Buitenspelen, ja leuk!

Buitenspelen, ja leuk! Speelruimteplan gemeente Schiedam BELEIDSPLAN voor en ANALYSE van SPEELRUIMTE

Buitenspelen, ja leuk! Speelruimteplan gemeente Schiedam BELEIDSPLAN voor en ANALYSE van SPEELRUIMTE

OBB Ingenieursbureau 772.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 4-4-08

1

Titel: Subtitel: Omschrijving: Opdrachtgever: Opdrachtnemer:

Opgesteld door: Datum: Project: Aantal pagina’s: OBB Ingenieursbureau 772.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 4-4-08

"Buitenspelen, ja leuk!" Speelruimteplan gemeente Schiedam Beleidsplan voor en analyse van speelruimte gemeente Schiedam OBB Ingenieursbureau Postbus 805 7400 AV Deventer 0570 – 61 60 05 [email protected] ing. J.P. Oost ing. P.J. Wegdam april 2008 772.03 129 2

INHOUDSOPGAVE 1.

SAMENVATTING 1.1. Samenvatting analyse speelruimte 1.2. Overzicht financiële consequenties

5 5 10

INLEIDING 2.1. Waarom een speelruimteplan? 2.2. Doelstelling en visie 2.3. Plan van aanpak 2.4. Betrokkenheid doelgroepen 2.5. Begripsbepaling 2.6. Leeswijzer voor het speelruimteplan

13 13 13 13 14 15 17

Kop 7 voor witregel in inhoudsopgave

2.

Kop 7 ingevoegd voor witregel in inhoudsopgave

12

18

DEEL I SPEELRUIMTEBELEID 2008 - 2017

19

3.

21 21 21 22 22 23 24 27 30 31 34 36 37 38 41

BELEID SPEELRUIMTE 2008 - 2017 3.1. Het recht op spelen 3.2. Het nieuwe spelen 3.3. Spelen is leren 3.4. Speelruimte, voor wie? 3.5. De relatie informele en formele speelruimte 3.6. De informele speelruimte 3.7. Vormgeving informele speelruimte 3.8. De formele speelruimte 3.9. Vormgeving formele speelruimte 3.10. Samen werken aan speelruimte 3.11. Duurzame speelruimte 3.12. Speelruimte in nieuwbouwsituaties en herstructurering 3.13. De zorg voor speelvoorzieningen 3.14. Periode en evaluatie speelruimtebeleid p 7 ingevoegd voor witregel in inhoudsopgave

41

DEEL II ANALYSE SPEELRUIMTE

43

4.

LEESWIJZER ANALYSE SPEELRUIMTE 4.1. Bij het lezen van de analyse 4.2. Leeftijden en termen 4.3. Onderverdeling in wijken en buurten 4.4. Opbouw teksten 4.5. Tekstwolken naast de tekst

45 45 45 45 46 46

5.

BOVENWIJKSE ASPECTEN VAN SPEELRUIMTE 5.1. Kinderaantallen 5.2. Georganiseerd sport en spel 5.3. Bovenwijkse voorzieningen jeugd 5.4. Hondenpoepprobleem 5.5. Voorzieningen voor jongeren

47 47 47 47 47 47

6.

SPELEN IN SCHIEDAM 6.1. Speelruimte in Spaland / Sveaparken 6.2. Speelruimte in Woudhoek 6.3. Speelruimte in Groenoord 6.4. Speelruimte in Kethel / Tuindorp 6.5. Speelruimte tussen Noord en Zuid 6.6. Speelruimte in Nieuwland 6.7. Speelruimte in Oost 6.8. Speelruimte in Centrum 6.9. Speelruimte in West 6.10. Speelruimte in Zuid

49 49 52 56 60 63 64 70 74 76 81

7.

REALISATIE STREEFBEELD EN JAARLIJKSE KOSTEN

85


3

7.1. 7.2. 7.3. 7.4. 7.5.

Realiseren streefbeeld Eenmalige en bijkomende kosten Vervangingswaarde Structurele kosten Kort samengevat

Kop 7 ingevoegd voor witregel inhoudsopgaven

DEEL III BIJLAGEN BIJLAGE I. BIJLAGE II. BIJLAGE III. BIJLAGE IV. BIJLAGE V. BIJLAGE VI. BIJLAGE VII. BIJLAGE VIII. BIJLAGE IX. TABELLEN Tabel Tabel Tabel Tabel Tabel Tabel Tabel Tabel Tabel Tabel Tabel Tabel

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12

85 86 88 89 91 91

93 ONTWIKKELING VAN HET KIND AANTAL EN KOSTEN SPEELTOESTELLEN GEGEVENSTABEL WIJKEN BESLISBOOM SPEELPLEK SPEELPLEKKEN EN MAATREGELEN RESULTATEN INTERNETPANEL INFORMELE ONTMOETING JONGEREN SPEELPRIKKELS TEKENING

95 97 99 101 103 115 123 125 127

Kosten realisatie streefbeeld 10 Inventarisatie en vervangingswaarde 11 Structurele kosten 11 Uitgangspunten informele speelruimte 26 Uitgangspunten formele speelruimte 31 Verloop kinderpiek 37 Kosten realisatie streefbeeld 86 Eenmalige kosten realisatie per wijk 88 Inventarisatie en vervangingswaarde 88 Inventarisatie en vervangingswaarde naar eigendom 89 Structurele kosten 90 Beslisboom analyse speelruimte 101


4

1.

SAMENVATTING

1.1.

Samenvatting analyse speelruimte

1.1.1.

Spaland / Sveaparken De wijk Spaland / Sveaparken is een wijk met twee gezichten. In de bestaande bouw ten zuiden van de Slimme Wetering is het kinderaantal aan het dalen, terwijl in het noordelijke deel van de wijk nog veel nieuwbouw plaatsvindt en een stijgend kinderaantal is waar te nemen. In de gehele wijk is voldoende informele speelruimte aanwezig, een gedeelte groen en een groter deel verhard. Spelen op straat is door de structuur en de 30-km zones voor de gehele doelgroep goed mogelijk. Verder biedt het groen in en rondom de wijk veel mogelijkheden om in het spel betrokken te worden. Het grootste deel van de speelplekken in de wijk ligt reeds op een goede plek. In het zuidelijke deel (Spaland) van de wijk vindt door het dalende kinderaantal een herschikking van plekken plaats waardoor een duurzame structuur ontstaat. In het noordelijke deel van de wijk (Sveaparken) vindt door het stijgende kinderaantal met name een aanvulling plaats in de vorm van speelplekken voor kinderen en jeugd.

Informele speelruimte tussen huizen

In deze analyse worden per wijk de belangrijkste kenmerken van de informele ruimte weergegeven. Daarnaast wordt door middel van een tabel duidelijk wat de invloed is van het toepassen van de uitgangspunten op het aantal speelplekken. In deze tabel ontstaat verschil tussen het aantal huidige plekken en het streefbeeld door het aanwijzen van secundaire plekken, zoekgebieden en door aanpassing van plekken. Wijziging in leeftijdscategorie voor een plek is niet zichtbaar in de tabel. Aansluitend worden in 1.2 de financiële consequenties weergegeven.

Over de gehele wijk dient aandacht aan jongeren besteed te worden. Voor de jongeren vindt er een verdubbeling in het aantal voorzieningen plaats.

Speelplek [SP 16]

Leeftijdsgroep Kinderen 0-5 jr. Jeugd 6-11 jr. Jongeren 12-18 jr. 1.1.2.

Kinderaantal 700 795 1.020

Huidige plekken 17 13 4

Secundair 2 1 -

Zoekgebied 4 1 3

Streefbeeld 19 11 8

Woudhoek Binnen de wijk Woudhoek is er een licht dalend kinderaantal zichtbaar, wat er mogelijk op duidt dat dit aan het stabiliseren is. Voor de informele speelruimte biedt het centraal gelegen wijkpark veel mogelijkheden voor kinderen en jeugd. Verder liggen er aan de noorden westkant van de wijk nog grote groenstroken die voor de jeugd een uitdagende speelplek bieden. Een gedeelte van de groene ruimte wordt door hondenpoep minder goed bespeelbaar. De straten bieden door hun verkeersluwe karakter op veel plekken een goede aanvulling op de groene informele speelruimte.

Groenzone Grundel


5

Door het dalende kinderaantal en het grote aantal huidige speelplekken worden binnen de wijk Woudhoek meerdere plekken als secundair aangewezen. Hier tegenover staat het meer uitdagend maken van enkele van de plekken. Op deze locaties zal de formele speelplek worden uitgebreid door het groen er meer bij te betrekken. Hierdoor is het niet noodzakelijk nieuwe plekken in de wijk aan te leggen. Voor jongeren zijn er in de wijk al voldoende locaties aanwezig, aandacht op het gebied van de aangeboden voorzieningen is echter wel gewenst.

Trapveld [Wo 39]


Groen Jozef Oreliosingel

Voetbalmogelijkheid [G 25]


Secundair 15 6 -

Zoekgebied -

Streefbeeld 12 13 6

Groenoord Voor het opstellen van de analyse voor de wijk Groenoord is uitgegaan van de huidige situatie. In de wijk vindt echter een grote herstructurering plaats. Eventuele aanpassingen die plaatsvinden met betrekking tot de speelruimte zullen dan ook moeten worden getoetst aan de in dit speelruimteplan omschreven uitgangspunten. Kijkend naar de huidige gegevens is er een licht stijgend kinderaantal zichtbaar, wat mogelijk voorvloeid uit de herstructurering. De informele speelruimte bevindt zich in Groenoord voor een deel tussen de bebouwing, veelal bestaand uit flats. Centraal in de wijk (Oreliosingel) en aan de rand (A4 tracé / Z-flats) bevinden zich groene ruimten die meer uitdaging bieden voor spelen. De straten en pleinen worden door de aanwezigheid van geparkeerd staande auto’s minder aantrekkelijk als speelruimte. Toch worden met name de pleinen bij de flats als geschikte informele ruimtes gezien. Voor het huidige kinderaantal volstaan de meeste van de huidige speelplekken. Wanneer er door de herstructurering een sterker stijgend kinderaantal waarneembaar is, zal hierop moeten worden gereageerd. Over het geheel van de speelplekken vinden kleine verschuivingen en aanpassingen plaats. De Jongeren zijn in de wijk Groenoord reeds goed voorzien van sporten spelplekken. Voor deze groep dienen op de bestaande locaties vooral de mogelijkheden voor ontmoeten te worden verbeterd. Leeftijdsgroep Kinderen 0-5 jr. Jeugd 6-11 jr. Jongeren 12-18 jr.

1.1.4.

Kinderaantal 386 456 658



Secundair 6 4 1

Zoekgebied 3 1 -

Streefbeeld 16 14 9

Kethel / Tuindorp Het kinderaantal in de wijk Kethel / Tuindorp is stabiel en zal naar verwachting weinig verandering laten zien.


6

Binnen de wijk is het de hoeveelheid informele groene ruimte beperkt. De belangrijkste groene ruimten bevinden zich rondom de wijk. Zowel aan de noordrand (Park Kethel) als aan de oostkant (Beatrixpark) bevinden zich grote groene parken die veel ruimte tot avontuurlijk spel bieden voor met name de jeugd. Voor de kinderen en jeugd zijn dichter bij huis met name de straten en stoepen een belangrijke informele speelruimte. In de huidige situatie zijn er meer plekken dan gezien de uitgangspunten noodzakelijk. Dit heeft tot gevolg dat er enkele plekken verdwijnen. Hier tegenover staat de aanleg van nieuwe plekken om een betere spreiding van speelplekken te realiseren in de wijk. Voor de jongeren voldoen de huidige voorzieningen met een enkele aanpassing. Daarnaast is het wenselijk een plek te realiseren die gericht is op ontmoeten en die wat verder van de huizen ligt.

Speelplek [K 09]


Speelruimte tussen de flats

Speelplek [N 25]



Secundair 6 3 -

Zoekgebied 1 1

Streefbeeld 7 7 4

Nieuwland In de wijk Nieuwland is het kinderaantal aan het stijgen. De verwachting is dat dit een tijdelijke opleving is. Het kinderaantal zal zich waarschijnlijk op termijn onder het huidige niveau stabiliseren. Door het grote aandeel flats in de wijk zijn de kinderen en jeugdigen aangewezen op de informele ruimte die in het openbaar gebied beschikbaar is. Deze informele speelruimte bestaat dan ook voornamelijk uit gras en lage struiken die tussen de flats liggen. Uitzonderingen hierop zijn het Vlaardingerdijkpark en het groen aan de noordzijde van de wijk. Op deze plekken is er meer uitdagend groen te vinden, wat met name door de jeugd gebruikt kan worden. Door het sterk stedelijke karakter van de wijk is de verharde informele ruimte veelal het domein van verkeer. Spelen op de straten is dan ook slechts in beperkte mate mogelijk. Verspreid door de wijk zijn er wel pleinen te vinden die geschikt zijn voor spelen. In de analyse zijn ook de speelplekken meegenomen die in eigendom zijn van Woonplus. Aangezien het gaat om tweederde van de beschreven speelplekken is Woonplus een belangrijke partner voor wat betreft speelruimte in Nieuwland. Samen met Woonplus zal dan ook invulling moeten worden gegeven aan speelruimte in de wijk, en zijn goede afspraken tussen Woonplus en de gemeente van groot belang. Waarschijnlijk is de aanwezigheid van twee partijen er mede oorzaak van dat het aantal speelplekken in de wijk groot is. Rekening houdend met de geformuleerde uitgangspunten worden meerdere voorzieningen als secundair aangewezen, zowel van Woonplus als van de gemeente. Voor de jongeren in Nieuwland is het aantal plekken ongeveer op het gewenste niveau. Er dient voornamelijk een aanvulling te komen op het gebied van zit- en ontmoetingsaanleidingen, verspreid over de wijk.


7


‘Het ‘Stoompie’ is de beste plek van de wijk’ (jeugd over het Marconiplantsoen) rondgang jeugd

Speelplek [O 07]

Kinderaantal 1.121 1.011 1.113


Secundair 16 14 -

Zoekgebied 1 2

Streefbeeld 36 21 12

Oost Door herstructurering in de wijk zal het kinderaantal de eerste jaren blijven stijgen. Na verloop van tijd zal het aantal kinderen in de wijk weer wat afnemen. Opvallend in de stedelijke wijk Oost is het aanwezige water. Dit biedt voor de jeugd een mogelijkheid om met water te spelen door te vissen of een bootje te laten varen. Verspreid door de wijk liggen er ook enkele grotere groenobjecten waar zowel kinderen als jeugd informele speelruimte vinden. Naast het groen en water zijn de diverse pleinen in Oost misschien wel de belangrijkste informele speelruimte. Op deze pleinen kan de gehele doelgroep terecht om te spelen of te ontmoeten in een verkeersluwe omgeving. Door hun ligging en omvang zijn veel van de pleinen ook (gedeeltelijk) ingericht als formele speelplek waardoor een multifunctionele ruimte voor de buurt ontstaat. De formele speelplekken liggen veelal reeds op een geschikte locatie, waardoor het aantal plekken weinig verandering laat zien. Voornamelijk aan de oostkant van de wijk is aandacht voor de kinderen gewenst. Doordat hier de ruimte voor speelplekken beperkter is, zullen er ook speelprikkels in de straten worden aangebracht. De speelplekken die op de diverse pleinen zijn ingericht, bieden ruim voldoende speelmogelijkheden voor kinderen, jeugd en jongeren. De jongeren hebben voornamelijk een gebrek aan ontmoetingsmogelijkheden in de wijk. Door de huidige voorzieningen te verbeteren en aan te vullen wordt in hun behoefte voorzien. Leeftijdsgroep Kinderen 0-5 jr. Jeugd 6-11 jr. Jongeren 12-18 jr.



Secundair 2 -

Zoekgebied 2 1

Streefbeeld 18 13 8

Wanneer gekeken wordt naar de geformuleerde uitgangspunten zou het aantal speelplekken hoger moeten zijn dan het aantal plekken dat omschreven is in het streefbeeld. Door de ligging en mogelijkheden van de pleinen en de beperkte ruimte in het overige deel van de wijk is dit niet mogelijk en ook niet noodzakelijk. 1.1.7.

Centrum In de wijk Centrum is het kinderaantal redelijk stabiel en dit zal naar verwachting op het huidige niveau blijven. Door de stedelijke opzet van de wijk en de (winkel)centrum functie zijn er mogelijkheden en beperkingen voor informele speelruimte. Doordat er reeds een hoge gebruiksdruk ligt op grote delen van de wijk is de informele speelruimte beperkt. Hier tegenover staat dat grote delen van de wijk autoluw of autovrij zijn, wat de informele speelruimte weer vergroot. Verspreid door de wijk liggen enkele groene plekken, maar deze bieden in beperkte mate mogelijkheden voor avontuurlijk spel. Het water in en rond de wijk biedt door zijn inrichting en vaarfunctie enkele informele speelmogelijkheden, zoals vissen.

Stadserf als speelruimte OBB Ingenieursbureau 772.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 4-4-08

8

De formele speelplekken die in de wijk liggen, zijn veelal goed functionerende centrale plekken. In het streefbeeld wordt hier dan ook op ingezet door enkele kleine plekken te combineren tot een centrale plek en een enkele nieuwe plek aan te leggen voor kinderen. Voor de jeugd bieden de huidige voorzieningen meer dan voldoende mogelijkheden. De wijk biedt voor jongeren veel mogelijkheden om te ontmoeten in de openbare ruimte. Op het gebied van formele sporten spelmogelijkheden is een aanvulling gewenst, zodat er voor alle jongeren in de wijk voldoende voorzieningen zijn. Leeftijdsgroep

Skatevoorziening [O 35A]

1.1.8.

Julianapark

Kinderen 0-5 jr. Jeugd 6-11 jr. Jongeren 12-18 jr.

Kinderen 0-5 jr. Jeugd 6-11 jr. Jongeren 12-18 jr.

Speelplek [Zuid 01]


Secundair 3 1 -

Zoekgebied 1 1

Streefbeeld 6 4 2

West Het aantal kinderen in de wijk West zal zich naar verwachting op een iets lager niveau dan het huidige stabiliseren. Informele groene speelruimte is in de wijk in ruime mate aanwezig in de vorm van de diverse parken. Deze parken bieden met name voor de jeugd veel uitdaging. Kinderen zullen hier doorgaans niet zelfstandig gebruik van kunnen of mogen maken. Voor de kinderen zullen met name de trottoirs en de diverse pleinen de belangrijkste informele ruimte vormen. Daarnaast biedt een deel van de straten door hun verkeersluwe karakter mogelijkheden om te spelen. Het aantal formele speelplekken is nagenoeg in lijn met de uitgangspunten. Er vindt wel een herschikking plaats om een betere spreiding te creëren. In het streefbeeld wijzigt het aantal plekken voor de kinderen en jeugd zich beperkt. Het aantal plekken voor jongeren wordt in het streefbeeld verdubbeld om zo voor alle jongeren een sporten spelmogelijkheid te bieden. Hiervoor worden een aantal bestaande speelplekken aangevuld en dient er een nieuwe locatie bij te komen. Leeftijdsgroep

1.1.9.




Secundair 8 -

Zoekgebied 6 2 1

Streefbeeld 21 9 6

Zuid Het is de verwachting dat het kinderaantal zich in de wijk Zuid op of net onder het huidige niveau zal stabiliseren. Door het sterk stedelijke karakter van de wijk is het aandeel groen binnen de wijk beperkt. Aan de zuidrand bevindt zich het park Maasboulevard dat voor de jeugd mogelijkheden biedtals informele speelruimte. De belangrijkste informele ruimte voor kinderen bestaat uit de trottoirs en de diverse pleintjes in de directe woonomgeving. Spelen op straat is minder goed mogelijk, doordat veel straten door hun profiel reeds smal zijn en nog verder worden versmald door geparkeerde auto’s.


9

‘Er zijn nu te weinig voorzieningen voor jongeren in de wijk’ internetpanel

Waar de informele ruimte op enkele plekken wat beperkt is, ligt het aantal formele plekken in de huidige situatie redelijk hoog. Met name voor de kinderen zijn er veel plekjes met een beperkte inrichting van een enkel toestel. Voor de kinderen daalt het aantal plekken in het streefbeeld aanzienlijk. Voor de jeugd volstaat het huidige aantal voorzieningen al wordt hier wat in geschoven voor een betere spreiding. Net als in enkele andere wijken zijn de voorzieningen voor de jongeren te beperkt. Naast de diverse ontmoetingsmogelijkheden zal ook het aantal sporten spelvoorzieningen worden vergroot. Leeftijdsgroep Kinderen 0-5 jr. Jeugd 6-11 jr. Jongeren 12-18 jr.

1.2.



Secundair 14 1 -

Zoekgebied 1 2

Streefbeeld 16 8 5

Overzicht financiële consequenties Aan de hand van de normen uitBijlage II ‘Aantal en kosten speeltoestellen’ en de beschreven maatregelen uit Bijlage V ’Speelplekken en maatregelen’ worden in hoofdstuk 7 de eenmalige en de structurele kosten weergegeven. De genoemde bedragen zijn exclusief btw. In deze paragraaf vindt u een korte samenvatting.

1.2.1.

Eenmalige en bijkomende kosten De aanpassingen in de speelruimte die worden gedaan in de analyse hebben als resultaat:

Eenmalige kosten realiseren streefbeeld het verbeteren informele speelruimte: 542 speel- en zitaanleidingen het realiseren van 34 zoekgebieden + verbeteren plekken met 187 nieuwe toestellen de bijkomende kosten veiligheidsondergrond 45% het hergebruik van 107 van de in totaal 214 secundaire toestellen (besparing) subtotaal de bijkomende (her)inrichtingskosten € 445000 waarvan circa 100% ten laste van speelvoorzieningen de kosten voor de uitvoering van de wijkspeelplannen 8% van de eenmalige investeringskosten € 539600 totaal Tabel 1

€ 135.500 € 364.500 € 164.000 € 124.400€ 539.600 € 445.000 € 53.100 € 1.037.700

Kosten realisatie streefbeeld

Een goede valdempende ondergrond is kostbaar, hiervoor wordt in Tabel 1 met 45% van de investeringswaarde van de nieuwe toestellen gerekend. Dit percentage volstaat voor het toepassen van rubbertegels of kunstgras. Valdempende ondergronden zijn onmisbaar voor een veilige speelplek. In paragraaf 7.2.3 is weergegeven hoe de eenmalige investering is verdeeld over de verschillende wijken van Schiedam. 1.2.2.

Totaal vervangingswaarde Aan de hand van de inventarisatie en de normen zoals in Bijlage II weergegeven, is de totale vervangingswaarde berekend voor zowel de huidige situatie als het streefbeeld.


10

Inventaris1 aantal speelplekken aantal speeltoestellen aanschafwaarde toestellen aanschafwaarde ondergronden 45% van toesteltotaal aanschafwaarde totaal Tabel 2

Huidig 246 897

Streefbeeld 197 870

€ 1.963.600 € 883.600 € 2.847.200

€ 2.068.633 € 930.840 € 2.999.472

Inventarisatie en vervangingswaarde

In deze aanschafwaarde is voor zowel het huidige als het na te streven beeld een stelpost opgenomen voor de veiligheidsondergronden. Deze bedraagt 45% van de vervangingswaarde van de toestellen en is gebaseerd op het toepassen van afwisselend rubbertegels en kunstgras. 1.2.3.

Raming structurele kosten Aan de hand van de aanwezige toesteltypen en de geformuleerde onderhoudsbedragen in de normen kan het huidige onderhoudsbudget worden berekend. In het beleidsdeel wordt een onderhoudsniveau van 65% aangegeven (zie ook Bijlage II). Voor het beheer is een ervaringsgetal geformuleerd op basis van reeds opgestelde beleidsplannen. Dit percentage ligt op 3,5%. Binnen dit beheerbudget vallen alle bureauzaken als gegevensbeheer, werkvoorbereiding, klachtenafhandeling en beleidstechnische werkzaamheden. Het vervangingsbudget is berekend aan de hand van de levensduur en de aanschafwaarde van een toestel. In principe wordt een toestel vervangen nadat de afschrijvingstermijn is verstreken. Het moment van de daadwerkelijke vervanging van een toestel wordt mede bepaald door de staat van het toestel. Wanneer blijkt dat een toestel na de gestelde afschrijvingstermijn nog één of meer jaren veilig kan functioneren, kan de vervanging worden uitgesteld. Indien blijkt dat een toestel voor de gestelde afschrijvingstermijn niet meer veilig is of de onderhoudskosten te hoog worden, bijvoorbeeld door vandalisme, dan moet de vervanging vervroegd worden uitgevoerd (flexibele vervanging). Hiervoor is een flexibel vervangingsschema noodzakelijk. Er kan van het genoemde budget een fonds worden gevormd waaruit de vervangingen betaald kunnen worden.

Structurele kosten

Huidig Budget 2007

onderhoud op niveau 65% beheer vervanging budgetten totaal Tabel 3

€ 104.336 € 85.478 € 128.819 € 318.633

Raming Raming huidig streefbeeld noodzakelijk Noodzakelijk voor huidig bij realisatie niveau streefbeeld € 94.600 € 99.703 € 99.700 € 104.982 € 218.300 € 229.961 € 412.600 € 434.646

Structurele kosten

De structurele kosten voor het streefbeeld zijn geraamd aan de hand van de percentages die uit het huidige beeld naar voren komen.

Let op! In de inventaris huidig en streefbeeld worden ook de plekken van Woonplus en SWS meegenomen. De schoolpleinen zijn enkel meegenomen als zij in het openbaar voorzieningenniveau worden betrokken.

1


11

1.2.4.

Kort samengevat Verbeteren informele bespeelbaarheid: √ nadenken over de inrichting en het beheer van het groen, het water en de wegen; √ aanbrengen van 542 speelprikkels, zit- en ontmoetingsaanleidingen; √ nemen van 6 maatregelen om de openbare ruimte beter bespeelbaar te maken. Aanpassen formele speelplekken: √ zoeken naar mogelijkheden om 34 nieuwe speelplekken aan te leggen; √ als secundair aanwijzen van 82 speelplekken; √ dit betekent dat het aantal speelplekken afneemt van 246 naar 197. √ aanpassen van het aantal speeltoestellen van 897 naar 870 ; √ in meer of mindere mate aanpassen van circa 45 huidige speelplekken (toestellen toevoegen, verplaatsen of op termijn verwijderen en niet herplaatsen), zodat de speelruimte aantrekkelijker wordt of beter is afgestemd op de leeftijd en het gebruik. Voor de aanpassing van het huidige speelvoorzieningenniveau in één keer is € 1.037.700 nodig voor: √ het verbeteren informele speelruimte: 542 speel- en zitaanleidingen; √ het realiseren van 34 zoekgebieden + verbeteren plekken met 187 nieuwe toestellen; √ de bijkomende kosten veiligheidsondergrond 45%. Daarbij is rekening gehouden met het hergebruik van 107 van de in totaal 214 secundaire toestellen (besparing). De vervangingswaarde van de voorzieningen in het voorgestelde streefbeeld bedraagt € 2.999.472 . De huidige waarde van de voorzieningen bedraagt € 2.847.200 . Dit betekent dat er nog niet voldoende geïnvesteerd is in speeltoestellen. Verder zal er een herverdeling van voorzieningen over de buurten en de doelgroep moeten plaatsvinden. Kop 7 voor witregel in inhoudsopgave


12

2.

INLEIDING Dit rapport “Buitenspelen, ja leuk!” geeft het beleid van Schiedam inzake de openbare speelvoorzieningen weer. In dit beleidsplan worden de relevante richtlijnen voor het te vormen beleid, een analyse van de huidige speelruimte, het wenselijke en het huidige openbare speelvoorzieningenniveau, de te nemen maatregelen en het te voeren beleid weergegeven. Om het leesgemak van deze beleidsnota te verhogen is een leeswijzer opgenomen.

2.1.

Waarom een speelruimteplan? In Schiedam leeft de wens om te komen tot integraal speelruimtebeleid. Er wordt gezocht naar een beleidsplan dat uitnodigende speelplekken realiseert ten behoeve van spelen, bewegen en ontmoeten. De gemeente wil inzicht in een passende speelstructuur voor de verschillende wijken, gerelateerd aan het kinderaantal en de leeftijd van de kinderen. Ook wil zij inzicht in passend beheer, onderhoud en vervanging.

2.2.

Doelstelling en visie Met voorliggend rapport willen we komen tot een praktisch en breed gedragen speelruimteplan. In dit plan worden de uitgangspunten voor het speelruimtebeleid weergegeven en wordt geschetst welke aanpassingen nodig zijn om hieraan te voldoen. De bijbehorende visie is dat er in de openbare ruimte van Schiedam voldoende en veilige speelruimte is. Naast deze zogenaamde informele speelruimte moet er een evenredig verdeeld aanbod van formele speelvoorzieningen aanwezig zijn. Beide dienen aan te sluiten op het aantal, de leeftijd en de behoefte van de verschillende leeftijdsgroepen in elke wijk (zie ook 3.4). Voor het aanbod van formele speelvoorzieningen dienen er voldoende financiële middelen te zijn, zodat het mogelijk is passend beheer, onderhoud en vervanging uit te voeren.

2.3.

Plan van aanpak

2.3.1.

Ambtelijke werkgroep speelruimteplan De diverse onderdelen van het speelruimtebeleid hebben raakvlakken met onderscheiden verantwoordelijkheden. Daarom is het plan in breed overleg opgesteld en is een projectgroep ingesteld met vertegenwoordiging vanuit alle afdelingen die betrokken zijn bij spelen: • Wijkzaken; • REO Beheer Openbare Ruimte; • REO Ruimtelijke Ordening; • Onderzoek en Statistiek; • Educatie; • Dienst Sport en Recreatie; • Welzijn; • ONS ingenieursbureau. In de ambtelijke werkgroep wordt het speelruimteplan uitvoerig besproken en aangescherpt. Na deze aanscherping zal het plan door het college ter inzage worden gelegd aan bewoners en belanghebbenden. In het kader van de inspraakprocedure worden betrokkenen uitgenodigd op het plan te reageren. Vervolgens wordt het plan ter goedkeuring aan de raad aangeboden.

Het speelruimteplan is opgesteld aan de hand van een plan van aanpak waarin de verschillende werkzaamheden stonden gepland. De werkzaamheden zijn begeleid door de ambtelijke werkgroep speelruimteplan die bij aanvang van de werkzaamheden is opgericht.


13

Door aan de werkgroep deel te nemen wordt voor de verschillende afdelingen duidelijker wat hun taken zijn binnen het speelruimteplan en hoe zij hun bijdrage kunnen leveren aan de speelruimte in Schiedam. 2.3.2.

Veldinventarisatie Om een goede indruk te krijgen van de bespeelbaarheid van de verschillende wijken heeft een aanvullende uitgebreide veldinventarisatie plaatsgevonden. Hierin werd gekeken waar de jeugd speelt (zowel speelplekken als informele speelruimte) en welke routes ze gebruiken. Er werd ook gekeken naar bereikbaarheid van speelplekken, speelwaarde, geschiktheid voor leeftijdscategorieën, welke fysieke en sociale barrières er (kunnen) zijn en dergelijke. Mede aan de hand van deze inventarisatie zijn de verschillende speelbuurten voorgesteld in de analyse van de Schiedamse speelruimte (hoofdstuk 6).

2.3.3.

Overige beleidsvelden Naast het overleg met de projectgroep, de veldinventarisatie en de inspraak (zie 2.4) zijn beleidsstukken, onderzoeken en rapporten van gemeente Schiedam, die relevant zijn voor spelen, meegenomen in de afweging van het speelruimteplan. Stukken die meegenomen zijn: • APV; • groenstructuurplan (1995); • bevolkingsprognose Schiedam 2004-2014; • leefbaarheidsonderzoek Schiedam (2006); • wijkplannen West en Zuid; • uitvoeringsplan verkeersveiligheid.

2.3.4.

Samen met andere partijen Voor het uitvoeren van het voorgestelde speelruimteplan is het van belang om de samenwerking met Woonplus en de betrokken schoolbesturen verder uit te werken.

2.4.

Betrokkenheid doelgroepen

2.4.1.

Jeugd Het KinderKlankBord is een middel om te weten te komen wat de jeugd belangrijke speelruimte en -mogelijkheden vindt. Dit instrument bestaat uit drie onderdelen: de rondgang, de speelmogelijkhedenenquête en het maken van een wijkplattegrond. Rondgang: om een indruk te krijgen hoe de jeugd haar woonomgeving gebruikt om te spelen, werden voor het opstellen van het speelruimtebeleidsplan rondwandelingen met de jeugd gemaakt. In totaal hebben er 14 rondgangen met scholen plaatsgevonden. Er werd gekeken waar ze niet mogen of kunnen spelen, hoe ze in het groen, bij het water en op de straat kunnen spelen, wat ze goede en slechte speelplekken vinden en waar ze naartoe gaan om spannende dingen te doen of hutten te bouwen. Verder gaf de jeugd aan wat de grote problemen zijn bij het spelen, wat ze het meest zouden missen als ze zouden verhuizen en waar ze behoefte aan hebben.

Er is gekozen om verschillende doelgroepen intensief bij de analyse en planvorming te betrekken, nl: • de jeugd van 6 t/m 11 jaar (KinderKlankBord); • de jongeren van 12 t/m 18 jaar (Overleg met jongerenwerkers en enquête aan jongeren); • de belanghebbenden, middels een internetonderzoek Speelplekken door de afdeling Onderzoek en Statistiek van de gemeente Schiedam.


14

Wijkplattegrond: alle scholen werd verzocht mee te werken aan het maken van een wijkplattegrond. Dit is een opdracht die de leerkrachten met de jeugd kunnen uitvoeren. Hiervoor is er per school een uitsnede van de gemeentelijke basiskaart meegezonden waarop belangrijke punten aangegeven konden worden aan de hand van een meegezonden lijst. Een andere mogelijkheid was om de kinderen in groepjes van ongeveer zeven kinderen op een groot vel (bijvoorbeeld flip-overformaat) een eigen plattegrond van de wijk te laten tekenen. De plattegrond hoefde niet geografisch juist te zijn, maar moest wel laten zien welke plekken een grote belevingswaarde voor de jeugdigen hebben. Meerdere scholen hebben plattegronden laten maken. 2.4.2.

Jongeren Ook de jongeren van 12 tot en met 18 jaar verblijven in de openbare ruimte. Er is dus een behoefte aan speel-, ontmoetings- en sportmogelijkheden te verwachten. Om de verschillende (on)mogelijkheden om buiten leeftijdsgenoten te ontmoeten en om eventuele problemen in beeld te brengen, zijn enkele gesprekken gevoerd met de jongerenwerkers en buurtsportwerkers van SWS2 in de wijkcentra ‘Dreesplein’ en ‘Blauwe Brug’. Daarnaast hebben meerdere jongeren een enquête ingevuld tijdens de jongereninloop in de wijkcentra ‘De Blauwe Brug’ en ‘Dreesplein’.

2.4.3.

Belanghebbenden In de locale pers is melding gemaakt van het opstellen van het speelruimteplan. Middels een selectie uit deelnemers aan het internetpanel van de afdeling Onderzoek en Statistiek van de gemeente is het ‘Internetonderzoek Speelplekken’ verspreid. Circa 375 respondenten hebben gereageerd op de enquête. De uitkomsten van dit onderzoek zijn opgenomen in Bijlage VI van dit speelruimteplan. Wanneer het speelruimteplan bestuurlijk goedgekeurd is en het geldende inspraaktraject in werking treedt zullen de resultaten van de analyse en de implicaties voor de verschillende wijken in de wijkoverleggen besproken worden.

2.5.

Begripsbepaling

2.5.1.

Speelruimte Het is belangrijk om te realiseren dat ruimte de bepalende factor is bij het spelen en niet zozeer de aanwezigheid van speeltoestellen. Speelruimte betreft ten eerste de ruimte die fysiek aanwezig is om te spelen, zowel in de openbare ruimte als op ingerichte speelplekken. Ten tweede gaat speelruimte over de spreekwoordelijke ruimte die de doelgroep gegund wordt, met andere woorden: "waar mag hij of zij spelen?"

2.5.2.

(In)formele speelruimte Binnen de openbare ruimte kan ook onderscheid gemaakt worden tussen informele en formele speelruimte. Oftewel de ruimte die ‘van nature’ aanwezig is zoals pleinen, straten en parken, en de ruimte die specifiek voor spelen is ingericht zoals speelplekken. Met informele speelruimte wordt de ruimte aangeduid waar de doelgroep leeft, woont en (veilig) kan spelen, zoals de straat, de stoep, het plantsoen en het water, maar waar geen specifieke speeltoestellen staan. Met formele speelruimte wordt de ruimte aangeduid die specifiek en exclusief is ingericht voor de speelfunctie (de speelplekken met voorzieningen).

2

Stichting Welzijn Schiedam


15

In dit speelruimteplan staat de formele speelruimte niet los van de informele speelruimte, maar vullen zij elkaar aan. Wanneer er veel informele ruimte voorhanden is, wordt de behoefte aan formele ruimte kleiner. 2.5.3.

Speelprikkel en speeltoestel Bij speelruimte wordt onderscheid gemaakt tussen speelprikkels en speeltoestellen. Speelprikkels zijn objecten die niet specifiek voor het spelen geplaatst zijn, maar een scala aan speelmogelijkheden bieden in de informele en formele speelruimte. Speeltoestellen zijn die voorzieningen in de formele speelruimte die specifiek voor het spelen geplaatst zijn en gemaakt zijn voor een bepaalde speelmogelijkheid.

In Bijlage VIII wordt nader ingegaan op het begrip speelprikkel. 2.5.4.

Openbare speelvoorzieningenniveau In de analyse wordt gesproken over een openbare speelvoorzieningenniveau. Het openbare speelvoorzieningenniveau is het beeld van speelplekken dat recht doet aan een eerlijke verdeling van speelvoorzieningen over de leeftijdscategorieën van de doelgroep en de wijken.

2.5.5.

Secundaire voorzieningen Er wordt gesproken over secundaire speelplekken of –toestellen De als secundair aangeduide voorzieningen hebben geen functie (meer) in het voorgestelde openbare speelvoorzieningenniveau. Er moet een keuze gemaakt worden ten aanzien van de wijze en snelheid waarmee de secundaire speeltoestellen en –plekken opgeheven worden. Dit kan door in een uitvoeringsplan vorm te geven aan de maatregelen uit het speelruimteplan. Toestellen kunnen blijven staan totdat ze aan vervanging toe zijn. Het kan ook zijn dat gezien de kosten de secundaire toestellen verwijderd moeten worden of ergens anders herplaatst moeten worden om invulling te geven aan het openbare speelvoorzieningenniveau. Een voordeel van het langzaam verwijderen van speeltoestellen is dat deze langer ter beschikking van de doelgroep blijven. Een nadeel is dat één of een enkel toestel dat niet uitgebreid onderhouden wordt een negatieve invloed kan hebben op het aanzicht van de openbare ruimte. Het in één keer verwijderen van alle secundaire toestellen is organisatorisch het eenvoudigst en voorkomt dat er iedere keer opnieuw uitleg moet worden gegeven aan bewoners en doelgroep. Wanneer de toestellen door het secundair worden van een plek verwijderd worden, is het erg belangrijk dat er een bespeelbare ruimte achterblijft die niet wordt gebruikt voor parkeren, siergroen of om honden uit te laten. Zeker in de wijken met een hoge kinderdichtheid is het van belang dat deze ruimten als informele speelruimte beschikbaar blijven. Als dit in de voorlichting benadrukt wordt, zullen er bovendien minder bezwaren gemaakt worden bij het opheffen van een plek. In Bijlage V ‘Speelplekken en maatregelen’ is per speelplek de huidige en toekomstige leeftijdscategorie, dan wel secundaire status aangegeven.


16

2.5.6.

Leeftijdsaanduidingen In het speelruimteplan wordt de volgende indeling in leeftijdscategorieën gehanteerd. kinderen jeugd jongeren

2.6.

= = =

van 0 tot en met 5 jaar van 6 tot en met 11 jaar van 12 tot en met 18 jaar

Leeswijzer voor het speelruimteplan Bovenstaande doelstelling en visie zijn uitgewerkt in het speelruimteplan. Na een samenvatting in hoofdstuk 1 en een inleiding in hoofdstuk 2 beslaat deel I van dit rapport het eigenlijke speelruimtebeleid. In hoofdstuk 3 wordt het te voeren beleid voor de speelruimte voor 2007 tot en met 2016 beschreven. Vooral dit deel van het speelruimteplan is het gedeelte dat bestuurlijk moet worden vastgesteld. Deel II is de uitwerking van het voorgestelde beleid. In de hoofdstukken 4 tot en met 6 wordt aan de hand van het geformuleerde beleid een analyse gemaakt van de mate waarin de aanwezige speelruimte voldoet aan de geformuleerde uitgangspunten voor beleid. Met andere woorden: hoe ziet het openbare speelvoorzieningenniveau eruit? Daarbij worden de noodzakelijke aanpassingen en financiële consequenties beschreven in hoofdstuk 7. Dit deel biedt een leidraad voor de aanpassingen aan de speelruimte in Schiedam. In deel III worden de bijlagen weergegeven. Deze tabellen bevatten (norm)cijfers, ramingen en voorbeelden behorende bij de huidige en wenselijke speelsituatie in Schiedam.


17

Kop 7 ingevoegd voor witregel in inhoudsopgave


18

DEEL I SPEELRUIMTEBELEID 2008 - 2017

Buitenspelen, ja leuk!

Speelruimteplan gemeente Schiedam


19


20

3.

BELEID SPEELRUIMTE 2008 - 2017 Dit speelruimteplan "Buitenspelen, ja leuk!" gaat over het spelen in Schiedam. Wat is er natuurlijker dan spelen? Spel is onlosmakelijk verbonden met leven, met samenzijn, met het functioneren als individu en met het functioneren als lid van een groep. "Natuurlijk", roept iedereen, "spel is belangrijk en er moet ruimte zijn voor spel, veilig spel wel te verstaan." In voorliggend hoofdstuk worden de beleidsaspecten inzake de speelruimte weergegeven.

3.1.

Beleidsuitgangspunt 1. De 0tot 18-jarigen in Schiedam hebben recht op speelruimte.

Het recht op spelen Kinderen, jeugdigen en jongeren (de doelgroep) hebben recht op speelruimte. Er is (nog) geen expliciete wet die overheden verplicht om speelplekken aan te leggen. Wel is er het verdrag inzake de Rechten van het kind dat werd aangenomen door de Verenigde Naties op 20 november 1989. Het omvat alle kinderrechten, geldt wereldwijd en heeft dezelfde kracht als een wet in Nederland. Het verdrag is eigenlijk een contract tussen de overheden en hun minderjarige bevolking. Het is de plicht van elke overheid om daarmee rekening te houden. Lid 1 van Artikel 31 van het verdrag Rechten van het kind De Staten die partij zijn, erkennen het recht van het kind op rust en vrije tijd, op deelneming aan spel en recreatieve bezigheden passend bij de leeftijd van het kind, en op vrije deelneming aan het culturele en artistieke leven.

3.2.

Beleidsuitgangspunt 2. De gemeente onderkent het belang van speelruimte en wil zowel het informele als het formele spelen stimuleren.

Het nieuwe spelen

Door de SP (Mw. Agnes Kant) is twee jaar geleden een initiatiefwet ingediend over speelruimte. Deze initiatiefwet met daarin de zogenoemde 3%-norm3 voor speelruimte heeft het niet gehaald tot wet. Wel heeft minister Dekker naar aanleiding van dit wetsvoorstel een brief rondgestuurd aan de Nederlandse gemeenten. In deze brief wordt de zorg van de regering uitgesproken over het feit dat de kinderen ogenschijnlijk minder buitenspelen en dat dit zou komen door een tekort aan speelruimte en ontwikkelingsmogelijkheden. De gemeenten worden verzocht alsnog invulling te geven aan deze 3%-norm, met als aandachtspunt de verantwoordelijkheid voor een integrale ruimtelijke ontwikkeling. Dus er dienen niet alleen speelplekken gemaakt te worden, maar ook trapveldjes, sportvelden, parken, waterkanten, natuurgebieden en schoolpleinen en pleinen dienen geschikt en bereikbaar te zijn voor kinderen om te spelen. De minister vraagt om ruimte voor informeel spel. Schiedam voldoet door haar ruimtelijke opbouw naar verwachting aan deze 3%-norm. Zij beschikt over grote stukken informele speelruimte, zoals de pleinen, plantsoenen en bosschages en de diverse schoolpleinen4. Echter, nadere invulling van de kwaliteit van deze speelruimte en een link met de kinderaantallen is nog niet gelegd.

Van de openbare ruimte zou 3% de bestemming speelruimte moeten krijgen. Bezwaren daarbij waren dat bij deze norm elke vorm van kwalificatie ontbrak en er geen rekening werd gehouden met het aantal kinderen. Ook zouden de kinderen dan in “speelhokjes” worden gezet in plaats van een integratie van het spelen in de openbare ruimte. 4 Binnen Schiedam is de tendens dat er in verband met vandalisme steeds meer schoolpleinen worden voorzien van hekken. Hierdoor blijven er steeds minder schoolpleinen beschikbaar als speelruimte buiten schooltijd. 3


21

3.3.

Spelen is in al haar vormen van wezenlijk belang voor de ontplooiing van de opgroeiende doelgroep en is de basis voor haar geestelijke en lichamelijke ontwikkeling. Om de ontwikkeling maximaal te kunnen stimuleren, is het nodig inzicht te hebben in de functies die spelen daarbij heeft (zie Bijlage I). Tijdens het spel spelen ingewikkelde mentale processen een belangrijke rol. Door te spelen verkent het kind zijn omgeving. Hij of zij ontmoet andere kinderen, jeugdigen en jongeren, bekende en onbekende volwassenen, allerlei materialen, allerlei mogelijkheden, structuren en situaties. Het omgaan met de voorwerpen en situaties in zijn of haar omgeving is een belangrijke voorwaarde voor de ontwikkeling van de waarneming, het denken, het probleemoplossen en de geheugenfuncties. Door tijdens het spelen grenzen te verleggen leert de doelgroep meer vertrouwen te hebben in zichzelf. Zelfvertrouwen is erg belangrijk bij het leggen van sociale contacten.

Spelen is ontdekken

Beleidsuitgangspunt 3. De gemeente wil voldoende ontwikkelingsmogelijkheden aan de kinderen, jeugd en jongeren bieden door voldoende variatie in inrichting, speeltoestellen en speelprikkels aan te bieden.

3.4.

Speelplek voor 0-11

Spelen is leren

Ieder mens is uniek en heeft een eigen ontwikkelingspatroon. Dit is ook afhankelijk van bijvoorbeeld cultuur of beperking. Daarom is het bij het realiseren van speelruimte belangrijk om rekening te houden met deze verschillen en daar de speelmogelijkheden en speelfuncties op af te stemmen. Om een evenwichtig aanbod in de verschillende speelfuncties te hebben is het belangrijk ervoor te zorgen dat er voldoende speelmogelijkheden zijn. Dit kan door veel te variëren in de inrichting van de speelplek met hoogteverschillen, materialen, toestellen en speelprikkels. Deze variatie zorgt er tevens voor dat er altijd voldoende uitdaging is op de speelplek voor de kinderen om er weer terug te komen. De variatie op de speelplek kan een aanvulling zijn op de al geboden speelfuncties in de openbare ruimte, zoals het bouwen van hutten in het bos.

Speelruimte, voor wie?

Het is van belang te weten welke doelgroepen er gebruik maken van informele en formele speelruimte en hoe deze doelgroepen de speelruimte gebruiken. Men moet ervan uitgaan dat baby’s zo gauw ze gaan lopen tot en met de jongeren van circa achttien jaar gebruik maken van de aanwezige speelruimte. De scheidslijnen van de leeftijdscategorieën zijn niet haarscherp, maar bij de beoordeling van een speelruimte wordt een indeling in leeftijdscategorieën gehanteerd naar de schoolindeling. Voor het aantal kinderen, jeugdigen en jongeren per wijk wordt verwezen naar Bijlage III. De kinderen (0 tot en met 5 jaar) Voor kinderen tot en met circa drie jaar is de speelplek zeker een plaats waar hij of zij onder begeleiding van een oudere veilig kan liggen, kruipen, staan of rondstruinen. Het alleen en zelfstandig spelen van een dergelijk jong kind vindt plaats in de besloten omgeving van de woning, bijvoorbeeld in de tuin, de woonkamer of eventueel direct bij de voordeur.


22

Als de kinderen naar groep één en twee van de basisschool gaan worden ze langzaamaan steeds zelfstandiger en willen en mogen ze hun omgeving verder verkennen. Dat gebeurt eerst dicht bij huis zodat de ouders nog enig zicht op het kind hebben, maar al snel verder de straat in, waar het kind steeds meer nieuwe mogelijkheden vindt om te spelen. Binnen de bebouwde kom van Schiedam wonen circa 5.212 kinderen5. De jeugdigen (6 tot en met 11 jaar) De groep die in dit rapport als jeugdigen wordt aangeduid, betreft de kinderen uit de groepen drie tot en met acht van de basisschool. Op deze leeftijd gaan ze steeds meer op ontdekkingstocht uit en doen ze dit vaker in groepsverband. Jeugdigen uit de onderbouw mogen vaak nog geen drukke straten oversteken en moeten dichter bij huis blijven. Vanaf een jaar of acht echter zwermen ze uit over de gehele wijk. Het schoolplein is voor hen vaak een belangrijke speel- en ontmoetingsplek. Binnen Schiedam wonen circa 5.071 jeugdigen. De jongeren (12 tot en met 18 jaar) Eenmaal op het voortgezet onderwijs treedt er meestal weer een gedrags- en interesseverandering op. De jongeren blijken de al dan niet daartoe ingerichte openbare ruimte vaak te gebruiken om zich te verzamelen, rond te hangen en te sporten. Ze verplaatsen zich hiervoor zelfstandig over de gehele wijk of zelfs de stad. De metroverbinding met Rotterdam speelt een belangrijke rol voor deze groep. In Schiedam wonen circa 6.150 jongeren.

Speelruimte voor jeugd en jongeren

3.5.

Formele en informele speelelementen op de speelplek

Beleidsuitgangspunt 4. De gemeente wil voldoende informele speelruimte aanbieden aan de kinderen, jeugd en jongeren. Waar deze informele ruimte tekort schiet in kwantiteit of kwaliteit wordt zij zo mogelijk aangevuld met formele speelruimte (speelplekken).

De relatie informele en formele speelruimte

Als kinderen, jeugdigen of jongeren willen spelen, kunnen zij in een gevarieerde omgeving met gras, struiken, bomen, pleinen, stoepen en water vrijwel alle vormen van spel uitoefenen. Speeltoestellen kunnen dan ook gezien worden als een vervanging van de mogelijkheden die van nature aanwezig zijn. Men ziet dan ook vaak dat de noodzaak van speelplekken toeneemt naarmate de fysieke ruimte om te spelen afneemt. Uiteraard zal gestreefd moeten worden naar zoveel mogelijk informele speelruimte. Het zou ideaal zijn als iedereen voldoende natuurlijke informele ruimte in zijn omgeving heeft om te spelen, zonder dat hiervoor speciale voorzieningen aangebracht hoeven te worden. De praktijk is echter dat dit op veel plaatsen niet het geval is. De ruimte om te spelen binnen het bebouwde gebied neemt steeds verder af. Het (auto)verkeer, de verdichting van de woningen, voorzieningen voor volwassenen, hondenpoep, bezuinigingen en onveiligheid door criminaliteit en vandalisme (sociale veiligheid) leggen een steeds groter beslag op de beschikbare openbare speelruimte. Dit terwijl er steeds meer kinderen en jeugdigen in steden wonen. De uitgangspunttabellen voor informele en formele speelruimte in Tabel 1 en Tabel 2 zijn dusdanig opgesteld dat zowel de hier gestelde hoeveelheid informele als de formele ruimte in een wijk aanwezig dienen te zijn voor een evenwichtig aanbod aan basisvoorzieningen.

5

Peildatum aantal kinderen, jeugd en jongeren 21-10-2006


23

In Bijlage III is aan de hand van een beslisboom een toelichting op het toepassen van de uitgangspunten weergegeven. Bij het toepassen van de uitgangspunten bepaalt de omvang van de aanwezige doelgroep binnen de actieradius plus de hoeveelheid informele speelruimte of er een formele speelplek noodzakelijk is. In de praktijk blijkt verder dat als er veel informele speelruimte is, de norm van 30 kinderen binnen de actieradius van een plek bijna nooit gehaald wordt. Is er zeer veel informele speelruimte dan zal het dus niet nodig zijn om speelplekken aan te bieden. Gezien de verschillen in opbouw en structuur blijft speelruimte echter maatwerk per wijk!

Informeel spel op straat

3.6.

De informele speelruimte

3.6.1.

Kwantiteit en kwaliteit De informele speelruimte in een wijk laat zich niet makkelijk kwantificeren. De hoeveelheid informele speelruimte wordt in ieder geval bepaald door de opbouw van de wijk. De hoeveelheid, structuur en samenstelling van het openbaar groen, het water en de wegen bepalen de bespeelbaarheid. Is er veel groen en water en zijn er 30kilometerwegen met stoepen en doodlopende straten, zijn deze toegankelijk en nodigen ze uit tot medegebruik, dan is er veel informele speelruimte. Is er weinig groen en water, zijn de wegen druk en is het moeilijk om ze over te steken of er langs te spelen, dan is er minder informele speelruimte. Uiteraard spelen zaken als het aantal kinderen, jeugd en jongeren, het veiligheidsgevoel en de kwaliteit van de informele ruimte een belangrijke rol in de kwantificering van de informele ruimte. Ook heeft elke leeftijdscategorie zijn eigen eisen en wensen met betrekking tot de informele speelruimte.

3.6.2.

Informeel spel kinderen De kinderen spelen dicht bij huis, bij wijze van spreken onder het keukenraam. Dit is vaak goed te zien aan het speelgoed dat rondom het huis ligt op een mooie zomerdag. Een fiets, een bal, stoepkrijt en veel rommeldingetjes als stokken, stenen, doeken en klein speelgoed van binnen. Meestal spelen de kinderen op zichzelf of met een buurmeisje of -jongen. Voor een kind valt al heel wat te beleven op 20m2! Omdat een kind geen of moeilijk gevaren kan inschatten, is het belangrijk dat er geen of zeer weinig auto’s, brommers en fietsers rijden over hun informele speelruimte. Daarom zijn de tuin, de oprit, de stoep, de (doodlopende) straat, het achterplein en het grasveldje aangrenzend aan de voordeur de belangrijkste bron van informele speelruimte. Een mooi voorbeeld van fijne speelruimte voor deze leeftijdsgroep zijn de verschillende pleinen in zuidelijk Schiedam, zoals het Newtonplein in wijk Oost. Een ander voorbeeld is het groen aan de Jozef Oreliosingel in de wijk Groenoord in noordelijk Schiedam. Dit zijn echter wel plekken die een functie voor de gehele buurt of wijk hebben en ze zijn alleen voor kinderen die er direct in de buurt wonen geschikt. Belangrijke factor in dit alles is de dichtheid van de bebouwing en het soort woningen dat aanwezig is. Zo is het spelen op eigen erf bij een flatwoning niet echt aan de orde, maar zijn de vaak grote (groene) ruimtes tussen flats uitermate geschikt voor spelen wanneer zij vrij van verkeer zijn. In wijken als Groenoord, Nieuwland en Oost is de dichtheid van woningen door het grote aandeel flats erg hoog. Hier zijn de kinderen voornamelijk aangewezen op de informele ruimte tussen de flats, de ruimte op balkon of de ruimte in het trappenhuis / de portiek.


24

3.6.3.

Informeel spel jeugd De jeugd gaat steeds verder de wijk in. Hun verkenningsgebied is vrijwel de gehele openbare ruimte. Wanneer men door een wijk loopt waar veel jeugdigen wonen, zal men vrijwel in ieder plantsoen, langs iedere sloot, op elk stuk rustige verharding en op menige blinde muur de sporen van spel aantreffen. De jeugd speelt meer dan kinderen in groepjes, met jeugd van school of uit de buurt. Per jeugdige is circa 10m2 groene en 10m2 verharde ruimte nodig, maar dan wel gebundeld met de ruimte van vijf andere jeugdigen, zodat er ruimtes van circa 50m2 ontstaan. Van groot belang voor deze leeftijdsgroep is de mogelijkheid om balspelen te doen. Per speelbuurt (loopafstand tot 350 meter) moet er een verharding of grasveldje van minimaal 50 vierkante meter aanwezig zijn, waar ‘na schooltijd en na het eten’ met een groepje van circa vijf jeugdigen gevoetbald kan worden. Zowel de jongens als de meisjes vinden dit belangrijk. Daarnaast moet er voldoende plantsoen en ruigte zijn waar ze bloemen kunnen plukken en hutten bouwen. De parken en pleinen in de wijken van Schiedam bieden hiervoor veel mogelijkheden en zijn dan ook erg populair speelterrein. Ook verkeersluwe wegen, stoepen, hofjes en pleintjes voor straatspelen als knikkeren, touwtjespringen, speurtochten en tik- en verstopspelen zijn nodig voor deze leeftijdsgroep. Mooie voorbeelden van deze speelruimte zijn te vinden in park Nieuwland en park Woudhoek. Verder groeit in deze leeftijd onder de meisje de behoefte aan “kletsplekjes”.

3.6.4.

Informeel spel jongeren Voor de jongeren is het ontmoeten van leeftijdsgenoten zeer belangrijk. Dit gebeurt voor een groot deel in de openbare ruimte. Hoe vaak zijn er na schooltijd niet diverse groepjes jongeren in de wijk te vinden die met elkaar de laatste nieuwtjes staan uit te wisselen! Als indicator kan genomen worden dat per groep van circa 15 jongeren ergens in de wijk een plek met een ontmoetingsaanleiding gevonden moet kunnen worden waar de jongeren leeftijdsgenoten kunnen ontmoeten. Deze informele ontmoetingsplekken zijn net als de formele plekken locaties waar ook jongerenwerkers en wijkagenten de jongeren kunnen ontmoeten. Belangrijk is dat jongeren kunnen aflezen aan de ruimte welke regels er globaal gelden. Een enkel bankje dicht op de huizen biedt minder mogelijkheden dan een overkapping in het park met meerdere banken. Dit begrijpen de jongeren ook. Door te zorgen voor voldoende ontmoetingsplekken met variatie kan er gestuurd worden in de ontmoetingsplekken die de jongeren kiezen. Ook zijn er dan meer mogelijkheden voor verwijzing door een buurtbewoner of wijkagent. Door het toepassen van de landelijk getoetste uitgangspunten (zie Tabel 1 en Tabel 2) wordt invulling gegeven aan een evenredige verdeling van informele speelruimte over de doelgroepen en wijken. Bij weinig informele speelruimte moeten maatregelen getroffen worden die de openbare ruimte beter bespeelbaar maken. In Tabel 1 zijn de uitgangspunten voor informele ruimte samengevat. Voor voorbeelden van speelprikkels wordt verwezen naar Bijlage VIII. Voor een verdere indeling van informele speelruimte voor jongeren is het goed om Bijlage VII te lezen.

‘Kletsplekje’ op het gras

Jongeren ontmoeten op straat

Beleidsuitgangspunt 5. De gemeente wil, om nu en in de toekomst de kwantiteit en kwaliteit te waarborgen, landelijk getoetste uitgangspunten voor informele speelruimte hanteren.


25

Kinderen 0 tot en met 5 jaar

LEEFTIJDSCATEGORIE Jeugdigen 6 tot en met 11 jaar

Uitgangspunten Oppervlakte 20 m2 per kind. (minimaal)

Ligging

Geschikt voor

20 m2 per jeugdige; 10 m2 voor spelen op straat en 10 m2 voor spelen in het groen. Aaneengesloten Binnen/rand wijk, eind ruimte direct grenvan de straat, veldje bij zend aan woning. de flats, pleintje achter huizen, overzichtelijk, bereikbaar. Leren fietsen en In groepjes; verstopskaten, rommelen, pertje, speurtocht door fantasiespel (koken, wijk, touwspringen, hutje), stoepkrijten, balletje trappen, kasin zon/schaduw tanjes zoeken, hut zitten. bouwen.

Minimale eisen Verkeer Doodlopend, ontsluiting voor maximaal 15 tot 20 woningen. Niet bij fietsdoorgang. Overlast Nvt Schoon

Gras of verharding; geen poep, afval, prikkende of giftige struiken. Ruimte Geborgen, maar niet te benauwd (vnl. stoepen en hofjes). Potentieel geschikte ruimten Tuin/erf (Grote) eigen tuin is goud waard. Grasveld/gaMits droog en zon schoon. Bosjes/ruigten Niet aantrekkelijk.

Stoep/hofje

Mits groot genoeg.

Plein/ parkeerplaats

Geschikt als er apart rustig hoekje is. Nee Nee

Sloten/poelen6 Vijvers/meren6

Winkelcentrum Nee Tabel 4

6

Jongeren 12 tot en met 18 jaar 1 ontmoetingsplek per 15 jongeren (ca 15 m2 met ontmoetingsaanleiding). In eigen sociale omgeving/wijk, op hoek van straat, pleintje. Beschut, min of meer in zicht. Elkaar ontmoeten, zitten kletsen, showen, competitie, kijken naar voorbijgangers. Brommertje en fiets.

Max. 30 km en max. 12 Niet op de rijbaan. auto’s per uur. Geen constante stroom van brommers en fietsers. Niet direct bij muur of raam van woning/gebouw. Gras of verharding; geen poep, afval, prikkende of giftige struiken. Grotere ruimten voor spelvormen en verkeersluwe wijk voor bereikbaarheid.

Niet direct voor de deur van woningen.

Indien groot en uitdagend genoeg. Mits geen poep.

Nee

Ideaal om te verstoppen en hutten te bouwen. Voor verplaatsing belangrijk. Mits overzichtelijk en weinig rijdende en geparkeerde auto’s. Zeer aantrekkelijk. Aantrekkelijk voor vissen, varen, schaatsen. Eventueel

Minder van belang, wel schone kleren kunnen houden. Overzichtelijk met zitaanleiding.

Geschikt, mits paadje naar plek toe. Mits open kant naar weg of plein. Afhankelijk van situatie. Mits auto kan passeren zonder dat ze moeten verkassen. Nvt Zwemwater, vissen, schaatsen. Ja

Uitgangspunten informele speelruimte

Waterkwaliteit is soms een probleem door botulisme.


26

3.7.

Vormgeving informele speelruimte

3.7.1.

Anders denken over de openbare ruimte De wijze waarop een wijk, of stad is opgebouwd bepaalt hoeveel ruimte er is om te spelen. Daarom is het belangrijk om te blijven nagaan in hoeverre de openbare ruimte geschikt is om te spelen. Speelprikkels spelen hierin een belangrijke rol. Ze geven aan dat er gespeeld kan en mag worden, ze stimuleren dat er gespeeld wordt en ze vergroten de bespeelbaarheid van de openbare ruimte. Zie voor voorbeelden hiervan Bijlage VIII. Uit deze gehele paragraaf 3.7 kan geconcludeerd worden dat het uitgangspunt bij de vormgeving van de openbare ruimte dient te zijn dat er een verandering van denken moet plaatsvinden bij het gemeentebestuur, de ambtenaren en de burgers. De kern van deze verandering is dat bij het nemen van een maatregel in de openbare ruimte de invloed hiervan op de bespeelbaarheid in ogenschouw wordt genomen. In onderstaande subparagrafen wordt een toelichting gegeven op de bespeelbaarheid van verschillende onderdelen van de openbare ruimte.

Beleidsuitgangspunt 6. Bij ontwerp en onderhoud van de openbare ruimte wordt nagegaan hoe de bespeelbaarheid verhoogd kan worden.

3.7.2.

Autostraat…

Spelen op straat De toename van de automobiliteit zorgt ervoor dat zowel het rijdend verkeer als de geparkeerde auto’s een groot beslag leggen op de bespeelbare ruimte van gemeente Schiedam. In het Uitvoeringsprogramma Verkeersveiligheid van Schiedam wordt voornamelijk ingezet op het aanwijzen van wegen binnen de wijken als 30 km-zone. De wijkontsluitingen blijven als 50-km weg ingericht. Voorwaarde is wel dat de fysieke omgeving zo is ingericht dat er daadwerkelijk langzamer dan 30-km/uur wordt gereden. Op deze manier wordt de informele speelruimte, maar ook de verplaatsingsmogelijkheden voor de jeugd enorm vergroot in de buurten. Maar niet alleen de snelheid waarmee verkeer door de straat rijdt heeft invloed op de mogelijkheid om op straat te spelen. Minstens zo belangrijk is de frequentie waarmee het spel gestoord wordt door passerende en geparkeerde auto’s. Daarom is het voor de speelruimte niet altijd voldoende om verkeersremmende maatregelen te nemen. Doodlopende of verkeersluwe straten zijn van groot belang voor de kinderen en jeugd. Een voorbeeld hiervan zijn de vele eenrichtingsstraten in de Gorzen waardoor spelen op straat beter mogelijk is.

… of een meer kindvriendelijke straat

Beleidsuitgangspunt 7. De gemeente wil in verblijfsgebieden meer aandacht voor de bespeelbaarheid van straten, stoepen, pleinen e.d.

De aantrekkelijkheid van het spelen op straat kan op eenvoudige wijze worden vergroot. Zo kunnen verkeerstechnische elementen door deze iets aan te passen of anders te plaatsen een speelfunctie krijgen. Het maakt bijvoorbeeld niet uit welk soort verharding wordt toegepast. In plaats van grijze standaardtegels van 30 x 30 kan gedacht worden aan afwisseling met gekleurde tegels, zodat er vakken of patronen ontstaan zoals bij de school ‘t Meesterwerk in de wijk Nieuwland. Daarnaast kan er veel speelruimte ontsloten worden door onnodige verkeersstromen te voorkomen, veilige oversteekpunten te creëren, meer centraal te parkeren en hofjes aan te brengen in nieuwbouwsituaties en bij herinrichting ook in bestaande situaties. In straten waar de kinderen en jeugd wonen, zou ruimte moeten zijn voor autoloze dagen, speelstraten en de nationale straatspeeldag. Ouders en gemeente kunnen hier samen vorm aan geven.


27

3.7.3.

Groen biedt ruimte om te spelen

Beleidsuitgangspunt 8. De gemeente wil meer aandacht voor bespeelbaarheid van groenvoorzieningen (gras, bosplantsoen, (speel)bos, water, hondenpoep, braakliggende terreinen e.d.)

Spelen in het groen Groenvoorzieningen zijn al van oudsher een belangrijk onderdeel van de woonomgeving. De kinderen, jeugd en jongeren zijn voor het spelen doorgaans aangewezen op dit groen. Voorbeelden van ruim opgezette buurten met veel variatie in beplanting (bos, bosplantsoen en gras) en een goede bereikbaarheid zijn Woudhoek en Groenoord in Schiedam. In vergelijking met deze wijken hebben de wijken Zuid en Nieuwland veel minder bespeelbare groenvoorzieningen dicht bij de woningen. In het Groenstructuurplan van Schiedam uit 1995 wordt voornamelijk ingezet op de multifunctionaliteit van groen. Spelen in het groen en de natuurfunctie van het groen hoeven elkaar niet tegen te werken. Er wordt dan ook onderkend dat de parken en overige groenobjecten in Schiedam een belangrijke functie hebben voor spelen en recreatie. Denk eens aan hoogteverschillen in het gazon, het vaker toepassen van bloemenmengsels en het gefaseerd maaien van gras. In heestervakken en blokhagen kunnen uitsparingen worden gemaakt waar kinderen en jeugdigen hun hutje kunnen hebben. Het is vaak mogelijk om hagen op verschillende hoogten te snoeien en niet recht, maar golvend aan te planten, om groenblijvers in bosplantsoenen aan te brengen, enzovoorts. Daarnaast kan, door aan de groenvoorzieningen de nevenfunctie spelen te geven, aan bewoners duidelijk worden gemaakt dat overal en altijd zal worden gespeeld en dat bij klachten het belang wordt afgewogen tussen de benodigde speelruimte en de andere functies van het groen. Bij het opstellen en actualiseren van groenplannen moet aandacht aan speelruimte besteed worden. Per wijk zijn er in de huidige situatie groene ruimtes aan te wijzen die aan met name de jeugd ruimte bieden voor avontuurlijk spel. Per wijk zijn dat onder andere: √ Spaland/Sveaparken: Park Spaland en groen Kalixfors; √ Woudhoek: Park Woudhoek en groen Faassenplein; √ Groenoord: Jozef Oreliosingel; √ Kethel: Park Kethel (Noordeinde); √ Nieuwland: Park Nieuwland, met TOS-eiland; √ Oost: Marconiplantsoen en Land van Ris; √ Centrum: Tuinlaan / Lange Nieuwstraat √ West: Volkspark / Julianapark en Nieuwland; √ Zuid: Maasboulevard, met kinderboerderij. Daarnaast zijn er nog vele meer ecologische zones binnen Schiedam die uitnodigen tot meer avontuurlijk spelen. Algemeen voor Schiedam geldt het Prinses Beatrixpark als een belangrijke groene (speel)ruimte. Hierin zijn ook de voor kinderen en jeugd interessante elementen als een kinderboerderij en een uitgebreide speeltuin (Drakensteijn) te vinden.

“hier is onze geheime hut” Algemene opmerking jeugd

3.7.4. “je kan je hond leren om op een krant zijn behoefte te doen.”

Martin Gaus, dierentrainer interview radio 1

Spelen en hondenpoep Hondenpoep vormt eigenlijk in alle wijken van de gemeente een groot probleem voor het spelen. Tijdens de rondgang gaven de jeugdigen regelmatig aan last te hebben van hondenpoep. Daar waar hondenpoep ligt, kan eigenlijk de speelruimte voor een groot gedeelte afgeschreven worden.


28

In de gemeente Schiedam wordt bij speelplaatsen geregeld gekozen voor het aanbrengen van een hekwerk rond de plek, met een antihondenrooster bij de ingang. Bij alle plekken en trapvelden is een bord ‘verboden voor honden’ geplaatst. Op enkele locaties in de gemeente zijn er hondentoiletten aangelegd. Toch blijkt het huidige beleid niet toereikend voor het voorkomen van hondenpoep op speelplekken. In de praktijk blijkt dat hekken en borden slechts beperkt of zelfs in het geheel niet helpen. Met name op het gebied van handhaving van en eenduidigheid in beleid kan winst worden behaald. Hier zal dan ook bij het opstellen of vernieuwen van het beleid omtrent honden(poep) extra aandacht aan besteed moeten worden. 3.7.5.

Spelen in, op en met water Ook, of juist, water daagt kinderen, jeugdigen en soms ook jongeren uit tot spel. Bij, in of op het water spelen ze met modder, spatten ze elkaar nat, laten ze bootjes varen, wordt gevist en vlotgevaren en worden veel meer spelen verzonnen. Sommige volwassenen hebben hier misschien hun bedenkingen bij: ze voorzien vieze en natte kleren. Ook zien veel volwassenen risico’s: hun kinderen lopen wellicht sneller een verkoudheid op of ze glijden uit, met alle gevolgen van dien. Toch zou het jammer zijn als deze bezwaren het spelen met water onmogelijk zouden maken. Door een juiste inrichting en een passend beheer van al dan niet formele waterspeelplekken zijn de risico’s te voorkomen of te beperken. Vooral het talud, de diepte, de waterkwaliteit en de overzichtelijkheid van water zijn veiligheidsaspecten waarmee rekening moet en kan worden gehouden. Een voorbeeld van een geschikte inrichting is een zeer flauw talud met ondiep water langs de kant en zonder beplanting of riet. Vaak maakt een steiger of ander vlak deel direct langs het water het spelen gemakkelijker en veiliger.

Zo bij het water….

Hekwerken langs het water kunnen een schijnveiligheid geven; begeleiders zijn geneigd om minder op te letten, maar na jaren blijken er vaak openingen in de hekken te ontstaan. Kinderen gebruiken de hekken bovendien als speelprikkel en de hekken belemmeren hulpverleners. Dit betekent dat deze zo min mogelijk moeten worden toegepast.

…. of zo?

Door bij het ontwerp en beheer van waterpartijen, vlonders, sloten, steigers, dammen, bruggen enzovoort rekening te houden met zowel vaar- en schaatsroutes, vissen en zwemmen als met spelen langs de waterkant, wordt er veel uitdagende speelruimte ontsloten. 3.7.6.

“Hier spelen we vaak verstoppertje…” (een terrein in zuid) Rondgang jeugd

Spelen op braakliggende terreinen Ondanks de hoge bebouwingsdichtheid liggen er soms terreinen braak in afwachting van nieuwbouw of omdat een plek even geen invulling heeft. Meestal verruigen deze terreinen en bieden zij veel avontuurlijke speelruimte voor hutten bouwen, graven, (fiets)crossen enzovoort.. Indien enigszins mogelijk zou dit op dergelijke terreinen moeten worden toegestaan. De gemeente heeft hierbij natuurlijk wel de verplichting om te zorgen dat het niet te onveilig wordt. Daartoe zal per situatie nagegaan moeten worden op welke wijze dit mogelijk is en of het terrein in eigendom is van de gemeente. Hierbij kan gedacht worden aan een periodieke controle van het terrein, maar ook aan het organiseren van omwonenden/betrokkenen. Een voorbeeld van braakliggend gebied werd tijdens de rondgang aangegeven in Zuid langs de Houthaven. OBB Ingenieursbureau 772.03 29 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 4-4-08

Braakliggende terreinen van de gemeente worden waar mogelijk als tijdelijke informele speelruimte toegestaan.

3.8.

Formele speelplek

Beleidsuitgangspunt 9. De gemeente wil, om nu en in de toekomst de kwantiteit en kwaliteit te waarborgen, landelijk getoetste uitgangspunten voor formele speelruimte hanteren.

De formele speelruimte

De hoeveelheid formele speelruimte laat zich makkelijker kwantificeren. De laatste jaren is er door verschillende organisaties die betrokken zijn bij speelruimte intensief samengewerkt om te komen tot het opstellen van richtlijnen voor de aanleg en het onderhoud van speelvoorzieningen. Vooral het uitgeven van het ’Handboek Veiligheid van Speelvoorzieningen’ heeft bijgedragen aan het tot stand komen van landelijk aanvaarde normen en richtlijnen. Dit handboek heeft onder andere geleid tot het vastleggen van de afstand die de doelgroep tot een speelvoorziening kan afleggen en de wenselijke oppervlakte van een speelvoorziening. Naast dit handboek geven vooral ervaringscijfers inzicht in hoe een speelplek functioneert. Hierdoor konden door OBB Ingenieursbureau uitgangspunten gesteld worden voor het aantal kinderen van een bepaalde leeftijdscategorie dat binnen een actieradius woont en een speelplek zelfstandig zou moeten kunnen bereiken, zonder elkaar op de speelplek in de weg te lopen. De belangrijkste uitgangspunten en richtlijnen zijn in Tabel 2 samengevat weergegeven. De oppervlakten voor de speelplekken zoals in Tabel 2 genoemd betreffen de oppervlakte van het speelterrein zelf. Daarnaast moet er nog ruimte zijn voor paden er naar toe, de omliggende beplanting, de toegangen en de omgeving. Bij de uitgangspunten voor formele speelruimte moet benadrukt worden dat jonge kinderen tot en met drie jaar niet zelfstandig, maar onder begeleiding van een ouder/verzorger op een openbare speelplek spelen. Deze heel jonge kinderen kunnen goed gebruik maken van de speelplekken die ingericht zijn voor de kinderen tot en met vijf jaar. Het plaatsen van een speeltoestel waarop kinderen van nul tot en met drie jaar zonder begeleiding kunnen spelen, is geen verantwoordelijkheid van de gemeente. Door het toepassen van de uitgangspunten wordt invulling gegeven aan een evenredige verdeling van speelvoorzieningen over de doelgroepen en de wijken. Daar waar er specifieke omstandigheden zijn kan er worden afgeweken van de gestelde uitgangspunten. Deze uitgangspunten kunnen gezien worden als een aanvulling op de informele uitgangspunten. Daar waar veel informele ruimte is, zijn minder speelplekken nodig.


30

LEEFTIJDSCATEGORIE Kinderen Jeugdigen Jongeren 0 tot en met 5 jaar 6 tot en met 11 jaar 12 tot en met 18 jaar 1. Relatie leeftijd, spelbereik en verzorgingsgebied Afstand tot woning 100 meter 300 tot 400 meter > 1.000 meter Niveau Straat/blok Buurt Wijk/stad Minuten lopen 2 minuten 5 minuten 15 minuten Verzorgingsgebied 3 hectare 50 hectare 300 hectare 2. Aantal per speelplek Aantal woonachtig 15 tot 307 55 tot 70 85 tot 100 binnen actieradius 3. Inrichting speelplek Oppervlakte 100 tot 500 m2 500 tot 2.000 m2 1.000 tot 6.400 m2 Voorzieningen 3 toestellen 3 toestellen 4 toestellen 3 speelprikkels 4 speelprikkels 4 zitaanleidingen bank, afvalbak Voorbeelden voor- Zandbak Trapveld Trapveld zieningen Huisje Klimtoestel Skateboardbaan Wip(veer) Schommel Basketbalveld Glijbaantje Kabelbaan Zitaanleidingen Schommel Duikelrek Schommel Voorbeelden Betonpoefs Betonpoefs Betonpoefs speelprikkels en Betonbielzen Paaltjes Banken zitaanleidingen Verschillende bo- Hoogteverschillen Muurtjes demmaterialen Bosjes (verstoppen) Pad of plein van glad Hoogteverschillen Zand en water asfalt Bankjes Stimulatie en beVeel variatie Meting resultaten Informele ontmoeting geleiding ontwik- Veel fantasie Groepsbesef Bevestiging zoeken keling Duidelijke grenzen Toename creativiteit Sportieve krachtmeting Grove motoriek Grotere doelgericht- Keuzes maken heid Tabel 5

Uitgangspunten formele speelruimte

3.9.

Vormgeving formele speelruimte

3.9.1.

Ontwerpen en aanleggen van speelvoorzieningen Het valt buiten het kader van dit speelruimteplan om alle richtlijnen voor het technisch ontwerp van een speelplek en de omgeving te beschrijven. Hiervoor wordt verwezen naar uw eigen ervaringen, inspraakresultaten en de diverse richtlijnen, zoals onder andere beschreven in het ‘Handboek Veiligheid van Speelgelegenheden’ en de toesteldocumentatie die door de leveranciers van speelvoorzieningen bij een toestel wordt geleverd. Uitgangspunt is dat gemeente Schiedam haar speelplekken door een deskundig ontwerper laat inrichten. Enkele aspecten waarover de ontwerper zal nadenken, zijn bijvoorbeeld de functie en mogelijkheden van een toestel.

Bij minder dan 15 kinderen verdwijnt een speelplek en bij meer dan 30 kinderen wordt een extra speelplek aangelegd. In deze afweging worden de dichtheid van de bebouwing en de aanwezige barrières (speelbuurten) meegenomen.

7


31

Een aandachtspunt hierbij is het veranderende aanbestedingsbeleid. Het aanbestedingsbeleid laat in steeds mindere mate ruimte voor het voorschrijven van specifieke producten en leveranciers. Hierdoor wordt het moeilijker om het gewenste beeld en de gewenste kwaliteit te waarboren. Ook ontstaan er problemen rond de inspraak met bewoners, die niet meer een speeltoestel (bijv. gele T-schommel van Nijha) kunnen kiezen, maar alleen aan kunnen geven dat het een schommel moet zijn. De bestekschrijvers en ontwerpers zullen dus creatief moeten zijn in het tekenen en omschrijven van het gewenste resultaat.

Speelplek ontwerp

Voor de ruimte en het aantal speeltoestellen dat per speelplek aanwezig moet zijn, is in Tabel 2 een aantal richtlijnen gegeven. Daarbij moet men onderscheid maken tussen de specifieke speeltoestellen en de speelprikkels. In Bijlage V wordt globaal de voorgestelde inrichting omschreven per plek en in Bijlage VIII wordt meer informatie gegeven over mogelijk aan te brengen speelprikkels. 3.9.2.

Handboek veiligheid

Beleidsuitgangspunt 10. De gemeente heeft de wettelijke verplichting het Attractiebesluit uit te voeren en moet kunnen aantonen dat zij alles in het werk heeft gesteld de toestellen veilig te plaatsen en in stand te houden.

Veiligheid en uitdaging! De doelgroep (en hun ouders) moet erop kunnen rekenen dat de speciaal voor spelen aangebrachte speelvoorzieningen in de openbare ruimte veilig zijn. Daarmee wordt overigens niet bedoeld dat alle risico’s vermeden kunnen worden. Risico’s zijn nooit volledig uit te sluiten en tevens zijn ze een wezenlijk onderdeel van het spelen en horen ze bij het leerproces en de ontwikkeling. De risico’s dienen echter beheersbaar en herkenbaar te zijn voor de doelgroep. De wettelijke verplichting voor de veiligheid van speeltoestellen is in het bijzonder geregeld in het ’Besluit Veiligheid van Attractie- en Speeltoestellen’ van maart 1997 en de Europese Normen (o.a. NENEN 1176-1 tot en met 1176-7 en 1177). In dit zogenoemde Attractiebesluit zijn de wettelijke bepalingen voor aansprakelijkheid en veiligheid vastgelegd. Indien er sprake is van een ongeval door een gebrek aan het speeltoestel of een onveilige ondergrond, dan is degene die het speeltoestel voorhanden heeft altijd als eerste aansprakelijk. Deze verantwoordelijkheid is conform aan en aanvullend op de risicoaansprakelijkheid die wordt omschreven in het Burgerlijk Wetboek. Het aanbieden van onveilige speeltoestellen wordt gezien als het plegen van een onrechtmatige daad. Er is (gelukkig) nog weinig jurisprudentie rondom de aansprakelijkstelling voor speeltoestellen aanwezig. Vooralsnog moet er van worden uitgegaan dat de eigenaar van het speeltoestel als eerste aansprakelijk is. De eigenaar van het toestel moet kunnen aantonen dat alles in het werk is gesteld om de veiligheid te waarborgen. Om aan de gestelde eisen te kunnen voldoen is een aantal handelingen noodzakelijk, waaronder de inspectie van speeltoestellen en de registratie van relevante gegevens in een logboek. Indien een speeltoestel op gemeentelijke grond wordt geplaatst door bijvoorbeeld een particulier, school of speeltuinvereniging, wordt het toestel automatisch eigendom van de gemeente. De juridische term hiervoor is natrekking. De gemeente kan bij ongevallen medeaansprakelijk worden gesteld. Daarom kan de gemeente de plaatsing van toestellen op gemeentelijk eigendom door derden niet gedogen zonder dat de aansprakelijkheid goed geregeld is.


32

Een mogelijkheid om deze aansprakelijkheid te regelen, is het afsluiten van een overeenkomst (opstalrecht) tussen de gemeente en de plaatser van het toestel. Voorbeelden hiervan zijn het vestigen van een opstalrecht waarbij de aansprakelijkheid bij de plaatser blijft, of het aangaan van een beheercontract waarin afspraken worden gemaakt over beheer, onderhoud en aansprakelijkheid8. 3.9.3.

Gecombineerde speelplek

Het combineren van leeftijdscategorieën Er zijn veel speelplekken ingericht met toestellen die geschikt zijn voor zowel kinderen als jeugdigen. Soms staan hier ook nog toestellen voor jongeren. Dit geeft vooral problemen als de ruimte te klein is. Omdat er toestellen voor jeugdigen en jongeren staan, gaan beide groepen de plek (terecht) als die van hen beschouwen. De toestellen voor de jongste kinderen bieden hun echter geen uitdaging meer; op een wipveer zijn ze wel uitgespeeld en ze zijn al op alle mogelijke manieren van de glijbaan afgegleden. Men kan het de jeugdigen en jongeren dan niet kwalijk nemen dat ze de aanwezige toestellen voor kinderen wel gebruiken in hun proces van grenzen verkennen: eens kijken met hoeveel tegelijk ze op een wipveer kunnen. Een ander nadeel van het combineren van leeftijdsgroepen is dat jongere jeugd mogelijk ongewenst gedrag van de oudere jeugd en jongeren overneemt. Aan de andere kant is het combineren van leeftijdsgroepen op één speelplek zowel voor sociale als lichamelijke ontwikkeling aan te raden. Een speelplek kan immers functioneren als ontmoetingsplek voor jong en oud uit de hele wijk. Het combineren van leeftijdscategorieën kan alleen gerealiseerd worden als er voldoende ruimte is. Daarnaast moet er binnen deze ruimte een zonering aangebracht worden, met in elke zone voor de verschillende leeftijdscategorieën de voorzieningen. Op deze wijze zullen de verschillende leeftijdsgroepen hun eigen plek en uitdagingen hebben. De jeugdigen en jongeren zullen dan wel respect hebben voor de speelplek van de kinderen en de toestellen weinig of niet misbruiken. Voldoende ruimte, duidelijke zonering en uitdagende voorzieningen per leeftijdsgroep maken een gezamenlijke speelplek tot een succes. Voorgesteld wordt om alleen gecombineerde speelplekken aan te leggen indien er ruimte is voor voldoende toestellen en goede zonering.

3.9.4. Beleidsuitgangspunt 11. Bij het ontwerpen en realiseren van speelplekken wordt rekening gehouden met medegebruik van de doelgroep met een beperking.

Integratie van de doelgroep met beperkingen Binnen de doelgroepen wonen, verspreid over gemeente Schiedam, ook mensen die in meer of mindere mate een beperking hebben. Ook voor hen is het belangrijk om samen met anderen te kunnen spelen. Dit betekent dus niet dat iedere speelplek en ieder speeltoestel voor alle vormen van beperking geschikt moeten zijn, maar wel dat nagedacht moet worden over hoe een speelplek voor een brede doelgroep geschikt kan zijn. Zo kan bijvoorbeeld overwogen worden om een netschommel aan te brengen in plaats van een traditionele schommel. Een dergelijk toestel heeft zowel voor de doelgroep met als zonder een beperking grote speelwaarde. Op dit moment zijn er in de gemeente meerdere toestellen of plekken aanwezig die geschikt zijn voor medegebruik door kinderen met een beperking. Een goed voorbeeld is speeltuin ‘Fort Drakensteijn’ in het Beatrixpark.

8

Aansprakelijkheid zal juridisch moeten worden getoetst op erfpacht e.d.


33

3.10.

Samen werken aan speelruimte Het creëren van speelruimte is een zorg van de hele gemeente; binnen de gemeentelijke organisatie moeten afdelingen hiervoor samenwerken. Maar ook andere personen en instanties hebben invloed op de inrichting van de (buiten)ruimte: bewoners, wijkverenigingen, scholen, sportverenigingen en private partijen zoals projectontwikkelaars en de woningcorporaties hebben een verantwoordelijkheid.

3.10.1.

Beleidsuitgangspunt 12. De gemeente wil de bewustwording van bespeelbare openbare ruimte vergroten door een speelparagraaf toe te voegen aan (nieuw) beleid voor de openbare ruimte.

De taakverdeling bij de gemeente De gemeente is verantwoordelijk voor het speelruimtebeleid voor zowel kinderen, jeugd als jongeren en draagt zorg voor tijdige evaluatie van dit beleid. Dit betekent dat er initiatief genomen moet worden voor de uitvoering van de beleidsuitgangspunten en de realisatie van het openbare speelvoorzieningenniveau. Daarbij dient er afstemming plaatst te (blijven) vinden van de realisatiekosten met de jaarlijkse budgetten, zodat er passend beheer, onderhoud en vervanging van het speelvoorzieningenniveau kan plaatsvinden door dit zelf uit te voeren of uit te besteden. Verantwoordelijkheden per betrokken afdeling: • Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling: beheren en onderhouden van de toestellen en plekken, aanleggen en verwijderen van speelplekken; • Welzijn: toepassen en borgen van speelruimtebeleid; • Wijkzaken: doorgeleiden van klachten en verzoeken van bewoners, intermediëren bij groepen bewoners die betrokken willen worden bij speelruimte; • Educatie: afstemmen en coördineren van de betrokkenheidmet scholen en schoolpleinen; • Sport en Recreatie: afstemmen met sportvoorzieningen en – verenigingen; • Communicatie: het beleid op een heldere manier uitdragen naar bewoners en overige belanghebbenden. De gemeente is ook verantwoordelijk voor het stimuleren van activiteiten die het buitenspelen bevorderen. Zo wordt het buitenspelen gestimuleerd door bijvoorbeeld het promoten van en meewerken aan de landelijke ’Straatspeeldag’ (Stichting Kinderen Voorrang), het stimuleren van sport, het meewerken aan de organisatie van de huttenbouwweek enzovoort. Het speelruimteplan dient bij de verschillende afdelingen onder de aandacht te worden gebracht om de betrokkenheid bij het speelruimtebeleid te vergroten.

3.10.2. Beleidsuitgangspunt 13. De gemeente wil bewoners vragen betrokken te zijn bij de speelruimte door gebreken te melden en door mee te denken over de inrichting van speelplekken..

De rol van bewoners Ook de omwonenden van speelplekken hebben een taak in het aanbieden van speelruimte. Allereerst moeten zij accepteren dat er in de wijk en op de speelplekken gespeeld wordt. Maar zij zijn ook degenen die dagelijks langs de speelplekken lopen. In het kader van “burgerplicht” mag van bewoners verwacht worden dat ze de speelplekken niet vervuilen en dat ze ernstige gebreken en gevaren op speelplekken zien en deze ook melden aan de gemeente. Belangrijke voorwaarde voor deze bereidheid en alertheid is betrokkenheid bij de speelplekken. Bij grote wijzigingen in de inrichting van de speelplek wordt bewoners de mogelijkheid geboden om mee te denken over de inrichting.


34

Kleinere maatregelen in het kader van onderhoud, reguliere vervanging en het veilig houden van de toestellen worden zonder overleg met bewoners uitgevoerd. Ook bij het opstellen van speelruimtebeleid worden de bewoners uitgenodigd om in te spreken door middel van bijvoorbeeld een enquête, een inloopavond en de reguliere inspraakprocedure. 3.10.3.

Beleidsuitgangspunt 14. Schoolpleinen die kunnen voorzien in speelruimte worden bij het openbare speelvoorzieningenniveau betrokken.

Schoolplein voor de buurt

Spelen op het schoolplein De (speel)ruimten bij basisscholen en scholen voor voortgezet onderwijs met hun voorzieningen vormen vaak een belangrijk deel van de speelruimte. Voor, tijdens en na schooltijd wordt er veel gespeeld en de weg er naartoe is goed bekend. In gemeente Schiedam zijn rondom meerdere schoolpleinen hekken geplaatst om aan te geven dat het plein gesloten is na schooltijd. Het is wenselijk om daar waar nodig en mogelijk de speelruimten bij scholen te betrekken in het openbare speelvoorzieningenniveau. Gezocht wordt naar win-win situaties. Vooral in een buurt waar geen of weinig ruimte aanwezig is om speelplekken te realiseren, kunnen schoolpleinen een oplossing bieden. Andersom maken de scholen tijdens de pauzes ook gebruik van de openbare speelplekken. Openbaarheid betekent niet noodzakelijk dat er geen hekken mogen staan. Er kan ook gedacht worden aan sleutelbeheer door omwonenden, extra toezicht door politie, het langer openstellen van schoolpleinen enzovoort. Bij het opstellen van de analyse zijn de schoolpleinen waar nodig in het openbare speelvoorzieningenniveau betrokken. Als een schoolterrein in het openbare speelvoorzieningenniveau wordt opgenomen, dan zullen er met het schoolbestuur duidelijke afspraken gemaakt moeten worden over de verantwoordelijkheden, het beheer, het onderhoud en de vervanging van de speeltoestellen. In het speelruimteplan zijn er geen bedragen geraamd voor het betrekken van het schoolplein in het openbare voorzieningenniveau. Dit is tevens het geval in de huidige situatie waarbij de scholen zelfvoorzienend zijn wat betreft de inrichting en het onderhoud van de schoolpleinen. In de analyse zijn de volgende vijf schoolpleinen meegenomen: • ‘De Violier’ Stockholm 1; • ‘De Peperklip’ Fahrenheitstraat 2-4; • ‘St Jan’ van Swindensingel 66; • ‘St Jozef’ Nassaulaan 42; • ‘De Gorzen’ Dwarsstraat 2. Om aan de normen te kunnen voldoen wordt voorgesteld dat in het geval van de schoolpleinen die hiervoor benodigd zijn het onderhoud, het beheer en de vervanging van de toestellen uit het budget voor openbare speelvoorzieningen plaatsvindt. De pleinen van de scholen die niet in de analyse zijn meegenomen zijn niet benodigd om aan de voorgestelde normen te voldoen. Voor deze schoolpleinen geldt dat onderhoud, beheer en vervanging uit andere budgetten bekostigd moet worden. Ten behoeve van verschillende pleinen, zoals het plein van het Meesterwerk in Nieuwland en de Peperklip in Oost, zijn aanvullende middelen beschikbaar gesteld uit programma’s als Nieuwland Aan Zet en Oost voor Elkaar! Schoolpleinen vervullen een belangrijke speelfunctie na schooltijd. Omwille van een basiskwaliteit en mogelijke aanvullende inzet vanuit de gemeente zijn ook buiten de genoemde gebruiksovereenkomsten afspraken nodig over het beschikbaar stellen van schoolpleinen om te spelen. OBB Ingenieursbureau 772.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 4-4-08

35

Jantje Beton heeft een boekje uitgegeven om het spelen op schoolpleinen weer te stimuleren. Landelijk gezien is dit namelijk maar op weinig plekken mogelijk, terwijl het schoolplein vaak een belangrijke buurtfunctie heeft en goede en veilige speelruimte biedt. 3.10.4. Beleidsuitgangspunt 15. De gemeente wil een duidelijk programma van eisen voor (her)ontwikkeling van woongebieden hebben om voldoende kwantiteit en kwaliteit van de (in)formele speelruimte te waarborgen.

Samen met de woningbouwvereniging In Schiedam zijn de woningstichting Woonplus en diverse projectontwikkelaars actief. Doordat zij mede bepalen hoe woonwijken er uitzien, zijn ook zij medeverantwoordelijk voor het aanbieden van speelruimte. Indien de woningcorporatie of de projectontwikkelaar en de gemeente zich gezamenlijk kunnen inzetten voor de hoeveelheid speelruimte in de wijken waar de corporatie of ontwikkelaar actief is, zal dit ten eerste de doelgroep ten goede komen. Daarnaast kan het speelvoorzieningenniveau door afstemming en wederzijdse overdracht van kennis nog beter en eventueel uitgebreider aansluiten op de specifieke situatie. Op deze wijze kunnen er aantrekkelijker en hoogwaardiger wijken worden gerealiseerd. Hierbij gaat het om het aanbieden van voorzieningen die passen bij de woonwensen van de te huisvesten doelgroep. De uitgangspunten voor beleid uit dit speelruimteplan moeten in een Programma van Eisen voor het (her)ontwikkelen/renoveren van (woon)gebieden worden opgenomen. Momenteel is tweederde van de speelplekken in de wijk Nieuwland in eigendom van Woonplus. Met name in deze wijk speelt zij dus een belangrijke rol op het gebied van speelruimte. Hier zal dan ook aandacht aan besteed moeten worden door in overleg te treden met Woonplus over haar rol met betrekking tot de speelruimte.

3.11.

Duurzame speelruimte

3.11.1.

Structuur van speelplekken In Tabel 2 worden uitgangspunten gegeven voor het aantal kinderen in de verschillende leeftijdscategorieën dat binnen een actieradius moet wonen voordat er een speelplek gerealiseerd dient te worden. In veel van de bestaande wijken is het kinderaantal zich aan het stabiliseren. Hier wordt dan ook gekeken naar het totaal aantal kinderen, en het bijbehorende aantal speelplekken. Naast het aantal kinderen binnen een bepaalde actieradius, wordt in bestaande wijken bovendien de ligging en toekomstige potentie van plekken meegerekend.

Speelplekken op kaart

Meestal wonen in nieuwe wijken veel kinderen en neemt dit aantal in de loop der jaren af. De speelplekken voor deze leeftijdsgroep dienen dan ook om de vijf jaar geëvalueerd te worden op kinderaantal. In veel wijken vindt na circa 25 jaar wel weer een “verjonging” plaats, maar de zeer hoge kinderaantallen per wijk komen dan meestal niet meer voor. Zelden wonen er in een wijk die ouder is dan 20 jaar meer dan 25 kinderen binnen een actieradius van een speelplek. Concreet betekent dit dat in een nieuwbouwwijk waar veel kinderen (komen te) wonen eerst drie tot vijf speelplekken met overlappende actieradius nodig zijn. Na verloop van tijd kan de meest centrale plek als basisvoorziening dienen. Deze centrale plek moet aantrekkelijk zijn voor de hele wijk. Dit houdt in dat de plek:


36

• goed bereikbaar is; • goed zichtbaar is (mensen weten de plek te vinden); • voldoende ruimte biedt; • extra veel toestellen en speelprikkels bevat. De overige vier speelplekken kunnen dan meer gericht zijn op de direct aanwonende kinderen of kunnen komen te vervallen. De ervaring leert dat een speelplek voor kinderen ongeveer even lang noodzakelijk is als de levensduur van de meeste toestellen.

Beleidsuitgangspunt 16. De gemeente wil een duurzaam netwerk aan speelplekken bieden met een “stevige” inrichting en een centrale ligging. Dit houdt in dat 70% van de locaties van speelplekken vastligt en duurzaam ingericht kan worden.

Doordat de jeugdigen en jongeren vanuit een grotere omgeving (wijk) gebruik maken van één of enkele speelplekken, varieert het aantal jeugdigen en jongeren dat binnen de actieradius woont veel minder. Uit onderzoek en ervaring blijkt dat er rond een centraal gelegen, goed functionerende speelplek voor deze leeftijdscategorieën vrijwel nooit te weinig jeugdigen of jongeren wonen, zelfs niet in de loop van 25 jaar. Dit betekent dat voor de jeugdigen en voor de jongeren over het algemeen duurzame speelplekken verspreid over de wijken aangelegd kunnen worden. Het is belangrijk hiervoor een goede, permanente structuur te ontwerpen, omdat deze plekken groot, uitdagend en aantrekkelijk moeten zijn. De uitgangspunten in Tabel 1 en Tabel 2 bieden daarvoor de uitgangspunten.

3.12.

Speelruimte in nieuwbouwsituaties en herstructurering

3.12.1.

Stedenbouwkundige plannen Er is een duidelijke relatie tussen het ontbreken van sporten ontmoetingsvoorzieningen voor de jongeren en de overlast en het vandalisme in een wijk. Dit is eenvoudig te verklaren uit het feit dat de jongeren dan aangewezen zijn op de (school)pleinen, parken en speelplekjes voor de kinderen en jeugd. Het is niet mogelijk hen naar hun eigen plek te verwijzen en zij hebben het gevoel dat er “niets voor hen” is. In stedenbouwkundige plannen wordt het gebruik van de ruimte grotendeels vastgelegd. Het blijkt dat als er in de stedenbouwkundige plannen onvoldoende rekening is gehouden met de noodzaak van speelruimte, er in de toekomst problemen te verwachten zijn. Het is dus zeer belangrijk dat in het programma van eisen voor het opstellen van stedenbouwkundige en bestemmingsplannen de uitgangspunten voor speelruimte c.q. het speelruimtebeleid worden opgenomen. Van belang is het aantal kinderen, jeugd en jongeren op het piekmoment. De kinderpiek begint circa vier jaar na de realisatie van het grootste aandeel woningen in een fase. De piek duurt voor elke leeftijdscategorie ongeveer zes jaar. Meestal begint aan het eind van de kinderpiek ook gelijk de jeugdpiek en ongeveer vier jaar na de jeugdpiek de jongerenpiek. In een schema ziet dit er als volgt uit:

kinderpiek (0-5 jaar) jeugdpiek (6-11 jaar) jongerenpiek (12-18 jaar) jaar na aanleg Tabel 6

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

Verloop kinderpiek


37

De bewering dat de leeftijdsgroepen opschuiven is dus niet juist. Er komen namelijk vaak mensen in een wijk wonen die al kinderen hebben. Het maximaal voorzieningenniveau zal hier dus op afgestemd moeten worden. Na de piek kan het voorzieningenniveau dan weer wat dalen of, als er ruimte is, omgevormd worden tot voorzieningen voor oudere leeftijdsgroepen en uiteindelijk informele speelruimte. 3.12.2.

Aantal kinderen Het aantal kinderen, jeugd en jongeren op het piekmoment kan vaak worden achterhaald via prognoses voor scholen of andere nieuwbouwwijken in de gemeente waar de kinderpiek reeds is begonnen (zie Tabel 3 Verloop kinderpiek). Door deze kinderaantallen uit te zetten tegen het aantal woningen kan een inschatting worden gemaakt van het aantal kinderen in een buurt. Dit kinderaantal kan vervolgens weer getoetst worden aan de uitgangspuntentabellen Tabel 1 Uitgangspunten informele speelruimte en Tabel 2 Uitgangspunten formele speelruimte. Zo kan het aantal speelplekken worden bepaald per leeftijdsgroep en kan ingeschat worden hoeveel ruimte hiervoor nodig is. Ook kan het aantal vierkante meters informele speelruimte worden uitgerekend.

3.13.

De zorg voor speelvoorzieningen

3.13.1.

Klachtafhandeling en ideeën De gemeente kan niet altijd en overal zijn. De omwonenden en gebruikers van de speelplekken hebben ook een verantwoordelijkheid om gevaarlijke en onwenselijke zaken op speelplekken en aan speeltoestellen te melden. In gemeente Schiedam kunnen bewoners hun meldingen, klachten en ideeën indienen via een digitaal formulier op de internetpagina van de gemeente of ze kunnen mailen of bellen met ONS / Irado.9 Bij urgente meldingen (onveilige speeltoestellen) wordt er naar gestreefd om binnen 24 uur een oplossing te bieden. Dit houdt niet altijd in dat de klacht dan is verholpen. Bij spoedmeldingen wordt zelfs een termijn van twee uur aangehouden.

Beleidsuitgangspunt 17. Bij klachten inzake onveilige en onwenselijke situaties worden binnen 24 uur passende maatregelen genomen.

In Bijlage I is een overzicht gegeven van het aantal en de waarde van de huidige speeltoestellen. Hierbij zijn ook de jaarlijkse kosten voor het onderhoud, de vervanging en het beheer opgenomen.

Een snelle klachtafhandeling is van groot belang voor het veilig houden van in het bijzonder de speeltoestellen. Het is verplicht dat van de klacht, het gebrek en de genomen actie een aantekening in het logboek wordt opgenomen. 3.13.2. Reactieformulier site ONS

Het onderhouden en beheren van speelvoorzieningen Nadat er speelvoorzieningen gerealiseerd zijn, zal er voldoende budget beschikbaar moeten zijn om de speeltoestellen en de inrichting van de speelruimte te beheren en te onderhouden. Het onderhoud bestaat uit de werkzaamheden die aan het toestel en de omgeving uitgevoerd moeten worden. Het beheer bestaat uit de overige werkzaamheden die uitgevoerd moeten worden om de speelvoorzieningen in stand te houden. Het onderhoud van de toestellen gebeurt in relatie met het vervangingsschema en het gebruik van het toestel. Bij de keuze van een type toestel dient ook goed gekeken te worden naar de toekomstige beheer- en onderhoudskosten en de afschrijvingstermijn.

9

Beide onderdeel van de ONS-groep.


38

Beleidsuitgangspunt 18. De gemeente wil een minimaal onderhoudsniveau van 65% waarborgen.

3.13.3.

In verband met veiligheidseisen en garantiebepalingen van de leveranciers, worden voor vervanging van onderdelen zoveel mogelijk originele onderdelen gebruikt of onderdelen die een hogere kwaliteit voor de veiligheid hebben. In Bijlage I wordt een overzicht gegeven van de onderhoudskosten voor de verschillende typen speelvoorzieningen. In de berekening van deze normen voor de jaarlijkse onderhoudskosten is uitgegaan van het hoogste onderhoudsniveau. In een ideale situatie betekent dit onder andere dat de speeltoestellen altijd optimaal in de verf zitten, er altijd proper uitzien, in perfecte technische staat verkeren en dat te allen tijde graffiti verwijderd is. Voor een gemeente is het echter voldoende en meer realistisch om het onderhoud van de speeltoestellen op een lager niveau uit te voeren. De ondergrens daarbij is het acceptatieniveau waarbij een toestel blijft voldoen aan de veiligheidsnormen en net aan de eisen van algemene welstand. Dit niveau kan op een schaal van 0 tot en met 100% uitgedrukt worden met 60%. Voor de gemeente Schiedam is gekozen voor een onderhoudsniveau van 65%10, omdat dit naar schatting het huidige onderhoudsniveau is. Ook in de overige financiële tabellen van het speelruimteplan is dit onderhoudsniveau aangehouden. Dit percentage is gebaseerd op de indrukken die tijdens de rondgangen en veldinventarisatie zijn opgedaan. Het percentage is voornamelijk aan de lage kant door de uitstraling van de speelplek als geheel. De toestellen zagen er goed uit, maar de rest van de speelplek had regelmatig een achterstand in onderhoud aan groen (bijvoorbeeld hoog gras). Ook vanuit het internetpanel werd door slechts 18% de netheid van de speelplekken als positief beoordeeld. Het vervangen van speelvoorzieningen Veel speeltoestellen hebben volgens ervaringscijfers een technische levensduur van tussen de acht en twintig jaar. Daarbij is uiteraard geen rekening gehouden met vandalisme, wel met slijtage door intensief gebruik en eventuele speelschade. In gemeente Schiedam hebben de toestellen een gemiddelde afschrijvingstermijn van 12 jaar. Dit ligt onder het landelijk gemiddelde van tussen de 12 en 15 jaar. Dit stemt wel overeen met het gekozen onderhoudsniveau. Minder onderhoud betekent eerdere vervanging. Om een goed vervangingsbeleid te kunnen voeren is een flexibel vervangingsschema noodzakelijk. In principe wordt een toestel vervangen nadat de afschrijvingstermijn is verstreken. Het moment van de daadwerkelijke vervanging van een toestel wordt mede bepaald door de staat van het toestel. Wanneer blijkt dat een toestel na de gestelde afschrijvingstermijn nog één of meer jaren veilig kan functioneren, kan de vervanging worden uitgesteld. Indien blijkt dat een toestel voor de gestelde afschrijvingstermijn niet meer veilig is of wanneer de onderhoudskosten te hoog worden, bijvoorbeeld door vandalisme, dan moet de vervanging vervroegd worden uitgevoerd (flexibele vervanging).

Wanneer een hoge bespelingsgraad of een bepaalde uitstraling gewenst is, zal hier in het uitvoeringsplan invulling aan moeten worden gegeven door extra middelen beschikbaar te maken. Op deze manier kan het percentage per specifieke plek verschillen.

10


39

Beleidsuitgangspunt 19. De speelvoorzieningen worden vervangen aan de hand van een flexibel vervangingsschema.

3.13.4.

Bij de keuze van het type toestel wordt uitgegaan van de doelgroep van de betrokken speelplek, waarbij de wenselijke speelmogelijkheden, de benodigde speelfuncties en de actuele bevolkingssamenstelling van de wijk in ogenschouw worden genomen. Dit kan ook betekenen dat de herinvestering op een andere speelplek in de gemeente plaatsvindt. Belangrijk daarbij is dat bij vervanging van speeltoestellen in principe toestellen worden herplaatst met minimaal eenzelfde vervangingswaarde. Met eenzelfde vervangingswaarde wordt bedoeld de geïndexeerde financiële vervangingswaarde. Dit betekent overigens niet dat er eenzelfde type toestel moet worden geplaatst. Integendeel, het kan voorkomen dat de veiligheidsruimte van een toestel zo groot is, dat het toestel niet op de speelplek past en er dus voor een ander toestel gekozen moet worden. Het kan zelfs voorkomen dat meerdere toestellen vervangen worden door één ander toestel voor een geheel andere leeftijdscategorie op een andere locatie, zodat invulling gegeven kan worden aan de voorstellen uit de analyse van dit speelruimteplan. De benodigde budgetten Belangrijk is dat de totale waarde van de toestellen in gemeente Schiedam niet moet stijgen zonder dat er voldoende onderhouds-, beheer- en vervangingsbudgetten beschikbaar zijn. Bij het vaststellen van de budgetten voor aanleg, onderhoud, beheer en vervanging van speelvoorzieningen zal er gezocht moeten worden naar de juiste onderlinge verhouding tussen deze posten. Indien dit niet het geval is, zullen bijvoorbeeld door de aanleg van nieuwe speelplekken de onderhoudskosten steeds verder stijgen, zonder dat daarvoor budget aanwezig is en dus de staat van onderhoud en de veiligheid afneemt. De onderhouds-, beheer- en vervangingsbudgetten moeten daarom aangepast worden nadat er extra of duurdere speeltoestellen zijn geplaatst of speeltoestellen zijn verwijderd. De structurele budgetten die de gemeente jaarlijks reserveert voor het onderhouden, beheren en vervangen van speelvoorzieningen zullen dus gerelateerd worden aan de werkelijke situatie. Wanneer speelplekken na (her)inrichting van wijken in beheer komen bij de gemeente zullen de budgetten moeten stijgen. Worden er plekken opgeheven dan kunnen de hiervoor geldende kosten in mindering worden gebracht op de budgetten. Bij de aanleg van nieuwe speelplekken binnen uit- of inbreidingswijken worden de benodigde financiële middelen beschikbaar gesteld voor zowel de realisatiekosten (éénmalig) als voor de structurele kosten. De hoogte van het budget wordt bepaald op basis van werkelijke kosten, inclusief voorbereidings- en inspraakkosten. Het budget voor het onderhoud van de speelvoorzieningen wordt gebaseerd op het gekozen onderhoudsniveau (zie paragraaf 3.13.2). De speeltoestellen kunnen daarbij in een goede staat worden gehouden. De hoogte van het beheerbudget wordt gebaseerd op de totale vervangingswaarde van de speelvoorzieningen. In de huidige situatie wordt het beheerpercentage geschat op 3,5% van de vervangingswaarde. Dit ligt iets lager dan het landelijk gemiddelde, omdat participatie, planvorming en ontwerp met betrekking tot spelen in Schiedam minder uitgebreid wordt vormgegeven. Wanneer er uitvoeriger aan participatie wordt gedaan, wordt binnen Schiedam gewerkt met een percentage van 5%.


40

Omdat de investeringen in speelvoorzieningen jaarlijks variëren en de afschrijvingstermijnen van de verschillende typen toestellen niet gelijk zijn, variëren de werkelijke kosten voor vervanging per jaar. Aan de hand van de afschrijvingstermijn, het plaatsingsjaar en de vervangingswaarde kunnen voor de komende jaren de benodigde budgetten worden bepaald. De budgetten die noodzakelijk zijn voor het aanbieden van openbare speelruimte moeten jaarlijks worden geïndexeerd. Zie verder de analyse van de financiële aspecten in hoofdstuk 7 Realisatie streefbeeld en jaarlijkse kosten.

3.14.

Beleidsuitgangspunt 20. Dit speelruimteplan wordt vastgesteld voor een periode van tien jaar en na vijf jaar geëvalueerd.

Periode en evaluatie speelruimtebeleid

Het voorliggend speelruimteplan geeft het beleid weer voor de wijze waarop men de komende tien jaar met de speelruimte in het openbare gebied kan worden omgegaan. De gemeente is in beweging. Daarom zal na vijf jaar een evaluatie van het voorliggend speelruimtebeleid en de voortgang van de uitwerking plaatsvinden. Tegelijkertijd zullen opnieuw de demografische gegevens en de aanwezige speelruimte per wijk conform de werkwijze van dit plan tegen elkaar worden afgezet. p 7 ingevoegd voor witregel in inhoudsopgave


41


42

DEEL II ANALYSE SPEELRUIMTE



43


44

4.

LEESWIJZER ANALYSE SPEELRUIMTE In dit hoofdstuk worden de geformuleerde beleidspunten vertaald naar de situatie in de verschillende wijken en dorpen van de gemeente. Er wordt geanalyseerd hoeveel informele en formele speelruimte er is in de huidige situatie en hoeveel dit moet zijn voor een evenredige verdeling van speelruimte en -voorzieningen over de doelgroep en de wijken. In Bijlage V staan tabellen met daarin de maatregelen die voor het realiseren van dit openbare speelvoorzieningenniveau nodig zijn.

4.1.

Bij het lezen van de analyse

Aangeraden wordt om bij het lezen van de analyse de tekening uit Bijlage IX en de tabel met speelplekken uit Bijlage V van de betreffende wijk erbij te houden. Regelmatig wordt een gebied aangeduid met straatnamen. Het is daarom handig om tijdens het lezen een straatnamenkaart bij de hand te houden. In de analysetekst staan de speelpleknummers tussen haakjes: [wijkcode **]. Dit zijn de nummers van de huidige speelplekken. Deze corresponderen met de speelpleknummers op de tekeningen. Daarnaast staan er aanduidingen als [Z ** (wijkcode)] in de tekst. Dit zijn de nieuwe plekken/zoekgebieden. Verder zijn met [M ** (wijkcode)] de voorgestelde maatregelen ter verbetering van de informele speelruimte aangeduid. De eerste paragraaf geeft een beeld van het huidige kinderaantal en het verwachte verloop. De tweede paragraaf bevat informatie over de rondgang(en) met scholen. Daarna volgt de analyse van de informele en formele speelruimte door OBB.

4.2.

Leeftijden en termen In de tekst wordt gesproken over drie leeftijdscategorieën zoals ook beschreven in het beleidsplan: kinderen = van 0 tot en met 5 jaar jeugd = van 6 tot en met 11 jaar jongeren = van 12 tot en met 18 jaar doelgroep = van 0 tot en met 18 jaar

4.3.

Wijkindeling Schiedam

Onderverdeling in wijken en buurten

Bij het opstellen van de analyse is zoveel mogelijk rekening gehouden met de wijkindeling en naamgeving zoals die in gemeente Schiedam gehanteerd worden. De wijknamen zijn de algemeen gehanteerde benamingen voor de wijken in Schiedam. De gebruikte wijkindeling kan afwijken van de CBS-indeling die gebruikt wordt voor het opstellen van de diverse wijkplannen. Voor de doelgroep kunnen grenzen overigens heel anders liggen. Naast harde grenzen, zoals wegen, watergangen en grote groengebieden, zijn ook sociale of gevoelsmatige barrières belangrijk. Door de rondgangen met de jeugd is een beeld van deze grenzen verkregen. Door bovengenoemde indeling is het mogelijk dat enkele in de analyse gehanteerde grenzen iets anders lopen dan verwacht. Soms is het nodig om de wijken te beschrijven in kleinere blokken. Deze zogenoemde speelbuurten ontstaan door verschil in de ruimtelijke opbouw, een drukke weg of spoorlijn of een sociale barrière. Dit zijn vaak dezelfde grenzen als die door ouders als fysieke grens worden meegegeven aan de kinderen en jeugdigen bij het zelfstandig spelen. De kinderen tot en met 8 jaar moeten vaak binnen deze wijkjes blijven. Binnen een speelbuurt moeten minimaal 15 kinderen wonen om een speelplek te behouden. Bij meer dan 25 kinderen in een speelbuurt wordt een nieuwe speelplek aangelegd. OBB Ingenieursbureau 772.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 4-4-08

45

4.4.

Opbouw teksten De analyse is opgesteld aan de hand van de uitgangspunten uit Tabel 1 en Tabel 2. Aan de hand van de hoeveelheid informele ruimte en de exacte verdeling van de doelgroep over de wijk worden de uitgangspunten voor formele speelruimte toegepast. Zo wordt gekeken hoeveel jeugdigen binnen de actieradius van een speelplek moeten wonen, wil deze plek gerechtvaardigd zijn. Daarnaast wordt gekeken naar de gebieden waar veel kinderen, jeugdigen en jongeren wonen, maar geen speelplek aanwezig is. Per wijk en dorp wordt zonodig eerst aangegeven welke bijzonderheden van belang kunnen zijn bij de analyse. Doordat iedere wijk een eigen opbouw heeft en de plekken voor de verschillende leeftijden nauw met elkaar verweven zijn, is er in enkele gevallen voor gekozen om de analyse volgens een andere indeling te schrijven.

4.5. Tekstwolken. bron

Tekstwolken naast de tekst

In de linker kantlijn staan tekstwolken. In deze wolken staan opmerkingen die de doelgroep maakte tijdens de rondgangen, op de wijkplattegronden en de enquêteformulieren. Ook zijn dit reacties uit de vragenformulieren, de inloopavond, de gesprekken met jongeren of relevante opmerkingen van wijkteams of projectgroepen. De wolkjes hebben betrekking op de wijk, speelplek en/of het aspect dat ernaast wordt beschreven.


46

5.

BOVENWIJKSE ASPECTEN VAN SPEELRUIMTE In dit hoofdstuk worden per leeftijdscategorie de belangrijkste aspecten beschreven die betrekking hebben op de hele gemeente en de belangrijkste punten die bij de verschillende inspraakmomenten naar voren kwamen.

5.1.

Kinderaantallen

5.2.

Georganiseerd sport en spel

Het aantal kinderen, jeugd en jongeren is de afgelopen jaren afgenomen van ongeveer 17.000 naar 16.433. Deze afname zal nog enige tijd doorzetten, maar niet zo sterk, omdat er in de nieuwbouw weer veel meer kinderen, jeugd en jongeren zullen komen. Over een langere periode kan er zelfs een stijging plaatsvinden.11 Per speelbuurt voor de kinderen of per wijk voor de jeugd en de jongeren is rekening gehouden met een prognose van aantallen in de zin van gelijkblijven, toenemen of afnemen. Hierop is het voorzieningenniveau voor de komende tien jaar afgestemd. In Schiedam wordt actief aan sport gedaan. Naast de reguliere sportclubs worden er nog sportactiviteiten aangeboden vanuit het Buurtsportwerk. Dit varieert van voetbal tot ‘Uitjes’ buiten Schiedam. Naast het sporten zijn er nog activiteiten voor kinderen en jeugd in de vorm van TOS12. Hierbij kunnen de kinderen spelen met speelattributen die zijn meegnomen door de TOS-medewerkers. TOS is een tijdelijke inzet op een speelplek. Na afloop van deze inzet worden afspraken over betrokkenheid van de doelgroep en hun ouders gemaakt.

5.3.

Bovenwijkse voorzieningen jeugd Voor de jeugd zijn een aantal voorzieningen met extra aantrekkingskracht aanwezig. Echter zijn deze voorzieningen niet te vatten onder de openbare speelruimte. De aanwezigheid ervan zorgt echter wel voor een verlichting van de speeldruk op bestaande speelplekken. Voorbeelden van deze locaties zijn de kinderboerderijen en de zwembaden.

5.4.

Hondenpoepprobleem

5.5.

Voorzieningen voor jongeren

5.5.1.

Informele ontmoetingsmogelijkheden Bij de jongeren kun je niet echt spreken van spelen. Het verblijf van deze leeftijdscategorie in de openbare ruimte richt zich op het sporten met en ontmoeten van leeftijdsgenoten.

Afgaand op de rondgangen met jeugd, de veldinventarisatie en de resultaten van het internetpanel wordt duidelijk dat het huidige beleid omtrent hondenpoep niet afdoende is. Veel jeugdigen gaven aan dat er op stukken gras en op speelplekken minder goed gespeeld kan worden door hondenpoep. Vanuit het internetpanel werd de netheid van speelplekken als negatief beoordeeld. Om kwalitatief goede informele speelruimte beschikbaar te houden voor kinderen en jeugd is van belang dat de hondenpoepoverlast verminderd wordt. Eigenlijk kan een grasveld als trapveld afgeschreven worden als er hondenpoep ligt. Het veld zal niet of nauwelijks gebruikt worden. De hondenpoep is een hot issue voor de doelgroep en hun ouders en er moet daarom zeker iets aan gedaan worden.

11 12

Afgeleid van: Bevolkingsprognose Schiedam 2004-2014 (O&S) TOS: Thuis Op Straat


47

“het moet niet te ver weg zijn, sommigen houden niet van ver lopen” gesprek jongeren

5.5.2.

Het ontmoeten gebeurt veelal informeel, op spontaan ontstane plekken en veel minder op speciale speel- en ontmoetingsplekken. In Bijlage VI is een uitgebreide beschrijving gegeven van de verschillende soorten plekken en de eisen waaraan de informele ontmoetingsmogelijkheden moeten voldoen. De volgende categorieën zijn te onderscheiden: Kiss-and-Greetplek = willekeurig gekozen afspreek- of afscheidsplekken van “nature” aanwezig in de openbare ruimte; Whats-Upplek = kleine plek voor 5 tot 10 jongeren die bij elkaar komen en bijpraten; Stay-Aroundplek = plek waar jongeren echt afspreken en zitten te praten of andere activiteiten doen; No-Problemplek = plek verder buiten de bebouwde omgeving zodat hier geen overlast voor omwonenden te verwachten is. De jongeren kiezen voor ontmoeting meestal plekken waar ze een beetje kunnen zitten om met elkaar te praten. Dat zijn plaatsen in het zicht, maar tevens met een beetje privacy. Door vanuit deze visie met jongeren om te gaan, geeft men hun fysiek een plaats ín de maatschappij en niet langs de rand van de maatschappij. Enkele kenmerken van geschikte locaties voor het informele ontmoeten voor de jongeren zijn: • gemakkelijke bereikbaarheid met de fiets/scooter; • gelegen langs routes naar school of sport; • gelegen bij een straatlantaarn; • gelegen in het zicht langs de weg zodat vrienden kunnen zien dat 'je er bent'; • met mogelijkheid om wat meer uit het zicht te zijn ‘voor de eerste zoen’; • gelegen in het zicht zodat toezichthouders snel kunnen zien wat er gebeurt zonder te hoeven uitstappen; • niet gelegen in de open vlakte; • niet te dicht bij de woningen gelegen; • met mogelijkheid ergens op te zitten en/of tegenaan te hangen. In de analyse is per buurt aangegeven welke informele ontmoetingsmogelijkheden aanwezig zijn en wat er gedaan kan worden om meer ontmoetingsmogelijkheden te creëren. Formele ontmoetingsmogelijkheden In de analyse wordt uitgegaan van een goede verdeling van sporten ontmoetingsvoorzieningen voor jongeren over de buurten en wijken. Visie hierbij is dat een deel van de jongeren gewoon in hun eigen wijk in de openbare ruimte wil sporten en leeftijdsgenoten wil ontmoeten. In de analyse worden daarom per buurt de sporten ontmoetingsmogelijkheden beschreven. De inrichting en ligging van enkele van deze voorzieningen zal echter een grotere aantrekkingskracht hebben dan op alleen de jongeren uit eigen wijk. Deze zogenoemde bovenwijkse locaties trekken ook jongeren uit andere wijken aan. De skatevoorzieningen en goede verharde voetbalplekken fungeren vaak als dit soort ontmoetingspunten. Per wijk is onderstaande tabel ingevoegd om aan te geven hoeveel voorzieningen van de verschillende categorieën gewenst zijn. In de kolom Status is vermeld hoe het gewenste aantal wordt bereikt. Categorie plek Aantal Status What’s Up x … Stay Around x … No Problem x … OBB Ingenieursbureau 772.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 4-4-08

48

6.

SPELEN IN SCHIEDAM

6.1.

Speelruimte in Spaland / Sveaparken

6.1.1.

Kinderaantallen Leeftijdsgroep Aantal Kinderen 0-5 jr. 700 Jeugd 6-11 jr. 795 Jongeren 12-18 jr. 1.020 De opbouw van de doelgroep in bovenstaande tabel laat over de periode van de laatste 18 jaar een daling in kinderaantal zien. Door de nieuwbouw die in deze wijk plaatsvindt, zal het kinderaantal weer gaan stijgen. Doordat de Sveaparken de jongste uitbreidingen van Schiedam zijn, zal hier het aantal kinderen in verhouding tot de jeugdigen en jongeren hoger zijn. Over een aantal jaren zal dit verschuiven naar de jeugd en jongeren en over een langere tijd zal het zich normaliseren met de rest van Schiedam. In het Spaland deel van de wijk zal het kinderaantal juist afnemen.

6.1.2.

Rondgang scholen Voor de rondgang in de wijk is de hulp ingeroepen van de basisscholen ‘De Vlinder’ en ‘De Violier’ in de wijk. Door schoolactiviteiten is er slechts een rondgang geweest met leerlingen van ‘De Violier’. Met deze leerlingen is het gedeelte van de wijk ten noorden van de Slimme Wetering bezocht. De leerlingen die meegeweest zijn de wijk in hebben tevens een buurtplattegrond ingevuld.

6.1.3.

Informele speelruimte De wijk is omsloten door groen, maar zelf ook voorzien van groen. Dit biedt mogelijkheden voor informeel spelen voor de kinderen dicht bij huis en voor de jeugd zelfs tot en met de wijkrand. Het aanwezige groen wordt door de jeugd veelal gebruikt om een balletje te trappen. Waterpartijen die in de wijk aanwezig zijn, worden gebruikt om te vissen of om aan de rand te zitten. Op straat spelen wordt niet overal gedaan, volgens de jeugdigen die meegeweest zijn met de rondgang. Het stratenpatroon biedt door zijn opbouw wel mogelijkheden om te spelen. Er zijn een aantal straten die de verschillende buurten ontsluiten, zoals De Velden, De Akkers en Stockholm. De straten die op deze ontsluitingen uitkomen, zijn door hun verkeersluwe of doodlopende karakter goed bruikbare informele speelruimte voor kinderen en jeugd. De kinderen blijven op deze manier dicht bij huis en in het zicht en de jeugd heeft ruimte om met een paar jongens of meiden een balspel te doen.

6.1.4.

Speelruimte kinderen Voor de kinderen is niet de gehele wijk zelfstandig te bereiken, hierdoor ontstaat er een verdeling in speelbuurten. De meest duidelijke scheiding is de Slimme Wetering, die een belangrijke doorgaande rondweg is in Schiedam Noord. Speelbuurten ontstaan verder door de aanwezigheid van water. De acht te onderscheiden speelbuurten voor kinderen zijn: √ De Velden; √ Sveaborg; √ Sveaholm; √ Sveafors; √ De Akkers; √ De Vlinderhoven; √ De Gaarden; √ De Vaarten. Aan de hand van deze buurten is een beschrijving gemaakt van de formele speelvoorzieningen voor kinderen. OBB Ingenieursbureau 772.03 49

‘Gras is goed!’

rondgang jeugd

Informele speelruimte tussen huizen

Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 4-4-08

Speelplek [SP 16]

Schoolplein [SP 17]

Speelplek [SP 10]

De Velden In de buurt De Velden wonen circa 200 kinderen. Door de nieuwbouw is dat relatief hoog. Voor deze kinderen zijn de plekken Basilicumveld [SP13], Anijsveld [SP14] en Park de Velden [SP16] ingericht, waarvan zij er twee delen met jeugd en jongeren. Deze plekken blijven in hun huidige vorm voor kinderen behouden. Een aanvulling op het aantal plekken is gewenst aan het Dilleveld, waar bijna 50 kinderen wonen. Deze nieuwe plek [Z 01 (SP)] moet in het Dilleveld, of aan de rand ervan gerealiseerd worden. Sveaborg In Sveaborg, een van de jongste buurten van Schiedam, wonen ruim 130 kinderen. Momenteel hebben de kinderen beschikking over twee speelplekken: Abbaborg [SP #] en Carolus Linnaeusborg [SP #]. Deze plekken kunnen in hun huidige vorm blijven bestaan. Wel dient er een nieuwe plek aangelegd te worden in de Helsingborg, [Z 02 (SP)] aangezien hier circa 30 kinderen wonen en de huidige voorzieningen niet voldoende speelmogelijkheden bieden. Sveaholm In Sveaholm wonen iets meer dan 55 kinderen. Voor hen is er geen duidelijke speelplek aan te wijzen. Voor een deel zullen en kunnen zij gebruik maken van de schoolpleinen aan de Stockholm 1 [SP 17] en de Slimme Wetering 7 [SP 17A], maar deze zijn buiten schooltijd niet openbaar toegankelijk. Het advies is om plek Odinholm 47 [SP 21] voor kinderen in te richten en indien mogelijk de schoolpleinen [SP 17] en [SP 17A] buiten schooltijd openbaar te maken voor de jeugd.. Sveafors Voor de circa 75 kinderen in Sveafors zijn er twee plekken beschikbaar: Degerfors 45 [SP19] en Umefors 3 [SP20]. Beide plekken zullen beter ingericht moeten worden. Verdere aanvullingen zijn niet noodzakelijk. De Akkers In De Akkers wonen bijna 100 kinderen, waar zij de beschikking hebben over vijf speelplekken: Linzenakker [SP 01], Koolzaadakker [SP 02], Boekweitakker thv 37 [SP 03], Park Spaland 1 [SP 04] en Park Spaland 2 (rode toren) [SP 05] waarvan zij er een delen met jeugd en een met jeugd en jongeren. Gezien het kinderaantal en de uitgangspunten zijn drie plekken voldoende, wat inhoudt dat plekken [SP 01] en [SP 03] als secundair worden aangewezen. Voor een betere spreiding van voorzieningen in de buurt zou er in de Vlasakkers een nieuwe plek [Z 03 (SP)] aangelegd moeten worden, wat moet worden gezien als verplaatsing van plek [SP 03]. De overige plekken behoeven geen grote aanpassingen. De Vlinderhoven In De Vlinderhoven wonen circa 75 kinderen. Zij kunnen op drie plekken terecht om te spelen: Park Spaland 6, Hofpad [SP 09], Park Spaland 7 (gele toren) [SP10] en Vlinderhoven [SP 12], welke zij delen met de jeugd. Plek [SP 09] zal meer specifiek voor kinderen moeten worden ingericht. Op de overige twee plekken behoeven er voor kinderen geen grote aanpassingen te worden gedaan. De Gaarden Ruim 30 kinderen in De Gaarden hebben de beschikking over plek Moerbeigaarde [SP 11], welke zij delen met de jeugd. Met enkele aanpassingen kan deze plek meer speelmogelijkheden bieden aan kinderen.


50

De Vaarten Voor de nog geen 15 kinderen in De Vaarten is plek De Vaarten [K 06] ingericht. Door dit lage kinderaantal wordt de speelplek als secundair aangewezen. Hierbij is het wel van belang dat er een informele speelruimte achterblijft. 6.1.5.

Rondgang door de wijk

‘Het veld is wel goed, maar vaak nat doordat het zo laag ligt.’ rondgang jeugd

Trapveld plek [SP 14]

Ruimte voor kleine voetbalmogelijkheid op plek [SP 12]

6.1.6.

Speelruimte jeugd Waar voor de kinderen de wijk nog in acht verschillende buurten te onderscheiden valt, ligt voor een groot deel van de jeugd een indeling in twee buurten het meest voor de hand. Het gedeelte ten noorden en het gedeelte ten zuiden van de Slimme Wetering. Een groot deel van de jeugd zal deze weg nog niet altijd (mogen) oversteken om ergens te gaan spelen. In totaal wonen er bijna 800 jeugdigen in de wijk Spaland / Sveaparken. Op dit moment zal de verdeling tussen de twee buurten nog nagenoeg in evenwicht zijn. Over een aantal jaren zullen de meeste jeugdigen in het noordelijke deel van de wijk wonen, net zoals daar nu de meeste kinderen wonen. Noordelijk van de Slimme Wetering In dit deel van de wijk zijn straks vier van de vijf huidige speelplekken nog beschikbaar voor de jeugd: Anijsveld [SP 14], Park de Velden [SP 16], Abbaborg [SP #] en Umefors 3 [SP 20]. Huidige speelplek Odinholm 47 [SP 21] wordt toegewezen aan de kinderen. Het advies is om voor de jeugd te kijken of het schoolplein Stockholm 1 [SP 17] na schooltijd openbaar gemaakt kan worden. Wel is het van belang dat het trapveld op plek [SP 14] wordt verbeterd, aangezien het volgens de jeugd tijdens de rondgang nat is. De overige speelplekken zouden wel wat meer uitdaging kunnen gebruiken volgens de jeugd. Hier zal bij vervanging van toestellen aandacht aan geschonken moeten worden. In aanvulling op de huidige voorzieningen en in aansluiting op de wens om ruimte voor voetbal te creëren, zullen er twee informele trapvelden aangelegd moeten worden. Ruimte hiervoor zal gezocht moeten worden aan de Odinholm [M 01 (SP)] en aan de Kalixfors [M 02 (SP)]. Op deze manier wordt door de combinatie met de bestaande plekken en de openstelling van het schoolplein het aanbod voldoende uitgebreid. Zuidelijk van de Slimme Wetering Voor de jeugd ten zuiden van de Slimme Wetering blijven zes van de huidige plekken beschikbaar om te spelen. Op de plekken Park Spaland 1 [SP 04], Park Spaland 2 (rode toren) [SP 05], Park Spaland 7 (gele toren) [SP 10], Moerbeigaarde [SP 11] en Vlinderhoven [SP 12] vinden zij toestellen. En op de plekken [SP 04] en Abrikozengaarde [SP 18] bevindt zich een voetbalmogelijkheid. Deze zes voorzieningen voldoen voor wat betreft het aantal locaties. Op speelplek [SP 12] dient de voorziening te worden uitgebreid met een voetbalmogelijkheid. De overige plekken kunnen in hun huidige vorm blijven bestaan. Bij vervanging van toestellen zal er op gelet moeten worden meer uitdaging in de toestellen aan te brengen voor de jeugd. Jongeren in Spaland / Sveaparken Er wonen in totaal circa 1.020 jongeren binnen de wijk Spaland / Sveaparken. Op dit moment woont een groot deel van deze jongeren in het deel ten zuiden van de Slimme Wetering. Hoewel gezien het huidige kinderaantal het aantal jongeren zal afnemen, zal het aantal jongeren ten noorden van de Slimme Wetering over een aantal jaar juist nog wat toenemen. Na deze tijdelijke toename zal het aantal jongeren zich gelijk verdelen over de wijk. OBB Ingenieursbureau 772.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 4-4-08

51

What’s Up in Sveafors


Voetbalkooi [SP 04]

Ontmoetingsvoorzieningen Uitgaande van het uitgangspunt dat er voor elke 15 jongeren een ontmoetingsplek moet zijn, dienen er voor de 1.020 aanwezige jongeren circa 68 locaties aangewezen te worden waar ze elkaar informeel kunnen ontmoeten. De helft van deze locaties (circa 34) kiezen ze zelf om af te spreken ergens heen te gaan of om afscheid te nemen op de hoek van de straat. Deze locaties wisselen dan ook sterk over de wijk. Van de andere 34 locaties moeten er op circa 22 plekken zit- en ontmoetingsaanleidingen aangebracht worden. Deze locaties dienen daar te liggen waar de jongeren wonen. Dit zijn de What’s Upplekken in de buurt. Een stap hoger op de ladder zijn de Stay Aroundplekken, waar jongeren langere tijd kunnen verblijven. Als laatste zijn er de No Problem-plekken die dienst doen als ‘overloop’ wanneer er problemen ontstaan op de What’s Up- of Stay Around-plekken. Een deel van deze locaties bestaat al en een deel dient nog gerealiseerd te worden. Bij bestaande What’s Up-locaties kan gedacht worden aan bankjes in groenvoorzieningen. Daarnaast zal het nodig zijn om een aantal extra What’s Up-plekken [M 03 (SP)] te creëren door het plaatsen van bankjes. Verder worden er bij de bestaande formele plekken ontmoetingsplekken aangelegd, zodat het totale aantal wordt bereikt. Sportvoorzieningen Uitgaande van circa 850 jongeren (dalingen en stijgingen meegerekend) zijn er acht locaties nodig om te kunnen sporten en spelen. Op dit moment zijn de plekken Park Spaland 1 [SP 04], Anijsveld [SP 14], Park de Velden [SP 14] en Abrikozengaarde [SP 18] voor de jongeren aanwezig. Dit houdt in dat er vier nieuwe locaties aangewezen moeten worden voor de jongeren binnen de wijk waaronder een No Problem-plek. Als eerste Stay Around-plek zou plek Linzenakker [SP 01] beperkt ingericht kunnen worden. Op drie plekken in de wijk moeten er nieuwe Stay Around-plekken aangelegd worden. Een eerste mogelijkheid is aan het Veldpad [Z 04 (SP)] te vinden. Aan de Stockholm zal een tweede plek [Z 05 (SP)] aangelegd moeten worden. De laatste plek zal aan het Hofpad / de Kerkweg [Z 06 (SP)] aangelegd moeten worden. De huidige plek [SP 04] zal als No Problem-plek fungeren. Categorie plek What’s Up Stay Around No Problem

Aantal Status 15 Huidige aanvullen waar nodig [M 03 (SP)] 7 3 aanwezig, 1 bestaande plek aanwijzen en 3 zoekgebieden aanleggen 1 Bestaande plek aanwijzen

6.2.

Speelruimte in Woudhoek

6.2.1.

Kinderaantallen Leeftijdsgroep Aantal Kinderen 0-5 jr. 386 Jeugd 6-11 jr. 456 Jongeren 12-18 jr. 658 In de wijk Woudhoek neemt het aantal kinderen af. De verwachting is dat het kinderaantal beperkt zal dalen gedurende de eerste jaren en zich dan stabiliseert.


52

6.2.2.

Rondgang scholen In de wijk is de hulp ingeroepen van de basisscholen ‘De Klinker’ en ‘De Regenboog’ voor een rondgang door de wijk. Door schoolactiviteiten is er slechts een rondgang geweest met leerlingen van ‘De Klinker’. Met deze leerlingen is het grootste gedeelte van de wijk ten noorden van de Scheepvaartweg bekeken. Van de wijk zijn geen buurtplattegronden ingevuld.

6.2.3.

Informele speelruimte Aan de rand van de wijk is veel groen en aan de noordzijde een open gebied. Binnen de wijk zijn meerdere groene zones, gedeeltelijk met water. Dit alles biedt voor de kinderen dicht bij huis mogelijkheden voor informeel spelen en voor de jeugd zelfs tot en met de wijkrand. Het aanwezige groen wordt door de jeugd veelal gebruikt om een balletje te trappen. Water dat in de wijk aanwezig is wordt soms gebruikt om te vissen. In het aanwezige groen wordt wel vaak overlast ondervonden van hondenpoep. Spelen op straat wordt op veel plekken gedaan, volgens de jeugdigen die mee zijn geweest voor de rondgang. Veelal worden er balspelletjes op straat gespeeld, mede doordat volgens de jeugdigen een gedeelte van de speelplekken voor hen niet geschikt isis. Op enkele straten worden ze gestoord in hun straatspel, waarbij met name de snelheid van het verkeer een rol speelt.

6.2.4.

Speelruimte kinderen Voor de kinderen is niet de gehele wijk zelfstandig te bereiken, hierdoor ontstaat er een verdeling in speelbuurten. De meest duidelijke scheiding is de Scheepvaartweg / de Van Dalsumlaan, wat een belangrijke doorgaande rondweg is in Schiedam Noord. Speelbuurten ontstaan verder door de aanwezigheid van water, groen of andere drukke straten. De acht te onderscheiden speelbuurten voor kinderen zijn: √ Oostelijk Kasteelweg; √ Kasteelweg; √ Ambachtweg; √ Bernardus IJzerdraatsingel; √ Hoppersingel; √ Schouw; √ Van Basterdenstraat. Aan de hand van deze buurten is een beschrijving gemaakt van de formele speelvoorzieningen voor kinderen. Oostelijk Kasteelweg Tussen de Kasteelweg en de Harreweg wonen circa 45 kinderen, die de beschikking hebben over de plekken Betsy Perkpad [Wo 15] en A. Salomonshof 29 [Wo 17] welke ze delen met de jeugd. Rondom plek [Wo 15] wonen nog maar 15 kinderen, waardoor deze plek als secundair wordt aangewezen. Hierbij is het van belang dat er nog enkele informele speelmogelijkheden aanwezig blijven. Rondom plek [Wo 17] wonen ruim 25 kinderen. Deze plek behoeft nog geen aanpassingen. Kasteelweg Zuidelijk van de Kasteelweg, tussen de Waterstokerstraat en de watergang, wonen ruim 20 kinderen. De huidige plek Muiderslotstraat [Wo 18] zal specifiek voor kinderen worden aangewezen.

‘Er ligt wel vaak hondenpoep’ rondgang jeugd

‘De speelplekken zijn voor kleintjes, wij spelen vaak op straat.’ rondgang jeugd

Groenzone Grundel

Speelplek [Wo 18]


53

Wijkpark Woudhoek

Speelplek [Wo 35]

Ambachtweg In de buurt tussen Waterstoker en Heelmeesterstraat wonen ruim 100 kinderen. Voor spelen kunnen zij terecht op vier plekken: Koperslagerhof [Wo 19], Wijkpark Woudhoek [Wo #], Ambachtweg 18 [Wo 23] en Schrijnwerkerstraat 53 [Wo 26A]. Twee plekken hiervan delen ze met de jeugd. De beschikbare ruimte, de ligging ten opzichte van plek [Wo 19] en het aantal kinderen in acht nemend wordt plek [Wo 23] als secundair aangewezen. De overige plekken dienen voor kinderen voldoende aantrekkingskracht te hebben en te houden. Bernardus IJzerdraatsingel Van Bouwmeesterweg tot Kasteelweg, tussen de Bernardus IJzerdraatsingel en de Scheepvaartweg, wonen bijna 70 kinderen. Voor het spelen kunnen zij op vijf plekken terecht: J. vd Endehof [Wo 27], A.J. de Haasplein [Wo 28], A.R.Y. Koplaan [Wo 29], J.J.W. Boezemanstraat 7 [Wo 30] en R.B. vd Bordenplein [Wo 31]. Binnen dit deel van de wijk zullen er een aantal plekken overblijven die voor lange tijd voorzien in het spelen. De plekken [Wo 27], [Wo 29] en [Wo 30] worden voor kinderen als secundair aangewezen. Als centrale speelplek voor circa 30 kinderen wordt [Wo 28] aangewezen. Plek [Wo 31] kan in zijn huidige vorm blijven bestaan en biedt voorzieningen voor circa 25 kinderen. Hoppersingel Ten zuiden van de Hoppersingel tot aan de Brederoweg en de Van Dalsumlaan wonen circa 35 kinderen. Voor deze kinderen zijn drie speelplekken aanwezig: Royaardsplein 204 [Wo 34], Royaardsplein t/o 100 [Wo 35] en Lamarplein / Gimbergpad [Wo 38]. Gezien het aantal kinderen in de wijk is een speelplek voldoende. Geen van de huidige plekken ligt echter centraal, waardoor ze geen van allen echt de voorkeur hebben. Plek [Wo 34] wordt gezien de inrichting en ligging ten opzichte van [Wo 31] als secundair aangewezen. De plek [Wo 38] wordt als secundair aangewezen. Als centrale plek wordt [Wo 35] aangewezen, gezien zijn inrichting en ligging in de wijk. Schouw Rondom de Schouw, tussen de Scheepvaartweg en het Faassenplein wonen bijna 45 kinderen. Aan Faassenplein 78 [Wo 07B], Westlander [Wo 10] en Koggeschip 23 [Wo 12] zijn speelplekken met voorzieningen voor kinderen. Ruim de helft van deze kinderen woont in de omgeving van [Wo 10]. Deze plek is als centrale voorziening aangewezen. Plek [Wo 12] wordt als secundair aangewezen, en plek [Wo 07B] verliest zijn functie voor de kinderen. Van Basterdenstraat In het deel van Woudhoek rondom de Van Basterdenstraat wonen bijna 70 kinderen. Plekken Heijermansplein 32 [Wo 01], Laseurpad 40 [Wo 01A], Van Rijkpad 12 [Wo 02], Nijhofplein / Hermespad [Wo 04], Faassenplein 156 [Wo 05], A. Faassenplein 124 [Wo 05A], Arnoldipad / Laseurpad [Wo 06], Arnoldipad 51 [Wo 06B] en Faassenplein 78 [Wo 07A] bieden alle voorzieningen voor kinderen. De speelplekken [Wo 01], [Wo 04] en [Wo 07A] blijven behouden en worden aangepast. De overige speelplekken worden als secundair aangewezen.

Speelplek [Wo 01]


54

6.2.5.

Speelruimte jeugd Voor de kinderen waren er nog zeven verschillende buurten te onderscheiden. Voor de jeugd is een indeling in twee buurten het meest voor de hand liggend. Het gedeelte ten noorden en westen van de Scheepvaartweg / de Van Dalsumweg en het gedeelte ten Oosten van de Scheepvaartweg / de Van Dalsumweg. Een deel van de jeugd zal deze weg nog niet altijd (mogen) oversteken om ergens te gaan spelen. De twee te onderscheiden speelbuurten voor de jeugd zijn: √ Noordwest Woudhoek; √ Oost Woudhoek. In totaal wonen er ruim 450 jeugdigen in de wijk Woudhoek. Noordwest Woudhoek In dit deel van Woudhoek blijven 11 plekken voor de jeugd beschikbaar. Hieronder vallen vier trapvelden: Aletta Jacobsstraat [Wo 16], Achter Tennishal [Wo 19C], Wijkpark Woudhoek [Wo 22A] en Zoomweg [Wo 39]. Een skatebaan Hoefsmidstraat [Wo 20B] die tevens een functie heeft voor jeugd en jongeren buiten Woudhoek. Verder delen ze vijf plekken met kinderen waardoor het aantal plekken hoger ligt dan wat gezien de uitgangspunten nodig is. De inrichting op deze plekken is wat minder uitgebreid dan op een specifieke plek voor jeugd. De schoolpleinen [Wo 25] en [Wo 26] hebben geen toegevoegde waarde voor het openbaar voorzieningenniveau. Oost Woudhoek Twee speelplekken behouden in dit deel van Woudhoek hun speelfunctie voor de jeugd. Plek Heijermansplein 32 [Wo 01] blijft in zijn huidige vorm bestaan. Plek Faassenplein 78 [Wo 07A] Wordt de centrale speelplek, met toestellen en een trapveld.

6.2.6.

Jongeren in Woudhoek In totaal wonen circa 660 jongeren binnen de wijk Woudhoek. De verwachting is dat dit aantal de komende vijf tot 10 jaar zal dalen naar rond de 500 jongeren en mogelijk nogminder. De voorgestelde voorzieningen zijn hierop afgestemd. Ontmoetingsvoorzieningen Wanneer voor elke 15 jongeren een ontmoetingsplek in de buurt aanwezig moet zijn, dienen er voor de toekomstige 500 jongeren circa 34 locaties aangewezen te worden waar ze elkaar informeel kunnen ontmoeten. De helft van deze locaties (circa 17) kiezen ze zelf om af te spreken ergens heen te gaan of om afscheid te nemen op de hoek van de straat. De excacte ligging van deze locaties wisselen dan ook sterk over de wijk en in de tijd. Van de 17 resterende locaties moeten op circa 11 plekken zit- en ontmoetingsaanleidingen aangebrachtworden. Deze locaties dienen eveneens te liggen waar de jongeren wonen. Dit zijn de What’s Upplekken in de buurt. Een stap hoger op de ladder staan de Stay Around-plekken, waar jongeren langere tijd kunnen verblijven. Als laatste zijn er de No Problem-plekken die dienst doen als ‘overloop’ wanneer er problemen ontstaan op de What’s Up- of Stay Aroundplekken. Een deel van deze locaties bestaat al en een deel dient nog gerealiseerd of aangepast te worden. Bij bestaande What’s Up-locaties kan gedacht worden aan bankjes in groenvoorzieningen. Verder worden er bij de bestaande formele plekken ontmoetingsplekken aangelegd, zodat het normaantal wordt bereikt.


Trapveld [Wo 39]

What’s Up


55

Wijkpark Woudhoek [Wo 22A]

‘Het kunstgrasveld in het wijkpark zou eigenlijk groter moeten zijn’ gesprek jongerenwerker

‘Er zijn meer voetbalmogelijkheden nodig in de wijk’ internetpanel

Sportvoorzieningen Voor de op termijn aanwezige circa 500 jongeren zijn er vijf locaties nodig om te kunnen sporten en spelen. Op dit moment zijn de plekken A. Faassenplein 78 [Wo 07A], Aletta Jacobsstraat [Wo 16], Achter Tennishal [Wo 19C], Hoefsmidstraat [Wo 20B], Wijkpark Woudhoek [Wo 22A] en Zoomweg [Wo 39] aangewezen voor jongeren. Op vijf van deze locaties gaat het om een trapveld en op een locatie is er een skatebaan. Alle plekken delen ze met de jeugd. Op de plekken [Wo 16] en [Wo 39] dient het trapveld te worden voorzien van een zitmogelijk. Plek [Wo 07A] en [Wo 22A] worden verbeterd voor gebruik door jongeren, met medegebruik door jeugd. Samen met plek [Wo 19C] zijn dit de vijf gewenste Stay Around-plekken voor de wijk. Plek [Wo 20B] dient als skatevoorziening voor meerdere wijken en behoeft enkel een aanvulling met een zitmogelijkheid. Voor de circa 500 jongeren die op termijn in de wijk wonen, is het zaak een No Problem-plek aan te wijzen. Door de inrichting en ligging in de wijk kan de huidige plek [Wo 22A] als No Problem-plek fungeren. Categorie plek What’s Up Stay Around No Problem

Aantal 5 5 1

Status Aanwezig Aanwezig Bestaande plek aangewezen

6.3.

Speelruimte in Groenoord

6.3.1.

Kinderaantallen Leeftijdsgroep Aantal Kinderen 0-5 jr. 552 Jeugd 6-11 jr. 513 Jongeren 12-18 jr. 614 In Groenoord is het kinderaantal aan het stijgen en de verwachting is dat dit de komende jaren zal doorzetten13. De oorzaak hiervan is doorstroom van huidige bewoners naar wijken als Spaland/Sveaparken en Woudhoek en een instroom van jonge gezinnen uit wijk Nieuwland.

6.3.2.

Rondgang scholen In de wijk is de hulp ingeroepen van basisschool ‘De Regenboog Groenoord’ voor een rondgang door de wijk. De rondgang met de leerlingen had plaats in het gedeelte ten noorden van de Laan van Bol’es. De leerlingen die mee zijn geweest, hebben van de wijk een buurtplattegrond ingevuld.

In de wijk Groenoord vindt een grote herstructurering plaats. Deze analyse is geschreven aan de hand van de actuele kinderaantallen en speelplekken. Bij uitwerking van de herstructureringsplannen dient de speelruimte met behulp van de in dit plan geformuleerde uitgangspunten te worden beoordeeld en ingevuld.

13

Verwachting op basis van Bevolkingsprognose 2004-2014 O&S Schiedam.


56

6.3.3.

Informele speelruimte In de wijk is veel groen aanwezig in de vorm van gras en struiken tussen de flats. Aan de westkant van de wijk is nog een grote groene zone. Centraal in de wijk ligt het groen van de Jozef Oreliosingel die verschillende (speel)functies vervult. Dit biedt goede mogelijkheden voor informeel spelen door de kinderen en jeugd dicht bij huis. De jeugd maakt veelal gebruik van het aanwezige gras om een balletje te trappen. Op straat spelen wordt in beperkte mate gedaan. De aanwezige straten worden vaak bezet door (geparkeerde) auto’s, waardoor het spelen wordt bemoeilijkt. Volgens de jeugdigen die mee zijn geweest voor de rondgang wordt met name op de Vivaldilaan nogal eens te hard gereden. De verharde pleinen bij de flats bieden door het grote aantal geparkeerde auto’s op beperkte momenten speelruimte. Over de gehele (in)formele speelruimte in Groenoord storen de jeugdigen zich voornamelijk aan de hoeveelheid zwerfvuil die aanwezig is.

6.3.4.

Speelruimte kinderen Niet de gehele wijk is zelfstandig te bereiken door kinderen, waardoor een verdeling in speelbuurten ontstaat. Scheidingen van speelbuurten ontstaan door het groen rondom de Jozef Oreliosingel, de Laan van Bol’es, de Mozartlaan, de Vivaldilaan en de Borodinlaan. De zes te onderscheiden speelbuurten voor kinderen zijn: √ Schubertplein; √ Bachplein; √ Borodinlaan; √ Oreliosingel noord; √ Oreliosingel zuid; √ Sweelincksingel. Aan de hand van deze buurten volgt een beschrijving van de formele speelvoorzieningen voor kinderen. Schubertplein Aan het Schubertplein en het Lisztplein wonen in totaal ruim 30 kinderen. Spelen kunnen zij op de plekken Schubertplein 17 [G 11] welke zij delen met jeugd en Lisztplein 10 [G 13] die voor alle leeftijden iets biedt. Gezien het kinderaantal en de geringe afstand tussen de plekken zou een plek voldoende zijn. Plek [G 13] wordt als centrale speelplek aangewezen. Met het oog op mogelijke toename in het kinderaantal zal plek [G 11] een minimale inrichting voor kinderen krijgen. Bachplein Rondom het Bachplein wonen bijna 50 kinderen die gebruik kunnen maken van de plekken Bachplein 1 [G 45] en Bachplein 4 [G 50]. De huidige speelplekken voldoen in aantal en hebben een juiste spreiding voor het aantal kinderen. Op beide plekken zal aandacht aan de inrichting geschonken moeten worden om betere bespeelbaarheid te creëren. Aanvulling in plekken is niet noodzakelijk. Borodinlaan Tussen de Mozartlaan, de Vivaldilaan tot aan het Schubertplein wonen circa 85 kinderen. Voor spelen kunnen zij terecht op plekken Smetanalaan 70 [G 10], Johann Straussplein [G 15A] en Johann Straussplein 64 [G 16]. Rondom plek [G 10] wonen vijf kinderen. Deze plek wordt als secundair aangewezen. Plek [G 15A] wordt tevens secundair, gezien zijn inrichting en ligging ten opzicht van plek [G 16]. Voor circa 35 kinderen zal plek [G 16] extra voorzieningen moeten bieden. Voor een groep van 30 kinderen zullen er voorzieningen op plek Johann Straussplein [G 18] aangebracht moeten worden, zodat kinderen mede gebruik kunnen maken van deze plek.

Groen tussen de flats

‘Overal ligt zoveel rotzooi!’ rondgang jeugd

Groen Jozef Oreliosingel

Speelplek [G 13]

Gekleurde tegels als speelprikkel


57

Oreliosingel noord Ten noorden van de Jozef Oreliosingel tot de Vivaldilaan wonen ruim 100 kinderen. Op de plekken J. Oreliosingel / Zimmermannplein [G 25], J. Oreliosingel / Damenstraat [G 41A] en D. Schaferplein [G 42] zijn voorzieningen voor kinderen aanwezig. De plekken [G 25] en [G 41A] liggen in de centrale groenzone en hebben een functie voor de gehele wijk. Zij blijven in hun huidige vorm behouden. Voor circa 40 kinderen dient plek Zimmermannplein [G 24] aanvullende voorzieningen te bieden op de mogelijkheden van plek [G 25]. Voor circa 50 kinderen zal plek [G 42] specifiek voor hen aangewezen worden. Een deel van deze kinderen zal tevens gebruik maken van plek [G 41A]. Oreliosingel zuid Tussen de Jozef Oreliosingel en de Laan van Bol’es wonen ruim 150 kinderen. Op de plekken Chopinplein [G 04], Chopinplein 27 [G 05], Grieglaan [G 06], Griegplein 42 [G 07], Cornelia van Zantenplein [G 27], B. Zweersplein [G 36] en H. Bosmansplein [G 40] zijn voorzieningen voor kinderen aanwezig. Voor net iets meer dan 10 kinderen zijn er vier speelplekken aanwezig, waar er gezien de uitgangspunten geen noodzakelijk is. De plekken [G 04], [G 05], [G 06] en [G 07] worden als secundair aangewezen. De plek [G 27] blijft en [G 40] wordt specifiek voor kinderen. Plek [G 39A] van Raalteplein of plek [G 36] kan voor kinderen behouden worden. Verdere aanpassingen in het aantal plekken is niet noodzakelijk. Sweelincksingel Ten zuiden van de Laan van Bol’es tot aan de Sweelincksingel wonen ruim 100 kinderen die nog geen speelplek tot hun beschikking hebben. In dit gedeelte van Groenoord worden drie nieuwe speelplekken voor kinderen aangewezen. De eerste plek [Z 01 (G)] wordt aan de Willem Pijperstraat aangelegd op enige afstand van plek Pijperstraat [G 01]. Aan de Diepenbrockstraat komt een tweede plek voor kinderen [Z 02 (G)]. De laatste plek [Z 03 (G)] wordt aan de Sweelincksingel aangelegd.

Speelplek [G 42]

‘Oreliosingel wordt veel gebruik voor voetbal’ buurtplattegrond

Speelplek [G 40]

6.3.5.


Speelruimte jeugd Waar voor de kinderen zes verschillende buurten te onderscheiden vielen, is voor de jeugd een indeling in drie buurten meer geschikt. Een deel van de jeugd zal bepaalde wegen nog niet altijd (mogen) oversteken om ergens te gaan spelen. In Groenoord zijn dit naar verwachting de Mozartlaan en de Laan van Bol’es. De drie te onderscheiden speelbuurten voor de jeugd zijn: √ Bachplein; √ Groenoord; √ Sweelincksingel. In totaal wonen er ruim 510 jeugdigen in Groenoord. Bachplein Voor de jeugd aan het Bachplein blijft het trapveld Bachplein 3 [G 49] behouden. In aanvulling op de voetbalvoorziening wordt er een speelplek met enkele toestellen aangelegd voor de jeugd. Dit zoekgebied [Z 04 (G)] zal centraal op het Bachplein aangelegd worden.


58

Groenoord De aanwezige trapvelden op plekken Sibeliusplein 26 [G 09] en A. Smetanalaan [G 10A] blijven in hun huidige vorm bestaan. De plekken Lisztplein 10 [G 13], Johann Straussplein 64 [G 16], Johann Straussplein [G 18], Zimmermannplein [G 24], J. Oreliosingel / Zimmermannplein [G 25], W. Landreplein [G 34], B. Zweersplein [G 36], J. Oreliosingel / J. Damenstraat [G 41] en J. Oreliosingel / Damenstraat [G 41A] behoeven verder geen aanpassingen voor de jeugd. De plekken Zimmermannplein 20 [G 23], Jacob Bijsterstraat [G 26] en J. Urlusplein 47 [G 43] worden als secundair aangewezen. Op deze manier worden er ruim voldoende voorzieningen voor de jeugd aangeboden. Sweelincksingel Voor de jeugd is de voetbalkooi aan de Pijperstraat [G 01] de aangewezen speelplek. Met een enkele aanvulling op deze locatie en het medegebruik van plek [G 34] en [G 36] biedt dit voldoende speelmogelijkheden voor de jeugd.

‘De Oreliosingel is wel de beste plek, alleen ligt er hondenpoep’ rondgang jeugd

6.3.6.

What’s Up Oreliosingel

‘Voor jongeren zouden voorzieningen meer in de wijk moeten liggen.’ internetpanel

Voetbalmogelijkheid [G 25]

Jongeren in Groenoord In Groenoord wonen ruim 610 jongeren. De verwachting is dat dit aantal de komende vijf tot 10 jaar zal stijgen tot ruim 750 jongeren14. De voorgestelde voorzieningen zijn hierop afgestemd. Ontmoetingsvoorzieningen Om voor elke 15 jongeren een ontmoetingsplek in de buurt aanwezig te laten zijn, dienen er voor de toekomstige 750 jongeren circa 50 locaties te zijn om informeel te ontmoeten. Jongeren kiezen doorgaans zelf de helft van deze plekken. Deze plekken (circa 25) gebruiken ze om af te spreken om ergens heen te gaan of om afscheid te nemen op de hoek van de straat. Op circa 16 plekken van de resterende 25 dienen zit- en ontmoetingsaanleidingen aangebracht te zijn, daar waar de jongeren wonen. Deze What’s Up-plekken liggen het dichtst bij hun woonomgeving. De Stay Around-plekken, waar jongeren langere tijd kunnen verblijven liggen meer centraal in de wijk. Als laatste zijn er No Problem-plekken die dienst doen als ‘overloop’ wanneer er problemen ontstaan op de What’s Up- of Stay Around-plekken. Een deel van deze locaties bestaat al en een deel dient nog gerealiseerd of aangepast te worden. Een bestaande What’s Up-locatie is in het groen van de Oreliosingel te vinden. Naast dit soort bestaande voorzieningen worden bij de formele plekken (Stay Around) voorzieningen voor ontmoeten aangelegd. Op deze manier wordt het gewenste aantal bereikt. Sportvoorzieningen Over een aantal jaren zullen naar verwachting circa 750 jongeren in Groenoord wonen. Hierdoor zijn er zeven locaties nodig om te kunnen sporten en spelen. Aangewezen voor (medegebruik door) jongeren zijn de plekken Pijperstraat [G 01], Sibeliusplein 26 [G 09], A. Smetanalaan [G 10A], Lisztplein 10 [G 13], Johann Straussplein 64 [G 16], Johann Straussplein [G 18], J. Oreliosingel / Zimmermannplein [G 25], J. Oreliosingel / J. Damenstraat [G 41] en Bachplein 3 [G 49]. Op al deze plekken gaat het om een voetbalvoorziening welke zij delen met jeugd. Op plekken waar een zitmogelijkheid ontbreekt, wordt deze aangelegd. In totaal ontstaan zo negen Stay Around-plekken door de wijk, wat ook voor de toekomst ruim voldoende is. Een No Problem-plek in de wijk is gezien het jongerenaantal gewenst. Plek [G 25] kan door zijn centrale ligging en de aanwezige ruimte als No Problem-plek fungeren. 14



59

Categorie plek What’s Up Stay Around No Problem

Aantal 9 6 1

Status Aanwezig 8 plekken aanwezig Bestaande plek aangewezen

Naast de voorzieningen in de buitenruimte ligt in Groenoord het wijkcentrum ‘De Blauwe Brug’ waar met enige regelmaat een jongereninloop is. Deze voorziening is bedoeld voor geheel Schiedam Noord. Voorzieningen als deze zijn zeker een belangrijke aanvulling op de mogelijkheden die de openbare ruimte biedt. Het gaat echter te ver om hier in het Speelruimteplan invulling aan te geven.

6.4.

Speelruimte in Kethel / Tuindorp

6.4.1.

Kinderaantallen Leeftijdsgroep Aantal Kinderen 0-5 jr. 198 Jeugd 6-11 jr. 228 Jongeren 12-18 jr. 296 Het kinderaantal in de wijk Kethel / Tuindorp is zich aan het stabiliseren. De verwachting is dat dit de komende jaren niet erg zal wijzigen15.

6.4.2.

Rondgang scholen De basisscholen ‘Kethel’ en een dependance van ‘Het Windas’ zijn gevraagd voor een rondgang door de wijk. Uiteindelijk heeft een rondgang met leerlingen van basisschool ‘Kethel’ plaatsgehad. Tijdens de rondgang is het grootse gedeelte van de wijk ten noorden van de Zwaluwlaan bezocht. Van de wijk zijn geen buurtplattegronden ingevuld.

6.4.3.

Informele speelruimte Tussen de wijken Kethel en Spaland ligt een grote groene ruimte met weilanden en een deel park. In dit park hebben enkele jeugdigen weleens hutten gemaakt of ze komen er om te struinen. De zuidzijde van de wijk grenst aan het Beatrixpark, waar een uitgestrekt groengebied te vinden is. In dit park bevinden zich enkele sportvelden, sportvoorzieningen en veel groen en water. In de wijk blijft het groen beperkt tot gras en struiken die langs de watergangen staan, of tot siergroen in de straten. Daar waar mogelijk wordt het groen gebruikt om te voetballen of om zelfbedachte spelletjes te doen. Spelen op straat is op meerdere plaatsen in de wijk goed mogelijk door het verkeersluwe karakter van veel straten. Hier wordt in beperkte mate gebruik van gemaakt, volgens de jeugdigen van de rondgang. Meestal wordt er thuis, op de speelplek of in het groen gespeeld. In de straten van Tuindorp wordt het spelen op straat belemmerd door de vele geparkeerd auto’s langs de straat.

‘Het groen in het park is wel erg dicht, soms wel eng’ rondgang jeugd

Weide aan noordzijde Kethel

6.4.4.

Speelruimte kinderen Kinderen mogen of kunnen nog niet de gehele wijk zelfstandig door, waardoor een verdeling in speelbuurten ontstaat. Een duidelijke scheiding van speelbuurten is de Zwaluwlaan. Verder vormen de watergangen een barrière voor de kinderen. De vijf te onderscheiden speelbuurten voor kinderen zijn: √ Kethel; √ Vinkenlaan;

15



60

√ Bosrand; √ Hargplein; √ Tuindorp. Aan de hand van deze buurten volgt een beschrijving van de formele speelvoorzieningen voor kinderen. Kethel Bij de speelbuurt Kethel gaat het om het gedeelte van de wijk ten noorden van de Zwaluwlaan, Meeuwensingel / Kerklaan. Zeer verspreid wonen hier circa 20 kinderen. Als formele speelvoorziening is er een speelplek aan het Noordeinde [K 07] die in het park Kethel ligt. Deze plek is niet zelfstandig door kinderen te bereiken, maar biedt een goede basisvoorzienig. Extra voorzieningen zijn in dit deel van de wijk niet noodzakelijk. Vinkenlaan Ten noorden van de Zwaluwlaan, tussen Leeuweriksingel en Kerklaan wonen bijna 25 kinderen. Voor deze groep kinderen wordt er een voorziening [Z 01 (K)] aan de Koekoekslaan aangelegd. Op deze manier wordt een voorziening aangeboden in een gebied dat voor kinderen grotendeels omsloten is door barrières. Bosrand Tussen Zwaluwlaan en Beatrixpark wonen circa 45 kinderen. Voor het spelen kunnen zij terecht op de plek Kaag [K 05] welke zij delen met de jeugd. Deze plek kan voor circa 20 kinderen, die deze plek zelfstandig kunnen bereiken, behouden blijven. De overige kinderen wonen meer verspreid in de buurt. Dit, in combinatie met de hoeveelheid informele speelruimte, maakt het niet noodzakelijk extra speelplekken aan te leggen. Het schoolplein aan de Nachtegaallaan [K 02] heeft geen toegevoegde waarde voor het openbare voorzieningenniveau. Hargplein Aan en om het Hargplein wonen bijna 20 kinderen die om te spelen gebruik kunnen maken van plek Hargplein [K 01A]. Gezien het lage kinderaantal en de hoeveelheid informele ruimte worden de toestellen op deze plek als secundair aangewezen. De speelplek wordt met speelprikkels ingericht. Tuindorp In Tuindorp wonen bijna 80 kinderen. Op de plekken Perenlaan [K 09] en Ribeslaan [K 09D] kunnen zij terecht om te spelen. Plek [K 09] biedt door de centrale ligging aan circa 25 kinderen speelruimte en dient behouden te blijven. Plek [K 09D] wordt gezien zijn inrichting en ligging als secundair aangewezen. Voor de ruim 40 kinderen in het zuidelijk deel van Tuindorp wordt plek Iepenlaan [K 09A] specifiek voor kinderen aangewezen en aanvullend ingericht.

Speelplek [K 07]

Keien als speelprikkel

Speelplek [K 09]

6.4.5.

Speelruimte jeugd Waar voor de kinderen vijf verschillende speelbuurten te onderscheiden vielen, is voor de jeugd een indeling in twee buurten meer geschikt. Een deel van de jeugd zal bepaalde wegen nog niet altijd (mogen) oversteken om ergens te gaan spelen. In Kethel / Tuindorp is dit naar verwachting de Zwaluwlaan. De twee te onderscheiden speelbuurten voor de jeugd zijn: √ Kethel; √ Tuindorp. In totaal wonen er bijna 230 jeugdigen in Kethel / Tuindorp.



61

‘Wij voetballen vaak bij de Abrikozengaarde [SP 18]’ rondgang jeugd

Toestelplek [K 09]

6.4.6.

What’s Up Molensingel

Trapveld Schiedamseweg [K 09C]

Kethel In het deel van de wijk ten noorden van de Zwaluwlaan kunnen de jeugdigen gebruik maken van speelplek Noordeinde [K 07]. Daarnaast kunnen ze medegebruik maken van het trapveld op plek Abrikozengaarde [SP 18] op de grens met de wijk Spaland / Sveaparken. Deze twee voorzieningen bieden voldoende mogelijkheden voor de jeugd in dit deel van de wijk. Het schoolplein van basisschool ‘Kethel’ biedt voor kinderen en jeugdigen van de school een beperkte speelmogelijkheid na schooltijd. Dit medegebruik is positief, maar vanuit het speelruimteplan gezien is verdere openstelling niet direct noodzakelijk. Tuindorp Zuidelijk van de Zwaluwlaan zijn er drie speelplekken voor de jeugd aanwezig. De centraal liggende speelplekken Kaag [K 05] en Perenlaan [K 09] bieden toestellen en uitdaging voor jeugd en kinderen. Jeugd aan de oostkant van de wijk maakt gebruik van het trapveld Laagland [K 04]. Verder In de wijk kunnen jeugd en jongeren gebruik maken van het trapveld Schiedamseweg [K 09C]. Deze voorzieningen samen bieden voldoende speelmogelijkheden voor de jeugd. Jongeren in Kethel / Tuindorp In de wijk wonen bijna 300 jongeren. De komende vijf tot tien jaar zal dit aantal naar verwachting dalen tot circa 250 jongeren16. De voorgestelde voorzieningen zijn hierop afgestemd. Ontmoetingsvoorzieningen Een ontmoetingsplek in de buurt voor elke 15 jongeren komt neer op circa 17 locaties om informeel te ontmoeten. De helft van deze plekken kiezen jongeren doorgaans zelf. Deze plekken (circa 8) gebruiken ze om af te spreken om ergens heen te gaan of om afscheid te nemen. Dit zijn plekken die al bestaan, zoals de hoek van de straat. Op zes plekken van de overige negen dienen zit- en ontmoetingsaanleidingen aanwezig te zijn. Dit zijn de What’s Up-plekken bij de jongeren in de woonomgeving. Stay Around-plekken, waar jongeren langere tijd kunnen verblijven liggen meer centraal in de wijk. Als laatste zijn er No Problem-plekken die dienst doen als ‘overloop’ wanneer er problemen ontstaan op de What’s Up- of Stay Around-plekken. De aanwezige What’s Up-plekken zijn voldoende. Naast bestaande voorzieningen worden bij de formele plekken (Stay Around) voorzieningen voor ontmoeten aangelegd. Op deze manier wordt het gewenste aantal bereikt. Sportvoorzieningen Naar verwachting wonen er over een aantal jaar circa 250 jongeren in Kethel / Tuindorp. Dit houdt in dat er circa drie locaties nodig zijn om te kunnen sporten en spelen. In de wijk zelf is de plek Schiedamseweg [K 09C] de aangewezen plek om te voetballen. Deze plek zal dan ook meer aantrekkelijk gemaakt worden voor jongeren. Een ander deel van de jongeren zal gebruik maken van plek Laagland [K 04] aan de oostkant van de wijk. Aan de noordkant van de wijk zal een nieuwe plek voor jongeren aangelegd moeten worden [Z 02 (K)]. Door deze plek in het park (Noordeinde) aan te leggen, zal de plek tevens een kleine functie hebben voor jongeren uit de wijken Groenoord en Woudhoek. Een echte No Problem-plek is gezien het jongerenaantal in de wijk niet noodzakelijk. Daarbij liggen de huidige plekken en het zoekgebied voldoende ver bij de huizen vandaan.

16



62

‘Een extra ontmoetingsplek voor jongeren is wel nodig.’ internetpanel


Aantal Status 6 Aanwezig 3 1 in de wijk, 1 aan de rand van de wijk aanwezig en 1 zoekgebied. 0 Niet noodzakelijk

Naast de voorzieningen in de buitenruimte ligt in de aangrenzende wijk Groenoord het wijkcentrum ‘De Blauwe Brug’ waar met enige regelmaat een jongereninloop is. Deze voorziening is bedoeld voor geheel Schiedam Noord. Voorzieningen als deze zijn zeker een belangrijke aanvulling op de mogelijkheden die de openbare ruimte biedt. Het gaat echter te ver om hier in het Speelruimteplan invulling aan te geven.

6.5.

Speelruimte tussen Noord en Zuid Schiedam wordt door de snelweg A20 in tweeën gedeeld in een noordelijk en zuidelijke deel. Tussen Schiedam Noord en Zuid ligt een uitgestrekte groene zone die grotendeels bestaat uit het Prinses Beatrixpark en sportvelden van onder andere ‘Thurlede’, ‘Kethel’ en ‘Harga’. In deze groene zone bevindt zich de bebouwing van Bijdorp.

6.5.1.

Speelruimte in Bijdorp Binnen Bijdorp wonen in totaal bijna 70 kinderen, jeugdigen en jongeren, waarvan circa 20 kinderen. Voor de gehele doelgroep is de zeer uitgebreide speelplek Schietbaanstraat [K 08] beschikbaar. Gezien de relatief geïsoleerde ligging van Bijdorp voor kinderen en een gedeelte van de jeugd zal deze plek als basisvoorziening worden aangewezen. Wel zal de inrichting iets worden aangepast, zodat deze meer in verhouding is met de overige speelvoorzieningen in Schiedam.

6.5.2.

Speelruimte Prinses Beatrixpark Centraal in het Prinses Beatrixpark is speeltuin ‘Fort Drakesteijn’ [K 11A] te vinden. Deze speeltuin biedt uitdagende speelvormen voor kinderen uit heel Schiedam en dient in de huidige vorm behouden te blijven.

6.5.3.

Speelruimte op volkstuincomplexen Op de beide volkstuincomplexen in de groene zone van Schiedam bevinden zich speelplekken. Op volkstuincomplex ‘Thurlede’ zijn de plekken Zwanebloemlaan [K 12] en Zwanebloemlaan (kantine) [K 12A] met voorzieningen voor kinderen en jeugd te vinden. Beide plekken worden door hun afgelegen ligging als secundair aangewezen voor het openbare voorzieningenniveau. Overwogen kan worden om de plekken in participatie te geven aan de volkstuinvereniging. Plek Vijfsluizen [K 13] bevindt zich op volkstuincomplex ‘Vijfsluizen’ die speelmogelijkheden biedt aan kinderen en jeugd. Deze voorziening heeft door de afgelegen ligging geen waarde voor het openbare voorzieningenniveau. De plek wordt als secundair aangewezen, waarbij het in participatie geven aan de volkstuinvereniging kan worden overwogen.

6.5.4.

Speelruimte Schiekade Aan de Schiekade in het oosten van Schiedam is een woonwagenkamp gesitueerd. Hier is tevens speelplek Schiekade [K 01] te vinden. Deze plek heeft slechts een functie voor de direct omwonenden en draagt niet bij aan het openbare voorzieningenniveau. De plek wordt als secundair aangewezen. In plaats van de speeltoestellen zullen enkele speelprikkels aangebracht worden. Overwogen kan worden de plek in participatie te geven aan de bewoners. OBB Ingenieursbureau 772.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 4-4-08

63

6.6.

Speelruimte in Nieuwland In Nieuwland vindt grootschalige herstructurering plaats. Tijdens het opstellen van dit rapport zijn in de Nieuwe Tuinen (omgeving Troelstralaan – Van Haarenlaan) twee nieuwe speeltuinen aangelegd. Deels komen deze aan de aangetroffen behoefte (zoeklocatie Z01) tegemoet. Anderzijds zijn er inmiddels een vijftal speelplekken gesaneerd op locatie Parkweg Noord (N58, N58A, N60, N63 en N64). De sloop die daar plaatsgevonden heeft, is tevens de oorzaak van de lage aantallen kinderen die hier momenteel wonen. De komende tijd worden hier 500 woningen, waarvan 178 eengezinswoningen. Hoewel niet kan worden vastgesteld hoeveel kinderen op deze locatie komen te wonen, wordt gerekend op een vijftal speelplekken. Bij de analyse van de speelruimte in de wijk Nieuwland zijn zowel de plekken in eigendom van de gemeente als die in eigendom van Woonplus meegenomen.

6.6.1.

Kinderaantallen Leeftijdsgroep Aantal Kinderen 0-5 jr. 1.121 Jeugd 6-11 jr. 1.011 Jongeren 12-18 jr. 1.113 Gelet op het aantal kinderen ten opzichte van het aantal jongeren is het kinderaantal in Nieuwland aan het stijgen. De verwachting is dat het kinderaantal op termijn weer wat zal afnemen door natuurlijk verloop in de wijk17. In kinderaantal en oppervlakte is Nieuwland de grootste wijk van Schiedam.

6.6.2.

Rondgang scholen Basisscholen ‘t Meesterwerk’ en ‘De Taaltuin’ zijn voor een rondgang door de wijk benaderd. Met de leerlingen van ’t Meesterwerk is het gebied ten oosten van de Nieuwe Damlaan bezocht. Vanuit ‘De Taaltuin’ liep de rondgang door het deel ten westen van de Nieuwe Damlaan. Van de wijk zijn geen buurtplattegronden ingevuld.

6.6.3.

Informele speelruimte Het in de wijk aanwezige groen ligt veelal in de vorm van gras en struiken tussen de flats. Ten noorden van de Burg. van Haarenlaan is de wijk wat groener door het groen rondom de trambaan en de spoorlijn / snelweg en de iets ruimer opgezette bebouwing. In het gedeelte ten zuiden van de Burg. van Haarenlaan is de wijk meer verdicht en minder groen. De zuidkant van de wijk grenst aan het Vlaardingerdijkpark. Het groen tussen de flats biedt dicht bij huis goede mogelijkheden voor informeel spelen voor de kinderen en jeugd. Voor de jeugd resulteert dit meestal in een balletje trappen. De kinderen zullen vooral bezig zijn met het ontdekken. Door het sterk stedelijke karakter van de wijk wordt op straat spelen in beperkte mate gedaan. De straten worden veelal bezet door (geparkeerde) auto’s waardoor het spelen wordt bemoeilijkt. Toch ervaren de jeugdigen die mee zijn geweest voor de rondgang de straten als redelijk veilig. De aanwezige hoogbouw in de wijk (portiekflats) zorgt voor een extra informele speelruimte, het trappenhuis. Tijdens de rondgang werd dit aangegeven als een plek waar de kinderen nogal eens spelen of waar ze gewoon zitten te kletsen.

Wijkpark Nieuwland

‘Wij zitten vaak te praten op de trap’ rondgang jeugd

17



64

6.6.4.

Speelruimte tussen de flats

Speelplek [N 73]

Speelruimte kinderen Niet de gehele wijk is zelfstandig te bereiken door kinderen, waardoor een verdeling in speelbuurten ontstaat. Binnen de wijk Nieuwland zijn door hun verkeersdrukte en verkeersfunctie voor heel Schiedam de Nieuwe Damlaan, de ‘s Gravelandseweg en de Brug. van Haarenlaan de meest voor de hand liggende scheidingen. In het oostelijk deel van de wijk zal de Parkweg voor veel kinderen een scheiding zijn. Hierdoor zijn de te onderscheiden speelbuurten voor kinderen: √ Van Hogendorpstraat; √ Johan de Wittsingel; √ K. Katerstraat; √ Dr. Schaepmansingel; √ Dr. Wibautplein; √ Monseigneur Nolenslaan; √ J. den Uyllaan; √ Officierenpad; √ Jan van Zutphenstraat; √ ‘s Graveland. Aan de hand van deze buurten volgt een beschrijving van de formele speelvoorzieningen voor kinderen. In de wijk Nieuwland zijn veel van de formele speelvoorzieningen in handen van Woonplus, maar deze worden onderhouden door ONS. Deze plekken worden in het plan gezien als openbare plekken en zo ook beschreven. In de praktijk zal dit niet altijd het geval zijn. Over deze locaties zal overleg plaats moeten vinden tussen de gemeente en Woonplus aangezien tweederde van de beschreven speelplekken in eigendom is van Woonplus. Aan de westkant van de wijk bevindt zich het zogenoemde TOSeiland18, waar kinderen en jeugd gedurende de openingstijden tegen vergoeding kunnen spelen. Deze speeltuin is een aanvulling op het openbare voorzieningenniveau. Van Hogendorpstraat Tussen de Burg. van Haarenlaan, de Nieuwe Damlaan en de spoorlijn wonen circa 45 kinderen. De speelplekken v. Limburg Stirumstraat 231 [N 72], v. Hogendorpstraat 55 [N 73], v. Hogendorpstraat 56 [N 75] en v. Limburg Stirumstraat 107 [N 76] bieden speelmogelijkheden voor kinderen. Al deze plekken zijn eigendom van Woonplus. Gezien het kinderaantal volstaat het om twee plekken in dit deel van de wijk in te richten. De plekken [N 72] en [N 75] worden als secundair aangewezen. Plekken [N 73] en [N 76] zullen waar nodig aangepast worden. Johan de Wittsingel Ten noorden van de Burg. van Haarenlaan, tussen Nieuwe Damlaan en Parkweg wonen bijna 110 kinderen, die op de plekken Heinsiusstraat 79 [N 69], D. Curtiusstraat 79 [N 70] en A v. Hallstraat [N 70A] terecht kunnen om te spelen. Plek [N 69] is in eigendom van Woonplus en kan in zijn huidige vorm blijven bestaan. De plekken [N 70] en [N 70A] worden specifiek voor kinderen, waarbij de voorzieningen worden uitgebreid.

18

TOS: Thuis Op Straat. Het eiland is eigendom van Stichting Welzijn Schiedam.


65

Brug naar TOS-eiland

‘Dit bultje gebruiken we om te picknicken (plek [N 15])’ rondgang jeugd

Speelplek [N 25]

K. Katerstraat In de omgeving van de K. Katerstraat, tussen de Burg. van Haarenlaan, de Parkweg, de ’s Gravelandseweg en het spoor, wonen minder dan 15 kinderen. De speelplekken J. Oudegeeststraat 17 [N 58], H. Polakstraat 4 [N 60], K. Katerstraat [N 63] en K. Katerstraat 64-68 [N 64] bieden speelmogelijkheden voor kinderen. Bij het huidige kinderaantal is er geen formele speelplek noodzakelijk. Plek [N 58] zal als centrale speelplek gaan fungeren. De plekken [N 60], [N 63] en [N 64] worden als secundair aangewezen. Dr. Schaepmansingel Ten oosten van de P.J. Troelstralaan wonen bijna 140 kinderen. Voor het formele spel kunnen zij terecht op de plekken S. v Houtenlaan / Prof. Aalberselaan [N 01], Prof. Aalberselaan / Schaperlaan [N 02] en Talmalaan / Visserlaan [N 04]. Deze plekken delen zij met de jeugd, en zijn alle in eigendom bij Woonplus. Gezien het kinderaantal in de buurt worden deze drie plekken specifiek voor kinderen ingericht. Daarnaast kunnen de kinderen en jeugdigen goed gebruik maken van het TOS-eiland dat zich aan de westkant van de buurt bevindt. Dr. Wibautplein Tussen de P.J. Troelstralaan en de Nieuwe Damlaan wonen circa 245 kinderen. Om te spelen kunnen deze kinderen terecht op de speelplekken Thorbeckesingel [N 06], Idenburgstraat [N 15], Heemskerkstraat [N 16], Dr. Kuyperlaan 119 [N 17], Vliegenstraat 40 [N 18], van Karnebeekstraat 40 [N 20], Dr. Kuyperlaan [N 21] en Park Stricklede [N 36]. Met uitzondering van plekken [N 06] en [N 36] zijn alle speelplekken van Woonplus. De plekken [N 15], [N 16] en [N 17] bieden voor circa 55 kinderen speelvoorzieningen. Gezien de uitgangspunten zijn twee plekken voldoende. Door de ligging van [N 16] tussen de beide andere plekken wordt deze als secundair aangewezen. Voor de bijna 75 kinderen rondom de plekken [N 18], [N 20] en [N 21] worden deze plekken specifiek voor kinderen aangewezen. Plekken [N 06] en [N 36] blijven in hun huidige vorm bestaan. Voor ruim 25 kinderen zal er een nieuwe plek aangelegd worden [Z 01 (N)] in de buurt van de Treubstraat / Groen van Prinstererstraat. Monseigneur Nolenslaan Voor de circa 275 kinderen tussen de Nieuwe Damlaan, de Parkweg, de Burg. van Haarenlaan en de metrolijn zijn er 15 speelplekken beschikbaar. De plekken Loefstraat [N 21A], Loefstraat 20 [N 22], Loefstraat / Roellstraat [N 23], Roellstraat / v Tienhovenstraat [N 24], van Tienhovenstraat / Mackaystraat [N 25], Mackaystraat / Piersonstraat [N 26], Mgr Nolenslaan 512 [N 27A], Mgr Nolenslaan 604 [N 27B], Mgr Nolenslaan 776 [N 27C], Albardastraat 36 [N 31], Van Heuven Goedhartstraat 33 [N 40B], Schermerhornlaan [N 41A] v. H. Goedhartlaan 97 [N 42], Parkweg 52 [N 44] en Parkweg 160 [N 46] bieden speelmogelijkheden voor kinderen. Een gedeelte van deze plekken delen ze met de jeugd. Met uitzondering van de plekken [N 27A/B/C] en [N 41A] zijn alle plekken in eigendom van Woonplus.


66

‘Er ligt wel eens rommel of het gras wordt een tijdje niet gemaaid.’ rondgang jeugd

‘Als we willen spelen doe n de meeste mensen de deur wel open, zodat we op de speelplek kunnen [N 37A].’ rondgang jeugd

Speelplek [N 37A]


6.6.5.

‘Het TOS-eiland moet vaker open zijn.’ rondgang jeugd

De plekken [N 21A] en [N 22] worden als secundair aangewezen. Beide plekken liggen in de directe omgeving van meer uitgebreide plekken. Hierdoor hebben deze twee plekken ieder een functie voor circa 10 kinderen. Rondom de plekken [N 23], [N 25] en [N 26] wonen steeds gemiddeld 30 kinderen en deze worden specifiek voor deze leeftijdsgroep aangewezen. De plekken [N 27A], [N 27B] en [N 27C] hebben een beperkte speelfunctie voor het openbare voorzieningenniveau en worden als secundair aangewezen. Plek [N 31] blijft voor circa 30 kinderen beschikbaar als formele speelruimte. Rondom plek [N 41A] wonen minder dan 10 kinderen. Hierdoor wordt deze plek als secundair aangewezen. Voor circa 100 kinderen worden de plekken [N 42] en [N 44] specifiek aangewezen voor kinderen en dienen de voorzieningen op plek [N 40B] te worden uitgebreid. J. Den Uyllaan Rondom de J. Den Uyllaan, het gebied tussen de Parkweg en Ko Suurhofflaan wonen ruim 120 kinderen. Op de plekken MCM de Grootstraat [N 47], MCM de Grootstraat 4 [N 48] en Den Uyllaan 10 [N 48A] vinden zij formele speelmogelijkheden. Van deze drie plekken is plek [N 48] in eigendom van Woonplus. Gezien de ligging van de plekken en het aantal kinderen, worden de plekken [N 47] en [N 48A] specifiek voor kinderen aangewezen. Plek [N 48] behoudt zijn speelfunctie voor alle leeftijden. Officierenpad Tussen de Nieuwe Damlaan en de Parkweg ten zuiden van de Burg. Honnerlage Gretelaan wonen bijna 65 kinderen. Op de plekken Vendelhof [N 37] en Schuttersveld [N 37A] is er voor hen een formele speelmogelijkheid. Op beide plekken is er een voetbalmogelijkheid voor jeugd en jongeren en er staan meerdere toestellen voor kinderen en jeugd. Plek [N 37A] is in eigendom van Woonplus en omsloten door een hekwerk. Voor ruim 30 kinderen biedt plek [N 37A] een speelmogelijkheid en deze dient behouden te blijven. Wel zal de bereikbaarheid verbeterd moeten worden. Voor de overige kinderen in de buurt worden de voorzieningen op plek [N 37] verbeterd. Jan van Zutphenstraat Bijna 90 kinderen wonen tussen de Parkweg, de ’s Gravelandseweg, de metrolijn en Noord Vest. Voor het spelen kunnen zij terecht op de speelplekken Burg. Honnerlage Gretepad [N 49], Dirk Gerhardtstraat 21 [N 50A], Dirk Gerhardtstraat 45 [N 50B] en A. Ariensstraat [N 53]. Plek [N 53] is in eigendom van Woonplus. De plekken [N 49] en [N 50B] worden specifiek voor kinderen aangewezen. Plek [N 53] blijft met een kleine aanpassing voor kinderen en jeugd beschikbaar. Gezien het kinderaantal en de ligging van de overige drie plekken wordt plek [N 50A] als secundair aangewezen. ’s Graveland Ten oosten van de ’s Gravelandseweg wonen bijna 30 kinderen die de beschikking hebben over de drie speelplekken Delflandseweg 352 [N 54], Delflandseweg 158 [N 55] en Hollandiahof 27 [N 56A]. Gezien het kinderaantal is een centrale speelplek voldoende. Voor de kinderen zal plek [N 56A] als centrale speelvoorziening gaan fungeren. De plekken [N 54] en [N55] worden hierbij als secundair aangewezen. Speelruimte jeugd Voor de kinderen waren er 10 verschillende speelbuurten te onderscheiden. Een gedeelte van de jeugd zal bepaalde wegen nog niet altijd (mogen) oversteken om ergens te gaan spelen. Hierdoor is een verdeling in vijf speelbuurten voor de jeugd voor de hand liggend. Wegen die deze scheidingen vormen zijn naar verwachting de Nieuwe Damlaan, Burg. van Haarenlaan en ‘s Gravelandseweg. De vijf te onderscheiden speelbuurten voor de jeugd zijn: OBB Ingenieursbureau 772.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 4-4-08

67

√ Van Hogendorpstraat; √ Burg. van Haarenlaan; √ Wibautplein; √ Monseigneur Nolenslaan; √ ‘s Graveland. In totaal wonen er ruim 1.000 jeugdigen in Nieuwland. Van Hogendorpstraat Voor de jeugdigen in dit deel van de wijk, ten noorden van de Burg. van Haarenlaan en de Nieuwe Damlaan, blijven er op twee locatie speelmogelijkheden. Op plek v. Hogendorpstraat 55 [N 73] zijn er enkele speeltoestellen voor de jeugd en op plek v. Hogendorpstraat [N 74] bevindt zich een toestel met verhard voetbalveld. Op deze manier worden er voor de jeugd voldoende speelmogelijkheden aangeboden in dit gedeelte van Nieuwland. Burg. van Haarenlaan Noordelijk van de Burg. van Haarenlaan, tussen de Nieuwe Damlaan en ‘s Gravelandseweg blijven twee plekken voor de jeugd beschikbaar om te spelen. Plek Heinsiusstraat 79 [N 69] biedt enkele toestellen voor jeugd en kinderen. In aanvulling hierop wordt er een informeel trapveld aangelegd bij deze plek. Op de plek J. Oudegeeststraat 17 [N 58] is er naast toestellen een trapveld voor de jeugd aanwezig. Wibautplein Ten westen van de Nieuwe Damlaan blijven acht speelplekken beschikbaar voor (mede)gebruik door de jeugd waaronder het TOSeiland. Op de plekken Schaperlaan / Talmalaan [N 03], Thorbeckesingel [N 06], Dr. Kuyperlaan 119 [N 17], van de Tempelstraat [N 19], Park Stricklede [N 36] en TOS-eiland [N 77A] zijn toestellen voor de jeugd. Daarnaast zijn op de plekken Idenburgstraat [N15] en Park Nieuwland [N 77] voetbalmogelijkheden aanwezig in de vorm van een verhard veld. In aanvulling op de voetbalmogelijkheden wordt op plek [N 03] een klein trapveldje gerealiseerd, zodat er een betere verdeling van voorzieningen plaatsvindt. Het schoolplein [N 05A] heeft slechts een beperkte functie voor het openbare voorzieningenniveau. Het TOS-eiland kan door het aanpassen van de openingstijden meer beschikbaar worden als speelplek voor de kinderen en jeugd. Monseigneur Nolenslaan Tussen de Nieuwe Damlaan en de ’s Gravelandseweg blijven er voor de jeugd zeven plekken beschikbaar. Roellstraat / v Tienhovenstraat [N 24], Vendelhof [N 37], Schuttersveld [N 37A], Van Heuven Goedhartstraat 79 [N 40A], Van Heuven Goedhartstraat 33 [N 40B], M.C.M. de Grootstraat 4 [N 48] en A. Ariensstraat [N 53] zijn plekken met voorzieningen voor de jeugd. Op de helft van deze plekken is er een voetbalmogelijkheid en op alle plekken zijn er wel toestellen te vinden voor de jeugd. Deze plekken bieden voldoende spreiding en speelmogelijkheden in dit deel van Nieuwland. Het schoolplein [N 28] heeft slechts een beperkte functie voor het openbare voorzieningenniveau. ’s Graveland Voor de jeugdigen ten oosten van de ’s Gravelandseweg zijn op plek Hollandiahof [N 56] enkele speeltoestellen aanwezig. Dit biedt, in combinatie met de informele ruimte, voldoende speelmogelijkheden.

Speelplek [N 74]

TOS-eiland [N 77A]

Speelplek [N 40B]

6.6.6.

Jongeren in Nieuwland In de wijk Nieuwland wonen ruim 1.110 jongeren. Afgaand op het kinderaantal zal dit aantal de komende vijf tot tien jaar stijgen tot ruim 1.300 jongeren. De voorgestelde voorzieningen zijn hierop afgestemd.


68

‘Jongeren hebben vooral behoefte aan voetballen en ontmoeten.’ internetpanel

Park Nieuwland [N 77]

Ontmoetingsvoorzieningen Door elke 15 jongeren een ontmoetingsplek in de buurt aan te bieden, dienen er voor de toekomstige 1.300 jongeren circa 85 locaties te zijn om informeel te ontmoeten. De helft (circa 45) van deze plekken kiezen de jongeren doorgaans zelf. Dit zijn plekken die ze gebruiken om af te spreken om ergens heen te gaan of om afscheid te nemen op de hoek van de straat. Van de resterende 40 plekken hebben circa 30 plekken in de woonomgeving van de jongeren een zit- en ontmoetingsaanleiding nodig. Dit zijn voor een belangrijk deel de What’s Up-plekken. Daarnaast zijn er de Stay Around-plekken, waar jongeren langere tijd kunnen verblijven en deze zijn meer centraal in de wijk te vinden. Voor elke 500 jongeren zal er een No Problem-plek aanwezig moeten zijn die dienst kan doen als ‘overloop’ wanneer er problemen ontstaan op de What’s Up- of Stay Around-plekken. Een deel van deze locaties bestaat al en een deel dient nog gerealiseerd of aangepast te worden. Een voorbeeld van een bestaande What’s Up-locatie is het ‘kunstwerk’ tussen basisschool ‘’t Meesterwerk’ en het Accent college. Naast dit soort bestaande voorzieningen worden bij de formele plekken (Stay Around) voorzieningen voor ontmoeten aangelegd. Op deze manier wordt het gewenste aantal bereikt. Sportvoorzieningen Voor het toekomstige aantal jongeren zijn er volgens de uitgangspunten 13 locaties nodig om te kunnen sporten en spelen. Op de plekken Idenburgstraat [N 15], Schuttersveld [N 37A], Van Heuven Goedhartstraat 33 [N 40B] en M.C.M. de Grootstraat 4 [N 48] bevindt zich naast toestellen voor jeugd en jongeren een verhard voetbalveld. Op de plekken Vendelhof [N 37], A. Ariensstraat [N 53] en J. Oudegeeststraat 17 [N 58] bevindt zich naast toestellen voor jeugd en jongeren een grastrapveld. Plek v. Hogendorpstraat [N 74] bevat een verhard trapveld met een toestel voor de jeugd. Park Nieuwland [N 77] is een uitgebreide sportplek met een kunstgrasveld, skate elementen en zit- en speel mogelijkheden waar de jeugd mede gebruik van kan maken. J. Oudegeeststraat 71 [N 58A] is een verhard veld met een basket. Van deze 10 plekken wordt [N 77] aangewezen als No Problem-plek. De overige plekken zijn Stay Around-plekken. Gezien het aantal jongeren worden er twee extra No Problemplekken aangelegd. Om een goede spreiding van deze plekken te krijgen wordt een eerste plek aan de oostkant van de wijk aangelegd. Een mogelijke locatie is het ‘eiland’ bij de J. den Uyllaan [Z 02 (N)]. Een tweede plek wordt centraal in de wijk aangelegd. Een mogelijke locatie hiervoor ligt in de omgeving van de Nieuwe Damlaan [Z 03 (N)]. Categorie plek What’s Up Stay Around

Stay Around plek [N 48]

No Problem

Aantal Status 17 Aanwezig 10 9 plekken aanwezig, gezien de ligging / spreiding voldoende 3 1 bestaande plek aangewezen, 2 zoekgebieden aanleggen


69

Naast de voorzieningen in de buitenruimte liggen in Nieuwland meerdere wijkcentra. Onder meer op locatie ‘Dreesplein’ wordt wekelijks een jongereninloop georganiseerd. Deze voorziening is bedoeld voor meerdere wijken in Schiedam Zuid. Voorzieningen als deze zijn zeker een belangrijke aanvulling op de mogelijkheden die de openbare ruimte biedt. Het gaat echter te ver om hier in het Speelruimteplan invulling aan te geven.

6.7.

Speelruimte in Oost

6.7.1.

Kinderaantallen Leeftijdsgroep Aantal Kinderen 0-5 jr. 820 Jeugd 6-11 jr. 678 Jongeren 12-18 jr. 737 De komende jaren zal het kinderaantal in de wijk Oost nog blijven stijgen19. Voornaamste reden hiervoor is de herinrichting van het gebied rondom station Schiedam-centrum waar nieuwbouw plaatsvindt.

6.7.2.

Rondgang scholen Voor de rondgang door de wijk is de hulp ingeroepen van basisscholen ‘Gravin Aleida’ en een van de twee dependances van ‘De Singel’. In het oostelijk deel van de wijk heeft de rondgang met ‘De Singel’ plaatsgehad. Het westelijk deel is bezocht met leerlingen van de ‘Gravin Aleida’. Van de wijk zijn een flink aantal buurtplattegronden ingevuld.

6.7.3.

Informele speelruimte De wijk Oost is een sterk stedelijke wijk waar het groen voornamelijk bestaat uit bomen en perkjes in de straat. Centraal in de wijk ligt een waterloop die groen en water in de wijk brengt. Belangrijke grote groenobjecten in de wijk zijn het Marconiplantsoen, dat tevens een formele speelplek omvat en het groen aan het Land van Ris. Het groen langs het water is door de steile taluds minder geschikt om te spelen, maar het water zelf wordt soms gebruikt om te vissen. Het groen aan het Land van Ris wordt door de jeugd wel eens gebruikt om te struinen. De privétuinen zijn door het stedelijke karakter te klein om te gebruiken als informele speelruimte. Naast het spelen in de groene informele ruimte zijn straten, en in de wijk Oost zeker ook de pleinen, belangrijke ruimten voor informeel spel van kinderen en jeugd. Veel straten zijn ‘bezet’ door de auto’s die er rijden of geparkeerd staan. Hierdoor zijn de pleinen in de wijk van groot belang, zowel voor informele speelruimte als voor een formele speelplek. Tijdens de rondgang werd met name de Lorentzlaan genoemd als een straat waar vaak hard wordt gereden.

‘Het ‘Stoompie’ is de beste plek van de wijk’ (jeugd over het Marconiplantsoen) rondgang jeugd

6.7.4.

Lorentzlaan

Speelruimte kinderen Kinderen mogen doorgaans niet de gehele wijk zelfstandig door, waardoor een verdeling in speelbuurten ontstaat. Mogelijke scheidingen van speelbuurten ontstaan door drukkere straten, zoals de Lorentzlaan en de Professor Kamerlingh Onneslaan. Daarnaast zal het water in de wijk een belangrijke scheiding zijn. De zes te onderscheiden speelbuurten voor kinderen zijn: √ Stationsstraat; √ Wattstraat; √ Edisonstraat; √ Newtonstraat; √ Kepplerstraat; 19



70

Speelplek [O 02]

Plek [O 25]

√ Galileistraat. Aan de hand van deze buurten volgteen beschrijving van de formele speelvoorzieningen voor kinderen. Stationsstraat Bijna 195 kinderen wonen in het gebied tussen de Horvathweg en de Professor Kamerlingh Onneslaan / Lorentzlaan. Voor het spelen kunnen zij terecht op drie plekken: Dr. Zamenhofstraat 47 [O 01], Fultonstraat [O 02] en Stationsstraat [O 28]. Twee van deze plekken delen ze met de jeugd. Plek [O 01] biedt aan bijna 30 kinderen een speelplek, en zal voor deze groep beschikbaar blijven. Rondom plek [O 02] wonen circa 50 kinderen die hier gebruik van kunnen maken. Deze plek zal specifiek voor de kinderen aangewezen worden, gezien het grote aantal kinderen. Voor plek [O 28] geldt hetzelfde, met ruim 45 kinderen in de directe omgeving. Plek [O 28] zal dan ook beter voor kinderen worden ingericht. Gezien het grote aantal kinderen worden de aangeboden speelplekken extra uitgerust om aan de speelbehoefte te voldoen. Daarbij is het realiseren van nieuwe locaties niet noodzakelijk gezien de spreiding van de plekken en de beschikbare ruimte in de wijk. Wattstraat Tussen de Professor Kamerlingh Onneslaan, de Oostsingel en de Van Swindenstraat wonen circa 135 kinderen. Op de plekken Edisonplein [O 25], Van Leeuwenhoekstraat 34a [O 30], Van Leeuwenhoekstraat 32 [O 30A], Oosterstraat 4-14 [O 31A], Oostsingel 10 [O 32A] en Emmastraat / Blekerijpad [O 35] zijn er voorzieningen voor kinderen. Gezien het kinderaantal zijn er vier plekken nodig om aan de behoefte te voldoen. Plek [O 25] behoudt zijn functie voor de gehele doelgroep waaronder de kinderen. De plekken [O 30], [O 30A] en [O 31A] blijven specifiek voor kinderen behouden. Plek [O 32A] wordt specifiek voor kinderen aangewezen. Voor kinderen wordt de speelfunctie op plek [O 35] secundair. Edisonstraat In de omgeving van de Edisonstraat, tussen de Van Swindenstraat, de Lorentzlaan en de watergang wonen ruim 80 kinderen. Voor het spelen kunnen zij terecht op de plekken Buys Ballotsingel [O 09], Edisonstraat 45 [O 10] en Edisonstraat 23 [O 11]. Een gedeelte van de kinderen zal medegebruik maken van het Edisonplein [O 25] en Van ’t Hoffplein [O 07]. Plek [O 09] is de aangewezen plek in de buurt om te spelen, hier wordt medegebruik van gemaakt door basisschool ‘De Singel’ aan de Buys Ballotsingel. De plekken [O 10] en [O 11] bieden door hun inrichting en ruimte weinig tot geen mogelijkheden en zullen als secundair worden aangewezen. In aanvulling op de plekken [O 07], [O 09] en [O 25] worden er in de buurt meerdere speelprikkels aangebracht [M 01 (O)]. Newtonstraat Ten oosten van de Broersvest en de Buys Ballotsingel wonen circa 175 kinderen. Op de plekken v. Marumstraat [O 03], Newtonplein [O 06] en van ’t Hoffplein [O 07] zijn speelvoorzieningen voor kinderen aanwezig. Gezien het kinderaantal zijn meer voorzieningen gewenst. Dit is echter door gebrek aan geschikte ruimte niet mogelijk. Daarnaast is de huidige spreiding van voorzieningen goed. De voorzieningen worden dan ook stevig ingevuld om aan de hogere speeldruk te kunnen voldoen. In aansluiting op de speelplekken worden er verspreid door de buurt speelprikkels aangebracht [M 02 (O)].

Speelplek [O 07]


71

Kepplerstraat Tussen de Marconiweg en de Oostsingel wonen bijna 60 kinderen die gebruik kunnen maken van de plekken Ohmstraat [O 21] en Archimedesplein [O 23] om te spelen. Beide plekken blijven hun functie voor kinderen behouden. Galileistraat Ten zuiden van de Marconiweg / Swammerdamsingel wonen bijna 165 kinderen. Op de plekken Halleyplein [O 17], Galileistraat / Lange Singelstraat [O 19], Rotterdamsedijk [O 21A] en Marconiplantsoen [O22] zijn speelvoorzieningen voor kinderen aanwezig. Drie plekken delen ze met andere leeftijdsgroepen. Plek [O 22] is een belangrijke plek voor de buurt, maar ook een grote groep jeugd en jongeren uit de wijk Oost speelt hier. De plekken [O 17] en [O19] zullen een betere inrichting voor kinderen krijgen. Plek [O 21A] is een belangrijke speelplek voor circa 20 kinderen aan de zuidzijde van de Rotterdamsedijk en blijft met minimale inrichting gehandhaafd. Plek [O 22] behoeft voor de kinderen geen directe aanpassingen.

Speelplek [O 17]

6.7.5.


‘Op het Newtonplein spelen we veel voetbal.’ rondgang jeugd

6.7.6.

Speelruimte jeugd Speelbuurten voor kinderen lopen veelal anders dan speelbuurten voor de jeugd. Zij mogen vaak al verder van huis om ergens te gaan spelen. Door de structuur van de wijk en de ligging van belangrijke wegen rondom, is de verwachting dat het grootste deel van de jeugdigen de gehele wijk door mogen. Door wegen als de Horvathweg en de Rotterdamsedijk zullen jeugdigen niet snel de wijk uitgaan of -mogen. Tijdens de rondgang zijn er geen duidelijke scheidingen van speelbuurten aangegeven, wel werd gemeld dat op de Lorentzlaan nogal eens hard wordt gereden. In totaal wonen er circa 680 jeugdigen in Oost. Oost Voor de jeugd in de wijk Oost blijven er negen speelplekken over, waarvan ze de meeste delen met kinderen en / of jongeren. Drie van deze plekken bieden een voetbalmogelijkheid, de overige plekken bieden voornamelijk toestellen voor kinderen en jeugd. Om de speelmogelijkheden in de wijk voor de jeugd te vergroten worden op meerdere plekken aanvullingen gedaan. Zo zal op plek Singel [O 32] (opnieuw) een voetbalmogelijkheid worden gerealiseerd. Ook op het van ’t Hoffplein [O 07] zal er een mogelijkheid voor (panna)voetbal worden gerealiseerd. Op het Edisonplein [O 25] worden op het basketbalveld minidoeltjes geplaatst om zo beide spelvormen gelijktijdig mogelijk te maken en een grotere groep tegelijk te laten spelen. Met het oog op een stijgend aantal jeugdigen wordt plek Emmastraat / Blekerijpad [O 35] voor de jeugd aangewezen als speelplek aan de westkant van de wijk. De schoolpleinen [O 01A] en [O 21B] vervullen reeds een rol in het openbare voorzieningenniveau. Gekeken zal worden hoe de mogelijkheden van de pleinen zo goed mogelijk benut kunnen worden. Jongeren in Oost In de wijk Oost wonen circa 735 jongeren. De verwachting is dat dit aantal de komende vijf tot tien jaar zal stijgen tot 900 en mogelijk 950 jongeren.20 De voorgestelde voorzieningen zijn hierop afgestemd.

20



72

What’s Up Buys Ballotsingel

‘Een plek moet voor en door jongeren zijn aangelegd.’ internetpanel

Voetbalmogelijkheid [O 22]


Ontmoetingsvoorzieningen Voor de toekomstige 900 jongeren dienen er circa 60 locaties te zijn om informeel te ontmoeten. Op deze manier is er voor elke 15 jongeren een ontmoetingsplek in de buurt aanwezig. Jongeren kiezen doorgaans zelf de helft van deze plekken. Deze plekken (circa 30) gebruiken ze om af te spreken om ergens heen te gaan of om afscheid te nemen op de hoek van de straat. Van de resterende 30 plekken dienen er op 20 locaties zit- en ontmoetingsaanleidingen aangebracht te worden. Deze What’s Upplekken liggen het dichtst bij hun woonomgeving. De Stay Aroundplekken, waar jongeren langere tijd kunnen verblijven, liggen meer centraal in de wijk. Als laatste zijn er No Problem-plekken die dienst doen als ‘overloop’ wanneer er problemen ontstaan op de What’s Up- of Stay Around-plekken. Een deel van deze locaties bestaat al en een deel dient nog gerealiseerd of aangepast te worden. Voorbeeld van een What’s Up-plekje is aan de Buys Ballotsingel te vinden. Naast dit soort bestaande voorzieningen worden bij de formele plekken (Stay Around) voorzieningen voor ontmoeten aangelegd. Op deze manier wordt het gewenste aantal bereikt. Sportvoorzieningen Voor de naar verwachting circa 900 jongeren die over een aantal jaar in Oost wonen, zijn ook sporten spelvoorzieningen nodig. Gezien de uitgangspunten zullen er op termijn circa negen voorzieningen moeten zijn in de wijk. Belangrijke speel- en ontmoetingsplekken voor alle bewoners in de wijk zijn de pleinen. Op de plekken Van ’t Hoffplein [O 07] en Edisonplein[O 25] zijn reeds voorzieningen voor jongeren aanwezig. Daarnaast wordt op het Halleyplein [O 17] een voorziening voor jongeren aangelegd. Naast een ontmoetingsfunctie bieden deze pleinen spelen sportmogelijkheden. Op de plekken Dr. Zamenhofstraat [O 04], Marconiplantsoen [O 22] en Stationsstraat [O 27] zijn de voetbalmogelijkheden het belangrijkst. In aanvulling hierop wordt plek Singel [O 32] voorzien van een trapveld en zitmogelijkheden. In aanvulling op de bestaande plekken wordt er centraal in de wijk een kleine ontmoetingsplek met een enkel toestel aangelegd [Z 01 (O)] aan de Van Swindenstraat. Naast de mogelijkheden op de bestaande plekken en het zoekgebied zal een gedeelte van de jongeren (mede) gebruik maken van de skatevoorziening aan het Broersvest [O 35A]. In totaal ontstaan zo acht Stay Around-plekken in de wijk, wat ook voor de toekomst voldoende is. Een tot twee No Problem-plekken in de wijk zijn, gezien het jongerenaantal, gewenst. Plek [O 22] kan als No Problem-plek fungeren door zijn ligging en door de aanwezige ruimte. Een tweede plek zal de skateplek [O 35A] zijn die voor ook voor wijk Centrum aangewezen is. Categorie plek What’s Up Stay Around No Problem

Aantal 12 7 1-2


Status Aanwezig 6 plekken aanwezig, 1 zoekgebied Bestaande plekken aangewezen

73

6.8.

Speelruimte in Centrum

6.8.1.

Kinderaantallen Leeftijdsgroep Aantal Kinderen 0-5 jr. 276 Jeugd 6-11 jr. 189 Jongeren 12-18 jr. 236 Het kinderaantal in de wijk Centrum zal naar verwachting op het huidige niveau blijven.21

6.8.2.

Rondgang scholen Door de centrumfunctie (winkelgebied) en het niet aanwezig zijn van scholen in de wijk heeft hier geen rondgang plaatsgevonden. Wel hebben de leerlingen van de dependance van ‘De Singel’ (locatie Singel 5) enkele opmerkingen gemaakt over de wijk. Deze zijn, voor zover mogelijk, meegenomen in het schrijven van de analyse.

6.8.3.

Informele speelruimte Zoals de naam doet vermoeden is de wijk Centrum het centrum van Schiedam. Hierdoor is dit deel erg stedelijk, en bevat het winkel- en uitgaansmogelijkheden die bij een stadscentrum horen. Enerzijds verkleint dit de informele ruimte op het gebied van groen, maar daar tegenover staan de groene ‘parken’ in het centrum en aan de rand ervan. Voorbeelden hiervan zijn het groen in de Lindenhof en het park aan de Tuinlaan aan de zuidkant van de wijk. Kinderen die bij deze plekken in de buurt wonen, zullen hier gebruik van kunnen maken. Voor de jeugd is de afstand minder van belang, waardoor zij ook van verder uit de wijk naar deze groene plekken kunnen om te spelen. In en rondom de wijk is veel water aanwezig. Dit biedt buiten het gebruikelijke vissen om weinig mogelijkheden voor spel. Het water van De Schie, het Noordvest en de Nieuwe Haven komt door de kades voor mogelijke speelwaarde niet in aanmerking. Voor het spelen op straten en pleinen biedt het centrum goede mogelijkheden, doordat een groot deel van de wijk verkeersluw is. Echte winkelstraten als de Hoogstraat en het Broersveld zijn door hun functie minder geschikt om op straat te spelen. Op andere (delen van) straten is spelen juist goed mogelijk doordat er geen tot weinig (auto)verkeer komt. Verder zijn in het centrum de (binnen)pleinen een belangrijke informele speelruimte voor kinderen en jeugd.

Stadserf als speelruimte

‘Op het Stadserf zou best een speelplek kunnen, ruimte zat!’ rondgang jeugd

6.8.4.

Speelruimte kinderen Binnen de wijk ontstaat een verdeling in speelbuurten voornamelijk door het aanwezige water. Deze barrières zijn door kinderen en een gedeelte van de jeugd niet zelfstandig te overbruggen. Daarnaast is het aantal bruggen over het water beperkt waardoor de te overbruggen afstanden voor kinderen te groot worden. Andere barrières zijn de G. Verboonstraat en het Broersvest. De vier te onderscheiden speelbuurten voor kinderen zijn: √ Noordvest; √ Centrum; √ Westvest; √ Lange Nieuwstraat. Aan de hand van deze buurten volgt een beschrijving van de formele speelvoorzieningen voor kinderen.

21



74

Noordvest Op het ‘eiland’ tussen Noordvest en De Schie / Korte Haven wonen circa 95 kinderen. Aan de oostkant van de buurt is speelplek Palmboomstraat [O 38] ingericht voor kinderen en jeugd. Deze plek heeft een functie voor ruim 35 kinderen en behoeft geen aanpassingen. Voor een groep van ruim 30 kinderen zal er in de omgeving van de Raam een nieuwe plek [Z 01 (C)] aangelegd worden. Op deze manier wordt er met de beschikbare ruimte voldoende speelmogelijkheid geboden aan de kinderen. Centrum In het stadscentrum dat omgeven is door De Schie en het Broersvest wonen ruim 120 kinderen. Voor het spelen kunnen zij terecht op de speelplekken Lindenhof 23 [O 34A], Willemshofje 6 [O 34B], Leliendaal [O 34C], Gedempte Baansloot / Grofbaan [O 36], Lange Achterweg [O 36A] en Herenstraat [O 37]. Alle plekken bieden voorzieningen voor kinderen. Op drie plekken zijn tevens voorzieningen voor de jeugd en een met een trapveld waar jongeren mede gebruik van kunnen maken. Voor de beste spreiding van speelplekken worden de plekken [O 34A], [O 36] en [O 37] als blijvende speelplek aangewezen. Deze plekken bieden elk speelruimte aan circa 30 kinderen. De voorzieningen op de plekken [O 34B], [O 34C] en [O 36A] worden secundair, gezien ligging, ruimte en aanbod. Hiervoor in de plaats zullen er aanvullende voorzieningen worden aangebracht op plek [O 34A]. Plek [O 37] wordt specifiek voor kinderen aangewezen en plek [O 36] behoeft geen verdere aanpassingen. Gezien de spreiding van kinderen en speelplekken bieden drie goed ingerichte plekken in de buurt voldoende mogelijkheden om te spelen. Westvest Op het ‘eiland’ tussen De Schie en de Nieuwe Haven wonen verspreid circa 30 kinderen. Voor deze groep kinderen is er geen formele speelplek aanwezig. Gezien de grote spreiding van de kinderen en de mogelijkheden van de informele ruimte is het niet noodzakelijk hier een speelplek aan te leggen. Lange Nieuwstraat Aan de zuidkant van de wijk rondom de Lange Nieuwstraat wonen ruim 35 kinderen. In het park tussen Tuinlaan en Lange Nieuwstraat is plek Lange Nieuwstraat [Zuid 34] ingericht voor kinderen en jeugd. Naast een functie voor de kinderen in de buurt heeft de plek ook een functie voor andere gebruikers van het park die uit de wijk komen. De plek behoeft geen aanpassingen.

Speelplek [O 38]

Plek [O 36]

Speelplek [Zuid 34]

‘De omgeving van de Koemarkt is zeer druk, oversteken is vaak onveilig.’

6.8.5.

rondgang jeugd

Voetbalmogelijkheid plek [O 36]

Speelruimte jeugd Waar voor de kinderen het water de speelbuurten indeelt, zal dit voor de jeugd in mindere mate van toepassing zijn. Zij mogen vaak al verder van huis om ergens te gaan spelen. Naar verwachting zal een groot deel van de jeugdigen de gehele wijk door mogen. Er worden dan ook geen speelbuurten aangegeven. In totaal wonen er circa 190 jeugdigen in Centrum. Centrum Voor de jeugdigen in de wijk blijven er vier speelplekken over om (mede) gebruik van te maken. Op plek Broersvest [O 35A] is een skatebaan voor jeugd en jongeren aanwezig. Plek Gedempte Baansloot / Grofbaan [O 36] biedt toestellen voor kinderen en jeugd en een voetbalmogelijkheid voor jeugd en jongeren. Op de plekken Palmboomstraat [O 38] en Lange Nieuwstraat [Zuid 34] zijn toestellen voor kinderen en jeugd aanwezig. Gezien het aantal jeugdigen zijn dit voldoende speelplekken. Op plek [O 38] zal een voetbalmogelijkheid worden gecreëerd door het plaatsen van minidoeltjes. De overige plekken bieden voldoende uitdaging voor de jeugdigen in de wijk. OBB Ingenieursbureau 772.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 4-4-08

75

6.8.6.

‘Een goed trapveld ontbreekt in de wijk’ internetpanel


Jongeren in Centrum Circa 235 jongeren wonen in wijk Centrum. De verwachting is dat dit aantal de komende vijf tot tien jaar zal stijgen naar mogelijk 300 jongeren.22 De voorgestelde voorzieningen zijn hierop afgestemd. Ontmoetingsvoorzieningen Circa 20 locaties voor informeel ontmoeten zijn nodig voor de toekomstige 300 jongeren, zodat er voor elke 15 jongeren een ontmoetingsplek in de buurt aanwezig is. De helft van deze plekken (circa 10) zullen de jongeren zelf kiezen. Deze gebruiken ze om af te spreken om ergens heen te gaan of om afscheid te nemen op de hoek van de straat. Van de resterende 10 plekken dienen er op 6 locaties zit- en ontmoetingsaanleidingen aangebracht te worden. Deze What’s Up-plekken liggen het dichtst bij hun woonomgeving. De Stay Around-plekken, waar jongeren langere tijd kunnen verblijven liggen meer centraal in de wijk. Als laatste zijn er de No Problem-plekken die dienst doen als ‘overloop’ wanneer er problemen ontstaan op de What’s Up- of Stay Around-plekken. Naast bestaande voorzieningen worden bij de formele plekken (Stay Around) voorzieningen voor ontmoeten aangelegd. Op deze manier wordt het gewenste aantal bereikt. Sportvoorzieningen Voor de toekomstige 300 jongeren zijn ook sporten spelvoorzieningen nodig. Gezien de uitgangspunten zullen er op termijn circa drie voorzieningen moeten zijn in de wijk. De huidige voorziening op plek Gedempte Baansloot / Grofbaan [O 36] is een voetbalmogelijkheid die ze delen met de jeugd. Plek Broersvest [O 35A] is een skatevoorziening die voor meerdere wijken een functie heeft. In aanvulling op deze voorzieningen zal er in het park tussen Tuinlaan en Lange Nieuwstraat een nieuwe plek [Z 02(C)] voor jongeren gerealiseerd worden. Op deze manier zijn er drie Stay Around-plekken in de wijk aanwezig, wat ook voor de toekomst voldoende is. Een echte No Problem-plek is, gezien het aantal jongeren, niet noodzakelijk, maar plek [O 35A] zal voor dit doel gebruikt kunnen worden. Categorie plek What’s Up Stay Around No Problem

Aantal 7 3 0

Status Aanwezig 2 plekken aanwezig, 1 zoekgebied Niet noodzakelijk

6.9.

Speelruimte in West

6.9.1.

Kinderaantallen Leeftijdsgroep Aantal Kinderen 0-5 jr. 778 Jeugd 6-11 jr. 792 Jongeren 12-18 jr. 960 Het kinderaantal in de wijk West zal naar verwachting nog enkele jaren licht blijven dalen.23 Er zijn de komende jaren nog geen grote (her)inrichtingsplannen te verwachten. Het kinderaantal zal zich stabiliseren op een lager niveau dan het huidige.

22 23

Verwachting op basis van Bevolkingsprognose 2004-2014 O&S Schiedam. Verwachting op basis van Bevolkingsprognose 2004-2014 O&S Schiedam.


76

6.9.2.

Rondgang scholen In de wijk is de hulp ingeroepen van basisscholen ‘De Kring’, ‘Annie M.G. Schmidt’ en ‘Sint Jozef’ voor een rondgang door de buurt. Aan de westkant van de wijk is rondgelopen met kinderen van ‘De Kring’, het oostelijk deel is bezocht met kinderen van de ‘Annie M.G. Schmidt’ en in het zuidelijke deel heeft de rondgang met kinderen van ‘Sint Jozef’ plaatsgehad. Van de wijk zijn een groot aantal buurtplattegronden ingevuld.

6.9.3.

Informele speelruimte Informele groene ruimte is in de wijk op een aantal plekken in ruime mate aanwezig. Aan de noordkant van de wijk ligt park Nieuwland aan de Vlaardingerdijk en aan de zuidkant het Julianapark en het Volkspark. Door hun ligging aan de rand van de wijk bieden deze parken voor kinderen een beperkte speelruimte. De jeugd maakt echter wel met enige regelmaat gebruik van het groen in en rond de wijk. Jeugd van de ‘Sint Jozef’ gaf dit tijdens de rondgang aan bij het Julianapark en het groen rond de Stadhouderslaan. Jeugd van ‘De Kring’ gaf aan ook wel eens te spelen in park Nieuwland. De straten, en in het bijzonder de aanwezige trottoirs en pleinen zijn voor de kinderen de belangrijkste informele ruimte. Het gedeelte van de wijk ten noorden van de Burgemeester Knappertlaan is het meest stedelijke deel van de wijk. Hier zijn de kinderen en jeugdigen aangewezen op de openbare ruimte. In het zuidelijke deel van de wijk zijn de privétuinen nog een mogelijkheid voor kinderen om informeel te spelen. Als onveilige straat is tijdens de rondgang enkel de Burgemeester Knappertlaan aangewezen door de jeugdigen.

6.9.4.

Speelruimte kinderen Een straat als de Burgemeester Knappertaan is voor kinderen niet zelfstandig over te steken en dus een scheiding van speelbuurten. Andere straten die waarschijnlijk een scheiding van speelbuurten vormen, zijn de Aleidastraat, Rembrandtlaan, Willem de Zwijgerlaan en de Westfrankelandstraat. Hierdoor zijn zeven speelbuurten te onderscheiden voor kinderen: √ Frans Halsplein; √ Vondellaan; √ Fabriplein; √ Liduinastraat; √ Julianalaan; √ Stadhouderslaan; √ Prins Mauritsstraat. Aan de hand van deze buurten volgt een beschrijving van de formele speelvoorzieningen voor kinderen. Frans Halsplein Tussen Burg. Knappertlaan, Rembrandtlaan en Vlaardingerdijk wonen ruim 140 kinderen. Op de speelplekken van Ostadelaan 41 [West 06], van Ostadelaan 18 [West 06B], P de Hoogstraat 18 [West 07], van Dijckstraat 10 [West 08C] en Frans Halsplein [West 09] zijn voorzieningen voor kinderen aanwezig. Hierbij wordt plek [West 09] gedeeld met jeugdigen en jongeren, tevens vindt medegebruik van het plein plaats door de school. Het Frans Halsplein is tevens de belangrijkste en meest volledige speelruimte in de buurt. Om een betere spreiding van voorzieningen in de wijk te krijgen worden de plekken [West 06], [West 06B] en [West 07] als secundair aangewezen. Plek [West 08C] wordt verbeterd. In aanvulling op de plekken, en ter vervangen van de secundaire plekken dienen er twee plekken voor kinderen bij te komen.

Julianapark

‘De BK-laan is gevaarlijk.’ rondgang jeugd

Stadhouderslaan

Speelplek [West 09]


77

Speelplek [West 20]

Speelplek [West 23]

Speelplek [West 25]

De eerste plek [Z 01(West)] dient in de Paulus Potterstraat te worden aangelegd. Een tweede plek [Z 02(West)] dient aan de J. Israelsstraat te worden aangelegd, zodat er verspreid door de wijk voorzieningen zijn. Vondellaan Ten noorden van de Burg. Knappertlaan, tussen Rembrandtlaan en Aleidastraat wonen ruim 165 kinderen. Formele speelvoorzieningen zijn voor kinderen op de plekken Nicolaas Beetsstraat 36 [West 13B], F. van Bourgondiërstraat 37 [West 14], Tollensstraat 25 [West 15], Westfrankelandsestraat 103 [West 16] en Aleidastraat 62 [West 20] aanwezig. Deze plekken zijn geconcentreerd aan de noord-west kant van de buurt. Het aantal plekken blijft gelijk, alleen dient er een herverdeling plaats te vinden binnen de buurt om het aanbod voor alle kinderen gelijk te laten zijn. De plekken [West 14], [West 15] en [West 16] worden als secundair aangewezen en worden als zoekgebied op een andere locatie in de buurt teruggeplaatst. Plek [West 13B] en de meest ruime plek van de buurt [West 20] worden verbeterd. De drie zoekgebieden dienen in de omgeving van de Potgieterstraat [Z 03 (West)], de Graaf Florisstraat [Z 04 (West)] en [Z 05 (West)] te worden aangelegd. Fabriplein In de omgeving van het Fabriplein, tussen Westfrankelandsestraat en Vlaardingerdijk wonen bijna 115 kinderen. Op de twee speelplekken Fabriplein [West 22] en Vriendschapsplein [West 23] vinden zij formele speelmogelijkheden. Een deel van de kinderen zal mede gebruik maken van plek Fabristraat / Westfrankelandsestraat [West 24] aan de zuidzijde van de Westfrankelandsestraat. De plekken [West 22] en [West 23] bieden aan ruim 85 kinderen een speelmogelijkheid. De inrichting zal hierop worden aangepast. Circa 15 kinderen uit de buurt zullen gebruik maken van plek [West 24]. Aanvullende voorzieningen in de wijk zijn, met de uitbreiding van speelmogelijkheden op de huidige plekken, niet noodzakelijk. Liduinastraat Tussen de Westfrankelandsestraat en de Burg. Knappertlaan wonen circa 120 kinderen die op de plekken A. Muijsstraat [West 19], Veenlantstraat 8 [West 19B], Fabristraat / Westfrankelandsestraat [West 24] en van Smaleveltstraat [West 25] terecht kunnen voor een formele speelplek. De inrichting van de speelplekken zal verbeterd worden om elk circa 30 kinderen van een formele speelplek te voorzien. Verdere aanvullingen zijn voor de kinderen niet noodzakelijk. Julianalaan Ten zuiden van de Burg. Knappertlaan en ten westen van het Julianapark wonen circa 60 kinderen. Voor formeel spel kunnen zij terecht op de plekken Julianalaan 88 [West 06D], Julianapark [West 18] en Julianalaan [West 30]. Doordat de kinderen verspreid in de buurt wonen, wordt bij geen van de plekken het uitgangspunt dat er cira 20 kinderen moeten wonen gehaald. De plekken [West 06D] en [West 30] worden de centrale speelvoorzieningen voor dit deel van de wijk. Plek [West 18] wordt, gezien de beperkte functie voor het openbare voorzieningenniveau, als secundair aangewezen.


78

Ruimte voor plek [Z 06 (West)]

6.9.5.


‘Het Frans Halsplein is goed door de voetbalmogelijkheid, en dicht bij school.’ rondgang jeugd

Stadhouderslaan Tussen de Willem de Zwijgerlaan en de Burg. Knappertlaan wonen circa 70 kinderen. Aan de rand van de buurt kunnen de kinderen terecht op plek Pr. Bernhardlaan [West 29] in het Volkspark. Deze plek is voor kinderen niet zelfstandig te bereiken. In aanvulling op de bestaande voorziening wordt er centraal in de buurt een plek voor kinderen aangelegd. Een mogelijke locatie is aan de Nassaulaan [Z 06 (West)] te vinden. Zowel de nieuwe als de bestaande plek zullen voldoende aantrekkingskracht hebben, waardoor kinderen onder begeleiding hier naartoe zullen gaan om te spelen. Prins Mauritsstraat In het deel van de wijk ten zuiden van de Willem de Zwijgerlaan / Schoolstraat wonen circa 60 kinderen. Om te spelen kunnen zij terecht op de plekken Nassaulaan 12 [West 26A], Prins Frederik Hendrikstraat [West 27] en A. van Solmsstraat 33 [West 28]. Ruim 35 kinderen in de buurt kunnen gebruik maken van plek [West 27], die het meest uitgebreid is van de drie plekken in de buurt. Gezien de beperkte inrichting en de beperkte speelfunctie wordt plek [West 26A] als secundair aangewezen. Op plek [West 28] zal een kleine uitbreiding van speelfuncties plaatsvinden. Op deze manier wordt er voldoende speelmogelijkheid geboden aan de kinderen in dit deel van de wijk. Speelruimte jeugd Speelbuurten voor de jeugd lopen veelal anders dan de reeds genoemde speelbuurten voor kinderen. Vaak mogen de jeugdigen al wat verder de wijk in en gaan ze ook eerder zelf op avontuur. De verwachting is dat binnen West de Burg. Knappertlaan voor een duidelijke scheiding van speelbuurten voor de jeugd zorgt. Deze weg werd tijdens de rondgang als soms gevaarlijk aangeduid. De twee te onderscheiden speelbuurten voor de jeugd zijn: √ West Noord; √ West Zuid. In totaal wonen er circa 790 jeugdigen in West. West Noord In het noordelijke deel van de wijk woont naar verwachting driekwart van de jeugdigen. De meeste voorzieningen zullen dan ook in dit deel van de wijk aanwezig moeten zijn. Voor de jeugd zijn vijf plekken in de wijk aanwezig. Plekken Frans Halsplein [West 09], Aleidastraat 62 [West 20], Fabriplein [West 22], Vriendschapsplein [West 23] en van Smaleveltstraat [West 25]. Op een plek is er een voetbalmogelijkheid en zijn er toestellen voor alle leeftijden. De overige plekken hebben toestellen die ze delen met de kinderen. Daarnaast zal een gedeelte van de jeugd mede gebruik maken van de voetbal- en skatemogelijkheden van plek Park Nieuwland [N 77] en het TOS-eiland [N 77A] als dit geopend is. Door de bestaande plekken goed in te richten wordt voldoende speelmogelijkheid aan de jeugdigen in dit deel van de wijk geboden. Om een betere spreiding van (voet)balmogelijkheden in de wijk te krijgen, worden hier op de plekken [West 22] en [West 25] voorzieningen voor aangebracht.

Skatevoorziening [N 77]


79

‘De plek in het Sterrebos (Volkspark) is onveilig, wel goed voetbalveld.’ rondgang jeugd

West Zuid Voor de jeugd ten zuiden van de Burg. Knappertlaan zijn er op twee plekken voorzieningen aanwezig. Plekken Pr. Bernhardlaan [West 29] en Julianalaan [West 30] bieden beide een toestelplek die de jeugd deelt met kinderen. Daarnaast is op plek [West 29] een voetbalveld en op plek [West 30] een basketbalveld aanwezig die gedeeld wordt met jongeren. Tijdens de rondgang werd met name plek [West 29] aangemerkt als een ‘beetje afgelegen’ en ‘niet altijd veilig’. In aanvulling op de aanwezige speelplekken zal er in de omgeving van de Warande een nieuwe plek voor de jeugd gerealiseerd worden, indien mogelijk met voetbalmogelijkheid. Een mogelijke locatie voor deze nieuwe plek [Z 07 (West)]24 is Over de Veste. Voor de jeugd zou het schoolplein [West 26] als toestelplek kunnen dienen, in combinatie met het zoekgebied [Z 07 (West)].

6.9.6.

What’s Up Julianapark

‘Jongeren hebben behoefte aan een hangplek’ internetpanel

Basketbalveld [West 30]

Jongeren in West In de wijk West wonen circa 960 jongeren. De verwachting is dat dit aantal de komende vijf tot tien jaar zal dalen tot circa 900 jongeren.25 De voorgestelde voorzieningen zijn hierop afgestemd. Ontmoetingsvoorzieningen Voor de toekomstige 900 jongeren dienen er circa 60 locaties te zijn om informeel te ontmoeten. Op deze manier is er voor elke 15 jongeren een ontmoetingsplek in hun buurt aanwezig. De helft van deze plekken (circa 30) kiezen de jongeren zelf en gebruiken ze om af te spreken om ergens heen te gaan of om afscheid te nemen op de hoek van de straat. Op circa 20 van de resterende 30 plekken dienen zit- en ontmoetingsaanleidingen aangebracht te zijn. Deze What’s Up-plekken liggen het dichtst bij hun woonomgeving. De Stay Around-plekken, waar jongeren langere tijd kunnen verblijven liggen meer centraal in de wijk. Als laatste zijn er de No Problem-plekken die dienst doen als ‘overloop’ wanneer er problemen ontstaan op de What’s Up- of Stay Around-plekken. Een deel van deze locaties bestaat al en een deel dient nog gerealiseerd of aangepast te worden. Een voorbeeld van een What’s Upplek is de ‘Emmabank’ in het Julianapark. Naast dit soort bestaande voorzieningen worden bij de formele plekken (Stay Around) voorzieningen voor ontmoeten aangelegd. Op deze manier wordt het gewenste aantal bereikt. Sportvoorzieningen Voor de circa 900 jongeren die over een aantal jaar in West wonen, zijn ook sporten spelvoorzieningen nodig. Gezien de uitgangspunten zullen er op termijn circa negen voorzieningen moeten zijn in de wijk. Van de huidige speelplekken bieden de plekken Frans Halsplein [West 09], Pr. Bernhardlaan [West 29] en Julianalaan [West 30] voorzieningen voor jongeren. Deze drie plekken delen ze met kinderen en jeugd. Op twee plekken is een verhard veld aanwezig met baskets of voetbaldoelen. Op de derde plek is er een onverhard trapveld aanwezig. Een deel van de jongeren zal mede gebruik maken van de voetbal- en skatevoorziening in Park Nieuwland [N 77]. Naast de functie voor kinderen en jeugd wordt plek Fabriplein [West 22] mede voor jongeren aangewezen.

Maakt onderdeel uit van wijkplan Zuid. Het is een andere dan waar in de analyse van wordt uitgegaan. 25 Verwachting op basis van Bevolkingsprognose 2004-2014 O&S Schiedam. 24


80

Tevens zal plek Aleidastraat 62 [West 20] een kleine functie (What’s Up) voor jongeren gaan vervullen. Naast deze voorzieningen zal er een formele jongerenplek in het Julianapark aangelegd worden [Z 08 (West)] waar de nadruk op ontmoeten ligt. In totaal ontstaan op deze manier zeven locaties met voorzieningen voor jongeren in de wijk die voornamelijk als Stay Around-locatie dienst doen. Gezien het aantal jongeren is een tot twee No Problemplekken gewenst. Hiervoor kunnen de plekken [N 77] en [West 30] dienst doen. Park Nieuwland [N 77]


Aantal Status 12 Aanwezig 6 3 plekken aanwezig, 2 aangewezen, 1 zoekgebied 1-2 Bestaande plekken aangewezen

Gezien het aantal jongeren zouden er meer plekken aanwezig moeten zijn, maar door de huidige verdeling van voorzieningen over de wijk wordt er voldoende geboden.

6.10.

Speelruimte in Zuid

6.10.1.

Kinderaantallen Leeftijdsgroep Aantal Kinderen 0-5 jr. 345 Jeugd 6-11 jr. 369 Jongeren 12-18 jr. 478 In de wijk Zuid is het kinderaantal aan het dalen. Naar verwachting zal dit nog enkele jaren zo blijven.26 Bij eventuele (her)inrichting van de wijk bestaat de kans dat er een stijging plaatsvindt in het kinderaantal. Als dat niet gebeurt, zal het aantal zich onder het huidige niveau stabiliseren.

6.10.2.

Rondgang scholen In de wijk is de hulp ingeroepen van basisscholen ‘De Gorzen’ en ‘Sint Willibrordus’ voor een rondgang door de buurt. De noorden oostkant van de wijk is bezocht met ‘De Gorzen’, de zuiden westkant van de wijk is bezocht met leerlingen van ‘Sint Willibrordus’. Van de wijk zijn door beide scholen meerdere buurtplattegronden ingevuld.

6.10.3.

Informele speelruimte Grote groene informele ruimte is in de wijk aan de zuidkant van de wijk aanwezig in de vorm van Park Maasboulevard. Door de ligging aan de rand van de wijk biedt het park voor kinderen beperkte speelruimte. Zij zullen hier mogelijk wel komen om met hun ouders een bezoek te brengen aan de kinderboerderij. Tijdens de rondgang is niet duidelijk geworden of de jeugd vaak gebruik maakt van het park. In de wijk zelf is het aandeel groen beperkt tot veelal siergroen, er is dan ook weinig gras waar de jeugd een balletje kan trappen. Op straat spelen is in Zuid in beperkte mate mogelijk. Doordat veel straten smal zijn, staan ze snel vol met auto’s. Kinderen en jeugdigen worden gehinderd in hun spel. De meeste straten zijn echter wel voorzien van trottoirs, waardoor kinderen een gedeelte van de informele ruimte wordt geboden. Waar het aantal auto’s het toestaat zal de jeugd vooral op straat spelen. Verder zijn er binnen bouwblokken veel ‘pleintjes’ of plekken te vinden waar gespeeld kan worden. Op meerdere plekken zijn deze locaties ingericht als speelplek.

‘Hier in de wijk kun je eigenlijk nergens voetballen!’ rondgang jeugd

Struingroen in de wijk

26



81

6.10.4.

Speelplek [Zuid 01]

Speelplek [Zuid 24A]

Speelplek [Zuid 14]

Speelplek [Zuid 09]

Speelruimte kinderen Voor de kinderen in Zuid ontstaan er speelbuurten doordat enkele straten waarschijnlijk niet zelfstandig mogen worden overgestoken. Verwacht wordt dat dit de Groenelaan en de Nieuwe Maasstraat zijn, die beide een belangrijke verkeersfunctie hebben voor de wijk. Verder zijn de Havendijk en de Hoofdstraat belangrijke wijkontsluitingen die voor kinderen niet zelfstandig zijn over te steken. Deze hebben echter een beperkte invloed op de speelbuurten, doordat zij meer rond de wijk lopen. Er zijn drie speelbuurten te onderscheiden voor kinderen: √ Dwarsstraat; √ Maasdamsestraat; √ Havendijk. Aan de hand van deze buurten volgt een beschrijving van de formele speelvoorzieningen voor kinderen. Dwarsstraat Ten noorden van de Groenelaan wonen circa 120 kinderen. Voor deze groep kinderen zijn er op 10 locaties voorzieningen voor spelen aanwezig. Hierbij gaat het om de plekken Wilhelminaplein [Zuid 20], Steenstraat 2 [Zuid 22A], Grevelingenplein [Zuid 23], Minckelerspad [Zuid 23A], Visserstraat 33 [Zuid 24A], Zalmstraat 22 [Zuid 26], Visserstraat 8 [Zuid 28], Maasstraat 14 [Zuid 29], Haringvlietstraat / Hargastraat [Zuid 32] en Spuistraat [Zuid 33]. Gezien de uitgangspunten volstaan vier tot acht speelplekken in de wijk. De helft van de huidige plekken is zeer minimaal ingericht en biedt geen mogelijkheden om uitgebreid te worden. De plekken [Zuid 22A], [Zuid 23A], [Zuid 26], [Zuid 28] en [Zuid 29] worden om die reden als secundair aangewezen. De overgebleven plekken krijgen een verbeterde inrichting om in de speelbehoefte van de kinderen te voorzien. Zij worden specifiek voor deze doelgroep aangewezen, waarbij plek [Zuid 33] tevens een functie voor de jeugd behoudt. Maasdamsestraat Tussen Groenelaan en Nieuwe Maasstraat / Lekstraat wonen bijna 125 kinderen. Zij kunnen terecht op de plekken Oppiplein / Den Bommelsestraat [Zuid 03], Opzomerplein / Ridderkerksestraat [Zuid 03A], Rozenburgerplein [Zuid 14], Goereesestraat 9 [Zuid 15], Rozenburgsestraat 24 [Zuid 16A], Ouddorpsestraat 21 [Zuid 17], Puttershoeksestraat 48 [Zuid 17A], Strijensestraat 42 [Zuid 18], Maasdamsestraat 12 [Zuid 18A] en Pendrechtsestraat 3 [Zuid 19] wat in totaal 10 locaties zijn. In verhouding met de uitgangspunten zouden vier tot acht plekken voldoende zijn voor dit deel van de wijk. Gezien de inrichting en het ontbreken van mogelijkheden tot uitbreiding van de plek worden [Zuid 15], [Zuid 17], [Zuid 17A] en [Zuid 18] als secundair aangewezen. De plekken [Zuid 03A], [Zuid 16A] en [Zuid 18A] worden verbeterd voor gebruik door kinderen. Samen met de jeugd zullen ze gebruik maken van de plekken [Zuid 14] en [Zuid 19]. Havendijk Voor de circa 100 kinderen ten zuiden van de Nieuwe Maasstraat / Lekstraat zijn er 10 speelplekken ingericht. Dit zijn de plekken Jachthavenlaan [Zuid 01], Achterzijde H. Hartkerk / Merwedestraat [Zuid 02A], Nieuwe Maasstraat 134 [Zuid 06], Abbenbroeksestraat 29 [Zuid 07], Oude Maasstraat 10 [Zuid 09], Geervlietstraat / Havendijk [Zuid 10], Zwartewaalsestraat 16 [Zuid 11A], Zwartewaalsestraat 12 [Zuid 11B], Nieuwe Maasstraat 6 [Zuid 12] en Nieuwe Maasstraat 13 [Zuid 13]. Gezien de uitgangspunten zijn drie tot zeven speelplekken voldoende voor dit deel van de wijk. Plek [Zuid 01] heeft in het Park Maasboulevard een functie voor de gehele wijk en blijft gehandhaafd. OBB Ingenieursbureau 772.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 4-4-08

82

De plekken [Zuid 06], [Zuid 11A], [Zuid 11B], [Zuid 12] en [Zuid 13] worden gezien hun inrichting en functie als secundair aangewezen. Aanvullingen vinden plaats op de plekken [Zuid 02A], [Zuid 07], [Zuid 09] en [Zuid 10], zodat deze meer voor kinderen te bieden hebben. 6.10.5.


‘Als er achter de kerk een voetbalveldje is, kom ik er ook vaker spelen, nu niet’ rondgang jeugd

6.10.6.

What’s Up Poortugaalsestraat


Speelruimte jeugd Speelbuurten voor de jeugd lopen veelal anders dan reeds benoemde speelbuurten voor kinderen. Jeugdigen mogen vaak al wat verder de wijk in. Voor de jeugd is de verwachting dat zij de gehele wijk Zuid door mogen om te spelen. Tijdens de rondgangen zijn ook geen duidelijke speelgrenzen aangegeven door de jeugd. In totaal wonen er circa 370 jeugdigen in Zuid. Zuid Voor de jeugd in de wijk Zuid zijn er vijf formele speelplekken aanwezig waar de jeugd terecht kan om te spelen. Op de plekken Jachthavenlaan [Zuid 01], Oude Maasstraat 10 [Zuid 09], Pendrechtsestraat 3 [Zuid 19], Zalmstraat / Visserstraat [Zuid 24] en Spuistraat [Zuid 33] zijn reeds voorzieningen aanwezig en deze blijven voor jeugd behouden. Op twee plekken is er een voetbalvoorziening aanwezig, een grasveld op plek [Zuid 01] en een verhard veld op plek [Zuid 24]. In aanvulling op de bestaande voorzieningen worden de plekken Achterzijde H. Hartkerk/ Merwedestraat [Zuid 02A] en Rozenburgerplein [Zuid 14] meer geschikt gemaakt voor medegebruik door de jeugd. Op beide plekken zal gekeken worden in hoeverre kan worden voorzien in de vraag naar meer voetbalmogelijkheden. Het schoolplein van ‘De Gorzen’ [Zuid 22] kan mogelijk een aanvulling gaan vormen op het openbare voorzieningenniveau. Met name door de aanwezige ruimte en het groen rondom de school is het een geschikte plek voor de jeugd. De aanpassingen aan de voorzieningen bieden bij elkaar voldoende speelmogelijkheden voor de jeugd in Zuid. Jongeren in Zuid In Zuid wonen circa 480 jongeren. De verwachting is dat dit aantal de komende vijf tot tien jaar zal dalen tot ruim 400 jongeren.27 De voorgestelde voorzieningen zijn hierop afgestemd. Ontmoetingsvoorzieningen Om voor elke 15 van de toekomstige 400 jongeren een locatie voor informeel ontmoeten aanwezig te laten zijn, dienen er circa 26 locaties in de wijk aanwezig te zijn. Voor de helft van deze plekken (circa 13) is geen inrichting vereist, aangezien deze door de jongeren zelf worden gekozen. Dit zijn bestaande plekken die zij gebruiken om af te spreken om ergens heen te gaan of om afscheid te nemen op de hoek van de straat. Op circa 8 van de resterende 13 plekken dienen zit- en ontmoetingsaanleidingen aangebracht teworden. Deze What’s Up-plekken liggen het dichtst bij hun woonomgeving. De Stay Around-plekken, waar jongeren langere tijd kunnen verblijven liggen meer centraal in de wijk. Als laatste zijn er de No Problem-plekken die dienst doen als ‘overloop’ wanneer er problemen ontstaan op de What’s Up- of Stay Around-plekken. Een deel van deze locaties bestaat al en een deel dient nog gerealiseerd of aangepast te worden. Een voorbeeld van een What’s Upplek zijn de bankjes in de Poortugaalsestraat. Naast dit soort bestaande voorzieningen worden bij de formele plekken (Stay Around) voorzieningen voor ontmoeten aangelegd. Op deze manier wordt het gewenste aantal bereikt.

27



83

Voetbalveld [Zuid 24]

Sportvoorzieningen De toekomstige 400 jongeren in Zuid zijn ook sporten spelvoorzieningen nodig. Gezien de uitgangspunten betekent dit dat er vier sporten ontmoetingsvoorzieningen in de wijk aanwezig moeten zijn. Van de huidige speelplekken in de wijk bieden twee plekken voorzieningen voor jongeren. Op plek Jachthavenlaan [Zuid 01] kunnen de jongeren mede gebruik maken van het gras trapveld. Plek Zalmstraat / Visserstraat [Zuid 24] biedt een verhard voetbal- / sportveld dat is voorzien van een kooi. Beide locaties delen ze met de jeugd. Voor de jongeren in Zuid is het dus gewenst twee locaties te realiseren in aanvulling op de huidige voorzieningen. Als eerste wordt er een voorziening op plek Rozenburgerplein [Zuid 14] gerealiseerd die mede gebruikt kan worden door de jeugd. Om de jongeren hun eigen plek te geven wordt aan de Havendijk een ontmoetingsplek voor jongeren aangelegd [Z 01 (Zuid)]. Doordat de bestaande voorzieningen veelal gedeeld worden met andere leeftijdsgroepen wordt er een tweede zoekgebied voor jongeren ingericht aan de Nieuwe Haven [Z 02 (Zuid)]. Door het aanpassen van de huidige voorzieningen en het aanleggen van nieuwe plekken wordt voldoende invulling gegeven aan de wensen van jongeren. Het aanleggen van een No Problem-plek is in het huidige stadium niet noodzakelijk. Bij overlast kunnen jongeren verwezen worden naar plek [Zuid 01]. Categorie plek What’s Up Stay Around No Problem

Aantal 4 4 0-1


Status Aanwezig 3 plekken aanwezig, 2 zoekgebieden Bestaande plek biedt voldoende mogelijkheden

84

7.

REALISATIE STREEFBEELD EN JAARLIJKSE KOSTEN Aan de hand van de normen zoals beschreven in Bijlage II Aantal en kosten speeltoestellen en de beschreven maatregelen uit Bijlage V Speelplekken en maatregelen worden in dit hoofdstuk de eenmalige en de structurele kosten weergegeven. De genoemde bedragen zijn exclusief btw.

7.1.

Realiseren streefbeeld

7.1.1.

Verbeteren informele ruimte In hoofdstuk 6 van dit speelruimteplan is een analyse gegeven van de speelruimte zoals die nu in Schiedam aanwezig is. Daarbij is het voorgestelde beleid toegepast op de situatie in de wijken. Er zijn per wijk voorstellen gedaan waarmee zowel de informele als de formele speelruimte verbeterd kunnen worden. De kosten hiervoor zijn geraamd en weergegeven in Tabel 5. De maatregelen voor het verbeteren van de informele speelruimte zijn niet exact te ramen. Het belangrijkste is dat er een omslag in denken komt bij de inrichting en het beheer van de openbare ruimte. Bij ontwikkelingen moet nagedacht worden of en hoe kinderen medegebruik kunnen maken van de inrichting van de openbare ruimte. Veel van de maatregelen die het spelen ten goede komen hoeven geen extra geld te kosten. Het is bijvoorbeeld goed mogelijk om grond die vrijkomt bij bouwwerkzaamheden te gebruiken om de speelwaarde van een speelplek of een plantsoen te verhogen. Ook kunnen bij (her)bestrating van een rustige weg bijvoorbeeld ‘trefbalvakken’ aangelegd worden.

7.1.2.

Speelprikkels Om de informele speelruimte te verbeteren worden speelprikkels toegepast, voor de jonge kinderen en jeugdigen om op te spelen en voor de jeugdigen en jongeren om op te zitten en te ontmoeten. Deze speelprikkels zijn een teken voor de gebruikers dat de ruimte gebruikt mag worden voor spel. Niet alleen bij zoekgebieden, maar ook bij de bestaande speelplekken zijn vaak nog speelprikkels aanwezig. Ze dienen om de bestaande ruimte op en om de speelplek nog aantrekkelijker en uitdagender te maken voor spel. Voor de gemiddelde aanlegprijs van een speelprikkel is uitgegaan van € 250 per stuk.

7.1.3.

Nieuwe en te verbeteren plekken De huidige speelplekken zijn redelijk traditioneel te noemen op het gebied van inrichting. Van de 897 toestellen zijn er circa 200 wipveren, 100 duikelrekken, 80 klimelementen, 75 schommels, 50 glijbanen en 40 wippen. Dit beeld komt overeen met veel gemeenten in Nederland. In het streefbeeld worden nieuwe speelplekken voorgesteld. Bij een nieuw aan te leggen plek wordt uitgegaan van gemiddeld drie tot vier toestellen en evenveel aanleidingen per plek, zoals in Tabel 2 omschreven is. Ook op bestaande locaties wordt van deze drie tot vier toestellen uitgegaan. Staan er veel meer toestellen, dan worden deze secundair en staan er minder of te weinig voor de doelgroep, dan worden er toestellen bijgeplaatst. In wijken waar het kinderaantal per plek hoger is, zullen extra toestellen op een plek geplaatst worden (zie ook Bijlage V Speelplekken en maatregelen).


85

De gemiddelde toestelprijs zonder veiligheidsondergrond bedraagt in Schiedam op dit moment circa € 1.820 . Dit ligt lager dan het landelijk gemiddelde van circa € 2.100. Dit komt door de aanwezigheid van de vele ‘kleine’ toestellen (wipveren/duikelrekken/klimelementen) in de gemeente en het kleine aantal combinatietoestellen (69) dat geplaatst is. Voor het aanbrengen van eventuele valdempende ondergronden wordt uitgegaan van 45% van de totale investering in speeltoestellen. Dit staat ongeveer voor het toepassen van kunstgras en/of rubbertegels. In de nieuwe situatie zijn goedkope toestellen geraamd met een prijs van gemiddeld € 1.270 en dure toestellen met een gemiddelde prijs van € 2.730 ,exclusief de kosten van een valdempende ondergrond. 7.1.4.

Bezuiniging door hergebruik secundaire toestellen Van de huidige toestellen is een aantal toestellen als secundair aangewezen. De reden hiervoor kan zijn dat de speelplek waar ze staan secundair wordt, dat ze op een plek boventallig zijn of dat ze niet geschikt zijn voor de leeftijdscategorie in het streefbeeld. Van deze toestellen is aan de hand van de leeftijd, het type en de staat van onderhoud een inschatting gemaakt of het toestel geschikt is om nog te verplaatsen. Ingeschat is dat 107 van de 214 secundaire toestellen kunnen worden hergebruikt om het streefbeeld te realiseren, waardoor er een besparing ontstaat op de investeringskosten.

7.2.

Eenmalige en bijkomende kosten

De aanpassingen van de speelruimte die worden gedaan in de analyse hebben Tabel 4 als resultaat.

Eenmalige kosten realiseren streefbeeld het verbeteren informele speelruimte: 542 speel- en zitaanleidingen het realiseren van 34 zoekgebieden + verbeteren plekken met 187 nieuwe toestellen de bijkomende kosten veiligheidsondergrond 45% het hergebruik van 107 van de in totaal 214 secundaire toestellen (besparing) subtotaal de bijkomende (her)inrichtingskosten € 445000 waarvan circa 100% ten laste van speelvoorzieningen de kosten voor de uitvoering van de wijkspeelplannen 8% van de eenmalige investeringskosten € 539600 totaal Tabel 7

€ 135.500 € 364.500 € 164.000 € 124.400€ 539.600 € 445.000 € 53.100 € 1.037.700

Kosten realisatie streefbeeld

Een goede valdempende ondergrond is kostbaar, hiervoor wordt in Tabel 7 met 45% van de investeringswaarde van de nieuwe toestellen gerekend. Dit percentage volstaat voor het toepassen van rubbertegels of kunstgras. Valdempende ondergronden zijn onmisbaar voor een veilige speelplek. In paragraaf 7.2.3 is weergegeven hoe de eenmalige investering is verdeeld over de verschillende wijken van Schiedam.


86

7.2.1.

Omvormen van de speelvoorzieningen De raming van de eenmalige kosten gaat uit van het plaatsen van toestellen. Daarnaast zijn er ook nog bijkomende kosten. Deze kosten zijn afhankelijk van de locatie en de plannen voor de plek en zijn grof geraamd. Daarbij kan gedacht worden aan het aanbrengen of aanpassen van groen en bestrating op en rondom een speelplek, het nemen van verkeersmaatregelen, het plaatsen van speelprikkels enzovoort. Daarnaast is per secundaire speelplek een bedrag geraamd om de vrijgekomen speelplek opnieuw (informeel bespeelbaar) in te richten. In veel gevallen bestaat dit alleen uit het opnemen van het toestel en het gras inzaaien of enkele tegels aanbrengen. Er zijn echter ook enkele locaties waar een grotere herinrichting nodig zal zijn. Aangezien deze kosten sterk verschillen per speelplek en afhankelijk zijn van de uitvoeringswijze en het ambitieniveau voor de achterblijvende ruimte betreft dit slechts een grove raming. Deze kosten behoren niet volledig uit het speelvoorzieningenbudget te worden betaald. Het betreft hier namelijk ook inrichtingen en maatregelen die in het kader van verhardingen / wegen en groen zouden moeten vallen. In de berekening is het totaalbedrag meegenomen. Naar inschatting zou maximaal 70-80% van de kosten vanuit het speelvoorzieningenbudget moeten komen. Daarbij moet nog gedacht worden aan koppeling aan lopende projecten en renovaties. Als er in een bepaalde buurt een herinrichting van wegen of groen voorzien is, kan het realiseren van het wijkspeelplan hieraan wellicht gekoppeld worden. Naast de genoemde kosten kunnen er nog overige uitvoeringskosten ontstaan. Denk daarbij aan het opstellen van inrichtingsschetsen, het opstellen van een uitvoeringsplan, het verplaatsen van toestellen en het voorbereiden van het plaatsen van banken en speelprikkels. Voor de raming is uitgegaan van 8% van de kosten van de eenmalige investering. In een wijk als Nieuwland zal nauwe samenwerking met woningcorporatie Woonplus gezocht worden om het omvormen en (her)inrichten van de speelruimte gestalte te geven. Tweederde van de speelplekken in de wijk Nieuwland is in eigendom bij Woonplus.

7.2.2.

Uitvoeringssnelheid en eenmalige investering Opgemerkt moet worden dat de werkelijke eenmalige kosten sterk afhankelijk zijn van hoe snel de voorstellen kunnen worden uitgevoerd, door wie de werkzaamheden worden uitgevoerd, of er ‘werk met werk’ gemaakt kan worden enzovoort. Als alles in de loop der jaren via de reguliere vervanging zou gaan, kost het natuurlijk minder of wordt het uit de lopende budgetten betaald. Als de geraamde investering niet in één keer wordt gedaan, duurt het lang voordat het streefbeeld gerealiseerd is. Hierbij moeten de investeringen in de nieuwe toestellen via het vervangingsbudget worden gerealiseerd. Deze werkwijze heeft tot gevolg dat er achter de feiten (lees de actuele kinderaantallen) aangelopen wordt. Aan de hand van deze ‘sterfhuisconstructie’ kan het voorkomen dat op een oude speelplek een of enkele toestellen nog enkele jaren ‘staan te wachten’ totdat ze via reguliere vervanging elders worden herplaatst. Deze speelplekken zullen dan niet erg aantrekkelijk zijn en uitlokken tot vandalisme. Verder zijn er meer klachten en vragen vanuit bewoners te verwachten, omdat er geen speelplekken zijn in gebieden waar wel jeugd woont en vanwege de slecht uitziende speelplekken. Er zullen vragen komen of deze niet opgeknapt kunnen worden. OBB Ingenieursbureau 772.03 Buitenspelen, ja leuk! © versie d.d. 4-4-08

87

Wijk

In de huidi- In de analyse voorHet aantal De kosten Het In de in het aantal ge situatie gesteld om nieuw te analyse voor de 0 – 18- aanwezig als te streefbeeld nieuwe realiseren28 jarigen vervallen plekken en aangede maatwezen regelen.

Toestellen

Plekken

Toestellen

Aanleidingen

Maatregelen

Plekken

Toestellen

Plekken

Toestellen

Overzicht per buurt In Tabel 5 zijn de eenmalige realisatiekosten per buurt weergegeven.

Plekken

7.2.3.

Spaland/Svea

2.515

19

52

7

20

85

3

2

9

24

63

€ 127.300

Woudhoek

1.500

34

97

0

7

37

0

16

28

18

76

€ 64.400

Groenoord

1.679

28

84

4

22

45

0

9

21

23

85

€ 129.900

722

14

86

2

9

21

0

6

23

10

72

€ 51.700

Nieuwland

3.245

63

258

3

29

89

0

21

74

45

213

€ 189.000

Oost

2.235

24

117

3

25

90

2

2

14

25

128

€ 138.300

701

9

42

2

10

20

0

3

6

8

46

€ 66.600

West

2.530

23

85

9

41

93

0

8

15

24

111

€ 196.700

Zuid

1.192

32

76

3

24

62

0

15

24

20

76

€ 145.200

Kethel

Centrum

Totaal

16.433 246 Tabel 8

Besparing door hergebruik toestellen

€ 124.400-

Uitvoeringkosten

€ 53.100

Afrondingsverschil

€ 100-

897 33 187

542

5

82 214 197 870

€ 1.037.700

Eenmalige kosten realisatie per wijk

7.3.

Vervangingswaarde

7.3.1.

Totaal vervangingswaarde Aan de hand van de inventarisatie en de normen zoals in Bijlage II is weergegeven is de totale vervangingswaarde berekend voor zowel de huidige situatie als het streefbeeld. Met Tabel 6 als resultaat.

Inventaris29 aantal speelplekken aantal speeltoestellen aanschafwaarde toestellen aanschafwaarde ondergronden 45% van toesteltotaal aanschafwaarde totaal Tabel 9

Huidig 246 897

Streefbeeld 197 870

€ 1.963.600 € 883.600 € 2.847.200

€ 2.068.633 € 930.840 € 2.999.472

Inventarisatie en vervangingswaarde

Onder de nieuwe plekken vallen ook schoolpleinen die gezien de analyse een functie voor het openbare voorzieningenniveau kunnen hebben. 29 Let op! In de inventaris huidig en streef worden ook de plekken van Woonplus en SWS meegenomen. De schoolpleinen zijn enkel meegenomen in het streefbeeld als zij bij de analyse in het openbare voorzieningenniveau worden betrokken. 28


88

In deze aanschafwaarde is voor zowel het huidige als het na te streven beeld een stelpost opgenomen voor de veiligheidsondergronden. Deze bedraagt 45% van de vervangingswaarde van de toestellen en is gebaseerd op het toepassen van afwisselend rubbertegels en kunstgras. 7.3.2.

Vervangingswaarde naar eigendom Om duidelijk te maken hoe de verdeling van de huidige vervangingswaarde is naar eigendomssituatie is Tabel 7 opgenomen. Hierin zijn kolommen opgenomen voor gemeente, Woonplus, SWS, Educatie en Siko. In de kolom Schoolplein staat de vervangingswaarde van de schoolpleinen die voor het schrijven van de analyse gebruikt zijn. Deze zijn in Tabel 6 niet meegenomen.

Huidige inventaris aantal speelplekken aantal speeltoestellen

Gemeente 205 713

Woonplus 39 169

SWS 1 15

Schoolplein 6 40

aanschafwaarde toestellen aanschafwaarde ondergronden 45% van toesteltotaal aanschafwaarde totaal

€ 1.615.600

€ 312.200

€ 35.800

€ 73.300

€ 727.000 € 2.342.600

€ 140.500 € 452.800

€ 16.100 € 52.000

€ 33.000 € 106.300

Tabel 10 Inventarisatie en vervangingswaarde naar eigendom

7.4.

Structurele kosten

7.4.1.

Raming structurele kosten Aan de hand van de aanwezige toesteltypen en de geformuleerde onderhoudsbedragen in de normen kan het huidige onderhoudsbudget worden berekend. In het beleidsdeel wordt een onderhoudsniveau van 65% aangegeven (zie ook Bijlage II). Voor het beheer is een ervaringsgetal geformuleerd op basis van reeds opgestelde beleidsplannen. Dit percentage ligt op 3,5%. Binnen dit beheerbudget vallen alle bureauzaken, als gegevensbeheer, werkvoorbereiding, klachtenafhandeling en beleidstechnische werkzaamheden. Het vervangingsbudget is berekend aan de hand van de levensduur en de aanschafwaarde van een toestel. In principe wordt een toestel vervangen nadat de afschrijvingstermijn is verstreken. Het moment van de daadwerkelijke vervanging van een toestel wordt mede bepaald door de staat van het toestel. Wanneer blijkt dat een toestel na de gestelde afschrijvingstermijn nog één of meer jaren veilig kan functioneren, kan de vervanging worden uitgesteld. Indien blijkt dat een toestel voor de gestelde afschrijvingstermijn niet meer veilig is of als de onderhoudskosten te hoog worden, bijvoorbeeld door vandalisme, dan moet de vervanging vervroegd worden uitgevoerd (flexibele vervanging). Hiervoor is een flexibel vervangingsschema noodzakelijk. Er kan van het genoemde budget een fonds worden gevormd waaruit de vervangingen betaald kunnen worden.


89

Structurele kosten

Huidig Budget 2007

onderhoud op niveau 65% beheer vervanging budgetten totaal

€ 104.336 € 85.478 € 128.819 € 318.633

Raming Raming huidig streefbeeld noodzakelijk Noodzakelijk voor huidig bij realisatie niveau streefbeeld € 94.600 € 99.703 € 99.700 € 104.982 € 218.300 € 229.961 € 412.600 € 434.646

Tabel 11 Structurele kosten

De structurele kosten voor het streefbeeld zijn geraamd aan de hand van de percentages die uit het huidige beeld naar voren komen. 7.4.2.

Tekort aan budget Uit het overzicht in Tabel 8 blijkt dat in Schiedam tot op heden onvoldoende budget in de begroting is opgenomen voor het onderhouden, beheren en vervangen van speelvoorzieningen. In de huidige begroting 2007 is in totaal € 318.633 opgenomen. Gezien de normen moet er minimaal € 412.600 beschikbaar zijn om het huidige speelvoorzieningenniveau te onderhouden, te beheren en te vervangen. In het streefbeeld ligt dit budget op € 434.646 . Dit tekort leidt er met name toe dat de vervanging niet planmatig wordt uitgevoerd en waarschijnlijk het onderhoud ook niet op het gewenste niveau wordt uitgevoerd. Dat het huidige budget lager is dan het geraamde budget valt te verklaren uit het feit dat de eisen aan het onderhoud van een speeltoestel en een speelomgeving de laatste jaren sterk zijn toegenomen en dat de toestellen zelf aanzienlijk duurder zijn geworden. Ook is tot nu toe een te lage vervangingsreservering voor ondergronden gedaan.


90

7.5.

Kort samengevat Verbeteren informele bespeelbaarheid: √ nadenken over de inrichting en het beheer van het groen, het water en de wegen; √ aanbrengen van 542 speelprikkels, zit- en ontmoetingsaanleidingen; √ nemen van 6 maatregelen om de openbare ruimte beter bespeelbaar te maken. Aanpassen formele speelplekken: √ zoeken naar mogelijkheden om 34 nieuwe speelplekken aan te leggen; √ als secundair aanwijzen van 82 speelplekken. Dit betekent dat het aantal speelplekken afneemt van 246 naar 197; √ aanpassen van het aantal speeltoestellen van 897 naar 870 ; √ in meer of mindere mate aanpassen van circa 45 huidige speelplekken (toestellen toevoegen, verplaatsen of op termijn verwijderen en niet herplaatsen), zodat de speelruimte aantrekkelijker wordt of beter is afgestemd op de leeftijd en het gebruik. Voor de aanpassing van het huidige speelvoorzieningenniveau in een keer is € 1.037.700 nodig voor: √ het verbeteren informele speelruimte: 542 speel- en zitaanleidingen; √ het realiseren van 34 zoekgebieden + verbeteren plekken met 187 nieuwe toestellen; √ de bijkomende kosten veiligheidsondergrond 45%. Daarbij is rekening gehouden met het hergebruik van 107 van de in totaal 214 secundaire toestellen (besparing). De vervangingswaarde van de voorzieningen in het voorgestelde streefbeeld bedraagt € 2.999.472 . De huidige waarde van de voorzieningen bedraagt € 2.847.200 . Dit betekent dat er nog niet voldoende geïnvesteerd is in speeltoestellen. Verder zal er een herverdeling van voorzieningen over de buurten en de doelgroep moeten plaatsvinden. Kop 7 ingevoegd voor witregel inhoudsopgaven


91


92

DEEL III BIJLAGEN

Buitenspelen, ja leuk!



93


94

BIJLAGE I.

ONTWIKKELING VAN HET KIND Globaal kunnen er drie typen ontwikkeling worden onderscheiden: Het spel bevordert de motorisch-lichamelijke ontwikkeling: De ontwikkeling van de grove en fijne motoriek, vaardigheden opdoen, zoals lopen, zwemmen, springen, klimmen en klauteren, manipulatie van kleine voorwerpen en materialen, werpen en vangen. Maar ook visuele, auditieve en tastwaarnemingen, geheugen, discriminatie, analyse, synthese, waarnemen van textuur, temperatuur en trillingen. Het spel bevordert de sociaal-emotionele ontwikkeling: Ontwikkeling op sociaal en emotioneel vlak; ontwi kkeling van zelfbeeld: behoren tot een groep (familie, etnische groep); ontwikkeling van eigen gevoelens: angst, drift en vriendschap; Ontwikkeling van zelfstandigheid: het maken van eigen keuzes, trouw blijven aan eigen keuzes, uitvoeren van eigen keuzes, met of zonder hulp van anderen; Ontwikkeling van sociale vaardigheden: het omgaan met anderen (het leggen, onderhouden en beëindigen van contacten), het omgaan met regels, het omgaan met gezagsverhoudingen; Ontwikkeling van sociale zelfredzaamheid: zorgen voor uiterlijke verschijningsvorm en lichamelijke verzorging, vaardig worden in het zorgen voor de omgeving; Ontwikkeling van waarden en normen: ontwikkelen van waarden en normen is van groot belang en staat ook centraal in de visie van de overheid. Het spel bevordert de cognitief-psychische ontwikkeling: Logisch denken en probleemoplossen, zoals classificatie, in serie zetten, oorzaak-gevolg; Structurering van ruimte, zoals verleggen van grenzen van hoog, laag, ver, dichtbij, hard of zacht, kennis van eigen lichaam; Structurering van tijdsbeleving: dag en nacht, seizoenen en het afwachten van een regenbui, dag-, week-, jaarindeling/seizoenen, heden/verleden/toekomst, opeenvolging van gebeurtenissen, activiteiten en werkzaamheden; Creatieve competentie vindt overal plaats. Randvoorwaarden zijn uitdaging en variatie. De aanwezigheid van een uitdagende en gevarieerde speelruimte verruimt de mogelijkheden op dit gebied. Daarnaast bevordert speelruimte het analyseren, beoordelen en vormgeven.


95


96

BIJLAGE II.

AANTAL EN KOSTEN SPEELTOESTELLEN In deze bijlage volgt een overzicht van de typen speelvoorzieningen waarover de toestellen zijn verdeeld met daarbij behorende normcijfers. Gekozen is voor typen toestellen om zo de ramingen overzichtelijk te maken. De gebruikte normen zijn gemiddelden voor alle toestellen die binnen dit type vallen. De voornaamste redenen voor de onderscheiding van de typen zijn gebruik (speelmogelijkheid), verwachte levensduur en aanschafwaarde. Per type is in de eerste kolommen weergegeven: 9 de leeftijdscategorie die over het algemeen van het toesteltype gebruik maakt; 9 de gemiddelde vervangingstermijn (levensduur) van het toesteltype; 9 de geraamde aanschafwaarde van het toesteltype (nieuwwaarde exclusief BTW en exclusief kosten voor ontwerp, plaatsing e.d.); 9 de gemiddelde onderhoudskosten per jaar voor het toestel (gebaseerd op max. 10% van de aanschafwaarde (i.v.m. levensduur) en de vandalismegevoeligheid van het toesteltype). In de volgende kolommen wordt het aantal toestellen binnen dit type doorgerekend met de genoemde normen. Hierdoor wordt inzicht verkregen in de totale aanschafwaarde en de bijbehorende onderhouds- en vervangingsbudgetten. De genoemde normcijfers van de toesteltypen in de tabel gaan uit van een onderhoudsniveau van 100%. Dit betekent onder andere dat de speeltoestellen altijd optimaal in de verf zitten, er altijd proper uitzien, in perfecte technische staat verkeren en dat graffiti regelmatig verwijderd wordt. In het beleid wordt echter een onderhoudsniveau bepaald. Dit niveau wordt verrekend met het totaalbudget. Een onderhoudsniveau zoals in paragraaf 3.13.4 beschreven betekent dat 65% van de berekende normbudgetten nodig is voor vervanging en onderhoud.


97

type toestel

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

onderhoud per jaar 68 113 113 11 35 20 68 272 11 50 8 9 2 2 182 250 23 p.m. 105 113 227 136 550 182 340 340 340 454 454 454 500 785 45 23 113 23 125 454 1.134 454 150 5 150 45 1.000 23 19

onderhoud 100% onderhoud 65%

normen eenheid leeftijds- vervangingaanschafcategorie termijn waarde 0 t/m 5 jaar 10 € 725 0 t/m 5 jaar 10 € 1.250 0 t/m 11 jaar 10 € 1.650 6 t/m 11 jaar 12 € 395 6 t/m 11 jaar 12 € 455 0 t/m 11 jaar 10 € 593 0 t/m 11 jaar 15 € 1.600 0 t/m 11 jaar 12 € 2.725 0 t/m 11 jaar 12 € 465 6 t/m 11 jaar 15 € 750 0 t/m 11 jaar 12 € 650 0 t/m 5 jaar 12 € 750 6 t/m 11 jaar 15 € 70 6 t/m 11 jaar 15 € 340 0 t/m 5 jaar 10 € 2.395 0 t/m 11 jaar 9 € 3.630 0 t/m 5 jaar 8 € 635 0 t/m 5 jaar 15 € 2.200 6 t/m 11 jaar 8 € 1.250 0 t/m 11 jaar 8 € 1.535 0 t/m 11 jaar 8 € 3.865 0 t/m 11 jaar 12 € 2.095 0 t/m 11 jaar 10 € 4.500 0 t/m 5 jaar 12 € 2.750 0 t/m 5 jaar 12 € 4.715 6 t/m 11 jaar 12 € 6.993 0 t/m 11 jaar 12 € 6.100 0 t/m 5 jaar 12 € 8.825 6 t/m 11 jaar 12 € 10.423 0 t/m 11 jaar 12 € 9.500 0 t/m 11 jaar 15 € 15.000 12 t/m 18 jaar 10 € 6.950 6 t/m 18 jaar 15 € 2.090 6 t/m 18 jaar 15 € 1.200 6 t/m 18 jaar 10 € 1.345 12 t/m 18 jaar 10 € 805 0 t/m 11 jaar 10 € 1.750 6 t/m 11 jaar 8 € 5.540 6 t/m 18 jaar 10 € 19.115 6 t/m 18 jaar 10 € 6.890 6 t/m 18 jaar 10 € 2.305 0 t/m 11 jaar 15 € 250 0 t/m 11 jaar 10 € 650 0 t/m 18 jaar 10 € 681 6 t/m 18 jaar 20 € 35.000 0 t/m 18 jaar 10 € 345 n.v.t. 10 € 247 n.v.t.

wipveer stuk meerpersoons wipveer stuk wip stuk enkel duikelrek stuk meerdelig duikelrek stuk brug stuk schommel stuk speciale schommel stuk evenwichtsbalk stuk bokspringpalen set stuk balanceertoestel stuk kruipbuisje stuk knikkertegel stuk set hinkeltegels stuk glijbaan laag stuk glijbaan hoog stuk zandspeeltoestel stuk zandbak stuk loopton stuk draaitoestel klein stuk draaitoestel groot stuk klimelement stuk ruimtenet stuk speelhuisje laag stuk combinatie klein jong stuk combinatie klein oud stuk combinatie klein stuk combinatie groot jong stuk combinatie groot oud stuk combinatie groot stuk uitgebreide speelcombinatie stuk speelelement jongeren/overkapping stuk tafeltennistafel stuk voetbaldoel stuk basketbalpaal stuk volleybalset stuk balwerppaal stuk kabelbaan stuk skateboard groot stuk skateboard middel stuk skateboard klein stuk speelaanleiding/poef/betonelement/diverse stuk speelaanleiding toestel/fantasie stuk picknickset / tafel stuk voetbal/basketbalkooi stuk bank stuk papierbak stuk stelpost valdempende ondergrond 45% van aansc m2

huidig aantal voorzieningen toestellen ondergronden totaal

aantal toestellen 176 21 40 43 50 10 63 12 19 15 22

46 7 8 24 38 4 81 5 35 5 48

5 4 18 50 11 1 1 2 4 3 16 10

897

€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

afschrijving per jaar 12.760 2.625 6.600 1.415 1.896 593 6.720 2.725 736 750 1.192 68 11.017 2.823 635 3.520 7.291 1.933 14.141 2.250 8.021 1.964 24.400 3.958 2.780 2.508 4.000 1.480 81 693 3.823 2.756 692 2.000 1.040 17.500 58.909 € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €

totaal huidige situatie Schiedam omvang aanschafonderhoud waarde per jaar 127.600 € 11.968 26.250 € 2.373 66.000 € 4.520 16.985 € 473 22.750 € 1.750 5.925 € 200 100.800 € 4.284 32.700 € 3.264 8.835 € 209 11.250 € 750 14.300 € 176 € € 3 1.020 € 6 110.170 € 8.372 25.410 € 1.750 5.080 € 184 52.800 € € 58.330 € 4.294 15.460 € 908 169.695 € 11.016 22.500 € 2.750 96.250 € 6.370 23.574 € 1.700 € 292.800 € 16.320 € € 47.500 € 2.270 € 27.800 € 3.140 37.620 € 810 60.000 € 1.150 14.795 € 1.243 805 € 23 € 5.540 € 454 38.230 € 2.268 27.560 € 1.816 6.915 € 450 120 30.000 € 600 10.400 € 2.400 € 350.000 € 10.000 € € 883.642 € 35.346

123

159.385 58.909 218.294

€ € € €

€ € €

1.963.649 883.642 2.847.291

145.607 71.670 22.975 94.644 € € €

€ € €

beheer per jaar

68.728 30.927 99.655

BIJLAGE III.

GEGEVENSTABEL WIJKEN In deze bijlage staan per wijk de uitgangspunten voor informele en formele speelruimte uitgewerkt voor de verschillende leeftijdscategorieën. De tabel kan als samenvatting en toelichting voor de analyse van informele en formele speelruimte gezien worden. Op basis van deze cijfers en de daadwerkelijke inrichting van de wijk en de inspraak die heeft plaatsgevonden, wordt het openbare speelvoorzieningenniveau bepaald.


99

deel

Noordelijk

Zuidelijk

Totaal

wijk

Spaland/Svea 0 t/m 5 jaar 6 t/m 11 jaar 12 t/m 18 jaar Woudhoek 0 t/m 5 jaar 6 t/m 11 jaar 12 t/m 18 jaar Groenoord 0 t/m 5 jaar 6 t/m 11 jaar 12 t/m 18 jaar Kethel 0 t/m 5 jaar 6 t/m 11 jaar 12 t/m 18 jaar Nieuwland 0 t/m 5 jaar 6 t/m 11 jaar 12 t/m 18 jaar Oost 0 t/m 5 jaar 6 t/m 11 jaar 12 t/m 18 jaar Centrum 0 t/m 5 jaar 6 t/m 11 jaar 12 t/m 18 jaar West 0 t/m 5 jaar 6 t/m 11 jaar 12 t/m 18 jaar Zuid 0 t/m 5 jaar 6 t/m 11 jaar 12 t/m 18 jaar Totaal 0 t/m 5 jaar 6 t/m 11 jaar 12 t/m 18 jaar

uitgangspunten

[ha][aant/ha]

kinderen oppvl kind/ha

[aantal]

140

91

95

63

150

112

65

134

63

911

6 5 6 7 6 4 5 7 6 6 5 6 4 3 4 5 7 7 7 7 7 7 6 7 4 4 3 4 6 6 6 7 6 5 6 8 6 6 6 7

2.515 700 795 1.020 1.500 386 456 658 1.679 552 513 614 722 198 228 296 3.245 1.121 1.011 1.113 2.235 820 678 737 701 276 189 236 2.530 778 792 960 1.192 345 369 478 16.433 5.212 5.071 6.150 16400m2 13560m2 49st

22420m2 20220m2 74st

3960m2 4560m2 20st

11040m2 10260m2 41st

7720m2 9120m2 44st

14000m2 15900m2 68st

18 3 2

54 12 8

74 18 13

13 4 3

36 9 7

25 8 7

46 14 12

[plek]

15 55 85

25 11 9

9 2 2

27 9 7

37 14 11

6 3 2

18 7 6

12 6 6

23 11 10

[plek]

30 70 100

22 2 1

45 3 1

22 2 1

38 3 1

50 3 1

21 2 1

32 2 1

31 2 1

47 3 1

[plek]

3 50 300

kind/plek kind/plek ha/plek

formeel

24 19 11 8 18 12 13 6 23 16 14 9 10 7 7 4 45 36 21 12 25 18 13 8 8 6 4 2 24 21 9 6 20 16 8 5 197 151 100 60

19 17 13 4 34 27 23 6 28 17 20 10 14 12 11 3 63 51 53 10 24 21 13 5 9 8 6 1 23 23 8 3 32 30 8 2 246 206 155 44

[plek] [aantal]

beeld

doorrekenen normen voor speelruimte streef informeel

5520m2 3780m2 16st

51 14 11

11 5 4

0-5jr: 20m2/1 6-11jr: 20m2 /1

15560m2 15840m2 64st

23 6 5

12-18jr: 1 st /15

6900m2 7380m2 32st

plekken

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 1 0 0 0 0 0 0 1 1 0 0

schoolplein

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 39 32 35 6 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 39 32 35 6

woonplus

0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 1 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 1 1 0

inventarisatie

19 17 13 4 34 27 23 6 28 17 20 10 14 12 11 3 23 18 17 4 24 21 13 5 9 8 6 1 22 22 8 3 32 30 8 2 205 172 119 38

gemeente

st. welzijn schied

52 38 34 8 97 72 56 18 84 57 60 22 86 74 56 6 258 192 185 23 117 88 76 11 42 36 25 4 85 67 55 7 76 61 30 4 897 685 577 103

[aantal]

toestellen

[plek]

kwantitatief

132,4 41,2 61,2 255,0 44,1 14,3 19,8 109,7 60,0 32,5 25,7 61,4 51,6 16,5 20,7 98,7 51,5 22,0 19,1 111,3 93,1 39,0 52,2 147,4 77,9 34,5 31,5 236,0 110,0 33,8 99,0 320,0 37,3 11,5 46,1 239,0 66,8 25,3 32,7 139,8

2,1 5,4 4,3 0,8 6,5 18,7 12,3 2,7 5,0 10,3 11,7 3,6 11,9 37,4 24,6 2,0 8,0 17,1 18,3 2,1 5,2 10,7 11,2 1,5 6,0 13,0 13,2 1,7 3,4 8,6 6,9 0,7 6,4 17,7 8,1 0,8 5,5 13,1 11,4 1,7

2,7 2,2 2,6 2,0 2,9 2,7 2,4 3,0 3,0 3,4 3,0 2,2 6,1 6,2 5,1 2,0 4,1 3,8 3,5 2,3 4,9 4,2 5,8 2,2 4,7 4,5 4,2 4,0 3,7 2,9 6,9 2,3 2,4 2,0 3,8 2,0 3,6 3,3 3,7 2,3

[aantal] [aantal] [aantal]

verschil knd per tst per tst per plekken plek 100 knd plek t.o.v. basisnetwerk

-2 2 -4

15 10 0

1 6 1

5 4 -1

15 32 -2

3 0 -3

2 2 -1

2 -1 -3

14 0 -3

55 55 -16

BIJLAGE IV.

BESLISBOOM SPEELPLEK

Tabel 12 Beslisboom analyse speelruimte

Toelichting op de beslisboom: het gaat erom dat er een evenredige verdeling van informele en formele speelruimte ontstaat. Genoeg informele ruimte is daar waar kinderen goed kunnen spelen op de stoep en de straten, in het groen en langs het water. Daar zijn minder speelplekken nodig dan in wijken waar kinderen aan drukke straten met smalle stoepjes wonen. Om te bepalen of er voldoende informele ruimte is, wordt gekeken naar de uitgangspunten in de uitgangspuntentabel voor informele speelruimte, bijvoorbeeld voor de jongste doelgroep per kind minimaal 20 m² aan stoep, grasveld of plein, aansluitend aan de woning. Is er genoeg informele ruimte, dan moeten er circa 30 kinderen bij elkaar wonen om een speelplek te behouden of aan te leggen. Is er echt te weinig informele ruimte dan moeten er circa 15 kinderen bij elkaar wonen om een speelplek te behouden of aan te leggen.


101


102

BIJLAGE V.

SPEELPLEKKEN EN MAATREGELEN In deze bijlage staat weergegeven welke rol de plek speelt in het openbare speelvoorzieningenniveau en welke acties nodig zijn om deze rol te kunnen vervullen. In de tabel staan de huidige plekken, de nieuw te maken plekken (zoekgebieden) en de te nemen overige maatregelen. De eerste vier kolommen bieden gegevens over de inventaris in de huidige situatie en in het openbare speelvoorzieningenniveau. In de eerste kolom staat een speelpleknummer. Betreft de plek een zoekgebied of maatregel, dan is dit aangegeven met respectievelijk een Z of een M. De tweede kolom is de locatie waar de speelplek te vinden is. De locatienaam is overgenomen uit de beheergegevens van gemeente Schiedam. Aan de hand van de aanwezige speeltoestellen, de uitstraling en de aanwezige ruimte op de locatie is per speelplek de huidige leeftijdscategorie bepaald. Dit is weergegeven in de derde kolom. In de vierde kolom genaamd ‘categorie wordt’, is aangegeven voor welke leeftijdscategorie de speelplek in het openbare speelvoorzieningenniveau ingericht moet worden. In de vijfde kolom genaamd 'eigendom', is aangegeven of de speelplek in participatie wordt beheerd. De laatste kolommen bevatten gegevens over de maatregelen die genomen moeten worden om de plek te laten voldoen aan de eisen van het openbare speelvoorzieningenniveau. Ook hier wordt uitgegaan van de uitgangspunten voor informele en formele ruimte. In de kolom 'maatregelen' wordt kort aangeduid wat de kern is van de maatregelen die genomen moeten worden. In aansluiting hierop staat in de kolom ‘nieuwe speelprikkels’ en de kolom ‘nieuwe toestellen’ hoeveel speelprikkels en/of toestellen er nodig zijn bij deze maatregel. Als laatste is er een raming gegeven van bijkomende kosten die voor een deel ten laste van spelen komen, maar voor 20-30% ten laste van groen en wegen moeten komen.


103

categorie nieuw maatregelen huidig wordt aanleiding tst tst.duur 4 1 Spaland/Svea 0 t/m 5 jaar12 t/m 18 jaa Huidige toestellen verwijderen. Zitmogelijkheid met toestel voor 12-18 plaatsen (basket/sporttoestel)

overig kosten € 1.500

gemeente

Koolzaadakker

Spaland/Svea 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Plek aanvullen met toestel 0-5 (draai/huisje) en enkele speelprikkels aanbrengen.

€ 1.500

gemeente

SP 03

Boekweitakker thv 37

Spaland/Svea 0 t/m 5 jaar secundair Toestellen niet meer vervangen op deze plek, maar als [Z 03 (SP)] aan Vlasakkers.

€

750

gemeente

SP 04

Park Spaland 1

Spaland/Svea 0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Zitmogelijkheid voor jongeren bij het voetbalveld plaatsen.

4

€ 1.000

gemeente

SP 05 SP 09

Park Spaland 2 (rode toren) Spaland/Svea 0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Enkele betonpoefs plaatsen. Park Spaland 6, Hofpad Spaland/Svea 0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor 0-5, duikelrek vervangen voor ander toestel (draai/klim/huisje). Speelprikkel aanbrengen, aanwezige betonelemente voorzien van kleurtjes.

3 2

€ 500 € 1.500

gemeente gemeente

SP 10 SP 11

Park Spaland 7 (gele toren) Spaland/Svea 0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Enkele betonpoefs plaatsen. Moerbeigaarde Spaland/Svea 0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Bijplaatsen toestel 0-5 (draai/huisje), enkele speelprikkels aanbrengen.

3 3

1

€ 500 € 1.000

gemeente gemeente

SP 12

Vlinderhoven

Spaland/Svea 0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Plaatsen van 2 minidoeltjes op gedeelte gras zonder toestellen. Voor eventueel hekwerk is geen budget in het speelruimteplan. Enkele poefs aanbrengen.

3

2

€ 2.000

gemeente

SP 13 SP 14

Basilicumveld Anijsveld

Spaland/Svea 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Enkele betonpoefs plaatsen. Spaland/Svea 0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Indien mogelijk het trapveld verbeteren, door ophoging/drainage. Mogelijkheid van kunstgras onderzoeken. Hiervoor is geen geld opgenomen in het speelruimteplan.

3

€

500 p.m.

gemeente gemeente

SP 16 SP 17

Park de Velden Stockholm 1

Spaland/Svea 0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Geen aanpassingen. zoekgebied geen 0 t/m 11 jaar Schoolplein (0-11)In overleg met schoolbestuur, voor Spaland/Svea jeugd openbaar stellen

p.m.

gemeente schoolplein

SP 18

Abrikozengaarde

Spaland/Svea 6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar Zitmogelijkheid voor jongeren bij het voetbalveld plaatsen. #Kunstgras vanuit Qscan#

4

€ 1.000

gemeente

SP 19

Degerfors achter 45

Spaland/Svea 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Plek aanvullen met toestel 0-5 (draai/klim) en enkele speelprikkels.

3

1

€ 1.500

gemeente

SP 20

Umefors achter 3

Spaland/Svea 0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Plek aanvullen met toestel 0-5 (draai) en toestel 6-11 (klim/schommel) en enkele speelprikkels.

3

1

1

€ 2.000

gemeente

SP 21

Odinholm achter 47

Spaland/Svea 6 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek inrichten voor kinderen. Bijplaatsen 2 toestellen 0-5 (klim/glij, draai) en enkele speelprikkels (poefs). Huidige schommel op termijn vervangen voor meer kindvriendelijke.

3

1

1

€ 5.000

gemeente

SP #

Abbaborg

Spaland/Svea 0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Nog niet in beheer gemeente.

spnr

locatie

SP 01

Linzeakker

SP 02

wijk

3

1

beheer

gemeente

SP #

Carolus Lineausborg

Spaland/Svea 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Nog niet in beheer gemeente.

K 06

De Vaarten

Spaland/Svea 0 t/m 11 jaar secundair Toestellen niet meer vervangen. Plek informeel bespeelbaar laten.

3

gemeente

Z 01 (SP) Dilleveld

zoekgebied Spaland/Svea

geen

0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen aanleggen. Enkele toestellen en speelprikkels, eventueel verspreid door de straat als de beschikbare ruimte hierom vraagt.

3

2

Z 02 (SP) Helsingborg


geen

0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen aanleggen. Enkele toestellen en speelprikkels aanbrengen.

3

2

Z 03 (SP) Vlasakkers


geen

0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen aanleggen. Aanleggen als vervanging van plek {SP 03]. Bijplaatsen enkele speelprikkels.

3

1

Z 04 (SP) Veldpad


geen

12 t/m 18 jaa Stay Around plek, zitmogelijkheid met enkel sport toestel voor jongeren.

3

Z 05 (SP) Stockholm


geen


Z 06 (SP) Hofpad / Kerkweg


geen

M 01 (SP) Odinholm naast nr. 90

maatregel Spaland/Svea

M 02 (SP) Kalixfors 14-20


€ 1.500

gemeente

1

€ 6.000

gemeente

1

€ 6.000

gemeente

€ 2.000

gemeente

1

€ 4.000

gemeente

3

1

€ 4.000

gemeente


3

1

€ 4.000

gemeente

n.v.t.

6 t/m 11 jaar Informeel trapveld aanleggen voor jeugd. Plaatsen 4 palen (hout/beton) of 2 minidoelen. Gras dient vrij van hondenpoep te zijn.

4

€ 1.500

gemeente

n.v.t.

6 t/m 11 jaar Informeel trapveld aanleggen voor jeugd. Plaatsen 4 palen (hout/beton) of 2 minidoelen. Gras dient vrij van hondenpoep te zijn.

4

€ 1.500

gemeente

spnr

locatie

wijk

categorie maatregelen huidig wordt n.v.t. 12 t/m 18 jaa Daar waar nodig, in overleg met bewoners en jongeren circa 5 What's Up plekken aanleggen.


gemeente

€ 1.000

gemeente

0 t/m 5 jaar secundair Toestel verwijderen of hergebruiken.

€

250

gemeente

Woudhoek


€

250

gemeente

Nijhofplein / Hermespad

Woudhoek

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Bijplaatsen toestel 0-5 (draai/huisje/combi), enkele speelprikkels aanbrengen.

€ 1.500

gemeente

Faassenplein t/o 156

Woudhoek


€

250

gemeente

Wo 05 A Faassenplein t/o 124

Woudhoek


€

250

gemeente

Wo 06

M 03 (SP) Gehele wijk


Wo 01

Woudhoek

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Draaitoestel voor 0-11 bijplaatsen, enkel speelprikkels (poefs) aanbrengen.

Wo 01 A Laseurpad bij nr. 40

Woudhoek

Wo 02 A v Rijkpad 12 Wo 04

Wo 05

Heyermansplein t/o 32

Arnoldipad / Laseurpad

nieuw aanleiding tst tst.duur 15

3

1

3

1

beheer

Woudhoek


€

250

gemeente

Wo 06 B Arnoldipad t/o nr. 51

Woudhoek


€

250

gemeente

Wo 07 A Faassenplein t/o 78

Woudhoek

0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Plek voor alle leeftijden. Trapveld voor jeugd en jongeren, hier een zitmogelijkheid bij plaatsen. Toestellenplek voor 011aanvullen met toestellen (combi/draai/glij). Verhard basketveld maken met huidige baskets.

€ 8.000

gemeente

Wo 07 B Faassenplein t/o 78

Woudhoek

0 t/m 11 jaar secundair Toestellen hergebruiken op andere plek.

€

500

gemeente

Wo 10

Westlander

Woudhoek

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor 0-5, hier op letten bij vervanging van huidige toestellen. Enkel speelprikkels (poefs) aanbrengen.

€

750

gemeente

Wo 12

Koggeschip t/o nr. 23

Woudhoek

0 t/m 5 jaar secundair Toestel hergebruiken op andere plek.

€

250

gemeente

Wo 15

Betsy Perkpad

Woudhoek

0 t/m 11 jaar secundair Toestellen niet meer vervangen of Indien mogelijk hergebruiken. Plek informeel bespeelbaar laten door enkele poefs.

3

€ 1.500

gemeente

Wo 16

Aletta Jacobsstraat

Woudhoek

6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar Trapveld behouden. 2e doel plaatsen. Zitmogelijheid voor jongeren bijplaatsen.

3

€ 1.000

gemeente

Wo 17 Wo 18

A. Salomonshof t/o nr. 29 Muiderslotstraat

Woudhoek Woudhoek

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Geen aanpassingen. 0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Bij vervanging van toestellen het aantal terugbrengen naar 3. Waarde van verwijderde toestellen investeren op andere locaties.

gemeente gemeente

Wo 19

Koperslagerhof

Woudhoek

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Bij vervanging van toestellen zorgen voor voldoende uitdaging en aantrekkingskracht.

gemeente

Wo 19 A Tinnengieterhof

Woudhoek

6 t/m 11 jaar6 t/m 11 jaar Toestelplek voor 6-11. Bijplaatsen 2 toestellen (schommel/draai).

Wo 19 C Achter Tennishal Wo 20 B Hoefsmidstraat

Woudhoek Woudhoek

6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar Trapveld behouden 6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar Skateplek voor meerdere wijken. Zitmogelijkheid voor jongeren plaatsen.

Wo # Wijkpark Woudhoek Wo 22 A Wijkpark Woudhoek

Woudhoek Woudhoek

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Geen aanpassingen 6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar Basketbalveld verharden voor basket en voetbal (of kunstgrasveld uitbreiden). Zitmogelijkheid bij het veld plaatsen.

Wo 23

Ambachtweg bij nr. 18

Woudhoek

0 t/m 5 jaar secundair Toestellen niet meer vervangen.

Wo 26A

Schrijnwerkerstraat t/o 53

Woudhoek

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Bij vervanging van toestellen zorgen voor voldoende uitdaging en aantrekkingskracht.

Wo 27 Wo 28

J. vd Endehof Achter IJzerdraWoudhoek A. J. de Haasplein Woudhoek

0 t/m 5 jaar secundair Toestel verwijderen. 0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Speelplek voor 0-5, hierop letten bij vervanging van toestellen. Enkele poefs plaatsen.

Wo 29

A.R.Y. Koplaan

0 t/m 11 jaar secundair Toestellen niet meer vervangen. Als grasveld beschikbaar laten.

Wo 30

J.J.W. Boezemanstraat t/o 7 Woudhoek

Woudhoek

0 t/m 5 jaar secundair Toetsellen niet meer vervangen. Combi hergebruiken, hinkelset laten liggen. Plek informeel bespeelbaar laten.

Wo 30 A E.C.F. Hellendoornstraat t/o 3Woudhoek

6 t/m 11 jaar secundair Toestellen verwijderen, of hergebruiken.

Wo 31 Wo 34 Wo 35

R.B. vd Bordenplein Royaardsplein bij nr.204 Royaardsplein t/o 100

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Geen aanpassingen. 0 t/m 5 jaar secundair Toestel verwijderen. 0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Plek als centrale speelplek in dit deel van Woudhoek. Bij vervanging eventueel verplaatsen naar Royaardeplein 1.

Wo 38

de Lamarplein / GimbergpadWoudhoek

Woudhoek Woudhoek Woudhoek

0 t/m 11 jaar secundair Toestellen niet meer vervangen, of ergens hergebruiken.

5

1

1

3

1

1

1

€ 1.500

gemeente

4

€ 1.000

gemeente gemeente

3

€ 8.000

gemeente gemeente

€

gemeente

500

gemeente

3

4

€ €

250 750

gemeente gemeente

€

750

gemeente

€ 2.000

gemeente

€

500

gemeente

€ €

250 750

gemeente gemeente gemeente

€

750

gemeente

spnr

locatie

wijk

Wo 39

Zoomweg

Woudhoek

categorie maatregelen huidig wordt 6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar Trapveld behouden. Zitmogelijheid voor jongeren bijplaatsen.


G 01

Pijperstraat

Groenoord

6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar 2 Uitdagende toestellen voor jeugd en jongeren plaatsen. Zitmogelijkheid voor jongeren plaatsen.

G 04 G 05

Chopinplein Chopinplein achter nr. 27

Groenoord Groenoord

0 t/m 5 jaar secundair Toestel verwijderen. 0 t/m 11 jaar secundair Toestellen niet meer vervangen. Investering van de toestellen op andere plek in de wijk doen.

G 06

Grieglaan

Groenoord

0 t/m 5 jaar secundair Poefs laten staan en schilderen of hergebruiken, plek van de lijst halen.

G 07 G 09 G 10

Griegplein achter 42 Sibeliusplein achter nr.26 Smetanalaan t/o 70

Groenoord Groenoord Groenoord

0 t/m 5 jaar secundair Poefs verwijderen. 6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar Geen aanpassingen. 0 t/m 5 jaar secundair Toestellen niet meer vervangen op deze plek. Investering in de toekomst ergens anders in de wijk plegen.

G 10 A G 11

Smetanalaan Schubertplein achter nr. 17

Groenoord Groenoord

6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar Geen aanpassingen. 0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen. Het aantal toestellen terugbrengen naar 3. Wipveer niet meer vervangen, wip en duikelrek hergebruiken op andere locatie. Zandbak dichtstraten.

G 13 G 15 A G 16

Lisztplein achter nr. 10 Groenoord Johan Strausplein Groenoord Johan Strausplein achter nr. Groenoord

0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Geen aanpassingen. 0 t/m 5 jaar secundair Toestel verwijderen. 0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar 2 toestellen voor 0-5 (draai/glij/huisje) bij de zandbak plaatsen. Enkele betoenpoefs plaatsen.

G 18

Johan Strausplein

Groenoord

6 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Plek voor 0-5 aanleggen. 3 toestellen (peuterschommel/ glij/draai/klim) en enkele speelprikkels aanbrengen.

G 23

Zimmermanplein t/o 20

Groenoord


G 24

Zimmermanplein

Groenoord

6 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar 2 toestellen voor 0-5 (draai/glij/huisje) bijplaatsen. Enkele speelprikkels aanbrengen.

G 25 G 26

J. Oreliosingel / ZimmermanpGroenoord Jacob Bijsterstraat Groenoord

0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Geen aanpassingen. 6 t/m 11 jaar secundair Toestellen niet meer vervangen, of ergens hergebruiken.

G 27

Cornelia van Zantenplein

Groenoord

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Plek vor kinderen. 1 wipveer vervangen voor ander toestel 0-5 (huisje/klim)

G 34 G 36 G 40

W. Landreplein B. Zweersplein H. Bosmanplein

Groenoord Groenoord Groenoord

6 t/m 11 jaar6 t/m 11 jaar Geen aanpassingen. 0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Geen aanpassingen. 0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Bijplaatsen toestel 0-5 (draai/glij/huisje) enkele speelprikkels aanbrengen (poefs)

G 41 G 41A

J. Oreliosingel / J. Damenstra Groenoord J. Oreliosingel / Damenstraat Groenoord

6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar Geen aanpassingen. 0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Bijplaatsen enkele speelprikkels (poefs).

G 42

D. Schafferplein

Groenoord

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek specifiek voor kinderen, hier bij vervanging op letten. Enkele speelprikkels aanbrengen (poefs/verharding).

G 43

J. Urlusplein t/o 47

Groenoord


G 45

Bachplein achter flat 1

Groenoord

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Beide wipveren vervangen voor een peuterschommel en draaitoestel. Op de plek enkele poefs aanbrengen en speelprikkels in verharding.

G 49

Bachplein voor flat nr 3

Groenoord

G 50

Bachpleinn t/o flat 4

Groenoord

Z 01 (G)

Willem Pijperstraat

zoekgebied Groenoord

geen


3

Z 02 (G)

Diepenbrockstraat 2-104


geen


Z 03 (G)

Sweelincksingel 12


geen

Z 04 (G)

Bachplein


geen

K 01

Schiekade WWK

Kethel

3

2

overig kosten € 750

gemeente

€ 2.000

gemeente

€ €

gemeente gemeente

250 500

beheer

gemeente

€

250

€

750


€ 1.500

gemeente gemeente


3

1

1

€ 250 € 4.000

3

2

1

€ 6.000

gemeente

€

750

gemeente

€ 1.500

gemeente

€

750

gemeente gemeente

€

750

gemeente

€ 1.000


3

€

750

gemeente gemeente

4

€

750

gemeente

€

500

gemeente

5

€ 2.000

gemeente

6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar Bijplaatsen zitmogelijkheid voor jongeren.

3

€ 1.000

gemeente

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Wipveer behouden, ander toestel vervangen voor huisje. Bijplaatsen toestel 0-5 (klim/draai/glij). Enkele speelprikkels in verharding aanbrengen.

3

1

€ 1.500

gemeente

2

1

€ 6.000

gemeente

3

2

1

€ 6.000

gemeente


3

2

1

€ 6.000

gemeente

6 t/m 11 jaar Plek voor jeugd, aantal uitdagende toestellen (combi/schommel/klim) en enkele speelprikkels aanbrengen (poefs/hinkelset)

3

2

€ 8.000

gemeente

€ 1.500

gemeente

0 t/m 5 jaar secundair Slechts 5 kinderen, toestellen niet meer vervangen, of ergens hergebruiken. Enkele speelprikkels achterlaten (poefs/pleinplakker).

3

1

3

3

1

1

spnr

locatie

wijk

K 01A

Hargplein

Kethel

categorie maatregelen huidig wordt 0 t/m 5 jaar secundair Toestellen niet meer vervangen. Op plek enkele speelprikkels achterlaten (hinkelset/poefs).



beheer

K 04 K 05

Laagland Kaag

Kethel Kethel

6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar Geen aanpassingen. 0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Op termijn aantal toestellen laten afnemen naar 4 voor 011. Bij verder dalend kinderaantal als secundair aanwijzen.

gemeente gemeente

K 07 K 08

Noordeinde Schietbaanstraat / Bijdorp

Kethel Kethel

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Geen aanpassingen. 0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Op termijn aantal toestellen laten afnemen naar 6 voor 011 en het trapveld voor jeugd en jongeren.

gemeente gemeente

K 09 K 09 A

Perenlaan Iepenlaan bij school

Kethel Kethel

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Geen aanpassingen. 0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen, bij het huidige toestel 2 (draai/glij/huisje) 0-5 bijplaatsen. In het gras/stoep enkele speelprikkels aanbrengen (poefs/hinkelset).

K 09 C

Schiedamseweg

Kethel

6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar Bijplaatsen zitmogelijkheid voor jongeren. Uitdagend sport toestel bij het veld plaatsen.

K 09 D K 11 A

Ribeslaan Beatrixpark

Kethel Kethel

0 t/m 5 jaar secundair Toestellen verwijderen. 0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Speeltuin, uitdagende toestellen.

K 12

Zwanebloemlaan (niet bij ka Kethel

K 12 A

gemeente

€ 5.000

gemeente gemeente

€ 2.500

gemeente

€

500

gemeente gemeente

0 t/m 11 jaar secundair Geen functie voor openbaar voorzieningenniveau. Eventueel in participatie geven bij volkstuinvereniging Thurlede.

p.m.

gemeente

Zwanebloemlaan (kantine) Kethel

0 t/m 11 jaar secundair Geen functie voor openbaar voorzieningenniveau. Eventueel in participatie geven bij volkstuinvereniging Thurlede.

p.m.

gemeente

K 13

Vijfsluizen

Kethel

0 t/m 11 jaar secundair Geen functie voor openbaar voorzieningenniveau. Eventueel in participatie geven bij volkstuinvereniging Vijfsluizen.

p.m.

gemeente

Z 01 (K)

Koekoekslaan

zoekgebied Kethel

geen

€ 5.000

gemeente

Z 02 (K)

Noordeinde / park

zoekgebied Kethel

geen

€ 8.000

gemeente

N 01

S.v Houtenlaan / Prof. Aalber Nieuwland

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen. Bij vervangen van de schommel hier een voor 0-5 voor terug plaatsen. Enkele speelprikkels aanbrengen (poefs).

3

€ 1.000

woonplus

N 02

Prof. Aalberselaan / Schaper Nieuwland

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen. Duikelrek niet meer vervangen of ergens hergebruiken. Enkele speelprikkels aanbrengen.

3

€

750

woonplus

N 03

Schaperlaan / Talmalaan

Nieuwland

6 t/m 11 jaar6 t/m 11 jaar Plek voor de jeugd, aanvulling met klein trapveldje. Met kunstgras en minidoeltjes.

€ 8.000

woonplus

N 04

Talmalaan / Visserlaan

Nieuwland

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen. 1 duikelrek en 1 wipveer vervangen voor een toestel 0-5 (draai/schommel). Enkele speelprikkels aanbrengen.

€ 1.500

woonplus

N 06 N 14

Thorbeckesingel Thorbeckesingel

Nieuwland Nieuwland

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Geen aanpassingen. 6 t/m 11 jaar secundair Toestel verwijderen, of ergens hergebruiken.

€

250

gemeente woonplus

N 15 N 16

Idenburgstraat Heemskerkstraat

Nieuwland Nieuwland

0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Geen aanpassingen. 0 t/m 5 jaar secundair Toestellen niet meer vervangen, of ergens hergebruiken.

€

500

woonplus woonplus

N 17 N 18

Dr. Kuyperlaan t.o. 119 Vliegenstraat t/o 40

Nieuwland Nieuwland

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Geen aanpassingen. 0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen. Bij vervangen van de schommel hier een voor 0-5 voor terug plaatsen. Enkele speelprikkels aanbrengen (poefs).

€ 1.000

woonplus woonplus

N 19

van de Tempelstraat

Nieuwland

6 t/m 11 jaar6 t/m 11 jaar Toestel voor 6-11 bijplaatsen (klim/glij/combi)

€

750

woonplus

N 20

van Karnebeekstraat t/o 40 Nieuwland

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen. Duikelrek vervangen voor een draaitoestel 0-5.

€

750

woonplus

N 21

Dr.Kuyperlaan

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen, duikelrekken en 1 klimelement niet meer vervangen, of ergens hergebruiken.

€

500

woonplus

Nieuwland

0 t/m 5 jaar Kleine plek voor kinderen aanleggen. Enkele toestellen en speelprikkels aanbrengen. 12 t/m 18 jaa Stay Around plek, overdekte zitmogelijkheid met enkele sport toestel voor jongeren.

4

2

4

1

3

3

3

1

2

2

3

3

1

N 21 A

Loefstraat

Nieuwland


€

500

woonplus

N 22

Loefstraat bij nr 20

Nieuwland


€

500

woonplus

N 23

Loefstraat / Roellstraat

Nieuwland

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek specifiek voor kinderen, duikelrek vervangen voor toestel 0-5 (draai/huisje). Enkele speelprikkels aanbrengen (poefs/groen).

€ 1.000

woonplus

N 24

Roellstraat / v TienhovenstraaNieuwland

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Bijplaatsen draaitoestel 0-11

€

woonplus

3

1

500

spnr

locatie

N 25

van Tienhovenstraat / MackaNieuwland

wijk

categorie maatregelen huidig wordt 0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek specifiek voor kinderen, duikelrek niet meer vervangen. Enkele speelprikkels aanbrengen (poefs/groen).

N 26

Mackaystraat / Piersonstraat Nieuwland

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek specifiek voor kinderen, duikelrek vervangen voor toestel 0-5 (draai/huisje). Enkele speelprikkels aanbrengen (poefs/groen).

N 27 A N 27 B N 27 C N 31 N 33

Mgr Nolenslaan nr. 512 Mgr Nolenslaan nr. 604 Mgr Nolenslaan nr. 776 Albardastraat achter nr 36 Damlaan 14-88

Nieuwland Nieuwland Nieuwland Nieuwland Nieuwland

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar 0 t/m 11 jaar 6 t/m 11 jaar


woonplus

€ 1.000

woonplus

€ € €

250 250 250

€

250

gemeente gemeente gemeente woonplus woonplus

N 34

Damlaan 102-176

Nieuwland


€

500

woonplus

N 35

Damlaan 190-264

N 36

Park Stricklede

Nieuwland

6 t/m 11 jaar secundair Toestel niet meer vervangen, of ergens hergebruiken.

€

250

Nieuwland

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Plek in het park, ruimtenet laten staan. Draaitoestel op termijn niet meer vervangen. Meer recreatieve functie.

N 37

Vendelhof

Nieuwland

0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Trapveld behouden, indien mogelijk verbeteren (P.M). Plek met toestellen voor 0-11. Hier een klimelement/combi bij plaatsen. Enkele speelprikkels aanbrengen. Zitmogelijkheid voor jongeren bij het trapveld plaatsen.

N 37 A

Schuttersveld

Nieuwland

0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Plek zou beter bereikbaar moeten zijn voor alle kinderen in de buurt. Nu afgesloten. Verder geen aanpassingen.

N 40 A N 40 B

Van Heuven Goedhartstraat Nieuwland Van Heuven Goedhartstraat Nieuwland

6 t/m 11 jaar6 t/m 11 jaar Geen aanpassingen. 0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Plek meer zoneren, voorzieningen voor 0-5 uitbreiden met 2 toestellen (draai/huisje). Trapveld behouden en een zitmogelijkheid plaatsen (bankje).

N 41 A

Schermerhornlaan


N 42

v. H. Goedhartlaan achter nrNieuwland

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen. 2 toestellen bij klimrek plaatsen (draai/glij/huisje). Enkele speelprikkels aanbrengen.

3

N 44

Parkweg achter nr. 52

Nieuwland

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen. 1 wipveer vervangen voor draaitoestel. Enkele poefs plaatsen.

N 46

Parkweg nr. 160

Nieuwland

0 t/m 11 jaar secundair Toestellen niet meer vervangen, of verwijderen.

N 47

MCM de Grootstr

Nieuwland

N 48

secundair secundair secundair 0 t/m 5 jaar secundair


3

Toestel niet meer vervangen. Toestel niet meer vervangen. Toestel niet meer vervangen. Geen aanpassingen. Toestel niet meer vervangen, of ergens hergebruiken.

beheer

woonplus gemeente

€ 2.500

gemeente

p.m.

woonplus

€ 1.750

woonplus woonplus

€ 1.000

gemeente

€ 1.500

woonplus

3

€ 1.000

woonplus

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen, 8! duikelrekken ergens anders hergebruiken. 1 evenwichtsbalk vervangen voor toestel 0-5 (glij/huisje). Enkele speelprikkels aanbrengen.

3

€

750

gemeente

MCM de Grootstr achter nr 4 Nieuwland

0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Bij het trapveld een zitmogelijkheid voor jongeren bijplaatsen in overleg met jongeren.

3

€

750

woonplus

N 48A

Den Uyllaan thv 10

Nieuwland

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Bij vervanging van toestellen meer op 0-5 richten. Enkele speelprikkels aanbrengen.

3

€

750

gemeente

N 49

Burg. Hohnerlage Gretepad Nieuwland

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen. Duikelrek niet meer vervangen of ergens hergebruiken. Enkele speelprikkels aanbrengen.

3

€

750

gemeente

N 50 A

Dirk Gerhardtstraat 21

Nieuwland


N 50 B

Dirk Gerhardtstraat 45

Nieuwland

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen. Duikelrek ergens hergebruiken. Leuk toestel voor 0-5 terugplaatsen.

N 53

A. Arienstraat rechts van flat Nieuwland

0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Toestelplek voor 0-11, een uitdagend toestel voor 6-11 bijplaatsen. Voetbalveld voorzien van 2e doel. Enkele speelprikkels aanbrengen (poefs/boomstam langs veld). Bij het trapveld een (overdekte) zitmogelijkheid voor jongeren aanleggen.

N 54

Delflandseweg nr. 352

Nieuwland

N 55

Delflandseweg nr. 158

N 56

Hollandiahof a/h water

Nieuwland

6

4

1

1

1

1

1

woonplus

gemeente

1

€

750

gemeente

1

€ 2.500

woonplus


€

500

gemeente

Nieuwland


€

750

gemeente

Nieuwland

6 t/m 11 jaar6 t/m 11 jaar Toestel voor 6-11 bijplaatsen (klim/glij/combi). Enkele speelprikkels aanbrengen (groen/hinkel/verharding/poe fs)

€ 1.500

gemeente

8

4

1

1

spnr

locatie

wijk

categorie maatregelen huidig wordt 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Centrale speelplek voor kinderen. Bijplaatsen enkele speelprikkels.

N 56 A

Hollandiahof t/o 27

Nieuwland

N 58

J. Oudegeeststraat t/o 17

Nieuwland

0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Centrale plek in de buurt. Zitmogelijkheid voor jongeren plaatsen bij trapveld.

N 58 A

J. Oudegeeststraat t/o 71

Nieuwland

12 t/m 18 jaa12 t/m 18 jaa Basketbalveldje voor jongeren, een zitmogelijkheid bijplaatsen.

N 59

W. Pastoorstraat

Nieuwland

N 60

H. Polakstraat t/o 4

N 63



beheer gemeente

3

€

750

woonplus

3

€

750

gemeente


€

250

gemeente

Nieuwland

0 t/m 11 jaar secundair Bij huidig kinderaantal secundair, bij stijgend kinderaantal mogelijk 2e plek voor de buurt.

€ 2.000

woonplus

K. Katerstraat

Nieuwland


€ 1.000

woonplus

N 64

K. Katerstraat 64 / 68

Nieuwland


€

250

gemeente

N 69

Heinsiusstraat nr. 79

Nieuwland

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Bijplaatsen toestel 0-5 (draai/glij/huisje), en toestel 611 (combi). Trapveld voor de jeugd maken door het plaatsen van mini doelen.

N 70

D. Curtiusstraat 79

Nieuwland

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen aanwijzen. Bijplaaten 2 toestellen 0-5 (glij/klim/huisje). Enkele speelprikkels (poefs) aanbrengen.

N 70 A

v. Hallstraat

Nieuwland

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Bijplaatsen 2 toestellen voor kinderen (draai/schommel). Enkele speelprikkels (poefs) aanbrengen.

N 72

v. Limburgstirumstr naast 231 Nieuwland

0 t/m 11 jaar secundair Toestellen verwijderen of ergens hergebruiken.

N 73 N 74

v. Hoogendorpstraat achter Nieuwland v. Hoogendorpstraat Nieuwland

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Geen aanpassingen. 6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar Bij vervanging van de glij/combi hier een meer uitdagend toestel voor 6-18 voor terugplaatsen. Zitmogelijkheid voor jongeren bij het veld plaatsen.

N 75

v. Hoogendorpstraat achter Nieuwland

N 76

v. Limburgstirumstraat a 107 Nieuwland

N 77

Park Nieuwland

Nieuwland

6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar No Problemplek. Geen aanpassingen.

N 77A

Dr. Schaepmansingel

Nieuwland

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar TOS-eiland. Kijken of de openingstijden kunnen worden vergroot. Tijdens de rondgang werd hier om gevraagd.

N 85

Vlaadingerdijk achter 538

Nieuwland

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Nieuwbouw/herontwikkeling gebied, aandacht voor speelplekken houden.

Z 01 (N)

Groen van Prinstererstraat

zoekgebied Nieuwland

geen


3

1

2

€ 6.000

gemeente

Z 02 (N)

Eiland J. den Uyllaan


geen

12 t/m 18 jaa No Problem plek, overdekte zitmogelijkheid met enkele sport toestel voor jongeren. Gedeeltelijk afschermen met groen.

4

1

2

####

gemeente

Z 03 (N)

Nieuwe Damlaan (accent college)


geen

12 t/m 18 jaa No Problem plek, overdekte zitmogelijkheid met enkele sport toestel voor jongeren. Gedeeltelijk afschermen met groen.

3

1

1

€ 8.000

gemeente

O 01

Dr. Zamenhofstraat t/o 47

Oost

€ 1.000

gemeente

O 01A

Fahrenheitstraat 2-4

zoekgebied Oost

p.m.

schoolplein

O 02

Fultonstraat

Oost

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Bij vervanging van toestel voldoende aandacht aan 0-5 geven. Enkele speelprikkels (poefs/verharding/hinkelset) aanbrengen.

5

€ 1.000

gemeente

O 03

v. Marumstraat

Oost

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen, duikelrek vervangen voor toestel 0-5 (huisje). 1 wipveer vervangen voor ander toestel (draai). Enkele speelprikkels aanbrengen op plek en in de straat (verharding/poefs/kleur/hinkel set).

6

€ 2.000

gemeente

O 04

Dr. Zamenhofstraat

Oost

6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar Geen aanpassingen.

3

1

€ 2.500

woonplus

3

1

1

€ 2.500

gemeente

3

1

1

€ 2.500

gemeente

€ 1.500

woonplus

€ 1.500

woonplus gemeente

0 t/m 11 jaar secundair Toestellen verwijderen of ergens hergebruiken.

€ 1.000

woonplus

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen. Bij het vervangen van toestellen meer uitdaging in toestellen aanbrengen.

€

woonplus

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Brug vervangen voor een toestel voor 0-5 (huisje/draai/glij). Enkele speelprikkels (poefs) aanbrengen. geen

3

500

gemeente p.m. st. welzijn schiedam

woonplus

3

6 t/m 11 jaar Schoolplein (0-11). In overleg met schoolbestuur als toestelplek voor de jeugd openbaar aanwijzen, in aanvulling op veld [O 27]. Als plein niet openbaar kan worden/zijn/is dan bij het trapveld aanvullende voorzieningen aanbrengen.

1

gemeente

spnr

locatie

wijk

O 06

Newtonplein

Oost

categorie maatregelen nieuw huidig wordt aanleiding tst tst.duur 5 1 1 0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Bijplaatsen toestel voor 0-5 (huisje/glij) en toestel voor 011 (draai). Enkele speelprikkels aanbrengen op en rondom plek (poefs/kleur/verharding).


gemeente

O 07

Van 't Hoffplein

Oost

0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Bijplaatsen toestel voor 0-11 (draai/schommel). Enkele speelprikkels aanbrengen (poefs/kleur/verharding/hinkel set). Mogelijheid tot plaatsen van pannakooi op verharding aan kant van de basket.

€ 2.500

gemeente

O 09 O 10

Buys Ballotsingel Edisonstraat t/o 45

Oost Oost

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Geen aanpassingen. 0 t/m 5 jaar secundair Toestel verwijderen of hergebruiken.

€

250

gemeente gemeente

O 11

Edisonstraat t/o 23

Oost


€

250

gemeente

O 17

Halleyplein

Oost

0 t/m 11 jaar0 t/m 18 jaar Plek voor kinderen met enkele voorzieningen voor de jeugd. De ondergrond wordt niet als positief beoordeeld door jeugd. Op enige afstand (talud r'dijk/boerhavelaan) zitmogelijkheid voor jongeren plaatsen (overdekt).

€ 2.000

gemeente

O 19

Galileistraat / Lange Singelstr Oost

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Vehoogde gedeelte ontdoen van wiebelplaten (ergens hergebruiken) zodat een plek ontstaat voor fietsjes e.d. trap hier evt. op aanpassen.

p.m.

gemeente

O 21

Ohmstraat

Oost

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen, bijplaatsen kleine combi en een draaitoestel.

€ 1.500

gemeente

O 21 A

Rotterdamsedijk

Oost

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen. Hier bij vervangen van toestellen op letten. Enkele speelprikkels (poefs) aanbrengen.

€

750

gemeente

O 21 B

Van Swindensingel 66

zoekgebied Oost

p.m.

schoolplein

O 22

Marconieplantsoen

Oost

0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar In het plantsoen een zitmogelijkheid voor jongeren aanleggen (overdekt) op enige afstand van trapveld.

3

1

€ 1.500

gemeente

O 23

Archimedesplein

Oost

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen, bijplaatsen kleine combi. Enkele speelprikkels aanbrengen op verharding.

4

1

€ 1.500

gemeente

O 25

Edisonplein

Oost

0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Op het basketveld aan beide lange zijden 2 minidoeltjes plaatsen zodat half voetbal en half basket gespeeld kan worden of twee partijen voetbal. Kosten voor een hekwerk zij niet meegenomen.

€ 1.000

gemeente

O 27

Stationstraat

Oost

6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar Trapveld. Als schoolplein [O 01A] niet openbaar is/wordt dan hier toestellen voor jeugd bijplaatsen.

p.m.

gemeente

O 28

Stationstraat

Oost

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen. Duikelrekken ergens anders hergebruiken. Bij vervanging van schommel en combi letten op leeftijd 0-5. bijplaatsen draaitoestel en enkele speelprikkels aanbrengen.

3

€ 1.000

gemeente

O 30

Van Leeuwenhoekstraat thv Oost

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Enkele speelprikkels aanbrengen, rondom plek.

3

€

750

gemeente

O 30 A

Van Leeuwenhoekstraat thv Oost

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Enkele speelprikkels aanbrengen, rondom plek.

3

€

750

gemeente

O 31 A

Oosterstraat 4-14

Oost

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen. Duikelrek ergens hergebruiken. 1 wipveer niet meer vervangen. Bijplaatsen toestel 0-5 (schommel/draai/klim). Enkele speelprikkels aanbrengen (poefs/verharding).

4

1

€ 1.500

gemeente

O 32

Singel

Oost

6 t/m 11 jaar6 t/m 18 jaar Ruimtenet behouden, hierbij de schommel plaatsen. Wip en draaitoestel vervangen voor een meer uitdagend toestel voor 6-11 (combi/draai/klimwand). Trapveld realiseren/ in ere herstellen. Hier een zitmogelijkheid voor jongeren bijplaatsen.

3

1

€ 6.000

gemeente

geen

4

4

2

1

1

1

3

6 t/m 11 jaar Schoolplein (0-11). Plein is al (semi-)openbaar. In overleg met schoolbestuur kijken wat de functie voor het speelruimteplan kan zijn/worden/is.

4

1

2

beheer

spnr

locatie

wijk

O 32 A

Oostsingel to 10

Oost

O 35

Emmastraat / Blekerijpad

Oost

categorie maatregelen nieuw huidig wordt aanleiding tst tst.duur 4 1 0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen. Duikelrekken ergens anders hergebruiken. Een leuke combi voor 0-5 terugplaatsen. Enkele speelprikkels aanbrengen (poefs/verharding). 2

0 t/m 5 jaar 6 t/m 11 jaar Toestelplek voor de jeugd van maken, die medegebruik door kinderen niet uitsluit. Huidige toestellen vervangen voor meer 6-11 jarigen (schommel/glij/klim(wand). Eventueel kleine voetbalmogelijkheid (panna) bij voldoende ruimte.

2


gemeente

beheer

€ 7.500

gemeente

M 01 (O) Omgeving Edisonstraat

maatregel Oost

n.v.t.

0 t/m 5 jaar Verspreid door de straat speelprikkels aanbrengen voor kinderen (poefs/verharding/hinkelset/kl eur).

15

€ 1.500

gemeente

M 02 (O) Omgeving Newtonstraat

maatregel Oost

n.v.t.

0 t/m 5 jaar Verspreid door de straat speelprikkels aanbrengen voor kinderen (poefs/verharding/hinkelset/kl eur).

15

€ 1.500

gemeente

Z 01 (O)

Van Swindenstraat / Snelliussingel (groen)

zoekgebied Oost

geen

12 t/m 18 jaa Kleine Stay Around plek voor jongeren. Zitmogelijkheid met een sport/kracht toestel.

3

1

€ 3.000

gemeente

O 34 A

Lindenhof to 23

Centrum

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Plek uitbreiden, ter vervanging van plekken [O 34B/C] en [O 36A]. Bijplaatsen 2 toestellen voor 0-5 (draai/glij/huisje/combi). Enkele speelprikkels aanbrengen door het hofje (poefs/kleur/verharding/hinkel set).

5

1

€ 2.000

gemeente

O 34 B

Willemshofje t/o nr. 6

Centrum

0 t/m 11 jaar secundair Toestellen niet meer vervangen of Indien mogelijk hergebruiken. Plek informeel bespeelbaar laten door enkele poefs.

3

€ 2.000

gemeente

O 34 C

Leliendaal

Centrum

0 t/m 5 jaar secundair Poefs laten staan, plek van de lijst halen.

€

250

gemeente

O 35 A

Broersvest

Centrum

6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar Meer uitdaging aanbrengen bij vervanging huidig skateelement. Hierover over voeren met jongeren(werkers). Bijplaatsen van een overdekte zitmogelijkheid, plek als No Problem voor Oost en Centrum.

€ 2.000

gemeente

O 36

Ged. Baansloot / Grofbaan Centrum

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Geen aanpassingen. Meest uitdagende plek in centrum.

O 36 A O 37

Lange Achterweg Herenstraat

Centrum Centrum

0 t/m 5 jaar secundair Toestel vewijderen. 0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen. Hier bij vervangen van toestellen op letten. Enkele speelprikkels (poefs) aanbrengen.

O 38

Palmboomstraat

Centrum

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Indien mogelijk een pannakooi plaatsen voor de jeugd als voetbalmogelijkheid. Anders 2 minidoeltjes in het gras plaatsen.

zuid 34

Lange Nieuwstraat

Centrum

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Uitgebreide plek. In de toekomst mogelijke investering heroverwegen, zeker bij lager kinderaantal kan de plek minder uitgebreid worden ingericht.

Z 01 (C)

Omgeving Raam

zoekgebied Centrum

geen

Z 02 (C)

Park Tuinlaan / Lange Nieuwstraat

zoekgebied Centrum

geen

west 06

van Ostadelaan t/o 41

West

west 06 B van Ostadelaan t/o 18

1

3

1

gemeente € €

3

1

250 750

gemeente gemeente

€ 7.000

gemeente

gemeente

2

€ 6.000

gemeente

3

€ 6.000

gemeente


€

750

gemeente

West


€

500

gemeente

west 06 D Julianalaan t/o 88

West

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar 1 wipveer niet meer vervangen. Enkele speelprikkels (poefs) aanbrengen.

€

750

gemeente

west 07

West


€

250

gemeente

west 08 C van Dijckstraat t/o 10

West

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Bijplaatsen toestel 0-5 (draai/klim) en enkele speelprikkels in de straat/stoep aanbrengen (kleur/poefs)

5

€ 2.000

gemeente

west 09

West

0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Zitmogelijkheid voor jongeren plaatsen.

3

€ 1.000

gemeente

West

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Bijplaatsen toestel 0-5 (draai) en enkele speelprikkels in de straat/stoep aanbrengen.

5

€ 1.000

gemeente

€ €

gemeente gemeente

P de Hoogstraat t/o 18

Frans Halsplein

west 13 B Nicolaas Beetsstraat t/o 36

west 14 west 15

F. van Bourgondiestraat t/o 3West Tollensstraat t/o 25 West

0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen aanleggen. Enkele toestellen en speelprikkels aanbrengen. 12 t/m 18 jaa Stay Around plek voor jongeren. Overdekte zitmogelijkheid met een sport/kracht toestellen.

0 t/m 5 jaar secundair Toestel verwijderen. 0 t/m 5 jaar secundair Toestel verwijderen.

3

1

3

3

1

1

250 250

spnr

locatie

west 16 west 18

Westfrankenlandsestraat bij 1West Stadhouderslaan JulianaparkWest

west 19

A. Muijsstraat t/o school

west 19 B Veenlantstraat bij nr 8

wijk

categorie maatregelen huidig wordt 0 t/m 5 jaar secundair Toestel verwijderen. 0 t/m 5 jaar secundair Toestellen niet meer vervangen, of ergens hergebruiken.

nieuw aanleiding tst tst.duur

gemeente gemeente

beheer

West

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Bijplaatsen toestellen 0-5 (draai/klim) en enkele speelprikkels in straat/stoep aanbrengen.

5

2

€ 1.500

gemeente

West

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Bijplaatsen toestellen 0-5 (draai/klim) en enkele speelprikkels in straat/stoep aanbrengen.

5

2

€ 1.500

gemeente

west 20

Aleidastraat t/o 62

West

0 t/m 11 jaar0 t/m 18 jaar Zitmogelijkheid voor jongeren plaatsen.

3

west 22

Fabriplein

West

0 t/m 11 jaar0 t/m 18 jaar Enkele speelprikkels aanbrengen, rondom plek. Op het plein een voetbalmogelijkheid maken (pannakooi/minidoelen). Zitmogelijkheid voor jongeren aanleggen.

8

west 23

Vriendschapsplein

West

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Enkele speelprikkels aanbrengen, rondom plek.

west 24

Fabristraat / WestfrankelandsWest

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen. Enkele speelprikkels aanbrengen.

west 25

van Smaleveltstraat

West

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Op het gras 2 minidoelen plaatsen als voetbalmogelijkheid. Eventueel wipveer en glijbaan verplaatsen.

west 26

Nassaulaan to 55

zoekgebied West

geen

€

750

gemeente

€ 6.000

gemeente

5

€

750

gemeente

3

€

750

gemeente

€ 2.500

gemeente

p.m.

schoolplein

250

€ 1.000

schoolplein gemeente gemeente

€ 1.500

gemeente

€ 8.000

gemeente

2

2

6 t/m 11 jaar Voor de jeugd als toestelplek in combinatie met zoekgebied [Z 07 (West)]. Anders zoekgebied beter inrichten.

west 26 A Nassaulaan t/o nr. 12 west 27 Prins Frederik Hendrikstraat west 28 A. van Solmsstraat t/o 33

West West West

0 t/m 5 jaar secundair Toestel verwijderen 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Geen aanpassingen. 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Bijplaatsen toestel 0-5 en enkele speelprikkels aanbrengen.

west 29

Pr.Bernhardlaan

West

0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Toestelplek voor kinderen en jeugd. Trapveld voor jeugd en jongeren. 1 wip en 1 schommel niet meer vervangen. Bij het veld een zitmogelijkheid plaatsen voor jongeren.

3

west 30

Julianalaan

West

0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Toestelplek voor kinderen en jeugd. Rondom de speelplek enkele speelprikkels aanbrengen. Basketveld voor jongeren, hier een overdekte zitmogelijkheid bijplaatsen. Aan lange zijden van verharde veld minidoelen plaatsen voor voetbal. Enkel toestel voor 12-18 bijplaatsen.

8

4

Z 01 (WestPaulus Potterstraat

overig kosten € 250 € 500

€ 3

1

2

zoekgebied West

geen


3

3

€ 6.000

gemeente

Z 02 (WestJ. Israelsstraat / Mesdaglaan zoekgebied West

geen


3

3

€ 6.000

gemeente

Z 03 (WestPotgieterstraat

zoekgebied West

geen

0 t/m 5 jaar Plek voor kinderen aanleggen. Enkele toestellen en speelprikkels aanbrengen. Eventueel stuk van de straat uit verkeersfunctie nemen.

5

3

€ 6.000

gemeente

Z 04 (WestGraaf Florislaan

zoekgebied West

geen


5

3

€ 6.000

gemeente

Z 05 (WestGraaf Florislaan / Da Costastraat

zoekgebied West

geen


5

3

€ 6.000

gemeente

Z 06 (WestNassaulaan / A. van Burenlaan

zoekgebied West

geen

0 t/m 5 jaar Centrale speelplek voor kinderen aanleggen. Enkele toestellen en speelprikkels aanbrengen.

5

1

2

€ 6.000

gemeente

Z 07 (WestOver de Veste / Warande

zoekgebied West

geen

6 t/m 11 jaar Plek voor de jeugd aanleggen. Enkele toestellen (combi/klim) en mogelijkheid voor voetbal (panna/minidoel). Enkele poefs bij plaatsen.

4

2

2

€ 8.000

gemeente

Z 08 (WestJulianapark

zoekgebied West

geen

12 t/m 18 jaa Ontmoetingsplek voor de jongeren in het park. Aangevuld met enkele sport/kracht toestellen.

4

2

€ 5.000

gemeente

zuid 01

Zuid

0 t/m 18 jaar0 t/m 18 jaar Bij het trapveld een zitmogelijkheid (overdekt) voor jongeren bijplaatsen in overleg met jongeren.

3

1

€ 2.000

gemeente

0 t/m 5 jaar 0 t/m 11 jaar Plek voor kinderen en jeugd. Bijplaatsen uitdagende combi voor 0-11, en een toestel voor 0-5 (glij) en voor 6-11 (schommel). Op het gras minidoeltjes plaatsen als voetbalmogelijkheid. Enkele speelprikkels (poefs/pleinplakkers) aanbrengen.

4

2

€ 6.000

gemeente

Jachthavenlaan

zuid 02A Achterzijde H. Hartkerk/ MerwZuid

3

spnr

locatie

wijk

zuid 03

Oppiplein / Den BommelsestrZuid

categorie maatregelen huidig wordt 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Duikelrek niet meer vervangen.

nieuw aanleiding tst tst.duur


beheer gemeente

zuid 03A Opzomerplein / Ridderkerkse Zuid

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Duikelrek niet meer vervangen.

€

250

gemeente

zuid 06 zuid 07

Nieuwe Maasstraat 134 Abbenbroeksestraat 29A

Zuid Zuid

0 t/m 5 jaar secundair Toestel verwijderen. 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Bijplaatsen 2 toestellen voor kinderen (draai/klim/huisje). Enkele speelprikkels (poefs) aanbrengen.

€ 250 € 2.500

gemeente gemeente

zuid 09

Oude Maasstraat 10

Zuid

€ 1.500

gemeente

zuid 10

Geervlietstraat / Havendijk

1

€ 2.500

gemeente

zuid 11A zuid 11B zuid 12 zuid 13 zuid 14

Zwartewaalsestraat 16 C Zwartewaalsestraat 12 Nieuwe Maasstraat 6 Nieuwe Maasstraat 13A Rozenburgerplein

1

€ 250 € 250 € 250 € 500 ####

gemeente gemeente gemeente gemeente gemeente

1

€ 500 € 2.000

gemeente gemeente

1

€ 250 € 250 € 250 € 2.000

gemeente gemeente gemeente gemeente

4

€ 1.000

gemeente

4

€ 250 € 1.500

gemeente gemeente

p.m.

schoolplein

€ 250 € 1.500

gemeente gemeente

€ 250 € 1.000

gemeente gemeente

€ 1.500

gemeente

€ € €

250 250 750


3

1

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Bijplaatsen toestel 0-5 en enkele speelprikkels aanbrengen.

3

1

Zuid

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Bijplaatsen 2 toestellen voor kinderen (draai/schommel). Enkele speelprikkels (poefs) aanbrengen.

3

1

Zuid Zuid Zuid Zuid Zuid

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar

zuid 15 Goereesestraat 9 zuid 16A Rozenburgsestraat 24A

Zuid Zuid

0 t/m 5 jaar secundair Toestellen verwijderen. 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Plek aanvullen met 2 toestellen 0-5 (draai/schommel) en enkele speelprikkels.

zuid 17 zuid 17A zuid 18 zuid 18 A

Ouddorpsestraat 21B Putterhoeksestraat 48 Strijensestraat 42 Maasdamstraat 12

Zuid Zuid Zuid Zuid

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar

zuid 19

secundair Toestel verwijderen. secundair Toestel verwijderen. secundair Toestel verwijderen. secundair Toestellen verwijderen. 0 t/m 18 jaar Plek voor kinderen en jeugd. Bijplaatsen uitdagende combi voor 6-11. Enkele speelprikkels (poefs/pleinplakkers) aanbrengen. Een pannakooi op de verharding plaatsen voor jeugd en jongeren. Aan de rand van het plein een zitmogelijkheid voor jongeren plaatsen.

secundair secundair secundair 0 t/m 5 jaar

Toestel verwijderen. Toestel verwijderen. Toestel verwijderen. Meer toestellen door de straat aanbrengen, of plek geheel verplaatsen naar Rhoonsestraat. Enkele speelprikkels en 2 toestellen bijplaatsen.

Pendrechtsestraat 3A

Zuid

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Enkele speelprikkels aanbrengen.

zuid 19A Middelharnisstraat 35 zuid 20 Wilhelminaplein

Zuid Zuid

6 t/m 11 jaar secundair Toestel verwijderen. 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Bij vervangen van toestellen meer uitdaging voor 0-5 aanbrengen door draai/klim/schommel toestellen. Enkele speelprikkels aanbrengen op verharding (pleinplakkers).

zuid 22

zoekgebied Zuid

Dwarsstraat 2

geen

8

3

4

1

1

1

6 t/m 11 jaar In overleg met schoolbestuur kijken of schoolplein voor jeugd openbaar kan / beter ingericht indien gewenst.

zuid 22 A Steenstraat 2 zuid 23 Grevelingenplein

Zuid Zuid

0 t/m 5 jaar secundair Toestel verwijderen. 0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar Duikelrek vervangen voor toestel 0-5 (schommel/draai). Enkele speelprikkels in verharding aanbrengen (pleinplakkers/kleur).

zuid 23A Minckelerspad zuid 24 Zalmstraat / Visserstraat

Zuid Zuid

0 t/m 5 jaar secundair Toestel verwijderen. 6 t/m 18 jaar6 t/m 18 jaar Bijplaatsen zitmogelijkheid voor de jongeren.

zuid 24 A Visserstraat 33

Zuid

0 t/m 11 jaar 0 t/m 5 jaar Bijplaatsen toestel 0-5 (draai/klim/schommel). Enkele speelprikkels aanbrengen in verharding.

zuid 26 zuid 28 zuid 29

Zalmstraat 22 Visserstraat voor 8 Maasstraat 14

Zuid Zuid Zuid

0 t/m 5 jaar secundair Toestel verwijderen. 0 t/m 5 jaar secundair Toestel verwijderen. 0 t/m 5 jaar secundair Toestellen verwijderen. Duikelrek en bokspringpaal indien mogelijk ergens hergebruiken.

zuid 32

Haringvlietstraat / Hagastraa Zuid

0 t/m 5 jaar 0 t/m 5 jaar 2 wipveren verwijderen en hier een toestel voor 0-5 voor terugplaatsen (schommel/klim). Enkele speelprikkels aanbrengen.

3

1

€ 1.500

gemeente

zuid 33

Spuistraat

0 t/m 11 jaar0 t/m 11 jaar Bijplaatsen combi voor 0-11 met uitdaging en klimmen. Enkele speelprikkels aanbrengen.

3

1

€ 2.000

gemeente

1

€ 5.000

gemeente

2

€ 5.000

gemeente

Zuid

4

1

3 4

Z 01 (Zuid)Havenlaan / Park Maasboulevard

zoekgebied Zuid

geen

12 t/m 18 jaa Ontmoetingsplek voor de jongeren aan de rand van het park. Aangevuld met enkele sport/kracht toestellen.

3

Z 02 (Zuid)Nieuwe Haven / Grevelingenstraat

zoekgebied Zuid

geen

12 t/m 18 jaa Ontmoetingsplek voor de jongeren. Aangevuld met enkele sport/kracht toestellen.

3

1

1


114

BIJLAGE VI.

RESULTATEN INTERNETPANEL


115

Internetonderzoek

Speelplekken

Augustus 2007 Onderzoek & Statistiek Gemeente Schiedam

leeftijdsgroep is dat vaak onder begeleiding of in de nabijheid van een volwassene. 7 procent van de respondenten geeft aan dat hun kind nog te jong is om buiten te spelen.

Inleiding De gemeente Schiedam werkt in samenwerking met. het Ingenieursbureau OBB aan een geheel nieuw speelruimteplan voor de stad. Daartoe worden op grote schaal de meningen van basisschoolkinderen, leerkrachten en de oudere jeugd verzameld. Uiteraard is ook de mening van de ouders belangrijk. Om hun mening te peilen is gebruik gemaakt van het internetpanel, waarover de gemeente Schiedam beschikt. Met behulp van een korte vragenlijst via internet is aan dit panel gevraagd naar hun mening over de speelplekken in de buurt. In een periode van drie weken die tot en met week 29 duurde, namen 375 personen deel aan het internetonderzoek ‘Speelplekken’, hetgeen overeenkomt met een respons van 52 procent. Dit mag een uitstekend resultaat genoemd worden, aangezien het onderzoek gericht is op ouders van kinderen in de leeftijd van 0 tot en met 17 jaar.

Hoe vaak is uw kind buiten om te spelen?1 0-5 jr 6-11 Frequentie buiten spelen jr 2.

elke dag meerdere keren per week 1 keer per week of minder bijna nooit mijn kind is nog te jong totaal*

26 % 41 % 29 % 57 % 49 % 33 % 6% 7 % 17 % 5% 4 % 21 % 7% ----------100 % 100 % 100 %

* Door afronding tellen de percentages niet altijd op tot 100%.

De 6-11 jarigen spelen het vaakst buiten. Maar liefst 41 procent van de ouders geeft aan dat hun kind elke dag buiten speelt. De oudste jeugd (12-17 jr) speelt veel minder buiten. 21 procent zegt dat hun kind bijna nooit buiten speelt (tegenover 5% van de 0-5 jarigen en 4% van de 6-12 jarigen). In een recent gehouden onderzoek in het kader van de Jeugdmonitor is te lezen dat basisscholieren (groepen 7 en 8) vooral binnenactiviteiten, zoals computeren, huiswerk maken en tv kijken vaker in hun vrije tijd doen dan sporten of buiten spelen. Dit kan erop duiden dat kinderen in de leeftijd van 6 tot en met 9 jaar het meest buiten spelen. Aan de ouders van kinderen in de leeftijd 6-11 jr is gevraagd waar hun kind meestal speelt als ze buiten zijn. Dit levert het volgende beeld op.

Uitkomsten Om een beeld te krijgen van de mening van ouders over de speelplekken bij hun in de buurt is allereerst gevraagd naar de leeftijd van hun kinderen. Elke leeftijdsgroep heeft namelijk behoefte aan een andere speelplek. Oudere kinderen zijn mobieler en stellen andere eisen dan bijvoorbeeld peuters. In de vragenlijst is daarom onderscheid gemaakt naar kinderen in de leeftijdscategorieën 0-5 jr, 6-11 jr en 12-17 jr. De respons per leeftijdscategorie is in tabel 1 weergegeven. 1.

12-17 jr

3.

Waar speelt uw kind meestal als het buiten is (6-11 jr)?

Respons naar leeftijdscategorie

Leeftijdscategorie 0-5 jaar 6-11 jaar 12-17 jaar

op straat

Aantal respondenten

speeltuin/-plek in de eigen tuin

149 171 175

hangplek, sportveldje (school)plein

Sommige respondenten hebben kinderen in meerdere leeftijdscategorieën, vandaar dat het totaal van de leeftijdscategorieën niet gelijk is aan de totale respons van 375 personen.

elders 0

Buiten spelen Aan de ouders is gevraagd hoe vaak hun kinderen buiten spelen. Bij de jongste groep (0-5 jr) speelt 83 procent meerdere keren per week tot soms wel elke dag buiten. Bij deze

Internetonderzoek Speelplekken

% 10

20

30

40

50

1

De vraagstelling voor de oudere leeftijdsgroepen was enigszins anders gesteld; 6-11 jr: Hoe vaak is uw kind buiten voor plezier, om te spelen of te sporten? 12-17 jr: Hoe vaak is uw kind buiten voor plezier, om anderen te ontmoeten, te spelen of te sporten?

-1-

Onderzoek & Statistiek, 2007

afstand groter wordt vinden steeds meer ouders de afstand onacceptabel. Ouders van de wat oudere kinderen (6-11 jarigen) vinden een grotere afstand tot de dichtstbijzijnde speelplek sneller acceptabel. Ongeveer driekwart van de ouders vindt een afstand van 150-300 meter nog steeds acceptabel.

De meeste kinderen in de leeftijd 6-11 jr spelen meestal op straat (46%). Daarna volgt een speciaal daarvoor ingerichte speeltuin/-plek (23%). Ongeveer één op de tien kinderen speelt meestal in de eigen tuin. Op deze leeftijd zijn hangplekken en sportveldjes (nog) niet in trek om buiten te vertoeven. De oudere jeugd (12-17 jr) is het vaakst thuis met vrienden of gaat naar vrienden toe (25%). Zij zijn duidelijk mobieler en gaan naar meerdere plekken in de buurt (18%), naar sportverenigingen (16%) en hangplekken (7%) om anderen te ontmoeten.

Barrières tussen woning en speelplek Soms bevinden zich tussen de eigen woning en de dichtstbijzijnde speelplek grote barrières. Er moet dan bijvoorbeeld een drukke verkeersweg, een bus- of trambaan worden overgestoken. Kleine kinderen zullen dan van hun ouders niet snel gebruik mogen maken van zo’n speelplek. Terwijl juist het zelfstandig leren buitenspelen van groot belang is voor jonge kinderen. In de volgende figuur is per wijk weergegeven of er volgens de ouders van dit soort barrières bestaan tussen de eigen woning en de dichtstbijzijnde speelplek.

Afstand naar de speelplek Aan de ouders van de 0-5 en 6-11 jarigen is gevraagd op welke afstand van de eigen woning de dichtstbijzijnde speelplek ligt. 4.

Afstand van eigen woning naar dichtstbijzijnde speelplek

6.

20%

Centrum

59%

21%

Liggen er tussen uw woning en de dichtstbijzijnde speelplek grote barrières (zoals een drukke verkeersweg, bus- of trambaan, water e.d.)?

Oost Zuid

< 150 m.

150-300 m.

West

>300 m.

Nieuwland Groenoord

Ruim de helft van de ouders (59%) geeft aan dat er binnen 150 meter van de eigen woning een speelplek is. Eén op de vijf ouders zegt dat de dichtstbijzijnde speelplek op 300 meter of meer gelegen is. Niet alleen de afstand naar de dichtstbijzijnde speelplek is gevraagd, maar ook of de ouders deze afstand acceptabel vinden voor hun kind. In tabel 5 is de uitkomst van deze vraag weergegeven.

Kethel Woudhoek Spaland/Sveaparken 0%

ja

Aandeel ouders dat afstand van eigen woning naar speelplek acceptabel vindt (naar leeftijdscategorie) Afstand eigen woning0-5 jr 6-11 jr speelplek 80 % 59 % 19 %

95 % 76 % 28 %

Voor de jongste leeftijdsgroep vindt 80 procent van de ouders een afstand tot 150 meter acceptabel voor hun kind. Naarmate deze


40% eigszins

60%

80% 100%

nee

In de noordelijk gelegen wijken, zoals Kethel, Woudhoek en Spaland/Sveaparken komen dit soort barrières wel eens voor, maar over het algemeen minder dan in de rest van Schiedam. Ook in Nieuwland ervaren de ouders weinig barrières tussen de eigen woning en de dichtstbijzijnde speelplek. Nieuwland bezit namelijk relatief veel openbare ruimte, bijvoorbeeld openbaar groen tussen de flatwoningen. Hier maakt de jeugd dankbaar gebruik van. Daarnaast is er op dit soort plekken tussen de flats vaak al een speelplekje

5.

< 150 meter 150-300 meter > 300 meter

20%

-2-


voor kinderen ingericht. In Oost is een aantal lanen aanwezig die een belemmerende werking zouden kunnen hebben. Toch is de mening van de ouders vrij positief. In de nabijheid van de eigen woning worden weinig barrières ervaren. In Oost zijn namelijk relatief veel pleintjes, waar een speelplek is ingericht. Daarnaast spelen kinderen op de speelplaatsen van een aantal scholen.

wijk een centrale ontmoetingsplaats voor jongeren moet hebben (zie tabel 8). Andere voorzieningen voor jongeren van 12-17 jaar die door ouders gemist worden zijn in bijlage 1 opgenomen. 8.

% (zeer) mee eens

Stelling

Aantal speel-/ontmoetingsplekken Aan de ouders is de mening gevraagd over het aantal speel-/ontmoetingsplekken voor kinderen in de buurt. Figuur 7 geeft deze mening per leeftijdsgroep weer. 7.

In hoeverre bent u het eens met de volgende stellingen?

Wat is uw mening over het aantal speel/ontmoetingsplekken in uw buurt?

Iedere wijk moet een centrale ontmoetingsplaats voor jongeren hebben

77 %

Overlast door de jeugd is niet erger dan vroeger, tegenwoordig klagen mensen sneller

33 %

Ik wil geen speelplek naast de deur omdat de kans bestaat dat het een hangplek wordt voor jongeren

50 %

0-5 jarigen

Een ruime meerderheid van de ouders is van mening dat er meer ontmoetingsplaatsen voor jongeren moeten komen, echter de helft wil geen speelplek naast de deur omdat zij bang zijn dat dit een hangplek voor jongeren wordt (oneens: 28%). Vooral in Zuid, Groenoord, Woudhoek en Spaland/Sveaparken denken de ouders er zo over. Een andere stelling die de ouders van jongeren is voorgelegd is de volgende: overlast door de jeugd is niet erger dan vroeger, tegenwoordig klagen de mensen sneller. Slechts een derde is het eens met deze stelling. Vooral in Zuid en Spaland/Sveaparken is men een geheel andere mening toegedaan.

6-11 jarigen 12-17 jarigen 0%

20%

40%

(ruim) voldoende

60%

80% 100%

niet voldoende/niet onvoldoende

(ruim) onvoldoende

Duidelijk is dat de ouders het minst tevreden zijn over het aantal speel-/ontmoetingsplekken voor kinderen tussen de 12 en 17 jaar. Driekwart van de ouders van deze kinderen vindt dat er te weinig plekken voor hen zijn. Een zelfde beeld wordt bevestigd door het Leefbaarheidsonderzoek 2006. Hierin geven de respondenten aan dat zij van alle voorzieningen het minst te spreken zijn over voorzieningen voor jongeren. Deze mening wordt evenals in dit onderzoek stadsbreed gedragen. Bij de andere leeftijdsgroepen zijn eveneens meer ouders ontevreden dan tevreden over het aantal speelplekken, zij het in mindere mate dan bij de 12-17 jarigen (43% van de ouders van de 0-5 jarigen en 49% van de ouders van 6-11 jarigen).

Speelplekken en speeltoestellen Aan de ouders van kinderen van 6 t/m 11 jaar is gevraagd om een aantal aspecten van de speelplek bij hen in de buurt te beoordelen. Daarnaast is hen nog een tweetal stellingen voorgelegd. In de figuren 9 en 10 zijn de uitkomsten hiervan weergegeven.

Uit het voorgaande blijkt dat men niet tevreden is over het aantal speel-/ontmoetingsplekken voor jongeren. Daarnaast onderschrijft ruim driekwart van de ouders de stelling dat iedere


-3-


9.

In hoeverre bent u tevreden met de volgende aspecten van de speelplekken bij u in de buurt?

veiligheid speeltoestellen

derde is het eens met deze stelling, en dan vooral in Nieuwland is men uiterst positief. In Oost en West vinden de ouders juist dat het huidige aanbod aan speelvoorzieningen geen goede ontmoetingsplaats vormt voor hun kinderen.

43

kwaliteit speeltoestellen

35

Conclusie

sociale controle speelplek

29

onderhoud speeltoestellen

28

aantrekkelijkheid speeltoestellen

28

netheid speelplek

Het internetonderzoek Speelplekken onder ouders van kinderen van 0 t/m 17 jaar geeft een goede indicatie hoe ouders over de speelplekken n Schiedam denken. Er komt duidelijk naar voren dat de diverse leeftijdsgroepen ieder weer andere eisen aan de speel-/ontmoetingsplekken stellen. Vooral kinderen in de leeftijd van 6 t/m 11 jaar spelen vaak buiten en dan vooral op straat of in een speciaal daarvoor ingerichte speelplek. De oudere jeugd (12-17 jr) is mobieler en gaat relatief veel naar vrienden, sportverenigingen en hangplekken om elkaar te ontmoeten.

18 0

10

20

30

40

50

% (zeer) tevreden

De mate van tevredenheid over de verschillende aspecten van de speelplek is zeer matig. De netheid van de speelplek wordt het slechtst beoordeeld. Slechts 18 procent van de ouders is hierover tevreden. Meer dan de helft is ontevreden. Alleen wat betreft de veiligheid van de speeltoestellen zijn meer mensen tevreden dan ontevreden. Desondanks is een score van 43 procent tevreden ouders nog steeds laag te noemen.

Ouders vinden de afstand tussen hun woning en de dichtstbijzijnde speelplek over het algemeen acceptabel. Meer dan de helft van de ouders geeft dan ook aan dat de dichtstbijzijnde speelplek binnen 150 meter van hun woning is gelegen. Desondanks vindt een relatief groot deel van de ouders dat het aantal speel-/ontmoetingsplekken onvoldoende is. Dit geldt vooral voor plekken voor de oudere jeugd. Stadsbreed is de mening toegedaan dat er te weinig voorzieningen voor jongeren zijn.

10.

In hoeverre bent u het eens met de volgende stellingen? % (zeer) Stelling mee eens Het huidige speelaanbod in mijn buurt is voldoende uitdagend voor kinderen om hun creativiteit in kwijt te kunnen De speelvoorzieningen in mijn buurt vormen een goede plek waar kinderen elkaar kunnen ontmoeten en samen spelen

De ouders van de 6-11 jarigen blijken niet tevreden te zijn over de speelplekken en de speeltoestellen. Het meest ontevreden zijn zij over de netheid van de speelplek, maar ook andere aspecten zoals de veiligheid, de aantrekkelijk, de kwaliteit en het onderhoud van de speeltoestellen worden maar matig gewaardeerd.

19 %

35 %

Ook op bovenstaande stellingen kan de score beter. 19 procent van de ouders vindt het huidige speelaanbod uitdagend genoeg voor kinderen. Deze mening wordt stadsbreed gedragen. Wat betreft de stelling dat de speelvoorzieningen in de buurt een goede plek vormen waar kinderen elkaar kunnen ontmoeten en met elkaar kunnen spelen, zijn de meningen sterk verdeeld. Ongeveer een


-4-


Bijlage 1: Antwoorden op open vraag 21: Zijn er voorzieningen voor jongeren van 12 t/m 17 jaar die u mist in uw buurt? Wijk Centrum Centrum

Centrum Centrum Centrum Centrum Oost Oost Oost Oost Oost Oost Oost Oost Oost Oost

Oost Oost Oost Oost Oost Oost Zuid Zuid Zuid Zuid Zuid Zuid

Zuid Zuid West West West West West West West West West West West West West West West West Nieuwland Nieuwland Nieuwland Nieuwland Nieuwland Nieuwland

Antwoord basketbalveld clubhuis/buurthuis Een plaats waar ze zichzelf kunnen zijn en met elkaar. Een plaats waar ze niet meteen weggekeken worden. Blijkbaar is daar behoefte aan, want ik zie vaak jongeren praten op wat rustiger plaatsen, maar dan wel in trappenhuizen e.d. zodat ze altijd aan de kant moeten als iemand er langs wil. er is niks is moeilijk iets te verzinnen voor deze leeftijd... trapveld ed, voor de jongste is er wel voldoende speel gelegenheid en speeltoestellen buurthuis discotheek een clubhuis of iets dergelijks een lekkere hangkeet of zoiets dergelijks een leuke hangplek, en een waanzinnige disco een voetbalveldje Er zijn geen voorzieningen gezellige ontmoetingsruimte, sportplek gezellige toegankelijke soos ,bioscoop b,v in de zomermaanden in het theater jeugdhonk o.i.d. met name gelegenheden waar er iets doeltreffends wordt georganiseerd voor de jeugd vanaf 12 tot 16 jaar een plek waar ze met vrienden kunnen samen zijn zonder daarbij overlastgevend te zijn voor de buurt eromheen Overdekt terrein om elkaar te ontmoeten en te voetballen of dergelijke plek voor en door jongeren plekje waar ze niemand tot last zijn en toch lekker met elkaar kunnen dollen sportveld voetbaldoeltjes actieve voorzieningen zoals een skatebaan, klimwand etc. basketbal /skate veldje een leuk clubhuis met veel activiteiten. een plek waar jongeren samen kunnen komen een plek waar ze zonder overlast elkaar kunnen ontmoeten en rondhangen ontmoetingsruimte plek waar ze lekker met hun muziek kunnen kleppen met leeftijdsgenoten beetje overdekt zoals vlaardingen heeft met zijn skatebaan en bijgelegen OPEN container ernaast skatebaan o.i.d. activiteiten buurtcentrum met gevarieerd aanbod Een disco of andere dans en ontmoetingscentrum wat gratis toegankelijk is voor jongeren een leuke discotheek voor jongeren Er is er geen er is helemaal niks grote open (speel)ruimten hangplek hondenpoep vrij veldje Nette ontmoetingsruimte met aantrekkingskracht voor hen ontmoetingsplek binnen skatebaan sport/activiteiten sportveldje voetbalveld zonder overlast van grotere kinderen Zoiets als TOS... maar dan voor die groepen basketbalveld buurthuizen clubhuis: hangplek denk eens verder dan bestaand: internetpalen. telefoonopladers, of andere interactieve voorzieningen een grasveld een voetbalveldje


-5-


Nieuwland Nieuwland Nieuwland Nieuwland Nieuwland Nieuwland Groenoord Groenoord Groenoord Groenoord Groenoord Kethel Kethel Kethel Kethel Kethel Kethel Kethel Kethel Kethel Kethel Woudhoek Woudhoek Woudhoek Woudhoek Woudhoek Woudhoek

Woudhoek Woudhoek Woudhoek Woudhoek Woudhoek Woudhoek Woudhoek Woudhoek Woudhoek Woudhoek Woudhoek Woudhoek Woudhoek Spaland/Sveaparken Spaland/Sveaparken Spaland/Sveaparken Spaland/Sveaparken Spaland/Sveaparken Spaland/Sveaparken Spaland/Sveaparken Spaland/Sveaparken Spaland/Sveaparken Spaland/Sveaparken Spaland/Sveaparken Spaland/Sveaparken Spaland/Sveaparken Spaland/Sveaparken Spaland/Sveaparken Spaland/Sveaparken

eigen honk jongerencafé, niet buiten meerdere speelvelden voor voetbal/basketbal e.d. sportgelegenheid veiligheid onbreekt winkels, uitgaansgelegenheden er zijn alleen maar kroegen, Vroeger kon je zelfs hier nog wel eens uit, bioscoop alles basketbalveld clubhuisvoor activiteiten of gewoon om lekker te chillen disco met begeleiding ook voor blanken meer speelgelegenheid dat niet afgelegen ligt activiteiten een plek buiten waar ze met een groepje samen mogen zijn zonder door de politie aangesproken te worden dat ze niet mogen samenscholen ! eigen gebouw/ruimte voor deze groep, waar ze elkaar kunnen ontmoeten goed voetbalveld: basketbalveld meer activiteiten doen in de buurt ontmoetingsplaatsen en ruimte om met elkaar te zitten en wat te drinken of bep. activiteiten te doen. prettige en veilige plekken waar deze kinderen elkaar kunnen ontmoeten zowel binnen als buiten Skatebaan veilige ontmoetingsplek of gebouw voetbal/speelterrein buurthuis buurthuis buurthuis een leuke plek voor die groep jongeren een plek waar zij niemand tot last zijn er is helemaal niets behalve winkels geen idee waar die hangjongeren behoefte aan hebben. Ze "hangen" nu bij ons op een bruggetje. Weten ze zelf wel wat ze willen ? Dan pas kunnen anderen (of zijzelf) er voor zorgen dat er iets voor hen komt. Misschien willen ze wel “niets” behalve “hangen”. goed voetbalveldje groot grasveld jongerencentrum kunstgrasvelden meer voetbalgelegenheden overdekt plekje overdekte speelmogelijkheden prullenbakken ruimte om te ontmoeten skatebaan skatepark voetbalveldjes, liefst "cruyff-achtig" bijv. skatebaan, basketbalveld div dingen een behoorlijk voetbalveld, er zijn er veel te weinig, ze zijn ook nog eens erg klein en drukbezet door jong en oud. een overdekte plek, nu zitten de jongeren vaak in de speeltuin die bedoelt is voor de kleinere kinderen een voetbalveld die niet verdiept is aangelegd er zijn bij ons in de buurt helemaal geen voorzieningen voor kinderen. er zijn geen spel mogelijkheden zoals bv een stenen tafeltennistafel er zijn helemaal geen voorzieningen voor deze groep geen idee, maar nu is er helemaal niets. geen mogelijkheid tot ontmoeting Jeugdclub/honk met prof. beg meer capaciteit om sportief bezig te zijn ontmoetingspunt skatebaan soort buurtwacht die hangjongeren op hun gedrag aanspreekt. weet ik niet


-6-


BIJLAGE VII. INFORMELE ONTMOETING JONGEREN

Kiss and greet

What’s Up

What’s Up

Stay Around

Als uitgangspunt voor hangen kan gesteld worden dat voor elke 15 (hang)jongeren uit de hangleeftijd er een plek in de openbare ruimte aan te wijzen moet zijn waar hij of zij kan ontmoeten met andere (hang)jongeren. Vervolgens kan gesteld worden dat voor 50% van het ‘hangen’ geen specifieke voorzieningen noodzakelijk zijn. Dit gebeurt op plekken in de wijk waar 2 tot 4 jongeren even een kwartiertje staan te kletsen, afscheid nemen of afspreken om op elkaar te wachten als ze samen ergens heen gaan (Kiss and Greet). De ontmoetingsplekken die een inrichting vereisen, zijn onder te verdelen in drie categorieën. Plek categorie I: What’s Up Dit zijn kleinere plekken voor 5 tot 10 jongeren die bij elkaar komen en bijpraten. ’s Zomers is te zien dat er jongeren langs deze plekken (brom)fietsen op zoek naar een praatje. Aantal: 30% van de plekken; Ligging: goed gespreid over de wijken langs doorgaande routes (echt in de wijk) en niet te dicht op woningen; in zicht zodat er snel gezien kan worden wie er op de plek aanwezig is; Verkeer: op voldoende afstand van doorgaande weg (2 tot 10 meter); Locatie: verharde ruimte met plek voor vijf tot tien jongeren en wat fietsen en scooters; Inrichting: verhard gedeelte, goed bereikbaar; een aantal zit- en ontmoetingsaanleidingen, afvalbakken en eventueel verlichting; gemakkelijk te verwijderen en herplaatsen en passend in straatbeeld; Regels: APV! aanvullende regels door jongeren en omwonenden zo nodig op te stellen; bij overtreding verwijzen naar plek categorie II; Flexibiliteit: meer locaties categorie I aanwijzen dan inrichten. Op deze manier kan de plek eventueel nog eens verplaatst worden naar een andere locatie als de overlast te groot wordt (de jongeren houden zich niet aan de regels) of als de jongeren er helemaal niet meer komen; Toets: Geen toets bestemmingsplan nodig. Voorzieningen vallen onder straatmeubilair of speeltoestellen. Functie en gebruik passen binnen huidige bestemmingen. Plek categorie II: Stay Around Dit betreft grotere plekken voor 10 tot circa 40 jongeren waar jongeren echt afspreken om bij elkaar te komen en te zitten praten of ander activiteiten te ontplooien. Vaak gaan deze plekken samen met goed ingerichte sportplekken (bijvoorbeeld skateplekken), maar als die er te weinig zijn, kunnen de plekken ook apart goed functioneren (de JOP). Aantal: 20% van de plekken min de No Problem-plekken; Ligging: op voldoende afstand van woningen, bijvoorbeeld aan de rand van het dorp of in een groter park/plantsoen; in de omgeving van andere geluidsbron; op/bij formele sport-/speelplek; Verkeer: goed bereikbaar, maar niet te dicht bij de doorgaande weg;


123

Locatie:

Inrichting: Regels: Stay Around

Flexibiliteit: Toets:

No Problem

No Problem

groot genoeg voor een grotere groep jongeren met fietsen/scooters en groot genoeg voor een aantal voorzieningen; afwegen of auto er of niet mag en kan komen (trekt oudere jongeren aan); zit- en ontmoetingsaanleidingen en beschutting in de vorm van wandje of beplanting; verharde ondergrond; verlichting; duurzaam en vandalismebestendig; APV en in overleg met omwonenden of andere betrokkenen aanvullende regels m.b.t. gedrag opstellen. De plek moet geen overmatige input vergen om in stand te houden; inrichting plek voor langere termijn; bij overmatig vandalisme en teveel overlast een welzijnstraject doorlopen met ‘daders’; Geen toets bestemmingsplan nodig. Voorzieningen vallen onder straatmeubilair of speeltoestellen. Functie en gebruik passen binnen huidige bestemmingen.

Plek categorie III: No Problem Dit zijn plekken die zo ver buiten de bebouwde omgeving liggen dat hier geen overlast voor omwonenden te verwachten is. De jongeren kunnen bij problemen in de wijk altijd naar deze plekken verwezen worden. Aantal: voor elke 500 jongeren een No Problem-plek; Ligging: op voldoende afstand van woningen, zodat verwachte overlast op basis van ligging kan worden uitgesloten; Verkeer: goed bereikbaar, maar niet te dicht bij de doorgaande weg (minimaal 50 meter afstand); Locatie: groot genoeg voor een grotere groep jongeren met fietsen/scooters en groot genoeg voor een aantal voorzieningen; afwegen of auto er wel of niet mag en kan komen (trekt oudere jongeren aan); Inrichting: zit- en ontmoetingsaanleidingen en beschutting in de vorm van een overkapping; eventueel mogelijkheden voor graffiti; verharde ondergrond; verlichting; duurzaam en vandalismebestendig; Regels: APV en in overleg met jongeren, politie, gemeente jongerenwerk andere regels m.b.t. gedrag opstellen. De plek moet geen overmatige input vergen om in stand te houden; Flexibiliteit: inrichting plek voor langere termijn; bij overmatig vandalisme en teveel overlast een welzijnstraject doorlopen met ‘daders’; Toets: Geen toets bestemmingsplan nodig. Voorzieningen vallen onder straatmeubilair of speeltoestellen, mits geen bouwvergunning nodig is. Is dit wel het geval dan ook bestemmingsplantoets.


124

BIJLAGE VIII. SPEELPRIKKELS

Speelprikkel verharding

Speelprikkel poefs

Muurtje als speelprikkel

Boom als speelprikkel

Speelprikkels zijn objecten in de openbare ruimte die aanleiding geven tot spel. Zij kunnen bewust als bespeelbaar element zijn geplaatst, maar ook onderdeel zijn van een voor een ander doel ingericht stuk van de openbare ruimte. De opzet van deze speelprikkels is dat ze veel speelwaarde hebben, niet onder het Attractiebesluit vallen en hooguit een risicoanalyse vergen. Speelprikkel bewust als bespeelbaar element geplaatst Vaak komen speelprikkels voor op en rondom de speelplek of worden ze gebruikt om kinderen te (bege)leiden. Voorbeelden hiervan zijn allerlei soorten verharding, knikkertegels, hinkeltegels, gekleurde tegels en tegels met cijfers, letters en dierenvoetstappen. Door het aanbrengen van deze verharding of patronen en door het gebruik van verschillende soorten verharding kunnen tal van speelmogelijkheden ontstaan. Een ander voorbeeld zijn betonelementen, zoals poefs, bielzen, palen, bollen en muurtjes, al dan niet gekleurd. Deze elementen bieden veel mogelijkheden, zoals erop klimmen, eraf en erover springen, erop zitten, er een touw aan vastknopen, ertegen voetballen, erover bokspringen enzovoorts. Meer natuurlijke speelprikkels zijn bomen en boomstammen, grasheuveltjes, hagen en struiken. Ook het beschilderen van muren op een speelplek kan een prikkel geven tot spel. Speelprikkel als onderdeel van de openbare ruimte Voor het inrichten van de openbare ruimte worden tal van elementen gebruikt. Soms zijn deze elementen voor kinderen aantrekkelijk om mee te spelen. Lang niet altijd worden hiervoor echter elementen gekozen die ook bespeelbaar zijn. Als er toch een paal geplaatst moet worden, waarom dan niet een paal met een ronde kop in plaats van een scherpe? Waarom niet wat groenblijvers in het bosplantsoen? De kern van het denken over speelprikkels is, om bij elk plan of elke actie in de openbare ruimte na te gaan of de elementen die gebruikt worden ook geschikt zijn voor medegebruik door kinderen. Natuurlijk kan het voorkomen dat dit om bijvoorbeeld veiligheidsredenen niet mogelijk is. Uitgangspunt is echter de bespeelbaarheid en het moet gemotiveerd worden als hiervoor niet wordt gekozen. Voorbeelden van dit soort speelprikkels zijn: 9 afscheidingen, zoals hekwerken, muurtjes, hagen en bielzen; 9 straatmeubilair, zoals banken en andere zitelementen; 9 betonelementen, zoals betonpoefs / -bollen, paaltjes, stoepranden, parkeerbanden en sierelementen; 9 kunst; 9 groenblijvers (hulst, laurier); 9 vruchtdragende bomen (eik, kastanje, beuk); 9 vruchtdragende struiken; 9 (gedraineerd) gazon; 9 hoogteverschillen in gras en verharding. Veel van dergelijke elementen kunnen voor de kinderen een speelprikkel vormen om op te zitten of aan te hangen, maar ook om vanaf, over of op te springen. Ze kunnen er een elastiek aan vastmaken, hutten mee bouwen, ze als evenwichtsbalk gebruiken enzovoorts.


125

Braakliggend terrein om te spelen (fietscrossbaan)

Plein om te spelen (voetbal)

Een ruimte als speelprikkel Door veel kinderen wordt een braakliggend terrein met een bult zand en ruigte hoog gewaardeerd. Daar zijn veel speelmogelijkheden en – functies aanwezig. Niet alleen braakliggend terrein, maar ook hoeken plantsoen en straat zijn soms favoriet bij een groep kinderen. Door eenvoudige aanpassingen aan beheer en onderhoud en duidelijke voorlichting naar burgers kunnen deze speelruimten behouden blijven. Voorbeelden hiervan zijn: 9 hutten niet opruimen (zeker niet in vakanties); 9 stukken ruigte zo lang mogelijk laten bestaan; 9 waarschuwingsborden voor automobilisten plaatsen; 9 niet op elke klacht van omwonenden over spelende kinderen ingaan. Sturen in het medegebruik van het openbaar groen kan door assortimentskeuze. Struiken met grote doornen zijn absoluut niet aantrekkelijk voor kinderen en planten met giftige vruchten / bladeren / schors mogen niet worden toegepast. Andere eenvoudige voorbeelden van het beter bespeelbaar maken van openbaar groen zijn hoogteverschillen in het gazon (werken ook goed anti-voetbal), vaker toepassen van bloemenmengsels en het gefaseerd maaien van gras. In heestervakken en blokhagen kunnen uitsparingen worden gemaakt waar kinderen hun hutje kunnen hebben. Hagen kunnen op verschillende hoogten gesnoeid en niet recht maar golvend aangeplant worden. Het toepassen van groenblijvers in bosplantsoen of solitair draagt ook bij aan de bespeelbaarheid van openbaar groen. Samengevat Juist het aanbrengen van hoogteverschillen, randen en eenvoudige objecten prikkelt de fantasie van kinderen om zelf spellen te verzinnen of bestaande spellen aan te passen. Anders gezegd: ‘speelprikkels vergroten de speelruimte.’


126

BIJLAGE IX.

TEKENING


127

* * * EINDE SPEELRUIMTEPLAN * * *


128

Buitenspelen, ja leuk!

Recommend Documents