 30 kinderen. In de huidige situatie zijn rondom de centrale speelplek [607] op de drie speelplekjes [603], [605] en [624] enkele toestellen voor hen aanwezig. Geadviseerd wordt om op termijn te streven naar één aantrekkelijke centrale zone voor kinderen Oleanderpark [607]. Omdat in het op zichzelf staande buurtje rondom de speelplek aan de Tulpstraat [623 Maasdelta] nog geen 10 kinderen wonen, wordt voorgesteld deze speelplek als secundair aan te wijzen.
Bloemenbuurt
De speelplek(ken) in Seringenstraat-Oleanderpark [602] en [607] hebben niet alleen een belangrijke functie voor de circa 60 jeugdigen die in de Bloemenbuurt wonen, maar ook voor de jeugdigen uit de Vertobuurt (zie ook paragraaf 7.1) en dienen tijdens schooltijden als speelplein voor kinderen en jeugdigen van de Montessorischool.
6.3.
Bomendal
De speelruimte in het Bomendal Er is in het Bomendal voldoende informele speelruimte voor kinderen en jeugd te vinden. Zo kunnen de kinderen goed spelen in de hofjes, tussenpaden en de doorlopende straten. In deze buurt kan de jeugd, in tegenstelling tot veel andere buurten van Maassluis, nog wel plekken vinden waar ze hutten (zouden) kunnen bouwen, bijvoorbeeld in het park/talud langs de snelweg en min of meer in het groen tussen het Sparrendal en het Iependal. Aandachtspunt voor de bespeelbaarheid van de openbare ruimte blijft wel het haal- en brengverkeer voor de basisscholen en de jongeren die vanaf het Accentcollege met hun scooters over de stoepen de buurt doorrijden.
“Mijn kinderen spelen op de stoep voor ons huis” {buurtenquête}
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
55
“Huttenbouwen is best wel leuk, soms in bomen maar dan is er politie.” {rondgang}
“… een speeltuintje [608] dat bijna dagelijks wordt gebruikt door kleinkinderen die op bezoek zijn” {buurtenquête}
“er is hier niet veel te doen” {rondgang}
“ze moeten de speeltuin [613] niet nog kleiner maken” {rondgang}
Uit de statistische gegevens blijkt dat het kinderaantal de laatste jaren sterk afgenomen is; circa vijf jaar geleden waren er nog 30% meer kinderen. Wel komen zo hier en daar jonge gezinnen wonen. Dit blijkt ook uit een analyse van het aantal kinderen dat binnen de actieradius van de speelplekken voor kleine kinderen woont; zowel in de buurt van de speelplek aan het Dennendal [608 Maasdelta] als het Elzendal [609 Maasdelta] woont net één kind, rondom de speelplekken aan het Kastanjedal Olmendal [610] en [611], aan de Esdoorn [621] en aan de Hagedoorn [622] wonen nog geen 10 kinderen en rondom de speelplekken aan het Iependal/Berkendal [612] en aan het Elzendal/Dennendal [615] wonen net iets meer dan 15 kinderen. Aan het Sparrendal wonen wel 35 kinderen. Voorgesteld wordt om voor de circa 90 kinderen met drie goed ingerichte speelplekken, verspreid over de buurt en gerelateerd aan de kinderdichtheid, een duurzaam netwerk aan te leggen waar de kinderen, al dan niet met hun ouders, naar toe kunnen. Daarvoor zouden in het westelijk gedeelte van de buurt de speelplekken aan het Sparrendal [613 Maasdelta] en de Iependal [614 Maasdelta] beter toegankelijk moeten worden gemaakt vanuit het Olmendal, Populierendal en het Iependal, bijvoorbeeld door het aanleggen van een oversteekpunt. In het oostelijke gedeelte van het Bomendal ligt de speelplek aan het Elzendal/Dennendal [615] het meest centraal, maar deze plek heeft voornamelijk een functie voor de woningen aan de vier hofjes. Er wordt voorgesteld om deze speelplek als basisvoorziening voor kinderen te verbeteren. De overige plekken [608], [609], 610], [612], [621] en [622] worden als secundair aangewezen omdat hier net of nog geen 10 kinderen omheen wonen. Met de bewoners rondom de speelplek aan het Dennendal [608 Maasdelta] is al afgesproken om deze speelplek te verwijderen. Tijdens de twee rondgangen met de jeugd uit het Bomendal bleek dat er voor hen eigenlijk alleen het voetbalveld en de toestellen aan het Sparrendal [613 Maasdelta] geschikt zijn. Daarnaast gaan de wat oudere kinderen van de basisschool soms op zondag naar het Accentcollege om wat te voetballen en rond te hangen op het plein [606]. Opvallend is dat ze eigenlijk niet of nauwelijks buiten de buurt naar bijvoorbeeld de speelplek met de kabelbaan in het Oleanderpark gaan.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
56
Hondenpoep
“Hondenpoep is het grootste probleem, honden kunnen niet lezen.” {rondgang}
6.4.
Dat leidt tot op heden niet tot grote overlast, maar (ver)dient naar ons idee wel de aandacht van politie en wijkbeheer (te behouden). {buurtenquête}
Soms wordt het speeltuintje als hangplek ge(mis)bruikt door jongeren. Vernielingen worden zelden aangericht. {buurtenquête}
Het grootste probleem is de hondenpoep en het voetbalveld dat niet echt goed is. Voor de circa 120 jeugdigen zouden er één tot twee speelplekken aanwezig moeten zijn. Naar verwachting zal het aantal jeugdigen de komende vijf jaar met circa 30% afnemen. Om invulling aan de normen te geven wordt voorgesteld om de speelplek aan het Sparrendal [613 Maasdelta] te verbeteren. Dit wordt dan de centrale speelplek voor jeugd, waarbij minimaal het voetbalveld hondenpoepvrij moet zijn. Dit kan bereikt worden door bijvoorbeeld het aanleggen van een laag hekwerk en een kunstgrasveld van circa 25 bij 15 meter en het realiseren van een groot aantrekkelijk toestel. Dit zou bijvoorbeeld een speelfort kunnen zijn of een kabelbaan - die de jeugdigen noemen - maar die staat ook al iets verderop in het Oleanderpark. De schoolpleinen aan het Dennendal (De Dijck, Panta Rhei en De Groene Hoek) krijgen hiermee niet specifiek een functie in het openbare speelvoorzieningenniveau. Wel zouden deze als informele speelruimte ter beschikking van de jeugd moeten blijven.
Jongeren in Dijkpolder Voor de circa 465 jongeren in deze wijk zijn er voldoende locaties (31) aan te wijzen waar ze elkaar informeel kunnen ontmoeten. Op tien plekken moet hiervoor een kleine voorziening zijn in de vorm van een bankje of andere ontmoetingsaanleiding [M 004]. Geschikte locaties hiervoor zijn: ergens bij Sparrendal achter Accent College (Kastanjedal) omgeving rotonde Westlandseweg/Rozenlaan of omgeving Dennendal (scholen/flat) ergens bij Oleanderpark omgeving sporthal Olympia en wijkgebouw langs Noordvliet nabij snelweg Scheerderij/Touwslagerij Kerkplein (Boonstraten) Markt Brouwerij Op sommige van deze locaties staan al ontmoetingsaanleidingen, en uit de inspraakreacties blijkt dat veel van deze locaties al goed bekend zijn bij de jongeren. Door slimme inrichting van de locaties kan de overlast geminimaliseerd worden en door goede contacten met de gebruikers van de plekken op te bouwen (ambulant jongerenwerk en activiteiten met mobiele voorzieningen) kan geluidshinder en vervuiling tot een minimum worden beperkt. Bij te grote overlast op deze plekken of andere plekken in de woonbuurt dienen de jongeren doorverwezen te worden naar één van de grotere JOP’s of sportplekken. Andere bekende overlastlocaties zijn het Dennendal, speeltuintje aan de Rozenlaan, de Ververij en de Veerstraat.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
57
“Kijk hier liggen de sigarettenpeuken”… {rondgangen}
Op minimaal vijf plekken moeten er formele sport- en spelvoorzieningen komen. Gezien de verdeling van de jongeren over de wijk met circa 260 jongeren in de Vertobuurt, 80 jongeren in de Bloemenbuurt en 130 jongeren in Bomendal zullen er zeker een aantal voorzieningen in en om de Vertobuurt moeten komen. Er zijn reeds een aantal sportlocaties voor de jongeren ingericht of geschikt. Deze plekken zijn Voetbalplein Kastanjedal [606] achter het College en Oleanderpark [607]. De eerstgenoemde plek zal specifiek voor de jongeren worden ingericht en het Oleanderpark krijgt een aparte hoek voor de jongeren. Voor de overige drie plekken moet meer in de richting van de Vertobuurt ruimte gevonden worden. De bestaande plek aan de Scheerderij [628] is een van de weinige plekken die ook echt ruimte biedt voor de jongeren. Aangezien deze plek nu ook al wordt gebruikt door de jongeren wordt deze voor hen als primair aangewezen. De inrichting dient hier op te worden afgestemd. Voor de overige twee plekken is in de Vertobuurt eigenlijk geen ruimte. De enige optie is dan om te kijken of er op een hoek in het groen van het Sportpark Rozenlaan (niet op de velden) een voorziening gerealiseerd kan worden. Op een hoek (Lijnbaan/Rozenlaan) met een basket, een doelwandje en een lichte ontmoetingsfunctie (zie lijst hierboven) moet in te passen zijn [Z 003]. Wegens het gebrek aan ruimte is de laatste plek in de Vertobuurt eigenlijk niet aan te wijzen. Er zijn verschillende opties om vorm te geven aan de behoefte aan formele ruimte: 1. Op parkeerplaatsen in de Schoolstraat en Boonestraat worden parkeerafspraken gemaakt. Door in de avonduren een deel van de parkeerplaatsen vrij te houden, zou hier ruimte zijn voor de jongeren om wat te skaten en een balletje te trappen. De haalbaarheid is echter sterk afhankelijk van de omwonenden. 2. In de omgeving van de schoolpleinen aan het Dennendal wordt vormgegeven aan een sportvoorziening die ook door de scholen gebruikt kan worden. 3. De plek aan het Sparrendal [613] wordt (mede) ingericht voor jongeren (nu in raming). De overlast op de formele locaties zal dus creatief moeten worden opgelost. De jongeren hier wegsturen is niet de bedoeling; ze mogen immers wel op de plekken in de wijk komen?!
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
58
7. 7.1.
Sluispolder oost
“... te weinig dingen voor grotere kinderen.” “We zijn blij met de buurt, als ze maar niets weghalen.” [405] Rondgang Jozef Israëlslaan
“… door een glijbaan die in de directe omgeving niet aanwezig is.” Email 2004
SPELEN IN DE SLUISPOLDER De speelruimte in Sluispolder oost In de doodlopende en rustige straten, in de groenstroken en op de stoepen is in Sluispolder oost op zich voldoende informele speelruimte voor kinderen en jongeren te vinden. Rondom de speelplek aan de Marislaan/Breitnerstraat [404 Maasdelta] wonen bijna 70 kinderen. Gezien de normen zouden voor dit kinderaantal drie speelplekken aanwezig moeten zijn. Dit verklaart wellicht ook dat er kinderen gaan spelen op de speelplek aan de Jozef Israëlslaan [405 Maasdelta] die eigenlijk specifiek ingericht is voor de jeugd. Voorgesteld wordt om de plek aan de Marislaan/Breitnerstraat [404 Maasdelta] uitbereid(er) specifiek voor kinderen in te richten. Er kan dan ook invulling gegeven worden aan de wens van een glijbaan zoals geuit in een e-mail in 2004. In deze buurt wonen ook bijna 100 jeugdigen. Eigenlijk zijn de speeltoestellen en -plekken die ze nu hebben, aan de Jozef Israëlslaan [405 Maasdelta] en aan de Marislaan/Breitnerstraat [404 Maasdelta], te summier ingericht. Voorgesteld wordt om een echte speelplek voor kinderen en jeugd te realiseren [Z 004]. In het ontwerpplan van de buitenruimte rond de nieuwe MFA is een verhard speel/trapveld opgenomen dat hierin kan voorzien. Vooralsnog zullen de jeugdigen het moeten doen met de speelplek aan de Jozef Israëlslaan [405 Maasdelta]. Nadat de voorgestelde nieuwe speelplek [Z 004] gerealiseerd is, zou deze speelplek opgeheven kunnen worden. Verder naar het zuiden wonen tussen de Mauvelaan en de Blommerslaan circa 25 kinderen. Voor hen kan het speelplekje aan de Jan Sluytersstraat [402] specifiek ingericht blijven. Deze plek ligt wat achteraf voor veel kinderen. In overleg met de bewoners kan overwogen worden deze speelplek te verplaatsen naar het straatvlak van bijvoorbeeld de Jan Vethlaan. Ten oosten van de Rembrandtlaan wonen rondom elk van de speelplekken aan de Jongkindstraat [414], de Ostadestraat [403], de Ruysdaelstraat [410] en de Van Scorelstraat [409] circa 20 kinderen, zodat deze plekken specifiek voor kinderen aangewezen worden. In het gedeelte ten westen van de Rembrandtlaan wonen verspreid ongeveer 40 kinderen. Uit onderzoek van de statistische gegevens blijkt dat rondom de speelplek aan de Frans Halslaan/vd Helstplein [411 Maasdelta] circa 25 kinderen wonen. Voorgesteld wordt om deze speelplek specifiek voor kinderen te bestemmen. De overige kinderen wonen zo verspreid dat een eventuele speelplek slechts voor enkele kinderen een functie zou hebben. Zo wonen rondom de speelplek aan de Frans Halslaan/Ferdinand Bolplein [413 Maasdelta] nog geen 10 kinderen. Deze wordt dan ook als secundair aangewezen. Verder zijn er nog enkele particuliere speelplekken aan de Crabethstraat/van Eyckstraat/Memlinckstraat die geen functie in het kader van het openbare speelvoorzieningenniveau hebben omdat er nog geen 10 kinderen in de nabijheid wonen. OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
59
Ook achter de Dolfijn wonen maar net 10 kinderen, zodat de speelplek aan de Annie Romeinstraat [401] als secundair moet worden aangewezen.
“Het zou fijn zijn als de speeltuin wat uitdagender zou kunnen worden en er een situatie ontstaat waardoor de kinderen veilig en zonder overlast kunnen voetballen.” buurtenquête
7.2.
Sluispolder west
“Wipperspark, voornamelijk 55+ en gezinnen met kinderen.” {buurtenquête} wij spelen het meeste op het Da Costaplein” rondgang
Om verder invulling aan de normen voor formele speelruimte voor jeugdigen te geven, zouden er voor de circa 235 jeugdigen drie tot vier speelplekken moeten zijn. Naar verwachting zal dit kinderaantal de komende jaren niet afnemen. Naast de genoemde speelplek aan de Jozef Israëlslaan [405 Maasdelta] hebben de jeugdigen verspreid over de buurt nog slechts enkele losstaande toestellen waar ze (mede) gebruik van kunnen maken, zoals een schommel, een tafeltennistafel en wat basketbalpalen. Een echte, grote speelplek en een voetbalveld is er niet. Voor de wat oudere jeugdigen is het sportveld aan het Vondelhof [207] aan de andere kant van de Laan 1940-1945 te nog bereiken. In de buurt zelf is in de huidige situatie niet echt de ruimte aanwezig om een centrale grote speelplek voor jeugdigen aan te leggen, of men zou de durf moeten hebben om een gedeelte van de Rembrandtlaan en de groenstrook ter hoogte van de Van Ostadestraat om te vormen tot een speelplek. Omdat dit waarschijnlijk niet haalbaar is, wordt voorgesteld verspreid drie iets minder grote speelplekken voor jeugd te realiseren. Dit kan met een plek aan bijvoorbeeld de Hobbemastraat of op het Paulus Potterplein [Z 005], een plek in het westen langs de Boonervliet [Z 006] en een plek in het park aan de Sportlaan [Z 007]. De verspreid staande toestellen aan de Jongkindstraat/Tooroplaan/Boonervliet [407] en de Frans Halslaan/Flinckplein [412 Maasdelta] zouden hier dan ook naar toe verplaatst kunnen worden.
De speelruimte in Sluispolder west Voor de informele speelruimte zijn de kinderen en de jeugdigen in Sluispolder west voornamelijk aangewezen op de stoepen, achterpaden, enkele pleintjes, een aantal grasveldjes en het Wipperspark. De meeste straten zijn te druk om te spelen. Bij een herstructurering van de buurt zou gekeken moeten worden of er niet meer rustige straten gerealiseerd kunnen worden. Rondom en aan het Wipperspark wonen nu nog circa 30 kinderen. Voor hen zijn er twee speelplekken aanwezig, dus net 15 kinderen per plek. Naar verwachting zal het kinderaantal hier afnemen, daarom wordt voorgesteld de meest centrale plek aan de Genestetstraat [216 Maasdelta] voor kinderen te bestemmen en de speelplek aan het Wipperspark [208] op termijn op te heffen. Het blijkt dat bijna de helft van de kinderen (ruim 80) direct rondom het Da Costaplein [206] woont. Dit plein is ook voor meer dan de helft van de jeugdigen de belangrijkste speelplek. Voorgesteld wordt om deze speelplek verbeterd in te richten voor kinderen en jeugdigen.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
60
“Dan gaan er allemaal vrouwen op de tennistafel zitten” rondgang [206]
“Verder vind ik het vervelend dat het basketbalpleintje altijd bezet is door jongens van 16+, ze jagen mij en mijn vrienden daar weg terwijl wij alleen maar willen spelen!” enquêteformulier
“Als we voetballen komt de bal in de Burgemeestervijver.” rondgang
7.3.
Binnenstad-Oost
“Ik vind dat er te weinig mogelijkheden zijn voor kinderen boven 10 9 jaar bij mij in de buurt.” Enquêteformulier
Om te voldoen aan de normen voor formele speelruimte zouden voor de kinderen drie plekken aanwezig moeten zijn en voor de jeugdigen anderhalve speelplek. Daarbij zou dan ook gekeken kunnen worden hoe (of) de straten aan weerszijden van het plein ook als speelruimte kunnen dienen. Deze plek kan dan versterkt een functie krijgen als ontmoetingsplek voor jong en oud, zeker als er bijvoorbeeld picknicktafels worden geplaatst. Het speelplekje aan de P.C. Hooftlaan [201] (sloopterrein) wordt niet veel gebruikt; tijdens de rondgang bleken de kinderen deze plek nauwelijks of niet te kennen. Binnen de actieradius van deze plek en die aan de G.A. Brederolaan [202 Maasdelta] wonen wel bijna dertig kinderen. Voorgesteld wordt om de speelplek aan de G.A. Brederolaan [202 Maasdelta] voor kinderen te verbeteren en het plekje aan de P.C. Hooftlaan [201] op te heffen. Rondom de speelplek aan de van Lennepstraat [203 Maasdelta] wonen circa 10 kinderen en aan de Bosboom Toussaintstraat [204] ruim 20. Omdat naar verwachting de komende jaren het kinderaantal hier zal afnemen, wordt voorgesteld om deze plekken samen te voegen op de meest centrale en ruimtelijke plek aan de Bosboom Toussaintstraat [204]. Om verder te voorzien in de normen voor formele speelruimte voor jeugdigen wordt voorgesteld de speelplekken aan de G.A. Brederolaan [202 Maasdelta] en de dierenwei [205] mede voor hen ingericht te houden. Verder kunnen de jeugdigen mede gebruikmaken van de sportvelden aan het Vondelhof [207] en de Mgr. W.M. Bekkerslaan [214]. De basisscholen het Spectrum en de (voormalige) Driesprong worden niet in het openbare speelvoorzieningenniveau betrokken.
De speelruimte in Binnenstad-Oost Door het afsluiten van diverse straten is er voor de kinderen in Binnenstad-Oost in de meeste gedeelten voldoende informele speelruimte. Opvallend is dat daar waar de minste informele speelruimte aanwezig is, er ook nauwelijks kinderen wonen. Er wordt dus voldaan aan de normen voor informele speelruimte. Om voor de circa 40 kinderen te voldoen aan de normen voor formele speelruimte zouden er twee speelplekken aanwezig moeten zijn. Voorgesteld wordt om de twee grootste speelplekken op het Damplein [213] en aan de Huygensstraat [215] voor kinderen te bestemmen. De kleine speelplekjes aan de Tuinstraat [211] en de Patijnestraat [212] worden als secundair aangewezen. Voor de jeugdigen is de informele speelruimte beperkt. Op de diverse parkeerterreinen en pleintjes kan nog wel wat gevoetbald worden en de jeugd kan redelijk door de buurt rondfietsen en dergelijke. Verder kunnen de jeugdigen voor het voetballen de voetbalkooi aan het Vondelhof [207] goed bereiken.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
61
“Op dit ogenblik zijn er inderdaad weinig kleine kinderen, maar ik voorzie in de naaste toekomst wèl meer jeugd in onze wijk komen, want veel van onze bewoners zijn bejaard tot zéér bejaard. Dan komen dus jongere generaties in onze 7.4. buurt wat ik zeer zou toejuichen. Daarom het kleine speelterreintje maar goed onderhouden!” buurtenquête [215]
Kan er niet wat komen aan de overkant van de Boonervliet. {jongereninspraak}
Omdat de informele speelruimte voor jeugd beperkt is, wordt voorgesteld om de speelplek op het Damplein [213] eenvoudig mede voor de jeugd ingericht te houden, ondanks dat het aantal jeugdigen (54) de ondernorm van 55 net niet haalt. Verder wordt opgemerkt dat over vijf jaar de circa 40 huidige kinderen in de categorie jeugdigen zullen vallen, dus vermoedelijk zal het aantal jeugdigen in de toekomst afnemen.
Jongeren in de Sluispolder Voor de circa 480 jongeren in deze wijk zijn er voldoende locaties (32) aan te wijzen waar ze elkaar informeel kunnen ontmoeten. Op tien plekken moet hiervoor een kleine voorziening zijn in de vorm van een bankje of andere ontmoetingsaanleiding [M 005]. Geschikte locaties hiervoor zijn: omgeving A. de Vriesstraat omgeving Reviusplein (Accent College) Laan 1940-1945 omgeving Tweemaster groenstrook rondom Sportpark Sluispolder West Boonervliet [415] Boonervliet [417] Boonervliet [418] Prinses Julianalaan veld Tooroplaan) aan overkant Boonervliet Op sommige van deze locaties staan al ontmoetingsaanleidingen. Uit inspraakreacties en het veldbezoek blijkt dat veel van deze locaties al goed bekend zijn bij de jongeren. Door slimme inrichting van deze locaties kan de overlast geminimaliseerd worden en door goede contacten met de gebruikers van de plekken op te bouwen (ambulant jongerenwerk en activiteiten met mobiele voorzieningen) kan geluidshinder en vervuiling tot een minimum worden beperkt. Bij te grote overlast op deze plekken of andere plekken in de woonbuurt dienen de jongeren doorverwezen te worden naar een van de grotere JOP’s of sportplekken. Andere bekende overlastlocaties zijn de portieken aan de Ruysdaelstraat, aan de Ridderstraat en bij het trappetje nabij de Maria Rutgersstraat. Op minimaal vijf plekken moeten er formele sport- en spelvoorzieningen komen. Gezien de verdeling van de jongeren over de wijk met circa 270 jongeren in de Sluispolder oost, 150 jongeren in Sluispolder west en 60 jongeren in Binnenstad-Oost zullen er twee voorzieningen ten noorden van de Laan 1940-1945 moeten komen en drie ten zuiden ervan.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
62
Jongeren lopen door de tuintjes om de bal op te halen {klachtenmelding}
Luister nou, deze jongeren wonen hier en natuurlijk hangen zij rond in de buurt, maar geef ze dan wel iets te doen!” {Brief}
Er zijn ten noorden van Laan 1940-1945 reeds een tweetal sportlocaties voor de jongeren ingericht of geschikt. Deze plekken zijn Vondelhof [207] en Mgr. W.M. Bekkerslaan (basketbalveld) [214]. Over de beide plekken waren nogal wat klachten. Op plek Vondelhof [207] zouden de hekken niet hoog genoeg zijn en op de plek aan de Mgr. W.M. Bekkerslaan [214] zijn veel klachten binnengekomen van ballen die in tuinen terechtkomen. Op de speelplek aan de Mgr. W.M. Bekkerslaan [214] hebben klachten (van een enkeling?) ertoe geleid dat de ballenvangers en voetbaldoelen zijn weggehaald zodat (veel meer) mensen hier niet meer kunnen sporten. Door de nieuwbouw van het Accentcollege, waarbij geen schoolplein overblijft, neemt het belang van de speelplek aan de Mgr. W.M. Bekkerslaan [214] verder toe. Voorgesteld wordt om op beide plekken de nodige maatregelen te nemen en via de APV ervoor te zorgen dat met name na 22.00 uur er minimale overlast is van geluid en ballen. De overige drie plekken moeten in Sluispolder Oost liggen. In de huidige situatie liggen hier drie plekken geschikt voor jongeren. Het zijn de drie basketbalvelden langs de Boonervliet; Jongkindstraat (basketbalveld) [415], Ostadestraat (basketbalveld) [417] en Ruysdaelstraat (basketbalveld) [418]. De spreiding van plekken over de buurt is met deze plekken zeker niet optimaal en ook de grootte van de plekken laat te wensen over. Voorgesteld wordt om plek Ostadestraat (basketbalveld) [417] te behouden (eventueel één van de andere twee) en op de andere twee plekken de sportvoorzieningen niet meer te vervangen. Al die overlastklachten in deze buurt zijn niet vreemd, want bijna 300 jongeren moeten het stellen met drie basketbalpalen. De twee andere plekken moeten wat meer ruimte bieden, onder andere voor het trappen van een balletje. Voorgesteld wordt om het veld aan de Sportlaan [Z007] als plek voor de jongeren aan te wijzen en daarnaast een plek samen met de jeugd langs de Prinses Julianalaan op de locatie van het MFA [Z 004] of meer richting de Tooroplaan bij het water. Om de overlast snel te verminderen zou op het veld aan de Sportlaan iets gedaan kunnen worden met buurtsportwerk en mobiele sportvoorzieningen.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
63
8. 8.1.
Kapelpolder
Spelen op Schanseiland
SPELEN IN DE KAPELPOLDER De speelruimte in de Kapelpolder De kinderen kunnen in de Kapelpolder over het algemeen goed op pleintjes, achterpaden en de rustige en doodlopende straten spelen. In het gedeelte rondom de Piersonstraat is door het aanwijzen van de éénrichtingswegen al meer mogelijkheid om op straat te spelen. Bij de huidige kinderaantallen in dit gedeelte hoeven geen aanvullende maatregelen genomen te worden voor de informele speelruimte. Indien men echter echt rustige, bespeelbare straten wil, dan moeten de straten doodlopend zijn. De 4 kinderen die op het Schanseiland wonen, kunnen voldoende informele speelruimte vinden bijvoorbeeld op het plein bij de kerk. Gezien het lage aantal kinderen en jeugdigen kan in het kader van het openbare speelvoorzieningenniveau niet ingegaan worden op het verzoek om toestellen te plaatsen. Wellicht dat in het kader van toerisme de aantrekkelijkheid van het eiland verhoogd zou kunnen worden door het plaatsen van toestellen voor passanten met kinderen. Uit het vergelijken van de gedeelten ten weerszijden van de P. J. Troelstraweg komt duidelijk naar voren hoe gemakkelijk een onevenredige verdeling van speelvoorzieningen over kinderen en buurten kan ontstaan. In het oudere gedeelte rondom de Piersonstraat en het Mackayplein wonen verspreid in totaal 40 kinderen die op vier speelplekken de beschikking hebben over 22 toestellen. In het nieuwe gedeelte wonen meer dan 100 kinderen die één speelplek met 5 toestellen ter beschikking hebben. Voorgesteld wordt om in het oudere gedeelte één echt leuke speelplek voor de kinderen aan te leggen, waarbij de speelplek in de A.E. Maasstraat/Esserstraat [115] de meeste potentie heeft ten aanzien van oppervlakte en sociale controle. Hier wonen 30 kinderen. De twee toestelletjes op de speelplek aan de Klaas Katerstraat [114] worden hiermee secundair, de ruimte moet natuurlijk wel informeel bespeelbaar blijven. Rondom de speelplek aan de Korte Talmastraat [116] wonen 5 kinderen. Voorgesteld wordt om het plein om te vormen naar informele bespeelbare ruimte, maar zonder specifieke toestellen. Voor de circa 100 kinderen In het nieuwe gedeelte zouden gezien de ruime hoeveelheid informele speelruimte drie speelplekken aanwezig moeten zijn. Naast de speelplek aan het Elysium [102] is er eigenlijk nauwelijks ruimte om een nieuwe plek te realiseren. Voorgesteld wordt om met het aanbrengen van speelaanleidingen en -toestellen verspreid over de diverse stoepen, achterpaden en straten de bespeelbaarheid van dit hele gedeelte te verhogen, zie bijvoorbeeld de Stationsstraat en Piet Heinstraat [Z 009].
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
64
“Kinderen kruipen door het hek om op het terrein kattekwaad uit te halen.” {buurtenquête}
“Het terrein tussen de A.E. Maasstraat en de Nijverheidsstraat zou ook veranderd kunnen worden. We zijn daar [101] vaak maar weten niet wat daar te doen als rondhangen.” {brief 2005}
8.2.
Componistenbuurt
“kinderen zich gaan vermaken op galerijen, trappenhuizen en in ruimtes waar de liften zijn. Voetballen gebeurt tussen de auto’s op de parkeerplaats... {buurtenquête} “Ik wil dat er weer banden komen” {buurt-enquête [504]}
tekening tennissen [510]
Voor de circa 90 jeugdigen is er in en rondom de woonbuurten voldoende informele speelruimte om rond te fietsen, te voetballen, hutten te bouwen en dergelijke. In de huidige situatie wonen er circa 50 jeugdigen in het nieuwe gedeelte. De 100 kinderen zullen over vijf jaar in de categorie jeugd vallen. Voor hen zou dan tenminste één goed ingerichte speelplek aanwezig moeten zijn. In het nieuwe gedeelte is hiervoor totaal geen ruimte gereserveerd! Naar de hele buurt gekeken zijn er in de huidige situatie 90 jeugdigen, over 5 jaar bijna 150. Gezien de normen moeten er dan twee speelplekken voor hen aanwezig zijn. Voorgesteld wordt om de speelplek aan de Nijverheidstraat [101] voor de jeugdigen te verbeteren. Daarnaast wordt voorgesteld om een voetbalveld te realiseren, bijvoorbeeld op het grasveld aan de P.J. Troelstraweg [Z 010].
De speelruimte in de Componistenbuurt Voor het spelen valt de Componistenbuurt te onderscheiden in het noordelijk gedeelte en het gedeelte met de flats. In het noordelijk gedeelte is er voldoende informele speelruimte voor kinderen te vinden op de stoepen, de tussenpaden en de doodlopende straten. En wonen nu iets meer dan 90 kinderen in dit gedeelte, waarvoor de speelplekken aan de P. van Anrooylaan [502], het W. Pijperplein [503] en de J. Wagenaarlaan [504] goed in de behoefte aan formele speelruimte kunnen voorzien. Voor de circa 80 jeugdigen is er hier rondom het buurtje net voldoende avontuurlijke speelruimte te vinden in de groenstroken en voor het voetballen kunnen ze ook goed naar het veld aan de J. Wagenaarlaan [504]. Met deze speelplek wordt voldoende invulling aan de normen voor formele speelruimte gegeven. In het flatgedeelte is er op het middenveld voldoende informele speelruimte voor kinderen te vinden. Uit onderzoek blijkt dat er minder kinderen wonen dan de grote flats doen vermoeden; aan de Mozartlaan wonen er 35, aan de Beethovenlaan 17 en aan de Schubertlaan 5. De speelplek [507] aan ligt aan de Beethovenlaan het meest centraal. Deze kan eenvoudig ingericht blijven voor de nog geen 20 kinderen en de speelplek [509] wordt dan secundair. Aan de Mozartlaan wordt voorgesteld om de speelplek [505] te verbeteren voor de 35 kinderen en de speelplek [511] als secundair aan te wijzen. In dit gedeelte wonen circa 100 jeugdigen. Op het middenterrein kunnen ze prima voetballen, op de asfaltstrook skaten enzovoort. Doordat er nauwelijks opgaande beplanting en heuvels zijn, is het niet mogelijk hutten te bouwen en dergelijke.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
65
“Ik wil ergens waar je hutten kunt bouwen.” {rondgang} “vorig jaar gevraagd om meer speelvoorzieningen.” {telefoonnotitie [542]}
“mijn moeder werkt daar bij de gehandicapten en zou graag samen willen doen met de gemeente.” {rondgang}
8.3.
Koningshoek
“Ik mag niet op de muren krijten, maar wel op de stoep enzo.” {rondgang}
Gezien de normen voor formele speelruimte zouden hier één tot twee speelplekken voor deze leeftijdscategorie moeten zijn. Uit de rondgangen bleek dat het middenterrein ook een functie heeft voor kinderen uit de Koningshoek (zie paragraaf 9.3). Voorgesteld wordt om met het tennisveld [510] en de speelstrook [542] invulling te geven aan de normen voor formele speelruimte. De speelplek [510] zou uitgebreid moeten worden met enkele toestellen, zo mogelijk centraal op het grasveld om de informele bespeelbaarheid van het gehele terrein te verbeteren. Gezien de begeleide woonvorm voor gehandicapten aan de Schubertlaan zou daarbij ook gedacht kunnen worden aan het toepassen van toestellen die medegeschikt zijn voor gehandicapten, bijvoorbeeld netschommels.
De speelruimte in de Koningshoek Doordat er in de Koningshoek veel hofjes, achterpaden en rustige straatjes zijn, is er voldoende informele speelruimte voor kinderen aanwezig. Er is voor de jeugd niet veel groen aanwezig waar ze eens een hut zou kunnen bouwen, maar wel zijn er rondom de buurtjes velden en pleinen waar ze terecht kan om even te voetballen. In het zuidelijk gedeelte wonen verspreid circa 40 kinderen die drie speelplekken ter beschikking hebben. Gezien het aantal jeugdigen (50) en jongeren (72) lijkt het aantal kinderen gestaag af te nemen. Voorgesteld wordt om de speelplek in de Stadhuistuin [544] voor kinderen te verbeteren, zodat deze als een buurtparkje kan gaan fungeren. Daarnaast kan de speelplek aan de Schumannstraat [536] vooralsnog voor de kinderen blijven fungeren, maar indien over vijf jaar het kinderaantal in dit buurtje verder is afgenomen tot onder de 30 kan deze plek alsnog als secundair aangewezen worden. De speelplek aan de Logger [538] en de Lisztstraat/Wagnerstraat [519] worden hierbij secundair. Rondom de speelplek aan de Koningshoek westzijde [513] wonen net 10 kinderen zodat deze als secundair moet worden aangewezen. Voor de circa 30 kinderen die in het buurtje rondom de Buis wonen, wordt voorgesteld de meest centrale speelplek aan de Botter [537] voor kinderen ingericht te houden en de plek aan de Boeier [541] om te vormen tot informele speelruimte zonder specifieke toestellen. Het gemeentehuis en het winkelcentrum verdelen de Koningshoek voor het spelen van met name de jeugd in een noordelijk gedeelte (achter het winkelcentrum) en een zuidelijk gedeelte (nabij het gemeentehuis). In het noordelijk gedeelte achter het winkelcentrum wonen 30 jeugdigen en naar verwachting zal dit aantal de komende jaren toenemen tot circa 40.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
66
Er wordt gespeeld voor de 1e Mozartlaanflat, maar sinds de komst van de parkhof/apotheek, wordt deze weg als racebaan gebruikt. Zgn 30km-borden en drempels zou wel prettig/veiliger zijn.” {buurtenquête}
8.4.
Er wonen circa 50 jeugdigen in het zuidelijk gedeelte nabij het gemeentehuis en naar verwachting zal dit aantal de komende jaren afnemen tot 40. Gezien de normen voor formele speelruimte behoeft er in beide gedeelten geen specifieke speelplek voor jeugd aanwezig te zijn. Tijdens de rondgangen bleek dat veel jeugdigen uit de Koningshoek ook op de speelplekken in het park tussen de flats aan de Van Beethovenlaan/Mozartlaan spelen. Daarvoor moeten ze wel de Haydnlaan c.q. de Van Beethovenlaan oversteken. Voor de kinderen is het hier niet overzichtelijk en auto’s kunnen hier redelijk veel vaart maken. Om de samenhang tussen deze twee buurten te versterken en de speelplekken voor de jeugd beter bereikbaar te maken, kan overwogen worden hoe de Van Beethovenlaan en de Haydnlaan beter oversteekbaar gemaakt zou kunnen worden. Verder maken de jeugdigen mede gebruik van het voetbalveldje nabij de basisschool aan de Haydnlaan [545].
Jongeren in de Kapelpolder Voor de circa 385 jongeren in deze wijk zijn er voldoende locaties (25) aan te wijzen waar ze elkaar informeel kunnen ontmoeten. Op acht plekken moet hiervoor een kleine voorziening zijn in de vorm van een bankje of andere ontmoetingsaanleiding [M 006]. Geschikte locaties hiervoor zijn: Noordzee (langs Waterweg) omgeving Mackayplein veld P.J. Troelstraweg groene zone bij flats Mozartlaan/Beethovenlaan omgeving station Maassluis West Chopinstraat (stukje verharding in bocht) omgeving Winkelcentrum Koningshoek in groenstrook Joh. Wagenaarlaan Op sommige van deze locaties staan al ontmoetingsaanleidingen. Uit inspraakreacties en het veldbezoek blijkt dat veel van de locaties goed bekend zijn bij de jongeren. Door slimme inrichting van deze locaties kan de overlast geminimaliseerd worden en door goede contacten met de gebruikers van de plekken op te bouwen (ambulant jongerenwerk en activiteiten met mobiele voorzieningen) kan geluidshinder en vervuiling tot een minimum worden beperkt. Bij te grote overlast op deze plekken of andere plekken in de woonbuurt dienen de jongeren doorverwezen te worden naar één van de grotere JOP’s of sportplekken. Andere bekende overlastlocaties zijn het speelplaatsje aan de Talmastraat/Heldringstraat, Haydnlaan gymnastieklokaal, de Hoeker/Schumannstraat, speelveldje bij de Botter, tussen de flats aan de Burgemeester Schwartzlaan en de Maasstraat/Piersonstraat. Er wordt hier met name geluidsoverlast ervaren door schreeuwen, scooters en voetbalspel.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
67
Dat hier overlast ervaren wordt is goed te verklaren. Voor de ruim 100 jongeren uit Kapelpolder en voor de ruim 130 jongeren uit de Koningshoek is er in de huidige situatie geen enkele voorziening. Ook de klachten rondom de Haydnlaan en Beethovenlaan zijn weer goed te verklaren door het feit dat alle groepen jongeren uit Kapelpolder op deze ruimte aangewezen zijn. Dit leidt tot drukte en soms misschien zelfs tot conflicten. Op minimaal vier plekken moeten er dan ook formele sport- en spelvoorzieningen komen. Gezien de verdeling van de jongeren over de wijk met circa 104 jongeren in Kapelpolder, 112 jongeren in Koningshoek en 169 jongeren in de Componistenbuurt zullen er twee voorzieningen komen in de Componistenbuurt en in beide andere buurten één. Er zijn in de Componistenbuurt reeds een aantal sportlocaties voor de jongeren ingericht of geschikt. Deze plekken zijn Mozartlaan bij Parkhof [501], J. Wagenaarlaan [504], Beethovenlaan [508] en Beethovenlaan [510]. Van deze vier plekken beschikken plek [504] en plek [510] over de beste inrichting. Ook omdat de plekken goed gespreid over de buurt liggen, wordt voorgesteld deze als primair aan te wijzen voor de jongeren. De inrichting dient hierop te worden aangepast. De baskets op de andere twee plekken hoeven niet meer op deze locaties vervangen te worden [501] en [508], maar op locatie [510]. Voor de plek in Kapelpolder is eigenlijk maar één locatie geschikt die groot genoeg is en centraal genoeg ligt. Dit is het veld aan de P.J. Troelstraweg [Z 010], dat ook al aangewezen is als plek voor de jeugd. In de Koningshoek een plek voor de jongeren aanwijzen is niet eenvoudig; de bebouwing ligt ver uit elkaar. In eerste instantie zou een meer centraal gelegen plek goed zijn, maar deze zou gerealiseerd moeten worden in het park voor het stadhuis. In het masterplan dat voor de herontwikkeling van de omgeving winkelcentrum gemaakt wordt, zijn er ook nog mogelijkheden om ruimte hiervoor te reserveren. Er zijn twee bestaande plekken aan de Chopinstraat [539] en Haydnlaan [545]. Op de eerste plek staan echter geen voorzieningen meer en de tweede plek is een schoolplein. Gezien de ligging van de plekken gaat de voorkeur uit naar Chopinstraat [539]. Bijkomende reden is dat de jongeren die aan de andere kant van het winkelcentrum wonen ook naar de skatebaan toe kunnen. Deze skatebaan is een zogenaamde bovenwijkse voorziening.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
68
9. 9.1.
SPELEN IN DE BURGEMEESTERSWIJK De speelruimte in de Vogelbuurt In de Vogelbuurt vallen voor het spelen van kinderen en jeugdigen vijf buurtjes te onderscheiden.
Vogelbuurt
“verzoek om een simpel peuter/kleuter speelplaatsje te realiseren in groenstrookje tegenover Spechtstraat 4”. {email 2004}
“kunnen er meer bomen komen om hutten in te bouwen?” {buurtplattegrond}
“Misschien is het wel leuk om het in het park neer te zetten.” {enquêteformulier}
“we missen nog een voetbalveldje met doelen, een plek om te tennissen, meer ruimte bij het speeltuintje.” {buurtplattegrond}
In het gedeelte tussen het Lepelaarplantsoen en de Merellaan is voor de ruim 40 kinderen in de doodlopende straten voldoende informele speelruimte te vinden. Gezien de normen voor formele speelruimte zou er ten minste één centrale speelplek aanwezig moeten zijn. Gezien de verspreiding van de kinderen wordt voorgesteld om in de Goudvinkstraat een speelplek te realiseren [Z 011]. Hiermee wordt dan ook invulling gegeven aan het verzoek uit 2005 om een speelplekje in de Spechtstraat te realiseren, zij het dan een straat verderop, zodat de plek meer centraal voor alle kinderen komt te liggen. Er ligt ook nog een klein plekje voor kinderen aan het Koningshof [543] bij de bibliotheek. Dit heeft echter geen functie in het kader van het openbare speelvoorzieningenniveau en wordt als secundair aangewezen. Voor de circa 60 jeugdigen is er niet echt veel informele speelruimte in de buurt te vinden. Wel kunnen ze in het groen rondom de flats en in het Lepelaarplantsoen spelen. Voor het spelen zou het groen op enkele plekken in het park wellicht minder intensief kunnen worden onderhouden. Voor hen zou er één speelplek aanwezig moeten zijn. Voorgesteld wordt om de speelplek in het Lepelaarplantsoen [516] beter met dit gedeelte van de buurt te verbinden door bijvoorbeeld het plaatsen van een kabelbaan. In een buurtenquête wordt aangegeven dat er “meer dan voldoende speelplekken zijn bij de flats aan de Merellaan”. Dit is ook wel terecht aangezien er slechts 2 kinderen en jeugdigen in de flats 1 tot en met 8 wonen. Het is opvallend dat in het gedeelte tussen de Lijsterlaan en de Merellaan de meeste kinderen juist daar wonen waar meer informele speelruimte aanwezig is. Daardoor wordt voldaan aan de normen hiervoor. Tweederde van de circa 60 kinderen woont direct rondom de speelplek Plevierhof [506]. Deze speelplek mag dus uitgebreid ingericht zijn. Voor de circa 60 jeugdigen is de speelplek in het Lepelaarplantsoen [516] net te bereiken, waarbij de verkeersveiligheid van de Nachtegaallaan wel een aandachtspunt blijft [M 007]. Misschien zijn speeloversteekpunten nodig. Verder kunnen de oudere jeugdigen nog mede gebruikmaken van het voetbalveld aan de Korhoenstraat [532] en ook wel van de plek aan de Kwartel/Lijsterlaan [533].
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
69
“Spelen bij de straat bij de plevierstraat daar bij dat speeltuintje [506].” {buurtplattegrond}
Waar is het gevaarlijk: “Speeltuin bij de Shell [518].” {buurtplattegrond }
“Probleem is dat sommigen de Nachtegaallaan moeten oversteken om in de speeltuin te komen. Dat mag meestal niet.” {buurtplattegrond}
Waar speel je graag: “In ’t speelhuisje [515] als er geen grote kinderen zijn.” {buurtplattegrond }
Met zijn allen op de band
“veel kinderen zijn tevreden met de mogelijkheden die er al zijn” {buurtplattegrond groep 4}
Voor de kinderen in het gedeelte tussen de LijsterlaanKwartellaan-Westlandseweg-Nachtegaallaan is in de doodlopende straten, achterpaden en de pleinen voldoende informele speelruimte aanwezig. Voor circa de helft van de 75 kinderen in dit gedeelte is de speelplek aan de Buizerdstraat [517] voldoende te bereiken. Om verder te voorzien in de normen voor formele speelruimte moet er een speelplekje voor bijna 30 kinderen in Torenvalkstraat [Z 012] aangelegd worden. Hiermee wordt dan tegelijk invulling gegeven aan een verzoek (brief 2003) van een kind om de bosjes om te vormen zodat hier gespeeld kan worden. Voor de 60 jeugdigen is er een matige hoeveelheid informele speelruimte. De speelplek aan de Kwartellaan BP [518 Maasdelta] ligt voor de meeste jeugd achter de flat en de plek lijkt niet echt gebruikt te worden. Ook werd deze niet genoemd tijdens rondgang (kennen ze deze niet?) en de enige keer dat de plek op een buurtplattegrond wordt genoemd, is dit in relatie met gevaar. Het zou een mogelijkheid zijn om de speelplek aan de Buizerdstraat [517] aan te passen tot een speelplek voor jeugdigen, vergelijkbaar met de plek en voetbalkooi aan de Zwaluwstraat [514] en [529]. Vooraf aan de uitvoering hiervan is het goed om met de jeugd uit dit gedeelte nog eens na te gaan waarom (of?) de speelplek aan de Kwartellaan BP [518 Maasdelta] niet aantrekkelijk is (te maken?). Verder kunnen de wat oudere jeugdigen naar de speelplek in het Lepelaarplantsoen, waarbij de veiligheid voor het oversteken van de Nachtegaallaan aandachtspunt blijft [M 007]. Misschien zijn speeloversteekpunten nodig. In het gedeelte tussen de Lijsterlaan-Nachtegaallaan-Westlandseweg-Uiverlaan wonen ruim 70 kinderen. Voor hen is er net voldoende informele speelruimte te vinden op de stoepen, de achterpaden en bij de speelplekjes. Als het kinderaantal hier verder toeneemt, moet overwogen worden hoe de informele speelruimte verbeterd kan worden. De speelplekken aan de Zwaluwstraat [514] en de Koolmeesstraat [515] liggen goed gespreid voor de kinderen. Wel zou de speelplek aan de Koolmeesstraat [515] specifiek voor kinderen en aantrekkelijker gemaakt moeten worden door bij vervanging te kiezen voor meer kleurrijke toestellen. Verder wordt voorgesteld om te kijken of dit plekje niet aangesloten kan worden bij het schoolplein van de Regenboog, zodat de kinderen van de school hier tijdens de pauzes ook gebruik van kunnen maken. Uit de rondgang blijkt dat de speelplek in het Lepelaarplantsoen [516] het leukste is: “In de kooi kun je alleen maar voetballen”. de kooi zouden ze echter niet willen missen: “daar mogen we tijdens de pauzes gaan voetballen!”. Voor de circa 60 jeugdigen kan dus goed volstaan worden met de voetbalkooi Zwaluwstraat [529] en de speelplek in het Lepelaarplantsoen [516]. OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
70
De speelplek voor kinderen in het Lepelaarplantsoen [512] nabij de dierenweide heeft een soort buurtfunctie waar kinderen met hun ouders naar toe kunnen gaan.
Tevreden met speelruimte respectievelijk voetbalmogelijkheid.” {buurtenquête}
Met bovenstaande voorstellen zijn er in de Vogelbuurt zeven speelplekken voor circa 270 kinderen. Gezien de normen zouden er minimaal acht plekken voor hen moeten zijn. De plek Plevierhof [506] is echter een dubbele plek. Omdat gekozen is de speelplek in het Lepelaarplantsoen als uitdagende centrale speelplek voor de jeugd uit de hele Vogelbuurt aan te wijzen, krijgen de schoolpleinen van De Regenboog en de Westhoek geen functie toegerekend in het kader van openbare speelruimte voor jeugd.
9.2.
De speelruimte in de Burgemeestersbuurt De Burgemeestersbuurt is een herstructureringsbuurt waarvoor in “Het handboek openbare ruimte Burgemeesterswijk” al plannen met betrekking tot het spelen zijn gemaakt. Deze buurt wordt niet verder in deze analyse meegenomen.
9.3.
Jongeren in de Burgemeesterswijk Aangezien de Burgemeestersbuurt niet meedoet in dit verhaal wordt een beeld geschetst voor de jongeren in de Vogelbuurt en worden alleen ideeën en opmerkingen gegeven voor de Burgemeestersbuurt. In de Vogelbuurt wonen in totaal circa 240 jongeren. In deze buurt zijn er voldoende locaties (16) aan te wijzen waar ze elkaar informeel kunnen ontmoeten. Op drie plekken moet hiervoor een kleine voorziening zijn in de vorm van een bankje of andere ontmoetingsaanleiding [M 008]. Geschikte locaties hiervoor zijn: Lepelaarplantsoen achter/tussen flats Merellaan hoek Kwartellaan/Westlandseweg Op sommige van deze locaties staan al ontmoetingsaanleidingen. Door slimme inrichting van de locaties kan de overlast geminimaliseerd worden en door goede contacten met de gebruikers van de plekken op te bouwen (ambulant jongerenwerk en activiteiten met mobiele voorzieningen) kan geluidshinder en vervuiling tot een minimum worden beperkt. Bij te grote overlast op deze plekken of andere plekken in de woonbuurt dienen de jongeren doorverwezen te worden naar één van de grotere JOP’s. En andere bekende overlastlocatie is het speelveld aan de Zwaluwstraat. Er wordt hier met name geluidsoverlast ervaren door voetbalspel. Op drie plekken moeten dan ook formele sport- en spelvoorzieningen komen. Er zijn in de Vogelbuurt reeds een drietal sportlocaties voor de jongeren ingericht of geschikt. Deze plekken zijn Zwaluwstraat voetbalkooi [529], Korhoenstraat [532] en Lepelaarplantsoen [516]. Alle deze plekken kunnen voor de jongeren worden gebruikt. Gekeken moet worden of er wat gedaan kan worden aan de overlast op de Zwaluwstraat.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
71
Op dit moment wonen in de Burgemeestersbuurt nog ongeveer 300 jongeren. Deze jongeren zullen over de andere buurten gaan zwerven en problemen veroorzaken. Door ervoor te zorgen dat in deze buurt minimaal drie voorzieningen aanwezig blijven en ook drie informele ontmoetingsplekken, kan voorkomen worden dat er problemen ontstaan. Ook geven de jongeren aan dat ze graag in het Podiumcafé Unique/Club Emotion komen maar nu die op gezette tijden open is, dit niet meer kan. De Groene Stip was ook favoriet. Eigen plekken, ambulant jongerenwerk en een ontmoetingsruimte ergens binnen is in deze buurt belangrijk om te voorkomen dat jongeren gaan zwerven of om te voorkomen dat er een “herstructureringssfeer” ontstaat.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
72
10. 10.1.
SPELEN IN DE STEENDIJKPOLDER De speelruimte in Steendijkpolder noord Voor de kinderen is er in de rustige straten, de hofjes, de doodlopende en autovrije straten voldoende informele speelruimte te vinden. Ook voor de jeugdigen bleek tijdens de rondgang dat er voldoende locaties te vinden zijn waar ze even een balletje kunnen trappen. Ze kunnen zich goed door de hele buurt begeven om te gaan spelen in en rondom het groen.
Steendijkpolder noord
“Bij ons zijn eigenlijk de paaltjes speelplekken, we zitten er altijd op” “we lopen altijd op de straat er zijn iet veel auto’s” {rondgang}
Voor de ruim 30 kinderen die in het gedeelte KruitmolenWatermolen wonen, is nu alleen een eenvoudig plekje bij de Orangerie [804] aanwezig met 2 verspreid staande toestelletjes. Voorgesteld wordt om deze plek in het buurtje te centreren en te verbeteren voor kinderen. Rondom de speelplek aan de Kalandermolen [802] wonen ruim 20 kinderen zodat deze speelplek voor hen aangewezen wordt. Rondom de speelplek aan de Bergmolen [818] wonen nog geen 6 kinderen (meer) zodat deze speelplek als secundair wordt aangewezen. In het gedeelte rondom de speelplekken aan de Grondzeiler [815], de Paltrokmolen [816] en de Standerdmolen [817] wonen in totaal 50 kinderen. Gezien de hoeveelheid informele speelruimte zou in de normen voor formele speelruimte voldaan kunnen worden met 2 speelplekken. Er wordt voorgesteld om met hieraan invulling te geven met de speelplek [815] plus gezamenlijk de plekken [816] en [817]. De speelplek aan de Trasmolen [810] is redelijk te bereiken voor circa 20 kinderen. De ligging is niet helemaal optimaal voor het hele buurtje. Voorgesteld wordt om, bij vervanging van de toestellen, na te gaan of deze niet herplaatst kunnen worden in de Houtzaagmolen, zodat deze plek voor circa 30 kinderen een functie krijgt. De speelplek aan de Papiermolen-Stadsmolen [820] wordt als secundair aangewezen omdat de circa 20 kinderen die rondom het speelplekje wonen gemakkelijk naar de speelplek aan de Trasmolen [810] en naar de Stadsmolen-Pelmolen [814] kunnen gaan. De speelplek aan de Stadsmolen-Pelmolen [814] heeft een centrale functie voor de circa 30 kinderen uit het middelste gedeelte van Steendijkpolder noord en wordt mede voor kinderen aangewezen. Rondom de speelplek aan de Kopermolen [809] wonen nog geen 15 kinderen, van wie de meesten ook nog eens goed naar de speelplek aan de Stadsmolen-Pelmolen [814] kunnen gaan. Deze plek wordt als secundair aangewezen. Het is niet de verwachting dat er rondom het speelplekje in het Woonwagencentrum [819] meer dan 20 kinderen wonen. Deze plek wordt dan ook als secundair aangewezen.
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
73
De rondgang met de jeugdigen ging allereerst naar de speelplek aan de Stadsmolen-Pelmolen [814]. De jeugdigen gaven aan dat dit eigenlijk de enige plek in de buurt is. Sommigen van hen, met name degenen die regelmatig de hond moeten uitlaten, komen ook wel in het park achter MSV. Gezien de normen voor formele speelruimte zouden er bij het huidige aantal jeugdigen (280) vier tot vijf speelplekken moeten zijn. Het aantal zal naar verwachting de komende jaren afnemen met 30% tot circa 200 waarvoor twee tot drie speelplekken nodig zullen zijn. Voorgesteld wordt om ten minste drie plekken voor de jeugd te realiseren. De huidige speelplek aan de Stadsmolen-Pelmolen [814] is de eerste hiervan. Daarnaast kan in het gehele park een uitdagende speelplek worden gerealiseerd, Hoog-laag gebied [821], mede voor de jeugd uit Steendijkpolder zuid (zie paragraaf 11.2) Er zijn ook al plannen voor het plaatsen van een kabelbaan hier. Verder is in de buurt zelf eigenlijk geen ruimte om een leuke speelplek voor jeugd te maken. Voor de wat oudere jeugd kan dan wellicht toch in het park aan de andere kant van de Albert Schweitzerdreef aantrekkelijker speelruimte worden gerealiseerd. Denk hier bijvoorbeeld aan het aanbrengen van kleine skate-elementen en enkele toestellen voor jeugdigen [Z 015].
“je kan goed skeeleren in het MSV parkje” {rondgang}
10.2.
Steendijkpolder zuid
Spelen op straat
De speelruimte in Steendijkpolder zuid Voor de kinderen is er in de rustige straten, de hofjes en de verschillende autovrije gedeelten voldoende informele speelruimte te vinden. Tijdens de rondgang kwam naar voren dat er voor de jeugd voldoende locaties te vinden zijn waar ze even een balletje kunnen trappen en dat ze zich goed door de hele buurt kunnen begeven om te gaan spelen in en rondom het groen. Voor de circa 30 kinderen in het buurtje rondom de Asserdreef kan de huidige plek [803] verbeterd worden. De centraal gelegen speelplek aan de Steenen Dijck (plein) [811] heeft een functie voor circa 40 kinderen. Voorgesteld wordt om deze plek specifiek en redelijk uitgebreid voor kinderen te bestemmen. Daarnaast voorzien de speelplekken aan de Zeemandreef [805] en de Shawdreef [808] samen voor circa 40 kinderen in de behoefte aan formele speelruimte. De speelplek aan de Kamerlingh Onnesdreef [807] is goed bereikbaar voor circa 20 kinderen zodat deze ingericht voor kinderen kan blijven. Rondom het speelplekje aan de Dunantdreef [801] wonen geen 10 kinderen meer zodat deze als secundair moet worden aangewezen. Op de cirkeltekening in Bijlage VIII valt te zien dat er dan in enkele gedeelten van de Steendijkpolder zuid geen dekking is van speelplekken voor kinderen. Dit komt voort uit nauwkeurig onderzoek van de statistische gegevens; er blijken in die gedeelten minder kinderen te wonen, en die er wonen kunnen, met of zonder een ouder, de overige speelplekken voldoende bereiken. OBB Ingenieursbureau 746.03 74 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
“Wij hebben allemaal kinderen van 1 tot 4 jaar. Zij willen graag buiten spelen maar vinden de speelplaats[808] erg saai.” {brief 2003}
Ik wil dit graag in mijn wijk. Want alle speeltuinen staan een stuk verderop.” {enquêteformulier}
Tijdens de rondgang kon de jeugd eigenlijk geen echte plek aanwijzen waar ze veel komt om te spelen. Wel ging de rondgang langs het ruimtenet/de spin aan de andere kant van de Albert Schweitzerdreef [813], maar “de meesten komen daar nooit” en daar “hingen altijd de grote jongens”. Enkele jongens die veel voetballen gaan wel eens naar het voetbalveldje aan de Albert Schweitzerdreef [812], hoewel ze daar ook wel “worden weggejaagd als de groten komen”. Gezien de normen zouden er voor de bijna 200 jeugdigen twee tot drie speelplekken moeten zijn. Naar verwachting neemt het aantal jeugdigen de komende jaren iets af tot circa 160, voor wie nog steeds twee speelplekken noodzakelijk zijn. In de buurt zelf is eigenlijk geen locatie groot genoeg om een echte speelplek voor deze leeftijd te maken en de Albert Schweitzerdreef blijkt een grote barrière. Voorgesteld wordt om bij het scholencomplex op de pleinen meer toestellen voor de jeugd te plaatsen [Z 018] en om daarnaast in het gehele park een uitdagende speelplek te realiseren, Hoog-laag gebied [821]. (Zie ook paragraaf 11.1) Verder kunnen de jeugdigen nog mede gebruikmaken van het voetbalveldje aan de Albert Schweitzerdreef [812]. De basisscholen De Westhoek en de Ichtus worden dus in het speelvoorzieningenniveau betrokken.
10.3.
Jongeren in de Steendijkpolder Voor de circa 620 jongeren in deze wijk zijn er voldoende locaties (41) aan te wijzen waar ze elkaar informeel kunnen ontmoeten. Op dertien plekken moet hiervoor een kleine voorziening zijn in de vorm van een bankje of andere ontmoetingsaanleiding [M 009]. Geschikte locaties hiervoor zijn: omgeving hoek Dr. A. Schweitzerdreef/Burgemeester v. Reesstraat Dr. A. Schweitzerdreef t.h.v. Einthovendreef Dr. A. Schweitzerdreef t.h.v. v.d. Waalsdreef Dr. A. Schweitzerdreef t.h.v. Kamerlingh Onnesdreef omgeving tennishal Op Dreef groenzone achter atletiek- en jeu de boulesvereniging groenzone Maasdijk/Schenkeldijk Watermolen tegen Maasdijk in hoek tegen rotonde (Grondzeiler) in bocht Lijsterlaan (omgeving thuiszorg) omgeving Sporthal Weth. Smit in groenstrook omgeving DrieMaashave Op sommige van deze locaties staan al ontmoetingsaanleidingen. Uit inspraakreacties en het veldbezoek blijkt dat veel van deze locaties al goed bekend zijn bij de jongeren. Door slimme inrichting van de locaties kan de overlast geminimaliseerd worden en door goede contacten met de gebruikers van de plekken op te bouwen (ambulant jongerenwerk en activiteiten met mobiele voorzieningen) kan geluidshinder en vervuiling tot een minimum worden beperkt. OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
75
Bij te grote overlast op deze plekken of andere plekken in de woonbuurt dienen de jongeren doorverwezen te worden naar één van de grotere JOP’s of sportplekken. Andere bekende overlastlocaties zijn speelplek Stadsmolen/Pelmolen en op verschillende plekken langs de Dr. A. Schweitzerdreef. Dat hier overlast is, valt goed te verklaren. Voor de ruim 600 jongeren uit Steendijkpolder zijn er ongeveer 6 toestellen beschikbaar, verdeeld over vier plekken. Ongeveer 100 jongeren per toestel is vragen om problemen. De genoemde informele ontmoetingsplekken en navolgende formele plekken zullen zorgen voor betere verdeling van speelvoorzieningen en spreiding van de jongeren. Op zes à zeven plekken moeten formele sport- en spelvoorzieningen komen. Gezien de verdeling van de jongeren over de wijk met circa 255 jongeren in Zuid en 365 jongeren in Noord moet er in Noord een plek meer zijn. Er zijn in Steendijkpolder zuid reeds een tweetal sportlocaties voor de jongeren ingericht of geschikt. Deze plekken zijn Albert Schweitzerdreef [812] en Albert Schweitzerdreef [813]. Beide plekken functioneren In de huidige situatie goed. Als derde plek wordt een plek aan de zuidkant van de wijk langs de Lijsterlaan [Z 019] voorgesteld. Wellicht kan dit met het toekomstig schoolplein MFA worden geïntegreerd. Er is in Steendijkpolder noord slechts één sportlocatie voor de jongeren ingericht of geschikt. Dit is plek Stadsmolen-Pelmolen [814], die ook al jaren lang klachten oplevert. Dat is niet vreemd als er ongeveer 360 jongeren moeten sporten. De plek blijft bestaan maar er moeten drie plekken bij worden aangewezen. De eerste plek kan in het parkgedeelte achter de atletiek- en jeu de boulesvereniging worden ingericht [Z 015]. De twee andere plekken zijn veel moeilijker omdat er weinig ruimte in de wijk zelf is. Centraal tussen de twee buurten ligt een groenstrook. Dit is een mooie locatie voor een plek, alleen de kans op overlast is iets groter. Toch horen de jongeren niet alleen aan de rand van de wijk. Voorgesteld wordt om in de omgeving van de Sporthal Weth. Smit een eenvoudige sport- en ontmoetingsvoorziening te maken [Z 016]. In het voorlopig schetsontwerp voor de herontwikkeling is hiervoor al een verhard sportveld voorzien. De laatste plek zou meer richting de Maasdijk/het Nieuwe Water moeten liggen. In overleg met jongeren en bewoners moet een locatie worden gezocht [Z 017]. Opties zijn: 1. omgeving rotonde/Dr. Jan Schoutenlaan; 2. omgeving Watermolen aan overzijde water; 3. omgeving park in de hoek van Maasdijk/Schenkeldijk.
Kop 7 ingevoegd voor witregel inhoudsopgaven
OBB Ingenieursbureau 746.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 24-9-05
76