Brancherapport Zakelijke dienstverlening Markt, trends, ontwikkelingen en risico’s Versie 2015
Inhoud 1 ICT-dienstverlening a. Software-ontwikkeling en IT-Dienstverlening b. Dataverwerking en webhosting 2 Advocaten, notarissen, accountants, administratie- en belastingkantoren a. Rechtskundige dienstverlening b. Accountants c. Boekhoudkantoren en administratiekantoren d. Belastingconsulenten 3 Advies- en marktonderzoekbureaus a. Organisatieadviesbureaus b. Managementadviesbureaus c. Marktonderzoek 4 Reclamebureaus 5 Architecten- en ingenieursbureaus a. Architecten b. Ingenieurs en overig technisch ontwerp en advies 6 Schoonmaakbedrijven 7 Uitzendbureaus
2
Introductie Als gevolg van onvoldoende specifieke data worden de index omzetontwikkeling en de conjunctuurindicatoren getoond op hoofdbranche niveau getoond. De overige figuren worden geanalyseerd per sub branche.
Definities Conjunctuurindicatoren: personeelssterkte, investeringen, winstgevendheid –– Saldo personeelssterke afgelopen 3 maanden –– Het gewogen percentage ondernemers met een toename van de personeelssterkte minus het gewogen percentage ondernemers met afname van de personeelssterkte. Dit saldo geeft inzicht in de ontwikkeling van de personeelssterkte in de afgelopen drie maanden. –– Saldo investeringen huidig verslagjaar –– Het gewogen percentage ondernemers met een verwachte toename van de investeringen in vaste activa minus het gewogen percentage ondernemers met een verwachte afname in het lopende jaar vergeleken met het voorgaande jaar. Dit saldo geeft inzicht in de te verwachten ontwikkeling van de investeringen in het verslag jaar. –– Saldo winstgevendheid afgelopen 3 maanden –– Het gewogen percentage ondernemers met de melding dat de winstgevendheid van de onderneming in de afgelopen drie maanden is verbeterd is minus het gewogen percentage dat aangeeft dat deze verslechterd is. Dit saldo geeft de ontwikkeling van de winstgevendheid in de afgelopen drie maanden weer vergeleken met de voorafgaande drie maanden. –– Bedrijfskosten naar kostencategorie Niet eerder genoemde bedrijfskosten
De ‘overige bedrijfskosten’ niet behorend tot de eerder genoemde rubrieken. Deze kosten kunnen betrekking hebben op: –– licentierechten, octrooirechten, auteursrechten, royalty’s (alleen indien door derden in rekening gebracht); –– de huur of de lease van software; –– kosten diensten algemeen beheer in rekening gebracht door moeder-, dochter- of zusterbedrijven, waaronder management fees; –– overige kostprijsverhogende belastingen, zoals heffingen in het kader van EU-regelingen, administratieve heffingen van publiekrechtelijke bedrijfsorganisaties, assurantiebelasting, beurs- en overdrachtsbelasting, accijnzen en invoerrechten; –– kantoorbehoeften, contributies, abonnementen, vakliteratuur; –– uitbesteed klein onderhoud en reparaties.
3
1 ICT-dienstverlening De Markt De ICT-dienstverlening is onderdeel van de ICT-markt. ICT-dienstverleners adviseren hun klanten over automatisering of voeren activiteiten uit als: –– ontwikkeling van nieuwe ICT-programmatuur –– implementatie van nieuwe ICT-programmatuur –– onderhoud, vernieuwing en aanpassing van ICT-programmatuur –– beheer van websites, servers en databanken. Figuur 1 laat de verdeling van ICT-dienstverleners zien naar type activiteiten en naar omvang van het aantal werkzame personen. –– Het gebruik van ICT blijft verder groeien. Dat geldt zowel in de zakelijke als in de particuliere markt. De afhankelijkheid van ICT neemt bij veel bedrijven toe. Uitval van ICT-functies kan ondernemingen soms volledig platleggen. Deze trend leidt tot meer vraag naar specialistische kennis over de inzet van ICT bij het optimaliseren van bedrijfsprocessen. –– Een belangrijke trend is dat steeds meer apparaten verbonden zijn met internet. Dit wordt ook wel het ‘internet der dingen’ genoemd. –– De toename van cybercriminaliteit zorg ervoor, dat beveiliging een steeds belangrijker thema wordt. Volgens een berekening van het Amerikaanse Center for Strategic and International Studies (CSIS) bedraagt de
schade van cybercriminaliteit aan de Nederlandse economie ongeveer 1,5% van het bruto nationaal product, oftewel circa € 8,8 miljard. Berichten over cybercrime spreken elkaar vaak tegen. In veel rapporten word gekeken naar de schade van cybercrime uitgedrukt in bedragen of als percentage van het bnp. Hoewel de bedragen astronomisch hoog zijn, moet er wel een kanttekening bijgezet worden dat het internet en dataverbruik sneller groeit dan cybercrime, dus ondanks tegenstrijdige berichtgeving is het relatief veiliger dan een aantal jaar geleden. Uit onderzoek onder 1300 CEO’s van grote internationale bedrijven blijkt dat bestuurders zich nog relatief weinig zorgen maken over cyberrisico’s. –– De datastromen die organisaties, overheden en burgers creëren, verdubbelen naar schatting iedere twee jaar. Nu de uitrol van het 4G netwerk bijna af is, zal het mobiel data verkeer sterk toenemen. Organisaties zien zich daardoor geconfronteerd met een complexe, snelgroeiende berg data. Big Data is het fenomeen dat het gebruik van de door mensen, software, computers en sensoren gegenereerde data ons betere analyses, plannen en beslissingen in het vooruitzicht stelt. Big Data zorgt voor groei in de markt voor ICT-dienstverleners. –– ICT biedt veel mogelijkheden tot innovaties. Voorbeelden hiervan zijn 3D-printing en elektrische en zelfsturende auto’s.
Figuur 1. Aantal ICT-dienstverleners verdeeld over subbranches en werknemersklassen (per 1 juli 2015)
Subbranches
1 werkz pers
2 werkz pers
3-5 werkz pers
5-10 werkz pers
10-20 werkz pers
20-50 werkz pers
50-100 werkz pers
≥ 100 werkz pers
Totaal
Software
Softwareontwikkeling
22.755
1.975
1.065
850
585
370
130
90
27.815
IT-dienstverlening
Adviesbureaus op het gebied van IT
12.930
865
480
475
305
210
65
55
15.385
Beheer van computerfaciliteiten
1.130
105
50
45
20
15
5
0
1.375
Overige IT-dienst-verlening
5.910
405
195
175
135
85
25
15
6.945
Gegevensverwerking, webhosting e.d.
2.615
275
130
110
80
60
15
10
3.290
Webportals
2.335
375
160
80
35
25
5
5
3.015
47.675
4.000
2.080
1.735
1.160
765
245
175
57.825
Dataverwerking en Webhosting Totaal Bron: CBS, juli 2015
4
Figuur 2. Conjunctuur indicatoren Saldo personeelssterkte afgelopen 3 maanden, in %
Saldo investeringen verslagjaar, in %
5
10
0
5
-5
0
-10
-5
-15
-10
-20 -25
-15
-30
-20
-35
I II 2013
III
IV
I II 2014
III
IV
I II 2015
-25
I II 2013
III
IV
Saldo winstgevendheid afgelopen 3 mnd, in %
Ondernemersvertrouwen
20
10
10
5
I II 2014
III
IV
I II 2015
I II 2014
III
IV
I II 2015
0
0
-5
-10
-10 -20
-15
-30
-20
-40 I II 2013
III
IV
I II 2014
III
IV
I II 2015
-25
I II 2013
III
IV
Totaal (ex. financieel of nutsbedrijven) ICT-Dienstverlening Bron: CBS
Risico’s –– De afhankelijkheid van ICT leidt bij veel bedrijven tot extra uitgaven ten behoeve van risicobeheersing bij uitval van ICT-systemen. Verzekeringen op het gebied van machinebreuk, computer- en elektronica, bedrijfsschade, reconstructie en extra kosten kunnen hierbij een rol spelen. –– Security risico’s en cybercriminaliteit nemen toe. Goed risicomanagement op dit gebied wordt steeds belangrijker. Er zijn speciale verzekeringen tegen cybercriminaliteit op de markt. –– Door de opkomst van nieuwe technologieën ontstaan nieuwe businessmodellen en nieuwe bedrijven. De
verzekeringsrisico’s en daaraan verbonden premies zullen opnieuw bekeken moeten worden.
Feiten en cijfers –– De branche van ICT-dienstverlening bestaat uit bijna 58.000 bedrijven. –– 89% van de bedrijven bestaat uit 1 of 2 werkzame personen. –– Slechts 0,7% van alle ICT-dienstverlening ondernemingen heeft meer dan 50 werknemers in dienst. –– In 2014 telde de branche ruim 7.600 bedrijfsoprichtingen. –– In 2014 waren circa 146.000 werknemers en 47.000 5
Figuur 3. Gebruik cloud dienst naar type (2014) 60
Gebruik cloud dienst, in %
50
40
30
20
10
0 Totaal bedrijfsleven
Bron: CBS
10 tot 50 werkzame personen
Database hosting Software voor boekhouding Rekenkracht voor sofwarebedrijf
50 tot 250 werkzame personen
Bestanden opslaan (als cloud-dienst) Office software
250 en meer werkzame personen
E-mail (als cloud-dienst) Software klantinformatiebeheer
Bron: CBS
zelfstandigen werkzaam in de ICT dienstverlening. –– De omzet in de ICT branche bedroeg in 2014 circa € 27,4 mld. Figuur 2 laat de ontwikkeling zien van vier conjunctuurindicatoren: saldo personeelssterkte de afgelopen 3 maanden, saldo investeringen in huidig verslagjaar, saldo winstgevendheid afgelopen 3 maanden en het ondernemersvertrouwen. Deze indicatoren zijn afkomstig van de conjunctuur enquête die het CBS ieder kwartaal uitvoert. De figuren beslaan het eerste kwartaal van 2013 tot en met het tweede kwartaal van 2015 en de resultaten van de branche worden afgezet tegen die van het totale bedrijfsleven. De conjunctuurindicatoren voor de ICT-branche zijn in de loop van 2014 en het eerste kwartaal van 2015 verbeterd, in lijn met de verbetering van het totale bedrijfsleven. In het tweede kwartaal van 2015 is een lichte neergang waar te nemen, die tegengesteld is aan het overige bedrijfsleven. Een oorzaak kan zijn, dat veel opdrachtgevers met name in het eerste kwartaal van 2015 sterk actief zijn geweest, meer dan het gemiddelde bedrijfsleven, en dat de branche zich in het tweede kwartaal juist minder dan gemiddeld 6
actief gedraagt, waardoor per saldo de eerste helft van 2015 gelijk is aan het gemiddelde bedrijfsleven. Personeelssterkte in de ICT-branche is afgelopen jaren verbeterd maar blijft beneden het saldo van het totale bedrijfsleven. Het sterk negatieve saldo houdt in dat een aanzienlijk groter deel van de ICT-ondernemingen aangeeft dat de personeelssterkte is afgenomen. Een kanttekening die hier gemaakt moet worden is het grote aantal flexibele zelfstandigen die in deze sector werkzaam zijn. Deze zelfstandigen zijn vaak in dienst als tijdelijke kracht bij de onderneming en bewegen van opdrachtgever naar opdrachtgever. In het eerste kwartaal van 2015 was de indicator met -4,7% het beste in de afgelopen jaren, maar in het tweede kwartaal is het saldo negatiever geworden (-12,9%), terwijl de personeelssterkte over het gehele bedrijfsleven is gestegen. Ook in de ICT-branche is sprake van een productiviteitsverbetering, waardoor steeds minder ICT’ers nodig zijn om hetzelfde te bereiken. Daarnaast is het aantal bedrijfsopheffingen toegenomen in 2015 (zie figuur 5). De investeringen in de ICT-branche gedragen zich hetzelfde als in het totale bedrijfsleven, met uitzondering
van het laatste kwartaal. Het saldo investeringen van de branche kende een dieptepunt in het tweede kwartaal van 2013 maar is sindsdien uit dit dal geklommen en sinds het eerste kwartaal van 2014 positief. De meest recente voorlopige cijfers over het tweede kwartaal van 2015 geven een negatief beeld met een aanzienlijke daling ten opzichte van het eerste kwartaal. ICT bedrijven zijn voorzichtig met het doen van grote investeringen.
Sub branches
Het saldo winstgevendheid van de ICT-branche wijkt niet sterk af van het totale bedrijfsleven. De winstgevendheid van de ICT-branche ligt structureel net iets boven die van het bedrijfsleven en is sinds 2014 veelal positief geweest (met uitzondering van het tweede kwartaal van 2014). Dit houdt in dat meer bedrijven binnen de branche winst maken dan verlies, een ontwikkeling die niet geldt voor het algehele bedrijfsleven. Ook voor winstgevendheid is de meest recente data negatief en zorgt het tweede kwartaal van 2015 voor een scherpe daling van bijna 10% naar -1%.
–– De branche van softwareontwikkeling is qua aantal bedrijven het grootst en bestaat uit circa 27.800 bedrijven. –– Ook in deze sub branche heeft 89% van de bedrijven slechts 1 of 2 werkzame personen in dienst en minder dan 1% heeft meer dan 50 werknemers in dienst. –– IT-advies bestaat uit circa 23.700 bedrijven. Relatief werken binnen de ICT het meeste 1-mans bedrijven in deze sub branche. –– De branche is goed voor circa 90% van de omzet van de ICT-dienstverlening en circa 92% van het aantal werknemers.
Figuur 3 laat zien, dat in 2014 bijna 30% van alle bedrijven cloud diensten gebruikte. Database hosting en bestanden opslaan werd het meeste gebruikt (beide 18%). Ook is te zien dat het gebruik van cloud diensten toeneemt naarmate het bedrijf groter is. De type dienst, die het sterkste toeneemt met de bedrijfsgrootte is rekenkracht.
Branche specifieke verzekeringen –– Er zijn specifieke verzekeringsproposities voor ICT’ers op de markt op het gebied van beroeps- en bedrijfsaansprakelijkheid, brand en bedrijfsschade, computer- en machinebreukverzekeringen en cybercriminaliteit. –– De brancheorganisatie biedt mantelcontracten voor verzekeringen. –– Belangrijke trends en ontwikkelingen bieden aanknopingspunten voor een goed advies met betrekking tot verzekeringsproducten. Die trends en ontwikkelingen en hun uitwerking op bedrijfsrisico’s zijn hieronder in een aantal thema’s bijeengebracht.
a Softwareontwikkeling en IT-advies
Feiten en cijfers De sub branche softwareontwikkeling en IT-advies bestaat uit twee onderliggende branches te weten: 62.01 Ontwikkelen, produceren en uitgeven van software en 62.02 Advisering op het gebied van informatietechnologie.
Figuur 4 laat de omzetontwikkeling zien bij softwareontwikkelaars en IT-adviesbureaus in de periode 2005 t/m 2015 afgezet tegen de economische groei, waarvoor de BBP-index als kengetal dient. Voor 2015 zijn de voorlopige cijfers voor het eerste kwartaal meegenomen als basis voor de schatting voor 2015. Uit de figuur wordt duidelijk dat omzetgroei in deze markt sterk afhankelijk is van economische groei. De ‘’doubledip’’ recessie die de afgelopen jaren heeft plaatsgevonden is duidelijk zichtbaar in de omzetontwikkeling van de ICT-branche. De ICT-branche reageert sterk op schommelingen in de economie, dit verklaart zowel de dalen tijdens de crisis (2009, 2010, 2012 en 2013) als de daaropvolgende sterke omzetstijging, tegenover een relatief kleine economische groei.
Belangrijke organisaties –– Nederland ICT, branchevereniging van IT-, telecom-, internet- en officebedrijven. Mantelcontracten voor verzekeringen op het gebied van zorg, ongevallen, persoonlijke verzekeringen voor werknemers, WEGAM, WIA, WGA ERD, AOV en ziekteverzuim en arbodienstverlening en re-integratiediensten.
7
Figuur 4. Index omzetontwikkeling bij softwareontwikkelaars en IT-adviesbureau 120
Index (2010 = 100)
110
100
90
80
70 2005
2006
2007
2008
2009
2010
Softwareontwikkeling en IT-advies
2011 BBP
2012
2013
2014
2015
2016
2017
2015 o.b.v. 1e kwartaal
Bron: CBS
Figuur 5. Bedrijfskosten naar kostencategorie softwareontwikkeling en IT-advies (2013) IT-dienstverleners
Totaal zakelijke dienstverlening
Inkoop
29,6%
45,3%
Personeel
46,4%
35,9%
Huisvesting & energie
3,0%
2,2%
Apparatuur & inventaris
1,1%
0,6%
Vervoersmiddelen
3,6%
1,8%
Verkoop
2,0%
1,5%
Communicatie
0,9%
0,5%
Overig
9,0%
4,8%
Afschrijvingen
4,5%
7,3%
100,0%
100,0%
Kostencategorie
Totaal Bron: CBS
Figuur 5 verdeelt de bedrijfskosten van de sub branche over negen kostencategorieën, ter vergelijking is hier de verdeling voor het totale bedrijfsleven aan toegevoegd. De gegevens in deze tabel betreffen verslagjaar 2013. De belangrijkste kostencategorie binnen IT-dienstverlening 8
is personeel, goed voor bijna 50% van alle kosten. Relatief gezien krijgen ICT’ers een goed salaris. Op de tweede plaats komt de kostenpost inkoop met circa 30% van totale kosten. Vergeleken met andere zakelijke dienstverleners zijn de apparatuur en inventaris kosten hoog, omdat er veel met dure computers wordt gewerkt. Ook de vervoerskosten van softwareontwikkelaars en IT-dienstverleners relatief gezien hoog. Er zijn relatief veel bedrijfsauto’s en het personeel reist veel. Volgens cijfers van de VWE waren er medio 2015 circa 9.500 personenauto’s en 1.250 bestelauto’s (exclusief leaseauto’s) in het bezit van softwareontwikkelaars en IT-adviesbureaus. Figuur 6 laat het aantal oprichtingen en opheffingen zien binnen de sub branche over de periode 2009 tot en met 2015 zien. De meest recente gegevens van het CBS zijn over het jaar 2013. Voor de jaren 2014 en 2015 zijn schattingen gemaakt aan de hand van gegevens van het KvK en CBS. Uit figuur 6 wordt duidelijk dat de afgelopen jaren het aantal oprichtingen in de IT-dienstverlening rond de 6.000 schommelt. Dit relatief hoog aantal oprichtingen is typerend voor een branche met veel bedrijfsdynamiek. Het aantal opheffingen steeg tot 4.450 over de periode 20102013. De inschatting is dat het aantal oprichtingen in 2015 stijgt naar ruim 6.800 en het aantal opheffingen op bijna 3.800 uitkomt.
Figuur 6. IT-dienstverlening: ontwikkeling aantal oprichtingen en opheffingen
8.000 7.000
6.830
6.700
6.410
6.380
5.945
6.000 5.370
5.000
4.790
4.450
4.000 3.000
3.530
3.475 2.925 2.270
3.775
2.630
2.000 1.000 – 2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015*
Oprichtingen Opheffingen
*2015 o.b.v. 1e en 2e kwartaal
Bron: CBS, CPB
Trends, ontwikkelingen, risico’s en verzekeringsbehoeften Markt en regelgeving Trends & ontwikkelingen –– Er wordt steeds meer gebruik gemaakt van cloud computing, zoals cloudapplicaties (software-as-aservice oftewel SaaS). Gebruikers willen software gebruiken op het moment dat het hen uitkomt. Het verdienmodel van softwarebedrijven is hierdoor aan het veranderen van verkoop op basis van licenties naar Sofware-as-a-Service (SaaS). –– Online dienstverlening door het bedrijfsleven blijft verder toenemen. Internet wordt steeds meer gebruikt om te winkelen, te vergelijken en om aankopen te doen. Dit leidt tot meer omzet voor gespecialiseerde ICT-dienstverleners die hiervoor de systemen leveren. –– De deelmarkt van gaming en serious gaming groeit sterk en Nederlandse programmeerbedrijven spelen een vooraanstaande rol hierin. –– Bedrijven zoeken steeds minder naar geïntegreerde totaaloplossingen, zoals ERP systemen en steeds meer naar ‘best in breed’ oplossingen. Dit zijn software oplossingen die het best geschikt zijn voor een specifieke applicatie. –– Er ontstaan zogenaamde hackerspaces. Een
hackerspace is een plek waar technisch en creatief gemotiveerde personen een gezamenlijke werkplaats en ontmoetingsplek in hebben. Hoewel geen hackerspace hetzelfde is, vindt men in een van de vele Nederlandse hackerspaces vaak een elektronica werkplaats, een klein-mechanische werkplaats, een netwerk- en computer hacklab, een keuken en ontspanningsruimte. –– Er wordt steeds meer aandacht besteed aan Big Data analytics om processen beter te laten verlopen. –– In de afgelopen jaren is het falend ICT beleid bij de overheid steeds vaker in het nieuws. Het falen van grote projecten kostte de staat miljarden (schattingen lopen uiteen tussen de € 1 en 5 miljard). Naast de overheid en semioverheid zijn ook private organisaties meer bezig met het aanscherpen van toezicht op ICT projecten en reorganisatie trajecten, voor adviesbureaus betekend dit enerzijds meer controle anderzijds kansen voor kleinere adviesbureaus om beter beheersbare (kleine) projecten te starten. Risico’s –– Het aanbieden van cloud computing diensten brengt nieuwe security risico’s met zich mee. Een adequate beroepsaansprakelijkheidsverzekering en rechtsbijstandverzekering en heldere algemene voorwaarden zijn daarom steeds belangrijker. 9
–– Groei van online dienstverlening leidt tot nieuwe vraagstukken rond aansprakelijkheid. Dat speelt onder meer bij onvoldoende beveiliging of bij fouten in de programmatuur. Naast goede leveringsvoorwaarden kan een beroeps- of bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering hierbij een rol spelen. –– Door de opkomst van nieuwe deelmarkten ontstaan nieuwe bedrijven. De verzekeringsrisico’s en daaraan verbonden premies zullen opnieuw bekeken moeten worden. –– Het gebied van aansprakelijkheid rond de aansluiting van de verschillende softwarepakketten op elkaar hoeft niet altijd even eenduidig te zijn.
Technologie & innovatie Trends & ontwikkelingen –– Software programmering verandert van het schrijven van codes of een programmeertaal ‘from scratch’ naar het gebruiken van een van de vele bestaande programmeertalen en het hergebruiken van stukken reeds ontwikkelde code. –– In het topsectorenbeleid van de overheid heeft ICT een belangrijke rol in de ambitie om te behoren tot de top vijf kenniseconomieën. Deze rol komt ook naar voren in zogenaamde ‘doorbraakprojecten’ met ICT, die zich onder andere richten op het MKB, Energie en ICT en Big Data. –– Bedrijven als airbnb, Uber en SnappCar en Peerby zijn in opmars in Nederland. Het delen van spullen en middelen tussen particulieren word ook wel de sharing economy genoemd. Grote investeringen zijn gedaan in bedrijven die platforms bieden om deze dienstverlening te stimuleren. –– De ontwikkeling van apps voor smartphones en tablets blijft sterk groeien. De apps worden ook steeds meer ingezet voor nieuwe toepassingen, zoals bijvoorbeeld in de gezondheidszorg voor screening van huidkanker. –– Bedrijven gebruiken steeds meer mobiele apparaten op de werkvloer. Daarnaast is de hybride laptop (laptop en tablet in 1) aan een opmars bezig. De trend word ook wel BYOD (bring your own device) of wel neem je eigen apparatuur mee zorgt voor meer veiligheidsrisico’s. Een andere mogelijkheid voor bedrijven is COPE (corperate owned personally enabled) dit houd in dat bedrijven zelf apparatuur aanschaffen maar mogelijkheden bied voor privé gebruik, hiermee is er meer controle over welke apparaten toegang hebben tot het netwerk op kantoor. Ook worden steeds meer apparaten uitgerust met vingerafdrukscanner dit zet de discussie over veiligheid versus privacy op scherp. 10
Risico’s –– De aansprakelijkheid met betrekking tot ontwerpfouten in software kan veranderen, doordat programmeurs steeds meer gebruik maken van reeds bestaande programmeertaal en stukken code. –– Het belang van cyber security wordt nog groter, met steeds meer apparaten om ons heen met een link naar het internet. Dit kan zelfs impact hebben op de veiligheid. –– Voor sharing bedrijven zoals irbnb en Uberpop zijn de wet- en regelgeving nog in ontwikkeling. Traditionele verhuurders van kamers en appartementen en taxibedrijven vechten de nieuwe diensten aan in de rechtbank. –– De ontwikkeling van apps brengt nieuwe aansprakelijkheidsrisico’s met zich mee.
Personeel Trends & ontwikkelingen –– In de softwareontwikkeling is nog steeds een tekort aan specialisten. Er is sprake van een mismatch van vraag en aanbod op opleidingsniveau. De vraag naar ICT’ers met HBO+ niveau of hoger is groter dan het aanbod van HBO studenten. Er is sprake van een oververtegenwoordiging van MBO studenten ten opzichte van de vraag. –– Het aandeel werknemers met een flexibele arbeidsrelatie blijft toenemen. Er is een grote groep zzp’ers actief in de branche, die zelfstandig werken of in een flexibele netwerkorganisatie met andere zelfstandigen. –– Er word in toenemende mate geïnvesteerd in recruitment. Talentvolle specialisten krijgen vaak meerdere uitnodigingen per week. Risico’s –– Het tekort aan gespecialiseerd en hoger opgeleid ICT-personeel leidt in tijden van een groeiende economie tot spanning op de arbeidsmarkt, toename van ziekteverzuim en in ernstige gevallen zelfs tot arbeidsongeschiktheid. Preventie, verzuimbegeleiding en re-integratie, bijvoorbeeld op het gebied van burn-out en pees- en spierklachten, en goede inkomensverzekeringen zijn in de branche steeds belangrijker. –– Voor zzp’ers is het risico op verlies van inkomen bij arbeidsongeschiktheid en het risico op een pensioengat groot. Een specifiek aanbod voor zzp’ers kan toegevoegde waarde leveren. Daarbij valt te denken aan producten op het gebied van (beroeps)aansprakelijkheid, arbeidsongeschiktheid en (bancaire) lijfrente. –– Ondernemers zijn wettelijk verplicht om een Risico
Figuur 7. Index omzetontwikkeling bij dataverwerkers en webhosting bedrijven en het bruto binnenlands product (BBP) 150 140
Index (2010 = 100)
130 120 110 100 90 80 70 2005
2006
2007
2008
2009
2010
Diensten op het gebied van informatie
2011
2012 BBP
2013
2014
2015
2016
2017
Prognose
Bron: CBS
Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) uit te voeren. –– Binnen de branche is er een vrijwillig bedrijfstakpensioenfonds voor de Informatie- Communicatie- en Kantoortechnologiebranche (pensioenfonds TrueBlue) en er is een cao ICK, die niet algemeen verbindend is verklaard. Beide gelden alleen voor leden van de werkgeversvereniging ICT. Overige bedrijven actief in de ICT sector kunnen op vrijwillige basis gebruik maken van het pensioenfonds.
Duurzaamheid Trends & ontwikkelingen –– Computers, smartphones, datacenters en communicatienetwerken verbruiken aanzienlijke hoeveelheden elektriciteit. Om die reden draagt ICT-apparatuur flink bij aan CO2-uitstoot. Schattingen van het verbruik liggen tussen de 5% en 10% van het totale energieverbruik. De sector heeft binnen de MeerjarenAfspraken (MJA) Energie-efficiëntie, afgesproken om voor 2020 een energie-efficiencyverbetering overeengekomen van 30% ten opzichte van 2005 te leveren. ICT-bedrijven die deelnemen aan de MJA, spannen zich in om hun energie-efficiëntie jaarlijks met minimaal 2 procent te verbeteren.
–– Er komt steeds meer ICT-apparatuur op de markt en de levensduur wordt korter. De verantwoorde inzameling van gebruikte ICT-apparatuur voor recycling wordt daarmee steeds meer van belang. Bedrijven die (elektrische) apparatuur verkopen zijn verplicht mee te werken bij inlevering van oude apparatuur wanneer ook nieuw word gekocht. Dus wanneer je een nieuwe computer koopt kun je je oude computer inleveren bij de winkel. –– Softwareontwikkeling stelt andere sectoren in staat om duurzamer te functioneren, oftewel het vergroenen met ICT. –– Er wordt steeds meer onderzoek gedaan naar het efficiëntere query’s, waardoor hardware minder energie hoeft te gebruiken.
Dataverwerking en webhosting Feiten en cijfers Binnen deze sub branche vallen gegevensverwerking en webhosting en webportals. –– De branche van dataverwerking en webhosting is qua aantal bedrijven het kleinst binnen de ICT en bestaat uit circa 6.300 bedrijven. –– Relatief zijn er veel bedrijven met 2 tot 5 werkzame personen. 11
–– De branche is goed voor circa 10% van de omzet van de ICT-dienstverlening en circa 8% van het aantal werknemers. Figuur 7 laat de omzetontwikkeling zien bij dataverwerkers en webhosting bedrijven in de periode 2005-2015 afgezet tegen de economische groei, waarvoor de BBP-index als kengetal dient. Voor 2015 zijn de voorlopige cijfers voor het eerste kwartaal meegenomen als basis voor de schatting voor 2015. Uit de figuur wordt duidelijk dat omzetgroei in deze markt sterk afhankelijk is van economische groei. De ‘’doubledip’’ recessie die de afgelopen jaren heeft plaatsgevonden is duidelijk zichtbaar in de omzetontwikkeling van de ICT-branche. De ICT-branche reageert sterk op schommelingen in de economie, dit verklaart zowel de dalen tijdens de crisis (2009, 2010, 2012 en 2013) als de daaropvolgende sterke omzetstijging (tegenover een relatief kleine economische groei).
Figuur 8. Bedrijfskosten naar kostencategorie dataverwerking en webhosting (2013) Dataverwerking en webhosting
Totaal zakelijke dienstverlening
Inkoop
36,1%
45,3%
Personeel
33,5%
35,9%
Huisvesting & energie
3,1%
2,2%
Apparatuur & inventaris
1,3%
0,6%
Vervoersmiddelen
1,8%
1,8%
Verkoop
7,8%
1,5%
Communicatie
0,9%
0,5%
Overig
9,5%
4,8%
Afschrijvingen
5,9%
7,3%
100,0%
100,0%
Kostencategorie
Totaal Bron: CBS
Figuur 8 verdeelt de bedrijfskosten van de sub branche over negen kostencategorieën, ter vergelijking is hier de verdeling voor het totale bedrijfsleven aan toegevoegd. De gegevens in deze tabel betreffen verslagjaar 2013. Binnen deze sub branche zijn inkoop en personeel de grootste kostenposten (36,1% en 33,5%). Opvallend is hier de afwijking met de andere IT-dienstverlening sub branche, waar personeel een aanzienlijk grotere rol 12
speelt ten opzichte van inkoop. Deze hogere inkoopwaarde van de omzet kan verklaard worden uit het feit dat omzet in deze branche meer hardware afhankelijk is. Hierdoor moeten er meer fysiek aangeschaft worden en is de inkoopwaarde van de omzet dus hoger. Vergeleken met andere zakelijke dienstverleners zijn ook huisvesting, energie, apparatuur en inventaris kosten hoog, omdat er veel met datacentra en servers wordt gewerkt. De vervoerskosten zijn gemiddeld. Volgens cijfers van de VWE waren er medio 2015 bijna 600 personenauto’s en 90 bestelauto’s (exclusief leaseauto’s) in het bezit van dataverwerkers en webhostingbedrijven. Figuur 9 laat het aantal oprichtingen en opheffingen zien binnen de sub branche over de periode 2009 tot het tweede kwartaal van 2015. De meest recente gegevens van het CBS zijn over het jaar 2013. Voor de jaren 2014 en 2015 zijn schattingen gemaakt aan de hand van gegevens van het KvK en CBS. In de branche van dataverwerking en webhosting zien we sinds 2011 een lichte afname van het aantal oprichtingen. Deze trend lijkt zich door te zetten in 2015. Daar tegenover zien we tot en met 2013 een stijgend aantal opheffingen. Sinds 2014 daalt het aantal bedrijfsopheffingen weer.
Trends, ontwikkelingen, risico’s en verzekeringsbehoeften Markt en regelgeving Trends & ontwikkelingen –– In de markt voor webhosting is een toenemende vraag naar beheer van de infrastructuur (zoals back-ups en beveiliging) en een kant-en-klaar platform. Er wordt steeds meer gebruik gemaakt van cloud platforms (platform-as-a-service oftewel PaaS) en cloud infrastructuur (infrastructure-as-a-service oftewel IaaS). Dit kan via publieke of private servers of via gedeelde hosted servers. Gebruikers willen platforms en infrastructuur gebruiken op het moment dat het hen uitkomt. –– Amsterdam (Science Park Watergrafsmeer) is een belangrijk knooppunt voor Europa wat betreft connectiviteit en glasvezel). –– Kleine webhostingbedrijven specialiseren zich steeds meer op bijvoorbeeld één content management systeem, zoals Joomla of WordPress of gaan ze meer naar de VPD of Dedicated hoek om zich zo deze kleinere niche te kunnen domineren. Er zijn ook bedrijven die zich alleen op back-up diensten richten.
Figuur 9. Ontwikkeling aantal oprichtingen en opheffingen dataverwerking en webhosting 1.800 1.585
1.600 1.400
1.395
1.340
1.200 1.000
1.320
1.210 1.000
1.280
1.255
930 765
800
1.185 905
790
855
600 400 200 2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015*
Oprichtingen Opheffingen
*2015 o.b.v. 1e en 2e kwartaal
Bron: CBS, KvK
Risico’s –– Het aanbieden van cloud computing diensten brengt nieuwe security risico’s met zich mee. Een adequate beroepsaansprakelijkheidsverzekering en rechtsbijstandverzekering en heldere algemene voorwaarden zijn daarom steeds belangrijker. –– Hostingbedrijven en databeheerders hebben steeds meer hardware en servers om hun klanten te bedienen. De risico’s van brand, inbraak, diefstal en technische risico’s nemen daarmee toe.
Technologie & innovatie Trends & ontwikkelingen –– Steeds meer bedrijven besteden het beheer van hun datacenters uit. Naar schatting 80 procent van alle serverbased computing zal in 2020 uitbesteed zijn. –– De cloud wordt een grid van kleine en grote datacenters. –– Hybride cloud oplossingen voor webportals. Steeds meer bedrijven zijn bezig met cloud hosting, hybride cloud bied de mogelijkheid om interne en externe cloud te combineren. –– Webpagina’s moeten toegankelijker worden voor mobiele apparaten steeds meer internetverkeer gebeurd via tablets en telefoons. De toegankelijkheid bij kleinere
schermen word een steeds belangrijkere eis. –– Datacentra worden steeds mobieler en verplaatsen zich in containers. Risico’s –– Hostingbedrijven en databeheerders hebben steeds meer hardware en servers om hun klanten te bedienen. De risico’s van brand, inbraak, diefstal en technische risico’s nemen daarmee toe. –– Het aanbieden van cloud computing diensten brengt nieuwe security risico’s met zich mee. Een adequate beroepsaansprakelijkheidsverzekering, rechtsbijstandverzekering en heldere algemene voorwaarden zijn daarom steeds belangrijker. –– De integratie van verschillende media en online platforms brengt kansen met zich mee, maar ook risico’s. De risico’s liggen voornamelijk op het gebied van diefstal en/of verlies van bedrijfsgevoelige data. Dit kan leiden tot aanzienlijke verliezen bij opdrachtgevers. De aansprakelijkheid hiervoor dient goed afgedekt te zijn. –– Het belang van cyber security wordt nog groter, met steeds meer apparaten om ons heen met een link naar het internet. Dit kan zelfs impact hebben op de veiligheid. –– Voor sharing bedrijven zoals Airbnb en Uberpop zijn de 13
wet- en regelgeving nog in ontwikkeling. Traditionele verhuurders van kamers en appartementen en taxibedrijven vechten de nieuwe diensten aan in de rechtbank.
Personeel Trends & ontwikkelingen –– Er zijn veel ontwikkelingen in cloud solutions in de sector, maar omdat het gaat om een relatief nieuw terrein is het lastig ervaren personeel te vinden. Omscholing en bijscholing is van belang binnen bedrijven. –– Enerzijds worden banen gecreëerd door de groei van het aantal bedrijven, zoals bijvoorbeeld het datacentrum van Google in Groningen, en anderzijds werken dataverwerkers steeds efficiënter. Risico’s –– Aangezien er in de branche relatief veel bedrijven zijn met 2 tot 5 werkzame personen, zijn de risico’s van ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid van personeel groter.
Duurzaamheid Trends & ontwikkelingen Computers, smartphones, servers, datacenters en communicatienetwerken verbruiken aanzienlijke hoeveelheden elektriciteit. Om die reden draagt ICT-apparatuur flink bij aan CO2-uitstoot. Schattingen van het verbruik liggen tussen de 5% en 10% van het totale energieverbruik. De sector heeft binnen de MeerjarenAfspraken (MJA) Energie-efficiëntie, afgesproken om voor 2020 een energieefficiencyverbetering overeengekomen van 30% ten opzichte van 2005 te leveren. ICT-bedrijven die deelnemen aan de MJA, spannen zich in om hun energie-efficiëntie jaarlijks met minimaal 2 procent te verbeteren. Er wordt steeds meer onderzoek gedaan naar het efficiënter inrichten van de cloud energie. –– Cloud computing zorgt ervoor dat er steeds meer hosting nodig is. Bedrijven onderzoeksinstanties en overheid kunnen meer samenwerken om efficiënter om te gaan met Cloud applicaties, bijvoorbeeld middels een hybride model.
14
2 Advocaten, notarissen, accountants, administratieen belastingkantoren De Markt Advocaten, notarissen, accountants, administratie- en belastingkantoren zijn onderdeel van de markt voor zakelijke dienstverlening. Ze adviseren bedrijven over specialistische onderwerpen of voeren activiteiten uit als: –– juridische procedures en rechtszaken –– administratieve taken of belastingzaken –– boekhouding of de controle daarop. Figuur 1 laat de verdeling van deze groep bedrijven zien naar type activiteiten en naar omvang van het aantal werkzame personen. –– Gespecialiseerde zakelijke dienstverleners bestaan als beroepsgroep al vrij lang. De meeste van dit soort bedrijven bestaan al sinds de industriële revolutie. Klanten zijn voor het merendeel bedrijven en daarnaast in beperktere mate ook consumenten. De branche is sterk georganiseerd in meerdere belangenorganisaties, waaronder brancheorganisaties, ordes en registers. –– De markt voor juridische dienstverlening is ondanks de crisis de afgelopen jaren beperkt gegroeid. Het aantal bedrijven is veel sterker gegroeid, waardoor sprake is van een toenemende concurrentie in de markt. Enerzijds is sprake van buitenlandse toetreders en anderzijds van een toename van het aantal zzp’ers. Door het ontstaan van nieuwe vormen van
dienstverlening en nieuwe prijsmodellen is er sprake van een sterke prijsconcurrentie. –– Administratieve dienstverleners hebben een negatieve impact ondervonden van de economische crisis. De economie is gekrompen, waardoor er minder administratief werk te doen was. Daarnaast is er sprake van een sterke automatisering van de administratie en toename van online boekhoudprogramma’s.
Feiten en cijfers –– De branche van advocaten, notarissen, accountants, administratie- en belastingkantoren bestaat uit circa 46.400 bedrijven. –– De beroepen advocaat, gerechtsdeurwaarder, notaris, register accountant (RA), accountant administratieconsulent (AA) en belastingadviseur zijn beschermde beroepen met een register. –– 10% van de bedrijven in deze branche bestaat uit 3 tot 10 werknemers en 3% bestaat uit meer dan 10 werknemers. –– De grootste groep bedrijven binnen deze branche is de rechtskundige dienstverlening (waaronder advocaten, notarissen en deurwaarders), direct gevolgd door de boekhoudkantoren. –– In het eerste halfjaar van 2015 telde de branche bijna 1.900 bedrijfsoprichtingen, vergeleken met 3.759 over heel 2014.
Figuur 1. Aantal advocaten, notarissen, accountants, administratie- en belastingkantoren verdeeld over sub branches en werknemersklassen (juli 2015). 1 werkz pers
2 werkz pers
3-5 werkz pers
5-10 werkz pers
10-20 werkz pers
20-50 werkz pers
50-100 werkz pers
≥ 100 werkz pers
Totaal
12.075
1.270
985
945
460
205
45
35
16.020
Registeraccountants
1.325
115
90
115
80
45
15
15
1.800
Accountantskantoren
2.440
365
235
285
165
80
25
20
3.615
Subbranches Juridische dienstverlening Rechtskundige dienstverlening Administratieve dienstverlening
Boekhoudkantoren
12.995
1.605
780
400
90
25
5
5
15.905
Belastingconsulenten
3.395
380
185
185
60
20
0
5
4.235
Overige administratiekantoren
4.005
380
190
125
60
45
5
5
4.820
36.235
4.115
2.465
2.055
915
420
95
85
46.395
Totaal Bron: CBS, juli 2015
15
–– In 2014 waren circa 153.000 werknemers en 40.000 zelfstandigen werkzaam in de branche, voornamelijk werkzaam in bedrijven met 1 of 2 werkzame personen. –– De gerealiseerde omzet in 2014 bedroeg ongeveer € 15,4 miljard.
Rechtskundige dienstverlening Feiten en cijfers Binnen deze branche vallen de volgende sub branches: Advocatenkantoren, Rechtskundige adviesbureaus Notariskantoren , Deurwaarderskantoren en Octrooibureaus –– De branche van rechtskundige dienstverlening is qua aantal bedrijven het grootst en bestaat uit ruim 16.000 bedrijven. –– 12% van de bedrijven in deze branche bestaat uit 3 tot 10 werknemers. –– De gerealiseerde omzet in 2014 bedroeg ongeveer € 6,1 miljard. Circa 38% van de werknemers binnen de branche is werkzaam bij rechtskundige dienstverleners.
Figuur 2 laat de omzetontwikkeling zien in de rechtskundige dienstverlening in de periode 2005-2015 afgezet tegen de economische groei, waarvoor de BBP-index als kengetal dient. Voor 2015 zijn de voorlopige cijfers voor het eerste kwartaal meegenomen als basis voor de schatting voor 2015. De omzet binnen de rechtskundige dienstverlening branche beweegt gelijk met de economie. De lichte groei die de economie heeft gezien sinds 2010 heeft de omzet in de branche doen stijgen met 2014 als beste jaar. De eerste tekenen van 2015 geven aan dat de omzet verder doorgroeit. De laatste jaren is te zien, dat de omzet in het eerste kwartaal gemiddeld lager is dan de andere kwartalen. Het vierde kwartaal is in het algemeen het beste kwartaal.
Figuur 2. Index omzetontwikkeling bij rechtskundige dienstverlening en het bruto binnenlands product (BBP) 120 115
Index (2010 = 100)
110 105 100 95 90 85 80 75 70 2005
2006
2007
2008
2009
Rechtskundige dienstverlening Bron: CBS, CPB
16
2010
2011
2012 BBP
2013
2014
2015 Prognose
2016
2017
Figuur 3. Bedrijfskosten naar kostencategorie (2013) Rechtskundige dienstverlening
Totaal zakelijke dienstverlening
7,5%
45,3%
52,9%
35,9%
Huisvesting & energie
9,5%
2,2%
Apparatuur & inventaris
1,3%
0,6%
Vervoersmiddelen
1,6%
1,8%
Verkoop
2,4%
1,5%
Communicatie
1,8%
0,5%
20,1%
4,8%
3,1%
7,3%
100,0%
100,0%
Kostencategorie Inkoop Personeel
Overig Afschrijvingen Totaal Bron: CBS
Figuur 3 verdeelt de bedrijfskosten van de sub branche over negen kostencategorieën, ter vergelijking is hier de verdeling voor het totale bedrijfsleven aan toegevoegd. De gegevens in deze tabel betreffen verslagjaar 2013. De belangrijkste kostenpost in deze branche is personeel, gevolgd door de categorie overig. Deze categorie bestaat uit Kosten van overige diensten en Niet eerder genoemde kosten. Voornamelijk deze tweede heeft een groot aandeel hierin. Deze kosten kunnen betrekking hebben op licentierechten, auteursrechten, de huur of de lease van software, management fees, administratieve heffingen, kantoorbehoeften, contributies, abonnementen en vakliteratuur. De kosten voor huisvesting en energie zijn binnen deze branche meer dan vier keer zo groot als binnen zakelijke dienstverlening. De concentratie van advocaten en andere rechtskundigen in dure locaties in en rond Amsterdam zoals de Zuid-as en de Keizersgracht draagt hieraan bij. Circa een vijfde van alle advocaten in Nederland is in Amsterdam gevestigd, dit zijn er drie keer zoveel als in Den Haag en twee keer zoveel als in Rotterdam. De vervoerskosten zijn gemiddeld. Volgens cijfers van de VWE waren er medio 2015 bijna 2.900 personenauto’s en 100 bestelauto’s (exclusief leaseauto’s) in het bezit van rechtskundige dienstverleners. Figuur 4 laat het aantal oprichtingen en opheffingen zien binnen de sub branche over de periode 2009 tot het tweede kwartaal van 2015. De meest recente gegevens van het CBS zijn over het jaar 2013. Voor de jaren 2014 en 2015 zijn
schattingen gemaakt aan de hand van gegevens van het KvK en CBS. Het aantal oprichtingen in de rechtskundige dienstverlening schommelt de afgelopen jaren rond circa 1.575 per jaar en het aantal opheffingen rond 825. De laatste twee jaar daalt het aantal oprichtingen en ook het aantal opheffingen. Figuur 3 laat de ontwikkeling zien van drie conjunctuurindicatoren: saldo personeelssterkte de afgelopen 3 maanden, saldo investeringen in huidig verslagjaar en saldo winstgevendheid afgelopen 3 maanden. Deze indicatoren zijn afkomstig van de conjunctuur enquête die het CBS ieder kwartaal uitvoert. De figuren beslaan het eerste kwartaal van 2014 tot en met het tweede kwartaal van 2015 en de resultaten van de branche worden afgezet tegen die van het totale bedrijfsleven. Het saldo personeelssterkte in de rechtskundige dienstverlening blijft negatief. Dit betekent dat de ondernemingen in deze branche hun personeelssterkte hebben zien afnemen. Het saldo investeringen vertoont een stijgende lijn en is sinds het vierde kwartaal van 2014 positief. De winstgevendheid in de rechtskundige dienstverlening is volatieler dan die van het totale bedrijfsleven. Het laatste kwartaal van 2014 staat deze beneden de -10%, om vervolgens begin 2015 te herstellen naar +10%. Deze opleving lijkt echter niet blijvend, de cijfers over het tweede kwartaal van 2015 laten zien dat de winstgevendheid naar licht negatief gebied is gedaald, rond hetzelfde niveau als de rest van het bedrijfsleven.
Trends, ontwikkelingen, risico’s en verzekeringsbehoeften Branche specifieke verzekeringen –– Een van de belangenorganisaties biedt mantelcontracten voor verzekeringen met specifieke verzekeringsproposities voor advocaten op het gebied van beroepsaansprakelijkheid, AOV, preventie van ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid, verzuimadvies, coaching en counseling en privé-verzekeringen. –– Belangrijke trends en ontwikkelingen bieden aanknopingspunten voor een goed advies met betrekking tot verzekeringsproducten. Die trends en ontwikkelingen en hun uitwerking op bedrijfsrisico’s zijn hieronder in een aantal thema’s bijeengebracht.
17
Markt en regelgeving Trends & ontwikkelingen –– De vraag naar juridische diensten stijgt met 1 tot 3% mede door een toenemende mate van juridisering op allerlei gebieden. Er komt steeds meer toezicht vanuit instanties zoals de inspectie SZW, de ACM en de AFM en bedrijven gebruiken steeds vaker juridische ondersteuning in geval van sancties. –– Juridische dienstverlening krijgt steeds meer concurrentie van accountantskantoren en andere adviesbureaus. Relatiemanagement, acquisitie en consultancyvaardigheden worden steeds belangrijker naast het leveren van juridisch advies. –– De kosten van gesubsidieerde rechtsbijstand zijn de laatste jaren sterk gestegen. Momenteel zijn er in de politiek plannen voor bezuinigingen op juridische bijstand. Het voorstel voor een besparing van € 85 miljoen door te korten op juridische bijstand is afgekeurd in de Eerste Kamer maar het kabinet blijft bij bezuinigingen om de begroting te kunnen sluiten. De Eerste Kamer heeft een onderzoekscommissie ingesteld naar de (stijgende) kosten van rechtsbijstand. –– Eind 2013 heeft het Europese Hof van Justitie de vrije advocaatkeuze onderstreept. Consumenten mogen zelf hun advocaat kiezen bij het gebruik maken van een
rechtsbijstandverzekering voor een gerechtelijke of administratieve procedure. Verzekeraars hebben hun voorwaarden aangepast en vergoeden vaak een maximale vergoeding. Rechtskundig adviesbureaus, deurwaarders en incassobureaus hanteren steeds vaker nieuwe business modellen zoals no-cure-no-pay constructies, fixed price, as-a-service verdienmodellen en ‘freemiums’ (freemium staat voor free en premium, dit houdt in dat sommige diensten gratis aangeboden worden maar voor gespecialiseerd werk wel betaald moet worden). Notariskantoren zien in 2015 hun omzetten verder groeien als gevolg van een stijging van de woningverkopen en een toename in bedrijfsinvesteringen. Daarnaast neemt het aantal testamenten, huwelijkse voorwaarden en samenlevingscontracten toe. In sommige gevallen staat de functie van notaris onder druk, doordat voor bepaalde diensten, zoals bijvoorbeeld een periodieke gift, mensen niet meer langs de notaris hoeven. Een aantal branchevreemde partijen, zoals de HEMA en uitvaart coöperatie Dela, zijn tot de branche toegetreden. Het gebruik van vergelijkingssites blijft toenemen. Hierdoor moeten juridische dienstverleners steeds meer
––
––
––
––
Figuur 4. Ontwikkeling aantal oprichtingen en opheffingen: rechtskundige dienstverlening 2.000 1.800
1.810 1.670
1.640
1.600
1.565
1.390
1.400
1.500
1.385
1.200 1.000
940
930 770
800
730
815
775
780
600 400 200 2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015*
Oprichtingen Opheffingen Bron: CBS, KvK
18
*2015 o.b.v. 1e en 2e kwartaal
Figuur 5. Conjunctuur Indicatoren Rechtsk. dienstverlening Saldo personeelssterkte afgelopen 3 mnd, in % 5 0 -5 -10 -15 -20 -25 2014I
2014II
2014III
2014IV
2015I
2015II
Saldo winstgevendheid afgelopen 3 mnd, in % 15 10 5 0 -5 -10 -15 2014I
2014II
2014III
2014IV
2015I
2015II
Saldo investeringen verslagjaar, in % 20 15 10 5 0 -5 -10 2014I
2014II
2014III
2014IV
Totaal (ex. financieel of nutsbedrijven) Rechtskundige dienstverlening
Bron: CBS
2015I
2015II
helderheid bieden over prijzen en procedures. –– In de markt voor deurwaarders en incassobureaus verschuift de behoefte van opdrachtgevers van het innen naar het voorkomen van vorderingen. –– Op 1 januari 2015 is de Wet positie en toezicht advocatuur en de Verordening op de advocatuur in werking getreden. De Verordening op de advocatuur vervangt bestaande verordeningen, regelingen en reglementen van de NOvA. Risico’s –– Een toename van het gebruik van het recht op vrije advocaatkeuze kan hogere kosten voor rechtsbijstandsverzekeraars met zich meebrengen, die hierdoor mogelijk de premies zullen verhogen of de dekkingen inperken. Verzekeraars zijn ook strenger op het gebied van schadeafhandeling wat wel en wat niet binnen de voorwaarden valt. –– Rechtsbijstand- , aansprakelijkheid- en kredietverzekeringen zijn belangrijke bronnen van inkomsten voor juridische dienstverleners. –– Bij de verschuiving van inning naar preventie bij gerechtsdeurwaarders en incassobureaus kunnen kredietverzekeraars en bedrijven die kredietwaardigheid informatie leveren, zoals Graydon en Dun & Bradstreet, een rol in spelen.
Technologie & innovatie Trends & ontwikkelingen –– Het aanbod van online juridische dienstverlening neemt toe. Het ministerie van Veiligheid en Justitie en de Raad voor de rechtspraak hebben het programma Kwaliteit en Innovatie rechtspraak (KEI) ontwikkeld. KEI wil de rechtspraak in Nederland digitaliseren en de rechtsgang moderniseren. De tarieven voor online diensten liggen aanzienlijk lager dan voor persoonlijk advies. –– De toename van de beschikbare kennis op Internet zorgt er voor dat klanten in toenemende mate zelf in staat zijn om zelf kennis te vergaren, waardoor er van advocatenkantoren meer maatwerk en specialisme word verwacht. –– Het opstellen van standaarddocumenten kost vaak veel tijd. Daarnaast kunnen fouten leiden tot reputatieschade, maar ook tot onnodige juridische kosten voor uw cliënt. Automatische documentgeneratie leidt tot een snellere doorlooptijd én tot minder fouten. –– De nieuwe website Rechtszaakplaats.nl biedt consumenten en bedrijven de kans om anoniem en gratis hun juridische probleem online te presenteren. Advocaten 19
kunnen deze zaken bekijken. Door middel van een schriftelijk bericht (2 euro), een ingesproken tekst (4 euro) of een filmpje (6 euro) kunnen de advocaten zich vervolgens aan de potentiële cliënt voorstellen en zo mogelijk een nieuwe opdracht binnenslepen. Risico’s –– Juridisch dienstverleners beheren vaak veel belangrijke data van klanten. Schade hieraan door brand, cybercriminaliteit of verlies van data dient zoveel mogelijk voorkomen te worden. Preventieadviezen en goede dekkingen op het gebied van brand, dataverlies en cybercrime zijn belangrijk. Aansprakelijkheidsverzekeringen kunnen risico’s op claims op dit gebied afdekken. Ook goede afspraken met leveranciers van dataopslag en rechtsbijstandverzekeringen kunnen van belang zijn. –– Innovatieve bedrijfsmodellen (zoals online juridische dienstverlening) kennen mogelijkerwijs een ander risicoprofiel. Hierdoor wordt aanpassing in de bestaande dekkingen wenselijk of zelfs noodzakelijk. –– Goed risicomanagement op het gebied van internet security risico’s wordt steeds belangrijker. Er zijn specifieke cybercriminaliteit verzekeringen op de markt voor de risico’s van diefstal van gegevens via het internet.
Personeel Trends & ontwikkelingen –– Steeds meer hoogopgeleide en gespecialiseerde zzp’ers betreden de markt van de advocatuur. Veel bedrijven schakelen zzp’ers in voor piekbelasting of voor specialistische projecten. –– Psychische klachten zijn de belangrijkste oorzaken van ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid onder advocaten. De advocatuur gaat gebukt onder een veelheid werk gerelateerde problemen zoals werkdruk, samenwerkingsproblemen en een moeizame balans tussen werk en privé. –– Het aantal vrouwen in de beroepsgroep advocatuur stijgt. Het aantal vrouwen bedraagt thans 43%. In 2006 was dit nog 38%.Ook tijdens de studie loopt het percentage op en op dit moment is rond de 62% van de studenten rechten vrouw. Risico’s –– Voor zzp’ers is het risico op verlies van inkomen bij arbeidsongeschiktheid en het risico op een pensioengat groot. Een specifiek aanbod voor zzp’ers kan toegevoegde waarde leveren. Daarbij valt te denken aan producten op het gebied van (beroeps)aansprakelijkheid, arbeidsongeschiktheid en (bancaire) lijfrente.
Figuur 6. Index omzetontwikkeling bij administratieve dienstverlening en het bruto binnenlands product (BBP) 120 115
Index (2010 = 100)
110 105 100 95 90 85 80 75 70 2005
2006
2007
2008
2009
Accountancy, administratie e.d. Bron: CBS, CPB
20
2010
2011
2012 BBP
2013
2014
2015 Prognose
2016
2017
–– Hoge werkdruk en stress kunnen leiden tot arbeidsongeschiktheid. Van alle schade-oorzaken onder advocaten staan psychische klachten op de eerste plaats. Uit eerder onderzoek blijkt dat circa 40% van de meldingen onder advocaten een psychische aandoening. Preventie, verzuimbegeleiding en re-integratie en goede inkomensverzekeringen zijn in de branche steeds belangrijker. –– In deze branche is er alleen voor medewerkers in het notariaat een beroepspensioenfonds (Stichting Notarieel pensioenfonds (SNPF). Er is geen algemeen verbindend verklaarde cao. –– Ondernemers zijn wettelijk verplicht om een Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) uit te voeren.
Belangrijke organisaties –– Balieplus (advocaten). Mantelcontracten voor verzekeringen op het gebied van cybercriminaliteit, AOV, beroepsaansprakelijkheid, persoonlijke verzekeringen voor werknemers, zorg, collectief ongevallen, WIA, ziekteverzuim en goodwill (bij overlijden van een vennoot) en pensioen. –– Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders (KBvG) –– Vereniging voor Letselschade Advocaten (LSA) –– Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) –– Nederlandse Vereniging van Rechtskundige Adviseurs (NVRA) –– Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB)
Administratieve dienstverlening Feiten en cijfers Onder deze sub branche vallen de volgende ondernemingen: registeraccountants, accountantsadministratieconsulenten boekhoudkantoren, belastingconsulenten en overige administratiekantoren. –– De branches van administratieve dienstverleners zijn samen goed voor bijna 30.400 bedrijven. –– Bijna 80% heeft slechts 1 werkzame persoon in dienst. –– Circa 62% van de werknemers binnen de branche is werkzaam bij administratieve dienstverleners. –– De gerealiseerde omzet in 2014 bedroeg ongeveer € 9,3 miljard. Figuur 6 laat de omzetontwikkeling zien in de administratieve dienstverlening in de periode 2005 t/m 2015, afgezet tegen de economische groei, waarvoor de BBP-index als kengetal dient. Voor 2015 zijn de voorlopige cijfers voor het
eerste kwartaal meegenomen als basis voor de schatting voor 2015. Uit de figuur wordt duidelijk dat de omzet in de administratieve dienstverlening sinds 2008 structureel daalt. In 2014 was de omzet terug rond het niveau van 2007. Het eerste kwartaal van 2015 laat een verdere daling zien.
Figuur 7. Bedrijfskosten naar kostencategorie (2013) Administratieve dienstverlening
Totaal zakelijke dienstverlening
9,1%
45,3%
58,9%
35,9%
Huisvesting & energie
6,7%
2,2%
Apparatuur & inventaris
0,8%
0,6%
Vervoersmiddelen
3,7%
1,8%
Verkoop
1,8%
1,5%
Communicatie
1,4%
0,5%
13,5%
4,8%
4,0%
7,3%
100,0%
100,0%
Kostencategorie Inkoop Personeel
Overig Afschrijvingen Totaal Bron: CBS
Figuur 7 verdeelt de bedrijfskosten van de sub branche over negen kostencategorieën, ter vergelijking is hier de verdeling voor het totale bedrijfsleven aan toegevoegd. De gegevens in deze tabel betreffen verslagjaar 2013. De belangrijkste kostencategorie in de administratieve dienstverlening branche is personeel met circa 60% van het totaal, aanzienlijk meer dan de gemiddelde 36% binnen zakelijke dienstverlening. Ook binnen deze sub branche van advocaten, notarissen, accountants, administratie- en belastingkantoren zijn de overige kosten een belangrijke kostenpost. Deze categorie bestaat uit Kosten van overige diensten en Niet eerder genoemde kosten. Voornamelijk deze tweede heeft een groot aandeel hierin. Deze kosten kunnen betrekking hebben op licentierechten, auteursrechten, de huur of de lease van software, management fees, administratieve heffingen, kantoorbehoeften, contributies, abonnementen en vakliteratuur. De administratieve dienstverlening kent hoge kosten voor huisvesting en energie. Veel grote accountancykantoren hebben nieuwe vestigingen ontwikkeld in de afgelopen jaren, zoals KPMG en Deloitte. Ook zien we binnen deze branche relatief hoge uitgaven aan vervoersmiddelen. 21
Administratief dienstverleners besteden relatief veel aan vervoersmiddelen. Volgens cijfers van de VWE waren er medio 2015 bijna 9.000 personenauto’s en circa 1.300 (exclusief leaseauto’s) in het bezit van administratieve dienstverleners.
tegen die van het totale bedrijfsleven.
Figuur 8 laat het aantal oprichtingen en opheffingen zien binnen de sub branche over de periode 2009 tot het tweede kwartaal van 2015. De meest recente gegevens van het CBS zijn over het jaar 2013. Voor de jaren 2014 en 2015 zijn schattingen gemaakt aan de hand van gegevens van het KvK en CBS. Het aantal oprichtingen in de branche schommelt sinds 2010 rond de 2600 per jaar. 2014 zag relatief weinig oprichtingen en opheffingen, terwijl in 2015 beide weer iets toenemen.. Figuur 9 laat de ontwikkeling zien van drie conjunctuurindicatoren: saldo personeelssterkte de afgelopen 3 maanden, saldo investeringen in huidig verslagjaar en saldo winstgevendheid afgelopen 3 maanden. Deze indicatoren zijn afkomstig van de conjunctuur enquête die het CBS ieder kwartaal uitvoert. De figuren beslaan het eerste kwartaal van 2014 tot en met het tweede kwartaal van 2015 en de resultaten van de branche worden afgezet
Het saldo personeelssterkte binnen de branche zag een opleving eind 2014 en kwam met +11% ver boven de +1% van het totale bedrijfsleven uit. In 2015 is het saldo weer gedaald tot beneden het niveau van het totale bedrijfsleven, en staat volgens de laatste cijfers op -19%. Eind 2014 en het eerste kwartaal van 2015 is er een scherpe daling geweest in investeringen naar circa -20%, terwijl over dezelfde periode het bedrijfsleven investeringen juist licht zag toenemen. Deze daling is door een daaropvolgende stijging in het tweede kwartaal enigszins hersteld maar het saldo investeringen blijft beneden het niveau van het bedrijfsleven. De winstgevendheid binnen deze branche heeft in 2014 een vrije val gezien van +22% naar -9%. Een groeiend aantal ondernemingen in de branche zag hun winst verslechteren. Het eerste kwartaal van 2015 zag een herstel van de winst die ook bij het totale bedrijfsleven plaatsvond. Dit herstel heeft, enigszins afgezwakt, doorgezet in het tweede kwartaal naar +0.7%, boven de -2,9% van het totale bedrijfsleven.
Figuur 8. Oprichtingen en opheffingen: Administratieve dienstverlening
4.000 3.500
3.430
3.000
2.755
2.500 2.000
2.725
2.440
2.280 1.990
1.950 1.395
1.500
2.310
2.240
1.535
1.565
1.475
1.520
1.000 500 2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015*
Oprichtingen Opheffingen Bron: CBS, KvK
22
*2015 o.b.v. 1e en 2e kwartaal
Figuur 9. Conjunctuur Indicator Adm. dienstverlening Saldo personeelssterkte afgelopen 3 mnd, in % 20 10 0 -10 -20 -30 -40 2014I
2014II
2014III
2014IV
2015I
2015II
Trends, ontwikkelingen, risico’s en verzekeringsbehoeften Branche specifieke verzekeringen –– Een van de belangenorganisaties biedt mantelcontracten voor verzekeringen, met specifieke verzekeringsproposities voor accountants op het gebied van beroeps- en bedrijfsaansprakelijkheid, rechtsbijstand, verkeer en vervoer, kantorenpakket, zorg en inkomen en cyberrisico’s. –– Belangrijke trends en ontwikkelingen bieden aanknopingspunten voor een goed advies met betrekking tot verzekeringsproducten. Die trends en ontwikkelingen en hun uitwerking op bedrijfsrisico’s zijn hieronder in een aantal thema’s bijeengebracht.
Registeraccountants en accountantsadministratieconsulenten
Saldo winstgevendheid afgelopen 3 mnd, in % 25 20
Markt en regelgeving
15
Trends & ontwikkelingen –– Door enkele grote boekhoudschandalen heeft de branche veel imago schade opgeleverd. De AFM legt regelmatig boetes op. Eind 2014 presenteerde de Samenwerkende Registeraccountants en AccountantsAdministratieconsulenten (SRA) al een pakket maatregelen die voor verbetering in het vertrouwen moeten zorgen. –– Naar aanleiding van de kredietcrisis zijn er vraagtekens gezet bij het werk van accountants. Daarom werkt de overheid aan extra maatregelen om het vertrouwen in de wettelijke controletaken van accountants te herstellen en de professioneel-kritische houding van de accountant te versterken. In de Achtste Richtlijn Vennootschapsrecht van de Europese Unie (EU) is vastgelegd hoe een accountantsverklaring eruit ziet en waaraan de accountant moet voldoen. Middels de Wet toezicht accountantsorganisaties (Wta) wordt hier toezicht op gehouden. De Autoriteit Financiële Markten (AFM) is aangewezen als toezichthouder. –– Onafhankelijkheid wordt steeds belangrijker voor het imago van de accountant. Inmiddels mogen accountants beursgenoteerde klanten niet tegelijkertijd adviseren en controleren. –– Accountants krijgen steeds vaker vragen op het gebied van inkomensverzekeringen en pensioen. Sommige accountantskantoren kiezen er daarom voor om een deel van hun werknemers de Wft-modules Inkomen en Pensioen te laten behalen.
10 5 0 -5 10 -15 2014I
2014II
2014III
2014IV
2015I
2015II
2015I
2015II
Saldo investeringen verslagjaar, in % 10 5 0 -5 -10 -15 -20 -25 2014I
2014II
2014III
2014IV
Totaal (ex. financieel of nutsbedrijven) Administratieve dienstverlening
Bron: CBS
23
Risico’s –– De toename in complexiteit en de strengere eisen rondom onafhankelijkheid en transparantie kunnen van invloed zijn op de (beroeps)aansprakelijkheid. –– Assurantietussenpersonen en verzekeraars kunnen een rol spelen bij de ondersteuning van accountantskantoren op het gebied van vragen over inkomens- en pensioenverzekeringen.
Technologie & innovatie Trends & ontwikkelingen –– Er is sprake van voortschrijdende digitalisering. Er worden steeds meer eisen gesteld ten aanzien van het digitaal aanleveren van gegevens en rapportages door administratief dienstverleners. –– Doordat veel mensen zakelijk toegang hebben tot internet, neemt het risico van verspreiding van vertrouwelijke bedrijfsgegevens toenemen. Cybercriminaliteit neemt de laatste jaren sterk toe. –– Data-analyse biedt veel mogelijkheden tot innovatie in de accountantscontrole. –– Er zijn apps op de markt voor accountants, die klanten een actueel en online inzicht in hun financiën geven, volledig digitaal. –– Banken hebben het inmiddels mogelijk gemaakt om de overschrijvingen te koppelen met de boekhoudsystemen. Risico’s –– Administratief dienstverleners beheren vaak veel belangrijke data van klanten. Schade hieraan door brand, cybercriminaliteit of verlies van data dient zoveel mogelijk voorkomen te worden. Preventieadviezen en goede dekkingen op het gebied van brand, dataverlies en cybercrime zijn belangrijk. Aansprakelijkheidsverzekeringen kunnen risico’s op claims op dit gebied afdekken. Ook goede afspraken met leveranciers van dataopslag en rechtsbijstandverzekeringen kunnen van belang zijn. –– De toename van het gebruik van software zorgt ervoor dat het bedrijfsproces hiervan in toenemende mate afhankelijk wordt. Verzekeringen op het gebied van computer en elektronica, bedrijfsschade, reconstructie en extra kosten kunnen de risico’s op schade afdekken. –– Goed risicomanagement op het gebied van internet security risico’s wordt steeds belangrijker. Er zijn specifieke cybercriminaliteit verzekeringen op de markt voor de risico’s van diefstal van gegevens via het internet. 24
Personeel Trends & ontwikkelingen –– Accountant is een beschermd beroep. Accountantskantoren zoeken met name assistent accountants en personeel op management niveau, mensen vanaf drie tot tien jaar werkervaring. Daarnaast is meer instroom van starters nodig. De vraag naar ervaren accountants stijgt explosief in 2015. Het aantal personen dat een HBO of WO diploma Accountancy haalt is relatief laag. Er is een tekort aan accountants aan het ontstaan in Nederlands. Uit onderzoek van Yacht detachering blijkt dat er in de eerste 6 maanden 10.000 vacatures voor accountants zijn geplaatst. Er is een tekort aan ervaren accountants maar ook de toestroom vanuit HBO en WO onderwijs is niet afdoende, jaarlijks behalen gemiddeld 750 HBO en 700 WO studenten hun diploma. Daarnaast stappen veel accountants met ervaring in de auditpraktijk over naar de adviespraktijk. –– Piekperiodes, zoals in de eerste vier maanden van het jaar, worden steeds meer opgevangen door flexwerkers of zzp’ers. Steeds meer (hoogopgeleide) specialisten werken als zzp’er in de branche. –– De concurrentie op goed analytisch personeel neemt toe. Door de vergrijzing en uitbreiding van werkzaamheden en flexibilisering zijn veranderingen en investeringen op HR-gebied nodig. –– Werknemers hebben steeds minder vaak interesse om partner te worden, bedrijven moeten andere manieren bedenken om personeel aan het bedrijf te binden. Risico’s –– Hoge werkdruk en stress kunnen leiden tot arbeidsongeschiktheid. Preventie, verzuimbegeleiding en re-integratie en goede inkomensverzekeringen zijn in de branche steeds belangrijker. –– De inzet van meer flexwerkers bij accountants zorgt ervoor dat advies op het gebied van de mogelijkheden van eigenrisicodragerschap voor de Ziektewet-flex en WGA belangrijker worden. –– Voor zzp’ers is het risico op verlies van inkomen bij arbeidsongeschiktheid en het risico op een pensioengat groot. Een specifiek aanbod voor zzp’ers kan toegevoegde waarde leveren. Daarbij valt te denken aan producten op het gebied van (beroeps)aansprakelijkheid, arbeidsongeschiktheid en (bancaire) lijfrente. –– Ondernemers zijn wettelijk verplicht om een Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) uit te voeren.
Duurzaamheid Trends & ontwikkelingen –– Maatschappelijk verantwoord ondernemen gaat de komende jaren een grotere rol spelen, daarom heeft de brancheorganisatie SRA het platform MVO/ Duurzaamheid opgericht ter ondersteuning van leden die meer willen focussen op MVO. –– Steeds meer bedrijven doen aan duurzaamheids- en/of MVO-verslaglegging.
Belangrijke organisaties Registeraccountants en accountants-administratieconsulenten –– Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA). Fusieorganisatie waarin het NIVRA en de NOvAA hun krachten bundelen. –– Nederlandse Orde van Accountants en Accountantskantoren (NOVAK). Verzekeringsdesk met mantelcontracten voor verzekeringen op het gebied van beroeps-/bedrijfsaansprakelijkheid, rechtsbijstand, auto, brand, bedrijfsschade, computer, zakenreis, AOV, ziekteverzuim, WIA, ongevallen, zorg, Carrière Stop Polis (ORV). –– Samenwerkende Registeraccountants en AccountantsAdministratieconsulenten (SRA) –– Vereniging van accountants- en belastingadviesbureaus (VLB) Boekhoudkantoren en administratiekantoren Branche specifieke verzekeringen –– Een van de brancheorganisaties biedt mantelcontracten voor verzekeringen, met specifieke verzekeringsproposities voor administratiekantoren op het gebied van beroeps- en bedrijfsaansprakelijkheid en Datarisks. –– Belangrijke trends en ontwikkelingen bieden aanknopingspunten voor een goed advies met betrekking tot verzekeringsproducten. Die trends en ontwikkelingen en hun uitwerking op bedrijfsrisico’s zijn hieronder in een aantal thema’s bijeengebracht.
Markt en regelgeving Trends & ontwikkelingen –– Bedrijven automatiseren steeds meer de administratie, waardoor er minder werk op dit gebied te doen is voor administratief dienstverleners. –– Doordat er steeds meer software beschikbaar is voor online boekhouden zijn er nieuwe toetreders tot de markt, zoals de verzekeraar DAS. –– Een deel van de boekhoud- en administratiekantoren
verbreedt de dienstverlening naar advies over financieel management, zoals financieringsaanvragen en subsidies, de juiste beloning, inkoop van specialistische kennis en advies over beleidsbeslissingen en organisatievraagstukken. Met name op het gebied van financiering worden administratiekantoren vaak gevraagd om te ondersteunen. De diensten variëren van het opstellen van de financiële bijlage, tot controle van het plan en zelfs het gehele financiering aanvraagtraject. Vrijwel alle kantoren hebben hierbij ervaring met banken. Risico’s –– De toename in complexiteit en de strengere eisen rondom onafhankelijkheid en transparantie kunnen van invloed zijn op de (beroeps)aansprakelijkheid. –– Innovatieve bedrijfsmodellen (bijvoorbeeld internetaanbieders) kennen mogelijkerwijs een ander risicoprofiel. Hierdoor wordt aanpassing in de bestaande dekkingen wenselijk of zelfs noodzakelijk. –– Marktuitbreiding met nieuwe diensten kan ook voor (beroeps)aansprakelijkheid tot nieuwe dekkingsgebieden leiden.
Technologie & innovatie Trends & ontwikkelingen –– Het gebruik van online boekhouden blijft groeien. Het gebruik van cloud computing, ook wel online computing of Software-as-a-service (SaaS) genoemd, neemt toe. –– Er worden steeds meer mobiele applicaties gebruikt om bonnen en tickets te scannen en direct in de administratie op te nemen middels scansoftware. De mobiele financiële scanApp Glyder en Yuki zijn hier voorbeelden van. –– Doordat veel mensen zakelijk toegang hebben tot internet, neemt het risico van verspreiding van vertrouwelijke bedrijfsgegevens toenemen. Cybercriminaliteit neemt de laatste jaren sterk toe. –– Banken hebben het inmiddels mogelijk gemaakt om de overschrijvingen te koppelen met de boekhoudsystemen. Risico’s –– Administratief dienstverleners beheren vaak veel belangrijke data van klanten. Schade hieraan door brand, cybercriminaliteit of verlies van data dient zoveel mogelijk voorkomen te worden. Preventieadviezen en goede dekkingen op het gebied 25
van brand, dataverlies en cybercrime zijn belangrijk. Aansprakelijkheidsverzekeringen kunnen risico’s op claims op dit gebied afdekken. Ook goede afspraken met leveranciers van dataopslag en rechtsbijstandverzekeringen kunnen van belang zijn. –– De toename van het gebruik van software zorgt ervoor dat het bedrijfsproces hiervan in toenemende mate afhankelijk wordt. Verzekeringen op het gebied van computer en elektronica, bedrijfsschade, reconstructie en extra kosten kunnen de risico’s op schade afdekken. –– Goed risicomanagement op het gebied van internet security risico’s wordt steeds belangrijker. Er zijn specifieke cybercriminaliteit verzekeringen op de markt voor de risico’s van diefstal van gegevens via het internet.
Personeel Trends & ontwikkelingen –– Het beroep boekhouder is een vrij beroep. Een boekhouder hoeft geen opleidingen of diploma’s te hebben om boekhouder te kunnen zijn. Wel zijn er verschillende soorten opleidingen voor, van praktijkdiploma’s op mbo niveau tot financiële opleiding op universitair niveau. Er zijn dan ook geen grote tekorten aan boekhoudpersoneel. –– Door de toename van het gebruik van software worden IT vaardigheden steeds belangrijker. Piekperiodes, zoals in de eerste vier maanden van het jaar, worden steeds meer opgevangen door flexwerkers of zzp’ers. Risico’s –– De inzet van meer flexwerkers bij accountants zorgt ervoor dat advies op het gebied van de mogelijkheden van eigenrisicodragerschap voor de Ziektewet-flex en WGA belangrijker worden. –– Voor zzp’ers is het risico op verlies van inkomen bij arbeidsongeschiktheid en het risico op een pensioengat groot. Een specifiek aanbod voor zzp’ers kan toegevoegde waarde leveren. Daarbij valt te denken aan producten op het gebied van (beroeps)aansprakelijkheid, arbeidsongeschiktheid en (bancaire) lijfrente. –– Ondernemers zijn wettelijk verplicht om een Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) uit te voeren.
26
Duurzaamheid Trends & ontwikkelingen –– Er is een toenemend aantal administratiekantoren, die ondersteunen bij aanvragen van subsidies voor duurzame projecten.
Belangrijke organisaties Administratiekantoren –– Nederlandse Orde van Administratie- en Belastingdeskundigen (NOAB). Mantelcontract voor verzekeringen op het gebied van beroeps- en bedrijfsaansprakelijkheid en Datarisks. Belastingconsulenten Branche specifieke verzekeringen –– Een van de brancheorganisaties biedt mantelcontracten voor verzekeringen, met specifieke verzekeringsproposities voor belastingconsulenten op het gebied van beroeps- en bedrijfsaansprakelijkheid en datarisks. –– Belangrijke trends en ontwikkelingen bieden aanknopingspunten voor een goed advies met betrekking tot verzekeringsproducten. Die trends en ontwikkelingen en hun uitwerking op bedrijfsrisico’s zijn hieronder in een aantal thema’s bijeengebracht.
Markt en regelgeving Trends & ontwikkelingen –– Coalitiepartijen hebben medio 2015 een akkoord bereikt over een herziening van de belastingen. De inhoud ervan is nog niet bekend, maar er wordt ingezet op een simpeler belastingstelsel. Ook de belastingen voor motorrijtuigen veranderen de komende periode. Deze wijzigingen betekenen potentieel meer werk voor belastingadviseurs. –– Nederland staat bekend als belastingparadijs voor grote multinationals. Veel internationale concerns hebben een kantoor in Nederland en soms zelfs speciale afspraken met de Belastingdienst. Binnen Europa is er steeds meer weerstand hiertegen en is er behoefte om de belastingregels meer gelijk te trekken. –– Belastingadviseurs zetten steeds vaker vraagtekens bij brievenbusfirma’s die in Nederland zijn gevestigd om geld door te sluizen. Volgens de NOB moet Nederland zuiniger omgaan met het gunstige belastingklimaat en is het verstandig om afscheid te nemen van deze bedrijven omdat het slecht voor de beeldvorming is.
Risico’s
Personeel
–– De toenemende internationale druk op ongelijke belastingvoordelen kan risico’s met zich meebrengen voor belastingconsulenten. Goede beroeps- of bedrijfsaansprakelijkheidsverzekeringen kunnen hierbij een rol spelen.
Trends & ontwikkelingen –– Er is relatief veel vraag naar jonge fiscalisten, die fiscale economie of fiscaal recht hebben gestudeerd. De hoge vraag vanuit de Belastingdienst blijft bestaan. –– in Juli 2015 treed het Protocol aanmelding en afdoening van fiscale delicten en delicten (AAFD) in werking. Dit protocol heeft als gevolg dat fiscale fraude strenger aangepakt wordt en dat belastingadviseurs sneller berecht kunnen worden in een strafzaak. –– Er zijn relatief veel zzp’ers actief in de branche.
Technologie & innovatie Trends & ontwikkelingen –– Belastingen worden steeds meer digitaal ingediend. De Belastingdienst speelt hierin een belangrijke rol. Er zijn plannen om de particuliere en zakelijke belastingen meer te integreren, waardoor eenvoudiger controles kunnen plaatsvinden. –– De belastingdienst gaat ook meer inzetten op Cloud technologie om zo de automatisering verder voort te zetten. Momenteel word er stevig gereorganiseerd en worden honderden ICT’ers aangenomen en verdwijnen er ongeveer 5.000 banen bij de Belastingdienst. –– Er ontstaan online administratieprogramma’s die naast de volledige administratie ook alle belastingzaken regelt. Een voorbeeld hiervan is Beace. Risico’s –– Belastingadviseurs beheren vaak veel belangrijke data van klanten. Schade hieraan door brand, cybercriminaliteit of verlies van data dient zoveel mogelijk voorkomen te worden. Preventieadviezen en goede dekkingen op het gebied van brand, dataverlies en cybercrime zijn belangrijk. Aansprakelijkheidsverzekeringen kunnen risico’s op claims op dit gebied afdekken. Ook goede afspraken met leveranciers van dataopslag en rechtsbijstandverzekeringen kunnen van belang zijn. –– De toename van het gebruik van software zorgt ervoor dat het bedrijfsproces hiervan in toenemende mate afhankelijk wordt. Verzekeringen op het gebied van computer en elektronica, bedrijfsschade, reconstructie en extra kosten kunnen de risico’s op schade afdekken. –– Goed risicomanagement op het gebied van internet security risico’s wordt steeds belangrijker. Er zijn specifieke cybercriminaliteit verzekeringen op de markt voor de risico’s van diefstal van gegevens via het internet.
Risico’s –– De toenemende mate van toezicht zorgt ervoor, dat (beroeps)aansprakelijkheidsverzekeringen toenemen in belang. –– Voor zzp’ers is het risico op verlies van inkomen bij arbeidsongeschiktheid en het risico op een pensioengat groot. Een specifiek aanbod voor zzp’ers kan toegevoegde waarde leveren. Daarbij valt te denken aan producten op het gebied van (beroeps)aansprakelijkheid, arbeidsongeschiktheid en (bancaire) lijfrente. –– Ondernemers zijn wettelijk verplicht om een Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) uit te voeren.
Duurzaamheid Trends & ontwikkelingen –– Er is een toenemend aantal subsidies voor duurzame projecten. Belastingconsulenten kunnen hier een belangrijke rol in spelen.
Belangrijke organisaties Belastingconsulenten (69.20.4) –– Nederlandse Orde van Belastingadviseurs (NOB) –– Vereniging van accountants- en belastingadviesbureaus (VLB) –– Register Belastingadviseurs (RB) –– Nederlandse Orde van Administratie- en Belastingdeskundigen (NOAB). Mantelcontract voor verzekeringen op het gebied van beroeps- en bedrijfsaansprakelijkheid en Datarisks.
27
3 Advies- en marktonderzoekbureaus De Markt
Feiten en cijfers
Advies- en marktonderzoekbureaus zijn een onderdeel van de markt van zakelijke dienstverleners. Ze adviseren over specialistische zaken en voeren taken voor klanten uit als: –– ontwikkeling en implementatie van organisatievormen –– onderzoek naar en advies over markten, klanten, strategie, organisatie, processen & systemen –– projectmanagement en interim-management.
–– De branche van advies- en marktonderzoekbureaus bestaat uit ruim 102.000 bedrijven, de grootste branche binnen de zakelijke dienstverlening. –– In totaal werken er ongeveer 95.000 zelfstandigen in de branche. Deze zijn voornamelijk te vinden onder bedrijven met 1 of 2 werkzame personen. Er is sprake van een explosieve stijging in het aantal zzp’ers doordat de toetredingsdrempel laag is. Adviseur is geen beschermd beroep, dus iedereen deze rol claimen. Daarnaast dient het ook in vele gevallen als vangnet bij het verlies van een vaste baan. Gemiddeld genomen worden er 17 managementadviesbureaus per dag gestart. –– De bedrijven met 3 tot 10 werknemers vormen met circa 3.300 bedrijven een grote groep. –– Bijna 1.300 bedrijven uit deze groep zakelijke dienstverleners hebben meer dan 10 werknemers. –– Veruit de grootste groep bedrijven binnen deze branche wordt gevormd door organisatieadviesbureaus. –– In 2014 telde de branche ongeveer 13.240 oprichtingen, tegenover 12.200 opheffingen. –– In 2014 waren circa 125.000 werknemers werkzaam in de branche. Er zijn dus bijna net zoveel zelfstandigen als werknemers werkzaam in deze branche. –– De gerealiseerde omzet in 2014 bedroeg bijna € 17,4 miljard.
Figuur 1 laat de verdeling van deze groep bedrijven zien naar type activiteiten en naar omvang van het aantal werkzame personen. –– Organisatieadviesbedrijven bestaan al sinds het begin van de twintigste eeuw. Dat is veel langer dan bijvoorbeeld ICT-dienstverleners. De branche is zeer beperkt georganiseerd en kent geen specifieke opleidingen, orders of registers. –– Er is de trend dat managementadviesbureaus zich steeds meer richten op het creëren van eigen kennis en inzichten. Investeren in ‘Big Data’ en kennissystemen worden belangrijker en ‘data driven’ adviesopdrachten nemen toe. De vraag naar strategisch advies en specialistische kennis neemt toe en de vraag naar procesbegeleiding neemt af. –– Er zijn bijna net zoveel zzp’ers als werknemers in de branche voor adviesbureaus. –– De omzet van adviesbureaus ontwikkelde zich in 2012 en 2013 in lijn met de economie en sinds 2014 groeit de omzet sterker dan de economie. –– Marktonderzoekbureaus richten zich steeds meer op consultancy, omdat opdrachtgevers vaker inzichten willen en niet alleen onderzoek data. –– De omzet van marktonderzoekbureaus is in 2012 en 2013 sterk afgenomen en groeit weer sinds 2014.
Adviesbureaus Feiten en cijfers Onder deze sub branche vallen de volgende ondernemingen: organisatieadviesbureaus en managementadviesbureaus . –– De branches van adviesbureaus zijn samen goed voor bijna 97.000 bedrijven.
Figuur 1. Aantal bedrijven verdeeld over subbranches en werknemersklassen
Subbranches
1 werkz pers
5-10 werkz pers
2 werkz 3-5 werkz pers pers
10-20 werkz pers
20-50 werkz pers
50-100 werkz pers
≥ 100 werkz pers
Totaal
Organisatieadviesbureaus
75.155
4.485
1.430
890
505
265
60
35
82.825
Managementadviesbureaus
12.580
785
365
235
110
65
20
5
14.170
Marktonderzoek
4.610
410
200
175
105
75
20
15
5.620
Totaal
92.345
5.680
1.995
1.300
720
405
100
55
102.615
Bron: CBS, juli 2015
28
Figuur 2. Index omzetontwikkeling bij adviesbureaus en het bruto binnenlands product (BBP) 130
Index (2010 = 100)
120
110
100
90
80
70
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
702 Managementadviesbureaus
2012
2013
BBP
2014
2015
2016
2017
Prognose
Bron: CBS, CPB
–– Circa 90% heeft slechts 1 werkzame persoon in dienst. –– Circa 86% van de werknemers binnen de branche is werkzaam bij adviesbureaus. –– De gerealiseerde omzet in 2014 bedroeg ongeveer € 15,7 miljard. Figuur 2 laat de omzetontwikkeling zien bij adviesbureaus in de periode 2005 t/m 2015 afgezet tegen de economische groei, waarvoor de BBP-index als kengetal dient. Voor 2015 zijn de voorlopige cijfers voor het eerste kwartaal meegenomen als basis voor de schatting voor 2015. Uit de figuur wordt duidelijk dat de adviesbranche sterk heeft meegelift op de economische groei van voor de crisis. In deze jaren zagen we de vraag naar bedrijfsadvies sterk toenam en de omzet van de branche kende dan ook een explosieve groei. De omzetgroei zakte na de crisis in en beweegt sinds 2011 vrijwel gelijk aan de groei van het BBP. Sinds 2014 stijgt de omzet weer meer dan het BBP.
Figuur 3. Bedrijfskosten naar kostencategorie (2013) Adviesbureaus
Totaal zakelijke dienstverlening
Inkoop
24,1%
45,3%
Personeel
48,7%
35,9%
Huisvesting & energie
3,3%
2,2%
Apparatuur & inventaris
0,8%
0,6%
Vervoersmiddelen
4,1%
1,8%
Verkoop
2,7%
1,5%
Communicatie
1,3%
0,5%
11,9%
4,8%
3,2%
7,3%
100,0%
100,0%
Kostencategorie
Overig Afschrijvingen Totaal Bron: CBS
Figuur 3 verdeelt de bedrijfskosten van de sub branche over negen kostencategorieën, ter vergelijking is hier de verdeling voor het totale bedrijfsleven aan toegevoegd. De gegevens in deze tabel betreffen verslagjaar 2013. De belangrijkste kostenpost in de branche voor 29
adviesbureaus is personeel. Daarnaast is de categorie overig aanzienlijk groot. Deze kosten kunnen betrekking hebben op licentierechten, auteursrechten, de huur of de lease van software, management fees, administratieve heffingen, kantoorbehoeften, contributies, abonnementen en vakliteratuur. Klantenbinding en het onderhouden van klantrelaties spelen in deze branche een grote rol en dit is terug te vinden in de bedrijfskosten: zowel verkoop als vervoersmiddelen zijn relatief grote kostenposten. Volgens cijfers van de VWE waren er medio 2015 ruim 27.000 personenauto’s en 9.600 bestelauto’s (exclusief leaseauto’s) in het bezit van adviesbureaus. De bedrijven geven daarnaast relatief veel uit aan huisvesting. Veel grote accountancykantoren hebben nieuwe vestigingen ontwikkeld in de afgelopen jaren, zoals KPMG en Deloitte. Figuur 4 laat het aantal oprichtingen en opheffingen zien binnen de sub branche over de periode 2009 tot het tweede kwartaal van 2015. De meest recente gegevens van het CBS zijn over het jaar 2013. Voor de jaren 2014 en 2015 zijn schattingen gemaakt aan de hand van gegevens van het KvK en CBS.
De markt waarin deze branche opereert is zeer volatiel, dit is terug te zien aan de grote schommelingen in het aantal oprichtingen en opheffingen. Vanaf 2011 zien we een vrij hoog aantal oprichtingen van rond de 13.000 a 14.000 per jaar, maar daarnaast ook een stijgend aantal opheffingen tot en met 2013. Sinds 2014 is het aantal opheffingen afgenomen. Figuur 5 laat de ontwikkeling zien van drie conjunctuurindicatoren: saldo personeelssterkte de afgelopen 3 maanden, saldo investeringen in huidig verslagjaar en saldo winstgevendheid afgelopen 3 maanden. Deze indicatoren zijn afkomstig van de conjunctuur enquête die het CBS ieder kwartaal uitvoert. De figuren beslaan het eerste kwartaal van 2014 tot en met het tweede kwartaal van 2015 en de resultaten van de branche worden afgezet tegen die van het totale bedrijfsleven. In tegenstelling tot de meeste zakelijke dienstverlening branches ligt het saldo personeelssterkte van de adviesbranche structureel boven die van het totale bedrijfsleven. Over 2014 zien we een stijging van de personeelssterkte die in het eerste kwartaal van 2015 piekt rond de +30%.
Figuur 4. Oprichtingen en opheffingen: Adviesbureaus
16.000 14.000 12.000
12.755
12.751
11.995 9.680
9.460
10.000 8.000
14.400
14.035
13.835
7.985 7.205
6.965
6.000
5.315
7.070
5.660
4.000 2.000 2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015*
Oprichtingen Opheffingen Bron: CBS, KvK
30
*2015 o.b.v. 1e en 2e kwartaal
Figuur 5. Conjunctuurindicatoren Adviesbureaus Saldo personeelssterkte afgelopen 3 mnd, in %
Het tweede kwartaal van 2015 zag een lichte terugval naar +25% maar vooralsnog een score ver boven de -3% van het totale bedrijfsleven.
40 30
Investeringen in deze branche hebben over de loop van 2014 een scherpe stijging gezien. Begin 2014 stond het saldo investeringen op -10%, eind 2014 was dit +12,3%. Het eerste halfjaar van 2015 is dit licht gedaald naar +8,3%. De figuur laat duidelijk zien hoe sterk de adviesbranche reageert op economische groei.
20 10 0 -10 -20 2014I
2014II
2014III
2014IV
2015I
2015II
Saldo winstgevendheid afgelopen 3 mnd, in % 25 20
Het saldo winstgevendheid van de branche lag in 2014 rond de 0% en daalde in het vierde kwartaal naar -10%. In 2015 leeft de winstgevendheid op naar boven de +10%. Ook hier zien we een sterke reactie op de economie, de winstgevendheid van het totale bedrijfsleven nam licht toe in 2015 voor het totale bedrijfsleven wat voor een sterke groei in de adviesbranche zorgde.
Organisatieadviesbureaus
15
Trends, ontwikkelingen, risico’s en verzekeringsbehoeften
10 5 0
Markt en regelgeving
-5 10 -15 2014I
2014II
2014III
2014IV
2015I
2015II
2015I
2015II
Saldo investeringen verslagjaar, in % 15 10 5 0 -5 -10 -15 2014I
2014II
2014III
2014IV
Totaal (ex. financieel of nutsbedrijven) Managementadviesbureaus
Trends & ontwikkelingen –– De branche staat sterk onder druk. Opdrachtgevers zoeken steeds meer naar toegevoegde waarde, kwaliteit en gespecialiseerde kennis tegen de laagst mogelijke kosten. Daarnaast is er sprake van een sterke overcapaciteit in de markt. Grote adviesbureaus hebben aanzienlijke ontslagen doorgevoerd en tegelijkertijd zijn er veel nieuwe adviseurs als zzp’er gestart, al dan niet noodgedwongen vanwege ontslag. De branche kent een zeer lage toetredingsdrempel. –– Grote bedrijven werken steeds meer met preferred suppliers lijsten bij de inkoop van advieswerkzaamheden. –– Het hoge aantal toetreders legt druk op de kwaliteit in de branche. Tegen deze achtergrond heeft de ROA vorig jaar een nieuwe, striktere, gedragscode en een kwaliteitsregister organisatieadvies ingevoerd. Risico’s –– Toenemende eisen van opdrachtgevers en specialisatie kunnen resulteren in uitgebreidere inkoopcontracten. Een goede aansprakelijkheidsverzekering en concurrentiebeding kunnen een belangrijke rol spelen.
Bron: CBS
31
Technologie & innovatie Trends & ontwikkelingen –– Nieuwe maatschappelijke of economische trends, zoals bijvoorbeeld Big Data, social media, maatschappelijk verantwoord ondernemen, zijn drijfveren voor de opkomst van nieuwe type adviesbureaus. –– Het belang van ICT, internet en social media in het adviesproces blijft toenemen. –– Informatie is steeds meer toegankelijk via het internet. In het verleden was het belangrijk om zoveel mogelijk kennis in huis te halen. Tegenwoordig is het belangrijker om de juiste connecties te hebben om toegang te krijgen tot informatie. Het opzetten van (sociale) netwerken via social media wordt steeds eenvoudiger. Risico’s –– Nieuwe type adviesbureaus kennen mogelijkerwijs een ander risicoprofiel. Hierdoor wordt aanpassing in de bestaande dekkingen wenselijk of zelfs noodzakelijk.
Personeel Trends & ontwikkelingen –– Er zijn relatief veel zzp’ers actief in de branche, die steeds meer in netwerkorganisaties samenwerken. Er zijn bijna net zoveel zzp’ers als werknemers. –– Personeel is in deze branche de motor van de onderneming. Relatief is er veel aanbod, omdat er geen specifieke studies vereist zijn. –– Organisatieadviesbureaus gebruiken steeds vaker tijdelijke contracten. –– Adviseurs staan soms onder grote druk. Ze maken veel overuren en lopen verhoogd risico op een verstoorde balans tussen werk en privéleven. –– Het opleiden van personeel wordt steeds belangrijker om te voldoen aan de vraag naar meer kennis en specialisatie. Ontwikkelingen op het gebied van ICT en internet gaan snel en vragen ook om een goede actuele kennis hierover bij medewerkers.
Risico’s –– Hoge werkdruk kan leiden tot ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid. Preventie, verzuimbegeleiding en re-integratie en goede inkomensverzekeringen zijn in de branche steeds belangrijker. –– De inzet van meer flexwerkers zorgt ervoor dat advies op het gebied van de mogelijkheden van eigenrisicodragerschap voor de Ziektewet-flex en WGA belangrijker worden. –– Voor zzp’ers is het risico op verlies van inkomen bij 32
arbeidsongeschiktheid en het risico op een pensioengat groot. Een specifiek aanbod voor zzp’ers kan toegevoegde waarde leveren. Daarbij valt te denken aan producten op het gebied van (beroeps)aansprakelijkheid, arbeidsongeschiktheid en (bancaire) lijfrente. –– Er is geen verplicht bedrijfstakpensioenfonds in deze branche. Er is geen algemeen verbindend verklaarde cao. –– Ondernemers zijn wettelijk verplicht om een Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) uit te voeren. –– Counselling advisering is effectief voor het oplossen van ziekteverzuim, motivatieproblemen of andere arbeidsgerelateerde problemen. Hier ligt een link tussen de branche en verzekeringen.
Duurzaamheid Trends & ontwikkelingen –– Het aantal adviesbureaus dat zich richt op duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen blijft groeien. ––
Belangrijke organisaties
–– Algemene Beroepsvereniging voor Counseling (ABvC) –– Beroepsorganisatie voor Specialisten in Bedrijfsoverdracht (BOBB) –– Dutch Dialogue Marketing Association (DDMA) –– De Orde van organisatiekundigen en -adviseurs (Ooa) –– Raad van Organisatie-Adviesbureaus (ROA)
Managementadviesbureaus Markt en regelgeving Trends & ontwikkelingen –– Managementadviesbureaus richten zich steeds meer op het creëren van eigen kennis en inzichten. Investeren in ‘Big Data’ en kennissystemen worden belangrijker en ‘data driven’ adviesopdrachten nemen toe. De vraag naar strategisch advies en specialistische kennis neemt toe en de vraag naar procesbegeleiding neemt af. –– Er zijn een aantal internationale management consultancy normen ontwikkeld (ISO/PC 280 - Management Consultancy en Europese norm voor Management Consultancy Services). Risico’s –– Nieuwe type adviesbureaus kennen mogelijkerwijs een ander risicoprofiel. Hierdoor wordt aanpassing in de bestaande dekkingen wenselijk of zelfs noodzakelijk.
Technologie & innovatie Trends & ontwikkelingen –– Nieuwe maatschappelijke of economische trends, zoals bijvoorbeeld Big Data, social media, maatschappelijk verantwoord ondernemen, zijn drijfveren voor de opkomst van nieuwe type adviesbureaus. –– Internationale adviesbureaus maken steeds vaker gebruik van interne best practices en innovatie databases. Deze data kan ook ontsloten worden naar klanten, middels zelf ontwikkelde software, als benchmark data. –– Er is een sterke toename in online samenwerking. Collega’s, managementteams en projectteams werken steeds minder vaak op dezelfde (fysieke) locatie. Dankzij applicaties als Cloud storage (zoals Dropbox), Skype en Teamviewer word werken op afstand makkelijker. Risico’s –– Nieuwe type adviesbureaus kennen mogelijkerwijs een ander risicoprofiel. Hierdoor wordt aanpassing in de bestaande dekkingen wenselijk of zelfs noodzakelijk. –– Het gebruik maken van benchmark gegevens van klanten voor andere klanten brengt mogelijk vertrouwelijkheidsissues met zich mee. Daarnaast verlangen klanten een 24/7 beschikbaarheid van online benchmarkdata.
Personeel Trends & ontwikkelingen –– Personeel is in deze branche de motor van de onderneming. Voor gespecialiseerde strategische adviesbureaus en specifieke interim adviesbureaus is het niet eenvoudig om goed personeel te vinden en te behouden. –– Een aanzienlijk deel van de werknemers heeft een flexibele arbeidsrelatie. Daarnaast zijn er relatief veel zelfstandigen in de branche. –– Adviseurs staan soms onder grote druk. Ze maken veel overuren en lopen verhoogd risico op een verstoorde balans tussen werk en privéleven. –– Het opleiden van personeel wordt steeds belangrijker om te voldoen aan de vraag naar meer kennis en specialisatie. Ontwikkelingen op het gebied van ICT en internet gaan snel en vragen ook om een goede actuele kennis hierover bij medewerkers. Risico’s –– Hoge werkdruk kan leiden tot ziekteverzuim en
––
––
––
––
arbeidsongeschiktheid. Preventie, verzuimbegeleiding en re-integratie en goede inkomensverzekeringen zijn in de branche steeds belangrijker. De inzet van meer flexwerkers zorgt ervoor dat advies op het gebied van de mogelijkheden van eigenrisicodragerschap voor de Ziektewet-flex en WGA belangrijker worden. Voor zzp’ers is het risico op verlies van inkomen bij arbeidsongeschiktheid en het risico op een pensioengat groot. Een specifiek aanbod voor zzp’ers kan toegevoegde waarde leveren. Daarbij valt te denken aan producten op het gebied van (beroeps)aansprakelijkheid, arbeidsongeschiktheid en (bancaire) lijfrente. Er is geen verplicht bedrijfstakpensioenfonds in deze branche. Er is geen algemeen verbindend verklaarde cao. Ondernemers zijn wettelijk verplicht om een Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) uit te voeren.
Duurzaamheid Trends & ontwikkelingen –– Het aantal adviesbureaus dat zich richt op duurzaamheid blijft toenemen.
Belangrijke organisaties –– NIVE kennisplatform interimmanagers –– Raad voor Interim Managers (RIM) –– Nederlandse Orde van Register Managers (ORM)
Marktonderzoek Feiten en cijfers –– Er werken circa 5.600 bedrijven in de branche. –– Circa 11% heeft 2 tot 5 werkzame persoon in dienst, een aanzienlijk hoger aandeel dan bij adviesbureaus. –– Circa 14% van de werknemers binnen de branche is werkzaam bij marktonderzoekbureaus. –– De gerealiseerde omzet in 2014 bedroeg ongeveer € 1,75 miljard. Figuur 6 laat de omzetontwikkeling zien bij reclamebureaus in de periode 2005 t/m 2015 afgezet tegen de economische groei, waarvoor de BBP-index als kengetal dient. Voor 2015 zijn de voorlopige cijfers voor het eerste kwartaal meegenomen als basis voor de schatting voor 2015. Marktonderzoekbureaus hebben in aanloop naar de crisis een explosieve groei in de omzet gezien. Opvallend is dat, in tegenstelling tot andere branches, het uitbreken van de crisis niet direct voor een grote terugval in de omzet heeft 33
Figuur 6. Index omzetontwikkeling bij marktonderzoek en het bruto binnenlands s product (BBP) 110
Index (2010 = 100)
100
90
80
70
60
50 2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
Accountancy, administratie e.d.
2012
2013
BBP
2014
2015
2016
2017
Prognose
Bron: CBS, CPB
gezorgd. Kwantitatieve marktdata blijft bij veel bedrijven een belangrijk element voor de bedrijfsvoering en strategie, wat de vraag ook na de crisis op peil heeft gehouden. De omzetontwikkeling is in de afgelopen jaren desondanks teruggevallen in 2012 en 2013. In 2014 trok de omzet weer en dit lijkt zich door te zetten in 2015.
Figuur 7. Bedrijfskosten naar kostencategorie (2013) Marktonderzoek
Totaal zakelijke dienstverlening
Inkoop
39,3%
45,3%
Personeel
40,6%
35,9%
Huisvesting & energie
3,7%
2,2%
Apparatuur & inventaris
0,6%
0,6%
Vervoersmiddelen
2,1%
1,8%
Verkoop
2,8%
1,5%
Communicatie
1,1%
0,5%
Overig
7,9%
4,8%
Afschrijvingen
1,9%
7,3%
100,0%
100,0%
Kostencategorie
Totaal Bron: CBS
Figuur 7 verdeelt de bedrijfskosten van de sub branche over negen kostencategorieën, ter vergelijking is hier de verdeling voor het totale bedrijfsleven aan toegevoegd. De gegevens in deze tabel betreffen verslagjaar 2013. De kostverdeling binnen de markt- en opinieonderzoek 34
branche ligt dichtbij de norm voor het zakelijke dienstverlening, oftewel een groot aandeel voor inkoop en personeel. Daarnaast de liggen de uitgaven aan huisvesting en energie aanzienlijk boven de norm, wat duid op relatieve dure huisvesting binnen deze branche. Ook verkoopkosten binnen deze branche zijn vrij hoog, bijna twee keer de norm binnen de zakelijke dienstverlening. De kosten voor vervoersmiddelen liggen net iets boven het gemiddelde van de sector. Volgens cijfers van de VWE waren er medio 2015 circa 800 personenauto’s en 140 bestelauto’s (exclusief leaseauto’s) in het bezit van marktonderzoekbureaus.
De inschatting is dat in 2014 en 2015 de markt zich heeft gestabiliseerd. Figuur 9 laat de ontwikkeling zien van drie conjunctuurindicatoren: saldo personeelssterkte de afgelopen 3 maanden, saldo investeringen in huidig verslagjaar en saldo winstgevendheid afgelopen 3 maanden. Deze indicatoren zijn afkomstig van de conjunctuur enquête die het CBS ieder kwartaal uitvoert. De figuren beslaan het eerste kwartaal van 2014 tot en met het tweede kwartaal van 2015 en de resultaten van de branche worden afgezet tegen die van het totale bedrijfsleven.
Figuur 8 laat het aantal oprichtingen en opheffingen zien binnen de sub branche over de periode 2009 tot het tweede kwartaal van 2015. De meest recente gegevens van het CBS zijn over het jaar 2013. Voor de jaren 2014 en 2015 zijn schattingen gemaakt aan de hand van gegevens van het KvK en CBS.
Personeelssterkte in de branche is gedurende 2014 toegenomen, voornamelijk in het laatste kwartaal bereikte het saldo en piek van +20%. Begin 2015 zag een omkeer van deze trend met licht negatief saldo, echter de cijfers uit het tweede kwartaal laten een stijgende lijn zien.
De markt voor marktonderzoek is van 2009 tot en met 2013 gekrompen. Het aantal oprichtingen is gedaald en het aantal opheffingen is gestegen. In 2012 en 2013 was het aantal opheffingen hoger dan het aantal oprichtingen.
Investeringen in de markt- en opinieonderzoekbranche zijn over 2014 structureel negatief en beneden de norm van het totale bedrijfsleven gebleven. Begin 2015 zien we een scherpe stijging in de investeringen die in het tweede
Figuur 8. Oprichtingen en opheffingen: Marktonderzoek
1.200
1.140
1.000 900 800
745 685
680 600
530
660 575
590
545 485
490
590
490
400
200
2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015*
Oprichtingen Opheffingen
*2015 o.b.v. 1e en 2e kwartaal
Bron: CBS, KvK
35
Figuur 9. Conjunctuurindicatoren Marktonderzoek Saldo personeelssterkte afgelopen 3 mnd, in %
kwartaal net positief uitvalt rond de +1%, dichtbij het saldo van het bedrijfsleven.
25
De winstgevendheid van de branche in 2014 was positief en boven die van het bedrijfsleven, maar zag wel een scherpe daling van rond de +35% in het eerste kwartaal naar slechts +2% in het laatste kwartaal. De winstgevendheid herstelde in het eerste kwartaal van 2015 naar het niveau van begin 2014 maar zakte in het tweede kwartaal weer terug. Aangezien het de winstgevendheid over de afgelopen 3 maanden betreft kan gesteld worden dat het eerste kwartaal van 2015 een relatief slecht kwartaal was.
20 15 10 5 0 -5 10 -15 2014I
2014II
2014III
2014IV
2015I
2015II
Trends, ontwikkelingen, risico’s en verzekeringsbehoeften Saldo winstgevendheid afgelopen 3 mnd, in %
Markt en regelgeving
40 30 20 10 0 -10 2014I
2014II
2014III
2014IV
2015I
2015II
2015I
2015II
Saldo investeringen verslagjaar, in % 4 2 0 -2 -4 -6 -8 -10 -12 -14 2014I
2014II
2014III
2014IV
Totaal (ex. financieel of nutsbedrijven) Markt- en opinieonderzoek
Bron: CBS
36
Trends & ontwikkelingen –– Privacy en cookiewetgeving spelen een belangrijke rol in de branche. –– Bij online panel bureaus vindt schaalvergroting plaats. Deze bureaus treden soms ook alleen op als bemiddelaar en maken gebruik van verschillende panelleveranciers. De kosten per respondent blijven dalen. –– Als tegenhanger van de online onderzoeken is er een trend dat bedrijven ook meer kleinschalig kwalitatief onderzoek inzetten. Gespecialiseerde werving bureaus kunnen de juiste respondenten hiervoor selecteren. –– Marktonderzoek verandert van aard. Consumenten zijn mondig, hun tijd is schaars, en meedoen aan onderzoek is niet meer vanzelfsprekend. Deelnemers aan panels worden steeds meer beloond voor hun deelname. De vraag is wat dit doet met de kwaliteit van de antwoorden. –– Opdrachtgevers verwachten steeds meer kennis en inzichten in plaats van alleen data en informatie. Marktonderzoekbureaus gaan daardoor steeds meer adviesdiensten verlenen. –– Grote bedrijven werken steeds meer met preferred suppliers lijsten bij de inkoop van onderzoek werkzaamheden. Risico’s –– Privacy en cookiewetgeving kunnen aansprakelijkheidsrisico’s met zich meebrengen. –– Door de schaalvergroting en toename van het aantal lagen in de keten van marktonderzoek wordt het steeds meer een uitdaging de kwaliteit van het onderzoek te
waarborgen en niet alleen op zo laag mogelijke kosten per respondent te sturen. Dit kan mogelijk aansprakelijkheidsrisico’s opleveren. –– De verschuiving van marktonderzoekbureaus naar adviesdiensten kan mogelijk extra aansprakelijkheidsrisico’s met zich meebrengen.
Technologie & innovatie Trends & ontwikkelingen –– Marktonderzoek wordt steeds meer online en real-time uitgevoerd, direct na het uitvoeren van een bepaalde activiteit, zoals het bestellen van een product of bellen met de klantenservice. –– Nieuwe manieren van onderzoek, zoals neurologische brainscans of emotiemetingen winnen terrein. Neuromarketing is op dit moment nog erg duur, waardoor met name de grote internationale consumentenmerken er gebruik van maken, zoals bijvoorbeeld Facebook, Mac Donalds, Unilever en Coca-Cola. Het doel van neuromarketing en emotiemeting is om beter inzicht te krijgen van consumentengedrag vanuit een neurowetenschappelijke hoek. –– Big data biedt bedrijven mogelijkheden tot meer inzicht in markt en consument. Het risico voor marktonderzoekbureaus is dat in de toekomst de programmeur het werk overneemt van de marketeer. –– Door nieuwe innovaties in onderzoeksoftware of enquêtetools is steeds meer data online en real-time beschikbaar. Er hoeft dus niet meer gewacht worden tot het onderzoeksrapport opgeleverd wordt, klanten krijgen realtim e toegang tot resultaten.
–– Doordat marktonderzoekbureaus zich steeds meer richten op advieswerk moet het personeel ook adviesvaardigheden ontwikkelen. –– Er zijn relatief veel zzp’ers actief in de branche en relatief veel bedrijven met 2 tot 5 werkzame personen. Risico’s –– Voor zzp’ers is het risico op verlies van inkomen bij arbeidsongeschiktheid en het risico op een pensioengat groot. Een specifiek aanbod voor zzp’ers kan toegevoegde waarde leveren. Daarbij valt te denken aan producten op het gebied van (beroeps)aansprakelijkheid, arbeidsongeschiktheid en (bancaire) lijfrente. –– Er is geen verplicht bedrijfstakpensioenfonds in deze branche. Er is geen algemeen verbindend verklaarde cao. –– Ondernemers zijn wettelijk verplicht om een Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) uit te voeren.
Belangrijke organisaties 73.2 Markt- en opinieonderzoek MarktOnderzoekAssociatie (MOA)
Risico’s –– Marktonderzoekbureaus worden steeds afhankelijker van software. Dit brengt technische risico’s met zich mee. Daarnaast wordt steeds meer data opgeslagen, die veilig moet worden beheerd. Dit brengt datarisks met zich mee.
Personeel Trends & ontwikkelingen –– Personeel is in deze branche de motor van de onderneming. Voor gespecialiseerde marktonderzoekbureaus en is het moeilijker om goed personeel te vinden. –– Doordat online marktonderzoek steeds meer wordt gebruikt worden IT vaardigheden belangrijker. naast bevragen en observeren via enquêtes en focusgroepen is het analyseren van sociale media, big data en data mining een belangrijke manier om gegevens te verzamelen. 37
4 Reclamebureaus –– Reclamebureaus zoeken naar nieuwe verdienmodellen, omdat de traditionele advertentiemarkt sterk krimpt. Voorbeelden hiervan zijn contentmarketing en social media marketing. –– De toename van het gebruik van de mobiel voor internet en apps zorgt voor een groei in opdrachten op dit vlak. –– Geografisch is de reclamebranche sterk geconcentreerd rond Amsterdam (nationaal).
De Markt Reclameontwerp- en adviesbureaus en organisaties die reclamediensten verlenen, zijn onderdeel van de markt voor zakelijke dienstverlening. Zij voeren uiteenlopende werkzaamheden uit rond reclamecampagnes, waaronder: –– adviseren over marketingstrategie en reclamecampagnes –– bedenken en ontwikkelen van reclamecampagnes –– begeleiden en uitvoeren van reclamecampagnes –– analyseren van resultaten en effecten van campagnes.
Feiten en cijfers
Grafische vormgeving en dtp-bedrijven behoren niet tot deze branche. Figuur 1 laat de verdeling van deze groep bedrijven zien naar type activiteiten en naar omvang van het aantal werkzame personen. –– De reclamewereld bestaat sinds de industrialisatie. In Rotterdam en Amsterdam vestigden zich reeds aan het eind van negentiende eeuw de eerste reclamebureaus. –– De reclamewereld heeft sterk te lijden gehad onder de economische crisis, maar is in 2014 weer gegroeid. De eerste cijfers van 2015 tonen echter weer een krimp aan. De advertentiemarkt staat sterk onder druk. –– De moderne consument is minder goed voorspelbaar. Daardoor treden soms zeer snelle veranderingen op in het koopgedrag van bepaalde doelgroepen. Mede daardoor is persoonlijke reclame meer in opkomst, worden de massamedia anders ingezet en ontstaan allerlei nieuwe vormen van reclame. –– Door convergentie van de verschillende reclamekanalen als televisie, internet en mobiel ontstaan niet alleen nieuwe mogelijkheden voor reclamecampagnes, maar ook meer behoefte aan een geïntegreerde multimediale aanpak.
–– De branche van reclamebureaus bestaat uit circa 29.000 bedrijven. –– In totaal werken er meer dan 25.000 zelfstandigen in de branche. Deze zijn voornamelijk te vinden onder bedrijven met 1 of 2 werkzame personen. –– De bedrijven met 3 tot 10 werknemers vormen met rond de 1.740 bedrijven een redelijk grote groep. –– Ongeveer 540 bedrijven, circa 2% van het totaal aantal ondernemingen heeft meer dan 10 werknemers in dienst. –– De grootste groep bedrijven binnen deze branche wordt gevormd door de categorie reclameadviesbureaus. –– In 2014 nam het aantal bedrijven in de branche licht af met bijna 3.000 bedrijfsoprichtingen tegenover iets meer dan 3.000 opheffingen. –– In 2014 waren circa 27.000 werknemers werkzaam in de branche. Er zijn dus bijna net zoveel zelfstandigen als werknemers werkzaam in deze branche. –– De omzet van de totale branche was in 2014 € 6,3 miljard. Figuur 2 laat de omzetontwikkeling zien bij reclamebureaus in de periode 2005 t/m 2015 afgezet tegen de economische groei, waarvoor de BBP-index als kengetal dient. Voor 2015 zijn de voorlopige cijfers voor het eerste kwartaal meegenomen als basis voor de schatting voor 2015.
Figuur 1. Aantal reclamebureaus verdeeld over subbranches en werknemersklassen
Subbranches Reclameadviesbureaus Handel in advertentieruimte Totaal Bron: CBS, juli 2015
38
1 werkz pers
2 werkz 3-5 werkz pers pers
5-10 werkz pers
10-20 werkz pers
20-50 werkz pers
50-100 werkz pers
≥ 100 werkz pers
Totaal
23.505
2.145
920
725
315
130
35
15
27.785
1.130
140
60
35
20
15
5
5
1.405
24.635
2285
980
760
335
145
40
20
29.190
Figuur 2. Index omzetontwikkeling bij reclamebureaus en het bruto binnenlands product (BBP) 130
Index (2010 = 100)
120
110
100
90
80
70 2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
Reclamewezen
2012
2013
BBP
2014
2015
2016
2017
Prognose
Bron: CBS, CPB
De omzet in het reclamewezen heeft zwaar geleden onder de gevolgen van de crisis. De daling die in 2008 begon heeft vrijwel ongehinderd doorgezet tot en met 2013. Bedrijven geven minder uit aan voornamelijk reclame via print en televisie. Online reclamebestedingen zijn wel sterk toegenomen waardoor de omzet in 2014 een lichte opleving kende en steeg voor het eerst in een periode van zes jaar. Deze trend lijkt zich door te zetten in 2015. Uitgaven aan reclames zijn sterk seizoensgebonden. In het eerste kwartaal zijn de uitgaven in het algemeen het laagst en in het laatste kwartaal het hoogst.
Figuur 3. Bedrijfskosten naar kostencategorie (2013) Marktonderzoek
Totaal zakelijke dienstverlening
Inkoop
59,1%
45,3%
Personeel
23,6%
35,9%
Huisvesting & energie
3,6%
2,2%
Apparatuur & inventaris
0,7%
0,6%
Vervoersmiddelen
1,9%
1,8%
Verkoop
1,6%
1,5%
Communicatie
0,8%
0,5%
Overig
5,9%
4,8%
Afschrijvingen
2,7%
7,3%
100,0%
100,0%
Kostencategorie
Totaal Bron: CBS
Figuur 3 verdeelt de bedrijfskosten van de sub branche over negen kostencategorieën, ter vergelijking is hier de verdeling voor het totale bedrijfsleven aan toegevoegd. De gegevens in deze tabel betreffen verslagjaar 2013. 39
De belangrijkste kostenposten in het reclamewezen zijn inkoop en personeel. Personeelskosten zijn aanzienlijk lager dan de norm voor zakelijke dienstverlening; het kostenaandeel van inkoop ligt boven deze norm. De lage personeelskosten. De hoge inkoopkosten zijn onder meer het gevolg van de aanschaf van online en offline advertentieruimte en het productiewerk geleverd door zzp-ers. De kosten voor vervoersmiddelen liggen rond het gemiddelde van de sector. Volgens cijfers van de VWE waren er medio 2015 circa 2.300 personenauto’s en 1.750 bestelauto’s (exclusief leaseauto’s) in het bezit van reclamebureaus.
conjunctuurindicatoren: saldo personeelssterkte de afgelopen 3 maanden, saldo investeringen in huidig verslagjaar en saldo winstgevendheid afgelopen 3 maanden. Deze indicatoren zijn afkomstig van de conjunctuur enquête die het CBS ieder kwartaal uitvoert. De figuren beslaan het eerste kwartaal van 2014 tot en met het tweede kwartaal van 2015 en de resultaten van de branche worden afgezet tegen die van het totale bedrijfsleven. Het saldo personeelssterkte in de reclamewezen branche fluctueert sterk en ligt gemiddeld genomen beneden die van het totale bedrijfsleven. In het tweede kwartaal van 2015 is het saldo echter positief en beter dan het gemiddelde.
Figuur 4 laat het aantal oprichtingen en opheffingen zien binnen de sub branche over de periode 2009 tot het tweede kwartaal van 2015. De meest recente gegevens van het CBS zijn over het jaar 2013. Voor de jaren 2014 en 2015 zijn schattingen gemaakt aan de hand van gegevens van het KvK en CBS. Ondanks de crisis was het aantal oprichtingen in de jaren 2011 tot en met 2013 redelijk constant gebleven. Sinds 2014 daalt het aantal oprichtingen. Het aantal oprichtingen is aanzienlijk hoger dan het aantal opheffingen. Figuur 5 laat de ontwikkeling zien van drie
Het saldo investeringen in de branche stijgt sinds het tweede kwartaal van 2014 en ligt in 2015 ruim boven het saldo van het totale bedrijfsleven. Deze toename in investeringen en het aantrekkend saldo personeelssterkte is een teken dat de branche aan het innoveren is en dat bedrijven mogelijkheden zien in de markt. De winstgevendheid in 2014 was licht negatief (rond de -10%) en beneden de norm van het totale bedrijfsleven.
Figuur 4. Oprichtingen en opheffingen: Reclamebureaus
4.000
3.700
3.525
3.500
3.385
3.190
2.980 2.825
3.000
2.635 2.510
2.500 2.000
2.165 1.995 1.585
1.740
1.715
1.500 1.115 1.000 500 2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015*
Oprichtingen Opheffingen Bron: CBS, KvK
40
*2015 o.b.v. 1e en 2e kwartaal
Het eerste halfjaar van 2015 schetst een aanzienlijk positiever beeld.
Trends, ontwikkelingen, risico’s en verzekeringsbehoeften –– Belangrijke trends en ontwikkelingen bieden aanknopingspunten voor een goed advies met betrekking tot verzekeringsproducten. Die trends en ontwikkelingen en hun uitwerking op bedrijfsrisico’s zijn hieronder in een aantal thema’s bijeengebracht.
Markt en regelgeving Trends & ontwikkelingen –– In het veranderende medialandschap worden er door opdrachtgevers steeds andere eisen gesteld aan de rol van het reclamebureau. Het bureau krijgt hierdoor steeds meer de rol van professionele toeleverancier. Auteursrecht, merkenrecht en bescherming van slagzinnen tegen nabootsing spelen hierbij een steeds belangrijkere rol. –– Er is een sterke toename te zien van het aantal online reclamebureaus, die zich voornamelijk richten op search engine optimization (SEO) en search engine advertising (SEA) campagnes. –– Reclame via televisie lijkt steeds minder gewenst te zijn door consumenten. De opkomst van ‘on-demand’ video diensten zoals Netflix, waarbij films en series online gestreamed worden, is een bedreiging voor de televisie reclame-inkomsten. Netflix is namelijk reclamevrij. Product placement tijdens series en films zijn subtiele manieren om alsnog reclame te kunnen maken. –– De inkoop van reclamedienstverlening door grote bedrijven wordt verder geprofessionaliseerd. Dat betekent dat opdrachtgevers meer dwingende eisen stellen aan de uitvoering van opdrachten. –– Multi screen reclame is een opkomend fenomeen. De terugloop van televisiereclame biedt kansen om tijdens uitzendingen op andere platformen zoals Facebook en Twitter tegelijkertijd reclame te tonen. –– De Reclame Code Commissie voert steeds meer toezicht op oneerlijke handelspraktijken, met als doel de consument beter te beschermen tegen misleiding en ondernemers tegen oneerlijke concurrentie. Zo is in2014 de Reclamecode Social Media (RSM) aangenomen. Deze code geeft het bedrijfsleven handvatten bij het ontwikkelen van reclamecampagnes met gebruik van social media als Facebook en Twitter. –– De cookiewet blijft een belangrijke wet voor het
reclamewezen. Er is veel beklaag geweest over de Cookiewet vanuit websites maar ook consumenten zelf. Sinds Februari 2015 is de cookiewet deels versoepeld als compromis. De ACM blijft streng toezien op het Cookiebeleid. Risico’s –– De toenemende eisen van opdrachtgevers aan de rol van reclamebureaus brengt meer aansprakelijkheidsrisico’s met zich mee. –– De toename in toezicht op het ontwikkelen van reclamecampagnes en strengere wet- en regelgeving rond het volgen van surfgedrag op internet kunnen hun weerslag hebben op de (beroeps)aansprakelijkheid. –– De inzet van innovatieve reclame-instrumenten kan leiden tot andere risicoprofielen. Hierdoor kan aanpassing in de bestaande dekkingen noodzakelijk worden. –– Een goede rechtsbijstandverzekering kan bescherming bieden tegen misbruik van intellectueel eigendom door concurrenten.
Technologie & innovatie Trends & ontwikkelingen –– Reclamebestedingen voor reclame via internet en social media stijgen verder door. Zo zijn bestedingen aan search engine optimization (SEO), search engine advertising (SEA), banners en advertorials sterk gestegen. –– Sinds kort is ook Twitter overgegaan op het verkopen van reclameruimte. –– Reclamebureaus gebruiken steeds meer nieuwe technologieën. Voorbeelden hiervan zijn het gebruik van digitale deuren in koelvakken van supermarken en ‘Augmented Reality’ (AR). Met AR komen beelden meer tot leven in 3D Rotterdam centraal had ik 2013 al de primeur in Nederland met een AR reclame van National Geographic. Ook zal de combinatie van QR code (een barcode die via smartphone te lezen is) en AR een belangrijke nieuwe ontwikkeling worden. Hiermee word het mogelijk om via de QR code en een smartphone 3D beelden te laten zien op bijvoorbeeld een flyer of in een tijdschrift. –– Youtube heeft plannen voor een betaalversie zonder advertenties. Deze dienst zal komen naast het huidige gratis Youtube kanaal met reclames. Google (eigenaar van Youtube) volgt hiermee de (succesvolle) formule van bijvoorbeeld Spotify, die ook gratis diensten aanbiedt met reclames of abonnementsvorm zonder reclame.
41
Figuur 5. Conjunctuurindicatoren Reclamebureaus Saldo personeelssterkte afgelopen 3 mnd, in %
–– In game advertisment (IGA) blijft groeien, spelletjes op pc, spelcomputer en telefoon worden steeds vaker gebruikt als reclame platform. Games zijn soms gratis te downloaden omdat inkomsten uit reclame gegenereerd kan worden. Ook is het een goed platform om specifieke doelgroepen te benaderen.
15 10 5 0 -5 10 -15 -20 -25 -30 2014I
2014II
2014III
2014IV
2015I
2015II
Saldo winstgevendheid afgelopen 3 mnd, in % 30 25 20 15 10 5 0 -5 10 -15 2014I
2014II
2014III
2014IV
2015I
2015II
Saldo investeringen verslagjaar, in % 20
Personeel
15 10 5 0 -5 -10 -15 -20 -25 2014I
2014II
2014III
2014IV
Totaal (ex. financieel of nutsbedrijven) Reclamewezen
Bron: CBS
42
Risico’s –– Innovaties en technologische veranderingen kunnen ertoe leiden dat de dekkingen van de huidige aansprakelijkheids- en technische verzekeringen tekortschieten. Door analyse kan worden bepaald welke dekkingen nog van toepassing zijn en welke niet. Daarnaast moet bekeken worden of er nieuwe risico’s zijn ontstaan die (nog) niet zijn afgedekt. Hierdoor kan behoefte ontstaan aan meer, uitgebreidere, aanvullende of geheel nieuwe verzekeringen. –– Innovatieve bedrijfsmodellen (bijvoorbeeld internetaanbieders) kennen mogelijkerwijs een ander risicoprofiel. Hierdoor wordt aanpassing in de bestaande dekkingen wenselijk of zelfs noodzakelijk. –– Goed risicomanagement op het gebied van internet security risico’s wordt steeds belangrijker. Schade door brand, verlies van data of cybercriminaliteit kan aanzienlijke kosten en bedrijfsstagnering met zich meebrengen. Het niet of onvoldoende nemen van adequate preventiemaatregelen kan er toe leiden dat schades niet of onvolledig zijn gedekt door de huidige brand, bedrijfsschade, computer- en elektronicaverzekeringen. Er zijn ook specifieke cybercriminaliteit verzekeringen op de markt voor de risico’s van diefstal van gegevens via het internet.
2015I
2015II
Trends & ontwikkelingen –– Personeel is een belangrijke, creatieve factor in deze branche. Personeelskosten vormen een aanzienlijk deel in de totale kosten van reclamebureaus. –– Een belangrijk deel van de reclamebranche is sterk evenement en seizoen gedreven. Grootschalige evenementen, zoals de WK voetbal en Olympische Spelen, maar ook kleinschalige evenementen, zoals festivals, zorgen voor pieken in de vraag naar personeel. Reclamebureaus werken daarom steeds meer met flexibele contracten om aan deze vraag te voldoen. Dit betreft vaak zzp’ers. –– Het aantal zzp’ers in de branche is relatief erg hoog. Er zijn bijna net zoveel zzp’ers als werknemers. Redenen daarvoor kunnen zijn dat men graag zelfstandig en
flexibeler wil kunnen werken of dat men zich op een bepaald specialisme wil concentreren. In het geval van startende bedrijven wordt in de beginfase vaak vanuit het eigen huis gewerkt. –– Professionals in de reclamebranche staan soms onder grote druk. Een veelgehoorde klacht is dat er veel overuren worden gemaakt en dat daardoor de balans tussen werk en privéleven verstoord kan raken. Risico’s –– Hoge werkdruk kan leiden tot een toename van het ziekteverzuim en in ernstige gevallen zelfs tot arbeidsongeschiktheid. Preventie, verzuimbegeleiding en re-integratie en goede inkomensverzekeringen zijn in de branche steeds belangrijker. –– Zzp’ers missen een wettelijk vangnet voor ziekte en arbeidsongeschiktheid. Ook het risico op een pensioengat is groot. Een specifiek aanbod voor zzp’ers kan toegevoegde waarde leveren. Dat geldt bijvoorbeeld op het gebied van beroepsaansprakelijkheid, arbeidsongeschiktheid en (bancaire) lijfrente. –– Er is geen verplicht bedrijfstakpensioenfonds in deze branche, maar wel een facultatief bedrijfstakpensioenfonds voor de media. Dit is het pensioenfonds PNO Media. Er is geen Algemeen Verbindend Verklaarde cao voor de branche.
Belangrijke organisaties –– GVR/slagzinnenregister –– Vereniging van communicatie adviesbureaus (VEA) –– Brancheorganisatie voor public relations en communicatieadviesbureaus in Nederland (VPRA)
43
5 Architecten- en ingenieursbureaus De Markt Architecten- en ingenieursbureaus maken deel uit van de markt voor zakelijke dienstverlening. Ze maken ontwerpen en adviseren over gebouwen, infrastructuur en installaties.
Figuur 1 laat de verdeling van deze groep bedrijven zien naar type activiteiten en naar omvang van het aantal werkzame personen.
Belangrijke categorieën daarbinnen zijn:
–– Architecten- en ingenieursbureaus bestaan al meer dan honderd jaar. Ze vormen een relatief stabiel onderdeel van de economie. –– Beide type bureaus zijn erg afhankelijk van de ontwikkeling van de bouw en de investeringsbereid van de
–– huizen, flats en kantoren –– wegen, waterwegen en spoorwegen –– fabrieken en technische installaties.
Figuur 1. Aantal architecten , ingenieurs , technisch ontwerpers verdeeld over sub branches en werknemersklassen (juli 2015). 1 werkz pers
Subbranches
2 werkz 3-5 werkz pers pers
5-10 werkz pers
10-20 werkz pers
20-50 werkz pers
50-100 werkz pers
≥ 100 werkz pers
Totaal
Architectenbureaus
5.155
575
300
225
120
45
15
5
6.440
Ingenieursbureaus
26.105
2.075
1.085
1.050
570
310
100
85
31.375
Totaal
31.260
2.650
1.385
1.275
690
355
115
90
37.815
Bron: CBS, juli 2015
Figuur 2. Oprichtingen en opheffingen: Architecten- en ingenieursbureaus
4.500 4.175
4.005
4.000
3.980
3.435
3.500
3.850
3.618
3.575 3.140
3.000 2.500
2.560
2.420
2.450
2.605
2.105
2.000
1.810
1.500 1.000 500 2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015*
Oprichtingen Opheffingen Bron: CBS
44
*2015 o.b.v. 1e en 2e kwartaal
Figuur 3. Conjunctuurindicatoren Zakelijke Dienstverlening - Architecten, ingenieurs Saldo personeelssterkte afgelopen 3 mnd, in % 2
––
0 -2 -4 -6 -8
––
-10 -12
––
-14 2014I
2014II
2014III
2014IV
2015I
2015II
––
Saldo winstgevendheid afgelopen 3 mnd, in % 10
overheid en het bedrijfsleven. Architectenbureaus zijn het meeste afhankelijk van de bouw en ingenieursbureaus het meeste van de investeringsbereidheid van de overheid en het bedrijfsleven. De bouw leeft na een zeer moeilijke periode weer op en de verwachtingen zijn positief. De overheid is nog wel behouden met betrekking tot projecten waar ingenieursbureaus bij betrokken zijn. De investeringen van het bedrijfsleven groeien. Architectenbureaus zijn sterk gericht op de Nederlandse markt, terwijl ingenieursbureaus veel vaker internationaal werken. Ketensamenwerking tussen architecten- en ingenieursbureaus neemt toe en biedt veel kansen op het gebied van innovatie. Een deel van de (bouw)projecten wordt steeds groter en complexer. Daardoor is er behoefte aan bureaus die specialisten in huis hebben op een groot aantal expertisegebieden. Het thema duurzaamheid blijft aan belang toenemen.
5
––
0
Feiten en cijfers
-5 -10 -15 2014I
2014II
2014III
2014IV
2015I
2015II
2015I
2015II
Saldo investeringen verslagjaar, in % 6 4 2 0 -2 -4 -6
–– De branche van architecten- en ingenieursbureaus bestaat uit bijna 38.000 bedrijven. –– De beroepen architect en ingenieurs zijn beschermede beroepen met een register. –– In totaal werken er ongeveer 34.000 zelfstandigen in de branche. Deze zijn voornamelijk te vinden onder de bedrijven met 1 of 2 werkzame personen die samen 90% van het totaal vormen. –– De bedrijven met 3 tot 10 werknemers vormen met circa 2.600 bedrijven (7%) een redelijke groep. –– Circa 1.200 bedrijven in deze branche (3%) hebben meer dan 10 werknemers. –– De grootste groep bedrijven binnen deze branche wordt gevormd door de categorie ingenieursbureaus. –– In 2014 telde de branche rond de 3.600 bedrijfsoprichtingen en 3.500 opheffingen. –– In 2014 waren circa 101.000 werknemers werkzaam in de branche. –– De omzet in 2014 bedroeg circa € 13,7 miljard.
-8 2014I
2014II
2014III
2014IV
Totaal (ex. financieel of nutsbedrijven) Architecten- en ingenieursbureaus
Bron: CBS
Figuur 2 laat het aantal oprichtingen en opheffingen zien binnen de branche over de periode 2009 tot het tweede kwartaal van 2015. De meest recente gegevens van het CBS zijn over het jaar 2013. Voor de jaren 2014 en 2015 zijn schattingen gemaakt aan de hand van gegevens van het KvK en CBS. Binnen de architecten- en ingenieursbranche fluctueert 45
het aantal bedrijfsoprichtingen jaarlijks tussen de 3.500 en 4.000 per jaar. Het aantal opheffingen ligt rond de 2.500. Figuur 3 laat de ontwikkeling zien van drie conjunctuurindicatoren: saldo personeelssterkte de afgelopen 3 maanden, saldo investeringen in huidig verslagjaar en saldo winstgevendheid afgelopen 3 maanden. Deze indicatoren zijn afkomstig van de conjunctuur enquête die het CBS ieder kwartaal uitvoert. De figuren beslaan eerste kwartaal van 2014 tot en met het tweede kwartaal van 2015 en de resultaten van de branche worden afgezet tegen die van het totale bedrijfsleven. Het beeld voor de personeelssterkte was structureel negatief en beneden het niveau van het totale bedrijfsleven. Personeelssterkte verbeterde eind 2014, maar bleef negatief en zakte in het eerste kwartaal van 2015 terug naar -12%. Het faillissement van Imtech zal dit beeld alleen maar verslechteren in 2015. Het saldo investeringen zag een korte opleving mid-2014 naar +4%, maar terwijl de investeringen in het bedrijfsleven toenamen, daalde deze in de architecten- en ingenieursbranche tot beneden -6% in het eerste kwartaal
van 2015. Vooral de ingenieursbedrijven zijn voorzicht met het doen van investeringen gezien het faillissement van Imtech. Winstgevendheid in de branche was enkel licht positief in het laatste kwartaal van 2014, in 2015 daalde deze weer terug naar negatief gebied. De verwachting is de conjunctuurindicatoren in 2015 niet significant zullen verbeteren en dat de recessie voor de branche nog niet voorbij is.
Architectenbureaus Feiten en cijfers –– Er werken circa 6.400 bedrijven in de branche. –– Circa 80% heeft slechts 1 werkzame persoon in dienst. –– Circa 10% van de werknemers binnen de branche is werkzaam bij architectenbureaus. –– De gerealiseerde omzet in 2014 bedroeg ongeveer € 1,0 miljard. Figuur 4 laat de omzetontwikkeling zien bij architectenbureaus in de periode 2005 t/m 2015 afgezet tegen de economische groei, waarvoor de BBP-index als kengetal dient. Voor 2015 zijn de voorlopige cijfers voor het eerste kwartaal meegenomen als basis voor de schatting voor 2015.
Figuur 4. Index omzetontwikkeling bij architectenbureaus en het bruto binnenlands product (BBP) 140 130
Index (2010 = 100)
120 110 100 90 80 70 60 50 2005
2006
2007
2008
Architectenbureaus Bron: CBS, CPB
46
2009
2010
2011
2012
BBP
2013
2014
2015
Prognose
2016
2017
De omzet in de architectenbranche is sterk afhankelijk van de ontwikkelingen in de bouw. Binnen de zakelijke dienstverlening heeft de architectenbranche het meest geleden onder de gevolgen van de economische crisis. Over de periode van 2008 tot 2013 is de omzet-index bijna gehalveerd. In 2014 kende de omzet de eerste groei sinds 2008. Cijfers uit het eerste kwartaal van 2015 laten een verdere groei zien.
Figuur 5. Bedrijfskosten naar kostencategorie (2013) Marktonderzoek
Totaal zakelijke dienstverlening
Inkoop
16,9%
45,3%
Personeel
52,4%
35,9%
Huisvesting & energie
7,7%
2,2%
Apparatuur & inventaris
1,2%
0,6%
Vervoersmiddelen
2,4%
1,8%
Verkoop
2,6%
1,5%
Communicatie
1,2%
0,5%
12,9%
4,8%
2,4%
7,3%
100,0%
100,0%
Kostencategorie
Overig Afschrijvingen Totaal Bron: CBS, KvK
Figuur 5 verdeelt de bedrijfskosten van de sub branche over negen kostencategorieën, ter vergelijking is hier de verdeling voor het totale bedrijfsleven aan toegevoegd. De gegevens in deze tabel betreffen verslagjaar 2013. De belangrijkste kostenpost in de architectenbranche is personeel met ruim 50% van de totale kosten. Andere opvallende kostenposten zijn apparatuur en inventaris, die op twee keer de norm van de zakelijke dienstverlening liggen. Dit reflecteert de relatief dure apparatuur en programma’s die vereist zijn voor het werk van architecten. Daarnaast wordt er veel uitgegeven aan huisvesting en energie, wat duid op de aanwezigheid van dure kantoorpanden in de branche. De kosten voor vervoersmiddelen liggen iets boven het gemiddelde in de sector. Volgens cijfers van de VWE waren er medio 2015 circa 650 personenauto’s en 60 bestelauto’s (exclusief leaseauto’s) in het bezit van architectenbureaus.
Trends, ontwikkelingen, risico’s en verzekeringsbehoeften Branche specifieke verzekeringen –– Binnen de branche voor architecten zijn een aantal branche specifieke verzekeringen en dekkingen ontwikkeld, zoals een beroepsaansprakelijkheidsverzekering en dekking voor maquettes. –– Architecten zijn vaak meeverzekerd op de construction all risk verzekering (CAR), die een aannemer of opdrachtgever heeft gesloten. –– De brancheorganisaties biedt mantelcontracten voor verzekeringen. –– Belangrijke trends en ontwikkelingen bieden aanknopingspunten voor een goed advies met betrekking tot verzekeringsproducten. Die trends en ontwikkelingen en hun uitwerking op bedrijfsrisico’s zijn hieronder in een aantal thema’s bijeengebracht. Markt en regelgeving –– Door de herstellende woning- en utiliteitsbouw groeit de omzet in de architecten branche voor het eerst in jaren weer. Ook het sentiment voor de komende jaren is positief. –– De leegstand van kantoorruimtes (17% leegstand)- en winkelpanden (9% leegstand) blijft toenemen. Architecten kunnen een belangrijke rol spelen bij de herontwikkeling van panden. Er is een herbestemmingsteam (H-team) opgesteld door het College van Rijksadviseurs (CRA). In dit panel zitten verschillende experts op het gebied van bouw, ontwerp, bestuur, historie en proces. Het doel is om een visie te ontwikkelen over herbestemming en het op de agenda te krijgen. –– Architecten hebben sterk te maken met prijsconcurrentie in hun markt, onder meer van lageloonlanden. –– Het aantal geïntegreerde contracten neemt sterk toe vanuit de wens om efficiënter te bouwen. Professionele opdrachtgevers, zowel uit de woningbouw als binnen overheden, willen geld besparen en risico’s elimineren, en zoeken de oplossing in Design & Build opdrachten. Dit zijn architectuuropdrachten die zich beperken tot het voorlopig ontwerp (VO) en in Design, Build, Finance, Maintain en Operate (DBFMO)-contracten van de overheid. DBFMO is een vorm van publiek-private samenwerking. –– Bij offertes wordt steeds meer informatie gevraagd. Opdrachtgevers vragen zelfs voor een kleine opdracht om de juridische, administratieve en bedrijfsmatige structuur op tafel te leggen en aan te tonen een x-aantal 47
–– ––
––
––
––
gelijkwaardige opdrachten te hebben volbracht. Intellectueel eigendom wordt steeds belangrijker. Aanbestedingen blijven toenemen in belang, zowel Europese aanbestedingen als onderhandse. Dit kost veel tijd en energie kost, met een relatief laag resultaat. Tot 1 juli 2015 golden voor de loonkosten bij renovatie, herstel en tuinonderhoud van woningen ouder dan twee jaar een lager BTW tarief van 6% in plaats van 21%. Dit heeft een positief effect gehad op de markt voor architectenbureaus. Architecten moesten wel de renovatie of herstel ook begeleiden. De particuliere vraag naar architecten blijft toeneemt. Veel gemeenten stellen het als vereiste bij de aankoop van bouwkavels dat de bouw van de woning plaatsvindt aan de hand van tekeningen van een architect. In de Consumentenregeling zijn de algemene voorwaarden consument-architect vastgelegd bevat en de wederzijdse verplichtingen en rechten van opdrachtgever en architect. Grenzen tussen ontwerp en uitvoer van bouwopdrachten vervagen. Door geïntegreerde contractvormen werken zowel ingenieursbureaus, uitvoerders en architecten meer samen.
Risico’s –– Complexe projecten en strengere eisen rond onafhankelijkheid en transparantie zijn vaak van invloed op de (beroeps)aansprakelijkheid. –– Uitbreiding van het takenpakket kan impact hebben op de aansprakelijkheidsdekkingen, bijvoorbeeld ontwerpaansprakelijkheid. –– Innovatieve bedrijfsmodellen, zoals ontwikkeling en exploitatie in eigen beheer, kennen vaak andere risicoprofielen. Dat kan een ander verzekeringspakket vereisen. –– Het niet slagen van bouwprojecten kan leiden tot reputatieschade, architectenbureaus moeten oog houden op de functionaliteit.
Technologie & innovatie Trends & ontwikkelingen –– Architecten maken steeds meer gebruik van een Bouwwerk Informatie Model (BIM). BIM is een informatiemodel dat gemaakt en gebruikt wordt bij een manier van ontwerpen en bouwen waarbij een gebouw of constructie en veel of alle informatie daarover geïntegreerd als een informatiemodel in een of meer computer databanken wordt vastgelegd. Meestal vormt een 3D-model een onderdeel van het totale model. Ook 48
––
–– ––
––
kan andere informatie over het bouwwerk in het model geïntegreerd worden, zoals functies van ruimtes en onderdelen en planning van werkzaamheden. Uit het branche-innovatiecontract (BIC) van BNA, Bouwend Nederland, NL Ingenieurs en UNETO-VNI en TNO is het Nationaal BIM handboek voortgekomen, waar de ‘common knowledge’ op het gebied van BIM wordt bijgehouden. Architectenbureaus zoeken naar nieuwe dienstverlening naast het traditionele tekenwerk. Een voorbeeld hiervan is het gebruik maken van robots voor het uitfrezen van vormen uit styrofoam, steen en beton. Technologische ontwikkelingen in prefab bouwen en 3D-Woningen geven een impuls tot nieuwe innovatie. Big data biedt mogelijkheden voor architectenbureaus om inzicht te krijgen in trends voor nieuwe designconcepten, waarmee beter kan worden ingespeeld op de wensen van de doelgroep. Collectief (particulier) opdrachtgeverschap (CPO) is een relatief nieuwe ontwikkelvorm die valt binnen het particulier opdrachtgeverschap. Bij deze ontwikkelvorm houdt een groep particulieren (collectief) volledige zeggenschap over de uiteindelijk te realiseren woningen. Architecten kunnen een belangrijke rol spelen bij deze ontwikkelvorm.
Risico’s –– Innovaties en technologische veranderingen kunnen ertoe leiden dat de dekkingen van de huidige technische verzekeringen tekortschieten. Door analyse kan worden bepaald welke dekkingen nog van toepassing zijn en welke niet. –– Innovatieve bedrijfsactiviteiten (bijvoorbeeld duurzame technologie) kennen mogelijkerwijs een ander risicoprofiel. Hierdoor wordt aanpassing in de bestaande dekkingen wenselijk of zelfs noodzakelijk. –– Goed risicomanagement op het gebied van internet security risico’s wordt steeds belangrijker. Schade door brand, verlies van data of cybercriminaliteit kan aanzienlijke kosten en bedrijfsstagnering met zich meebrengen. Het niet of onvoldoende nemen van adequate preventiemaatregelen kan er toe leiden dat schades niet of onvolledig zijn gedekt door de huidige brand, bedrijfsschade, computer- en elektronicaverzekeringen. Er zijn ook specifieke cybercriminaliteit verzekeringen op de markt voor de risico’s van diefstal van gegevens via het internet.
Personeel Trends & ontwikkelingen –– In deze branche is personeel de motor van de onderneming. De kwaliteit van het personeel is bepalend voor het prestatieniveau. In de arbeidsmarkt voor architecten is sprake van een overaanbod van studenten bouwkunde. –– Sinds medio 2015 is er een Sectorplan Architecten, ontwikkeld door de BNA, Stichting Fonds Architecten (SFA) en werknemersorganisaties (CNV Dienstenbond, FNV Zakelijke dienstverlening en De Unie). De maatregelen uit het sectorplan bieden architecten en hun medewerkers de kans hun kennis en competenties te versterken door het volgen van cursussen en opleidingen met flinke korting. De maatregelen zijn van belang voor het behoud van banen op korte termijn en nieuwe werkgelegenheid op langere termijn. –– Architecten staan soms onder grote druk. Een veelgehoorde klacht is dat er veel overuren worden gemaakt. Daardoor kan de balans tussen werk en privéleven verstoord raken. Dit kan leiden tot ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid. Daarnaast zijn de salarissen bij architectenbureaus vaak laag. –– Er zijn nieuwe cao afspraken zijn gemaakt voor minimum tarieven voor zzp’ers die worden ingehuurd door architectenbureaus, vergelijkbaar met wat een architect in loondienst verdient. Het is nog de vraag of de bepaling standhoudt, want ondernemers mogen volgens de mededingingswet geen prijsafspraken maken. De Autoriteit Consument & Markt (ACM) weet nog niet of die bepaling ook geldt voor deze cao. Er zijn relatief veel zzp’ers in de branche. Binnen de architectenbureaus is dit aantal sterk toegenomen vanwege de vele ontslagen in de sector. Risico’s –– Hoge werkdruk kan leiden tot ziekteverzuim en in ernstige gevallen zelfs tot arbeidsongeschiktheid. Preventie, verzuimbegeleiding en re-integratie en goede inkomensverzekeringen zijn in de branche steeds belangrijker. –– Er is een (digitale) Risico Inventarisatie & Evaluatie (RI&E), toegespitst op arbeidsomstandigheden en risico’s in de architectenbranche. Bij bedrijven tot 25 man hoeven de daarin geformuleerde eisen slechts licht te worden getoetst door een arbodeskundige. Daarnaast is een protocol Gezond Werken opgesteld, dat zich vooral richt op problemen rond RSI en werkdruk. –– Zzp’ers missen een wettelijk vangnet voor ziekte en
arbeidsongeschiktheid. Ook het risico op een pensioengat is groot. Een specifiek aanbod voor zzp’ers kan toegevoegde waarde leveren. Dat geldt bijvoorbeeld op het gebied van beroepsaansprakelijkheid, arbeidsongeschiktheid en (bancaire) lijfrente. –– Er is een verplicht bedrijfstakpensioenfonds voor architectenbureaus (Stichting Pensioen Fonds Architectenbureaus). Architectenbureaus vallen onder een Algemeen Verbindend Verklaarde cao.
Duurzaamheid Trends & ontwikkelingen –– De verduurzaming van de gebouwde omgeving heeft hoge prioriteit van beleidsmakers en de bouw. Aan architectenbureaus wordt steeds vaker gevraagd om het ontwerp energiezuinig of zelfs energieneutraal te maken.
Belangrijke organisaties –– Bureau Architectenregister: wettelijk register voor architecten –– Bond van Nederlandse Architecten (BNA): brancheorganisatie voor architecten. Mantelcontracten voor verzekeringen op het gebied van beroeps-/bedrijfs-/ bestuurdersaansprakelijkheid, evenementen, rechtsbijstand, auto, brand, bedrijfsschade, computer, zakenreis, maquettes, reconstructiekosten, AOV, ziekteverzuim, WIA, ongevallen, ANW-hiaat, zorg, Carrière Stop Polis (ORV).
Ingenieursbureaus Feiten en cijfers –– Er werken bijna 31.400 bedrijven in de branche. –– Circa 83% heeft slechts 1 werkzame persoon in dienst. –– Circa 90% van de werknemers binnen de branche is werkzaam bij architectenbureaus. –– De gerealiseerde omzet in 2014 bedroeg ongeveer € 1,0 miljard. Figuur 6 laat de omzetontwikkeling zien bij ingenieursbureaus in de periode 2005 t/m 2015 afgezet tegen de economische groei, waarvoor de BBP-index als kengetal dient. Voor 2015 zijn de voorlopige cijfers voor het eerste kwartaal meegenomen als basis voor de schatting voor 2015. De ingenieursbranche heeft aanzienlijk minder geleden onder de crisis dan de architectenbranche. De omzet is van 2010 tot en met 2013 wel gedaald. In 2014 herstelde de omzet in de branche tot het niveau van 2010. Het eerste 49
Figuur 6. Index omzetontwikkeling bij ingenieursbureaus en het bruto binnenlands product (BBP) 120
Index (2010 = 100)
110
100
90
80
70
60 2005
2006
2007
2008
2009
2010
Reclamewezen
2011
2012
BBP
2013
2014
2015
2016
2017
Prognose
Bron: CBS, Baken Adviesgroep
beeld van 2015 is positief. Het faillissement van Imtech kan echter voor 2015 nog wel een negatieve impact hebben.
Figuur 7. Bedrijfskosten naar kostencategorie (2013) Marktonderzoek
Totaal zakelijke dienstverlening
Inkoop
31,5%
45,3%
Personeel
47,1%
35,9%
Huisvesting & energie
3,4%
2,2%
Apparatuur & inventaris
0,8%
0,6%
Vervoersmiddelen
2,6%
1,8%
Verkoop
1,6%
1,5%
Communicatie
0,8%
0,5%
Overig
8,5%
4,8%
Afschrijvingen
3,7%
7,3%
100,0%
100,0%
Kostencategorie
Totaal Bron: CBS
50
Figuur 7 verdeelt de bedrijfskosten van de sub branche over negen kostencategorieën, ter vergelijking is hier de verdeling voor het totale bedrijfsleven aan toegevoegd. De gegevens in deze tabel betreffen verslagjaar 2013. De kosten in de ingenieursbranche liggen dichtbij de norm van de zakelijke dienstverlening. De omzet bij ingenieursbureaus is, ten opzichte van architecten meer afhankelijk van materiaal dan van apparatuur, wat duidelijk wordt uit de hoge inkoopkosten en lage apparatuur kosten in deze branche. Wat verder opvalt is dat huisvesting en energie kosten in deze branche op minder dan de helft liggen van het niveau van de architectenbranche. De kosten voor vervoersmiddelen liggen iets boven het gemiddelde in de sector. Volgens cijfers van de VWE waren er medio 2015 ruim 5.700 personenauto’s en 4.600 bestelauto’s (exclusief leaseauto’s) in het bezit van ingenieursbureaus.
Trends, ontwikkelingen, risico’s en verzekeringsbehoeften Branche specifieke verzekeringen –– De brancheorganisatie biedt mantelcontracten voor verzekeringen. –– Belangrijke trends en ontwikkelingen bieden aanknopingspunten voor een goed advies met betrekking tot verzekeringsproducten. Die trends en ontwikkelingen en hun uitwerking op bedrijfsrisico’s zijn hieronder in een aantal thema’s bijeengebracht.
Markt en regelgeving Trends & ontwikkelingen –– De ontwikkelingen in de bouw en infrastructurele projecten van de overheid bepalen de markt voor ingenieursbureaus. Daarnaast werken ingenieursbureaus steeds internationaler. Nederland kent van oudsher een aantal sterke mondiale spelers. –– De diversiteit in het type ingenieursbureaus blijft toenemen. Mede hierdoor werken ingenieursbureaus veel met onderaannemers. –– Ingenieursbureaus worden vaker (mede)verantwoordelijk voor de realisatie en exploitatie van door hen ontworpen faciliteiten. Wel zijn er negatieve ervaringen in de markt, zoals bijvoorbeeld bij Imtech, met betrekking tot het in eigen beheer ontwikkelen van projecten. –– Europese aanbestedingsregels worden complexer en veelomvattend. Vooral kleinere bureaus ondervinden daar last van omdat ze vaak niet alle benodigde expertise in huis hebben. In sommige gevallen stellen de regels inzake internationale aanbestedingen zelfs de grotere bureaus voor problemen. –– Ingenieursbureaus halen regelmatig een aanzienlijk deel van de omzet binnen middels subsidies. Het beleid van de Nederlandse overheid en de Europese Unie zijn belangrijk in deze en verandert regelmatig. Risico’s –– Doordat ingenieursbureaus de risico’s van ontwikkeling mede dragen, worden de risico’s op faillissement groter. Een voorbeeld hiervan is het faillissement van Imtech. Voor onderaannemers kunnen kredietverzekeringen hier een oplossing voor bieden. Innovatieve bedrijfsmodellen, zoals ontwikkeling en exploitatie in eigen beheer, kennen vaak andere risicoprofielen. Dat kan een ander verzekeringspakket vereisen. –– Het werken met onderaannemers brengt extra aansprakelijkheidsrisico’s met zich mee. –– Doordat veel mensen zakelijk toegang hebben tot
internet, zijn bedrijven kwetsbaarder voor internetcriminaliteit. –– Complexe projecten en strengere eisen rond onafhankelijkheid en transparantie zijn vaak van invloed op de (beroeps)aansprakelijkheid. –– Uitbreiding van het takenpakket kan impact hebben op de aansprakelijkheidsdekkingen, bijvoorbeeld ontwerpaansprakelijkheid.
Technologie & innovatie Trends & ontwikkelingen –– Bij veel technologische vernieuwingen zijn ingenieurs betrokken. Een deel van de ingenieursbureaus is dan ook continu bezig met nieuwe technologie en innovatie. Voorbeelden hiervan zijn duurzame technologie, ruimtevaarttechnologie en zelfrijdende auto’s. –– Ingenieursbureaus maken steeds meer gebruik van een Bouwwerk Informatie Model (BIM). BIM is een informatiemodel dat gemaakt en gebruikt wordt bij een manier van ontwerpen en bouwen waarbij een gebouw of constructie en veel of alle informatie daarover geïntegreerd als een informatiemodel in een of meer computer databanken wordt vastgelegd. Meestal vormt een 3D-model een onderdeel van het totale model. Ook kan andere informatie over het bouwwerk in het model geïntegreerd worden, zoals functies van ruimtes en onderdelen en planning van werkzaamheden. Uit het branche-innovatiecontract (BIC) van BNA, Bouwend Nederland, NL Ingenieurs en UNETO-VNI en TNO is het Nationaal BIM handboek voortgekomen, waar de ‘common knowledge’ op het gebied van BIM wordt bijgehouden. Risico’s –– Doordat veel mensen zakelijk toegang hebben tot internet, zijn bedrijven kwetsbaarder voor internetcriminaliteit. –– Innovaties en technologische veranderingen kunnen ertoe leiden dat de dekkingen van de huidige technische verzekeringen tekortschieten. Door analyse kan worden bepaald welke dekkingen nog van toepassing zijn en welke niet. –– Innovatieve bedrijfsactiviteiten (bijvoorbeeld duurzame technologie) kennen mogelijkerwijs een ander risicoprofiel. Hierdoor wordt aanpassing in de bestaande dekkingen wenselijk of zelfs noodzakelijk. Dit kan zowel op het gebied van schadeverzekeringen als inkomensverzekeringen zijn. –– Goed risicomanagement op het gebied van internet 51
security risico’s wordt steeds belangrijker. Schade door brand, verlies van data of cybercriminaliteit kan aanzienlijke kosten en bedrijfsstagnering met zich meebrengen. Het niet of onvoldoende nemen van adequate preventiemaatregelen kan er toe leiden dat schades niet of onvolledig zijn gedekt door de huidige brand, bedrijfsschade, computer- en elektronicaverzekeringen. Er zijn ook specifieke cybercriminaliteit verzekeringen op de markt voor de risico’s van diefstal van gegevens via het internet.
Personeel Trends & ontwikkelingen –– In deze branche is personeel de motor van de onderneming. De kwaliteit van het personeel is bepalend voor het prestatieniveau. In de arbeidsmarkt voor ingenieurs is op een aantal gebieden sprake van een grotere vraag dan aanbod, bijvoorbeeld op het gebied van werktuigbouwkundigen en elektrotechnisch ingenieurs voor onder meer duurzame technologie. –– Er is een steeds grotere diversiteit aan type ingenieurs. De vooropleiding is voornamelijk Hogere Technische School (HTS) of Technische Universiteit (TU). Deze opleidingen hebben het vaak moeilijker dan andere studies om nieuwe studenten te werven. –– Ingenieurs staan soms onder grote druk. Een veelgehoorde klacht is dat er veel overuren worden gemaakt. Daardoor kan de balans tussen werk en privéleven verstoord raken. Dit kan leiden tot ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid. Risico’s –– Hoge werkdruk kan leiden tot ziekteverzuim en in ernstige gevallen zelfs tot arbeidsongeschiktheid. Preventie, verzuimbegeleiding en re-integratie en goede inkomensverzekeringen zijn in de branche steeds belangrijker. –– Er is een (digitale) Risico Inventarisatie & Evaluatie (RI&E), toegespitst op arbeidsomstandigheden en risico’s in de architectenbranche. Bij bedrijven tot 25 man hoeven de daarin geformuleerde eisen slechts licht te worden getoetst door een arbodeskundige. Daarnaast is een protocol Gezond Werken opgesteld, dat zich vooral richt op problemen rond RSI en werkdruk. –– Zzp’ers missen een wettelijk vangnet voor ziekte en arbeidsongeschiktheid. Ook het risico op een pensioengat is groot. Een specifiek aanbod voor zzp’ers kan toegevoegde waarde leveren. Dat geldt bijvoorbeeld op het gebied van beroepsaansprakelijkheid, arbeidsonge52
schiktheid en (bancaire) lijfrente. –– Voor ingenieursbureaus is er geen verplicht bedrijfstakpensioenfonds. –– Ingenieursbureaus kennen uitsluitend ondernemings-cao’s.
Duurzaamheid Trends & ontwikkelingen –– De markt voor duurzame technologie, zoals windmolens, zonne-energie en vergisting- en vergassingsinstallaties, groeit sterk en er zijn steeds meer ingenieursbureaus die zich hiermee bezig houden. –– Energiezuinig of zelfs energieneutraal bouwen wordt in toenemende mate belangrijk.
Belangrijke organisaties –– Koninklijk Instituut Van Ingenieurs (KIVI NIRIA): beroepsvereniging van en voor ingenieurs. Mantelcontracten voor verzekeringen op het gebied Inkomen bij arbeidsongeschiktheid en werkloosheid, zorg, schade, overlijden en Gouden handdruk
6 Schoonmaakbedrijven De Markt
Feiten en cijfers
Schoonmaakbedrijven zijn onderdeel van de markt van zakelijke dienstverleners. Hun dienst bestaat in hoofdzaak uit het uitvoeren van schoonmaakwerkzaamheden voor derden. Belangrijke categorieën daarbinnen zijn: –– Reinigen van interieurs van woningen en kantoren en schoonmaken van toiletten –– Glazenwassen, schoorsteenvegen, gevelreiniging, brand- en roetreiniging, salvage en reiniging van industriële installaties –– Schoonmaken van tanks van schepen en vrachtwagens, schoonmaken van vuilcontainers en de bierwacht (schoonmaken en controle van bierleidingen).
–– De branche van schoonmaakbedrijven bestaat uit bijna 13.000 bedrijven. –– Er bestaat een Glazenwasserregister. –– In totaal werken er ongeveer 10.000 zelfstandigen in de branche (81%). Deze zijn voornamelijk te vinden onder bedrijven met 1 of 2 werkzame personen. –– De bedrijven met 3 tot 10 werknemers vormen met circa 1.500 bedrijven een redelijke groep (12%). –– Ongeveer 865 bedrijven in deze branche hebben meer dan 10 werknemers (7%) –– In 2014 telde de branche rond de 2.000 oprichtingen en iets meer dan 2.000 opheffingen voor een negatief saldo in het aantal bedrijven. –– In 2014 waren circa 124.000 werknemers werkzaam in de branche. –– De gerealiseerde omzet in 2014 bedroeg circa € 5,5 miljard.
Figuur 1 laat de verdeling van deze groep bedrijven zien naar type activiteiten en naar omvang van het aantal werkzame personen. –– De opkomst van schoonmaakbedrijven gedurende de laatste decennia is een gevolg van de algemene trend zaken uit te besteden, die niet tot de ‘core business’ behoren. –– De schoonmaakbranche heeft te lijden gehad onder de economische crisis. Zowel de overheid als het bedrijfsleven geven minder uit aan schoonmaak. Voor schoonmaakbedrijven is het moeilijk om onderscheidend te zijn in hun aanbod. Daardoor is er sprake van sterke concurrentie en prijsdruk binnen de branche. De verwachtingen voor 2015 zijn wel weer positief. –– De vraag naar multi serviceconcepten, waarbij schoonmaak, beveiliging en catering worden gecombineerd, neemt toe. –– Er is steeds meer aandacht voor duurzaamheid en milieu in de branche, bijvoorbeeld door gebruik van milieuvriendelijke schoonmaakmiddelen en -methodieken.
Figuur 2 laat de omzetontwikkeling zien bij schoonmaakbedrijven in de periode 2005 t/m 2015 afgezet tegen de economische groei, waarvoor de BBP-index als kengetal dient. Voor 2015 zijn de voorlopige cijfers voor het eerste kwartaal meegenomen als basis voor de schatting voor 2015. De schoonmaakbranche is vrij ongevoelig voor de stand van de economie. De crisis heeft weinig effect gehad op schoonmaakbranche in de vorm van terugval van omzet. Wel is de omzetgroei de afgelopen jaren gestagneerd terwijl de economie weer langzaam begint aan te trekken. Het eerste kwartaal van 2015 laat wel weer groei zien.
Figuur 1. Aantal schoonmaakbedrijven verdeeld over sub branches en werknemersklassen (juli 2015)
Subbranches
1 werkz pers
2 werkz 3-5 werkz pers pers
5-10 werkz pers
10-20 werkz pers
20-50 werkz pers
50-100 werkz pers
≥ 100 werkz pers
Totaal
Schoonmaakbedrijven
8.950
1.470
875
690
390
265
110
95
12.840
Totaal
8.950
1.470
875
690
390
265
110
95
12.840
Bron: CBS, juli 2015
53
Figuur 2. Index omzetontwikkeling bij schoonmaakbedrijven en het bruto binnenlands product (BBP) 120
Index (2010 = 100)
110
100
90
80
70
60 2005
2006
2007
2008
2009
2010
Schoonmaakbedrijven
2011
2012
BBP
2013
2014
2015
2016
2017
Prognose
Bron: CBS, CPB
Figuur 3. Bedrijfskosten naar kostencategorie (2013) Marktonderzoek
Totaal zakelijke dienstverlening
Inkoop
18,3%
45,3%
Personeel
65,1%
35,9%
Huisvesting & energie
2,1%
2,2%
Apparatuur & inventaris
1,0%
0,6%
Vervoersmiddelen
3,9%
1,8%
Verkoop
1,0%
1,5%
Communicatie
0,6%
0,5%
Overig
5,0%
4,8%
Afschrijvingen
3,0%
7,3%
100,0%
100,0%
Kostencategorie
inkoop besteed en relatief veel aan personeel. Vervoer is een andere kostenpost die sterk aanwezig is. Aan vervoer wordt meer dan twee keer de zakelijke dienstverlening norm uitgegeven. Deze kosten zijn het gevolg van het personeel op locatie krijgen voor het schoonmaakwerk. Hier worden veel bestelauto’s voor gebruikt. Volgens cijfers van de VWE waren er medio 2015 ruim 3.000 personenauto’s en 6.200 bestelauto’s (exclusief leaseauto’s) in het bezit van schoonmaakbedrijven.
Bron: CBS
Figuur 4 laat het aantal oprichtingen en opheffingen zien binnen de branche over de periode 2009 tot het tweede kwartaal van 2015. De meest recente gegevens van het CBS zijn over het jaar 2013. Voor de jaren 2014 en 2015 zijn schattingen gemaakt aan de hand van gegevens van het KvK en CBS. Sinds 2013 kent de branche een stijging in zowel oprichtingen als opheffingen.
Figuur 3 verdeelt de bedrijfskosten van de sub branche over negen kostencategorieën, ter vergelijking is hier de verdeling van het totaal zakelijk dienstverlening aan toegevoegd. De gegevens in deze tabel betreffen verslagjaar 2013. In de schoonmaakbranche wordt er relatief weinig aan
Figuur 5 laat de ontwikkeling zien van drie conjunctuurindicatoren: saldo personeelssterkte de afgelopen 3 maanden, saldo investeringen in huidig verslagjaar en saldo winstgevendheid afgelopen 3 maanden. Deze indicatoren zijn afkomstig van de conjunctuur enquête die
Totaal
54
Figuur 4. Oprichtingen en opheffingen: Schoonmaakbedrijven
2.500 2.200 2.000
1.745 1.615
1.575 1.500
1.000
1.990
1.890
1.845
1.330
985
1.505 1.360
960
1.025
1.120
500
2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015*
Oprichtingen Opheffingen
*2015 o.b.v. 1e en 2e kwartaal
Bron: CBS, KvK
het CBS ieder kwartaal uitvoert. De figuren beslaan het eerste kwartaal van 2014 tot en met het tweede kwartaal van 2015 en de resultaten van de branche worden afgezet tegen die van het totale bedrijfsleven. De branche kende in 2014 een structureel negatief saldo personeelssterkte. Het grootste deel van de bedrijven zag de personeelssterkte afnemen. Verwachting is dat deze in 2015 iets zal stijgen maar wel negatief zal blijven. Voornamelijk investeringen kenden een sterke groei, van -10% begin 2014 naar meer dan +5% in het tweede kwartaal van 2015, wat betekent dat er weer geïnvesteerd wordt in de branche. Daarnaast kende winstgevendheid ook groei en piekte deze op -5% eind 2014. De winstgevendheid bleef echter negatief en beneden het saldo van het totale bedrijfsleven. De verwachting is dat deze in 2015 weer zal verbeteren.
Trends, ontwikkelingen, risico’s en verzekeringsbehoeften Branche specifieke verzekeringen –– De brancheorganisaties bieden mantelcontracten voor
verzekeringen. –– Belangrijke trends en ontwikkelingen bieden aanknopingspunten voor een goed advies met betrekking tot verzekeringsproducten. Die trends en ontwikkelingen en hun uitwerking op bedrijfsrisico’s zijn hieronder in een aantal thema’s bijeengebracht.
Markt en regelgeving Trends & ontwikkelingen –– De in wet- en regelgeving vastgelegde eisen ten aanzien van kwaliteit en veiligheid worden steeds strenger. Mede daardoor blijven certificering en keurmerken actuele onderwerpen in de branche. –– Aanbestedingen blijven relatief belangrijk in de branche. In de code verantwoordelijk marktgedrag is vastgelegd dat alle betrokken partijen bij de aanbesteding niet alleen kijken naar de prijs, maar dat juist kwaliteit van de uitvoering van schoonmaakwerk en de arbeidsomstandigheden moeten worden meegewogen. –– Problemen van consumenten op het gebied van malafide glazenwassers hebben ertoe geleid, dat er een glazenwasserregister is ontstaan. –– Er is sprake van een trend naar uitbreiding van dienstverlening en specialisatie. Voorbeelden hiervan zijn 55
Figuur 5. Conjunctuurindicatoren Schoonmaakbedrijven Saldo personeelssterkte afgelopen 3 mnd, in % 5 0 -5 -10 -15
Risico’s
-20 2014I
2014II
2014III
2014IV
2015I
2015II
Saldo winstgevendheid afgelopen 3 mnd, in % 5 0 -5
–– Strengere eisen aan de kwaliteit en keurmerken zorgen ervoor, dat de aansprakelijkheidsverzekeringen toenemen aan belang. Certificaten en keurmerken kunnen ook een belangrijke basis vormen voor preventie-eisen van verzekeraars en leiden tot een betere beheersing van risico’s. –– Europese aanbesteding kan leiden tot zwaardere eisen met betrekking tot aansprakelijkheid.
Technologie & innovatie
-10 -15 -20 -25 2014I
2014II
2014III
2014IV
2015I
2015II
2015I
2015II
Saldo investeringen verslagjaar, in % 10 5 0 -5 -10 -15 2014I
2014II
2014III
2014IV
Totaal (ex. financieel of nutsbedrijven) Schoonmaakbedrijven
Bron: CBS
56
toevoeging van specialistische schoonmaak van bijvoorbeeld ziekenhuizen, computerruimtes of industriële complexen. Ook worden receptiediensten, beveiliging, ICT-ondersteuning, catering, office support, koeriersdiensten et cetera aangeboden. –– Er wordt steeds vaker gesproken van facility management. Daarmee wordt de uitbesteding bedoeld van alle activiteiten die buiten de core business van een bedrijf vallen aan één enkele externe dienstverlener. Schoonmaak is een onderdeel van dat pakket.
Trends & ontwikkelingen –– Facility apps is een software tool voor facility managers bij met name grotere bedrijven. Alle management processen worden 24 uur per dag bijgewerkt. De volledige planning staat hier in. Managers van schoonmaakbedrijven werken steeds meer met tablets om de gegevens up-to-date te houden. –– Er komen innovatieve glasreparatie machines op de markt, die schades gemaakt door glazenwassers kunnen repareren. –– Een manier voor bedrijven om aan meerwaarde van de dienstverlening te werken, is het investeren in producten procesvernieuwingen, zoals innovatieve reinigings- en hygiënesystemen en sociale innovatie (bijvoorbeeld optimale personeelsinzet). –– Sensoren kunnen steeds meer helpen bij het meten van de schoonmaakstatus van gebouwen. Bijvoorbeeld hoeveel mensen hun handen hebben gewassen. –– Steeds vaker worden geavanceerde schoonmaakmachines, zoals zuig- en schrobmachines ingezet, om efficiënter en meer ergonomisch verantwoord te werken. Er worden ook al robot stofzuigers gebruikt. –– Gebouwen worden steeds groter en hoger, waardoor nieuwe methodes en technologieën ontwikkeld worden glazen en gevels schoon te maken. –– Glazenwassers werken steeds vaker met een systeem bestaande uit lichte telescoopstelen met aangepaste
borstels waarmee tot op zeer grote hoogten ramen gewassen kunnen worden zonder het gebruik van een ladder of hoogwerker. Risico’s –– Innovaties en technologische veranderingen kunnen ertoe leiden dat de dekkingen van de huidige technische verzekeringen tekortschieten. Door analyse kan worden bepaald welke dekkingen nog van toepassing zijn en welke niet. Soms ontstaan nieuwe risico’s die vaak niet zijn afgedekt binnen bestaande verzekeringen. –– De toename aan technische hulpmiddelen zorgt ervoor, dat de verzekeringen voor deze werkmaterialen belangrijker worden. –– Personeel van schoonmaakbedrijven werkt in het algemeen bij de klant met allerhande schoonmaakapparatuur en -middelen. Een goede aansprakelijkheidsverzekering voor werknemers is daarom belangrijk. –– Uitbreiding van het takenpakket kan impact hebben op de aansprakelijkheidsdekkingen, bijvoorbeeld ontwerpaansprakelijkheid.
Personeel Trends & ontwikkelingen –– De schoonmaakbranche kent een grote verscheidenheid aan werknemers, die verschillen in achtergrond, land van herkomst en ervaring. De branche kent ook een groot aantal parttime medewerkers en flexwerkers. Vaak werken deze medewerkers in de avonduren, als kantoren, fabrieken en instellingen gesloten zijn. –– De Rijksoverheid heeft een eigen schoonmaakorganisatie ingericht. De schoonmakers van de verschillende overheidsinstellingen worden binnen acht jaar inbesteed. Daardoor gaan de komende acht jaar zo’n 2.500 schoonmakers over van een schoonmaakbedrijf naar de Rijksoverheid. Niet alle schoonmaakbedrijven zijn hier blij mee. –– Opdrachtgevers stellen steeds hogere eisen aan de kwaliteit van het schoonmaakwerk en daarmee aan het personeel. Schoonmaakbedrijven bieden steeds vaker dagschoonmaak aan. –– Binnen de sector wordt steeds meer geïnvesteerd in opleidingen. Sociale partners zijn in de schoonmaakcao overeengekomen ernaar te streven dat iedereen in de schoonmaak binnen één jaar na indiensttreding de Basis(vak)opleiding Schoonmaak heeft gevolgd en over voldoende taalvaardigheid beschikt. Er worden ook
taalcursussen gegeven. –– De schoonmaakbranche is een zeer geschikte branche om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt een kans te bieden in het kader van de nieuwe Participatiewet. Risico’s –– De branche kent specifieke beroepsziekten die onder andere het gevolg zijn van het omgaan met schoonmaakmiddelen. Fysieke belasting (zoal stofzuigen, schrobben), gevaarlijke stoffen, biologische, cytostatica en handeczeem kunnen leiden tot ziekteverzuim en in ernstige gevallen zelfs tot arbeidsongeschiktheid. Binnen de glazenwassersbranche vormt werken op hoogte het grootste risico op ongevallen. Preventie, verzuimbegeleiding en re-integratie en goede inkomensverzekeringen zijn in deze branche erg belangrijk. –– Het relatief grote aandeel van flexwerkers zorgt ervoor, dat de modernisering van de Ziektewet grote impact kan hebben op de kosten. Een goed advies over eigenrisicodragerschap mogelijkheden voor de Ziektewet-flex en WGA is belangrijk. –– Er is een verplicht gestelde deelname aan het bedrijfstakpensioenfonds voor het Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf (BPF Schoonmaak). Er is een algemeen verbindend verklaarde cao voor het schoonmaak en glazenwassersbedrijf. –– Ondernemers zijn wettelijk verplicht om een Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) uit te voeren.
Duurzaamheid Trends & ontwikkelingen –– Schoonmaakbedrijven maken steeds meer gebruik van milieuvriendelijke reinigingsmiddelen..
Belangrijke organisaties –– Ondernemersorganisatie Schoonmaak- en Bedrijfsdiensten (OSB). Biedt diensten op het gebied van preventie, verzuim en re-integratie, WGA ERD, Ziektewet ERD en WIA. Heeft een eigen verzekeringsdienst die adviesdiensten biedt op het gebied van verzekeringen voor brand (opstal- en inventaris), bedrijfsschade, zakelijk en privéauto, pensioen voor zelfstandigen en ziekteverzuim. –– De Vereniging Schoonmaken is een Vak! (SieV!). Biedt kortingen op zakelijke en privéverzekeringen (door Achmea).
57
7 Uitzendbureaus De Markt
Feiten en cijfers
Uitzendbureaus en werving- en selectiebureaus zijn onderdeel van de zakelijke dienstverlening. Ze voeren een breed palet aan werkzaamheden uit voor derden. In veel gevallen gaat het om het zoeken en vinden van personeel en om het detacheren van personeel op locatie bij de klanten. Uitzendkrachten werken onder verantwoordelijkheid/gezag van de inlener of eindgebruiker, terwijl uitleenkrachten onder het gezag en verantwoordelijkheid vallen van de uitlener. Het gaat hier vaak om (incidentele) detachering.
–– De branche van uitzendbureaus bestaat uit circa 6.000 bedrijven –– In totaal is iets meer dan de helft hiervan zelfstandig werkzaam. Deze zijn voornamelijk te vinden onder bedrijven met 1 of 2 werkzame personen. –– De bedrijven met 3 tot 10 werknemers vormen met ruim 1.000 bedrijven een vrij kleine groep. –– Een grote groep van bijna 2.000 bedrijven uit bestaat uit meer dan 10 werknemers. –– In 2014 waren er circa 900 bedrijfsoprichtingen en 930 opheffingen voor een negatief saldo van het aantal bedrijven. –– In 2014 waren circa 544.000 werknemers werkzaam in de branche. –– De gerealiseerde omzet in 2014 bedroeg circa € 20,3 miljard.
Figuur 1 laat de verdeling van deze groep bedrijven zien naar type activiteiten en naar omvang van het aantal werkzame personen. –– De branche is al sinds de jaren zeventig in opkomst. In de laatste twintig jaar is de branche sterk gegroeid en geprofessionaliseerd. Daarbij is een veelheid aan bedrijven en specialismen ontstaan. De branche is sterk georganiseerd. De meeste uitzendbureaus zijn bij een van de brancheorganisaties aangesloten. –– De uitzendbranche volgt vroegcyclisch de economische ontwikkelingen. –– De flexibele schil bij bedrijven neemt toe. Uitzendbureaus kunnen hiervan profiteren. –– Zzp’ers, die met concurrerend tarieven komen, zijn in toenemende mate een concurrent van uitzendbureaus. –– Automatisering en online diensten nemen in veel sectoren aan belang toe, wat de vraag naar arbeid remt. –– De nieuwe Wet Werk en Zekerheid heeft een belangrijke impact op de sector. –– Uitzendbureaus verlenen steeds vaker aanvullende diensten, zoals werving en selectie, re-integratie, opleidingen en advies op het gebied van human resource management (HRM).
Figuur 2 laat de omzetontwikkeling zien bij uitzendbureaus in de periode 2005 t/m 2015 afgezet tegen de economische groei, waarvoor de BBP-index als kengetal dient. Voor 2015 zijn de voorlopige cijfers voor het eerste kwartaal meegenomen als basis voor de schatting voor 2015. De branche voor uitzendbureaus beweegt sterk mee met de economie. In de aanloop naar de crisis zag de sector een grote stijging in de omzet die in de crisisjaren terugviel. Sinds 2010 stijgt de omzet in de branche weer en is deze sterker gegroeid dan het BBP. 2014 was een goed jaar voor de branche waarin de omzet weer rond het niveau van voor de crisis kwam te liggen. De eerste cijfers voor 2015 voorspellen een sterke groei van de omzet in 2015.
Figuur 1. Aantal uitzendbureaus verdeeld over sub branches en werknemersklassen (juli 2015)
Subbranches
1 werkz pers
2 werkz 3-5 werkz pers pers
5-10 werkz pers
10-20 werkz pers
20-50 werkz pers
50-100 werkz pers
≥ 100 werkz pers
Totaal
Uitzendbureaus
2.490
450
430
560
565
695
380
455
6.020
Totaal
2.490
450
430
560
565
695
380
455
6.020
Bron: CBS, juli 2015
58
Figuur 3. Bedrijfskosten naar kostencategorie (2013) Marktonderzoek
Totaal zakelijke dienstverlening
Inkoop
46,7%
45,3%
Personeel
44,3%
35,9%
Huisvesting & energie
1,5%
2,2%
Apparatuur & inventaris
0,3%
0,6%
Vervoersmiddelen
1,4%
1,8%
Verkoop
0,7%
1,5%
Communicatie
0,3%
0,5%
Overig
3,6%
4,8%
Afschrijvingen
1,1%
7,3%
100,0%
100,0%
Kostencategorie
Totaal
Figuur 3 verdeelt de bedrijfskosten van de sub branche over negen kostencategorieën, ter vergelijking is hier de verdeling voor het totale bedrijfsleven aan toegevoegd. De gegevens in deze tabel betreffen verslagjaar 2013. De kostverdeling in de branche voor uitzendbureaus is vrij identiek aan de norm voor het zakelijk dienstverlening. Opvallend is dat er relatief weinig aan verkoop wordt uitgegeven. De kostenpost inkoop is vrij hoog binnen de branche, wat een gevolg kan zijn van de inzet van zelfstandigen. De kosten voor vervoersmiddelen zijn relatief laag. Volgens cijfers van de VWE waren er medio 2015 circa 6.500 personenauto’s en 2.500 bestelauto’s (exclusief leaseauto’s) in het bezit van uitzendbureaus.
Bron: CBS
Figuur 2. Index omzetontwikkeling bij uitzendbureaus en het bruto binnenlands product (BBP) 120
Index (2010 = 100)
110
100
90
80
70
60 2005
2006
2007
2008
Schoonmaakbedrijven
2009
2010
2011
2012
BBP
2013
2014
2015
2016
2017
Prognose
Bron: CBS, CPB
59
Figuur 4. Oprichtingen en opheffingen: Uitzendbureaus
1.200 1,080 1.000
995 895
870 765
800
690
825 740
740
865
835 785
700
755
600
400
200
2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015*
Oprichtingen Opheffingen
*2015 o.b.v. 1e en 2e kwartaal
Bron: CBS, KvK
Figuur 4 laat het aantal oprichtingen en opheffingen zien binnen de branche over de periode 2009 tot het tweede kwartaal van 2015. De meest recente gegevens van het CBS zijn over het jaar 2013. Voor de jaren 2014 en 2015 zijn schattingen gemaakt aan de hand van gegevens van het KvK en CBS. De branche voor uitzendbureaus is een vrij stabiel en kent relatief weinig opheffingen en oprichtingen. Het aantal oprichtingen ligt jaarlijks tussen de 800 en 900 en het aantal opheffingen tussen de 700 en 800. Figuur 5 laat de ontwikkeling zien van drie conjunctuurindicatoren: saldo personeelssterkte de afgelopen 3 maanden, saldo investeringen in huidig verslagjaar en saldo winstgevendheid afgelopen 3 maanden. Deze indicatoren zijn afkomstig van de conjunctuur enquête die het CBS ieder kwartaal uitvoert. De figuren beslaan het eerste kwartaal van 2014 tot en met het tweede kwartaal van 2015 en de resultaten van de branche worden afgezet tegen die van het totale bedrijfsleven. Voornamelijk op het gebied van personeelssterkte werd er vooruitgang geboekt. In 2014 lag het saldo structureel 60
boven de +15% wat betekent dat een groot deel bedrijven in de branche hun personeelssterkte zagen toenemen. Eind 2014 lag het saldo boven de +20% en ook in 2015 wordt verwacht dat de bedrijven in de uitzendbranche meer personeel zullen aantrekken als gevolg van de economische groei. Saldo investeringen en winstgevendheid zijn in 2014 beiden significant verbeterd. Investeringen namen toe van -15% naar -2% en winstgevendheid van -5% naar +40% in het eerste kwartaal van 2015. Investeringen liggen nog steeds beneden het niveau van het totale bedrijfsleven maar de verwachting is dat in 2015, als gevolg van de economische voorspoed, de investering verder zullen toenemen tot een positief saldo. De winstgevendheid wordt ook verwacht positief te blijven in 2015 en te herstellen van de terugval die in het tweede kwartaal van 2015 werd genoteerd.
Trends, ontwikkelingen, risico’s en verzekeringsbehoeften Branche specifieke verzekeringen –– De brancheorganisaties bieden mantelcontracten voor verzekeringen.
Figuur 5. Conjunctuurindicatoren Uitzendbureaus Saldo personeelssterkte afgelopen 3 mnd, in %
–– Belangrijke trends en ontwikkelingen bieden aanknopingspunten voor een goed advies met betrekking tot verzekeringsproducten. Die trends en ontwikkelingen en hun uitwerking op bedrijfsrisico’s zijn hieronder in een aantal thema’s bijeengebracht.
30 20 10
Markt en regelgeving
0 -10 -20 -30 2014I
2014II
2014III
2014IV
2015I
2015II
Saldo winstgevendheid afgelopen 3 mnd, in % 50 40 30 20 10 0 -10 2014I
2014II
2014III
2014IV
2015I
2015II
2015I
2015II
Saldo investeringen verslagjaar, in % 5 0 -5 -10 -15 -20 2014I
2014II
2014III
2014IV
Totaal (ex. financieel of nutsbedrijven) Uitzendbureaus
Bron: CBS, KvK
Trends & ontwikkelingen –– Het gebruik van flexibele arbeidscontracten, zoals tijdelijke contracten, oproepkrachten en uitzendkrachten, door bedrijven blijft toenemen. Ook wordt er steeds meer gebruik gemaakt van zzp’ers. Het aandeel uitzendkrachten binnen de flexibele arbeidscontracten is afgenomen, terwijl het aandeel tijdelijke contracten en oproepkrachten is toegenomen. Ook de inzet van zzp’ers groeit. –– Uitzendbureaus bieden steeds meer aanvullende diensten, zoals werving en selectie, assessments, training en opleiding en mobiliteit. –– Payrolling betreft een gespecialiseerde vorm van HR dienstverlening, waarbij opdrachtgevers zelf verantwoordelijk zijn voor de werving, selectie en begeleiding van werknemers. Een payrollorganisatie stelt werknemers ter beschikking aan een opdrachtgever om onder diens leiding en toezicht te werken. Het doel van payrolling is dat de payrollonderneming het juridisch werkgeverschap zoveel mogelijk overneemt van de opdrachtgever. Hieronder vallen bijvoorbeeld administratieve en financiële verplichtingen die verbonden zijn aan bijvoorbeeld disfunctioneren, ziekte, arbeidsongeschiktheid en verlof. In Nederland hebben inmiddels zo´n 200.000 medewerkers een payrollcontract en naar verwachting zal de trend van flexibilisering de komende jaren toenemen en blijft het aantal payrollbanen in de toekomstige arbeidsmarkt verder stijgen. Veel overheidsinstanties maken hier gebruik van. –– Samenwerking tussen publieke en private arbeidsbemiddelaars komt steeds vaker voor. Met het UWV bestaan al enige tijd diverse vormen van samenwerking, bijvoorbeeld speeddaten, geautomatiseerd uitwisselen van vacatures en het Servicepunt Flex. Maar ook met gemeenten ontstaan steeds meer initiatieven om werkzoekenden uit de bijstand naar werk te begeleiden. –– In Nederland werken jaarlijks circa 300.000 arbeidsmigranten. Het overgrote deel van de arbeidsmigranten in Nederland heeft de Poolse nationaliteit maar het aandeel dat via de reguliere uitzendsector in ons land aan het werk gaat, daalt. In de afgelopen drie jaar liep dit aandeel met een kwart terug (van 91% naar 65%), 61
––
––
––
––
Het aantal Duitse, Spaanse en Portugese flexkrachten neemt juist toe. Sinds 2014 is de Nederlandse arbeidsmarkt vrij toegankelijk voor werknemers uit Roemenië en Bulgarije. De toestroom tot nu toe beperkt zich echter tot slechts enkele duizenden. Er is een keurmerk voor huisvesting van arbeidsmigranten (Certified Flexhome) ontwikkeld. Dit keurmerk, ondergebracht in de Stichting Normering Flexwonen, maakt voor gemeenten, werkgevers, werknemers, buurtbewoners en andere betrokkenen zichtbaar dat huisvesting van arbeidsmigranten in orde is. Het hebben van een keurmerk wordt steeds belangrijker gevonden door opdrachtgevers. Er zijn meerdere keurmerken voor uitzendbureaus, zoals het SNA- en ABU-keurmerk, Werkgevers hebben in het sociaal akkoord afgesproken om tussen nu en 2026 werk te bieden aan 100.000 mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt in de Participatiewet. De aantallen lopen langzaam op, te beginnen met 6.000 plaatsingen dit jaar. Ook de uitzendbranche speelt een belangrijke rol in het realiseren van deze aanzienlijke doelstelling. De code verantwoordelijk marktgedrag, die eerder alleen in de schoonmaakbranche werd toegepast, is uitgebreid naar de uitzendbranche. De code heeft als doel de marktverhoudingen in de branche te verbeteren. In de code is vastgelegd dat alle betrokken partijen bij de aanbesteding niet alleen kijken naar de prijs, maar dat juist kwaliteit van de uitvoering van schoonmaakwerk en de arbeidsomstandigheden moeten worden meegewogen.
Risico’s –– Specialisatie kan leiden tot meer en meer specifieke risico’s met betrekking tot aansprakelijkheid. –– Marktuitbreiding met nieuwe diensten kan ook voor aansprakelijkheid en WIA-verzekeringen tot nieuwe dekkingsgebieden leiden. –– Europese aanbesteding leidt naar verwachting tot meer eisen op het gebied van verzekeringen. –– Buitenlandse uitzendkrachten vormen een aparte risicogroep. Hun verzekeringen verdienen speciale aandacht. –– Door de sterk veranderende wet- en regelgeving bestaat de kans dat inkomens- en aansprakelijkheidsverzekeringen regelmatig bijgesteld moeten worden.
62
Technologie & innovatie Trends & ontwikkelingen –– Innovaties aan de kant van opdrachtgevers zorgen voor nieuwe vraag naar gespecialiseerde uitzendkrachten. Vooral uitzendbureaus die zich richten op hooggeschoold, vaak technisch personeel krijgen hiermee te maken. –– Het internet wordt meer en meer leidend bij uitzendbureaus in de communicatie met zowel de uitzendkrachten als de opdrachtgevers. Het gaat daarbij om alle activiteiten in het bedrijfsproces, zoals werven, selecteren, matchen, plaatsingscontracten genereren, uren registreren, plannen, factureren en verlonen. Het aantal fysieke kantoren van uitzendbureaus zal hierdoor verder afnemen. –– Er is steeds meer software beschikbaar voor personeelsmanagement en HRM. Risico’s –– Nieuwe uitzendmarkten brengt nieuwe personeelsrisico’s mee voor de uitzendkrachten. Goede risicoanalyse, eventueel gevolgd door aanpassingen in preventie, verzuimbegeleiding en re-integratie dienstverlening en de inkomensverzekeringen kunnen daarbij van belang zijn. –– Het risico op cybercriminaliteit en dataverlies door brandschade of andere schade neemt toe, door een toename van het gebruik van Internet en ICT. Goed risicomanagement op het gebied van internet security risico’s wordt steeds belangrijker. Goede dekkingen voor reconstructie en cybercriminaliteit en computeren elektronica zijn belangrijk.
Personeel Trends & ontwikkelingen –– De Wet Werk en Zekerheid (WWZ) brengt grote veranderingen met zich mee voor uitzendkrachten. –– De Wet Aanpak Schijnconstructies (WAS) en de aangekondigde aanpak van schijnzelfstandigen maakt de inzet van zzp’ers en andere onderaannemers ook anders dan we gewend zijn. –– De vraag naar niche segmenten als begeleiding van zzp’ers zal verder toenemen, net als de vraag naar hoog opgeleide uitzendkrachten en technische opgeleid personeel. –– De arbeidsmarkt voor uitzendkrachten is zeer ruim. Er zijn veel werklozen op de markt, die een baan via een uitzendbureau zoeken. Uit onderzoek blijkt dat ongeveer een derde van de werkzoekenden via een
uitzendbureau weer aan een baan komt. –– De Wet Beperking Ziekteverzuim en Arbeidsongeschiktheid Vangnetters (Bezava) heeft een sterke impact op de uitzendsector voor de premies voor de Ziektewet en WGA. Middelgrote (10 tot 100 werknemers) en grote (100 of meer werknemers) krijgen sinds 1 januari 2014 (gedeeltelijk) individuele premiedifferentiatie voor de ZW-flex, WGA-vast en WGA-flex tarieven. Veel uitzendorganisaties kiezen ervoor om eigenrisicodrager te worden voor ZW-flex en de WGA. De noodzaak van een effectieve verzuimbegeleiding van vangnetters wordt daarmee groter. –– Er zijn plannen vanuit de overheid om de VAR te laten vervallen. Dit kan gevolgen hebben voor de bemiddelaars van zzp’ers –– Een voorbeeld van een publiek-private samenwerking is het actieplan ‘55-plus Werkt’. Het ministerie van SZW heeft € 67 miljoen beschikbaar gesteld aan het UWV om werkzoekenden van 55 jaar en ouder aan een baan te helpen. In de regio worden uitzendorganisaties hierbij nadrukkelijk betrokken.
–– Brancheorganisatie voor Werving, Search en Selectie (OAWS) –– Nederlandse Bond van Bemiddelings- en Uitzendondernemingen (NBBU). Mantelcontracten op het gebied van verzekeringen voor AOV, krediet, zorg, pensioen, ZW eigenrisicodragerschap, aanvulling ziektewet, WIA.
Bron De in dit brancherapport gebruikte informatie is gebaseerd op openbaar beschikbare gegevens zoals van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Kamer van Koophandel (KvK), Economisch Instituut Midden- en Kleinbedrijf (EIM), UWV en brancheorganisaties.
Risico’s –– Er is een verplicht bedrijfstakpensioenfonds voor personeel van uitzendbureaus en overige diensten zoals detachering. Voor de uitzendkrachten zelf is er echter geen bedrijfstakpensioenfonds. De verplichte basisregeling biedt de gelegenheid individueel bij te sparen tegen gunstige fiscale voorwaarden. Er is een algemeen verbindend verklaarde cao voor uitzendkrachten en één voor de vaste medewerkers in de uitzendbranche. –– Pensioenopbouw is vaak een complex vraagstuk in de branche. Uitzendpersoneel werkt namelijk soms parttime, soms bij meerdere uitzendorganisaties tegelijk en soms gedurende een bepaalde periode intensief en later juist minder. –– Een goed advies over eigenrisicodragerschap mogelijkheden voor de Ziektewet-flex en WGA is belangrijk. –– Ondernemers zijn wettelijk verplicht om een Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) uit te voeren.
Belangrijke organisaties –– Algemene Bond Uitzendondernemingen (ABU). Mantelcontracten op het gebied van verzekeringen voor aanvulling op de ziektewetuitkering voor uitzendkrachten, zorg, ziekteverzuim, WIA, krediet, ongevallen, aansprakelijkheid, pensioen, inkomensgarantie 63
Meer informatie? Wilt u meer weten over het Brancherapport Zakelijke dienstverlening? Neem dan contact op met ons. Wij gaan graag met u in gesprek. Delta Lloyd Spaklerweg 4 A 12.2.09-0116
1096 BA Amsterdam www.deltalloyd.nl Aan deze brochure kunnen geen rechten worden ontleend.